Ferm MSM1034 Handleiding

Categorie
Verstekzagen
Type
Handleiding
Mitre Saw
1400w - 210MM
MSM1034
www.ferm.com
Original instructions 05
Übersetzung der Originalbetriebsanleitung 12
Vertaling van de oorspronkelijke gebruiksaanwijzing
21
Traduction de la notice originale 29
Traducción del manual original 37
Traduzione delle istruzioni originali 45
Překlad püvodního návodu k používání 53
Eredeti használati utasítás fordítása 61
Tłumaczenie instrukcji z języka angielskiego 69
EN
DE
NL
FR
ES
IT
CS
HU
PL
NL
21
Ferm
TAFELCIRKELZAAG/-AFKORTZAAG
De nummers in de nu volgende tekst
verwijzen naar de afbeeldingen op pagina 2 - 4
Voor uw eigen veiligheid en die van
anderen raden wij u aan deze
gebruikershandleiding zorgvuldig door te
lezen, voordat u deze machine in gebruik
neemt. Bewaar deze
gebruikershandleiding en de overige
documentatie bij de machine.
Bedoeld gebruik
Het elektragereedschap is bedoeld als een
stationaire machine voor het maken van rechte
lengte- en dwarssneden in hout. Horizontale
verstekhoeken van -45° tot +45° en verticale
schuine hoeken van -45° behoren tot de
mogelijkheden.
Inhoudsopgave
1. Technische informatie
2. Veiligheidsvoorschriften
3. Montage van accessoires
4. Bediening
5. Service en onderhoud
Controleer de machine, losse onderdelen en
accessoires op transportschade.
1. Technische informatie
Machinegegevens
Spanning 230 V
Vermogen 1400 W
Machineklasse (dubbel
geïsoleerd) II
Toerental onbelast 4800/min
Zaagblad afmeting 210x30x2.6 mm
Hoek voor verstekzagen
(links en rechts) 45º
Hoek voor afschuinen (alleen links) 45º
Max. zaagcapaciteit afkortzaag:
Verstek 0º, Schuin 0º 50x116 mm
Verstek 45º, Schuin 45º 30x85 mm
Verstek 45º, Schuin 0º 50x85 mm
Verstek 0º, Schuin 45º 30x1116 mm
Gewicht 6 kg
Lpa (geluidsdruk) 93,6+3 dB(A)
Lwa (geluidsvermogen) 106,6+3 dB(A)
Vibratiewaarde 2,863 m/s
2
Trillingsniveau
Het trillingsemissieniveau, dat in deze
gebruiksaanwijzing wordt vermeld, is gemeten in
overeenstemming met een gestandaardiseerde
test volgens EN 61029; deze mag worden gebruikt
om twee machines met elkaar te vergelijken en als
voorlopige beoordeling van de blootstelling aan
trilling bij gebruik van de machine voor de
vermelde toepassingen
• gebruik van de machine voor andere
toepassingen, of met andere of slecht
onderhouden accessoires, kan het
blootstellingsniveau aanzienlijk verhogen
• wanneer de machine is uitgeschakeld of
wanneer deze loopt maar geen werk verricht,
kan dit het blootstellingsniveau aanzienlijk
reduceren
Bescherm uzelf tegen de gevolgen van trilling
door de machine en de accessoires te
onderhouden, uw handen warm te houden en
uw werkwijze te organiseren.
Onderdelen
Fig. A
1. Aan/uit schakelaar
2. Vergrendelhendel voor zaagkop
3. Vergrendelknop voor zaagkop
4. Handgreep
5. Zaagblad
6. Bescherming
7. Spindelvergrendeling
8. Vergrendeling voor verstekhoek
9. Schaalverdeling voor verstekhoek
10. Vergrendelknop voor schuine hoek
11. Schaalverdeling voor schuine hoek
12. Zaagkop
13. Zaagtafel
14. Langsgeleider
15. Stofzak aansluiting
16. Koolborstelhouder
17. Transportgreep
18. Montage-opening
2. Veiligheidsvoorschriften
Uitleg van de gebruikte symbolen
Gevaar voor lichamelijk letsel of materiele
schade wanneer de instructies in deze
handleiding niet worden opgevolgd
NL
22 Ferm
Gevaar voor elektrische schok
Houd omstanders op afstand.
Verwijder onmiddellijk de stekker uit het
stopcontact bij beschadiging van het
snoer en tijdens
onderhoudwerkzaamheden
Draag oog- en gehoorbescherming
Voor iedere ingebruikname
Controleer de afkortmachine. Wanneer enig
onderdeel van de afkortmachine ontbreekt,
verbogen is of op een andere wijze onbruikbaar is,
of wanneer elektrische gebreken optreden,
schakel dan de machine uit en trek de stekker uit
het stopcontact. Vervang alle ontbrekende,
beschadigde of gebrekkige onderdelen, alvorens
de machine opnieuw te gebruiken.
Om het vastklemmen van het zaagblad in de
zaagsnede en het wegslingeren van werkstukken
te voorkomen dienen onderstaande instructies
opgevolgd te worden.
• Kies een geschikt zaagblad voor het werk.
Zaag met de afkortmachine alleen hout en
afgeleide producten of licht metaal als
aluminium. Andere materialen kunnen
wegspringen of zich in het zaagblad
vasthaken of andere gevaren veroorzaken.
• De pijl op het zaagblad, die de draairichting
aan geeft, moet in de zelfde richting wijzen als
de op de machine aangebrachte pijl. De
zaagbladtanden moeten aan de voorkant van
de zaag naar onder wijzen.
• Controleer of het zaagblad scherp is,
onbeschadigd en goed uitgelijnd is. Druk de
zaagkop, na het uittrekken van de stekker,
naar beneden. Draai het zaagblad met de
hand en ga na of het vrij loopt. Zet de machine
in de 45° positie en herhaal de test. Indien het
zaagblad ergens raakt dan moet deze
opnieuw afgesteld worden.
• Houd het zaagblad en de spanvlakken van de
klemmen zuiver.
• De zaagbladflens moet steeds met de
aangedraaide uitsparing naar het zaagblad
gemonteerd zijn.
• Controleer dat alle spaninrichtingen en
vergrendelingen vast zitten en geen enkel
onderdeel een te grote speling vertoont.
• Nooit uit de vrije hand zagen.
• Druk het werkstuk steeds vast tegen de
aanslag, zodat het tijdens het zagen niet
kantelt of zich kan verdraaien. Onder het
werkstuk mogen zich geen onzuiverheden
kunnen verzamelen.
• Zorg ervoor dat het werkstuk na het
doorzagen niet kan bewegen, bijv. omdat het
niet op het volle oppervlak draagt.
• Gebruik voor het verzagen van werkstukken
die niet op het volle vlak dragen, opvullingen
of een andere machine.
• Vervang een versleten tafel inlegstuk.
• Werk alleen met door de fabrikant aanbevolen
zaagbladen (EN-847-1).
• Gebruik geen HS (High Speed) zaagbladen.
• Controleer of afgezaagde stukken zijdelings
van het zaagblad kunnen worden verwijderd.
Anders kunnen zij door het zaagblad
gegrepen en weggeslingerd worden.
• Zaag nooit meerdere werkstukken tegelijk.
• Wees bijzonder voorzichtig bij het zagen van
grote, zeer kleine en onhandige werkstukken.
• Wees voorzichtig bij het zagen in dubbel
verstek.
• Gebruik bijkomende steunen (tafels, bokken
e.a.) voor lange werkstukken, die van de
machinetafel kiepen als ze niet worden
vastgehouden.
• Zaag met de machine geen werkstukken die
zo klein zijn, dat ze niet meer veilig kunnen
worden vastgehouden.
• Bij het zagen van profielen moet zo gewerkt
worden dat het werkstuk niet kan wegschuiven
en het zaagblad niet vast klemt. Een
geprofileerd werkstuk moet vlak opliggen,
ofwel door een hulpstuk vastgehouden
worden, waardoor kantelen of wegschuiven
tijdens het werk wordt verhinderd.
• Ronde werkstukken als buizen moeten
vastgehouden worden, anders gaan deze
verdraaien en bestaat het gevaar dat het
zaagblad zich vast hakt. Altijd met een
geschikt hulpstuk het werkstuk tegen de
aanslag en op de tafel houden.
• Er mogen geen spijkers of andere vreemde
voorwerpen in het te bewerken werkstuk
zitten.
NL
23
Ferm
Veiligheid voor gebruiker
• Zorg voor een opgeruimde werkomgeving.
• Werk in een goed verlichte werkomgeving.
• De gebruiker van de machine dient te zijn
geïnstrueerd in het gebruik, afstellen en
bedienen van de machine.
• Gebruik een stofkap om het inademen van
(schadelijk) stof te voorkomen.
• Gebruik handschoenen wanneer u het
zaagblad verwisseld of wanneer ruige
materialen gezaagd worden. Zaagbladen
kunnen het best in een aparte houder
bewaard worden om verwonding te
voorkomen.
• Wanneer de machine is uitgevoerd met laser,
mag deze niet vervangen worden door een
laser van een ander type. Reparaties mogen
uitsluitend worden uitgevoerd door de laser
fabrikant of een erkende specialist.
• Om beschadiging aan het gehoor te vermijden
dient men oorbeschermers te gebruiken.
• Om ongevallen door een per ongeluk
inschakelen van de machine te voorkomen
moet de netstekker uit het stopcontact worden
getrokken, voordat afstellingen aan de
aanslag of de zaagkop worden gedaan. Idem
bij het wisselen van het zaagblad of
accessoires en bij onderhoud van de machine.
• Om elektrische schokken te voorkomen
mogen bij het aansluiten van de stekker op het
stopcontact, de metalen stiften op geen
enkele wijze worden aangeraakt.
• Gebruik het snoer niet om de stekker uit het
stopcontact te trekken. Bescherm het snoer
tegen olie, warmte, en scherpe kanten.
• Breng nooit een reinigingsmiddel of glijmiddel
aan op een nog draaiend zaagblad.
• Om brand te voorkomen mag de machine
nooit in de nabijheid van ontvlambare
vloeistoffen, dampen of gassen worden
gebruikt.
• Vermijd verwondingen die door gebruik van
niet originele toebehoren kunnen ontstaan.
• Selecteer het zaagblad juiste zaagblad in
relatie met het te zagen materiaal.
• Zorg ervoor dat tijdens de werking de
terugklapplaat goed werkt. Deze moet vrij
bewegen en moet zelf kunnen sluiten. Hij mag
nooit open blijven staan.
• Niet met materialen die asbest bevatten
werken.
• Bescherm het zaagblad tegen stoten en
schokken. Geen zijwaartse druk uitoefenen op
het zaagblad.
Aanvullende veiligheidsinstructies
1. Bij gebruik van zaagbladen met
koolstofgeharde metalen tanden (carbon
tipped) wordt aangeraden om bladen te
gebruiken met een negatieve of enigszins
positieve zaaghoek. Gebruik geen zaagbladen
met diepe tanden. Deze kunnen de
beschermkap raken.
2. Let op: Monteer eerst zorgvuldig alle
onderdelen voordat u met het werk begint.
Volg de aangegeven procedures.
3. Indien u niet vertrouwd bent met dit soort
machines kunt u zich het beste eerst laten
informeren door een vakman, een instructeur
of een technicus.
4. Klem of druk het werkstuk altijd stevig tegen
de zaaggeleider voordat u dit proces uitvoert.
Het gebruik van alle mogelijke klemmen heeft
de voorkeur boven het gebruik van uw
handen.
5. Belangrijk: Als u het werkstuk voor de huidige
werkzaamheden met de hand moet
vasthouden, houd dan een minimale afstand
aan van 100 mm vanaf het zaagblad.
6. Druk het werkstuk altijd tegen de zaagtafel.
7. Houd het zaagblad scherp en controleer
regelmatig of het blad vrij en zonder
abnormale vibraties kan draaien. Vervang het
zaagblad indien nodig.
8. Laat de machine onbelast op het maximale
toerental komen voordat u met het werk
begint.
9. Houd de luchtinlaten aan de achter- en
onderzijde van de zaagbank en de
elektromotor schoon om de levensduur van de
machine te verlengen. Stofophopingen
moeten worden verwijderd.
10. Vergrendel altijd de verschillende instellingen
voordat u aan het werk gaat.
11. Gebruik uitsluitend passende zaagbladen die
zijn goedgekeurd voor een maximum toerental
van 4500 rpm.
12. Gebruik uitsluitend de juiste zaagbladen. Te
kleine of te grote zaagbladen zijn bijzonder
gevaarlijk.
13. Controleer de zaagbladen regelmatig op
onvolkomenheden. Vervang het zaagblad
indien nodig.
14. Smeer een nieuw zaagblad en maak de
flenzen schoon voordat u het zaagblad
monteert. Monteer het zaagblad in de juiste
richting en zet de flenzen met de centrale
moer stevig vast.
15. Gebruik uitsluitend originele flenzen. Andere
NL
24 Ferm
types zijn niet bruikbaar.
16. Werk nooit zonder de beschermkap op de
zaag.
17. Ook het bewegende deel van de beschermkap
mag niet worden verwijderd.
18. Smeer het zaagblad nooit terwijl het draait.
19. Houd uw handen altijd uit het pad van de
zaagbladen.
20. Pak het werkstuk nooit bij of achter het
zaagblad met de handen vast.
21. Zorg ervoor dat het werkstuk nooit met het
zaagblad in aanraking komt voordat de
machine is ingeschakeld.
22. Met deze machine kan geen metaal of steen
worden verwerkt.
23. Maak gebruik van hulpstukken om lange
werkstukken te ondersteunen.
24. Gebruik de machine nooit in een gevaarlijke
omgeving waar brandbare gassen of
vloeistoffen aanwezig zijn.
25. Verwijder altijd de stekker uit het stopcontact
als u de machine onbewaakt achterlaat.
26. Probeer de oorzaak van abnormale geluiden
te achterhalen of breng de machine naar een
erkende monteur of een reparatiebedrijf.
27. Kapotte of beschadigde onderdelen dienen
direct te worden vervangen.
28. Blijf nooit in het pad van het zaagblad staan
maar altijd links of rechts van de zaagbank.
29. Houd ook uw handen uit het pad van het
zaagblad.
30. Gebruik altijd een duwhulpstuk om het
werkstuk langs de zaag te duwen.
31. Plaats het hout altijd aan de voorzijde van de
zaagbank en duw het dan verder naar
achteren.
32. Voor verstekzagen mag alleen de verstelbare
geleider worden gebruikt en moet de rechte
geleider worden verwijderd.
33. Gebruik de rechte geleider niet als meetlat om
balken op lengte te zagen.
34. Als het zaagblad vastzit: Schakel eerst de
machine uit voordat u probeert om het
probleem op te lossen.
35. Neem de volgende maatregelen om terugslag
te voorkomen:
• Gebruik altijd scherpe zaagbladen.
• Verwerk geen al te kleine werkstukken.
• Verwijder een werkstuk nooit voordat het
volledig langs te zaag is.
• Stel de rechte geleider altijd parallel aan het
zaagblad in.
• De beschermkap mag nooit worden
verwijderd.
36. Zorg er, voordat u verdergaat met zagen, voor
dat u stevig staat en dat uw handen in de
juiste positie zijn.
37. Gebruik geen verdunner om de machine
schoon te maken. Gebruik voor het reinigen
uitsluitend een vochtige doek.
38. Gebruik geen beschadigde of vervormde
zaagbladen
39. Vervang het tafelstuk als dit is versleten.
40. Gebruik uitsluitend de zaagbladen die door de
fabrikant worden aanbevolen.
41. Let er op dat de keuze voor het juiste
zaagblad wordt bepaald door het materiaal dat
verwerkt moet worden.
42. Koppel ronde zagen tijdens gebruik aan een
stofopvang.
43. Maak gebruik van het splijtblad en stel dit
correct in.
44. Maak gebruik van de bovenste
zaagbladgeleider en stel deze correct in.
45. Het stof dat ontstaat bij het zagen van
bepaalde houtsoorten kan giftig zijn, bv.
eiken-, berken-, essen- en beukenhout en
vezelplaat. Stof van bepaalde soorten tropisch
hardhout zoals palissander, cocobolo en
afzelia kunnen bij regelmatige inademing
kanker veroorzaken. Zorg voor een goede
stofafzuiging door gebruik te maken van een
systeem dat aan de volgende eisen voldoet:
• De buis moet perfect aansluiten op de
verbinding.
• Het afzuigvolume moet groter zijn dan 550 m3
per uur.
• De onderdruk bij de verbinding moet groter
zijn dan 740 Pa.
• De luchtsnelheid bij de verbinding moet groter
zijn dan 20 m/s.
• Zorg er voor dat er zo min mogelijk stof in de
omgeving terecht komt. VEEG het houtstof
weg (blaas het niet weg met perslucht),
repareer lekkage in de buizen en zorg voor
voldoende ventilatie.
• Gebruik geen beschadigde of vervormde
zaagbladen
• Klem of druk het werkstuk altijd stevig tegen
de zaaggeleider voordat u dit proces uitvoert.
• Breng geen wijzigingen aan de machine aan;
ongeautoriseerde onderdelen zijn niet getest
en goedgekeurd.
• In het bijzonder:
• Gebruik geen zaagbladen die niet zijn
goedgekeurd.
• Gebruik geen ongeautoriseerde
beveiligingssystemen.
NL
25
Ferm
• Gebruik altijd de meegeleverde
beveiligingssystemen!
• Gebruik altijd een hol zaagblad voor
sierranden.
46. Draag gehoorbescherming. De volgende
factoren kunnen van invloed zijn op het
geluidsniveau.
• Het soort materiaal dat gezaagd wordt.
• Het zaagblad.
• De kracht waarmee het werkstuk door de
machine wordt gevoerd.
Harde geluiden kunnen
gehoorbeschadigingen veroorzaken.
Zorg ervoor dat u gehoorbescherming
draagt. Let op dat een hol zaagblad niet is
verbogen. Dit kan ook geluid
veroorzaken.
47. Overige gevaren
De volgende gevaren zijn inherent aan het
gebruik van deze machines:
• Verwondingen die worden veroorzaakt als
bewegende delen worden aangeraakt.
• Verwondingen die worden veroorzaakt door
storing aan het zaagblad.
Deze gevaren zijn het grootst:
• Binnen het werkgebied.
• Binnen bereik van bewegende onderdelen
van de machine.
Ondanks de handhaving van de relevante
veiligheidsmaatregelen en de toepassing van
beveiligingsapparatuur, kunnen bepaalde
gevaren niet worden vermeden. Deze gevaren
zijn:
• Gehoorbeschadiging.
• Kans op ongevallen die worden veroorzaakt
door de onbeschermde delen van het
roterende zaagblad.
• Kans op verwonding bij het vervangen van het
zaagblad.
• Kans op inklemmen van de vingers bij het
openen van de geleiders.
Vervoer
Trek voorafgaand aan alle
werkzaamheden aan de machine de
stekker uit het stopcontact.
Controleer of alle vergrendelingen en spanners
veilig zijn:
• Draai de vergrendelknop op de draaitafel
tegen de klok in.
• Schuif de machine zo ver mogelijk naar u toe.
• Draai de vergrendelknop op de draaitafel met
de klok mee om de schuiffunctie te blokkeren.
• Maak de pen aan de rechterkant van de
machine los
• Druk op de knop in de handgreep om de
zaagbladbeveiliging te ontgrendelen.
• Duw de machine zo ver mogelijk omlaag
• Vergrendel de pen aan de rechterkant van de
machine
Als de machine in gebruik is
Laat routine, die bij veelvuldig gebruik van de
machine optreedt, niet leiden tot fouten. Denk
eraan dat een kleine onopmerkzaamheid in een
fractie van een seconde zware verwondingen tot
gevolg kan hebben.
• Zorg ervoor dat de beschermkap voor het
zaagblad in de juiste positie staat voordat u
met het zagen begint.
• Laat, voordat de eerste zaagsnede wordt
uitgevoerd, de machine een tijdje draaien.
Mochten er ongewone geluiden, of sterke
trillingen waargenomen worden, schakel dan de
machine uit en trek de stekker uit het stopcontact,
om vervolgens de oorzaak vast te stellen.
Schakel de machine niet eerder in, voordat de
oorzaak is vastgesteld en het euvel is verholpen.
• Let er op dat het afgezaagde werkstuk niet
klem komt te zitten, houdt het niet vast, klem
het niet en sluit het niet op tegen een aanslag.
Het moet zich vrij langs de zijkant van het
zaagblad kunnen bewegen. Wanneer dit niet
mogelijk is kan het afgezaagde werkstuk door
het zaagblad gegrepen worden en worden
weggeslingerd.
• Vermijd ongunstige handplaatsing, waarbij
door een plotselinge verschuiving een of beide
handen in het zaagblad kunnen komen.
• Laat het zaagblad, voordat u met zagen
begint, op volle toeren komen.
• Druk de zaagkop zo naar beneden dat de
motor niet wordt overbelast en het zaagblad
niet vastloopt.
• Gaat u klemmend materiaal verwijderen, laat
dan eerst het zaagblad tot stilstand komen.
Schakel de zaag uit en trek de stekker uit het
stopcontact.
• Houd de zaagkop na het beëindigen van het
zaagproces naar beneden, laat de schakelaar
los en wacht tot alle bewegende delen tot
stilstand zijn gekomen, voordat u uw handen
bij de machine weghaalt.
NL
26 Ferm
Motor
• Sluit de machine aan op een 220/230 V
stopcontact.
• Wanneer de motor niet start, moet direct de
schakelaar losgelaten worden. Haal de
stekker uit het stopcontact. Controleer het
zaagblad op een vrije loop. Als het blad vrij
loopt, de machine nog eens starten.
Om beschadiging aan de motor te
voorkomen moet deze regelmatig van
zaagspanen en stof worden vrijgemaakt
en dit om een ideale koeling te
verzekeren.
• Wanneer de motor tijdens het zagen plotseling
stilstaat, moet direct de schakelaar worden
losgelaten. Maak het zaagblad los van het
werkstuk, waarna met het zagen verder kan
worden gegaan.
• Bij gebruik van lange kabels en een te kleine
diameter ontstaat spanningsverlies, die
aanleiding geeft tot problemen met de motor.
• Bij een lengte van het snoer tot 15 meter
dient een diameter gebruikt te worden van
1,5 mm
2
.
• Bij een lengte van het snoer van 15 - 40
meter dient een diameter gebruikt te
worden van 2,5 mm
2
.
3. Montage accessoires
Bevestigen van de stabiliteitsbeugel.
• Bevestig de stabiliteitsbeugel aan het
schroefgat, aan de achterkant van de
machine.
• Draai de schroef goed aan om de
stabiliteitsbeugel vast te zetten.
Montage van de machine op een werkbank of
op het onderstel.
Deze machine is een stationaire machine en moet
wegens veiligheidsredenen dan ook altijd niet-
mobiel en vastgezet gebruikt worden.
U kunt de machine op twee manieren
monteren:
a. Als stationaire machine op een werkbank. In
dit geval dient u de machine te bevestigen met
4 bouten op de werkbank.
b. Als stationaire machine op het onderstel. In dit
geval dient u de machine met 4 bouten vast te
monteren op het onderstel en het onderstel
vast te monteren op de vloer of op een plaat
met een afmeting van minimaal 1 vierkante
meter.
Inzetstuk voor de geleidingsaanslag
Afb. H, I, J
Om veiligheidsredenen is deze machine voorzien
van een inzetstuk voor de geleidingsaanslag bij
het gebruik van de machine voor afkorten en
verstekzagen.
• Voor afkorten moet het inzetstuk voor de
geleidingsaanslag op de machine gemonteerd
blijven (fig. H).
• Voor verstekzagen moet het inzetstuk voor de
geleidingsaanslag op de machine gemonteerd
blijven (fig. H).
• Voor afschuinen moet het inzetstuk voor de
geleidingsaanslag zoals afgebeeld van de
machine worden verwijderd (fig. J+I).
Monteren en verwijderen van het zaagblad
Afb. A+B
Gebruik de machine niet zonder de
bescherming.
Montage
• Trek de vergrendelknop (3) naar buiten en til
de zaagkop (12) op.
• Maak de beugel (29) los door de schroef (30)
te verwijderen.
• Til de bescherming (6) op.
• Houd de spindelvergrendeling (7) ingedrukt en
draai de bout (19) los met de Engelse sleutel
(20).
• Verwijder de flenzen (21 & 22).
• Reinig de flenzen (21 & 22) indien nodig.
• Monteer de flens (22).
• Monteer het zaagblad (5). Zorg ervoor dat de
pijl op het zaagblad in dezelfde richting wijst
als de pijl op de zaagkop.
• Monteer de flens (21).
• Houd de spindelvergrendeling (7) ingedrukt en
draai de bout (19) vast met de Engelse sleutel
(20).
• Laat de bescherming (6) zakken.
• Bevestig de beugel (29) door de schroef (30)
vast te draaien.
Verwijderen
• Trek de vergrendelknop (3) naar buiten en til
de zaagkop (12) op.
• Maak de beugel (29) los door de schroef (30)
NL
27
Ferm
te verwijderen.
• Til de bescherming (6) op.
• Houd de spindelvergrendeling (7) ingedrukt en
draai de bout (19) los met de Engelse sleutel
(20).
• Verwijder de flens (21).
• Verwijder het zaagblad (5).
• Monteer de flens (21).
• Houd de spindelvergrendeling (7) ingedrukt en
draai de bout (19) vast met de Engelse sleutel
(20).
• Laat de bescherming (6) zakken.
• Bevestig de beugel (29) door de schroef (30)
vast te draaien.
Instellen van de verstekhoek
Afb. C
• De verstekhoek kan tussen 0° en 45° naar
links/rechts ingesteld worden. De verstekhoek
kan worden afgelezen op de schaalverdeling
(9).
Stel de verstekhoek niet in tijdens gebruik
van het apparaat.
• Ontspan de vergrendeling (8).
• Draai de zaagtafel (13) in de gewenste stand.
• Span de vergrendeling (8) aan.
Instellen van de dubbele zaaghoek / afkorten
Fig. D
• Stel de eerste hoek in zo als bij instellen van
zaaghoek beschreven word.
• Draai nu knop (10) los (tegen de klok in) en
stel de gewenste hoek in (dit is afleesbaar aan
de achterzijde van de machine) en draai knop
(10) weer vast (met de klok mee).
Verwisselen van de koolborstels
Fig. A
• Zorg dat de stekker uit het stopcontact is!
• Draai de doppen (16) los met een platte
schroevendraaier. Haal de koolborstels er uit
en vervang deze door gelijke koolborstels.
Draai nu de doppen (16) weer vast.
Let op: Vervang de beide koolborstels gelijktijdig.
Gebruik nooit oude en nieuwe koolborstels door
elkaar.
Monteren van de stofzak
Fig. 2
Druk de klem van de stofzak (27) in en schuif hem
op de uitmonding aan de achterkant van de
machine. De stofzak zit vast als de klem weer
wordt losgelaten.
4. Bediening
Gebruik van de afkortzaag
Fig. A
Controleer de machine altijd voor gebruik
op mankementen en/of defecten!
• Stel de gewenste zaaghoeken in van de van
de machine.
• Steek de stekker in het stopcontact.
• Klem het materiaal met werkstukklem (24):
zorg dat het materiaal goed stevig ingeklemd
is!
• Houd het materiaal aan de linker kant stevig
vast, zorg hierbij dat u een veilige afstand
houdt van het zaagblad.
• Zet nu de machine aan met schakelaar (1).
• Zorg dat het zaagblad op snelheid is voordat
deze het werkstuk raakt.
• Bedien knop (2) om de beschermkap-
vergrendeling op te heffen.
• Beweeg de zaagmachine nu rustig naar
beneden, zodat het zaagblad door het
werkstuk zaagt en in de gleuf van de tafel
loopt. Oefen geen druk uit op het zaagblad.
Geef de machine de tijd om door het werkstuk
heen te zagen.
• Beweeg de machine rustig weer omhoog en
schakel de zaagmachine uit door het loslaten
van de schakelaar (1).
5. Service & onderhoud
Zorg dat de machine niet onder span ning
staat wanneer onderhouds-
werkzaamheden aan het mechaniek
worden uitgevoerd.
Deze machines zijn ontworpen om gedurende
lange tijd probleemloos en met minimaal
onderhoud te blijven functioneren. U kunt de
levensduur verlengen door de machine regelmatig
schoon te maken en haar deskundig te
behandelen.
Storingen
In het geval de machine niet naar behoren
NL
28 Ferm
funktioneert, geven wij onderstaand een aantal
mogelijke oorzaken en de bijbehorende
oplossingen:
Laat reparaties altijd uitvoeren door
een erkend installateur of
reparatiebedrijf.
1. De motor slaat niet aan
• De stekker zit niet in het stopcontact
• Het snoer is onderbroken
• De schakelaar is defect / bied de machine ter
reparatie aan bij uw Ferm-dealer
2. De zaagsnede is niet effen (uitgerafeld)
• Het zaagblad moet worden aangescherpt
• Het zaagblad is achterstevoren gemonteerd
• Het zaagblad is aangeladen met hars of
zaagsel
• Het zaagblad is niet geschikt voor deze
bewerking
3. De hoogte en/of verstekhendel zit
geblokkeerd
• Zaagsel en stof moeten worden verwijderd
4. De motor bereikt moeilijk het maximum
toerental
• De verlengkabel is te dun en/of te lang
• De netspanning is lager dan 230 V
5. De machine trilt overmatig
• Het zaagblad is beschadigd
6. De machine wordt overmatig warm
• De ventilatiesleuven zijn verstopt / maak ze
schoon met een droge doek.
7. De elektromotor loopt onregelmatig
• De koolborstels zijn versleten / vervang de
koolborstels of raadpleeg uw Ferm-dealer
Reinigen
Reinig de buitenkant van de machine regelmatig
met een zachte doek, bij voorkeur na elk gebruik.
Hou de luchtspleten vrij van stof en vuil. Verwijder
hardnekkig vuil met een zachte doek, bevochtigd
met wat zeepsop. Gebruik geen oplosmiddelen
zoals benzine, alcohol, ammoniak en dergelijke.
Dergelijke stoffen tasten de kunststof onderdelen
aan.
Smeren
De machine heeft geen extra smering nodig.
Storingen
Mocht er een defect optreden, bijvoorbeeld door
slijtage van een onderdeel, neem dan a.u.b.
contact op met het op de garantiekaart vermelde
serviceadres.Achter in deze handleiding ziet u een
opengewerkte afbeelding van de onderdelen die
besteld kunnen worden.
Mileu
Om transportbeschadiging te voorkomen, wordt
de machine in een stevige verpakking geleverd.
De verpakking is zo veel mogelijk gemaakt van
recyclebaar materiaal. Maak daarom gebruik van
de mogelijkheid om de verpakking te recyclen.
Defecte en/of afgedankte elektrische of
elektronische gereedschappen dienen ter
verwerking te worden aangeboden aan
een daarvoor verantwoordelijke instantie.
Garantie
Lees voor de garantievoorwaarden de apart
bijgevoegde garantiekaart.

Documenttranscriptie

Mitre Saw 1400W - 210mm EN Original instructions 05 DE Übersetzung der Originalbetriebsanleitung 12 NL Vertaling van de oorspronkelijke gebruiksaanwijzing 21 FR Traduction de la notice originale 29 ES Traducción del manual original 37 IT Traduzione delle istruzioni originali 45 CS Překlad püvodního návodu k používání 53 HU Eredeti használati utasítás fordítása 61 PL Tłumaczenie instrukcji z języka angielskiego 69 MSM1034 www.ferm.com TAFELCIRKELZAAG/-AFKORTZAAG De nummers in de nu volgende tekst verwijzen naar de afbeeldingen op pagina 2 - 4  oor uw eigen veiligheid en die van V anderen raden wij u aan deze gebruikershandleiding zorgvuldig door te lezen, voordat u deze machine in gebruik neemt. Bewaar deze gebruikershandleiding en de overige documentatie bij de machine. Bedoeld gebruik Het elektragereedschap is bedoeld als een stationaire machine voor het maken van rechte lengte- en dwarssneden in hout. Horizontale verstekhoeken van -45° tot +45° en verticale schuine hoeken van -45° behoren tot de mogelijkheden. Bescherm uzelf tegen de gevolgen van trilling door de machine en de accessoires te onderhouden, uw handen warm te houden en uw werkwijze te organiseren. Inhoudsopgave 1. Technische informatie 2. Veiligheidsvoorschriften 3. Montage van accessoires 4. Bediening 5. Service en onderhoud Controleer de machine, losse onderdelen en accessoires op transportschade. 1. Technische informatie Machinegegevens Spanning Vermogen Machineklasse (dubbel geïsoleerd) Toerental onbelast Zaagblad afmeting Hoek voor verstekzagen (links en rechts) Hoek voor afschuinen (alleen links) Max. zaagcapaciteit afkortzaag: Verstek 0º, Schuin 0º Verstek 45º, Schuin 45º Verstek 45º, Schuin 0º Verstek 0º, Schuin 45º Gewicht Lpa (geluidsdruk) Lwa (geluidsvermogen) Vibratiewaarde Ferm NL Trillingsniveau Het trillingsemissieniveau, dat in deze gebruiksaanwijzing wordt vermeld, is gemeten in overeenstemming met een gestandaardiseerde test volgens EN 61029; deze mag worden gebruikt om twee machines met elkaar te vergelijken en als voorlopige beoordeling van de blootstelling aan trilling bij gebruik van de machine voor de vermelde toepassingen • gebruik van de machine voor andere toepassingen, of met andere of slecht onderhouden accessoires, kan het blootstellingsniveau aanzienlijk verhogen • wanneer de machine is uitgeschakeld of wanneer deze loopt maar geen werk verricht, kan dit het blootstellingsniveau aanzienlijk reduceren 230 V 1400 W II 4800/min 210x30x2.6 mm 45º 45º 50x116 mm 30x85 mm 50x85 mm 30x1116 mm 6 kg 93,6+3 dB(A) 106,6+3 dB(A) 2,863 m/s2 Onderdelen Fig. A 1. Aan/uit schakelaar 2. Vergrendelhendel voor zaagkop 3. Vergrendelknop voor zaagkop 4. Handgreep 5. Zaagblad 6. Bescherming 7. Spindelvergrendeling 8. Vergrendeling voor verstekhoek 9. Schaalverdeling voor verstekhoek 10. Vergrendelknop voor schuine hoek 11. Schaalverdeling voor schuine hoek 12. Zaagkop 13. Zaagtafel 14. Langsgeleider 15. Stofzak aansluiting 16. Koolborstelhouder 17. Transportgreep 18. Montage-opening 2. Veiligheidsvoorschriften Uitleg van de gebruikte symbolen  evaar voor lichamelijk letsel of materiele G schade wanneer de instructies in deze handleiding niet worden opgevolgd 21 NL  Gevaar voor elektrische schok Houd omstanders op afstand.  erwijder onmiddellijk de stekker uit het V stopcontact bij beschadiging van het snoer en tijdens onderhoudwerkzaamheden Draag oog- en gehoorbescherming Voor iedere ingebruikname Controleer de afkortmachine. Wanneer enig onderdeel van de afkortmachine ontbreekt, verbogen is of op een andere wijze onbruikbaar is, of wanneer elektrische gebreken optreden, schakel dan de machine uit en trek de stekker uit het stopcontact. Vervang alle ontbrekende, beschadigde of gebrekkige onderdelen, alvorens de machine opnieuw te gebruiken. Om het vastklemmen van het zaagblad in de zaagsnede en het wegslingeren van werkstukken te voorkomen dienen onderstaande instructies opgevolgd te worden. • • • • • 22 Kies een geschikt zaagblad voor het werk. Zaag met de afkortmachine alleen hout en afgeleide producten of licht metaal als aluminium. Andere materialen kunnen wegspringen of zich in het zaagblad vasthaken of andere gevaren veroorzaken. De pijl op het zaagblad, die de draairichting aan geeft, moet in de zelfde richting wijzen als de op de machine aangebrachte pijl. De zaagbladtanden moeten aan de voorkant van de zaag naar onder wijzen. Controleer of het zaagblad scherp is, onbeschadigd en goed uitgelijnd is. Druk de zaagkop, na het uittrekken van de stekker, naar beneden. Draai het zaagblad met de hand en ga na of het vrij loopt. Zet de machine in de 45° positie en herhaal de test. Indien het zaagblad ergens raakt dan moet deze opnieuw afgesteld worden. Houd het zaagblad en de spanvlakken van de klemmen zuiver. De zaagbladflens moet steeds met de • • • • • • • • • • • • • • • • • aangedraaide uitsparing naar het zaagblad gemonteerd zijn. Controleer dat alle spaninrichtingen en vergrendelingen vast zitten en geen enkel onderdeel een te grote speling vertoont. Nooit uit de vrije hand zagen. Druk het werkstuk steeds vast tegen de aanslag, zodat het tijdens het zagen niet kantelt of zich kan verdraaien. Onder het werkstuk mogen zich geen onzuiverheden kunnen verzamelen. Zorg ervoor dat het werkstuk na het doorzagen niet kan bewegen, bijv. omdat het niet op het volle oppervlak draagt. Gebruik voor het verzagen van werkstukken die niet op het volle vlak dragen, opvullingen of een andere machine. Vervang een versleten tafel inlegstuk. Werk alleen met door de fabrikant aanbevolen zaagbladen (EN-847-1). Gebruik geen HS (High Speed) zaagbladen. Controleer of afgezaagde stukken zijdelings van het zaagblad kunnen worden verwijderd. Anders kunnen zij door het zaagblad gegrepen en weggeslingerd worden. Zaag nooit meerdere werkstukken tegelijk. Wees bijzonder voorzichtig bij het zagen van grote, zeer kleine en onhandige werkstukken. Wees voorzichtig bij het zagen in dubbel verstek. Gebruik bijkomende steunen (tafels, bokken e.a.) voor lange werkstukken, die van de machinetafel kiepen als ze niet worden vastgehouden. Zaag met de machine geen werkstukken die zo klein zijn, dat ze niet meer veilig kunnen worden vastgehouden. Bij het zagen van profielen moet zo gewerkt worden dat het werkstuk niet kan wegschuiven en het zaagblad niet vast klemt. Een geprofileerd werkstuk moet vlak opliggen, ofwel door een hulpstuk vastgehouden worden, waardoor kantelen of wegschuiven tijdens het werk wordt verhinderd. Ronde werkstukken als buizen moeten vastgehouden worden, anders gaan deze verdraaien en bestaat het gevaar dat het zaagblad zich vast hakt. Altijd met een geschikt hulpstuk het werkstuk tegen de aanslag en op de tafel houden. Er mogen geen spijkers of andere vreemde voorwerpen in het te bewerken werkstuk zitten. Ferm NL Veiligheid voor gebruiker • Zorg voor een opgeruimde werkomgeving. • Werk in een goed verlichte werkomgeving. • De gebruiker van de machine dient te zijn geïnstrueerd in het gebruik, afstellen en bedienen van de machine. • Gebruik een stofkap om het inademen van (schadelijk) stof te voorkomen. • Gebruik handschoenen wanneer u het zaagblad verwisseld of wanneer ruige materialen gezaagd worden. Zaagbladen kunnen het best in een aparte houder bewaard worden om verwonding te voorkomen. • Wanneer de machine is uitgevoerd met laser, mag deze niet vervangen worden door een laser van een ander type. Reparaties mogen uitsluitend worden uitgevoerd door de laser fabrikant of een erkende specialist. • Om beschadiging aan het gehoor te vermijden dient men oorbeschermers te gebruiken. • Om ongevallen door een per ongeluk inschakelen van de machine te voorkomen moet de netstekker uit het stopcontact worden getrokken, voordat afstellingen aan de aanslag of de zaagkop worden gedaan. Idem bij het wisselen van het zaagblad of accessoires en bij onderhoud van de machine. • Om elektrische schokken te voorkomen mogen bij het aansluiten van de stekker op het stopcontact, de metalen stiften op geen enkele wijze worden aangeraakt. • Gebruik het snoer niet om de stekker uit het stopcontact te trekken. Bescherm het snoer tegen olie, warmte, en scherpe kanten. • Breng nooit een reinigingsmiddel of glijmiddel aan op een nog draaiend zaagblad. • Om brand te voorkomen mag de machine nooit in de nabijheid van ontvlambare vloeistoffen, dampen of gassen worden gebruikt. • Vermijd verwondingen die door gebruik van niet originele toebehoren kunnen ontstaan. • Selecteer het zaagblad juiste zaagblad in relatie met het te zagen materiaal. • Zorg ervoor dat tijdens de werking de terugklapplaat goed werkt. Deze moet vrij bewegen en moet zelf kunnen sluiten. Hij mag nooit open blijven staan. • Niet met materialen die asbest bevatten werken. • Bescherm het zaagblad tegen stoten en schokken. Geen zijwaartse druk uitoefenen op het zaagblad. Ferm Aanvullende veiligheidsinstructies 1. Bij gebruik van zaagbladen met koolstofgeharde metalen tanden (carbon tipped) wordt aangeraden om bladen te gebruiken met een negatieve of enigszins positieve zaaghoek. Gebruik geen zaagbladen met diepe tanden. Deze kunnen de beschermkap raken. 2. Let op: Monteer eerst zorgvuldig alle onderdelen voordat u met het werk begint. Volg de aangegeven procedures. 3. Indien u niet vertrouwd bent met dit soort machines kunt u zich het beste eerst laten informeren door een vakman, een instructeur of een technicus. 4. Klem of druk het werkstuk altijd stevig tegen de zaaggeleider voordat u dit proces uitvoert. Het gebruik van alle mogelijke klemmen heeft de voorkeur boven het gebruik van uw handen. 5. Belangrijk: Als u het werkstuk voor de huidige werkzaamheden met de hand moet vasthouden, houd dan een minimale afstand aan van 100 mm vanaf het zaagblad. 6. Druk het werkstuk altijd tegen de zaagtafel. 7. Houd het zaagblad scherp en controleer regelmatig of het blad vrij en zonder abnormale vibraties kan draaien. Vervang het zaagblad indien nodig. 8. Laat de machine onbelast op het maximale toerental komen voordat u met het werk begint. 9. Houd de luchtinlaten aan de achter- en onderzijde van de zaagbank en de elektromotor schoon om de levensduur van de machine te verlengen. Stofophopingen moeten worden verwijderd. 10. Vergrendel altijd de verschillende instellingen voordat u aan het werk gaat. 11. Gebruik uitsluitend passende zaagbladen die zijn goedgekeurd voor een maximum toerental van 4500 rpm. 12. Gebruik uitsluitend de juiste zaagbladen. Te kleine of te grote zaagbladen zijn bijzonder gevaarlijk. 13. Controleer de zaagbladen regelmatig op onvolkomenheden. Vervang het zaagblad indien nodig. 14. Smeer een nieuw zaagblad en maak de flenzen schoon voordat u het zaagblad monteert. Monteer het zaagblad in de juiste richting en zet de flenzen met de centrale moer stevig vast. 15. Gebruik uitsluitend originele flenzen. Andere 23 NL types zijn niet bruikbaar. 16. Werk nooit zonder de beschermkap op de zaag. 17. Ook het bewegende deel van de beschermkap mag niet worden verwijderd. 18. Smeer het zaagblad nooit terwijl het draait. 19. Houd uw handen altijd uit het pad van de zaagbladen. 20. Pak het werkstuk nooit bij of achter het zaagblad met de handen vast. 21. Zorg ervoor dat het werkstuk nooit met het zaagblad in aanraking komt voordat de machine is ingeschakeld. 22. Met deze machine kan geen metaal of steen worden verwerkt. 23. Maak gebruik van hulpstukken om lange werkstukken te ondersteunen. 24. Gebruik de machine nooit in een gevaarlijke omgeving waar brandbare gassen of vloeistoffen aanwezig zijn. 25. Verwijder altijd de stekker uit het stopcontact als u de machine onbewaakt achterlaat. 26. Probeer de oorzaak van abnormale geluiden te achterhalen of breng de machine naar een erkende monteur of een reparatiebedrijf. 27. Kapotte of beschadigde onderdelen dienen direct te worden vervangen. 28. Blijf nooit in het pad van het zaagblad staan maar altijd links of rechts van de zaagbank. 29. Houd ook uw handen uit het pad van het zaagblad. 30. Gebruik altijd een duwhulpstuk om het werkstuk langs de zaag te duwen. 31. Plaats het hout altijd aan de voorzijde van de zaagbank en duw het dan verder naar achteren. 32. Voor verstekzagen mag alleen de verstelbare geleider worden gebruikt en moet de rechte geleider worden verwijderd. 33. Gebruik de rechte geleider niet als meetlat om balken op lengte te zagen. 34. Als het zaagblad vastzit: Schakel eerst de machine uit voordat u probeert om het probleem op te lossen. 35. Neem de volgende maatregelen om terugslag te voorkomen: • Gebruik altijd scherpe zaagbladen. • Verwerk geen al te kleine werkstukken. • Verwijder een werkstuk nooit voordat het volledig langs te zaag is. • Stel de rechte geleider altijd parallel aan het zaagblad in. • De beschermkap mag nooit worden verwijderd. 24 36. Zorg er, voordat u verdergaat met zagen, voor dat u stevig staat en dat uw handen in de juiste positie zijn. 37. Gebruik geen verdunner om de machine schoon te maken. Gebruik voor het reinigen uitsluitend een vochtige doek. 38. Gebruik geen beschadigde of vervormde zaagbladen 39. Vervang het tafelstuk als dit is versleten. 40. Gebruik uitsluitend de zaagbladen die door de fabrikant worden aanbevolen. 41. Let er op dat de keuze voor het juiste zaagblad wordt bepaald door het materiaal dat verwerkt moet worden. 42. Koppel ronde zagen tijdens gebruik aan een stofopvang. 43. Maak gebruik van het splijtblad en stel dit correct in. 44. Maak gebruik van de bovenste zaagbladgeleider en stel deze correct in. 45. Het stof dat ontstaat bij het zagen van bepaalde houtsoorten kan giftig zijn, bv. eiken-, berken-, essen- en beukenhout en vezelplaat. Stof van bepaalde soorten tropisch hardhout zoals palissander, cocobolo en afzelia kunnen bij regelmatige inademing kanker veroorzaken. Zorg voor een goede stofafzuiging door gebruik te maken van een systeem dat aan de volgende eisen voldoet: • De buis moet perfect aansluiten op de verbinding. • Het afzuigvolume moet groter zijn dan 550 m3 per uur. • De onderdruk bij de verbinding moet groter zijn dan 740 Pa. • De luchtsnelheid bij de verbinding moet groter zijn dan 20 m/s. • Zorg er voor dat er zo min mogelijk stof in de omgeving terecht komt. VEEG het houtstof weg (blaas het niet weg met perslucht), repareer lekkage in de buizen en zorg voor voldoende ventilatie. • Gebruik geen beschadigde of vervormde zaagbladen • Klem of druk het werkstuk altijd stevig tegen de zaaggeleider voordat u dit proces uitvoert. • Breng geen wijzigingen aan de machine aan; ongeautoriseerde onderdelen zijn niet getest en goedgekeurd. • In het bijzonder: • Gebruik geen zaagbladen die niet zijn goedgekeurd. • Gebruik geen ongeautoriseerde beveiligingssystemen. Ferm NL • Gebruik altijd de meegeleverde beveiligingssystemen! • Gebruik altijd een hol zaagblad voor sierranden. 46. Draag gehoorbescherming. De volgende factoren kunnen van invloed zijn op het geluidsniveau. • Het soort materiaal dat gezaagd wordt. • Het zaagblad. • De kracht waarmee het werkstuk door de machine wordt gevoerd.  arde geluiden kunnen H gehoorbeschadigingen veroorzaken. Zorg ervoor dat u gehoorbescherming draagt. Let op dat een hol zaagblad niet is verbogen. Dit kan ook geluid veroorzaken. 47. Overige gevaren De volgende gevaren zijn inherent aan het gebruik van deze machines: • Verwondingen die worden veroorzaakt als bewegende delen worden aangeraakt. • Verwondingen die worden veroorzaakt door storing aan het zaagblad. Deze gevaren zijn het grootst: • Binnen het werkgebied. • Binnen bereik van bewegende onderdelen van de machine. Ondanks de handhaving van de relevante veiligheidsmaatregelen en de toepassing van beveiligingsapparatuur, kunnen bepaalde gevaren niet worden vermeden. Deze gevaren zijn: • Gehoorbeschadiging. • Kans op ongevallen die worden veroorzaakt door de onbeschermde delen van het roterende zaagblad. • Kans op verwonding bij het vervangen van het zaagblad. • Kans op inklemmen van de vingers bij het openen van de geleiders. Vervoer Trek voorafgaand aan alle werkzaamheden aan de machine de stekker uit het stopcontact. Controleer of alle vergrendelingen en spanners veilig zijn: • Draai de vergrendelknop op de draaitafel tegen de klok in. Ferm • • • • • • Schuif de machine zo ver mogelijk naar u toe. Draai de vergrendelknop op de draaitafel met de klok mee om de schuiffunctie te blokkeren. Maak de pen aan de rechterkant van de machine los Druk op de knop in de handgreep om de zaagbladbeveiliging te ontgrendelen. Duw de machine zo ver mogelijk omlaag Vergrendel de pen aan de rechterkant van de machine Als de machine in gebruik is Laat routine, die bij veelvuldig gebruik van de machine optreedt, niet leiden tot fouten. Denk eraan dat een kleine onopmerkzaamheid in een fractie van een seconde zware verwondingen tot gevolg kan hebben. • • • • • • • • Zorg ervoor dat de beschermkap voor het zaagblad in de juiste positie staat voordat u met het zagen begint. Laat, voordat de eerste zaagsnede wordt uitgevoerd, de machine een tijdje draaien. Mochten er ongewone geluiden, of sterke trillingen waargenomen worden, schakel dan de machine uit en trek de stekker uit het stopcontact, om vervolgens de oorzaak vast te stellen. Schakel de machine niet eerder in, voordat de oorzaak is vastgesteld en het euvel is verholpen. Let er op dat het afgezaagde werkstuk niet klem komt te zitten, houdt het niet vast, klem het niet en sluit het niet op tegen een aanslag. Het moet zich vrij langs de zijkant van het zaagblad kunnen bewegen. Wanneer dit niet mogelijk is kan het afgezaagde werkstuk door het zaagblad gegrepen worden en worden weggeslingerd. Vermijd ongunstige handplaatsing, waarbij door een plotselinge verschuiving een of beide handen in het zaagblad kunnen komen. Laat het zaagblad, voordat u met zagen begint, op volle toeren komen. Druk de zaagkop zo naar beneden dat de motor niet wordt overbelast en het zaagblad niet vastloopt. Gaat u klemmend materiaal verwijderen, laat dan eerst het zaagblad tot stilstand komen. Schakel de zaag uit en trek de stekker uit het stopcontact. Houd de zaagkop na het beëindigen van het zaagproces naar beneden, laat de schakelaar los en wacht tot alle bewegende delen tot stilstand zijn gekomen, voordat u uw handen bij de machine weghaalt. 25 NL Motor • Sluit de machine aan op een 220/230 V stopcontact. • Wanneer de motor niet start, moet direct de schakelaar losgelaten worden. Haal de stekker uit het stopcontact. Controleer het zaagblad op een vrije loop. Als het blad vrij loopt, de machine nog eens starten.  m beschadiging aan de motor te O voorkomen moet deze regelmatig van zaagspanen en stof worden vrijgemaakt en dit om een ideale koeling te verzekeren. • Wanneer de motor tijdens het zagen plotseling stilstaat, moet direct de schakelaar worden losgelaten. Maak het zaagblad los van het werkstuk, waarna met het zagen verder kan worden gegaan. Bij gebruik van lange kabels en een te kleine diameter ontstaat spanningsverlies, die aanleiding geeft tot problemen met de motor. • Bij een lengte van het snoer tot 15 meter dient een diameter gebruikt te worden van 1,5 mm2. • Bij een lengte van het snoer van 15 - 40 meter dient een diameter gebruikt te worden van 2,5 mm2. • 3. Montage accessoires Bevestigen van de stabiliteitsbeugel. • Bevestig de stabiliteitsbeugel aan het schroefgat, aan de achterkant van de machine. • Draai de schroef goed aan om de stabiliteitsbeugel vast te zetten. Montage van de machine op een werkbank of op het onderstel. Deze machine is een stationaire machine en moet wegens veiligheidsredenen dan ook altijd nietmobiel en vastgezet gebruikt worden. U kunt de machine op twee manieren monteren: a. Als stationaire machine op een werkbank. In dit geval dient u de machine te bevestigen met 4 bouten op de werkbank. b. Als stationaire machine op het onderstel. In dit geval dient u de machine met 4 bouten vast te monteren op het onderstel en het onderstel 26 vast te monteren op de vloer of op een plaat met een afmeting van minimaal 1 vierkante meter. Inzetstuk voor de geleidingsaanslag Afb. H, I, J Om veiligheidsredenen is deze machine voorzien van een inzetstuk voor de geleidingsaanslag bij het gebruik van de machine voor afkorten en verstekzagen. • Voor afkorten moet het inzetstuk voor de geleidingsaanslag op de machine gemonteerd blijven (fig. H). • Voor verstekzagen moet het inzetstuk voor de geleidingsaanslag op de machine gemonteerd blijven (fig. H). • Voor afschuinen moet het inzetstuk voor de geleidingsaanslag zoals afgebeeld van de machine worden verwijderd (fig. J+I). Monteren en verwijderen van het zaagblad Afb. A+B Gebruik de machine niet zonder de bescherming. Montage • Trek de vergrendelknop (3) naar buiten en til de zaagkop (12) op. • Maak de beugel (29) los door de schroef (30) te verwijderen. • Til de bescherming (6) op. • Houd de spindelvergrendeling (7) ingedrukt en draai de bout (19) los met de Engelse sleutel (20). • Verwijder de flenzen (21 & 22). • Reinig de flenzen (21 & 22) indien nodig. • Monteer de flens (22). • Monteer het zaagblad (5). Zorg ervoor dat de pijl op het zaagblad in dezelfde richting wijst als de pijl op de zaagkop. • Monteer de flens (21). • Houd de spindelvergrendeling (7) ingedrukt en draai de bout (19) vast met de Engelse sleutel (20). • Laat de bescherming (6) zakken. • Bevestig de beugel (29) door de schroef (30) vast te draaien. Verwijderen • Trek de vergrendelknop (3) naar buiten en til de zaagkop (12) op. • Maak de beugel (29) los door de schroef (30) Ferm NL • • • • • • • • te verwijderen. Til de bescherming (6) op. Houd de spindelvergrendeling (7) ingedrukt en draai de bout (19) los met de Engelse sleutel (20). Verwijder de flens (21). Verwijder het zaagblad (5). Monteer de flens (21). Houd de spindelvergrendeling (7) ingedrukt en draai de bout (19) vast met de Engelse sleutel (20). Laat de bescherming (6) zakken. Bevestig de beugel (29) door de schroef (30) vast te draaien. Instellen van de verstekhoek Afb. C • De verstekhoek kan tussen 0° en 45° naar links/rechts ingesteld worden. De verstekhoek kan worden afgelezen op de schaalverdeling (9). Stel de verstekhoek niet in tijdens gebruik van het apparaat. • • • Ontspan de vergrendeling (8). Draai de zaagtafel (13) in de gewenste stand. Span de vergrendeling (8) aan. Instellen van de dubbele zaaghoek / afkorten Fig. D • Stel de eerste hoek in zo als bij instellen van zaaghoek beschreven word. • Draai nu knop (10) los (tegen de klok in) en stel de gewenste hoek in (dit is afleesbaar aan de achterzijde van de machine) en draai knop (10) weer vast (met de klok mee). Verwisselen van de koolborstels Fig. A • Zorg dat de stekker uit het stopcontact is! • Draai de doppen (16) los met een platte schroevendraaier. Haal de koolborstels er uit en vervang deze door gelijke koolborstels. Draai nu de doppen (16) weer vast. Let op: Vervang de beide koolborstels gelijktijdig. Gebruik nooit oude en nieuwe koolborstels door elkaar. Monteren van de stofzak Fig. 2 Druk de klem van de stofzak (27) in en schuif hem Ferm op de uitmonding aan de achterkant van de machine. De stofzak zit vast als de klem weer wordt losgelaten. 4. Bediening Gebruik van de afkortzaag Fig. A Controleer de machine altijd voor gebruik op mankementen en/of defecten! • • • • • • • • • Stel de gewenste zaaghoeken in van de van de machine. Steek de stekker in het stopcontact. Klem het materiaal met werkstukklem (24): zorg dat het materiaal goed stevig ingeklemd is! Houd het materiaal aan de linker kant stevig vast, zorg hierbij dat u een veilige afstand houdt van het zaagblad. Zet nu de machine aan met schakelaar (1). Zorg dat het zaagblad op snelheid is voordat deze het werkstuk raakt. Bedien knop (2) om de beschermkapvergrendeling op te heffen. Beweeg de zaagmachine nu rustig naar beneden, zodat het zaagblad door het werkstuk zaagt en in de gleuf van de tafel loopt. Oefen geen druk uit op het zaagblad. Geef de machine de tijd om door het werkstuk heen te zagen. Beweeg de machine rustig weer omhoog en schakel de zaagmachine uit door het loslaten van de schakelaar (1). 5. Service & onderhoud  org dat de machine niet onder ­span­ning Z staat wanneer onderhouds­ werkzaamheden aan het mechaniek worden uitgevoerd. Deze machines zijn ontworpen om gedurende lange tijd probleemloos en met minimaal onderhoud te blijven functioneren. U kunt de levensduur verlengen door de machine regelmatig schoon te maken en haar deskundig te behandelen. Storingen In het geval de machine niet naar behoren 27 NL funktioneert, geven wij onderstaand een aantal mogelijke oorzaken en de bijbehorende oplossingen: Laat reparaties altijd uitvoeren door een erkend installateur of reparatiebedrijf. 1. • • • De motor slaat niet aan De stekker zit niet in het stopcontact Het snoer is onderbroken De schakelaar is defect / bied de machine ter reparatie aan bij uw Ferm-dealer 2. • • • De zaagsnede is niet effen (uitgerafeld) Het zaagblad moet worden aangescherpt Het zaagblad is achterstevoren gemonteerd Het zaagblad is aangeladen met hars of zaagsel Het zaagblad is niet geschikt voor deze bewerking • 3. De hoogte en/of verstekhendel zit geblokkeerd • Zaagsel en stof moeten worden verwijderd Storingen Mocht er een defect optreden, bijvoorbeeld door slijtage van een onderdeel, neem dan a.u.b. contact op met het op de garantiekaart vermelde serviceadres.Achter in deze handleiding ziet u een opengewerkte afbeelding van de onderdelen die besteld kunnen worden. Mileu Om transportbeschadiging te voorkomen, wordt de machine in een stevige verpakking geleverd. De verpakking is zo veel mogelijk gemaakt van recyclebaar materiaal. Maak daarom gebruik van de mogelijkheid om de verpakking te recyclen. ­ Defecte en/of afgedankte elektrische of elektronische gereedschappen dienen ter verwerking te worden aangeboden aan een daarvoor verantwoordelijke instantie. Garantie Lees voor de garantievoorwaarden de apart bijgevoegde garantiekaart. 4. De motor bereikt moeilijk het maximum toerental • De verlengkabel is te dun en/of te lang • De netspanning is lager dan 230 V 5. De machine trilt overmatig • Het zaagblad is beschadigd 6. De machine wordt overmatig warm • De ventilatiesleuven zijn verstopt / maak ze schoon met een droge doek. 7. De elektromotor loopt onregelmatig • De koolborstels zijn versleten / vervang de koolborstels of raadpleeg uw Ferm-dealer Reinigen Reinig de buitenkant van de machine regelmatig met een zachte doek, bij voorkeur na elk gebruik. Hou de luchtspleten vrij van stof en vuil. Verwijder hardnekkig vuil met een zachte doek, bevochtigd met wat zeepsop. Gebruik geen oplosmiddelen zoals benzine, alcohol, ammoniak en dergelijke. Dergelijke stoffen tasten de kunststof onderdelen aan. Smeren De machine heeft geen extra smering nodig. 28 Ferm
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80

Ferm MSM1034 Handleiding

Categorie
Verstekzagen
Type
Handleiding