DEH-110E

Pioneer DEH-110E, deh 110e, deh 112e, DEH-112E Handleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de Pioneer DEH-110E Handleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
Hartelijk dank voor het aanschaffen van dit PIONEER
product.
Lees deze handleiding voordat u het product in gebruik neemt. Bewaar deze hand-
leiding na het lezen op een veilige plaats zodat u hem altijd bij de hand hebt voor later.
Vóór u begint
Informatie over dit toestel 77
Bezoek onze website 77
Het toestel tegen diefstal beveiligen 78
Het voorpaneel verwijderen 78
Het voorpaneel bevestigen 78
Bediening van het toestel
Wat is wat 79
Hoofdtoestel 79
Display-indicaties 79
Basisbediening 80
Stroom aan/uit 80
Signaalbronnen selecteren 80
Het volume afstellen 80
Tuner 80
Naar de radio luisteren 80
Frequenties van zenders opslaan en
oproepen 81
Op sterke signalen afstemmen 81
Frequenties van de sterkste zenders
opslaan 81
Weergave van het RDS-display
wijzigen 81
PTY-nooduitzendingen 82
Alternatieve frequenties kiezen 82
Verkeersberichten ontvangen 83
Ingebouwde speler 84
Een disc afspelen 84
Herhaalde weergave 84
Fragmenten in willekeurige volgorde
afspelen 84
Fragmenten op een CD scannen 84
Het afspelen van een disc
onderbreken 84
Audio-instellingen 85
De balansinstelling 85
De equalizer 85
De equalizercurven aanpassen 85
De loudness aanpassen 85
Het bronniveau aanpassen 85
Overige functies 86
De begininstellingen aanpassen 86
De FM-afstemstap instellen 86
De automatische PI-zoekfunctie in- of
uitschakelen 86
De externe ingang in- of
uitschakelen 86
Het energieverbruik van de accu
verminderen 87
Geluid uitschakelen 87
Aanvullende informatie
Foutmeldingen 88
Richtlijnen voor het gebruik van discs en de
speler 88
Dual discs 89
Technische gegevens 90
Inhoud
Nl
76
Deponeer dit product niet bij het gewone huis-
houdelijk afval wanneer u het wilt verwijderen.
Er bestaat een speciaal wettelijk voorgeschre-
ven verzamelsysteem voor de juiste behande-
ling, het opnieuw bruikbaar maken en de
recycling van gebruikte elektronische produc-
ten.
In de lidstaten van de EU en in Zwitserland en
Noorwegen kunnen particulieren afgedankte
elektronische producten gratis bij de daarvoor be-
stemde verzamelplaatsen inleveren. Als u een
soortgelijk nieuw product koopt, kunt u het afge-
dankte product ook bij uw verkooppunt inleveren.
Als u in een ander land woont, neem dan contact
op met de plaatselijke overheid voor informatie
over het weggooien van afgedankte producten.
Op die manier zorgt u ervoor dat uw afgedankte
product op de juiste wijze wordt verwerkt, herge-
bruikt en gerecycled, zonder schadelijke gevolgen
voor het milieu en de volksgezondheid.
Informatie over dit toestel
De frequenties waarop de tuner van dit toestel
kan worden afgestemd, zijn in gebruik in
West-Europa, Azië, het Midden-Oosten, Afrika
en Oceanië. Gebruik van het toestel in andere
gebieden kan een slechte ontvangst tot gevolg
hebben. De RDS-functie (radiodatasysteem)
werkt alleen in gebieden waar de FM-zenders
RDS-signalen uitzenden.
LET OP
! Zorg ervoor dat dit toestel niet met vloeistof in
aanraking komt. Een elektrische schok kan
daarvan het gevolg zijn. Bovendien kan con-
tact met vloeistoffen rookvorming, oververhit-
ting en andere schade aan het toestel
veroorzaken.
! KLASSE 1 LASERPRODUCT
Dit product bevat een laserdiode van een ho-
gere klasse dan 1. Uit veiligheidsoverwegin-
gen mag u de behuizing niet verwijderen en
niet proberen toegang te krijgen tot de binnen-
zijde van het toestel. Laat alle onderhouds-
werkzaamheden over aan gekwalificeerd
personeel.
! De Pioneer CarStereo-Pass wordt alleen in
Duitsland gebruikt.
! Houd deze handleiding bij de hand zodat u de
bedieningsprocedures en de te nemen voor-
zorgsmaatregelen kunt opzoeken.
! Houd het volume altijd laag genoeg om gelui-
den van buiten het voertuig te kunnen blijven
horen.
! Bescherm dit toestel tegen vocht.
! Als de accu losgekoppeld wordt of leeg raakt,
wordt het voorkeuzegeheugen gewist en zult u
het toestel opnieuw moeten programmeren.
! Als dit product niet naar behoren functioneert,
kunt u uw leverancier of het dichtstbijzijnde
erkende servicestation van Pioneer raadple-
gen.
Bezoek onze website
Hier vindt u onze site:
http://www.pioneer.nl
! Registreer uw product. Wij bewaren de ge-
gevens van het product dat u hebt aange-
schaft zodat u deze eenvoudig kunt
opvragen als u die nodig mocht hebben
voor de verzekering, bijvoorbeeld na verlies
of diefstal.
! Op onze website vindt u de laatste informa-
tie over Pioneer Corporation.
Vóór u begint
Nl
77
Hoofdstuk
Nederlands
01
Het toestel tegen diefstal
beveiligen
Het voorpaneel kan worden verwijderd om
diefstal te ontmoedigen.
Belangrijk
! Wees voorzichtig bij het verwijderen en terug-
plaatsen van het voorpaneel.
! Stel het voorpaneel niet aan grote schokken
bloot.
! Stel het voorpaneel niet bloot aan direct zon-
licht en hoge temperaturen.
! Verwijder de AUX-kabel van het voorpaneel
voordat u dit verwijdert. Anders kan bij het ver-
wijderen dit toestel, het aangesloten apparaat
of het voertuiginterieur beschadigd worden.
Het voorpaneel verwijderen
1 Druk op DETACH om het voorpaneel los
te maken.
2 Pak het voorpane el vast en verwijder
het.
3 Doe het voorpaneel in het meegele-
verde beschermende foedraal om het veilig
te bewaren.
Het voorpaneel bevestigen
1 Schuif het voorpaneel naar links tot het
vastklikt.
Het voorpaneel is aan de linkerkant met het
hoofdtoestel verbonden. Controleer of het
voorpaneel goed met het hoofdtoestel verbon-
den is.
2 Druk vervolgens de rechterzijde vast
tot het voorpaneel goed geplaatst is.
# Probeer het opnieuw als het voorpaneel niet
goed is bevestigd. Let op: het voorpaneel kan be-
schadigd raken als u te veel kracht gebruikt.
Vóór u begint
Nl
78
Hoofdstuk
01
Wat is wat
Hoofdtoestel
12 4 5 6
d c a
89 7
3
b
1 FUNCTION-toets
Druk op deze toets om het functiemenu te
openen terwijl u een signaalbron bedient.
2 AUDIO-toets
Druk op deze toets om te kiezen uit de di-
verse toonregelingsfuncties.
3 a/b/c/d-toetsen
Druk op deze toetsen om handmatig af te
stemmen, vooruit en achteruit te spoelen,
en om naar fragmenten te zoeken. U kunt
deze toetsen ook gebruiken om functies te
bedienen.
4 CD-laadsleuf
Plaats een disc in de speler.
5 EJECT-toets
Druk op deze toets om de cd te laten uitwer-
pen uit de ingebouwde cd-speler.
6 DISPLAY-toets
Druk op deze toets om een ander display te
selecteren.
7 TA-toets
Druk op deze toets om de TA-functie in of uit
te schakelen. Houd deze toets ingedrukt om
de AF-functie in of uit te schakelen.
8 DETACH-toets
Druk op deze toets om het voorpaneel van
het hoofdtoestel te verwijderen.
9 AUX-ingang (3,5 mm stereoplug)
Gebruik deze ingang om een extern toestel
aan te sluiten.
a De toetsen 1 t/m 6
Druk op deze toetsen om voorkeuzezenders
in te stellen.
b SOURCE-toets, VOLUME
Het toestel wordt ingeschakeld zodra u een
signaalbron selecteert. Druk op deze toets
om alle signaalbronnen af te gaan.
Als alle signaalbronnen zijn uitgeschakeld,
houdt u deze toets ingedrukt om het menu
met de begininstellingen te openen.
Draai aan deze knop om het volume te ver-
hogen of te verlagen.
c EQ-toets
Druk op deze toets om de verschillende
equalizercurven te selecteren.
Druk op deze toets en houd deze ingedrukt
om de loudness-functie in of uit te schake-
len.
d BAND-toets
Druk op deze toets om te kiezen uit de MW/
LW-frequentieband en de twee FM-frequen-
tiebanden, en om de instelling van een func-
tie te annuleren.
Display-indicaties
3
2
1
5
4
6 7 8 9
1 Hoofdgedeelte van het display
Hier ziet u informatie zoals de gekozen fre-
quentieband, de weergavetijd, en andere in-
stellingen.
! Tuner
De frequentieband en de frequentie wor-
den weergegeven.
Bediening van het toestel
Nl
79
Hoofdstuk
Nederlands
02
! RDS
De programmaservicenaam, PTY-infor-
matie of de frequentie wordt weergege-
ven.
! Ingebouwde cd-speler
De verstreken weergavetijd wordt ge-
toond.
2 Voorkeuzenummer-/fragmentnummer-
indicator
Toont het fragmentnummer of het nummer
van de voorkeuzezender.
3 AF-indicator
Licht op wanneer de functie AF (zoeken
naar alternatieve frequenties) ingeschakeld
is.
4 TP-indicator
Licht op als er is afgestemd op een zender
die verkeersinformatie uitzendt (TP-zender).
5 TA-indicator
Licht op als de functie TA (stand-by voor ver-
keersberichten) is ingeschakeld.
6 RPT-indicator
Deze geeft aan of herhaalde weergave is in-
geschakeld.
7 LOUD-indicator
Licht op als de loudness is ingeschakeld.
8 5-indicator (stereo)
Licht op als op de gekozen frequentie in ste-
reo wordt uitgezonden.
9 LOC-indicator
Licht op als automatisch afstemmen op lo-
kale zenders is ingeschakeld.
Basisbediening
Stroom aan/uit
Het toestel inschakelen
% Druk op SOURCE om het toestel in te
schakelen.
Het toestel uitschakelen
% Houd SOURCE ingedrukt tot het toestel
uit gaat.
Signaalbronnen selecteren
U kunt de signaalbron selecteren waarnaar u
wilt luisteren.
% Druk op SOURCE om een signaalbron te
kiezen.
Druk meerdere keren op SOURCE om te scha-
kelen tussen de volgende signaalbronnen.
TunerIngebouwde CD-spelerAUX
Opmerkingen
! In de volgende gevallen wordt er niet naar een
andere geluidsbron overgeschakeld.
Als er geen disc in het toestel is geplaatst.
Als AUX (externe ingang) is uitgeschakeld
(zie bladzijde 86).
! AUX is standaard ingeschakeld. Schakel AUX
uit als u deze ingang niet gebruikt (raadpleeg
De externe ingang in- of uitschakelen op blad-
zijde 86).
! Als de blauw-witte draad van dit toestel is aan-
gesloten op de bedieningsaansluiting van de
automatische antenne van het voertuig,
schuift de antenne uit wanneer er een signaal-
bron van dit toestel wordt ingeschakeld. Als
de signaalbron wordt uitgeschakeld, wordt de
antenne weer ingeschoven.
Het volume afstellen
% Draai aan VOLUME om de geluids-
sterkte te regelen.
Tuner
Naar de radio luisteren
1 Druk op SOURCE om de tuner te selec-
teren.
Bediening van het toestel
Nl
80
Hoofdstuk
02
2 Druk op BAND en kies een frequentie-
band.
Druk op BAND totdat de gewenste frequentie-
band (F1, F2 voor FM of MW/LW) op het dis-
play verschijnt.
3 Druk kort op c of d om handmatig af
te stemmen.
4 Om automatisch af te stemmen, houdt
u c of d ongeveer een seconde ingedrukt
en vervolgens laat u los.
De tuner zoekt nu de frequenties in de aange-
geven richting af tot er een uitzending gevon-
den wordt die sterk genoeg is voor een goede
ontvangst.
# U kunt het automatisch afstemmen annuleren
door kort op c of d te drukken.
# Als u c of d ingedrukt houdt, kunt u zenders
overslaan. Het automatisch afstemmen begint
zodra u c of d loslaat.
Frequenties van zenders
opslaan en oproepen
% Wanneer u hebt afgestemd op een fre-
quentie die u in het geheugen wilt op-
slaan, houdt u een van de
voorkeuzetoetsen 1 t/m 6 ingedrukt tot
het voorkeuzenummer stopt met knippe-
ren.
U kunt een opgeslagen zenderfrequentie op-
roepen door op de voorkeuzetoets te drukken.
# Er kunnen maximaal 12 FM-zenders (6 voor
elk van de twee FM-frequentiebanden) en 6 MW/
LW (MG/LG)-zenders in het geheugen worden op-
geslagen.
# Druk op a of b om de opgeslagen zenderfre-
quenties op te roepen.
Op sterke signalen afstemmen
Met de functie Automatisch afstemmen op lo-
kale zenders kunt u het toestel laten afstem-
men op zenders waarvan het signaal sterk
genoeg is voor een goede ontvangst.
1 Druk op FUNCTION en selecteer LOCAL.
2 Druk op a of b om de funct ie automa-
tisch afstemmen op lokale zenders in of uit
te schakelen.
3 Druk op c of d om de gevoeligheid in
te stellen.
FM: LOCAL 1 LOCAL 2LOCAL 3
LOCAL 4
MW/LW: LOCAL 1LOCAL 2
Als u het niveau LOCAL 4 selecteert, wordt al-
leen afgestemd op de sterkste zenders. Bij la-
gere instellingen wordt ook afgestemd op
zwakkere zenders.
Frequenties van de sterkste
zenders opslaan
Met de functie BSM (Best Stations Memory,
geheugen voor de beste zenders) kunt u auto-
matisch de zes sterkste zenders opslaan onder
de voorkeuzetoetsen 1 t/m 6. Daarna kunt u
met één druk op de toets afstemmen op de op-
geslagen frequenties.
! Het is mogelijk dat de zenders die via de
BSM-functie worden opgeslagen de eerder
door uzelf opgeslagen zenders onder de
toetsen 1 t/m 6 vervangen.
1 Druk op FUNCTION en selecteer BSM.
2 Druk op a om de functie BSM in te
schakelen.
De zes sterkste zenders worden op basis van
de signaalsterkte in volgorde opgeslagen.
# Druk op b om het opslaan te annuleren.
Weergave van het RDS-display
wijzigen
RDS (radiodatasysteem) bevat niet-hoorbare
informatie die helpt bij het zoeken naar radio-
zenders.
! Sommige zenders leveren geen RDS-dien-
sten.
Bediening van het toestel
Nl
81
Hoofdstuk
Nederlands
02
! RDS-functies zoals AF en TA werken alleen
wanneer is afgestemd op een RDS-zender.
% Druk op DISPLAY.
Druk meerdere keren op DISPLAY om één van
de volgende instellingen te selecteren:
ProgrammaservicenaamPTY-informatie
Frequentie
# De PTY-informatie en de frequentie van de hui-
dige zender worden acht seconden op het display
getoond.
PTY-lijst
Specifiek Programmatype
NEWS Nieuws
AFFAIRS Actualiteiten
INFO Algemene informatie en adviezen
SPORT Sport
WEATHER Weerberichten/meteorologische infor-
matie
FINANCE Beursberichten, handel, zakelijk
nieuws enz.
POP MUS Populaire muziek
ROCK MUS Eigentijdse moderne muziek
EASY MUS Easy listening-muziek
OTH MUS Overige muziek
JAZZ Jazz
COUNTRY Countrymuziek
NAT MUS Nationale muziek
OLDIES Gouwe Ouwe
FOLK MUS Folkmuziek
L.CLASS Lichte klassieke muziek
CLASSIC Klassieke muziek
EDUCATE Educatieve programmas
DRAMA Hoorspelen en series
CULTURE Nationale of regionale cultuur
SCIENCE Natuur, wetenschap en techniek
VARIED Licht amusement
CHILDREN Kinderprogrammas
SOCIAL Praatprogrammas
RELIGION Religieuze aangelegenheden of dien-
sten
PHONE IN Inbelprogrammas
TOURING Reisprogrammas; niet voor verkeers-
berichten
LEISURE Hobbys en recreatie
DOCUMENT Docu mentaires
PTY-nooduitzendingen
Als de PTY-code voor noodgevallen wordt uit-
gezonden, wordt deze automatisch door dit
toestel ontvangen (ALARM verschijnt). Als de
uitzending is beëindigd, schakelt het toestel
terug naar de oorspronkelijke signaalbron.
! U kunt een noodbericht annuleren door op
TA te drukken.
U kunt een noodbericht ook annuleren
door op SOURCE, BAND, a, b, c of d te
drukken.
Alternatieve frequenties kiezen
Als de tuner geen goede ontvangst kan verkrij-
gen, gaat het toestel automatisch op zoek
naar een andere zender in hetzelfde netwerk.
% Houd TA ingedrukt om AF (zoeken naar
alternatieve frequenties) in of uit te scha-
kelen.
# U kunt de functie AF ook aan- en uitzetten via
het menu dat verschijnt wanneer u op
FUNCTION drukt.
Opmerkingen
! Als de functie AF is ingeschakeld, wordt bij
automatisch afstemmen of gebruik van de
BSM-functie alleen afgestemd op RDS-zen-
ders.
! Als u een voorkeuzezender oproept, kan de
tuner een nieuwe frequentie uit de AF-lijst van
de zender aan deze voorkeuzezender toewij-
zen. (Dit is alleen mogelijk als u voorkeuzezen-
ders op de banden F1 of F2 gebruikt.) Er
verschijnt geen voorkeuzenummer op het dis-
play als de RDS-gegevens van de ontvangen
zender afwijken van de gegevens van de oor-
spronkelijk opgeslagen zender.
! Het is mogelijk dat de geluidsweergave tijde-
lijk wordt onderbroken door een ander pro-
gramma ter wijl de AF-zoekfunctie actief is.
! De AF-functie kan voor elke FM-frequentie-
band afzonderlijk worden in- of uitgeschakeld.
Bediening van het toestel
Nl
82
Hoofdstuk
02
PI-zoeken
Als de tuner geen geschikte zender kan vinden
of als de ontvangst verslechtert, gaat het toe-
stel automatisch op zoek naar een andere zen-
der van hetzelfde programmatype. Tijdens het
zoeken wordt PI SEEK weergegeven en wordt
het volume gedempt.
Automatische PI-zoekfunctie voor
voorkeuzezenders
Wanneer een voorkeuzezender niet kan wor-
den opgeroepen (bijvoorbeeld wanneer u een
grote afstand hebt afgelegd), kan het toestel
zo worden ingesteld dat ook bij het oproepen
van een voorkeuzezender de PI-zoekfunctie
wordt uitgevoerd.
! De automatische PI-zoekfunctie is stan-
daard uitgeschakeld. Zie De automatische
PI-zoekfunctie in- of uitschakelen op blad-
zijde 86.
Alleen zenders met regionale
programmering zoeken
Als de functie AF is ingeschakeld, beperkt de
regionale functie het zoeken tot regionale pro-
grammas.
1 Druk op FUNCTION en selecteer REG.
2 Druk op a of b om de regionale functie
in of uit te schakelen.
Opmerkingen
! Regionale programmering en regionale net-
werken kunnen per land verschillend georga-
niseerd zijn. (Ze kunnen bijvoorbeeld
verschillen afhankelijk van de tijd, het land of
het ontvangstgebied.)
! Het voorkeuzenummer kan van het display
verdwijnen als de tuner op een regionale zen-
der afstemt die afwijkt van de zender die oor-
spronkelijk was gekozen.
! De regionale functie kan voor elke FM-fre-
quentieband afzonderlijk worden in- of uitge-
schakeld.
Verkeersberichten ontvangen
Met de functie TA (stand-by voor verkeersbe-
richten) kunt u automatisch verkeersberichten
ontvangen, ongeacht de signaalbron waarnaar
u aan het luisteren bent. De functie TA kan
voor zowel een TP-zender (een zender die ver-
keersberichten uitzendt) als een uitgebreide
TP-zender van een ander netwerk (een zender
met informatie die verwijst naar andere TP-
zenders) worden geactiveerd.
1 Stem af op een TP-zender of een uitge-
breide TP-zender van een ander netwerk.
De TP-indicator licht op.
2 Druk op TA om de functie Stand-by
voor verkeersberichten in te schakelen.
# Druk nogmaals op TA om de functie Stand-by
voor verkeersberichten weer uit te schakelen.
3 U kunt het volume van de verkeersbe-
richten regelen met VOLUME wanneer er
een verkeersbericht wordt uitgezonden.
Het ingestelde volume wordt in het geheugen
opgeslagen en wordt opnieuw gebruikt bij vol-
gende verkeersberichten.
4 Druk op TA terwijl er een verkeersbe-
richt wordt ontvangen als u het bericht
wilt annuleren.
De tuner keert terug naar de oorspronkelijk in-
gestelde signaalbron maar blijft in de stand-
bymodus totdat u nogmaals op TA drukt.
# U kunt de functie TA ook in- of uitschakelen
via het menu dat verschijnt wanneer u op
FUNCTION drukt.
Opmerkingen
! Wanneer het verkeersbericht is afgelopen,
keert het systeem terug naar de oorspronkelij-
ke signaalbron.
! Als de functie TA is ingeschakeld, wordt er bij
automatisch afstemmen of gebruik van de
BSM-functie alleen afgestemd op TP-zenders
en uitgebreide TP-zenders van een ander net-
werk.
Bediening van het toestel
Nl
83
Hoofdstuk
Nederlands
02
Ingebouwde speler
Een disc afspelen
1 Plaats een CD in de CD-laadsleuf.
Het afspelen begint automatisch.
# Plaats de cd met de bedrukte kant naar
boven.
# Nadat u de CD in het toestel heeft geplaatst,
drukt u op SOURCE om de ingebouwde CD-speler
als signaalbron te kiezen.
# U kunt de CD uitwerpen door op EJECT te
drukken.
2 Houd c of d ingedrukt om vooruit of
achteruit te spoelen.
3 Druk op c of d om naar het vorige of
volgende fragment te gaan.
Opmerkingen
! Lees de voorzorgsmaatregelen voor het ge-
bruik van discs en de speler op bladzijde 88.
! Als er een foutmelding zoals ERROR-11 wordt
weergegeven, raadpleeg dan Foutmeldingen
op bladzijde 88.
Herhaalde weergave
Met herhaalde weergave kunt u hetzelfde frag-
ment laten herhalen.
1 Druk op FUNCTION en selecteer RPT.
2 Druk op c of d en selecteer het ge-
wenste herhaalbereik.
DSC Alle fragmenten herhalen
TRK Het spelende fragment herhalen
# Als u een fragment zoekt of vooruit- of achter-
uitspoelt, wordt herhaalde weergave automatisch
geannuleerd.
# Druk op BAND om terug te keren naar het
normale display.
Fragmenten in willekeurige
volgorde afspelen
Met de functie willekeurige weergave kunt u
de fragmenten op de CD in willekeurige volg-
orde laten afspelen.
1 Druk op FUNCTION en selecteer RDM.
2 Druk op a of b om de funct ie willekeu-
rige weergave in of uit te schakelen.
Als willekeurige weergave is ingeschakeld, ver-
schijnt RDM in het display.
# Druk op BAND om terug te keren naar het
normale display.
Fragmenten op een CD scannen
Met de functie Scanweergave worden van elk
fragment op de cd de eerste 10 seconden afge-
speeld.
1 Druk op FUNCTION en selecteer SCAN.
2 Druk op a om de scanweergave in te
schakelen.
SCAN verschijnt op het display. De eerste 10
seconden van elk fragment worden afge-
speeld.
3 Als u het gewenste fragment heeft ge-
vonden, drukt u op b om de scanweergave
uit te schakelen.
# Als het display automatisch naar het weerga-
vedisplay is teruggekeerd, kunt u SCAN opnieuw
selecteren door op FUNCTION te drukken.
# Wanneer het scannen van de CD is voltooid,
begint de normale weergave van de fragmenten
opnieuw.
Het afspelen van een disc
onderbreken
Met de pauzetoets kunt u de weergave van de
disc tijdelijk onderbreken.
1 Druk op FUNCTION en selecteer PAUSE.
Bediening van het toestel
Nl
84
Hoofdstuk
02
2 Druk op a of b om de pauzefu nctie in
of uit te schakelen.
# Druk op BAND om terug te keren naar het
normale display.
Audio-instellingen
De balansinstelling
U kunt de fader/balansinstelling aanpassen
voor een optimale geluidsweergave voor alle
inzittenden.
1 Druk op AUDIO en selecteer FAD.
2 Druk op a of b om de balans tussen de
luidsprekers voorin en achterin in te stel-
len.
Tijdens het instellen wordt een waarde tussen
FAD F15 en FAD R15 weergegeven.
# FAD 0 is de aanbevolen instelling wanneer u
slechts twee luidsprekers gebruikt.
3 Druk op c of d om de balans tussen de
luidsprekers links en rechts in te stellen.
Tijdens het instellen wordt een waarde tussen
BAL L15 en BAL R15 weergegeven.
# Druk op BAND om terug te keren naar het
normale display.
De equalizer
Er zijn zes voorgeprogrammeerde equalizerin-
stellingen, die u op ieder moment eenvoudig
kunt oproepen: DYNAMIC, VOCAL,
NATURAL, CUSTOM, FLAT en POWERFUL.
! CUSTOM is een aangepaste equalizercurve
die u zelf maakt.
! Als FLAT is geselecteerd, wordt het geluid
niet aangevuld of gecorrigeerd.
% Druk op EQ om een equalizer te selec-
teren.
Druk herhaaldelijk op EQ om tussen de vol-
gende equalizerinstellingen te schakelen:
DYNAMICVOCALNATURALCUSTOM
FLATPOWERFUL
De equalizercurven aanpassen
U kunt de geselecteerde equalizercurve naar
wens aanpassen. Aangepast e equalizerinstel-
lingen worden opgeslagen in CUSTOM.
Lage, hoge en middentonen aanpassen
U kunt het niveau van de lage, hoge en mid-
dentonen aanpassen.
1 Druk op AUDIO en selecteer BASS/MID/
TREBLE.
2 Druk op a of b om het niveau aan te
passen.
U kunt het niveau verhogen of verlagen tussen
de waarden +6 en 6. De waarde wordt op het
display getoond.
# Druk op BAND om terug te keren naar het
normale display.
De loudness aanpassen
De loudness-functie compenseert een tekort
aan hoge en lage tonen bij lage volumes.
1 Druk op AUDIO en selecteer LOUD.
2 Druk op a of b om de loudness-functie
in of uit te schakelen.
# U kunt de loudness-functie ook aan of uit zet-
ten door op EQ te drukken en deze toets inge-
drukt te houden.
3 Druk op c of d en selecteer het ge-
wenste niveau.
LOW (laag)HI (hoog)
# Druk op BAND om terug te keren naar het
normale display.
Het bronniveau aanpassen
Met de functie SLA (Source Level Adjustment,
bronniveauregeling) kunt u het volumeniveau
van alle signaalbronnen afzonderlijk instellen.
Hierdoor kunt u plotselinge volumewisselin-
gen voorkomen wanneer u naar een andere
signaalbron overschakelt.
Bediening van het toestel
Nl
85
Hoofdstuk
Nederlands
02
! De instellingen zijn gebaseerd op het FM-
volumeniveau, dat u niet kunt wijzigen.
! Het MW/LW-volumeniveau kan ook met de
functie SLA worden aangepast.
1 Vergelijk het volumeniveau van de sig-
naalbron die u wilt aanpassen met het FM-
volumeniveau.
2 Druk op AUDIO en selecteer SLA.
3 Druk op a of b om het volume van de
signaalbron aan te passen.
U kunt het volume van de signaalbron verho-
gen of verlagen tussen de waarden SLA +4 en
SLA 4. De waarde wordt op het display ge-
toond.
# Druk op BAND om terug te keren naar het
normale display.
Overige functies
De begininstellingen aanpassen
Uitgaande van de begininstellingen van het
systeem kunt u verschillende instellingen aan
uw wensen aanpassen.
1 Houd SOURCE ingedrukt tot het toestel
uit gaat.
2 Houd SOURCE ingedrukt tot de functie-
naam op het display verschijnt.
3 Druk op FUNCTION en selecteer een
van de begininstellingen.
Druk meerdere keren op FUNCTION om één
van de volgende instellingen te selecteren:
FM (FM-afstemstap)A-PI (automatische PI-
zoekfunctie)AUX (externe ingang)SAVE
(energiezuinige modus)
Volg onderstaande instructies om deze instel-
lingen aan te passen.
# Druk op BAND om het aanpassen van begin-
instellingen te annuleren.
# U kunt de begininstellingen ook annuleren
door SOURCE ingedrukt te houden tot het appa-
raat uit gaat.
De FM-afstemstap instellen
Standaard wordt er bij automatisch afstem-
men een FM-afstemstap van 50 kHz gebruikt.
Als de functie AF of TA is ingeschakeld, is de
afstemstap automatisch 100 kHz. Maar soms
verdient het aanbeveling om de afstemstap op
50 kHz in te stellen als AF is ingeschakeld.
! Bij handmatig afstemmen blijft de afstem-
stap 50 kHz.
1 Druk op FUNCTION en selecteer FM.
Raadpleeg De begininstellingen aanpassen op
deze bladzijde.
2 Druk op c of d en selecteer de FM-af-
stemstap.
Druk op c om 50 (50 kHz) te selecteren. Druk
op d om 100 (100 kHz) te selecteren.
De automatische PI-zoekfunctie
in- of uitschakelen
Het toestel kan automatisch zoeken naar een
andere zender met gelijkaardige program-
mas, ook bij het oproepen van voorkeuzezen-
ders.
1 Druk op FUNCTION en selecteer A-PI.
Raadpleeg De begininstellingen aanpassen op
deze bladzijde.
2 Druk op a of b om de automatische PI-
zoekfunctie aan of uit te zetten.
De externe ingang in- of
uitschakelen
U kunt met dit toestel externe apparaten ge-
bruiken. Als een extern apparaat op dit toestel
is aangesloten, moet u de externe aansluiting
activeren.
1 Druk op FUNCTION en selecteer AUX.
Raadpleeg De begininstellingen aanpassen op
deze bladzijde.
2 Druk op a of b om de externe aanslui-
ting in of uit te schakelen.
Bediening van het toestel
Nl
86
Hoofdstuk
02
De AUX-signaalbron
% Steek de stereo-miniplugkabel in de in-
gang van dit toestel.
AUX als signaalbron selecteren
% Druk op SOURCE en kies AUX als sig-
naalbron.
Het energieverbruik van de
accu verminderen
Als deze functie is ingeschakeld, kunt u het
energieverbruik van de accu verminderen.
! Als deze functie is ingeschakeld, kunt u al-
leen het bronsignaal inschakelen.
Belangrijk
Als de accu van het voertuig wordt losgekoppeld,
wordt de energiezuinige modus geannuleerd. U
moet de energiezuinige modus opnieuw aanzet-
ten nadat u de accu weer heeft aangesloten. Als
de contactschakelaar van het voertuig niet is uit-
gerust met een ACC-stand (accessoirestand), is
het mogelijk dat het toestel de accu als energie-
bron gebruikt als de energiebesparende modus is
uitgeschakeld.
1 Druk op FUNCTION en selecteer SAVE.
Raadpleeg De begininstellingen aanpassen op
de vorige bladzijde.
2 Druk op a of b om de energ iezuinige
modus in of uit te schakelen.
Geluid uitschakelen
Het geluid van dit toestel wordt in de volgende
gevallen automatisch uitgeschakeld:
! Er wordt gebeld met een mobiele telefoon
die op dit toestel is aangesloten.
! Er is een navigatiesysteem met spraakbe-
geleiding van Pioneer op dit toestel aange-
sloten.
Het geluid wordt uitgeschakeld en MUTE ver-
schijnt op het display. Het volume kan nog
worden aangepast, maar alle andere instellin-
gen niet. De bediening keert weer terug naar
de normale stand als het telefoongesprek of
de spraakbegeleiding is afgelopen.
Bediening van het toestel
Nl
87
Hoofdstuk
Nederlands
02
Foutmeldingen
Schrijf een foutmelding altijd nauwkeurig op
en houd deze bij de hand als u contact op-
neemt met uw leverancier of het dichtstbij-
zijnde Pioneer-servicecentrum.
Melding Oorzaak Maatregel
ERROR-11, 12,
17, 30
Vuile disc Maak de disc
schoon.
ERROR-11, 12,
17, 30
Bekraste disc Vervang de disc.
ERROR-10, 11,
12, 15, 17, 30,
A0
Elektrisch of me-
chanisch pro-
bleem
Zet het contact uit
en weer aan, of
schakel over naar
een andere sig-
naalbron en dan
terug naar de cd-
speler.
ERROR-15 De geplaatste
disc bevat geen
gegevens
Vervang de disc.
ERROR-22, 23 Het cd-formaat
kan niet worden
afgespeeld
Vervang de disc.
CD-ROM CD-ROM is ge-
plaatst
Vervang de disc.
Richtlijnen voor het gebruik
van discs en de speler
! Gebruik uitsluitend discs met onderstaand
logo.
! Gebruik uitsluitend normale, ronde discs.
Gebruik geen discs met een andere vorm
(shaped discs).
! Gebruik cds van 12 of 8 cm. Gebruik geen
adapter als u cds van 8 cm afspeelt.
! Plaats geen ander object dan een cd in de
cd-laadsleuf.
! Gebruik geen gebarste, gebroken, kromme
of op andere wijze beschadigde discs,
omdat zulke discs de speler kunnen be-
schadigen.
! Niet-gefinaliseerde cd-r/cd-rw-discs kunnen
niet worden afgespeeld.
! Raak de gegevenszijde van de disc niet
aan.
! Bewaar discs in het bijbehorende doosje
wanneer u ze niet gebruikt.
! Bewaar discs niet in een hete ruimte of in
direct zonlicht.
! Plak geen labels op discs, schrijf er niet op
en breng het oppervlak niet in aanraking
met chemische middelen.
! Om een cd te reinigen, veegt u de disc van
het midden naar de buitenkant met een
zachte doek schoon.
! Condens en vochtvorming kunnen de werk-
ing van de speler tijdelijk negatief beïnvloe-
den. Laat de speler in een warmere
omgeving ongeveer een uur op tempera-
tuur komen. Veeg vochtige schijven met
een zachte doek schoon.
! Sommige discs kunnen niet worden afge-
speeld afhankelijk van het type disc, de in-
deling ervan, de toepassing waarmee deze
is opgenomen, de omgeving waarin deze
wordt afgespeeld, de manier waarop deze
wordt bewaard, enzovoort.
! Tekstinformatie wordt soms niet correct
weergegeven. Dat is afhankelijk van de ma-
nier waarop de disc is opgenomen.
! Schokken tijdens het rijden van het voer-
tuig kunnen de disc laten overslaan.
! Lees de voor discs geldende voorzorgs-
maatregelen voordat u ze gebruikt.
Aanvullende informatie
Nl
88
Aanhangsel
Dual discs
! Dual discs zijn dubbelzijdige discs met aan
de ene kant een beschrijfbaar cd-oppervlak
voor audio-opnamen en aan de andere
kant een beschrijfbaar dvd-oppervlak voor
video-opnamen.
! Aangezien de cd-zijde van Dual discs niet
compatibel is met de algemene cd-stan-
daard, is het wellicht niet mogelijk de cd-
zijde op dit toestel af te spelen.
! Het regelmatig plaatsen en uitwerpen van
een Dual disc kan krassen veroorzaken op
de disc en tot afspeelproblemen leiden. In
sommige gevallen kan een Dual disc vast
komen te zitten in de cd-laadsleuf en kan
deze niet meer worden uitgeworpen. Om
problemen te voorkomen wordt u aangera-
den om geen Dual discs te gebruiken met
dit toestel.
! Raadpleeg de informatie van de fabrikant
van de disc voor meer informatie over Dual
discs.
Aanvullende informatie
Nl
89
Aanhangsel
Nederlands
Technische gegevens
Algemeen
Spanningsbron ......................... 14,4 V geli jkstroom (10,8 tot
15,1 V toelaatbaar)
Aarding ......................................... Negatief
Max. stroomverbruik .............. 10,0 A
Afmetingen (B × H × D):
DIN
Chassis ..................... 178 mm × 50 mm × 162
mm
Voorkant ................... 188 mm × 58 mm × 15 mm
D
Chassis ..................... 178 mm × 50 mm × 162
mm
Voorkant ................... 170 mm × 48 mm × 15 mm
Gewicht ........................................ 1,3 kg
Audio
Maximaal uitgangsvermogen
..................................................... 50 W × 4
Doorlopend uitgangsvermogen
..................................................... 22 W × 4 (50 Hz tot 15 000
Hz, 5% THD, 4 W belasting,
beide kanalen)
Belastingsimpedantie ........... 4 W (4 W tot 8 W toegestaan)
Toonregeling:
Lage tonen
Frequentie ............... 100 Hz
Gain ............................ ±13 dB
Midden
Frequentie ............... 1 kHz
Gain ............................ ±12 dB
Hoge tonen
Frequentie ............... 10 kHz
Gain ............................ ±12 dB
Cd-speler
Systeem ....................................... Compact Disc Audio
Bruikbare discs ........................ Compact Discs
Signaal-tot-ruisverhouding
..................................................... 94 dB (1 kHz) (IEC-A net-
werk)
Aantal kanalen .......................... 2 (stereo)
FM-tuner
Frequentiebereik ...................... 87,5 MHz tot 108,0 MHz
Bruikbare gevoeligheid ......... 11 dBf (0,7 µV/75 W, mono,
S/N: 30 dB)
Verhouding signaal-tot-ruis
..................................................... 72 dB (IEC-A netwerk)
MW-tuner
Frequentiebereik ...................... 531 kHz tot 1 602 kHz
Bruikbare gevoeligheid ......... 25 µV (S/N: 20 dB)
Verhouding signaal-tot-ruis
..................................................... 62 dB (IEC-A netwerk)
LW-tuner
Frequentiebereik ...................... 153 kHz tot 281 kHz
Bruikbare gevoeligheid ......... 28 µV (S/N: 20 dB)
Verhouding signaal-tot-ruis
..................................................... 62 dB (IEC-A netwerk)
Opmerking
Technische gegevens en ontwerp kunnen ter pro-
ductverbetering zonder voorafgaande kennisge-
ving worden gewijzigd.
Aanvullende informatie
Nl
90
Aanhangsel
1/107