Documenttranscriptie
In deze gebruiksaanwijzing vindt u
uitgebreide aanwijzingen voor het
gebruik van uw camera. Lees deze
gebruiksaanwijzing aandachtig door.
Klik op een onderwerp
Algemene problemen oplossen
Beknopt overzicht
Inhoud
Basisfuncties
Uitgebreide functies
GPS
Opnameopties
WB850F/WB855F
Afspelen/bewerken
Draadloos netwerk
Instellingen
Bijlagen
Index
Informatie over gezondheid en veiligheid
Houd u altijd aan de volgende voorzorgsmaatregelen en gebruikstips om gevaarlijke situaties te vermijden en ervoor te zorgen dat de
camera optimaal werkt.
Voorkom oogletsel bij het nemen van foto's.
Gebruik de flitser van de camera niet vlakbij (op minder dan
1 m afstand van) de ogen van mensen of dieren. Als u de flitser
dicht bij de ogen van het onderwerp gebruikt, kunt u tijdelijke of
permanente schade aan het gezichtsvermogen veroorzaken.
Waarschuwing—situaties die bij u of anderen letsel kunnen
veroorzaken
Haal de camera niet uit elkaar en probeer de camera niet te
repareren.
Dit kan een schok veroorzaken of de camera beschadigen.
Houd de camera buiten het bereik van kleine kinderen en
huisdieren.
Houd de camera en alle bijbehorende onderdelen en accessoires
buiten het bereik van kleine kinderen en huisdieren. Kleine
onderdelen vormen verstikkingsgevaar of kunnen schadelijk zijn
wanneer deze worden ingeslikt. Bewegende onderdelen en
accessoires kunnen ook fysiek gevaar opleveren.
Gebruik de camera niet dichtbij ontvlambare of explosieve
gassen en vloeistoffen.
Dit kan brand of een schok veroorzaken.
Plaats geen ontvlambare materialen in de camera en bewaar
dergelijke materialen niet in de buurt van de camera.
Dit kan brand of een schok veroorzaken.
Stel de camera niet gedurende lange tijd aan direct zonlicht of
hoge temperaturen bloot.
Langdurige blootstelling aan zonlicht of extreme temperaturen
kan permanente schade aan interne onderdelen van het toestel
veroorzaken.
Raak de camera niet met natte handen aan.
Dit kan een schok veroorzaken.
1
Informatie over gezondheid en veiligheid
Voorkom dat de camera of oplader wordt bedekt door kleden
of kleding.
Dit kan oververhitting van de camera of brand veroorzaken.
Vermijd storing van pacemakers.
Bewaar minimaal 15 cm afstand tussen de camera en
pacemakers om mogelijke storing van de pacemaker te
voorkomen, overeenkomstig de aanbevelingen van de
onafhankelijke onderzoeksgroep Wireless Technology Research.
Als u vermoedt dat de camera storing veroorzaakt bij een
pacemaker of ander medisch apparaat, moet u de camera
onmiddellijk uitschakelen en voor instructies contact op te nemen
met de fabrikant van de pacemaker of het medische apparaat.
Gebruik het netsnoer en de oplader niet tijdens een onweersbui.
Dit kan een elektrische schok veroorzaken.
Als er vloeistoffen of vreemde voorwerpen in de camera komen,
moet u meteen alle voedingsbronnen, zoals de batterij of
oplader, loskoppelen en vervolgens contact opnemen met een
servicecenter van Samsung.
Houd u aan alle regelgeving die het gebruik van camera's in
bepaalde omgevingen beperkt.
• Voorkom storing met andere elektronische apparatuur.
• Schakel de camera uit voordat u aan boord van een vliegtuig
gaat. De camera kan storing in de apparatuur van het
vliegtuig veroorzaken. Houd u aan alle voorschriften van de
luchtvaartmaatschappij en zet de camera uit als dit door het
vliegtuigpersoneel wordt gevraagd.
• Schakel de camera uit in de nabijheid van medische
apparatuur. De camera kan storing veroorzaken in medische
apparaten in ziekenhuizen of zorginstellingen. Volg alle
voorschriften, waarschuwingsmededelingen en aanwijzingen
van medisch personeel.
2
Informatie over gezondheid en veiligheid
Gebruik batterijen niet voor doeleinden waarvoor de batterijen
niet zijn bedoeld.
Dit kan brand of een schok veroorzaken.
Voorzichtig—situaties die kunnen resulteren in beschadiging
van de camera of andere apparatuur
Haal de batterijen uit de camera wanneer u deze voor langere
tijd opbergt.
Batterijen in het batterijvak kunnen na verloop van tijd gaan lekken
of roesten en ernstige schade aan uw camera veroorzaken.
Raak de flitser niet aan wanneer deze wordt gebruikt.
De flitser wordt zeer heet en kan brandwonden veroorzaken.
Als u de AC-oplader gebruikt, moet u de camera uitschakelen
voor u de voedingsbron van de AC-oplader loskoppelt.
Anders kunt u brand of een schok veroorzaken.
Gebruik uitsluitend authentieke, door de fabrikant aanbevolen
lithium-ionbatterijen ter vervanging. Zorg dat u de batterij niet
beschadigt of verhit.
Hierdoor kan brand ontstaan of persoonlijk letsel worden
veroorzaakt.
Laat de stekker van de oplader niet in het stopcontact zitten als
u de oplader niet gebruikt.
Dit kan brand of een schok veroorzaken.
Gebruik alleen door Samsung goedgekeurde batterijen,
opladers, kabels en accessoires.
• Niet-goedgekeurde batterijen, opladers, kabels of accessoires
kunnen de camera beschadigen, letsel veroorzaken of ertoe
leiden dat batterijen exploderen.
• Samsung is niet aansprakelijk voor schade of letsel veroorzaakt
door niet-goedgekeurde batterijen, opladers, kabels of
accessoires.
Gebruik voor het opladen van de batterijen geen
elektriciteitssnoeren of stekkers die beschadigd zijn, of een
loshangend stopcontact.
Dit kan brand of een schok veroorzaken.
Zorg dat de AC-oplader niet in contact komt met de plus- en
minpolen van de batterij.
Dit kan brand of een schok veroorzaken.
3
Informatie over gezondheid en veiligheid
Forceer de cameraonderdelen niet en oefen geen kracht uit op
de camera.
Dit kan leiden tot camerastoringen.
Voorkom storing met andere elektronische apparatuur.
De camera zendt RF-signalen (Radio Frequency) uit die storing
kunnen veroorzaken in elektronische apparatuur die niet of niet
voldoende is beschermd, zoals pacemakers, gehoorapparaten,
medische apparatuur en andere apparatuur thuis of in de auto.
Vraag advies bij de fabrikant van uw elektronische apparatuur om
mogelijke problemen met storing op te lossen. Gebruik alleen
door Samsung goedgekeurde apparaten of accessoires om
ongewenste storingen te voorkomen.
Wees voorzichtig bij het aansluiten van snoeren en adapters en
het plaatsen van batterijen en geheugenkaarten.
Door het forceren van aansluitingen, het niet op de juiste manier
aansluiten van snoeren of het niet op de juiste manier plaatsen
van batterijen en geheugenkaarten kunt u poorten, aansluitingen
en accessoires beschadigen.
Gebruik de camera in de normale gebruikspositie.
Raak de interne antenne van de camera niet aan.
Houd kaarten met magnetische stroken uit de buurt van het
camera-etui.
Informatie die is opgeslagen op de kaart kan worden beschadigd
of gewist.
Gegevensoverdracht en verantwoordelijkheden
• Gegevens die via een WLAN worden verzonden, kunnen
Gebruik nooit een beschadigde oplader, batterij of geheugenkaart.
Dit kan een schok, camerastoring of brand veroorzaken.
in verkeerde handen vallen, dus vermijd het verzenden van
gevoelige gegevens in openbare ruimten of via open netwerken.
• De fabrikant van de camera is niet aansprakelijk voor
gegevensoverdracht waarmee inbreuk wordt gemaakt
op auteursrechten, handelsmerken, intellectueeleigendomsrechten of regelgeving met betrekking tot de
openbare zedelijkheid.
Controleer voor gebruik of de camera naar behoren
functioneert.
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor verlies van bestanden of
schade die kan voortkomen uit defecten aan de camera of onjuist
gebruik.
Steek het smalle uiteinde van de USB-kabel in de camera.
Als u de kabel omgekeerd aansluit, kunnen de bestanden
beschadigen. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig
verlies van gegevens.
4
Overzicht van de gebruiksaanwijzing
Basisfuncties
14
Hier vindt u informatie over de indeling en pictogrammen van
de camera en basisfuncties voor het maken van opnamen.
Copyrightinformatie
• Microsoft Windows en het Windows-logo zijn
geregistreerde handelsmerken van Microsoft Corporation.
• Mac is een geregistreerd handelsmerk van Apple Corporation.
• HDMI, het HDMI-logo en de term
'High Definition Multimedia Interface'
zijn handelsmerken of geregistreerde
handelsmerken van HDMI Licensing LLC.
• microSD™, microSDHC™ en microSDXC™ zijn
geregistreerde handelsmerken van SD Association.
• Wi-Fi®, het Wi-Fi CERTIFIED-logo en het Wi-Fi-logo zijn
geregistreerde handelsmerken van de Wi-Fi Alliance.
• Handelsmerken en handelsnamen in deze gebruiksaanwijzing
zijn het eigendom van de betreffende eigenaars.
Uitgebreide functies
37
Hier vindt u informatie over het maken van foto's en het
opnemen van video's door een modus te selecteren.
GPS
61
Maak foto’s met geocodering of bekijk de locatie van een foto
met informatie over de plaats en een kaart van de omgeving
op de kaart. Sommige functies zijn mogelijk in bepaalde
landen niet beschikbaar om redenen van nationaal beleid.
Opnameopties
70
Hier vindt u informatie over het instellen van de opties in
de opnamemodus.
Afspelen/bewerken
97
Hier vindt u informatie over hoe u foto's en video's kunt
weergeven of afspelen en hoe u foto's en video's kunt
bewerken. Ook leest u hier hoe u de camera op een
computer, fotoprinter, televisie, HDTV of 3D-televisie aansluit.
• Cameraspecificaties of de inhoud van deze
gebruiksaanwijzing kunnen bij een upgrade van
camerafuncties zonder kennisgeving worden gewijzigd.
• U kunt de camera het beste gebruiken in het land waar
u deze hebt aangeschaft.
• Gebruik deze camera op een verantwoorde manier
en leef alle wet- en regelgeving met betrekking tot het
gebruik van de camera na.
• Het is niet toegestaan om enig deel van deze
gebruiksaanwijzing zonder vooraf gegeven toestemming
te hergebruiken of verspreiden.
• Raadpleeg voor informatie over de Open Source-licentie het
bestand 'OpenSourceInfo.pdf' op de meegeleverde CD-ROM.
Draadloos netwerk
127
Hier wordt beschreven hoe u verbinding kunt maken
met WLAN-netwerken en functies kunt gebruiken.
Instellingen
148
Hier vind u opties om de instellingen van uw camera te
configureren.
Bijlagen
Hier vindt u informatie over foutmeldingen, specificaties
en onderhoud.
5
154
Indicatoren in deze gebruiksaanwijzing
Opnamemodus
Pictogrammen in deze gebruiksaanwijzing
Indicator
Pictogram
Functie
Smart Auto
Aanvullende informatie
Programma
Veiligheidsvoorschriften en waarschuwingen
Diafragmaprioriteit,
Sluiterprioriteit, Handmatig
Scène
Magisch Plus
Wi-Fi
GPS
Film
[ ]
Cameraknoppen. [Ontspanknop] staat bijvoorbeeld
voor de sluiterknop.
( )
Paginanummer van verwante informatie
→
De volgorde van de opties of menu's die u moet
selecteren om een stap uit te voeren, bijvoorbeeld:
selecteer
→ Fotoformaat (betekent: selecteer
en selecteer vervolgens Fotoformaat).
*
Voetnoot
Pictogrammen in de opnamemodus
Deze pictogrammen worden weergegeven in de tekst wanneer
een functie beschikbaar is in een bepaalde modus. Bekijk het
onderstaande voorbeeld.
Opmerking: de modus
,
ondersteunt wellicht bepaalde
functies niet voor alle scènes.
Helderheid en kleur aanpassen
Voorbeeld:
Hier vindt u informatie over hoe u instellingen voor de helderheid en kleur kunt aanpassen om een betere beeldkwaliteit te bereiken.
De belichting handmatig aanpassen (EV)
Afhankelijk van de intensiteit van het omgevingslicht kunnen foto's
te licht of te donker uitvallen. U kunt dan de belichting aanpassen
om een beter resultaat te krijgen.
3 Selecteer een waarde om de belichting aan te passen.
• De foto wordtin
lichter
Beschikbaar
denaarmate de belichting wordt verhoogd.
EV : 1 Programma,
modus
Diafragmaprioriteit,
Sluiterprioriteit, en Film
Terug
Donkerder (-)
Neutraal (0)
Helderder (+)
4
Instellen
Druk op [o] om uw instellingen op te slaan.
• Nadat u de belichting hebt aangepast, wordt deze instelling
1
2
Druk in de opnamemodus op [m].
Selecteer a of V → EV.
automatisch opgeslagen. Mogelijk moet dit later weer worden
aangepast om onder- of overbelichting te voorkomen.
6
• Als u niet kunt beslissen wat de juiste belichting is, selecteert u de
optie AE BKT (Auto Exposure Bracket) (pag. 79) en maakt u foto's
met de bracketfunctie. De camera neemt 3 foto's achter elkaar, elk
met een andere belichting: normaal, onderbelicht en overbelicht.
Uitdrukkingen in deze gebruiksaanwijzing
Op de ontspanknop drukken
• Druk de [Ontspanknop] half in: druk de sluiterknop tot
halverwege in
• Druk op de [Ontspanknop]: druk de sluiterknop helemaal in
Belichting (Helderheid)
De hoeveelheid licht die de camera binnenkomt, bepaalt de
belichting. De belichting kan worden aangepast met sluitertijd,
diafragmawaarde en ISO-waarde. Wanneer u de belichting
verandert, worden de foto's donkerder of lichter.
Normale belichting
Druk de [Ontspanknop] half in
Druk op de [Ontspanknop]
Onderwerp, achtergrond en compositie
• Onderwerp: het hoofdobject van een scène, zoals een
persoon, dier of stilleven
• Achtergrond: de objecten rond het onderwerp
• Compositie: de combinatie van onderwerp en achtergrond
Achtergrond
Compositie
Onderwerp
7
Overbelicht (te helder)
Algemene problemen oplossen
Hier vindt u informatie waarmee u algemene problemen kunt oplossen door opnameopties in te stellen.
De ogen van het
Dit wordt veroorzaakt door een reflectie van de flitser van de camera.
onderwerp zijn rood. • Stel de flitsoptie in op
Rode ogen of
Anti-rode ogen. (pag. 74)
• Als de foto al is gemaakt, selecteert u
Anti-rode ogen in het bewerkingsmenu. (pag. 110)
Foto's bevatten
stofvlekken.
Als u de flitser gebruikt, worden stofdeeltjes in de lucht mogelijk vastgelegd op foto's.
• Schakel de flitser uit of neem geen foto's op stoffige plaatsen.
• Pas de ISO-waarde aan. (pag. 77)
Foto's zijn onscherp. Dit kan worden veroorzaakt doordat u foto's maakt bij weinig licht of doordat u de camera niet goed
vasthoudt.
• Druk [Shutter] half in om scherp te stellen op het onderwerp. (pag. 35)
• De optie voor beeldstabilisatie instellen. (pag. 34)
Bij nachtopnamen
zijn foto's onscherp.
Om meer licht binnen te laten, gebruikt de camera een langere sluitertijd. Het kan dan lastig zijn de
camera stil te houden, waardoor de foto's bewogen kunnen worden.
• Selecteer Nacht in de modus
. (pag. 40)
• Schakel de flitser in. (pag. 74)
• Pas de ISO-waarde aan. (pag. 77)
• Gebruik een statief om te voorkomen dat de camera beweegt.
Het onderwerp
is te donker door
tegenlicht.
Als de lichtbron zich achter het onderwerp bevindt of als er een groot contrast is tussen de lichte en
donkere gebieden, kan het onderwerp te donker worden.
• Maak geen foto's tegen de zon in.
• Selecteer Tegenl. in de modus
. (pag. 40)
• Stel de flitseroptie in op
Invulflits. (pag. 74)
• Pas de belichting aan. (pag. 86)
• Stel de lichtmeting in op
Spot als een onderwerp zich in het midden van het kader bevindt.
(pag. 87)
8
Beknopt overzicht
Foto's van mensen maken
•
-modus > Beautyshot 41
• -modus > Beeld in beeld 52
• Rode ogen/Anti-rode ogen (rode ogen
voorkomen of corrigeren) 74
• Gezichtsdetectie 82
• Zelfportret 83
's Nachts of in het donker foto's
maken
•
-modus > Nacht, Zon onder, Dageraad 40
• Flitseropties 74
• ISO-waarde (de lichtgevoeligheid aanpassen) 77
Actiefoto's maken
• -modus 45
• Modus voor snelle serieopnamen 90
• Vooraf vastleggen 91
De belichting aanpassen
(helderheid)
-modus > HDR 54
•
• ISO-waarde (de lichtgevoeligheid aanpassen)
77
• EV (de belichting aanpassen) 86
• L.meting 87
• Belichtingstrap 91
Panoramische actiefoto's
maken
• Actiepanorama 49
Bewegingsonscherpte
voorkomen
• OIS (Optical Image Stabilization) 34
• Tweevoudige opnamestabilisatie (Dual IS) 34
Foto's van tekst, insecten en
bloemen maken
•
-modus > Tekst 40
• Macro 78
Opnamen maken met GPS
• Foto's nemen met geocodering 62
• Werken met het kompas 69
Foto's van de omgeving maken
•
•
-modus > Landschap 40
-modus > Panorama 47
3D-foto's maken
• -modus > 3D-opname 50
• 3D-panorama 47
Effecten toepassen op foto's
• -modus > Magisch kader 50
• -modus > Gesplitste opname 51
• -modus > Artistiek pens. 53
• Smart filter-effecten 93
• Beeld aanpassen (Contrast, Scherpte of
Kleurverz. aanpassen) 95
9
• Filmen maken met Creative Movie Maker 55
• Bestanden op categorie bekijken in Smart
Album 101
• Bestanden weergeven als miniaturen 102
• Alle bestanden op de geheugenkaart
verwijderen 103
• Foto's als diashow weergeven 105
• Bestanden op een televisie, HDTV of
3D-televisie weergeven 113
• Bestanden naar de computer overbrengen 116
• Websites voor het delen van foto's of video's
gebruiken 135
• Foto's of video's via e-mail verzenden 138
• Geluid en volume aanpassen 150
• De helderheid van het scherm aanpassen 150
• De schermtaal wijzigen 151
• De datum en tijd instellen 151
• Voordat u contact opneemt met een
servicecenter 166
Inhoud
Basisfuncties .................................................................... 14
Uitgebreide functies ......................................................... 37
Uitpakken ...................................................................... 15
Indeling van de camera ................................................. 16
De batterij en geheugenkaart plaatsen ......................... 19
De batterij opladen en de camera inschakelen ............ 20
De batterij opladen ....................................................... 20
De camera inschakelen ................................................ 20
De eerste instellingen uitvoeren .................................... 21
Uitleg over de pictogrammen ....................................... 23
Het modusscherm gebruiken ....................................... 24
Het modusscherm openen ........................................... 24
Pictogrammen op het modusscherm ............................. 24
Opties of menu's selecteren ......................................... 27
[MENU] gebruiken ........................................................ 27
[Fn] gebruiken .............................................................. 29
Het scherm en geluid instellen . .................................... 30
Het schermtype instellen . ............................................. 30
Het geluid instellen ....................................................... 30
Foto's maken . ............................................................... 31
Zoomen ...................................................................... 32
Bewegingsonscherpte voorkomen . ............................... 34
Tips om betere foto's te maken .................................... 35
De Smart Auto-modus gebruiken ................................. 38
De Scènemodus gebruiken .......................................... 40
De Beautyshot-modus gebruiken .................................. 41
De Programmamodus gebruiken . ................................ 42
De modus Diafragmaprioriteit, Sluiterprioriteit of
Handmatig gebruiken . .................................................. 43
De modus Diafragmaprioriteit gebruiken ......................... 44
De modus Sluiterprioriteit gebruiken ............................... 45
De modus Handmatig gebruiken ................................... 46
De modus Magisch Plus gebruiken .............................. 47
De Panoramamodus gebruiken ..................................... 47
De modus 3D-opname gebruiken ................................. 50
De Magische kadermodus gebruiken . ........................... 50
De modus Gesplitste opname gebruiken ....................... 51
De modus Beeld in beeld gebruiken .............................. 52
De modus Artistiek penseel gebruiken ........................... 53
De HDR-modus gebruiken . .......................................... 54
De Creatieve filmmaker-modus gebruiken ...................... 55
De Filmmodus gebruiken .............................................. 57
Video's met hoge snelheid opnemen ............................. 59
De Intelligente scènedetectiemodus gebruiken ............... 60
10
Inhoud
GPS ................................................................................... 61
Gezichtsdetectie gebruiken .......................................... 82
Gezichten detecteren ................................................... 82
Een zelfportret maken ................................................... 83
Een foto van een lachend gezicht maken ....................... 83
Knipperende ogen detecteren ....................................... 84
Slimme gezichtsherkenning gebruiken ........................... 84
Gezichten als favoriet registreren (Mijn ster) . ................... 85
Helderheid en kleur aanpassen .................................... 86
De belichting handmatig aanpassen (EV) ........................ 86
De lichtmeetmethode wijzigen ....................................... 87
Een lichtbron selecteren (Witbalans) . ............................. 87
Serieopnamen ............................................................... 90
Foto's maken in de modus voor snelle serieopnamen ..... 90
Foto's maken in de modus voor vooraf vastleggen .......... 91
Foto's met de bracketfunctie maken .............................. 91
Effecten toepassen/beelden aanpassen ...................... 93
Smart filter-effecten toepassen ...................................... 93
Foto's aanpassen ........................................................ 95
Het geluid van de zoom verminderen ........................... 96
Het behulp van GPS ..................................................... 62
Foto's nemen met geocodering . ................................... 62
De opnamelocatie op de landkaart controleren ............... 63
In omgeving zoeken ...................................................... 66
De locatie met POI controleren ...................................... 66
Live referentiepunt gebruiken . ....................................... 67
Werken met het kompas . ............................................. 69
Opnameopties .................................................................. 70
De resolutie en beeldkwaliteit selecteren ..................... 71
De resolutie selecteren ................................................. 71
De fotokwaliteit instellen ................................................ 72
De timer gebruiken ........................................................ 73
Opnamen in het donker maken .................................... 74
Rode ogen voorkomen ................................................. 74
De flitser gebruiken . ..................................................... 74
De ISO-waarde aanpassen ........................................... 77
De scherpstelling aanpassen ........................................ 78
Macro gebruiken .......................................................... 78
Autofocus gebruiken .................................................... 78
Scherpstellen op een geselecteerd gebied . ................... 80
Meebewegende autofocus gebruiken ............................ 80
Het scherpstelgebied aanpassen .................................. 81
11
Inhoud
Afspelen/bewerken .......................................................... 97
Draadloos netwerk ......................................................... 127
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus ........ 98
De afspeelmodus starten .............................................. 98
Foto's weergeven . ..................................................... 104
Een video afspelen ..................................................... 106
Foto's bewerken . ........................................................ 108
Het formaat van foto's wijzigen .................................... 108
Een foto draaien . ....................................................... 108
Smart filter-effecten toepassen .................................... 109
Foto's aanpassen ...................................................... 110
Een afdrukbestelling maken (DPOF) ............................. 111
Bestanden weergeven op een televisie, HDTV of
3D-televisie . ................................................................ 113
Bestanden naar de computer overbrengen . ............. 116
Bestanden naar een Windows-computer overbrengen .. 116
Bestanden overbrengen naar een Mac-computer ......... 117
Programma's gebruiken op een pc ............................ 119
Software installeren .................................................... 119
Intelli-studio gebruiken ................................................ 120
CMM (Creative Movie Maker) gebruiken ....................... 124
Foto's afdrukken met een PictBridge-fotoprinter . ..... 126
Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen
configureren ................................................................ 128
Verbinding maken met een WLAN ............................... 128
De aanmeldingsbrowser gebruiken .............................. 129
Tips over netwerkverbinding ........................................ 130
Tekst invoeren . .......................................................... 131
Foto's of video's verzenden naar een smartphone .... 132
Een smartphone gebruiken als externe ontspanknop ... 133
Websites voor het delen van foto's of video's
gebruiken . ................................................................... 135
Een website openen .................................................. 135
Foto's of video's uploaden .......................................... 135
Foto's of video's via e-mail verzenden ....................... 137
E-mailinstellingen wijzigen ........................................... 137
Foto's of video's via e-mail verzenden .......................... 138
Foto's uploaden naar een cloudserver ....................... 140
Automatische back-up gebruiken om foto's of
video's te verzenden .................................................. 141
Het programma voor Automatische back-up installeren
op uw pc .................................................................. 141
Foto's of video's verzenden naar een pc ...................... 141
Foto's of video's weergeven op een tv met
TV Link-functionaliteit . ................................................ 143
Foto's verzenden via Wi-Fi Direct ............................... 145
Over de WOL-functie Wake on LAN ........................... 146
12
Inhoud
Instellingen ...................................................................... 148
Instellingenmenu ......................................................... 149
Het instellingenmenu openen ...................................... 149
Geluid ....................................................................... 150
Scherm ..................................................................... 150
Instellingen ................................................................ 151
Bijlagen . .......................................................................... 154
Foutmeldingen ............................................................ 155
Cameraonderhoud ...................................................... 157
De camera reinigen .................................................... 157
De camera gebruiken of opbergen .............................. 158
Geheugenkaarten ...................................................... 159
De batterij .................................................................. 162
Voordat u contact opneemt met een servicecenter ... 166
Cameraspecificaties . .................................................. 169
Woordenlijst ................................................................. 173
Verklaring in officiële talen . ......................................... 179
Index ............................................................................ 181
13
Basisfuncties
Hier vindt u informatie over de indeling en pictogrammen van de camera en basisfuncties voor het
maken van opnamen.
Uitpakken ……………………………………… 15
Opties of menu's selecteren ………………… 27
Indeling van de camera ……………………… 16
[MENU] gebruiken …………………………… 27
[Fn] gebruiken … …………………………… 29
De batterij en geheugenkaart plaatsen … … 19
De batterij opladen en de camera
inschakelen … ………………………………… 20
De batterij opladen … ……………………… 20
De camera inschakelen ……………………… 20
De eerste instellingen uitvoeren … ………… 21
Uitleg over de pictogrammen … …………… 23
Het modusscherm gebruiken … …………… 24
Het modusscherm openen … ……………… 24
Pictogrammen op het modusscherm … …… 24
Het scherm en geluid instellen ……………… 30
Het schermtype instellen … ………………… 30
Het geluid instellen … ……………………… 30
Foto's maken … ……………………………… 31
Zoomen ……………………………………… 32
Bewegingsonscherpte voorkomen … ……… 34
Tips om betere foto's te maken … ………… 35
Uitpakken
De productverpakking bevat de volgende onderdelen.
Optionele accessoires
Camera
Oplaadbare batterij
Gebruiksaanwijzing op cd-rom
AC-adapter/
USB-kabel
Camera-etui
HDMI-kabel
A/V-kabel
Batterijoplader
Geheugenkaart
Geheugenkaart/
Geheugenkaartadapter
Polslus
Snelstartgids
• De afbeeldingen kunnen enigszins afwijken van de onderdelen die
bij uw product zijn geleverd.
• Afhankelijk van het model kunnen er verschillende items in de
doos zitten.
• U kunt optionele accessoires aanschaffen bij een wederverkoper
of een servicecenter van Samsung. Samsung is niet
verantwoordelijk voor problemen die door het gebruik van nietgoedgekeurde accessoires ontstaan.
Basisfuncties 15
Indeling van de camera
Zorg dat u vertrouwd bent met de diverse onderdelen en functies van de camera voordat u begint.
Modusdraaiknop
(pag. 18)
Power-knop
Microfoon
Ontspanknop
Flitser
AF-hulplampje/Timerlampje
GPS-antenne*
* Raak het antennegebied niet
aan tijdens de ontvangst van
het GPS-signaal.
Lens
Luidspreker
Interne antenne*
* Vermijd contact met de interne
antenne tijdens het gebruik van
het draadloze netwerk.
HDMI-aansluiting
Voor aansluiting van HDMI-kabel
Statiefbevestigingspunt
USB- en A/V-aansluiting
Voor aansluiting van USB-kabel en
A/V-kabel
Batterijklep
Een geheugenkaart en batterij
plaatsen
Basisfuncties 16
Indeling van de camera
Zoomknop
• In de opnamemodus: In- en
uitzoomen
• In de afspeelmodus: Inzoomen op
een deel van de foto, bestanden als
miniaturen weergeven of het volume
aanpassen
Schuif om de flitser te ontgrendelen
Knop voor video-opname
Statuslampje
• Knippert: Als de camera een foto of
video opslaat, wordt ingelezen door
een computer of printer, als het beeld
onscherp is of als er een probleem is
bij het opladen van de accu, of als de
camera verbinding maakt met WLAN of
een foto stuurt
• Licht op: Wanneer de camera
is aangesloten op een computer,
wanneer de batterij wordt opgeladen of
wanneer het beeld is scherpgesteld.
Bedieningsknop
De polslus bevestigen
Scherm
Knoppen
(pag. 18)
Basisfuncties 17
Indeling van de camera
Modusdraaiknop
Pictogram
Knoppen
Beschrijving
Knop
Beschrijving
Smart Auto: hiermee maakt u een foto waarbij de camera
automatisch een geschikte scènemodus selecteert.
Druk op de knop voor video-opname om het opnemen van
een video te starten.
Programma: hiermee maakt u een foto door opties
in te stellen, met uitzondering van de sluitertijd en
diafragmawaarde.
Draai aan de bedieningsknop om toegang te krijgen tot
reeksopnamen.
Diafragmaprioriteit: hiermee selecteert
de camera de sluitertijd op basis van de
diafragmawaarde die u handmatig hebt ingesteld.
Sluiterprioriteit: hiermee selecteert de camera
de diafragmawaarde op basis van de sluitertijd die
u handmatig hebt ingesteld.
Handmatig: hiermee kunt u verschillende
camera-instellingen aanpassen, waaronder de
sluitertijd en diafragmawaarde.
Scène: hiermee maakt u een foto met opties die vooraf
zijn ingesteld voor een specifieke scène.
Magisch Plus: Maak een foto, neem video op, of
bewerk een foto met verschillende effecten.
Wi-Fi: Maak verbinding met draadloze lokale
netwerkenen gebruik functies.
Opties of menu's openen.
Opties openen in de opnamemodus.
Wanneer u op de navigatieknop drukt:
Basisfuncties
Overige functies
De schermoptie wijzigen.
Omhoog
De kompasoptie wijzigen.
Omlaag
De live markeringspositie
instellen.
Naar links
De timeroptie wijzigen.
Naar rechts
Wanneer u de navigatieknop draait:
• Scrollen naar een optie of menu.
• Sluitertijd, diafragma of belichtingswaarde aanpassen in
de opnamemodus.
• Scrollen door bestanden in de afspeelmodus.
GPS: Geeft de locatie van een foto met plaatsinformatie
en het omringende gebied op een kaart weer.
De gemarkeerde optie of het gemarkeerde menu bevestigen.
Film: hiermee kunt u instellingen aanpassen voor het
opnemen van een video.
De afspeelmodus openen.
• De Help-instructie sluiten.
• Bestanden verwijderen in de afspeelmodus.
Basisfuncties 18
De batterij en geheugenkaart plaatsen
Hier vindt u informatie over het in de camera plaatsen van de batterij en een optionele geheugenkaart.
De batterij en geheugenkaart verwijderen
Duw voorzichtig tegen de
kaart totdat deze uit de
camera loskomt en trek de
kaart vervolgens uit de sleuf.
Geheugenkaart
Zorg dat bij het plaatsen
van een geheugenkaart de
goudkleurige contactpunten
omhoog zijn gericht.
Schuif de vergrendeling
omlaag om de batterij los te
maken.
Geheugenkaart
Oplaadbare batterij
Plaats de batterij met het
Samsung-logo naar boven.
Batterijvergrendeling
De geheugenkaartadapter gebruiken
Als u microgeheugenkaarten wilt gebruiken met dit
product, een computer of een geheugenkaartlezer,
moet u de kaart in een adapter plaatsen.
Oplaadbare batterij
U hebt een opslagapparaat nodig voor opnames. Plaats de geheugenkaart.
Basisfuncties 19
De batterij opladen en de camera inschakelen
De batterij opladen
De camera inschakelen
Voordat u de camera voor het eerst gaat gebruiken, moet de
batterij worden opgeladen. Sluit het kleine uiteinde van de
USB-kabel aan op de camera en sluit het andere uiteinde van de
USB-kabel aan op de AC-adapter.
Druk op [POWER] om de camera in of uit te schakelen.
• Het scherm voor de eerste instellingen verschijnt wanneer u de
camera voor het eerst inschakelt. (pag. 21)
Statuslampje
• Rode lampje brandt: bezig met opladen
• Rode lampje uit: volledig opgeladen
• Rode lampje knippert: fout opgetreden
De camera inschakelen in de afspeelmodus
Druk op [ ]. De camera wordt ingeschakeld en gaat direct naar
de afspeelmodus.
Gebruik alleen de AC-adapter en de USB-kabel die bij de camera zijn
geleverd. Als u een andere AC-adapter (zoals SAC-48) gebruikt, is het
mogelijk dat de batterij van de camera niet kan worden opgeladen of niet
correct werkt.
Als u de camera inschakelt door [ ] ongeveer 5 seconden ingedrukt te
houden, laat de camera geen geluiden horen.
Basisfuncties 20
De eerste instellingen uitvoeren
Wanneer u de camera voor het eerst inschakelt, wordt het scherm voor de eerste installatie weergegeven. Volg de onderstaande stappen
om de basisinstellingen van de camera te configureren.
1 Controleer of Language is gemarkeerd en druk op
[
] of [
4 Druk op [
].
op [
/
] om Thuis te selecteren en druk
].
• Als u naar een ander land gaat, selecteert u Bezoek en
selecteert u een nieuwe tijdzone.
5 Druk op [
op [
/
] om een tijdzone te selecteren en druk
].
• Als u de zomertijd wilt instellen, drukt u op [
].
Tijdzone : Thuis
2 Druk op [
/
druk op [
3 Druk op [
[
] of [
/
/
] om een taal te selecteren en
].
] om Tijdzone te selecteren en druk op
Londen
].
Terug
Zomertijd
• Het scherm kan afwijken, afhankelijk van de geselecteerde
taal.
Basisfuncties 21
De eerste instellingen uitvoeren
6 Druk op [
en druk op [
] om Datum/tijd aanpassen te selecteren
] of [ ].
9 Druk op [
[
] om Datumtype te selecteren en druk op
].
] of [
10 Druk op [
Datum/tijd aanpassen
/
en druk op [
Maand Dag
Jaar
Uur
] om een datumnotatie te selecteren
].
Min.
Language
Nederlands
Tijdzone
Londen
Datum/tijd aanpassen 01/01/2012
Datumtype
JJJJ/MM/DD
Afsl.
Type tijd
Instellen
MM/DD/JJJJ
DD/MM/JJJJ
• Het scherm kan afwijken, afhankelijk van de geselecteerde
taal.
7 Druk op [
8 Druk op [
druk op [
Terug
/
] om een item te selecteren.
/
].
Instellen
• De standaarddatumnotatie kan afwijken, afhankelijk van de
] om de datum en tijd in te stellen en
geselecteerde taal.
11 Druk op [
[
] of [
12 Druk op [
druk op [
13 Druk op [
] om Type tijd te selecteren en druk op
].
/
opnamemodus.
Basisfuncties 22
] om een tijdnotatie te selecteren en
].
] om over te schakelen naar de
Uitleg over de pictogrammen
Welke pictogrammen worden weergegeven op het scherm, is afhankelijk van de geselecteerde modus en de ingestelde opties.
1
Pictogram
Beschrijving
Pictogram
Beschrijving
Smart Zoom aan
Autofocusinstelling
ISO-waarde
Timer
2
2 Opnameopties (rechts)
Pictogram
3 Opnamegegevens
Pictogram
Beschrijving
Doorlopend automatisch
scherpstellen ingeschakeld voor
een video-opname
Opnamemodus
GPS-opties en -status
Sluitertijd
Beschrijving
Fotoresolutie
Belichtingswaarde
Smart filter
Videoresolutie
Resterend aantal foto's
Modus voor één opname
•
Modus voor snelle
serieopnamen
•
3
1 Opnameopties (links)
Pictogram
Beschrijving
Gezichtstint
Beeldaanpassing (contrast,
scherpte en kleurverzadiging)
Witbalans
Witbalans aangepast
Gezichtretouch.
Gezichtsdetectie
Scherpstelgebied
Optische beeldstabilisatie (OIS)
Sound Alive Aan
Diafragmawaarde
•
: volledig opgeladen
: gedeeltelijk opgeladen
: leeg (opladen)
Modus voor vooraf vastleggen
Beschikbare opnametijd
Bracket-modus
Autofocuskader
Framesnelheid
Fotokwaliteit
Bewegingsonscherpte
Zoomindicator
Lichtmeting
Zoomverhouding
Flitser
Histogram (pag. 30)
Flitserintensiteit aangepast
Huidige tijd en datum
Basisfuncties 23
Het modusscherm gebruiken
Selecteer verschillende modi met de modusdraaiknop door pictogrammen op het modusscherm te selecteren.
Het modusscherm openen
Nr.
Draai in de modus Opname of Afspelen aan de modusdraaiknop
om het modusscherm weer te geven.
Beschrijving
1
Huidige modusscherm
• Draai de modusdraaiknop naar links of rechts om naar
een ander modusscherm te gaan.
2
Moduspictogrammen
• Druk op [
/ / / ] om naar een gewenste
modus te scrollen en druk op [ ] om de modus te
openen.
Pictogrammen op het modusscherm
1
<Diafragmaprioriteit, Sluiterprioriteit, Handmatig>
Pictogram Beschrijving
Beautyshot
Nacht
Zon onder Dageraad
Landschap
Tekst
Diafragmaprioriteit: hiermee selecteert de camera de
sluitertijd op basis van de diafragmawaarde die u handmatig
hebt ingesteld. (pag. 44)
2
Sluiterprioriteit: hiermee selecteert de camera de
diafragmawaarde op basis van de sluitertijd die u handmatig
hebt ingesteld. (pag. 45)
Tegenl. Strand/sneeuw
Handmatig: hiermee kunt u verschillende camerainstellingen aanpassen, waaronder de sluitertijd en
diafragmawaarde. (pag. 46)
Basisfuncties 24
Het modusscherm gebruiken
<Scène>
<Magic Plus>
Pictogram Beschrijving
Pictogram Beschrijving
Beautyshot: Een portretfoto maken met opties voor het
verhullen van onzuiverheden op het gezicht. (pag. 41)
Nacht: Scènes 's nachts of bij weinig licht vastleggen (het
gebruik van een statief wordt aanbevolen). (pag. 40)
Landschap: Stillevens en landschapsfoto's maken.
(pag. 40)
Tekst: Tekst in drukwerk of elektronische documenten
duidelijk leesbaar vastleggen. (pag. 40)
Zon onder: Zonsondergangen met natuurlijke rood- en
geeltinten vastleggen. (pag. 40)
Dageraad: Zonsopgangen vastleggen. (pag. 40)
Tegenl.: Onderwerpen met tegenlicht vastleggen. (pag. 40)
Strand/sneeuw: Onderbelichting van onderwerpen
beperken die wordt veroorzaakt door zonlicht dat wordt
gereflecteerd door zand of sneeuw. (pag. 40)
Basisfuncties 25
Panorama: een serie foto's maken en deze combineren
om een panoramisch beeld te maken. (pag. 47)
3D-opname: Scènes met een 3D-effect vastleggen (het
3D-effect werkt alleen op een 3D-televisie of 3D-monitor).
(pag. 50)
Magisch kader: Scènes met verschillende kadereffecten
vastleggen. (pag. 50)
Gesplitste opname: meerdere foto's maken en deze
indelen met voorgedefinieerde indelingen. (pag. 51)
Beeld in beeld: hiermee combineert u een zelfportret met
de gewenste achtergrondafbeelding tot één foto. (pag. 52)
Artistiek pens.: een foto maken en een video opslaan
waarin wordt weergegeven hoe het filtereffect moet worden
toegepast. (pag. 53)
HDR: Scènes vastleggen met de nadruk op middentonen
door de donkere en heldere gebieden te beperken.
(pag. 54)
Creatieve filmmaker: Maak eenvoudig een film met foto’s
of video’s. (pag. 55)
Het modusscherm gebruiken
<Wi-Fi>
Pictogram Beschrijving
MobileLink: foto's of video's verzenden naar een
smartphone. (pag. 132)
Remote Viewfinder: een smartphone gebruiken als
externe ontspanknop en een voorbeeld op uw smartphone
weergeven van een afbeelding op uw camera. (pag. 133)
Delen op sociale netwerken: foto's of video's uploaden
naar websites voor het delen van bestanden. (pag. 135)
E-mail: foto's of video's die op de camera zijn opgeslagen,
verzenden via e-mail. (pag. 137)
SkyDrive: foto's of video's uploaden naar een cloudserver.
(pag. 140)
Automatische back-up: foto's of video's die u met de
camera hebt opgenomen, draadloos verzenden naar een
pc. (pag. 141)
TV Link: foto's of video's die u hebt opgenomen met de
camera, weergeven op een breedbeeldtelevisie. (pag. 143)
Basisfuncties 26
Opties of menu's selecteren
Als u een optie of een menu wilt selecteren, drukt u op [
] of [
[MENU] gebruiken
].
Teruggaan naar het vorige menu
Als u opties wilt selecteren, drukt u op [
navigatieknop of drukt u op [
/ / /
] en draait u de
] of [
].
1 Druk in de opnamemodus op [
2 Draai de navigatieknop of druk op [
].
/
/
/
Druk nogmaals op [
menu.
] om
naar een menu of een optie te scrollen.
of
3 Druk op [
] om de gemarkeerde optie of het
gemarkeerde menu te bevestigen.
Basisfuncties 27
] om terug te gaan naar het vorige
Druk de [Ontspanknop] half in om terug te gaan naar de opnamemodus.
Opties of menu's selecteren
4 Draai de navigatieknop of druk op [
Voorbeeld: een witbalansoptie selecteren in de
Programmamodus
1 Draai de modusdraaiknop naar
/ ] om
] of [ ].
Witbalans te selecteren en druk op [
.
Fotoformaat
Kwalit.
EV
ISO
Witbalans
Flitser
Smart filter
2
Druk op [
Afsl.
].
Verpl.
5 Draai de navigatieknop of druk op [
Fotoformaat
/
] om een
witbalansoptie te selecteren.
Kwalit.
EV
ISO
Witbalans : Daglicht
Witbalans
Flitser
Smart filter
Afsl.
Verpl.
3 Draai de navigatieknop of druk op [
selecteren en druk op [
] of [
/
] om
te
Aanpassen
Terug
].
• Druk nogmaals op [
6 Druk op [
7 Druk op [
] om uw instellingen op te slaan.
opnamemodus.
Basisfuncties 28
] om terug te gaan naar het vorige menu.
] om terug te gaan naar de
Opties of menu's selecteren
4 Druk op [
[Fn] gebruiken
Voorbeeld: een witbalansoptie selecteren in de
Programmamodus:
1 Draai de modusdraaiknop naar
2 Druk op [
].
• Zonder op [
] te drukken, kunt u de gewenste optie
rechtstreeks selecteren door de zoomknop naar links of
rechts te draaien.
U kunt opnameopties openen door op [ ] te drukken, maar
sommige opties zijn dan niet beschikbaar.
5 Draai de navigatieknop of druk op [
Witbalans : Daglicht
Aanpassen
Terug
6 Druk op [
7 Druk op [
EV : 0
] om de instellingen op te slaan.
opnamemodus.
3 Druk op [
Aanpassen
/
/
/
] om een
.
].
Afsl.
/
witbalansoptie te selecteren.
] om naar
te scrollen.
Basisfuncties 29
] om terug te gaan naar de
Het scherm en geluid instellen
Hier vindt u informatie over hoe u de basisinstellingen van het scherm en het geluid kunt aanpassen.
Het schermtype instellen
Over histogrammen
U kunt een type weergave selecteren voor de opnameof afspeelmodus. Elk type geeft andere opname- of
afspeelgegevens weer. Bekijk de onderstaande tabel.
Een histogram is een grafiek die illustreert hoe het licht is verdeeld
in uw foto. Als het histogram een hoge piek aan de linkerkant
heeft, is de foto onderbelicht en wordt deze donker weergegeven.
Een piek aan de rechterkant van de grafiek betekent dat de foto
overbelicht is en te helder wordt weergegeven. De hoogte van de
pieken houdt verband met de kleurgegevens. Hoe meer van een
bepaalde kleur, hoe hoger de piek.
Druk herhaaldelijk op [
] om het schermtype te wijzigen.
Alle informatie over het
opnemen tonen
Onderbelicht
Goed belicht
Overbelicht
Het geluid instellen
Modus
Beschrijving
Schakel het geluid in of uit dat de camera maakt wanneer u
functies uitvoert.
• Alle opname-informatie verbergen.
• Alle opname-informatie verbergen, met uitzondering
Opnemen
van informatie onder aan het scherm.
• Alle opname-informatie weergeven.
• Histogram weergeven.
• Alle informatie over het huidige bestand verbergen.
1 Druk in de opname- of afspeelmodus op [
2 Selecteer → Piepjes.
3 Selecteer een optie.
• Informatie weergeven over het huidige bestand,
Afspelen
met uitzondering van de opname-instellingen en het
histogram.
• Alle informatie over het huidige bestand weergeven.
Basisfuncties 30
Optie
Beschrijving
Uit
De camera laat geen geluiden horen.
Aan
De camera laat geluiden horen.
].
Foto's maken
Hier vindt u informatie over hoe u snel en eenvoudig foto's kunt in de Smart Auto-modus.
1 Draai de modusdraaiknop naar
.
4 Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
• Een groen kader betekent dat het onderwerp scherp in
beeld is.
• Een rood kader betekent dat het onderwerp niet scherp in
beeld is.
2 Als u de schuif om de flitser te ontgrendelen gebruikt,
komt de flitser omhoog wanneer dit nodig is.
3 Plaats het onderwerp in het kader.
5 Druk de [Ontspanknop] volledig in om een foto te
maken.
6 Druk op [
] om de gemaakte foto weer te geven.
• Als u de foto wilt verwijderen, drukt u op [
] en selecteert
u Ja.
7 Druk op [
] om terug te gaan naar de opnamemodus.
Zie pagina 35 voor tips om betere foto's te maken.
Basisfuncties 31
Foto's maken
Zoomen
Digitaal zoomen
U kunt close-upfoto's maken door in te zoomen.
De digitale zoomfunctie wordt standaard ondersteund in
de opnamemodus. Als u inzoomt op een onderwerp in de
opnamemodus en de zoomaanduiding bevindt zich in het digitale
bereik, gebruikt de camera de digitale zoomfunctie. U kunt tot
84 keer inzoomen als u zowel de optische zoomfunctie (21X) als
de digitale zoomfunctie (4X) gebruikt.
Optisch bereik
Zoomverhouding
Uitzoomen
Zoomindicator
Inzoomen
Digitaal bereik
• De digitale zoomfunctie is niet beschikbaar met de optie
Gezichtsdetectie, het effect Smart filter, de optie Tracking AF, een
optie voor serieopnamen of Handm. scherpstellen.
• Als u een foto maakt met de digitale zoomfunctie, kan de fotokwaliteit
minder worden.
Wanneer u de zoomknop draait, kan de zoomverhouding op het scherm
ongelijk worden gewijzigd.
Basisfuncties 32
Foto's maken
Slim zoomen
De slimme zoomfunctie instellen
U kunt Smart Zoom (28X) gebruiken om in te zoomen met minder
kwaliteitsverlies dan met de optische zoomfunctie en digitale
zoomfunctie. U kunt tot 84 keer inzoomen als u zowel Smart
Zoom als de digitale zoomfunctie gebruikt.
Optisch bereik +
Bereik van Smart Zoom
1 Druk in de opnamemodus op [
2 Selecteer → Smart Zoom.
3 Selecteer een optie.
].
Pictogram Beschrijving
Uit: de slimme zoomfunctie is uitgeschakeld.
Aan: de slimme zoomfunctie is ingeschakeld.
Zoomindicator
Digitaal bereik
• Smart Zoom is niet beschikbaar met de optie Gezichtsdetectie, het
effect Smart filter, de optie Tracking AF, een optie voor serieopnamen
of Handm. scherpstellen.
• Als u een foto maakt met de slimme zoomfunctie, kan de fotokwaliteit
minder worden.
Basisfuncties 33
Foto's maken
Bewegingsonscherpte voorkomen
• De beeldstabilisator werkt mogelijk niet goed als:
In de opnamemodus kunt u eenvoudig de Optische
beeldstabilisator (Optical Image Stabilizer, OIS) of de Tweevoudige
opnamestabilisatie (Dual Image Stabilizer, DUAL IS) instellen
die zowel de OIS als de Digitale beeldstabilisator (Digital Image
Stabilizer, DIS) bestuurt.
Vóór correctie
Na correctie
].
1 Druk in de opnamemodus op [
2 Selecteer of → Beeldstabilisator.
3 Selecteer een optie.
Optie
Beschrijving
Uit
De beeldstabilisator is uitgeschakeld.
OIS
De optische beeldstabilisator (OIS) is ingeschakeld.
DUAL IS
De dubbele beeldstabilisator (DUAL IS) is
ingeschakeld.
Basisfuncties 34
-- Wanneer u de camera beweegt om een bewegend onderwerp
te volgen.
-- Wanneer u de digitale zoomfunctie gebruikt.
-- Wanneer de camera te veel trilt.
-- Wanneer u een langzame sluitertijd gebruikt (bijvoorbeeld voor
nachtopnamen).
-- Wanneer de batterij bijna leeg is.
-- Wanneer u een close-upfoto maakt.
• Als u de OIS-functie met een statief gebruikt, kunnen de foto's
onscherp worden door de trilling van de OIS-sensor. Schakel de
OIS-functie uit wanneer u een statief gebruikt.
• Als de camera valt of een schok krijgt, wordt het scherm wazig. Als
dit gebeurt, moet u de camera uitschakelen en weer inschakelen.
• De camera corrigeert de foto's alleen optisch als de lichtbron
helderder is dan TL-verlichting.
• In de modus Scène, Magic Plus en Film kan alleen de optische
beeldstabilisator (OIS) gebruikt worden.
Tips om betere foto's te maken
De camera op de juiste manier vasthouden
Bewegingsonscherpte voorkomen
• Stel de OIS-optie (Optical Image Stabilisation)
Zorg ervoor dat niets
de lens, flitser of
microfoon blokkeert.
of de dubbele beeldstabilisatie in om de
bewegingsonscherpte optisch te reduceren.
(pag. 34)
• Selecteer de optie DUAL IS om de
bewegingsonscherpte zowel optisch als digitaal
te beperken. (pag. 34)
Als wordt weergegeven
De ontspanknop half indrukken
Druk de [Ontspanknop] half in en pas
de scherpstelling aan. De camera past de
scherpstelling en belichting automatisch
aan.
Bewegingsonscherpte
Scherpstelkader
• Druk de [Ontspanknop] volledig
in om een foto te maken als het
scherpstelkader groen is.
• Pas de compositie aan en druk de
[Ontspanknop] nogmaals half in
als het scherpstelkader rood is.
De camera stelt de diafragmawaarde
en sluitertijd automatisch in.
Zorg dat bij opnamen in het donker de flitseroptie niet is ingesteld op
Langz sync of Uit. Het diafragma blijft langer open en het kan moeilijk
zijn om de camera lang genoeg stabiel te houden om een scherpe foto
te maken.
• Gebruik een statief of stel de flitser in op Invulflits. (pag. 74)
• Pas de ISO-waarde aan. (pag. 77)
Basisfuncties 35
Voorkomen dat het onderwerp niet scherp is
In de volgende gevallen kan het moeilijk zijn om scherp te stellen
op het onderwerp:
-- Er is weinig contrast tussen het onderwerp en de achtergrond
(als het onderwerp bijvoorbeeld kleren draagt met kleuren die lijken
op de achtergrondkleur).
-- De lichtbron achter het onderwerp is te fel.
-- Het onderwerp glanst of weerspiegelt.
-- Het onderwerp heeft horizontale patronen, zoals bij jaloezieën het
geval is.
-- Het onderwerp bevindt zich niet in het midden van het kader.
• Als u foto's maakt bij weinig licht
Schakel de flitser in.
(pag. 74)
• Als onderwerpen snel bewegen
Gebruik de
modus voor snelle
serieopnamen of
de functie Vooraf
vastleggen. (pag. 90)
De scherpstelvergrendeling gebruiken
Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
Wanneer het onderwerp scherp in beeld is, kunt u het kader
verschuiven om de compositie aan te passen. Wanneer u
klaar bent, drukt u de [Ontspanknop] volledig in om de foto
te maken.
Basisfuncties 36
Uitgebreide functies
Hier vindt u informatie over het maken van foto's en het opnemen van video's door een modus te
selecteren.
De Smart Auto-modus gebruiken …………… 38
De Scènemodus gebruiken … ……………… 40
De Beautyshot-modus gebruiken …………… 41
De Programmamodus gebruiken …………… 42
De modus Diafragmaprioriteit,
Sluiterprioriteit of Handmatig gebruiken …… 43
De modus Diafragmaprioriteit gebruiken … … 44
De modus Sluiterprioriteit gebruiken ………… 45
De modus Handmatig gebruiken …………… 46
De modus Magisch Plus gebruiken ………… 47
De Panoramamodus gebruiken … …………
De modus 3D-opname gebruiken … ………
De Magische kadermodus gebruiken … ……
De modus Gesplitste opname gebruiken ……
47
50
50
51
De modus Beeld in beeld gebruiken …………
De modus Artistiek penseel gebruiken ………
De HDR-modus gebruiken … ………………
De Creatieve filmmaker-modus gebruiken ……
52
53
54
55
De Filmmodus gebruiken … ………………… 57
Video's met hoge snelheid opnemen … …… 59
De Intelligente scènedetectiemodus
gebruiken … ………………………………… 60
De Smart Auto-modus gebruiken
In de Smart Auto-modus selecteert de camera automatisch camera-instellingen die bij het gedetecteerde type scène passen.
De Smart Auto-modus is handig als u niet bekend bent met de camera-instellingen voor verschillende scènes.
1 Draai de modusdraaiknop naar
2 Plaats het onderwerp in het kader.
.
Pictogram
Beschrijving
Portretten met tegenlicht
• De camera selecteert automatisch een scène. Het pictogram
voor de betreffende scène wordt in de linkerbenedenhoek
van het scherm weergegeven. De pictogrammen worden
hieronder weergegeven.
Portretten
Close-upfoto's van objecten
Close-upfoto's van tekst
Zonsondergangen
Heldere luchten
Bossen
Close-upfoto's van gekleurde onderwerpen
De camera is gestabiliseerd of op een statief
geplaatst (bij opnamen in het donker)
Pictogram
Beschrijving
Onderwerpen die veel bewegen
Landschappen
Vuurwerk (als een statief wordt gebruikt)
Scènes met een helderwitte achtergrond
Donkere instelling voor binnen
Landschappen 's nachts
Gedeeltelijk helder licht op een donkere plaats
Portretten 's nachts
Spotlight op korte afstand
Landschappen met tegenlicht
Portret met spotlight
Uitgebreide functies 38
De Smart Auto-modus gebruiken
3 Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
4 Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
• Als de camera geen geschikte scènemodus detecteert, worden de
standaardinstellingen voor de modus
gebruikt.
• Ook als er een gezicht wordt gedetecteerd, is het mogelijk dat de
camera geen portretmodus selecteert, afhankelijk van de positie van
het onderwerp en de lichtval.
• Afhankelijk van de opnameomstandigheden, zoals het trillen van
de camera, de lichtval en de afstand tot het onderwerp, kan het
voorkomen dat de camera de juiste scène niet selecteert.
• Zelfs als u een statief gebruikt, kan het voorkomen dat de camera de
modus
niet detecteert als het onderwerp beweegt.
• In de modus
raakt de batterij sneller leeg omdat de
instellingen vaker worden gewijzigd om de juiste scène te selecteren.
Uitgebreide functies 39
De Scènemodus gebruiken
In de Scènemodus kunt u een foto maken met opties die al vooraf zijn ingesteld voor een bepaalde scène.
1 Draai de modusdraaiknop naar
2 Selecteer een scène.
.
Optie
Beschrijving
Onderbelichting van onderwerpen beperken
Strand/sneeuw die wordt veroorzaakt door zonlicht dat wordt
gereflecteerd door zand of sneeuw.
]→
of druk op [ ] om de Scènemodus
te wijzigen. U kunt een van de weergegeven scènes
selecteren.
• Druk op [
Beautyshot
Nacht
Landschap
Tekst
3 Plaats het onderwerp in het kader en druk de
Zon onder Dageraad
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
Tegenl. Strand/sneeuw
4 Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
Optie
Beschrijving
Beautyshot
Een portretfoto maken met opties voor het
verhullen van onzuiverheden op het gezicht.
Nacht
Scènes 's nachts of bij weinig licht vastleggen
(het gebruik van een statief wordt aanbevolen).
Landschap
Stillevens en landschapsfoto's maken.
Tekst
Tekst in drukwerk of elektronische documenten
duidelijk leesbaar vastleggen.
Zon onder
Zonsondergangen met natuurlijke rood- en
geeltinten vastleggen.
Dageraad
Zonsopgangen vastleggen.
Tegenl.
Onderwerpen met tegenlicht vastleggen.
Uitgebreide functies 40
De Scènemodus gebruiken
De Beautyshot-modus gebruiken
In de Beautyshot-modus kunt u een portret maken met opties
voor het verdoezelen van onzuiverheden op het gezicht.
1 Draai de modusdraaiknop naar
2 Selecteer .
].
3 Druk op [
4 Selecteer → Gezichtstint.
5 Selecteer een optie.
7 Selecteer Gezichtretouch..
8 Selecteer een optie.
• Verhoog bijvoorbeeld de instelling voor gezichtsretouchering
om meer imperfecties te verbergen.
.
Gezichtstint
Gezichtretouch.
Kwalit.
Gezichtstint
Uit
Gezichtretouch. Niveau 1
Gezichtsdetectie Niveau 2
Fotoformaat
Niveau 3
Kwalit.
Flitser
Smart FR wijzigen
Terug
6 Druk op [
Instellen
9 Druk op [ ] om de instelling op te slaan.
10 Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
11 Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
Smart FR wijzigen
Terug
Niveau 3
Flitser
• Verhoog bijvoorbeeld de instelling voor de gezichtstint om de
huid lichter te laten lijken.
Uit
Gezichtsdetectie Niveau 1
Niveau 2
Fotoformaat
Als u de Beautyshot-modus gebruikt, wordt de scherpstelafstand ingesteld
op Auto macro.
Instellen
] om de instelling op te slaan.
Uitgebreide functies 41
De Programmamodus gebruiken
In de Programmamodus kunt u de meeste opties instellen, met uitzondering van de sluitertijd en de diafragmawaarde, die automatisch
worden ingesteld door de camera.
1 Draai de modusdraaiknop naar
2 Stel de gewenste opties in.
.
(Bekijk 'Opnameopties' voor een lijst met opties.)
3 Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
4 Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
Uitgebreide functies 42
De modus Diafragmaprioriteit, Sluiterprioriteit of Handmatig gebruiken
Pas de diafragmawaarde of sluitertijd aan om de belichting van uw foto's te regelen. U kunt deze opties gebruiken in de modus
Diafragmaprioriteit, Sluitertijdprioriteit en Handmatig.
Diafragmawaarde
Het diafragma is een opening die de hoeveelheid licht bepaalt die
de camera binnenvalt. De diafragmamodule bestaat uit dunne
metalen bladen die openen en sluiten om meer of minder licht
door de opening (het diafragma) de camera te laten binnenvallen.
De grootte van het diafragma hangt nauw samen met de
helderheid van de foto: hoe groter het diafragma, des te helderder
de foto; hoe kleiner het diafragma, des te donkerder de foto.
Sluitertijd
Sluitertijd, een belangrijke factor voor de helderheid van een
foto, verwijst naar hoe lang het duurt om de sluiter te openen
en te sluiten. Met een lange sluitertijd valt er meer licht binnen,
waardoor de foto helderder wordt. En met een kortere sluitertijd
valt er minder licht naar binnen en wordt de foto donkerder, maar
is het ook eenvoudiger om de beweging van het onderwerp te
bevriezen.
Lage diafragmawaarde
(het diafragma is groot).
Lange sluitertijd
Hoge diafragmawaarde
(het diafragma is klein).
Uitgebreide functies 43
Korte sluitertijd
De modus Diafragmaprioriteit, Sluiterprioriteit of Handmatig gebruiken
De modus Diafragmaprioriteit gebruiken
4 Stel opties in.
In de modus Diafragmaprioriteit kunt u handmatig de
diafragmawaarde instellen terwijl de camera automatisch een
geschikte sluitertijd selecteert.
5 Plaats het onderwerp in het kader en druk de
1 Draai de modusdraaiknop naar
2 Selecteer .
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
.
• Als u een andere modus wilt selecteren wanneer de
modusdraaiknop is ingesteld op
en selecteert u
→ een modus.
(Bekijk 'Opnameopties' voor een lijst met opties.)
, drukt u op [
6 Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
]
3 Druk op [
] en draai vervolgens aan de navigatieknop
om de diafragmawaarde te kiezen.
• Zie pagina 43 voor meer informatie over de diafragmawaarde.
Uitgebreide functies 44
De modus Diafragmaprioriteit, Sluiterprioriteit of Handmatig gebruiken
De modus Sluiterprioriteit gebruiken
4 Stel opties in.
In de modus Sluiterprioriteit kunt u handmatig de sluitertijd
instellen terwijl de camera automatisch een geschikte
diafragmawaarde selecteert.
5 Plaats het onderwerp in het kader en druk de
1 Draai de modusdraaiknop naar
2 Selecteer .
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
.
• Als u een andere modus wilt selecteren wanneer de
modusdraaiknop is ingesteld op
en selecteert u
→ een modus.
(Bekijk 'Opnameopties' voor een lijst met opties.)
, drukt u op [
6 Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
]
3 Druk op [
] en draai vervolgens aan de navigatieknop
om de sluitersnelheid in te stellen.
• Zie pagina 43 voor meer informatie over de sluitertijd.
Uitgebreide functies 45
De modus Diafragmaprioriteit, Sluiterprioriteit of Handmatig gebruiken
4 Draai aan de navigatieknop om de diafragmawaarde of
De modus Handmatig gebruiken
In de modus Handmatig kunt u zowel de diafragmawaarde als de
sluitertijd instellen.
1 Draai de modusdraaiknop naar
2 Selecteer .
modusdraaiknop is ingesteld op
en selecteert u
→ een modus.
, drukt u op [
5 Stel opties in.
(Bekijk 'Opnameopties' voor een lijst met opties.)
.
• Als u een andere modus wilt selecteren wanneer de
de sluitersnelheid te kiezen.
6 Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
]
7 Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
3 Druk op [
] en vervolgens op [ / ] om de
diafragmawaarde of de sluitersnelheid te kiezen.
Uitgebreide functies 46
De modus Magisch Plus gebruiken
In de modus Magisch Plus kunt u een foto maken of een video opnemen met verschillende effecten.
6 Plaats het onderwerp in het kader en druk de
De Panoramamodus gebruiken
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
In de Panoramamodus kunt u een brede panoramascène
vastleggen in één foto. U kunt een serie foto's maken en
combineren om een panoramisch beeld te maken.
• Breng de camera op één lijn met de uiterste linker-, rechter-,
onder- of bovenkant van de scène die u wilt vastleggen.
7
Een normale of 3D-panoramafoto maken
Maak een normale panoramafoto of een 3D panoramafoto die
kan worden bekeken op een 3D-tv.
Houd de [Ontspanknop] ingedrukt om de opname te
starten.
8 Terwijl de [Ontspanknop] is ingedrukt, beweegt u de
camera langzaam in de gewenste richting.
• In de 3D-panorama kunt u een scène alleen in horizontale
richting vastleggen.
• Wanneer de beeldzoeker is uitgelijnd met de volgende scène,
Opnamevoorbeeld
legt de camera de volgende foto automatisch vast.
1 Draai de modusdraaiknop naar .
2 Selecteer .
].
3 Druk op [
4 Selecteer → Panorama → Live Panorama of
3D-panorama.
5 Druk op [
opnamemodus.
] om terug te gaan naar de
9 Wanneer u klaar bent, laat u de [Ontspanknop] los.
• Wanneer u alle benodigde opnamen heeft vastgelegd,
combineert de camera deze tot één panoramafoto.
Uitgebreide functies 47
De modus Magisch Plus gebruiken
• Voor de beste resultaten bij het vastleggen van panoramafoto's moet
u het volgende vermijden:
-- De camera te snel of te langzaam bewegen.
-- De camera te weinig bewegen om het volgende beeld vast te
leggen.
-- De camera met ongelijkmatige snelheden bewegen.
-- De camera schudden.
-- De richting van de camera wijzigen terwijl een foto wordt
vastgelegd.
-- Opnemen op donkere locaties.
-- Bewegende onderwerpen in de buurt vastleggen
-- Opnameomstandigheden waar de helderheid of kleur van het licht
verandert.
• Als u de Panoramamodus selecteert, worden de digitale en optische
zoomfuncties uitgeschakeld. Als u de Panoramamodus selecteert
terwijl de lens is ingezoomd, zoomt de camera automatisch uit naar
de standaardpositie.
• In de Panoramamodus zijn bepaalde opnameopties niet beschikbaar.
• De camera kan de opname stoppen vanwege de compositie van de
opname of beweging van het onderwerp.
• Om de fotokwaliteit te verbeteren in de Panoramamodus, legt uw
camera mogelijk het einde van de scène niet vast wanneer u stopt
met het bewegen van de camera. Als u de volledige scène wilt
vastleggen, beweegt u de camera iets verder dan het punt waar u de
scène wilt eindigen.
• In de 3D-panoramamodus legt de camera mogelijk het begin van het
einde van een scène niet vast wegens de aard van het 3D-effect.
Als u de volledige scène wilt vastleggen, beweegt u de camera iets
voorbij het begin- en eindpunt dat u wilt vastleggen.
Uitgebreide functies 48
• In de 3D-panoramamodus worden foto's vastgelegd met de JPEGen MPO-bestandsindelingen.
• U kunt een MPO-bestand dat het 3D-effect ondersteunt, alleen
weergeven op een MPO-compatibel scherm, zoals een 3D-televisie
of 3D-monitor. Op het scherm van de camera kunt u alleen JPEGbestanden weergeven.
• Gebruik een 3D-bril wanneer u een MPO-bestand weergeeft op een
3D-televisie of 3D-monitor.
De modus Magisch Plus gebruiken
De Actiepanorama-modus gebruiken
In de Actiepanorama-modus kunt u een serie foto's van een
bewegend onderwerp vastleggen en combineren.
8 Terwijl de [Ontspanknop] is ingedrukt, beweegt u de
camera langzaam in de gewenste richting.
• Als er meerdere bewegende onderwerpen zijn, herkent de
camera het juiste onderwerp mogelijk niet.
• Als onderwerpen zich buiten het hulpkader bevinden wanneer
u opneemt, legt de camera de beweging van de onderwerpen
niet vast.
• De framegrootte kan veranderen, afhankelijk van de positie
van het onderwerp.
Opnamevoorbeeld
9 Wanneer u klaar bent, laat u de [Ontspanknop] los.
1 Draai de modusdraaiknop naar .
2 Selecteer .
].
3 Druk op [
4 Selecteer → Panorama → Actiepanorama.
] om terug te gaan naar de
5 Druk op [
• De camera combineert de opnamen automatisch tot één foto.
• Voor de beste resultaten bij het vastleggen van panoramafoto's moet
opnamemodus.
6 Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
• Lijn de camera uit met de uiterste linker- of rechterrand van het
tafereel dat u wilt vastleggen.
7 Houd de [Ontspanknop] ingedrukt om de opname te
starten.
Uitgebreide functies 49
u het volgende vermijden:
-- De camera te snel of te langzaam bewegen.
-- De camera te weinig bewegen om het volgende beeld vast te
leggen.
-- De camera met ongelijkmatige snelheden bewegen.
-- De camera schudden.
-- De richting van de camera wijzigen terwijl een foto wordt
vastgelegd.
-- Opnemen op donkere locaties.
-- Bewegende onderwerpen in de buurt vastleggen
-- Opnameomstandigheden waar de helderheid of kleur van het licht
verandert.
• Het kan langer duren om panoramafoto's op te slaan.
• In de Actiepanorama-modus zijn bepaalde opnameopties niet
beschikbaar.
De modus Magisch Plus gebruiken
De modus 3D-opname gebruiken
De Magische kadermodus gebruiken
In de modus 3D-opname kunt u foto’s vastleggen met een
3D-effect.
In de modus Magisch kader kunt u verschillende kadereffecten
toepassen op uw foto's. De vorm en het uiterlijk van de foto's
verandert afhankelijk van het kader dat u selecteert.
1 Draai de modusdraaiknop naar .
2 Selecteer .
3 Plaats het onderwerp in het kader en druk de
1 Draai de modusdraaiknop naar
2 Selecteer .
3 Selecteer het gewenste kader.
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
4 Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
.
Magisch kader : Muurschildering
• De camera legt 2 foto's vast in de JPEG- en MPO-
bestandsindelingen.
• In de modus 3D-opname wordt de resolutie automatisch ingesteld
op
.
• In de modus 3D-opname zijn bepaalde opnameopties niet
beschikbaar.
• U kunt een MPO-bestand dat het 3D-effect ondersteunt, alleen
weergeven op een MPO-compatibel scherm, zoals een 3D-televisie
of 3D-monitor. Op het scherm van de camera kunt u alleen JPEGbestanden weergeven.
• Gebruik een 3D-bril wanneer u een MPO-bestand weergeeft op een
3D-televisie of 3D-monitor.
OK : Paneel uit
: Thuis
4 Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
5 Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
In de Magische kadermodus wordt de resolutie automatisch ingesteld op
Uitgebreide functies 50
.
De modus Magisch Plus gebruiken
4 Plaats het onderwerp in het kader en druk de
De modus Gesplitste opname gebruiken
In de modus Gesplitste opname kunt u meerdere foto's maken
en deze indelen met voorgedefinieerde indelingen.
1 Draai de modusdraaiknop naar
2 Selecteer .
3 Selecteer een stijl voor splitsen.
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
5 Druk de [Ontspanknop] volledig in om een foto te
maken.
.
• Herhaal stap 4 en 5 om de rest van de foto' te maken.
• Als u een foto opnieuw wilt maken, drukt u op [
].
• Als u de scherpte van de scheidingslijn wilt aanpassen, drukt
6 Druk op [
u op [
] en selecteert u
→ Lijnvervaging → de
gewenste waarde.
• Als u op een gedeelte van de opname een Smart filter-effect
wilt toepassen, drukt u op [
] en selecteert u
→
Smart filter → de gewenste optie. U kunt verschillende
Smart filter-effecten toepassen of de afzonderlijke gedeelten
van de opname.
OK : Paneel uit
: Thuis
Uitgebreide functies 51
] om uw instellingen op te slaan.
• In de modus Gesplitste opname wordt de resolutie automatisch
ingesteld op
of lager.
• In de modus Gesplitste opname is het aantal beschikbare slimme
filteropties beperkt.
De modus Magisch Plus gebruiken
De modus Beeld in beeld gebruiken
4 Druk op [
In de modus Beeld in beeld kunt u een achtergrondfoto op
volledige grootte maken of selecteren en een kleinere foto of
video invoegen op de voorgrond.
1 Draai de modusdraaiknop naar
2 Selecteer .
].
.
• Als u het uiteindelijke videoformaat wilt instellen wanneer u
een video invoegt, drukt u op [
] en selecteert u
Filmformaat → het gewenste videoformaat.
3
] om de foto in te stellen als achtergrondafbeelding.
• Als u een achtergrondfoto opnieuw wilt maken, drukt u op [
→
Opnieuw
Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen
en druk vervolgens op de [Ontspanknop] om een
achtergrondfoto te maken.
• Als u een achtergrondfoto wilt selecteren uit uw opgeslagen
foto's, drukt u op [
] en selecteert u
→
Afbeelding selecteren → de gewenste foto. U kunt geen
videobestanden of foto's selecteren die zijn vastgelegd in de
modus Live Panorama. U kunt niet een videobestand of foto
selecteren die in de Panorama-modus gemaakt is.
5 Druk op [
Kader bewegen
] en vervolgens op [
invoegpunt te wijzigen.
/
/
/
] om het
] en vervolgens op [
/
grootte van het invoegpunt te wijzigen.
/
/
] om de
6 Druk op [
7 Druk op [ ] om de instelling op te slaan.
8 Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen en
druk vervolgens op de [Ontspanknop] om een foto te
maken en in te voegen.
• Het venster voor invoegen wordt groter wanneer u de
[Ontspanknop] indrukt zodat u kunt bepalen of het
onderwerp scherp in beeld is.
• Druk op
(Video-opname) om video op te nemen. Om
met opnemen te stoppen en de video in te voegen, drukt u
nogmaals op
(Video-opname).
Uitgebreide functies 52
De modus Magisch Plus gebruiken
• Wanneer u achtergrondfoto's maakt, wordt de resolutie automatisch
ingesteld op
en worden alle gemaakte foto's opgeslagen.
• De uiteindelijke foto's of video's voor Beeld in beeld worden
opgeslagen als één gecombineerd bestand. De ingevoegde foto's
en video's worden niet afzonderlijk opgeslagen.
• Wanneer u een afbeelding invoegt, wordt de resolutie voor het
gecombineerde bestand automatisch ingesteld op
.
• Wanneer u een video invoegt, wordt de resolutie voor het
gecombineerde bestand automatisch ingesteld op
of lager.
• Wanneer u een achtergrondfoto maakt, wordt een verticale foto
die is gemaakt in verticale positie, horizontaal weergegeven zonder
automatisch draaien.
• De maximale grootte van het venster voor invoegen is 1/4 van het
scherm en de beeldverhouding blijf.t gelijk wanneer u de grootte aanpast.
• De maximale lengte voor een video die u wilt invoegen, is 20 minuten.
• Het beschikbare zoombereik in de modus Beeld in beeld is mogelijk
kleiner dan in andere opnamemodi.
• Wanneer u een van uw opgeslagen foto's selecteert als
achtergrondfoto, kunnen zwarte balken worden weergegeven aan de
randen van de afbeelding, afhankelijk van de beeldverhouding.
De modus Artistiek penseel gebruiken
In de modus Artistiek penseel kunt u een foto maken en
vervolgens een video bekijken waarin wordt uitgelegd hoe u een
filtereffect kunt toepassen.
1 Draai de modusdraaiknop naar
2 Selecteer .
3 Selecteer een filter.
.
Artistieke pen : Aquarel
OK : Paneel uit
: Thuis
Optie
Beschrijving
Aquarel
Het effect van een waterverfschilderij toepassen.
Cartoon
Het effect van een striptekening toepassen.
Schets
Een schetseffect van een pen toepassen.
Uitgebreide functies 53
De modus Magisch Plus gebruiken
4 Plaats het onderwerp in het kader en druk de
De HDR-modus gebruiken
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
5 Druk de [Ontspanknop] volledig in om een foto te
maken.
• Nadat u de foto hebt gemaakt, wordt automatisch de video
gestart waarin wordt uitgelegd hoe u het filter kunt toepassen.
In de modus High Dynamic Range (HDR) maakt de camera
automatisch meerdere opnames met verschillende belichtingen
die worden gecombineerd tot één foto waarvoor de middentinten
gemaximaliseerd worden door zowel de donkere als lichte
gebieden te corrigeren. U kunt foto's met zachte, rijke kleuren
vastleggen.
• In de modus Artistiek penseel wordt de resolutie automatisch
ingesteld op
of lager.
• In de modus Artistiek penseel worden de foto met het filtereffect
en de video waarin wordt uitgelegd hoe u het filter toepast, allebei
opgeslagen.
• In de modus Artistiek penseel kan het langer duren om een foto op
te slaan.
• U kunt een video die is vastgelegd in de modus Artistiek pens.,
niet uploaden via de draadloze netwerkfunctie op uw camera.
Zonder HDReffect
Met HDReffect
1 Draai de modusdraaiknop naar .
2 Selecteer .
3 Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
4 Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
• De camera maakt automatisch foto’s met verschillende
belichtingen die tot één foto worden samengevoegd.
Uitgebreide functies 54
De modus Magisch Plus gebruiken
• Het HDR-effect kan worden beïnvloed door bewegingsonscherpte,
belichting, beweging van het onderwerp en de opnameomgeving.
• U kunt de flitser niet gebruiken wanneer u de HDR-modus gebruikt.
• Het kan langer duren om een foto op te slaan met de HDR-modus.
• Wanneer u de HDR-modus gebruikt, kunnen het voorbeeld op het
scherm en de vastgelegde foto iets groter worden weergegeven dan
een foto die zonder dit effect wordt vastgelegd.
• Wanneer u een bewegend onderwerp vastlegt met de HDR-modus,
kan een nabeeld worden weergegeven.
• Omdat de camera kan trillen bij continu-opnames, is het gebruik van
een statief aanbevolen.
De Creatieve filmmaker-modus gebruiken
In de Creatieve filmmaker-modus kunt u gemakkelijk films maken
op basis van de foto's en video's die op de geheugenkaart zijn
opgeslagen.
Een film maken met de Creatieve filmmaker
1 Draai de modusdraaiknop naar .
2 Selecteer .
3 Selecteer + filmcreatie.
4 Selecteer Selecteren en selecteer de gewenste
bestanden.
• U moet ten minste 2 bestanden selecteren.
• Selecteer de map die is gemaakt tijdens het doorlopend
opnemen om alle foto’s in de map te selecteren.
-video selecteert, worden alle foto's
geselecteerd die zijn vastgelegd tijdens de video-opname.
• Selecteer Willekeurig herhalen om de camera willekeurige
foto's en video's te laten selecteren. De film kan niet langer zijn
dan 2 minuten en 30 seconden.
• Als u een
Uitgebreide functies 55
De modus Magisch Plus gebruiken
9 Druk op [
Selecteer afbeelding
] om Creatie te selecteren en selecteer Start
creatie.
• Als de camera niet voldoende ruimte heeft om de film op
Selecteren
Willekeurig herhalen
Terug
Instellen
• U kunt geen video’s selecteren die in de modus Creative Movie
Maker zijn gemaakt, en evenmin bepaalde high-speed video’s
(480 fps).
• U kunt maximaal 60 foto's en 10 video's selecteren.
5 Druk op [
6 Druk op [
] om de selectie te bevestigen.
] om Thema te selecteren en selecteer een
thema.
7 Druk op [
] om Muziek te selecteren en selecteer de
gewenste muziek.
8 Druk op [
te slaan, kunt u Start creatie niet selecteren. Verwijder
bestanden van de geheugenkaart om meer geheugen
beschikbaar te maken. (pag. 103)
• Als het pop-upbericht wordt weergegeven wanneer u Start
creatie selecteert, selecteert u een kleiner filmformaat bij de
optie Filmformaat.
• Het renderen van de video kan langer duren afhankelijk van
het aantal en het formaat van de geselecteerde bestanden.
• Druk op [
] om het samenstellen van de video te
annuleren.
] om Filmformaat te selecteren en selecteer
een filmformaat.
E
en film weergeven die is gemaakt in de Creatieve
filmmaker-modus
1 Draai de modusdraaiknop naar .
2 Selecteer .
3 Druk op [ / ] om een film te selecteren.
4 Druk op [ ] om de film af te spelen.
Als u de film wilt weergeven in de afspeelmodus, drukt u op [
Uitgebreide functies 56
]. (pag. 98)
De Filmmodus gebruiken
In de Filmmodus kunt u instellingen aanpassen om full-HD-video's van maximaal 20 minuten op te nemen. De camera slaat opgenomen
video's op als MP4-bestanden (H.264-bestanden).
• H.264 (MPEG-4 part10/AVC) is een video-indeling met hoge compressie die is ontwikkeld door de internationale standaardisatieorganisaties ISO-IEC en ITU-T.
• Als u een geheugenkaart met een lage opslagsnelheid gebruikt, kan de camera de opslagsnelheid niet verwerken die voor de opslag van video nodig is. Daardoor
kan het opnemen van video stoppen of opgenomen videobeelden kunnen beschadigen.
• Geheugenkaarten met een lage schrijfsnelheid ondersteunen geen video's met een hoge resolutie of hoge snelheid. Gebruik voor het opnemen van video's met
een hoge resolutie of een hoge snelheid geheugenkaarten met een hogere schrijfsnelheid. (SDHC Klasse 6 of hoger)
• Als u de OIS-functie activeert terwijl u een video opneemt, neemt de camera mogelijk het bedieningsgeluid van de OIS-functie op.
• Als u de zoomfunctie gebruikt wanneer u een video opneemt, neemt de camera mogelijk het geluid van de zoomfunctie op. Gebruik de Sound Alive-functie om het
geluid van de zoomfunctie te beperken. (pag. 96)
1 Draai de modusdraaiknop naar .
2 Stel de gewenste opties in. (Bekijk 'Opnameopties' voor
een lijst met opties.)
3 Druk op
(Video-opname) om de opname te starten.
• U kunt de functie doorlopend automatisch scherpstellen
uitschakelen door op [
OK : Pauze
] te drukken tijdens het opnemen.
Fn: Continu AF uit
4 Druk nogmaals op
(Video-opname) om de opname
te stoppen.
Uitgebreide functies 57
• U kunt de opname van een video in bepaalde modi starten door
op
(Video-opname) te drukken. U hoeft de modus dan niet te
wijzigen in
.
• Het formaat van het videokader kan kleiner lijken wanneer u een
video opneemt, afhankelijk van de videoresolutie en framesnelheid.
• Als u ongeveer 3 minuten geen bewerkingen uitvoert terwijl u een
video opneemt, wordt het scherm gedimd. Voer een bewerking uit
met de camera om het scherm te activeren. Als u de power-knop,
zoomknop, ontspanknop of de video-opnameknop gebruikt, voert
de camera de gewenste bewerking uit, zelfs wanneer het scherm
is gedimd.
•
(Doorlopend AF): Gebruik deze functie bij het opnemen met
veranderende compositie terwijl u automatisch scherpstelt op het
middengebied.
De Filmmodus gebruiken
Opnamen onderbreken
U kunt tijdens het opnemen van een video de opname tijdelijk
onderbreken. Met deze functie kunt u verschillende scènes
opnemen in één video.
• Druk op [
] om de opname te onderbreken.
• Druk op [
] om de opname te hervatten.
• Het formaat van vastgelegde afbeeldingen wordt automatisch
gewijzigd, afhankelijk van het formaat van de opgenomen video.
• U kunt geen foto's vastleggen terwijl u video's met hoge snelheid
opneemt.
• U kunt geen foto's vastleggen wanneer u de video-opname
onderbreekt.
• De kwaliteit van foto's die worden vastgelegd terwijl u een video
opneemt, kan lager zijn dan die van foto's die normaal worden
vastgelegd.
• De foto’s die gemaakt zijn tijdens de opname van een video kunnen
er anders uitzien dan de bewegende beelden in de video.
Foto's vastleggen terwijl u een video opneemt
U kunt foto's vastleggen terwijl u een video opneemt zonder over
te schakelen naar de fotostand (maximaal 6 foto's).
Foto's vastgelegd tijdens het
opnemen van een video
• Druk de [Ontspanknop] in om foto's vast te leggen tijdens het
opnemen van een video.
• Vastgelegde foto's worden automatisch opgeslagen.
Uitgebreide functies 58
De Filmmodus gebruiken
Video's met hoge snelheid opnemen
U kunt video's met hoge snelheid opnemen door framesnelheden
in te stellen. Video's met hoge snelheid worden in slow motion
afgespeeld bij 30 FPS, ongeacht de framesnelheid van de video.
• Geheugenkaarten met langzame schrijfsnelheden bieden geen
1 Draai de modusdraaiknop naar
.
• U kunt een video met hoge snelheid alleen opnemen in de
modus
.
2 Draai de hendel omhoog of omlaag om een
framesnelheid te selecteren.
ondersteuning voor video's met hoge snelheid.
• U kunt Smart filter-effecten of de modus Intelligente scènedetectie
niet instellen wanneer u video's met hoge snelheid opneemt.
• Video's met hoge snelheid bieden geen ondersteuning voor
spraakopnamen.
• De beeldkwaliteit van snelle video's kan lager zijn dan bij video's met
normale snelheid.
Pictogram
Beschrijving
480fps: 480 frames per seconde opnemen
(gedurende maximaal 10 seconden).
240fps: 240 frames per seconde opnemen
(gedurende maximaal 10 seconden).
30fps: 30 frames per seconde opnemen
(gedurende maximaal 20 minuten). 30fps is niet een
optie voor snelle opnamen.
3 Druk op [ ] om uw instellingen op te slaan.
4 Druk op (Video-opname) om de opname te starten.
5 Druk nogmaals op (Video-opname) om de opname
te stoppen.
Uitgebreide functies 59
De Filmmodus gebruiken
De Intelligente scènedetectiemodus
gebruiken
Pictogram
Landschappen
In de Intelligente scènedetectiemodus selecteert uw camera
automatisch de juiste camera-instellingen op basis van de scène
die is gedetecteerd.
1
2 Druk op [
3 Selecteer
4 Druk op [
Draai de modusdraaiknop naar
Beschrijving
Zonsondergangen
Heldere luchten
.
Bossen
].
→ Intelligente scènedetectie → Aan.
] om terug te gaan naar de
6 Druk op (Video-opname) om de opname te starten.
7 Druk nogmaals op (Video-opname) om de opname
te stoppen.
opnamemodus.
• Als de camera geen geschikte scènemodus detecteert, worden
5 Plaats het onderwerp in het kader.
• De camera selecteert automatisch een scène. Het pictogram
voor de betreffende scène wordt in de linkerbenedenhoek van
het scherm weergegeven.
Uitgebreide functies 60
de standaardinstellingen voor de Intelligente scènedetectiemodus
gebruikt.
• Afhankelijk van de opnameomstandigheden, zoals het trillen van
de camera, de lichtval en de afstand tot het onderwerp, kan het
voorkomen dat de camera de juiste scène niet selecteert.
• Smart filter-effecten zijn niet beschikbaar in de Intelligente
scènedetectiemodus.
GPS
Maak foto’s met geocodering of bekijk de locatie van een foto met
informatie over de plaats en een kaart van de omgeving op de kaart.
Sommige functies zijn mogelijk in bepaalde landen niet beschikbaar om
redenen van nationaal beleid.
Het behulp van GPS … ……………………………………62
Foto's nemen met geocodering … …………………… 62
De opnamelocatie op de landkaart controleren … …… 63
In omgeving zoeken … ……………………………………66
De locatie met POI controleren ………………………… 66
Live referentiepunt gebruiken … ……………………… 67
Werken met het kompas … …………………………… 69
Het behulp van GPS
Maak foto’s met geocodering of bekijk de locatie van een foto met informatie over de plaats en een kaart van de omgeving op de kaart.
Voordat u de GPS kunt gebruiken, moet u de voeding voor de GPS inschakelen.
Foto's nemen met geocodering
Optie
Beschrijving
Wanneer de GPS-functie is ingeschakeld, worden
locatiegegevens opgeslagen bij de foto's. Uw locatie kan worden
bepaald door de ingebouwde GPS-ontvanger van de camera.
GPS resetten
Selecteer dit als u een nieuwe
zoekopdracht wilt opgeven voor een GPSsatelliet in de buurt van uw locatie.
].
1 Druk in de opnamemodus op [
2 Kies en selecteer de gewenste instelling.
Routes exporteren*
Breng uw route over naar een
geheugenkaart door de ontvangen GPSinformatie te gebruiken om deze op de
kaart op uw PC te kunnen weergeven.
Kompas kalibreren
Kalibreer de locatie met een kompas door
de camera langzaam in een 8-figuur te
bewegen.
Kaartinformatie
Hiermee geeft u de versie van de
kaartgegevens en de verstrekker van de
kaartgegevens weer.
Optie
Beschrijving
Plaats wijzigen*
Wijzig de naam van beroemde gebouwen
of faciliteiten in de omgeving die worden
aangeboden aan de hand van de huidige
locatie (hoogte-/breedtegraad).
Bereik zoeken
Stel een straal in voor het weergeven van
de aangeboden POI-informatie.
POI*-categorie
Stel dit in voor de weergave van specifieke
informatie voor de informatie van
verschillende locaties.
* Plaats wijzigen: Als de markeringspositie is gewijzigd, is de
markeringspositielijst in volgorde op basis van de locatie die het dichtst
bij u is.
* POI (Point of interest): verwijst naar specifieke locaties die mensen
wellicht nuttig of interessant zullen vinden.
Als geen GPS-signaal wordt ontvangen,
kunt u een periode instellen waarbinnen
Geldige
tijdsinstellingen GPS wordt geprobeerd alsnog een locatie vast te
stellen voor de laatst opgenomen geocode.
Locatieweergave
Hiermee stelt u het bereik van de weer te
geven locatiegegevens in tijdens het gebruik
van de opnamestand of op een gemaakte foto.
GPS-stand
GPS inschakelen.
* Routes exporteren: Geotagging-informatie wordt alleen op een
geheugenkaart opgeslagen en kan alleen door de gebruiker worden
gebruikt. Wordt niet verstrekt aan en opgeslagen in de informatie van
de fabrikant via het netwerk, enz. Tijdens het uitvoeren van het KMLbestand dat via Google Earth naar een pc of andere kaartsoftware
is geëxporteerd kunt u uw route bekijken op een pc. Deze functie is
echter niet beschikbaar in China.
3 Schakel de GPS in door GPS-stand → Aan te kiezen.
GPS 62
Het behulp van GPS
4 Druk op [
] om terug te keren naar de
Opnamemodus.
Huidige locatie
De opnamelocatie op de landkaart controleren
1 Draai de modusschakelaar naar
.
• De opnamelocatie van de meest recente foto wordt op de
kaart gemarkeerd.
Eiffel Tower
Paris
• De locatie en richting van de gemarkeerde foto worden links
op de kaart weergegeven.
• Als er geen foto beschikbaar is, wordt een kaart van de
huidige locatie weergegeven.
Paris
5 Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
6 Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
• Een foto wordt gemaakt met geocodering.
• De locatiegegevens en markeringsposities worden
weergegeven op de gemaakte foto.
Eén foto-weergave
2 Druk op [
POI-weergave
/
] om een foto te selecteren.
• Een pictogram dat de locatie van de foto weergeeft, bevindt
Eiffel Tower
Paris
zich in het midden van de kaart.
Plaats
Informatie over een locatie
GPS 63
Het behulp van GPS
3 Druk op [
] om één foto te bekijken.
• Gebruik de pijltoetsen om andere gemaakte foto's te bekijken.
De status van de GPS controleren
U kunt de ontvangststatus van het GPS-signaal met
kleuren controleren in de opnamemodus.
Pictogram
Eiffel Tower
Paris
Beschrijving
Geen ontvangst van GPS-signaal.
Naar het GPS-signaal zoeken.
Ontvangst van GPS-signaal normaal.
Terug
Verpl.
• GPS werkt alleen naar behoren als de kaartgegevens op de
geheugenkaart zijn opgeslagen.
De weergave van de kaart vergroten
• Er kunnen maximaal 5 miniatuurbeelden tegelijk worden
weergegeven op het scherm.
Draai de [Zoom] naar rechts om een deel van een
foto te vergroten.
(Draai de [Zoom] naar links om uit te zoomen.)
• De locatienaam wordt niet op de kaart weergegeven voor een foto
zonder locatiegegevens.
• U kunt beide locatiekaartgegevens downloaden met het
ontvangstgebied en POI-gegevens vanaf Map Download Manager
Program of www.samsung.com. Zie de website voor details.
• De kaartgegevens kunnen in sommige landen niet worden
gedownload vanwege de nationale voorschriften. In die landen
worden de gegevens aangeleverd op een cd.
• U kunt het programma Map Download Manager installeren vanaf de
meegeleverde cd-rom. (pag. 119)
• Map Download Manage is alleen compatibel met Windows.
GPS 64
Het behulp van GPS
• Er wordt gebruikgemaakt van het WGS 84 (World Geodetic System
• Er worden geocodes opgenomen wanneer u foto's neemt in de
1984) voor GPS.
opnamemodus Snel of AE BKT.
• Als de geldigheidstijd verstrijkt tijdens het nemen van foto's in
de opnamemodus Snel of AE BKT worden geen geocodes
opgenomen bij foto's die worden genomen nadat de geldigheidstijd
is verstreken.
• Neem foto's in een weidse ruimte buiten voor een goede ontvangst
van het GPS-signaal.
• De GPS-functie werkt niet goed in een binnenomgeving.
• De ontvangst van het GPS-signaal kan enige tijd in beslag nemen,
afhankelijk van de toestand van de GPS-satelliet.
• Afhankelijk van de omgeving (tussen gebouwen, in een laaggelegen
gebied, gebieden met veel reflectoren zoals spiegels) of het weer,
kan het een tijd duren om GPS-signalen te ontvangen of kan het
zelfs onmogelijk zijn om een signaal te ontvangen.
• Tijdens de geocodering kunnen fouten optreden als gevolg van de
omstandigheden tijdens het bepalen van de locatie.
• De locatiegegevens (plaatsnaam) kan anders worden weergegeven
als gevolg van zoneveranderingen.
• Het tijdstip van de opgenomen geocodering wordt niet vastgelegd.
• Geocodering wordt niet opgenomen in de modus Film.
• De namen van GPS-locaties kunnen afwijken, afhankelijk van het
gebied waarin ze worden gebruikt, en worden slechts weergegeven
in eenheden van stad/deelstad.
• In sommige landen kunnen de locatiegegevens afwijken, afhankelijk
van de kenmerken van het land.
• Houd er rekening mee dat er geen update wordt ondersteund voor
de kaartgegevens die via download worden aangeboden.
• Zelfs als een GPS-signaal wordt ontvangen, kan het gebeuren dat
geen locatiegegevens worden weergegeven, afhankelijk van het
gebied waar het wordt gebruikt.
• Wanneer u de GPS-functie gebruikt, kan het batterijverbruik toenemen.
• De GPS-functie wordt momenteel ondersteund in 63 landen, waaronder
Duitsland, de VS, Spanje, het Verenigd Koninkrijk, Italië, India, China,
Canada, Frankrijk en Korea. Voor de 55 landen waarvoor locatiegegevens
beschikbaar zijn kunnen Map-gegevens worden gedownload vanaf de
Samsung Electronics-website. Locatiegegevens voor China kunnen
echter alleen worden bekeken als de camera in China is aangeschaft.
• Bij de GPS-locatiegegevens kan een afwijking optreden.
• Als er geen signaal is ontvangen binnen de tijdslimiet voor GPS wordt
de meest recente informatie bewaard indien er onlangs informatie
is ontvangen.
• De naam van de plaats op de kaart wordt in de betreffende taal
weergegeven en de naam en markering van de huidige locatie alleen
in het Koreaans en Engels.
• De ondersteunde taal is afhankelijk van het land van aanschaf.
• Wanneer het GPS-signaal beschikbaar is, wordt de huidige locatie
automatisch bijgewerkt met de geldige GPS-tijd.
• Wanneer het GPS-signaal niet beschikbaar is, wordt het laatst
ontvangstpunt op de kaart gemarkeerd.
• Als de camera geen kaartgegevens van het land heeft, wordt de
kaartinformatie niet weergegeven.
• Als u vanuit de GPS-modus wilt terugkeren naar de opname- of
afspeelmodus, kunt u de betreffende modus selecteren met behulp
van de modusdraaiknop.
• De kaartgegevens worden verwijderd bij het formatteren van de
geheugenkaart. Download de kaartgegevens en sla deze op voordat
u de geheugenkaart formatteert.
GPS 65
In omgeving zoeken
U kunt in de omgeving van uw huidige locatie zoeken of POI-informatie op de kaart bekijken.
De locatie met POI controleren
Door POI te gebruiken kunt u locatiegegevens bekijken van een
specifieke plaats in uw buurt die in GPS-gegevens is geregistreerd.
1 Draai de modusschakelaar naar
] om de bestemming in te stellen.
• De richting en afstand van de huidige locatie naar de
geselecteerde POI worden weergegeven.
• U kunt met de pijltjestoetsen navigeren.
• Als u naar een POI gaat die buiten het scherm valt bij het
.
• De meest recente foto en kaart voor de locatie daarvan
selecteren van gedetailleerde POI-informatie, gaat deze naar
de kaart onderaan.
worden weergegeven.
2 Druk op [
3 Druk op [
].
• Er wordt een kaart van de huidige locatie weergegeven.
3 Ga naar de gewenste POI door op de pijltoetsen te drukken.
4 Druk op [ ] om POI-informatie weer te geven.
50M
In de omgeving zoeken
1 Selecteer [
Zoeken sluiten
] → In de buurt zoeken op het
4 Druk op [
kaartscherm.
• De geselecteerde POI wordt gesorteerd op de dichtstbijzijnde
plaats vanaf de huidige locatie.
• In de camera wordt informatie weergegeven over POI’s binnen
een straal van maximaal 5 km.
2 Druk op [
] en selecteer de gewenste POI-classificatie
en vervolgens POI.
• Er wordt POI-informatie weergegeven.
GPS 66
] om het zoeken af te sluiten.
• POI ondersteunt Koreaans en Engels.
• Mogelijk wordt niet alle POI-informatie getoond, afhankelijk van het
beleid van bepaalde landen.
• De ondersteunde taal is afhankelijk van het land van aanschaf.
• U kunt de bestemming rechtstreeks instellen door op het POIinformatiescherm op [
] te drukken.
• De richting en afstand tot de bestemming kunnen een fout bevatten
door een GPS-fout vanwege de omliggende gebouwen of een
kompasfout door een magnetisch veld in de buurt.
In omgeving zoeken
In de omgeving van een specifieke locatie zoeken
1 Ga naar de gewenste focus door op de pijltoetsen te
drukken op het kaartscherm.
• Druk op [
2 Selecteer [
] om terug te gaan naar de huidige locatie.
] → Bij focus zoeken op het
kaartscherm.
Live referentiepunt gebruiken
Als u op de knop Live markeringspositie klikt in de
opnamemodus, kunt u de locatie en de informatie van het
dichtstbijzijnde POI bekijken op een scherm met versterkte
realiteit.
1 Druk in de opnamemodus op [
locatie met een signaal worden weergegeven.
3 Druk op [
] en selecteer de gewenste POI-classificatie
en vervolgens POI.
• Er wordt POI-informatie weergegeven.
• De informatie met betrekking tot de afstand en richting in de
POI-lijst wordt aangeboden gebaseerd op de specifieke POI.
• De POI in het midden wordt geselecteerd.
• Als u op [
] drukt terwijl de POI niet in het middelste vak
staat, wordt de dichtstbijzijnde POI geselecteerd.
2 Druk op [
• Druk op [
• In de camera wordt informatie weergegeven over POI’s binnen
een straal van maximaal 5 km.
4 Druk op [
] om de bestemming in te stellen.
• De opgegeven afstand is gemeten vanaf de huidige locatie.
• Als de bestemming ver weg is van de huidige locatie, wordt
de schaal automatisch aangepast om de kaart binnen één
scherm weer te geven.
5 Druk op [
].
• Het laatst ingestelde referentiepunt en de naam van de laatste
] om met zoeken te stoppen.
GPS 67
] om POI-informatie weer te geven.
/
] om naar de gewenste POI te gaan.
In omgeving zoeken
In de omgeving zoeken
1 Selecteer [
• Live locatiegegevens worden niet geleverd wanneer:
-- Er geen GPS-signaalontvangst is
-- De GPS is uitgeschakeld
-- Er geen kaartgegevens worden gevonden
• U kunt de bestemming rechtstreeks instellen door op het POIinformatiescherm op [
] te drukken.
• De richting en afstand tot de bestemming kunnen een fout bevatten
door een GPS-fout vanwege de omliggende gebouwen of een
kompasfout door een magnetisch veld in de buurt.
] → In de buurt zoeken op het
kaartscherm.
• De geselecteerde POI wordt gesorteerd op de dichtstbijzijnde
plaats vanaf de huidige locatie.
• In de camera wordt informatie weergegeven over POI’s binnen
een straal van maximaal 5 km.
2
Druk op [ ] en selecteer de gewenste POI-classificatie
en vervolgens POI.
• Er wordt POI-informatie weergegeven.
• U kunt met de pijltjestoetsen navigeren.
• Als u naar een POI gaat die buiten het scherm valt bij het
selecteren van gedetailleerde POI-informatie, gaat deze naar
de kaart onderaan.
3 Druk op [
] om de bestemming in te stellen.
• De richting en afstand van de huidige locatie naar de
geselecteerde POI worden weergegeven.
4 Druk op [
] om het zoeken af te sluiten.
GPS 68
In omgeving zoeken
Werken met het kompas
U kunt de positie controleren van de positie waar u een kompas
wilt gebruiken.
1 Druk op [
Kompaskalibratie
Mogelijk moet u het kompas kalibreren als u de modus
Kaartweergave of de functie Live referentiepunt wilt gebruiken. Als
u het kompas kalibreert, geeft het nauwkeuriger de richting aan.
] om het kompasscherm weer te geven in de
Opnamemodus.
Paris
• Het kompas geeft de richting van uw locatie aan.
2 Druk op [
Kompas kalibreren
] om terug te gaan naar de opnamemodus.
Als de lens van de camera naar boven en het scherm naar beneden is
gericht, kan de richting op het kompas onjuist zijn.
Eén foto-weergave
POI-weergave
1 Waarschuwingsbericht voor kalibratie wordt
weergegeven als het kompas moet worden gekalibreerd.
2 Beweeg de camera langzaam ongeveer 2-3 keer in de
vorm van een acht om het kompas te kalibreren.
De kalibratie van het kompas wordt mogelijk verstoord op locaties met
een sterk magnetisch veld, zoals de binnenkant van een voertuig of trein.
Kalibreer het kompas elders voordat u het gebruikt.
GPS 69
Opnameopties
Hier vindt u informatie over het instellen van de opties in de opnamemodus.
71
De resolutie selecteren … …………………… 71
De fotokwaliteit instellen … ………………… 72
Knipperende ogen detecteren … …………… 84
Slimme gezichtsherkenning gebruiken ……… 84
Gezichten als favoriet registreren (Mijn ster) …… 85
De timer gebruiken …………………………… 73
Helderheid en kleur aanpassen ……………… 86
Opnamen in het donker maken … ………… 74
De belichting handmatig aanpassen (EV) …… 86
De lichtmeetmethode wijzigen … …………… 87
Een lichtbron selecteren (Witbalans) ………… 87
De resolutie en beeldkwaliteit selecteren …
Rode ogen voorkomen ……………………… 74
De flitser gebruiken … ……………………… 74
De ISO-waarde aanpassen … ……………… 77
De scherpstelling aanpassen … …………… 78
Macro gebruiken … …………………………
Autofocus gebruiken …………………………
Scherpstellen op een geselecteerd gebied ……
Meebewegende autofocus gebruiken … ……
Het scherpstelgebied aanpassen ……………
78
78
80
80
81
Gezichtsdetectie gebruiken … ……………… 82
Gezichten detecteren … …………………… 82
Een zelfportret maken … …………………… 83
Een foto van een lachend gezicht maken …… 83
Serieopnamen ………………………………… 90
Foto's maken in de modus voor snelle
serieopnamen … …………………………… 90
Foto's maken in de modus voor vooraf
vastleggen …………………………………… 91
Foto's met de bracketfunctie maken … …… 91
Effecten toepassen/beelden aanpassen …… 93
Smart filter-effecten toepassen ……………… 93
Foto's aanpassen …………………………… 95
Het geluid van de zoom verminderen … …… 96
De resolutie en beeldkwaliteit selecteren
Hier vindt u informatie over hoe u instellingen voor de resolutie en beeldkwaliteit kunt aanpassen.
De resolutie selecteren
De videoresolutie instellen
Als u de resolutie verhoogt, zullen de foto's en video's meer
pixels bevatten en daardoor groter kunnen worden afgedrukt
en weergegeven. Bij een hoge resolutie neemt ook de
bestandsgrootte toe.
1 Druk in de opnamemodus op [
2 Selecteer → Filmformaat.
3 Selecteer een optie.
De fotoresolutie instellen
1 Druk in de opnamemodus op [
2 Selecteer → Fotoformaat.
3 Selecteer een optie.
Pictogram
].
].
Beschrijving
1920X1080: bestanden met hoge kwaliteit afspelen
op een HDTV.
1280X720: afspelen op een HDTV.
640X480: afspelen op een analoge televisie.
Pictogram Beschrijving
4608X3456: afdrukken op A1-papier.
4608X3072: afdrukken op A1-papier in de
verhouding 3:2 (breed).
4608X2592: afdrukken op A1-formaat in
panoramaverhouding (16:9) of weergeven op een HDTV.
3648X2736: afdrukken op A2-papier.
2832X2832: afdrukken op A3-papier in de
verhouding 1:1 (breed).
2592X1944: afdrukken op A4-papier.
1984X1488: afdrukken op A5-papier.
1920X1080: afdrukken op A5-formaat in
panoramaverhouding (16:9) of weergeven op een HDTV.
1024X768: bij een e-mail voegen.
Opnameopties 71
Om te delen: Op een website plaatsen via het
draadloos netwerk (maximaal 30 seconden).
De resolutie en beeldkwaliteit selecteren
De fotokwaliteit instellen
Stel de fotokwaliteit in. Een hogere beeldkwaliteit resulteert in
grotere bestanden. De camera comprimeert de foto's die u maakt
en slaat deze op in JPEG-indeling.
1 Druk in de opnamemodus op [
2 Selecteer → Kwalit..
3 Selecteer een optie.
Pictogram
].
Beschrijving
Superhoog: foto's maken met superhoge kwaliteit.
Hoog: foto's maken met hoge kwaliteit.
Normaal: foto's maken met normale kwaliteit.
Opnameopties 72
De timer gebruiken
Hier vindt u informatie over hoe u de timer instelt om de opname met een vertraging te maken.
1 Druk in de opnamemodus op [t].
3 Druk op de [Ontspanknop] om de timer te starten.
• Het AF-hulplampje/timerlampje gaat knipperen. De camera
maakt na de ingestelde tijdsduur automatisch een foto.
Timer : Uit
• Druk op de [Ontspanknop] of [ ] om de timer te annuleren.
• Afhankelijk van de geselecteerde opties voor gezichtsdetectie, is de
timerfunctie mogelijk niet beschikbaar.
Terug
Instellen
2 Selecteer een optie.
Pictogram
Beschrijving
Uit: de timer is niet actief.
10 sec: een foto maken na een vertraging van
10 seconden.
2 sec: een foto maken na een vertraging van
2 seconden.
Dubbel: een foto maken na een vertraging van
10 seconden en nog een foto maken na een
vertraging van 2 seconden.
Afhankelijk van de opnameomstandigheden kunnen de beschikbare
opties verschillen.
Opnameopties 73
Opnamen in het donker maken
Hier vindt u informatie over hoe u 's nachts of bij weinig licht foto's kunt maken.
Rode ogen voorkomen
De flitser gebruiken
Als de flitser afgaat wanneer u in het donker een foto van een
persoon maakt, kan er een rode gloed in de ogen verschijnen.
U kunt dit voorkomen door Rode ogen of Anti-rode ogen te
selecteren. Zie 'De flitser gebruiken' voor de flitseropties.
Gebruik de flitser wanneer u foto's in het donker maakt of
wanneer u meer licht in de foto's wilt hebben.
1 Als u de schuif om de flitser te ontgrendelen gebruikt,
komt de flitser omhoog wanneer dit nodig is.
2 Druk in de opnamemodus op [
3 Selecteer → Flitser.
].
Flitser : Auto
Vóór correctie
Na correctie
Terug
Aanpassen
4 Selecteer een optie.
Pictogram Beschrijving
Uit:
• Er wordt niet geflitst.
• De camera geeft een waarschuwing weer dat de
camera beweegt
wanneer u foto's maakt bij
weinig licht.
Opnameopties 74
Opnamen in het donker maken
Pictogram Beschrijving
Pictogram Beschrijving
Auto: de camera selecteert een geschikte flitseroptie
voor de scène die is gedetecteerd in de modus Smart
Auto.
Auto: De flitser wordt automatisch gebruikt wanneer
het onderwerp of de achtergrond donker is.
Rode ogen:
• De flitser gaat twee keer af als het onderwerp of de
achtergrond te donker is om het rode-ogeneffect te
verminderen.
• Er zit een korte tijd tussen de twee flitsen. Beweeg
de camera niet totdat de tweede flits is uitgevoerd.
Invulflits:
• Er wordt altijd geflitst.
• De camera past automatisch de intensiteit van het
licht aan.
Langz sync:
• Er wordt geflitst en de sluiter blijft langer open.
• Deze optie wordt aanbevolen wanneer u het
omgevingslicht wilt gebruiken om meer details in de
achtergrond zichtbaar te maken.
• Gebruik een statief om te voorkomen dat de foto's
onscherp worden.
• De camera geeft een waarschuwing weer dat de
wanneer u foto's maakt bij
camera beweegt
weinig licht.
Anti-rode ogen:
• De flitser wordt geactiveerd wanneer het onderwerp of
de achtergrond donker is en de camera corrigeert de
rode ogen met de geavanceerde software-analyse.
• Er zit een korte tijd tussen de twee flitsen. Beweeg
de camera niet totdat de tweede flits is uitgevoerd.
Afhankelijk van de opnameomstandigheden kunnen de beschikbare
opties verschillen.
Opnameopties 75
• Er zijn geen flitseropties beschikbaar bij serieopnamen of als u
Zelfportret of Knipperen selecteert.
• Zorg ervoor dat uw onderwerp zich binnen de aanbevolen afstand
van de flitser bevindt. (pag. 170)
• Als licht van de flitser wordt gereflecteerd of als er veel stof in de
lucht is, kunnen er kleine vlekjes op de foto komen.
Opnamen in het donker maken
De flitsintensiteit aanpassen
Het aanpassen van de flitsintensiteit helpt mogelijk niet in de volgende gevallen:
-- Het onderwerp bevindt zich te dicht bij de camera.
-- Er is een hoge ISO-waarde ingesteld.
-- De belichtingswaarde is te groot of te klein.
Pas de flitserintensiteit aan om overbelichte of niet voldoende
belichte foto's te voorkomen.
1 Als u de schuif om de flitser te ontgrendelen gebruikt,
komt de flitser omhoog wanneer dit nodig is.
2 Druk in de opnamemodus op [
3 Selecteer → Flitser.
4 Scroll naar een optie.
5 Druk op [ ].
6 Draai de navigatieknop of druk op [
Als u de schuif om de flitser te ontgrendelen gebruikt, komt de
flitser omhoog wanneer dit nodig is.
].
/
Het gebruik van de flitser
] om de
intensiteit aan te passen.
Flitser : Auto
Als de flitser is gesloten, flitst deze niet, ongeacht de geselecteerde optie. Als de
flitser omhoog komt, flitst deze in overeenstemming met de geselecteerde optie.
• Houd de flitser naar beneden als u deze niet gebruikt, om
beschadiging te voorkomen.
• De flitser met kracht omhoog proberen te krijgen kan de camera beschadigen.
Druk de flitser voorzichtig omlaag om deze te sluiten.
Terug
7 Druk op [
Instellen
] om uw instellingen op te slaan.
Opnameopties 76
Opnamen in het donker maken
De ISO-waarde aanpassen
De ISO-waarde is een eenheid voor de mate waarin film gevoelig
is voor licht, zoals gedefinieerd door de International Organization
for Standardization (ISO). Hoe hoger de ISO-waarde, des te
gevoeliger wordt de camera voor licht. Gebruik een hogere ISOwaarde om betere foto's te maken en bewegingsonscherpte te
voorkomen wanneer u de flitser niet gebruikt.
1 Druk in de opnamemodus op [
2 Selecteer → ISO.
3 Selecteer een optie.
].
• Selecteer
om een geschikte ISO-waarde te gebruiken op
basis van de helderheid van het onderwerp en de lichtval.
Hogere ISO-waarden kunnen zorgen voor meer ruis in beelden.
Opnameopties 77
De scherpstelling aanpassen
Hier vindt u informatie over het aanpassen van de scherpstelling van de camera om deze aan te passen aan het onderwerp en de
opnameomstandigheden.
Macro gebruiken
Autofocus gebruiken
Gebruik macro om foto's van dichtbij te maken, bijvoorbeeld van
bloemen of insecten.
Selecteer de scherpsteloptie die bij de afstand tot het onderwerp
past om scherpe foto's te maken.
1 Druk in de opnamemodus op [
2 Selecteer → Focus.
Focus : Autofocus (normaal)
Terug
• Probeer de camera stevig vast te houden, om te voorkomen dat de
foto's onscherp worden.
• Schakel de flitser uit als de afstand tot het onderwerp minder dan
40 cm bedraagt.
Opnameopties 78
Instellen
].
De scherpstelling aanpassen
3 Selecteer een optie.
Pictogram
De scherpstelafstand handmatig aanpassen
Beschrijving
Autofocus (normaal): Scherpstellen op een
onderwerp dat verder weg is dan 80 cm (350 cm
wanneer u de zoomfunctie gebruikt).
Handm. scherpstellen: Scherpstellen op een
onderwerp door de scherpstelafstand handmatig
aan te passen.
Macro: Stel scherp op een onderwerp dat 10-80 cm
van de camera is verwijderd (150-350 cm tijdens
het zoomen).
Auto macro:
• Automatisch scherpstellen op een onderwerp
verder weg dan 10 cm (verder weg dan 150 cm
wanneer u de zoomfunctie gebruikt).
• De optie wordt automatisch ingesteld in bepaalde
opnamemodi.
1 Druk in de opnamemodus op [
2 Selecteer → Focus.
3 Selecteer Handm. scherpstellen.
4 Druk op [ ].
5 Draai de navigatieknop of druk op [
].
/
] om de
scherpstelafstand aan te passen.
Focus : Handm. scherpstellen
Afhankelijk van de opnameomstandigheden kunnen de beschikbare
opties verschillen.
Terug
6 Druk op [
Instellen
] om uw instellingen op te slaan.
• Als u de scherpstelafstand handmatig aanpast en het onderwerp zich
buiten het scherpstelgebied bevindt, kan de foto onscherp worden.
• Als u deze functie gebruikt, kunt u de opties voor het
scherpstelgebied en gezichtsdetectie niet instellen.
Opnameopties 79
De scherpstelling aanpassen
Scherpstellen op een geselecteerd gebied
Meebewegende autofocus gebruiken
U kunt scherpstellen op een gebied dat u hebt geselecteerd.
Met Tracking AF kunt u het onderwerp volgen en automatisch
scherp in beeld houden, ook wanneer u beweegt.
].
1 Druk in de opnamemodus op [
2 Selecteer → Scherpstelgebied → Keuze AF.
] om terug te gaan naar de opnamemodus.
3 Druk op [
4 Druk op [ ] en draai de navigatieknop of druk op [
/ / / ] om het kader naar het gewenste
gebied te verplaatsen.
].
1 Druk in de opnamemodus op [
2 Selecteer → Scherpstelgebied → Tracking AF.
] om terug te gaan naar de
3 Druk op [
opnamemodus.
4 Stel scherp op het onderwerp dat u wilt volgen en druk op [
].
• Er verschijnt een scherpstelkader rond het onderwerp dat het
onderwerp volgt als u de camera beweegt.
Instellen
5 Druk op [ ] of op de [Ontspanknop].
6 Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
• Druk op [
] om het scherpstelgebied te wijzigen.
Als u deze functie gebruikt, is het niet mogelijk om de opties voor
gezichtsdetectie, serieopnamen, Smart zoom en Smart filter in te stellen.
• Een wit kader betekent dat de camera het onderwerp volgt.
• Een groen kader betekent dat het onderwerp scherp in beeld
is wanneer u de [Ontspanknop] half indrukt.
5 Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
Opnameopties 80
De scherpstelling aanpassen
• Als u geen scherpstelgebied selecteert, wordt het scherpstelkader
weergegeven in het midden van het scherm.
• Het volgen van een onderwerp kan in de volgende gevallen mislukken:
-- Het onderwerp is te klein.
-- Het onderwerp beweegt te veel.
-- Er is sprake van tegenlicht of u maakt foto's op een donkere
plaats.
-- Kleuren of patronen van het onderwerp komen overeen met de
achtergrond.
-- Het onderwerp heeft horizontale patronen, zoals bij jaloezieën het
geval is.
-- De camera trilt erg.
• Wanneer een onderwerp niet kan worden gevolgd, wordt het
scherpstelkader weergegeven als een kader met één witte lijn ( ).
• Als de camera het onderwerp niet volgt, moet u het te volgen
onderwerp opnieuw selecteren.
• Als de camera niet kan scherpstellen, wordt het scherpstelkader
weergegeven als een kader met één rode lijn ( ).
• Als u deze functie gebruikt, is het niet mogelijk om de opties voor
gezichtsdetectie, serieopnamen, Smart zoom en Smart filter in te
stellen.
Het scherpstelgebied aanpassen
U kunt betere foto's krijgen door een scherpstelgebied te kiezen
op basis van de locatie van het onderwerp in de scène.
].
1 Druk in de opnamemodus op [
2 Selecteer → Scherpstelgebied.
3 Selecteer een optie.
Pictogram
Beschrijving
Centrum AF: scherpstellen op het midden van het
kader (voor onderwerpen die zich in het midden of in
de buurt van het midden bevinden).
Multi AF: scherpstellen op een of meer van
9 mogelijke gebieden.
Keuze AF: scherpstellen op het door u
geselecteerde gebied. (pag. )
Tracking AF: scherpstellen op het onderwerp en
het onderwerp volgen. (pag. 80)
Afhankelijk van de opnamemodus kunnen de beschikbare
opnameopties verschillen.
Opnameopties 81
Gezichtsdetectie gebruiken
Bij gebruik van de opties voor gezichtsdetectie worden de gezichten van mensen automatisch door de camera gedetecteerd. Wanneer u
op een menselijk gezicht scherpstelt, past de camera de belichting automatisch aan. Gebruik Knipperen om gesloten ogen te detecteren
of Smile shot om een lachend gezicht op te nemen. Ook kunt u Slimme gez.herkenning gebruiken om gezichten te registreren en ze bij
het scherpstellen prioriteit te geven.
• Wanneer de camera een gezicht detecteert, wordt het gedetecteerde
gezicht automatisch gevolgd.
• Gezichtsdetectie is mogelijk in de volgende gevallen niet effectief:
-- De afstand tussen de camera en het onderwerp is te groot (het
scherpstelkader wordt oranje weergegeven voor Smile shot en
Knipperen).
-- Het is te licht of te donker.
-- Het onderwerp kijkt niet in de richting van de camera.
-- Het onderwerp draagt een zonnebril of een masker.
-- De gezichtsuitdrukking van het onderwerp verandert drastisch.
-- Het onderwerp heeft tegenlicht of de lichtomstandigheden zijn
veranderlijk.
• Gezichtsdetectie is niet beschikbaar als u Smart filter-effecten,
beeldaanpassing, Keuze Af, Tracking AF of handmatig scherpstellen instelt.
• Afhankelijk van de opname-instellingen kunnen de beschikbare opties
voor gezichtsdetectie verschillen.
• Afhankelijk van de geselecteerde opties voor gezichtsdetectie, is de
timerfunctie mogelijk niet beschikbaar.
• Als u opties voor gezichtsdetectie instelt, wordt het AF-gebied
automatisch ingesteld op Multi AF.
• Afhankelijk van de opties voor gezichtsdetectie die u hebt geselecteerd,
zijn opties voor serie-opnamen niet beschikbaar.
• Als u de optie Slimme gez. herkenning instelt en foto's van gedetecteerde
gezichten neemt, worden ze in de gezichtenlijst geregistreerd.
• In de afspeelmodus kunt u geregistreerde gezichten op volgorde van
prioriteit weergeven. (pag. 99) Ook als gezichten zijn geregistreerd,
worden ze mogelijk niet geclassificeerd in de afspeelmodus.
• Een gezicht dat met de optie Slimme gez. herkenning wordt gedetecteerd,
komt mogelijk niet in de gezichtenlijst of in Smart Album voor.
Gezichten detecteren
De camera kan automatisch maximaal 10 gezichten in één scène
detecteren.
].
1 Druk in de opnamemodus op [
2 Selecteer → Gezichtsdetectie → Normaal.
Opnameopties 82
Het gezicht dat zich het
dichtst bij de camera of
het dichtst bij het midden
van de scène bevindt,
wordt weergegeven in een
wit scherpstelkader en de
overige gezichten worden
weergegeven in grijze
scherpstelkaders.
• Hoe dichter u bij de onderwerpen bent, des te sneller de camera
gezichten detecteert.
• Als u serieopties hebt ingesteld, registreert de camera wellicht geen
gedetecteerde gezichten.
Gezichtsdetectie gebruiken
Een zelfportret maken
Een foto van een lachend gezicht maken
Maak foto's van uzelf. De camera stelt de scherpstelafstand in op
close-up en geeft een pieptoon weer wanneer dit gereed is.
De camera neemt automatisch een foto wanneer er een lachend
gezicht wordt gedetecteerd.
].
1 Druk in de opnamemodus op [
2 Selecteer → Gezichtsdetectie → Zelfportret.
] om terug te gaan naar de
3 Druk op [
].
1 Druk in de opnamemodus op [
2 Selecteer → Gezichtsdetectie → Smile shot.
] om terug te gaan naar de
3 Druk op [
4 Stel de opname samen met de lens naar u toe gericht.
5 Wanneer u een korte pieptoon hoort, drukt u op de
4 Stel de opname samen.
opnamemodus.
opnamemodus.
• De camera neemt automatisch een foto wanneer er een
[Ontspanknop].
lachend gezicht wordt gedetecteerd.
De camera herkent de lach
eerder wanneer het onderwerp
breeduit lacht.
Wanneer gezichten zich in het midden
bevinden, piept de camera snel.
Als u Volume uitschakelt in de geluidsinstellingen, laat de camera geen
pieptoon horen. (pag. 150)
Opnameopties 83
Gezichtsdetectie gebruiken
Knipperende ogen detecteren
Slimme gezichtsherkenning gebruiken
Als de camera gesloten ogen detecteert, worden er automatisch
2 foto's na elkaar gemaakt.
De camera registreert automatisch gezichten die u vaak fotografeert.
De functie Slimme gezichtsherkenning stelt automatisch eerst
scherp op die gezichten en op favoriete gezichten.
].
1 Druk in de opnamemodus op [
2 Selecteer → Gezichtsdetectie → Knipperen.
].
1 Druk in de opnamemodus op [
2 Selecteer → Gezichtsdetectie → Slimme gez.
herkenning.
•
: gezichten die u hebt geregistreerd als favorieten.
(Zie pagina 85 voor informatie over het registreren van gezichten
als favorieten.)
•
: gezichten die automatisch door de camera zijn geregistreerd.
• De camera herkent en registreert gezichten mogelijk niet goed in
extreme lichtomstandigheden, bij grote veranderingen in de houding
of gezichtsuitdrukking van het onderwerp of als het onderwerp al dan
niet een bril draagt.
• De camera kan maximaal 12 gezichten automatisch registreren. Als
de camera een nieuw gezicht herkent terwijl er al 12 gezichten zijn
geregistreerd, zal de camera automatisch het gezicht met de laagste
prioriteit door het nieuwe vervangen.
Opnameopties 84
Gezichtsdetectie gebruiken
Gezichten als favoriet registreren (Mijn ster)
U kunt uw favoriete gezichten registreren om deze gezichten bij
de scherpstelling en belichting prioriteit te geven.
4 Zodra u klaar bent met het maken van de foto's, wordt
de gezichtenlijst weergegeven.
• Uw favoriete gezichten worden in de gezichtenlijst met een
gemarkeerd.
].
1 Druk in de opnamemodus op [
2 Selecteer → Smart FR wijzigen → Mijn ster.
3 Plaats het onderwerp met de ovalen kaderlijn in het kader en
• U kunt maximaal 8 favoriete gezichten registreren.
• De flitser wordt niet geactiveerd wanneer u een favoriet gezicht
registreert.
• Als u een gezicht twee keer registreert, kunt u een van deze
druk op de [Ontspanknop] om het gezicht te registreren.
gezichten uit de lijst verwijderen.
Uw favoriete gezichten weergeven
].
1 Druk in de opnamemodus op [
Selecteer
→
Smart
FR
wijzigen
→
Gezichtenlijst.
2
Terug
Instellen
• Als u de classificatie van uw favoriete gezichten wilt wijzigen, drukt u
op [
• Maak bij het registreren van gezichten een foto per persoon tegelijk.
• Maak 5 foto's van het gezicht van het onderwerp voor de beste
resultaten: van de voorkant, van links, van rechts, van boven en van
onderen.
• Wanneer u foto's maakt van links, van rechts, van boven en van
onderen, moet u het onderwerp vertellen zijn of haar gezicht niet
meer dan 30 graden te draaien.
• U kunt een gezicht registreren, zelfs als u maar één foto van het
gezicht van het onderwerp maakt.
Opnameopties 85
] en selecteert u Rangorde wijzigen. (pag. 99)
• Als u een favoriet gezicht wilt verwijderen, drukt u op [
selecteert u Verwijderen. (pag. 100)
] en
Helderheid en kleur aanpassen
Hier vindt u informatie over hoe u instellingen voor de helderheid en kleur kunt aanpassen om een betere beeldkwaliteit te bereiken.
3 Selecteer een waarde om de belichting aan te passen.
De belichting handmatig aanpassen (EV)
• De foto wordt lichter naarmate de belichting wordt verhoogd.
Afhankelijk van de intensiteit van het omgevingslicht kunnen foto's
te licht of te donker uitvallen. U kunt dan de belichting aanpassen
om een beter resultaat te krijgen.
EV : 1
Terug
Donkerder (-)
Neutraal (0)
Helderder (+)
4 Druk op [
Instellen
] om uw instellingen op te slaan.
• Nadat u de belichting hebt aangepast, wordt deze instelling
1
2 Selecteer
Druk in de opnamemodus op [
of
automatisch opgeslagen. Mogelijk moet dit later weer worden
aangepast om onder- of overbelichting te voorkomen.
• Als u niet kunt beslissen wat de juiste belichting is, selecteert u de
optie AE BKT (Auto Exposure Bracket) en maakt u foto's met de
bracketfunctie. De camera neemt 3 foto's achter elkaar, elk met een
andere belichting: normaal, onderbelicht en overbelicht. (pag. 91)
• U kunt de belichting tijdens het opnemen van video’s niet
instellen door op
(Video-opname) te drukken in de normale
opnamemodus.
].
→ EV.
Opnameopties 86
Helderheid en kleur aanpassen
De lichtmeetmethode wijzigen
Een lichtbron selecteren (Witbalans)
De lichtmeetmethode is de manier waarop de camera de
hoeveelheid licht meet. De helderheid en belichting van de foto's
varieert met de gekozen lichtmeetmethode.
De kleuren in een foto zijn afhankelijk van het soort lichtbron en
de kwaliteit daarvan. Als u wilt dat uw foto's realistische kleuren
hebben, selecteert u een witbalansinstelling die geschikt is voor
de lichtomstandigheden, zoals Auto witbalans, Daglicht, Bewolkt
of Kunstlicht.
1 Druk in de opnamemodus op [
2 Selecteer of → L.meting.
3 Selecteer een optie.
Pictogram
].
Beschrijving
Multi:
• De camera verdeelt het frame onder in diverse
gebieden en meet de lichtintensiteit in elk gebied.
• Geschikt voor algemene foto's.
Spot:
• De camera meet alleen de lichtintensiteit in het
uiterste midden van het kader.
• Als een onderwerp zich niet midden in het beeld
bevindt, kan de foto verkeerd belicht worden.
• Geschikt voor een onderwerp met tegenlicht.
Auto witbalans
Bewolkt
Centr. gewogen:
• De camera bepaalt een gemiddelde voor de
lichtmeting van het gehele beeld, maar met
nadruk op het midden.
• Geschikt voor foto's waarbij het onderwerp zich in
het midden van het beeld bevindt.
Opnameopties 87
Daglicht
Kunstlicht
Helderheid en kleur aanpassen
1 Druk in de opnamemodus op [
2 Selecteer of → Witbalans.
3 Selecteer een optie.
Pictogram
].
Voorgeprogrammeerde witbalansopties aanpassen
Beschrijving
Auto witbalans: automatisch de witbalans instellen
op basis van de lichtomstandigheden.
Daglicht: voor foto's buitenshuis op een zonnige
dag.
Bewolkt: voor foto's buitenshuis op een bewolkte
dag of in de schaduw.
].
1 Druk in de opnamemodus op [
2 Selecteer of → Witbalans.
3 Scroll naar een gewenste optie.
4 Druk op [ ].
5 Druk op [ / / / ] om de waarden op de
coördinaten aan te passen.
TL-licht H: voor foto's bij daglichtlampen of driewegfluorescentielampen.
Witbalans : Daglicht
TL-licht L: voor foto's bij wit TL-licht.
Kunstlicht: voor foto's binnenshuis bij gloeilamp- of
halogeenlampverlichting.
Aangep. instelling: door u gedefinieerde
instellingen voor de witbalans gebruiken. (pag. 89)
Kleurtemp.: de kleurtemperatuur van de lichtbron
aanpassen. (pag. 89)
Terug
6 Druk op [
Opnameopties 88
Instellen
• G: groen
• A: oranje
• M: magenta
• B: blauw
] om uw instellingen op te slaan.
Helderheid en kleur aanpassen
Uw eigen witbalans definiëren
U kunt de witbalans aanpassen door een foto te maken
van een wit oppervlak, zoals een stuk papier, onder de
lichtomstandigheden waarin u een foto wilt maken. De functie
voor witbalans helpt u om de kleuren in uw foto te laten
overeenkomen met de werkelijke scène.
].
1 Druk in de opnamemodus op [
Selecteer
of
→
Witbalans.
2
3 Scroll naar Aangep. instelling.
4 Richt de lens op een wit stuk papier en druk op de
De kleurtemperatuur aanpassen
1 Druk in de opnamemodus op [
2 Selecteer of → Witbalans.
3 Scroll naar Kleurtemp.
4 Druk op [ ].
5 Draai de navigatieknop of druk op [
].
/
] om de kleur
kleurtemperatuur te wijzigen.
• U kunt een warmere foto maken met een hogere instelling
voor kleurtemperatuur en een koelere foto met een lagere
instelling voor kleurtemperatuur.
[Ontspanknop].
Witbalans : Kleurtemp.
Terug
6 Druk op [
Opnameopties 89
Instellen
] om uw instellingen op te slaan.
Serieopnamen
Het kan lastig zijn foto's te maken van snel bewegende onderwerpen, of natuurlijke gezichtsuitdrukkingen en gebaren van uw onderwerpen
in foto's vast te leggen. Het kan ook moeilijk zijn om de belichting correct aan te passen en een juiste belichtingsbron te selecteren.
Selecteer in deze gevallen een van de modi voor serieopnamen.
3 Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
4 Houd de [Ontspanknop] ingedrukt.
• Terwijl u de [Ontspanknop] ingedrukt houdt, blijft de camera
achter elkaar foto's maken.
Foto's maken in de modus voor snelle
serieopnamen
• U kunt de flitser, Smart zoom, opties voor gezichtsdetectie en opties
1 Draai de bedieningsknop in de opnamemodus naar
• De camera geeft altijd de gemaakte foto's weer voordat deze weer
voor Smart filter alleen gebruiken wanneer u 1 opname selecteert.
• Het kan langer duren om de foto's op te slaan afhankelijk van de
capaciteit en prestaties van de geheugenkaart.
teruggaat naar de opnamemodus.
boven of naar beneden.
• Wanneer u opnamen maakt met 10 fps en met een sluitersnelheid
van 1/30, maakt de camera opnamen met 8 fps.
2 Selecteer een optie.
Pictogram
Beschrijving
10fps: achter elkaar 10 foto's per seconde maken.
(U kunt maximaal 8 foto's in een serie maken.)
5fps: achter elkaar 5 foto's per seconde maken.
(U kunt maximaal 8 foto's in een serie maken.)
3fps: achter elkaar 3 foto's per seconde maken.
(U kunt maximaal 8 foto's in een serie maken.)
1 opname: één foto maken. 1 opname is niet een
optie voor snelle opnamen.
Opnameopties 90
Serieopnamen
Foto's maken in de modus voor vooraf
vastleggen
Foto's met de bracketfunctie maken
In de modus voor vooraf vastleggen begint de camera al met het
maken van opnamen voordat u de ontspanknop helemaal hebt
ingedrukt. Als u de eerste belangrijke opnamen niet wilt missen,
moet u deze modus gebruiken en de beste foto selecteren na het
maken van de foto's.
U kunt de automatische bracketfunctie gebruiken om meerdere
foto's te maken van hetzelfde onderwerp met verschillende
instelwaarden voor bijvoorbeeld belichting of witbalans.
1 Draai de bedieningsknop in de opnamemodus naar
boven of naar beneden.
2 Selecteer een bracketoptie.
1 Draai de bedieningsknop in de opnamemodus naar
boven of naar beneden.
Pictogram
WB BKT: 3 foto's maken met een verschillende
witbalans.
2 Selecteer Vooraf vastleggen.
3 Plaats het onderwerp in het kader en druk de
AE BKT: 3 foto's maken met geselecteerde
belichtingen.
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
• De camera maakt 7 foto's achter elkaar. Als u de
[Ontspanknop] te snel loslaat, maakt de camera minder dan
7 foto's.
4
Beschrijving
Druk op de [Ontspanknop].
• De camera maakt de laatste foto en slaat alle gemaakte foto's
op terwijl u de [Ontspanknop] half indrukt.
• Als u de [Ontspanknop] niet volledig indrukt, worden de
foto's die zijn gemaakt terwijl u de [Ontspanknop] half indrukt,
niet opgeslagen.
3 Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
4 Druk op de [Ontspanknop].
• De camera maakt 3 foto's achter elkaar.
Opnameopties 91
• Gebruik een statief om onscherpe foto's te voorkomen.
• In sommige modi kunt u ook de optie voor de belichtingstrap instellen
door op [
selecteren.
] te drukken en vervolgens Belichtingstrap te
Serieopnamen
Een bracketoptie selecteren
].
1 Druk in de opnamemodus op [
2 Selecteer → Belichtingstrap.
3 Selecteer een bracketoptie.
4 Draai aan de navigatieknop om de details aan te passen.
• Pas de kleur aan voor de geselecteerde lichtbron (witbalans)
of selecteer een belichtingswaarde.
5 Druk op [
] om de instellingen op te slaan.
Opnameopties 92
Effecten toepassen/beelden aanpassen
Smart filter-effecten toepassen
Pas verschillende filtereffecten toe op uw foto's en video's om
unieke afbeeldingen te maken.
Beschikbare filters in de modus Programma, Diafragmaprioriteit,
Sluiterprioriteit en Handmatig
Pictogram
Beschrijving
Normaal: geen effect
Miniatuur: een effect toepassen om het onderwerp in
miniatuur weer te geven.
Vignetten: retro-kleuren, een hoog contrast en sterke
vignettering van Lomo-camera's toepassen.
Miniatuur
Vignetten
Aquarel: het effect van een inkttekening toepassen.
Olieverf: het effect van een olieverfschilderij toepassen.
Cartoon: het effect van een striptekening toepassen.
Visoog
Kruisfilter: lijnen toevoegen die naar buiten lopen van
heldere objecten om het visuele effect van een kruisfilter
te imiteren.
Schets
Schets: een schetseffect van een pen toepassen.
].
1 Druk in de opnamemodus op [
Selecteer
of
→
Smart
filter.
2
3 Selecteer een effect.
Softfocus: onzuiverheden op het gezicht verhullen of
droomachtige effecten toevoegen.
Visoog: objecten die in de buurt zijn, vervormen om de
visuele effecten van een vissenooglens te imiteren.
Klassiek: een zwart-witeffect toepassen.
Retro: een sepiatinteffect toepassen.
Zoomopname: De randen van een foto vervagen om
de onderwerpen in het midden te benadrukken.
Opnameopties 93
Effecten toepassen/beelden aanpassen
Beschikbare filters in de modus Film
Pictogram
• Als u Miniatuur selecteert wanneer u een video opneemt, wordt de
Beschrijving
Normaal: geen effect
Paleteffect 1: een heldere look maken met een scherp
contrast en sterke kleur.
Paleteffect 2: scènes helder en duidelijk maken.
Paleteffect 3: een zachte bruine tint toepassen.
Paleteffect 4: een koud en eenkleurig effect toepassen.
Miniatuur: een effect toepassen om het onderwerp in
miniatuur weer te geven.
Vignetten: retro-kleuren, een hoog contrast en sterke
vignettering van Lomo-camera's toepassen.
Schets: een schetseffect van een pen toepassen.
Visoog: objecten die in de buurt zijn, vervormen om de
visuele effecten van een vissenooglens te imiteren.
Klassiek: een zwart-witeffect toepassen.
Retro: een sepiatinteffect toepassen.
Opnameopties 94
opnametijd van de miniatuur weergegeven met het pictogram en is
deze korten dan de werkelijke opnametijd.
• Als u Miniatuur selecteert wanneer u een video opneemt, kunt u het
videogeluid niet opnamen en geen foto's maken van een video.
• Als u Miniatuur, Vignetten, Schets, of Visoog selecteert wanneer
u een video opneemt, wordt de opnamesnelheid ingesteld op
en
wordt de opnameresolutie ingesteld op lager dan
.
• Als u Schets, Olieverf, Cartoon, Aquarel, Kruisfilter, of
Zoomopname selecteert wanneer u een foto maakt, wordt het
fotoformaat automatisch gewijzigd in
en lager.
• Als u Smart filter-effecten instelt, kunt u de opties voor Smart zoom,
gezichtsherkenning, beeldaanpassing, serieopnamen, Tracking AF of
Keuze AF niet gebruiken.
Effecten toepassen/beelden aanpassen
Foto's aanpassen
U kunt de scherpte, kleurverzadiging en het contrast van uw
foto's aanpassen.
1 Druk in de opnamemodus op [
2 Selecteer → Beeld aanpassen.
3 Selecteer een optie.
4 Draai de navigatieknop of druk op [
Contrast
].
Beschrijving
De kleuren en helderheid verlagen.
+
De kleuren en helderheid verhogen.
Beschrijving
-
De randen van uw foto's verzachten (geschikt
voor fotobewerking op de computer).
+
De randen verscherpen om de foto's
duidelijker te maken. Hierdoor kan ook de
beeldruis in de foto's toenemen.
Beeld aanpassen : Contrast
Kleurverzadiging
Instellen
] om de
-
Scherpte
• Contrast
• Scherpte
• Kleurverz.
Terug
/
waarden aan te passen.
Beschrijving
-
De kleurverzadiging verlagen.
+
De kleurverzadiging verhogen.
5 Druk op [
] om de instellingen op te slaan.
• Selecteer 0 als u geen effect wilt toepassen (geschikt voor
afdrukken).
• Als u aanpassingsfuncties instelt, kunt u de opties voor Smart filter en
gezichtsherkenning niet gebruiken.
Opnameopties 95
Het geluid van de zoom verminderen
Wanneer u tijdens het opnemen van video's gebruikmaakt van de zoom, kan de camera het geluid van de zoom in de video' opnemen.
Gebruik de functie Sound Alive om het zoomgeluid te verminderen. Als de functie Audio Zoom is ingeschakeld, kunt u een effect gebruiken
waarin het geluid omhoog of omlaag wordt gedraaid met het scherm zoom in/uit door de audio en zoomverhouding te koppelen bij het
opnemen van een video.
1 Druk in de opnamemodus op [
2 Selecteer → Spraak.
3 Selecteer een optie.
Pictogram
].
Beschrijving
Audiozoom: De audio-zoomfunctie inschakelen.
Sound Alive: de Sound Alive-functie inschakelen
om het zoomgeluid te verminderen.
Normaal: De Sound Alive en Audio-zoomfuncties
uitschakelen.
Dempen: er wordt geen geluid opgenomen.
• Blokkeer de microfoon niet wanneer u de functie Sound Alive
gebruikt.
• Opnamen die worden gemaakt met Sound Alive, kunnen anders
klinken dan de daadwerkelijke geluiden.
• De verhouding geluid/zoom kan per omgeving verschillen.
• De camera neemt geluid in mono op terwijl Audio Zoom is
ingeschakeld.
Opnameopties 96
Afspelen/bewerken
Hier vindt u informatie over hoe u foto's en video's kunt weergeven of afspelen en hoe u foto's en
video's kunt bewerken. Ook leest u hier hoe u de camera op een computer, fotoprinter, televisie, HDTV
of 3D-televisie aansluit.
Foto's of video's weergeven in de
afspeelmodus … ……………………………… 98
Bestanden naar de computer overbrengen ……116
De afspeelmodus starten … ………………… 98
Foto's weergeven ………………………… 104
Een video afspelen … …………………… 106
Bestanden naar een Windows-computer
overbrengen … …………………………… 116
Bestanden overbrengen naar een Maccomputer … ……………………………… 117
Foto's bewerken ………………………………108
Programma's gebruiken op een pc …………119
Het formaat van foto's wijzigen ……………
Een foto draaien … ………………………
Smart filter-effecten toepassen ……………
Foto's aanpassen …………………………
Een afdrukbestelling maken (DPOF) ………
108
108
109
110
111
Bestanden weergeven op een televisie,
HDTV of 3D-televisie … ………………………113
Software installeren … …………………… 119
Intelli-studio gebruiken … ………………… 120
CMM (Creative Movie Maker) gebruiken …… 124
Foto's afdrukken met een PictBridgefotoprinter ………………………………………126
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus
Hier vindt u informatie over hoe u foto's, video's en spraakmemo's kunt afspelen en hoe u bestanden beheert.
De afspeelmodus starten
Fotobestandsgegevens
Bekijk foto's en video's die op de camera zijn opgeslagen.
1 Druk op [
London
].
Histogram
• Het recentste bestand wordt weergegeven.
• Als de camera is uitgeschakeld, wordt deze ingeschakeld en
Bestandsgegevens
wordt het recentste bestand weergegeven.
2
Draai de navigatieknop of druk op [ / ] om door de
bestanden te bladeren.
• Houd [ / ] ingedrukt om snel door de bestanden te
scrollen.
Album/Inzoomen
Pictogram
Beschrijving
Mapnaam – Bestandsnaam
De camera kan bestanden met niet-ondersteunde formaten of bestanden
die met andere camera's zijn gemaakt, niet goed afspelen.
London
Opnamelocatie weergeven
Huidig bestand/totaal aantal bestanden
Foto die is gemaakt in de modus 3D-opname
Foto gemaakt in een modus voor snelle serieopnamen
of in de modus voor vooraf vastleggen (Bestanden
weergeven als een map, pag. 100)
Beveiligd bestand.
Afdrukbestelling ingesteld (DPOF)
Als u bestandsgegevens op het scherm wilt weergeven, drukt u op [
Afspelen/bewerken 98
].
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus
Videobestandsgegevens
Uw favoriete gezichten classificeren
U kunt uw favoriete gezichten classificeren.
].
1 Druk in de afspeelmodus op [
2 Selecteer → Gezichtenlijst bewerken →
Rangorde wijzigen.
3 Selecteer een gezicht in de lijst en druk op [
Album
Afspelen
Pictogram
Vastleggen
].
Rangorde wijzigen
Beschrijving
Mapnaam – Bestandsnaam
Huidige afspeeltijd
Lengte van de video
Terug
Videobestand
Video bevat foto's die zijn gemaakt tijdens het opnemen
Video die is gemaakt in de Creatieve filmmaker-modus
Instellen
4 Draai de navigatieknop of druk op [
classificering te wijzigen en druk op [
Beveiligd bestand
Foto vastgelegd tijdens het opnemen van een video
Afspelen/bewerken 99
/
].
] om de
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus
Favoriete gezichten verwijderen
Bestanden weergeven als een map
U kunt uw favoriete gezichten verwijderen.
Foto's die zijn gemaakt in een modus voor snelle serieopnamen
of in de modus voor vooraf vastleggen worden weergegeven als
een map.
].
1 Druk in de afspeelmodus op [
2 Selecteer → Gezichtenlijst bewerken →
Verwijderen.
3 Selecteer een gezicht en druk op [ ].
4 Druk op [ ].
5 Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven,
1 Druk in de modus Afspelen op [
/
] om naar een
gewenste map te bladeren.
• De camera geeft automatisch de foto's in de map weer.
selecteert u Ja.
Eén foto-weergave
2 Druk op [
3 Druk op [
4 Druk op [
Album/Inzoomen
] om de map te openen.
/
] om door de bestanden te bladeren.
] om terug te gaan naar de afspeelmodus.
U kunt een foto niet bewerken terwijl u een map bekijkt. Als u een foto in
een map wilt bewerken, drukt u op [
] om de map te openen en scrollt
u naar de foto.
Afspelen/bewerken 100
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus
Bestanden op categorie bekijken in Smart Album
Bestanden op categorie weergeven, zoals bestandstype, datum,
week, gezicht, locatie of referentiepunt.
1 Draai in de afspeelmodus de [Zoom] naar links.
].
2 Druk op [
3 Selecteer Filter → een categorie.
4 Blader naar een bestand en druk op [
5 Draai de [Zoom] naar links om naar de normale
weergave terug te keren.
Het kan enige tijd duren voordat de camera Smart Album opent, de
categorie wijzigt of de bestanden opnieuw indeelt.
Filter
Delen (Wi-Fi)
Type
Datum
Week
Gezicht
Locatie
Plaats
Terug
] om het
bestand te bekijken.
Set
Optie
Beschrijving
Type
Bestanden weergeven op bestandstype.
Datum
Bestanden weergeven op volgorde van opslagdatum.
Week
Bestanden weergeven op volgorde van de weekdag
waarop ze zijn opgeslagen.
Gezicht
Bestanden weergeven op herkende en favoriete
gezichten. (Maximaal 20 personen)
Locatie
Bestanden op vastgelegde locatiegegevens
weergeven.
Plaats
Bestanden op referentiepunt weergeven.
Afspelen/bewerken 101
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus
Bestanden als miniatuur weergeven
Bestanden beveiligen
Bekijk miniaturen van bestanden.
Beveilig uw bestanden om te voorkomen dat ze per ongeluk
worden verwijderd.
Draai de afspeelmodus de [Zoomknop] naar links
om miniaturen weer te geven (3 per keer). Draai de
[Zoomknop] nog een of twee keer naar links om
meer miniaturen weer te geven (9 of 20 per keer).
Draai de [Zoomknop] naar rechts om terug te gaan
naar de vorige weergave.
].
1 Druk in de afspeelmodus op [
2 Selecteer → Beveiligen → Select..
• Als u alle bestanden wilt beveiligen, selecteert u Alles →
Vergrendel.
3
Scroll naar het bestand dat u wilt beveiligen en
druk op [ ].
• Druk nogmaals op [
] om de selectie te annuleren.
Beveiligd bestand
Menu
Functie
Beschrijving
Door bestanden
scrollen
Draai de navigatieknop of druk op [
/ ].
Bestanden
verwijderen
Druk op [
/
/
Select.
4 Druk op [
] en selecteer Ja.
Instellen
].
U kunt een beveiligd bestand niet verwijderen of draaien.
Wanneer u naar een videobestand of map bladert in de miniatuurweergave,
speelt de camera automatisch de video of foto's in de map af.
Afspelen/bewerken 102
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus
Bestanden verwijderen
Selecteer bestanden die u wilt verwijderen in de afspeelmodus.
Eén bestand verwijderen
U kunt één bestand selecteren en dit verwijderen.
Meerdere bestanden verwijderen
U kunt meerdere bestanden selecteren en deze tegelijk
verwijderen.
1 Selecteer een bestand in de afspeelmodus en druk
1 Druk in de afspeelmodus op [ ].
2 Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven,
2 Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven,
3 Scroll naar de bestanden die u wilt verwijderen en druk
op [
].
op [
selecteert u Ja.
].
• Druk nogmaals op [
• Als u bestanden weergeeft in Smart Album of de miniatuurweergave,
drukt u op [
selecteert u Meer wissen.
] om een bestand te verwijderen.
• Als u bestanden weergeeft als een map, drukt u op [
] om alle
foto's in de map te verwijderen.
• Als u een bepaalde foto in een map wilt verwijderen, opent u de
] om de selectie te annuleren.
4
5 Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven,
Druk op [
].
selecteert u Ja.
map, selecteert u een bestand en drukt u op [ ].
• Als een paar afbeeldingen in de map vergrendeld zijn, kunt u alleen
de niet-vergrendelde bestanden wissen.
Alle bestanden verwijderen
U kunt alle bestanden selecteren en deze tegelijk verwijderen.
].
1 Druk in de afspeelmodus op [
2 Selecteer → Wissen → Alles.
3 Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven,
selecteert u Ja.
• Alle niet-beveiligde bestanden worden verwijderd.
Afspelen/bewerken 103
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus
Foto's weergeven
Vergroot een deel van een foto of geef foto's weer als diashow.
Een foto vergroten
Functie
Het vergrote gebied
verplaatsen
Druk op [
De vergrote foto
bijsnijden
Druk op [ ] en selecteer Ja.
(Het wordt opgeslagen als nieuw bestand.)
Draai in de afspeelmodus de [Zoomknop] naar
rechts om een deel van een foto te vergroten. Draai
de [Zoomknop] naar links om uit te zoomen.
Vergroot gebied
Zoomverhouding (de maximale
zoomverhouding kan variëren
afhankelijk van de resolutie.)
Bijsnijden
Afspelen/bewerken 104
Beschrijving
/
/
/ ].
Als u foto's weergeeft die zijn gemaakt met een andere camera, kan de
zoomverhouding verschillen.
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus
Panoramafoto's weergeven
Een diashow afspelen
Foto's weergeven die zijn gemaakt in de panoramamodus.
Effecten en audio toevoegen aan een diashow met uw foto's. De
diashowfunctie werkt niet voor video's.
1 Draai de navigatieknop of druk op [
/ ] in de
afspeelmodus om naar de gewenste panoramafoto te
bladeren.
• De volledige panoramafoto wordt weergegeven op het scherm.
2 Druk op [
].
• De camera beweegt automatisch horizontaal of verticaal door
de foto, afhankelijk van de richting waarin u hebt bewogen
tijdens het maken van de foto. De camera schakelt vervolgens
over naar de afspeelmodus.
• Druk tijdens het weergeven van een panoramafoto op [
]
om te pauzeren of hervatten.
• Druk tijdens het weergeven van een panoramafoto op [
/ / / ] om de foto horizontaal of verticaal te bewegen,
afhankelijk van de richting waarin u hebt bewogen tijdens het
maken van de foto.
3 Druk op [
].
1 Druk in de afspeelmodus op [
2 Selecteer .
3 Selecteer een effect voor de diashow.
• Ga naar stap 4 als u een diashow zonder effecten wilt starten.
* Standaard
Optie
Beschrijving
Starten
Instellen of de diashow wordt herhaald.
(Afspelen, Herhalen)
Foto's
De foto's instellen die u als diashow wilt weergeven.
• Alles*: alle foto's in een diashow weergeven.
• Datum: foto's die op een specifieke datum zijn
gemaakt, in een diashow weergeven.
• Select.: geselecteerde foto's in een diashow
weergeven.
] om terug te gaan naar de
• Het interval tussen foto's instellen.
afspeelmodus.
Interval
• De camera beweegt alleen automatisch door de panoramafoto
wanneer de langste zijde van de foto minstens twee keer zo lang is
als de korte zijde.
• Op het scherm van uw camera wordt een foto die is gemaakt in de
3D-panoramamodus weergegeven als een 2D-panoramafoto. Als
u het 3D-effect wilt bekijken, moet u de camera aansluiten op een
3D-televisie of een 3D-monitor. (pag. 115)
Afspelen/bewerken 105
(1 sec*, 3 sec, 5 sec, 10 sec)
• U moet de optie Effect instellen op Uit om een
interval in te stellen.
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus
* Standaard
Optie
Beschrijving
• Een scèneovergangseffect instellen tussen foto's.
Effect
Muziek
4
(Uit, Kalm*, Zonnig, Ontspannen, Levendig,
Zacht)
• Selecteer Uit om de effecten te annuleren.
• Wanneer u de effectoptie gebruikt, wordt het interval
tussen foto's ingesteld op 3 seconden.
Achtergrondmuziek instellen.
Een video afspelen
In de afspeelmodus kunt u een video weergeven en vervolgens
delen van de afgespeelde video opnemen of bijsnijden. U kunt
de opgenomen of bijgesneden segmenten opslaan als nieuwe
bestanden.
1 Selecteer een video in de afspeelmodus en druk op [
2 Geef de video weer.
].
Huidige afspeelduur/
lengte van video
Selecteer Starten → Afspelen.
• Selecteer Herhalen om de diashow te herhalen.
5 Geef de diashow weer.
• Druk op [
] om de diashow te onderbreken.
• Druk nogmaals op [
] om de diashow te hervatten.
Druk op [
] en druk op [ /
gaan naar de afspeelmodus.
Pauze
] om de diashow te stoppen en terug te
Stop
Functie
Beschrijving
Terugspoelen
Druk op [ ]. (Wanneer u op [ ]
drukt, spoelt de camera terug met een
snelheid die 2X, 4X en 8X zo groot is.)
Het afspelen
Druk op [
onderbreken of hervatten
Vooruitspoelen
Het volume aanpassen
Afspelen/bewerken 106
].
Druk op [ ]. (Wanneer u op [ ] drukt,
spoelt de camera vooruit met een
snelheid die 2X, 4X en 8X zo groot is.)
Draai de [Zoomknop] naar links of
rechts.
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus
Een video bijsnijden
1 Druk tijdens het afspelen van een video op [
Afzonderlijke beelden uit een video opslaan
] op het
1 Druk tijdens het afspelen van een video op [
] op het
punt waarop u een beeld wilt opnemen.
punt waar u het bijsnijden wilt beginnen.
2 Draai de [Zoomknop] naar rechts en druk op [ ].
3 Druk op [ ] op het punt waarop u het bijsnijden wilt
2 Druk op [
beëindigen.
].
• De resolutie van het opgenomen beeld is gelijk aan die van de
originele video.
• Het opgenomen beeld wordt als nieuw bestand opgeslagen.
4 Draai de [Zoomknop] naar rechts.
5 Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven,
selecteert u Ja.
• De oorspronkelijke video moet ten minste 10 seconden lang zijn.
• De camera slaat het bewerkte bestand op als een nieuw bestand.
Afspelen/bewerken 107
Foto's bewerken
Hier vindt u informatie over het bewerken van foto's.
• De camera slaat bewerkte foto's op als nieuwe bestanden.
• Wanneer u foto's bewerkt, converteert de camera deze automatisch naar een lagere resolutie. Foto's die handmatig worden gedraaid of waarvan het formaat
handmatig wordt aangepast, worden niet automatisch geconverteerd naar een lagere resolutie.
• Bestanden in een map kunnen individueel binnen de map bewerkt worden. Panorama- en 3D-bestanden kunnen niet worden bewerkt.
Het formaat van foto's wijzigen
Een foto draaien
U kunt het formaat van een foto wijzigen en de foto als een nieuw
bestand opslaan.
1 Selecteer een foto in de afspeelmodus en druk
op [
1 Selecteer een foto in de afspeelmodus en druk
op [
2 Selecteer → Draaien.
3 Selecteer een optie.
].
2 Selecteer → Res.wijz.
3 Selecteer een optie.
Res.wijz
2592X1944
Draaien
1984X1488
Smart filter
1024X768
].
Draaien : Rechts 90 gr.
Beeld aanpassen
Terug
Terug
Instellen
Instellen
De camera overschrijft het originele bestand.
De beschikbare opties voor formaat wijzigen verschillen, afhankelijk van het
originele formaat van de foto.
Afspelen/bewerken 108
Foto's bewerken
Smart filter-effecten toepassen
Pictogram
Pas speciale effecten toe op uw foto's.
Beschrijving
Olieverf: het effect van een olieverfschilderij
toepassen.
1 Selecteer een foto in de afspeelmodus en druk op [
Cartoon: het effect van een striptekening
toepassen.
].
Kruisfilter: lijnen toevoegen die naar buiten lopen
van heldere objecten om het visuele effect van een
kruisfilter te imiteren.
2 Selecteer → Smart filter.
3 Selecteer een effect.
Schets: een schetseffect van een pen toepassen.
Smart filter : Normaal
Softfocus: onzuiverheden op het gezicht verhullen
of droomachtige effecten toevoegen.
Visoog: objecten die in de buurt zijn, vervormen
om de visuele effecten van een vissenooglens te
imiteren.
Klassiek: een zwart-witeffect toepassen.
Terug
Pictogram
Instellen
Retro: een sepiatinteffect toepassen.
Beschrijving
Zoomopname: De randen van een foto vervagen
om de onderwerpen in het midden te benadrukken.
Normaal: geen effect
Miniatuur: een effect toepassen om het onderwerp
in miniatuur weer te geven.
4 Druk op [
Vignetten: retro-kleuren, een hoog contrast en
sterke vignettering van Lomo-camera's toepassen.
Aquarel: het effect van een inkttekening toepassen.
Afspelen/bewerken 109
] om uw instellingen op te slaan.
Foto's bewerken
Foto's aanpassen
Gezichten retoucheren
Hier vindt u informatie over hoe u het rode-ogeneffect kunt
corrigeren, de huidskleur kunt aanpassen en de helderheid, het
contrast of de kleurverzadiging kunt aanpassen. De camera slaat
een bewerkte foto op als nieuw bestand, maar converteert de
foto mogelijk naar een lagere resolutie.
1 Selecteer een foto in de afspeelmodus en druk
Rode ogen verwijderen
2 Selecteer
3 Druk op [
].
2 Selecteer
→ Beeld aanpassen →
Gezichtretouch..
3 Druk op [ ].
4 Draai de navigatieknop of druk op [
1 Selecteer een foto in de afspeelmodus en druk
op [
op [
].
/
] om de
huidstint aan te passen.
→ Beeld aanpassen → Anti-rode ogen.
] om uw instellingen op te slaan.
• Hoe hoger het nummer, des te helderder de huidskleur.
5 Druk op [
Afspelen/bewerken 110
] om uw instellingen op te slaan.
Foto's bewerken
De helderheid, het contrast en de kleurverzadiging
aanpassen
Ruis aan de foto toevoegen
1 Selecteer een foto in de afspeelmodus en druk
1 Selecteer in de afspeelmodus een foto en druk
op [
op [
].
2
3 Druk op [
Selecteer
2 Selecteer → Beeld aanpassen.
3 Selecteer een optie voor aanpassen.
Pictogram
] om op te slaan.
Helderheid
Een afdrukbestelling maken (DPOF)
Contrast
Selecteer foto's die u wilt afdrukken en sla afdrukopties op in de
DPOF-indeling (Digital Print Order Format). Deze gegevens worden
opgeslagen in de map MISC op uw geheugenkaart zodat u
eenvoudig kunt afdrukken op printers die compatibel zijn met DPOF.
4 Druk op [ ].
5 Draai de navigatieknop of druk op [
/
] om de optie
aan te passen.
6
→ Beeld aanpassen → Ruis toevoegen.
Beschrijving
Kleurverz.
Druk op [
].
].
1 Druk in de afspeelmodus op [
2 Selecteer → DPOF → Standaard → Select..
• Selecteer Alles om alle foto's af te drukken.
] om uw instellingen op te slaan.
Afspelen/bewerken 111
Foto's bewerken
3 Scroll naar een foto die u wilt afdrukken, draai de
Foto's afdrukken als miniaturen
[Zoomknop] naar links of rechts om het aantal
exemplaren te selecteren en druk op [ ].
Druk foto's af als miniaturen om alle foto's in één keer te
controleren.
• Als u Alles selecteert, drukt u op [
].
1 Druk in de afspeelmodus op [
2 Selecteer → DPOF → Index.
3 Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven,
/ ] om het aantal
exemplaren te selecteren en drukt u vervolgens op [ ].
4 Druk op [
5 Selecteer
].
→ DPOF → Formaat → Select..
selecteert u Ja.
• Selecteer Alles om het afdrukformaat voor alle foto's te
selecteren.
• U kunt de geheugenkaart meenemen naar een printshop die DPOF
6 Scroll naar een foto die u wilt afdrukken, draai de
[Zoomknop] naar links of rechts om het afdrukformaat
te selecteren en druk op [ ].
• Als u Alles selecteert, drukt u op [
/ ] om het
afdrukformaat te selecteren en drukt u vervolgens op [
].
Afspelen/bewerken 112
(Digital Print Order Format) ondersteunt, maar u kunt ook uw foto's
thuis rechtstreeks op een DPOF-compatibele printer afdrukken.
• Foto's met afmetingen die groter zijn dan het papier, worden
mogelijk afgesneden aan de linker- en rechterkant. Zorg ervoor dat
de afmetingen van uw foto overeenkomen met het papier dat u
selecteert.
• Als u het afdrukformaat opgeeft, kunt u alleen foto's afdrukken met
DPOF 1.1-compatibele printers.
Bestanden weergeven op een televisie, HDTV of 3D-televisie
U kunt foto's of video's bekijken door de camera met de A/V-kabel op een televisie aan te sluiten.
].
1 Druk in de opname- of afspeelmodus op [
2 Selecteer → Video.
3 Selecteer een video-uitvoersignaal voor uw land of regio.
(pag. 153)
6 Schakel de televisie in en selecteer de A/V-videobron
met de afstandsbediening van de televisie.
7 Schakel de camera in.
• De camera schakelt automatisch over naar de afspeelmodus
als u deze aansluit op een televisie.
4 Schakel de camera en de televisie uit.
5 Sluit de camera met de A/V-kabel op de televisie aan.
Audio
8 Bekijk foto's of speel video's af met behulp van de
cameraknoppen.
• Afhankelijk van het model van televisie wordt er mogelijk digitale ruis
Video
weergegeven of wordt een deel van het beeld niet weergegeven.
• Afhankelijk van de televisie-instellingen kan het voorkomen dat de
beelden niet gecentreerd op het scherm worden weergegeven.
Afspelen/bewerken 113
Bestanden weergeven op een televisie, HDTV of 3D-televisie
Bestanden weergeven op een HDTV
U kunt ongecomprimeerde foto's of video's van hoge kwaliteit
op een HDTV bekijken met behulp van de optionele HDMI-kabel.
HDMI (High Definition Multimedia Interface) wordt door de meeste
HDTV's ondersteund.
].
1 Druk in de opname- of afspeelmodus op [
2 Selecteer → HDMI-formaat.
3 Selecteer een HDMI-resolutie. (pag. 153)
4 Schakel de camera en HDTV uit.
5 Sluit de camera op de HDTV aan met de optionele
6 Schakel de camera in.
• Als u een Samsung HDTV hebt die compatibel is met Anynet+
en u hebt de functie Anynet+ van de camera ingeschakeld,
schakelt de HDTV automatisch in en wordt het camerascherm
weergegeven terwijl de camera automatisch overschakelt naar
de afspeelmodus.
• Als u Anynet+ uitschakelt, wordt de HDTV niet automatisch
ingeschakeld.
7 Bekijk bestanden met behulp van de knoppen op de
camera of de afstandsbediening van de HDTV.
• Als de HDTV het profiel Anynet+(CEC) ondersteunt, schakelt u
Anynet+ in het instellingenmenu van de camera in (pag. 153) om
de camera en televisie te bedienen met de afstandsbediening van
de televisie.
• Met Anynet+ kunt u alle aangesloten Samsung A/V-apparaten
bedienen met de afstandsbediening van de televisie.
• Hoe lang het duurt voordat de camera verbinding maakt met de
HDTV, kan verschillen afhankelijk van het type SD-, SDHC-, of
SDXC-kaart dat u gebruikt. Een snellere SD-, SDHC-, of SDXC-kaart
resulteert niet noodzakelijkerwijs in een snellere HDMI-overdracht,
omdat de belangrijkste functie van de kaart het verbeteren van de
overdrachtssnelheid tijdens het opnemen is.
HDMI-kabel.
Afspelen/bewerken 114
Bestanden weergeven op een televisie, HDTV of 3D-televisie
Bestanden op een 3D-televisie weergeven
U kunt foto’s die in de modus 3D-opname of 3D-panorama zijn
genomen bekijken op een 3D-tv.
].
1 Druk in de opname- of afspeelmodus op [
2 Selecteer → HDMI-formaat.
3 Selecteer een HDMI-resolutie. (pag. 153)
4 Schakel de camera en de 3D-televisie uit.
5 Sluit de camera op de 3D-televisie aan met de optionele
HDMI-kabel.
6 Schakel de camera in.
• Als u een Samsung 3D-televisie hebt die compatibel is
met Anynet+ en u hebt de functie Anynet+ van de camera
ingeschakeld, schakelt de 3D-televisie automatisch in en
wordt het camerascherm weergegeven terwijl de camera
automatisch overschakelt naar de afspeelmodus.
• Als u Anynet+ uitschakelt op de camera, wordt de 3D-televisie
niet automatisch ingeschakeld.
7 Druk op [
] om naar 3D-tv-modus over te schakelen.
• Druk nogmaals op [
] om naar 2D-tv-modus over te
schakelen.
8 Schakel de 3D-functie van uw televisie in.
• Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de televisie voor meer
informatie.
9 Bekijk 3D-foto's met de knoppen op uw camera of de
afstandsbediening van de televisie.
• U kunt een MPO-bestand niet weergeven in 3D-effect op televisies
die deze indeling niet ondersteunen.
• Gebruik een 3D-bril wanneer u een MPO-bestand weergeeft op een
3D-televisie.
Bekijk de 3D-afbeeldingen die zijn vastgelegd met uw camera, niet
gedurende langere tijd op een 3D-televisie of 3D-monitor. Dit kan
onaangename symptomen tot gevolg hebben, zoals vermoeide ogen,
vermoeidheid, misselijkheid, en meer.
Afspelen/bewerken 115
Bestanden naar de computer overbrengen
Breng bestanden op een geheugenkaart naar de computer over door de camera op de pc aan te sluiten.
Bestanden naar een Windows-computer
overbrengen
3 Schakel de camera in.
• De camera wordt automatisch herkend.
Als de camera geen verbinding maakt, verschijnt er een pop-upvenster.
Selecteer Computer.
De camera aansluiten op een verwisselbare schijf
Sluit de camera aan op de computer als verwisselbare schijf.
1 Schakel de camera uit.
2 Sluit de camera op de computer aan met de USB-kabel.
U moet het kleine uiteinde van de USB-kabel aansluiten op uw
camera. Als u de kabel omgekeerd aansluit, kunnen de bestanden
beschadigen. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig verlies van
gegevens.
4 Selecteer op de computer Deze computer →
Verwisselbare schijf → DCIM → 100PHOTO.
5 Sleep de bestanden naar de computer of sla ze op de
computer op.
Afspelen/bewerken 116
Bestanden naar de computer overbrengen
Bestanden overbrengen naar een Maccomputer
De camera loskoppelen (voor Windows XP)
Voor Windows Vista en Windows 7 gelden vergelijkbare
methoden voor het loskoppelen van de camera.
1 Als het statuslampje op de camera knippert, wacht u tot
het knipperen ophoudt.
Wanneer u de camera aansluit op een Macintosh-computer,
wordt het apparaat automatisch herkend door de computer. U
kunt de bestanden rechtstreeks van de camera overbrengen naar
de computer zonder programma's te installeren.
2 Klik op
op de werkbalk rechtsonder in het scherm
van de computer.
3 Klik op het pop-upbericht.
4 Klik op het berichtveld waarin wordt aangegeven dat het
Mac OS 10.4 of hoger wordt ondersteund.
1 Schakel de camera uit.
2 Sluit de camera met de USB-kabel aan op een
Macintosh-computer.
apparaat veilig is verwijderd.
U moet het kleine uiteinde van de USB-kabel aansluiten op uw
camera. Als u de kabel omgekeerd aansluit, kunnen de bestanden
beschadigen. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig verlies van
gegevens.
5 Verwijder de USB-kabel.
Afspelen/bewerken 117
Bestanden naar de computer overbrengen
3 Schakel de camera in.
• De computer herkent de camera automatisch en geeft een
pictogram van een verwisselbare schijf weer.
Als de camera geen verbinding maakt, verschijnt er een pop-upvenster.
Selecteer Computer.
4 Dubbelklik op het pictogram van de verwisselbare schijf.
5 Sleep de bestanden naar de computer of sla ze op de
computer op.
Afspelen/bewerken 118
Programma's gebruiken op een pc
Digitale foto's kunnen op verschillende manieren met beeldbewerkingsprogramma's worden bewerkt. Hier leest u hoe u foto's met de
meegeleverde bewerkingsprogramma's kunt bewerken. Programma's op de cd zijn uitsluitend compatibel met Windows.
Software installeren
Programma's op de cd-rom
1 Plaats de installatie-cd in een compatibel cd-romstation.
2 Wanneer het installatiescherm wordt weergegeven,
Program
Vereisten
Intelli-studio
Foto's en video's bewerken.
klikt u op Samsung Digital Camera Installer om de
installatie te starten.
Map Download Manager Download kaartgegevens voor elk land.
PC Auto Backup
Verzend de opgenomen bestanden naar
een aangesloten pc via Wi-Fi.
Creative Movie Maker
Maak op eenvoudige wijze films van
vastgelegde stilstaande beelden en
video's.
• U kunt Downloadbeheer voor kaarten, Automatische back-up voor
3 Selecteer een programma dat u wilt installeren en klik
pc's en Creatieve filmmaker downloaden door verbinding te maken
met Intelli-studio.
• Als uw computer niet aan de vereisten voldoet, worden video's
mogelijk niet naar behoren afgespeeld of duurt het langer om video's
te bewerken.
• Installeer DirectX 9.0c of hoger voordat u het programma gebruikt.
vervolgens op Install (Installeren).
4 Volg de aanwijzingen op het scherm.
5 Klik op Exit (Afsluiten) om de installatie te voltooien en
start de computer opnieuw op.
Afspelen/bewerken 119
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade die wordt veroorzaakt door
het gebruik van niet-geschikte computers zoals samengestelde computers.
Programma's gebruiken op een pc
Intelli-studio gebruiken
Met Intelli-studio kunt u bestanden afspelen en bewerken. U kunt
er ook bestanden mee uploaden naar websites zoals Flickr of
YouTube. Selecteer Help → Help op de programmawerkbalk
voor meer informatie.
Vereisten
Item
Vereisten
Processor
Intel® Core 2 Duo® 1,66 GHz of hoger/
AMD Athlon™ X2 Dual-Core 2,2 GHz of hoger
RAM
Minimaal 512 MB RAM
(1 GB of meer aanbevolen)
Besturingssysteem*
Windows XP SP2, Windows Vista of
Windows 7
Vaste-schijfruimte
250 MB of meer (1 GB of meer aanbevolen)
• CD-ROM-station
• 1024 X 768 pixels, beeldscherm met
Overig
ondersteuning voor 16-bits kleuren
(1280 X 1024 pixels, ondersteuning voor
32-bits kleuren aanbevolen)
• USB 2.0-poort
• nVIDIA Geforce 7600GT of hoger/
ATI X1600-reeks of hoger
• Microsoft DirectX 9.0c of hoger
* Een 32-bits versie van Intelli-Studio wordt geïnstalleerd; zelfs op 64-bits
edities van Windows XP, Windows Vista en Windows 7.
Afspelen/bewerken 120
De vereisten zijn slechts aanbevelingen. Het werkt mogelijk niet correct
wanneer de computer voldoet aan de vereisten, afhankelijk van de toestand
van de computer.
Programma's gebruiken op een pc
De interface van Intelli-studio gebruiken
• U kunt de firmware van uw camera bijwerken. Selecteer hiervoor Web Support → Upgrade firmware for the connected device op de programmawerkbalk.
• Intelli-studio is alleen compatibel met Windows.
• U kunt bestanden niet rechtstreeks op de camera bewerken. Breng bestanden over naar een map op de computer om ze te bewerken.
• Intelli-Studio ondersteunt de volgende indelingen:
-- Video's: MP4 (Video: H.264, Audio: AAC), WMV (WMV 7/8/9), AVI (MJPEG)
-- Foto's: JPG, GIF, BMP, PNG, TIFF
1
2
3
4
5
15
6
14
7
13
8
9
10
12
11
Afspelen/bewerken 121
Programma's gebruiken op een pc
Nr.
Bestanden overbrengen met Intelli-Studio
Beschrijving
U kunt eenvoudig met behulp van Intelli-studio bestanden van uw
camera overzetten op uw computer.
1
Menu's openen.
2
Bestanden in de geselecteerde map weergeven.
3
Overschakelen naar de Fotobewerkingsmodus.
4
Overschakelen naar de Videobewerkingsmodus.
5
Overschakelen naar de Deelmodus (bestanden verzenden
per e-mail of uploaden naar websites, zoals Flickr of
YouTube).
6
De miniaturen in de lijst vergroten of verkleinen.
7
Een bestandstype selecteren.
8
Bestanden in de geselecteerde map op de computer
weergeven.
9
Bestanden op de aangesloten camera weergeven of
verbergen.
10
Bestanden in de geselecteerde map op de camera
weergeven.
Terwijl de camera met de USB-kabel op de computer is aangesloten, wordt
de batterij opgeladen.
11
Bestanden als miniaturen of op een kaart weergeven.
12
Bladeren door mappen die zijn opgeslagen op de camera.
13
Bladeren door mappen die zijn opgeslagen op de
computer.
14
Naar de vorige of volgende map gaan.
15
Bestanden afdrukken, bestanden weergeven op een kaart,
bestanden opslaan in Mijn map of gezichten registreren.
1 Schakel de camera uit.
2 Sluit de camera op de computer aan met de USB-kabel.
Afspelen/bewerken 122
U moet het kleine uiteinde van de USB-kabel aansluiten op uw
camera. Als u de kabel omgekeerd aansluit, kunnen de bestanden
beschadigen. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig verlies van
gegevens.
Programma's gebruiken op een pc
3 Intelli-studio op uw computer uitvoeren.
4 Schakel de camera in.
• De camera wordt automatisch herkend.
Als de camera geen verbinding maakt, verschijnt er een pop-upvenster.
Selecteer Computer.
5 Selecteer een doelmap op de computer en selecteer Ja.
• Nieuwe bestanden die worden opgeslagen op de camera,
worden automatisch overgebracht naar de geselecteerde
map.
• Als de camera geen nieuwe bestanden bevat, wordt het
pop-upvenster voor het opslaan van nieuwe bestanden niet
weergegeven.
Afspelen/bewerken 123
Programma's gebruiken op een pc
CMM (Creative Movie Maker) gebruiken
• Op een laptop werkt de software mogelijk traag vanwege de
Met CMM (Creative Movie Maker) kunt u op eenvoudige wijze via een
gebruiksvriendelijke gebruikersinterface films maken van vastgelegde
stilstaande beelden en opgenomen video's. Tevens biedt dit
programma achtergrondfuncties zoals thema's, muziek en resolutie,
zodat u films kunt maken met functies van uw keuze.
voorzieningen voor laag energieverbruik, zelfs als het apparaat aan de
genoemde aanbevolen specificaties voldoet.
• Afhankelijk van de 3D-prestaties van de grafische kaart, kunnen de
verwerkingssnelheid en de resolutie van de film variëren.
• Bestanden die niet zijn opgenomen met een camera/camcorder van
Samsung worden mogelijk niet vloeiend afgespeeld.
• Als u CMM correct wilt kunnen installeren en gebruiken, moet u de
meest recente versie van Intelli-studio installeren. U kunt de meest
recente versie van Intelli-studio downloaden door Web Support
→ Update Intelli-studio → Start Update te selecteren op de
werkbalk van Intelli-studio.
• Creative Movie Maker kan uitsluitend worden gebruikt met Windows.
Vereisten
Mogelijk moet aan strengere systeemvereisten worden voldaan
om op soepele wijze video's en stilstaande beelden te kunnen
monteren.
Item
Vereisten
Besturingssysteem Windows XP SP3 / Vista / 7
Processor
Intel® Pentium 4, AMD Athlon FX of hoger
RAM
1 GB of meer
Videokaart
Minimaal 250 MB RAM
(1 GB of meer aanbevolen)
1 Installeer Creative Movie Maker vanaf de meegeleverde
Schijfruimte
GPU die OpenGL 2.0 of hoger ondersteunt
(nVIDIA Geforce 7600GT of hoger/ATI X1600serie of hoger)
2 Sluit de camera aan op een pc met een USB-kabel en
• 1024 x 768, 32-bits kleur of hoger
Overig
• USB 2.0-poort
• Microsoft DirectX 9.0c of hoger
Creative Movie Maker gebruiken
CD. (pag. 119)
kopieer de bestanden met de vastgelegde stilstaande
beelden of video naar de pc.
3 Maak de gewenste film met Creative Movie Maker.
• OpenGL 2.0 of hoger
Afspelen/bewerken 124
Programma's gebruiken op een pc
Creative Movie Maker gebruiken
Selecteer Help → Help op de programmawerkbalk voor meer informatie.
1
2
3
7
8
4
9
5
6
Nr.
Beschrijving
Nr.
Beschrijving
1
Hiermee opent u menu's.
6
Pc-browser
2
Hiermee opent een project of slaat u het op.
7
Projectnaam
3
Stappen voor het maken van een film met Creative Movie
Maker.
8
Verwijderen
9
Volgende stap
4
Aanmaakvak
5
Voeg afbeeldingen en video's toe.
Afspelen/bewerken 125
Foto's afdrukken met een PictBridge-fotoprinter
Druk foto's af met een PictBridge-compatibele printer door de camera rechtstreeks op de printer aan te sluiten.
].
1 Druk in de opname- of afspeelmodus op [
2 Selecteer → USB → Printer.
3 Schakel de printer in en sluit de camera aan op de
Afdrukopties instellen
Druk op [
] om de afdrukinstellingen te configureren.
Foto's
printer met de USB-kabel.
Eén
Formaat
Auto
Lay-out
Auto
Type
Auto
Kwalit.
Auto
Datum
Auto
Best.naam
Afsl.
4 Als de camera is uitgeschakeld, drukt u op [POWER] of
[
] om de camera in te schakelen.
• De printer herkent de camera automatisch.
5 Druk op [
/
] om een bestand te selecteren dat u wilt
afdrukken.
• Druk op [
] om afdrukopties in te stellen. Zie
'Afdrukopties instellen'.
6 Druk op [
] om af te drukken.
• Het afdrukken begint. Druk op [
annuleren.
] om het afdrukken te
Auto
Printen
Optie
Beschrijving
Foto's
Selecteren of alleen de huidige foto of alle foto's
moeten worden afgedrukt.
Formaat
Het afdrukformaat instellen.
Lay-out
Het aantal foto's instellen dat op een vel papier moet
worden afgedrukt.
Type
De papiersoort instellen.
Kwalit.
De afdrukkwaliteit instellen.
Datum
Instellen of de datum moet worden afgedrukt.
Best.naam
Instellen of de bestandsnaam moet worden afgedrukt.
Reset
De instellingen terugzetten op de standaardwaarden.
Bepaalde opties worden mogelijk niet door alle printers ondersteund.
Afspelen/bewerken 126
Draadloos netwerk
Hier wordt beschreven hoe u verbinding kunt maken met WLAN-netwerken en functies kunt gebruiken.
Verbinding maken met een WLAN en
netwerkinstellingen configureren … …………128
Verbinding maken met een WLAN … ……
De aanmeldingsbrowser gebruiken … ……
Tips over netwerkverbinding ………………
Tekst invoeren … …………………………
128
129
130
131
Foto's uploaden naar een cloudserver … …140
Automatische back-up gebruiken om
foto's of video's te verzenden ………………141
Het programma voor Automatische
back-up installeren op uw pc … ………… 141
Foto's of video's verzenden naar een pc …… 141
Foto's of video's verzenden naar een
smartphone ……………………………………132
Foto's of video's weergeven op een tv met
TV Link-functionaliteit …………………………143
Een smartphone gebruiken als externe
ontspanknop … ………………………………133
Foto's verzenden via Wi-Fi Direct ……………145
Websites voor het delen van foto's of video's
gebruiken ………………………………………135
Een website openen ……………………… 135
Foto's of video's uploaden … …………… 135
Foto's of video's via e-mail verzenden … …137
E-mailinstellingen wijzigen ………………… 137
Foto's of video's via e-mail verzenden …… 138
Over de WOL-functie Wake on LAN … ……146
Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren
Hier wordt beschreven hoe u verbinding maakt via een toegangspunt wanneer u zich binnen het bereik van een WLAN bevindt. U kunt ook
netwerkinstellingen configureren.
Pictogram Beschrijving
Verbinding maken met een WLAN
Ad-hoctoegangspunt
.
1 Draai de modusdraaiknop naar
2 Selecteer , , , of .
] en selecteer vervolgens Wi-Fi-instelling.
3 Druk op [
] of volg de instructies
op het scherm totdat het scherm Wi-Fi-instelling wordt
weergegeven.
• De camera zoekt automatisch naar beschikbare toegangspunten.
Beveiligd toegangspunt
WPS-toegangspunt
Signaalsterkte
Druk op [
• Druk in sommige modi op [
4 Raak een toegangspunt aan.
Vernieuwen
Samsung 1
Samsung 2
Samsung 3
Samsung 4
Samsung 5
Samsung 6
Terug
Handmatig
• Selecteer WPS knopverbinding om verbinding te maken
met een WPS-toegangspunt.
] om opties voor de AP-instelling te openen
• Wanneer u een beveiligd toegangspunt selecteert, wordt een
pop-upvenster weergegeven. Geef de vereiste wachtwoorden
in om verbinding te maken met de WLAN. Zie 'Tekst invoeren'
voor meer informatie over het ingeven van tekst. (pag. 131)
• Wanneer een aanmeldingspagina verschijnt, zie
"De aanmeldingsbrowser gebruiken". (pag. 129)
• Wanneer u een niet-beveiligd toegangspunt selecteert, maakt
de camera verbinding met het WLAN.
• Als u een toegangspunt selecteert dat wordt ondersteund door
het WPS-profiel, selecteert u WPS PIN-verbinding en geeft u
een PIN-code in op het toegangspunt. U kunt ook verbinding
maken met een toegangspunt dat wordt ondersteund door
het WPS-profiel door WPS knopverbinding te selecteren op
de camera en vervolgens de knop WPS te selecteren op het
toegangspunt.
• Selecteer Vernieuwen om de lijst met voor verbinding
beschikbare toegangspunten te vernieuwen.
• Selecteer Draadloos netwerk toevoegen om handmatig
een toegangspunt toe te voegen.
Draadloos netwerk 128
Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren
De aanmeldingsbrowser gebruiken
Netwerkopties instellen
U kunt uw aanmeldingsgegevens ingeven via de
aanmeldingsbrowser wanneer u verbinding maakt met bepaalde
toegangspunten, sites voor delen of cloudservers.
1 Ga op het scherm Wi-Fi-instelling naar een
toegangspunt en druk op [
].
2 Raak elke optie aan en geef de vereiste informatie in.
Optie
Beschrijving
Verificatie
Selecteer een netwerkverificatietype.
Gegevenscod.
Selecteer een coderingstype.
Knop
[
Beschrijving
/
[
/
[
Het IP-adres handmatig instellen.
]
Het IP-adres handmatig instellen
[
1 Ga op het scherm Wi-Fi-instelling naar een
toegangspunt en druk op [
]
].
2
3 Raak elke optie aan en geef de vereiste informatie in.
Beschrijving
IP
Hier voert u het statische IP-adres in.
Subnetmasker
Hier voert u het subnetmasker in.
Gateway
Hier voert u de gateway in.
DNS-server
Hier voert u het DNS-adres in.
Hiermee hebt u toegang tot de volgende opties:
• Vorige pagina: naar de vorige pagina gaan.
• Volg. pagina: naar de volgende pagina gaan.
• Opn. laden: de pagina opnieuw laden.
• Stop: stoppen met het laden van de pagina.
• Afsl.: de aanmeldingsbrowser sluiten
de aanmeldingsbrowser sluiten
• Bepaalde items kunt u niet selecteren afhankelijk van de pagina
Selecteer IP-instelling → Handmatig.
Optie
] Naar een item gaan of door de pagina scrollen.
Een item selecteren.
]
Netwerkwachtwoord Geef het netwerkwachtwoord in.
IP-instelling
/
Draadloos netwerk 129
waarmee u bent verbonden. Dit is normaal en wijst niet op een
defect.
• De aanmeldingsbrowser wordt mogelijk niet automatisch gesloten
nadat u zich hebt aangemeld bij bepaalde pagina's. In dit geval sluit
u de aanmeldingsbrowser door op [ ] te drukken en gaat u verder
met de gewenste bewerking.
• Het laden van de aanmeldingspagina kan langer duren wegens het
paginaformaat of de netwerksnelheid. In dit geval wacht u tot het
invoervenster voor aanmeldingsgegevens wordt weergegeven.
• De betalings- en aanmeldfuncties zijn mogelijk niet beschikbaar op
de pagina waar u verbinding mee hebt.
Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren
Tips over netwerkverbinding
• De kwaliteit van de netwerkverbinding wordt bepaald door het
toegangspunt.
• Hoe groter de afstand tussen uw camera en het toegangspunt, hoe
langer het duurt om verbinding te maken met het netwerk.
• Als een apparaat in de buurt hetzelfde radiofrequentiesignaal gebruikt
als uw camera, kan uw verbinding hierdoor worden verstoord.
• Als uw toegangspunt geen Nederlandse naam heeft, kan de camera
mogelijk het apparaat niet vinden of kan de naam onjuist worden
weergegeven.
• Neem contact op met uw netwerkbeheerder of
netwerkserviceprovider voor netwerkinstellingen of een wachtwoord.
• Als een WLAN moet worden geverifieerd door de serviceprovider,
kunt u mogelijk geen verbinding met het betreffende WLAN maken.
Neem contact op met uw netwerkserviceprovider om verbinding te
maken met het WLAN.
• Afhankelijk van het coderingstype kan het aantal cijfers in het
wachtwoord verschillen.
• Een WLAN-verbinding is wellicht niet mogelijk in alle omgevingen.
• Mogelijk geeft de camera een WLAN-printer weer in de lijsten met
toegangspunten. U kunt echter geen verbinding met het netwerk
maken via een printer.
• U kunt uw camera niet tegelijkertijd verbinden met een netwerk en
aansluiten op een tv. U kunt ook geen foto's of video's op een tv
bekijken wanneer u verbinding hebt gemaakt met een netwerk.
• Er kunnen aanvullende kosten gelden om verbinding te maken met
een netwerk. De kosten verschillen op basis van de voorwaarden
van uw abonnement.
• Als u geen verbinding met een WLAN kunt maken, probeert u een
ander toegangspunt uit de lijst met beschikbare toegangspunten.
• In bepaalde landen kunt u ook verbinding maken met gratis WLAN's.
• Er kan een aanmeldingspagina worden weergegeven wanneer
u gratis WLAN's selecteert die worden geleverd door bepaalde
netwerkproviders. Geef uw gebruikersnaam en wachtwoord in
om verbinding te maken met de WLAN. Neem contact op met de
netwerkproviders voor informatie over het registreren of de service.
• Wees voorzichtig wanneer u persoonlijke gegevens ingeeft om
verbinding te maken met een toegangspunt. Geef geen betalingsof creditcardgegevens in op uw camera. De fabrikant is niet
aansprakelijk voor problemen die ontstaan wanneer u dergelijke
informatie ingeeft.
• De beschikbare netwerkverbindingen kunnen verschillen per land.
• De WLAN-functie van uw camera moet voldoen aan de wetten op
het gebied van radiozendingen in uw regio. We raden u daarom aan
de WLAN-functie alleen te gebruiken in het land waar u de camera
hebt gekocht.
• De procedure voor het aanpassen van de netwerkinstellingen kan
verschillen, afhankelijk van de netwerkomstandigheden.
• Probeer geen toegang te krijgen tot een netwerk dat u niet mag
gebruiken.
• Voordat u verbinding maakt met een netwerk, moet u ervoor zorgen
dat de batterij volledig is opgeladen.
• Wanneer een DHCP-server niet beschikbaar is, moet u een bestand
autoip.txt maken en dit kopiëren naar de geplaatste geheugenkaart
om verbinding met het netwerk te maken met Auto IP.
Draadloos netwerk 130
Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren
Tekst invoeren
Pictogram Beschrijving
Hier wordt beschreven hoe u tekst kunt invoeren. Met de
pictogrammen in de onderstaande tabel kunt u de cursor
bewegen, hoofdletters in- en uitschakelen enzovoort. Druk op
[
/ / / ] om naar een gewenste toets te gaan en druk
vervolgens op [ ] om deze toets in te geven. Druk op [ ] om
de laatste letter te wissen.
Een spatie invoeren.
Gereed De weergegeven tekst opslaan.
Zie de handleiding voor het ingeven van tekst.
• U kunt alleen tekst in het Engelse alfabet invoeren, ongeacht de
schermtaal.
• Druk om direct naar Gereed te gaan op [
• U kunt maximaal 64 tekens ingeven.
Gereed
Annuleren
Backspace
Pictogram Beschrijving
De cursor verplaatsen.
In de ABC-modus schakelt u hoofdletters in of uit.
Geef '.com' in.
Schakelen tussen de symboolstand en ABC-stand.
Draadloos netwerk 131
].
Foto's of video's verzenden naar een smartphone
De camera kan via een WLAN verbinding maken met smartphones die de functie MobileLink ondersteunen. U kunt eenvoudig foto's of
video's verzenden naar uw smartphone.
• De functie MobileLink wordt ondersteund door Galaxy S-smartphones met het besturingssysteem Android 2.2 of hoger. Als uw smartphone het besturingssysteem
Android 2.1 gebruikt, werkt u uw smartphone bij naar Android 2.2 of hoger. Deze functie wordt ook ondersteund door de 7-inch en 10.1-inch Galaxy Tab. Mogelijk
wordt deze functie ook ondersteund door andere toestellen met Android 2.2 of hoger, maar Samsung kan de werking daarvan niet garanderen.
• U moet de applicatie installeren op het apparaat voordat u deze functie gebruikt. U kunt de applicatie downloaden van Samsung Apps of Android Market.
• Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet gebruiken.
• U kunt max. 1000 best. weergeven en max. 100 best. tegelijk verzenden.
1 Draai de modusdraaiknop op de camera naar
2 Selecteer op de camera.
.
5 Selecteer vanaf de smartphone de bestanden die u van
de camera naar de smartphone wilt verzenden.
• Als het pop-upvenster wordt weergegeven dat u vraagt om de
applicatie te downloaden, selecteert u Volgende.
• Selecteer Alles delen of Geselecteerde bestanden delen als u
wilt delen met een smartphone.
6 Selecteer Kopiëren op de smartphone.
• De camera verzendt de bestanden.
3 Schakel de applicatie Samsung MobileLink in op de
smartphone.
• Lees de instructies op het scherm zorgvuldig om uw camera
te selecteren en aan te sluiten.
• De smartphone kan maar met één camera tegelijk verbinding
maken.
4
Accepteer op de camera de verbinding met een
smartphone.
• Als de smartphone onlangs is verbonden, hoeft u de
verbinding niet te accepteren.
Draadloos netwerk 132
Een smartphone gebruiken als externe ontspanknop
De camera maakt verbinding met een smartphone via een WLAN. Gebruik de smartphone als externe ontspanner met de functie Remote
Viewfinder. De opgenomen foto wordt weergegeven op de smartphone.
• De functie Remote Viewfinder wordt ondersteund door Galaxy S-smartphones met het besturingssysteem Android 2.2 of hoger. Als uw smartphone het
besturingssysteem Android 2.1 gebruikt, werkt u uw smartphone bij naar Android 2.2 of hoger. Deze functie wordt ook ondersteund door de 7-inch en 10.1-inch
Galaxy Tab. Mogelijk wordt deze functie ook ondersteund door andere toestellen met Android 2.2 of hoger, maar Samsung kan de werking daarvan niet garanderen.
• U moet de applicatie installeren op het apparaat voordat u deze functie gebruikt. U kunt de applicatie downloaden van Samsung Apps of Play Store.
1 Draai de modusdraaiknop op de camera naar
2 Selecteer op de camera.
.
4 Stel de volgende opnameopties in op de smartphone.
Pictogram Beschrijving
• Als het pop-upvenster wordt weergegeven dat u vraagt om de
Flitsoptie
applicatie te downloaden, selecteert u Volgende.
Timerinstelling
3 Schakel de functie Remote Viewfinder in op uw
Fotoformaat
smartphone.
• Lees de instructies op het scherm zorgvuldig om uw camera
te selecteren en aan te sluiten.
• De smartphone kan maar met één camera tegelijk verbinding
maken.
• Wanneer u gebruikmaakt van deze functie, zijn sommige
knoppen niet beschikbaar op uw camera.
• De zoomknop en de ontspanknop op uw smartphone werken
niet als u deze functie gebruikt.
• De modus Remote Viewfinder ondersteunt alleen de
fotoformaten
Draadloos netwerk 133
en
.
Een smartphone gebruiken als externe ontspanknop
5 Blijf
aanraken op de smartphone om scherp te
stellen.
• De scherpstelling is automatisch ingesteld op Multi AF.
6 Druk op
om de foto te maken.
• De foto wordt opgeslagen in uw camera.
• Raak de foto onder aan het scherm aan om deze op te slaan
op de smartphone. Het formaat van de foto wordt gewijzigd
in 640 X 360.
• Als u deze functie gebruikt, kan de ideale afstand tussen de camera
en de smartphone variëren, afhankelijk van de omgeving.
• De smartphone moet zich binnen een afstand van 7 m van de
camera bevinden als u deze functie wilt gebruiken.
• Het duurt enige tijd om de foto te maken nadat u op
op de
smartphone hebt gedrukt.
• De functie Remote Viewfinder wordt in de volgende gevallen
uitgeschakeld:
-- Er is een inkomende oproep op de smartphone.
-- De camera of de smartphone wordt uitgeschakeld.
-- Het geheugen is vol.
-- De verbinding van een van de apparaten met het WLAN is
verbroken.
-- De Wi-Fi-verbinding is zwak of instabiel.
Draadloos netwerk 134
Websites voor het delen van foto's of video's gebruiken
Upload uw foto's of video's naar websites voor het delen van bestanden. Beschikbare websites worden weergegeven op de camera.
Een website openen
1 Draai de modusdraaiknop naar
2 Selecteer .
3 Selecteer een website.
Foto's of video's uploaden
1 Open de website met uw camera.
2 Scroll naar de bestanden die u wilt uploaden en
.
druk op [
].
• U kunt maximaal 20 foto's selecteren en de totale grootte mag
• De camera probeert automatisch verbinding te maken
met een WLAN via het toegangspunt waarmee het laatst
verbinding is gemaakt.
• Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een
WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten.
(pag. 128)
maximaal 10 MB zijn.
3
Selecteer Upload.
• Als u bent verbonden met Facebook, selecteert u Upload
→ Uploaden.
• Als u verbinding hebt gemaakt met Facebook, kunt u uw
opmerkingen ingeven door het vak Opmerking te selecteren.
Lees voor meer informatie over het ingeven van tekst
'Tekst invoeren'. (pag. 131)
4 Geef uw gebruikersnaam en wachtwoord op en
selecteer Aanmelding.
• Lees voor meer informatie over het ingeven van tekst
"Tekst invoeren". (pag. 131)
• U kunt een gebruikersnaam in de lijst selecteren door
een gebruikersnaam te selecteren.
• Als u zich eerder bij de website hebt aangemeld, wordt u
mogelijk automatisch aangemeld.
→
Als u deze functie wilt gebruiken, moet u een bestaande account op de
website voor het delen van bestanden hebben.
Draadloos netwerk 135
Websites voor het delen van foto's of video's gebruiken
• U kunt geen bestanden uploaden als de bestandsgrootte de limiet
overschrijdt. De maximale fotoresolutie die u kunt uploaden, is 2M en
de langste video die u kunt uploaden, is een video die is opgenomen
met
. Als de geselecteerde foto een hogere resolutie dan 2M
heeft, wordt deze automatisch verkleind tot een lagere resolutie.
• De manier waarop foto's of video's moeten worden geüpload, is
afhankelijk van de geselecteerde website.
• Als u door een firewall of gebruikersverificatie-instellingen geen
toegang tot een website krijgt, neemt u contact op met uw
netwerkbeheerder of uw netwerkserviceprovider.
• De datum waarop geüploade foto's of video's zijn opgenomen, kan
automatisch worden gebruikt als naam voor de foto's of video's.
• De snelheid waarmee u foto’s kunt uploaden en webpagina’s kunt
openen, is afhankelijk van de snelheid van uw internetverbinding.
• Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet
gebruiken.
• U kunt in de afspeelmodus ook foto's en video's uploaden naar
websites voor het delen van bestanden door op [
] te drukken
en vervolgens
en een gewenste website te selecteren.
Draadloos netwerk 136
Foto's of video's via e-mail verzenden
U kunt de instellingen in het e-mailmenu wijzigen en foto's die op de camera zijn opgeslagen, verzenden via e-mail.
E-mailinstellingen wijzigen
6 Selecteer het vak E-mail, geef uw naam in en selecteer
In het e-mailmenu kunt u de instellingen voor het opslaan van uw
gegevens of het opslaan van e-mailadressen wijzigen. U kunt
ook het e-mailwachtwoord instellen of wijzigen. Lees voor meer
informatie over het ingeven van tekst 'Tekst invoeren'. (pag. 131)
7 Selecteer Opslaan om de wijzigingen op te slaan.
Uw gegevens opslaan
.
1 Draai de modusdraaiknop naar
2 Selecteer .
].
3 Druk op [
4 Selecteer Instelling afzender.
5 Selecteer het vak Naam, geef uw naam in en selecteer
Terug.
• Als u uw gegevens wilt verwijderen, selecteert u Reset aan.
Een e-mailwachtwoord instellen
.
1 Draai de modusdraaiknop naar
2 Selecteer .
].
3 Druk op [
4 Selecteer Wachtwoord instellen → Aan.
• Selecteer Uit om het wachtwoord uit te schakelen.
5 Klik op [ ] wanneer het pop-upvenster wordt weergegeven.
6 Voer een wachtwoord van 4 cijfers in.
7 Voer het wachtwoord nogmaals in.
8 Klik op [ ] wanneer het pop-upvenster wordt weergegeven.
Instelling afzender
Naam
E-mail
Opslaan
Terug.
Reset
Als u uw wachtwoord niet meer weet, kunt u dit opnieuw instellen door Reset
te selecteren op het scherm voor het instellen van het wachtwoord. Wanneer
u de gegevens opnieuw instelt, worden eerder opgeslagen instelgegevens van
de gebruiker, e-mailadres en recent verzonden e-maillijst verwijderd.
Terug
Draadloos netwerk 137
Foto's of video's via e-mail verzenden
Het e-mailwachtwoord wijzigen
.
1 Draai de modusdraaiknop naar
2 Selecteer .
].
3 Druk op [
Selecteer
Wachtwoord
wijzigen.
4
5 Voer uw huidige wachtwoord van 4 cijfers in.
6 Voer een nieuw wachtwoord van 4 cijfers in.
7 Voer het nieuwe wachtwoord nogmaals in.
8 Klik op [ ] wanneer het pop-upvenster wordt
weergegeven.
Foto's of video's via e-mail verzenden
U kunt foto's die op de camera zijn opgeslagen, verzenden via
e-mail. Zie 'Tekst invoeren' voor meer informatie over het ingeven
van tekst. (p. 131)
.
1 Draai de modusdraaiknop naar
2 Selecteer .
3 Selecteer het vak Afzender, geef uw naam in en
selecteer Terug.
• Als u uw gegevens eerder hebt opgeslagen, worden deze
automatisch ingevoegd. (pag. 137)
• Als u een adres uit de lijst met eerdere afzenders wilt
gebruiken, selecteert u
→ een adres.
4 Selecteer het vak Ontvanger, geef uw naam in en
selecteer Terug.
• Als u een adres uit de lijst met eerdere ontvangers wilt
gebruiken, selecteert u → een adres.
om meer ontvangers toe te voegen. U kunt
maximaal 30 ontvangers invoeren.
• Selecteer
om een adres uit de lijst te verwijderen.
• Selecteer
5 Selecteer Volgende.
Draadloos netwerk 138
Foto's of video's via e-mail verzenden
6 Scroll naar de bestanden die u wilt verzenden en druk
op [
].
• U kunt maximaal 20 foto's selecteren en de totale grootte mag
maximaal 7 MB zijn.
7
8 Selecteer het vak Opmerking, geef uw opmerkingen in
Selecteer Next.
en selecteer Terug.
9 Selecteer Verzenden.
• De camera probeert automatisch verbinding te maken
met een WLAN via het toegangspunt waarmee het laatst
verbinding is gemaakt, om de e-mail te verzenden.
• Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een
WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten.
(pag. 128)
Draadloos netwerk 139
• Zelfs als het erop lijkt dat een foto is overgedragen, kunnen fouten
met de e-mailaccount van de ontvanger ervoor zorgen dat de foto
wordt geweigerd of herkend als spam.
• U kunt geen e-mail verzenden als er geen netwerkverbinding
beschikbaar is of als de instellingen van uw e-mailaccount onjuist zijn.
• U kunt geen e-mail verzenden als de bestandsgrootte de limiet
overschrijdt. De maximale fotoresolutie die u kunt verzenden, is 2M en
de langste video die u kunt verzenden, is een video die is opgenomen
met
. Als de geselecteerde foto een hogere resolutie dan 2M
heeft, wordt deze automatisch verkleind tot een lagere resolutie.
• Als u door een firewall of gebruikersverificatie-instellingen geen e-mail
kunt verzenden, neemt u contact op met uw netwerkbeheerder of uw
netwerkserviceprovider.
• Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet
gebruiken.
• U kunt in de afspeelmodus ook een e-mail verzenden door op
[
] te drukken en vervolgens
→ E-mail te selecteren.
Foto's uploaden naar een cloudserver
U kunt uw foto's uploaden naar SkyDrive. Om foto's te uploaden, moet u de Microsoft-website bezoeken en u registreren voordat u uw
camera aansluit.
1 Draai de modusdraaiknop op de camera naar
2 Selecteer .
.
• Wanneer u foto's uploadt naar SkyDrive, wordt het formaat
4 Scroll naar de foto's die u wilt uploaden en druk op [
5 Selecteer Uploaden.
van de foto's gewijzigd in 2M terwijl de oorspronkelijke
verhouding behouden blijft.
• Als het pop-upvenster wordt weergegeven dat u vraagt om
een account te maken, selecteert u OK.
• De camera probeert verbinding te maken met een WLAN via
het toegangspunt waarmee het laatst verbinding is gemaakt.
• Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een
WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten.
(pag. 128)
3 Meld u aan met uw gebruikersnaam en wachtwoord.
• Lees voor meer informatie over het ingeven van tekst
'Tekst invoeren'. (pag. 131)
• Zie 'De aanmeldingsbrowser gebruiken' als u bent verbonden
met SkyDrive. (pag. 129)
Draadloos netwerk 140
].
• U kunt foto's ook uploaden naar een cloudserver in de afspeelmodus
door op [
] te drukken en vervolgens
→ een cloudserver
te selecteren.
• Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet
gebruiken.
Automatische back-up gebruiken om foto's of video's te verzenden
U kunt foto's of video's die u met de camera hebt opgenomen, draadloos verzenden naar een pc. De functie Automatische back-up werkt
alleen met het Windows-besturingssysteem.
Het programma voor Automatische back-up
installeren op uw pc
1 Installeer PC AutoBackup op een pc. (pag. 119)
2 Sluit de camera weer met de USB-kabel op de pc aan.
Foto's of video's verzenden naar een pc
1 Draai de modusdraaiknop op de camera naar
2 Selecteer .
.
• U moet de informatie voor de back-up-pc configureren om
de functie Automatische back-up te gebruiken. Zie 'Het
programma voor Automatische back-up installeren op uw pc'
voor meer informatie. (pag. 141)
• De camera slaat informatie over de pc op, zodat de camera
bestanden kan verzenden naar de pc.
3 Druk op [
] om opties in te stellen.
• Als u uw pc automatisch wilt uitschakelen nadat de overdracht
is voltooid, selecteert u Pc afsluiten na back-up → Aan.
4
Druk op [
] om de back-up te starten.
• Als u het verzenden wilt annuleren, drukt u op [
].
• U kunt geen afzonderlijke bestanden selecteren om back-ups
van te maken. Deze functie maakt alleen een back-up van
nieuwe bestanden op de camera.
• De voortgang van de back-up wordt weergegeven op de
monitor van de pc.
• Wanneer de overdracht is voltooid, wordt de camera na
ongeveer 30 seconden automatisch uitgeschakeld. Selecteer
Annuleer om terug te gaan naar het vorige scherm en te
voorkomen dat de camera automatisch wordt uitgeschakeld.
Draadloos netwerk 141
Automatische back-up gebruiken om foto's of video's te verzenden
• Als de pc de WOL-functie (Wake on LAN) ondersteunt, kunt u de pc
automatisch inschakelen door op uw camera naar de pc te zoeken.
(pag. 146)
• Wanneer u op de camera verbinding maakt met het WLAN,
selecteert u het toegangspunt dat is verbonden met de pc.
• De camera zoekt naar de beschikbare toegangspunten, zelfs als u
weer verbinding maakt met hetzelfde toegangspunt.
• Als u de camera uitschakelt of de batterij verwijdert terwijl u
bestanden verzendt, wordt de bestandsoverdracht onderbroken.
• Wanneer u deze functie gebruikt, is alleen [POWER] beschikbaar
op uw camera.
• U kunt slechts één camera tegelijk verbinden met de pc om
bestanden te verzenden.
• De back-up wordt mogelijk geannuleerd vanwege
netwerkomstandigheden.
• Foto' of video' kunnen maar één keer naar een pc worden
verzonden. Bestanden kunnen niet opnieuw worden verzonden, zelfs
niet als u uw camera opnieuw aansluit op een andere pc.
• Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet
gebruiken.
• U moet Windows Firewall en eventuele andere firewalls uitschakelen
voordat u deze functie gebruikt.
• U kunt maximaal 1000 bestanden verzenden.
• In de pc-software moet de servernaam worden ingegeven in het
Latijnse alfabet en mag de naam niet meer dan 48 tekens bevatten.
Draadloos netwerk 142
Foto's of video's weergeven op een tv met TV Link-functionaliteit
TV Link is een technologie voor het delen van mediabestanden tussen een camera en een tv die verbinding hebben met hetzelfde
toegangspunt. Met deze technologie kunt u uw foto's of video's op een breedbeeld-tv of ander apparaat weergeven.
1 Draai de modusdraaiknop naar
2 Selecteer .
4 Zoek op de tv naar de camera en blader door de
.
gedeelde foto's of video's.
• Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de tv voor informatie
• Als het begeleidende bericht wordt weergegeven,
drukt u op [ ].
• De camera probeert automatisch verbinding te maken
met een WLAN via het toegangspunt waarmee het laatst
verbinding is gemaakt.
• Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een
WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten.
(pag. 128)
3 Maak op uw tv verbinding met een draadloos netwerk
over het zoeken naar de camera en het bladeren door foto's
of video's op de tv.
• Afhankelijk van het type tv of de netwerkverbinding kan het
voorkomen dat video's niet vloeiend worden afgespeeld. Als
dit gebeurt, neemt u de video opnieuw op met de kwaliteit
of
en speelt u de video opnieuw af. Als video's niet
vloeiend op uw televisie worden afgespeeld via de draadloze
verbinding, sluit u de camera met een A/V-kabel aan op de
televisie.
via een toegangspunt.
• Raadpleeg de gebruikershandleiding van de tv voor meer
informatie.
AP
Draadloos netwerk 143
Foto's of video's weergeven op een tv met TV Link-functionaliteit
• U kunt maximaal 1000 foto's delen.
• Op een tv-scherm kunt u alleen foto's of video's bekijken die u met
de camera hebt opgenomen.
• Het bereik van de draadloze verbinding tussen uw camera en
een tv kan verschillen, afhankelijk van de specificaties van het
toegangspunt.
• Als de camera is verbonden met 2 tv's, wordt er mogelijk langzamer
afgespeeld.
• Foto's of video's worden met hun originele grootte gedeeld.
• U kunt deze functie alleen gebruiken met tv's met de TV Link-functie.
• Gedeelde foto's of video's worden niet opgeslagen op de tv, maar u
kunt ze opslaan volgens de tv-specificaties.
• Het overbrengen van foto's of video's naar de tv kan enige tijd duren,
afhankelijk van de netwerkverbinding, het aantal bestanden dat u wilt
delen of de grootte van de bestanden.
• Als u de camera op ongebruikelijke wijze uitschakelt terwijl u foto's of
video's op een tv bekijkt (bijvoorbeeld door de batterij te verwijderen),
gaat de tv ervan uit dat de verbinding met de camera nog intact is.
• De volgorde van foto's of video's op de camera kan afwijken van
die op de tv.
• Afhankelijk van het aantal foto's of video's dat u wilt delen, kan
het enige tijd duren om uw foto's of video's te laden en de
instelprocedure uit te voeren.
• Als u tijdens de weergave van foto's of video's op de tv voortdurend
de afstandsbediening van de tv gebruikt of andere handelingen op
de tv uitvoert, werkt deze functie mogelijk niet correct.
• Als u bestanden op de camera sorteert of de volgorde van de
bestanden wijzigt terwijl u de bestanden op een tv bekijkt, moet u
de instelprocedure herhalen om de lijst met bestanden op de tv bij
te werken.
• Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet
gebruiken.
Draadloos netwerk 144
Foto's verzenden via Wi-Fi Direct
Als de camera via een WLAN is verbonden met een apparaat dat de functie Wi-Fi Direct ondersteunt, kunt u foto's verzenden naar het
apparaat. Deze functie wordt mogelijk niet ondersteund op bepaalde apparaten.
1 Schakel op het toestel de optie Wi-Fi Direct in.
2 Scroll op de camera in de afspeelmodus naar een foto.
] en selecteer vervolgens
→ Wi-Fi
3 Druk op [
Direct.
• In de weergave met één afbeelding kunt u slechts één foto
tegelijk verzenden.
• In de miniatuurweergave kunt u meerdere foto's selecteren door
naar miniaturen te scrollen en op [ ] te drukken. Selecteer
Next wanneer u klaar bent met het selecteren van foto's.
4 Selecteer het apparaat in de lijst met Wi-Fi Directapparaten op de camera.
• Zorg ervoor dat de optie Wi-Fi Direct van het apparaat is
ingeschakeld.
• U kunt ook uw camera selecteren in de lijst met Wi-Fi Direct-
apparaten op het apparaat.
5
Geef op het toestel de camera toestemming om
verbinding te maken met het toestel.
• De foto wordt verzonden naar het apparaat.
• Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet
gebruiken.
• Als u de verbindingspoging annuleert voordat deze is voltooid, kan de
camera mogelijk niet opnieuw verbinding maken met het apparaat. In
dit geval moet u het apparaat bijwerken met de nieuwste firmware.
Draadloos netwerk 145
Over de WOL-functie Wake on LAN
Met de WOL-functie kunt u een pc automatisch inschakelen of wekken met uw camera. Deze functie is beschikbaar voor desktop-pc's van
Samsung uit de afgelopen 5 jaar (niet beschikbaar voor all-in-one-pc's).
Als u andere wijzigingen dan de beschreven wijzigingen aanbrengt in de BIOS-instellingen van uw pc, kan uw pc worden beschadigd. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor
schade als gevolg van het wijzigen van de BIOS-instellingen van uw pc.
De pc instellen om wakker te worden uit de slaapmodus
1 Klik op Start en open het Configuratiescherm.
2 Configureer de netwerkverbinding.
• Windows 7:
Klik op Netwerk en internet → Netwerkcentrum →
Adapterinstellingen wijzigen.
• Windows Vista:
Klik op Netwerk en internet → Netwerkcentrum →
Netwerkverbindingen beheren.
• Windows XP:
Klik op Netwerk-en Internet-verbindingen →
Netwerkverbindingen.
3 Klik met de rechtermuisknop op LAN-verbinding en klik op
Eigenschappen.
4 Klik op Configureren → het tabblad Energiebeheer →
Dit apparaat mag de computer uit stand-by halen.
5 Klik op OK.
6 Start de pc opnieuw op.
Draadloos netwerk 146
Over de WOL-functie Wake on LAN
De pc automatisch laten inschakelen
1 Schakel de pc in en druk op F2 terwijl de pc wordt
7 Selecteer stuurprogramma's voor de netwerkadapter.
8 Klik op het tabblad Geavanceerd en stel de WOL-menu's in.
opgestart.
• Het BIOS-instelmenu wordt weergegeven.
2 Selecteer het tabblad Geavanceerd → Energiebeheer
instellen.
3 Selecteer Hervatten bij PME → Ingeschakeld.
4 Druk op F10 om uw wijzigingen op te slaan en door te gaan
met opstarten.
5 Klik op Start en open het Configuratiescherm.
6 Configureer de netwerkverbinding.
• Windows 7:
Klik op Netwerk en internet → Netwerkcentrum →
Adapterinstellingen wijzigen.
• Windows Vista:
Klik op Netwerk en internet → Netwerkcentrum →
Netwerkverbindingen beheren.
• Windows XP:
Klik op Netwerken Internet-verbindingen →
Netwerkverbindingen.
Draadloos netwerk 147
• U kunt deze functie niet gebruiken met een firewall of als er een
beveiligingsprogramma is geïnstalleerd.
• Als u de computer wilt inschakelen met de WOL-functie, moet de
computer een actieve verbinding hebben met het LAN. Zorg ervoor
dat het lampje op de LAN-poort van de computer brandt, wat
aangeeft dat de LAN-verbinding actief is.
• Afhankelijk van het model van uw pc is het mogelijk dat de camera de
pc alleen kan wekken.
• Afhankelijk van het besturingssysteem of de stuurprogramma's van uw
pc kunnen de namen van het WOL-instelmenu verschillen.
-- voorbeelden van het instellen van menunamen: Enable PME, Wake
on LAN enzovoort.
-- voorbeelden van het instellen van menuwaarden: Enable, Magic
packet enzovoort.
Instellingen
Hier vind u opties om de instellingen van uw camera te
configureren.
Instellingenmenu ………………………………………… 149
Het instellingenmenu openen … ……………………… 149
Geluid … ……………………………………………… 150
Scherm ………………………………………………… 150
Instellingen ……………………………………………… 151
Instellingenmenu
Hier vindt u informatie waarmee u de instellingen van de camera kunt configureren.
3 Selecteer een item.
Het instellingenmenu openen
1 Druk in de opname- of afspeelmodus op [
2 Selecteer een menu.
Sl.toon
Aan
Piepjes
Aan
AF-geluid
Aan
Uit
Begingeluid
Sl.toon
Aan
Piepjes
Aan
AF-geluid
Aan
Afsl.
Afsl.
Verpl.
4 Selecteer een optie.
Volume
Verpl.
Begingeluid
Optie
Uit
Begingeluid
Middel
Volume
Middel
Volume
].
Beschrijving
Sl.toon
Geluid: verschillende camerageluiden en het volume
instellen. (pag. 150)
AF-geluid
Piepjes
Uit
Laag
Middel
Hoog
Aan
Scherm: de scherminstellingen aanpassen. (pag. 150)
Instellingen: de instellingen voor het camerasysteem
aanpassen. (pag. 151)
Terug
5 Druk op [
scherm.
Instellingen 149
Instellen
] om terug te gaan naar het vorige
Instellingenmenu
Geluid
Scherm
* Standaard
* Standaard
Item
Beschrijving
Item
Beschrijving
Volume
Het volume voor geluiden instellen.
(Uit, Laag, Middel*, Hoog)
Helpgids weerg.
Een korte beschrijving van een optie of menu
weergeven. (Uit, Aan*)
Begingeluid
Hier stelt u in of er een geluid klinkt wanneer u de
camera inschakelt. (Uit*, Aan)
Rasterlijn
Sl.toon
Hiermee stelt u een geluid in dat wordt afgespeeld
als u de ontspanknop indrukt. (Uit, Aan*)
Hiermee selecteert u een raster om u te helpen
bij de compositie van een scène.
(Uit*, 3 X 3, 2 X 2, Kruis, Diagonaal)
Datum/tijd
weergeven
Instellen of de datum en tijd op het scherm van
de camera worden weergegeven. (Uit*, Aan)
Piepjes
Hiermee stelt u een geluid in dat wordt afgespeeld
als u op de knoppen drukt of schakelt tussen
modi. (Uit, Aan*)
AF-geluid
Instellen dat een geluid wordt afgespeeld wanneer
u de ontspanknop half indrukt. (Uit, Aan*)
Helderh. scherm
Weergavekwaliteit
Snel tonen
Instellingen 150
Hiermee past u de helderheid van het scherm
aan. (Auto*, Donker, Normaal, Licht)
Normaal is de vaste waarde voor de
afspeelmodus, zelfs als Auto is geselecteerd.
Stel de beeldkwaliteit van de camera in.
(Hoog*, Standaard)
Als u Standaard selecteert, gaat de batterij
langer mee.
Instellen hoe lang een gemaakte foto wordt
weergegeven voordat u teruggaat naar de
opnamemodus. (Uit, 1 sec*, 3 sec)
Instellingenmenu
* Standaard
Item
Beschrijving
Als u 60 seconden lang geen bewerkingen
uitvoert, schakelt de camera automatisch over
op de spaarstand. (Uit, Aan*)
Spaarstand
• Druk in de spaarstand op een andere knop dan
[POWER] om de camera weer te gebruiken.
Instellingen
* Standaard
Item
Apparaatgegevens
Language
• Zelfs als u de spaarstand niet inschakelt,
wordt het scherm 30 seconden na de laatste
bewerking gedimd om stroom te besparen.
Tijdzone
Datum/tijd
aanpassen
Tijd autom.
corrigeren
Datumtype
Beschrijving
Bekijk het Mac-adres en het
netwerkcertificeringsnummer van uw camera.
Een taal voor de tekst op het scherm instellen.
De tijdzone voor uw locatie instellen. Als u naar
een ander land gaat, selecteert u Bezoek en
selecteert u de juiste tijdzone. (Thuis*, Bezoek)
Hiermee stelt u de datum en tijd in.
De tijd automatisch bijwerken door tijdgegevens
van GPS-satellieten te ontvangen. Deze functie is
echter alleen beschikbaar als het GPS-apparaat is
ingeschakeld en een GPS-signaal kan ontvangen.
(Uit, Aan)
Hiermee stelt u een datumnotatie in.
(JJJJ/MM/DD, MM/DD/JJJJ, DD/MM/JJJJ)
De standaarddatumnotatie kan afwijken, afhankelijk
van de geselecteerde taal.
De tijdnotatie instellen. (12 uur, 24 uur)
Type tijd
Instellingen 151
De standaardtijdnotatie kan afwijken, afhankelijk van
de geselecteerde taal.
Instellingenmenu
* Standaard
Item
Beschrijving
* Standaard
Item
De naamgeving van bestanden opgeven.
• Op nul: instellen dat de bestandsnummering
weer bij 0001 begint wanneer er een
nieuwe geheugenkaart wordt geplaatst, een
geheugenkaart wordt geformatteerd of alle
bestanden worden verwijderd.
• Serie*: instellen dat de bestandsnummering
doorloopt wanneer er een nieuwe
geheugenkaart wordt geplaatst, een
geheugenkaart wordt geformatteerd of alle
bestanden worden verwijderd.
Instellen of de datum en tijd moeten worden
weergegeven op gemaakte foto's.
(Uit*, Datum, Datum/tijd)
• De datum en tijd worden in de
Afdruk
rechterbenedenhoek van de foto weergegeven.
• Mogelijk drukken sommige printermodellen de
datum en tijd niet correct af.
• De camera geeft de datum en tijd niet weer als:
-- u Tekst selecteert in de
-- u Panorama in de modus
geselecteerd.
100PHOTO en de standaardnaam van het
eerste bestand is SAM_0001.
• Het bestandsnummer wordt steeds met één
verhoogd, van SAM_0001 tot SAM_9999.
• Het mapnummer wordt steeds met één
verhoogd, van 100PHOTO(SAM_0001SAM_0999) tot 999PHOTO(SAM_9000SAM_9999).
• Het maximum aantal bestanden dat in een map
kan worden opgeslagen, is 1000.
• De camera definieert bestandsnamen volgens
de DCF-norm (Design rule for Camera File
system). Als u bestandsnamen wijzigt, kan de
camera deze bestanden mogelijk niet meer
weergeven.
-modus
hebt
Instellen dat de camera automatisch wordt
uitgeschakeld als u gedurende een bepaalde
periode geen bewerkingen uitvoert.
(Uit, 1 min, 3 min*, 5 min, 10 min)
• De standaardnaam van de eerste map is
Bestandsnr.
Beschrijving
Automatisch uit
• Uw instellingen worden niet gewijzigd wanneer u
de batterij vervangt.
• De camera wordt niet automatisch
uitgeschakeld als de camera is aangesloten
op een computer, printer of WLAN of als u een
diashow of video's afspeelt.
AF-lamp
Instellingen 152
Instellen dat op donkere locaties automatisch een
lampje wordt ingeschakeld zodat u beter kunt
scherpstellen. (Uit, Aan*)
Instellingenmenu
* Standaard
Item
Beschrijving
* Standaard
Item
De geheugenkaart formatteren (bij het formatteren
worden alle bestanden, inclusief beveiligde
bestanden, verwijderd). (Nee, Ja)
Formatt.
Reset
Anynet+
(HDMI-CEC)
HDMI-formaat
Er kunnen fouten optreden als u een geheugenkaart
door een ander merk camera, door een computer
of in een geheugenkaartlezer laat formatteren.
Formatteer geheugenkaarten in de camera voordat
u ze gebruikt om beelden op te slaan.
De standaardinstellingen voor menu's en opnameopties
terugzetten (datum en tijd, taal en video-uitvoerinstellingen
worden niet teruggezet op de standaardinstellingen). (Nee, Ja)
Instellen of de camera kan worden bediend met
de afstandsbediening van de televisie wanneer u
de camera aansluit op een HDTV die het profiel
Anynet+(CEC) ondersteunt. (pag. 114)
• Uit: bestanden weergeven zonder een HDTVafstandsbediening te gebruiken.
• Aan*: de camera gebruiken met een HDTVafstandsbediening.
De resolutie van foto's instellen wanneer de camera
bestanden afspeelt op een HDTV via de HDMI-kabel.
(NTSC: 1080i*, 720p, 480p/ PAL: 1080i*, 720p, 576p)
Video
USB
• Als de geselecteerde resolutie niet door de
HDTV wordt ondersteund, wordt automatisch de
onderliggende resolutiewaarde geselecteerd.
• Als u 480p of 576p selecteert, zijn de
afspeelmenu's en Smart Album niet beschikbaar
wanneer u de camera aansluit op een televisie.
Instellingen 153
Beschrijving
Het video-uitgangssignaal voor uw land of regio
instellen.
• NTSC: Canada, Japan, Korea, Mexico, Taiwan,
Verenigde Staten, Enzovoort
• PAL (ondersteunt alleen BDGHI): Australië,
België, China, Denemarken, Duitsland, Finland,
Italië, Koeweit, Maleisië, Nederland, NieuwZeeland, Noorwegen, Oostenrijk, Singapore,
Spanje, Thailand, Verenigd Koninkrijk, Zweden,
Zwitserland, Frankrijk, Enzovoort
De modus selecteren die wordt gebruikt als u
de camera met een USB-kabel aansluit op een
computer of printer.
• Computer*: sluit de camera op een computer
aan om bestanden over te brengen.
• Printer: de camera aansluiten op een printer
om bestanden af te drukken.
• Selecteer een modus: selecteer handmatig
de USB-modus wanneer u de camera aansluit
op een apparaat.
Bijlagen
Hier vindt u informatie over foutmeldingen, specificaties en
onderhoud.
Foutmeldingen …………………………………………… 154
Cameraonderhoud ……………………………………… 156
De camera reinigen … ………………………………… 156
De camera gebruiken of opbergen … ………………… 157
Geheugenkaarten ……………………………………… 158
De batterij … …………………………………………… 161
Voordat u contact opneemt met een servicecenter …… 165
Cameraspecificaties … ………………………………… 168
Woordenlijst ……………………………………………… 172
Verklaring in officiële talen ……………………………… 178
Index ……………………………………………………… 180
Foutmeldingen
Als een van de volgende foutmeldingen verschijnt, kunt u de onderstaande oplossingen proberen.
Foutmelding
Mogelijke oplossingen
Foutmelding
Mogelijke oplossingen
DCF Full Error
Dit bericht verschijnt als een bestandsnaam
of de geheugenkaart het laatste nummer van
de DCF-standaard heeft bereikt of als er meer
dan 1000 bestanden zijn opgeslagen. Breng
de bestanden op de geheugenkaart over naar
een computer en formatteer de kaart. Open
vervolgens het menu Instellingen en selecteer
Bestandsnr. → Op nul. (pag. 152)
Apparaat
losgekoppeld.
De netwerkverbinding is verbroken tijdens het
overbrengen van foto's. Selecteer een ander
TV Link-apparaat.
Bestandsfout
Verwijder het beschadigde bestand of neem
contact op met een servicecenter.
Bestandssysteem
wordt niet
ondersteund.
De FAT-bestandsstructuur van de geplaatste
geheugenkaart wordt niet ondersteund door
de camera. Formatteer de geheugenkaar in de
camera.
• Schakel de camera uit en weer in.
Kaartfout
• Verwijder de geheugenkaart en plaats deze
weer terug.
• Formatteer de geheugenkaart.
SD-, SDHC-, of SDXC-kaarten kunnen worden
vergrendeld om te voorkomen dat bestanden
worden gewist. Ontgrendel de kaart voordat u
opnamen maakt.
Kaart vergrendeld
Kaart wordt niet
ondersteund.
Dit bericht verschijnt als de geheugenkaart niet
compatibel is of als de capaciteit daarvan niet
wordt ondersteund. Plaats een SD-, SDHC-, of
SDXC-geheugenkaart.
• Schakel de apparaten met TV Link op het
• De camera kan geen verbinding met het
Verbinding is niet
gelukt.
netwerk maken via het geselecteerde
toegangspunt. Selecteer een ander
toegangspunt en probeer het opnieuw.
• De camera kan geen verbinding maken
met de andere camera. Probeer opnieuw
verbinding te maken.
Initialisatie mislukt.
netwerk in.
• De camera kan geen apparaat met de functie
TV Link vinden.
Ongeldig
wachtwoord.
Het wachtwoord voor het overdragen van
bestanden naar een andere camera is onjuist.
Voer het juiste wachtwoord in.
Batterij bijna leeg
Plaats een opgeladen batterij of laad de batterij
op.
Bijlagen 155
Foutmeldingen
Foutmelding
Mogelijke oplossingen
Geheugen vol
Verwijder onnodige bestanden of plaats een
nieuwe geheugenkaart.
Geen foto
Maak foto's of plaats een geheugenkaart met
foto's in de camera.
Foto-overdracht
mislukt.
De netwerkverbinding is verbroken tijdens het
overbrengen van foto's. Schakel de functie
TV Link weer in.
Foto-ontvangst
mislukt.
De camera kan een foto niet ontvangen van de
verzendende camera. Vraag de ander om het
bestand opnieuw te verzenden.
• De camera kan geen foto verzenden naar
de andere camera. Probeer opnieuw te
verzenden.
Overdracht mislukt. • De camera kan geen e-mail verzenden
of foto's overdragen naar een apparaat
met de functie TV Link. Controleer de
netwerkverbinding en probeer het opnieuw.
Bijlagen 156
Cameraonderhoud
De camera reinigen
Camerabody
Cameralens en -scherm
Veeg de behuizing voorzichtig schoon met een zachte, droge
doek.
Verwijder stof met behulp van een blaaskwastje en veeg
de lens met een zachte doek voorzichtig af. Voor eventueel
achtergebleven stof brengt u lensreinigingsvloeistof op een stuk
lensreinigingspapier aan en veegt u de lens voorzichtig schoon.
• Gebruik nooit benzeen, thinner of alcohol om het apparaat te
reinigen. Deze oplosmiddelen kunnen de camera beschadigen of
defecten veroorzaken.
• Druk niet op de lenskap en gebruik geen blaaskwastje op de
lenskap.
Bijlagen 157
Cameraonderhoud
De camera gebruiken of opbergen
De camera langere tijd opbergen
• Als u de camera langere tijd opbergt, moet u de camera samen
Ongeschikte plaatsen voor het gebruiken of opbergen
van de camera
• Stel de camera niet bloot aan zeer hoge of lage temperaturen.
• Gebruik de camera niet in zeer vochtige omgevingen of
omgevingen waar de luchtvochtigheid snel verandert.
• Stel de camera niet bloot aan direct zonlicht en bewaar de
camera niet op warme locaties met slechte ventilatie, zoals in
een auto die in de zon staat.
• Bescherm de camera en het scherm tegen stoten, ruw gebruik
en sterke trillingen om ernstige schade te voorkomen.
• Gebruik of bewaar de camera niet op stoffige, vuile, vochtige of
slecht-geventileerde plaatsen, om schade aan bewegende en
interne onderdelen te voorkomen.
• Gebruik de camera niet in de buurt van brandstoffen, brandbare
stoffen of ontvlambare chemicaliën. Bewaar geen ontvlambare
vloeistoffen, gassen en explosief materiaal in dezelfde ruimte als
de camera of de accessoires van de camera.
• Berg de camera niet op met mottenballen.
Gebruik op het strand of aan de waterkant
• Bescherm de camera tegen zand en vuil wanneer u deze op
met absorberend materiaal, zoals silicagel, in een afgesloten
houder plaatsen.
• Haal de batterijen uit de camera wanneer u de camera langere tijd
opbergt. Batterijen in het batterijvak kunnen na verloop van tijd gaan
lekken of roesten en ernstige schade aan uw camera veroorzaken.
• Batterijen die niet worden gebruikt, ontladen zich na verloop van
tijd en moeten vóór gebruik opnieuw worden opgeladen.
• De huidige datum en tijd kunnen worden geïnitialiseerd wanneer
de camera wordt ingeschakeld nadat de camera en batterij
gedurende langer dan 40 uur gescheiden zijn geweest.
W
ees voorzichtig bij gebruik van de camera in vochtige
omgevingen
Als u de camera overbrengt van een koude naar een warme
omgeving, kan er condensvorming optreden op de lens of
de interne onderdelen van de camera. In dit geval moet u
de camera uitschakelen en ten minste 1 uur wachten. Als er
condensvorming optreedt op de geheugenkaart, moet u de kaart
uit de camera halen en wachten tot al het vocht is verdampt
voordat u de kaart terugplaatst.
Overige aandachtspunten
het strand of in een andere, soortgelijke omgeving gebruikt.
• Uw camera is niet waterbestendig. Gebruik de batterij, adapter
of geheugenkaart niet met natte handen. Als u de camera
gebruikt met natte handen, kan de camera beschadigd raken.
• Zwaai de camera niet aan de polslus heen en weer. Hierdoor kunt u
uzelf of anderen verwonden of schade aan uw camera veroorzaken.
• Verf de camera niet, omdat verf tussen de bewegende onderdelen
kan gaan zitten en de werking van het apparaat kan beïnvloeden.
• Schakel de camera uit als u deze niet gebruikt.
Bijlagen 158
Cameraonderhoud
• De camera bevat kwetsbare onderdelen. Zorg daarom dat u de
camera niet blootstelt aan schokken.
• Bewaar de camera in de houder om het scherm te beschermen
tegen externe druk. Houd de camera uit de buurt van zand,
scherp gereedschap of kleingeld om te voorkomen dat er
krassen op de camera komen.
• Gebruik de camera niet als het scherm gebarsten of
beschadigd is. Gebarsten glas of acryl kan letsel aan uw
handen en gezicht veroorzaken. Breng de camera naar een
servicecenter van Samsung om de camera te laten repareren.
• Leg camera's, batterijen, opladers of accessoires nooit in de
buurt van, op of in verwarmingsapparaten, zoals magnetrons,
kachels of radiatoren. Deze apparaten kunnen worden
vervormd en oververhit raken en brand of een ontploffing
veroorzaken.
• Stel de lens niet bloot aan direct zonlicht. Hierdoor kan de
beeldsensor verkleuren of defect raken.
• Bescherm de lens tegen vingerafdrukken en krassen. Reinig de
lens met een zachte, schone doek.
• Als de camera een schok opvangt, wordt de camera mogelijk
uitgeschakeld. Dit gebeurt om de geheugenkaart te beschermen.
Schakel de camera weer in om de camera te gebruiken.
• De camera kan warm worden tijdens het gebruik. Dit is normaal en
is niet van invloed op de levensduur of prestaties van uw camera.
• Bij lage temperaturen kan het langer duren voordat de camera
is ingeschakeld, kunnen kleuren tijdelijk veranderen of kunnen
nabeelden worden weergegeven. Deze omstandigheden
duiden niet op defecten en worden verholpen als u de camera
weer bij normale temperaturen gebruikt.
• Verf of metaal aan de buitenzijde van de camera kan allergieën,
jeuk, eczeem of bultjes veroorzaken bij mensen met een gevoelige
huid. Als u last hebt van een van deze symptomen, stop dan
onmiddellijk met het gebruik van de camera en raadpleeg een arts.
• Steek geen vreemde voorwerpen in de compartimenten, sleuven
en toegangspunten van de camera. Schade als gevolg van
onjuist gebruik wordt mogelijk niet door de garantie gedekt.
• Laat geen ongekwalificeerd personeel reparatie- of
onderhoudswerkzaamheden aan de camera uitvoeren en probeer dit
ook niet zelf te doen. Alle schade die voortvloeit uit ongekwalificeerd
onderhoud of reparatie, wordt niet gedekt door de garantie.
Geheugenkaarten
Ondersteunde geheugenkaarten
Dit product accepteert de geheugenkaarten SD (Secure Digital),
SDHC (Secure Digital High Capacity), SDXC (Secure Digital
eXtended Capacity), microSD, microSDHC of microSDXC .
Contactpunt
Schrijfvergrendeling
Etiket (voorzijde)
Bij SD-, SDHC-, of SDXC-kaarten kunt u voorkomen dat bestanden
worden verwijderd door de schrijfvergrendeling op de kaart te
gebruiken. Schuif de vergrendeling naar beneden om de kaart te
vergrendelen en omhoog om de kaart te ontgrendelen. Ontgrendel
de kaart voordat u foto's en video's maakt.
Bijlagen 159
Cameraonderhoud
Video
Formaat
Geheugenkaartadapter
1920X1080
Geheugenkaart
1280X720
Als u microgeheugenkaarten wilt gebruiken met dit product, een computer
of een geheugenkaartlezer, moet u de kaart in een adapter plaatsen.
640X480
Capaciteit van de geheugenkaart
De geheugencapaciteit verschilt, afhankelijk van de
opnamemodus en de opnameomstandigheden. De volgende
capaciteiten zijn gebaseerd op een SD-kaart van 2 GB:
Om te delen
384X288
Foto
Formaat
Superhoog
Hoog
Normaal
244
302
396
280
346
452
322
396
516
380
468
608
468
572
738
708
856
1086
1106
1318
1626
1452
1702
2058
2674
2980
3364
176X128
480fps
240fps
30fps
-
-
Ongeveer
17' 30''
-
-
Ongeveer
26' 06''
-
-
Ongeveer
51' 30''
-
-
Ongeveer
300'
-
Ongeveer
43' 28''
-
Ongeveer
29' 10''
-
-
* De bovenstaande cijfers zijn gemeten zonder gebruik van de zoomfunctie.
Bij gebruik van de zoomfunctie kan de beschikbare opnametijd afwijken
van de vermelde waarden. Om de totale opnameduur te bepalen, zijn er
verschillende video's achter elkaar opgenomen.
Bijlagen 160
Cameraonderhoud
Aandachtspunten bij gebruik van geheugenkaarten
• Vermijd blootstelling van geheugenkaarten aan zeer lage of
hoge temperaturen (onder 0 °C en boven 40 °C). Extreme
temperaturen kunnen ervoor zorgen dat geheugenkaarten niet
goed werken.
• Plaats een geheugenkaart in de juiste richting. Als u een
geheugenkaart in de verkeerde richting plaatst, kunnen camera
en geheugenkaart worden beschadigd.
• Gebruik geen geheugenkaarten die in een andere camera of
door een computer zijn geformatteerd. Formatteer een dergelijke
geheugenkaart opnieuw in uw eigen camera.
• Schakel de camera uit wanneer u een geheugenkaart plaatst of
verwijdert.
• Verwijder de geheugenkaart niet en schakel uw camera niet
uit wanneer het lampje knippert, omdat de gegevens hierdoor
kunnen worden beschadigd.
• Wanneer de levensduur van een geheugenkaart is verlopen, kunt
u geen foto's meer opslaan op de kaart. Gebruik een nieuwe
geheugenkaart.
• Zorg dat geheugenkaarten niet buigen, vallen of aan zware
klappen of druk worden blootgesteld.
• Zorg dat u geheugenkaarten niet gebruikt of opbergt in de buurt
van krachtige magnetische velden.
• Zorg dat u geheugenkaarten niet gebruikt op locaties met hoge
temperaturen of luchtvochtigheid of in de buurt van bijtende
stoffen.
• Voorkom dat geheugenkaarten in contact komen met vloeistoffen,
vuil of vreemde stoffen. Veeg zo nodig de geheugenkaart met
een zachte doek schoon voordat u de geheugenkaart in de
camera plaatst.
• Voorkom dat geheugenkaarten en de geheugenkaartsleuf
in contact komen met vloeistoffen, vuil of vreemde stoffen.
Dergelijke stoffen kunnen ervoor zorgen dat geheugenkaarten of
de camera niet goed meer werken.
• Wanneer u een geheugenkaart bij u draagt, moet u een hoesje
gebruiken om de kaart tegen elektrostatische ontlading te
beschermen.
• Breng belangrijke gegevens over naar andere media, zoals een
vaste schijf, CD of DVD.
• Als u de camera langere tijd gebruikt, kan de geheugenkaart
warm worden. Dit is normaal en wijst niet op een defect.
Bijlagen 161
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig verlies van gegevens.
Cameraonderhoud
De batterij
Gebruiksduur van de batterij
Gebruik alleen door Samsung goedgekeurde batterijen.
Batterijspecificaties
Specificatie
Beschrijving
Model
SLB-10A
Type
Lithium-ionbatterij
Capaciteit
1030 mAh
Voltage
3,7 V
Oplaadduur* (wanneer de camera is
Ongeveer 240 min
uitgeschakeld)
Gemiddelde opnameduur/
Aantal foto's
Testomstandigheden(bij een volledig
opgeladen batterij)
De levensduur is gemeten onder de
volgende omstandigheden: in de
modus , in het donker, resolutie
, kwaliteit Hoog, OIS aan,
Weergavekwaliteit (Hoog).
Foto's
1. Stel de flitser in op Invulflits, maak
één foto en zoom in of uit.
Ongeveer 100 min/
Ongeveer 200 foto's 2. Stel de flitser in op Uit, maak één
foto en zoom in of uit.
3. Voer stap 1 en 2 uit. Wacht
30 seconden tussen de stappen.
Herhaal het proces na 5 minuten
en schakel de camera 1 minuut uit.
* Duurt mogelijk langer als u de batterij aansluit op een computer om de
batterij op te laden.
4. Herhaal stap 1 tot 3.
Video's Ongeveer 85 min
Neem video's op met de resolutie
en 30 fps.
• De bovenstaande cijfers zijn volgens de normen van Samsung gemeten en
kunnen afwijken van resultaten bij daadwerkelijk gebruik.
• Er zijn verschillende video's achter elkaar opgenomen om de totale opnameduur
te bepalen.
• Wanneer u netwerkfuncties gebruikt, raakt de batterij sneller leeg.
• De bovenstaande waarden zijn gemeten met GPS uitgeschakeld.
Bijlagen 162
Cameraonderhoud
Melding Batterij bijna leeg
Aandachtspunten voor het gebruik van de batterij
Als de batterij volledig is ontladen, wordt het batterijpictogram
rood en verschijnt de melding 'Batterij bijna leeg'.
Bescherm batterijen, opladers en geheugenkaarten tegen
schade
Voorkom dat batterijen in aanraking komen met metalen
voorwerpen. Dit kan een verbinding vormen tussen de plus- en
minpolen van uw batterijen en tijdelijke of permanente schade aan
de batterijen en brand of een schok veroorzaken.
Opmerkingen over het gebruik van de batterij
• Vermijd blootstelling van batterijen aan zeer lage of hoge
temperaturen (onder 0 °C en boven 40 °C). Extreme
temperaturen kunnen de laadcapaciteit van de batterijen
beperken.
• Als u de camera langere tijd gebruikt, kan het gebied rond de
batterijklep warm worden. Dit heeft geen invloed op de normale
werking van de camera.
• Trek niet aan het netsnoer om de stekker uit het stopcontact te
halen om te voorkomen dat u brand of een schok veroorzaakt.
• Bij temperaturen onder 0 ºC kunnen de capaciteit en
gebruiksduur van de batterij afnemen.
• Bij lage temperaturen kan de batterijcapaciteit afnemen, maar
de gewone capaciteit wordt hersteld bij gebruik bij hogere
temperaturen.
Opmerkingen over het opladen van de batterij
• Als het indicatielampje uit is, controleert u of de batterij op de
juiste wijze is geplaatst.
• Als camera tijdens het opladen is ingeschakeld, wordt de
batterij mogelijk niet volledig opgeladen. Schakel de camera uit
voordat u de batterij oplaadt.
• Gebruik de camera niet als de batterij wordt opgeladen. Dit kan
brand of een schok veroorzaken.
• Trek niet aan het netsnoer om de stekker uit het stopcontact te
halen om te voorkomen dat u brand of een schok veroorzaakt.
• Wacht ten minste 10 minuten voordat u de camera inschakelt
nadat de batterij is opgeladen.
• Als u de camera aansluit op een externe voedingsbron terwijl
de batterij helemaal leeg is, wordt de camera uitgeschakeld
wanneer u bepaalde functies gebruikt die veel stroom
verbruiken. Laad de batterij op om de camera op normale wijze
te gebruiken.
Bijlagen 163
Cameraonderhoud
• Als u de voedingskabel opnieuw aansluit nadat de batterij
volledig is opgeladen, brandt het statuslampje ongeveer
30 minuten.
• Met het gebruik van de flitser en het opnemen van video's
raakt de batterij snel leeg. Laad de batterij op totdat het rode
indicatielampje uitgaat.
• Als het indicatielampje knippert of niet brandt, sluit u de kabel
opnieuw aan of verwijdert u de batterij en plaatst u deze
opnieuw in de camera.
• Als u de batterij oplaadt wanneer de kabel oververhit is of de
temperatuur te hoog is, kan het indicatielampje rood knipperen.
Nadat de batterij is afgekoeld, wordt het opladen gestart.
• Als u batterijen overlaadt, kan de gebruiksduur van de batterij
korter worden. Wanneer het opladen is voltooid, haalt u de
kabel uit de camera.
• Buig het netsnoer niet en plaats geen zware voorwerpen op
het netsnoer. Als u dit wel doet, kan het netsnoer worden
beschadigd.
-- Wanneer u de kabel op de poort aan de voorzijde van de
computer aansluit.
-- Wanneer de USB-poort van de computer de stroomuitvoernorm
niet ondersteunt (5 V, 500 mA).
B
ehandel batterijen en oplader voorzichtig en voer
deze af volgens de voorschriften
• Gooi batterijen nooit in open vuur. Houd u aan alle lokale
regelgevingen bij het weggooien van gebruikte batterijen.
• Leg batterijen of camera's nooit in of op verwarmingsapparaten,
zoals een magnetron, kachel of radiator. Batterijen kunnen
exploderen als ze te heet worden.
Opmerkingen over het opladen terwijl er een computer
is aangesloten
• Gebruik alleen de meegeleverde USB-kabel.
• In de volgende gevallen wordt de batterij mogelijk niet
opgeladen:
-- Wanneer u een USB-hub gebruikt.
-- Wanneer er andere USB-apparaten op de computer zijn
aangesloten.
Bijlagen 164
Cameraonderhoud
Onzorgvuldig of verkeerd gebruik van de batterij kan
lichamelijk letsel of de dood tot gevolg hebben. Volg
voor uw eigen veiligheid de onderstaande instructies
voor het juiste gebruik van de batterij:
• De batterij kan vlam vatten of exploderen als deze niet
op de juiste wijze wordt gebruikt. Als u vervormingen,
scheuren of andere afwijkingen in de batterij opmerkt,
stopt u onmiddellijk het gebruik hiervan en neemt u
contact op met een servicecenter.
• Gebruik alleen authentieke, door de fabrikant aanbevolen
batterijopladers en -adapters en laad de batterij alleen op
volgens de procedures die in deze gebruiksaanwijzing
zijn vermeld.
• Plaats de batterij niet te dicht bij warmtebronnen en stel
de batterij niet bloot aan extreem warme omgevingen,
zoals een gesloten auto in de zon.
• Plaats de batterij niet in een magnetron.
• Bewaar of gebruik de batterij niet in een hete, vochtige
omgeving, zoals een badkamer of douche.
• Plaats de batterij niet langere tijd op ontvlambare
oppervlakken, zoals matrassen, tapijten of elektrische dekens.
• Als het apparaat is ingeschakeld, moet u het niet langere
tijd in een afgesloten ruimte achterlaten.
• Zorg ervoor dat de polen van de batterij niet in contact
komen met metalen voorwerpen, zoals halskettingen,
munten, sleutels en horloges.
• Gebruik uitsluitend authentieke, door de fabrikant
aanbevolen lithium-ionbatterijen ter vervanging.
Bijlagen 165
• Haal de batterij niet uit elkaar of maak er geen gaten in
met een scherp voorwerp.
• Stel de batterij niet bloot aan hoge druk of extreme
krachten.
• Stel de batterij niet bloot aan hevige klappen,
bijvoorbeeld door deze van grote hoogte te laten vallen.
• Stel de batterij niet bloot aan temperaturen boven de
60 °C.
• Stel de batterij niet bloot aan vocht of vloeistoffen.
• De batterij mag niet worden blootgesteld aan overmatige
warmte zoals zonneschijn, vuur of dergelijke zaken.
Richtlijnen voor afvoer
• Wees zorgvuldig als u de batterij weggooit.
• Gooi de batterij nooit in een open vuur.
• Regelgeving kan per land of regio verschillen. Zorg dat
u zich houdt aan alle lokale en nationale regelgevingen
wanneer u de batterij weggooit.
Richtlijnen voor het opladen van de batterij
Laad de batterij alleen op volgens de procedure in
deze gebruiksaanwijzing. De batterij kan ontbranden
of exploderen als deze niet op de juiste wijze wordt
opgeladen.
Voordat u contact opneemt met een servicecenter
Wanneer u problemen met de camera ondervindt, kunt u eerst de volgende procedures uitvoeren voordat u contact opneemt met een
servicecenter. Als u het probleem hiermee niet kunt oplossen, kunt u contact opnemen met uw plaatselijke dealer of servicecenter.
Wanneer u uw camera naar een servicecenter brengt, neem dan ook de onderdelen mee die de oorzaak kunnen zijn van de fout, zoals de geheugenkaart of de batterij.
Situatie
Mogelijke oplossingen
Situatie
• Controleer of de batterij in de camera is
De camera kan niet
worden ingeschakeld.
geplaatst.
• Controleer of de batterij correct in de
•
camera is geplaatst. (pag. 19)
• Laad de batterij op.
Er kunnen geen foto's
worden gemaakt.
• Laad de batterij op.
de modus Automatisch uit. (pag. 151, 152)
• De camera wordt mogelijk uitgeschakeld
om te voorkomen dat de geheugenkaart
door een harde schok beschadigd raakt.
Schakel de camera weer in.
•
•
De batterij raakt snel
leeg.
Verwijder onnodige bestanden of plaats
een nieuwe kaart.
Formatteer de geheugenkaart.
De geheugenkaart is defect. Koop een
nieuwe geheugenkaart.
Controleer of de camera is ingeschakeld.
Laad de batterij op.
Controleer of de batterij op de juiste wijze
is geplaatst.
De camera loopt vast.
Verwijder de batterij en plaats deze weer
terug.
De camera wordt
warm.
De camera kan warm worden tijdens het
gebruik. Dit is normaal en is niet van invloed
op de levensduur of prestaties van uw
camera.
• De batterij raakt bij lage temperaturen
(onder 0 °C) sneller leeg. Houd de batterij
warm door deze in uw zak te steken.
• Als u de flitser gebruikt of video's
opneemt, raakt de batterij snel leeg. Laad
de batterij indien nodig weer op.
• Batterijen zijn verbruiksartikelen die na
verloop van tijd moeten worden vervangen.
Koop een nieuwe batterij als de gebruiksduur
van de batterij aanzienlijk afneemt.
•
•
• Uw camera kan in de Spaarstand staan of in
De camera
wordt plotseling
uitgeschakeld.
Mogelijke oplossingen
• Er is geen ruimte op de geheugenkaart.
• Verschuif de ontgrendelknop van de flitser
om de flitser uit te klappen.
De flitser werkt niet.
Bijlagen 166
• Mogelijk is de flitseroptie ingesteld op Uit.
(pag. 74)
• In sommige modi kunt u de flitser niet
gebruiken.
Voordat u contact opneemt met een servicecenter
Situatie
Mogelijke oplossingen
Er wordt onverwachts
geflitst.
De flitser wordt mogelijk geactiveerd
vanwege statische elektriciteit. Dit duidt niet
op een defect van de camera.
Situatie
De datum en tijd zijn
onjuist.
Stel de datum en tijd in bij de
scherminstellingen. (pag. 151)
Het scherm of de
knoppen werken niet.
Verwijder de batterij en plaats deze weer
terug.
Het camerascherm
reageert niet goed.
Als u de camera bij zeer lage temperaturen
gebruikt, kan het camerascherm verkleuren
of slecht functioneren. Voor betere prestaties
van het scherm moet de camera bij normale
temperaturen worden gebruikt.
De foto is onscherp.
Er is een fout met
de geheugenkaart
opgetreden.
Er kunnen geen
bestanden worden
afgespeeld.
deze weer terug.
Een onjuiste witbalans kan leiden tot
onnatuurlijke kleuren. Selecteer de juiste
witbalansoptie die past bij de lichtbron.
(pag. 87)
De foto is te licht.
De foto is overbelicht.
• Schakel de flitser uit. (pag. 74)
• Pas de ISO-waarde aan. (pag. 77)
• Pas de belichtingswaarde aan. (pag. 86)
De foto is te donker.
De foto is onderbelicht.
• Schakel de flitser in. (pag. 74)
• Pas de ISO-waarde aan. (pag. 77)
• Pas de belichtingswaarde aan. (pag. 86)
• Formatteer de geheugenkaart.
Zie 'Aandachtspunten bij gebruik van
geheugenkaarten' voor meer informatie.
(pag. 161)
scherpsteloptie geschikt is voor closeupfoto's. (pag. 78)
• Controleer of de lens schoon is. Reinig de
lens indien nodig. (pag. 157)
• Zorg ervoor dat het onderwerp zich
binnen het bereik van de flitser bevindt.
(pag. 169)
De kleuren in de
foto zijn anders dan
de daadwerkelijke
kleuren.
• Schakel de camera uit en weer in.
• Verwijder de geheugenkaart en plaats
Mogelijke oplossingen
• Controleer of de ingestelde
Als u de naam van een bestand wijzigt,
kan de camera het bestand mogelijk niet
afspelen (de bestandsnaam moet voldoen
aan de DCF-norm). In dergelijke gevallen
kunt u de bestanden op een computer
afspelen.
Bijlagen 167
Voordat u contact opneemt met een servicecenter
Situatie
De foto's worden
niet op de televisie
weergegeven.
Mogelijke oplossingen
Situatie
• Sluit Intelli-Studio af en start het
• Controleer of de geheugenkaart foto's
• U kunt Intelli-Studio niet gebruiken op
televisie is aangesloten met de A/V-kabel.
programma opnieuw.
bevat.
Macintosh-computers.
Intelli-Studio werkt niet • Afhankelijk van de specificaties en
omgeving van de computer wordt het
naar behoren.
• Controleer of de USB-kabel op de juiste
De computer herkent
de camera niet.
Mogelijke oplossingen
• Controleer of de camera correct op de
wijze is geplaatst.
• Controleer of de camera is ingeschakeld.
• Controleer of het besturingssysteem
wordt ondersteund.
De computer verbreekt
De bestandsoverdracht kan door statische
de verbinding met
de camera tijdens
elektriciteit worden gestoord. Koppel de
het overbrengen van
USB-kabel los en sluit deze weer aan.
bestanden.
Video's kunnen mogelijk niet worden
afgespeeld met bepaalde videospelers.
De computer kan geen Installeer en gebruik het programma
video's afspelen.
Intelli-Studio op uw computer voor het
afspelen van videobestanden die u met uw
camera hebt opgenomen. (pag. 120)
Bijlagen 168
programma mogelijk niet automatisch
gestart. Klik in dit geval op de computer
op start → Alle programma's →
SAMSUNG → Intelli-Studio →
Intelli-Studio.
Cameraspecificaties
Beeldsensor
Type
1/2,3 inch (ongeveer 7,77 mm) BSI CMOS
Effectieve pixels
Ongeveer 16,2 megapixel
Totaal aantal pixels
Normaal (AF)
Bereik
Ongeveer 16,8 megapixel
Lens
Brandpuntsafstand
Schneider-KREUZNACH 21x zoomlens f =
4,1-86,1 mm
(35-mm filmequivalent: 23-483 mm)
Diafragmabereik
F2,8 (W)-F5,9 (T)
Digitale zoom
Fotomodus: 1,0-4,0X
(Smart Zoom: 1,33X)
Scherm
Type
AMOLED
Functionaliteit
3,0" (7,62 cm) 614K
Scherpstelling
Type
TTL-autofocus (Multi AF, Centrum AF, Keuze AF,
Handm. scherpstellen, Gezichtsdetectie AF,
Tracking AF, Slimme gez.herkenning AF)
Groothoek (G)
Tele (T)
80 cm - oneindig
350 cm - oneindig
Macro
10 - 80 cm
150 - 350 cm
Auto macro
10 cm - oneindig
150 cm - oneindig
Handm.
scherpstellen
10 cm - oneindig
150 cm - oneindig
Sluitertijd
•
•
•
•
Smart Auto: 1/8 - 1/2000 sec.
Programma: 1 - 1/2000 sec.
Nacht: 8 - 1/2000 sec.
Handmatig: 16 - 1/2000 sec.
Belichting
Regeling
Programma AE, Sluiter AE, Diafragmaprioriteit AE,
Handmatige belichting
Lichtmeting
Multi, Spot, Centr. gewogen, Gezichtsdetectie
Compensatie
±2EV (1/3 EV Stap)
ISO-equivalent
Auto, ISO 100, ISO 200, ISO 400, ISO 800,
ISO 1600, ISO 3200
Bijlagen 169
Cameraspecificaties
Flitser
Datering
Modus
Smart Auto, Auto, Rode ogen, Invulflits, Langz sync,
Uit, Anti-rode ogen
Bereik
• Groothoek: 0,3-5,2 m (ISO Auto)
• Tele: 0,5-2,4 m (ISO Auto)
Oplaadtijd
Ongeveer 6 sec.
Datum/tijd, Datum, Uit
Opnemen
Foto's
• Modi: Smart Auto (Portret, Nachtportret, Portretfoto
met tegenlicht, Nacht, Tegenl., Landschap, Wit,
Natuurlijk groen, Blauw e lucht, Zonsondergang, Macro,
Macro tekst, Macro kleur, Statief, Actie, Vuurwerk,
Weinig licht, Spot Light, Spot Light Macro, Spot Light
Portret), Programma, Diafragmaprioriteit, Sluiterprioriteit,
Handmatig, Scène (Beautyshot, Nacht, Landschap, Tekst,
Zon onder, Dageraad, Tegenl., Strand/sneeuw), Magisch
Plus (Panorama, 3D-opname, Magisch kader, Gesplitste
opname, Beeld in beeld, Artistiek pens., HDR), GPS
• Serie: 1 opname, Snel (10fps, 5fps, 3fps),
Vooraf vastleggen, Belichtingstrap (WB, AE)
• Timer: Uit, 10 sec, 2 sec, Dubbel (10 sec, 2 sec)
Video's
• Modi: Intelligente scènedetectie (Landschap, Blauwe
lucht, Natuurlijk groen, Zonsondergang), Film
• Bestandsindeling: MP4 (H.264) (Max.
opnameduur: 20 min)
• Formaat: 1920X1080, 1280X720, 640X480,
320X240
• Framesnelheid: 30fps, 15fps (alleen bij bepaalde
opties voor Smart filter)
• Hoge snelheid: 480fps (176X128), 240fps (384X288)
• Audio: Dempen, Normaal, Sound Alive, Audiozoom
• Video bewerken (intern): pauzeren tijdens
opnemen, foto's maken
Trillingsreductie
DUAL IS [Optische beeldstabilisatie (OIS) + Digitale beeldstabilisatie (DIS)]
Effect
Opnamemodus
voor foto's
• Smart filter: Miniatuur, Vignetten, Aquarel, Olieverf,
Cartoon, Kruisfilter, Schets, Softfocus, Visoog,
Klassiek, Retro, Zoomopname
• Beeld aanpassen: Contrast, Scherpte, Kleurverz.
Opnamemodus
voor video's
Smart filter: Paleteffect 1, Paleteffect 2, Paleteffect 3,
Paleteffect 4, Miniatuur, Vignetten, Schets, Visoog,
Klassiek, Retro
Witbalans
Auto witbalans, Daglicht, Bewolkt, TL-licht H, TL-licht L, Kunstlicht, Aangep.
instelling, Kleurtemp.
Bijlagen 170
Cameraspecificaties
Afspelen
Foto's
Video's
Voor SD kaart van 2 GB: Aantal foto's
• Type: Eén foto, Miniaturen, Diashow met muziek
en effecten, Video, Smart Album*, Creatieve
filmmaker
*S
mart Album-categorie: Type, Datum, Week,
Gezicht, Locatie, Plaats
• Bewerken: Res.wijz, Draaien, Beeld aanpassen,
Smart filter, Bijsnijden
• Effect: Beeld aanpassen (Anti-rode ogen,
Gezichtretouch., Helderheid, Contrast, Kleurverz.,
Ruis toevoegen), Smart filter (Normaal, Miniatuur,
Vignetten, Aquarel, Olieverf, Cartoon, Kruisfilter,
Schets, Softfocus, Visoog, Klassiek, Retro,
Zoomopname)
Beeldformaat
Bewerken: Creatieve filmmaker, foto's maken, tijd
bijsnijden
Opslag
Media
Bestandsindeling
Extern geheugen (optioneel):
SD-kaart (tot 2 GB gegarandeerd),
SDHC-kaart (tot 32 GB gegarandeerd)
SDXC-kaart (tot 64 GB gegarandeerd)
• Foto: JPEG (DCF), EXIF 2.21, DPOF 1.1,
PictBridge 1.0
• Videoclip: MP4 (Video: MPEG-4.AVC/H.264,
Audio: AAC)
Superhoog
Hoog
Normaal
4608X3456
244
302
396
4608X3072
280
346
452
4608X2592
322
396
516
3648X2736
380
468
608
2832X2832
468
572
738
2592X1944
708
856
1086
1984X1488
1106
1318
1626
1920X1080
1452
1702
2058
1024X768
2674
2980
3364
Deze waarden zijn gemeten onder de
standaardcondities van Samsung en kunnen
variëren, afhankelijk van opnameomstandigheden en
camera-instellingen.
Draadloos netwerk
Delen op sociale netwerken, E-mail, MobileLink, Remote Viewfinder,
SkyDrive, Automatische back-up, TV Link, Aanmelden bij browser, Wi-Fi
Direct
GPS
Kaartweergave, Geotracking, Live referentiepunt, Kompas
Bijlagen 171
Cameraspecificaties
Interface
Bedrijfstemperatuur
Digitale uitvoer
USB 2.0
Audio-invoer/uitvoer
Interne luidspreker (mono), microfoon (stereo)
Video-uitvoer
• A/V: NTSC, PAL (instelbaar)
• HDMI 1.4: NTSC, PAL (instelbaar)
Gelijkstroom
aansluiting
5V
Voedingsbron
Oplaadbare batterij
Lithium-ionbatterij (SLB-10A, 1030 mAh)
Connectortype
Micro USB (5-pins)
0-40 °C
Bedrijfsluchtvochtigheid
5-85 %
Software
Intelli-studio, Map Download Manager, PC Auto Backup, Creative Movie Maker
Specificaties kunnen zonder kennisgeving worden gewijzigd voor betere
prestaties.
Afhankelijk van uw regio kan de voedingsbron verschillen.
Afmetingen (B X H X D)
109,6 X 61,9 X 24,9 mm (zonder uitsteeksels)
Gewicht
226,5 g (zonder batterij en geheugenkaart)
Bijlagen 172
Woordenlijst
Opnamereeks met verschillende belichtingen (AEB)
Deze functie maakt automatisch meerdere foto's met
verschillenden belichtingen om u te helpen een goed belichte foto
te maken.
Autofocus (AF)
Een systeem dat automatisch de cameralens scherpstelt op het
onderwerp. Uw camera gebruikt het contrast om automatisch
scherp te stellen.
Diafragma
Het diafragma bepaalt de hoeveelheid licht die de sensor van de
camera bereikt.
Bewegingsonscherpte (vaag)
Als de camera wordt bewogen wanneer de sluiter is geopend,
kan het volledige beeld vaag lijken. Dit komt vaker voor wanneer
de sluitertijd laag is. Voorkom bewegingsonscherpte door de
gevoeligheid te verhogen, de flitser te gebruiken of een hogere
sluitertijd. U kunt ook een statief of de DIS- of OIS-functie
gebruiken om de camera te stabiliseren.
Compositie
Met compositie wordt de plaatsing van de verschillende
elementen in het beeld bedoeld. Meestal levert een compositie
volgens de regel van derden een plezierig resultaat.
DCF (Design rule for Camera File system)
Een specificatie voor het definiëren van een bestandsindeling
en bestandssysteem voor digitale camera's die is ontwikkeld
door de Japan Electronics and Information Technology Industries
Association (JEITA).
Scherptediepte
De afstand tussen het dichtstbijzijnde en verste punt waarop kan
worden scherpgesteld in een foto. De scherptediepte verschilt
per diafragma, brandpuntsafstand en afstand tussen de camera
en het onderwerp. Als u bijvoorbeeld een kleiner diafragma
selecteert, wordt de scherptediepte vergroot en wordt de
achtergrond van een compositie vaag.
Digitale zoom
Een functie die op kunstmatige wijze de beschikbare hoeveelheid
zoom met de zoomlens vergroot (optisch zoomen). Als u de
digitale zoomfunctie gebruikt, wordt de beeldkwaliteit minder
wanneer de vergroting wordt verhoogd.
Digitale afdrukbestelling (DPOF)
Een indeling voor het schrijven van afdrukgegevens, zoals
geselecteerde beelden en het aantal afdrukken, op een
geheugenkaart. Printers die compatibel zijn met DPOF, soms
verkrijgbaar in fotowinkels, kunnen de informatie lezen van de
kaart voor eenvoudig afdrukken.
Bijlagen 173
Woordenlijst
Belichtingswaarde (EV)
Alle combinaties van de camerasluitertijd en diafragma die
resulteren in dezelfde belichting.
EV-compensatie
Met deze functie kunt u snel de belichtingswaarde aanpassen
die wordt berekend door de camera, in beperkte stappen, om de
belichting van uw foto's te verbeteren. Stel de EV-compensatie in
op -1,0 EV om de waarde een stap donkerder in te stellen en op
1,0 EV om de waarde een stap lichter te maken.
Exif (Exchangeable Image File Format)
Een specificatie voor het definiëren van een
beeldbestandsindeling voor digitale camera's die is gemaakt door
de Japan Electronic Industries Development Association (JEIDA).
Belichting
De hoeveelheid licht die de sensor van de camera mag bereiken.
Belichting wordt bepaald door een combinatie van sluitertijd,
diafragma en ISO-waarde.
Flitser
Een flitslamp die ervoor zorgt dat er voldoende belichting is in
omstandigheden met weinig licht.
Brandpuntsafstand
De afstand van het brandpunt van de lens tot het beeldvlak
(in millimeters). Grotere brandpuntsafstanden resulteren in een
kleinere beeldhoek en een grotere weergave van het onderwerp.
Kleinere brandpuntsafstanden resulteren in een grotere
beeldhoek.
Histogram
Een grafische weergave van de helderheid van een beeld. De
horizontale as stelt de helderheid voor en de verticale as het
aantal pixels. Hoge pieken aan de linkerkant (te donker) en aan de
rechterkant (te licht) op het histogram geven aan dat een foto niet
goed is belicht.
H.264/MPEG-4
Een video-indeling met hoge compressie die is ontwikkeld door
de internationale standaardisatieorganisaties ISO/IEC en ITU-T.
Deze codec zorgt ervoor dat goede videokwaliteit wordt geleverd
met lage bitsnelheden ontwikkeld door het Joint Video Team
(JVT).
Beeldsensor
Het fysieke deel van een digitale camera die een fotosite bevat
voor elke pixel in het beeld. Elke fotosite neemt de helderheid
van het licht op dat de fotosite bereikt tijdens een belichting.
Algemene sensortypen zijn CCD (Charge-coupled Device) en
CMOS (Complementary Metal Oxide Semiconductor).
Bijlagen 174
Woordenlijst
ISO-waarde
De gevoeligheid van een camera voor licht, gebaseerd op de
equivalente filmsnelheid gebruikt in een filmcamera. Met hogere
ISO-waarden gebruikt de camera een hogere sluitertijd, waardoor
vervaging kan worden verminderd die wordt veroorzaakt door het
bewegen van de camera en weinig licht. Beelden met een hoge
gevoeligheid zijn echter veel gevoeliger voor ruis.
JPEG (Joint Photographic Experts Group)
Een lossy-methode van compressie voor digitale beelden. JPEGbeelden worden gecomprimeerd om de algehele bestandsgrootte
te verminderen met minimale afname van de beeldresolutie.
LCD (Liquid Crystal Display)
Een visuele display die algemeen wordt gebruikt in consumenten
elektronica. Dit display heeft een aparte achtergrondverlichting
nodig zoals CCFL of LED, om kleuren te kunnen reproduceren.
Macro
Met deze functie kunt u close-upfoto's maken van zeer kleine
voorwerpen. Als u de macrofunctie gebruikt, kan de camera goed
scherpstellen op kleine voorwerpen met een verhouding op bijna
ware grootte (1:1).
Lichtmeting
De lichtmeting heeft betrekking op de manier waarop een camera
de hoeveelheid licht meet om de belichting in te stellen.
MJPEG (Motion JPEG)
Een video-indeling die wordt gecomprimeerd als een JPEGbeeld.
MPO (Multi Picture Object)
Een indeling voor beeldbestanden waarbij een bestand meerdere
beelden bevat. Een MPO-bestand levert een 3D-effect op MPOcompatibele schermen, zoals 3D-televisies of 3D-monitors.
Ruis
Verkeerd geïnterpreteerde pixels in een digitaal beeld die mogelijk
worden weergegeven als verkeerd geplaatste of willekeurige,
heldere pixels. Ruis treedt meestal op wanneer foto's worden
gemaakt met een hoge gevoeligheid of wanneer de gevoeligheid
automatisch wordt ingesteld op een donkere locatie.
Optisch zoomen
Dit is een algemene zoomfunctie waarmee beelden kunnen
worden vergroot met een lens en waarmee de beeldkwaliteit niet
vermindert.
Bijlagen 175
Woordenlijst
Kwaliteit
Een uitdrukking van het compressieniveau dat is gebruikt in
een digitaal beeld. Beelden met een hogere kwaliteit hebben
een lager compressieniveau, wat meestal resulteert in grotere
bestanden.
Vignetten
Een vermindering van de helderheid of de verzadiging van een
beeld bij de randen in vergelijking met het midden van het beeld.
Vignetten kan de aandacht richten op onderwerpen die in het
midden van een beeld zijn geplaatst.
Resolutie
Het aantal pixels in een digitaal beeld. Beelden met hoge resolutie
bevatten meer pixels en bevatten meer details dan beelden met
lage resolutie.
Witbalans (kleurbalans)
Een aanpassing van de intensiteit van kleuren (meestal de
primaire kleuren rood, groen en blauw) in een beeld. Het doel van
het aanpassen van de witbalans, of kleurbalans, is de kleuren van
een beeld correct weergeven.
Sluitertijd
De sluitertijd is de hoeveelheid tijd die nodig is om de sluiter
te openen en te sluiten. Dit is een belangrijke factor voor de
helderheid van een foto, aangezien hiermee de hoeveelheid licht
wordt geregeld die door het diafragma op de beeldsensor valt.
Met een kortere sluitertijd valt er minder licht naar binnen en wordt
de foto donkerder, maar is het ook eenvoudiger om de beweging
van het onderwerp te bevriezen.
Smart Zoom
Met Smart Zoom kunt u inzoomen met minder kwaliteitsverlies
dan met de optische zoomfunctie en digitale zoomfunctie.
Bijlagen 176
Correcte afvoer van dit product
(inzameling en recycling van elektrische en
elektronische apparatuur)
(Van toepassing in de Europese Unie en andere Europese
landen waar afval gescheiden wordt ingezameld.)
Correcte afvoer van de batterijen in dit product
(Van toepassing op de Europese Unie en andere Europese
landen met afzonderlijke inzamelingssystemen voor accu’s
en batterijen)
Dit merkteken op het product, de accessoires of het informatiemateriaal
duidt erop dat het product en zijn elektronische accessoires
(bv. lader, headset, USB-kabel) niet met ander huishoudelijk afval
verwijderd mogen worden aan het einde van hun gebruiksduur. Om
mogelijke schade aan het milieu of de menselijke gezondheid door
ongecontroleerde afvalverwijdering te voorkomen, moet u deze artikelen
van andere soorten afval scheiden en op een verantwoorde manier
recyclen, zodat het duurzame hergebruik van materiaalbronnen wordt
bevorderd. Huishoudelijke gebruikers moeten contact opnemen met
de winkel waar ze dit product hebben gekocht of met de gemeente
waar ze wonen om te vernemen waar en hoe ze deze artikelen
milieuvriendelijk kunnen laten recyclen. Zakelijke gebruikers moeten
contact opnemen met hun leverancier en de algemene voorwaarden
van de koopovereenkomst nalezen. Dit product en zijn elektronische
accessoires mogen niet met ander bedrijfsafval voor verwijdering
worden gemengd.
PlanetFirst duidt op het streven van Samsung
Electronics naar een duurzame ontwikkeling en
sociale verantwoordelijkheid door middel van een
milieubewuste bedrijfsvoering.
Dit merkteken op de accu, gebruiksaanwijzing of verpakking geeft aan
dat de accu in dit product aan het einde van de levensduur niet samen
met ander huishoudelijk afval mag worden weggegooid. De chemische
symbolen Hg, Cd of Pb geven aan dat het kwik-, cadmium- of
loodgehalte in de accu hoger is dan de referentieniveaus in de Richtlijn
2006/66/EC. Indien de gebruikte accu niet op de juiste wijze wordt
behandeld, kunnen deze stoffen schadelijk zijn voor de gezondheid van
mensen of het milieu.
Ter bescherming van de natuurlijke hulpbronnen en ter bevordering van
het hergebruik van materialen, verzoeken wij u afgedankte accu’s en
batterijen te scheiden van andere soorten afval en voor recycling aan
te bieden bij het gratis inzamelingssysteem voor accu’s en batterijen in
uw omgeving.
Deze apparatuur mag in alle EU-landen worden gebruikt.
In Frankrijk mag deze apparatuur alleen binnenshuis worden
gebruikt.
Bijlagen 177
Conformiteitsverklaring
Productdetails
en de Eco-designrichtlijn (2009/125/EC) geïmplementeerd
door regelgevingen (EC) No 278/2009 voor externe
stroomvoorzieningen.
Voor het volgende
Product : DIGITALE CAMERA
Model(len) : WB850F, WB855F
Vertegenwoordiger in de EU
Verklaring en van toepassing zijnde standaarden
Wij verklaren hierbij dat het/de bovenstaande product(en)
voldoet/voldoen aan de benodigde vereisten en andere
bepalingen van de R&TTE-richtlijn (1999/5/EC), de
Laagspanningsrichtlijn (2006/95/EC) en de EMC-richtlijn
(2004/108/EC) door toepassing van:
EN 60950-1:2006+A1:2010
EN 55024:1998+A1:2001+A2:2003
EN 55022:2006+A1 :2007
EN 61000-3-2:2006 +A1:2009 +A2:2009
EN 61000-3-3:2008
EN 300 328 v1.7.1
EN 301 489-1 v1.8.1
EN 301 489-17 V2.1.1
EN62311 :2008
Samsung Electronics Euro QA Lab.
Blackbushe Business Park
Saxony Way, Yateley, Hampshire
GU46 6GG, UK
(JAAR VAN BEGIN AANBRENGEN CE-
02.20.2012
Joong-Hoon Choi / Lab. Manager
(plaats en datum van afgifte)
(naam en handtekening van gemachtigde
persoon)
MARKERING 2012)
* Dit is niet het adres van het Samsung Servicecenter. Voor het
adres of telefoonnummer van het Samsung Servicecenter
raadpleegt u de garantiekaart of neemt u contact op met de
winkel waar u uw product hebt gekocht.
Bijlagen 178
Verklaring in officiële talen
Land
Verklaring
Cesky
Samsung Electronics tímto prohlašuje, že tento digitální fotoaparát je ve shodě se základními požadavky a dalšími
příslušnými ustanoveními směrnice 1999/5/ES.
Dansk
Samsung Electronics erklærer herved, at digitale kameraer overholder de væsentlige krav og øvrige relevante krav i direktiv 1999/5/
EF.
Deutsch
Hiermit erklärt Samsung Electronic, dass sich die Digitalkamera in Übereinstimmung mit den grundlegenden Anforderungen und den
übrigen einschlägigen Bestimmungen der Richtlinie 1999/5/EG befindet.
Eesti
Käesolevaga kinnitab Samsung Electronics digitaalkaamera vastavust direktiivi 1999/5/EÜ põhinõuetele ja nimetatud direktiivist
tulenevatele teistele asjakohastele sätetele.
English
Hereby, Samsung Electronics declares that this digital camera is in compliance with the essential requirements and other relevant
provisions of Directive 1999/5/EC.
Español
Por medio de la presente Samsung Electronics declara que la cámara digital cumple con los requisitos esenciales y cualesquiera
otras disposiciones aplicables o exigibles de la Directiva 1999/5/CE.
Ελληνική
ΜΕ ΤΗΝ ΠΑΡΟΥΣΑ η Samsung Electronics ΔΗΛΩΝΕΙ ΟΤΙ η ψηφιακή φωτογραφική μηχανή ΣΥΜΜΟΡΦΩΝΕΤΑΙ ΠΡΟΣ ΤΙΣ
ΟΥΣΙΩΔΕΙΣ ΑΠΑΙΤΗΣΕΙΣ ΚΑΙ ΤΙΣ ΛΟΙΠΕΣ ΣΧΕΤΙΚΕΣ ΔΙΑΤΑΞΕΙΣ ΤΗΣ ΟΔΗΓΙΑΣ 1999/5/ΕΚ.
Français
Par la présente Samsung Electronic déclare que l'appareil photo numérique est conforme aux exigences essentielles et aux autres
dispositions pertinentes de la directive 1999/5/CE.
Italiano
Con la presente Samsung Electronicsdichiara che questa fotocamera digitale è conforme ai requisiti essenziali e alle altre disposizioni
stabilite dalla Direttiva 1999/5/CE.
Latviski
Ar šo Samsung Electronics deklarē, ka digitālā kamera atbilst Direktīvas 1999/5/EK būtiskajām prasībām un citiem ar to saistītajiem
noteikumiem.
Lietuvių
Šiuo Samsung Electronics deklaruoja, kad šis skaitmeninis fotoaparatas, atitinka esminius reikalavimus ir kitas 1999/5/EB Direktyvos
nuostatas.
Nederlands
Hierbij verklaart Samsung Electronics dat de digitale camera in overeenstemming is met de essentiële eisen en de andere relevante
bepalingen van richtlijn 1999/5/EG.
Malti
Hawnhekk, Samsung Electronics, tiddikjara li din il-kamera diġitali hi konformi mar-rekwiżiti essenzjali u ma' dispożizzjonijiet rilevanti
oħrajn ta' Direttiva 1999/5/KE.
Bijlagen 179
Verklaring in officiële talen
Land
Magyar
Verklaring
A Samsung Electronics kijelenti, hogy ez a digitális fényképezőgép megfelel az 1999/5/EK irányelv alapvetõ követelményeinek és
egyéb vonatkozó elõírásainak.
Polski
Niniejszym firma Samsung Electronics oświadcza, że ten aparat cyfrowy jest zgodny z zasadniczymi wymogami oraz pozostałymi
stosownymi postanowieniami Dyrektywy 1999/5/WE.
Português
Samsung Electronics declara que esta câmera digital está conforme os requisitos essenciais e outras disposições da Directiva
1999/5/CE.
Slovensko
Samsung Electronics izjavlja, da je ta digitalni fotoaparat v skladu z bistvenimi zahtevami in ostalimi relevantnimi določili direktive
1999/5/ES.
Slovensky
Samsung Electronics týmto vyhlasuje, že tento digitálny fotoaparát spĺňa základné požiadavky a všetky príslušné ustanovenia
Smernice 1999/5/ES.
Suomi
Samsung Electronics vakuuttaa täten että tämä digitaalikamera on direktiivin 1999/5/EY oleellisten vaatimusten ja sitä koskevien
direktiivin muiden ehtojen mukainen.
Svenska
Härmed intygar Samsung Electronicsatt dessa digitalkameror står i överensstämmelse med de väsentliga egenskapskrav och övriga
relevanta bestämmelser som framgår av direktiv 1999/5/EG.
Български
С настоящото Samsung Electronics декларира, че този цифров фотоапарат е в съответствие със съществените изисквания и
другите приложими разпоредби на Директива 1999/5/ЕК.
Română
Prin prezenta, Samsung Electronics, declară că această cameră foto digitală este în conformitate cu cerinţele esenţiale şi alte
prevederi relevante ale Directivei 1999/5/CE.
Norsk
Samsung Electronicserklærer herved at dette digitalkameraet er i samsvar med de grunnleggende krav og øvrige relevante krav i
direktiv 1999/5/EF.
Türkiye
Bu belge ile, Samsung Electronics bu dijital kameranın 1999/5/EC Yönetmeliginin temel gerekliliklerine ve ilgili hükümlerine uygun
olduğunu beyan eder.
Íslenska
Hér með lýsir Samsung Electronics því yfir að þessi stafræna myndavél sé í samræmi við grunnkröfur og önnur ákvæði tilskipunar
1999/5/EB.
Bijlagen 180
Index
A
B
Belichting 86
Aansluiten op een computer
Batterij
Bestanden beveiligen 102
Mac 117
Windows 116
Afdruk 152
AF-geluid 150
AF-hulplampje
Instellingen 152
Locatie 16
AF-lamp 152
Afspeelknop 18
Afspeelmodus 98
Afzonderlijke beelden uit een
video opslaan 107
Anynet+ 153
Artistiek penseel-modus 53
Automatische back-up 141
A/V-poort 16
Let op 163
Opladen 20
Plaatsen 19
Beautyshot-modus 41
Beeldaanpassing
Contrast
Afspeelmodus 111
Opnamemodus 95
Helderheid
Afspeelmodus 111
Opnamemodus 86
Kleurverzadiging
Afspeelmodus 111
Opnamemodus 95
Rode ogen 110
Ruis toevoegen 111
Scherpte 95
Bestanden overbrengen
Automatische back-up 141
E-mail 137
Mac 117
Windows 116
Bestanden verwijderen 103
Bestanden weergeven
Diashow 105
Map 100
Miniaturen 102
Smart Album 101
Televisie 113
C
Camera loskoppelen 117
Beeld in beeld-modus 52
Cameraonderhoud 157
Beeldkwaliteit 72
Cameraspecificaties 169
Bijlagen 181
Contrast
Afspeelmodus 111
Opnamemodus 95
Creative Movie Maker 124
D
Datum/tijd aanpassen 151
Diafragmawaarde 43
Diashow 105
Digitaal zoomen 32
Digitale afdrukbestelling
(DPOF) 111
Draadloos netwerk 128
Draaien 108
F
Filmmodus 57
Index
Flitser
Anti-rode ogen 75
Auto 75
Intensiteit 76
Invulflits 75
Langzame synchronisatie 75
Rode ogen 75
Uit 74
Formatteren 153
Foto's afdrukken 126
Foto's bewerken 108
Foutmeldingen 155
Functieknop 18
G
Geheugenkaart
Aandachtspunt 161
Plaatsen 19
I
Gezichten retoucheren
Afspeelmodus 110
Opnamemodus 41
L
In omgeving zoeken
Gezichtsdetectie 82
Live referentiepunt
gebruiken 67
POI (Point of interest) 66
Werken met het kompas 69
Lichtmeting
Centr. gewogen 87
Multi 87
Spot 87
GPS (navigatiesysteem Global Positioning System)
62
Instellingen 151
M
H
Intelligente
scènedetectiemodus 60
Macro
Handmatige modus 46
Intelli-studio 120
HDMI-formaat 153
ISO-waarde 77
Menuknop 18
HDR-modus 54
HDTV 114
K
Helderheid
Kleurverzadiging
Afspeelmodus 111
Opnamemodus 86
Helderheid scherm 150
Auto macro 79
Handm. scherpstellen 79
Macro 79
Afspeelmodus 111
Opnamemodus 95
Knipperen 84
Mijn ster
Annuleren 100
Classificeren 99
Registreren 85
Miniaturen 102
Modus 3D-opname 50
Geluidsinstellingen 30
Modus Diafragmaprioriteit 44
Gesplitste opnamemodus 51
Modusdraaiknop 16
Modus Magisch kader 50
Modusscherm 24
Bijlagen 182
Index
O
Ontspanknop 16
Ontspanknop half indrukken
35
Opladen 20
Optionele accessoires 15
Optische beeldstabilisatie
(OIS) 34
P
Panorama
3D-panorama 47
Actiepanorama 49
Live Panorama 47
PictBridge 126
Pictogrammen
Afspeelmodus 98
Opnamemodus 23
Portretten maken
Resolutie
Anti-rode ogen 75
Beautyshot-modus 41
Gezichtsdetectie 82
Knipperen 84
Rode ogen 75
Slimme gez.herkenning 84
Smile shot 83
Zelfportret 83
Afspeelmodus 108
Opnamemodus 71
Rode ogen
Afspeelmodus 110
Opnamemodus 74
S
Power-knop 16
Scènemodus 40
Programmamodus 42
Schermtype 30
Scherpstelgebied
R
Rasterlijn 150
Reinigen
Camerabody 157
Lens 157
Scherm 157
Remote Viewfinder 133
Reset 153
Centrum AF 81
Keuze AF 81
Multi AF 81
Tracking AF 81
Scherpte 95
Serieopnamen
Belichtingstrap 91
Snel 90
Vooraf vastleggen 91
Servicecenter 166
Bijlagen 183
Slimme gez.herkenning 84
Slim zoomen 33
Sluiterprioriteit, modus 45
Smart Album 101
Smart Auto-modus 38
Smart filter
Afspeelmodus 109
Opnamemodus 93
Smile shot 83
Snel tonen 150
Spaarstand 151
Statiefbevestigingspunt 16
Statuslampje 17
T
Taalinstellingen 151
Tijdinstellingen 21
Tijdzone-instellingen 21, 151
Index
Timer
Timerlampje 16
W
Website
TV Link 143
Tweevoudige
opnamestabilisatie (Dual
IS) 34
U
Uitpakken 15
USB-poort 16
Foto's of video's uploaden 135
Openen 135
Witbalans 87
Z
Zelfportret 83
Zoom
Audiozoom 96
Zoomfunctie gebruiken 32
Zoomgeluidinstellingen 96
Zoomknop 17
V
Vergroten 104
Video 153
Afspeelmodus 106
Opnamemodus 57
3
3D-televisie 115
Video's bewerken
Bijsnijden 107
Opnemen 107
Bijlagen 184
Raadpleeg voor klantenservice of bij vragen de garantie-informatie
die met het product is meegeleverd of bezoek onze website
www.samsung.com.