Xerox 700i/700 Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding
Fiery
®
-afdrukcontroller
Variabele gegevens afdrukken
© 2011 Electronics For Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd
volgens de Kennisgevingen voor dit product.
45098108
10 juni 2011
INHOUD 3
INHOUD
INLEIDING 5
Terminologie en conventies 5
Over dit document 6
OVERZICHT 7
Overzicht van het afdrukken van variabele gegevens 7
Technologieën voor het afdrukken van variabele gegevens 8
Componenten van taken met variabele gegevens 8
Variabele gegevens afdrukken met de Fiery-afdrukcontroller 10
Compatibele talen voor het afdrukken van variabele gegevens 10
Kernfuncties van de Fiery-afdrukcontroller voor het afdrukken
van variabele gegevens 12
DOCUMENTEN MET VARIABELE GEGEVENS AFDRUKKEN 14
Documenten met variabele gegevens afdrukken met FreeForm 14
Hoe FreeForm werkt 14
Masterdocument maken 16
Variabel document maken 17
Het variabele document combineren met de FreeForm-master 18
Richtlijnen 20
Voorbeelden van masterdocumenten weergeven
in het Windows-printerstuurprogramma 22
Verbeterd FreeForm 23
Documenten met variabele gegevens afdrukken met FreeForm 2 24
INHOUD
INHOUD 4
Andere bestanden met variabele gegevens afdrukken 25
PS- of PDF-bestanden afdrukken als bestanden met variabele gegevens 26
Taken met variabele gegevens afdrukken met externe bronnen 27
Taken met variabele gegevens inslaan 28
INDEX 29
INLEIDING 5
INLEIDING
Dit document bevat informatie over het afdrukken van variabele gegevens (VDP).
Het beschrijft de functies voor het afdrukken van variabele gegevens die mogelijk door
de Fiery-afdrukcontroller worden ondersteund.
OPMERKING: Raadpleeg Afdrukken voor aanvullende informatie over functies voor variabele
gegevens.
Terminologie en conventies
Dit document gebruikt de volgende terminologie en conventies.
Term of conventie Verwijst naar
Kopieermachine Kopieermachine of printer
Titels in cursief Andere documenten in dit pakket
Onderwerpen waarvoor aanvullende informatie beschikbaar is door
de Help te openen in de software
Tips en informatie
Een waarschuwing met betrekking tot handelingen die kunnen
leiden tot de dood of zwaar lichamelijk letsel indien deze niet juist
worden uitgevoerd. Let altijd op deze waarschuwingen voor
een veilig gebruik van de apparatuur.
Een waarschuwing met betrekking tot handelingen die kunnen
leiden tot lichamelijk letsel indien deze niet juist worden
uitgevoerd. Let altijd op deze waarschuwingen voor een veilig
gebruik van de apparatuur.
Vereisten en beperkingen met betrekking tot handelingen. Lees deze
onderdelen altijd goed voor een juist gebruik van de apparatuur en
om beschadiging aan apparatuur of eigendommen te voorkomen.
INLEIDING 6
Over dit document
Het document bestrijkt de volgende onderwerpen:
Basisbegrippen voor het afdrukken van variabele gegevens
Ondersteunde Fiery-afdrukcontroller-functies en compatibele talen voor het afdrukken
van variabele gegevens
Instructies voor het afdrukken van variabele documenten met FreeForm of FreeForm 2
Instructies voor het afdrukken en verzenden van andere taakindelingen met variabele
gegevens, zoals PDF/VT, PPML, VIPP en Creo VPS
Taken met variabele gegevens afdrukken met externe bronnen
Overzicht van het inslaan van taken met variabele gegevens
OPMERKING: Raadpleeg de documentatie bij de toepassing voor meer informatie over het
afdrukken van taken met variabele gegevens met behulp van externe afdruktoepassingen voor
variabele gegevens.
Raadpleeg Voorbeelden van workflows voor voorbeeldscenarios van veelgebruikte workflows
voor het afdrukken van variabele gegevens.
OVERZICHT 7
OVERZICHT
Dit hoofdstuk beschrijft de technologie van het afdrukken van variabele gegevens en
behandelt de componenten die mogelijk worden ondersteund door uw Fiery-afdrukcontroller
en waarmee u afdruktaken met variabele gegevens kunt maken.
Raadpleeg Voorbeelden van workflows voor specifieke scenarios en workflows voor het
afdrukken van variabele gegevens.
Overzicht van het afdrukken van variabele gegevens
Het afdrukken van variabele gegevens wordt meestal gebruikt voor gepersonaliseerde mailings,
zoals directmailreclame. Bij deze afdrukmethode wordt een aantal masterelementen die op alle
afgedrukte exemplaren van een document gelijk zijn (herbruikbare gegevens) gecombineerd
met een aantal variabele elementen die per exemplaar verschillen. Met het afdrukken van
variabele gegevens maakt u persoonlijke documenten met elementen die uw doelpubliek sterk
aanspreken.
Een voorbeeld hiervan is een brochure die de klanten met hun naam begroet en die andere
persoonlijke informatie over de klant kan bevatten, afkomstig uit een marketingdatabase.
Achtergrondelementen, afbeeldingen en tekstblokken die niet variëren zijn masterelementen.
De naam van de klant en andere klantspecifieke gegevens zijn variabele elementen.
In de eenvoudigste vorm kunt u het afdrukken van variabele gegevens als een elementaire
samenvoegfunctie gebruiken. U kunt echter ook afbeeldingen, diagrammen, tekst en andere
objecten dynamisch samenvoegen om aantrekkelijke en in hoge mate geïndividualiseerde
documenten te maken.
Het afdrukken van variabele gegevens gebruikt een digitale afdruktechnologie die de
communicatie aanpast door databases met inhoud voor de afgedrukte documenten te
koppelen aan een afdrukapparaat zoals de kopieermachine. De aangepaste communicatie
omvat regels die bepalen welke inhoud uit de database wordt geselecteerd en waar die inhoud
in het document wordt geplaatst.
OVERZICHT 8
Technologieën voor het afdrukken van variabele gegevens
De volgende technologieën voor het afdrukken van variabele gegevens beschrijven
hoe de herbruikbare gegevens in een taal voor het afdrukken van variabele gegevens
worden gespecificeerd.
Op pagina’s gebaseerde technologie beschrijft statische, herbruikbare gegevens (het
masterelement) in termen van volledige paginas. Elk pagina-element heet een masterpagina.
Op paginas gebaseerde talen zijn vooral geschikt voor een eenvoudige, voorspelbare opmaak.
FreeForm is een op paginas gebaseerde taal. Raadpleeg “Documenten met variabele gegevens
afdrukken op pagina 14 voor meer informatie over FreeForm.
Op elementen gebaseerde technologie beschrijft statische, herbruikbare gegevens in termen
van elementen of objecten. Met op elementen gebaseerde technologie kunt u binnen een
pagina een groot aantal afzonderlijke objecten gebruiken als statische of individueel
variabele elementen.
Op elementen gebaseerde taken met variabele gegevens gebruiken herbruikbare objecten,
zoals afbeeldingen, voor de variabele elementen van de taak. Aangezien deze elementen vaak
worden gebruikt, worden deze opgeslagen op de Fiery-afdrukcontroller en als een groep in een
cachegeheugen bewaard.
Componenten van taken met variabele gegevens
Een typische afdruktaak met variabele gegevens bevat de volgende hoofdcomponenten:
Component met
variabele gegevens
Beschrijving
Inhoud Inhoud omvat de tekst, afbeeldingen of fotos die in verschillende gebieden van het document worden
geplaatst. U kunt allerlei toepassingen, zoals Adobe Photoshop of Microsoft Word, gebruiken om
statische of variabele inhoud te maken.
Database Een database is een tabel die alle veranderlijke of variabele elementen van een afgedrukt document
bevat, zoals tekst, illustraties en fotos. U kunt een database gebruiken die in een populair
bureaubladprogramma zoals Microsoft Excel of FileMaker Pro is gemaakt.
De gegevens moeten ingedeeld zijn in records en velden (categorieën) binnen elke record. Voorbeeld: in
een database voor personen is elke persoon een record en is de informatie over de persoon, zoals naam,
adres en telefoonnummer, een veld.
Bedrijfsregels Bedrijfsregels worden in een afdruktoepassing voor variabele gegevens gemaakt en bepalen welke
variabele inhoud wordt gebruikt en waar deze in het document wordt geplaatst. De toepassing voor
variabele gegevens gebruikt deze vooraf bepaalde regels, die door “if- en “then”-uitdrukkingen worden
beschreven, om bepaalde elementen uit databases te gebruiken voor het maken van gepersonaliseerde
paginas en documenten met verschillende teksten en afbeeldingen voor elk specifiek publiek. U kunt
bijvoorbeeld een regel maken om voor een specifiek leeftijdsbereik een specifieke inhoud af te drukken.
Opmaak De opmaak omvat het ontwerp of de pagina-indeling van uw document, in een toepassing
voor desktoppublishing of tekstverwerking. De opmaak moet rekening houden met ruimte voor
variabele teksten en afbeeldingen.
OVERZICHT 9
Het volgende diagram toont de componenten van het afdrukken van variabele gegevens.
Afdruktoepassingen voor
variabele gegevens
Afdruktoepassingen voor variabele gegevens combineren masterelementen en variabele gegevens
en bereiden het document voor op het afdrukken. Voor FreeForm hebt u geen gespecialiseerde
afdruktoepassing voor variabele gegevens nodig.
Afdrukapparaat Het afdrukapparaat is een uitvoerapparaat dat digitale bestanden omzet in gedrukte documenten.
Dit kan elke printer, kopieermachine of digitale pers zijn die afdrukken van variabele
gegevens ondersteunt.
Component met
variabele gegevens
Beschrijving
1 Opmaak
2 Database
3 Bedrijfsregels
4 Inhoud
5 Toepassing voor variabele
gegevens
6 Afdrukapparaat
1
2
3
4
5
6
OVERZICHT 10
Variabele gegevens afdrukken met de Fiery-afdrukcontroller
De Fiery-afdrukcontroller combineert talen voor het afdrukken van variabele gegevens,
externe afdruktoepassingen voor variabele gegevens en kernfuncties van de Fiery-
afdrukcontroller, zodat deze in veel bestaande workflows kan worden opgenomen.
Raadpleeg Voorbeelden van workflows voor meer informatie over workflows voor het
afdrukken van variabele gegevens.
Compatibele talen voor het afdrukken van variabele gegevens
De Fiery-afdrukcontroller is compatibel met de volgende talen voor het afdrukken van
variabele gegevens:
FreeForm en FreeForm 2
FreeForm en FreeForm 2 worden gebruikt met oplossingen voor variabele gegevens.
Met de FreeForm-technologie worden herbruikbare gegevens slechts eenmaal
verwerkt (RIP), zodat de kopieermachine sneller kan werken.
FreeForm ondersteunt het maken van masterelementen en variabele gegevens met alle
bureaubladtoepassingen en computerplatformen. In de toepassing krijgt de masterpagina
een nummer van 1 tot 100. De FreeForm-opties zijn aanwezig in het stuurprogramma
en de hulpprogrammas voor taakbeheer. Raadpleeg Documenten met variabele gegevens
afdrukken op pagina 14 voor meer informatie over FreeForm.
FreeForm 2 breidt de FreeForm-technologie uit door u de mogelijkheid te bieden om
paginacondities en -regels te bepalen voor het afdrukken van een taak met meerdere
masterpaginas. U kunt hier ook de grenzen bepalen voor elke record in de datastroom.
Dat betekent dat u een begin en een einde van elke record kunt bepalen. In tegenstelling
met FreeForm heeft FreeForm 2 een afdruktoepassing voor variabele gegevens nodig die
FreeForm 2 specifiek ondersteunt, zoals PrintShop Mail. Raadpleeg “Documenten met
variabele gegevens afdrukken op pagina 14 voor meer informatie over FreeForm 2.
Personalized Print Markup Language (PPML) versie 2.2
PPML, een door PODi ontwikkelde, op XML gebaseerde taal, wordt als een standaard
van de sector beschouwd. Met PPML kan de kopieermachine tekstelementen en grafische
elementen opslaan en wanneer nodig hergebruiken, zodat taken met variabele gegevens
sneller worden afgedrukt.
De Fiery-afdrukcontroller aanvaardt gecomprimeerde en niet-gecomprimeerde taken
in PPML. Als u documenten wilt afdrukken in PPML-indeling, gebruikt u een externe
softwaretoepassing die compatibel is met de PPML-indeling, zoals Pageflex Persona.
Verzend de PPML-taak naar de Fiery-afdrukcontroller of download het PPML-bestand
met Command WorkStation
of Hot Folders.
OPMERKING: PPML versie 2.2-bestanden die zijn gemaakt met de opdrachten
IMPOSITION of PRINT_LAYOUT in de PPML-toepassing worden niet ondersteund op
de Fiery-afdrukcontroller. Geef deze opties op vanuit Command WorkStation met Impose.
OVERZICHT 11
Creo Variable Print Specification (VPS)
Creo VPS is een uitbreiding van de door Creo ontwikkelde PostScript-taal. Een Creo VPS-
bestand bestaat uit een header-sectie en een brochure-sectie. De header-sectie bevat de
globale objecten voor de volledige taak. De brochure-sectie bevat een exemplaar van een
geïndividualiseerd document. Pagina-elementen zijn herbruikbare objecten die in de Creo
VPS-indeling zijn gedefinieerd. Alle pagina-elementen moeten opgenomen zijn in het
Creo VPS-bestand.
Om af te drukken hebt u een toepassing nodig die de Creo VPS-datastroom verstuurt,
zoals Atlas PrintShop Mail of Creo Darwin Desktop. U kunt een Creo VPS-bestand
downloaden met Command WorkStation of Hot Folders.
Xerox Variable Data Intelligent PostScript Printware (VIPP)
VIPP is een eigen paginabeschrijvingstaal die door Xerox is ontwikkeld. Als u documenten
wilt afdrukken in een Xerox VIPP-indeling, gebruikt u een externe toepassing die
compatibel is met het Xerox VIPP-indeling. Verzend de Xerox VIPP-taak of download
het Xerox VIPP-bestand met Command WorkStation of Hot Folders.
Portable Document Format/Variable Transitional (PDF/VT), versie 1.0
PDF/VT is door Adobe gemaakt op basis van PDF-technologie. PDF/VT maakt
betrouwbare documentuitwisseling mogelijk voor het afdrukken van variabele gegevens en
transactiedocumenten. Transactiedocumenten zijn bijvoorbeeld facturen, bankafschriften
en documenten die factuurinformatie integreren met marketinginformatie.
Een VDP-toepassing genereert de PDF/VT-bestanden, die paginas en records bevatten en
metagegevens over paginas per record. Deze PDF/VT-bestanden worden geïmporteerd in
de Fiery-afdrukcontroller. De PDF/VT-bestanden kunnen worden verwerkt via PostScript
of APPE en kunnen paginas en records weergeven en paginas per record. PDF/VT maakt
gebruik van op objecten gebaseerde technologie.
PS- en PDF-bestanden wanneer Recordlengte definiëren is geselecteerd
Een PS- of PDF-bestand kan worden verwerkt als een taak met variabele gegevens wanneer
Recordlengte definiëren is geselecteerd in Taakeigenschappen. Wanneer deze optie is
geselecteerd, kunt u een vaste subsetlengte definiëren voor het verwerken van variabele
gegevens.
OPMERKING: De optie Recordlengte definiëren is niet beschikbaar voor VDP- en Quick
Doc Merge-taken.
OVERZICHT 12
Kernfuncties van de Fiery-afdrukcontroller voor het afdrukken
van variabele gegevens
Door de ondersteuning van variabele gegevens te integreren met de kernfuncties van
de Fiery-afdrukcontroller, zoals Impose en Gemengde media, kunt u een opmaak op maat
maken en verschillende media- en afwerkingsopties toepassen op uw taken met variabele
gegevens. U kunt ook met VDP-hulpbronnen herbruikbare objecten voor een taak met
variabele gegevens beheren.
Impose en inslag voor het afdrukken van variabele gegevens
De Fiery-afdrukcontroller is compatibel met inslag voor het afdrukken van variabele gegevens
met Impose. De compatibiliteit geldt voor de volgende talen voor het afdrukken van variabele
gegevens:
Taken met variabele gegevens in FreeForm en FreeForm 2
•PPML
•Creo VPS
•Xerox VIPP
•PDF/VT
PS- en PDF-bestanden wanneer Recordlengte definiëren is geselecteerd
Raadpleeg de Help van Command WorkStation voor informatie over het inslaan van een taak
met variabele gegevens.
Hot Folders met inslag bij afdrukken van variabele gegevens
U kunt met Hot Folders een taak met variabele gegevens inslaan wanneer u de taak naar
de Fiery-afdrukcontroller verzendt. U moet in de toepassing Hot Folders voor de specifieke
Hot Folder een gepaste inslagsjabloon instellen voor het afdrukken van variabele gegevens.
Raadpleeg de Help van Hot Folders voor informatie over het inslaan van een taak met
variabele gegevens met Hot Folders. Raadpleeg de Help van Command WorkStation voor
informatie over inslagopties voor variabele gegevens.
Gemengde media en het afdrukken van variabele gegevens
U kunt instellingen voor Gemende media toepassen op alle afdruktaken met
variabele gegevens. Wanneer u instellingen voor Gemengde media gebruikt, herkent
de Fiery-afdrukcontroller elke variabele gegevensrecord als een afzonderlijke taak. Bij een taak
met variabele gegevens die niet wordt ingeslagen, worden de instellingen voor Gemengde
media toegepast op alle records van de taak met variabele gegevens.
Raadpleeg Hulpprogramma’s voor meer informatie over het instellen van Gemengde
media voor een taak.
OVERZICHT 13
VDP-hulpbronnen
Herbruikbare objecten zijn vereiste afbeeldingen die u naar de Fiery-afdrukcontroller
moet downloaden voor taken met variabele gegevens die variabele elementen bevatten.
Deze herbruikbare objecten worden op de Fiery-afdrukcontroller opgeslagen en als een
groep in een cachegeheugen bewaard.
Met de functie VDP-hulpbronnen, die beschikbaar is vanuit Command WorkStation, kunt u
de schijfruimte op de Fiery-afdrukcontroller beheren door de lijst van herbruikbare objecten
op te roepen en deze ofwel te verwijderen, ofwel te behouden voor toekomstige taken
met variabele gegevens. VDP-hulpbronnen is compatibel met de volgende talen voor
het afdrukken van variabele gegevens:
FreeForm
•PPML
•Creo VPS
•Xerox VIPP
•PDF/VT
Raadpleeg de Help van Command WorkStation voor meer informatie over het gebruik
van VDP-hulpbronnen.
DOCUMENTEN MET VARIABELE GEGEVENS AFDRUKKEN 14
DOCUMENTEN MET VARIABELE GEGEVENS AFDRUKKEN
Met de FreeForm-technologie kunt u afdrukopties gebruiken om masterdocumenten
te definiëren en toe te wijzen aan taken met variabele gegevens die naar
de Fiery-afdrukcontroller worden gestuurd.
Dit hoofdstuk legt uit hoe u het volgende doet:
Documenten afdrukken met FreeForm
Documenten afdrukken met FreeForm 2 en een externe toepassing voor
variabele gegevens
Andere indelingen voor variabele gegevens afdrukken
Taken met variabele gegevens afdrukken met externe bronnen
Taken met variabele gegevens inslaan
OPMERKING: Raadpleeg Afdrukken voor informatie over ondersteunde talen en functies
voor variabele gegevens.
Documenten met variabele gegevens afdrukken met FreeForm
U kunt FreeForm gebruiken om documenten met variabele gegevens af te drukken.
Dit gedeelte geeft een overzicht van FreeForm en beschrijft hoe u masterelementen en
variabele elementen maakt en combineert. Op het einde van dit gedeelte worden richtlijnen
en tips besproken.
Hoe FreeForm werkt
Bij het afdrukken van variabele gegevens met FreeForm, worden de gegevens van de
masterelementen voor de taak naar de Fiery-afdrukcontroller gestuurd en afzonderlijk van
de gegevens van de variabele elementen gerasterd. De gegevens van de masterelementen
worden in gerasterde vorm als een FreeForm-master opgeslagen op de Fiery-afdrukcontroller
en kunnen zo vaak als nodig worden gebruikt in combinatie met meerdere sets gegevens
met variabele elementen. De FreeForm-master wordt vooraf verwerkt en opgeslagen op
de Fiery-afdrukcontroller. Dit betekent dat bij het afdrukken van taken met variabele
gegevens alleen de variabele elementen moeten worden verwerkt.
U kunt FreeForm-masters gebruiken voor alle vaste gegevens die worden gecombineerd met
gegevens die van dag tot dag variëren. U kunt bijvoorbeeld een sjabloon voor een briefhoofd
opslaan als een FreeForm-master en bij herhaling gebruiken als achtergrond voor brieven met
uiteenlopende inhoud (de gegevens van de variabele elementen).
DOCUMENTEN MET VARIABELE GEGEVENS AFDRUKKEN 15
Met behulp van FreeForm kunt u in elke gewenste toepassing het masterdocument en het
variabele document maken. Beide documenten kunnen ook in twee verschillende
toepassingen worden gemaakt en zelfs op verschillende computerplatforms. Gebruik een
toepassing voor paginaopmaak of een grafisch programma om het masterdocument te maken.
Gebruik een tekstverwerkingsprogramma dat beschikt over een functie voor het samenvoegen
van afdrukken, een toepassing voor paginaopmaak die het uitvoeren van scripts ondersteunt
of een databaseprogramma om het variabele document te maken.
U beheert de functies van FreeForm met de afdrukopties Master maken en Master gebruiken.
Kies deze opties in het printerstuurprogramma wanneer u een taak verzendt, of vraag
de operator om deze te activeren met vervangende taakinstellingen vanuit Command
WorkStation. Nadat het masterdocument is verwerkt, wordt dit weergegeven in VDP-
hulpbronnen in Apparaatcentrum van Command WorkStation. U kunt Command
WorkStation ook gebruiken voor het bewaken en beheren van alle FreeForm-masters die
op de Fiery-afdrukcontroller zijn opgeslagen. Raadpleeg de Help van Command WorkStation
voor meer informatie.
Als u een taak met variabele gegevens wilt afdrukken met FreeForm, gaat u als volgt te werk:
Stap Taak Meer informatie
1 Masterdocument maken raadpleeg pagina 16
2 Variabel document maken raadpleeg pagina 17
3 Masterbestand en variabel bestand
combineren met FreeForm
raadpleeg pagina 18
DOCUMENTEN MET VARIABELE GEGEVENS AFDRUKKEN 16
Masterdocument maken
Voordat u FreeForm kunt gebruiken, moet u twee documenten maken: een masterdocument
en een variabel document.
HET MASTERDOCUMENT MAKEN
1 Maak de opmaak van de master vanuit een toepassing maar keuze. Dit wordt uiteindelijk
de opmaak voor het gecombineerde document, met ruimte voor afzonderlijke elementen.
2 Rangschik de masterelementen (tekst en afbeeldingen die niet veranderen) op een of
meer pagina’s en laat ruimte vrij voor de variabele elementen.
3 Sla het bestand op.
Masterdocument
1 Ruimte voor variabele
elementen
2 Masterelementen die
niet veranderen
1
2
DOCUMENTEN MET VARIABELE GEGEVENS AFDRUKKEN 17
Variabel document maken
U kunt het variabele document maken in een tekstverwerkingsprogramma dat beschikt over
een functie voor het samenvoegen van afdrukken, een toepassing voor paginaopmaak die het
uitvoeren van scripts ondersteunt of een databaseprogramma.
HET VARIABELE DOCUMENT MAKEN
1 Maak het variabele document vanuit een ondersteunde toepassing, in overeenstemming met
de opmaak van het masterdocument.
2 Voeg de variabele gegevens toe op de juiste plaats in het document.
In de toepassing worden de gegevens opgehaald uit een lijst of database en samengevoegd
met een bestaand document dat is ontworpen om mastergegevens te ontvangen. In elke
toepassing werkt deze functie anders. Raadpleeg de documentatie bij uw toepassing voor
nadere instructies.
OPMERKING: U moet een variabel document maken met hetzelfde aantal paginas als de
master. Als een masterdocument bijvoorbeeld een recordlengte van vier paginas heeft,
moeten alle variabele documenten eveneens een recordlengte van vier paginas hebben.
Voeg met verbeterd FreeForm zo nodig lege paginas toe aan de laatste record van het
variabele document (raadpleeg “Verbeterd FreeForm op pagina 23).
3 Sla het bestand op.
Variabel document
1 Variabel element
1
1
1
1
DOCUMENTEN MET VARIABELE GEGEVENS AFDRUKKEN 18
Het variabele document combineren met de FreeForm-master
Wanneer u het variabele document afdrukt op de Fiery-afdrukcontroller, geeft u de
FreeForm-master aan die u met de afdrukoptie Master gebruiken hebt gemaakt op basis
van uw masterdocument. De Fiery-afdrukcontroller combineert de rastergegevens van het
variabele document met de reeds verwerkte FreeForm-master en maakt zodoende een
nieuw rasterbestand.
DOCUMENTEN MET VARIABELE GEGEVENS AFDRUKKEN MET FREEFORM
1 Druk het gemaakte masterdocument (raadpleeg pagina 16) af op de Fiery-afdrukcontroller,
met de optie Master maken ingesteld op een van de nummers van de FreeForm-masters.
U kunt de optie Master maken ook instellen op Geen en de operator vragen om in
Command WorkStation met een vervangende taakinstelling van deze taak een FreeForm-
master te maken.
Raadpleeg de Help van Command WorkStation voor meer informatie.
Als u de FreeForm-master wilt afdrukken om te controleren of deze correct is voordat u
de master met variabele gegevens combineert, schakelt u de functie Master afdrukken in nadat
het bestand naar de Fiery-afdrukcontroller is verzonden (raadpleeg Afdrukken).
2 Druk het variabele document dat u hebt gemaakt (raadpleeg pagina 17) af op
de Fiery-afdrukcontroller, nadat u bij de optie Master gebruiken het nummer van de
overeenkomstige FreeForm-master hebt geselecteerd.
3 Als u een voorbeeld van de master wilt bekijken, klikt u in het printerstuurprogramma op
Voorbeeld master om een afbeelding met lage resolutie van de master aan te maken.
Raadpleeg “Voorbeelden van masterdocumenten weergeven in het Windows-
printerstuurprogramma” op pagina 22 voor meer informatie.
DOCUMENTEN MET VARIABELE GEGEVENS AFDRUKKEN 19
Het nummer van de FreeForm-master kan een nummer zijn dat u zelf hebt ingesteld tijdens
het verzenden van het masterdocument of een nummer dat is toegewezen door de operator.
Als u vanuit Command WorkStation een voorbeeld van de taak wilt bekijken voordat deze
wordt afgedrukt, verwerkt u de taak en blokkeert u deze vanuit Command WorkStation.
Raadpleeg de Help van Command WorkStation voor het inslaan van de taak.
De Fiery-afdrukcontroller combineert de rastergegevens van het variabele document met
de reeds verwerkte FreeForm-master en maakt zodoende een nieuw rasterbestand.
Een masterdocument kan uit meerdere paginas bestaan. Wanneer u een variabel document
afdrukt en een FreeForm-master opgeeft die meerdere paginas bevat, worden de variabele
paginas op een cyclische manier gecombineerd met de masterpaginas. In het volgende
voorbeeld kunt u zien hoe een variabel document wordt gecombineerd met een
masterdocument dat uit twee paginas bestaat.
Gecombineerd document
DOCUMENTEN MET VARIABELE GEGEVENS AFDRUKKEN 20
Paginas 1 en 2 van het variabele document worden gecombineerd met respectievelijk paginas
1 en 2 van het masterdocument. De cyclus van de masterpaginas wordt vervolgens opnieuw
gestart en paginas 3 en 4 van het variabele document worden opnieuw gecombineerd met
respectievelijk paginas 1 en 2 van het masterdocument. Deze procedure wordt herhaald
voor alle volgende sets van twee paginas in het variabele document.
Richtlijnen
In deze sectie vindt u enkele tips voor het correct afdrukken van taken met variabele gegevens.
Vraag uw systeembeheerder of operator hoe nummers van FreeForm-masters worden
toegewezen op uw locatie.
U kunt niet de opties Master gebruiken en Master maken in dezelfde taak opgeven.
FreeForm-masters met een enkele pagina zijn beperkt tot enkelzijdige uitvoer. U kunt niet
dubbelzijdig afdrukken op een FreeForm-master met een enkele pagina.
Verzend uw afdruktaken met variabele gegevens niet naar de directe verbinding.
Als u een taak met variabele gegevens naar de directe verbinding verzendt, wordt de taak
niet verwerkt.
Gebruik de velden Opmerkingen en Instructies om instructies over taken door te geven
aan de operator.
Gecombineerd document
DOCUMENTEN MET VARIABELE GEGEVENS AFDRUKKEN 21
Wijs een unieke en betekenisvolle naam toe aan uw taken.
U en de operator moeten uw taken gemakkelijk kunnen herkennen wanneer er veel taken
in de wachtrijen staan, wanneer nummers van FreeForm-masters opnieuw worden
toegewezen of wanneer u in de velden Opmerkingen of Instructies moet verwijzen
naar een andere taak.
Bij de opties Master maken en Master gebruiken kunt u voor het opgeven van een naam
niet de volgende speciale tekens gebruiken:
|, /, \, *,?, “, ', `,:, <, > of speciale stuurcodes
De naam van een FreeForm 2-master mag niet beginnen met “form” of “formU”.
De lengte van FreeForm 2-masternamen is beperkt tot 64 tekens.
Houd bij het gebruik van FreeForm rekening met de beperkingen op de afdrukopties.
Het masterbestand en het variabele bestand moeten dezelfde instellingen voor
papierformaat en afdrukstand gebruiken. Elke taak is beperkt tot slechts één
papierformaat, zelfs wanneer gemengde media worden toegepast.
De afwerkingsopties en papierladekeuze die zijn opgegeven in het bestand met variabele
gegevens hebben voorrang op de instellingen van de mastertaak, mochten deze
instellingen verschillen.
Alleen FreeForm ondersteunt de instellingen Master maken en Master gebruiken in het
venster Taakeigenschappen van Command WorkStation en het printerstuurprogramma.
Raadpleeg Afdrukken voor meer informatie over deze beperkingen.
Voor geen enkel type FreeForm-taak kunt u een ingeslagen taak (.dbp) aanwijzen
als master.
Alleen het bestand met variabele gegevens moet zijn ingeslagen voor FreeForm
en FreeForm 2.
Voor gebruik van FreeForm 2-taken met VDP-inslag en op records gebaseerde
afwerking zijn recordgrensinstellingen vereist, zoals geproduceerd door de toepassing.
DOCUMENTEN MET VARIABELE GEGEVENS AFDRUKKEN 22
Voorbeelden van masterdocumenten weergeven in het
Windows-printerstuurprogramma
Nadat u een masterdocument hebt gemaakt, kunt u een voorbeeldweergave ervan bekijken in
het Windows-printerstuurprogramma. Met deze functie kunt u handig uw masterdocument
kiezen wanneer u met FreeForm afdrukt.
VOORBEELDEN VAN MASTERDOCUMENTEN WEERGEVEN IN HET WINDOWS-PRINTERSTUURPROGRAMMA
1 Kies Afdrukken in de toepassing waarmee u werkt.
2 Selecteer de Fiery-afdrukcontroller als uw printer en klik op Eigenschappen.
3 Klik op het tabblad Fiery-afdrukken.
4 Klik op het pictogram VDP.
5 Klik op Bijwerken om de lijst met namen van FreeForm-masters uit de Fiery-afdrukcontroller
op te halen.
De nummers en de namen van de FreeForm-masters verschijnen in de opties Master maken
en Master gebruiken.
OPMERKING: U moet tweerichtingscommunicatie inschakelen om de lijst met FreeForm-
masternamen op te halen. Raadpleeg de Help van het printerstuurprogramma om deze
functie in te schakelen.
6 Selecteer in de optie Master gebruiken het masterdocument waarvan u een voorbeeld
wilt zien en klik op Voorbeeld master.
Het venster FreeForm-master - Voorbeeld wordt geopend.
7 Klik op Sluiten.
DOCUMENTEN MET VARIABELE GEGEVENS AFDRUKKEN 23
Verbeterd FreeForm
Met verbeterd FreeForm kunt u het masterbestand en variabele bestand toewijzen in een door
de gebruikers gedefinieerde volgorde, zodat u geen lege paginas hoeft toe te voegen om de
gewenste samengevoegde uitvoer te verkrijgen. In tegenstelling tot FreeForm is de
paginavolgorde vast bij het samenvoegen van masterbestand en variabel bestand.
MASTERBESTAND EN VARIABEL BESTAND TOEWIJZEN MET VERBETERD FREEFORM
1 Selecteer een FreeForm-taak en klik op het tabblad VDP in Taakeigenschappen.
2 Selecteer een FreeForm-master in Master gebruiken.
OPMERKING: Zorg dat u het aantal masterpaginas voor uw taak kent wanneer u de FreeForm-
master selecteert.
3 Selecteer Verbeterd FreeForm inschakelen en klik op Toewijzing definiëren.
U kunt elke pagina in de master toewijzen aan elke pagina van het variabele document.
De master kan meer paginas bevatten dan het uiteindelijke document. Bovendien hoeft de
recordlengte van het variabele document niet overeen te komen met het totaal aantal
masterpaginas.
4 Voer het aantal pagina’s per record voor uw taak in bij Pagina's met variabele gegevens
per record.
5 Als u een voorbeeld van de masterpagina wilt bekijken, klikt u op Voorbeeld master.
Klik vervolgens op Sluiten wanneer u klaar bent met het bekijken van het voorbeeld.
6 Nadat alle masters en variabelen voor uw taak zijn samengevoegd, voert u de recordlengte
in bij Totaal aantal te voltooien pagina’s per record en klik vervolgens op Doorgaan.
De kolom Totaal aantal paginas toont het totaal aantal paginas in de record en de
paginavolgorde van het masterbestand en de pagina met variabele gegevens.
DOCUMENTEN MET VARIABELE GEGEVENS AFDRUKKEN 24
7 Wijs elke pagina in de kolom Pagina’s met variabele gegevens toe aan een masterpagina in
de kolom Masterpagina's.
8 Als er masterpagina’s zijn die niet zijn toegewezen aan een pagina met variabele gegevens,
gebruikt u de pijl-omhoog en pijl-omlaag om de paginavolgorde van deze pagina’s
te bepalen.
9 Klik op OK en klik vervolgens op OK om de taak af te drukken.
Documenten met variabele gegevens afdrukken met FreeForm 2
FreeForm 2 breidt de functies van FreeForm uit. FreeForm 2 heeft een externe
afdruktoepassing voor variabele gegevens nodig die FreeForm 2 ondersteunt, zoals PrintShop
Mail. Met de externe afdruktoepassing en FreeForm kunt u masters met meerdere paginas
maken, zodat u uw documenten verder kunt personaliseren en aanpassen. U kunt een
master gebruiken die in een andere toepassing is gemaakt en vervolgens de mastergegevens en
databasegegevens combineren met een externe toepassing die FreeForm 2 ondersteunt,
bijvoorbeeld PrintShop Mail.
Met FreeForm 2 en de afdruktoepassing voor variabele gegevens kunt u paginacondities
opgeven die regels voor afzonderlijke paginas van een master bevatten. Met behulp van
deze regels, die worden beschreven met “if” en then”-instructies op elke masterpagina, kunt
u paginas binnen een master overslaan of afdrukken. Raadpleeg de documentatie bij uw
externe afdruktoepassing voor variabele gegevens voor meer informatie over het maken van
paginacondities.
Met FreeForm 2 kunt u bovendien een opgegeven FreeForm-master verwijderen van de vaste
schijf van de Fiery-afdrukcontroller nadat de overeenkomstige taak met variabele gegevens
is verwerkt en afgedrukt. U kunt deze optie instellen in elke andere toepassing die het
verwijderen van FreeForm-masters ondersteunt. Raadpleeg de documentatie bij uw externe
afdruktoepassing voor meer informatie over het verwijderen van FreeForm-masters.
EEN TAAK MET VARIABELE GEGEVENS AFDRUKKEN MET FREEFORM 2
1 Open het variabele document in een externe afdruktoepassing voor variabele gegevens
die FreeForm 2 ondersteunt, zoals PrintShop Mail.
2 Selecteer FreeForm 2 wanneer u het variabele document verzendt.
Raadpleeg de documentatie bij uw externe toepassing voor meer informatie over het maken
van een taak met variabele gegevens of het afdrukken van taken met variabele gegevens.
3 Druk het document af.
DOCUMENTEN MET VARIABELE GEGEVENS AFDRUKKEN 25
Andere bestanden met variabele gegevens afdrukken
U kunt de masterelementen en variabele elementen voor een taak ontwerpen in een externe
afdruktoepassing voor variabele gegevens en de taak vervolgens in een compatibele
bestandsindeling afdrukken op de Fiery-afdrukcontroller.
De Fiery-afdrukcontroller is compatibel met verscheidene talen voor het afdrukken van
variabele gegevens. Raadpleeg “Compatibele talen voor het afdrukken van variabele gegevens
op pagina 10 voor meer informatie.
Voor het afdrukken van andere bestanden met variabele gegevens vanuit de toepassing
raadpleegt u de documentatie bij de toepassing.
ANDERE BESTANDEN MET VARIABELE GEGEVENS IMPORTEREN MET COMMAND WORKSTATION
1 Kies Bestand > Taak importeren, klik op Toevoegen, navigeer naar de locatie van het bestand
dat u wilt toevoegen en klik vervolgens op Openen.
of
Selecteer het compatibele afdrukbestand met variabele gegevens op het bureaublad van
uw computer en sleep het vervolgens naar de gewenste wachtrij in Command WorkStation.
U kunt ook een volledige map slepen om de gehele inhoud van de map te importeren.
2 Maak bij Importeren met een keuze uit een lijst van servervoorinstellingen en virtuele
printers die momenteel zijn gepubliceerd op de Fiery-afdrukcontroller.
Een voorinstelling is een vooraf gedefinieerde groep met instellingen voor een bepaalde
afdruktaak. Raadpleeg de Help van Command WorkStation voor het definiëren van een
voorinstelling.
3 Selecteer in Standaardactie de afdrukwachtrij waarin u het bestand wilt importeren.
Als u Virtuele printer selecteert bij de optie Importeren met, wordt de standaardactie grijs
weergegeven aangezien de actie wordt gebruikt die aan de virtuele printer is gekoppeld.
Selecteer niet Directe verbinding voor taken met variabele gegevens. U moet een taak met
variabele gegevens verzenden naar de afdrukwachtrij of blokkeringswachtrij om optimaal
gebruik te maken van de mogelijkheden tot hergebruik van masteronderdelen. Als u een taak
met variabele gegevens naar de directe verbinding verzendt, wordt de taak niet verwerkt.
DOCUMENTEN MET VARIABELE GEGEVENS AFDRUKKEN 26
PS- of PDF-bestanden afdrukken als bestanden
met variabele gegevens
Als u PS- of PDF-bestanden wilt afdrukken als bestanden met variabele gegevens, selecteert u
de optie Recordlengte definiëren in Taakeigenschappen. Wanneer Recordlengte definiëren is
geselecteerd, kunt u een subsetlengte definiëren en het bestand inschakelen voor op records
gebaseerde afwerking.
Bij gebruik hiervan wordt informatie over het aantal records en paginas per record
weergegeven in de kolommen Aantal records en Paginas per record in de weergave
Taakcentrum van Command WorkStation.
OPMERKING: De optie Recordlengte definiëren is niet beschikbaar voor VDP- en Quick Doc
Merge-taken.
PS- OF PDF-BESTANDEN AFDRUKKEN ALS BESTANDEN MET VARIABELE GEGEVENS MET RECORDLENGTE DEFINIËREN
1 Download een PS- of PDF-bestand naar de Fiery-afdrukcontroller, open Command
WorkStation, selecteer de taak en klik vervolgens op Eigenschappen.
of
Verzend een PS- of PDF-bestand naar de Fiery-afdrukcontroller en selecteer Eigenschappen
of Afdrukvoorkeuren.
2 Klik op het tabblad VDP en selecteer Recordlengte definiëren.
3 Geef bij Pagina’s per record de vaste masterlengte (in pagina’s) op om alle afwerking toe
te passen op records in plaats van op de volledige taak.
DOCUMENTEN MET VARIABELE GEGEVENS AFDRUKKEN 27
Taken met variabele gegevens afdrukken met externe bronnen
Met Bestandszoekpad kunt u een gedeelde locatie opgeven voor het opslaan van externe
bronnen met variabele gegevens, zoals afbeeldingen en lettertypen. De Fiery-afdrukcontroller
heeft toegang tot alle vereiste bronnen op de opgegeven locatie en haalt deze automatisch op.
Als u de locatie van het pad kent, kunt u ook per afzonderlijke taak externe bronnen
opzoeken. Geef het bestandszoekpad op voordat u de taak afdrukt.
Het bestandszoekpad accepteert de volgende talen voor het afdrukken van variabele gegevens:
•Creo VPS
•VIPP
•PPML
Als u wilt zoeken naar externe bronnen van de Fiery-afdrukcontroller, moet u het
bestandszoekpad naar de externe netwerkcomputer invoeren in Configure. Raadpleeg het
onderwerp VDP-instellingen configureren in de Help van Configure voor het instellen van
de algemene locatie van het bestandszoekpad in Configure.
CREO VPS-, VIPP- OF PPML-TAKEN MET EXTERNE BRONNEN VERWERKEN VIA HET BESTANDSZOEKPAD
1 Download de Creo VPS-, VIPP- of PPML-taak naar de Fiery-afdrukcontroller, met behulp
van een externe toepassing voor variabele gegevens die de taal voor het afdrukken van
variabele gegevens ondersteunt.
2 Selecteer in Command WorkStation de Creo VPS-, VIPP- of PPML-taak, klik met de
rechtermuisknop en kies Eigenschappen.
3 Klik op het pictogram VDP en typ de locatie van het zoekpad voor de bestanden.
4 Verwerk de Creo VPS-, VIPP- of PPML-taak.
OPMERKING: Indien de Fiery-afdrukcontroller de herbruikbare objecten voor de taak niet
kan vinden, wordt de taak niet verwerkt. Zorg dat u de juiste locatie van het bestandszoekpad
invoert.
DOCUMENTEN MET VARIABELE GEGEVENS AFDRUKKEN 28
Taken met variabele gegevens inslaan
Als dit wordt ondersteunt op de Fiery-afdrukcontroller, kunt u FreeForm-taken, FreeForm 2-
taken en andere compatibele talen voor variabele gegevens inslaan met Impose vanuit
Command WorkStation. Raadpleeg pagina 12 voor informatie over compatibele talen
voor het afdrukken van variabele gegevens.
Wanneer u een taak met variabele gegevens inslaat, kunt u een inslag met enkelvoudige
records of een inslag met meerdere records selecteren.
Raadpleeg de Help van Command WorkStation voor informatie over het inslaan van
taken met variabele gegevens.
U kunt een taak met variabele gegevens ook inslaan met Hot Folders. Raadpleeg de Help van
Hot Folders voor meer informatie.
INDEX 29
A
afdrukken
FreeForm 2-taken 24
FreeForm-taken 14
B
bedrijfsregelscomponent 8, 9
Bestandszoekpad 27
C
Creo Variable Print Specification (VPS)
beschrijving 11
compatibiliteit met Impose 12
D
databasecomponent 8, 9
F
FreeForm
afdrukken
documenten met variabele gegevens 14
richtlijnen 20
beschrijving 10, 14
masterdocument
combineren met variabel document 17
voorbeeld weergeven vanuit
printerstuurprogramma 22
masterdocument maken 16
variabel document maken 17
FreeForm 2
afdrukken
met externe afdruktoepassing 24
beschrijving 10
FreeForm 2
afdrukken
documenten met variabele gegevens 24
beschrijving 24
masters met meerdere paginas maken 24
H
herbruikbare gegevens 7
herbruikbare objecten 8
Hot Folders 12
beschrijving 12
taken met variabele gegevens
inslaan met 12
hulpmiddelen voor taakbeheer 10
definitie 11
I
Impose-functie 12
inhoudscomponent 8, 9
instellingen voor gemengde media
toepassen 12
M
Master gebruiken, optie 15
Master maken, optie 15
masterelementen 7
O
op elementen gebaseerde technologie 8
op paginas gebaseerde technologie 8
opmaakcomponent 8, 9
P
Portable Document Format/Variable
Transitional (PDF/VT)
beschrijving 11
compatibiliteit met Impose 12
PPML (Personalized Print Markup
Language)
beschrijving 10
compatibiliteit met Impose 12
INDEX
INDEX 30
T
taken met variabele gegevens
afdrukken
FreeForm 18
FreeForm 2 24
hoofdcomponenten 8
inslaan 28
op elementen gebaseerd 8
talen voor het afdrukken van
variabele gegevens
Creo VPS 11
FreeForm en FreeForm 2 10
PDF/VT 11
PPML 10
VIPP 11
terminologie 5
V
VDP-hulpbronnen 13
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30

Xerox 700i/700 Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding