Samsung SAMSUNG EX2F Handleiding

Type
Handleiding
Klik op een onderwerp
Algemene problemen oplossen
Beknopt overzicht
Inhoud
Basisfuncties
Uitgebreide functies
Opnameopties
Afspelen/bewerken
Draadloos netwerk
Instellingen
Bijlagen
Index
In deze gebruiksaanwijzing vindt u
uitgebreide aanwijzingen voor het
gebruik van uw camera. Lees deze
gebruiksaanwijzing aandachtig door.
EX2F
Gebruiksaanwijzing
1
Voorkom oogletsel bij het nemen van foto's.
Gebruik de flitser van de camera niet vlakbij (op minder dan
1 m afstand van) de ogen van mensen of dieren. Als u de flitser
dicht bij de ogen van het onderwerp gebruikt, kunt u tijdelijke of
permanente schade aan het gezichtsvermogen veroorzaken.
Houd de camera buiten het bereik van kleine kinderen en
huisdieren.
Houd de camera en alle bijbehorende onderdelen en accessoires
buiten het bereik van kleine kinderen en huisdieren. Kleine
onderdelen vormen verstikkingsgevaar of kunnen schadelijk zijn
wanneer deze worden ingeslikt. Bewegende onderdelen en
accessoires kunnen ook fysiek gevaar opleveren.
Stel de camera niet gedurende lange tijd aan direct zonlicht of
hoge temperaturen bloot.
Langdurige blootstelling aan zonlicht of extreme temperaturen
kan permanente schade aan interne onderdelen van het toestel
veroorzaken.
Informatie over gezondheid en veiligheid
Houd u altijd aan de volgende voorzorgsmaatregelen en gebruikstips om gevaarlijke situaties te vermijden en ervoor te zorgen dat de
camera optimaal werkt.
Waarschuwing—situaties die bij u of anderen letsel kunnen
veroorzaken
Haal de camera niet uit elkaar en probeer de camera niet te
repareren.
Dit kan een schok veroorzaken of de camera beschadigen.
Gebruik de camera niet dichtbij ontvlambare of explosieve
gassen en vloeistoffen.
Dit kan brand of een schok veroorzaken.
Plaats geen ontvlambare materialen in de camera en bewaar
dergelijke materialen niet in de buurt van de camera.
Dit kan brand of een schok veroorzaken.
Raak de camera niet met natte handen aan.
Dit kan een schok veroorzaken.
2
Voorkom dat de camera of oplader wordt bedekt door kleden
of kleding.
Dit kan oververhitting van de camera of brand veroorzaken.
Gebruik het netsnoer en de oplader niet tijdens een onweersbui.
Dit kan een elektrische schok veroorzaken.
Als er vloeistoffen of vreemde voorwerpen in de camera komen,
moet u meteen alle voedingsbronnen, zoals de batterij of
oplader, loskoppelen en vervolgens contact opnemen met een
servicecenter van Samsung.
Houd u aan alle regelgeving die het gebruik van camera's in
bepaalde omgevingen beperkt.
Voorkom storing met andere elektronische apparatuur.
Schakel de camera uit voordat u aan boord van een vliegtuig
gaat. De camera kan storing in de apparatuur van het
vliegtuig veroorzaken. Houd u aan alle voorschriften van de
luchtvaartmaatschappij en zet de camera uit als dit door het
vliegtuigpersoneel wordt gevraagd.
Schakel de camera uit in de nabijheid van medische
apparatuur. De camera kan storing veroorzaken in medische
apparaten in ziekenhuizen of zorginstellingen. Volg alle
voorschriften, waarschuwingsmededelingen en aanwijzingen
van medisch personeel.
Vermijd storing van pacemakers.
Bewaar minimaal 15 cm afstand tussen de camera en
pacemakers om mogelijke storing van de pacemaker te
voorkomen, overeenkomstig de aanbevelingen van de
onafhankelijke onderzoeksgroep Wireless Technology Research.
Als u vermoedt dat de camera storing veroorzaakt bij een
pacemaker of ander medisch apparaat, moet u de camera
onmiddellijk uitschakelen en voor instructies contact op te nemen
met de fabrikant van de pacemaker of het medische apparaat.
Informatie over gezondheid en veiligheid
3
Informatie over gezondheid en veiligheid
Voorzichtig—situaties die kunnen resulteren in beschadiging
van de camera of andere apparatuur
Haal de batterijen uit de camera wanneer u deze voor langere
tijd opbergt.
Batterijen in het batterijvak kunnen na verloop van tijd gaan lekken
of roesten en ernstige schade aan uw camera veroorzaken.
Gebruik uitsluitend authentieke, door de fabrikant aanbevolen
lithium-ionbatterijen ter vervanging. Zorg dat u de batterij niet
beschadigt of verhit.
Hierdoor kan brand ontstaan of persoonlijk letsel worden
veroorzaakt.
Gebruik alleen door Samsung goedgekeurde batterijen,
opladers, kabels en accessoires.
Niet-goedgekeurde batterijen, opladers, kabels of accessoires
kunnen de camera beschadigen, letsel veroorzaken of ertoe
leiden dat batterijen exploderen.
Samsung is niet aansprakelijk voor schade of letsel veroorzaakt
door niet-goedgekeurde batterijen, opladers, kabels of
accessoires.
Gebruik batterijen niet voor doeleinden waarvoor de batterijen
niet zijn bedoeld.
Dit kan brand of een schok veroorzaken.
Raak de flitser niet aan wanneer deze wordt gebruikt.
De flitser wordt zeer heet en kan brandwonden veroorzaken.
Als u de AC-oplader gebruikt, moet u de camera uitschakelen
voor u de voedingsbron van de AC-oplader loskoppelt.
Anders kunt u brand of een schok veroorzaken.
Laat de stekker van de oplader niet in het stopcontact zitten als
u de oplader niet gebruikt.
Dit kan brand of een schok veroorzaken.
Gebruik voor het opladen van de batterijen geen
elektriciteitssnoeren of stekkers die beschadigd zijn, of een
loshangend stopcontact.
Dit kan brand of een schok veroorzaken.
Zorg dat de AC-oplader niet in contact komt met de plus- en
minpolen van de batterij.
Dit kan brand of een schok veroorzaken.
Laat de camera niet vallen en stel deze niet bloot aan grote
schokken.
Hierdoor kunnen het scherm en externe of interne onderdelen
beschadigd raken.
4
Wees voorzichtig bij het aansluiten van snoeren en adapters en
het plaatsen van batterijen en geheugenkaarten.
Door het forceren van aansluitingen, het niet op de juiste manier
aansluiten van snoeren of het niet op de juiste manier plaatsen
van batterijen en geheugenkaarten kunt u poorten, aansluitingen
en accessoires beschadigen.
Houd kaarten met magnetische stroken uit de buurt van het
camera-etui.
Informatie die is opgeslagen op de kaart kan worden beschadigd
of gewist.
Gebruik nooit een beschadigde oplader, batterij of
geheugenkaart.
Dit kan een schok, camerastoring of brand veroorzaken.
Plaats de camera niet in of in de buurt van magnetische velden.
Dit kan ervoor zorgen dat de camera niet goed meer werkt.
Gebruik de camera niet als het scherm beschadigd is.
Als het glas of acrylaatonderdelen gebroken zijn, gaat u naar een
servicecenter van Samsung Electronics om te camera te laten
repareren.
Controleer voor gebruik of de camera naar behoren functioneert.
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor verlies van bestanden of
schade die kan voortkomen uit defecten aan de camera of onjuist
gebruik.
Steek het smalle uiteinde van de USB-kabel in de camera.
Als u de kabel omgekeerd aansluit, kunnen de bestanden
beschadigen. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig
verlies van gegevens.
Voorkom storing met andere elektronische apparatuur.
De camera zendt RF-signalen (Radio Frequency) uit die storing
kunnen veroorzaken in elektronische apparatuur die niet of niet
voldoende is beschermd, zoals pacemakers, gehoorapparaten,
medische apparatuur en andere apparatuur thuis of in de auto.
Vraag advies bij de fabrikant van uw elektronische apparatuur om
mogelijke problemen met storing op te lossen. Gebruik alleen
door Samsung goedgekeurde apparaten of accessoires om
ongewenste storingen te voorkomen.
Gebruik de camera in de normale gebruikspositie.
Raak de interne antenne van de camera niet aan.
Gegevensoverdracht en verantwoordelijkheden
Gegevens die via een WLAN worden verzonden, kunnen
in verkeerde handen vallen, dus vermijd het verzenden van
gevoelige gegevens in openbare ruimten of via open netwerken.
De fabrikant van de camera is niet aansprakelijk voor
gegevensoverdracht waarmee inbreuk wordt gemaakt op
auteursrechten, handelsmerken, intellectueeleigendomsrechten
of regelgeving met betrekking tot de openbare zedelijkheid.
Informatie over gezondheid en veiligheidInformatie over gezondheid en veiligheid
5
Copyrightinformatie
Microsoft Windows en het Windows-logo zijn geregistreerde
handelsmerken van Microsoft Corporation.
Mac is een geregistreerd handelsmerk van Apple Corporation.
microSD™, microSDHC™ en microSDXC™ zijn geregistreerde
handelsmerken van SD Association.
HDMI, het HDMI-logo en de term
'High Definition Multimedia Interface'
zijn handelsmerken of geregistreerde
handelsmerken van HDMI Licensing
LLC.
Wi-Fi
®
, het Wi-Fi CERTIFIED-logo en het Wi-Fi-logo zijn
geregistreerde handelsmerken van de Wi-Fi Alliance.
Handelsmerken en handelsnamen in deze gebruiksaanwijzing
zijn het eigendom van de betreffende eigenaars.
Cameraspecificaties of de inhoud van deze
gebruiksaanwijzing kunnen bij een upgrade van
camerafuncties zonder kennisgeving worden gewijzigd.
U kunt de camera het beste gebruiken in het land waar u
deze hebt aangeschaft.
Gebruik deze camera op een verantwoorde manier en leef
alle wet- en regelgeving met betrekking tot het gebruik van
de camera na.
Het is niet toegestaan om enig deel van deze
gebruiksaanwijzing zonder vooraf gegeven toestemming te
hergebruiken of verspreiden.
Overzicht van de gebruiksaanwijzing
Basisfuncties 14
Hier vindt u informatie over de indeling en
pictogrammen van de camera en basisfuncties voor het
maken van opnamen.
Uitgebreide functies 40
Hier vindt u informatie over het maken van foto's en het
opnemen van video's door een modus te selecteren.
Opnameopties 64
Hier vindt u informatie over het instellen van de opties in
de opnamemodus.
Afspelen/bewerken 95
Hier vindt u informatie over hoe u foto's en video's kunt
weergeven of afspelen en hoe u foto's en video's kunt
bewerken. Ook leest u hier hoe u de camera op een
computer, televisie, HDTV of 3D-televisie aansluit.
Draadloos netwerk 126
Hier wordt beschreven hoe u verbinding kunt maken
met WLAN-netwerken en functies kunt gebruiken.
Instellingen 148
Hier vind u opties om de instellingen van uw camera te
configureren.
Bijlagen 154
Hier vindt u informatie over foutmeldingen, specificaties
en onderhoud.
6
Indicatoren gebruikt in deze
gebruiksaanwijzing
Opnamemodus Pictogram
Smart Auto
T
Programma
p
Diafragmaprioriteit
A
Sluiterprioriteit
h
Handmatig
M
Magisch Plus
g
Film
v
Wi-Fi
w
Pictogrammen in de opnamemodus
Deze pictogrammen worden weergegeven in de tekst wanneer
een functie beschikbaar is in een bepaalde modus. Bekijk het
onderstaande voorbeeld.
Opmerking: de modus g ondersteunt wellicht niet de functies
voor alle scènes of modi.
Bijvoorbeeld:
Beschikbaar in de
modi Programma,
Diafragmaprioriteit,
Sluiterprioriteit en Film
Pictogrammen in deze gebruiksaanwijzing
Symbool Functie
Aanvullende informatie
Veiligheidsvoorschriften en waarschuwingen
[]
Cameraknoppen. [Ontspanknop] staat bijvoorbeeld
voor de sluiterknop.
() Paginanummer van verwante informatie
De volgorde van de opties of menu's die u moet
selecteren om een stap uit te voeren; bijvoorbeeld:
selecteer Gezichtsdetectie Normaal (betekent
selecteer Gezichtsdetectie en selecteer vervolgens
Normaal).
* Voetnoot
7
Op de ontspanknop drukken
Druk [Ontspanknop] half in: de sluiterknop half indrukken
Druk op [Ontspanknop]: de sluiterknop volledig indrukken
Druk de [Ontspanknop] half in Druk op de [Ontspanknop]
Onderwerp, achtergrond en compositie
Onderwerp: het hoofdobject van een scène, zoals een
persoon, dier of stilleven
Achtergrond: de objecten rond het onderwerp
Compositie: de combinatie van onderwerp en achtergrond
Compositie
Achtergrond
Onderwerp
Belichting (Helderheid)
De hoeveelheid licht die de camera binnenkomt, bepaalt de
belichting. De belichting kan worden aangepast met sluitertijd,
diafragmawaarde en ISO-waarde. Wanneer u de belichting
verandert, worden de foto's donkerder of lichter.
S
Normale belichting
S
Overbelicht (te helder)
Uitdrukkingen in deze gebruiksaanwijzing
8
Algemene problemen oplossen
Hier vindt u informatie waarmee u algemene problemen kunt oplossen door opnameopties in te stellen.
De ogen van het
onderwerp zijn rood.
Dit wordt veroorzaakt door een reflectie van de flitser van de camera.
Stel de flitsoptie in op Rode ogen of Anti-rode ogen. (pag. 68)
Als de foto al is gemaakt, selecteert u Anti-rode ogen in het bewerkingsmenu. (pag. 109)
Foto's bevatten
stofvlekken.
Als u de flitser gebruikt, worden stofdeeltjes in de lucht mogelijk vastgelegd op foto's.
Schakel de flitser uit of neem geen foto's op stoffige plaatsen.
Pas de ISO-waarde aan. (pag. 71)
Foto's zijn onscherp.
Dit kan worden veroorzaakt doordat u foto's maakt bij weinig licht of doordat u de camera niet goed
vasthoudt. Gebruik de beeldstabilisatiefunctie of druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen op
het onderwerp. (pag. 38)
Bij nachtopnamen
zijn foto's onscherp.
Om meer licht binnen te laten, gebruikt de camera een langere sluitertijd. Het kan dan lastig zijn de
camera stil te houden, waardoor de foto's bewogen kunnen worden.
Selecteer Scène Nacht in de modus
g
. (pag. 48)
Schakel de flitser in. (pag. 69)
Pas de ISO-waarde aan. (pag. 71)
Gebruik een statief om te voorkomen dat de camera beweegt.
Het onderwerp
is te donker door
tegenlicht.
Als de lichtbron zich achter het onderwerp bevindt of als er een groot contrast is tussen de lichte en
donkere gebieden, kan het onderwerp te donker worden.
Maak geen foto's tegen de zon in.
Selecteer Scène Tegenl. in de modus
g
. (pag. 48)
Stel de flitseroptie in op Invulflits. (pag. 69)
Pas de belichting aan. (pag. 82)
Stel de lichtmeting in op Spot als een onderwerp zich in het midden van het kader bevindt.
(pag. 84)
9
Beknopt overzicht
Foto's van mensen maken
g
-modus > Scène > Beautyshot
f
49
g
-modus > Beeld in beeld
f
55
Rode ogen/Anti-rode ogen (rode ogen
voorkomen of corrigeren)
f
68
Gezichtsdetectie
f
77
Zelfportret
f
77
's Nachts of in het donker foto's
maken
g
-modus > Scène > Nacht, Zon onder,
Dageraad
f
48
Flitseropties
f
68
ISO-waarde (de lichtgevoeligheid aanpassen)
f
71
Actiefoto's maken
h
-modus
f
46
Modus voor snelle serieopnamen
f
87
Vooraf vastleggen
f
88
Foto's van tekst, insecten en
bloemen maken
g
-modus > Scène > Tekst
f
48
Macro
f
72
Panoramische actiefoto's
maken
g
-modus > Panorama > Actiepanorama
f
52
De belichting aanpassen
(helderheid)
g
-modus > HDR
f
57
ISO-waarde (om de gevoeligheid aan te passen
aan licht)
f
71
EV (de belichting aanpassen)
f
82
L.meting
f
84
WB BKT
f
88
AE BKT
f
88
Foto's van de omgeving maken
g
-modus > Scène > Landschap
f
48
g
-modus > Panorama
f
50
3D-foto's maken
g
-modus > Scène > 3D-foto
f
50
g
-modus > Panorama > 3D-panorama
f
50
Bewegingsonscherpte
voorkomen
Beeldstabilisatie
f
37
Effecten toepassen op foto's
g
-modus > Magisch kader
f
53
g
-modus > Gesplitste opname
f
54
g
-modus > Artistieke pen
f
56
Smart filter-effecten
f
90
Beeld aanpassen (Contrast, Scherpte of
Kleurverz. aanpassen)
f
93
Bestanden op categorie bekijken in Smart
Album
f
99
Bestanden weergeven als miniaturen
f
100
Alle bestanden op de geheugenkaart
verwijderen
f
101
Foto's als diashow weergeven
f
104
Bestanden op een televisie, HDTV of
3D-televisie weergeven
f
112
De camera op een computer aansluiten
f
115
Websites voor het delen van foto's of video's
gebruiken
f
135
Foto's of video's via e-mail verzenden
f
139
Geluid en volume aanpassen
f
150
De helderheid van het
scherm aanpassen
f
150
De schermtaal wijzigen
f
150
De datum en tijd instellen
f
151
Voordat u contact opneemt met een
servicecenter
f
170
10
Inhoud
Uitgebreide functies
......................................................... 40
De Smart Auto-modus gebruiken ............................... 41
De Programmamodus gebruiken ................................ 43
De modus Diafragmaprioriteit,
Sluiterprioriteit of Handmatig gebruiken ..................... 44
De modus Diafragmaprioriteit gebruiken ....................... 45
De modus Sluiterprioriteit gebruiken ............................. 46
De modus Handmatig gebruiken ................................. 47
De modus Magisch Plus gebruiken ............................ 48
De Scènemodus gebruiken ......................................... 48
De Beautyshot-modus gebruiken ................................ 49
De 3D-fotomodus gebruiken ....................................... 50
De 2D- of 3D-panorama gebruiken .............................. 50
De Actiepanorama-modus gebruiken ........................... 52
De Magische kadermodus gebruiken ........................... 53
De modus Gesplitste opname gebruiken ...................... 54
De modus Beeld in Beeld gebruiken ............................ 55
De modus Artistieke pen gebruiken .............................. 56
De HDR-modus gebruiken .......................................... 57
De Creatieve filmmaker-modus gebruiken ..................... 58
De Filmmodus gebruiken ............................................ 60
Video's met hoge snelheid opnemen ........................... 62
De Intelligente scènedetectiemodus gebruiken .............. 63
Basisfuncties
..................................................................... 14
Uitpakken .................................................................... 15
Indeling van de camera ............................................... 16
De Smart Link-knop gebruiken .................................... 19
Het scherm gebruiken ................................................ 20
Een polslus bevestigen ............................................... 20
Een lensdop bevestigen .............................................. 21
De batterij en geheugenkaart plaatsen ....................... 22
De batterij opladen en de camera inschakelen .......... 23
De batterij opladen ..................................................... 23
De camera inschakelen .............................................. 23
De eerste instellingen uitvoeren .................................. 24
Uitleg over de pictogrammen ...................................... 26
Het modusscherm gebruiken ...................................... 27
Een modusscherm selecteren ..................................... 27
Pictogrammen op het modusscherm ........................... 27
Opties of menu's selecteren ....................................... 29
[MENU] gebruiken ...................................................... 29
[Fn] gebruiken ............................................................ 31
Het scherm en geluid instellen .................................... 32
Het schermtype instellen ............................................. 32
Het geluid instellen ..................................................... 33
Foto's maken ............................................................... 34
Zoomen .................................................................... 35
Bewegingsonscherpte voorkomen ............................... 37
Tips om betere foto's te maken .................................. 38
11
Inhoud
Opnameopties
.................................................................. 64
De resolutie en beeldkwaliteit selecteren .................... 65
De resolutie selecteren ............................................... 65
De fotokwaliteit instellen .............................................. 66
De timer gebruiken ...................................................... 67
Opnamen in het donker maken ................................... 68
Rode ogen voorkomen ............................................... 68
De flitser gebruiken ..................................................... 68
De flitser gebruiken ..................................................... 69
De ISO-waarde aanpassen ......................................... 71
De scherpstelling aanpassen ...................................... 72
Macro gebruiken ........................................................ 72
Autofocus gebruiken ................................................... 72
Scherpstellen op een geselecteerd gebied ................... 74
Meebewegende autofocus gebruiken .......................... 75
Het scherpstelgebied aanpassen ................................. 76
Gezichtsdetectie gebruiken ........................................ 77
Gezichten detecteren ................................................. 77
Een zelfportret maken ................................................. 77
Een foto van een lachend gezicht maken ..................... 78
Knipperende ogen detecteren ..................................... 79
Slimme gezichtsherkenning gebruiken .......................... 79
Gezichten als favoriet registreren (Mijn ster) ................... 80
Tips voor gezichtsdetectie ........................................... 81
Helderheid en kleur aanpassen ................................... 82
De belichting handmatig aanpassen (EV) ...................... 82
De belichtingswaarde vergrendelen .............................. 83
De lichtmeetmethode wijzigen ..................................... 84
Een lichtbron selecteren (Witbalans) ............................. 84
Serieopnamen ............................................................. 87
Foto's maken in de modus voor snelle serieopnamen .... 87
Foto's maken in de modus voor vooraf vastleggen ........ 88
Foto's met de bracketfunctie maken ............................ 88
Smart filter-effecten toepassen ................................... 90
Het ND-filtereffect aanpassen ..................................... 92
Foto's aanpassen ........................................................ 93
Het geluid van de zoom verminderen ......................... 94
12
Inhoud
Afspelen/bewerken
........................................................... 95
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus ...... 96
De afspeelmodus starten ............................................ 96
Foto's weergeven ..................................................... 102
Een video afspelen ................................................... 105
Foto's bewerken ........................................................ 107
Het formaat van foto's wijzigen ................................... 107
Een foto draaien ....................................................... 107
Smart filter-effecten toepassen .................................. 108
Foto's aanpassen ..................................................... 109
Een afdrukbestelling maken (DPOF) ........................... 110
Bestanden weergeven op een televisie,
HDTV of 3D-televisie ................................................. 112
Bestanden naar een computer overbrengen ............ 115
Bestanden naar een Windows-computer
overbrengen
............................................................ 115
Bestanden naar een Mac-computer overbrengen ....... 116
Programma's op de computer .................................. 117
Programma's installeren die op de cd zijn
meegeleverd
............................................................ 117
iLauncher gebruiken ................................................. 118
Samsung RAW Converter gebruiken .......................... 121
Draadloos netwerk
......................................................... 126
Verbinding maken met een WLAN en
netwerkinstellingen configureren .............................. 127
Verbinding maken met een WLAN ............................. 127
De aanmeldingsbrowser gebruiken ............................ 129
Tips over netwerkverbinding ...................................... 129
Tekst invoeren .......................................................... 130
Foto's of video's verzenden naar een
smartphone ............................................................... 132
Een smartphone gebruiken als externe
ontspanknop .............................................................. 133
Websites voor het delen van foto's of video's
gebruiken ................................................................... 135
Een website openen ................................................. 135
Foto's of video's uploaden ........................................ 135
Foto's of video's via e-mail verzenden ..................... 137
E-mailinstellingen wijzigen .......................................... 137
Foto's of video's via e-mail verzenden ........................ 139
Foto's uploaden naar een cloudserver ..................... 140
Automatische back-up gebruiken om foto's
of video's te verzenden ............................................ 141
Het programma voor Automatische back-up
installeren op uw pc
................................................. 141
Foto's of video's verzenden naar een pc ..................... 141
Foto's of video's weergeven op een tv met
TV Link-functionaliteit ................................................ 143
Foto's verzenden via Wi-Fi Direct ............................. 145
Over de WOL-functie Wake on LAN ......................... 146
13
Inhoud
Instellingen
...................................................................... 148
Instellingenmenu ....................................................... 149
Het instellingenmenu openen .................................... 149
Het instellingenmenu gebruiken ................................. 150
Bijlagen
............................................................................ 154
Foutmeldingen ........................................................... 155
Cameraonderhoud .................................................... 157
De camera reinigen .................................................. 157
De camera gebruiken of opbergen ............................. 158
Geheugenkaarten .................................................... 160
De batterij ................................................................ 163
Optionele accessoires gebruiken .............................. 167
Optionele flitsers gebruiken ....................................... 167
Een optionele optische zoeker gebruiken .................... 167
De sluiterknop gebruiken ........................................... 168
De microfoon gebruiken ............................................ 168
Een conversielens gebruiken .................................... 169
Voordat u contact opneemt met een
servicecenter ............................................................. 170
Cameraspecificaties .................................................. 173
Woordenlijst ............................................................... 178
Verklaring in officiële talen ......................................... 184
Index .......................................................................... 186
Basisfuncties
Hier vindt u informatie over de indeling en pictogrammen van de camera en basisfuncties voor het
maken van opnamen.
Uitpakken
…………………………………… 15
Indeling van de camera
…………………… 16
De Smart Link-knop gebruiken
…………… 19
Het scherm gebruiken
…………………… 20
Een polslus bevestigen
…………………… 20
Een lensdop bevestigen
………………… 21
De batterij en geheugenkaart plaatsen
22
De batterij opladen en de camera
inschakelen
………………………………… 23
De batterij opladen
……………………… 23
De camera inschakelen
…………………… 23
De eerste instellingen uitvoeren
………… 24
Uitleg over de pictogrammen
…………… 26
Het modusscherm gebruiken
…………… 27
Een modusscherm selecteren
…………… 27
Pictogrammen op het modusscherm
…… 27
Opties of menu's selecteren
……………… 29
[MENU] gebruiken
………………………… 29
[Fn] gebruiken
…………………………… 31
Het scherm en geluid instellen
…………… 32
Het schermtype instellen
………………… 32
Het geluid instellen
……………………… 33
Foto's maken
……………………………… 34
Zoomen
…………………………………… 35
Bewegingsonscherpte voorkomen
……… 37
Tips om betere foto's te maken
………… 38
Basisfuncties
15
Uitpakken
De productverpakking bevat de volgende onderdelen.
Camera AC-adapter/USB-kabel Oplaadbare batterij Polslus Gebruiksaanwijzing op cd-rom
Snelstartgids Lensdop/lensdoplusje
Optionele accessoires
Optische zoeker Flitser Camera-etui HDMI-kabel/A/V-kabel
Batterijoplader Geheugenkaart Geheugenkaart/
Geheugenkaartadapter
Microfoon Sluiterknop
De afbeeldingen kunnen enigszins afwijken van de onderdelen die bij uw product zijn
geleverd.
U kunt optionele accessoires aanschaffen bij een wederverkoper of een servicecenter van
Samsung. Samsung is niet verantwoordelijk voor problemen die door het gebruik van niet-
goedgekeurde accessoires ontstaan.
Basisfuncties
16
Indeling van de camera
Zorg dat u vertrouwd bent met de diverse onderdelen en functies van de camera voordat u begint.
Batterijklep
Een geheugenkaart en
batterij plaatsen
Statiefbevestigingspunt
Ontspanknop
Power-knop
Draaiknop voor transportmodus
(pag. 19)
Oogje voor polslus van camera
(pag. 20)
Interne antenne*
* Vermijd contact met de interne
antenne tijdens het gebruik van het
draadloze netwerk.
Cameraring
Verwijder de ring en plaats een
optische conversielens
AF-hulplampje/Timerlampje
Flitser
Lens
Wieltje aan voorzijde
Microfoon
Modusdraaiknop (pag. 18)
Basisfuncties
17
Indeling van de camera
Statuslampje
Knippert: wanneer de camera een
foto of video opslaat, wordt gelezen
door een computer, als het beeld
onscherp is, als er een probleem
is met het opladen van de batterij,
wanneer de camera verbinding maakt
met WLAN of een foto verzendt, of
wanneer de modus Scherm auto. uit is
ingeschakeld
Licht op: wanneer de camera is
aangesloten op een computer,
wanneer de batterij wordt opgeladen of
wanneer het beeld is scherpgesteld
Flitserknop
Zoomknop
In de opnamemodus: in- en
uitzoomen
In de afspeelmodus: inzoomen
op een deel van de foto, bestanden
als miniaturen weergeven of het
volume aanpassen
Scherm
Knoppen
(pag. 18)
USB- en A/V-aansluiting
Voor aansluiting van USB-kabel en
A/V-kabel
HDMI-aansluiting
Voor aansluiting van HDMI-kabel
Klepje voor accessoireschoen
Accessoireschoen
Basisfuncties
18
Indeling van de camera
Modusdraaiknop
Symbool Beschrijving
T
Smart Auto: hiermee maakt u een foto waarbij de camera
automatisch een geschikte scènemodus selecteert.
p
Programma: hiermee maakt u een foto door opties
in te stellen, met uitzondering van de sluitertijd en
diafragmawaarde.
A
Diafragmaprioriteit: hiermee selecteert de camera
de sluitertijd op basis van de diafragmawaarde die u
handmatig hebt ingesteld.
h
Sluiterprioriteit: hiermee selecteert de camera de
diafragmawaarde op basis van de sluitertijd die u
handmatig hebt ingesteld.
M
Handmatig: hiermee kunt u verschillende camera-
instellingen aanpassen, waaronder de sluitertijd en
diafragmawaarde.
g
Magisch Plus: een foto maken met verschillende effecten.
v
Film: hiermee kunt u instellingen aanpassen voor het
opnemen van een video.
w
Wi-Fi: verbinding maken met draadloze lokale netwerken
en de functies ervan gebruiken.
Knoppen
Knop Beschrijving
Het opnemen van een video starten.
De belichtingswaarde vergrendelen in de opnamemodus.
Het weergegeven bestand beveiligen in de afspeelmodus.
Opties of menu's openen.
Opties openen in de opnamemodus.
Wanneer u op de navigatieknop drukt:
Basisfuncties Overige functies
D
De schermoptie wijzigen. Omhoog
c
De macro-optie wijzigen. Omlaag
F
De flitseroptie wijzigen. Naar links
t
Smart Link-knop: een
vooraf ingestelde Wi-Fi-
functie starten.
Naar rechts
Wanneer u de navigatieknop draait:
Scrollen naar een optie of menu.
De diafragmawaarde aanpassen in de opnamemodus.
Scrollen door bestanden in de afspeelmodus.
De gemarkeerde optie of het gemarkeerde menu bevestigen.
De afspeelmodus openen.
Bestanden verwijderen in de afspeelmodus.
Basisfuncties
19
Indeling van de camera
De Smart Link-knop gebruiken
U kunt de Wi-Fi-functie gemakkelijk inschakelen met
[Smart Link].
Druk op [Smart Link] om de ingestelde Wi-Fi-functie te
activeren. De camera activeert de ingestelde functie.
Een optie voor een Smart Link-knop instellen
U kunt een Wi-Fi-functie selecteren die moet worden gestart
wanneer u op [Smart Link] drukt.
1
Druk in de opname- of afspeelmodus op [
m
].
2
Selecteer
n
Smart Link (Wi-Fi-knop).
3
Selecteer de gewenste Wi-Fi-functie. (pag. 152)
Draaiknop voor transportmodus
Symbool Beschrijving
Eén foto maken.
Een foto maken na een vertraging van 2 seconden.
Een foto maken na een vertraging van 10 seconden.
Volgens een bracketoptie,
3 foto's maken met een verschillende witbalans.
3 foto's maken met verschillende belichtingen.
In de opnamemodus maakt de camera maximaal
10 foto's achter elkaar wanneer u op [Ontspanknop]
drukt.
In de video-opnamemodus maakt de camera snelle
video's.
Opnamen maken voordat [Ontspanknop] volledig wordt
ingedrukt.
Basisfuncties
20
Indeling van de camera
Een polslus bevestigen
Bevestig een polslus om de camera makkelijk te dragen.
Het scherm gebruiken
Klap het scherm 180° naar buiten en draai het omhoog of omlaag
voor foto's vanuit een hoge of lage hoek of voor zelfportretten.
U kunt het scherm maximaal 90° omlaag of 180° omhoog draaien.
Klap het scherm in als u het niet gebruikt.
Draai het scherm alleen binnen de toegestane hoek. Anders kan de
camera beschadigd raken.
Basisfuncties
21
Indeling van de camera
Een lensdop bevestigen
Bevestig een lensdop met een lensdoplusje om de lens van de
camera te beschermen.
Als u tegelijkertijd een lensdop en een polslus wilt bevestigen, moet u eerst de
polslus bevestigen aan het oogje en vervolgens de lensdop aan de polslus.
Basisfuncties
22
De batterij en geheugenkaart plaatsen
Hier vindt u informatie over het in de camera plaatsen van de batterij en een optionele geheugenkaart.
De batterij en geheugenkaart verwijderen
Geheugenkaart
Duw voorzichtig tegen de
kaart totdat deze uit de
camera loskomt en trek de
kaart vervolgens uit de sleuf.
Oplaadbare batterij
Batterijvergrendeling
Schuif de vergrendeling
omlaag om de batterij los te
maken.
De geheugenkaartadapter gebruiken
Als u microgeheugenkaarten wilt gebruiken met dit
product, een computer of een geheugenkaartlezer,
moet u de kaart in een adapter plaatsen.
Als er geen geheugenkaart is geplaatst, kunt u de camera niet volledig
gebruiken. Plaats een geheugenkaart voordat u de camera gebruikt.
Geheugenkaart
Zorg dat bij het plaatsen
van een geheugenkaart de
goudkleurige contactpunten
omlaag zijn gericht.
Oplaadbare batterij
Plaats de batterij met het
Samsung-logo omlaag gericht.
Basisfuncties
23
De batterij opladen en de camera inschakelen
De camera inschakelen
Druk op [POWER] om de camera in- of uit te schakelen.
Het scherm voor de eerste instellingen verschijnt wanneer u de
camera voor het eerst inschakelt. (pag. 24)
De camera inschakelen in de afspeelmodus
Druk op [P]. De camera wordt ingeschakeld en gaat direct naar
de afspeelmodus.
Als u de camera inschakelt door [
P
] ongeveer 5 seconden ingedrukt te
houden, laat de camera geen geluiden horen.
De batterij opladen
Voordat u de camera voor het eerst gaat gebruiken, moet de
batterij worden opgeladen. Sluit het kleine uiteinde van de
USB-kabel aan op de camera en sluit het andere uiteinde van de
USB-kabel aan op de AC-adapter.
Statuslampje
Rode lampje brandt: opladen
Rode lampje uit: volledig opgeladen
Rode lampje knippert: fout opgetreden
Gebruik alleen de AC-adapter en de USB-kabel die bij de camera zijn
geleverd. Als u een andere AC-adapter (zoals SAC-48) gebruikt, is het
mogelijk dat de batterij van de camera niet kan worden opgeladen of niet
correct werkt.
Basisfuncties
24
De eerste instellingen uitvoeren
Wanneer u de camera voor het eerst inschakelt, wordt het scherm voor de eerste installatie weergegeven. Volg de onderstaande stappen
om de basisinstellingen van de camera te configureren. De taal is vooraf ingesteld voor het land of de regio waarin de camera wordt
verkocht. U kunt de taal naar wens wijzigen.
4
Druk op [
c
] om Datum/tijd aanpassen te selecteren
en druk op [
t
] of [
o
].
Afsl. Instellen
Datum/tijd aanpassen
JaarMaand Dag Uur Min.
Het scherm kan afwijken, afhankelijk van de geselecteerde
taal.
5
Druk op [
F
/
t
] om een item te selecteren.
6
Draai de navigatieknop of druk op [
D
/
c
] om de
datum en tijd in te stellen en druk op [
o
].
1
Druk op [
c
] om Tijdzone te selecteren en druk op [
t
]
of [
o
].
2
Druk op [
D
/
c
] om Thuis te selecteren en druk
op [
o
].
Als u naar een ander land gaat, selecteert u Bezoek en
selecteert u een nieuwe tijdzone.
3
Druk op [
F
/
t
] om een tijdzone te selecteren en druk
op [
o
].
Als u de zomertijd wilt instellen, drukt u op [
D
].
Terug Zomertijd
Tijdzone : Thuis
Londen
Basisfuncties
25
De eerste instellingen uitvoeren
7
Druk op [
c
] om Datumtype te selecteren en druk op
[
t
] of [
o
].
8
Druk op [
D
/
c
] om een datumnotatie te selecteren
en druk op [
o
].
9
Druk op [
c
] om Type tijd te selecteren en druk op [
t
]
of [
o
].
10
Druk op [
D
/
c
] om een tijdnotatie te selecteren en
druk op [
o
].
11
Druk op [
m
] om over te schakelen naar de
opnamemodus.
Basisfuncties
26
3
Opnamegegevens
Symbool Beschrijving
Diafragmawaarde
Sluitertijd
Beschikbare opnametijd
Belichtingswaarde
Automatische
belichtingsvergrendeling aan
Resterend aantal foto's
Geheugenkaart niet geplaatst
: volledig opgeladen
: gedeeltelijk
opgeladen
: leeg (opladen)
: lader aangesloten*
Huidige tijd en datum
Autofocuskader
Bewegingsonscherpte
Zoomindicator
Zoomverhouding
Histogram (pag. 32)
* De batterij wordt niet opgeladen als de camera
is ingeschakeld.
Uitleg over de pictogrammen
Welke pictogrammen worden weergegeven op het scherm, is afhankelijk van de geselecteerde modus en de opties die zijn ingesteld nadat
het gele lampje heeft geknipperd.
1
2
3
Symbool Beschrijving
Bracket-modus
ND-filter aan
Scherpstelgebied
2
Opnameopties (rechts)
Symbool Beschrijving
Smart Zoom aan
Fotoresolutie
Autofocus continu aan
Fotokwaliteit
Videoresolutie
Lichtmeting
Framesnelheid
Flitser
Sound Alive Aan
Optische beeldstabilisatie (OIS)
Autofocusinstelling
Timer
1
Opnameopties (links)
Symbool Beschrijving
Opnamemodus
ISO-waarde
Witbalans
Smart filter
Beeldaanpassing (contrast,
scherpte en kleurverzadiging)
Gezichtsdetectie
Gezichtretouch
Gezichtstint
Modus voor één opname
Modus voor snelle serieopnamen
Modus voor vooraf vastleggen
Basisfuncties
27
Het modusscherm gebruiken
Selecteer een modusscherm door de modusdraaiknop te draaien en selecteer een modus in het modusscherm door een pictogram te
selecteren.
Pictogrammen op het modusscherm
<Magisch Plus>
Symbool
Beschrijving
Scène: een foto maken met vooraf ingestelde opties voor
een specifieke scène. (pag. 48)
Panorama: Een serie foto's maken en combineren om
een panoramisch beeld te maken. (pag. 50)
Magisch kader: een foto maken met verschillende
kadereffecten. (pag. 53)
Gesplitste opname: meerdere foto's maken en deze
indelen met voorgedefinieerde indelingen. (pag. 54)
Beeld in beeld: een achtergrondfoto vastleggen en een
kleinere foto of video op de voorgrond invoegen. (pag. 55)
Artistieke pen: een foto maken en een video opslaan
waarin wordt weergegeven hoe het filtereffect moet worden
toegepast. (pag. 56)
HDR: scènes vastleggen met de nadruk op middentonen
door de donkere en heldere gebieden te beperken.
(pag. 57)
Creatieve filmmaker: een film maken met foto's of
video's. (pag. 58)
Een modusscherm selecteren
Draai in de opname- of afspeelmodus de modusdraaiknop om
een modusscherm weer te geven.
Scène
Beeld in
beeld
Panorama
Artistieke
pen
Magisch
kader
HDR
Gesplitste
opname
Creatieve
filmmaker
Scè
n
e
Beeld
in
beeld
Pa
n
o
r
ama
Artis
tieke
e
M
ag
i
s
ch
kade
r
HDR
Ges
p
l
itste
opname
Creat
ieve
filmma
ker
1
2
Nr. Beschrijving
1
Huidig modusvenster
Draai de modusdraaiknop om naar een ander
modusscherm te gaan.
2
Moduspictogrammen
Draai de navigatieknop of druk op [
D
/
c
/
F
/
t
] om
naar een gewenste modus te scrollen en druk op [
o
]
om de modus weer te geven.
Basisfuncties
28
Het modusscherm gebruiken
<Wi-Fi>
Symbool
Beschrijving
MobileLink: foto's of video's verzenden naar een
smartphone. (pag. 132)
Remote Viewfinder: een smartphone gebruiken als
externe ontspanknop en een voorbeeld op uw smartphone
weergeven van een afbeelding op uw camera. (pag. 133)
Delen op sociale netwerken: foto's of video's uploaden
naar websites voor het delen van bestanden. (pag. 135)
E-mail: foto's of video's die op de camera zijn opgeslagen,
verzenden via e-mail. (pag. 139)
Cloud: foto's uploaden naar een cloudserver. (pag. 140)
Automatische back-up: foto's of video's die u met de
camera hebt opgenomen, draadloos verzenden naar een
pc. (pag. 141)
TV Link: foto's of video's die u hebt opgenomen met de
camera, weergeven op een breedbeeldtelevisie. (pag. 143)
Basisfuncties
29
Opties of menu's selecteren
Als u een optie of een menu wilt selecteren, drukt u op [m] of [f].
Teruggaan naar het vorige menu
Druk nogmaals op [
m
] om terug te gaan naar het vorige
menu.
Druk de [Ontspanknop] half in om terug te gaan naar de opnamemodus.
[MENU] gebruiken
Als u opties wilt selecteren, drukt u op [m] en draait u de
navigatieknop of drukt u op [D/c/F/t] of [o].
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Draai de navigatieknop of druk op [
D
/
c
/
F
/
t
] om
naar een menu of een optie te scrollen.
of
3
Druk op [
o
] om de gemarkeerde optie of het
gemarkeerde menu te bevestigen.
Basisfuncties
30
Opties of menu's selecteren
4
Draai de navigatieknop of druk op [
D
/
c
] om
Witbalans te selecteren en druk op [
t
] of [
o
].
Fotoformaat
Kwalit.
EV
ISO
ISO vergroten
Witbalans
Flitser
Afsl. Verpl.
5
Draai de navigatieknop, druk op het wieltje aan de
voorzijde of druk op [
F
/
t
] om een witbalansoptie te
selecteren.
Terug Aanpassen
Witbalans : Daglicht
6
Druk op [
o
] om uw instellingen op te slaan.
7
Druk op [
m
] om terug te gaan naar de
opnamemodus.
Voorbeeld: een witbalansoptie selecteren in de
Programmamodus:
1
Draai de modusdraaiknop naar
p
.
2
Druk op [
m
].
Afsl. Verpl.
Fotoformaat
Kwalit.
EV
ISO
ISO vergroten
Witbalans
Flitser
3
Draai de navigatieknop of druk op [
D
/
c
] om
a
te
selecteren en druk op [
t
] of [
o
].
Basisfuncties
31
Opties of menu's selecteren
[Fn] gebruiken
U kunt opnameopties openen door op [f] te drukken, maar
sommige opties zijn dan niet beschikbaar.
Voorbeeld: een witbalansoptie selecteren in de
Programmamodus:
1
Draai de modusdraaiknop naar
p
.
2
Druk op [
f
].
EV : 0
Afsl. Aanpassen
3
Draai de navigatieknop of druk op [
D
/
c
/
F
/
t
] om
naar
te scrollen.
Witbalans : Auto witbalans
Afsl.
Aanpassen
4
Draai het wieltje aan de voorzijde om een witbalansoptie
aan te passen.
Witbalans : Bewolkt
Afsl.
Aanpassen
Druk op [
o
], draai de navigatieknop of druk op [
F
/
t
] en
vervolgens op [
o
] om uw instellingen op te slaan.
5
Druk op [
m
] om terug te gaan naar de
opnamemodus.
Basisfuncties
32
Het scherm en geluid instellen
Hier vindt u informatie over hoe u de basisinstellingen van het scherm en het geluid kunt aanpassen.
Over histogrammen
Een histogram is een grafiek die illustreert hoe het licht is verdeeld
in uw foto. Als het histogram een hoge piek aan de linkerkant
heeft, is de foto onderbelicht en wordt deze donker weergegeven.
Een piek aan de rechterkant van de grafiek betekent dat de foto
overbelicht is en te helder wordt weergegeven. De hoogte van de
pieken houdt verband met de kleurgegevens. Hoe meer van een
bepaalde kleur, hoe hoger de piek.
S
Onderbelicht
S
Goed belicht
S
Overbelicht
Het schermtype instellen
U kunt een type weergave selecteren voor de opname-
of afspeelmodus. Elk type geeft andere opname- of
afspeelgegevens weer. Bekijk de onderstaande tabel.
Alle informatie over het
opnemen tonen
Druk herhaaldelijk op [D] om het schermtype te wijzigen.
Modus
Type weergave
Opnemen
Alle opname-informatie verbergen.
Opnamegegevens verbergen, behalve de gegevens
op de bovenste regel.
Alle opname-informatie weergeven.
Histogram weergeven.
Afspelen
Alle informatie over het huidige bestand verbergen.
Informatie weergeven over het huidige bestand,
met uitzondering van de opname-instellingen en het
histogram.
Alle informatie over het huidige bestand weergeven.
Basisfuncties
33
Het scherm en geluid instellen
De weergave van opties instellen
In de modus Magisch plus kunt u de weergave van opties in- of
uitschakelen.
Druk meerdere malen op [
o
].
De optieweergave uitschakelen.
De optieweergave inschakelen.
Optieweergave
Beautyshot
Paneel uit Thuis
S Bijvoorbeeld in de modus Scène
Het geluid instellen
Schakel het geluid in of uit dat de camera maakt wanneer u
functies uitvoert.
1
Druk in de opname- of afspeelmodus op [
m
].
2
Selecteer
n
Geluiden Piepjes.
3
Selecteer een optie.
Optie
Beschrijving
Uit
De camera laat geen geluiden horen.
Aan
De camera laat geluiden horen.
Basisfuncties
34
Foto's maken
Hier vindt u informatie over hoe u snel en eenvoudig foto's kunt in de Smart Auto-modus.
3
Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
Een groen kader betekent dat het onderwerp scherp in
beeld is.
Een rood kader betekent dat het onderwerp niet scherp in
beeld is.
4
Druk de [Ontspanknop] volledig in om een foto te
maken.
5
Druk op [
P
] om de gemaakte foto weer te geven.
Als u de foto wilt verwijderen, drukt u op [
l
] en selecteert u
Ja.
6
Druk op [
P
] om terug te gaan naar de opnamemodus.
Zie pagina 38 voor tips om betere foto's te maken.
1
Draai de modusdraaiknop naar
T
.
2
Plaats het onderwerp in het kader.
Basisfuncties
35
Foto's maken
Digitale zoom
De digitale zoomfunctie wordt standaard ondersteund in
de opnamemodus. Als u inzoomt op een onderwerp in de
opnamemodus en de zoomaanduiding bevindt zich in het digitale
bereik, gebruikt de camera de digitale zoomfunctie. U kunt tot
13,2 keer inzoomen als u zowel de optische zoomfunctie (3,3X)
als de digitale zoomfunctie (4X) gebruikt.
Digitaal bereik
Zoomindicator
Optisch bereik
De digitale zoomfunctie is niet beschikbaar met de optie
Gezichtsdetectie, het effect Smart filter, de optie Tracking AF of
Handm. scherpstellen.
Als u een foto maakt met de digitale zoomfunctie, kan de fotokwaliteit
lager zijn dan normaal.
pAhMg
Zoomen
U kunt close-upfoto's maken door in te zoomen.
Uitzoomen
Inzoomen
Zoomverhouding
Hoe verder u de zoomknop draait, hoe sneller de camera in- of
uitzoomt.
Wanneer u de zoomknop draait, kan de zoomverhouding op het
scherm ongelijk worden gewijzigd.
Basisfuncties
36
Foto's maken
Smart Zoom
U kunt Smart Zoom (4,4X) gebruiken om in te zoomen met
minder kwaliteitsverlies dan met de optische zoomfunctie en
digitale zoomfunctie. U kunt tot 13,2 keer inzoomen als u de
optische zoomfunctie, Smart zoomfunctie en digitale zoomfunctie
gebruikt.
Optisch bereik + Smart bereik
Digitaal bereik
Zoomindicator
Smart Zoom is niet beschikbaar met de optie Gezichtsdetectie, het
effect Smart filter, de optie Tracking AF of Handm. scherpstellen.
U kunt deze functie niet gebruiken als de modusdraaiknop is ingesteld
op Continu, Vooraf vastleggen of Belichtingstrap.
Als u een foto maakt met de slimme zoomfunctie, kan de fotokwaliteit
minder worden.
pAhM
Smart Zoom instellen
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer
a
Smart Zoom.
3
Selecteer een optie.
Symbool
Beschrijving
Uit: de slimme zoomfunctie is uitgeschakeld.
Aan: de slimme zoomfunctie is ingeschakeld.
Basisfuncties
37
Foto's maken
Bewegingsonscherpte voorkomen
U kunt bewegingsonscherpte beperken en onscherpe foto's
voorkomen met de functies OIS (Optical Image Stabilization) en
DIS (Digital Image Stabilization), respectievelijk optische en digitale
beeldstabilisatie.
S
Vóór correctie
S
Na correctie
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer
a
of
V
Beeldstabilisator.
3
Selecteer een optie.
Symbool
Beschrijving
Uit: de functie Optische beeldstabilisatie is
uitgeschakeld.
OIS: de functie Optische beeldstabilisatie is
ingeschakeld.
DUAL IS: de functies Optische beeldstabilisatie en
Digitale beeldstabilisatie zijn ingeschakeld.
Afhankelijk van de opnameomstandigheden kunnen de beschikbare
opties verschillen.
pAhMgv
De functie Beeldstabilisatie werkt mogelijk niet correct wanneer:
- Wanneer u de camera beweegt om een bewegend onderwerp te
volgen.
- Wanneer u de digitale zoomfunctie gebruikt.
- Wanneer de camera te veel trilt.
- Wanneer u een langzame sluitertijd gebruikt (bijvoorbeeld voor
nachtopnamen).
- Wanneer de batterij bijna leeg is.
- Wanneer u een close-upfoto maakt.
Als u de beeldstabilisatiefunctie met een statief gebruikt, kunnen de
foto's onscherp worden door de trilling van de beeldstabilisatiesensor.
Schakel de beeldstabilisatiefunctie bij gebruik van een statief uit.
Als de camera valt of een schok krijgt, wordt het scherm wazig. Als dit
gebeurt, moet u de camera uitschakelen en weer inschakelen.
Basisfuncties
38
De camera op de juiste manier vasthouden
Zorg ervoor dat niets de
lens, flitser of microfoon
blokkeert.
De ontspanknop half indrukken
Druk de [Ontspanknop] half in en pas
de scherpstelling aan. De camera past de
scherpstellingen en belichting automatisch
aan.
De camera stelt de diafragmawaarde
en sluitertijd automatisch in.
Scherpstelkader
Druk de [Ontspanknop] volledig
in om een foto te maken als het
scherpstelkader groen is.
Pas de compositie aan en druk de
[Ontspanknop] nogmaals half in als
het scherpstelkader rood is.
Bewegingsonscherpte voorkomen
Stel de beeldstabilisatieoptie in om de
bewegingsonscherpte optisch te reduceren.
(pag. 37)
Als wordt weergegeven
Bewegingsonscherpte
Zorg dat bij opnamen in het donker de flitseroptie niet is ingesteld op
Langz sync of Uit. Het diafragma blijft langer open en het kan moeilijk
zijn om de camera lang genoeg stabiel te houden om een scherpe foto
te maken.
Gebruik een statief of stel de flitser in op Invulflits. (pag. 69)
Pas de ISO-waarde aan. (pag. 71)
Tips om betere foto's te maken
Basisfuncties
39
Voorkomen dat het onderwerp niet scherp is
In de volgende gevallen kan het moeilijk zijn om scherp te stellen
op het onderwerp:
-
Er is weinig contrast tussen het onderwerp en de achtergrond
(als het onderwerp bijvoorbeeld kleren draagt met kleuren die lijken
op de achtergrondkleur).
-
De lichtbron achter het onderwerp is te fel.
-
Het onderwerp glanst of weerspiegelt.
-
Het onderwerp heeft horizontale patronen, zoals bij jaloezieën het
geval is.
-
Het onderwerp bevindt zich niet in het midden van het kader.
De scherpstelvergrendeling gebruiken
Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
Wanneer het onderwerp scherp in beeld is, kunt u het kader
verschuiven om de compositie aan te passen. Druk wanneer
u klaar bent de [Ontspanknop] volledig in om een foto te
maken.
Als u foto's maakt bij weinig licht
Schakel de flitser in.
(pag. 69)
Als onderwerpen snel bewegen
Gebruik de Modus voor
snelle serieopnamen
of de functie Vooraf
vastleggen. (pag. 87)
Uitgebreide functies
Hier vindt u informatie over het maken van foto's en het opnemen van video's door een modus te
selecteren.
De Smart Auto-modus gebruiken
………… 41
De Programmamodus gebruiken
………… 43
De modus Diafragmaprioriteit,
Sluiterprioriteit of Handmatig gebruiken
… 44
De modus Diafragmaprioriteit gebruiken
45
De modus Sluiterprioriteit gebruiken
……… 46
De modus Handmatig gebruiken
………… 47
De modus Magisch Plus gebruiken
……… 48
De Scènemodus gebruiken
……………… 48
De Beautyshot-modus gebruiken
………… 49
De 3D-fotomodus gebruiken
…………… 50
De 2D- of 3D-panorama gebruiken
……… 50
De Actiepanorama-modus gebruiken
…… 52
De Magische kadermodus gebruiken
…… 53
De modus Gesplitste opname gebruiken
54
De modus Beeld in Beeld gebruiken
…… 55
De modus Artistieke pen gebruiken
……… 56
De HDR-modus gebruiken
……………… 57
De Creatieve filmmaker-modus
gebruiken
………………………………… 58
De Filmmodus gebruiken
………………… 60
Video's met hoge snelheid opnemen
…… 62
De Intelligente scènedetectiemodus
gebruiken
………………………………… 63
Uitgebreide functies
41
De Smart Auto-modus gebruiken
In de Smart Auto-modus selecteert de camera automatisch camera-instellingen die bij het gedetecteerde type scène passen.
De Smart Auto-modus is handig als u niet bekend bent met de camera-instellingen voor verschillende scènes.
Symbool Beschrijving
Portretten met tegenlicht
Portretten
Close-upfoto's van objecten
Close-upfoto's van tekst
Zonsondergangen
Heldere luchten
Bossen
Close-upfoto's van gekleurde onderwerpen
De camera is gestabiliseerd of op een statief geplaatst
(bij opnamen in het donker)
Onderwerpen die veel bewegen
Vuurwerk (als een statief wordt gebruikt)
Binnen, donker
Gedeeltelijk verlicht
Close-up met spotlight
Portretten met spotlight
1
Draai de modusdraaiknop naar
T
.
2
Plaats het onderwerp in het kader.
De camera selecteert automatisch een scène. Het pictogram
voor de desbetreffende scène wordt linksboven in het
scherm weergegeven. De pictogrammen worden hieronder
weergegeven.
Symbool Beschrijving
Landschappen
Scènes met een helderwitte achtergrond
Landschappen 's nachts (wanneer de flitser uit is)
Portretten 's nachts
Landschappen met tegenlicht
Uitgebreide functies
42
De Smart Auto-modus gebruiken
3
Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
4
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
Als de camera geen geschikte scènemodus detecteert, worden de
standaardinstellingen voor de modus
T
gebruikt.
Ook als er een gezicht wordt gedetecteerd, is het mogelijk dat de
camera geen portretmodus selecteert, afhankelijk van de positie van
het onderwerp en de lichtval.
Afhankelijk van de opnameomstandigheden, zoals het trillen van
de camera, de lichtval en de afstand tot het onderwerp, kan het
voorkomen dat de camera de juiste scène niet selecteert.
Zelfs als u een statief gebruikt, kan het voorkomen dat de camera de
modus niet detecteert als het onderwerp beweegt.
In de modus
T
raakt de batterij sneller leeg omdat de
instellingen vaker worden gewijzigd om de juiste scène te selecteren.
Uitgebreide functies
43
De Programmamodus gebruiken
In de Programmamodus kunt u de meeste opties instellen, met uitzondering van de sluitertijd en de diafragmawaarde, die automatisch
worden ingesteld door de camera.
1
Draai de modusdraaiknop naar
p
.
2
Stel de gewenste opties in.
Zie 'Opnameopties' voor een lijst met opties. (pag. 64)
3
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
4
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
Uitgebreide functies
44
De modus Diafragmaprioriteit, Sluiterprioriteit of Handmatig gebruiken
Pas de diafragmawaarde of sluitertijd aan om de belichting van uw foto's te regelen. U kunt deze opties gebruiken in de modi
Diafragmaprioriteit, Sluitertijdprioriteit en Handmatig.
Sluitertijd
Sluitersnelheid, een belangrijke factor in de helderheid van een
foto, verwijst naar de tijd die nodig is om de sluiter te openen
en te sluiten. Bij een lage sluitersnelheid komt er meer licht in
de camera. Onder vergelijkbare omstandigheden zijn foto's
helderder, maar worden snel bewegende objecten doorgaans
vager weergegeven. Als u een hogere sluitersnelheid kiest,
komt er minder licht de camera binnen. Foto's worden in dat
geval donkerder, maar bewegende objecten worden duidelijker
vastgelegd.
S
Lange sluitertijd
S
Korte sluitertijd
Diafragmawaarde
Het diafragma is een opening waardoor licht de camera
binnenkomt. De behuizing van het diafragma heeft dunne
metalen platen die open en dicht gaan. Hierdoor wordt het
diafragma breder of smaller en kan de hoeveelheid licht die
de camera binnenkomt, worden geregeld. De grootte van het
diafragma is nauw verwant aan de helderheid van een foto:
hoe groter de diafragmawaarde, hoe helderder de foto; hoe
kleiner de diafragmawaarde, hoe donkerder de foto. Houd er
rekening mee dat een grotere diafragmawaarde een kleinere
diafragmagrootte aangeeft. Zo is de diafragmaopening groter bij
een diafragmawaarde van 5.6 dan bij een diafragmawaarde
van 11.
S
Lage diafragmawaarde
(het diafragma is groot.)
S
Hoge diafragmawaarde
(het diafragma is klein.)
Uitgebreide functies
45
De modus Diafragmaprioriteit, Sluiterprioriteit of Handmatig gebruiken
3
Stel opties in.
Zie 'Opnameopties' voor een lijst met opties. (pag. 64)
4
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
5
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
Wanneer u de ISO-optie instelt op Auto, wordt de sluitertijd mogelijk niet
automatisch aangepast aan de diafragmawaarde. In dit geval zoekt de camera
een geschikte belichtingswaarde door de ISO-optie automatisch te wijzigen
wanneer u een foto vastlegt. Als u de ISO-optie handmatig wilt instellen, drukt
u op [
m
] en selecteert u
a
ISO een optie.
De modus Diafragmaprioriteit gebruiken
In de modus Diafragmaprioriteit kunt u handmatig de
diafragmawaarde instellen terwijl de camera automatisch een
geschikte sluitertijd selecteert.
1
Draai de modusdraaiknop naar
A
.
2
Draai de navigatieknop om de diafragmawaarde aan te
passen.
Zie pagina 44 voor meer informatie over de diafragmawaarde.
Uitgebreide functies
46
De modus Diafragmaprioriteit, Sluiterprioriteit of Handmatig gebruiken
3
Stel opties in.
Zie 'Opnameopties' voor een lijst met opties. (pag. 64)
4
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
5
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
Wanneer u de ISO-optie instelt op Auto, wordt de diafragmawaarde mogelijk
niet automatisch aangepast aan de sluitertijd. In dit geval zoekt de camera
een geschikte belichtingswaarde door de ISO-optie automatisch te wijzigen
wanneer u een foto vastlegt. Als u de ISO-optie handmatig wilt instellen, drukt
u op [
m
] en selecteert u
a
ISO een optie.
De modus Sluiterprioriteit gebruiken
In de modus Sluiterprioriteit kunt u handmatig de sluitertijd
instellen terwijl de camera automatisch een geschikte
diafragmawaarde selecteert.
1
Draai de modusdraaiknop naar
h
.
2
Draai het wieltje aan de voorzijde om de sluitertijd aan te
passen.
Zie pagina 44 voor meer informatie over de sluitertijd.
Uitgebreide functies
47
De modus Diafragmaprioriteit, Sluiterprioriteit of Handmatig gebruiken
De modus Handmatig gebruiken
In de modus Handmatig kunt u zowel de diafragmawaarde als de
sluitertijd instellen.
1
Draai de modusdraaiknop naar
M
.
2
Draai het wieltje aan de voorzijde om de sluitertijd aan te
passen.
3
Draai de navigatieknop om de diafragmawaarde aan te
passen.
4
Stel opties in.
Zie 'Opnameopties' voor een lijst met opties. (pag. 64)
5
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
6
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
Uitgebreide functies
48
De modus Magisch Plus gebruiken
In de modus Magisch Plus kunt u een foto maken met verschillende effecten.
Optie Beschrijving
Landschap
Stillevens en landschapsfoto's maken.
Tekst
Tekst in drukwerk of elektronische documenten
duidelijk leesbaar vastleggen.
Zon onder
Zonsondergangen met natuurlijke rood- en
geeltinten vastleggen.
Dageraad
Zonsopgangen vastleggen.
Tegenl.
Onderwerpen met tegenlicht vastleggen.
Strand/sneeuw
Onderbelichting van onderwerpen beperken
die wordt veroorzaakt door zonlicht dat wordt
gereflecteerd door zand of sneeuw.
3D-foto
Scènes met een 3D-effect vastleggen (het
3D-effect werkt alleen op een 3D-televisie of
3D-monitor).
4
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
5
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
De Scènemodus gebruiken
In de Scènemodus kunt u een foto maken met opties die al
vooraf zijn ingesteld voor een bepaalde scène.
1
Draai de modusdraaiknop naar
g
.
2
Selecteer .
3
Selecteer een scène.
Als de optie niet wordt weergegeven, drukt u op [
o
] of op
[
m
]
g
Scène selecteren en selecteer een scène.
Paneel uit Thuis
Beautyshot
Optie Beschrijving
Beautyshot
Een portretfoto maken met opties voor het
verhullen van onzuiverheden op het gezicht.
Nacht
Scènes 's nachts of bij weinig licht vastleggen
(het gebruik van een statief wordt aanbevolen).
Uitgebreide functies
49
De modus Magisch Plus gebruiken
8
Selecteer een optie.
Verhoog bijvoorbeeld de instelling voor gezichtsretouchering
om meer imperfecties te verbergen.
Terug Instellen
Gezichtstint
Gezichtretouch.
Gezichtsdetectie
Fotoformaat
Kwalit.
Flitser
Smart FR wijzigen
Uit
Niveau 1
Niveau 2
Niveau 3
9
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
10
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
Als u de Beautyshot-modus gebruikt, wordt de scherpstelafstand ingesteld
op Auto macro.
De Beautyshot-modus gebruiken
In de Beautyshot-modus kunt u een portret maken met opties
voor het verdoezelen van onzuiverheden op het gezicht.
1
Draai de modusdraaiknop naar
g
.
2
Selecteer .
3
Selecteer Beautyshot.
4
Druk op [
m
].
5
Selecteer
a
Gezichtstint.
6
Selecteer een optie.
Verhoog bijvoorbeeld de instelling voor de gezichtstint om de
huid lichter te laten lijken.
Terug Instellen
Gezichtstint
Gezichtretouch.
Gezichtsdetectie
Fotoformaat
Kwalit.
Flitser
Smart FR wijzigen
Uit
Niveau 1
Niveau 2
Niveau 3
7
Selecteer Gezichtretouch..
Uitgebreide functies
50
De modus Magisch Plus gebruiken
De 3D-fotomodus gebruiken
In de 3D-fotomodus kunt u scènes met een 3D-effect vastleggen.
1
Draai de modusdraaiknop naar
g
.
2
Selecteer .
3
Selecteer 3D-foto.
4
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
5
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
De camera maakt 2 foto's, beide in de bestandsindelingen
JPEG en MPO.
In de 3D-fotomodus is de resolutie automatisch ingesteld op .
In de 3D-fotomodus zijn bepaalde opnameopties niet beschikbaar.
U kunt een MPO-bestand dat het 3D-effect ondersteunt, alleen
weergeven op een MPO-compatibel scherm, zoals een 3D-televisie
of 3D-monitor. Op het scherm van de camera kunt u alleen JPEG-
bestanden weergeven.
Gebruik een 3D-bril wanneer u een MPO-bestand weergeeft op een
3D-televisie of 3D-monitor.
De 2D- of 3D-panorama gebruiken
In de Panoramamodus kunt u een brede panoramascène
vastleggen in één foto. een serie foto's maken en deze
combineren om een panoramisch beeld te maken.
S
Opnamevoorbeeld
1
Draai de modusdraaiknop naar
g
.
2
Selecteer .
3
Druk op [
m
].
4
Selecteer
a
Panorama Live Panorama of
3D-panorama.
5
Druk op [
m
] om terug te gaan naar de
opnamemodus.
6
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
Breng de camera op één lijn met de uiterste linker-, rechter-,
onder- of bovenkant van de scène die u wilt vastleggen.
Uitgebreide functies
51
De modus Magisch Plus gebruiken
7
Houd de [Ontspanknop] ingedrukt om de opname te
starten.
8
Houd de [Ontspanknop] ingedrukt en beweeg de
camera langzaam in de richting waarin de rest van de
panoramaopname moet worden vastgelegd.
In de 3D-panorama kunt u een scène alleen in horizontale
richting vastleggen.
Wanneer de beeldzoeker is uitgelijnd met de volgende scène,
legt de camera de volgende foto automatisch vast.
9
Wanneer u klaar bent, laat u de [Ontspanknop] los.
Wanneer u alle benodigde opnamen heeft vastgelegd,
combineert de camera deze tot één panoramafoto.
Voor de beste resultaten bij het vastleggen van panoramafoto's moet
u het volgende vermijden:
- De camera te snel of te langzaam bewegen.
- De camera te weinig bewegen om het volgende beeld vast te
leggen.
- De camera met ongelijkmatige snelheden bewegen.
- De camera schudden.
- De richting van de camera wijzigen terwijl een foto wordt
vastgelegd.
- Opnemen op donkere locaties.
- Bewegende onderwerpen in de buurt vastleggen.
- Opnameomstandigheden waar de helderheid of kleur van het licht
verandert.
Gemaakte foto's worden automatisch opgeslagen en het opnemen
wordt gestopt onder de volgende omstandigheden:
- Als u de opnamerichting wijzigt wanneer u opneemt.
- Als u de camera te snel beweegt.
- Als u de camera niet beweegt.
Als u de Panoramamodus selecteert, worden de digitale en optische
zoomfuncties uitgeschakeld. Als u de Panoramamodus selecteert
terwijl de lens is ingezoomd, zoomt de camera automatisch uit naar
de standaardpositie.
In de Panoramamodus zijn bepaalde opnameopties niet beschikbaar.
De camera kan de opname stoppen vanwege de compositie van de
opname of beweging van het onderwerp.
Om de fotokwaliteit te verbeteren in de Panoramamodus, legt uw
camera mogelijk het einde van de scène niet vast wanneer u stopt
met het bewegen van de camera. Als u de volledige scène wilt
vastleggen, beweegt u de camera iets verder dan het punt waar u de
scène wilt eindigen.
Uitgebreide functies
52
De modus Magisch Plus gebruiken
In de 3D-panoramamodus legt de camera mogelijk het begin van het
einde van een scène niet vast wegens de aard van het 3D-effect.
Als u de volledige scène wilt vastleggen, beweegt u de camera iets
voorbij het begin- en eindpunt dat u wilt vastleggen.
In de 3D-panoramamodus worden foto's vastgelegd met de JPEG- en
MPO-bestandsindelingen.
U kunt een MPO-bestand dat het 3D-effect ondersteunt, alleen
weergeven op een MPO-compatibel scherm, zoals een 3D-televisie
of 3D-monitor. Op het scherm van de camera kunt u alleen JPEG-
bestanden weergeven.
Gebruik een 3D-bril wanneer u een MPO-bestand weergeeft op een
3D-televisie of 3D-monitor.
De Actiepanorama-modus gebruiken
In de Actiepanorama-modus kunt u een serie foto's van een
bewegend onderwerp vastleggen en combineren.
S
Opnamevoorbeeld
1
Draai de modusdraaiknop naar
g
.
2
Selecteer .
3
Druk op [
m
].
4
Selecteer
a
Panorama Actiepanorama.
5
Druk op [
m
] om terug te gaan naar de
opnamemodus.
6
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
Breng de camera op één lijn met de uiterste linker- of
rechterkant van de scène die u wilt vastleggen.
7
Houd de [Ontspanknop] ingedrukt om de opname te
starten.
Uitgebreide functies
53
De modus Magisch Plus gebruiken
De Magische kadermodus gebruiken
In de modus Magisch kader kunt u verschillende kadereffecten
toepassen op uw foto's. De vorm en het uiterlijk van de foto's
verandert afhankelijk van het kader dat u selecteert.
1
Draai de modusdraaiknop naar
g
.
2
Selecteer .
3
Selecteer een optie.
Paneel uit
Muurschildering
Thuis
4
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
5
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
In de Magische kadermodus wordt de resolutie automatisch ingesteld op .
8
Houd de [Ontspanknop] ingedrukt en beweeg de
camera langzaam in de richting waarin de rest van de
panoramaopname moet worden vastgelegd.
Als er meerdere bewegende onderwerpen zijn, herkent de
camera het juiste onderwerp mogelijk niet.
Als onderwerpen zich buiten het hulpkader bevinden wanneer
u opneemt, legt de camera de beweging van de onderwerpen
niet vast.
9
Wanneer u klaar bent, laat u de [Ontspanknop] los.
De camera combineert de opnamen automatisch tot één foto.
Voor de beste resultaten bij het vastleggen van panoramafoto's moet
u het volgende vermijden:
- De camera te snel of te langzaam bewegen.
- De camera te weinig bewegen om het volgende beeld vast te
leggen.
- De camera met ongelijkmatige snelheden bewegen.
- De camera schudden.
- De richting van de camera wijzigen terwijl een foto wordt
vastgelegd.
- Opnemen op donkere locaties.
- Bewegende onderwerpen in de buurt vastleggen.
- Opnameomstandigheden waar de helderheid of kleur van het licht
verandert.
Het kan langer duren om panoramafoto's op te slaan.
In de Actiepanorama-modus zijn bepaalde opnameopties niet
beschikbaar.
Uitgebreide functies
54
De modus Magisch Plus gebruiken
4
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
5
Druk de [Ontspanknop] volledig in om een foto te
maken.
Herhaal stap 4 en 5 om de rest van de foto' te maken.
Als u een foto opnieuw wilt maken, drukt u op [
l
].
In de modus Gesplitste opname wordt de resolutie automatisch
ingesteld op of lager.
In de modus Gesplitste opname zijn de beschikbare Smart filter-opties
beperkt.
De modus Gesplitste opname gebruiken
In de modus Gesplitste opname kunt u meerdere foto's maken
en deze indelen met voorgedefinieerde indelingen.
1
Draai de modusdraaiknop naar
g
.
2
Selecteer .
3
Selecteer een stijl voor splitsen.
Als u de scherpte van de scheidingslijn wilt aanpassen, drukt
u op [
m
] en selecteert u
a
Lijnvervaging een
gewenste waarde.
Als u op een gedeelte van de opname een Smart filter-effect
wilt toepassen, drukt u op [
m
] en selecteert u
a
Smart filter een gewenste optie. U kunt verschillende
Smart filter-effecten toepassen of de afzonderlijke gedeelten
van de opname.
Paneel uit Thuis
Uitgebreide functies
55
De modus Magisch Plus gebruiken
Opnieuw Frame-instelling
5
Druk op [
o
] en draai de navigatieknop of druk op
[
D
/
c
/
F
/
t
] om het invoegpunt te wijzigen.
6
Draai het wieltje aan de voorzijde om de grootte voor
invoegen aan te passen.
7
Druk op [
o
] om de instelling op te slaan.
8
Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen en
druk vervolgens op de [Ontspanknop] om een foto te
maken en in te voegen.
Het venster voor invoegen wordt groter wanneer u de
[Ontspanknop] indrukt zodat u kunt bepalen of het
onderwerp scherp in beeld is.
Als u een video wilt opnemen, drukt u op (Video-opname).
Als u de opname wilt stoppen en de video wilt invoegen, drukt
u nogmaals op
(Video-opname).
De modus Beeld in Beeld gebruiken
In de modus Beeld in beeld kunt u een achtergrondfoto op
volledige grootte maken of selecteren en een kleinere foto of
video invoegen op de voorgrond.
1
Draai de modusdraaiknop naar
g
.
2
Selecteer .
Als u het uiteindelijke videoformaat wilt instellen wanneer u
een video invoegt, drukt u op [
m
] en selecteert u
V
Filmformaat een gewenst videoformaat.
3
Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen
en druk vervolgens op de [Ontspanknop] om een
achtergrondfoto te maken.
Als u een achtergrondfoto wilt selecteren uit uw opgeslagen
foto's, drukt u op [
m
] en selecteert u
a
Afbeelding selecteren een gewenste foto. U kunt geen
videobestanden of foto's selecteren die zijn vastgelegd in de
modus Live Panorama.
4
Druk op [
o
] om de foto in te stellen als
achtergrondafbeelding.
Als u een achtergrondfoto opnieuw wilt maken, drukt u op
[
m
].
Uitgebreide functies
56
De modus Magisch Plus gebruiken
De modus Artistieke pen gebruiken
In de modus Artistieke pen kunt u een foto maken en vervolgens
een video bekijken waarin wordt uitgelegd hoe u een filtereffect
kunt toepassen.
1
Draai de modusdraaiknop naar
g
.
2
Selecteer .
3
Selecteer een filter.
Aquarel
Paneel uit Thuis
Optie Beschrijving
Aquarel
Het effect van een waterverfschilderij toepassen.
Cartoon
Het effect van een striptekening toepassen.
Schets
Een schetseffect van een pen toepassen.
Wanneer u achtergrondfoto's maakt, wordt de resolutie automatisch
ingesteld op en worden alle gemaakte foto's opgeslagen.
De uiteindelijke foto's of video's voor Beeld in beeld worden
opgeslagen als één gecombineerd bestand. De ingevoegde foto's en
video's worden niet afzonderlijk opgeslagen.
Wanneer u een afbeelding invoegt, wordt de resolutie voor het
gecombineerde bestand automatisch ingesteld op .
Wanneer u een video invoegt, wordt de resolutie voor het
gecombineerde bestand automatisch ingesteld op of lager.
Wanneer u een achtergrondfoto vastlegt, wordt een foto die in de
verticale positie wordt vastgelegd, niet automatisch gedraaid.
De maximale grootte van het venster voor invoegen is 1/4 van het
scherm en de beeldverhouding blijft gelijk wanneer u de grootte
aanpast.
De maximale lengte voor een video die u wilt invoegen, is 20 minuten.
Het beschikbare zoombereik in de modus Beeld in beeld is mogelijk
kleiner dan in andere opnamemodi.
Wanneer u een van uw opgeslagen foto's selecteert als
achtergrondfoto, kunnen zwarte balken worden weergegeven aan de
randen van de afbeelding, afhankelijk van de beeldverhouding.
Uitgebreide functies
57
De modus Magisch Plus gebruiken
4
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
5
Druk de [Ontspanknop] volledig in om een foto te
maken.
Nadat u de foto hebt gemaakt, wordt automatisch de video
gestart waarin wordt uitgelegd hoe u het filter kunt toepassen.
In de modus Artistieke pen wordt de resolutie automatisch ingesteld
op of lager.
In de modus Artistieke pen worden de foto met het filtereffect en
de video waarin wordt uitgelegd hoe u het filter toepast, allebei
opgeslagen.
Het beschikbare zoombereik in de modus Artistieke pen is mogelijk
kleiner dan in andere opnamemodi.
In de modus Artistieke pen kan het opslaan van bestanden langer
duren.
U kunt een video die is vastgelegd in de modus Artistieke pen, niet
uploaden via de draadloze netwerkfunctie op uw camera.
De HDR-modus gebruiken
In de HDR-modus (High Dynamic Range) legt uw camera twee
foto's met verschillende belichtingen vast en worden het heldere
gebied van de onderbelichte foto en het donkere gebied van
de overbelichte foto over elkaar heen gelegd. U kunt foto's met
zachte, rijke kleuren vastleggen.
S
Zonder HDR-
effect
S
Met HDR-
effect
1
Draai de modusdraaiknop naar
g
.
2
Selecteer .
3
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
4
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
De camera legt 2 foto's vast en voegt deze automatisch
samen tot één foto.
Uitgebreide functies
58
De modus Magisch Plus gebruiken
Het HDR-effect kan worden beïnvloed door bewegingsonscherpte,
belichting, beweging van het onderwerp en de opnameomgeving.
U kunt de flitser niet gebruiken wanneer u de HDR-modus gebruikt.
Het kan langer duren om een foto op te slaan met de HDR-modus.
Wanneer u de HDR-modus gebruikt, kunnen het voorbeeld op het
scherm en de vastgelegde foto iets groter worden weergegeven dan
een foto die zonder dit effect wordt vastgelegd.
Wanneer u een bewegend onderwerp vastlegt met de HDR-modus,
kan een nabeeld worden weergegeven.
De Creatieve filmmaker-modus gebruiken
In de Creatieve filmmaker-modus kunt u gemakkelijk films maken
op basis van de foto's en video's die op de geheugenkaart zijn
opgeslagen.
Een film maken met de Creatieve filmmaker
1
Draai de modusdraaiknop naar
g
.
2
Selecteer .
3
Selecteer + filmcreatie.
4
Selecteer Selecteren en selecteer de gewenste
bestanden.
U moet ten minste 2 bestanden selecteren.
Als u een map selecteert, worden alle foto's in de map
geselecteerd.
Als u een -video selecteert, worden alle foto's geselecteerd
die zijn vastgelegd tijdens de video-opname.
Selecteer Willekeurig herhalen om de camera willekeurige
foto's en video's te laten selecteren. De film kan niet langer zijn
dan 3 minuten.
Selecteren
Willekeurig herhalen
Terug Instellen
Selecteer afbeelding
U kunt geen video's selecteren die zijn gemaakt in de modus
Creatieve filmmaker.
U kunt bestanden met RAW-indeling niet selecteren.
Als u de RAW+JPEG-indeling selecteert, worden alleen JPEG-
bestanden gebruikt om films te maken in de modus Creatieve
filmmaker.
U kunt maximaal 60 foto's en 10 video's selecteren.
5
Druk op [
f
] om de selectie te bevestigen.
6
Druk op [
t
] om Thema te selecteren en selecteer een
thema.
Uitgebreide functies
59
De modus Magisch Plus gebruiken
7
Druk op [
t
] om Muziek te selecteren en selecteer de
gewenste muziek.
8
Druk op [
t
] om Filmformaat te selecteren en selecteer
een filmformaat.
9
Druk op [
t
] om Creatie te selecteren en selecteer
Start creatie.
Als de camera niet voldoende ruimte heeft om de film op
te slaan, kunt u Start creatie niet selecteren. Verwijder
bestanden van de geheugenkaart om meer geheugen
beschikbaar te maken. (pag. 101)
Als het pop-upbericht wordt weergegeven wanneer u Start
creatie selecteert, selecteert u een kleiner filmformaat bij de
optie Filmformaat.
Het renderen van de video kan langer duren afhankelijk van
het aantal en het formaat van de geselecteerde bestanden.
Druk op [
m
] om het samenstellen van de video te
annuleren.
Een film weergeven die is gemaakt in de Creatieve
filmmaker-modus
1
Draai de modusdraaiknop naar
g
.
2
Selecteer .
3
Druk op [
D
/
c
] om een film te selecteren.
4
Druk op [
o
] om de film af te spelen.
Als u de film wilt weergeven in de afspeelmodus, drukt u op [
P
]. (pag. 96)
Uitgebreide functies
60
De Filmmodus gebruiken
In de Filmmodus kunt u instellingen aanpassen om full-HD-video's (1920 X 1080) van maximaal 20 minuten op te nemen. De camera slaat
opgenomen video's op als MP4-bestanden (H.264-bestanden).
MP4 (H.264) is een video-indeling met hoge compressie die is ontwikkeld door de internationale standaardisatieorganisaties ISO-IEC en ITU-T.
Als u geheugenkaarten gebruikt met lage schrijfsnelheden, slaat de camera video's mogelijk niet correct op. Video-opnamen zijn mogelijk beschadigd of worden
niet correct afgespeeld.
Geheugenkaarten met een lage schrijfsnelheid ondersteunen geen video's met een hoge resolutie of hoge snelheid. Gebruik voor het opnemen van video's met
een hoge resolutie of een hoge snelheid geheugenkaarten met een hogere schrijfsnelheid.
Als u de beeldstabilisatiefunctie inschakelt terwijl u een video opneemt, neemt de camera mogelijk het geluid op dat door de beeldstabilisatiefunctie wordt
geproduceerd.
Als u de zoomfunctie gebruikt wanneer u een video opneemt, neemt de camera mogelijk het geluid van de zoomfunctie op. Gebruik de Sound Alive-functie om het
geluid van de zoomfunctie te beperken. (pag. 94)
U kunt de opname van een video in bepaalde modi starten door op
(Video-opname) te drukken zonder de modusdraaiknop naar
v
te draaien.
Het formaat van het videokader kan kleiner lijken wanneer u een video
opneemt, afhankelijk van de videoresolutie en framesnelheid.
Als u ongeveer 3 minuten geen bewerkingen uitvoert terwijl u een
video opneemt, wordt het scherm gedimd. Voer een bewerking uit
met de camera om het scherm te activeren. Als u de power-knop,
zoomknop, ontspanknop of de video-opnameknop gebruikt, voert
de camera de gewenste bewerking uit, zelfs wanneer het scherm is
gedimd.
1
Draai de modusdraaiknop naar
v
.
2
Stel de gewenste opties in.
Zie Opnameopties voor een lijst met opties. (pag. 64)
3
Druk op (Video-opname) om de opname te starten.
4
Druk nogmaals op (Video-opname) om de opname
te stoppen.
Uitgebreide functies
61
De Filmmodus gebruiken
Opnemen onderbreken
U kunt tijdens het opnemen van een video de opname tijdelijk
onderbreken. Met deze functie kunt u verschillende scènes
opnemen in één video.
Druk op [o] om de opname te onderbreken.
Druk op [c] om niet door te gaan naar automatisch
scherpstellen.
Druk op [o] om de opname te hervatten.
Foto's vastleggen terwijl u een video opneemt
U kunt foto's vastleggen terwijl u een video opneemt zonder over
te schakelen naar de fotostand (maximaal 6 foto's).
Foto's vastgelegd tijdens het
opnemen van een video
Druk de [Ontspanknop] in om foto's vast te leggen tijdens het
opnemen van een video.
Vastgelegde foto's worden automatisch opgeslagen.
Het formaat van vastgelegde afbeeldingen wordt automatisch
gewijzigd, afhankelijk van het formaat van de opgenomen video.
U kunt geen foto's vastleggen terwijl u video's met hoge snelheid
opneemt.
U kunt geen foto's vastleggen wanneer u de video-opname
onderbreekt.
De kwaliteit van foto's die worden vastgelegd terwijl u een video
opneemt, kan lager zijn dan die van foto's die normaal worden
vastgelegd.
Uitgebreide functies
62
De Filmmodus gebruiken
Video's met hoge snelheid opnemen
U kunt video's met hoge snelheid opnemen door framesnelheden
in te stellen. Video's met hoge snelheid worden in slow motion
afgespeeld bij 30 FPS, ongeacht de framesnelheid van de video.
Geheugenkaarten met langzame schrijfsnelheden bieden geen
ondersteuning voor video's met hoge snelheid.
U kunt Smart filter-effecten of de modus Intelligente scènedetectie niet
instellen wanneer u video's met hoge snelheid opneemt.
Video's met hoge snelheid bieden geen ondersteuning voor
spraakopnamen.
De beeldkwaliteit van snelle video's kan lager zijn dan bij video's met
normale snelheid.
1
Draai de modusdraaiknop naar
v
.
U kunt een video met hoge snelheid alleen in de modus
v
opnemen.
2
Draai de draaiknop voor transportmodus.
Symbool Beschrijving
192 X 144 (480fps): 480 frames per seconde
opnemen (gedurende maximaal 10 seconden).
384 X 288 (240fps): 240 frames per seconde
opnemen (gedurende maximaal 10 seconden).
640 X 480 (120fps): 120 frames per seconde
opnemen (gedurende maximaal 10 seconden).
3
Druk op (Video-opname) om de opname te starten.
4
Druk nogmaals op (Video-opname) om de opname
te stoppen.
Uitgebreide functies
63
De Filmmodus gebruiken
De Intelligente scènedetectiemodus
gebruiken
In de Intelligente scènedetectiemodus selecteert uw camera
automatisch de juiste camera-instellingen op basis van de scène
die is gedetecteerd.
1
Draai de modusdraaiknop naar
v
.
2
Druk op [
m
].
3
Selecteer
V
Intelligente scènedetectie Aan.
4
Druk op [
m
] om terug te gaan naar de
opnamemodus.
5
Plaats het onderwerp in het kader.
De camera selecteert automatisch een scène. Het pictogram
voor de desbetreffende scène wordt linksboven in het scherm
weergegeven.
Symbool Beschrijving
Landschappen
Zonsondergangen
Heldere luchten
Bossen
6
Druk op (Video-opname) om de opname te starten.
7
Druk nogmaals op (Video-opname) om de opname
te stoppen.
Als de camera geen geschikte scènemodus detecteert, worden
de standaardinstellingen voor de Intelligente scènedetectiemodus
gebruikt.
Afhankelijk van de opnameomstandigheden, zoals het trillen van
de camera, de lichtval en de afstand tot het onderwerp, kan het
voorkomen dat de camera de juiste scène niet selecteert.
Smart filter-effecten zijn niet beschikbaar in de Intelligente
scènedetectiemodus.
Opnameopties
Hier vindt u informatie over het instellen van de opties in de opnamemodus.
De resolutie en beeldkwaliteit
selecteren
…………………………………… 65
De resolutie selecteren
…………………… 65
De fotokwaliteit instellen
………………… 66
De timer gebruiken
………………………… 67
Opnamen in het donker maken
………… 68
Rode ogen voorkomen
…………………… 68
De flitser gebruiken
……………………… 68
De flitser gebruiken
……………………… 69
De ISO-waarde aanpassen
……………… 71
De scherpstelling aanpassen
…………… 72
Macro gebruiken
………………………… 72
Autofocus gebruiken
……………………… 72
Scherpstellen op een geselecteerd
gebied
…………………………………… 74
Meebewegende autofocus gebruiken
…… 75
Het scherpstelgebied aanpassen
………… 76
Gezichtsdetectie gebruiken
……………… 77
Gezichten detecteren
…………………… 77
Een zelfportret maken
…………………… 77
Een foto van een lachend gezicht maken
78
Knipperende ogen detecteren
…………… 79
Slimme gezichtsherkenning gebruiken
…… 79
Gezichten als favoriet registreren
(Mijn ster)
………………………………… 80
Tips voor gezichtsdetectie
……………… 81
Helderheid en kleur aanpassen
…………… 82
De belichting handmatig aanpassen (EV)
82
De belichtingswaarde vergrendelen
……… 83
De lichtmeetmethode wijzigen
…………… 84
Een lichtbron selecteren (Witbalans)
……… 84
Serieopnamen
……………………………… 87
Foto's maken in de modus voor snelle
serieopnamen
…………………………… 87
Foto's maken in de modus voor vooraf
vastleggen
………………………………… 88
Foto's met de bracketfunctie maken
…… 88
Smart filter-effecten toepassen
…………… 90
Het ND-filtereffect aanpassen
…………… 92
Foto's aanpassen
………………………… 93
Het geluid van de zoom verminderen
…… 94
Opnameopties
65
De resolutie en beeldkwaliteit selecteren
Hier vindt u informatie over hoe u instellingen voor de resolutie en beeldkwaliteit kunt aanpassen.
Symbool Beschrijving
1920 X 1080: afdrukken op A5-papier in
panoramaverhouding (16:9) of weergeven op een
HDTV.
1024 X 768: toevoegen aan een e-mailbericht.
De videoresolutie instellen
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer
V
Filmformaat.
3
Selecteer een optie.
Symbool Beschrijving
1920X1080: HD-bestanden van hoge kwaliteit om af
te spelen op een HDTV.
1280X720: HD-bestanden om af te spelen op een
HDTV.
640X480: SD-bestanden om af te spelen op een
analoge TV.
Om te delen: op een website plaatsen via het
draadloos netwerk (maximaal 30 seconden).
TpAhMgv
De resolutie selecteren
Als u de resolutie verhoogt, zullen de foto's en video's meer
pixels bevatten en daardoor groter kunnen worden afgedrukt
en weergegeven. Bij een hoge resolutie neemt ook de
bestandsgrootte toe.
De fotoresolutie instellen
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer
a
Fotoformaat.
3
Selecteer een optie.
Symbool Beschrijving
4000 X 3000: afdrukken op A1-papier.
4000 X 2672: afdrukken op A2-papier in de
verhouding 3:2 (breed).
4000 X 2248: afdrukken op A2-papier in
panoramaverhouding (16:9) of weergeven op een
HDTV.
3264 X 2448: afdrukken op A2-papier.
2832 X 2832: afdrukken op A3-papier in de
verhouding 1:1.
2592 X 1944: afdrukken op A4-papier.
1984 X 1488: afdrukken op A5-papier.
TpAhMg
Opnameopties
66
De resolutie en beeldkwaliteit selecteren
De fotokwaliteit instellen
De instelling voor de fotokwaliteit instellen Een hogere
beeldkwaliteit resulteert in grotere bestanden. De camera
comprimeert de foto's die u maakt en slaat deze op in JPEG-
indeling.
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer
a
Kwalit..
3
Selecteer een optie.
Symbool Beschrijving
Superhoog: foto's maken met superhoge kwaliteit.
Hoog: foto's maken met hoge kwaliteit.
Normaal: foto's maken met normale kwaliteit.
RAW: foto's maken en opslaan zonder wijzigingen.
RAW + S.Fijn: foto's maken in zeer hoge kwaliteit
met de RAW-indeling.
RAW + Fijn: foto's maken in hoge kwaliteit met de
RAW-indeling.
RAW + Normaal: foto's maken in normale kwaliteit
met de RAW-indeling.
Als u de modus Continu, Vooraf vastleggen of Belichtingstrap instelt, kunt
u geen foto's maken in RAW-indeling en wordt de optie RAW ingesteld op
Superhoog.
pAhMg
Wat zijn RAW-bestanden?
Foto's die worden gemaakt met een camera worden vaak
geconverteerd naar de JPEG-indeling en opgeslagen in het
geheugen volgens de instellingen van de camera op het moment
van de opname. RAW-bestanden worden niet omgezet naar de
JPEG-indeling en worden opgeslagen in het geheugen zonder
wijzigingen. RAW-bestanden es have the file extension 'SRW'
(Bijvoorbeeld: 'SAM_0001.SRW').
Als u belichtingen, de witbalans, tinten, contrast en kleuren
van RAW-bestanden wilt aanpassen en kalibreren, kunt u
het programma Samsung RAW Converter gebruiken dat is
meegeleverd op de cd-rom met software. (Zie pagina 121.)
Opnameopties
67
De timer gebruiken
Hier vindt u informatie over hoe u de timer instelt om de opname met een vertraging te maken.
TpAhMgv
1
Draai de draaiknop voor transportmodus naar of .
Een foto maken na
een vertraging van
2 seconden.
Een foto maken na
een vertraging van
10 seconden.
2
Druk op de [Ontspanknop] om de timer te starten.
Het AF-hulplampje/timerlampje gaat knipperen. De camera
maakt na de ingestelde tijdsduur automatisch een foto.
Druk op de [Ontspanknop] om de timer te annuleren.
Afhankelijk van de geselecteerde opties voor gezichtsdetectie, is de
timerfunctie mogelijk niet beschikbaar.
Opnameopties
68
Opnamen in het donker maken
Hier vindt u informatie over hoe u 's nachts of bij weinig licht foto's kunt maken.
De flitser gebruiken
Verschuif de ontgrendeling van flitser om de flitser uit te klappen
als u deze nodig hebt.
Als de flitser is gesloten, gaat deze niet af, ongeacht de
geselecteerde optie. Als de flitser is uitgeklapt, gaat de flitser af
op basis van de geselecteerde optie.
Als u de flitser niet gebruikt, moet u deze sluiten om schade aan de
flitser te voorkomen.
Als u de flitser met kracht opent, kunt u de camera beschadigen.
Druk de flitser voorzichtig naar beneden om deze te sluiten.
Rode ogen voorkomen
Als de flitser afgaat wanneer u in het donker een foto van een
persoon maakt, kan er een rode gloed in de ogen verschijnen.
U kunt dit voorkomen door Rode ogen of Anti-rode ogen te
selecteren. Zie 'De flitser gebruiken' voor de flitseropties.
S
Vóór correctie
S
Na correctie
pg
Opnameopties
69
Opnamen in het donker maken
Symbool Beschrijving
Auto: de flitser wordt automatisch gebruikt wanneer het
onderwerp of de achtergrond donker is.
Rode ogen:
De flitser gaat twee keer af als het onderwerp of de
achtergrond te donker is om het rode-ogeneffect te
verminderen.
Er zit een korte tijd tussen de twee flitsen. Beweeg de
camera niet totdat de tweede flits is uitgevoerd.
Invulflits:
Er wordt altijd geflitst.
De camera past automatisch de intensiteit van het
licht aan.
Langz sync:
Er wordt geflitst en de sluiter blijft langer open.
Deze optie wordt aanbevolen wanneer u het
omgevingslicht wilt gebruiken om meer details in de
achtergrond zichtbaar te maken.
Gebruik een statief om te voorkomen dat de foto's
onscherp worden.
De camera geeft een waarschuwing weer dat de
camera beweegt
wanneer u foto's maakt bij
weinig licht.
Anti-rode ogen:
De flitser wordt geactiveerd wanneer het onderwerp of de
achtergrond donker is en de camera corrigeert de rode
ogen met de geavanceerde software-analyse.
Er zit een korte tijd tussen de twee flitsen. Beweeg de
camera niet totdat de tweede flits is uitgevoerd.
Afhankelijk van de opnameomstandigheden kunnen de beschikbare opties
verschillen.
De flitser gebruiken
Gebruik de flitser wanneer u foto's in het donker maakt of
wanneer u meer licht in de foto's wilt hebben.
1
Verschuif de ontgrendeling van flitser om de flitser uit te
klappen als u deze nodig hebt.
2
Druk in de opnamemodus op [
F
].
Flitser : Auto
AanpassenTerug
3
Selecteer een optie.
Symbool Beschrijving
Uit:
Er wordt niet geflitst.
De camera geeft een waarschuwing weer dat de
camera beweegt
wanneer u foto's maakt bij
weinig licht.
Auto: in de modus Smart Mode selecteert de camera
een geschikte flitseroptie voor de gedetecteerde scène.
TpAhMg
Opnameopties
70
Opnamen in het donker maken
Er zijn geen flitseropties beschikbaar als u Zelfportret of Knipperen
selecteert.
Zorg ervoor dat uw onderwerp zich binnen de aanbevolen afstand van
de flitser bevindt. (pag. 174)
Als licht van de flitser wordt gereflecteerd of als er veel stof in de lucht
is, kunnen er kleine vlekjes op de foto komen.
U kunt deze functie niet gebruiken als de modusdraaiknop is ingesteld
op Continu, Vooraf vastleggen of Belichtingstrap.
In sommige modi kunt u ook de flitseroptie instellen door op [
m
] te
drukken en vervolgens
a
Flitser te selecteren.
De flitserintensiteit aanpassen
Pas de flitserintensiteit aan om overbelichte of niet voldoende
belichte foto's te voorkomen.
1
Druk in de opnamemodus op [
F
].
2
Scroll naar een optie.
3
Druk op [
D
].
4
Draai de navigatieknop of druk op [
F
/
t
] om de
intensiteit aan te passen.
-2 +2
Terug Instellen
Flitser : Auto
5
Druk op [
o
] om uw instellingen op te slaan.
Het aanpassen van de flitsintensiteit helpt mogelijk niet in de volgende
gevallen:
- Het onderwerp bevindt zich te dicht bij de camera.
- Er is een hoge ISO-waarde ingesteld.
- De belichtingswaarde is te groot of te klein.
In bepaalde opnamemodi kan deze functie niet worden gebruikt.
Opnameopties
71
Opnamen in het donker maken
De ISO-waarde aanpassen
U kunt de ISO-waarde verhogen tot ISO 12800.
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer
a
ISO vergroten Aan.
Bij ISO 12800 wordt de resolutie automatisch ingesteld op .
De ISO-waarde aanpassen
De ISO-waarde is een eenheid voor de mate waarin film gevoelig
is voor licht, zoals gedefinieerd door de International Organization
for Standardization (ISO). Hoe hoger de ISO-waarde, des te
gevoeliger wordt de camera voor licht. Gebruik een hogere ISO-
waarde om betere foto's te maken en bewegingsonscherpte te
voorkomen wanneer u de flitser niet gebruikt.
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer
a
ISO.
3
Selecteer een optie.
Selecteer om een geschikte ISO-waarde te gebruiken op
basis van de helderheid van het onderwerp en de lichtval.
Hogere ISO-waarden kunnen zorgen voor meer ruis in beelden.
pAhM
Opnameopties
72
De scherpstelling aanpassen
Hier vindt u informatie over het aanpassen van de scherpstelling van de camera om deze aan te passen aan het onderwerp en de
opnameomstandigheden.
Autofocus gebruiken
Selecteer de scherpsteloptie die bij de afstand tot het onderwerp
past om scherpe foto's te maken.
1
Druk in de opnamemodus op [
c
].
Terug Instellen
Focus: Autofocus (normaal)
pAhMg
Macro gebruiken
Gebruik macro om foto's van dichtbij te maken, bijvoorbeeld van
bloemen of insecten.
Probeer de camera stevig vast te houden, om te voorkomen dat de
foto's onscherp worden.
Schakel de flitser uit als de afstand tot het onderwerp minder dan
50 cm bedraagt.
pAhMgv
Opnameopties
73
De scherpstelling aanpassen
De scherpstelafstand handmatig aanpassen
1
Druk in de opnamemodus op [
c
].
2
Scroll naar Handm. scherpstellen.
3
Druk op [
D
].
4
Draai de navigatieknop of druk op [
F
/
t
] om de
scherpstelafstand aan te passen.
Terug Instellen
Focus: Handm. scherpstellen
5
Druk op [
o
] om uw instellingen op te slaan.
Als u de scherpstelafstand handmatig aanpast en het onderwerp zich
buiten het scherpstelgebied bevindt, kan de foto onscherp worden.
Als u deze functie gebruikt, is het niet mogelijk om de opties voor
Scherpstelgebied, Gezichtsdetectie en Smart Zoom in te stellen.
pAhMg
2
Selecteer een optie.
Symbool Beschrijving
Autofocus (normaal): scherpstellen op een
onderwerp dat zich op een afstand van meer dan
40 cm van de lens bevindt. Of op een afstand van
100 cm of meer, wanneer u gebruikmaakt van de
zoom.
Handm. scherpstellen: scherpstellen op een
onderwerp door de scherpstelafstand handmatig aan
te passen. (pag. 73)
Macro: handmatig scherpstellen op een onderwerp
dat 1-40 cm van de camera is verwijderd.
40-100 cm wanneer u de zoom gebruikt.
Auto macro:
Scherpstellen op een onderwerp dat zich op
een afstand van 1 cm of meer bevindt. Of op
een afstand van 40 cm of meer, wanneer u
gebruikmaakt van de zoom.
De optie wordt in sommige modi automatisch
ingesteld. U kunt de optie niet handmatig instellen.
Afhankelijk van de opnameomstandigheden kunnen de beschikbare
opties verschillen.
Opnameopties
74
De scherpstelling aanpassen
5
Druk op [
o
].
6
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
Druk op [
o
] om het scherpstelgebied te wijzigen.
Als u deze functie gebruikt, is het niet mogelijk om de opties voor
Gezichtsdetectie, Smart zoom en Smart filter in te stellen.
U kunt deze functie alleen gebruiken wanneer de modusdraaiknop is
ingesteld op 1 opname.
Scherpstellen op een geselecteerd gebied
U kunt scherpstellen op een gebied dat u hebt geselecteerd.
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer
a
Scherpstelgebied Keuze AF.
3
Druk op [
m
] om terug te gaan naar de
opnamemodus.
4
Druk op [
o
] en draai de navigatieknop of druk op
[
D
/
c
/
F
/
t
] om het kader naar het gewenste
gebied te verplaatsen.
Instellen
pAhMg
Opnameopties
75
De scherpstelling aanpassen
Meebewegende autofocus gebruiken
Met Tracking AF kunt u het onderwerp volgen en automatisch
scherp in beeld houden, ook wanneer u beweegt.
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer
a
Scherpstelgebied Tracking AF.
3
Druk op [
m
] om terug te gaan naar de
opnamemodus.
4
Stel scherp op het onderwerp dat u wilt volgen en druk
op [
o
].
Er verschijnt een scherpstelkader rond het onderwerp dat het
onderwerp volgt als u de camera beweegt.
Tracking AF
Een wit kader betekent dat de camera het onderwerp volgt.
Een groen kader wanneer u de [Ontspanknop] half indrukt,
betekent dat het onderwerp scherp in beeld is.
pAhMg
5
Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken.
Als u geen scherpstelgebied selecteert, wordt het scherpstelkader
weergegeven in het midden van het scherm.
Het volgen van een onderwerp kan in de volgende gevallen mislukken:
- Het onderwerp is te klein.
- Het onderwerp beweegt te veel.
- Er is sprake van tegenlicht of u maakt foto's op een donkere plaats.
- Kleuren of patronen van het onderwerp komen overeen met de
achtergrond.
- Het onderwerp heeft horizontale patronen, zoals bij jaloezieën het
geval is.
- De camera trilt erg.
Wanneer een onderwerp niet kan worden gevolgd, wordt het
scherpstelkader weergegeven als een kader met één witte lijn ( ).
Als de camera het onderwerp niet volgt, moet u het te volgen
onderwerp opnieuw selecteren.
Als de camera niet kan scherpstellen, wordt het scherpstelkader
weergegeven als een kader met één rode lijn ( ).
Als u deze functie gebruikt, is het niet mogelijk om de opties voor
Gezichtsdetectie, Smart zoom en Smart filter in te stellen.
U kunt deze functie alleen gebruiken wanneer de modusdraaiknop is
ingesteld op 1 opname.
Opnameopties
76
De scherpstelling aanpassen
Het scherpstelgebied aanpassen
U kunt betere foto's krijgen door een scherpstelgebied te kiezen
op basis van de locatie van het onderwerp in de scène.
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer
a
Scherpstelgebied.
3
Selecteer een optie.
Symbool Beschrijving
Centrum AF: scherpstellen op het midden van het
kader (voor onderwerpen die zich in het midden of in
de buurt van het midden bevinden).
Multi AF: scherpstellen op een of meer van
9 mogelijke gebieden.
Keuze AF: scherpstellen op het gebied dat u
selecteert. (pag. 74)
Tracking AF: scherpstellen op en meebewegen
met het onderwerp. (pag. 75)
Afhankelijk van de opnamemodus kunnen de beschikbare
opnameopties verschillen.
pAhMg
Opnameopties
77
Gezichtsdetectie gebruiken
Bij gebruik van de opties voor gezichtsdetectie worden de gezichten van mensen automatisch door de camera gedetecteerd. Wanneer u
op een menselijk gezicht scherpstelt, past de camera de belichting automatisch aan. Gebruik Knipperen om gesloten ogen te detecteren
of Smile shot om een lachend gezicht op te nemen. Ook kunt u Slimme gez.herkenning gebruiken om gezichten te registreren en ze bij
het scherpstellen prioriteit te geven.
pAhMg
Een zelfportret maken
Maak foto's van uzelf. De camera stelt de scherpstelafstand in op
close-up en geeft een pieptoon weer wanneer dit gereed is.
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer
a
Gezichtsdetectie Zelfportret.
3
Druk op [
m
] om terug te gaan naar de
opnamemodus.
4
Stel de opname samen met de lens naar u toe gericht.
Gezichten detecteren
De camera kan automatisch maximaal 10 gezichten in één scène
detecteren.
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer
a
Gezichtsdetectie Normaal.
3
Druk op [
m
] om terug te gaan naar de
opnamemodus.
Het gezicht dat zich het
dichtst bij de camera of
het dichtst bij het midden
van de scène bevindt,
wordt weergegeven in een
wit scherpstelkader en de
overige gezichten worden
weergegeven in grijze
scherpstelkaders.
Hoe dichter u bij de onderwerpen bent, des te sneller de camera gezichten
detecteert.
Opnameopties
78
Gezichtsdetectie gebruiken
5
Wanneer u een korte piep hoort, drukt u op de
[Ontspanknop].
Als u Volume uitschakelt in de geluidsinstellingen, geeft de camera geen
pieptoon weer. (pag. 150)
Een foto van een lachend gezicht maken
De camera neemt automatisch een foto wanneer er een lachend
gezicht wordt gedetecteerd.
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer
a
Gezichtsdetectie Smile shot.
3
Druk op [
m
] om terug te gaan naar de
opnamemodus.
4
Stel de opname samen.
De camera neemt automatisch een foto wanneer er een
lachend gezicht wordt gedetecteerd.
De camera herkent de lach
eerder wanneer het onderwerp
breeduit lacht.
Opnameopties
79
Gezichtsdetectie gebruiken
Slimme gezichtsherkenning gebruiken
De camera registreert automatisch gezichten die u vaak fotografeert.
De functie Slimme gezichtsherkenning stelt automatisch eerst
scherp op die gezichten en op favoriete gezichten.
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer
a
Gezichtsdetectie Slimme gez.
herkenning.
: gezichten die u hebt geregistreerd als favorieten.
(Zie pagina 80 voor informatie over het registreren van gezichten
als favorieten.)
: gezichten die automatisch door de camera zijn
geregistreerd.
De camera herkent en registreert gezichten mogelijk niet goed in
extreme lichtomstandigheden, bij grote veranderingen in de houding
of gezichtsuitdrukking van het onderwerp of als het onderwerp al dan
niet een bril draagt.
De camera kan maximaal 12 gezichten automatisch registreren. Als
de camera een nieuw gezicht herkent terwijl er al 12 gezichten zijn
geregistreerd, zal de camera automatisch het gezicht met de laagste
prioriteit door het nieuwe vervangen.
Knipperende ogen detecteren
Als de camera gesloten ogen detecteert, worden er automatisch
2 foto's na elkaar gemaakt.
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer
a
Gezichtsdetectie Knipperen.
3
Druk op [
m
] om terug te gaan naar de
opnamemodus.
Opnameopties
80
Gezichtsdetectie gebruiken
4
Druk op [
o
] om het gezicht te registreren.
Zodra u klaar bent met het registreren van de foto's, wordt
een lijst met gezichten weergegeven.
Uw favoriete gezichten worden in de gezichtenlijst met een
gemarkeerd.
U kunt maximaal 8 favoriete gezichten registreren.
De flitser wordt niet geactiveerd wanneer u een favoriet gezicht
registreert.
Als u een gezicht twee keer registreert, kunt u een van deze gezichten
uit de lijst verwijderen.
Het gezicht dat u zojuist hebt geregistreerd, wordt boven aan de lijst
weergegeven.
De rangorde van uw favoriete gezichten wijzigen
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer
a
Smart FR wijzigen Gezichtenlijst.
3
Druk op [
f
] en selecteer Rangorde wijzigen.
4
Selecteer een gezicht en druk op [
o
].
5
Draai de navigatieknop of druk op [
F
/
t
] om de
rangorde te wijzigen en druk op [
f
].
Zie 'Uw favoriete gezichten classificeren' op pagina 97 als u de rangorde van
uw favoriete gezichten wilt wijzigen in de modus afspeelmodus.
Gezichten als favoriet registreren (Mijn ster)
U kunt uw favoriete gezichten registreren om deze gezichten bij
de scherpstelling en belichting prioriteit te geven.
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer
a
Smart FR wijzigen Mijn ster.
3
Lijn het gezicht van het onderwerp uit met de ovalen
richtlijn en druk op de [Ontspanknop] om het gezicht te
registreren.
Terug Instellen
Maak bij het registreren van gezichten een foto per persoon tegelijk.
Maak 5 foto's van het gezicht van het onderwerp voor de beste
resultaten: van de voorkant, van links, van rechts, van boven en van
onderen.
Wanneer u foto's maakt van links, van rechts, van boven en van
onderen, moet u het onderwerp vertellen zijn of haar gezicht niet meer
dan 30 graden te draaien.
U kunt een gezicht registreren, zelfs als u maar één foto van het
gezicht van het onderwerp maakt.
Opnameopties
81
Gezichtsdetectie gebruiken
Tips voor gezichtsdetectie
Wanneer de camera een gezicht detecteert, wordt het
gedetecteerde gezicht automatisch gevolgd.
Gezichtsdetectie is mogelijk in de volgende gevallen niet effectief:
-
De afstand tussen de camera en het onderwerp is te groot (het
scherpstelkader wordt oranje weergegeven voor Smile shot en
Knipperen).
-
Het is te licht of te donker.
-
Het onderwerp kijkt niet in de richting van de camera.
-
Het onderwerp draagt een zonnebril of een masker.
-
De gezichtsuitdrukking van het onderwerp verandert drastisch.
-
Het onderwerp heeft tegenlicht of de lichtomstandigheden zijn
veranderlijk.
Gezichtsdetectie is niet beschikbaar als u Smart filter-effecten,
beeldaanpassing, Smart Zoom, Keuze Af, Tracking AF of
handmatig scherpstellen instelt.
Als opties voor gezichtsdetectie instelt, wordt het AF-gebied
automatisch ingesteld op Multi AF.
U kunt deze functie niet gebruiken als de modusdraaiknop is
ingesteld op Continu, Vooraf vastleggen of Belichtingstrap.
Als u foto's van gedetecteerde gezichten maakt, worden ze in de
gezichtenlijst geregistreerd.
In de afspeelmodus kunt u geregistreerde gezichten op
volgorde van prioriteit weergeven. (pag. 97) Ook als gezichten
zijn geregistreerd, worden ze mogelijk niet geclassificeerd in de
modus Afspelen.
Een gezicht dat in de opnamemodus wordt gedetecteerd, komt
mogelijk niet in de gezichtenlijst of in Smart Album voor.
Een favoriet gezicht verwijderen
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer
a
Smart FR wijzigen Gezichtenlijst.
3
Druk op [
f
] en selecteer Mijn ster annuleren.
4
Selecteer een gezicht en druk op [
o
].
5
Druk op [
l
].
6
Wanneer het pop-upvenster verschijnt, selecteert u Ja.
Zie 'Favoriete gezichten verwijderen' op pagina 98 als u een favoriet gezicht
wilt verwijderen in de modus Afspelen.
Opnameopties
82
Helderheid en kleur aanpassen
Hier vindt u informatie over hoe u instellingen voor de helderheid en kleur kunt aanpassen om een betere beeldkwaliteit te bereiken.
3
Selecteer een waarde om de belichting aan te passen.
De foto wordt lichter naarmate de belichting wordt verhoogd.
Terug Instellen
EV : 1
4
Druk op [
o
] om uw instellingen op te slaan.
Nadat u de belichting hebt aangepast, wordt deze instelling
automatisch opgeslagen. Mogelijk moet dit later weer worden
aangepast om onder- of overbelichting te voorkomen.
Als u niet kunt beslissen wat de juiste belichting is, selecteert u de
optie AE BKT (Auto Exposure Bracket) option (pag. 89) en maakt
u foto's met de belichtingstrapfunctie. De camera neemt 3 foto's
achter elkaar, elk met een andere belichting: normaal, onderbelicht en
overbelicht. (pag. 88)
De belichting handmatig aanpassen (EV)
Afhankelijk van de intensiteit van het omgevingslicht kunnen foto's
te licht of te donker uitvallen. U kunt dan de belichting aanpassen
om een beter resultaat te krijgen.
S
Donkerder (-)
S
Neutraal (0)
S
Helderder (+)
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer
a
of
V
EV.
pAhv
Opnameopties
83
Helderheid en kleur aanpassen
De belichtingswaarde vergrendelen
De aangepaste belichtingswaarde wordt vergrendeld wanneer
[L] wordt ingedrukt en blijft vergrendeld tot er opnieuw op
[L] wordt gedrukt.
1
Pas de belichting handmatig aan. (pag. 82)
2
Druk op [
L
].
Het pictogram AEL gaat branden.
pAhV
De belichting aanpassen met het wieltje aan de voorzijde
1
Druk in de opnamemodus op het wieltje aan de
voorzijde.
2
Draai het wieltje aan de voorzijde om de belichting aan
te passen.
3
Druk nogmaals op het wieltje aan de voorzijde of op
[
o
] om uw instellingen op te slaan.
Opnameopties
84
Helderheid en kleur aanpassen
De lichtmeetmethode wijzigen
De lichtmeetmethode is de manier waarop de camera de
hoeveelheid licht meet. De helderheid en belichting van de foto's
varieert met de gekozen lichtmeetmethode.
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer
a
of
V
L.meting.
3
Selecteer een optie.
Symbool Beschrijving
Multi:
De camera verdeelt het frame onder in diverse
gebieden en meet de lichtintensiteit in elk gebied.
Geschikt voor algemene foto's.
Spot:
De camera meet alleen de lichtintensiteit in het
uiterste midden van het kader.
Als een onderwerp zich niet midden in het beeld
bevindt, kan de foto verkeerd belicht worden.
Geschikt voor een onderwerp met tegenlicht.
Centr. gewogen:
De camera bepaalt een gemiddelde voor de
lichtmeting van het gehele beeld, maar met
nadruk op het midden.
Geschikt voor foto's waarbij het onderwerp zich in
het midden van het beeld bevindt.
pAhMvg
Een lichtbron selecteren (Witbalans)
De kleuren in een foto zijn afhankelijk van het soort lichtbron en
de kwaliteit daarvan. Als u wilt dat uw foto's realistische kleuren
hebben, selecteert u een witbalansinstelling die geschikt is voor
de lichtomstandigheden, zoals Auto witbalans, Daglicht, Bewolkt
of Kunstlicht.
Auto witbalans
Daglicht
Bewolkt
Kunstlicht
pAhMv
Opnameopties
85
Helderheid en kleur aanpassen
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer
a
of
V
Witbalans.
3
Selecteer een optie.
Symbool Beschrijving
Auto witbalans: automatisch de witbalans instellen
op basis van de lichtomstandigheden.
Daglicht: voor foto's buitenshuis op een zonnige
dag.
Bewolkt: voor foto's buitenshuis op een bewolkte
dag of in de schaduw.
TL-licht H: voor foto's bij daglichtlampen of drie-
wegfluorescentielampen.
TL-licht L: voor foto's bij wit TL-licht.
Kunstlicht: voor foto's binnenshuis bij gloeilamp- of
halogeenlampverlichting.
Aangep. instelling: instellingen voor de witbalans
gebruiken die u hebt ingesteld. (pag. 86)
Kleurtemp.: de kleurtemperatuur van de lichtbron
instellen. (pag. 86)
Voorgedefinieerde witbalansopties aanpassen
U kunt de voorgedefinieerde witbalansopties aanpassen behalve
Auto witbalans en Aangep. instelling.
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer
a
of
V
Witbalans.
3
Scroll naar een gewenste optie.
4
Druk op [
D
].
5
Draai de navigatieknop of druk op [
D
/
c
/
F
/
t
] om
de waarde van de coördinaten aan te passen.
G: groen
A: oranje
M: magenta
B: blauw
Terug Instellen
Witbalans : Daglicht
6
Druk op [
o
] om uw instellingen op te slaan.
Opnameopties
86
Helderheid en kleur aanpassen
Uw eigen witbalansinstelling instellen
U kunt de witbalans aanpassen door een foto te maken
van een wit oppervlak, zoals een stuk papier, onder de
lichtomstandigheden waarin u een foto wilt maken. De functie
voor witbalans helpt u om de kleuren in uw foto te laten
overeenkomen met de werkelijke scène.
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer
a
of
V
Witbalans.
3
Scroll naar Aangep. instelling.
4
Richt de lens op een wit stuk papier en druk op de
[Ontspanknop].
Kleurtemperatuur aanpassen
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer
a
of
V
Witbalans.
3
Scroll naar Kleurtemp..
4
Druk op [
D
].
5
Draai de navigatieknop of druk op [
F
/
t
] om de kleur
kleurtemperatuur te wijzigen.
U kunt een warmere foto maken met een hogere instelling
voor kleurtemperatuur en een koelere foto met een lagere
instelling voor kleurtemperatuur.
Terug Instellen
Witbalans: Kleurtemp.
6
Druk op [
o
] om uw instellingen op te slaan.
Opnameopties
87
Serieopnamen
Het kan lastig zijn foto's te maken van snel bewegende onderwerpen, of natuurlijke gezichtsuitdrukkingen en gebaren van uw onderwerpen
in foto's vast te leggen. Het kan ook moeilijk zijn om de belichting correct aan te passen en een juiste belichtingsbron te selecteren.
Selecteer in deze gevallen een van de modi voor serieopnamen.
pAhM
Symbool Beschrijving
Serieopname (5 fps): achter elkaar 5 foto's per
seconde maken. (U kunt maximaal 10 foto's in een
serie maken.)
Serieopname (10 fps): achter elkaar 10 foto's per
seconde maken. (U kunt maximaal 10 foto's in een
serie maken.)
2
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
3
Houd de [Ontspanknop] ingedrukt.
Terwijl u de [Ontspanknop] ingedrukt houdt, blijft de camera
achter elkaar foto's maken.
U kunt de flitser, Smart zoom, opties voor Gezichtsdetectie en
opties voor Smart filter niet gebruiken wanneer de draaiknop voor
de transportmodus is ingesteld op Continu, Vooraf vastleggen of
Belichtingstrap.
Het kan langer duren om de foto's op te slaan afhankelijk van de
capaciteit en prestaties van de geheugenkaart.
De camera geeft altijd de gemaakte foto's weer voordat deze weer
teruggaat naar de opnamemodus.
Foto's maken in de modus voor snelle
serieopnamen
1
Draai de draaiknop voor transportmodus naar.
Symbool Beschrijving
1 opname: één foto maken. 1 opname is niet een
optie voor snelle opnamen.
Serieopname (3 fps): achter elkaar 3 foto's per
seconde maken. (U kunt maximaal 10 foto's in een
serie maken.)
Opnameopties
88
Serieopnamen
Foto's maken in de modus voor vooraf
vastleggen
In de modus voor vooraf vastleggen begint de camera al met het
maken van opnamen voordat u de ontspanknop helemaal hebt
ingedrukt. Als u de eerste belangrijke opnamen niet wilt missen,
moet u deze modus gebruiken en de beste foto selecteren na het
maken van de foto's.
1
Draai de draaiknop voor transportmodus naar .
2
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
De camera maakt 9 foto's achter elkaar. Als u de
[Ontspanknop] te snel loslaat, maakt de camera minder dan
9 foto's.
3
Druk op de [Ontspanknop].
De camera maakt de laatste foto en slaat automatisch alle
10 foto's op terwijl u de [Ontspanknop] half indrukt.
Als u de [Ontspanknop] niet volledig indrukt, worden de
foto's die zijn gemaakt terwijl u de [Ontspanknop] half indrukt,
niet opgeslagen.
Foto's met de bracketfunctie maken
U kunt de automatische bracketfunctie gebruiken om meerdere
foto's te maken van hetzelfde onderwerp met verschillende
instelwaarden voor bijvoorbeeld belichting of witbalans.
1
Draai de draaiknop voor transportmodus naar .
2
Plaats het onderwerp in het kader en druk de
[Ontspanknop] half in om scherp te stellen.
3
Druk op de [Ontspanknop].
De camera maakt 3 foto's achter elkaar.
Het maken van de foto kan langer duren. Gebruik een statief voor optimale
resultaten.
Opnameopties
89
Serieopnamen
Een optie voor belichtingstrap selecteren
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer
a
Belichtingstrap.
3
Selecteer een bracketoptie.
Symbool Beschrijving
WB BKT: 3 foto's maken met een verschillende
witbalans.
AE BKT: 3 foto's maken met geselecteerde
belichtingen.
4
Pas de kleur aan voor de geselecteerde lichtbron
(witbalans) of selecteer een belichtingswaarde.
5
Druk op [
o
] om de instellingen op te slaan.
Opnameopties
90
Smart filter-effecten toepassen
Pas verschillende filtereffecten toe op uw foto's en video's om unieke afbeeldingen te maken.
pAhMvg
Beschikbare filters in de modi Programma, Diafragmaprioriteit,
Sluiterprioriteit en Handmatig
Optie Beschrijving
Normaal
Geen effect
Miniatuur
Een effect toepassen om het onderwerp in
miniatuur weer te geven.
Vignetten
Retro-kleuren, een hoog contrast en sterke
vignettering van Lomo-camera's toepassen.
Aquarel
Het effect van een waterverfschilderij toepassen.
Olieverf
Het effect van een olieverfschilderij toepassen.
Cartoon
Het effect van een striptekening toepassen.
Kruisfilter
Lijnen toevoegen die naar buiten lopen van
heldere objecten om het visuele effect van een
kruisfilter te imiteren.
Schets
Een schetseffect van een pen toepassen.
Softfocus
Onzuiverheden op het gezicht verhullen of
droomachtige effecten toevoegen.
Visoog
Objecten die in de buurt zijn, vervormen om de
visuele effecten van een vissenooglens te imiteren
Oude film
Het effect van een oude film toepassen.
Halftoonstip
Een halftooneffect toepassen.
Klassiek
Een zwart-witeffect toepassen.
Miniatuur Vignetten
Visoog Schets
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer
a
of
V
Smart filter.
3
Selecteer een effect.
Opnameopties
91
Smart filter-effecten toepassen
Optie Beschrijving
Retro
Een sepiatinteffect toepassen.
Zoomopname
De randen van een foto vervagen om de
onderwerpen in het midden te benadrukken.
Beschikbare filters in de Filmmodus
Optie Beschrijving
Normaal
Geen effect
Paleteffect 1
Een heldere look maken met een scherp contrast
en sterke kleur.
Paleteffect 2
Scènes helder en duidelijk maken.
Paleteffect 3
Een zachte bruine tint toepassen.
Paleteffect 4
Een koud en eenkleurig effect toepassen.
Miniatuur
Een effect toepassen om het onderwerp in
miniatuur weer te geven.
Vignetten
Retro-kleuren, een hoog contrast en sterke
vignettering van Lomo-camera's toepassen.
Halftoonstip
Een halftooneffect toepassen.
Schets
Een schetseffect van een pen toepassen.
Visoog
Objecten die in de buurt zijn, vervormen om de
visuele effecten van een vissenooglens te imiteren.
Optie Beschrijving
Klassiek
Een zwart-witeffect toepassen.
Retro
Een sepiatinteffect toepassen.
Afhankelijk van de optie die u selecteert, kan de resolutie automatisch
worden gewijzigd in of lager.
Als u Miniatuur selecteert, wordt de opnametijd voor miniaturen ook
weergegeven. Deze is korter dan de daadwerkelijke opnametijd.
Als u Miniatuur selecteert, kunt u het videogeluid niet opnemen en
geen foto's maken van een video.
Afhankelijk van de optie die u selecteert, kan de opnamesnelheid
worden gewijzigd in . De opnameresolutie kan automatisch worden
gewijzigd in of lager.
Als u Smart filter-effecten instelt, kunt u geen opties instellen voor
Smart Zoom, Gezichtsdetectie, Beeld aanpassen, Tracking AF of
Keuze AF.
U kunt deze functie niet gebruiken als de modusdraaiknop is ingesteld
op Continu, Vooraf vastleggen of Belichtingstrap.
Opnameopties
92
Het ND-filtereffect aanpassen
Gebruik het ND-filter (Neutral Density) om de lichtsterkte te verminderen en de originele kleur te behouden. Het ND-filter is handig wanneer
u foto's maakt in heldere omgevingen met een hoge diafragmawaarde of een lage sluitertijd.
TpAhMgv
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer
a
of
V
ND-filter.
3
Selecteer een optie.
Symbool Beschrijving
Uit: het ND-filter is niet actief.
Aan: het ND-filter is actief.
Opnameopties
93
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer
a
Beeld aanpassen.
3
Selecteer een optie.
Contrast
Scherpte
Kleurverz.
Beeld aanpassen: Contrast
Contrast
Scherpte
Kleurverz.
Terug
Instellen
4
Draai de navigatieknop of het wieltje aan de voorzijde of
druk op [
F
/
t
] om elke waarde aan te passen.
Contrast Beschrijving
-
De kleuren en helderheid verlagen.
+
De kleuren en helderheid verhogen.
Scherpte Beschrijving
-
De randen van uw foto's verzachten
(geschikt voor fotobewerking op de computer).
+
De randen verscherpen om de foto's duidelijker
te maken. Hierdoor kan ook de beeldruis in de
foto's toenemen.
Kleurverzadiging Beschrijving
-
De kleurverzadiging verlagen.
+
De kleurverzadiging verhogen.
5
Druk op [
o
] om de instellingen op te slaan.
Selecteer 0 als u geen effect wilt toepassen (geschikt voor afdrukken).
Als u opties voor Beeld aanpassen instelt, kunt u geen Smart filter-
effecten of opties voor Gezichtsdetectie instellen.
Foto's aanpassen
U kunt de scherpte, kleurverzadiging en het contrast van uw foto's aanpassen.
pAhM
Opnameopties
94
Het geluid van de zoom verminderen
Wanneer u tijdens het opnemen van video's gebruikmaakt van de zoom, kan de camera het geluid van de zoom opnemen. Gebruik de
functie Sound Alive om het zoomgeluid te verminderen.
pAhMgv
1
Druk in de opnamemodus op [
m
].
2
Selecteer
v
Spraak.
3
Selecteer een optie.
Symbool Beschrijving
Sound Alive Aan: de functie Sound Alive inschakelen
om het geluid van de zoomfunctie te reduceren.
Sound Alive Uit: de functie Sound Alive uitschakelen.
De camera kan het geluid van de zoomfunctie
opnemen.
Dempen: er wordt geen geluid opgenomen.
Blokkeer de microfoon niet wanneer u de functie Sound Alive gebruikt.
Opnamen die worden gemaakt met Sound Alive, kunnen anders
klinken dan de daadwerkelijke geluiden.
Afspelen/bewerken
Hier vindt u informatie over hoe u foto's en video's kunt weergeven of afspelen en hoe u foto's
en video's kunt bewerken. Ook leest u hier hoe u de camera op een computer, televisie, HDTV of
3D-televisie aansluit.
Foto's of video's weergeven in de
afspeelmodus
……………………………… 96
De afspeelmodus starten
………………… 96
Foto's weergeven
……………………… 102
Een video afspelen
…………………… 105
Foto's bewerken
………………………… 107
Het formaat van foto's wijzigen
………… 107
Een foto draaien
……………………… 107
Smart filter-effecten toepassen
………… 108
Foto's aanpassen
……………………… 109
Een afdrukbestelling maken (DPOF)
…… 110
Bestanden weergeven op een televisie,
HDTV of 3D-televisie
…………………… 112
Bestanden naar een computer
overbrengen
……………………………… 115
Bestanden naar een
Windows-computer overbrengen
……… 115
Bestanden naar een Mac-computer
overbrengen
…………………………… 116
Programma's op de computer
………… 117
Programma's installeren die op de cd
zijn meegeleverd
……………………… 117
iLauncher gebruiken
…………………… 118
Samsung RAW Converter gebruiken
121
Afspelen/bewerken
96
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus
Hier vindt u informatie over hoe u foto's, video's en spraakmemo's kunt afspelen en hoe u bestanden beheert.
Fotobestandsinformatie
Bestandsgegevens
Histogram
Album/Inzoomen
ISO
Flitser
Fotoformaat
Datum
Uit
ISO
Fli
tser
Fotofo
rmaat
D
a
t
u
m
U
it
Symbool Beschrijving
Huidig bestand/totaal aantal bestanden
Diafragmawaarde
Sluitertijd
Mapnaam – Bestandsnaam
Foto gemaakt in 3D-fotomodus
Foto gemaakt in een modus voor snelle serieopnamen
of in de modus voor vooraf vastleggen (Bestanden
weergeven als een map, pag. 98)
Beveiligd bestand
Afdrukbestelling ingesteld (DPOF)
Als u bestandsgegevens op het scherm wilt weergeven, drukt u op [
D
].
De afspeelmodus starten
Bekijk foto's en video's die op de camera zijn opgeslagen.
1
Druk op [
P
].
Het recentste bestand wordt weergegeven.
Als de camera is uitgeschakeld, wordt deze ingeschakeld en
wordt het recentste bestand weergegeven.
2
Draai de navigatieknop of druk op [
F
/
t
] om door de
bestanden te bladeren.
Houd [
F
/
t
] ingedrukt om snel door de bestanden te
scrollen.
U kunt bestanden die zijn opgenomen met andere camera's, mogelijk niet
bewerken of afspelen, wegens niet-ondersteunde formaten of codecs.
Gebruik een computer of ander apparaat om deze bestanden te bewerken
of af te spelen.
Afspelen/bewerken
97
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus
Uw favoriete gezichten classificeren
U kunt uw favoriete gezichten classificeren.
1
Druk in de afspeelmodus op [
m
].
2
Selecteer
O
Gezichtenlijst bewerken Rangorde
wijzigen.
Select.
Terug
Rangorde wijzigen
3
Selecteer een gezicht in de lijst en druk op [
o
].
4
Draai de navigatieknop of druk op [
F
/
t
] om de
classificering te wijzigen en druk op [
f
].
Videobestandsinformatie
Album
Afspelen Vastleggen
Filmformaat
Datum
Symbool Beschrijving
Huidig bestand/totaal aantal bestanden
Mapnaam – Bestandsnaam
Huidige afspeeltijd
Lengte van de video
V
Videobestand
Video bevat foto's die zijn gemaakt tijdens het opnemen
Video die is gemaakt in de Creatieve filmmaker-modus
Beveiligd bestand
Foto vastgelegd tijdens het opnemen van een video
Als u de bestandsinformatie wilt weergeven op het scherm, drukt u op [
D
].
Afspelen/bewerken
98
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus
Bestanden weergeven als een map
Foto's die zijn gemaakt in een modus voor snelle serieopnamen
of in de modus voor vooraf vastleggen worden weergegeven als
een map.
1
Draai de navigatieknop of druk op [
F
/
t
] in de
afspeelmodus om naar de gewenste map te bladeren.
De camera geeft automatisch de foto's in de map weer.
Album/Inzoomen
Eén foto-weergave
2
Druk op [
o
] om de map te openen.
3
Draai de navigatieknop of druk op [
F
/
t
] om door de
bestanden te bladeren.
4
Druk op [
o
] om terug te gaan naar de afspeelmodus.
Favoriete gezichten verwijderen
U kunt uw favoriete gezichten verwijderen.
1
Druk in de afspeelmodus op [
m
].
2
Selecteer
O
Gezichtenlijst bewerken Mijn ster
annuleren.
3
Selecteer een gezicht en druk op [
o
].
4
Druk op [
l
].
5
Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven,
selecteert u Ja.
Afspelen/bewerken
99
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus
4
Draai de navigatieknop of druk op [
F
/
t
] om door de
bestanden te bladeren.
Houd [
F
/
t
] ingedrukt om snel door de bestanden te
scrollen.
5
Draai [Zoomknop] naar rechts of druk op [
o
] om terug
te keren naar de afspeelmodus.
Het kan enige tijd duren voordat de camera Smart Album opent, de categorie
wijzigt of de bestanden opnieuw indeelt.
Bestanden op categorie bekijken in Smart Album
Geef bestanden weer op categorie, zoals datum, gezicht of
bestandstype.
1
Draai in de afspeelmodus de [Zoomknop] naar links.
2
Druk op [
m
].
3
Selecteer Filter een categorie.
Filter
Delen (Wi-Fi)
Terug Instellen
Type
Datum
Week
Gezicht
Optie Beschrijving
Type
Bestanden weergeven op bestandstype.
Datum
Bestanden weergeven op volgorde van opslagdatum.
Week
Bestanden weergeven op volgorde van de weekdag
waarop ze zijn opgeslagen.
Gezicht
Bestanden weergeven op herkende en favoriete
gezichten. (Maximaal 20 personen)
Afspelen/bewerken
100
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus
Bestanden als miniatuur weergeven
Bekijk miniaturen van bestanden.
Draai de afspeelmodus de [Zoomknop] naar links
om miniaturen weer te geven (3 per keer). Draai de
[Zoomknop] nog een of twee keer naar links om
meer miniaturen weer te geven (15 of 40 per keer).
Draai de [Zoomknop] naar rechts om naar de
vorige weergave terug te keren.
Menu
Functie Beschrijving
Door bestanden
scr
ollen
Draai de navigatieknop of druk op
[
D
/
c
/
F
/
t
].
Bestanden
verwijderen
Druk op [
l
] en selecteer Ja.
Wanneer u naar een videobestand of map bladert in de miniatuurweergave,
speelt de camera automatisch de video of foto's in de map af.
Bestanden beveiligen
Beveilig uw bestanden om te voorkomen dat ze per ongeluk
worden verwijderd.
1
Druk in de afspeelmodus op [
m
].
2
Selecteer
O
Beveiligen Select..
Als u alle bestanden wilt beveiligen, selecteert u Alles
Vergrendel.
3
Scroll naar het bestand dat u wilt beveiligen en druk op
[
o
].
Druk nogmaals op [
o
] om de selectie te annuleren.
Select. Instellen
Beveiligd bestand
4
Druk op [
f
].
U kunt een beveiligd bestand niet verwijderen of draaien.
In de afspeelmodus kunt u het bestand beveiligen door op [
L
]
te drukken.
Afspelen/bewerken
101
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus
Meerdere bestanden verwijderen
U kunt meerdere bestanden selecteren en deze tegelijk
verwijderen.
1
Druk in de afspeelmodus op [
l
].
2
Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven,
selecteert u Meer wissen.
U kunt ook meerdere bestanden verwijderen in de
afspeelmodus door op [
m
] te drukken en
O
Wissen
Select. te selecteren.
3
Scroll naar de bestanden die u wilt verwijderen en druk
op [
o
].
Druk nogmaals op [
o
] om de selectie te annuleren.
4
Druk op [
l
].
5
Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven,
selecteert u Ja.
Bestanden wissen
Selecteer bestanden die u wilt verwijderen in de afspeelmodus.
Eén bestand verwijderen
U kunt één bestand selecteren en dit verwijderen.
1
Selecteer in de afspeelmodus een bestand en druk op
[
l
].
2
Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven,
selecteert u Ja.
Als u bestanden weergeeft in Smart Album of de miniatuurweergave,
drukt u op [
l
] om een bestand te verwijderen.
Als u bestanden weergeeft als een map, drukt u op [
l
] om alle foto's
in de map te verwijderen.
Als u een bepaalde foto in een map wilt verwijderen, opent u de map,
selecteert u een bestand en drukt u op [
l
].
Afspelen/bewerken
102
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus
Foto's weergeven
Vergroot een deel van een foto of geef foto's weer als diashow.
Een foto vergroten
Draai in de afspeelmodus de [Zoomknop] naar
rechts om een deel van een foto te vergroten. Draai
de [Zoomknop] naar links om uit te zoomen.
Vergroot gebied
Zoomverhouding (de maximale
zoomverhouding kan variëren
afhankelijk van de resolutie.)
Bijsnijden
Alle bestanden verwijderen
U kunt alle bestanden selecteren en deze tegelijk verwijderen.
1
Druk in de afspeelmodus op [
m
].
2
Selecteer
O
Wissen Alles.
3
Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven,
selecteert u Ja.
Alle niet-beveiligde bestanden worden verwijderd.
Afspelen/bewerken
103
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus
Panoramafoto's weergeven
Foto's weergeven die zijn gemaakt in de panoramamodus.
1
Draai de navigatieknop of druk op [
F
/
t
] in de
afspeelmodus om naar de gewenste panoramafoto te
bladeren.
De volledige panoramafoto wordt weergegeven op het scherm.
2
Druk op [
o
].
De camera scrolt automatisch van links naar rechts door
de foto voor een horizontale panoramafoto en van boven
naar beneden voor een verticale panoramafoto. De camera
schakelt vervolgens over naar de afspeelmodus.
Druk tijdens het weergeven van een panoramafoto op [
o
]
om te pauzeren of hervatten.
Druk tijdens het weergeven van een panoramafoto op
[
D
/
c
/
F
/
t
] om de foto horizontaal of verticaal te
bewegen, afhankelijk van de richting waarin u hebt bewogen
tijdens het maken van de foto.
3
Druk op [
m
] om terug te gaan naar de
afspeelmodus.
De camera beweegt alleen automatisch door de panoramafoto
wanneer de langste zijde van de foto minstens twee keer zo lang is
als de korte zijde.
Op het scherm van uw camera wordt een foto die is gemaakt in de
3D-panoramamodus weergegeven als een 2D-panoramafoto. Als
u het 3D-effect wilt bekijken, moet u de camera aansluiten op een
3D-televisie of een 3D-monitor. (pag. 114)
Functie Beschrijving
Het vergrote gebied
verplaatsen
Druk op [
D
/
c
/
F
/
t
].
De vergrote foto
bijsnijden
Druk op [
o
] en selecteer Ja.
(De bijgesneden foto wordt opgeslagen als
een nieuw bestand. De oorspronkelijke foto
blijft in zijn oorspronkelijke vorm bewaard.)
Als u foto's weergeeft die zijn gemaakt met een andere camera, kan de
zoomverhouding verschillen.
Afspelen/bewerken
104
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus
Een diashow afspelen
Effecten en audio toevoegen aan een diashow met uw foto's. De
diashowfunctie werkt niet voor video's.
1
Druk in de afspeelmodus op [
m
].
2
Selecteer .
3
Selecteer een effect voor de diashow.
Ga naar stap 4 als u een diashow met de standaardeffecten
wilt starten.
* Standaard
Optie Beschrijving
Starten
Instellen of de diashow wordt herhaald.
(Afspelen*, Herhalen)
Foto's
De foto's instellen die u als diashow wilt weergeven.
Alles*: alle foto's in een diashow weergeven.
Datum: foto's die op een specifieke datum zijn
gemaakt, in een diashow weergeven.
Select.: geselecteerde foto's in een diashow
weergeven.
Interval
Het interval tussen foto's instellen.
(1 sec*, 3 sec, 5 sec, 10 sec)
U moet de optie Effect instellen op Uit om een
interval in te stellen.
* Standaard
Optie Beschrijving
Effect
Een scèneovergangseffect instellen tussen foto's.
(Uit, Kalm*, Zonnig, Ontspannen, Levendig,
Zacht)
Selecteer Uit om de effecten te annuleren.
Wanneer u de effectoptie gebruikt, wordt het interval
tussen foto's ingesteld op 3 seconden.
Muziek
Achtergrondmuziek instellen.
4
Selecteer Starten Afspelen.
Selecteer Herhalen om de diashow te herhalen.
5
Geef de diashow weer.
Druk op [
o
] om de diashow te onderbreken.
Druk nogmaals op [
o
] om de diashow te hervatten.
Druk op [
o
] en druk op [
F
/
t
] om de diashow te stoppen en terug
te gaan naar de afspeelmodus.
Draai [Zoomknop] naar links of rechts om het volumeniveau aan te
passen.
Afspelen/bewerken
105
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus
Een video bijsnijden
1
Druk tijdens het afspelen van een video op [
o
] op het
punt waar u het bijsnijden wilt beginnen.
2
Draai de [Zoomknop] naar rechts en druk op [
o
].
3
Druk op [
o
] op het punt waarop u het bijsnijden wilt
beëindigen.
4
Draai de [Zoomknop] naar rechts.
5
Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven,
selecteert u Ja.
De oorspronkelijke video moet ten minste 10 seconden lang zijn.
De camera slaat de bewerkte video op als een nieuw bestand.
Een video afspelen
In de afspeelmodus kunt u een video weergeven en vervolgens
delen van de afgespeelde video opnemen of bijsnijden. U kunt
de opgenomen of bijgesneden segmenten opslaan als nieuwe
bestanden.
1
Selecteer een video in de afspeelmodus en druk op [
o
].
2
Geef de video weer.
Huidige afspeelduur/
lengte van video
Pauze Stop
Functie Beschrijving
Terugspoelen
Druk op [
F
]. Wanneer u op [
F
] drukt,
spoelt de camera terug met een
snelheid die 2X, 4X en 8X zo groot is.
Het afspelen
onderbreken of hervatten
Druk op [
o
].
Vooruitspoelen
Druk op [
t
]. Wanneer u op [
t
]
drukt, spoelt de camera vooruit met een
snelheid die 2X, 4X en 8X zo groot is.
Het volume aanpassen
Draai de [Zoomknop] naar links of
rechts.
Afspelen/bewerken
106
Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus
Afzonderlijke beelden uit een video opslaan
1
Druk tijdens het afspelen van een video op [
o
] op het
punt waarop u een beeld wilt opnemen.
2
Druk op [
c
].
De resolutie van het opgenomen beeld is gelijk aan die van de
originele video.
Het opgenomen beeld wordt als nieuw bestand opgeslagen.
Afspelen/bewerken
107
Foto's bewerken
Hier vindt u informatie over het bewerken van foto's.
De camera slaat bewerkte foto's op als nieuwe bestanden.
Wanneer u foto's bewerkt, converteert de camera deze automatisch naar een lagere resolutie. Foto's die handmatig worden gedraaid of waarvan het formaat
handmatig wordt aangepast, worden niet automatisch geconverteerd naar een lagere resolutie.
U kunt een foto niet bewerken terwijl u een map bekijkt. Als u een foto in een map wilt bewerken, drukt u op [
o
] om de map te openen en scrollt u naar de foto.
U kunt geen foto's bewerken die zijn gemaakt in de Panoramamodus of 3D-fotomodus en u kunt geen bestanden in de indeling RAW bewerken.
Een foto draaien
1
Selecteer een foto in de afspeelmodus en druk
op [
m
].
2
Selecteer
e
Draaien.
3
Selecteer een optie.
Terug Instellen
Draaien : Rechts 90 gr.
De camera overschrijft het originele bestand.
Het formaat van foto's wijzigen
U kunt het formaat van een foto wijzigen en de foto als een nieuw
bestand opslaan.
1
Selecteer een foto in de afspeelmodus en druk
op [
m
].
2
Selecteer
e
Res.wijz.
3
Selecteer een optie.
Terug Instellen
Res.wijz
Draaien
Smart filter
Beeld aanpassen
2592 X 1944
1984 X 1488
1024 X 768
De beschikbare opties voor formaat wijzigen verschillen, afhankelijk van het
originele formaat van de foto.
Afspelen/bewerken
108
Foto's bewerken
Smart filter-effecten toepassen
Pas speciale effecten toe op uw foto's.
1
Selecteer een foto in de afspeelmodus en druk op
[
m
].
2
Selecteer
e
Smart filter.
3
Selecteer een effect.
Terug Instellen
Smart filter : Normaal
Optie Beschrijving
Normaal
Geen effect
Miniatuur
Een effect toepassen om het onderwerp in
miniatuur weer te geven.
Vignetten
Retro-kleuren, een hoog contrast en sterke
vignettering van Lomo-camera's toepassen.
Aquarel
Het effect van een waterverfschilderij toepassen.
Olieverf
Het effect van een olieverfschilderij toepassen.
Optie Beschrijving
Cartoon
Het effect van een striptekening toepassen.
Kruisfilter
Lijnen toevoegen die naar buiten lopen van
heldere objecten om het visuele effect van een
kruisfilter te imiteren.
Schets
Een schetseffect van een pen toepassen.
Softfocus
Onzuiverheden op het gezicht verhullen of
droomachtige effecten toevoegen.
Visoog
Objecten die in de buurt zijn, vervormen om
de visuele effecten van een vissenooglens te
imiteren.
Oude film
Het effect van een oude film toepassen.
Halftoonstip
Een halftooneffect toepassen.
Klassiek
Een zwart-witeffect toepassen.
Retro
Een sepiatinteffect toepassen.
Zoomopname
De randen van een foto vervagen om de
onderwerpen in het midden te benadrukken.
Afspelen/bewerken
109
Foto's bewerken
Gezichten retoucheren
1
Selecteer een foto in de afspeelmodus en druk
op [
m
].
2
Selecteer
e
Beeld aanpassen.
3
Scrol naar Gezichtretouch..
4
Druk op [
D
].
5
Draai de navigatieknop of druk op [
F
/
t
] om de
huidstint aan te passen.
Hoe hoger het nummer, des te helderder de huidskleur.
6
Druk op [
o
] om uw instellingen op te slaan.
Foto's aanpassen
Hier vindt u informatie over hoe u het rode-ogeneffect kunt
corrigeren, de huidskleur kunt aanpassen en de helderheid, het
contrast of de kleurverzadiging kunt aanpassen. De camera slaat
een bewerkte foto op als nieuw bestand, maar converteert de
foto mogelijk naar een lagere resolutie.
Rode ogen verwijderen
1
Selecteer een foto in de afspeelmodus en druk
op [
m
].
2
Selecteer
e
Beeld aanpassen Anti-rode ogen.
3
Druk op [
o
] om uw instellingen op te slaan.
Afspelen/bewerken
110
Foto's bewerken
De helderheid, het contrast en de kleurverzadiging
aanpassen
1
Selecteer in de afspeelmodus een foto en druk
op [
m
].
2
Selecteer
e
Beeld aanpassen.
3
Scrol naar een optie voor aanpassen.
Symbool Beschrijving
Helderheid
Contrast
Kleurverz.
4
Druk op [
D
].
5
Draai de navigatieknop of druk op [
F
/
t
] om de optie
aan te passen.
6
Druk op [
o
] om uw instellingen op te slaan.
Ruis aan de foto toevoegen
1
Selecteer een foto in de afspeelmodus en druk
op [
m
].
2
Selecteer
e
Beeld aanpassen Ruis toevoegen.
3
Druk op [
o
] om op te slaan.
Een afdrukbestelling maken (DPOF)
Selecteer foto's die u wilt afdrukken en sla afdrukopties op in de
DPOF-indeling (Digital Print Order Format). Deze gegevens worden
opgeslagen in de map MISC op uw geheugenkaart zodat u
eenvoudig kunt afdrukken op printers die compatibel zijn met DPOF.
1
Druk in de afspeelmodus op [
m
].
2
Selecteer
O
DPOF Standaard Select..
Selecteer Alles om alle foto's af te drukken.
Afspelen/bewerken
111
Foto's bewerken
3
Selecteer een foto om af te drukken, draai [Zoomknop]
naar links of rechts om het aantal exemplaren te
selecteren en druk op [
f
].
Als u Alles selecteert, drukt u op [
D
/
c
] om het aantal
exemplaren te selecteren en drukt u vervolgens op [
o
].
4
Druk op [
m
].
5
Selecteer
O
DPOF Formaat Select..
Selecteer Alles om het afdrukformaat voor alle foto's te
selecteren.
6
Selecteer een foto om af te drukken, draai [Zoomknop]
naar links of rechts om de afdrukgrootte te selecteren en
druk op [
f
].
Als u Alles selecteert, drukt u op [
D
/
c
] om het
afdrukformaat te selecteren en drukt u vervolgens op [
o
].
Foto's afdrukken als miniaturen
Druk foto's af als miniaturen om alle foto's in één keer te
controleren.
1
Druk in de afspeelmodus op [
m
].
2
Selecteer
O
DPOF Index.
3
Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven,
selecteert u Ja.
U kunt de geheugenkaart meenemen naar een printshop die DPOF
(Digital Print Order Format) ondersteunt, maar u kunt ook uw foto's
thuis rechtstreeks op een DPOF-compatibele printer afdrukken.
Foto's met afmetingen die groter zijn dan het papier, worden
mogelijk afgesneden aan de linker- en rechterkant. Zorg ervoor dat
de afmetingen van uw foto overeenkomen met het papier dat u
selecteert.
Als u het afdrukformaat opgeeft, kunt u alleen foto's afdrukken met
DPOF 1.1-compatibele printers.
Afspelen/bewerken
112
Bestanden weergeven op een televisie, HDTV of 3D-televisie
U kunt foto's of video's bekijken door de camera met de A/V-kabel op een televisie aan te sluiten.
6
Schakel de televisie in en selecteer de A/V-videobron
met de afstandsbediening van de televisie.
7
Schakel de camera in.
De camera schakelt automatisch over naar de afspeelmodus
als u deze aansluit op een televisie.
8
Bekijk foto's of speel video's af met behulp van de
cameraknoppen.
Afhankelijk van het model van televisie wordt er mogelijk digitale ruis
weergegeven of wordt een deel van het beeld niet weergegeven.
Afhankelijk van de televisie-instellingen kan het voorkomen dat de
beelden niet gecentreerd op het scherm worden weergegeven.
1
Druk in de opname- of afspeelmodus op [
m
].
2
Selecteer
n
Video.
3
Selecteer een video-uitvoersignaal voor uw land of regio.
(pag. 153)
4
Schakel de camera en de televisie uit.
5
Sluit de camera met de A/V-kabel op de televisie aan.
VideoAudio
Afspelen/bewerken
113
Bestanden weergeven op een televisie, HDTV of 3D-televisie
6
Schakel de camera in.
Als u een HDTV van Samsung hebt die Anynet+ ondersteunt
en u de Anynet+-functie van de camera hebt ingeschakeld,
wordt de HDTV automatisch ingeschakeld en wordt het
camerascherm weergegeven, terwijl de camera automatisch
naar de modus Afspelen schakelt.
Als Anynet+ is uitgeschakeld op uw camera of uw televisie
niet beschikt over Anynet+, schakelt de televisie niet
automatisch in. Schakel de televisie handmatig in.
7
Bekijk bestanden met de knoppen op de camera of de
afstandsbediening van de HDTV als de televisie Anynet+
ondersteunt.
Als de HDTV het profiel Anynet+(CEC) ondersteunt, schakelt u
Anynet+ in het instelmenu van de camera in (pag. 152) om de camera
en televisie te bedienen met de afstandsbediening van de televisie.
Met Anynet+ kunt u alle aangesloten Samsung A/V-apparaten
bedienen met de afstandsbediening van de televisie.
Hoe lang het duurt voordat de camera verbinding heeft gemaakt met
uw HDTV, kan verschillen afhankelijk van het type geheugenkaart dat u
gebruikt. Een snellere geheugenkaart resulteert niet noodzakelijk in een
snellere HDMI-overdracht, omdat de belangrijkste functie van de kaart
het verbeteren van de overdrachtssnelheid tijdens het opnemen is.
Bestanden op een HDTV weergeven
U kunt ongecomprimeerde foto's of video's van hoge kwaliteit
op een HDTV bekijken met behulp van de optionele HDMI-kabel.
HDMI (High Definition Multimedia Interface) wordt door de meeste
HDTV's ondersteund.
1
Druk in de opname- of afspeelmodus op [
m
].
2
Selecteer
n
HDMI-formaat.
3
Selecteer een HDMI-resolutie. (pag. 153)
4
Schakel de camera en HDTV uit.
5
Sluit de camera op de HDTV aan met de optionele
HDMI-kabel.
Afspelen/bewerken
114
Bestanden weergeven op een televisie, HDTV of 3D-televisie
Bestanden op een 3D-televisie weergeven
U kunt foto's weergeven die zijn gemaakt in 3D-fotomodus of
3D-panoramamodus op een 3D-televisie.
1
Druk in de opname- of afspeelmodus op [
m
].
2
Selecteer
n
HDMI-formaat.
3
Selecteer een HDMI-resolutie. (pag. 153)
4
Schakel de camera en de 3D-televisie uit.
5
Sluit de camera op de 3D-televisie aan met de optionele
HDMI-kabel.
6
Schakel de camera in.
Als u een 3D-TV van Samsung hebt die Anynet+ ondersteunt
en u de Anynet+-functie van de camera hebt ingeschakeld,
wordt de 3D-TV automatisch ingeschakeld en wordt het
camerascherm weergegeven, terwijl de camera automatisch
naar de modus Afspelen schakelt.
Als Anynet+ is uitgeschakeld op uw camera of uw televisie
niet beschikt over Anynet+, schakelt de televisie niet
automatisch in. Schakel de televisie handmatig in.
7
Druk op [
c
] om naar 3D-tv-modus over te schakelen.
Druk nogmaals op [
c
] om naar 2D-tv-modus over te
schakelen.
8
Schakel de 3D-functie van uw televisie in.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de televisie voor meer
informatie.
9
Bekijk 3D-foto's met de knoppen op de camera of de
afstandsbediening van de 3D-TV als de televisie Anynet+
ondersteunt.
U kunt een MPO-bestand niet weergeven in 3D-effect op televisies
die deze indeling niet ondersteunen.
Gebruik een 3D-bril wanneer u een MPO-bestand weergeeft op een
3D-televisie.
Bekijk de 3D-afbeeldingen die zijn vastgelegd met uw camera, niet gedurende
langere tijd op een 3D-televisie of 3D-monitor. Dit kan onaangename
symptomen tot gevolg hebben, zoals vermoeide ogen, vermoeidheid,
misselijkheid, en meer.
Afspelen/bewerken
115
Bestanden naar een Windows-computer
overbrengen
Sluit de camera aan op de computer als verwisselbare schijf.
Er moet op uw computer Windows XP, Windows Vista of Windows 7 zijn
geïnstalleerd om de camera te kunnen aansluiten als verwisselbare schijf.
1
Schakel de camera uit.
2
Sluit de camera op de computer aan met de USB-kabel.
U moet het kleine uiteinde van de USB-kabel aansluiten op uw camera.
Als u de kabel omgekeerd aansluit, kunnen de bestanden beschadigen.
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig verlies van gegevens.
3
Schakel de camera in.
De camera wordt automatisch herkend.
4
Selecteer op de computer Deze computer
Verwisselbare schijf DCIM 100PHOTO.
5
Sleep de bestanden naar de computer of sla ze op de
computer op.
De camera loskoppelen (voor Windows XP)
Voor Windows Vista en Windows 7 gelden vergelijkbare
methoden voor het loskoppelen van de camera.
1
Als het statuslampje op de camera knippert, wacht u tot
het knipperen ophoudt.
2
Klik op op de werkbalk rechtsonder in het scherm
van de computer.
3
Klik op het pop-upbericht.
4
Klik op het berichtveld waarin wordt aangegeven dat het
apparaat veilig is verwijderd.
5
Verwijder de USB-kabel.
Bestanden naar een computer overbrengen
Sluit de camera aan op de computer om bestanden over te brengen van de geheugenkaart van de camera naar de computer.
Afspelen/bewerken
116
Bestanden naar een computer overbrengen
3
Schakel de camera in.
De computer herkent de camera automatisch en geeft een
pictogram van een verwisselbare schijf weer.
4
Dubbelklik op het pictogram van de verwisselbare schijf.
5
Sleep de bestanden naar de computer of sla ze op de
computer op.
Bestanden naar een Mac-computer
overbrengen
Wanneer u de camera aansluit op een Macintosh-computer,
wordt het apparaat automatisch herkend door de computer. U
kunt de bestanden rechtstreeks van de camera overbrengen naar
de computer zonder programma's te installeren.
Mac OS 10.5 of hoger wordt ondersteund.
1
Schakel de camera uit.
2
Sluit de camera met de USB-kabel aan op een
Macintosh-computer.
U moet het kleine uiteinde van de USB-kabel aansluiten op uw camera.
Als u de kabel omgekeerd aansluit, kunnen de bestanden beschadigen.
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig verlies van gegevens.
Afspelen/bewerken
117
Programma's op de computer
U kunt bestanden weergeven en bewerken met de meegeleverde programma's. U kunt de bestanden ook draadloos naar een computer
verzenden.
Programma's op de cd
Programma Beschrijving
iLauncher
Bestanden bekijken met Multimedia
Viewer, firmware van de camera bijwerken
en een koppeling geven waarop het
programma Automatische back-up pc
kan worden gedownload.
PC Auto Backup
De opgenomen bestanden verzenden
naar een aangesloten pc via Wi-Fi.
Samsung RAW Converter
Bestanden met de indeling RAW
bewerken.
Programma's installeren die op de cd zijn
meegeleverd
1
Plaats de installatie-cd in een compatibel cd-rom-station.
2
Selecteer een taal om te installeren.
3
Selecteer een programma om te installeren.
4
Volg de instructies op het scherm.
5
Klik op Exit (Afsluiten) om de installatie te voltooien en
start de computer opnieuw.
Afspelen/bewerken
118
Programma's op de computer
De vereisten zijn alleen aanbevelingen. iLauncher werkt mogelijk
niet correct, zelfs wanneer de computer voldoet aan de vereisten,
afhankelijk van de toestand van de computer.
Als uw computer niet voldoet aan de vereiste, worden video's mogelijk
niet correct afgedrukt.
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade die wordt veroorzaakt door
het gebruik van niet-geschikte computers zoals samengestelde computers.
Vereisten voor Mac OS
Item Vereisten
Besturingssysteem
Mac OS 10.5 of hoger (met uitzondering van
PowerPC)
RAM
Minimaal 256 MB RAM (512 MB of meer
aanbevolen)
Schijfruimte
Minimaal 110 MB
Overig
USB-poort, cd-rom-station
Als u een Mac-computer gebruikt, is alleen Firmware bijwerken beschikbaar.
iLauncher openen
Selecteer op uw computer Start Alle programma's
Samsung iLauncher Samsung iLauncher. Of klik op
Toepassingen Samsung iLauncher op uw computer met
Mac OS.
iLauncher gebruiken
Met iLauncher kunt u bestanden afspelen met Multimedia Viewer
en kunt u via een koppeling het programma PC Auto Backup
downloaden.
Vereisten voor Windows OS
Item Vereisten
Processor
Intel
®
Core™ 2 Duo 1,66 GHz of hoger/
AMD Athlon X2 Dual-Core 2,2 GHz of hoger
RAM
Minimaal 512 MB RAM
(1 GB of meer aanbevolen)
Besturingssysteem*
Windows XP SP2, Windows Vista of
Windows 7
Vaste-schijfruimte
250 MB of meer (1 GB of meer aanbevolen)
Overig
CD-ROM-station
1024 X 768 pixels, beeldscherm met
ondersteuning voor 16-bits kleuren
(1280 X 1024 pixels, ondersteuning voor
32-bits kleuren aanbevolen)
USB 2.0-poort
nVIDIA Geforce 7600GT of hoger/
ATI X1600-reeks of hoger
Microsoft DirectX 9.0c of hoger
* Een 32-bits versie van iLauncher wordt geïnstalleerd; zelfs op 64-bits
edities van Windows XP, Windows Vista en Windows 7.
Afspelen/bewerken
119
Programma's op de computer
Multimedia Viewer gebruiken
Met Multimedia Viewer kunt u bestanden afspelen. Dubbelklik in het scherm van Samsung iLauncher op Multimedia Viewer.
Multimedia Viewer ondersteunt de volgende bestandstypen:
- Video's: MP4 (Video: H.264, Audio: AAC), WMV (WMV 7/8/9), AVI (MJPEG)
- Foto's: JPG, GIF, BMP, PNG, TIFF, MPO
Bestanden die zijn opgenomen met apparaten van andere fabrikanten worden mogelijk niet vloeiend afgespeeld.
Foto's weergeven
6790!8 54
3
1
2
Nr. Beschrijving
1
Best.naam
2
Vergroot gebied
3
Histogram
4
Het geselecteerde bestand openen.
5
Histogram-knop
6
Naar links draaien/naar rechts draaien.
7
Naar het vorige bestand gaan/naar het
volgende bestand gaan.
8
De foto op schermformaat weergeven.
9
De foto op origineel formaat weergeven.
0
Inzoomen/uitzoomen
!
Schakelen tussen 2D- en 3D-modus.
Afspelen/bewerken
120
Programma's op de computer
Video's bekijken
67
8
54 3
1
2
Nr. Beschrijving
1
Best.naam
2
Volume aanpassen.
3
Het geselecteerde bestand openen.
4
Naar het volgende bestand gaan.
5
Stop
6
Pauze
7
Naar het vorige bestand gaan.
8
Voortgangsbalk
Afspelen/bewerken
121
Programma's op de computer
De firmware bijwerken
Dubbelklik in het scherm van Samsung iLauncher op Firmware
Upgrade.
Het programma PC Auto Backup downloaden
Dubbelklik in het scherm van Samsung iLauncher op
PC Auto Backup. Zie pagina 141 voor meer informatie over het
programma PC Auto Backup.
Samsung RAW Converter gebruiken
Foto's die worden gemaakt met een camera worden vaak
geconverteerd naar JPEG-indelingen en opgeslagen in het
geheugen volgens de instellingen van de camera op het moment
van de opname. RAW-bestanden worden niet omgezet naar
JPEG-indelingen en worden opgeslagen in het geheugen zonder
wijzigingen. Met Samsung RAW Converter kunt u belichtingen, de
witbalans, tinten, contrast en kleuren van foto's kalibreren.
Samsung RAW Converter openen
Selecteer op uw computer start Alle programma's
Samsung RAW Converter Samsung RAW Converter.
Afspelen/bewerken
122
Programma's op de computer
De interface van Samsung RAW Converter gebruiken
Voor meer informatie over het gebruik van Samsung RAW Converter klikt u op Help Open software manual.
4
3
2
1
Nr. Beschrijving
1
Menu
2
Werkbalk
Nr. Beschrijving
3
Bewerkingsprogramma's
4
Het venster voor fijnafstemming openen/sluiten voor de
bewerkingsprogramma's
Afspelen/bewerken
123
Programma's op de computer
Oorspronkelijke afbeelding
p
-modus, Diafragma: f=8,
Sluitertijd: 1/15 sec,
ISO=100
Gewijzigde afbeelding na
correctie van de belichting
U kunt de helderheid van de afbeelding controleren in het
histogramvenster.
Oorspronkelijke afbeelding Gewijzigde afbeelding na
correctie van de belichting
Bestanden in de RAW-indeling bewerken
Als u bestanden met de indeling RAW bewerkt met de Samsung
RAW Converter, kunt u een hoge beeldkwaliteit behouden. U kunt
ook JPEG- en TIFF-bestanden bewerken.
De belichting van een afbeelding aanpassen
1
Selecteer File (Bestand) Open file (Bestand openen)
en open een bestand.
2
Selecteer bij de hulpprogramma's voor bewerken .
3
Pas de belichting aan met de schuifbalk.
Afspelen/bewerken
124
Programma's op de computer
Oorspronkelijke afbeelding
p
-modus, Diafragma: f=8,
Sluitertijd: 1/15 sec,
ISO=100
Gewijzigde afbeelding na
correctie van het contrast
De tint van een afbeelding aanpassen
1
Selecteer File (Bestand) Open file (Bestand openen)
en open een bestand.
2
Selecteer bij de hulpprogramma's voor bewerken .
3
Pas de tint aan met de schuifbalk.
Afspelen/bewerken
125
Programma's op de computer
RAW-bestanden opslaan als JPEG/TIFF-indelingen
1
Selecteer File (Bestand) Open file (Bestand openen)
en open een bestand.
2
Selecteer File (Bestand) One scene development
(Eén scène ontwikkelen).
3
Selecteer een bestandsindeling (JPEG of TIFF) en
selecteer Development (Ontwikkeling).
Verbinding maken met een WLAN en
netwerkinstellingen configureren
……… 127
Verbinding maken met een WLAN
…… 127
De aanmeldingsbrowser gebruiken
…… 129
Tips over netwerkverbinding
…………… 129
Tekst invoeren
………………………… 130
Foto's of video's verzenden naar
een smartphone
………………………… 132
Een smartphone gebruiken als externe
ontspanknop
…………………………… 133
Websites voor het delen van foto's of
video's gebruiken
……………………… 135
Een website openen
…………………… 135
Foto's of video's uploaden
…………… 135
Foto's of video's via e-mail
verzenden
………………………………… 137
E-mailinstellingen wijzigen
……………… 137
Foto's of video's via e-mail
verzenden
……………………………… 139
Foto's uploaden naar een
cloudserver
……………………………… 140
Automatische back-up gebruiken om
foto's of video's te verzenden
………… 141
Het programma voor Automatische
back-up installeren op uw pc
………… 141
Foto's of video's verzenden naar
een pc
………………………………… 141
Foto's of video's weergeven op een tv
met TV Link-functionaliteit
……………… 143
Foto's verzenden via Wi-Fi Direct
……… 145
Over de WOL-functie Wake on LAN
146
Draadloos netwerk
Hier wordt beschreven hoe u verbinding kunt maken met WLAN-netwerken en functies kunt gebruiken.
Draadloos netwerk
127
Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren
Hier wordt beschreven hoe u verbinding maakt via een toegangspunt wanneer u zich binnen het bereik van een WLAN bevindt. U kunt ook
netwerkinstellingen configureren.
Symbool Beschrijving
WPS-toegangspunt
Beveiligd toegangspunt
Signaalsterkte
Druk op [
t
] om opties voor de AP-instelling te
openen
Wanneer u een beveiligd toegangspunt selecteert, wordt een
pop-upvenster weergegeven. Geef de vereiste wachtwoorden
in om verbinding te maken met de WLAN. Lees voor meer
informatie over het ingeven van tekst 'Tekst invoeren'.
(pag. 130)
Wanneer een aanmeldingspagina verschijnt, zie
'De aanmeldingsbrowser gebruiken'. (pag. 129)
Wanneer u een niet-beveiligd toegangspunt selecteert, maakt
de camera verbinding met het WLAN.
Als u een toegangspunt selecteert dat wordt ondersteund
door het WPS-profiel, selecteert u WPS PIN en geeft u een
PIN-code in op het toegangspunt. U kunt ook verbinding
maken met een toegangspunt dat wordt ondersteund door
het WPS-profiel door WPS knopverbinding te selecteren
op de camera en vervolgens op de knop WPS op het
toegangspunt te drukken.
Verbinding maken met een WLAN
1
Draai de modusdraaiknop naar
w
.
2
Selecteer , , , of .
3
Druk op [
m
] en selecteer vervolgens Wi-Fi-instelling.
Druk in sommige modi op [
m
] of volg de instructies op het
scherm totdat het scherm AP-instelling wordt weergegeven.
De camera zoekt automatisch naar beschikbare
toegangspunten.
4
Raak een toegangspunt aan.
Vernieuwen
Samsung 2
Samsung 1
Samsung 3
Draadloos netwerk toevoegen
WPS knopverbinding
Terug
Selecteer WPS knopverbinding om verbinding te maken met
een WPS-toegangspunt.
Selecteer Vernieuwen om de lijst met voor verbinding
beschikbare toegangspunten te vernieuwen.
Selecteer Draadloos netwerk toevoegen om handmatig een
toegangspunt toe te voegen.
Draadloos netwerk
128
Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren
Het IP-adres handmatig instellen
1
Ga in het scherm AP-instelling naar een toegangspunt
en druk op [
t
].
2
Selecteer IP-instelling Handmatig.
3
Selecteer elke optie en geef de vereiste informatie in.
Optie Beschrijving
IP
Hier voert u het statische IP-adres in.
Subnetmasker
Hier voert u het subnetmasker in.
Gateway
Hier voert u de gateway in.
DNS-server
Hier voert u het DNS-adres in.
Netwerkopties instellen
1
Ga in het scherm AP-instelling naar een toegangspunt
en druk op [
t
].
2
Selecteer elke optie en geef de vereiste informatie in.
Optie Beschrijving
Verificatie
Selecteer een netwerkverificatietype.
Gegevenscod.
Selecteer een coderingstype.
Netwerkwachtwoord
Geef het netwerkwachtwoord in.
IP-instelling
Het IP-adres handmatig instellen.
WPS PIN
Een PIN-code ingeven op het
toegangspunt.
Draadloos netwerk
129
Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren
Tips over netwerkverbinding
De kwaliteit van de netwerkverbinding wordt bepaald door het
toegangspunt.
Hoe groter de afstand tussen uw camera en het toegangspunt, hoe
langer het duurt om verbinding te maken met het netwerk.
Als een apparaat in de buurt hetzelfde radiofrequentiesignaal gebruikt
als uw camera, kan uw verbinding hierdoor worden verstoord.
Als uw toegangspunt geen Nederlandse naam heeft, kan de camera
mogelijk het apparaat niet vinden of kan de naam onjuist worden
weergegeven.
Neem contact op met uw netwerkbeheerder of
netwerkserviceprovider voor netwerkinstellingen of een wachtwoord.
Als een WLAN moet worden geverifieerd door de serviceprovider,
kunt u mogelijk geen verbinding met het betreffende WLAN maken.
Neem contact op met uw netwerkserviceprovider om verbinding te
maken met het WLAN.
Afhankelijk van het coderingstype kan het aantal cijfers in het
wachtwoord verschillen.
Een WLAN-verbinding is wellicht niet mogelijk in alle omgevingen.
Mogelijk geeft de camera een WLAN-printer weer in de lijsten met
toegangspunten. U kunt geen verbinding met het netwerk maken via
een printer.
U kunt uw camera niet tegelijkertijd verbinden met een netwerk en
aansluiten op een tv. U kunt ook geen foto's of video's op een tv
bekijken wanneer u verbinding hebt gemaakt met een netwerk.
Er kunnen aanvullende kosten gelden om verbinding te maken met
een netwerk. De kosten verschillen op basis van de voorwaarden van
uw abonnement.
De aanmeldingsbrowser gebruiken
U kunt uw aanmeldingsgegevens ingeven via de
aanmeldingsbrowser wanneer u verbinding maakt met bepaalde
toegangspunten, sites voor delen of cloudservers.
Knop Beschrijving
[
D
/
c
/
F
/
t
]
Naar een item gaan of door de pagina scrollen.
[
o
]
Een item selecteren.
[
m
]
Hiermee hebt u toegang tot de volgende opties:
Vorige pagina: naar de vorige pagina gaan.
Volg. pagina: naar de volgende pagina gaan.
Opn. laden: de pagina opnieuw laden.
Stop: stoppen met het laden van de pagina.
Afsl.: de aanmeldingsbrowser sluiten.
[
l
]
De aanmeldingsbrowser sluiten.
Bepaalde items kunt u niet selecteren afhankelijk van de pagina
waarmee u bent verbonden. Dit is normaal en wijst niet op een defect.
De aanmeldingsbrowser wordt mogelijk niet automatisch gesloten
nadat u zich hebt aangemeld bij bepaalde pagina's. In dat geval sluit u
de aanmeldingsbrowser door op [
l
] te drukken en gaat u verder met
de gewenste bewerking.
Het laden van de aanmeldingspagina kan langer duren wegens het
paginaformaat of de netwerksnelheid. Als dit gebeurt, wacht u tot het
invoervenster voor aanmeldingsgegevens wordt weergegeven.
Draadloos netwerk
130
Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren
Tekst invoeren
Hier wordt beschreven hoe u tekst kunt invoeren. Met de
pictogrammen in de onderstaande tabel kunt u de cursor
bewegen, hoofdletters in- en uitschakelen enzovoort. Draai de
navigatieknop of druk op [D/c/F/t] om naar een gewenste
toets te gaan en druk vervolgens op [o] om deze toets in te
geven.
Annuleer Backspace
Gereed
Ge
r
eed
Symbool Beschrijving
De laatste letter verwijderen.
De cursor verplaatsen.
In de ABC-modus schakelt u hoofdletters in of uit.
Geef '.com' in.
Overschakelen naar de Symboolmodus.
Als u geen verbinding met een WLAN kunt maken, probeert u een
ander toegangspunt uit de lijst met beschikbare toegangspunten.
In bepaalde landen kunt u ook verbinding maken met gratis WLAN's.
Er kan een aanmeldingspagina worden weergegeven wanneer
u gratis WLAN's selecteert die worden geleverd door bepaalde
netwerkproviders. Geef uw gebruikersnaam en wachtwoord in
om verbinding te maken met de WLAN. Neem contact op met de
netwerkproviders voor informatie over het registreren of de service.
Wees voorzichtig wanneer u persoonlijke gegevens ingeeft om
verbinding te maken met een toegangspunt. Geef geen betalings-
of creditcardgegevens in op uw camera. De fabrikant is niet
aansprakelijk voor problemen die ontstaan wanneer u dergelijke
informatie ingeeft.
De beschikbare netwerkverbindingen kunnen verschillen per land.
De WLAN-functie van uw camera moet voldoen aan de wetten op
het gebied van radiozendingen in uw regio. We raden u daarom aan
de WLAN-functie alleen te gebruiken in het land waar u de camera
hebt gekocht.
De procedure voor het aanpassen van de netwerkinstellingen kan
verschillen, afhankelijk van de netwerkomstandigheden.
Probeer geen toegang te krijgen tot een netwerk dat u niet mag
gebruiken.
Voordat u verbinding maakt met een netwerk, moet u ervoor zorgen
dat de batterij volledig is opgeladen.
Wanneer een DHCP-server niet beschikbaar is, moet u een bestand
autoip.txt maken en dit kopiëren naar de geplaatste geheugenkaart
om verbinding met het netwerk te maken met Auto IP.
U kunt geen bestanden uploaden of verzenden die zijn gemaakt in
de modi 3D-foto en 3D-panorama.
Bestanden die u overzet naar een ander apparaat, worden mogelijk
niet ondersteund door het apparaat. In dit geval gebruikt u een
computer om de bestanden af te spelen.
Draadloos netwerk
131
Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren
Symbool Beschrijving
Overschakelen naar de ABC-modus.
Een spatie invoeren.
Gereed De weergegeven tekst opslaan.
Zie de handleiding voor het ingeven van tekst.
U kunt alleen tekst in het Engelse alfabet ingeven, ongeacht de
schermtaal.
Druk op [
P
] om direct naar Gereed te gaan.
U kunt maximaal 128 tekens ingeven.
Draadloos netwerk
132
Foto's of video's verzenden naar een smartphone
De camera kan via een WLAN verbinding maken met smartphones die de functie MobileLink ondersteunen. U kunt eenvoudig foto's of
video's verzenden naar uw smartphone.
De functie MobileLink wordt ondersteund door Galaxy S-smartphones met het besturingssysteem Android 2.2 of hoger. Als uw smartphone het besturingssysteem
Android 2.1 gebruikt, werkt u uw smartphone bij naar Android 2.2 of hoger. Deze functie wordt ook ondersteund door de 7-inch en 10,1-inch Galaxy Tab. Mogelijk
wordt deze functie ook ondersteund door andere toestellen met Android 2.2 of hoger, maar Samsung kan de werking daarvan niet garanderen.
U moet de applicatie Samsung MobileLink installeren op het apparaat voordat u deze functie gebruikt. U kunt de applicatie downloaden van Samsung Apps of Play
Store.
Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet gebruiken.
U kunt max. 1000 best. weergeven en max. 100 best. tegelijk verzenden.
4
Schakel de applicatie Samsung MobileLink in op uw
smartphone.
Lees de instructies op het scherm zorgvuldig om uw camera
te selecteren en aan te sluiten.
De smartphone kan maar met één camera tegelijk verbinding
maken.
5
Selecteer Ja op de camera.
6
Selecteer vanaf de smartphone de bestanden die u van
de camera naar de smartphone wilt verzenden.
7
Selecteer Kopiëren op de smartphone.
De camera verzendt de bestanden.
1
Draai de modusdraaiknop op de camera naar
w
.
2
Selecteer op de camera.
Als het pop-upvenster wordt weergegeven waarin u wordt
gevraagd om de applicatie te downloaden, selecteert u
Volgende.
3
Selecteer Alle afbeeldingen of Geselect. afbeeld. op
de camera om bestanden te selecteren die u wilt delen
met de smartphone.
Als u Geselect. afbeeld. hebt geselecteerd, raakt u Delen
aan op de camera nadat u de bestanden voor delen hebt
geselecteerd.
Als u Geselect. afbeeld. hebt geselecteerd, worden
alleen de geselecteerde bestanden weergegeven op de
smartphone.
Draadloos netwerk
133
Een smartphone gebruiken als externe ontspanknop
De camera maakt verbinding met een smartphone via een WLAN. Gebruik de smartphone als externe ontspanner met de functie
Remote Viewfinder. De opgenomen foto wordt weergegeven op de smartphone.
De functie Remote Viewfinder wordt ondersteund door Galaxy S-smartphones met het besturingssysteem Android 2.2 of hoger. Als uw smartphone het
besturingssysteem Android 2.1 gebruikt, werkt u uw smartphone bij naar Android 2.2 of hoger. Deze functie wordt ook ondersteund door de 7-inch en 10,1-inch
Galaxy Tab. Mogelijk wordt deze functie ook ondersteund door andere toestellen met Android 2.2 of hoger, maar Samsung kan de werking daarvan niet garanderen.
U moet de applicatie Externe zoeker installeren op het apparaat voordat u deze functie gebruikt. U kunt de applicatie downloaden van Samsung Apps of Play Store.
4
Stel de volgende opnameopties in op de smartphone.
Symbool Beschrijving
Flitsoptie
Timerinstelling
Fotoformaat
Wanneer u gebruikmaakt van deze functie, zijn sommige
knoppen niet beschikbaar op uw camera.
De zoomknop en de ontspanknop op uw smartphone werken
niet als u deze functie gebruikt.
De modus Remote Viewfinder ondersteunt alleen de
fotoformaten
en .
1
Draai de modusdraaiknop op de camera naar
w
.
2
Selecteer op de camera.
Als het pop-upvenster wordt weergegeven waarin u wordt
gevraagd om de applicatie te downloaden, selecteert u
Volgende.
3
Schakel de functie Remote Viewfinder in op uw
smartphone.
Lees de instructies op het scherm zorgvuldig om uw camera
te selecteren en aan te sluiten.
De smartphone kan maar met één camera tegelijk verbinding
maken.
Draadloos netwerk
134
Een smartphone gebruiken als externe ontspanknop
5
Blijf aanraken op de smartphone om scherp te
stellen.
De scherpstelling is automatisch ingesteld op Multi AF.
6
Druk op om de foto te maken.
De foto wordt opgeslagen in uw camera.
Raak de foto onder aan het scherm aan om de foto op te
slaan op de smartphone. Het formaat van de foto wordt
gewijzigd in 640 X 360.
Als u deze functie gebruikt, kan de ideale afstand tussen de camera
en de smartphone variëren, afhankelijk van de omgeving.
De smartphone moet zich binnen een afstand van 7 m van de camera
bevinden als u deze functie wilt gebruiken.
Het duurt enige tijd om de foto te maken nadat u op op de
smartphone hebt gedrukt.
De functie Remote Viewfinder wordt in de volgende gevallen
uitgeschakeld:
- Er is een inkomende oproep op de smartphone.
- De camera of de smartphone wordt uitgeschakeld.
- Het geheugen is vol.
- De verbinding van een van de apparaten met het WLAN is
verbroken.
- De Wi-Fi-verbinding is zwak of instabiel.
Draadloos netwerk
135
Websites voor het delen van foto's of video's gebruiken
Upload uw foto's of video's naar websites voor het delen van bestanden. Beschikbare websites worden weergegeven op de camera.
Foto's of video's uploaden
1
Open de website met uw camera.
2
Scrol naar de bestanden die u wilt uploaden en druk
op [
o
].
U kunt maximaal 20 bestanden selecteren. De totale grootte
mag maximaal 10 MB zijn.
3
Selecteer Upload.
Als u bent verbonden met Facebook, selecteert u Upload
Uploaden.
Als u verbinding hebt gemaakt met Facebook, kunt u uw
opmerkingen ingeven door het vak Opmerking te selecteren.
Lees voor meer informatie over het ingeven van tekst
'Tekst invoeren'. (pag. 130)
Een website openen
1
Draai de modusdraaiknop naar
w
.
2
Selecteer .
3
Selecteer een website.
De camera probeert automatisch verbinding te maken
met een WLAN via het toegangspunt waarmee het laatst
verbinding is gemaakt.
Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een
WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten.
(pag. 127)
4
Geef uw gebruikersnaam en wachtwoord op en
selecteer Aanmelden.
Lees voor meer informatie over het ingeven van tekst
'Tekst invoeren'. (pag. 130)
U kunt een gebruikersnaam in de lijst selecteren door
een gebruikersnaam te selecteren.
Als u zich eerder bij de website hebt aangemeld, wordt u
mogelijk automatisch aangemeld.
Als u deze functie wilt gebruiken, moet u een bestaande account op de
website voor het delen van bestanden hebben.
Draadloos netwerk
136
Websites voor het delen van foto's of video's gebruiken
U kunt geen bestanden uploaden als de bestandsgrootte de limiet
overschrijdt. De maximale fotoresolutie die u kunt uploaden, is 2M en
de langste video die u kunt uploaden, is een video die is opgenomen
met . Als de geselecteerde foto een hogere resolutie dan 2M
heeft, wordt deze automatisch verkleind tot een lagere resolutie.
De manier waarop foto's of video's worden geüpload kan afwijken
en sommige functies zijn mogelijk niet beschikbaar afhankelijk van de
geselecteerde website.
Als u door een firewall of gebruikersverificatie-instellingen geen
toegang tot een website krijgt, neemt u contact op met uw
netwerkbeheerder of uw netwerkserviceprovider.
De datum waarop geüploade foto's of video's zijn opgenomen, kan
automatisch worden gebruikt als naam voor de foto's of video's.
De snelheid waarmee u foto’s kunt uploaden en webpagina’s kunt
openen, is afhankelijk van de snelheid van uw internetverbinding.
Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet
gebruiken.
U kunt in de modus Afspelen ook foto's en video's uploaden naar
websites voor het delen van bestanden door op [
m
] te drukken
en vervolgens en een gewenste website te selecteren.
De naam van het cameramodel wordt gebruikt als albumtitel.
Draadloos netwerk
137
Foto's of video's via e-mail verzenden
U kunt de instellingen in het e-mailmenu wijzigen en foto's die op de camera zijn opgeslagen, verzenden via e-mail.
5
Selecteer het vak Naam, geef uw naam in en
selecteer Gereed.
Naam
E-mail
Terug
Opslaan
Op nul
Instelling afzender
6
Selecteer het vak E-mail, geef uw naam in en selecteer
Gereed.
7
Selecteer Opslaan om de wijzigingen op te slaan.
Als u uw gegevens wilt verwijderen, selecteert u Op nul aan.
E-mailinstellingen wijzigen
In het e-mailmenu kunt u de instellingen voor het opslaan van uw
gegevens of het opslaan van e-mailadressen wijzigen. U kunt
ook het e-mailwachtwoord instellen of wijzigen. Lees voor meer
informatie over het ingeven van tekst 'Tekst invoeren'. (pag. 130)
Uw gegevens opslaan
1
Draai de modusdraaiknop naar
w
.
2
Selecteer .
De camera probeert automatisch verbinding te maken
met een WLAN via het toegangspunt waarmee het laatst
verbinding is gemaakt.
Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een
WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten.
(pag. 127)
3
Druk op [
m
].
4
Selecteer Instelling afzender.
Draadloos netwerk
138
Foto's of video's via e-mail verzenden
Een e-mailwachtwoord instellen
1
Draai de modusdraaiknop naar
w
.
2
Selecteer .
De camera probeert automatisch verbinding te maken
met een WLAN via het toegangspunt waarmee het laatst
verbinding is gemaakt.
Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een
WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten.
(pag. 127)
3
Druk op [
m
].
4
Selecteer Wachtwoord instellen Aan.
Selecteer Uit om het wachtwoord uit te schakelen.
5
Klik op [
o
] wanneer het pop-upvenster wordt
weergegeven.
6
Geef een wachtwoord van 4 cijfers in.
7
Voer het wachtwoord nogmaals in.
8
Klik op [
o
] wanneer het pop-upvenster wordt
weergegeven.
Als u uw wachtwoord kwijt bent, kunt u dit resetten door Reset te selecteren
in het scherm voor het invoeren van het wachtwoord. Wanneer u de informatie
reset, worden de eerder opgeslagen gebruikersinstellingen, het e-mailadres
en de lijst met recent verzonden e-mailberichten verwijderd.
Het e-mailwachtwoord wijzigen
1
Draai de modusdraaiknop naar
w
.
2
Selecteer .
De camera probeert automatisch verbinding te maken
met een WLAN via het toegangspunt waarmee het laatst
verbinding is gemaakt.
Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een
WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten.
(pag. 127)
3
Druk op [
m
].
4
Selecteer Wachtwoord wijzigen.
5
Voer uw huidige wachtwoord van 4 cijfers in.
6
Voer een nieuw wachtwoord van 4 cijfers in.
7
Voer het nieuwe wachtwoord nogmaals in.
8
Klik op [
o
] wanneer het pop-upvenster wordt
weergegeven.
Draadloos netwerk
139
Foto's of video's via e-mail verzenden
5
Selecteer Volgende.
6
Scroll naar de bestanden die u wilt verzenden en druk
op [
o
].
U kunt maximaal 20 bestanden selecteren. De totale grootte
mag maximaal 7 MB zijn.
7
Selecteer Next.
8
Selecteer het vak Opmerking, geef uw opmerkingen in
en selecteer Gereed.
9
Selecteer Verzenden.
Zelfs als het erop lijkt dat een foto is overgedragen, kunnen fouten met
de e-mailaccount van de ontvanger ervoor zorgen dat de foto wordt
geweigerd of herkend als spam.
U kunt geen e-mail verzenden als er geen netwerkverbinding
beschikbaar is of als de instellingen van uw e-mailaccount onjuist zijn.
U kunt geen e-mail verzenden als de bestandsgrootte de limiet
overschrijdt. De maximale fotoresolutie die u kunt verzenden, is 2M en
de langste video die u kunt verzenden, is een video die is opgenomen
met . Als de geselecteerde foto een hogere resolutie dan 2M
heeft, wordt deze automatisch verkleind tot een lagere resolutie.
Als u door een firewall of gebruikersverificatie-instellingen geen e-mail
kunt verzenden, neemt u contact op met uw netwerkbeheerder of uw
netwerkserviceprovider.
Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet
gebruiken.
U kunt ook in de modus Afspelen e-mail verzenden door op [
m
]
te drukken en vervolgens E-mail te selecteren.
Foto's of video's via e-mail verzenden
U kunt foto's die op de camera zijn opgeslagen, verzenden via
e-mail. Lees voor meer informatie over het ingeven van tekst
'Tekst invoeren'. (pag. 130)
1
Draai de modusdraaiknop naar
w
.
2
Selecteer .
De camera probeert automatisch verbinding te maken
met een WLAN via het toegangspunt waarmee het laatst
verbinding is gemaakt.
Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een
WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten.
(pag. 127)
3
Selecteer het vak Afzender, geef uw e-mailadres in en
selecteer Gereed.
Als u uw gegevens eerder hebt opgeslagen, worden deze
automatisch ingevoegd. (pag. 137)
4
Selecteer het vak Ontvanger, geef een e-mailadres in en
selecteer Gereed.
Als u een adres uit de lijst met eerdere ontvangers wilt
gebruiken, selecteert u
een adres.
Selecteer om meer ontvangers toe te voegen. U kunt
maximaal 30 ontvangers invoeren.
Selecteer om een adres uit de lijst te verwijderen.
Draadloos netwerk
140
Foto's uploaden naar een cloudserver
U kunt uw foto's uploaden naar SkyDrive. Om foto's te uploaden, moet u de Microsoft-website bezoeken en u registreren voordat u uw
camera aansluit.
4
Meld u aan met uw gebruikersnaam en wachtwoord.
Lees voor meer informatie over het ingeven van tekst
'Tekst invoeren'. (pag. 130)
Zie 'De aanmeldingsbrowser gebruiken' als u bent verbonden
met SkyDrive. (pag. 129)
5
Scroll naar de foto's die u wilt uploaden en druk op [
o
].
6
Selecteer Upload.
U kunt foto's ook uploaden naar een cloudserver in de modus
Afspelen door op [
m
] te drukken en een cloudserver te
selecteren.
Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet
gebruiken.
Wanneer u foto's uploadt naar SkyDrive, wordt het formaat van de
foto's gewijzigd in 2M terwijl de oorspronkelijke verhouding behouden
blijft.
1
Draai de modusdraaiknop naar
w
.
2
Selecteer .
3
Selecteer SkyDrive.
Als het pop-upvenster wordt weergegeven waarin u wordt
gevraagd om een account te maken, selecteert u OK.
De camera probeert verbinding te maken met een WLAN via
het toegangspunt waarmee het laatst verbinding is gemaakt.
Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een
WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten.
(pag. 127)
Draadloos netwerk
141
Automatische back-up gebruiken om foto's of video's te verzenden
U kunt foto's of video's die u met de camera hebt opgenomen, draadloos verzenden naar een pc. De functie Automatische back-up werkt
alleen met het Windows-besturingssysteem.
Foto's of video's verzenden naar een pc
1
Draai de modusdraaiknop naar
w
.
2
Selecteer .
Als het begeleidende bericht wordt weergegeven, drukt u
op [
o
].
3
Druk op [
m
] om opties in te stellen.
Als u uw pc automatisch wilt uitschakelen nadat de overdracht
is voltooid, selecteert u Pc afsluiten na back-up Aan.
4
Druk op [
o
] om de back-up te starten.
Als u het verzenden wilt annuleren, drukt u op [
o
].
U kunt geen afzonderlijke bestanden selecteren om back-ups
van te maken. Deze functie maakt alleen een back-up van
nieuwe bestanden op de camera.
De voortgang van de back-up wordt weergegeven op de
monitor van de pc.
Wanneer de overdracht is voltooid, wordt de camera na
ongeveer 30 seconden automatisch uitgeschakeld. Selecteer
Annuleer om terug te gaan naar het vorige scherm en te
voorkomen dat de camera automatisch wordt uitgeschakeld.
Het programma voor Automatische back-up
installeren op uw pc
1
Installeer iLauncher op de pc. (pag. 117)
2
Sluit de camera met de USB-kabel op de pc aan.
3
Als het pictogram van het programma Automatische
back-up wordt weergegeven, dubbelklikt u hierop.
Het programma Automatische back-up wordt geïnstalleerd
op de pc. Volg de instructies op het scherm om de installatie
te voltooien.
4
Verwijder de USB-kabel.
5
Sluit de camera weer met de USB-kabel op de pc aan.
De camera slaat informatie over de pc op, zodat de camera
bestanden kan verzenden naar de pc.
Voordat u het programma installeert, moet u ervoor zorgen dat de pc is
verbonden met een netwerk. Als er geen internetverbinding beschikbaar is,
moet u het programma installeren vanaf de bijgeleverde cd.
Draadloos netwerk
142
Automatische back-up gebruiken om foto's of video's te verzenden
Als de pc de WOL-functie (Wake on LAN) ondersteunt, kunt u de pc
automatisch inschakelen door op uw camera naar de pc te zoeken.
(pag. 146)
Wanneer u op de camera verbinding maakt met het WLAN, selecteert
u het toegangspunt dat is verbonden met de pc.
De camera zoekt naar de beschikbare toegangspunten, zelfs als u
weer verbinding maakt met hetzelfde toegangspunt.
Als u de camera uitschakelt of de batterij verwijdert terwijl u bestanden
verzendt, wordt de bestandsoverdracht onderbroken.
U kunt slechts één camera tegelijk verbinden met de pc om
bestanden te verzenden.
De back-up wordt mogelijk geannuleerd vanwege
netwerkomstandigheden.
Foto' of video' kunnen maar één keer naar een pc worden verzonden.
Bestanden kunnen niet opnieuw worden verzonden, zelfs niet als u uw
camera opnieuw aansluit op een andere pc.
Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet
gebruiken.
U moet Windows Firewall en eventuele andere firewalls uitschakelen
voordat u deze functie gebruikt.
U kunt maximaal 1000 bestanden verzenden.
In de pc-software moet de servernaam worden ingegeven in het
Latijnse alfabet en mag de naam niet meer dan 48 tekens bevatten.
Wanneer meerdere bestandstypen tegelijk worden gemaakt, worden
alleen de afbeeldingsbestanden (JPG) naar de pc verzonden met
deze functie.
Draadloos netwerk
143
Foto's of video's weergeven op een tv met TV Link-functionaliteit
TV Link is een technologie voor het delen van mediabestanden tussen een camera en een tv die verbinding hebben met hetzelfde
toegangspunt. Met deze technologie kunt u uw foto's of video's op een breedbeeld-tv of ander apparaat weergeven.
4
Zoek op de tv naar de camera en blader door de
gedeelde foto's of video's.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de tv voor informatie
over het zoeken naar de camera en het bladeren door foto's
of video's op de tv.
Afhankelijk van het type tv of de netwerkverbinding kan het
voorkomen dat video's niet vloeiend worden afgespeeld. Als
dit gebeurt, neemt u de video opnieuw op met de kwaliteit
of en speelt u de video opnieuw af. Als video's niet
vloeiend op uw televisie worden afgespeeld via de draadloze
verbinding, sluit u de camera met een A/V-kabel aan op de
televisie.
AP
1
Draai de modusdraaiknop naar
w
.
2
Selecteer .
Als het begeleidende bericht wordt weergegeven, drukt u
op [
o
].
De camera probeert automatisch verbinding te maken
met een WLAN via het toegangspunt waarmee het laatst
verbinding is gemaakt.
Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een
WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten.
(pag. 127)
3
Maak op uw tv verbinding met een draadloos netwerk
via een toegangspunt.
Raadpleeg de gebruikershandleiding van de tv voor meer
informatie.
Draadloos netwerk
144
Foto's of video's weergeven op een tv met TV Link-functionaliteit
Als u tijdens de weergave van foto's of video's op de tv voortdurend
de afstandsbediening van de tv gebruikt of andere handelingen op de
tv uitvoert, werkt deze functie mogelijk niet correct.
Als u bestanden op de camera sorteert of de volgorde van de
bestanden wijzigt terwijl u de bestanden op een tv bekijkt, moet u
de instelprocedure herhalen om de lijst met bestanden op de tv bij
te werken.
Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet
gebruiken.
U kunt het beste een netwerkkabel gebruiken om uw tv aan te sluiten
op het toegangspunt. Hiermee kunt u haperende videobeelden bij het
streamen van inhoud tot een minimum beperken.
U kunt maximaal 1000 foto's of video's delen.
Op een tv-scherm kunt u alleen foto's of video's bekijken die u met de
camera hebt opgenomen.
Het bereik van de draadloze verbinding tussen uw camera en een tv
kan verschillen, afhankelijk van de specificaties van het toegangspunt.
Als de camera is verbonden met 2 tv's, wordt er mogelijk langzamer
afgespeeld.
Foto's of video's worden met hun originele grootte gedeeld.
U kunt deze functie alleen gebruiken met tv's met de TV Link-functie.
Gedeelde foto's of video's worden niet opgeslagen op de tv, maar u
kunt ze op de camera opslaan volgens de tv-specificaties.
Het overbrengen van foto's of video's naar de tv kan enige tijd duren,
afhankelijk van de netwerkverbinding, het aantal bestanden dat u wilt
delen of de grootte van de bestanden.
Als u de camera op ongebruikelijke wijze uitschakelt terwijl u foto's of
video's op een tv bekijkt (bijvoorbeeld door de batterij te verwijderen),
gaat de tv ervan uit dat de verbinding met de camera nog intact is.
De volgorde van foto's of video's op de camera kan afwijken van die
op de tv.
Afhankelijk van het aantal foto's of video's dat u wilt delen, kan het
enige tijd duren om uw foto's of video's te laden en de instelprocedure
uit te voeren.
Draadloos netwerk
145
Foto's verzenden via Wi-Fi Direct
Als de camera via een WLAN is verbonden met een apparaat dat de functie Wi-Fi Direct ondersteunt, kunt u foto's verzenden naar het
apparaat. Deze functie wordt mogelijk niet ondersteund op bepaalde apparaten.
5
Geef op het toestel de camera toestemming om
verbinding te maken met het toestel.
De foto wordt verzonden naar het apparaat.
Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet
gebruiken.
Als u geen verbinding kunt maken met een Wi-Fi Direct-toestel, moet
u het toestel bijwerken met de nieuwste firmware. Deze functie wordt
mogelijk niet ondersteund op bepaalde apparaten.
1
Schakel op het toestel de optie Wi-Fi Direct in.
2
Scroll op de camera in de afspeelmodus naar een foto.
3
Druk op [
m
] en selecteer vervolgens
Wi-Fi Direct.
In de weergave met één afbeelding kunt u slechts één foto
tegelijk verzenden.
In de miniatuurweergave kunt u meerdere foto's selecteren
door naar miniaturen te scrollen en op [
o
] te drukken.
Selecteer Next wanneer u klaar bent met het selecteren van
foto's.
4
Selecteer het apparaat in de lijst met Wi-Fi Direct-
apparaten op de camera.
Zorg ervoor dat de optie Wi-Fi Direct van het apparaat is
ingeschakeld.
U kunt ook uw camera selecteren in de lijst met Wi-Fi Direct-
apparaten op het apparaat.
Draadloos netwerk
146
Over de WOL-functie Wake on LAN
Met de WOL-functie kunt u een pc automatisch inschakelen of wekken met uw camera. Deze functie is beschikbaar voor desktop-pc's van
Samsung uit de afgelopen 5 jaar (niet beschikbaar voor all-in-one-pc's).
Als u andere wijzigingen dan de beschreven wijzigingen aanbrengt in de BIOS-instellingen van uw pc, kan uw pc worden beschadigd. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor
schade als gevolg van het wijzigen van de BIOS-instellingen van uw pc.
De pc instellen om wakker te worden uit de slaapmodus
1
Klik op Start en open het Control Panel
(Configuratiescherm).
2
Configureer de netwerkverbinding.
Windows 7:
Klik op Network and Internet (Netwerk en internet)
Network and Sharing Center (Netwerkcentrum)
Change adapter settings (Adapterinstellingen wijzigen).
Windows Vista:
Klik op Network and Internet (Netwerk en internet)
Network and Sharing Center (Netwerkcentrum)
Manage network connections (Netwerkverbindingen
beheren).
Windows XP:
Klik op Network and Internet Connection (Netwerk- en
Internet-verbindingen) Network Connection
(Netwerkverbindingen).
3
Klik met de rechtermuisknop op Local Area (LAN-
verbinding) en klik op Properties (Eigenschappen).
4
Klik op Configure (Configureren) het tabblad Power
manage (Energiebeheer) Allow this device to wake
the computer (Dit apparaat mag de computer uit stand-
by halen).
5
Klik op OK.
6
Start de pc opnieuw op.
Draadloos netwerk
147
Over de WOL-functie Wake on LAN
De pc instellen om te worden ingeschakeld
1
Schakel de pc in en druk op F2 terwijl de pc wordt
opgestart.
Het BIOS-instelmenu wordt weergegeven.
2
Selecteer het tabblad Advanced (Geavanceerd)
Power management Setup (Energiebeheer instellen).
3
Selecteer Resume on PME (Hervatten bij PME)
Enabled (Ingeschakeld).
4
Druk op F10 om uw wijzigingen op te slaan en door te
gaan met opstarten.
5
Klik op Start en open het Control Panel
(Configuratiescherm).
6
Configureer de netwerkverbinding.
Windows 7:
Klik op Network and Internet (Netwerk en internet)
Network and Sharing Center (Netwerkcentrum)
Change adapter settings (Adapterinstellingen wijzigen).
Windows Vista:
Klik op Network and Internet (Netwerk en internet)
Network and Sharing Center (Netwerkcentrum) Manage
network connections (Netwerkverbindingen beheren).
Windows XP:
Klik op Network and Internet Connection (Netwerk-
en Internet-verbindingen) Network Connection
(Netwerkverbindingen).
7
Selecteer stuurprogramma's voor de netwerkadapter.
8
Klik op de tab Advanced (Geavanceerd) en stel de
WOL-menu's in.
U kunt deze functie niet gebruiken met een firewall of als er een
beveiligingsprogramma is geïnstalleerd.
Als u de computer wilt inschakelen met de WOL-functie, moet de
computer een actieve verbinding hebben met het LAN. Zorg ervoor
dat het lampje op de LAN-poort van de pc brandt, wat aangeeft dat de
LAN-verbinding actief is.
Afhankelijk van het model van uw pc is het mogelijk dat de camera de
pc alleen kan wekken.
Afhankelijk van het besturingssysteem of de stuurprogramma's van uw
pc kunnen de namen van het WOL-instelmenu verschillen.
- voorbeelden van namen in het instelmenu: PME inschakelen, Wake
on LAN inschakelen enzovoort.
- voorbeelden van waarden in het instelmenu: Inschakelen, Magic
packet enzovoort.
Instellingen
Hier vind u opties om de instellingen van uw camera te
configureren.
Instellingenmenu
……………………………………… 149
Het instellingenmenu openen
……………………… 149
Het instellingenmenu gebruiken
…………………… 150
Instellingen
149
Instellingenmenu
Hier vindt u informatie waarmee u de instellingen van de camera kunt configureren.
3
Selecteer een optie.
Terug Verpl.
Volume
Begingeluid
Sl.toon
Piepjes
AF-geluid
Middel
Uit
Aan
Aan
Aan
4
Druk op [
m
] om terug te gaan naar het vorige
scherm.
Het instellingenmenu openen
1
Druk in de opname- of afspeelmodus op [
m
].
2
Selecteer
n
een item.
Afsl. Verpl.
Aan
Uit
Uit
Auto
1 sec
Aan
Geluiden
Helpgids weerg.
Richtlijn
Datum/tijd weergeven
Helderh. scherm
Snel tonen
Scherm auto. uit
Instellingen
150
Instellingenmenu
Het instellingenmenu gebruiken
* Standaard
Item Beschrijving
Geluiden
Hiermee kunt u de camerageluiden en het
volume instellen.
Volume: het volume van alle geluiden
instellen. (Uit, Laag, Middel*, Hoog)
Begingeluid: instellen dat er een geluid klinkt
wanneer u de camera inschakelt. (Uit*, Aan)
Sl.toon: een geluid instellen dat wordt
afgespeeld als u de ontspanknop indrukt.
(Uit, Aan*)
Piepjes: instellen dat een geluid wordt
afgespeeld als u op de knoppen drukt of
schakelt tussen modi. (Uit, Aan*)
AF-geluid: instellen dat een geluid wordt
afgespeeld als u de ontspanknop half indrukt.
(Uit, Aan*)
Helpgids weerg.
Een korte beschrijving van een optie of menu
weergeven. (Uit, Aan*)
Richtlijn
Hiermee selecteert u een raster om u te helpen
bij de compositie van een scène.
(Uit*, 3 X 3, 2 X 2, Kruis, Diagonaal)
Datum/tijd
weergeven
Instellen of de datum en tijd op het scherm van
de camera worden weergegeven. (Uit*, Aan)
* Standaard
Item Beschrijving
Helderh. scherm
Hiermee past u de helderheid van het scherm
aan. (Auto*, Donker, Normaal, Licht)
Normaal is de vaste waarde voor de afspeelmodus,
zelfs als Auto is geselecteerd.
Snel tonen
Hiermee stelt u in hoe lang een gemaakte foto
wordt weergegeven voordat u teruggaat naar de
opnamemodus. (Uit, 1 sec*, 3 sec)
Scherm auto. uit
Als u gedurende 60 seconden geen handelingen
uitvoert, schakelt het scherm automatisch uit en
knippert het statuslampje. (Uit, Aan*)
Wanneer het scherm automatisch uitschakelt,
drukt u op een andere knop dan [POWER]
om de camera weer te gebruiken.
Zelfs als u deze functie niet instelt, wordt het
scherm 60 seconden na de laatste bewerking
gedimd om stroom te besparen.
Netwerkinformatie
Het Mac-adres en serienummer van de camera
weergeven.
Language
Een taal voor de tekst op het scherm instellen.
Instellingen
151
Instellingenmenu
* Standaard
Item Beschrijving
Datum en tijd
Tijdzone: de tijdzone voor uw locatie
instellen. Als u naar een ander land reist,
selecteert u Bezoek en selecteert u de juiste
tijdzone. (Thuis*, Bezoek)
Datum/tijd aanpassen: de datum en tijd
instellen.
Datumtype: een datumnotatie instellen.
(JJJJ/MM/DD, MM/DD/JJJJ*,
DD/MM/JJJJ)
De standaarddatumnotatie kan afwijken,
afhankelijk van de geselecteerde taal.
Type tijd: een tijdnotatie instellen.
(12 uur*, 24 uur)
Afdruk: instellen of de datum en tijd moeten
worden weergegeven op gemaakte foto's.
(Uit*, Datum, Datum/tijd)
De datum en tijd worden in de
rechterbenedenhoek weergegeven.
Mogelijk drukken sommige printermodellen
de datum en tijd niet correct af.
De datum en de tijd worden niet
weergegeven op de foto als u opnamen
maakt in bepaalde scènemodi, de modus
Panorama of de modus Beeld in beeld.
* Standaard
Item Beschrijving
Bestandsnr.
De naamgeving van bestanden opgeven.
Op nul: instellen dat de bestandsnummering
weer bij 0001 begint wanneer er een
nieuwe geheugenkaart wordt geplaatst, een
geheugenkaart wordt geformatteerd of alle
bestanden worden verwijderd.
Serie*: instellen dat de bestandsnummering
doorloopt wanneer er een nieuwe
geheugenkaart wordt geplaatst, een
geheugenkaart wordt geformatteerd of alle
bestanden worden verwijderd.
De standaardnaam van de eerste map is
100PHOTO en de standaardnaam van het
eerste bestand is SAM_0001.
Het bestandsnummer wordt steeds met één
verhoogd, van SAM_0001 tot SAM_9999.
Het mapnummer wordt steeds met één
verhoogd, van 100PHOTO(SAM_0001-
SAM_0999) tot 999PHOTO(SAM_9000-
SAM_9999).
Het maximum aantal bestanden dat in een
map kan worden opgeslagen, is 1000.
De camera definieert bestandsnamen volgens
de DCF-norm (Design rule for Camera File
system). Als u bestandsnamen wijzigt, kan de
camera deze bestanden mogelijk niet meer
weergeven.
Instellingen
152
Instellingenmenu
* Standaard
Item Beschrijving
Automatisch uit
Instellen dat de camera automatisch wordt
uitgeschakeld als u gedurende een bepaalde
periode geen bewerkingen uitvoert.
(Uit, 1 min, 3 min*, 5 min, 10 min)
Uw instellingen worden niet gewijzigd wanneer u
de batterij vervangt.
De camera wordt niet automatisch
uitgeschakeld als de camera is aangesloten op
een computer, is verbonden met een WLAN of
wanneer u een diashow of video's afspeelt.
Smart Link
(Wi-Fi-knop)
Een Wi-Fi-functie instellen wanneer u op [
t
]
drukt. (MobileLink*, Remote Viewfinder,
Delen op sociale netwerken, E-mail, Cloud,
Automatische back-up, TV Link)
AF-lamp
Instellen dat op donkere locaties automatisch
een lampje wordt ingeschakeld zodat u beter
kunt scherpstellen. (Uit, Aan*)
Omvormingslens
Instellen op gebruik van een conversielens,
indien u er een heeft. (Uit*, Aan)
* Standaard
Item Beschrijving
Formatt.
Formatteer de geheugenkaart. Wanneer u
formatteert, worden alle bestanden verwijderd,
ook beveiligde bestanden. (Ja, Nee)
Er kunnen fouten optreden als u een geheugenkaart
door een ander merk camera, door een computer
of in een geheugenkaartlezer laat formatteren.
Formatteer geheugenkaarten in de camera voordat
u ze gebruikt om beelden op te slaan.
Reset
Reset menu's en opnameopties. De instellingen
voor datum en tijd, taal en video-uitvoer worden
niet gereset. (Ja, Nee)
Anynet+
(HDMI-CEC)
Instellen of de camera kan worden bediend met
de afstandsbediening van de televisie wanneer u
de camera aansluit op een HDTV die het profiel
Anynet+(CEC) ondersteunt.
Uit: bestanden weergeven zonder een
HDTV-afstandsbediening te gebruiken.
Aan*: de camera gebruiken met een
HDTV-afstandsbediening.
Instellingen
153
Instellingenmenu
* Standaard
Item Beschrijving
HDMI-formaat
De resolutie van foto's instellen wanneer de
camera bestanden afspeelt op een HDTV via de
HDMI-kabel. (NTSC: 1080i*, 720p, 480p/
PAL: 1080i*, 720p, 576p)
Als de geselecteerde resolutie niet door de
HDTV wordt ondersteund, wordt automatisch
de onderliggende resolutiewaarde
geselecteerd.
Als u 480p of 576p selecteert, zijn de
afspeelmenu's en Smart Album niet
beschikbaar wanneer u de camera aansluit
op een televisie.
Video
Het video-uitgangssignaal voor uw land of regio
instellen.
NTSC: Canada, Japan, Korea, Mexico,
Taiwan, VS enzovoort
PAL (ondersteunt alleen B/D/G/H/I): Australië,
België, China, Denemarken, Duitsland,
Engeland, Finland, Frankrijk, Italië, Koeweit,
Maleisië, Nederland, Nieuw-Zeeland,
Noorwegen, Oostenrijk, Singapore, Spanje,
Thailand, Zweden, Zwitserland enzovoort
Open bron-
licenties
De informatie over de Open Source-licentie
weergeven.
Bijlagen
Hier vindt u informatie over foutmeldingen, specificaties en
onderhoud.
Foutmeldingen
………………………………………… 155
Cameraonderhoud
…………………………………… 157
De camera reinigen
………………………………… 157
De camera gebruiken of opbergen
………………… 158
Geheugenkaarten
…………………………………… 160
De batterij
…………………………………………… 163
Optionele accessoires gebruiken
…………………… 167
Optionele flitsers gebruiken
………………………… 167
Een optionele optische zoeker gebruiken
…………… 167
De sluiterknop gebruiken
…………………………… 168
De microfoon gebruiken
…………………………… 168
Een conversielens gebruiken
………………………… 169
Voordat u contact opneemt met een
servicecenter
………………………………………… 170
Cameraspecificaties
………………………………… 173
Woordenlijst
…………………………………………… 178
Verklaring in officiële talen
…………………………… 184
Index
…………………………………………………… 186
Bijlagen
155
Foutmeldingen
Als een van de volgende foutmeldingen verschijnt, kunt u de onderstaande oplossingen proberen.
Foutmelding Mogelijke oplossingen
DCF Full Error
Bestandsnamen komen niet met de DCF-
norm overeen. Breng de bestanden op de
geheugenkaart over naar een computer en
formatteer de kaart. Open vervolgens het menu
Instellingen en selecteer Bestandsnr.
Op nul. (pag. 151)
Apparaat
losgekoppeld.
De netwerkverbinding is verbroken tijdens het
overbrengen van foto's. Selecteer een ander TV
Link-apparaat.
Bestandsfout
Verwijder het beschadigde bestand of neem
contact op met een servicecenter.
Bestandssysteem
wordt niet
ondersteund.
De FAT-bestandsstructuur van de geplaatste
geheugenkaart wordt niet ondersteund door
de camera. Formatteer de geheugenkaar in de
camera.
Initialisatie mislukt.
Schakel de apparaten met TV Link op het
netwerk in.
De camera kan geen apparaat met de functie
TV Link vinden.
Ongeldig
wachtwoord.
Het wachtwoord voor het overdragen van
bestanden naar een andere camera is onjuist.
Voer het juiste wachtwoord in.
Foutmelding Mogelijke oplossingen
Kaartfout
Schakel de camera uit en weer in.
Verwijder de geheugenkaart en plaats deze
weer terug.
Formatteer de geheugenkaart.
Kaart vergrendeld
SD-, SDHC-, of SDXC-kaarten kunnen worden
vergrendeld om te voorkomen dat bestanden
worden gewist. Ontgrendel de kaart voordat u
opnamen maakt.
Kaart wordt niet
ondersteund.
De geplaatste geheugenkaart wordt niet
ondersteund door de camera. Plaats een SD-,
SDHC-, of SDXC-geheugenkaart.
Verbinding is niet
gelukt.
De camera kan geen verbinding met het
netwerk maken via het geselecteerde
toegangspunt. Selecteer een ander
toegangspunt en probeer het opnieuw.
De camera kan geen verbinding maken met
de andere apparaten. Probeer opnieuw
verbinding te maken.
Bijlagen
156
Foutmeldingen
Foutmelding Mogelijke oplossingen
Batterij bijna leeg
Plaats een opgeladen batterij of laad de batterij
op.
Geheugen vol
Verwijder onnodige bestanden of plaats een
nieuwe geheugenkaart.
Geen foto
Maak foto's of plaats een geheugenkaart met
foto's in de camera.
Foto-overdracht
mislukt.
De netwerkverbinding is verbroken tijdens het
overbrengen van foto's. Probeer de functie TV
Link weer in te schakelen.
Overdracht mislukt.
De camera kan een foto niet verzenden naar
de andere apparaten. Probeer opnieuw te
verzenden.
De camera kan geen e-mail verzenden
of foto's overdragen naar een apparaat
met de functie TV Link. Controleer de
netwerkverbinding en probeer het opnieuw.
Bijlagen
157
Cameraonderhoud
Camerabody
Veeg de behuizing voorzichtig schoon met een zachte, droge
doek.
Gebruik nooit benzeen, thinner of alcohol om het apparaat te reinigen.
Deze oplosmiddelen kunnen de camera beschadigen of defecten
veroorzaken.
Druk niet op de lenskap en gebruik geen blaaskwastje op de lenskap.
De camera reinigen
Cameralens en -scherm
Verwijder stof met behulp van een blaaskwastje en veeg
de lens met een zachte doek voorzichtig af. Voor eventueel
achtergebleven stof brengt u lensreinigingsvloeistof op een stuk
lensreinigingspapier aan en veegt u de lens voorzichtig schoon.
Bijlagen
158
Cameraonderhoud
Gebruik op het strand of aan de waterkant
Bescherm de camera tegen zand en vuil wanneer u deze op
het strand of in een andere, soortgelijke omgeving gebruikt.
Uw camera is niet waterbestendig. Gebruik de batterij, adapter
of geheugenkaart niet met natte handen. Als u de camera
gebruikt met natte handen, kan de camera beschadigd raken.
Camera voor langere tijd opbergen
Als u de camera langere tijd opbergt, moet u de camera samen
met absorberend materiaal, zoals silicagel, in een afgesloten
houder plaatsen.
Haal de batterijen uit de camera wanneer u de camera langere
tijd opbergt. Batterijen in het batterijvak kunnen na verloop van
tijd gaan lekken of roesten en ernstige schade aan uw camera
veroorzaken.
Batterijen die niet worden gebruikt, ontladen zich na verloop van
tijd en moeten vóór gebruik opnieuw worden opgeladen.
De huidige datum en tijd kunnen worden geïnitialiseerd wanneer
de camera wordt ingeschakeld nadat de batterij langer dan
40 uur uit de camera is verwijderd.
De camera gebruiken of opbergen
Ongeschikte plaatsen voor het gebruiken of opbergen van
de camera
Stel de camera niet bloot aan zeer hoge of lage temperaturen.
Gebruik de camera niet in zeer vochtige omgevingen of
omgevingen waar de luchtvochtigheid snel verandert.
Stel de camera niet bloot aan direct zonlicht en bewaar de
camera niet op warme locaties met slechte ventilatie, zoals in
een auto die in de zon staat.
Bescherm de camera en het scherm tegen stoten, ruw gebruik
en sterke trillingen om ernstige schade te voorkomen.
Gebruik of bewaar de camera niet op stoffige, vuile, vochtige of
slecht-geventileerde plaatsen, om schade aan bewegende en
interne onderdelen te voorkomen.
Gebruik de camera niet in de buurt van brandstoffen, brandbare
stoffen of ontvlambare chemicaliën. Bewaar geen ontvlambare
vloeistoffen, gassen en explosief materiaal in dezelfde ruimte als
de camera of de accessoires van de camera.
Berg de camera niet op met mottenballen.
Bijlagen
159
Cameraonderhoud
Leg camera's, batterijen, opladers of accessoires nooit in de
buurt van, op of in verwarmingsapparaten, zoals magnetrons,
kachels of radiatoren. Deze apparaten kunnen worden vervormd
en oververhit raken en brand of een ontploffing veroorzaken.
Stel de lens niet bloot aan direct zonlicht. Hierdoor kan de
beeldsensor verkleuren of defect raken.
Bescherm de lens tegen vingerafdrukken en krassen. Reinig de
lens met een zachte, schone doek.
Als de camera een schok opvangt, wordt de camera mogelijk
uitgeschakeld. Dit gebeurt om de geheugenkaart te beschermen.
Schakel de camera weer in om de camera te gebruiken.
De camera kan warm worden tijdens het gebruik. Dit is normaal en
is niet van invloed op de levensduur of prestaties van uw camera.
Bij lage temperaturen kan het langer duren voordat de camera
is ingeschakeld, kunnen kleuren tijdelijk veranderen of kunnen
nabeelden worden weergegeven. Deze omstandigheden duiden
niet op defecten en worden verholpen als u de camera weer bij
normale temperaturen gebruikt.
Verf of metaal aan de buitenzijde van de camera kan allergieën,
jeuk, eczeem of bultjes veroorzaken bij mensen met een gevoelige
huid. Als u last hebt van een van deze symptomen, stop dan
onmiddellijk met het gebruik van de camera en raadpleeg een arts.
Steek geen vreemde voorwerpen in de compartimenten, sleuven
en toegangspunten van de camera. Schade als gevolg van onjuist
gebruik wordt mogelijk niet door de garantie gedekt.
Laat geen ongekwalificeerd personeel reparatie- of
onderhoudswerkzaamheden aan de camera uitvoeren en
probeer dit ook niet zelf te doen. Alle schade die voortvloeit uit
ongekwalificeerd onderhoud of reparatie, wordt niet gedekt door
de garantie.
Wees voorzichtig bij gebruik in vochtige omgevingen
Als u de camera overbrengt van een koude naar een warme
omgeving, kan er condensvorming optreden op de lens of
de interne onderdelen van de camera. In dit geval moet u
de camera uitschakelen en ten minste 1 uur wachten. Als er
condensvorming optreedt op de geheugenkaart, moet u de kaart
uit de camera halen en wachten tot al het vocht is verdampt
voordat u de kaart terugplaatst.
Overige aandachtspunten
Zwaai de camera niet aan de polslus heen en weer. Hierdoor
kunt u uzelf of anderen verwonden of schade aan uw camera
veroorzaken.
Verf de camera niet, omdat verf tussen de bewegende
onderdelen kan gaan zitten en de werking van het apparaat kan
beïnvloeden.
Schakel de camera uit als u deze niet gebruikt.
De camera bevat kwetsbare onderdelen. Zorg daarom dat u de
camera niet blootstelt aan schokken.
Bewaar de camera in de houder om het scherm te beschermen
tegen externe druk. Houd de camera uit de buurt van zand,
scherp gereedschap of kleingeld om te voorkomen dat er
krassen op de camera komen.
Gebruik de camera niet als het scherm gebarsten of
beschadigd is. Gebarsten glas of acryl kan letsel aan uw
handen en gezicht veroorzaken. Breng de camera naar een
servicecenter van Samsung om de camera te laten repareren.
Bijlagen
160
Cameraonderhoud
Geheugenkaarten
Ondersteunde geheugenkaarten
Dit product accepteert de geheugenkaarten SD (Secure Digital),
SDHC (Secure Digital High Capacity), SDXC (Secure Digital
eXtended Capacity), microSD, microSDHC of microSDXC .
Contactpunt
Schrijfvergrendeling
Etiket (voorzijde)
Bij SD-, SDHC-, of SDXC-kaarten kunt u voorkomen dat bestanden
worden verwijderd door de schrijfvergrendeling op de kaart te
gebruiken. Schuif de vergrendeling naar beneden om de kaart te
vergrendelen en omhoog om de kaart te ontgrendelen. Ontgrendel
de kaart voordat u foto's en video's maakt.
Geheugenkaart
Geheugenkaartadapter
Als u microgeheugenkaarten wilt gebruiken met dit product, een
computer of een geheugenkaartlezer, moet u de kaart in een
adapter plaatsen.
Capaciteit van de geheugenkaart
De geheugencapaciteit verschilt, afhankelijk van de
opnamemodus, de opnameomstandigheden of de
geheugenkaart. De volgende capaciteiten zijn gebaseerd op een
SD-kaart van 2 GB:
Foto
Formaat Superhoog Hoog Normaal
277 313 503
254 349 558
286 392 623
335 457 721
333 456 719
512 691 1060
819 1081 1588
1095 1418 2009
2165 2610 3284
Bijlagen
161
Cameraonderhoud
Video
Formaat 480fps 240fps 120fps 30fps
1920 X 1080
---
Ongeveer
19' 05"
1280 X 720
---
Ongeveer
29' 38"
640 X 480
---
Ongeveer
57' 16"
Om te delen
---
Ongeveer
716' 50"
640 X 480
--
Ongeveer
24' 52"
-
384 X 288
-
Ongeveer
32' 49"
--
192 X 144
Ongeveer
26' 02"
---
De bovenstaande cijfers zijn gemeten zonder gebruik van de zoomfunctie.
Bij gebruik van de zoomfunctie kan de beschikbare opnametijd afwijken
van de vermelde waarden. Om de totale opnameduur te bepalen, zijn er
verschillende video's achter elkaar opgenomen.
Formaat RAW
RAW +
S.Fijn
RAW + Fijn
RAW +
Normaal
73 51 59 69
74 54 61 71
76 57 64 73
78 60 67 75
78 60 67 75
83 69 74 80
87 77 81 85
89 81 84 87
91 87 88 90
Bijlagen
162
Cameraonderhoud
Voorkom dat geheugenkaarten in contact komen met vloeistoffen,
vuil of vreemde stoffen. Veeg zo nodig de geheugenkaart met
een zachte doek schoon voordat u de geheugenkaart in de
camera plaatst.
Voorkom dat geheugenkaarten en de geheugenkaartsleuf
in contact komen met vloeistoffen, vuil of vreemde stoffen.
Dergelijke stoffen kunnen ervoor zorgen dat geheugenkaarten of
de camera niet goed meer werken.
Wanneer u een geheugenkaart bij u draagt, moet u een hoesje
gebruiken om de kaart tegen elektrostatische ontlading te
beschermen.
Breng belangrijke gegevens over naar andere media, zoals een
vaste schijf, CD of DVD.
Als u de camera langere tijd gebruikt, kan de geheugenkaart
warm worden. Dit is normaal en wijst niet op een defect.
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig verlies van gegevens.
Aandachtspunten bij gebruik van geheugenkaarten
Stel de geheugenkaarten niet bloot aan zeer lage of hoge
temperaturen (lager dan 0 °C/32 °F of hoger dan
40 °C/104 °F). Extreme temperaturen kunnen ervoor zorgen
dat geheugenkaarten niet goed werken.
Plaats een geheugenkaart in de juiste richting. Als u een
geheugenkaart in de verkeerde richting plaatst, kunnen camera
en geheugenkaart worden beschadigd.
Gebruik geen geheugenkaarten die in een andere camera of
door een computer zijn geformatteerd. Formatteer een dergelijke
geheugenkaart opnieuw in uw eigen camera.
Schakel de camera uit wanneer u een geheugenkaart plaatst of
verwijdert.
Verwijder de geheugenkaart niet en schakel uw camera niet
uit wanneer het lampje knippert, omdat de gegevens hierdoor
kunnen worden beschadigd.
Wanneer de levensduur van een geheugenkaart is verlopen, kunt
u geen foto's meer opslaan op de kaart. Gebruik een nieuwe
geheugenkaart.
Zorg dat geheugenkaarten niet buigen, vallen of aan zware
klappen of druk worden blootgesteld.
Zorg dat u geheugenkaarten niet gebruikt of opbergt in de buurt
van krachtige magnetische velden.
Zorg dat u geheugenkaarten niet gebruikt op locaties met hoge
temperaturen of luchtvochtigheid of in de buurt van bijtende
stoffen.
Bijlagen
163
Cameraonderhoud
Levensduur van de batterij
Gemiddelde opnameduur/
Aantal foto's
Testomstandigheden(bij een volledig
opgeladen batterij)
Foto's
Ongeveer
130 min/
Ongeveer
260 foto's
De levensduur is gemeten onder de
volgende omstandigheden: in de modus
p
, in het donker, resolutie , kwaliteit
Hoog, OIS aan.
1. Stel de flitser in op Invulflits, maak
één foto en zoom in of uit.
2. Stel de flitser in op Uit, maak één foto
en zoom in of uit.
3. Voer stap 1 en 2 uit. Wacht
30 seconden tussen de stappen.
Herhaal het proces na 5 minuten en
schakel de camera 1 minuut uit.
4. Herhaal stap 1 tot 3.
Video's
Ongeveer
90 min
Neem video's op met de resolutie
en 30 fps.
De bovenstaande cijfers zijn volgens de normen van Samsung gemeten en
kunnen afwijken van resultaten bij daadwerkelijk gebruik.
Er zijn verschillende video's achter elkaar opgenomen om de totale opnameduur
te bepalen.
Wanneer u netwerkfuncties gebruikt, raakt de batterij sneller leeg.
De batterij
Gebruik alleen door Samsung goedgekeurde batterijen.
Batterijspecificaties
Specificatie Beschrijving
Model
SLB-10A
Type
Lithium-ionbatterij
Capaciteit
1030 mAh
Voltage
3,7 V
Oplaadduur* (wanneer de camera is
uitgeschakeld)
Ongeveer 240 min.
* Duurt mogelijk langer als u de batterij aansluit op een computer om de
batterij op te laden.
Bijlagen
164
Cameraonderhoud
Melding Batterij bijna leeg
Als de batterij volledig is ontladen, wordt het batterijpictogram
rood en verschijnt de melding 'Batterij bijna leeg'.
De batterij gebruiken
Stel de batterijen niet bloot aan zeer lage of hoge temperaturen
(lager dan 0 °C/32 °F of hoger dan 40 °C/104 °F). Extreme
temperaturen kunnen de laadcapaciteit van de batterijen
beperken.
Als u de camera langere tijd gebruikt, kan het gebied rond de
batterijklep warm worden. Dit heeft geen invloed op de normale
werking van de camera.
Trek niet aan het netsnoer om de stekker uit het stopcontact te
halen om te voorkomen dat u brand of een schok veroorzaakt.
Bij temperaturen onder 0 °C/32 °F kunnen de capaciteit en
levensduur van de batterij afnemen.
Bij lage temperaturen kan de batterijcapaciteit afnemen, maar
de gewone capaciteit wordt hersteld bij gebruik bij hogere
temperaturen.
Aandachtspunten voor het gebruik van de batterij
Bescherm batterijen, opladers en geheugenkaarten tegen
schade
Voorkom dat batterijen in aanraking komen met metalen
voorwerpen. Dit kan een verbinding vormen tussen de plus- en
minpolen van uw batterijen en tijdelijke of permanente schade aan
de batterijen en brand of een schok veroorzaken.
De batterij opladen
Als het indicatielampje uit is, controleert u of de batterij op de
juiste wijze is geplaatst.
Als camera tijdens het opladen is ingeschakeld, laadt de batterij
niet op. Schakel de camera uit voordat u de batterij oplaadt.
Gebruik de camera niet als de batterij wordt opgeladen. Dit kan
brand of een schok veroorzaken.
Trek niet aan het netsnoer om de stekker uit het stopcontact te
halen om te voorkomen dat u brand of een schok veroorzaakt.
Wacht ten minste 10 minuten voordat u de camera inschakelt
nadat de batterij is opgeladen.
Als u de camera aansluit op een externe voedingsbron terwijl
de batterij helemaal leeg is, wordt de camera uitgeschakeld
wanneer u bepaalde functies gebruikt die veel stroom
verbruiken. Laad de batterij op om de camera op normale wijze
te gebruiken.
Bijlagen
165
Cameraonderhoud
Als u de voedingskabel opnieuw aansluit nadat de batterij volledig
is opgeladen, brandt het statuslampje ongeveer 30 minuten.
Met het gebruik van de flitser en het opnemen van video's
raakt de batterij snel leeg. Laad de batterij op totdat het rode
indicatielampje uitgaat.
Als het indicatielampje knippert of niet brandt, sluit u de kabel
opnieuw aan of verwijdert u de batterij en plaatst u deze opnieuw
in de camera.
Als u de batterij oplaadt wanneer de kabel oververhit is of de
temperatuur te hoog is, kan het indicatielampje rood knipperen.
Nadat de batterij is afgekoeld, wordt het opladen gestart.
Als u batterijen overlaadt, kan de gebruiksduur van de batterij
korter worden. Wanneer het opladen is voltooid, haalt u de kabel
uit de camera.
Buig het netsnoer niet en plaats geen zware voorwerpen op
het netsnoer. Als u dit wel doet, kan het netsnoer worden
beschadigd.
De batterij opladen terwijl er een computer is aangesloten
Gebruik alleen de meegeleverde USB-kabel.
In de volgende gevallen wordt de batterij mogelijk niet opgeladen:
-
Wanneer u een USB-hub gebruikt.
-
Wanneer er andere USB-apparaten op de computer zijn
aangesloten.
-
Wanneer u de kabel op de poort aan de voorzijde van de computer
aansluit.
-
Wanneer de USB-poort van de computer de stroomuitvoernorm niet
ondersteunt (5 V, 500 mA).
Behandel batterijen en opladers voorzichtig en voer deze
af volgens de voorschriften
Gooi batterijen nooit in open vuur. Houd u aan alle lokale
regelgevingen bij het weggooien van gebruikte batterijen.
Leg batterijen of camera's nooit in of op verwarmingsapparaten,
zoals een magnetron, kachel of radiator. Batterijen kunnen
exploderen als ze te heet worden.
Bijlagen
166
Cameraonderhoud
Haal de batterij niet uit elkaar of maak er geen gaten in
met een scherp voorwerp.
Stel de batterij niet bloot aan hoge druk of extreme
krachten.
Stel de batterij niet bloot aan hevige klappen, bijvoorbeeld
door deze van grote hoogte te laten vallen.
Stel de batterij niet bloot aan temperaturen boven de
60 °C (140 °F).
Stel de batterij niet bloot aan vocht of vloeistoffen.
De batterij mag niet worden blootgesteld aan overmatige
warmte zoals zonneschijn, vuur of dergelijke zaken.
Richtlijnen voor afvoer
Wees zorgvuldig als u de batterij weggooit.
Gooi de batterij nooit in een open vuur.
Regelgeving kan per land of regio verschillen. Zorg dat
u zich houdt aan alle lokale en nationale regelgevingen
wanneer u de batterij weggooit.
Richtlijnen voor het opladen van de batterij
Laad de batterij alleen op volgens de procedure in
deze gebruiksaanwijzing. De batterij kan ontbranden of
exploderen als deze niet op de juiste wijze wordt opgeladen.
Onzorgvuldig of verkeerd gebruik van de batterij kan
lichamelijk letsel of de dood tot gevolg hebben. Volg
voor uw eigen veiligheid de onderstaande instructies
voor het juiste gebruik van de batterij:
De batterij kan vlam vatten of exploderen als deze niet
op de juiste wijze wordt gebruikt. Als u vervormingen,
scheuren of andere afwijkingen in de batterij opmerkt,
stopt u onmiddellijk het gebruik hiervan en neemt u
contact op met een servicecenter.
Gebruik alleen authentieke, door de fabrikant aanbevolen
batterijopladers en -adapters en laad de batterij alleen op
volgens de procedures die in deze gebruiksaanwijzing
zijn vermeld.
Plaats de batterij niet te dicht bij warmtebronnen en stel
de batterij niet bloot aan extreem warme omgevingen,
zoals een gesloten auto in de zon.
Plaats de batterij niet in een magnetron.
Bewaar of gebruik de batterij niet in een hete, vochtige
omgeving, zoals een badkamer of douche.
Plaats de batterij niet langere tijd op ontvlambare
oppervlakken, zoals matrassen, tapijten of elektrische
dekens.
Als het apparaat is ingeschakeld, moet u het niet langere
tijd in een afgesloten ruimte achterlaten.
Zorg ervoor dat de polen van de batterij niet in contact
komen met metalen voorwerpen, zoals halskettingen,
munten, sleutels en horloges.
Gebruik uitsluitend authentieke, door de fabrikant
aanbevolen lithium-ionbatterijen ter vervanging.
Bijlagen
167
Optionele accessoires gebruiken
Een optionele optische zoeker gebruiken
Bevestig een optionele optische zoeker aan de camera-
accessoireschoen. Verwijder het klepje van de accessoireschoen
en plaats de optische zoeker op de accessoireschoen.
Optionele flitsers gebruiken
Bevestig een optionele flitser aan de camera-accessoireschoen.
Verwijder het klepje van de accessoireschoen en plaats de flitser
op de accessoireschoen.
Uw camera is compatibel met de volgende typen flitser: SEF42A
Raadpleeg de handleiding bij de flitser voor meer informatie over de
flitser.
Wanneer de optionele flitser is aangesloten, moet u de standaardflitser
niet openen.
Bijlagen
168
Optionele accessoires gebruiken
De sluiterknop gebruiken
Door een optionele sluiterknop te gebruiken wordt het schudden
van de camera verminderd en kunt u duidelijkere foto's maken
met lagere sluitertijden. Raadpleeg de handleiding bij de
handmatige sluiterknop voor meer informatie over de sluiterknop.
De microfoon gebruiken
Gebruik een optionele microfoon om het omgevingsgeluid te
beperken. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing bij de microfoon voor
informatie over de microfoon.
Bijlagen
169
Een conversielens gebruiken
Als u een conversielens hebt die is ontworpen voor gebruik met Samsung-camera's, kunt u het bereik en de scherptediepte van de camera
verhogen door deze te bevestigen.
1
Verwijder de standaardcameraring door deze linksom te
draaien.
2
Bevestig de conversielens door deze rechtsom te
draaien totdat deze vastklikt.
3
Druk in de opname- of afspeelmodus op [
m
].
4
Selecteer
n
Omvormingslens Aan.
Nadat de conversielens is ingesteld, zijn de optische en digitale
zoomfuncties niet beschikbaar.
Als u Omvormingslens niet instelt op Aan nadat u de conversielens
hebt geplaatst, wordt de camera uitgeschakeld als u [Zoomknop] naar
links of rechts draait.
Bijlagen
170
Voordat u contact opneemt met een servicecenter
Wanneer u problemen met de camera ondervindt, kunt u eerst de volgende procedures uitvoeren voordat u contact opneemt met een
servicecenter. Als u het probleem hiermee niet kunt oplossen, kunt u contact opnemen met uw plaatselijke dealer of servicecenter.
Wanneer u uw camera naar een servicecenter brengt, neem dan ook de onderdelen mee die de oorzaak kunnen zijn van de fout, zoals de geheugenkaart of de batterij.
Situatie Mogelijke oplossingen
Er kunnen geen foto's
wor
den gemaakt.
Er is geen ruimte op de geheugenkaart.
Verwijder onnodige bestanden of plaats
een nieuwe kaart.
Formatteer de geheugenkaart.
De geheugenkaart is defect. Koop een
nieuwe geheugenkaart.
Controleer of de camera is ingeschakeld.
Laad de batterij op.
Controleer of de batterij op de juiste wijze
is geplaatst.
De camera loopt vast.
Verwijder de batterij en plaats deze weer
terug.
De camera wordt
warm.
De camera kan warm worden tijdens het
gebruik. Dit is normaal en is niet van invloed
op de levensduur of prestaties van uw
camera.
De flitser werkt niet.
Klap de flitser omhoog door het
ontrgendelingsknopje van de flitser te
verschuiven.
Mogelijk is de flitseroptie ingesteld op Uit.
(pag. 69)
In sommige modi kunt u de flitser niet
gebruiken.
Situatie Mogelijke oplossingen
De camera kan niet
wor
den ingeschakeld.
Controleer of de batterij in de camera is
geplaatst.
Controleer of de batterij correct in de
camera is geplaatst. (pag. 22)
Laad de batterij op.
De camera
wordt plotseling
uitgeschakeld.
Laad de batterij op.
De camera bevindt zich mogelijk in de
stand voor automatisch uitschakelen.
(pag. 152)
De camera wordt mogelijk uitgeschakeld
om te voorkomen dat de geheugenkaart
door een harde schok beschadigd raakt.
Schakel de camera weer in.
De batterij raakt snel
leeg.
Bij lage temperaturen (onder 0 °C/32 °F)
kan de batterij sneller leeg raken. Houd
de batterij warm door deze in uw zak te
steken.
Als u de flitser gebruikt of video's opneemt,
raakt de batterij snel leeg. Laad de batterij
indien nodig weer op.
Batterijen zijn verbruiksartikelen die
na verloop van tijd moeten worden
vervangen. Koop een nieuwe batterij als
de gebruiksduur van de batterij aanzienlijk
afneemt.
Bijlagen
171
Voordat u contact opneemt met een servicecenter
Situatie Mogelijke oplossingen
Er wordt onverwachts
geflitst.
De flitser wordt mogelijk geactiveerd
vanwege statische elektriciteit. Dit duidt niet
op een defect van de camera.
De datum en tijd zijn
onjuist.
Stel de datum en tijd in bij de
scherminstellingen. (pag. 151)
Het scherm of de
knoppen werken niet.
Verwijder de batterij en plaats deze weer
terug.
Het camerascherm
reageert niet goed.
Als u de camera bij zeer lage temperaturen
gebruikt, kan het camerascherm verkleuren
of slecht functioneren. Voor betere
prestaties van het scherm moet de camera
bij normale temperaturen worden gebruikt.
Er is een fout met
de geheugenkaart
opgetreden.
Schakel de camera uit en weer in.
Verwijder de geheugenkaart en plaats
deze weer terug.
Formatteer de geheugenkaart.
Zie 'Aandachtspunten bij gebruik van
geheugenkaarten' voor meer informatie.
(pag. 162)
Er kunnen geen
bestanden worden
afgespeeld.
Als u de naam van een bestand wijzigt,
kan de camera het bestand mogelijk niet
afspelen (de bestandsnaam moet voldoen
aan de DCF-norm). In dergelijke gevallen
kunt u de bestanden op een computer
afspelen.
Situatie Mogelijke oplossingen
De foto is onscherp.
Controleer of de ingestelde
scherpsteloptie voor close-upfoto's
geschikt is. (pag. 72)
Controleer of de lens schoon is. Reinig
de lens indien nodig. (pag. 157)
Zorg ervoor dat het onderwerp zich
binnen het bereik van de flitser bevindt.
(pag. 174)
De kleuren in de foto
zijn anders dan de
daadwerkelijke kleuren.
Een onjuiste witbalans kan voor
onrealistische kleuren zorgen. Selecteer
de juiste witbalansoptie voor de lichtbron.
(pag. 84)
De foto is te licht.
De foto is overbelicht.
Schakel de flitser uit. (pag. 69)
Pas de ISO-waarde aan. (pag. 71)
Pas de belichtingswaarde aan. (pag. 82)
De foto is te donker.
De foto is onderbelicht.
Schakel de flitser in. (pag. 69)
Pas de ISO-waarde aan. (pag. 71)
Pas de belichtingswaarde aan. (pag. 82)
De foto's worden
niet op de televisie
weergegeven.
Controleer of de camera correct op de
televisie is aangesloten met de A/V-kabel.
Controleer of de geheugenkaart foto's
bevat.
Bijlagen
172
Voordat u contact opneemt met een servicecenter
Situatie Mogelijke oplossingen
De computer herkent
de camera niet.
Controleer of de USB-kabel op de juiste
wijze is geplaatst.
Controleer of de camera is ingeschakeld.
Controleer of het besturingssysteem
wordt ondersteund.
De computer verbreekt
de verbinding met
de camera tijdens
het overbrengen van
bestanden.
De bestandsoverdracht kan door statische
elektriciteit worden gestoord. Koppel de
USB-kabel los en sluit deze weer aan.
De computer kan geen
video's afspelen.
Video's kunnen mogelijk niet worden
afgespeeld met bepaalde videospelers.
Als u videobestanden wilt afspelen die zijn
gemaakt met uw camera, gebruikt u het
Multimedia Viewer-programma dat u met het
programma iLauncher op uw computer kunt
installeren. (pag. 117)
iLauncher werkt niet
correct.
Sluit iLauncher af en start het programma
opnieuw.
Afhankelijk van de specificaties en
omgeving van de computer wordt het
programma mogelijk niet automatisch
gestart. Klik in dit geval op start
Alle programma's Samsung
iLauncher Samsung iLauncher
op uw computer met Windows OS. Of
klik op Toepassingen Samsung
iLauncher op uw computer met Mac OS.
Situatie Mogelijke oplossingen
Uw tv of computer kan
geen foto's en video's
weer
geven die zijn
opgeslagen op een
SDXC-geheugenkaart.
SDXC-geheugenkaarten gebruiken het
exFAT-bestandssysteem. Zorg ervoor dat
het externe apparaat compatibel is met
het exFAT-bestandssysteem voordat u de
camera aansluit op het apparaat.
Uw computer
herkent een SDXC-
geheugenkaart niet.
SDXC-geheugenkaarten gebruiken het
exFAT-bestandssysteem. Als u SDXC-
geheugenkaarten wilt gebruiken op
een Windows XP-computer, kunt u
het stuurprogramma voor het exFAT-
bestandssysteem downloaden en bijwerken
via de website van Microsoft.
Kan de DPOF niet
instellen voor de
RAW-bestanden.
U kunt de DPOF niet instellen voor de RAW-
bestanden.
Kan de
belichtingswaarde niet
vergrendelen door op
[
L
] te drukken.
U kunt de belichtingswaarde niet
vergrendelen in bepaalde opnamemodi.
De externe flitser of
microfoon werkt niet.
Controleer of het externe apparaat correct is
geplaatst en ingeschakeld.
Bijlagen
173
Cameraspecificaties
Bereik
Groothoek (G) Tele (T)
Normaal (AF) 40 cm - oneindig 100 cm - oneindig
Macro 1-40 cm 40-100 cm
Auto macro 1 cm - oneindig 40 cm - oneindig
Handm.
scherpstellen
1 cm - oneindig 40 cm - oneindig
Sluitertijd
F1.4-F3.8 (Groothoek) F3.9-F7.7 (Groothoek)
Auto 1/8-1/2000 sec. 1/8-1/4000 sec.
Programma 1-1/2000 sec. 1-1/4000 sec.
Nacht 8-1/2000 sec. 8-1/4000 sec.
Handmatig 30-1/2000 sec. 30-1/4000 sec.
Belichting
Regeling
Programma AE, Sluiterprioriteit AE, Diafragmaprioriteit
AE, Handmatige belichting
Lichtmeting Multi, Spot, Centr. gewogen, Gezichtsdetectie
Compensatie ±2EV (1/3 EV Stap)
Beeldsensor
Type 1/1,7" (Ongeveer 9,33 mm) BSI CMOS
Effectieve pixels Ongeveer 12,4 megapixel
Totaal aantal pixels Ongeveer 12,76 megapixel
Lens
Brandpuntsafstand
Schneider-KREUZNACH Lens f = 5,2-17,2 mm
(equivalent aan 35 mm-film: 24-80 mm)
Diafragmabereik F1.4 (W)-F2.7 (T), inclusief ND-filter
Digitale zoom
Fotomodus: 1,0-4,0X
(Smart zoom: 1,33X, Optische zoom: 3,3X)
Display
Type AMOLED
Functionaliteit 3,0" (7,6 cm) VGA, 614k punten (PenTile), Draaien
Scherpstelling
Type
TTL-autofocus (Multi AF, Centrum AF, Keuze AF,
Gezichtsdetectie AF, Tracking AF,
Slimme gez.herkenning AF), Handm. scherpstellen
Bijlagen
174
Cameraspecificaties
ISO-equivalent
Auto, ISO 80, ISO 100, ISO 200, ISO 400, ISO 800,
ISO 1600, ISO 3200, ISO 6400*, ISO 12800*
* Alleen beschikbaar wanneer ISO vergroten is
geactiveerd.
Flitser
Modus
Auto, Rode ogen, Invulflits, Langz sync, Uit, Anti-rode
ogen
Bereik
Groothoek: 0,9-7,8 m (ISO Auto)
Groothoek: 0,8-4,1 m (ISO Auto)
Flitscompensatie ±1EV (1/2 EV Stap)
Oplaadtijd Ongeveer 4 sec.
Trillingsreductie
DUAL IS [Optische beeldstabilisatie (OIS) + Digitale beeldstabilisatie (DIS)]
Effect
Opnamemodus
voor foto's
Smart filter: Normaal, Miniatuur, Vignetten,
Softfocus, Oude film, Halftoonstip, Schets,
Visoog, Klassiek, Retro, Olieverf, Cartoon,
Aquarel, Kruisfilter, Zoomopname
Artistieke pen
Beeld aanpassen: Contrast, Scherpte, Kleurverz.
Opnamemodus
voor video's
Smart filter: Normaal, Paleteffect 1, Paleteffect 2,
Paleteffect 3, Paleteffect 4, Miniatuur, Vignetten,
Halftoonstip, Schets, Visoog, Klassiek, Retro
Witbalans
Modus
Auto witbalans, Daglicht, Bewolkt, TL-licht H,
TL-licht L, Kunstlicht, Aangep. instelling, Kleurtemp.
Fijnafstelling
Elk 7 stappen op de as voor oranje/blauw/groen/
magenta
Datering
Datum/tijd, Datum, Uit
Bijlagen
175
Cameraspecificaties
Opnemen
Foto's
Modi: Smart Auto (Portret, Nachtportret,
Portretfoto met tegenlicht, Nacht, Tegenl.,
Landschap, Wit, Natuurlijk groen, Blauwe lucht,
Zonsondergang, Macro, Macro tekst, Macro
kleur, Statief, Actie, Vuurwerk, Kaars, Spotlight,
Spotlight (macro), Spotlight (portret)), Programma,
Diafragmaprioriteit, Sluiterprioriteit, Handmatig,
Scène (Beautyshot, Nacht, Landschap, Tekst,
Zon onder, Dageraad, Tegenl., Strand/sneeuw,
3D-foto), Magisch Plus (Panorama, Magisch
kader, Gesplitste opname, Beeld in beeld,
Artistieke pen, HDR)
Serieopname: 1 opname, Snel (10fps, 5fps, 3fps),
Vooraf vastleggen, Belichtingstrap (WB, AE), Timer
Timer: 10 sec, 2 sec
ND-filtereffect: Aan, Uit
Video's
Modi: Intelligente scènedetectie (Landschap,
Blauwe lucht, Natuurlijk groen, Zonsondergang),
Film, Magisch Plus (Beeld in beeld)
Indeling: MP4 (H.264) (Max. opnametijd: 20 min)
Formaat: 1920 X 1080, 1280 X 720, 640 X 480,
320 X 240
Snel: 480fps (192 X 144), 240fps (384 X 288),
120fps (640 X 480)
Sound Alive: Sound Alive Aan, Sound Alive Uit,
Dempen
Beeldstabilisator: Uit, OIS, Dual IS
Vastleggen tijdens opnemen
Afspelen
Foto's
Type: Eén foto, Miniaturen, Diashow met muziek
en effecten, Video, Smart Album*, Creatieve
filmmaker
* Smart Album-categorie: Type, Datum, Week,
Gezicht
Bewerken: Res.wijz, Draaien, Beeld aanpassen,
Smart filter, Bijsnijden
Effect: Beeld aanpassen (Anti-rode ogen,
Gezichtretouch., Helderheid, Contrast, Kleurverz.,
Ruis toevoegen), Smart filter (Normaal, Miniatuur,
Vignetten, Softfocus, Oude film, Halftoonstip,
Schets, Visoog, Klassiek, Retro, Olieverf, Cartoon,
Aquarel, Kruisfilter, Zoomopname)
Video's
Bewerken: Creatieve filmmaker, foto's maken,
tijd bijsnijden
Opslag
Media
Extern geheugen (optioneel): SD-kaart
(1-2 GB gegarandeerd), SDHC-kaart
(tot 32 GB gegarandeerd), SDXC-kaart (tot 64 GB
gegarandeerd)
Bestandsindeling
Foto: JPEG (DCF), EXIF 2.21, DPOF 1.1
Videoclip: MP4 (Video: MPEG-4.AVC/H.264,
Audio: AAC)
Bijlagen
176
Cameraspecificaties
Beeldformaat
Voor 2 GB SD: aantal foto's
Superhoog Hoog Normaal
4000 X 3000
277 313
503
4000 X 2672
254 349
558
4000 X 2248
286 392
623
3264 X 2448
335 457
721
2832 X 2832
333 456
719
2592 X 1944
512 691
1060
1984 X 1488
819 1081
1588
1920 X 1080
1095 1418
2009
1024 X 768
2165 2610
3284
RAW
RAW +
S.Fijn
RAW +
Fijn
RAW +
Normaal
4000 X 3000
73 51 59
69
4000 X 2672
74 54 61
71
4000 X 2248
76 57 64
73
3264 X 2448
78 60 67
75
2832 X 2832
78 60 67
75
2592 X 1944
83 69 74
80
1984 X 1488
87 77 81
85
1920 X 1080
89 81 84
87
1024 X 768
91 87 88
90
Deze waarden zijn gemeten onder de
standaardcondities van Samsung en kunnen variëren,
afhankelijk van opnameomstandigheden en camera-
instellingen.
Draadloos netwerk
Mobile Link, Remote Viewfinder, Delen op sociale netwerken, E-mail,
Cloud, Automatische back-up, TV Link, Wi-Fi Direct
Interface
Digitale uitvoer USB 2.0
Audio-invoer/-
uitvoer
Interne luidspreker (mono), microfoon (stereo)
Video-uitvoer
A/V: NTSC, PAL (instelbaar)
HDMI 1.4: NTSC, PAL (instelbaar)
Gelijkstroom
aansluiting
5 V
Voedingsbron
Oplaadbare batterij Lithium-ionbatterij (SLB-10A, 1030 mAh)
Connectortype Micro USB (7-pins)
Afhankelijk van uw regio kan de voedingsbron verschillen.
Bijlagen
177
Cameraspecificaties
Afmetingen (B x H x D)
112,1 x 62,4 x 27,55 mm (zonder uitstekende delen)
Gewicht
286 g (zonder batterij en geheugenkaart)
Bedrijfstemperatuur
0-40 °C
Bedrijfsluchtvochtigheid
5-85 %
Software
iLauncher, Samsung RAW Converter
Specificaties kunnen zonder kennisgeving worden gewijzigd voor betere
prestaties.
Bijlagen
178
Woordenlijst
DCF (Design rule for Camera File system)
Een specificatie voor het definiëren van een bestandsindeling
en bestandssysteem voor digitale camera's die is ontwikkeld
door de Japan Electronics and Information Technology Industries
Association (JEITA).
Scherptediepte
De afstand tussen het dichtstbijzijnde en verste punt waarop kan
worden scherpgesteld in een foto. De scherptediepte verschilt
per diafragma, brandpuntsafstand en afstand tussen de camera
en het onderwerp. Als u bijvoorbeeld een kleiner diafragma
selecteert, wordt de scherptediepte vergroot en wordt de
achtergrond van een compositie vaag.
Digitale zoom
Een functie die op kunstmatige wijze de beschikbare hoeveelheid
zoom met de zoomlens vergroot (optisch zoomen). Als u de
digitale zoomfunctie gebruikt, wordt de beeldkwaliteit minder
wanneer de vergroting wordt verhoogd.
Digitale afdrukbestelling (DPOF)
Een indeling voor het schrijven van afdrukgegevens, zoals
geselecteerde beelden en het aantal afdrukken, op een
geheugenkaart. Printers die compatibel zijn met DPOF, soms
verkrijgbaar in fotowinkels, kunnen de informatie lezen van de
kaart voor eenvoudig afdrukken.
Opnamereeks met verschillende belichtingen (AEB)
Deze functie maakt automatisch meerdere foto's met
verschillenden belichtingen om u te helpen een goed belichte foto
te maken.
Autofocus (AF)
Een systeem dat automatisch de cameralens scherpstelt op het
onderwerp. Uw camera gebruikt het contrast om automatisch
scherp te stellen.
Diafragma
Het diafragma bepaalt de hoeveelheid licht die de sensor van de
camera bereikt.
Bewegingsonscherpte (vaag)
Als de camera wordt bewogen wanneer de sluiter is geopend,
kan het volledige beeld vaag lijken. Dit komt vaker voor wanneer
de sluitertijd laag is. Voorkom bewegingsonscherpte door de
gevoeligheid te verhogen, de flitser te gebruiken of een hogere
sluitertijd. U kunt ook een statief of de DIS- of OIS-functie
gebruiken om de camera te stabiliseren.
Compositie
Met compositie wordt de plaatsing van de verschillende
elementen in het beeld bedoeld. Meestal levert een compositie
volgens de regel van derden een plezierig resultaat.
Bijlagen
179
Woordenlijst
Brandpuntsafstand
De afstand van het brandpunt van de lens tot het beeldvlak
(in millimeters). Grotere brandpuntsafstanden resulteren in een
kleinere beeldhoek en een grotere weergave van het onderwerp.
Kleinere brandpuntsafstanden resulteren in een grotere
beeldhoek.
Histogram
Een grafische weergave van de helderheid van een beeld. De
horizontale as stelt de helderheid voor en de verticale as het
aantal pixels. Hoge pieken aan de linkerkant (te donker) en aan de
rechterkant (te licht) op het histogram geven aan dat een foto niet
goed is belicht.
H.264/MPEG-4
Een video-indeling met hoge compressie die is ontwikkeld door
de internationale standaardisatieorganisaties ISO/IEC en ITU-T.
Deze codec zorgt ervoor dat goede videokwaliteit wordt geleverd
met lage bitsnelheden ontwikkeld door het Joint Video Team
(JVT).
Beeldsensor
Het fysieke deel van een digitale camera die een fotosite bevat
voor elke pixel in het beeld. Elke fotosite neemt de helderheid
van het licht op dat de fotosite bereikt tijdens een belichting.
Algemene sensortypen zijn CCD (Charge-coupled Device) en
CMOS (Complementary Metal Oxide Semiconductor).
EV-compensatie
Alle combinaties van de camerasluitertijd en diafragma die
resulteren in dezelfde belichting.
Belichtingswaarde (EV)
Met deze functie kunt u snel de belichtingswaarde aanpassen
die wordt berekend door de camera, in beperkte stappen, om de
belichting van uw foto's te verbeteren. Stel de EV-compensatie in
op -1,0 EV om de waarde een stap donkerder in te stellen en op
1,0 EV om de waarde een stap lichter te maken.
Exif (Exchangeable Image File Format)
Een specificatie voor het definiëren van een
beeldbestandsindeling voor digitale camera's die is gemaakt door
de Japan Electronic Industries Development Association (JEIDA).
Belichting
De hoeveelheid licht die de sensor van de camera mag bereiken.
Belichting wordt bepaald door een combinatie van sluitertijd,
diafragma en ISO-waarde.
Flitser
Een flitslamp die ervoor zorgt dat er voldoende belichting is in
omstandigheden met weinig licht.
Bijlagen
180
Woordenlijst
Lichtmeting
De lichtmeting heeft betrekking op de manier waarop een camera
de hoeveelheid licht meet om de belichting in te stellen.
MJPEG (Motion JPEG)
Een video-indeling die wordt gecomprimeerd als een JPEG-
beeld.
MPO (Multi Picture Object)
Een indeling voor beeldbestanden waarbij een bestand meerdere
beelden bevat. Een MPO-bestand levert een 3D-effect op MPO-
compatibele schermen, zoals 3D-televisies of 3D-monitors.
Ruis
Verkeerd geïnterpreteerde pixels in een digitaal beeld die mogelijk
worden weergegeven als verkeerd geplaatste of willekeurige,
heldere pixels. Ruis treedt meestal op wanneer foto's worden
gemaakt met een hoge gevoeligheid of wanneer de gevoeligheid
automatisch wordt ingesteld op een donkere locatie.
Optische beeldstabilisatie (OIS)
Deze functie compenseert in real-time trillingen en schudden
tijdens de opname. Er treedt geen kwaliteitsvermindering van het
beeld op in vergelijking met de functie Digitale beeldstabilisatie.
Optisch zoomen
Dit is een algemene zoomfunctie waarmee beelden kunnen
worden vergroot met een lens en waarmee de beeldkwaliteit niet
vermindert.
ISO-waarde
De gevoeligheid van een camera voor licht, gebaseerd op de
equivalente filmsnelheid gebruikt in een filmcamera. Met hogere
ISO-waarden gebruikt de camera een hogere sluitertijd, waardoor
vervaging kan worden verminderd die wordt veroorzaakt door het
bewegen van de camera en weinig licht. Beelden met een hoge
gevoeligheid zijn echter veel gevoeliger voor ruis.
JPEG (Joint Photographic Experts Group)
Een lossy-methode van compressie voor digitale beelden. JPEG-
beelden worden gecomprimeerd om de algehele bestandsgrootte
te verminderen met minimale afname van de beeldresolutie.
LCD (Liquid Crystal Display)
Een visuele display die algemeen wordt gebruikt in consumenten
elektronica. Dit display heeft een aparte achtergrondverlichting
nodig zoals CCFL of LED, om kleuren te kunnen reproduceren.
Macro
Met deze functie kunt u close-upfoto's maken van zeer kleine
voorwerpen. Als u de macrofunctie gebruikt, kan de camera goed
scherpstellen op kleine voorwerpen met een verhouding op bijna
ware grootte (1:1).
Bijlagen
181
Woordenlijst
Vignetten
Een vermindering van de helderheid of de verzadiging van een
beeld bij de randen in vergelijking met het midden van het beeld.
Vignetten kan de aandacht richten op onderwerpen die in het
midden van een beeld zijn geplaatst.
Witbalans (kleurbalans)
Een aanpassing van de intensiteit van kleuren (meestal de
primaire kleuren rood, groen en blauw) in een beeld. Het doel van
het aanpassen van de witbalans, of kleurbalans, is de kleuren van
een beeld correct weergeven.
Kwaliteit
Een uitdrukking van het compressieniveau dat is gebruikt in
een digitaal beeld. Beelden met een hogere kwaliteit hebben
een lager compressieniveau, wat meestal resulteert in grotere
bestanden.
Resolutie
Het aantal pixels in een digitaal beeld. Beelden met hoge resolutie
bevatten meer pixels en bevatten meer details dan beelden met
lage resolutie.
Sluitertijd
De sluitertijd is de hoeveelheid tijd die nodig is om de sluiter
te openen en te sluiten. Dit is een belangrijke factor voor de
helderheid van een foto, aangezien hiermee de hoeveelheid licht
wordt geregeld die door het diafragma op de beeldsensor valt.
Met een kortere sluitertijd valt er minder licht naar binnen en wordt
de foto donkerder, maar is het ook eenvoudiger om de beweging
van het onderwerp te bevriezen.
Smart Zoom
Met Smart Zoom kunt u inzoomen met minder kwaliteitsverlies
dan met de optische zoomfunctie en digitale zoomfunctie.
Bijlagen
182
Correcte verwijdering van dit product
(elektrische & elektronische afvalapparatuur)
(Van toepassing in landen waar afval gescheiden wordt
ingezameld)
Dit merkteken op het product, de accessoires of het informatiemateriaal
duidt erop dat het product en zijn elektronische accessoires
(bv. lader, headset, USB-kabel) niet met ander huishoudelijk afval
verwijderd mogen worden aan het einde van hun gebruiksduur. Om
mogelijke schade aan het milieu of de menselijke gezondheid door
ongecontroleerde afvalverwijdering te voorkomen, moet u deze artikelen
van andere soorten afval scheiden en op een verantwoorde manier
recyclen, zodat het duurzame hergebruik van materiaalbronnen wordt
bevorderd.
Huishoudelijke gebruikers moeten contact opnemen met de winkel
waar ze dit product hebben gekocht of met de gemeente waar ze
wonen om te vernemen waar en hoe ze deze artikelen milieuvriendelijk
kunnen laten recyclen.
Zakelijke gebruikers moeten contact opnemen met hun leverancier
en de algemene voorwaarden van de koopovereenkomst nalezen.
Dit product en zijn elektronische accessoires mogen niet met ander
bedrijfsafval voor verwijdering worden gemengd.
PlanetFirst duidt op het streven van Samsung
Electronics naar een duurzame ontwikkeling en
sociale verantwoordelijkheid door middel van een
milieubewuste bedrijfsvoering.
Correcte behandeling van een gebruikte accu uit dit
product
(Van toepassing in landen waar afval gescheiden wordt
ingezameld)
Dit merkteken op de accu, handleiding of verpakking geeft aan dat de
accu in dit product aan het einde van de levensduur niet samen met
ander huishoudelijk afval mag worden weggegooid. De chemische
symbolen Hg, Cd of Pb geven aan dat het kwik-, cadmium- of
loodgehalte in de accu hoger is dan de referentieniveaus in de Richtlijn
2006/66/EC. Indien de gebruikte accu niet op de juiste wijze wordt
behandeld, kunnen deze stoffen schadelijk zijn voor de gezondheid van
mensen of het milieu.
Ter bescherming van de natuurlijke hulpbronnen en ter bevordering van
het hergebruik van materialen, verzoeken wij u afgedankte accu’s en
batterijen te scheiden van andere soorten afval en voor recycling aan
te bieden bij het gratis inzamelingssysteem voor accu’s en batterijen in
uw omgeving.
Deze apparatuur mag in alle EU-landen worden gebruikt.
In Frankrijk mag deze apparatuur alleen binnenshuis worden gebruikt.
Bijlagen
183
ELECTRONICS
Conformiteitsverklaring
en de Eco-designrichtlijn (2009/125/EC) geïmplementeerd
door regelgevingen (EC) No 278/2009 voor externe
stroomvoorzieningen.
Vertegenwoordiger in de EU
Samsung Electronics Euro QA Lab.
Blackbushe Business Park
Saxony Way, Yateley, Hampshire
GU46 6GG, UK
(JAAR VAN BEGIN AANBRENGEN CE-
MARKERING 2012)
26 juni 2012
(plaats en datum van afgifte)
Joong-Hoon Choi / Lab. Manager
(naam en handtekening van gemachtigde
persoon)
* Dit is niet het adres van het Samsung Servicecenter. Voor het
adres of telefoonnummer van het Samsung Servicecenter
raadpleegt u de garantiekaart of neemt u contact op met de
winkel waar u uw product hebt gekocht.
Productdetails
Voor het volgende
Product : DIGITALE CAMERA
Model(len) : EX2F
Verklaring en van toepassing zijnde standaarden
Wij verklaren hierbij dat het/de bovenstaande product(en)
voldoet/voldoen aan de benodigde vereisten en andere
bepalingen van de R&TTE-richtlijn (1999/5/EC), de
Laagspanningsrichtlijn (2006/95/EC) en de EMC-richtlijn
(2004/108/EC) door toepassing van:
EN 60950-1:2006+A1:2010 EN 55024:1998+A1:2001+A2:2003
EN 55022:2006+A1 :2007
EN 61000-3-2:2006 +A1:2009 +A2:2009
EN 61000-3-3:2008 EN 300 328 v1.7.1
EN 301 489-1 v1.8.1 EN 301 489-17 V2.1.1
EN62311 :2008
Bijlagen
184
Verklaring in officiële talen
Land Verklaring
Cesky
Samsung Electronics tímto prohlašuje, že tento digitální fotoaparát je ve shodě se základními požadavky a dalšími
příslušnými ustanoveními směrnice 1999/5/ES.
Dansk
Samsung Electronics erklærer herved, at digitale kameraer overholder de væsentlige krav og øvrige relevante krav i direktiv 1999/5/
EF.
Deutsch
Hiermit erklärt Samsung Electronic, dass sich die Digitalkamera in Übereinstimmung mit den grundlegenden Anforderungen und den
übrigen einschlägigen Bestimmungen der Richtlinie 1999/5/EG bendet.
Eesti
Käesolevaga kinnitab Samsung Electronics digitaalkaamera vastavust direktiivi 1999/5/EÜ põhinõuetele ja nimetatud direktiivist
tulenevatele teistele asjakohastele sätetele.
English
Hereby, Samsung Electronics declares that this digital camera is in compliance with the essential requirements and other relevant
provisions of Directive 1999/5/EC.
Español
Por medio de la presente Samsung Electronics declara que la cámara digital cumple con los requisitos esenciales y cualesquiera
otras disposiciones aplicables o exigibles de la Directiva 1999/5/CE.
Ελληνική
ΜΕ ΤΗΝ ΠΑΡΟΥΣΑ η Samsung Electronics ΔΗΛΩΝΕΙ ΟΤΙ η ψηφιακή φωτογραφική μηχανή ΣΥΜΜΟΡΦΩΝΕΤΑΙ ΠΡΟΣ ΤΙΣ
ΟΥΣΙΩΔΕΙΣ ΑΠΑΙΤΗΣΕΙΣ ΚΑΙ ΤΙΣ ΛΟΙΠΕΣ ΣΧΕΤΙΚΕΣ ΔΙΑΤΑΞΕΙΣ ΤΗΣ ΟΔΗΓΙΑΣ 1999/5/ΕΚ.
Français
Par la présente Samsung Electronic déclare que l'appareil photo numérique est conforme aux exigences essentielles et aux autres
dispositions pertinentes de la directive 1999/5/CE.
Italiano
Con la presente Samsung Electronicsdichiara che questa fotocamera digitale è conforme ai requisiti essenziali e alle altre disposizioni
stabilite dalla Direttiva 1999/5/CE.
Latviski
Ar šo Samsung Electronics deklarē, ka digitālā kamera atbilst Direktīvas 1999/5/EK būtiskajām prasībām un citiem ar to saistītajiem
noteikumiem.
Lietuvių
Šiuo Samsung Electronics deklaruoja, kad šis skaitmeninis fotoaparatas, atitinka esminius reikalavimus ir kitas 1999/5/EB Direktyvos
nuostatas.
Nederlands
Hierbij verklaart Samsung Electronics dat de digitale camera in overeenstemming is met de essentiële eisen en de andere relevante
bepalingen van richtlijn 1999/5/EG.
Bijlagen
185
Verklaring in officiële talen
Land Verklaring
Malti
Hawnhekk, Samsung Electronics, tiddikjara li din il-kamera diġitali hi konformi mar-rekwiżiti essenzjali u ma' dispożizzjonijiet rilevanti
oħrajn ta' Direttiva 1999/5/KE.
Magyar
A
Samsung Electronics kijelenti, hogy ez a digitális fényképezőgép megfelel az 1999/5/EK irányelv alapvetõ követelményeinek és
egyéb vonatkozó elõírásainak.
Polski
Niniejszym rma Samsung Electronics oświadcza, że ten aparat cyfrowy jest zgodny z zasadniczymi wymogami oraz pozostałymi
stosownymi postanowieniami Dyrektywy 1999/5/WE.
Português
Samsung Electronics declara que esta câmera digital está conforme os requisitos essenciais e outras disposições da Directiva
1999/5/CE.
Slovensko
Samsung Electronics izjavlja, da je ta digitalni fotoaparat v skladu z bistvenimi zahtevami in ostalimi relevantnimi določili direktive
1999/5/ES.
Slovensky
Samsung Electronics týmto vyhlasuje, že tento digitálny fotoaparát spĺňa základné požiadavky a všetky príslušné ustanovenia
Smernice 1999/5/ES.
Suomi
Samsung Electronics vakuuttaa täten että tämä digitaalikamera on direktiivin 1999/5/EY oleellisten vaatimusten ja sitä koskevien
direktiivin muiden ehtojen mukainen.
Svenska
Härmed intygar Samsung Electronicsatt dessa digitalkameror står i överensstämmelse med de väsentliga egenskapskrav och övriga
relevanta bestämmelser som framgår av direktiv 1999/5/EG.
Български
С настоящото Samsung Electronics декларира, че този цифров фотоапарат е в съответствие със съществените изисквания и
другите приложими разпоредби на Директива 1999/5/ЕК.
Română
Prin prezenta, Samsung Electronics, declară că această cameră foto digitală este în conformitate cu cerinţele esenţiale şi alte
prevederi relevante ale Directivei 1999/5/CE.
Norsk
Samsung Electronicserklærer herved at dette digitalkameraet er i samsvar med de grunnleggende krav og øvrige relevante krav i
direktiv 1999/5/EF
.
Türkiye
Bu belge ile, Samsung Electronics bu dijital kameranın 1999/5/EC Yönetmeliginin temel gerekliliklerine ve ilgili hükümlerine uygun
olduğunu beyan eder.
Íslenska
Hér með lýsir Samsung Electronics því yr að þessi stafræna myndavél sé í samræmi við grunnkröfur og önnur ákvæði tilskipunar
1999/5/EB.
Bijlagen
186
Index
A
Aansluiten op een computer
Mac 116
Afdruk 151
AF-geluid 150
AF-hulplampje
Instellingen 152
Locatie 16
AF-lamp 152
Afspeelknop 18
Afspeelmodus 96
Afzonderlijke beelden uit een
video opslaan 106
Anynet+ 152
Automatische back-up 141
A/V-poort 17
B
Batterij
Let op 164
Opladen 23
Plaatsen 22
Beautyshot-modus 49
Beeldaanpassing
Contrast
Afspeelmodus 110
Opnamemodus 93
Helderheid
Afspeelmodus 110
Opnamemodus 82
Kleurverzadiging
Afspeelmodus 110
Opnamemodus 93
Rode ogen 109
Ruis toevoegen 110
Scherpte 93
Beeldkwaliteit 66
Beeldstabilisatie 37
Belichting 82
Bestanden beveiligen 100
Bestanden overbrengen
Automatische back-up 141
E-mail 137
Mac 116
Bestanden weergeven
Diashow 104
Map 98
Miniaturen 100
Smart Album 99
Televisie 112
Bestanden wissen 101
C
Camera loskoppelen 115
Cameraonderhoud 157
Cameraspecificaties 173
Contrast
Afspeelmodus 110
Opnamemodus 93
D
Datum/tijd aanpassen 151
Diafragmawaarde 44
Diashow 104
Digitale afdrukbestelling
(DPOF) 110
Digitale zoom 35
Draadloos netwerk 127
Draaien 107
Draaiknop voor
transportmodus 19
E
Externe zoeker 133
Bijlagen
187
Index
F
Filmmodus 60
Flitser
Anti-rode ogen 69
Auto 69
Intensiteit 70
Invulflits 69
Langzame synchronisatie 69
Rode ogen 69
Uit 69
Formatteren 152
Foto's bewerken 107
Foutmeldingen 155
Functieknop 18
G
Geheugenkaart
Aandachtspunt 162
Plaatsen 22
Geluidsinstellingen 33
Gezichten retoucheren
Afspeelmodus 109
Opnamemodus 49
Gezichtsdetectie 77
H
Handmatige modus 47
HDMI-formaat 153
HDTV 113
Helderheid
Afspeelmodus 110
Opnamemodus 82
Helderheid scherm 150
I
iLauncher 118
Intelligente
scènedetectiemodus 63
ISO-waarde 71
K
Kleurverzadiging
Afspeelmodus 110
Opnamemodus 93
Knipperen 79
L
Lichtmeting
Centr. gewogen 84
Multi 84
Spot 84
M
Macro
Auto macro 73
Handm. scherpstellen 73
Macro 73
Magic Plus, modus
Artistieke pen 56
Beeld in beeld 55
Creatieve filmmaker 58
Gesplitste opname 54
HDR 57
Magisch kader 53
Menuknop 18
Mijn ster
Annuleren 98
Classificeren 97
Registreren 80
Miniaturen 100
Modus Diafragmaprioriteit 45
Modusdraaiknop 18
Bijlagen
188
Scherpte 93
Serieopnamen
Belichtingstrap 88
Snel 87
Vooraf vastleggen 88
Servicecenter 170
Slimme gez.herkenning 79
Sluiterprioriteit, modus 46
Smart Album 99
Smart Auto-modus 41
Smart filter
Afspeelmodus 108
Opnamemodus voor foto's 90
Video-opname, modus 91
Smart Zoom 36
Smile shot 78
Snel tonen 150
Statiefbevestigingspunt 16
Statuslampje 17
R
Rasterlijn 150
Reinigen
Camerabody 157
Lens 157
Scherm 157
Reset 152
Resolutie
Afspeelmodus 107
Opnamemodus 65
Rode ogen
Afspeelmodus 109
Opnamemodus 68
S
Scènemodus 48
Schermtype 32
Scherpstelgebied
Centrum AF 76
Keuze AF 76
Multi AF 76
Tracking AF 76
P
Panorama
3D-panorama 50
Actiepanorama 52
Live Panorama 50
Pictogrammen
Afspeelmodus 96
Opnamemodus 26
Portretten maken
Anti-rode ogen 69
Beautyshot-modus 49
Gezichtsdetectie 77
Knipperen 79
Rode ogen 69
Slimme gez.herkenning 79
Smile shot 78
Zelfportret 77
Power-knop 16
Programmamodus 43
N
ND-filter 92
O
Ontspanknop 16
Ontspanknop
half indrukken 38
Opladen 23
Opnamereeks met
verschillende belichtingen
(AEB) 89
Optionele accessoires 15
Index
Bijlagen
189
T
Taalinstellingen 150
Tijdinstellingen 24
Tijdzone-instellingen 24, 151
Timer
Opnamemodus 67
Timerlampje 16
TV Link 143
U
Uitpakken 15
USB-poort 17
V
Vergroten 102
Video 153
Afspeelmodus 105
Opnamemodus 60
Video's bewerken
Bijsnijden 105
Opnemen 106
W
Website
Foto's of video's
uploaden 135
Openen 135
Witbalans 84
Z
Zelfportret 77
Zoom
Zoomfunctie gebruiken 35
zoomgeluidinstellingen 60
Zoomknop 17
3
3D-opnamemodus 50
3D-televisie 114
Index
Raadpleeg voor klantenservice of bij vragen de
garantieinformatie die met het product is meegeleverd of
bezoek onze website www.samsung.com.

Documenttranscriptie

In deze gebruiksaanwijzing vindt u uitgebreide aanwijzingen voor het gebruik van uw camera. Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig door. Klik op een onderwerp Algemene problemen oplossen Beknopt overzicht Inhoud Gebruiksaanwijzing Basisfuncties Uitgebreide functies EX2F Opnameopties Afspelen/bewerken Draadloos netwerk Instellingen Bijlagen Index Informatie over gezondheid en veiligheid Houd u altijd aan de volgende voorzorgsmaatregelen en gebruikstips om gevaarlijke situaties te vermijden en ervoor te zorgen dat de camera optimaal werkt. Voorkom oogletsel bij het nemen van foto's. Gebruik de flitser van de camera niet vlakbij (op minder dan 1 m afstand van) de ogen van mensen of dieren. Als u de flitser dicht bij de ogen van het onderwerp gebruikt, kunt u tijdelijke of permanente schade aan het gezichtsvermogen veroorzaken. Waarschuwing—situaties die bij u of anderen letsel kunnen veroorzaken Haal de camera niet uit elkaar en probeer de camera niet te repareren. Dit kan een schok veroorzaken of de camera beschadigen. Houd de camera buiten het bereik van kleine kinderen en huisdieren. Houd de camera en alle bijbehorende onderdelen en accessoires buiten het bereik van kleine kinderen en huisdieren. Kleine onderdelen vormen verstikkingsgevaar of kunnen schadelijk zijn wanneer deze worden ingeslikt. Bewegende onderdelen en accessoires kunnen ook fysiek gevaar opleveren. Gebruik de camera niet dichtbij ontvlambare of explosieve gassen en vloeistoffen. Dit kan brand of een schok veroorzaken. Plaats geen ontvlambare materialen in de camera en bewaar dergelijke materialen niet in de buurt van de camera. Dit kan brand of een schok veroorzaken. Stel de camera niet gedurende lange tijd aan direct zonlicht of hoge temperaturen bloot. Langdurige blootstelling aan zonlicht of extreme temperaturen kan permanente schade aan interne onderdelen van het toestel veroorzaken. Raak de camera niet met natte handen aan. Dit kan een schok veroorzaken. 1 Informatie over gezondheid en veiligheid Voorkom dat de camera of oplader wordt bedekt door kleden of kleding. Dit kan oververhitting van de camera of brand veroorzaken. Vermijd storing van pacemakers. Bewaar minimaal 15 cm afstand tussen de camera en pacemakers om mogelijke storing van de pacemaker te voorkomen, overeenkomstig de aanbevelingen van de onafhankelijke onderzoeksgroep Wireless Technology Research. Als u vermoedt dat de camera storing veroorzaakt bij een pacemaker of ander medisch apparaat, moet u de camera onmiddellijk uitschakelen en voor instructies contact op te nemen met de fabrikant van de pacemaker of het medische apparaat. Gebruik het netsnoer en de oplader niet tijdens een onweersbui. Dit kan een elektrische schok veroorzaken. Als er vloeistoffen of vreemde voorwerpen in de camera komen, moet u meteen alle voedingsbronnen, zoals de batterij of oplader, loskoppelen en vervolgens contact opnemen met een servicecenter van Samsung. Houd u aan alle regelgeving die het gebruik van camera's in bepaalde omgevingen beperkt. • Voorkom storing met andere elektronische apparatuur. • Schakel de camera uit voordat u aan boord van een vliegtuig gaat. De camera kan storing in de apparatuur van het vliegtuig veroorzaken. Houd u aan alle voorschriften van de luchtvaartmaatschappij en zet de camera uit als dit door het vliegtuigpersoneel wordt gevraagd. • Schakel de camera uit in de nabijheid van medische apparatuur. De camera kan storing veroorzaken in medische apparaten in ziekenhuizen of zorginstellingen. Volg alle voorschriften, waarschuwingsmededelingen en aanwijzingen van medisch personeel. 2 Informatie over gezondheid en veiligheid Raak de flitser niet aan wanneer deze wordt gebruikt. De flitser wordt zeer heet en kan brandwonden veroorzaken. Voorzichtig—situaties die kunnen resulteren in beschadiging van de camera of andere apparatuur Als u de AC-oplader gebruikt, moet u de camera uitschakelen voor u de voedingsbron van de AC-oplader loskoppelt. Anders kunt u brand of een schok veroorzaken. Haal de batterijen uit de camera wanneer u deze voor langere tijd opbergt. Batterijen in het batterijvak kunnen na verloop van tijd gaan lekken of roesten en ernstige schade aan uw camera veroorzaken. Laat de stekker van de oplader niet in het stopcontact zitten als u de oplader niet gebruikt. Dit kan brand of een schok veroorzaken. Gebruik uitsluitend authentieke, door de fabrikant aanbevolen lithium-ionbatterijen ter vervanging. Zorg dat u de batterij niet beschadigt of verhit. Hierdoor kan brand ontstaan of persoonlijk letsel worden veroorzaakt. Gebruik voor het opladen van de batterijen geen elektriciteitssnoeren of stekkers die beschadigd zijn, of een loshangend stopcontact. Dit kan brand of een schok veroorzaken. Gebruik alleen door Samsung goedgekeurde batterijen, opladers, kabels en accessoires. • Niet-goedgekeurde batterijen, opladers, kabels of accessoires kunnen de camera beschadigen, letsel veroorzaken of ertoe leiden dat batterijen exploderen. • Samsung is niet aansprakelijk voor schade of letsel veroorzaakt door niet-goedgekeurde batterijen, opladers, kabels of accessoires. Zorg dat de AC-oplader niet in contact komt met de plus- en minpolen van de batterij. Dit kan brand of een schok veroorzaken. Laat de camera niet vallen en stel deze niet bloot aan grote schokken. Hierdoor kunnen het scherm en externe of interne onderdelen beschadigd raken. Gebruik batterijen niet voor doeleinden waarvoor de batterijen niet zijn bedoeld. Dit kan brand of een schok veroorzaken. 3 Informatie over gezondheid en veiligheidInformatie over gezondheid en veiligheid Wees voorzichtig bij het aansluiten van snoeren en adapters en het plaatsen van batterijen en geheugenkaarten. Door het forceren van aansluitingen, het niet op de juiste manier aansluiten van snoeren of het niet op de juiste manier plaatsen van batterijen en geheugenkaarten kunt u poorten, aansluitingen en accessoires beschadigen. Steek het smalle uiteinde van de USB-kabel in de camera. Als u de kabel omgekeerd aansluit, kunnen de bestanden beschadigen. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig verlies van gegevens. Voorkom storing met andere elektronische apparatuur. De camera zendt RF-signalen (Radio Frequency) uit die storing kunnen veroorzaken in elektronische apparatuur die niet of niet voldoende is beschermd, zoals pacemakers, gehoorapparaten, medische apparatuur en andere apparatuur thuis of in de auto. Vraag advies bij de fabrikant van uw elektronische apparatuur om mogelijke problemen met storing op te lossen. Gebruik alleen door Samsung goedgekeurde apparaten of accessoires om ongewenste storingen te voorkomen. Houd kaarten met magnetische stroken uit de buurt van het camera-etui. Informatie die is opgeslagen op de kaart kan worden beschadigd of gewist. Gebruik nooit een beschadigde oplader, batterij of geheugenkaart. Dit kan een schok, camerastoring of brand veroorzaken. Gebruik de camera in de normale gebruikspositie. Raak de interne antenne van de camera niet aan. Plaats de camera niet in of in de buurt van magnetische velden. Dit kan ervoor zorgen dat de camera niet goed meer werkt. Gegevensoverdracht en verantwoordelijkheden Gebruik de camera niet als het scherm beschadigd is. Als het glas of acrylaatonderdelen gebroken zijn, gaat u naar een servicecenter van Samsung Electronics om te camera te laten repareren. • Gegevens die via een WLAN worden verzonden, kunnen in verkeerde handen vallen, dus vermijd het verzenden van gevoelige gegevens in openbare ruimten of via open netwerken. • De fabrikant van de camera is niet aansprakelijk voor gegevensoverdracht waarmee inbreuk wordt gemaakt op auteursrechten, handelsmerken, intellectueeleigendomsrechten of regelgeving met betrekking tot de openbare zedelijkheid. Controleer voor gebruik of de camera naar behoren functioneert. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor verlies van bestanden of schade die kan voortkomen uit defecten aan de camera of onjuist gebruik. 4 Overzicht van de gebruiksaanwijzing Basisfuncties Copyrightinformatie • Microsoft Windows en het Windows-logo zijn geregistreerde handelsmerken van Microsoft Corporation. • Mac is een geregistreerd handelsmerk van Apple Corporation. • microSD™, microSDHC™ en microSDXC™ zijn geregistreerde handelsmerken van SD Association. • HDMI, het HDMI-logo en de term 'High Definition Multimedia Interface' zijn handelsmerken of geregistreerde handelsmerken van HDMI Licensing LLC. • Wi-Fi®, het Wi-Fi CERTIFIED-logo en het Wi-Fi-logo zijn geregistreerde handelsmerken van de Wi-Fi Alliance. • Handelsmerken en handelsnamen in deze gebruiksaanwijzing zijn het eigendom van de betreffende eigenaars. 14 Hier vindt u informatie over de indeling en pictogrammen van de camera en basisfuncties voor het maken van opnamen. Uitgebreide functies 40 Hier vindt u informatie over het maken van foto's en het opnemen van video's door een modus te selecteren. Opnameopties 64 Hier vindt u informatie over het instellen van de opties in de opnamemodus. Afspelen/bewerken 95 Hier vindt u informatie over hoe u foto's en video's kunt weergeven of afspelen en hoe u foto's en video's kunt bewerken. Ook leest u hier hoe u de camera op een computer, televisie, HDTV of 3D-televisie aansluit. • Cameraspecificaties of de inhoud van deze Draadloos netwerk gebruiksaanwijzing kunnen bij een upgrade van camerafuncties zonder kennisgeving worden gewijzigd. • U kunt de camera het beste gebruiken in het land waar u deze hebt aangeschaft. • Gebruik deze camera op een verantwoorde manier en leef alle wet- en regelgeving met betrekking tot het gebruik van de camera na. • Het is niet toegestaan om enig deel van deze gebruiksaanwijzing zonder vooraf gegeven toestemming te hergebruiken of verspreiden. 126 Hier wordt beschreven hoe u verbinding kunt maken met WLAN-netwerken en functies kunt gebruiken. Instellingen 148 Hier vind u opties om de instellingen van uw camera te configureren. Bijlagen Hier vindt u informatie over foutmeldingen, specificaties en onderhoud. 5 154 Pictogrammen in deze gebruiksaanwijzing Indicatoren gebruikt in deze gebruiksaanwijzing Symbool Functie Opnamemodus Pictogram Smart Auto T Programma p Diafragmaprioriteit A [ ] Cameraknoppen. [Ontspanknop] staat bijvoorbeeld voor de sluiterknop. Sluiterprioriteit h ( ) Paginanummer van verwante informatie Handmatig M Magisch Plus g Film v “ Wi-Fi w De volgorde van de opties of menu's die u moet selecteren om een stap uit te voeren; bijvoorbeeld: selecteer Gezichtsdetectie “ Normaal (betekent selecteer Gezichtsdetectie en selecteer vervolgens Normaal). * Voetnoot Aanvullende informatie Veiligheidsvoorschriften en waarschuwingen Pictogrammen in de opnamemodus Deze pictogrammen worden weergegeven in de tekst wanneer een functie beschikbaar is in een bepaalde modus. Bekijk het onderstaande voorbeeld. Opmerking: de modus g ondersteunt wellicht niet de functies voor alle scènes of modi. Bijvoorbeeld: Beschikbaar in de modi Programma, Diafragmaprioriteit, Sluiterprioriteit en Film 6 Uitdrukkingen in deze gebruiksaanwijzing Op de ontspanknop drukken • Druk [Ontspanknop] half in: de sluiterknop half indrukken • Druk op [Ontspanknop]: de sluiterknop volledig indrukken Druk de [Ontspanknop] half in Belichting (Helderheid) De hoeveelheid licht die de camera binnenkomt, bepaalt de belichting. De belichting kan worden aangepast met sluitertijd, diafragmawaarde en ISO-waarde. Wanneer u de belichting verandert, worden de foto's donkerder of lichter. S Normale belichting Druk op de [Ontspanknop] Onderwerp, achtergrond en compositie • Onderwerp: het hoofdobject van een scène, zoals een persoon, dier of stilleven • Achtergrond: de objecten rond het onderwerp • Compositie: de combinatie van onderwerp en achtergrond Achtergrond Compositie Onderwerp 7 S Overbelicht (te helder) Algemene problemen oplossen Hier vindt u informatie waarmee u algemene problemen kunt oplossen door opnameopties in te stellen. De ogen van het Dit wordt veroorzaakt door een reflectie van de flitser van de camera. onderwerp zijn rood. • Stel de flitsoptie in op Rode ogen of Anti-rode ogen. (pag. 68) • Als de foto al is gemaakt, selecteert u Anti-rode ogen in het bewerkingsmenu. (pag. 109) Foto's bevatten stofvlekken. Als u de flitser gebruikt, worden stofdeeltjes in de lucht mogelijk vastgelegd op foto's. • Schakel de flitser uit of neem geen foto's op stoffige plaatsen. • Pas de ISO-waarde aan. (pag. 71) Foto's zijn onscherp. Dit kan worden veroorzaakt doordat u foto's maakt bij weinig licht of doordat u de camera niet goed vasthoudt. Gebruik de beeldstabilisatiefunctie of druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen op het onderwerp. (pag. 38) Bij nachtopnamen zijn foto's onscherp. Om meer licht binnen te laten, gebruikt de camera een langere sluitertijd. Het kan dan lastig zijn de camera stil te houden, waardoor de foto's bewogen kunnen worden. • Selecteer Scène “ Nacht in de modus g. (pag. 48) • Schakel de flitser in. (pag. 69) • Pas de ISO-waarde aan. (pag. 71) • Gebruik een statief om te voorkomen dat de camera beweegt. Het onderwerp is te donker door tegenlicht. Als de lichtbron zich achter het onderwerp bevindt of als er een groot contrast is tussen de lichte en donkere gebieden, kan het onderwerp te donker worden. • Maak geen foto's tegen de zon in. • Selecteer Scène “ Tegenl. in de modus g. (pag. 48) • Stel de flitseroptie in op Invulflits. (pag. 69) • Pas de belichting aan. (pag. 82) • Stel de lichtmeting in op Spot als een onderwerp zich in het midden van het kader bevindt. (pag. 84) 8 Beknopt overzicht Foto's van mensen maken • g-modus > Scène > Beautyshot f 49 • g-modus > Beeld in beeld f 55 • Rode ogen/Anti-rode ogen (rode ogen voorkomen of corrigeren) f 68 • Gezichtsdetectie f 77 • Zelfportret f 77 's Nachts of in het donker foto's maken • g-modus > Scène > Nacht, Zon onder, Dageraad f 48 • Flitseropties f 68 • ISO-waarde (de lichtgevoeligheid aanpassen) f 71 Actiefoto's maken • h-modus f 46 • Modus voor snelle serieopnamen f 87 • Vooraf vastleggen f 88 Foto's van tekst, insecten en bloemen maken • g-modus > Scène > Tekst f 48 • Macro f 72 Panoramische actiefoto's maken • g-modus > Panorama > Actiepanorama f 52 De belichting aanpassen (helderheid) • g-modus > HDR f 57 • ISO-waarde (om de gevoeligheid aan te passen aan licht) f 71 • EV (de belichting aanpassen) f 82 • L.meting f 84 • WB BKT f 88 • AE BKT f 88 Foto's van de omgeving maken • g-modus > Scène > Landschap f 48 • g-modus > Panorama f 50 3D-foto's maken • g-modus > Scène > 3D-foto f 50 • g-modus > Panorama > 3D-panorama f 50 Bewegingsonscherpte voorkomen • Beeldstabilisatie f 37 9 Effecten toepassen op foto's • • • • • g-modus > Magisch kader f 53 g-modus > Gesplitste opname f 54 g-modus > Artistieke pen f 56 Smart filter-effecten f 90 Beeld aanpassen (Contrast, Scherpte of Kleurverz. aanpassen) f 93 • Bestanden op categorie bekijken in Smart Album f 99 • Bestanden weergeven als miniaturen f 100 • Alle bestanden op de geheugenkaart verwijderen f 101 • Foto's als diashow weergeven f 104 • Bestanden op een televisie, HDTV of 3D-televisie weergeven f 112 • De camera op een computer aansluiten f 115 • Websites voor het delen van foto's of video's gebruiken f 135 • Foto's of video's via e-mail verzenden f 139 • Geluid en volume aanpassen f 150 • De helderheid van het scherm aanpassen f 150 • De schermtaal wijzigen f 150 • De datum en tijd instellen f 151 • Voordat u contact opneemt met een servicecenter f 170 Inhoud Basisfuncties..................................................................... 14 Uitgebreide functies ......................................................... 40 Uitpakken .................................................................... Indeling van de camera ............................................... De Smart Link-knop gebruiken .................................... Het scherm gebruiken ................................................ Een polslus bevestigen ............................................... Een lensdop bevestigen .............................................. De batterij en geheugenkaart plaatsen ....................... De batterij opladen en de camera inschakelen .......... De batterij opladen ..................................................... De camera inschakelen .............................................. De eerste instellingen uitvoeren .................................. Uitleg over de pictogrammen ...................................... Het modusscherm gebruiken ...................................... Een modusscherm selecteren ..................................... Pictogrammen op het modusscherm ........................... Opties of menu's selecteren ....................................... [MENU] gebruiken ...................................................... [Fn] gebruiken ............................................................ Het scherm en geluid instellen .................................... Het schermtype instellen ............................................. Het geluid instellen ..................................................... Foto's maken ............................................................... Zoomen .................................................................... Bewegingsonscherpte voorkomen ............................... Tips om betere foto's te maken .................................. De Smart Auto-modus gebruiken ............................... De Programmamodus gebruiken ................................ De modus Diafragmaprioriteit, Sluiterprioriteit of Handmatig gebruiken ..................... De modus Diafragmaprioriteit gebruiken ....................... De modus Sluiterprioriteit gebruiken ............................. De modus Handmatig gebruiken ................................. De modus Magisch Plus gebruiken ............................ De Scènemodus gebruiken ......................................... De Beautyshot-modus gebruiken ................................ De 3D-fotomodus gebruiken ....................................... De 2D- of 3D-panorama gebruiken .............................. De Actiepanorama-modus gebruiken ........................... De Magische kadermodus gebruiken ........................... De modus Gesplitste opname gebruiken ...................... De modus Beeld in Beeld gebruiken ............................ De modus Artistieke pen gebruiken .............................. De HDR-modus gebruiken .......................................... De Creatieve filmmaker-modus gebruiken ..................... De Filmmodus gebruiken ............................................ Video's met hoge snelheid opnemen ........................... De Intelligente scènedetectiemodus gebruiken .............. 15 16 19 20 20 21 22 23 23 23 24 26 27 27 27 29 29 31 32 32 33 34 35 37 38 10 41 43 44 45 46 47 48 48 49 50 50 52 53 54 55 56 57 58 60 62 63 Inhoud Gezichtsdetectie gebruiken ........................................ Gezichten detecteren ................................................. Een zelfportret maken ................................................. Een foto van een lachend gezicht maken ..................... Knipperende ogen detecteren ..................................... Slimme gezichtsherkenning gebruiken .......................... Gezichten als favoriet registreren (Mijn ster) ................... Tips voor gezichtsdetectie ........................................... Helderheid en kleur aanpassen ................................... De belichting handmatig aanpassen (EV) ...................... De belichtingswaarde vergrendelen .............................. De lichtmeetmethode wijzigen ..................................... Een lichtbron selecteren (Witbalans) ............................. Serieopnamen ............................................................. Foto's maken in de modus voor snelle serieopnamen .... Foto's maken in de modus voor vooraf vastleggen ........ Foto's met de bracketfunctie maken ............................ Smart filter-effecten toepassen ................................... Het ND-filtereffect aanpassen ..................................... Foto's aanpassen ........................................................ Het geluid van de zoom verminderen ......................... Opnameopties .................................................................. 64 De resolutie en beeldkwaliteit selecteren .................... De resolutie selecteren ............................................... De fotokwaliteit instellen .............................................. De timer gebruiken ...................................................... Opnamen in het donker maken ................................... Rode ogen voorkomen ............................................... De flitser gebruiken ..................................................... De flitser gebruiken ..................................................... De ISO-waarde aanpassen ......................................... De scherpstelling aanpassen ...................................... Macro gebruiken ........................................................ Autofocus gebruiken ................................................... Scherpstellen op een geselecteerd gebied ................... Meebewegende autofocus gebruiken .......................... Het scherpstelgebied aanpassen ................................. 65 65 66 67 68 68 68 69 71 72 72 72 74 75 76 11 77 77 77 78 79 79 80 81 82 82 83 84 84 87 87 88 88 90 92 93 94 Inhoud Afspelen/bewerken........................................................... 95 Draadloos netwerk ......................................................... 126 Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus ...... 96 De afspeelmodus starten ............................................ 96 Foto's weergeven ..................................................... 102 Een video afspelen ................................................... 105 Foto's bewerken ........................................................ 107 Het formaat van foto's wijzigen ................................... 107 Een foto draaien ....................................................... 107 Smart filter-effecten toepassen .................................. 108 Foto's aanpassen ..................................................... 109 Een afdrukbestelling maken (DPOF) ........................... 110 Bestanden weergeven op een televisie, HDTV of 3D-televisie ................................................. 112 Bestanden naar een computer overbrengen ............ 115 Bestanden naar een Windows-computer overbrengen ............................................................ 115 Bestanden naar een Mac-computer overbrengen ....... 116 Programma's op de computer .................................. 117 Programma's installeren die op de cd zijn meegeleverd ............................................................ 117 iLauncher gebruiken ................................................. 118 Samsung RAW Converter gebruiken .......................... 121 Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren .............................. Verbinding maken met een WLAN ............................. De aanmeldingsbrowser gebruiken ............................ Tips over netwerkverbinding ...................................... Tekst invoeren .......................................................... Foto's of video's verzenden naar een smartphone ............................................................... Een smartphone gebruiken als externe ontspanknop .............................................................. Websites voor het delen van foto's of video's gebruiken ................................................................... Een website openen ................................................. Foto's of video's uploaden ........................................ Foto's of video's via e-mail verzenden ..................... E-mailinstellingen wijzigen .......................................... Foto's of video's via e-mail verzenden ........................ Foto's uploaden naar een cloudserver ..................... Automatische back-up gebruiken om foto's of video's te verzenden ............................................ Het programma voor Automatische back-up installeren op uw pc ................................................. Foto's of video's verzenden naar een pc ..................... Foto's of video's weergeven op een tv met TV Link-functionaliteit ................................................ Foto's verzenden via Wi-Fi Direct ............................. Over de WOL-functie Wake on LAN ......................... 12 127 127 129 129 130 132 133 135 135 135 137 137 139 140 141 141 141 143 145 146 Inhoud Instellingen ...................................................................... 148 Instellingenmenu ....................................................... 149 Het instellingenmenu openen .................................... 149 Het instellingenmenu gebruiken ................................. 150 Bijlagen ............................................................................ 154 Foutmeldingen ........................................................... Cameraonderhoud .................................................... De camera reinigen .................................................. De camera gebruiken of opbergen ............................. Geheugenkaarten .................................................... De batterij ................................................................ Optionele accessoires gebruiken .............................. Optionele flitsers gebruiken ....................................... Een optionele optische zoeker gebruiken .................... De sluiterknop gebruiken ........................................... De microfoon gebruiken ............................................ Een conversielens gebruiken .................................... Voordat u contact opneemt met een servicecenter ............................................................. Cameraspecificaties .................................................. Woordenlijst ............................................................... Verklaring in officiële talen ......................................... Index .......................................................................... 155 157 157 158 160 163 167 167 167 168 168 169 170 173 178 184 186 13 Basisfuncties Hier vindt u informatie over de indeling en pictogrammen van de camera en basisfuncties voor het maken van opnamen. Uitpakken …………………………………… 15 Het modusscherm gebruiken …………… 27 Indeling van de camera …………………… 16 Een modusscherm selecteren …………… 27 Pictogrammen op het modusscherm …… 27 De Smart Link-knop gebruiken …………… Het scherm gebruiken …………………… Een polslus bevestigen …………………… Een lensdop bevestigen ………………… De batterij en geheugenkaart plaatsen 19 20 20 21 Opties of menu's selecteren ……………… 29 [MENU] gebruiken ………………………… 29 [Fn] gebruiken …………………………… 31 … 22 Het scherm en geluid instellen …………… 32 De batterij opladen en de camera inschakelen ………………………………… 23 Het schermtype instellen ………………… 32 Het geluid instellen ……………………… 33 De batterij opladen ……………………… 23 De camera inschakelen …………………… 23 Foto's maken ……………………………… 34 De eerste instellingen uitvoeren ………… 24 Uitleg over de pictogrammen …………… 26 Zoomen …………………………………… 35 Bewegingsonscherpte voorkomen ……… 37 Tips om betere foto's te maken ………… 38 Uitpakken De productverpakking bevat de volgende onderdelen. Camera AC-adapter/USB-kabel Oplaadbare batterij Polslus Gebruiksaanwijzing op cd-rom • De afbeeldingen kunnen enigszins afwijken van de onderdelen die bij uw product zijn geleverd. • U kunt optionele accessoires aanschaffen bij een wederverkoper of een servicecenter van Snelstartgids Lensdop/lensdoplusje Samsung. Samsung is niet verantwoordelijk voor problemen die door het gebruik van nietgoedgekeurde accessoires ontstaan. Optionele accessoires Optische zoeker Flitser Camera-etui Batterijoplader Geheugenkaart Geheugenkaart/ Geheugenkaartadapter Basisfuncties 15 HDMI-kabel/A/V-kabel Microfoon Sluiterknop Indeling van de camera Zorg dat u vertrouwd bent met de diverse onderdelen en functies van de camera voordat u begint. Power-knop Draaiknop voor transportmodus (pag. 19) Modusdraaiknop (pag. 18) Flitser Ontspanknop Microfoon Oogje voor polslus van camera (pag. 20) Cameraring Verwijder de ring en plaats een optische conversielens Lens AF-hulplampje/Timerlampje Wieltje aan voorzijde Interne antenne* * Vermijd contact met de interne antenne tijdens het gebruik van het draadloze netwerk. Batterijklep Een geheugenkaart en batterij plaatsen Statiefbevestigingspunt Basisfuncties 16 Indeling van de camera Accessoireschoen Klepje voor accessoireschoen Zoomknop • In de opnamemodus: in- en Flitserknop uitzoomen • In de afspeelmodus: inzoomen Statuslampje • Knippert: wanneer de camera een foto of video opslaat, wordt gelezen door een computer, als het beeld onscherp is, als er een probleem is met het opladen van de batterij, wanneer de camera verbinding maakt met WLAN of een foto verzendt, of wanneer de modus Scherm auto. uit is ingeschakeld • Licht op: wanneer de camera is aangesloten op een computer, wanneer de batterij wordt opgeladen of wanneer het beeld is scherpgesteld op een deel van de foto, bestanden als miniaturen weergeven of het volume aanpassen HDMI-aansluiting Voor aansluiting van HDMI-kabel USB- en A/V-aansluiting Voor aansluiting van USB-kabel en A/V-kabel Scherm Knoppen (pag. 18) Basisfuncties 17 Indeling van de camera Modusdraaiknop Knoppen Knop Beschrijving Het opnemen van een video starten. • De belichtingswaarde vergrendelen in de opnamemodus. • Het weergegeven bestand beveiligen in de afspeelmodus. Opties of menu's openen. Symbool Beschrijving Opties openen in de opnamemodus. T Wanneer u op de navigatieknop drukt: Basisfuncties D De schermoptie wijzigen. c De macro-optie wijzigen. p Programma: hiermee maakt u een foto door opties in te stellen, met uitzondering van de sluitertijd en diafragmawaarde. A Diafragmaprioriteit: hiermee selecteert de camera de sluitertijd op basis van de diafragmawaarde die u handmatig hebt ingesteld. h Sluiterprioriteit: hiermee selecteert de camera de diafragmawaarde op basis van de sluitertijd die u handmatig hebt ingesteld. M Handmatig: hiermee kunt u verschillende camerainstellingen aanpassen, waaronder de sluitertijd en diafragmawaarde. g Magisch Plus: een foto maken met verschillende effecten. v Film: hiermee kunt u instellingen aanpassen voor het opnemen van een video. Overige functies Omhoog Omlaag F De flitseroptie wijzigen. Naar links t Smart Link-knop: een vooraf ingestelde Wi-Fifunctie starten. Naar rechts Wanneer u de navigatieknop draait: • Scrollen naar een optie of menu. • De diafragmawaarde aanpassen in de opnamemodus. • Scrollen door bestanden in de afspeelmodus. De gemarkeerde optie of het gemarkeerde menu bevestigen. De afspeelmodus openen. Smart Auto: hiermee maakt u een foto waarbij de camera automatisch een geschikte scènemodus selecteert. w Bestanden verwijderen in de afspeelmodus. Basisfuncties 18 Wi-Fi: verbinding maken met draadloze lokale netwerken en de functies ervan gebruiken. Indeling van de camera Draaiknop voor transportmodus De Smart Link-knop gebruiken U kunt de Wi-Fi-functie gemakkelijk inschakelen met [Smart Link]. Symbool Beschrijving Eén foto maken. Een foto maken na een vertraging van 2 seconden. • Druk op [Smart Link] om de ingestelde Wi-Fi-functie te Een foto maken na een vertraging van 10 seconden. activeren. De camera activeert de ingestelde functie. Volgens een bracketoptie, • 3 foto's maken met een verschillende witbalans. • 3 foto's maken met verschillende belichtingen. Een optie voor een Smart Link-knop instellen U kunt een Wi-Fi-functie selecteren die moet worden gestart wanneer u op [Smart Link] drukt. • In de opnamemodus maakt de camera maximaal 10 foto's achter elkaar wanneer u op [Ontspanknop] drukt. • In de video-opnamemodus maakt de camera snelle video's. Opnamen maken voordat [Ontspanknop] volledig wordt ingedrukt. 1 2 3 Basisfuncties 19 Druk in de opname- of afspeelmodus op [m]. Selecteer n “ Smart Link (Wi-Fi-knop). Selecteer de gewenste Wi-Fi-functie. (pag. 152) Indeling van de camera Het scherm gebruiken Een polslus bevestigen Klap het scherm 180° naar buiten en draai het omhoog of omlaag voor foto's vanuit een hoge of lage hoek of voor zelfportretten. U kunt het scherm maximaal 90° omlaag of 180° omhoog draaien. Bevestig een polslus om de camera makkelijk te dragen. • Klap het scherm in als u het niet gebruikt. • Draai het scherm alleen binnen de toegestane hoek. Anders kan de camera beschadigd raken. Basisfuncties 20 Indeling van de camera Een lensdop bevestigen Bevestig een lensdop met een lensdoplusje om de lens van de camera te beschermen. Als u tegelijkertijd een lensdop en een polslus wilt bevestigen, moet u eerst de polslus bevestigen aan het oogje en vervolgens de lensdop aan de polslus. Basisfuncties 21 De batterij en geheugenkaart plaatsen Hier vindt u informatie over het in de camera plaatsen van de batterij en een optionele geheugenkaart. De batterij en geheugenkaart verwijderen Duw voorzichtig tegen de kaart totdat deze uit de camera loskomt en trek de kaart vervolgens uit de sleuf. Geheugenkaart Zorg dat bij het plaatsen van een geheugenkaart de goudkleurige contactpunten omlaag zijn gericht. Batterijvergrendeling Geheugenkaart Schuif de vergrendeling omlaag om de batterij los te maken. Plaats de batterij met het Samsung-logo omlaag gericht. Oplaadbare batterij Oplaadbare batterij De geheugenkaartadapter gebruiken Als u microgeheugenkaarten wilt gebruiken met dit product, een computer of een geheugenkaartlezer, moet u de kaart in een adapter plaatsen. Als er geen geheugenkaart is geplaatst, kunt u de camera niet volledig gebruiken. Plaats een geheugenkaart voordat u de camera gebruikt. Basisfuncties 22 De batterij opladen en de camera inschakelen De batterij opladen De camera inschakelen Voordat u de camera voor het eerst gaat gebruiken, moet de batterij worden opgeladen. Sluit het kleine uiteinde van de USB-kabel aan op de camera en sluit het andere uiteinde van de USB-kabel aan op de AC-adapter. Druk op [POWER] om de camera in- of uit te schakelen. • Het scherm voor de eerste instellingen verschijnt wanneer u de camera voor het eerst inschakelt. (pag. 24) Statuslampje • Rode lampje brandt: opladen • Rode lampje uit: volledig opgeladen • Rode lampje knippert: fout opgetreden De camera inschakelen in de afspeelmodus Druk op [P]. De camera wordt ingeschakeld en gaat direct naar de afspeelmodus. Gebruik alleen de AC-adapter en de USB-kabel die bij de camera zijn geleverd. Als u een andere AC-adapter (zoals SAC-48) gebruikt, is het mogelijk dat de batterij van de camera niet kan worden opgeladen of niet correct werkt. Als u de camera inschakelt door [P] ongeveer 5 seconden ingedrukt te houden, laat de camera geen geluiden horen. Basisfuncties 23 De eerste instellingen uitvoeren Wanneer u de camera voor het eerst inschakelt, wordt het scherm voor de eerste installatie weergegeven. Volg de onderstaande stappen om de basisinstellingen van de camera te configureren. De taal is vooraf ingesteld voor het land of de regio waarin de camera wordt verkocht. U kunt de taal naar wens wijzigen. 1 Druk op [c] om Tijdzone te selecteren en druk op [t] of [o]. 2 Druk op [D/c] om Thuis te selecteren en druk op [o]. 4 Druk op [c] om Datum/tijd aanpassen te selecteren en druk op [t] of [o]. Datum/tijd aanpassen Maand Dag • Als u naar een ander land gaat, selecteert u Bezoek en Jaar Uur Min. selecteert u een nieuwe tijdzone. 3 Druk op [F/t] om een tijdzone te selecteren en druk op [o]. Afsl. • Als u de zomertijd wilt instellen, drukt u op [D]. Instellen • Het scherm kan afwijken, afhankelijk van de geselecteerde Tijdzone : Thuis taal. 5 6 Londen Terug Zomertijd Basisfuncties 24 Druk op [F/t] om een item te selecteren. Draai de navigatieknop of druk op [D/c] om de datum en tijd in te stellen en druk op [o]. De eerste instellingen uitvoeren 7 Druk op [c] om Datumtype te selecteren en druk op [t] of [o]. 8 Druk op [D/c] om een datumnotatie te selecteren en druk op [o]. 9 Druk op [c] om Type tijd te selecteren en druk op [t] of [o]. 10 Druk op [D/c] om een tijdnotatie te selecteren en druk op [o]. 11 Druk op [m] om over te schakelen naar de opnamemodus. Basisfuncties 25 Uitleg over de pictogrammen Welke pictogrammen worden weergegeven op het scherm, is afhankelijk van de geselecteerde modus en de opties die zijn ingesteld nadat het gele lampje heeft geknipperd. 1 Symbool Beschrijving Bracket-modus 2 3 Opnamegegevens Symbool Beschrijving ND-filter aan Diafragmawaarde Scherpstelgebied Sluitertijd 2 Opnameopties (rechts) Symbool Beschrijving Beschikbare opnametijd Belichtingswaarde Smart Zoom aan Automatische belichtingsvergrendeling aan 1 Opnameopties (links) Fotoresolutie Resterend aantal foto's Symbool Beschrijving Autofocus continu aan 3 Opnamemodus ISO-waarde Witbalans Smart filter Beeldaanpassing (contrast, scherpte en kleurverzadiging) Gezichtsdetectie Gezichtretouch Gezichtstint Fotokwaliteit Videoresolutie Lichtmeting Geheugenkaart niet geplaatst • : volledig opgeladen • : gedeeltelijk opgeladen • : leeg (opladen) • : lader aangesloten* Framesnelheid Huidige tijd en datum Flitser Autofocuskader Sound Alive Aan Bewegingsonscherpte Optische beeldstabilisatie (OIS) Zoomindicator Autofocusinstelling Zoomverhouding Timer Histogram (pag. 32) Modus voor één opname Modus voor snelle serieopnamen Modus voor vooraf vastleggen Basisfuncties 26 * De batterij wordt niet opgeladen als de camera is ingeschakeld. Het modusscherm gebruiken Selecteer een modusscherm door de modusdraaiknop te draaien en selecteer een modus in het modusscherm door een pictogram te selecteren. Een modusscherm selecteren Pictogrammen op het modusscherm Draai in de opname- of afspeelmodus de modusdraaiknop om een modusscherm weer te geven. <Magisch Plus> Symbool Beschrijving Scène: een foto maken met vooraf ingestelde opties voor een specifieke scène. (pag. 48) Panorama: Een serie foto's maken en combineren om een panoramisch beeld te maken. (pag. 50) Magisch kader: een foto maken met verschillende kadereffecten. (pag. 53) 1 Gesplitste opname: meerdere foto's maken en deze indelen met voorgedefinieerde indelingen. (pag. 54) Beeld in beeld: een achtergrondfoto vastleggen en een kleinere foto of video op de voorgrond invoegen. (pag. 55) Scène Beeld in beeld Nr. Panorama Artistieke pen Magisch Gesplitste kader opname HDR Artistieke pen: een foto maken en een video opslaan waarin wordt weergegeven hoe het filtereffect moet worden toegepast. (pag. 56) 2 Creatieve filmmaker HDR: scènes vastleggen met de nadruk op middentonen door de donkere en heldere gebieden te beperken. (pag. 57) Beschrijving 1 Huidig modusvenster • Draai de modusdraaiknop om naar een ander modusscherm te gaan. 2 Moduspictogrammen • Draai de navigatieknop of druk op [D/c/F/t] om naar een gewenste modus te scrollen en druk op [o] om de modus weer te geven. Creatieve filmmaker: een film maken met foto's of video's. (pag. 58) Basisfuncties 27 Het modusscherm gebruiken <Wi-Fi> Symbool Beschrijving MobileLink: foto's of video's verzenden naar een smartphone. (pag. 132) Remote Viewfinder: een smartphone gebruiken als externe ontspanknop en een voorbeeld op uw smartphone weergeven van een afbeelding op uw camera. (pag. 133) Delen op sociale netwerken: foto's of video's uploaden naar websites voor het delen van bestanden. (pag. 135) E-mail: foto's of video's die op de camera zijn opgeslagen, verzenden via e-mail. (pag. 139) Cloud: foto's uploaden naar een cloudserver. (pag. 140) Automatische back-up: foto's of video's die u met de camera hebt opgenomen, draadloos verzenden naar een pc. (pag. 141) TV Link: foto's of video's die u hebt opgenomen met de camera, weergeven op een breedbeeldtelevisie. (pag. 143) Basisfuncties 28 Opties of menu's selecteren Als u een optie of een menu wilt selecteren, drukt u op [m] of [f]. Teruggaan naar het vorige menu [MENU] gebruiken Als u opties wilt selecteren, drukt u op [m] en draait u de navigatieknop of drukt u op [D/c/F/t] of [o]. 1 2 Druk nogmaals op [m] om terug te gaan naar het vorige menu. Druk in de opnamemodus op [m]. Draai de navigatieknop of druk op [D/c/F/t] om naar een menu of een optie te scrollen. of 3 Druk op [o] om de gemarkeerde optie of het gemarkeerde menu te bevestigen. Basisfuncties 29 Druk de [Ontspanknop] half in om terug te gaan naar de opnamemodus. Opties of menu's selecteren 4 Voorbeeld: een witbalansoptie selecteren in de Programmamodus: 1 Draai de modusdraaiknop naar p. Draai de navigatieknop of druk op [D/c] om Witbalans te selecteren en druk op [t] of [o]. Fotoformaat Kwalit. EV ISO ISO vergroten Witbalans Flitser Afsl. 2 Verpl. Druk op [m]. 5 Fotoformaat Kwalit. EV Draai de navigatieknop, druk op het wieltje aan de voorzijde of druk op [F/t] om een witbalansoptie te selecteren. ISO Witbalans : Daglicht ISO vergroten Witbalans Flitser Afsl. 3 Verpl. Draai de navigatieknop of druk op [D/c] om a te selecteren en druk op [t] of [o]. Terug 6 7 Basisfuncties 30 Aanpassen Druk op [o] om uw instellingen op te slaan. Druk op [m] om terug te gaan naar de opnamemodus. Opties of menu's selecteren 3 [Fn] gebruiken U kunt opnameopties openen door op [f] te drukken, maar sommige opties zijn dan niet beschikbaar. Draai de navigatieknop of druk op [D/c/F/t] om naar te scrollen. Witbalans : Auto witbalans Voorbeeld: een witbalansoptie selecteren in de Programmamodus: 1 Draai de modusdraaiknop naar p. Afsl. 4 2 Aanpassen Draai het wieltje aan de voorzijde om een witbalansoptie aan te passen. Druk op [f]. Witbalans : Bewolkt EV : 0 Afsl. Afsl. Aanpassen Aanpassen • Druk op [o], draai de navigatieknop of druk op [F/t] en vervolgens op [o] om uw instellingen op te slaan. 5 Basisfuncties 31 Druk op [m] om terug te gaan naar de opnamemodus. Het scherm en geluid instellen Hier vindt u informatie over hoe u de basisinstellingen van het scherm en het geluid kunt aanpassen. Over histogrammen Het schermtype instellen Een histogram is een grafiek die illustreert hoe het licht is verdeeld in uw foto. Als het histogram een hoge piek aan de linkerkant heeft, is de foto onderbelicht en wordt deze donker weergegeven. Een piek aan de rechterkant van de grafiek betekent dat de foto overbelicht is en te helder wordt weergegeven. De hoogte van de pieken houdt verband met de kleurgegevens. Hoe meer van een bepaalde kleur, hoe hoger de piek. U kunt een type weergave selecteren voor de opnameof afspeelmodus. Elk type geeft andere opname- of afspeelgegevens weer. Bekijk de onderstaande tabel. Alle informatie over het opnemen tonen S Onderbelicht Druk herhaaldelijk op [D] om het schermtype te wijzigen. Modus Type weergave • Alle opname-informatie verbergen. • Opnamegegevens verbergen, behalve de gegevens Opnemen op de bovenste regel. • Alle opname-informatie weergeven. • Histogram weergeven. • Alle informatie over het huidige bestand verbergen. • Informatie weergeven over het huidige bestand, Afspelen met uitzondering van de opname-instellingen en het histogram. • Alle informatie over het huidige bestand weergeven. Basisfuncties 32 S Goed belicht S Overbelicht Het scherm en geluid instellen De weergave van opties instellen Het geluid instellen In de modus Magisch plus kunt u de weergave van opties in- of uitschakelen. Schakel het geluid in of uit dat de camera maakt wanneer u functies uitvoert. Druk meerdere malen op [o]. 1 2 3 • De optieweergave uitschakelen. • De optieweergave inschakelen. Beautyshot Optieweergave Paneel uit Thuis S Bijvoorbeeld in de modus Scène Basisfuncties 33 Druk in de opname- of afspeelmodus op [m]. Selecteer n “Geluiden “ Piepjes. Selecteer een optie. Optie Beschrijving Uit De camera laat geen geluiden horen. Aan De camera laat geluiden horen. Foto's maken Hier vindt u informatie over hoe u snel en eenvoudig foto's kunt in de Smart Auto-modus. 1 Draai de modusdraaiknop naar T. 3 Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. • Een groen kader betekent dat het onderwerp scherp in beeld is. • Een rood kader betekent dat het onderwerp niet scherp in beeld is. 2 Plaats het onderwerp in het kader. 4 Druk de [Ontspanknop] volledig in om een foto te maken. 5 Druk op [P] om de gemaakte foto weer te geven. • Als u de foto wilt verwijderen, drukt u op [l] en selecteert u Ja. 6 Druk op [P] om terug te gaan naar de opnamemodus. Zie pagina 38 voor tips om betere foto's te maken. Basisfuncties 34 Foto's maken Digitale zoom Zoomen U kunt close-upfoto's maken door in te zoomen. pAhMg De digitale zoomfunctie wordt standaard ondersteund in de opnamemodus. Als u inzoomt op een onderwerp in de opnamemodus en de zoomaanduiding bevindt zich in het digitale bereik, gebruikt de camera de digitale zoomfunctie. U kunt tot 13,2 keer inzoomen als u zowel de optische zoomfunctie (3,3X) als de digitale zoomfunctie (4X) gebruikt. Optisch bereik Zoomindicator Zoomverhouding Digitaal bereik Uitzoomen Inzoomen • De digitale zoomfunctie is niet beschikbaar met de optie Gezichtsdetectie, het effect Smart filter, de optie Tracking AF of Handm. scherpstellen. • Als u een foto maakt met de digitale zoomfunctie, kan de fotokwaliteit lager zijn dan normaal. • Hoe verder u de zoomknop draait, hoe sneller de camera in- of uitzoomt. • Wanneer u de zoomknop draait, kan de zoomverhouding op het scherm ongelijk worden gewijzigd. Basisfuncties 35 Foto's maken Smart Zoom pAhM Smart Zoom instellen U kunt Smart Zoom (4,4X) gebruiken om in te zoomen met minder kwaliteitsverlies dan met de optische zoomfunctie en digitale zoomfunctie. U kunt tot 13,2 keer inzoomen als u de optische zoomfunctie, Smart zoomfunctie en digitale zoomfunctie gebruikt. 1 2 3 Optisch bereik + Smart bereik Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer a “ Smart Zoom. Selecteer een optie. Symbool Beschrijving Uit: de slimme zoomfunctie is uitgeschakeld. Zoomindicator Aan: de slimme zoomfunctie is ingeschakeld. Digitaal bereik • Smart Zoom is niet beschikbaar met de optie Gezichtsdetectie, het effect Smart filter, de optie Tracking AF of Handm. scherpstellen. • U kunt deze functie niet gebruiken als de modusdraaiknop is ingesteld op Continu, Vooraf vastleggen of Belichtingstrap. • Als u een foto maakt met de slimme zoomfunctie, kan de fotokwaliteit minder worden. Basisfuncties 36 Foto's maken Bewegingsonscherpte voorkomen • De functie Beeldstabilisatie werkt mogelijk niet correct wanneer: pAhMgv - Wanneer u de camera beweegt om een bewegend onderwerp te volgen. - Wanneer u de digitale zoomfunctie gebruikt. - Wanneer de camera te veel trilt. - Wanneer u een langzame sluitertijd gebruikt (bijvoorbeeld voor nachtopnamen). - Wanneer de batterij bijna leeg is. - Wanneer u een close-upfoto maakt. • Als u de beeldstabilisatiefunctie met een statief gebruikt, kunnen de foto's onscherp worden door de trilling van de beeldstabilisatiesensor. Schakel de beeldstabilisatiefunctie bij gebruik van een statief uit. • Als de camera valt of een schok krijgt, wordt het scherm wazig. Als dit gebeurt, moet u de camera uitschakelen en weer inschakelen. U kunt bewegingsonscherpte beperken en onscherpe foto's voorkomen met de functies OIS (Optical Image Stabilization) en DIS (Digital Image Stabilization), respectievelijk optische en digitale beeldstabilisatie. S Vóór correctie 1 2 3 S Na correctie Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer a of V “ Beeldstabilisator. Selecteer een optie. Symbool Beschrijving Uit: de functie Optische beeldstabilisatie is uitgeschakeld. OIS: de functie Optische beeldstabilisatie is ingeschakeld. DUAL IS: de functies Optische beeldstabilisatie en Digitale beeldstabilisatie zijn ingeschakeld. Afhankelijk van de opnameomstandigheden kunnen de beschikbare opties verschillen. Basisfuncties 37 Tips om betere foto's te maken De camera op de juiste manier vasthouden Bewegingsonscherpte voorkomen Zorg ervoor dat niets de lens, flitser of microfoon blokkeert. Stel de beeldstabilisatieoptie in om de bewegingsonscherpte optisch te reduceren. (pag. 37) Als De ontspanknop half indrukken Druk de [Ontspanknop] half in en pas de scherpstelling aan. De camera past de scherpstellingen en belichting automatisch aan. De camera stelt de diafragmawaarde en sluitertijd automatisch in. Scherpstelkader • Druk de [Ontspanknop] volledig in om een foto te maken als het scherpstelkader groen is. • Pas de compositie aan en druk de [Ontspanknop] nogmaals half in als het scherpstelkader rood is. wordt weergegeven Bewegingsonscherpte Zorg dat bij opnamen in het donker de flitseroptie niet is ingesteld op Langz sync of Uit. Het diafragma blijft langer open en het kan moeilijk zijn om de camera lang genoeg stabiel te houden om een scherpe foto te maken. • Gebruik een statief of stel de flitser in op Invulflits. (pag. 69) • Pas de ISO-waarde aan. (pag. 71) Basisfuncties 38 Voorkomen dat het onderwerp niet scherp is In de volgende gevallen kan het moeilijk zijn om scherp te stellen op het onderwerp: - Er is weinig contrast tussen het onderwerp en de achtergrond (als het onderwerp bijvoorbeeld kleren draagt met kleuren die lijken op de achtergrondkleur). - De lichtbron achter het onderwerp is te fel. - Het onderwerp glanst of weerspiegelt. - Het onderwerp heeft horizontale patronen, zoals bij jaloezieën het geval is. - Het onderwerp bevindt zich niet in het midden van het kader. • Als u foto's maakt bij weinig licht Schakel de flitser in. (pag. 69) • Als onderwerpen snel bewegen Gebruik de Modus voor snelle serieopnamen of de functie Vooraf vastleggen. (pag. 87) De scherpstelvergrendeling gebruiken Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. Wanneer het onderwerp scherp in beeld is, kunt u het kader verschuiven om de compositie aan te passen. Druk wanneer u klaar bent de [Ontspanknop] volledig in om een foto te maken. Basisfuncties 39 Uitgebreide functies Hier vindt u informatie over het maken van foto's en het opnemen van video's door een modus te selecteren. De Smart Auto-modus gebruiken ………… 41 De Programmamodus gebruiken ………… 43 De modus Diafragmaprioriteit, Sluiterprioriteit of Handmatig gebruiken … 44 De modus Diafragmaprioriteit gebruiken … 45 De modus Sluiterprioriteit gebruiken ……… 46 De modus Handmatig gebruiken ………… 47 De modus Magisch Plus gebruiken ……… 48 De Scènemodus gebruiken ……………… 48 De Beautyshot-modus gebruiken ………… 49 De 3D-fotomodus gebruiken …………… 50 De 2D- of 3D-panorama gebruiken ……… De Actiepanorama-modus gebruiken …… De Magische kadermodus gebruiken …… De modus Gesplitste opname gebruiken … De modus Beeld in Beeld gebruiken …… De modus Artistieke pen gebruiken ……… De HDR-modus gebruiken ……………… De Creatieve filmmaker-modus gebruiken ………………………………… 50 52 53 54 55 56 57 58 De Filmmodus gebruiken ………………… 60 Video's met hoge snelheid opnemen …… 62 De Intelligente scènedetectiemodus gebruiken ………………………………… 63 De Smart Auto-modus gebruiken In de Smart Auto-modus selecteert de camera automatisch camera-instellingen die bij het gedetecteerde type scène passen. De Smart Auto-modus is handig als u niet bekend bent met de camera-instellingen voor verschillende scènes. 1 2 Draai de modusdraaiknop naar T. Symbool Beschrijving Plaats het onderwerp in het kader. Portretten met tegenlicht • De camera selecteert automatisch een scène. Het pictogram Portretten voor de desbetreffende scène wordt linksboven in het scherm weergegeven. De pictogrammen worden hieronder weergegeven. Close-upfoto's van objecten Close-upfoto's van tekst Zonsondergangen Heldere luchten Bossen Close-upfoto's van gekleurde onderwerpen De camera is gestabiliseerd of op een statief geplaatst (bij opnamen in het donker) Symbool Beschrijving Onderwerpen die veel bewegen Landschappen Vuurwerk (als een statief wordt gebruikt) Scènes met een helderwitte achtergrond Binnen, donker Landschappen 's nachts (wanneer de flitser uit is) Gedeeltelijk verlicht Portretten 's nachts Close-up met spotlight Landschappen met tegenlicht Portretten met spotlight Uitgebreide functies 41 De Smart Auto-modus gebruiken 3 4 Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken. • Als de camera geen geschikte scènemodus detecteert, worden de standaardinstellingen voor de modus T gebruikt. • Ook als er een gezicht wordt gedetecteerd, is het mogelijk dat de camera geen portretmodus selecteert, afhankelijk van de positie van het onderwerp en de lichtval. • Afhankelijk van de opnameomstandigheden, zoals het trillen van de camera, de lichtval en de afstand tot het onderwerp, kan het voorkomen dat de camera de juiste scène niet selecteert. • Zelfs als u een statief gebruikt, kan het voorkomen dat de camera de modus niet detecteert als het onderwerp beweegt. • In de modus T raakt de batterij sneller leeg omdat de instellingen vaker worden gewijzigd om de juiste scène te selecteren. Uitgebreide functies 42 De Programmamodus gebruiken In de Programmamodus kunt u de meeste opties instellen, met uitzondering van de sluitertijd en de diafragmawaarde, die automatisch worden ingesteld door de camera. 1 2 Draai de modusdraaiknop naar p. Stel de gewenste opties in. • Zie 'Opnameopties' voor een lijst met opties. (pag. 64) 3 Plaats het onderwerp in het kader en druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. 4 Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken. Uitgebreide functies 43 De modus Diafragmaprioriteit, Sluiterprioriteit of Handmatig gebruiken Pas de diafragmawaarde of sluitertijd aan om de belichting van uw foto's te regelen. U kunt deze opties gebruiken in de modi Diafragmaprioriteit, Sluitertijdprioriteit en Handmatig. Diafragmawaarde Het diafragma is een opening waardoor licht de camera binnenkomt. De behuizing van het diafragma heeft dunne metalen platen die open en dicht gaan. Hierdoor wordt het diafragma breder of smaller en kan de hoeveelheid licht die de camera binnenkomt, worden geregeld. De grootte van het diafragma is nauw verwant aan de helderheid van een foto: hoe groter de diafragmawaarde, hoe helderder de foto; hoe kleiner de diafragmawaarde, hoe donkerder de foto. Houd er rekening mee dat een grotere diafragmawaarde een kleinere diafragmagrootte aangeeft. Zo is de diafragmaopening groter bij een diafragmawaarde van 5.6 dan bij een diafragmawaarde van 11. Sluitertijd Sluitersnelheid, een belangrijke factor in de helderheid van een foto, verwijst naar de tijd die nodig is om de sluiter te openen en te sluiten. Bij een lage sluitersnelheid komt er meer licht in de camera. Onder vergelijkbare omstandigheden zijn foto's helderder, maar worden snel bewegende objecten doorgaans vager weergegeven. Als u een hogere sluitersnelheid kiest, komt er minder licht de camera binnen. Foto's worden in dat geval donkerder, maar bewegende objecten worden duidelijker vastgelegd. S Lange sluitertijd S Lage diafragmawaarde (het diafragma is groot.) S Hoge diafragmawaarde (het diafragma is klein.) Uitgebreide functies 44 S Korte sluitertijd De modus Diafragmaprioriteit, Sluiterprioriteit of Handmatig gebruiken 3 De modus Diafragmaprioriteit gebruiken Stel opties in. • Zie 'Opnameopties' voor een lijst met opties. (pag. 64) In de modus Diafragmaprioriteit kunt u handmatig de diafragmawaarde instellen terwijl de camera automatisch een geschikte sluitertijd selecteert. 4 1 2 Plaats het onderwerp in het kader en druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. 5 Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken. Draai de modusdraaiknop naar A. Draai de navigatieknop om de diafragmawaarde aan te passen. • Zie pagina 44 voor meer informatie over de diafragmawaarde. Uitgebreide functies 45 Wanneer u de ISO-optie instelt op Auto, wordt de sluitertijd mogelijk niet automatisch aangepast aan de diafragmawaarde. In dit geval zoekt de camera een geschikte belichtingswaarde door de ISO-optie automatisch te wijzigen wanneer u een foto vastlegt. Als u de ISO-optie handmatig wilt instellen, drukt u op [m] en selecteert u a “ ISO “ een optie. De modus Diafragmaprioriteit, Sluiterprioriteit of Handmatig gebruiken 3 De modus Sluiterprioriteit gebruiken Stel opties in. • Zie 'Opnameopties' voor een lijst met opties. (pag. 64) In de modus Sluiterprioriteit kunt u handmatig de sluitertijd instellen terwijl de camera automatisch een geschikte diafragmawaarde selecteert. 4 1 2 Plaats het onderwerp in het kader en druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. 5 Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken. Draai de modusdraaiknop naar h. Draai het wieltje aan de voorzijde om de sluitertijd aan te passen. • Zie pagina 44 voor meer informatie over de sluitertijd. Uitgebreide functies 46 Wanneer u de ISO-optie instelt op Auto, wordt de diafragmawaarde mogelijk niet automatisch aangepast aan de sluitertijd. In dit geval zoekt de camera een geschikte belichtingswaarde door de ISO-optie automatisch te wijzigen wanneer u een foto vastlegt. Als u de ISO-optie handmatig wilt instellen, drukt u op [m] en selecteert u a “ ISO “ een optie. De modus Diafragmaprioriteit, Sluiterprioriteit of Handmatig gebruiken 4 De modus Handmatig gebruiken In de modus Handmatig kunt u zowel de diafragmawaarde als de sluitertijd instellen. 1 2 Draai de modusdraaiknop naar M. 3 Draai de navigatieknop om de diafragmawaarde aan te passen. Draai het wieltje aan de voorzijde om de sluitertijd aan te passen. Stel opties in. • Zie 'Opnameopties' voor een lijst met opties. (pag. 64) 5 Plaats het onderwerp in het kader en druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. 6 Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken. Uitgebreide functies 47 De modus Magisch Plus gebruiken In de modus Magisch Plus kunt u een foto maken met verschillende effecten. De Scènemodus gebruiken Optie Beschrijving In de Scènemodus kunt u een foto maken met opties die al vooraf zijn ingesteld voor een bepaalde scène. Landschap Stillevens en landschapsfoto's maken. Tekst Tekst in drukwerk of elektronische documenten duidelijk leesbaar vastleggen. Zon onder Zonsondergangen met natuurlijke rood- en geeltinten vastleggen. Dageraad Zonsopgangen vastleggen. Tegenl. Onderwerpen met tegenlicht vastleggen. 1 2 3 Draai de modusdraaiknop naar g. Selecteer . Selecteer een scène. • Als de optie niet wordt weergegeven, drukt u op [o] of op Onderbelichting van onderwerpen beperken [m] “ g “ Scène selecteren en selecteer een scène. Strand/sneeuw die wordt veroorzaakt door zonlicht dat wordt gereflecteerd door zand of sneeuw. 3D-foto Beautyshot Paneel uit 4 Plaats het onderwerp in het kader en druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. 5 Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken. Thuis Optie Beschrijving Beautyshot Een portretfoto maken met opties voor het verhullen van onzuiverheden op het gezicht. Nacht Scènes 's nachts of bij weinig licht vastleggen (het gebruik van een statief wordt aanbevolen). Scènes met een 3D-effect vastleggen (het 3D-effect werkt alleen op een 3D-televisie of 3D-monitor). Uitgebreide functies 48 De modus Magisch Plus gebruiken 8 De Beautyshot-modus gebruiken 1 2 3 4 5 6 Selecteer een optie. • Verhoog bijvoorbeeld de instelling voor gezichtsretouchering In de Beautyshot-modus kunt u een portret maken met opties voor het verdoezelen van onzuiverheden op het gezicht. om meer imperfecties te verbergen. Draai de modusdraaiknop naar g. Selecteer Gezichtstint . Selecteer Beautyshot. Uit Gezichtsdetectie Niveau 1 Fotoformaat Niveau 2 Kwalit. Niveau 3 Flitser Druk op [m]. Smart FR wijzigen Terug Selecteer a “ Gezichtstint. Selecteer een optie. • Verhoog bijvoorbeeld de instelling voor de gezichtstint om de Gezichtstint Uit Gezichtretouch. Niveau 1 Gezichtsdetectie Niveau 2 Fotoformaat Niveau 3 Plaats het onderwerp in het kader en druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. 10 Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken. Als u de Beautyshot-modus gebruikt, wordt de scherpstelafstand ingesteld op Auto macro. Kwalit. Flitser Smart FR wijzigen Terug Instellen 9 huid lichter te laten lijken. 7 Gezichtretouch. Instellen Selecteer Gezichtretouch.. Uitgebreide functies 49 De modus Magisch Plus gebruiken De 3D-fotomodus gebruiken De 2D- of 3D-panorama gebruiken In de 3D-fotomodus kunt u scènes met een 3D-effect vastleggen. In de Panoramamodus kunt u een brede panoramascène vastleggen in één foto. een serie foto's maken en deze combineren om een panoramisch beeld te maken. 1 2 3 4 Draai de modusdraaiknop naar g. 5 Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken. Selecteer . Selecteer 3D-foto. Plaats het onderwerp in het kader en druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. S Opnamevoorbeeld • De camera maakt 2 foto's, beide in de bestandsindelingen JPEG en MPO. • In de 3D-fotomodus is de resolutie automatisch ingesteld op . • In de 3D-fotomodus zijn bepaalde opnameopties niet beschikbaar. • U kunt een MPO-bestand dat het 3D-effect ondersteunt, alleen weergeven op een MPO-compatibel scherm, zoals een 3D-televisie of 3D-monitor. Op het scherm van de camera kunt u alleen JPEGbestanden weergeven. • Gebruik een 3D-bril wanneer u een MPO-bestand weergeeft op een 3D-televisie of 3D-monitor. 1 2 3 4 Draai de modusdraaiknop naar g. 5 Druk op [m] om terug te gaan naar de opnamemodus. 6 Plaats het onderwerp in het kader en druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. Selecteer . Druk op [m]. Selecteer a “ Panorama “ Live Panorama of 3D-panorama. • Breng de camera op één lijn met de uiterste linker-, rechter-, onder- of bovenkant van de scène die u wilt vastleggen. Uitgebreide functies 50 De modus Magisch Plus gebruiken 7 Houd de [Ontspanknop] ingedrukt om de opname te starten. 8 Houd de [Ontspanknop] ingedrukt en beweeg de camera langzaam in de richting waarin de rest van de panoramaopname moet worden vastgelegd. • Voor de beste resultaten bij het vastleggen van panoramafoto's moet • In de 3D-panorama kunt u een scène alleen in horizontale richting vastleggen. • Wanneer de beeldzoeker is uitgelijnd met de volgende scène, legt de camera de volgende foto automatisch vast. • • 9 Wanneer u klaar bent, laat u de [Ontspanknop] los. • Wanneer u alle benodigde opnamen heeft vastgelegd, • • • combineert de camera deze tot één panoramafoto. Uitgebreide functies 51 u het volgende vermijden: - De camera te snel of te langzaam bewegen. - De camera te weinig bewegen om het volgende beeld vast te leggen. - De camera met ongelijkmatige snelheden bewegen. - De camera schudden. - De richting van de camera wijzigen terwijl een foto wordt vastgelegd. - Opnemen op donkere locaties. - Bewegende onderwerpen in de buurt vastleggen. - Opnameomstandigheden waar de helderheid of kleur van het licht verandert. Gemaakte foto's worden automatisch opgeslagen en het opnemen wordt gestopt onder de volgende omstandigheden: - Als u de opnamerichting wijzigt wanneer u opneemt. - Als u de camera te snel beweegt. - Als u de camera niet beweegt. Als u de Panoramamodus selecteert, worden de digitale en optische zoomfuncties uitgeschakeld. Als u de Panoramamodus selecteert terwijl de lens is ingezoomd, zoomt de camera automatisch uit naar de standaardpositie. In de Panoramamodus zijn bepaalde opnameopties niet beschikbaar. De camera kan de opname stoppen vanwege de compositie van de opname of beweging van het onderwerp. Om de fotokwaliteit te verbeteren in de Panoramamodus, legt uw camera mogelijk het einde van de scène niet vast wanneer u stopt met het bewegen van de camera. Als u de volledige scène wilt vastleggen, beweegt u de camera iets verder dan het punt waar u de scène wilt eindigen. De modus Magisch Plus gebruiken • In de 3D-panoramamodus legt de camera mogelijk het begin van het De Actiepanorama-modus gebruiken einde van een scène niet vast wegens de aard van het 3D-effect. Als u de volledige scène wilt vastleggen, beweegt u de camera iets voorbij het begin- en eindpunt dat u wilt vastleggen. • In de 3D-panoramamodus worden foto's vastgelegd met de JPEG- en MPO-bestandsindelingen. • U kunt een MPO-bestand dat het 3D-effect ondersteunt, alleen weergeven op een MPO-compatibel scherm, zoals een 3D-televisie of 3D-monitor. Op het scherm van de camera kunt u alleen JPEGbestanden weergeven. • Gebruik een 3D-bril wanneer u een MPO-bestand weergeeft op een 3D-televisie of 3D-monitor. In de Actiepanorama-modus kunt u een serie foto's van een bewegend onderwerp vastleggen en combineren. S Opnamevoorbeeld 1 2 3 4 5 Draai de modusdraaiknop naar g. 6 Plaats het onderwerp in het kader en druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. Selecteer . Druk op [m]. Selecteer a “ Panorama “ Actiepanorama. Druk op [m] om terug te gaan naar de opnamemodus. • Breng de camera op één lijn met de uiterste linker- of rechterkant van de scène die u wilt vastleggen. 7 Houd de [Ontspanknop] ingedrukt om de opname te starten. Uitgebreide functies 52 De modus Magisch Plus gebruiken 8 Houd de [Ontspanknop] ingedrukt en beweeg de camera langzaam in de richting waarin de rest van de panoramaopname moet worden vastgelegd. • Als er meerdere bewegende onderwerpen zijn, herkent de camera het juiste onderwerp mogelijk niet. • Als onderwerpen zich buiten het hulpkader bevinden wanneer u opneemt, legt de camera de beweging van de onderwerpen niet vast. 9 Wanneer u klaar bent, laat u de [Ontspanknop] los. De Magische kadermodus gebruiken In de modus Magisch kader kunt u verschillende kadereffecten toepassen op uw foto's. De vorm en het uiterlijk van de foto's verandert afhankelijk van het kader dat u selecteert. 1 2 3 Draai de modusdraaiknop naar g. Selecteer . Selecteer een optie. • De camera combineert de opnamen automatisch tot één foto. • Voor de beste resultaten bij het vastleggen van panoramafoto's moet u het volgende vermijden: - De camera te snel of te langzaam bewegen. - De camera te weinig bewegen om het volgende beeld vast te leggen. - De camera met ongelijkmatige snelheden bewegen. - De camera schudden. - De richting van de camera wijzigen terwijl een foto wordt vastgelegd. - Opnemen op donkere locaties. - Bewegende onderwerpen in de buurt vastleggen. - Opnameomstandigheden waar de helderheid of kleur van het licht verandert. • Het kan langer duren om panoramafoto's op te slaan. • In de Actiepanorama-modus zijn bepaalde opnameopties niet beschikbaar. Muurschildering Paneel uit Thuis 4 Plaats het onderwerp in het kader en druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. 5 Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken. Uitgebreide functies 53 In de Magische kadermodus wordt de resolutie automatisch ingesteld op . De modus Magisch Plus gebruiken De modus Gesplitste opname gebruiken In de modus Gesplitste opname kunt u meerdere foto's maken en deze indelen met voorgedefinieerde indelingen. 1 2 3 Draai de modusdraaiknop naar g. Selecteer 4 Plaats het onderwerp in het kader en druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. 5 Druk de [Ontspanknop] volledig in om een foto te maken. • Herhaal stap 4 en 5 om de rest van de foto' te maken. • Als u een foto opnieuw wilt maken, drukt u op [l]. . Selecteer een stijl voor splitsen. • Als u de scherpte van de scheidingslijn wilt aanpassen, drukt u op [m] en selecteert u a “ Lijnvervaging “ een gewenste waarde. • Als u op een gedeelte van de opname een Smart filter-effect wilt toepassen, drukt u op [m] en selecteert u a “ Smart filter “ een gewenste optie. U kunt verschillende Smart filter-effecten toepassen of de afzonderlijke gedeelten van de opname. Paneel uit Thuis Uitgebreide functies 54 • In de modus Gesplitste opname wordt de resolutie automatisch ingesteld op of lager. • In de modus Gesplitste opname zijn de beschikbare Smart filter-opties beperkt. De modus Magisch Plus gebruiken De modus Beeld in Beeld gebruiken In de modus Beeld in beeld kunt u een achtergrondfoto op volledige grootte maken of selecteren en een kleinere foto of video invoegen op de voorgrond. 1 2 Draai de modusdraaiknop naar g. Selecteer . Opnieuw Frame-instelling • Als u het uiteindelijke videoformaat wilt instellen wanneer u een video invoegt, drukt u op [m] en selecteert u V “ Filmformaat “ een gewenst videoformaat. 3 Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen en druk vervolgens op de [Ontspanknop] om een achtergrondfoto te maken. • Als u een achtergrondfoto wilt selecteren uit uw opgeslagen foto's, drukt u op [m] en selecteert u a “ Afbeelding selecteren “ een gewenste foto. U kunt geen videobestanden of foto's selecteren die zijn vastgelegd in de modus Live Panorama. 4 Druk op [o] om de foto in te stellen als achtergrondafbeelding. Druk op [o] en draai de navigatieknop of druk op [D/c/F/t] om het invoegpunt te wijzigen. 6 Draai het wieltje aan de voorzijde om de grootte voor invoegen aan te passen. 7 8 Druk op [o] om de instelling op te slaan. Druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen en druk vervolgens op de [Ontspanknop] om een foto te maken en in te voegen. • Het venster voor invoegen wordt groter wanneer u de • Als u een achtergrondfoto opnieuw wilt maken, drukt u op [m]. 5 [Ontspanknop] indrukt zodat u kunt bepalen of het onderwerp scherp in beeld is. • Als u een video wilt opnemen, drukt u op (Video-opname). Als u de opname wilt stoppen en de video wilt invoegen, drukt u nogmaals op (Video-opname). Uitgebreide functies 55 De modus Magisch Plus gebruiken • Wanneer u achtergrondfoto's maakt, wordt de resolutie automatisch • • • • • • • • ingesteld op en worden alle gemaakte foto's opgeslagen. De uiteindelijke foto's of video's voor Beeld in beeld worden opgeslagen als één gecombineerd bestand. De ingevoegde foto's en video's worden niet afzonderlijk opgeslagen. Wanneer u een afbeelding invoegt, wordt de resolutie voor het gecombineerde bestand automatisch ingesteld op . Wanneer u een video invoegt, wordt de resolutie voor het gecombineerde bestand automatisch ingesteld op of lager. Wanneer u een achtergrondfoto vastlegt, wordt een foto die in de verticale positie wordt vastgelegd, niet automatisch gedraaid. De maximale grootte van het venster voor invoegen is 1/4 van het scherm en de beeldverhouding blijft gelijk wanneer u de grootte aanpast. De maximale lengte voor een video die u wilt invoegen, is 20 minuten. Het beschikbare zoombereik in de modus Beeld in beeld is mogelijk kleiner dan in andere opnamemodi. Wanneer u een van uw opgeslagen foto's selecteert als achtergrondfoto, kunnen zwarte balken worden weergegeven aan de randen van de afbeelding, afhankelijk van de beeldverhouding. De modus Artistieke pen gebruiken In de modus Artistieke pen kunt u een foto maken en vervolgens een video bekijken waarin wordt uitgelegd hoe u een filtereffect kunt toepassen. 1 2 3 Draai de modusdraaiknop naar g. Selecteer . Selecteer een filter. Aquarel Paneel uit Thuis Optie Beschrijving Aquarel Het effect van een waterverfschilderij toepassen. Cartoon Het effect van een striptekening toepassen. Schets Een schetseffect van een pen toepassen. Uitgebreide functies 56 De modus Magisch Plus gebruiken 4 5 Plaats het onderwerp in het kader en druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. De HDR-modus gebruiken Druk de [Ontspanknop] volledig in om een foto te maken. • Nadat u de foto hebt gemaakt, wordt automatisch de video In de HDR-modus (High Dynamic Range) legt uw camera twee foto's met verschillende belichtingen vast en worden het heldere gebied van de onderbelichte foto en het donkere gebied van de overbelichte foto over elkaar heen gelegd. U kunt foto's met zachte, rijke kleuren vastleggen. gestart waarin wordt uitgelegd hoe u het filter kunt toepassen. • In de modus Artistieke pen wordt de resolutie automatisch ingesteld op of lager. • In de modus Artistieke pen worden de foto met het filtereffect en de video waarin wordt uitgelegd hoe u het filter toepast, allebei opgeslagen. • Het beschikbare zoombereik in de modus Artistieke pen is mogelijk kleiner dan in andere opnamemodi. • In de modus Artistieke pen kan het opslaan van bestanden langer duren. • U kunt een video die is vastgelegd in de modus Artistieke pen, niet uploaden via de draadloze netwerkfunctie op uw camera. S Zonder HDReffect S Met HDReffect 1 2 3 Draai de modusdraaiknop naar g. . 4 Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken. Selecteer Plaats het onderwerp in het kader en druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. • De camera legt 2 foto's vast en voegt deze automatisch samen tot één foto. Uitgebreide functies 57 De modus Magisch Plus gebruiken • Het HDR-effect kan worden beïnvloed door bewegingsonscherpte, 4 belichting, beweging van het onderwerp en de opnameomgeving. Selecteer Selecteren en selecteer de gewenste bestanden. • U kunt de flitser niet gebruiken wanneer u de HDR-modus gebruikt. • Het kan langer duren om een foto op te slaan met de HDR-modus. • Wanneer u de HDR-modus gebruikt, kunnen het voorbeeld op het • U moet ten minste 2 bestanden selecteren. • Als u een map selecteert, worden alle foto's in de map scherm en de vastgelegde foto iets groter worden weergegeven dan een foto die zonder dit effect wordt vastgelegd. • Wanneer u een bewegend onderwerp vastlegt met de HDR-modus, kan een nabeeld worden weergegeven. • Als u een geselecteerd. -video selecteert, worden alle foto's geselecteerd die zijn vastgelegd tijdens de video-opname. • Selecteer Willekeurig herhalen om de camera willekeurige foto's en video's te laten selecteren. De film kan niet langer zijn dan 3 minuten. Selecteer afbeelding De Creatieve filmmaker-modus gebruiken Selecteren In de Creatieve filmmaker-modus kunt u gemakkelijk films maken op basis van de foto's en video's die op de geheugenkaart zijn opgeslagen. Willekeurig herhalen Terug Een film maken met de Creatieve filmmaker 1 2 3 Instellen Draai de modusdraaiknop naar g. • U kunt geen video's selecteren die zijn gemaakt in de modus Selecteer • U kunt bestanden met RAW-indeling niet selecteren. • Als u de RAW+JPEG-indeling selecteert, worden alleen JPEG- Creatieve filmmaker. . bestanden gebruikt om films te maken in de modus Creatieve filmmaker. • U kunt maximaal 60 foto's en 10 video's selecteren. Selecteer + filmcreatie. 5 6 Druk op [f] om de selectie te bevestigen. Druk op [t] om Thema te selecteren en selecteer een thema. Uitgebreide functies 58 De modus Magisch Plus gebruiken 7 Druk op [t] om Muziek te selecteren en selecteer de gewenste muziek. 8 Druk op [t] om Filmformaat te selecteren en selecteer een filmformaat. 9 Druk op [t] om Creatie te selecteren en selecteer Start creatie. • Als de camera niet voldoende ruimte heeft om de film op te slaan, kunt u Start creatie niet selecteren. Verwijder bestanden van de geheugenkaart om meer geheugen beschikbaar te maken. (pag. 101) • Als het pop-upbericht wordt weergegeven wanneer u Start creatie selecteert, selecteert u een kleiner filmformaat bij de optie Filmformaat. • Het renderen van de video kan langer duren afhankelijk van het aantal en het formaat van de geselecteerde bestanden. • Druk op [m] om het samenstellen van de video te annuleren. Een film weergeven die is gemaakt in de Creatieve filmmaker-modus 1 2 3 4 Draai de modusdraaiknop naar g. Selecteer . Druk op [D/c] om een film te selecteren. Druk op [o] om de film af te spelen. Uitgebreide functies 59 Als u de film wilt weergeven in de afspeelmodus, drukt u op [P]. (pag. 96) De Filmmodus gebruiken In de Filmmodus kunt u instellingen aanpassen om full-HD-video's (1920 X 1080) van maximaal 20 minuten op te nemen. De camera slaat opgenomen video's op als MP4-bestanden (H.264-bestanden). • MP4 (H.264) is een video-indeling met hoge compressie die is ontwikkeld door de internationale standaardisatieorganisaties ISO-IEC en ITU-T. • Als u geheugenkaarten gebruikt met lage schrijfsnelheden, slaat de camera video's mogelijk niet correct op. Video-opnamen zijn mogelijk beschadigd of worden niet correct afgespeeld. • Geheugenkaarten met een lage schrijfsnelheid ondersteunen geen video's met een hoge resolutie of hoge snelheid. Gebruik voor het opnemen van video's met een hoge resolutie of een hoge snelheid geheugenkaarten met een hogere schrijfsnelheid. • Als u de beeldstabilisatiefunctie inschakelt terwijl u een video opneemt, neemt de camera mogelijk het geluid op dat door de beeldstabilisatiefunctie wordt geproduceerd. • Als u de zoomfunctie gebruikt wanneer u een video opneemt, neemt de camera mogelijk het geluid van de zoomfunctie op. Gebruik de Sound Alive-functie om het geluid van de zoomfunctie te beperken. (pag. 94) 1 2 Draai de modusdraaiknop naar v. • U kunt de opname van een video in bepaalde modi starten door op Stel de gewenste opties in. • Zie Opnameopties voor een lijst met opties. (pag. 64) 3 4 Druk op (Video-opname) om de opname te starten. Druk nogmaals op te stoppen. (Video-opname) om de opname Uitgebreide functies 60 (Video-opname) te drukken zonder de modusdraaiknop naar v te draaien. • Het formaat van het videokader kan kleiner lijken wanneer u een video opneemt, afhankelijk van de videoresolutie en framesnelheid. • Als u ongeveer 3 minuten geen bewerkingen uitvoert terwijl u een video opneemt, wordt het scherm gedimd. Voer een bewerking uit met de camera om het scherm te activeren. Als u de power-knop, zoomknop, ontspanknop of de video-opnameknop gebruikt, voert de camera de gewenste bewerking uit, zelfs wanneer het scherm is gedimd. De Filmmodus gebruiken Opnemen onderbreken Foto's vastleggen terwijl u een video opneemt U kunt tijdens het opnemen van een video de opname tijdelijk onderbreken. Met deze functie kunt u verschillende scènes opnemen in één video. U kunt foto's vastleggen terwijl u een video opneemt zonder over te schakelen naar de fotostand (maximaal 6 foto's). Foto's vastgelegd tijdens het opnemen van een video • Druk de [Ontspanknop] in om foto's vast te leggen tijdens het • Druk op [o] om de opname te onderbreken. • Druk op [c] om niet door te gaan naar automatisch opnemen van een video. • Vastgelegde foto's worden automatisch opgeslagen. scherpstellen. • Het formaat van vastgelegde afbeeldingen wordt automatisch • Druk op [o] om de opname te hervatten. gewijzigd, afhankelijk van het formaat van de opgenomen video. • U kunt geen foto's vastleggen terwijl u video's met hoge snelheid opneemt. • U kunt geen foto's vastleggen wanneer u de video-opname onderbreekt. • De kwaliteit van foto's die worden vastgelegd terwijl u een video opneemt, kan lager zijn dan die van foto's die normaal worden vastgelegd. Uitgebreide functies 61 De Filmmodus gebruiken 1 Video's met hoge snelheid opnemen U kunt video's met hoge snelheid opnemen door framesnelheden in te stellen. Video's met hoge snelheid worden in slow motion afgespeeld bij 30 FPS, ongeacht de framesnelheid van de video. Draai de modusdraaiknop naar v. • U kunt een video met hoge snelheid alleen in de modus vopnemen. 2 • Geheugenkaarten met langzame schrijfsnelheden bieden geen Draai de draaiknop voor transportmodus. Symbool ondersteuning voor video's met hoge snelheid. • U kunt Smart filter-effecten of de modus Intelligente scènedetectie niet instellen wanneer u video's met hoge snelheid opneemt. • Video's met hoge snelheid bieden geen ondersteuning voor spraakopnamen. • De beeldkwaliteit van snelle video's kan lager zijn dan bij video's met normale snelheid. Beschrijving 192 X 144 (480fps): 480 frames per seconde opnemen (gedurende maximaal 10 seconden). 384 X 288 (240fps): 240 frames per seconde opnemen (gedurende maximaal 10 seconden). 640 X 480 (120fps): 120 frames per seconde opnemen (gedurende maximaal 10 seconden). 3 4 Druk op (Video-opname) om de opname te starten. Druk nogmaals op te stoppen. Uitgebreide functies 62 (Video-opname) om de opname De Filmmodus gebruiken De Intelligente scènedetectiemodus gebruiken Symbool Landschappen In de Intelligente scènedetectiemodus selecteert uw camera automatisch de juiste camera-instellingen op basis van de scène die is gedetecteerd. 1 2 3 4 Draai de modusdraaiknop naar v. 5 Plaats het onderwerp in het kader. Beschrijving Zonsondergangen Heldere luchten Bossen Druk op [m]. Selecteer V “ Intelligente scènedetectie “ Aan. Druk op [m] om terug te gaan naar de opnamemodus. 6 7 Druk op (Video-opname) om de opname te starten. Druk nogmaals op te stoppen. (Video-opname) om de opname • Als de camera geen geschikte scènemodus detecteert, worden • De camera selecteert automatisch een scène. Het pictogram voor de desbetreffende scène wordt linksboven in het scherm weergegeven. Uitgebreide functies 63 de standaardinstellingen voor de Intelligente scènedetectiemodus gebruikt. • Afhankelijk van de opnameomstandigheden, zoals het trillen van de camera, de lichtval en de afstand tot het onderwerp, kan het voorkomen dat de camera de juiste scène niet selecteert. • Smart filter-effecten zijn niet beschikbaar in de Intelligente scènedetectiemodus. Opnameopties Hier vindt u informatie over het instellen van de opties in de opnamemodus. De resolutie en beeldkwaliteit selecteren …………………………………… 65 De resolutie selecteren …………………… 65 De fotokwaliteit instellen ………………… 66 De timer gebruiken ………………………… 67 Opnamen in het donker maken ………… Rode ogen voorkomen …………………… De flitser gebruiken ……………………… De flitser gebruiken ……………………… De ISO-waarde aanpassen ……………… De scherpstelling aanpassen …………… Macro gebruiken ………………………… Autofocus gebruiken ……………………… Scherpstellen op een geselecteerd gebied …………………………………… Meebewegende autofocus gebruiken …… Het scherpstelgebied aanpassen ………… Knipperende ogen detecteren …………… Slimme gezichtsherkenning gebruiken …… Gezichten als favoriet registreren (Mijn ster) ………………………………… Tips voor gezichtsdetectie ……………… 79 79 80 81 68 68 68 69 71 Helderheid en kleur aanpassen …………… 82 72 72 72 Serieopnamen ……………………………… 87 De belichting handmatig aanpassen (EV) … De belichtingswaarde vergrendelen ……… De lichtmeetmethode wijzigen …………… Een lichtbron selecteren (Witbalans) ……… 82 83 84 84 Foto's maken in de modus voor snelle serieopnamen …………………………… 87 Foto's maken in de modus voor vooraf vastleggen ………………………………… 88 Foto's met de bracketfunctie maken …… 88 74 75 76 Smart filter-effecten toepassen …………… 90 Gezichtsdetectie gebruiken ……………… 77 Het ND-filtereffect aanpassen …………… 92 Gezichten detecteren …………………… 77 Een zelfportret maken …………………… 77 Een foto van een lachend gezicht maken … 78 Foto's aanpassen ………………………… 93 Het geluid van de zoom verminderen …… 94 De resolutie en beeldkwaliteit selecteren Hier vindt u informatie over hoe u instellingen voor de resolutie en beeldkwaliteit kunt aanpassen. De resolutie selecteren Symbool Als u de resolutie verhoogt, zullen de foto's en video's meer pixels bevatten en daardoor groter kunnen worden afgedrukt en weergegeven. Bij een hoge resolutie neemt ook de bestandsgrootte toe. De fotoresolutie instellen 1 2 3 Beschrijving 1920 X 1080: afdrukken op A5-papier in panoramaverhouding (16:9) of weergeven op een HDTV. 1024 X 768: toevoegen aan een e-mailbericht. TpAhMg Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer a “ Fotoformaat. Selecteer een optie. Symbool Beschrijving 4000 X 3000: afdrukken op A1-papier. 4000 X 2672: afdrukken op A2-papier in de verhouding 3:2 (breed). De videoresolutie instellen 1 2 3 TpAhMgv Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer V “ Filmformaat. Selecteer een optie. Symbool 4000 X 2248: afdrukken op A2-papier in panoramaverhouding (16:9) of weergeven op een HDTV. Beschrijving 1920X1080: HD-bestanden van hoge kwaliteit om af te spelen op een HDTV. 3264 X 2448: afdrukken op A2-papier. 1280X720: HD-bestanden om af te spelen op een HDTV. 2832 X 2832: afdrukken op A3-papier in de verhouding 1:1. 640X480: SD-bestanden om af te spelen op een analoge TV. 2592 X 1944: afdrukken op A4-papier. Om te delen: op een website plaatsen via het draadloos netwerk (maximaal 30 seconden). 1984 X 1488: afdrukken op A5-papier. Opnameopties 65 De resolutie en beeldkwaliteit selecteren De fotokwaliteit instellen Wat zijn RAW-bestanden? pAhMg Foto's die worden gemaakt met een camera worden vaak geconverteerd naar de JPEG-indeling en opgeslagen in het geheugen volgens de instellingen van de camera op het moment van de opname. RAW-bestanden worden niet omgezet naar de JPEG-indeling en worden opgeslagen in het geheugen zonder wijzigingen. RAW-bestanden es have the file extension 'SRW' (Bijvoorbeeld: 'SAM_0001.SRW'). Als u belichtingen, de witbalans, tinten, contrast en kleuren van RAW-bestanden wilt aanpassen en kalibreren, kunt u het programma Samsung RAW Converter gebruiken dat is meegeleverd op de cd-rom met software. (Zie pagina 121.) De instelling voor de fotokwaliteit instellen Een hogere beeldkwaliteit resulteert in grotere bestanden. De camera comprimeert de foto's die u maakt en slaat deze op in JPEGindeling. 1 2 3 Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer a “ Kwalit.. Selecteer een optie. Symbool Beschrijving Superhoog: foto's maken met superhoge kwaliteit. Hoog: foto's maken met hoge kwaliteit. Normaal: foto's maken met normale kwaliteit. RAW: foto's maken en opslaan zonder wijzigingen. RAW + S.Fijn: foto's maken in zeer hoge kwaliteit met de RAW-indeling. RAW + Fijn: foto's maken in hoge kwaliteit met de RAW-indeling. RAW + Normaal: foto's maken in normale kwaliteit met de RAW-indeling. Als u de modus Continu, Vooraf vastleggen of Belichtingstrap instelt, kunt u geen foto's maken in RAW-indeling en wordt de optie RAW ingesteld op Superhoog. Opnameopties 66 De timer gebruiken TpAhMgv Hier vindt u informatie over hoe u de timer instelt om de opname met een vertraging te maken. 1 2 Draai de draaiknop voor transportmodus naar ▲ Een foto maken na ▲ Een foto maken na een vertraging van 2 seconden. een vertraging van 10 seconden. of . Druk op de [Ontspanknop] om de timer te starten. • Het AF-hulplampje/timerlampje gaat knipperen. De camera maakt na de ingestelde tijdsduur automatisch een foto. • Druk op de [Ontspanknop] om de timer te annuleren. • Afhankelijk van de geselecteerde opties voor gezichtsdetectie, is de timerfunctie mogelijk niet beschikbaar. Opnameopties 67 Opnamen in het donker maken Hier vindt u informatie over hoe u 's nachts of bij weinig licht foto's kunt maken. Rode ogen voorkomen De flitser gebruiken pg Als de flitser afgaat wanneer u in het donker een foto van een persoon maakt, kan er een rode gloed in de ogen verschijnen. U kunt dit voorkomen door Rode ogen of Anti-rode ogen te selecteren. Zie 'De flitser gebruiken' voor de flitseropties. S Vóór correctie S Na correctie Verschuif de ontgrendeling van flitser om de flitser uit te klappen als u deze nodig hebt. Als de flitser is gesloten, gaat deze niet af, ongeacht de geselecteerde optie. Als de flitser is uitgeklapt, gaat de flitser af op basis van de geselecteerde optie. • Als u de flitser niet gebruikt, moet u deze sluiten om schade aan de flitser te voorkomen. • Als u de flitser met kracht opent, kunt u de camera beschadigen. Druk de flitser voorzichtig naar beneden om deze te sluiten. Opnameopties 68 Opnamen in het donker maken De flitser gebruiken TpAhMg Symbool Beschrijving Gebruik de flitser wanneer u foto's in het donker maakt of wanneer u meer licht in de foto's wilt hebben. 1 Verschuif de ontgrendeling van flitser om de flitser uit te klappen als u deze nodig hebt. 2 Druk in de opnamemodus op [F]. Auto: de flitser wordt automatisch gebruikt wanneer het onderwerp of de achtergrond donker is. Rode ogen: • De flitser gaat twee keer af als het onderwerp of de achtergrond te donker is om het rode-ogeneffect te verminderen. • Er zit een korte tijd tussen de twee flitsen. Beweeg de camera niet totdat de tweede flits is uitgevoerd. Invulflits: • Er wordt altijd geflitst. • De camera past automatisch de intensiteit van het licht aan. Langz sync: • Er wordt geflitst en de sluiter blijft langer open. • Deze optie wordt aanbevolen wanneer u het omgevingslicht wilt gebruiken om meer details in de achtergrond zichtbaar te maken. • Gebruik een statief om te voorkomen dat de foto's onscherp worden. • De camera geeft een waarschuwing weer dat de wanneer u foto's maakt bij camera beweegt weinig licht. Anti-rode ogen: • De flitser wordt geactiveerd wanneer het onderwerp of de achtergrond donker is en de camera corrigeert de rode ogen met de geavanceerde software-analyse. • Er zit een korte tijd tussen de twee flitsen. Beweeg de camera niet totdat de tweede flits is uitgevoerd. Flitser : Auto Terug 3 Aanpassen Selecteer een optie. Symbool Beschrijving Uit: • Er wordt niet geflitst. • De camera geeft een waarschuwing weer dat de wanneer u foto's maakt bij camera beweegt weinig licht. Auto: in de modus Smart Mode selecteert de camera een geschikte flitseroptie voor de gedetecteerde scène. Afhankelijk van de opnameomstandigheden kunnen de beschikbare opties verschillen. Opnameopties 69 Opnamen in het donker maken • Er zijn geen flitseropties beschikbaar als u Zelfportret of Knipperen • • • • 4 selecteert. Zorg ervoor dat uw onderwerp zich binnen de aanbevolen afstand van de flitser bevindt. (pag. 174) Als licht van de flitser wordt gereflecteerd of als er veel stof in de lucht is, kunnen er kleine vlekjes op de foto komen. U kunt deze functie niet gebruiken als de modusdraaiknop is ingesteld op Continu, Vooraf vastleggen of Belichtingstrap. In sommige modi kunt u ook de flitseroptie instellen door op [m] te drukken en vervolgens a “ Flitser te selecteren. Draai de navigatieknop of druk op [F/t] om de intensiteit aan te passen. Flitser : Auto -2 Terug De flitserintensiteit aanpassen 5 Druk op [o] om uw instellingen op te slaan. Pas de flitserintensiteit aan om overbelichte of niet voldoende belichte foto's te voorkomen. 1 2 3 +2 Instellen • Het aanpassen van de flitsintensiteit helpt mogelijk niet in de volgende gevallen: - Het onderwerp bevindt zich te dicht bij de camera. - Er is een hoge ISO-waarde ingesteld. - De belichtingswaarde is te groot of te klein. • In bepaalde opnamemodi kan deze functie niet worden gebruikt. Druk in de opnamemodus op [F]. Scroll naar een optie. Druk op [D]. Opnameopties 70 Opnamen in het donker maken De ISO-waarde aanpassen De ISO-waarde aanpassen pAhM De ISO-waarde is een eenheid voor de mate waarin film gevoelig is voor licht, zoals gedefinieerd door de International Organization for Standardization (ISO). Hoe hoger de ISO-waarde, des te gevoeliger wordt de camera voor licht. Gebruik een hogere ISOwaarde om betere foto's te maken en bewegingsonscherpte te voorkomen wanneer u de flitser niet gebruikt. 1 2 3 U kunt de ISO-waarde verhogen tot ISO 12800. 1 2 Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer a “ ISO vergroten “ Aan. Bij ISO 12800 wordt de resolutie automatisch ingesteld op Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer a “ ISO. Selecteer een optie. • Selecteer om een geschikte ISO-waarde te gebruiken op basis van de helderheid van het onderwerp en de lichtval. Hogere ISO-waarden kunnen zorgen voor meer ruis in beelden. Opnameopties 71 . De scherpstelling aanpassen Hier vindt u informatie over het aanpassen van de scherpstelling van de camera om deze aan te passen aan het onderwerp en de opnameomstandigheden. Macro gebruiken Autofocus gebruiken pAhMgv Gebruik macro om foto's van dichtbij te maken, bijvoorbeeld van bloemen of insecten. pAhMg Selecteer de scherpsteloptie die bij de afstand tot het onderwerp past om scherpe foto's te maken. 1 Druk in de opnamemodus op [c]. Focus: Autofocus (normaal) Terug • Probeer de camera stevig vast te houden, om te voorkomen dat de foto's onscherp worden. • Schakel de flitser uit als de afstand tot het onderwerp minder dan 50 cm bedraagt. Opnameopties 72 Instellen De scherpstelling aanpassen 2 De scherpstelafstand handmatig aanpassen Selecteer een optie. Symbool Beschrijving Autofocus (normaal): scherpstellen op een onderwerp dat zich op een afstand van meer dan 40 cm van de lens bevindt. Of op een afstand van 100 cm of meer, wanneer u gebruikmaakt van de zoom. Handm. scherpstellen: scherpstellen op een onderwerp door de scherpstelafstand handmatig aan te passen. (pag. 73) 1 2 3 4 Druk in de opnamemodus op [c]. Scroll naar Handm. scherpstellen. Druk op [D]. Draai de navigatieknop of druk op [F/t] om de scherpstelafstand aan te passen. Focus: Handm. scherpstellen Macro: handmatig scherpstellen op een onderwerp dat 1-40 cm van de camera is verwijderd. 40-100 cm wanneer u de zoom gebruikt. Auto macro: • Scherpstellen op een onderwerp dat zich op een afstand van 1 cm of meer bevindt. Of op een afstand van 40 cm of meer, wanneer u gebruikmaakt van de zoom. • De optie wordt in sommige modi automatisch ingesteld. U kunt de optie niet handmatig instellen. pAhMg Terug 5 Instellen Druk op [o] om uw instellingen op te slaan. Afhankelijk van de opnameomstandigheden kunnen de beschikbare opties verschillen. • Als u de scherpstelafstand handmatig aanpast en het onderwerp zich buiten het scherpstelgebied bevindt, kan de foto onscherp worden. • Als u deze functie gebruikt, is het niet mogelijk om de opties voor Scherpstelgebied, Gezichtsdetectie en Smart Zoom in te stellen. Opnameopties 73 De scherpstelling aanpassen Scherpstellen op een geselecteerd gebied pAhMg U kunt scherpstellen op een gebied dat u hebt geselecteerd. 5 6 Druk op [o]. Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken. • Druk op [o] om het scherpstelgebied te wijzigen. 1 2 3 Druk in de opnamemodus op [m]. • Als u deze functie gebruikt, is het niet mogelijk om de opties voor Selecteer a “ Scherpstelgebied “ Keuze AF. • U kunt deze functie alleen gebruiken wanneer de modusdraaiknop is 4 Druk op [o] en draai de navigatieknop of druk op [D/c/F/t] om het kader naar het gewenste gebied te verplaatsen. Gezichtsdetectie, Smart zoom en Smart filter in te stellen. ingesteld op 1 opname. Druk op [m] om terug te gaan naar de opnamemodus. Instellen Opnameopties 74 De scherpstelling aanpassen 5 Meebewegende autofocus gebruiken Druk op de [Ontspanknop] om een foto te maken. pAhMg • Als u geen scherpstelgebied selecteert, wordt het scherpstelkader Met Tracking AF kunt u het onderwerp volgen en automatisch scherp in beeld houden, ook wanneer u beweegt. weergegeven in het midden van het scherm. • Het volgen van een onderwerp kan in de volgende gevallen mislukken: - 1 2 3 Druk in de opnamemodus op [m]. 4 Stel scherp op het onderwerp dat u wilt volgen en druk op [o]. Selecteer a “ Scherpstelgebied “ Tracking AF. Druk op [m] om terug te gaan naar de opnamemodus. • Er verschijnt een scherpstelkader rond het onderwerp dat het onderwerp volgt als u de camera beweegt. • • • • • Tracking AF • Een wit kader betekent dat de camera het onderwerp volgt. • Een groen kader wanneer u de [Ontspanknop] half indrukt, betekent dat het onderwerp scherp in beeld is. Opnameopties 75 Het onderwerp is te klein. Het onderwerp beweegt te veel. Er is sprake van tegenlicht of u maakt foto's op een donkere plaats. Kleuren of patronen van het onderwerp komen overeen met de achtergrond. - Het onderwerp heeft horizontale patronen, zoals bij jaloezieën het geval is. - De camera trilt erg. Wanneer een onderwerp niet kan worden gevolgd, wordt het scherpstelkader weergegeven als een kader met één witte lijn ( ). Als de camera het onderwerp niet volgt, moet u het te volgen onderwerp opnieuw selecteren. Als de camera niet kan scherpstellen, wordt het scherpstelkader weergegeven als een kader met één rode lijn ( ). Als u deze functie gebruikt, is het niet mogelijk om de opties voor Gezichtsdetectie, Smart zoom en Smart filter in te stellen. U kunt deze functie alleen gebruiken wanneer de modusdraaiknop is ingesteld op 1 opname. De scherpstelling aanpassen Het scherpstelgebied aanpassen pAhMg U kunt betere foto's krijgen door een scherpstelgebied te kiezen op basis van de locatie van het onderwerp in de scène. 1 2 3 Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer a “ Scherpstelgebied. Selecteer een optie. Symbool Beschrijving Centrum AF: scherpstellen op het midden van het kader (voor onderwerpen die zich in het midden of in de buurt van het midden bevinden). Multi AF: scherpstellen op een of meer van 9 mogelijke gebieden. Keuze AF: scherpstellen op het gebied dat u selecteert. (pag. 74) Tracking AF: scherpstellen op en meebewegen met het onderwerp. (pag. 75) Afhankelijk van de opnamemodus kunnen de beschikbare opnameopties verschillen. Opnameopties 76 Gezichtsdetectie gebruiken pAhMg Bij gebruik van de opties voor gezichtsdetectie worden de gezichten van mensen automatisch door de camera gedetecteerd. Wanneer u op een menselijk gezicht scherpstelt, past de camera de belichting automatisch aan. Gebruik Knipperen om gesloten ogen te detecteren of Smile shot om een lachend gezicht op te nemen. Ook kunt u Slimme gez.herkenning gebruiken om gezichten te registreren en ze bij het scherpstellen prioriteit te geven. Gezichten detecteren Een zelfportret maken De camera kan automatisch maximaal 10 gezichten in één scène detecteren. Maak foto's van uzelf. De camera stelt de scherpstelafstand in op close-up en geeft een pieptoon weer wanneer dit gereed is. 1 2 3 1 2 3 Druk in de opnamemodus op [m]. 4 Stel de opname samen met de lens naar u toe gericht. Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer a “ Gezichtsdetectie “ Normaal. Druk op [m] om terug te gaan naar de opnamemodus. Selecteer a “ Gezichtsdetectie “ Zelfportret. Druk op [m] om terug te gaan naar de opnamemodus. Het gezicht dat zich het dichtst bij de camera of het dichtst bij het midden van de scène bevindt, wordt weergegeven in een wit scherpstelkader en de overige gezichten worden weergegeven in grijze scherpstelkaders. Hoe dichter u bij de onderwerpen bent, des te sneller de camera gezichten detecteert. Opnameopties 77 Gezichtsdetectie gebruiken 5 Wanneer u een korte piep hoort, drukt u op de [Ontspanknop]. Een foto van een lachend gezicht maken De camera neemt automatisch een foto wanneer er een lachend gezicht wordt gedetecteerd. 1 2 3 Druk in de opnamemodus op [m]. 4 Stel de opname samen. Selecteer a “ Gezichtsdetectie “ Smile shot. Druk op [m] om terug te gaan naar de opnamemodus. • De camera neemt automatisch een foto wanneer er een lachend gezicht wordt gedetecteerd. Als u Volume uitschakelt in de geluidsinstellingen, geeft de camera geen pieptoon weer. (pag. 150) De camera herkent de lach eerder wanneer het onderwerp breeduit lacht. Opnameopties 78 Gezichtsdetectie gebruiken Knipperende ogen detecteren Slimme gezichtsherkenning gebruiken Als de camera gesloten ogen detecteert, worden er automatisch 2 foto's na elkaar gemaakt. De camera registreert automatisch gezichten die u vaak fotografeert. De functie Slimme gezichtsherkenning stelt automatisch eerst scherp op die gezichten en op favoriete gezichten. 1 2 3 Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer a “ Gezichtsdetectie “ Knipperen. Druk op [m] om terug te gaan naar de opnamemodus. 1 2 Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer a “ Gezichtsdetectie “ Slimme gez. herkenning. • : gezichten die u hebt geregistreerd als favorieten. (Zie pagina 80 voor informatie over het registreren van gezichten als favorieten.) • : gezichten die automatisch door de camera zijn geregistreerd. • De camera herkent en registreert gezichten mogelijk niet goed in extreme lichtomstandigheden, bij grote veranderingen in de houding of gezichtsuitdrukking van het onderwerp of als het onderwerp al dan niet een bril draagt. • De camera kan maximaal 12 gezichten automatisch registreren. Als de camera een nieuw gezicht herkent terwijl er al 12 gezichten zijn geregistreerd, zal de camera automatisch het gezicht met de laagste prioriteit door het nieuwe vervangen. Opnameopties 79 Gezichtsdetectie gebruiken Gezichten als favoriet registreren (Mijn ster) 4 1 2 3 Druk op [o] om het gezicht te registreren. • Zodra u klaar bent met het registreren van de foto's, wordt U kunt uw favoriete gezichten registreren om deze gezichten bij de scherpstelling en belichting prioriteit te geven. een lijst met gezichten weergegeven. • Uw favoriete gezichten worden in de gezichtenlijst met een Druk in de opnamemodus op [m]. gemarkeerd. Selecteer a “ Smart FR wijzigen “ Mijn ster. • U kunt maximaal 8 favoriete gezichten registreren. • De flitser wordt niet geactiveerd wanneer u een favoriet gezicht Lijn het gezicht van het onderwerp uit met de ovalen richtlijn en druk op de [Ontspanknop] om het gezicht te registreren. registreert. • Als u een gezicht twee keer registreert, kunt u een van deze gezichten uit de lijst verwijderen. • Het gezicht dat u zojuist hebt geregistreerd, wordt boven aan de lijst weergegeven. De rangorde van uw favoriete gezichten wijzigen Terug Instellen • Maak bij het registreren van gezichten een foto per persoon tegelijk. • Maak 5 foto's van het gezicht van het onderwerp voor de beste resultaten: van de voorkant, van links, van rechts, van boven en van onderen. • Wanneer u foto's maakt van links, van rechts, van boven en van onderen, moet u het onderwerp vertellen zijn of haar gezicht niet meer dan 30 graden te draaien. • U kunt een gezicht registreren, zelfs als u maar één foto van het gezicht van het onderwerp maakt. 1 2 3 4 5 Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer a “ Smart FR wijzigen “ Gezichtenlijst. Druk op [f] en selecteer Rangorde wijzigen. Selecteer een gezicht en druk op [o]. Draai de navigatieknop of druk op [F/t] om de rangorde te wijzigen en druk op [f]. Opnameopties 80 Zie 'Uw favoriete gezichten classificeren' op pagina 97 als u de rangorde van uw favoriete gezichten wilt wijzigen in de modus afspeelmodus. Gezichtsdetectie gebruiken Een favoriet gezicht verwijderen 1 2 3 4 5 6 Tips voor gezichtsdetectie • Wanneer de camera een gezicht detecteert, wordt het Druk in de opnamemodus op [m]. gedetecteerde gezicht automatisch gevolgd. Selecteer a “ Smart FR wijzigen “ Gezichtenlijst. • Gezichtsdetectie is mogelijk in de volgende gevallen niet effectief: - De afstand tussen de camera en het onderwerp is te groot (het Druk op [f] en selecteer Mijn ster annuleren. Selecteer een gezicht en druk op [o]. Druk op [l]. Wanneer het pop-upvenster verschijnt, selecteert u Ja. Zie 'Favoriete gezichten verwijderen' op pagina 98 als u een favoriet gezicht wilt verwijderen in de modus Afspelen. • • • • • • scherpstelkader wordt oranje weergegeven voor Smile shot en Knipperen). - Het is te licht of te donker. - Het onderwerp kijkt niet in de richting van de camera. - Het onderwerp draagt een zonnebril of een masker. - De gezichtsuitdrukking van het onderwerp verandert drastisch. - Het onderwerp heeft tegenlicht of de lichtomstandigheden zijn veranderlijk. Gezichtsdetectie is niet beschikbaar als u Smart filter-effecten, beeldaanpassing, Smart Zoom, Keuze Af, Tracking AF of handmatig scherpstellen instelt. Als opties voor gezichtsdetectie instelt, wordt het AF-gebied automatisch ingesteld op Multi AF. U kunt deze functie niet gebruiken als de modusdraaiknop is ingesteld op Continu, Vooraf vastleggen of Belichtingstrap. Als u foto's van gedetecteerde gezichten maakt, worden ze in de gezichtenlijst geregistreerd. In de afspeelmodus kunt u geregistreerde gezichten op volgorde van prioriteit weergeven. (pag. 97) Ook als gezichten zijn geregistreerd, worden ze mogelijk niet geclassificeerd in de modus Afspelen. Een gezicht dat in de opnamemodus wordt gedetecteerd, komt mogelijk niet in de gezichtenlijst of in Smart Album voor. Opnameopties 81 Helderheid en kleur aanpassen Hier vindt u informatie over hoe u instellingen voor de helderheid en kleur kunt aanpassen om een betere beeldkwaliteit te bereiken. 3 De belichting handmatig aanpassen (EV) Selecteer een waarde om de belichting aan te passen. • De foto wordt lichter naarmate de belichting wordt verhoogd. pAhv Afhankelijk van de intensiteit van het omgevingslicht kunnen foto's te licht of te donker uitvallen. U kunt dan de belichting aanpassen om een beter resultaat te krijgen. EV : 1 Terug S Donkerder (-) 1 2 S Neutraal (0) S Helderder (+) 4 Instellen Druk op [o] om uw instellingen op te slaan. • Nadat u de belichting hebt aangepast, wordt deze instelling Druk in de opnamemodus op [m]. automatisch opgeslagen. Mogelijk moet dit later weer worden aangepast om onder- of overbelichting te voorkomen. • Als u niet kunt beslissen wat de juiste belichting is, selecteert u de optie AE BKT (Auto Exposure Bracket) option (pag. 89) en maakt u foto's met de belichtingstrapfunctie. De camera neemt 3 foto's achter elkaar, elk met een andere belichting: normaal, onderbelicht en overbelicht. (pag. 88) Selecteer a of V “ EV. Opnameopties 82 Helderheid en kleur aanpassen De belichting aanpassen met het wieltje aan de voorzijde De belichtingswaarde vergrendelen 1 Druk in de opnamemodus op het wieltje aan de voorzijde. 2 Draai het wieltje aan de voorzijde om de belichting aan te passen. 1 2 Pas de belichting handmatig aan. (pag. 82) Druk op [L]. • Het pictogram AEL gaat branden. 3 pAhV De aangepaste belichtingswaarde wordt vergrendeld wanneer [L] wordt ingedrukt en blijft vergrendeld tot er opnieuw op [L] wordt gedrukt. Druk nogmaals op het wieltje aan de voorzijde of op [o] om uw instellingen op te slaan. Opnameopties 83 Helderheid en kleur aanpassen De lichtmeetmethode wijzigen pAhMvg De lichtmeetmethode is de manier waarop de camera de hoeveelheid licht meet. De helderheid en belichting van de foto's varieert met de gekozen lichtmeetmethode. 1 2 3 Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer a of V “ L.meting. Een lichtbron selecteren (Witbalans) pAhMv De kleuren in een foto zijn afhankelijk van het soort lichtbron en de kwaliteit daarvan. Als u wilt dat uw foto's realistische kleuren hebben, selecteert u een witbalansinstelling die geschikt is voor de lichtomstandigheden, zoals Auto witbalans, Daglicht, Bewolkt of Kunstlicht. Selecteer een optie. Symbool Beschrijving Multi: • De camera verdeelt het frame onder in diverse gebieden en meet de lichtintensiteit in elk gebied. • Geschikt voor algemene foto's. Spot: • De camera meet alleen de lichtintensiteit in het uiterste midden van het kader. • Als een onderwerp zich niet midden in het beeld bevindt, kan de foto verkeerd belicht worden. • Geschikt voor een onderwerp met tegenlicht. Centr. gewogen: • De camera bepaalt een gemiddelde voor de lichtmeting van het gehele beeld, maar met nadruk op het midden. • Geschikt voor foto's waarbij het onderwerp zich in het midden van het beeld bevindt. Auto witbalans Bewolkt Opnameopties 84 Daglicht Kunstlicht Helderheid en kleur aanpassen 1 2 3 Voorgedefinieerde witbalansopties aanpassen Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer a of V “ Witbalans. U kunt de voorgedefinieerde witbalansopties aanpassen behalve Auto witbalans en Aangep. instelling. Selecteer een optie. 1 2 3 4 5 Symbool Beschrijving Auto witbalans: automatisch de witbalans instellen op basis van de lichtomstandigheden. Daglicht: voor foto's buitenshuis op een zonnige dag. Bewolkt: voor foto's buitenshuis op een bewolkte dag of in de schaduw. TL-licht H: voor foto's bij daglichtlampen of driewegfluorescentielampen. Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer a of V “ Witbalans. Scroll naar een gewenste optie. Druk op [D]. Draai de navigatieknop of druk op [D/c/F/t] om de waarde van de coördinaten aan te passen. Witbalans : Daglicht TL-licht L: voor foto's bij wit TL-licht. Kunstlicht: voor foto's binnenshuis bij gloeilamp- of halogeenlampverlichting. Aangep. instelling: instellingen voor de witbalans gebruiken die u hebt ingesteld. (pag. 86) Kleurtemp.: de kleurtemperatuur van de lichtbron instellen. (pag. 86) Terug 6 Instellen • • • • G: groen A: oranje M: magenta B: blauw Druk op [o] om uw instellingen op te slaan. Opnameopties 85 Helderheid en kleur aanpassen Uw eigen witbalansinstelling instellen U kunt de witbalans aanpassen door een foto te maken van een wit oppervlak, zoals een stuk papier, onder de lichtomstandigheden waarin u een foto wilt maken. De functie voor witbalans helpt u om de kleuren in uw foto te laten overeenkomen met de werkelijke scène. 1 2 3 4 Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer a of V “ Witbalans. Kleurtemperatuur aanpassen 1 2 3 4 5 Scroll naar Aangep. instelling. Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer a of V “ Witbalans. Scroll naar Kleurtemp.. Druk op [D]. Draai de navigatieknop of druk op [F/t] om de kleur kleurtemperatuur te wijzigen. • U kunt een warmere foto maken met een hogere instelling Richt de lens op een wit stuk papier en druk op de [Ontspanknop]. voor kleurtemperatuur en een koelere foto met een lagere instelling voor kleurtemperatuur. Witbalans: Kleurtemp. Terug 6 Instellen Druk op [o] om uw instellingen op te slaan. Opnameopties 86 Serieopnamen pAhM Het kan lastig zijn foto's te maken van snel bewegende onderwerpen, of natuurlijke gezichtsuitdrukkingen en gebaren van uw onderwerpen in foto's vast te leggen. Het kan ook moeilijk zijn om de belichting correct aan te passen en een juiste belichtingsbron te selecteren. Selecteer in deze gevallen een van de modi voor serieopnamen. Symbool Beschrijving Serieopname (5 fps): achter elkaar 5 foto's per seconde maken. (U kunt maximaal 10 foto's in een serie maken.) Serieopname (10 fps): achter elkaar 10 foto's per seconde maken. (U kunt maximaal 10 foto's in een serie maken.) Foto's maken in de modus voor snelle serieopnamen 2 Plaats het onderwerp in het kader en druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. 1 3 Houd de [Ontspanknop] ingedrukt. Draai de draaiknop voor transportmodus naar. • Terwijl u de [Ontspanknop] ingedrukt houdt, blijft de camera achter elkaar foto's maken. • U kunt de flitser, Smart zoom, opties voor Gezichtsdetectie en Symbool Beschrijving 1 opname: één foto maken. 1 opname is niet een optie voor snelle opnamen. Serieopname (3 fps): achter elkaar 3 foto's per seconde maken. (U kunt maximaal 10 foto's in een serie maken.) Opnameopties 87 opties voor Smart filter niet gebruiken wanneer de draaiknop voor de transportmodus is ingesteld op Continu, Vooraf vastleggen of Belichtingstrap. • Het kan langer duren om de foto's op te slaan afhankelijk van de capaciteit en prestaties van de geheugenkaart. • De camera geeft altijd de gemaakte foto's weer voordat deze weer teruggaat naar de opnamemodus. Serieopnamen Foto's maken in de modus voor vooraf vastleggen Foto's met de bracketfunctie maken In de modus voor vooraf vastleggen begint de camera al met het maken van opnamen voordat u de ontspanknop helemaal hebt ingedrukt. Als u de eerste belangrijke opnamen niet wilt missen, moet u deze modus gebruiken en de beste foto selecteren na het maken van de foto's. 1 2 Draai de draaiknop voor transportmodus naar U kunt de automatische bracketfunctie gebruiken om meerdere foto's te maken van hetzelfde onderwerp met verschillende instelwaarden voor bijvoorbeeld belichting of witbalans. 1 2 Draai de draaiknop voor transportmodus naar 3 Druk op de [Ontspanknop]. . Plaats het onderwerp in het kader en druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. Plaats het onderwerp in het kader en druk de [Ontspanknop] half in om scherp te stellen. • De camera maakt 3 foto's achter elkaar. • De camera maakt 9 foto's achter elkaar. Als u de [Ontspanknop] te snel loslaat, maakt de camera minder dan 9 foto's. 3 . Druk op de [Ontspanknop]. • De camera maakt de laatste foto en slaat automatisch alle 10 foto's op terwijl u de [Ontspanknop] half indrukt. • Als u de [Ontspanknop] niet volledig indrukt, worden de foto's die zijn gemaakt terwijl u de [Ontspanknop] half indrukt, niet opgeslagen. Opnameopties 88 Het maken van de foto kan langer duren. Gebruik een statief voor optimale resultaten. Serieopnamen Een optie voor belichtingstrap selecteren 1 2 3 Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer a “ Belichtingstrap. Selecteer een bracketoptie. Symbool Beschrijving WB BKT: 3 foto's maken met een verschillende witbalans. AE BKT: 3 foto's maken met geselecteerde belichtingen. 4 Pas de kleur aan voor de geselecteerde lichtbron (witbalans) of selecteer een belichtingswaarde. 5 Druk op [o] om de instellingen op te slaan. Opnameopties 89 Smart filter-effecten toepassen pAhMvg Pas verschillende filtereffecten toe op uw foto's en video's om unieke afbeeldingen te maken. Beschikbare filters in de modi Programma, Diafragmaprioriteit, Sluiterprioriteit en Handmatig Miniatuur Visoog 1 2 3 Vignetten Optie Beschrijving Normaal Geen effect Miniatuur Een effect toepassen om het onderwerp in miniatuur weer te geven. Vignetten Retro-kleuren, een hoog contrast en sterke vignettering van Lomo-camera's toepassen. Aquarel Het effect van een waterverfschilderij toepassen. Olieverf Het effect van een olieverfschilderij toepassen. Cartoon Het effect van een striptekening toepassen. Kruisfilter Lijnen toevoegen die naar buiten lopen van heldere objecten om het visuele effect van een kruisfilter te imiteren. Schets Een schetseffect van een pen toepassen. Softfocus Onzuiverheden op het gezicht verhullen of droomachtige effecten toevoegen. Visoog Objecten die in de buurt zijn, vervormen om de visuele effecten van een vissenooglens te imiteren Oude film Het effect van een oude film toepassen. Halftoonstip Een halftooneffect toepassen. Klassiek Een zwart-witeffect toepassen. Schets Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer a of V “ Smart filter. Selecteer een effect. Opnameopties 90 Smart filter-effecten toepassen Optie Beschrijving Optie Beschrijving Retro Een sepiatinteffect toepassen. Klassiek Een zwart-witeffect toepassen. Zoomopname De randen van een foto vervagen om de onderwerpen in het midden te benadrukken. Retro Een sepiatinteffect toepassen. • Afhankelijk van de optie die u selecteert, kan de resolutie automatisch worden gewijzigd in Beschikbare filters in de Filmmodus of lager. • Als u Miniatuur selecteert, wordt de opnametijd voor miniaturen ook weergegeven. Deze is korter dan de daadwerkelijke opnametijd. Optie Beschrijving Normaal Geen effect Paleteffect 1 Een heldere look maken met een scherp contrast en sterke kleur. Paleteffect 2 Scènes helder en duidelijk maken. Paleteffect 3 Een zachte bruine tint toepassen. Paleteffect 4 Een koud en eenkleurig effect toepassen. Miniatuur Een effect toepassen om het onderwerp in miniatuur weer te geven. Vignetten Retro-kleuren, een hoog contrast en sterke vignettering van Lomo-camera's toepassen. Halftoonstip Een halftooneffect toepassen. Schets Een schetseffect van een pen toepassen. Visoog Objecten die in de buurt zijn, vervormen om de visuele effecten van een vissenooglens te imiteren. • Als u Miniatuur selecteert, kunt u het videogeluid niet opnemen en geen foto's maken van een video. Opnameopties 91 • Afhankelijk van de optie die u selecteert, kan de opnamesnelheid worden gewijzigd in . De opnameresolutie kan automatisch worden gewijzigd in of lager. • Als u Smart filter-effecten instelt, kunt u geen opties instellen voor Smart Zoom, Gezichtsdetectie, Beeld aanpassen, Tracking AF of Keuze AF. • U kunt deze functie niet gebruiken als de modusdraaiknop is ingesteld op Continu, Vooraf vastleggen of Belichtingstrap. Het ND-filtereffect aanpassen TpAhMgv Gebruik het ND-filter (Neutral Density) om de lichtsterkte te verminderen en de originele kleur te behouden. Het ND-filter is handig wanneer u foto's maakt in heldere omgevingen met een hoge diafragmawaarde of een lage sluitertijd. 1 2 3 Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer a of V “ ND-filter. Selecteer een optie. Symbool Beschrijving Uit: het ND-filter is niet actief. Aan: het ND-filter is actief. Opnameopties 92 Foto's aanpassen pAhM U kunt de scherpte, kleurverzadiging en het contrast van uw foto's aanpassen. 1 2 3 Druk in de opnamemodus op [m]. 4 Selecteer a “ Beeld aanpassen. Draai de navigatieknop of het wieltje aan de voorzijde of druk op [F/t] om elke waarde aan te passen. Contrast Selecteer een optie. • Contrast • Scherpte • Kleurverz. De kleuren en helderheid verlagen. + De kleuren en helderheid verhogen. Scherpte Beeld aanpassen: Contrast Beschrijving - Beschrijving - De randen van uw foto's verzachten (geschikt voor fotobewerking op de computer). + De randen verscherpen om de foto's duidelijker te maken. Hierdoor kan ook de beeldruis in de foto's toenemen. Contrast Scherpte Kleurverz. Kleurverzadiging Terug Instellen 5 Beschrijving - De kleurverzadiging verlagen. + De kleurverzadiging verhogen. Druk op [o] om de instellingen op te slaan. • Selecteer 0 als u geen effect wilt toepassen (geschikt voor afdrukken). • Als u opties voor Beeld aanpassen instelt, kunt u geen Smart filtereffecten of opties voor Gezichtsdetectie instellen. Opnameopties 93 Het geluid van de zoom verminderen pAhMgv Wanneer u tijdens het opnemen van video's gebruikmaakt van de zoom, kan de camera het geluid van de zoom opnemen. Gebruik de functie Sound Alive om het zoomgeluid te verminderen. 1 2 3 Druk in de opnamemodus op [m]. Selecteer v “ Spraak. Selecteer een optie. Symbool Beschrijving Sound Alive Aan: de functie Sound Alive inschakelen om het geluid van de zoomfunctie te reduceren. Sound Alive Uit: de functie Sound Alive uitschakelen. De camera kan het geluid van de zoomfunctie opnemen. Dempen: er wordt geen geluid opgenomen. • Blokkeer de microfoon niet wanneer u de functie Sound Alive gebruikt. • Opnamen die worden gemaakt met Sound Alive, kunnen anders klinken dan de daadwerkelijke geluiden. Opnameopties 94 Afspelen/bewerken Hier vindt u informatie over hoe u foto's en video's kunt weergeven of afspelen en hoe u foto's en video's kunt bewerken. Ook leest u hier hoe u de camera op een computer, televisie, HDTV of 3D-televisie aansluit. Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus ……………………………… 96 Bestanden weergeven op een televisie, HDTV of 3D-televisie …………………… 112 De afspeelmodus starten ………………… 96 Foto's weergeven ……………………… 102 Een video afspelen …………………… 105 Bestanden naar een computer overbrengen ……………………………… 115 Foto's bewerken ………………………… 107 Het formaat van foto's wijzigen ………… Een foto draaien ……………………… Smart filter-effecten toepassen ………… Foto's aanpassen ……………………… Een afdrukbestelling maken (DPOF) …… 107 107 108 109 110 Bestanden naar een Windows-computer overbrengen ……… 115 Bestanden naar een Mac-computer overbrengen …………………………… 116 Programma's op de computer ………… 117 Programma's installeren die op de cd zijn meegeleverd ……………………… 117 iLauncher gebruiken …………………… 118 Samsung RAW Converter gebruiken … 121 Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus Hier vindt u informatie over hoe u foto's, video's en spraakmemo's kunt afspelen en hoe u bestanden beheert. Fotobestandsinformatie De afspeelmodus starten Bekijk foto's en video's die op de camera zijn opgeslagen. 1 Druk op [P]. • Het recentste bestand wordt weergegeven. • Als de camera is uitgeschakeld, wordt deze ingeschakeld en wordt het recentste bestand weergegeven. 2 ISO Flitser Fotoformaat Datum Draai de navigatieknop of druk op [F/t] om door de bestanden te bladeren. • Houd [F/t] ingedrukt om snel door de bestanden te Histogram Album/Inzoomen Symbool scrollen. Bestandsgegevens Uit Beschrijving Huidig bestand/totaal aantal bestanden U kunt bestanden die zijn opgenomen met andere camera's, mogelijk niet bewerken of afspelen, wegens niet-ondersteunde formaten of codecs. Gebruik een computer of ander apparaat om deze bestanden te bewerken of af te spelen. Diafragmawaarde Sluitertijd Mapnaam – Bestandsnaam Foto gemaakt in 3D-fotomodus Foto gemaakt in een modus voor snelle serieopnamen of in de modus voor vooraf vastleggen (Bestanden weergeven als een map, pag. 98) Beveiligd bestand Afdrukbestelling ingesteld (DPOF) Als u bestandsgegevens op het scherm wilt weergeven, drukt u op [D]. Afspelen/bewerken 96 Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus Videobestandsinformatie Uw favoriete gezichten classificeren U kunt uw favoriete gezichten classificeren. 1 2 Filmformaat Datum Album Afspelen Symbool Druk in de afspeelmodus op [m]. Selecteer O “ Gezichtenlijst bewerken “ Rangorde wijzigen. Rangorde wijzigen Vastleggen Beschrijving Huidig bestand/totaal aantal bestanden Mapnaam – Bestandsnaam Terug Huidige afspeeltijd Lengte van de video V Videobestand Video bevat foto's die zijn gemaakt tijdens het opnemen 3 4 Select. Selecteer een gezicht in de lijst en druk op [o]. Draai de navigatieknop of druk op [F/t] om de classificering te wijzigen en druk op [f]. Video die is gemaakt in de Creatieve filmmaker-modus Beveiligd bestand Foto vastgelegd tijdens het opnemen van een video Als u de bestandsinformatie wilt weergeven op het scherm, drukt u op [D]. Afspelen/bewerken 97 Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus Favoriete gezichten verwijderen Bestanden weergeven als een map U kunt uw favoriete gezichten verwijderen. 1 2 3 4 5 Foto's die zijn gemaakt in een modus voor snelle serieopnamen of in de modus voor vooraf vastleggen worden weergegeven als een map. Druk in de afspeelmodus op [m]. Selecteer O “ Gezichtenlijst bewerken “ Mijn ster annuleren. 1 Draai de navigatieknop of druk op [F/t] in de afspeelmodus om naar de gewenste map te bladeren. • De camera geeft automatisch de foto's in de map weer. Selecteer een gezicht en druk op [o]. Druk op [l]. Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven, selecteert u Ja. Eén foto-weergave Album/Inzoomen 2 3 Druk op [o] om de map te openen. 4 Druk op [o] om terug te gaan naar de afspeelmodus. Draai de navigatieknop of druk op [F/t] om door de bestanden te bladeren. Afspelen/bewerken 98 Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus 4 Bestanden op categorie bekijken in Smart Album Geef bestanden weer op categorie, zoals datum, gezicht of bestandstype. 1 2 3 Draai de navigatieknop of druk op [F/t] om door de bestanden te bladeren. • Houd [F/t] ingedrukt om snel door de bestanden te Draai in de afspeelmodus de [Zoomknop] naar links. Druk op [m]. scrollen. 5 Draai [Zoomknop] naar rechts of druk op [o] om terug te keren naar de afspeelmodus. Selecteer Filter “een categorie. Filter Type Delen (Wi-Fi) Datum Het kan enige tijd duren voordat de camera Smart Album opent, de categorie wijzigt of de bestanden opnieuw indeelt. Week Gezicht Terug Instellen Optie Beschrijving Type Bestanden weergeven op bestandstype. Datum Bestanden weergeven op volgorde van opslagdatum. Week Bestanden weergeven op volgorde van de weekdag waarop ze zijn opgeslagen. Gezicht Bestanden weergeven op herkende en favoriete gezichten. (Maximaal 20 personen) Afspelen/bewerken 99 Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus Bestanden als miniatuur weergeven Bestanden beveiligen Bekijk miniaturen van bestanden. Beveilig uw bestanden om te voorkomen dat ze per ongeluk worden verwijderd. Draai de afspeelmodus de [Zoomknop] naar links om miniaturen weer te geven (3 per keer). Draai de [Zoomknop] nog een of twee keer naar links om meer miniaturen weer te geven (15 of 40 per keer). Draai de [Zoomknop] naar rechts om naar de vorige weergave terug te keren. 1 2 Druk in de afspeelmodus op [m]. Selecteer O “ Beveiligen “ Select.. • Als u alle bestanden wilt beveiligen, selecteert u Alles “ Vergrendel. 3 Scroll naar het bestand dat u wilt beveiligen en druk op [o]. • Druk nogmaals op [o] om de selectie te annuleren. Beveiligd bestand Menu Functie Beschrijving Door bestanden scrollen Draai de navigatieknop of druk op [D/c/F/t]. Bestanden verwijderen Druk op [l] en selecteer Ja. Select. 4 Wanneer u naar een videobestand of map bladert in de miniatuurweergave, speelt de camera automatisch de video of foto's in de map af. Instellen Druk op [f]. • U kunt een beveiligd bestand niet verwijderen of draaien. • In de afspeelmodus kunt u het bestand beveiligen door op [L] Afspelen/bewerken 100 te drukken. Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus Bestanden wissen Selecteer bestanden die u wilt verwijderen in de afspeelmodus. Eén bestand verwijderen U kunt één bestand selecteren en dit verwijderen. 1 Selecteer in de afspeelmodus een bestand en druk op [l]. 2 Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven, selecteert u Ja. Meerdere bestanden verwijderen U kunt meerdere bestanden selecteren en deze tegelijk verwijderen. 1 2 Druk in de afspeelmodus op [l]. Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven, selecteert u Meer wissen. • U kunt ook meerdere bestanden verwijderen in de afspeelmodus door op [m] te drukken en O “ Wissen “ Select. te selecteren. • Als u bestanden weergeeft in Smart Album of de miniatuurweergave, drukt u op [l] om een bestand te verwijderen. • Als u bestanden weergeeft als een map, drukt u op [l] om alle foto's in de map te verwijderen. • Als u een bepaalde foto in een map wilt verwijderen, opent u de map, selecteert u een bestand en drukt u op [l]. 3 Scroll naar de bestanden die u wilt verwijderen en druk op [o]. • Druk nogmaals op [o] om de selectie te annuleren. 4 5 Druk op [l]. Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven, selecteert u Ja. Afspelen/bewerken 101 Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus Alle bestanden verwijderen U kunt alle bestanden selecteren en deze tegelijk verwijderen. 1 2 3 Druk in de afspeelmodus op [m]. Foto's weergeven Vergroot een deel van een foto of geef foto's weer als diashow. Een foto vergroten Selecteer O “ Wissen “ Alles. Draai in de afspeelmodus de [Zoomknop] naar rechts om een deel van een foto te vergroten. Draai de [Zoomknop] naar links om uit te zoomen. Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven, selecteert u Ja. • Alle niet-beveiligde bestanden worden verwijderd. Vergroot gebied Zoomverhouding (de maximale zoomverhouding kan variëren afhankelijk van de resolutie.) Bijsnijden Afspelen/bewerken 102 Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus Functie Panoramafoto's weergeven Beschrijving Foto's weergeven die zijn gemaakt in de panoramamodus. Het vergrote gebied verplaatsen Druk op [D/c/F/t]. De vergrote foto bijsnijden Druk op [o] en selecteer Ja. (De bijgesneden foto wordt opgeslagen als een nieuw bestand. De oorspronkelijke foto blijft in zijn oorspronkelijke vorm bewaard.) Als u foto's weergeeft die zijn gemaakt met een andere camera, kan de zoomverhouding verschillen. 1 Draai de navigatieknop of druk op [F/t] in de afspeelmodus om naar de gewenste panoramafoto te bladeren. • De volledige panoramafoto wordt weergegeven op het scherm. 2 Druk op [o]. • De camera scrolt automatisch van links naar rechts door de foto voor een horizontale panoramafoto en van boven naar beneden voor een verticale panoramafoto. De camera schakelt vervolgens over naar de afspeelmodus. • Druk tijdens het weergeven van een panoramafoto op [o] om te pauzeren of hervatten. • Druk tijdens het weergeven van een panoramafoto op [D/c/F/t] om de foto horizontaal of verticaal te bewegen, afhankelijk van de richting waarin u hebt bewogen tijdens het maken van de foto. 3 Druk op [m] om terug te gaan naar de afspeelmodus. • De camera beweegt alleen automatisch door de panoramafoto wanneer de langste zijde van de foto minstens twee keer zo lang is als de korte zijde. • Op het scherm van uw camera wordt een foto die is gemaakt in de 3D-panoramamodus weergegeven als een 2D-panoramafoto. Als u het 3D-effect wilt bekijken, moet u de camera aansluiten op een 3D-televisie of een 3D-monitor. (pag. 114) Afspelen/bewerken 103 Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus * Standaard Een diashow afspelen Optie Effecten en audio toevoegen aan een diashow met uw foto's. De diashowfunctie werkt niet voor video's. 1 2 3 • Een scèneovergangseffect instellen tussen foto's. Druk in de afspeelmodus op [m]. Effect Selecteer Beschrijving . Selecteer een effect voor de diashow. • Ga naar stap 4 als u een diashow met de standaardeffecten Muziek (Uit, Kalm*, Zonnig, Ontspannen, Levendig, Zacht) • Selecteer Uit om de effecten te annuleren. • Wanneer u de effectoptie gebruikt, wordt het interval tussen foto's ingesteld op 3 seconden. Achtergrondmuziek instellen. wilt starten. * Standaard Optie Beschrijving Starten Instellen of de diashow wordt herhaald. (Afspelen*, Herhalen) Foto's De foto's instellen die u als diashow wilt weergeven. • Alles*: alle foto's in een diashow weergeven. • Datum: foto's die op een specifieke datum zijn gemaakt, in een diashow weergeven. • Select.: geselecteerde foto's in een diashow weergeven. 4 Selecteer Starten “ Afspelen. • Selecteer Herhalen om de diashow te herhalen. 5 Geef de diashow weer. • Druk op [o] om de diashow te onderbreken. • Druk nogmaals op [o] om de diashow te hervatten. • Druk op [o] en druk op [F/t] om de diashow te stoppen en terug te gaan naar de afspeelmodus. • Draai [Zoomknop] naar links of rechts om het volumeniveau aan te • Het interval tussen foto's instellen. Interval (1 sec*, 3 sec, 5 sec, 10 sec) • U moet de optie Effect instellen op Uit om een interval in te stellen. Afspelen/bewerken 104 passen. Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus Een video bijsnijden Een video afspelen In de afspeelmodus kunt u een video weergeven en vervolgens delen van de afgespeelde video opnemen of bijsnijden. U kunt de opgenomen of bijgesneden segmenten opslaan als nieuwe bestanden. 1 2 Selecteer een video in de afspeelmodus en druk op [o]. Geef de video weer. Huidige afspeelduur/ lengte van video Pauze 1 Druk tijdens het afspelen van een video op [o] op het punt waar u het bijsnijden wilt beginnen. 2 3 Draai de [Zoomknop] naar rechts en druk op [o]. 4 5 Draai de [Zoomknop] naar rechts. Druk op [o] op het punt waarop u het bijsnijden wilt beëindigen. Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven, selecteert u Ja. • De oorspronkelijke video moet ten minste 10 seconden lang zijn. • De camera slaat de bewerkte video op als een nieuw bestand. Stop Functie Beschrijving Terugspoelen Druk op [F]. Wanneer u op [F] drukt, spoelt de camera terug met een snelheid die 2X, 4X en 8X zo groot is. Het afspelen Druk op [o]. onderbreken of hervatten Vooruitspoelen Het volume aanpassen Druk op [t]. Wanneer u op [t] drukt, spoelt de camera vooruit met een snelheid die 2X, 4X en 8X zo groot is. Draai de [Zoomknop] naar links of rechts. Afspelen/bewerken 105 Foto's of video's weergeven in de afspeelmodus Afzonderlijke beelden uit een video opslaan 1 Druk tijdens het afspelen van een video op [o] op het punt waarop u een beeld wilt opnemen. 2 Druk op [c]. • De resolutie van het opgenomen beeld is gelijk aan die van de originele video. • Het opgenomen beeld wordt als nieuw bestand opgeslagen. Afspelen/bewerken 106 Foto's bewerken Hier vindt u informatie over het bewerken van foto's. • De camera slaat bewerkte foto's op als nieuwe bestanden. • Wanneer u foto's bewerkt, converteert de camera deze automatisch naar een lagere resolutie. Foto's die handmatig worden gedraaid of waarvan het formaat handmatig wordt aangepast, worden niet automatisch geconverteerd naar een lagere resolutie. • U kunt een foto niet bewerken terwijl u een map bekijkt. Als u een foto in een map wilt bewerken, drukt u op [o] om de map te openen en scrollt u naar de foto. • U kunt geen foto's bewerken die zijn gemaakt in de Panoramamodus of 3D-fotomodus en u kunt geen bestanden in de indeling RAW bewerken. Het formaat van foto's wijzigen Een foto draaien U kunt het formaat van een foto wijzigen en de foto als een nieuw bestand opslaan. 1 Selecteer een foto in de afspeelmodus en druk op [m]. 2 3 Selecteer e “ Draaien. 1 Selecteer een foto in de afspeelmodus en druk op [m]. 2 3 Selecteer e “ Res.wijz. Selecteer een optie. Selecteer een optie. Res.wijz Draaien Smart filter Beeld aanpassen Draaien : Rechts 90 gr. 2592 X 1944 1984 X 1488 1024 X 768 Terug Terug Instellen Instellen De camera overschrijft het originele bestand. De beschikbare opties voor formaat wijzigen verschillen, afhankelijk van het originele formaat van de foto. Afspelen/bewerken 107 Foto's bewerken Smart filter-effecten toepassen Optie Beschrijving Pas speciale effecten toe op uw foto's. Cartoon Het effect van een striptekening toepassen. 1 Selecteer een foto in de afspeelmodus en druk op [m]. Kruisfilter Lijnen toevoegen die naar buiten lopen van heldere objecten om het visuele effect van een kruisfilter te imiteren. 2 3 Selecteer e “ Smart filter. Schets Een schetseffect van een pen toepassen. Selecteer een effect. Softfocus Onzuiverheden op het gezicht verhullen of droomachtige effecten toevoegen. Visoog Objecten die in de buurt zijn, vervormen om de visuele effecten van een vissenooglens te imiteren. Oude film Het effect van een oude film toepassen. Halftoonstip Een halftooneffect toepassen. Klassiek Een zwart-witeffect toepassen. Retro Een sepiatinteffect toepassen. Zoomopname De randen van een foto vervagen om de onderwerpen in het midden te benadrukken. Smart filter : Normaal Terug Instellen Optie Beschrijving Normaal Geen effect Miniatuur Een effect toepassen om het onderwerp in miniatuur weer te geven. Vignetten Retro-kleuren, een hoog contrast en sterke vignettering van Lomo-camera's toepassen. Aquarel Het effect van een waterverfschilderij toepassen. Olieverf Het effect van een olieverfschilderij toepassen. Afspelen/bewerken 108 Foto's bewerken Gezichten retoucheren Foto's aanpassen Hier vindt u informatie over hoe u het rode-ogeneffect kunt corrigeren, de huidskleur kunt aanpassen en de helderheid, het contrast of de kleurverzadiging kunt aanpassen. De camera slaat een bewerkte foto op als nieuw bestand, maar converteert de foto mogelijk naar een lagere resolutie. Rode ogen verwijderen 1 Selecteer een foto in de afspeelmodus en druk op [m]. 2 3 Selecteer e “ Beeld aanpassen “ Anti-rode ogen. Druk op [o] om uw instellingen op te slaan. 1 Selecteer een foto in de afspeelmodus en druk op [m]. 2 3 4 5 Selecteer e “ Beeld aanpassen. Scrol naar Gezichtretouch.. Druk op [D]. Draai de navigatieknop of druk op [F/t] om de huidstint aan te passen. • Hoe hoger het nummer, des te helderder de huidskleur. 6 Druk op [o] om uw instellingen op te slaan. Afspelen/bewerken 109 Foto's bewerken De helderheid, het contrast en de kleurverzadiging aanpassen 1 Selecteer in de afspeelmodus een foto en druk op [m]. 2 3 Selecteer e “ Beeld aanpassen. Ruis aan de foto toevoegen Scrol naar een optie voor aanpassen. Symbool 1 Selecteer een foto in de afspeelmodus en druk op [m]. 2 3 Selecteer e “ Beeld aanpassen “ Ruis toevoegen. Druk op [o] om op te slaan. Beschrijving Helderheid Een afdrukbestelling maken (DPOF) Contrast Selecteer foto's die u wilt afdrukken en sla afdrukopties op in de DPOF-indeling (Digital Print Order Format). Deze gegevens worden opgeslagen in de map MISC op uw geheugenkaart zodat u eenvoudig kunt afdrukken op printers die compatibel zijn met DPOF. Kleurverz. 4 5 Druk op [D]. 6 Druk op [o] om uw instellingen op te slaan. Draai de navigatieknop of druk op [F/t] om de optie aan te passen. 1 2 Druk in de afspeelmodus op [m]. Selecteer O “ DPOF “ Standaard “ Select.. • Selecteer Alles om alle foto's af te drukken. Afspelen/bewerken 110 Foto's bewerken 3 Selecteer een foto om af te drukken, draai [Zoomknop] naar links of rechts om het aantal exemplaren te selecteren en druk op [f]. • Als u Alles selecteert, drukt u op [D/c] om het aantal exemplaren te selecteren en drukt u vervolgens op [o]. 4 5 Druk op [m]. Selecteer O “ DPOF “ Formaat “ Select.. • Selecteer Alles om het afdrukformaat voor alle foto's te selecteren. 6 Foto's afdrukken als miniaturen Druk foto's af als miniaturen om alle foto's in één keer te controleren. 1 2 3 Druk in de afspeelmodus op [m]. Selecteer O “ DPOF “ Index. Wanneer het pop-upbericht wordt weergegeven, selecteert u Ja. • U kunt de geheugenkaart meenemen naar een printshop die DPOF Selecteer een foto om af te drukken, draai [Zoomknop] naar links of rechts om de afdrukgrootte te selecteren en druk op [f]. • Als u Alles selecteert, drukt u op [D/c] om het afdrukformaat te selecteren en drukt u vervolgens op [o]. (Digital Print Order Format) ondersteunt, maar u kunt ook uw foto's thuis rechtstreeks op een DPOF-compatibele printer afdrukken. • Foto's met afmetingen die groter zijn dan het papier, worden mogelijk afgesneden aan de linker- en rechterkant. Zorg ervoor dat de afmetingen van uw foto overeenkomen met het papier dat u selecteert. • Als u het afdrukformaat opgeeft, kunt u alleen foto's afdrukken met DPOF 1.1-compatibele printers. Afspelen/bewerken 111 Bestanden weergeven op een televisie, HDTV of 3D-televisie U kunt foto's of video's bekijken door de camera met de A/V-kabel op een televisie aan te sluiten. 1 2 3 Druk in de opname- of afspeelmodus op [m]. 4 5 Schakel de camera en de televisie uit. Selecteer n “ Video. Selecteer een video-uitvoersignaal voor uw land of regio. (pag. 153) Schakel de televisie in en selecteer de A/V-videobron met de afstandsbediening van de televisie. 7 Schakel de camera in. • De camera schakelt automatisch over naar de afspeelmodus als u deze aansluit op een televisie. 8 Sluit de camera met de A/V-kabel op de televisie aan. Audio 6 Video Bekijk foto's of speel video's af met behulp van de cameraknoppen. • Afhankelijk van het model van televisie wordt er mogelijk digitale ruis weergegeven of wordt een deel van het beeld niet weergegeven. • Afhankelijk van de televisie-instellingen kan het voorkomen dat de beelden niet gecentreerd op het scherm worden weergegeven. Afspelen/bewerken 112 Bestanden weergeven op een televisie, HDTV of 3D-televisie 6 Bestanden op een HDTV weergeven 1 2 3 4 5 en u de Anynet+-functie van de camera hebt ingeschakeld, wordt de HDTV automatisch ingeschakeld en wordt het camerascherm weergegeven, terwijl de camera automatisch naar de modus Afspelen schakelt. • Als Anynet+ is uitgeschakeld op uw camera of uw televisie niet beschikt over Anynet+, schakelt de televisie niet automatisch in. Schakel de televisie handmatig in. Druk in de opname- of afspeelmodus op [m]. Selecteer n “ HDMI-formaat. Selecteer een HDMI-resolutie. (pag. 153) Schakel de camera en HDTV uit. Sluit de camera op de HDTV aan met de optionele HDMI-kabel. Schakel de camera in. • Als u een HDTV van Samsung hebt die Anynet+ ondersteunt U kunt ongecomprimeerde foto's of video's van hoge kwaliteit op een HDTV bekijken met behulp van de optionele HDMI-kabel. HDMI (High Definition Multimedia Interface) wordt door de meeste HDTV's ondersteund. 7 Bekijk bestanden met de knoppen op de camera of de afstandsbediening van de HDTV als de televisie Anynet+ ondersteunt. • Als de HDTV het profiel Anynet+(CEC) ondersteunt, schakelt u Anynet+ in het instelmenu van de camera in (pag. 152) om de camera en televisie te bedienen met de afstandsbediening van de televisie. • Met Anynet+ kunt u alle aangesloten Samsung A/V-apparaten bedienen met de afstandsbediening van de televisie. • Hoe lang het duurt voordat de camera verbinding heeft gemaakt met uw HDTV, kan verschillen afhankelijk van het type geheugenkaart dat u gebruikt. Een snellere geheugenkaart resulteert niet noodzakelijk in een snellere HDMI-overdracht, omdat de belangrijkste functie van de kaart het verbeteren van de overdrachtssnelheid tijdens het opnemen is. Afspelen/bewerken 113 Bestanden weergeven op een televisie, HDTV of 3D-televisie 6 Bestanden op een 3D-televisie weergeven 1 2 3 4 5 en u de Anynet+-functie van de camera hebt ingeschakeld, wordt de 3D-TV automatisch ingeschakeld en wordt het camerascherm weergegeven, terwijl de camera automatisch naar de modus Afspelen schakelt. • Als Anynet+ is uitgeschakeld op uw camera of uw televisie niet beschikt over Anynet+, schakelt de televisie niet automatisch in. Schakel de televisie handmatig in. Druk in de opname- of afspeelmodus op [m]. Selecteer n “ HDMI-formaat. Selecteer een HDMI-resolutie. (pag. 153) 7 Schakel de camera en de 3D-televisie uit. Sluit de camera op de 3D-televisie aan met de optionele HDMI-kabel. Schakel de camera in. • Als u een 3D-TV van Samsung hebt die Anynet+ ondersteunt U kunt foto's weergeven die zijn gemaakt in 3D-fotomodus of 3D-panoramamodus op een 3D-televisie. Druk op [c] om naar 3D-tv-modus over te schakelen. • Druk nogmaals op [c] om naar 2D-tv-modus over te schakelen. 8 Schakel de 3D-functie van uw televisie in. • Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de televisie voor meer informatie. 9 Bekijk 3D-foto's met de knoppen op de camera of de afstandsbediening van de 3D-TV als de televisie Anynet+ ondersteunt. • U kunt een MPO-bestand niet weergeven in 3D-effect op televisies die deze indeling niet ondersteunen. • Gebruik een 3D-bril wanneer u een MPO-bestand weergeeft op een 3D-televisie. Bekijk de 3D-afbeeldingen die zijn vastgelegd met uw camera, niet gedurende langere tijd op een 3D-televisie of 3D-monitor. Dit kan onaangename symptomen tot gevolg hebben, zoals vermoeide ogen, vermoeidheid, misselijkheid, en meer. Afspelen/bewerken 114 Bestanden naar een computer overbrengen Sluit de camera aan op de computer om bestanden over te brengen van de geheugenkaart van de camera naar de computer. Bestanden naar een Windows-computer overbrengen 4 Selecteer op de computer Deze computer “ Verwisselbare schijf “ DCIM “100PHOTO. Sluit de camera aan op de computer als verwisselbare schijf. 5 Sleep de bestanden naar de computer of sla ze op de computer op. Er moet op uw computer Windows XP, Windows Vista of Windows 7 zijn geïnstalleerd om de camera te kunnen aansluiten als verwisselbare schijf. De camera loskoppelen (voor Windows XP) 1 2 Schakel de camera uit. Voor Windows Vista en Windows 7 gelden vergelijkbare methoden voor het loskoppelen van de camera. Sluit de camera op de computer aan met de USB-kabel. U moet het kleine uiteinde van de USB-kabel aansluiten op uw camera. Als u de kabel omgekeerd aansluit, kunnen de bestanden beschadigen. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig verlies van gegevens. 3 Schakel de camera in. • De camera wordt automatisch herkend. 1 Als het statuslampje op de camera knippert, wacht u tot het knipperen ophoudt. 2 Klik op op de werkbalk rechtsonder in het scherm van de computer. 3 4 Klik op het pop-upbericht. 5 Verwijder de USB-kabel. Klik op het berichtveld waarin wordt aangegeven dat het apparaat veilig is verwijderd. Afspelen/bewerken 115 Bestanden naar een computer overbrengen 3 Bestanden naar een Mac-computer overbrengen Schakel de camera in. • De computer herkent de camera automatisch en geeft een Wanneer u de camera aansluit op een Macintosh-computer, wordt het apparaat automatisch herkend door de computer. U kunt de bestanden rechtstreeks van de camera overbrengen naar de computer zonder programma's te installeren. pictogram van een verwisselbare schijf weer. 4 5 Dubbelklik op het pictogram van de verwisselbare schijf. Sleep de bestanden naar de computer of sla ze op de computer op. Mac OS 10.5 of hoger wordt ondersteund. 1 2 Schakel de camera uit. Sluit de camera met de USB-kabel aan op een Macintosh-computer. U moet het kleine uiteinde van de USB-kabel aansluiten op uw camera. Als u de kabel omgekeerd aansluit, kunnen de bestanden beschadigen. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig verlies van gegevens. Afspelen/bewerken 116 Programma's op de computer U kunt bestanden weergeven en bewerken met de meegeleverde programma's. U kunt de bestanden ook draadloos naar een computer verzenden. Programma's installeren die op de cd zijn meegeleverd 1 2 3 4 5 Programma's op de cd Programma Beschrijving iLauncher Bestanden bekijken met Multimedia Viewer, firmware van de camera bijwerken en een koppeling geven waarop het programma Automatische back-up pc kan worden gedownload. PC Auto Backup De opgenomen bestanden verzenden naar een aangesloten pc via Wi-Fi. Samsung RAW Converter Bestanden met de indeling RAW bewerken. Plaats de installatie-cd in een compatibel cd-rom-station. Selecteer een taal om te installeren. Selecteer een programma om te installeren. Volg de instructies op het scherm. Klik op Exit (Afsluiten) om de installatie te voltooien en start de computer opnieuw. Afspelen/bewerken 117 Programma's op de computer iLauncher gebruiken • De vereisten zijn alleen aanbevelingen. iLauncher werkt mogelijk Met iLauncher kunt u bestanden afspelen met Multimedia Viewer en kunt u via een koppeling het programma PC Auto Backup downloaden. niet correct, zelfs wanneer de computer voldoet aan de vereisten, afhankelijk van de toestand van de computer. • Als uw computer niet voldoet aan de vereiste, worden video's mogelijk niet correct afgedrukt. Vereisten voor Windows OS De fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade die wordt veroorzaakt door het gebruik van niet-geschikte computers zoals samengestelde computers. Item Vereisten Processor Intel® Core™ 2 Duo 1,66 GHz of hoger/ AMD Athlon X2 Dual-Core 2,2 GHz of hoger RAM Minimaal 512 MB RAM (1 GB of meer aanbevolen) Besturingssysteem* Windows XP SP2, Windows Vista of Windows 7 Vaste-schijfruimte 250 MB of meer (1 GB of meer aanbevolen) Vereisten voor Mac OS • CD-ROM-station • 1024 X 768 pixels, beeldscherm met Overig ondersteuning voor 16-bits kleuren (1280 X 1024 pixels, ondersteuning voor 32-bits kleuren aanbevolen) • USB 2.0-poort • nVIDIA Geforce 7600GT of hoger/ ATI X1600-reeks of hoger • Microsoft DirectX 9.0c of hoger Item Vereisten Besturingssysteem Mac OS 10.5 of hoger (met uitzondering van PowerPC) RAM Minimaal 256 MB RAM (512 MB of meer aanbevolen) Schijfruimte Minimaal 110 MB Overig USB-poort, cd-rom-station Als u een Mac-computer gebruikt, is alleen Firmware bijwerken beschikbaar. iLauncher openen * Een 32-bits versie van iLauncher wordt geïnstalleerd; zelfs op 64-bits edities van Windows XP, Windows Vista en Windows 7. Selecteer op uw computer Start “ Alle programma's “ Samsung “ iLauncher “ Samsung iLauncher. Of klik op Toepassingen “ Samsung “ iLauncher op uw computer met Mac OS. Afspelen/bewerken 118 Programma's op de computer Multimedia Viewer gebruiken Met Multimedia Viewer kunt u bestanden afspelen. Dubbelklik in het scherm van Samsung iLauncher op Multimedia Viewer. • Multimedia Viewer ondersteunt de volgende bestandstypen: - Video's: MP4 (Video: H.264, Audio: AAC), WMV (WMV 7/8/9), AVI (MJPEG) - Foto's: JPG, GIF, BMP, PNG, TIFF, MPO • Bestanden die zijn opgenomen met apparaten van andere fabrikanten worden mogelijk niet vloeiend afgespeeld. Foto's weergeven 1 Nr. 2 3 ! 0 9 8 7 6 5 4 Afspelen/bewerken 119 Beschrijving 1 Best.naam 2 Vergroot gebied 3 Histogram 4 Het geselecteerde bestand openen. 5 Histogram-knop 6 Naar links draaien/naar rechts draaien. 7 Naar het vorige bestand gaan/naar het volgende bestand gaan. 8 De foto op schermformaat weergeven. 9 De foto op origineel formaat weergeven. 0 Inzoomen/uitzoomen ! Schakelen tussen 2D- en 3D-modus. Programma's op de computer Video's bekijken 1 Nr. 8 2 7 6 5 4 3 Afspelen/bewerken 120 Beschrijving 1 Best.naam 2 Volume aanpassen. 3 Het geselecteerde bestand openen. 4 Naar het volgende bestand gaan. 5 Stop 6 Pauze 7 Naar het vorige bestand gaan. 8 Voortgangsbalk Programma's op de computer De firmware bijwerken Samsung RAW Converter gebruiken Dubbelklik in het scherm van Samsung iLauncher op Firmware Upgrade. Het programma PC Auto Backup downloaden Dubbelklik in het scherm van Samsung iLauncher op PC Auto Backup. Zie pagina 141 voor meer informatie over het programma PC Auto Backup. Foto's die worden gemaakt met een camera worden vaak geconverteerd naar JPEG-indelingen en opgeslagen in het geheugen volgens de instellingen van de camera op het moment van de opname. RAW-bestanden worden niet omgezet naar JPEG-indelingen en worden opgeslagen in het geheugen zonder wijzigingen. Met Samsung RAW Converter kunt u belichtingen, de witbalans, tinten, contrast en kleuren van foto's kalibreren. Samsung RAW Converter openen Selecteer op uw computer start “ Alle programma's “ Samsung RAW Converter “ Samsung RAW Converter. Afspelen/bewerken 121 Programma's op de computer De interface van Samsung RAW Converter gebruiken Voor meer informatie over het gebruik van Samsung RAW Converter klikt u op Help “ Open software manual. 1 2 3 4 Nr. Beschrijving Nr. Beschrijving 1 Menu 3 Bewerkingsprogramma's 2 Werkbalk 4 Het venster voor fijnafstemming openen/sluiten voor de bewerkingsprogramma's Afspelen/bewerken 122 Programma's op de computer Bestanden in de RAW-indeling bewerken Als u bestanden met de indeling RAW bewerkt met de Samsung RAW Converter, kunt u een hoge beeldkwaliteit behouden. U kunt ook JPEG- en TIFF-bestanden bewerken. De belichting van een afbeelding aanpassen 1 Selecteer File (Bestand) “ Open file (Bestand openen) en open een bestand. 2 3 Selecteer bij de hulpprogramma's voor bewerken . ▲ Oorspronkelijke afbeelding p-modus, Diafragma: f=8, Sluitertijd: 1/15 sec, ISO=100 ▲ Gewijzigde afbeelding na correctie van de belichting • U kunt de helderheid van de afbeelding controleren in het histogramvenster. Pas de belichting aan met de schuifbalk. ▲ Oorspronkelijke afbeelding Afspelen/bewerken 123 ▲ Gewijzigde afbeelding na correctie van de belichting Programma's op de computer De tint van een afbeelding aanpassen 1 Selecteer File (Bestand) “ Open file (Bestand openen) en open een bestand. 2 3 Selecteer bij de hulpprogramma's voor bewerken . Pas de tint aan met de schuifbalk. ▲ Oorspronkelijke afbeelding p-modus, Diafragma: f=8, Sluitertijd: 1/15 sec, ISO=100 Afspelen/bewerken 124 ▲ Gewijzigde afbeelding na correctie van het contrast Programma's op de computer RAW-bestanden opslaan als JPEG/TIFF-indelingen 1 Selecteer File (Bestand) “ Open file (Bestand openen) en open een bestand. 2 Selecteer File (Bestand) “ One scene development (Eén scène ontwikkelen). 3 Selecteer een bestandsindeling (JPEG of TIFF) en selecteer Development (Ontwikkeling). Afspelen/bewerken 125 Draadloos netwerk Hier wordt beschreven hoe u verbinding kunt maken met WLAN-netwerken en functies kunt gebruiken. Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren ……… 127 Verbinding maken met een WLAN …… De aanmeldingsbrowser gebruiken …… Tips over netwerkverbinding …………… Tekst invoeren ………………………… 127 129 129 130 Foto's of video's verzenden naar een smartphone ………………………… 132 Een smartphone gebruiken als externe ontspanknop …………………………… 133 Websites voor het delen van foto's of video's gebruiken ……………………… 135 Een website openen …………………… 135 Foto's of video's uploaden …………… 135 Foto's of video's via e-mail verzenden ………………………………… 137 E-mailinstellingen wijzigen ……………… 137 Foto's of video's via e-mail verzenden ……………………………… 139 Foto's uploaden naar een cloudserver ……………………………… 140 Automatische back-up gebruiken om foto's of video's te verzenden ………… 141 Het programma voor Automatische back-up installeren op uw pc ………… 141 Foto's of video's verzenden naar een pc ………………………………… 141 Foto's of video's weergeven op een tv met TV Link-functionaliteit ……………… 143 Foto's verzenden via Wi-Fi Direct ……… 145 Over de WOL-functie Wake on LAN … 146 Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren Hier wordt beschreven hoe u verbinding maakt via een toegangspunt wanneer u zich binnen het bereik van een WLAN bevindt. U kunt ook netwerkinstellingen configureren. Verbinding maken met een WLAN 1 2 3 Symbool Beschrijving WPS-toegangspunt Draai de modusdraaiknop naar w. Beveiligd toegangspunt Selecteer Signaalsterkte , , , of . Druk op [t] om opties voor de AP-instelling te openen Druk op [m] en selecteer vervolgens Wi-Fi-instelling. • Druk in sommige modi op [m] of volg de instructies op het scherm totdat het scherm AP-instelling wordt weergegeven. • De camera zoekt automatisch naar beschikbare toegangspunten. 4 Raak een toegangspunt aan. Vernieuwen Samsung 1 Samsung 2 Samsung 3 Draadloos netwerk toevoegen WPS knopverbinding Terug • Selecteer WPS knopverbinding om verbinding te maken met een WPS-toegangspunt. • Selecteer Vernieuwen om de lijst met voor verbinding • Wanneer u een beveiligd toegangspunt selecteert, wordt een pop-upvenster weergegeven. Geef de vereiste wachtwoorden in om verbinding te maken met de WLAN. Lees voor meer informatie over het ingeven van tekst 'Tekst invoeren'. (pag. 130) • Wanneer een aanmeldingspagina verschijnt, zie 'De aanmeldingsbrowser gebruiken'. (pag. 129) • Wanneer u een niet-beveiligd toegangspunt selecteert, maakt de camera verbinding met het WLAN. • Als u een toegangspunt selecteert dat wordt ondersteund door het WPS-profiel, selecteert u WPS PIN en geeft u een PIN-code in op het toegangspunt. U kunt ook verbinding maken met een toegangspunt dat wordt ondersteund door het WPS-profiel door WPS knopverbinding te selecteren op de camera en vervolgens op de knop WPS op het toegangspunt te drukken. beschikbare toegangspunten te vernieuwen. • Selecteer Draadloos netwerk toevoegen om handmatig een toegangspunt toe te voegen. Draadloos netwerk 127 Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren Netwerkopties instellen Het IP-adres handmatig instellen 1 Ga in het scherm AP-instelling naar een toegangspunt en druk op [t]. 1 Ga in het scherm AP-instelling naar een toegangspunt en druk op [t]. 2 Selecteer elke optie en geef de vereiste informatie in. 2 3 Selecteer IP-instelling “ Handmatig. Optie Beschrijving Verificatie Selecteer een netwerkverificatietype. Gegevenscod. Selecteer een coderingstype. Netwerkwachtwoord Geef het netwerkwachtwoord in. IP-instelling Het IP-adres handmatig instellen. WPS PIN Een PIN-code ingeven op het toegangspunt. Selecteer elke optie en geef de vereiste informatie in. Optie Beschrijving IP Hier voert u het statische IP-adres in. Subnetmasker Hier voert u het subnetmasker in. Gateway Hier voert u de gateway in. DNS-server Hier voert u het DNS-adres in. Draadloos netwerk 128 Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren De aanmeldingsbrowser gebruiken Tips over netwerkverbinding U kunt uw aanmeldingsgegevens ingeven via de aanmeldingsbrowser wanneer u verbinding maakt met bepaalde toegangspunten, sites voor delen of cloudservers. • De kwaliteit van de netwerkverbinding wordt bepaald door het toegangspunt. • Hoe groter de afstand tussen uw camera en het toegangspunt, hoe langer het duurt om verbinding te maken met het netwerk. • Als een apparaat in de buurt hetzelfde radiofrequentiesignaal gebruikt als uw camera, kan uw verbinding hierdoor worden verstoord. • Als uw toegangspunt geen Nederlandse naam heeft, kan de camera mogelijk het apparaat niet vinden of kan de naam onjuist worden weergegeven. • Neem contact op met uw netwerkbeheerder of netwerkserviceprovider voor netwerkinstellingen of een wachtwoord. • Als een WLAN moet worden geverifieerd door de serviceprovider, kunt u mogelijk geen verbinding met het betreffende WLAN maken. Neem contact op met uw netwerkserviceprovider om verbinding te maken met het WLAN. • Afhankelijk van het coderingstype kan het aantal cijfers in het wachtwoord verschillen. • Een WLAN-verbinding is wellicht niet mogelijk in alle omgevingen. • Mogelijk geeft de camera een WLAN-printer weer in de lijsten met toegangspunten. U kunt geen verbinding met het netwerk maken via een printer. • U kunt uw camera niet tegelijkertijd verbinden met een netwerk en aansluiten op een tv. U kunt ook geen foto's of video's op een tv bekijken wanneer u verbinding hebt gemaakt met een netwerk. • Er kunnen aanvullende kosten gelden om verbinding te maken met een netwerk. De kosten verschillen op basis van de voorwaarden van uw abonnement. Knop Beschrijving [D/c/F/t] Naar een item gaan of door de pagina scrollen. [o] Een item selecteren. [m] Hiermee hebt u toegang tot de volgende opties: • Vorige pagina: naar de vorige pagina gaan. • Volg. pagina: naar de volgende pagina gaan. • Opn. laden: de pagina opnieuw laden. • Stop: stoppen met het laden van de pagina. • Afsl.: de aanmeldingsbrowser sluiten. [l] De aanmeldingsbrowser sluiten. • Bepaalde items kunt u niet selecteren afhankelijk van de pagina waarmee u bent verbonden. Dit is normaal en wijst niet op een defect. • De aanmeldingsbrowser wordt mogelijk niet automatisch gesloten nadat u zich hebt aangemeld bij bepaalde pagina's. In dat geval sluit u de aanmeldingsbrowser door op [l] te drukken en gaat u verder met de gewenste bewerking. • Het laden van de aanmeldingspagina kan langer duren wegens het paginaformaat of de netwerksnelheid. Als dit gebeurt, wacht u tot het invoervenster voor aanmeldingsgegevens wordt weergegeven. Draadloos netwerk 129 Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren • Als u geen verbinding met een WLAN kunt maken, probeert u een ander toegangspunt uit de lijst met beschikbare toegangspunten. • In bepaalde landen kunt u ook verbinding maken met gratis WLAN's. • Er kan een aanmeldingspagina worden weergegeven wanneer u gratis WLAN's selecteert die worden geleverd door bepaalde netwerkproviders. Geef uw gebruikersnaam en wachtwoord in om verbinding te maken met de WLAN. Neem contact op met de netwerkproviders voor informatie over het registreren of de service. • Wees voorzichtig wanneer u persoonlijke gegevens ingeeft om verbinding te maken met een toegangspunt. Geef geen betalingsof creditcardgegevens in op uw camera. De fabrikant is niet aansprakelijk voor problemen die ontstaan wanneer u dergelijke informatie ingeeft. • De beschikbare netwerkverbindingen kunnen verschillen per land. • De WLAN-functie van uw camera moet voldoen aan de wetten op het gebied van radiozendingen in uw regio. We raden u daarom aan de WLAN-functie alleen te gebruiken in het land waar u de camera hebt gekocht. • De procedure voor het aanpassen van de netwerkinstellingen kan verschillen, afhankelijk van de netwerkomstandigheden. • Probeer geen toegang te krijgen tot een netwerk dat u niet mag gebruiken. • Voordat u verbinding maakt met een netwerk, moet u ervoor zorgen dat de batterij volledig is opgeladen. • Wanneer een DHCP-server niet beschikbaar is, moet u een bestand autoip.txt maken en dit kopiëren naar de geplaatste geheugenkaart om verbinding met het netwerk te maken met Auto IP. • U kunt geen bestanden uploaden of verzenden die zijn gemaakt in de modi 3D-foto en 3D-panorama. • Bestanden die u overzet naar een ander apparaat, worden mogelijk niet ondersteund door het apparaat. In dit geval gebruikt u een computer om de bestanden af te spelen. Tekst invoeren Hier wordt beschreven hoe u tekst kunt invoeren. Met de pictogrammen in de onderstaande tabel kunt u de cursor bewegen, hoofdletters in- en uitschakelen enzovoort. Draai de navigatieknop of druk op [D/c/F/t] om naar een gewenste toets te gaan en druk vervolgens op [o] om deze toets in te geven. Gereed Annuleer Symbool Draadloos netwerk 130 Backspace Beschrijving De laatste letter verwijderen. De cursor verplaatsen. In de ABC-modus schakelt u hoofdletters in of uit. Geef '.com' in. Overschakelen naar de Symboolmodus. Verbinding maken met een WLAN en netwerkinstellingen configureren Symbool Beschrijving Overschakelen naar de ABC-modus. Een spatie invoeren. Gereed De weergegeven tekst opslaan. Zie de handleiding voor het ingeven van tekst. • U kunt alleen tekst in het Engelse alfabet ingeven, ongeacht de schermtaal. • Druk op [P] om direct naar Gereed te gaan. • U kunt maximaal 128 tekens ingeven. Draadloos netwerk 131 Foto's of video's verzenden naar een smartphone De camera kan via een WLAN verbinding maken met smartphones die de functie MobileLink ondersteunen. U kunt eenvoudig foto's of video's verzenden naar uw smartphone. • De functie MobileLink wordt ondersteund door Galaxy S-smartphones met het besturingssysteem Android 2.2 of hoger. Als uw smartphone het besturingssysteem Android 2.1 gebruikt, werkt u uw smartphone bij naar Android 2.2 of hoger. Deze functie wordt ook ondersteund door de 7-inch en 10,1-inch Galaxy Tab. Mogelijk wordt deze functie ook ondersteund door andere toestellen met Android 2.2 of hoger, maar Samsung kan de werking daarvan niet garanderen. • U moet de applicatie Samsung MobileLink installeren op het apparaat voordat u deze functie gebruikt. U kunt de applicatie downloaden van Samsung Apps of Play Store. • Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet gebruiken. • U kunt max. 1000 best. weergeven en max. 100 best. tegelijk verzenden. 1 2 Draai de modusdraaiknop op de camera naar w. Selecteer 4 op de camera. • Lees de instructies op het scherm zorgvuldig om uw camera • Als het pop-upvenster wordt weergegeven waarin u wordt te selecteren en aan te sluiten. gevraagd om de applicatie te downloaden, selecteert u Volgende. 3 Schakel de applicatie Samsung MobileLink in op uw smartphone. • De smartphone kan maar met één camera tegelijk verbinding maken. Selecteer Alle afbeeldingen of Geselect. afbeeld. op de camera om bestanden te selecteren die u wilt delen met de smartphone. 5 6 Selecteer Ja op de camera. 7 Selecteer Kopiëren op de smartphone. • Als u Geselect. afbeeld. hebt geselecteerd, raakt u Delen aan op de camera nadat u de bestanden voor delen hebt geselecteerd. • Als u Geselect. afbeeld. hebt geselecteerd, worden alleen de geselecteerde bestanden weergegeven op de smartphone. Selecteer vanaf de smartphone de bestanden die u van de camera naar de smartphone wilt verzenden. • De camera verzendt de bestanden. Draadloos netwerk 132 Een smartphone gebruiken als externe ontspanknop De camera maakt verbinding met een smartphone via een WLAN. Gebruik de smartphone als externe ontspanner met de functie Remote Viewfinder. De opgenomen foto wordt weergegeven op de smartphone. • De functie Remote Viewfinder wordt ondersteund door Galaxy S-smartphones met het besturingssysteem Android 2.2 of hoger. Als uw smartphone het besturingssysteem Android 2.1 gebruikt, werkt u uw smartphone bij naar Android 2.2 of hoger. Deze functie wordt ook ondersteund door de 7-inch en 10,1-inch Galaxy Tab. Mogelijk wordt deze functie ook ondersteund door andere toestellen met Android 2.2 of hoger, maar Samsung kan de werking daarvan niet garanderen. • U moet de applicatie Externe zoeker installeren op het apparaat voordat u deze functie gebruikt. U kunt de applicatie downloaden van Samsung Apps of Play Store. 1 2 Draai de modusdraaiknop op de camera naar w. Selecteer 4 Stel de volgende opnameopties in op de smartphone. Symbool Beschrijving op de camera. Flitsoptie • Als het pop-upvenster wordt weergegeven waarin u wordt gevraagd om de applicatie te downloaden, selecteert u Volgende. 3 Timerinstelling Fotoformaat Schakel de functie Remote Viewfinder in op uw smartphone. • Wanneer u gebruikmaakt van deze functie, zijn sommige • Lees de instructies op het scherm zorgvuldig om uw camera te selecteren en aan te sluiten. • De smartphone kan maar met één camera tegelijk verbinding maken. knoppen niet beschikbaar op uw camera. • De zoomknop en de ontspanknop op uw smartphone werken niet als u deze functie gebruikt. • De modus Remote Viewfinder ondersteunt alleen de fotoformaten Draadloos netwerk 133 en . Een smartphone gebruiken als externe ontspanknop 5 Blijf aanraken op de smartphone om scherp te stellen. • De scherpstelling is automatisch ingesteld op Multi AF. 6 Druk op om de foto te maken. • De foto wordt opgeslagen in uw camera. • Raak de foto onder aan het scherm aan om de foto op te slaan op de smartphone. Het formaat van de foto wordt gewijzigd in 640 X 360. • Als u deze functie gebruikt, kan de ideale afstand tussen de camera en de smartphone variëren, afhankelijk van de omgeving. • De smartphone moet zich binnen een afstand van 7 m van de camera bevinden als u deze functie wilt gebruiken. • Het duurt enige tijd om de foto te maken nadat u op op de smartphone hebt gedrukt. • De functie Remote Viewfinder wordt in de volgende gevallen uitgeschakeld: - Er is een inkomende oproep op de smartphone. - De camera of de smartphone wordt uitgeschakeld. - Het geheugen is vol. - De verbinding van een van de apparaten met het WLAN is verbroken. - De Wi-Fi-verbinding is zwak of instabiel. Draadloos netwerk 134 Websites voor het delen van foto's of video's gebruiken Upload uw foto's of video's naar websites voor het delen van bestanden. Beschikbare websites worden weergegeven op de camera. Een website openen Foto's of video's uploaden 1 2 3 1 2 Draai de modusdraaiknop naar w. Selecteer . Selecteer een website. Scrol naar de bestanden die u wilt uploaden en druk op [o]. • U kunt maximaal 20 bestanden selecteren. De totale grootte • De camera probeert automatisch verbinding te maken met een WLAN via het toegangspunt waarmee het laatst verbinding is gemaakt. • Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten. (pag. 127) 4 Open de website met uw camera. mag maximaal 10 MB zijn. 3 Selecteer Upload. • Als u bent verbonden met Facebook, selecteert u Upload “ Uploaden. • Als u verbinding hebt gemaakt met Facebook, kunt u uw opmerkingen ingeven door het vak Opmerking te selecteren. Lees voor meer informatie over het ingeven van tekst 'Tekst invoeren'. (pag. 130) Geef uw gebruikersnaam en wachtwoord op en selecteer Aanmelden. • Lees voor meer informatie over het ingeven van tekst 'Tekst invoeren'. (pag. 130) • U kunt een gebruikersnaam in de lijst selecteren door “ een gebruikersnaam te selecteren. • Als u zich eerder bij de website hebt aangemeld, wordt u mogelijk automatisch aangemeld. Als u deze functie wilt gebruiken, moet u een bestaande account op de website voor het delen van bestanden hebben. Draadloos netwerk 135 Websites voor het delen van foto's of video's gebruiken • U kunt geen bestanden uploaden als de bestandsgrootte de limiet • • • • • • • overschrijdt. De maximale fotoresolutie die u kunt uploaden, is 2M en de langste video die u kunt uploaden, is een video die is opgenomen met . Als de geselecteerde foto een hogere resolutie dan 2M heeft, wordt deze automatisch verkleind tot een lagere resolutie. De manier waarop foto's of video's worden geüpload kan afwijken en sommige functies zijn mogelijk niet beschikbaar afhankelijk van de geselecteerde website. Als u door een firewall of gebruikersverificatie-instellingen geen toegang tot een website krijgt, neemt u contact op met uw netwerkbeheerder of uw netwerkserviceprovider. De datum waarop geüploade foto's of video's zijn opgenomen, kan automatisch worden gebruikt als naam voor de foto's of video's. De snelheid waarmee u foto’s kunt uploaden en webpagina’s kunt openen, is afhankelijk van de snelheid van uw internetverbinding. Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet gebruiken. U kunt in de modus Afspelen ook foto's en video's uploaden naar websites voor het delen van bestanden door op [m] te drukken en vervolgens “ en een gewenste website te selecteren. De naam van het cameramodel wordt gebruikt als albumtitel. Draadloos netwerk 136 Foto's of video's via e-mail verzenden U kunt de instellingen in het e-mailmenu wijzigen en foto's die op de camera zijn opgeslagen, verzenden via e-mail. 5 E-mailinstellingen wijzigen In het e-mailmenu kunt u de instellingen voor het opslaan van uw gegevens of het opslaan van e-mailadressen wijzigen. U kunt ook het e-mailwachtwoord instellen of wijzigen. Lees voor meer informatie over het ingeven van tekst 'Tekst invoeren'. (pag. 130) Instelling afzender Naam Uw gegevens opslaan 1 2 Selecteer het vak Naam, geef uw naam in en selecteer Gereed. E-mail Draai de modusdraaiknop naar w. Selecteer Opslaan . Op nul Terug • De camera probeert automatisch verbinding te maken met een WLAN via het toegangspunt waarmee het laatst verbinding is gemaakt. • Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten. (pag. 127) 3 4 6 Selecteer het vak E-mail, geef uw naam in en selecteer Gereed. 7 Selecteer Opslaan om de wijzigingen op te slaan. • Als u uw gegevens wilt verwijderen, selecteert u Op nul aan. Druk op [m]. Selecteer Instelling afzender. Draadloos netwerk 137 Foto's of video's via e-mail verzenden Een e-mailwachtwoord instellen 1 2 3 4 Het e-mailwachtwoord wijzigen 1 2 Draai de modusdraaiknop naar w. Selecteer . Draai de modusdraaiknop naar w. Selecteer . • De camera probeert automatisch verbinding te maken • De camera probeert automatisch verbinding te maken met een WLAN via het toegangspunt waarmee het laatst verbinding is gemaakt. • Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten. (pag. 127) met een WLAN via het toegangspunt waarmee het laatst verbinding is gemaakt. • Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten. (pag. 127) 3 4 5 6 7 8 Druk op [m]. Selecteer Wachtwoord instellen “ Aan. • Selecteer Uit om het wachtwoord uit te schakelen. 5 Klik op [o] wanneer het pop-upvenster wordt weergegeven. 6 7 8 Geef een wachtwoord van 4 cijfers in. Voer het wachtwoord nogmaals in. Druk op [m]. Selecteer Wachtwoord wijzigen. Voer uw huidige wachtwoord van 4 cijfers in. Voer een nieuw wachtwoord van 4 cijfers in. Voer het nieuwe wachtwoord nogmaals in. Klik op [o] wanneer het pop-upvenster wordt weergegeven. Klik op [o] wanneer het pop-upvenster wordt weergegeven. Als u uw wachtwoord kwijt bent, kunt u dit resetten door Reset te selecteren in het scherm voor het invoeren van het wachtwoord. Wanneer u de informatie reset, worden de eerder opgeslagen gebruikersinstellingen, het e-mailadres en de lijst met recent verzonden e-mailberichten verwijderd. Draadloos netwerk 138 Foto's of video's via e-mail verzenden Foto's of video's via e-mail verzenden U kunt foto's die op de camera zijn opgeslagen, verzenden via e-mail. Lees voor meer informatie over het ingeven van tekst 'Tekst invoeren'. (pag. 130) 1 2 Selecteer Selecteer Volgende. Scroll naar de bestanden die u wilt verzenden en druk op [o]. • U kunt maximaal 20 bestanden selecteren. De totale grootte Draai de modusdraaiknop naar w. mag maximaal 7 MB zijn. . • De camera probeert automatisch verbinding te maken met een WLAN via het toegangspunt waarmee het laatst verbinding is gemaakt. • Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten. (pag. 127) 3 5 6 7 8 Selecteer Next. 9 Selecteer Verzenden. Selecteer het vak Opmerking, geef uw opmerkingen in en selecteer Gereed. Selecteer het vak Afzender, geef uw e-mailadres in en selecteer Gereed. • Als u uw gegevens eerder hebt opgeslagen, worden deze automatisch ingevoegd. (pag. 137) 4 • Zelfs als het erop lijkt dat een foto is overgedragen, kunnen fouten met • • Selecteer het vak Ontvanger, geef een e-mailadres in en selecteer Gereed. • Als u een adres uit de lijst met eerdere ontvangers wilt • gebruiken, selecteert u “ een adres. • Selecteer om meer ontvangers toe te voegen. U kunt maximaal 30 ontvangers invoeren. • Selecteer om een adres uit de lijst te verwijderen. • Draadloos netwerk 139 • de e-mailaccount van de ontvanger ervoor zorgen dat de foto wordt geweigerd of herkend als spam. U kunt geen e-mail verzenden als er geen netwerkverbinding beschikbaar is of als de instellingen van uw e-mailaccount onjuist zijn. U kunt geen e-mail verzenden als de bestandsgrootte de limiet overschrijdt. De maximale fotoresolutie die u kunt verzenden, is 2M en de langste video die u kunt verzenden, is een video die is opgenomen met . Als de geselecteerde foto een hogere resolutie dan 2M heeft, wordt deze automatisch verkleind tot een lagere resolutie. Als u door een firewall of gebruikersverificatie-instellingen geen e-mail kunt verzenden, neemt u contact op met uw netwerkbeheerder of uw netwerkserviceprovider. Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet gebruiken. U kunt ook in de modus Afspelen e-mail verzenden door op [m] te drukken en vervolgens “ E-mail te selecteren. Foto's uploaden naar een cloudserver U kunt uw foto's uploaden naar SkyDrive. Om foto's te uploaden, moet u de Microsoft-website bezoeken en u registreren voordat u uw camera aansluit. 1 2 3 4 Draai de modusdraaiknop naar w. Selecteer Meld u aan met uw gebruikersnaam en wachtwoord. • Lees voor meer informatie over het ingeven van tekst . 'Tekst invoeren'. (pag. 130) • Zie 'De aanmeldingsbrowser gebruiken' als u bent verbonden Selecteer SkyDrive. • Als het pop-upvenster wordt weergegeven waarin u wordt gevraagd om een account te maken, selecteert u OK. • De camera probeert verbinding te maken met een WLAN via het toegangspunt waarmee het laatst verbinding is gemaakt. • Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten. (pag. 127) met SkyDrive. (pag. 129) 5 6 Scroll naar de foto's die u wilt uploaden en druk op [o]. Selecteer Upload. Draadloos netwerk 140 • U kunt foto's ook uploaden naar een cloudserver in de modus Afspelen door op [m] te drukken en “ een cloudserver te selecteren. • Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet gebruiken. • Wanneer u foto's uploadt naar SkyDrive, wordt het formaat van de foto's gewijzigd in 2M terwijl de oorspronkelijke verhouding behouden blijft. Automatische back-up gebruiken om foto's of video's te verzenden U kunt foto's of video's die u met de camera hebt opgenomen, draadloos verzenden naar een pc. De functie Automatische back-up werkt alleen met het Windows-besturingssysteem. Het programma voor Automatische back-up installeren op uw pc 1 2 3 Installeer iLauncher op de pc. (pag. 117) Foto's of video's verzenden naar een pc 1 2 Selecteer . • Als het begeleidende bericht wordt weergegeven, drukt u Sluit de camera met de USB-kabel op de pc aan. op [o]. Als het pictogram van het programma Automatische back-up wordt weergegeven, dubbelklikt u hierop. 3 op de pc. Volg de instructies op het scherm om de installatie te voltooien. Druk op [m] om opties in te stellen. • Als u uw pc automatisch wilt uitschakelen nadat de overdracht • Het programma Automatische back-up wordt geïnstalleerd 4 5 Draai de modusdraaiknop naar w. is voltooid, selecteert u Pc afsluiten na back-up “ Aan. 4 Druk op [o] om de back-up te starten. Verwijder de USB-kabel. • Als u het verzenden wilt annuleren, drukt u op [o]. • U kunt geen afzonderlijke bestanden selecteren om back-ups Sluit de camera weer met de USB-kabel op de pc aan. van te maken. Deze functie maakt alleen een back-up van nieuwe bestanden op de camera. • De voortgang van de back-up wordt weergegeven op de monitor van de pc. • Wanneer de overdracht is voltooid, wordt de camera na ongeveer 30 seconden automatisch uitgeschakeld. Selecteer Annuleer om terug te gaan naar het vorige scherm en te voorkomen dat de camera automatisch wordt uitgeschakeld. • De camera slaat informatie over de pc op, zodat de camera bestanden kan verzenden naar de pc. Voordat u het programma installeert, moet u ervoor zorgen dat de pc is verbonden met een netwerk. Als er geen internetverbinding beschikbaar is, moet u het programma installeren vanaf de bijgeleverde cd. Draadloos netwerk 141 Automatische back-up gebruiken om foto's of video's te verzenden • Als de pc de WOL-functie (Wake on LAN) ondersteunt, kunt u de pc • • • • • • • • • • • automatisch inschakelen door op uw camera naar de pc te zoeken. (pag. 146) Wanneer u op de camera verbinding maakt met het WLAN, selecteert u het toegangspunt dat is verbonden met de pc. De camera zoekt naar de beschikbare toegangspunten, zelfs als u weer verbinding maakt met hetzelfde toegangspunt. Als u de camera uitschakelt of de batterij verwijdert terwijl u bestanden verzendt, wordt de bestandsoverdracht onderbroken. U kunt slechts één camera tegelijk verbinden met de pc om bestanden te verzenden. De back-up wordt mogelijk geannuleerd vanwege netwerkomstandigheden. Foto' of video' kunnen maar één keer naar een pc worden verzonden. Bestanden kunnen niet opnieuw worden verzonden, zelfs niet als u uw camera opnieuw aansluit op een andere pc. Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet gebruiken. U moet Windows Firewall en eventuele andere firewalls uitschakelen voordat u deze functie gebruikt. U kunt maximaal 1000 bestanden verzenden. In de pc-software moet de servernaam worden ingegeven in het Latijnse alfabet en mag de naam niet meer dan 48 tekens bevatten. Wanneer meerdere bestandstypen tegelijk worden gemaakt, worden alleen de afbeeldingsbestanden (JPG) naar de pc verzonden met deze functie. Draadloos netwerk 142 Foto's of video's weergeven op een tv met TV Link-functionaliteit TV Link is een technologie voor het delen van mediabestanden tussen een camera en een tv die verbinding hebben met hetzelfde toegangspunt. Met deze technologie kunt u uw foto's of video's op een breedbeeld-tv of ander apparaat weergeven. 1 2 4 Draai de modusdraaiknop naar w. Selecteer . • Als het begeleidende bericht wordt weergegeven, drukt u op [o]. • De camera probeert automatisch verbinding te maken met een WLAN via het toegangspunt waarmee het laatst verbinding is gemaakt. • Als de camera niet eerder verbinding heeft gemaakt met een WLAN, wordt er gezocht naar beschikbare toegangspunten. (pag. 127) 3 Maak op uw tv verbinding met een draadloos netwerk via een toegangspunt. Zoek op de tv naar de camera en blader door de gedeelde foto's of video's. • Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de tv voor informatie over het zoeken naar de camera en het bladeren door foto's of video's op de tv. • Afhankelijk van het type tv of de netwerkverbinding kan het voorkomen dat video's niet vloeiend worden afgespeeld. Als dit gebeurt, neemt u de video opnieuw op met de kwaliteit of en speelt u de video opnieuw af. Als video's niet vloeiend op uw televisie worden afgespeeld via de draadloze verbinding, sluit u de camera met een A/V-kabel aan op de televisie. • Raadpleeg de gebruikershandleiding van de tv voor meer informatie. AP Draadloos netwerk 143 Foto's of video's weergeven op een tv met TV Link-functionaliteit • U kunt maximaal 1000 foto's of video's delen. • Op een tv-scherm kunt u alleen foto's of video's bekijken die u met de • • • • • • • • • camera hebt opgenomen. Het bereik van de draadloze verbinding tussen uw camera en een tv kan verschillen, afhankelijk van de specificaties van het toegangspunt. Als de camera is verbonden met 2 tv's, wordt er mogelijk langzamer afgespeeld. Foto's of video's worden met hun originele grootte gedeeld. U kunt deze functie alleen gebruiken met tv's met de TV Link-functie. Gedeelde foto's of video's worden niet opgeslagen op de tv, maar u kunt ze op de camera opslaan volgens de tv-specificaties. Het overbrengen van foto's of video's naar de tv kan enige tijd duren, afhankelijk van de netwerkverbinding, het aantal bestanden dat u wilt delen of de grootte van de bestanden. Als u de camera op ongebruikelijke wijze uitschakelt terwijl u foto's of video's op een tv bekijkt (bijvoorbeeld door de batterij te verwijderen), gaat de tv ervan uit dat de verbinding met de camera nog intact is. De volgorde van foto's of video's op de camera kan afwijken van die op de tv. Afhankelijk van het aantal foto's of video's dat u wilt delen, kan het enige tijd duren om uw foto's of video's te laden en de instelprocedure uit te voeren. Draadloos netwerk 144 • Als u tijdens de weergave van foto's of video's op de tv voortdurend de afstandsbediening van de tv gebruikt of andere handelingen op de tv uitvoert, werkt deze functie mogelijk niet correct. • Als u bestanden op de camera sorteert of de volgorde van de bestanden wijzigt terwijl u de bestanden op een tv bekijkt, moet u de instelprocedure herhalen om de lijst met bestanden op de tv bij te werken. • Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet gebruiken. • U kunt het beste een netwerkkabel gebruiken om uw tv aan te sluiten op het toegangspunt. Hiermee kunt u haperende videobeelden bij het streamen van inhoud tot een minimum beperken. Foto's verzenden via Wi-Fi Direct Als de camera via een WLAN is verbonden met een apparaat dat de functie Wi-Fi Direct ondersteunt, kunt u foto's verzenden naar het apparaat. Deze functie wordt mogelijk niet ondersteund op bepaalde apparaten. 1 2 3 5 Schakel op het toestel de optie Wi-Fi Direct in. Scroll op de camera in de afspeelmodus naar een foto. Druk op [m] en selecteer vervolgens Wi-Fi Direct. Geef op het toestel de camera toestemming om verbinding te maken met het toestel. • De foto wordt verzonden naar het apparaat. “ • Als het camerageheugen geen foto's bevat, kunt u deze functie niet gebruiken. • In de weergave met één afbeelding kunt u slechts één foto tegelijk verzenden. • In de miniatuurweergave kunt u meerdere foto's selecteren door naar miniaturen te scrollen en op [o] te drukken. Selecteer Next wanneer u klaar bent met het selecteren van foto's. 4 Selecteer het apparaat in de lijst met Wi-Fi Directapparaten op de camera. • Zorg ervoor dat de optie Wi-Fi Direct van het apparaat is ingeschakeld. • U kunt ook uw camera selecteren in de lijst met Wi-Fi Direct- apparaten op het apparaat. Draadloos netwerk 145 • Als u geen verbinding kunt maken met een Wi-Fi Direct-toestel, moet u het toestel bijwerken met de nieuwste firmware. Deze functie wordt mogelijk niet ondersteund op bepaalde apparaten. Over de WOL-functie Wake on LAN Met de WOL-functie kunt u een pc automatisch inschakelen of wekken met uw camera. Deze functie is beschikbaar voor desktop-pc's van Samsung uit de afgelopen 5 jaar (niet beschikbaar voor all-in-one-pc's). Als u andere wijzigingen dan de beschreven wijzigingen aanbrengt in de BIOS-instellingen van uw pc, kan uw pc worden beschadigd. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade als gevolg van het wijzigen van de BIOS-instellingen van uw pc. De pc instellen om wakker te worden uit de slaapmodus 1 Klik op Start en open het Control Panel (Configuratiescherm). 3 Klik met de rechtermuisknop op Local Area (LANverbinding) en klik op Properties (Eigenschappen). 2 Configureer de netwerkverbinding. 4 Klik op Configure (Configureren) “ het tabblad Power manage (Energiebeheer) “ Allow this device to wake the computer (Dit apparaat mag de computer uit standby halen). 5 6 Klik op OK. • Windows 7: Klik op Network and Internet (Netwerk en internet) “ Network and Sharing Center (Netwerkcentrum) “ Change adapter settings (Adapterinstellingen wijzigen). • Windows Vista: Klik op Network and Internet (Netwerk en internet) “ Network and Sharing Center (Netwerkcentrum) “ Manage network connections (Netwerkverbindingen beheren). • Windows XP: Klik op Network and Internet Connection (Netwerk- en Internet-verbindingen) “ Network Connection (Netwerkverbindingen). Start de pc opnieuw op. Draadloos netwerk 146 Over de WOL-functie Wake on LAN De pc instellen om te worden ingeschakeld 1 7 8 Schakel de pc in en druk op F2 terwijl de pc wordt opgestart. • Het BIOS-instelmenu wordt weergegeven. 2 Selecteer het tabblad Advanced (Geavanceerd) “ Power management Setup (Energiebeheer instellen). 3 Selecteer Resume on PME (Hervatten bij PME) “ Enabled (Ingeschakeld). 4 Druk op F10 om uw wijzigingen op te slaan en door te gaan met opstarten. 5 Klik op Start en open het Control Panel (Configuratiescherm). 6 Configureer de netwerkverbinding. Selecteer stuurprogramma's voor de netwerkadapter. Klik op de tab Advanced (Geavanceerd) en stel de WOL-menu's in. • U kunt deze functie niet gebruiken met een firewall of als er een beveiligingsprogramma is geïnstalleerd. • Als u de computer wilt inschakelen met de WOL-functie, moet de • Windows 7: Klik op Network and Internet (Netwerk en internet) “ Network and Sharing Center (Netwerkcentrum) “ Change adapter settings (Adapterinstellingen wijzigen). • Windows Vista: Klik op Network and Internet (Netwerk en internet) “ Network and Sharing Center (Netwerkcentrum) “ Manage network connections (Netwerkverbindingen beheren). • Windows XP: Klik op Network and Internet Connection (Netwerken Internet-verbindingen) “ Network Connection (Netwerkverbindingen). computer een actieve verbinding hebben met het LAN. Zorg ervoor dat het lampje op de LAN-poort van de pc brandt, wat aangeeft dat de LAN-verbinding actief is. • Afhankelijk van het model van uw pc is het mogelijk dat de camera de pc alleen kan wekken. • Afhankelijk van het besturingssysteem of de stuurprogramma's van uw pc kunnen de namen van het WOL-instelmenu verschillen. - voorbeelden van namen in het instelmenu: PME inschakelen, Wake on LAN inschakelen enzovoort. - voorbeelden van waarden in het instelmenu: Inschakelen, Magic packet enzovoort. Draadloos netwerk 147 Instellingen Hier vind u opties om de instellingen van uw camera te configureren. Instellingenmenu ……………………………………… 149 Het instellingenmenu openen ……………………… 149 Het instellingenmenu gebruiken …………………… 150 Instellingenmenu Hier vindt u informatie waarmee u de instellingen van de camera kunt configureren. Het instellingenmenu openen 1 2 3 Selecteer een optie. Druk in de opname- of afspeelmodus op [m]. Volume Selecteer n “ een item. Sl.toon Aan Piepjes Aan AF-geluid Aan Geluiden Helpgids weerg. Uit Aan Richtlijn Uit Datum/tijd weergeven Terug Uit Helderh. scherm Auto Snel tonen 1 sec Scherm auto. uit Afsl. Middel Begingeluid Aan 4 Verpl. Instellingen 149 Verpl. Druk op [m] om terug te gaan naar het vorige scherm. Instellingenmenu * Standaard Het instellingenmenu gebruiken * Standaard Item Beschrijving Hiermee past u de helderheid van het scherm aan. (Auto*, Donker, Normaal, Licht) Item Beschrijving Helderh. scherm Geluiden Hiermee kunt u de camerageluiden en het volume instellen. • Volume: het volume van alle geluiden instellen. (Uit, Laag, Middel*, Hoog) • Begingeluid: instellen dat er een geluid klinkt wanneer u de camera inschakelt. (Uit*, Aan) • Sl.toon: een geluid instellen dat wordt afgespeeld als u de ontspanknop indrukt. (Uit, Aan*) • Piepjes: instellen dat een geluid wordt afgespeeld als u op de knoppen drukt of schakelt tussen modi. (Uit, Aan*) • AF-geluid: instellen dat een geluid wordt afgespeeld als u de ontspanknop half indrukt. (Uit, Aan*) Helpgids weerg. Een korte beschrijving van een optie of menu weergeven. (Uit, Aan*) Netwerkinformatie Het Mac-adres en serienummer van de camera weergeven. Hiermee selecteert u een raster om u te helpen bij de compositie van een scène. (Uit*, 3 X 3, 2 X 2, Kruis, Diagonaal) Language Een taal voor de tekst op het scherm instellen. Richtlijn Datum/tijd weergeven Instellen of de datum en tijd op het scherm van de camera worden weergegeven. (Uit*, Aan) Snel tonen Normaal is de vaste waarde voor de afspeelmodus, zelfs als Auto is geselecteerd. Hiermee stelt u in hoe lang een gemaakte foto wordt weergegeven voordat u teruggaat naar de opnamemodus. (Uit, 1 sec*, 3 sec) Als u gedurende 60 seconden geen handelingen uitvoert, schakelt het scherm automatisch uit en knippert het statuslampje. (Uit, Aan*) • Wanneer het scherm automatisch uitschakelt, Scherm auto. uit Instellingen 150 drukt u op een andere knop dan [POWER] om de camera weer te gebruiken. • Zelfs als u deze functie niet instelt, wordt het scherm 60 seconden na de laatste bewerking gedimd om stroom te besparen. Instellingenmenu * Standaard Item Beschrijving * Standaard Item • Tijdzone: de tijdzone voor uw locatie Beschrijving De naamgeving van bestanden opgeven. • Op nul: instellen dat de bestandsnummering weer bij 0001 begint wanneer er een nieuwe geheugenkaart wordt geplaatst, een geheugenkaart wordt geformatteerd of alle bestanden worden verwijderd. • Serie*: instellen dat de bestandsnummering doorloopt wanneer er een nieuwe geheugenkaart wordt geplaatst, een geheugenkaart wordt geformatteerd of alle bestanden worden verwijderd. instellen. Als u naar een ander land reist, selecteert u Bezoek en selecteert u de juiste tijdzone. (Thuis*, Bezoek) • Datum/tijd aanpassen: de datum en tijd instellen. • Datumtype: een datumnotatie instellen. (JJJJ/MM/DD, MM/DD/JJJJ*, DD/MM/JJJJ) De standaarddatumnotatie kan afwijken, afhankelijk van de geselecteerde taal. • De standaardnaam van de eerste map is Datum en tijd • Type tijd: een tijdnotatie instellen. (12 uur*, 24 uur) • Afdruk: instellen of de datum en tijd moeten worden weergegeven op gemaakte foto's. (Uit*, Datum, Datum/tijd) Bestandsnr. • • • De datum en tijd worden in de rechterbenedenhoek weergegeven. • Mogelijk drukken sommige printermodellen de datum en tijd niet correct af. • De datum en de tijd worden niet weergegeven op de foto als u opnamen maakt in bepaalde scènemodi, de modus Panorama of de modus Beeld in beeld. Instellingen 151 • • 100PHOTO en de standaardnaam van het eerste bestand is SAM_0001. Het bestandsnummer wordt steeds met één verhoogd, van SAM_0001 tot SAM_9999. Het mapnummer wordt steeds met één verhoogd, van 100PHOTO(SAM_0001SAM_0999) tot 999PHOTO(SAM_9000SAM_9999). Het maximum aantal bestanden dat in een map kan worden opgeslagen, is 1000. De camera definieert bestandsnamen volgens de DCF-norm (Design rule for Camera File system). Als u bestandsnamen wijzigt, kan de camera deze bestanden mogelijk niet meer weergeven. Instellingenmenu * Standaard Item Beschrijving Instellen dat de camera automatisch wordt uitgeschakeld als u gedurende een bepaalde periode geen bewerkingen uitvoert. (Uit, 1 min, 3 min*, 5 min, 10 min) Automatisch uit * Standaard Item Beschrijving Formatteer de geheugenkaart. Wanneer u formatteert, worden alle bestanden verwijderd, ook beveiligde bestanden. (Ja, Nee) • Uw instellingen worden niet gewijzigd wanneer u Formatt. de batterij vervangt. • De camera wordt niet automatisch uitgeschakeld als de camera is aangesloten op een computer, is verbonden met een WLAN of wanneer u een diashow of video's afspeelt. Smart Link (Wi-Fi-knop) Een Wi-Fi-functie instellen wanneer u op [t] drukt. (MobileLink*, Remote Viewfinder, Delen op sociale netwerken, E-mail, Cloud, Automatische back-up, TV Link) AF-lamp Instellen dat op donkere locaties automatisch een lampje wordt ingeschakeld zodat u beter kunt scherpstellen. (Uit, Aan*) Omvormingslens Instellen op gebruik van een conversielens, indien u er een heeft. (Uit*, Aan) Er kunnen fouten optreden als u een geheugenkaart door een ander merk camera, door een computer of in een geheugenkaartlezer laat formatteren. Formatteer geheugenkaarten in de camera voordat u ze gebruikt om beelden op te slaan. Reset Reset menu's en opnameopties. De instellingen voor datum en tijd, taal en video-uitvoer worden niet gereset. (Ja, Nee) Anynet+ (HDMI-CEC) Instellen of de camera kan worden bediend met de afstandsbediening van de televisie wanneer u de camera aansluit op een HDTV die het profiel Anynet+(CEC) ondersteunt. • Uit: bestanden weergeven zonder een HDTV-afstandsbediening te gebruiken. • Aan*: de camera gebruiken met een HDTV-afstandsbediening. Instellingen 152 Instellingenmenu * Standaard Item Beschrijving De resolutie van foto's instellen wanneer de camera bestanden afspeelt op een HDTV via de HDMI-kabel. (NTSC: 1080i*, 720p, 480p/ PAL: 1080i*, 720p, 576p) • Als de geselecteerde resolutie niet door de HDMI-formaat HDTV wordt ondersteund, wordt automatisch de onderliggende resolutiewaarde geselecteerd. • Als u 480p of 576p selecteert, zijn de afspeelmenu's en Smart Album niet beschikbaar wanneer u de camera aansluit op een televisie. Video Het video-uitgangssignaal voor uw land of regio instellen. • NTSC: Canada, Japan, Korea, Mexico, Taiwan, VS enzovoort • PAL (ondersteunt alleen B/D/G/H/I): Australië, België, China, Denemarken, Duitsland, Engeland, Finland, Frankrijk, Italië, Koeweit, Maleisië, Nederland, Nieuw-Zeeland, Noorwegen, Oostenrijk, Singapore, Spanje, Thailand, Zweden, Zwitserland enzovoort Open bronlicenties De informatie over de Open Source-licentie weergeven. Instellingen 153 Bijlagen Hier vindt u informatie over foutmeldingen, specificaties en onderhoud. Foutmeldingen ………………………………………… 155 Cameraonderhoud …………………………………… 157 De camera reinigen ………………………………… 157 De camera gebruiken of opbergen ………………… 158 Geheugenkaarten …………………………………… 160 De batterij …………………………………………… 163 Optionele accessoires gebruiken …………………… 167 Optionele flitsers gebruiken ………………………… 167 Een optionele optische zoeker gebruiken …………… 167 De sluiterknop gebruiken …………………………… 168 De microfoon gebruiken …………………………… 168 Een conversielens gebruiken ………………………… 169 Voordat u contact opneemt met een servicecenter ………………………………………… 170 Cameraspecificaties ………………………………… 173 Woordenlijst …………………………………………… 178 Verklaring in officiële talen …………………………… 184 Index …………………………………………………… 186 Foutmeldingen Als een van de volgende foutmeldingen verschijnt, kunt u de onderstaande oplossingen proberen. Foutmelding Mogelijke oplossingen Foutmelding Mogelijke oplossingen DCF Full Error Bestandsnamen komen niet met de DCFnorm overeen. Breng de bestanden op de geheugenkaart over naar een computer en formatteer de kaart. Open vervolgens het menu Instellingen en selecteer Bestandsnr. “ Op nul. (pag. 151) Apparaat losgekoppeld. De netwerkverbinding is verbroken tijdens het overbrengen van foto's. Selecteer een ander TV Link-apparaat. Bestandsfout Verwijder het beschadigde bestand of neem contact op met een servicecenter. Bestandssysteem wordt niet ondersteund. De FAT-bestandsstructuur van de geplaatste geheugenkaart wordt niet ondersteund door de camera. Formatteer de geheugenkaar in de camera. • Schakel de camera uit en weer in. Kaartfout • Verwijder de geheugenkaart en plaats deze weer terug. • Formatteer de geheugenkaart. SD-, SDHC-, of SDXC-kaarten kunnen worden vergrendeld om te voorkomen dat bestanden worden gewist. Ontgrendel de kaart voordat u opnamen maakt. Kaart vergrendeld Kaart wordt niet ondersteund. De geplaatste geheugenkaart wordt niet ondersteund door de camera. Plaats een SD-, SDHC-, of SDXC-geheugenkaart. • De camera kan geen verbinding met het Verbinding is niet gelukt. netwerk maken via het geselecteerde toegangspunt. Selecteer een ander toegangspunt en probeer het opnieuw. • De camera kan geen verbinding maken met de andere apparaten. Probeer opnieuw verbinding te maken. • Schakel de apparaten met TV Link op het Initialisatie mislukt. netwerk in. • De camera kan geen apparaat met de functie TV Link vinden. Ongeldig wachtwoord. Bijlagen 155 Het wachtwoord voor het overdragen van bestanden naar een andere camera is onjuist. Voer het juiste wachtwoord in. Foutmeldingen Foutmelding Mogelijke oplossingen Batterij bijna leeg Plaats een opgeladen batterij of laad de batterij op. Geheugen vol Verwijder onnodige bestanden of plaats een nieuwe geheugenkaart. Geen foto Maak foto's of plaats een geheugenkaart met foto's in de camera. Foto-overdracht mislukt. De netwerkverbinding is verbroken tijdens het overbrengen van foto's. Probeer de functie TV Link weer in te schakelen. • De camera kan een foto niet verzenden naar de andere apparaten. Probeer opnieuw te verzenden. Overdracht mislukt. • De camera kan geen e-mail verzenden of foto's overdragen naar een apparaat met de functie TV Link. Controleer de netwerkverbinding en probeer het opnieuw. Bijlagen 156 Cameraonderhoud De camera reinigen Cameralens en -scherm Camerabody Veeg de behuizing voorzichtig schoon met een zachte, droge doek. Verwijder stof met behulp van een blaaskwastje en veeg de lens met een zachte doek voorzichtig af. Voor eventueel achtergebleven stof brengt u lensreinigingsvloeistof op een stuk lensreinigingspapier aan en veegt u de lens voorzichtig schoon. • Gebruik nooit benzeen, thinner of alcohol om het apparaat te reinigen. Deze oplosmiddelen kunnen de camera beschadigen of defecten veroorzaken. • Druk niet op de lenskap en gebruik geen blaaskwastje op de lenskap. Bijlagen 157 Cameraonderhoud Gebruik op het strand of aan de waterkant De camera gebruiken of opbergen • Bescherm de camera tegen zand en vuil wanneer u deze op Ongeschikte plaatsen voor het gebruiken of opbergen van de camera • Stel de camera niet bloot aan zeer hoge of lage temperaturen. • Gebruik de camera niet in zeer vochtige omgevingen of het strand of in een andere, soortgelijke omgeving gebruikt. • Uw camera is niet waterbestendig. Gebruik de batterij, adapter of geheugenkaart niet met natte handen. Als u de camera gebruikt met natte handen, kan de camera beschadigd raken. omgevingen waar de luchtvochtigheid snel verandert. • Stel de camera niet bloot aan direct zonlicht en bewaar de • • • • camera niet op warme locaties met slechte ventilatie, zoals in een auto die in de zon staat. Bescherm de camera en het scherm tegen stoten, ruw gebruik en sterke trillingen om ernstige schade te voorkomen. Gebruik of bewaar de camera niet op stoffige, vuile, vochtige of slecht-geventileerde plaatsen, om schade aan bewegende en interne onderdelen te voorkomen. Gebruik de camera niet in de buurt van brandstoffen, brandbare stoffen of ontvlambare chemicaliën. Bewaar geen ontvlambare vloeistoffen, gassen en explosief materiaal in dezelfde ruimte als de camera of de accessoires van de camera. Berg de camera niet op met mottenballen. Camera voor langere tijd opbergen • Als u de camera langere tijd opbergt, moet u de camera samen met absorberend materiaal, zoals silicagel, in een afgesloten houder plaatsen. • Haal de batterijen uit de camera wanneer u de camera langere tijd opbergt. Batterijen in het batterijvak kunnen na verloop van tijd gaan lekken of roesten en ernstige schade aan uw camera veroorzaken. • Batterijen die niet worden gebruikt, ontladen zich na verloop van tijd en moeten vóór gebruik opnieuw worden opgeladen. • De huidige datum en tijd kunnen worden geïnitialiseerd wanneer de camera wordt ingeschakeld nadat de batterij langer dan 40 uur uit de camera is verwijderd. Bijlagen 158 Cameraonderhoud • Leg camera's, batterijen, opladers of accessoires nooit in de Wees voorzichtig bij gebruik in vochtige omgevingen Als u de camera overbrengt van een koude naar een warme omgeving, kan er condensvorming optreden op de lens of de interne onderdelen van de camera. In dit geval moet u de camera uitschakelen en ten minste 1 uur wachten. Als er condensvorming optreedt op de geheugenkaart, moet u de kaart uit de camera halen en wachten tot al het vocht is verdampt voordat u de kaart terugplaatst. Overige aandachtspunten • Zwaai de camera niet aan de polslus heen en weer. Hierdoor kunt u uzelf of anderen verwonden of schade aan uw camera veroorzaken. • Verf de camera niet, omdat verf tussen de bewegende onderdelen kan gaan zitten en de werking van het apparaat kan beïnvloeden. • Schakel de camera uit als u deze niet gebruikt. • De camera bevat kwetsbare onderdelen. Zorg daarom dat u de camera niet blootstelt aan schokken. • Bewaar de camera in de houder om het scherm te beschermen tegen externe druk. Houd de camera uit de buurt van zand, scherp gereedschap of kleingeld om te voorkomen dat er krassen op de camera komen. • Gebruik de camera niet als het scherm gebarsten of beschadigd is. Gebarsten glas of acryl kan letsel aan uw handen en gezicht veroorzaken. Breng de camera naar een servicecenter van Samsung om de camera te laten repareren. • • • • • • • • buurt van, op of in verwarmingsapparaten, zoals magnetrons, kachels of radiatoren. Deze apparaten kunnen worden vervormd en oververhit raken en brand of een ontploffing veroorzaken. Stel de lens niet bloot aan direct zonlicht. Hierdoor kan de beeldsensor verkleuren of defect raken. Bescherm de lens tegen vingerafdrukken en krassen. Reinig de lens met een zachte, schone doek. Als de camera een schok opvangt, wordt de camera mogelijk uitgeschakeld. Dit gebeurt om de geheugenkaart te beschermen. Schakel de camera weer in om de camera te gebruiken. De camera kan warm worden tijdens het gebruik. Dit is normaal en is niet van invloed op de levensduur of prestaties van uw camera. Bij lage temperaturen kan het langer duren voordat de camera is ingeschakeld, kunnen kleuren tijdelijk veranderen of kunnen nabeelden worden weergegeven. Deze omstandigheden duiden niet op defecten en worden verholpen als u de camera weer bij normale temperaturen gebruikt. Verf of metaal aan de buitenzijde van de camera kan allergieën, jeuk, eczeem of bultjes veroorzaken bij mensen met een gevoelige huid. Als u last hebt van een van deze symptomen, stop dan onmiddellijk met het gebruik van de camera en raadpleeg een arts. Steek geen vreemde voorwerpen in de compartimenten, sleuven en toegangspunten van de camera. Schade als gevolg van onjuist gebruik wordt mogelijk niet door de garantie gedekt. Laat geen ongekwalificeerd personeel reparatie- of onderhoudswerkzaamheden aan de camera uitvoeren en probeer dit ook niet zelf te doen. Alle schade die voortvloeit uit ongekwalificeerd onderhoud of reparatie, wordt niet gedekt door de garantie. Bijlagen 159 Cameraonderhoud Geheugenkaarten Capaciteit van de geheugenkaart Ondersteunde geheugenkaarten Dit product accepteert de geheugenkaarten SD (Secure Digital), SDHC (Secure Digital High Capacity), SDXC (Secure Digital eXtended Capacity), microSD, microSDHC of microSDXC . De geheugencapaciteit verschilt, afhankelijk van de opnamemodus, de opnameomstandigheden of de geheugenkaart. De volgende capaciteiten zijn gebaseerd op een SD-kaart van 2 GB: Foto Contactpunt Superhoog Hoog Normaal Schrijfvergrendeling Formaat 277 313 503 Etiket (voorzijde) 254 349 558 286 392 623 335 457 721 333 456 719 512 691 1060 Bij SD-, SDHC-, of SDXC-kaarten kunt u voorkomen dat bestanden worden verwijderd door de schrijfvergrendeling op de kaart te gebruiken. Schuif de vergrendeling naar beneden om de kaart te vergrendelen en omhoog om de kaart te ontgrendelen. Ontgrendel de kaart voordat u foto's en video's maakt. Geheugenkaartadapter Geheugenkaart Als u microgeheugenkaarten wilt gebruiken met dit product, een computer of een geheugenkaartlezer, moet u de kaart in een adapter plaatsen. Bijlagen 160 819 1081 1588 1095 1418 2009 2165 2610 3284 Cameraonderhoud Formaat RAW RAW + S.Fijn RAW + Fijn RAW + Normaal 73 51 59 69 74 54 61 71 76 57 64 73 78 60 67 75 78 60 67 75 83 69 74 80 87 77 81 85 89 81 84 87 Video Formaat 1920 X 1080 1280 X 720 640 X 480 Om te delen 640 X 480 91 87 88 480fps 192 X 144 120fps 30fps - - - Ongeveer 19' 05" - - - Ongeveer 29' 38" - - - Ongeveer 57' 16" - - - Ongeveer 716' 50" - - Ongeveer 24' 52" - - Ongeveer 32' 49" - - Ongeveer 26' 02" - - - 90 384 X 288 240fps De bovenstaande cijfers zijn gemeten zonder gebruik van de zoomfunctie. Bij gebruik van de zoomfunctie kan de beschikbare opnametijd afwijken van de vermelde waarden. Om de totale opnameduur te bepalen, zijn er verschillende video's achter elkaar opgenomen. Bijlagen 161 Cameraonderhoud Aandachtspunten bij gebruik van geheugenkaarten • Stel de geheugenkaarten niet bloot aan zeer lage of hoge • • • • • • • • temperaturen (lager dan 0 °C/32 °F of hoger dan 40 °C/104 °F). Extreme temperaturen kunnen ervoor zorgen dat geheugenkaarten niet goed werken. Plaats een geheugenkaart in de juiste richting. Als u een geheugenkaart in de verkeerde richting plaatst, kunnen camera en geheugenkaart worden beschadigd. Gebruik geen geheugenkaarten die in een andere camera of door een computer zijn geformatteerd. Formatteer een dergelijke geheugenkaart opnieuw in uw eigen camera. Schakel de camera uit wanneer u een geheugenkaart plaatst of verwijdert. Verwijder de geheugenkaart niet en schakel uw camera niet uit wanneer het lampje knippert, omdat de gegevens hierdoor kunnen worden beschadigd. Wanneer de levensduur van een geheugenkaart is verlopen, kunt u geen foto's meer opslaan op de kaart. Gebruik een nieuwe geheugenkaart. Zorg dat geheugenkaarten niet buigen, vallen of aan zware klappen of druk worden blootgesteld. Zorg dat u geheugenkaarten niet gebruikt of opbergt in de buurt van krachtige magnetische velden. Zorg dat u geheugenkaarten niet gebruikt op locaties met hoge temperaturen of luchtvochtigheid of in de buurt van bijtende stoffen. • Voorkom dat geheugenkaarten in contact komen met vloeistoffen, vuil of vreemde stoffen. Veeg zo nodig de geheugenkaart met een zachte doek schoon voordat u de geheugenkaart in de camera plaatst. • Voorkom dat geheugenkaarten en de geheugenkaartsleuf in contact komen met vloeistoffen, vuil of vreemde stoffen. Dergelijke stoffen kunnen ervoor zorgen dat geheugenkaarten of de camera niet goed meer werken. • Wanneer u een geheugenkaart bij u draagt, moet u een hoesje gebruiken om de kaart tegen elektrostatische ontlading te beschermen. • Breng belangrijke gegevens over naar andere media, zoals een vaste schijf, CD of DVD. • Als u de camera langere tijd gebruikt, kan de geheugenkaart warm worden. Dit is normaal en wijst niet op een defect. Bijlagen 162 De fabrikant is niet verantwoordelijk voor enig verlies van gegevens. Cameraonderhoud Levensduur van de batterij De batterij Gebruik alleen door Samsung goedgekeurde batterijen. Gemiddelde opnameduur/ Aantal foto's Batterijspecificaties Specificatie Beschrijving Model SLB-10A Type Lithium-ionbatterij Capaciteit 1030 mAh Voltage 3,7 V Testomstandigheden(bij een volledig opgeladen batterij) De levensduur is gemeten onder de volgende omstandigheden: in de modus p, in het donker, resolutie , kwaliteit Hoog, OIS aan. Foto's Oplaadduur* (wanneer de camera is Ongeveer 240 min. uitgeschakeld) Ongeveer 130 min/ Ongeveer 260 foto's 1. Stel de flitser in op Invulflits, maak één foto en zoom in of uit. 2. Stel de flitser in op Uit, maak één foto en zoom in of uit. 3. Voer stap 1 en 2 uit. Wacht 30 seconden tussen de stappen. Herhaal het proces na 5 minuten en schakel de camera 1 minuut uit. * Duurt mogelijk langer als u de batterij aansluit op een computer om de batterij op te laden. 4. Herhaal stap 1 tot 3. Video's Ongeveer 90 min Neem video's op met de resolutie en 30 fps. • De bovenstaande cijfers zijn volgens de normen van Samsung gemeten en kunnen afwijken van resultaten bij daadwerkelijk gebruik. • Er zijn verschillende video's achter elkaar opgenomen om de totale opnameduur te bepalen. • Wanneer u netwerkfuncties gebruikt, raakt de batterij sneller leeg. Bijlagen 163 Cameraonderhoud Melding Batterij bijna leeg Aandachtspunten voor het gebruik van de batterij Als de batterij volledig is ontladen, wordt het batterijpictogram rood en verschijnt de melding 'Batterij bijna leeg'. De batterij gebruiken • Stel de batterijen niet bloot aan zeer lage of hoge temperaturen • • • • (lager dan 0 °C/32 °F of hoger dan 40 °C/104 °F). Extreme temperaturen kunnen de laadcapaciteit van de batterijen beperken. Als u de camera langere tijd gebruikt, kan het gebied rond de batterijklep warm worden. Dit heeft geen invloed op de normale werking van de camera. Trek niet aan het netsnoer om de stekker uit het stopcontact te halen om te voorkomen dat u brand of een schok veroorzaakt. Bij temperaturen onder 0 °C/32 °F kunnen de capaciteit en levensduur van de batterij afnemen. Bij lage temperaturen kan de batterijcapaciteit afnemen, maar de gewone capaciteit wordt hersteld bij gebruik bij hogere temperaturen. Bescherm batterijen, opladers en geheugenkaarten tegen schade Voorkom dat batterijen in aanraking komen met metalen voorwerpen. Dit kan een verbinding vormen tussen de plus- en minpolen van uw batterijen en tijdelijke of permanente schade aan de batterijen en brand of een schok veroorzaken. De batterij opladen • Als het indicatielampje uit is, controleert u of de batterij op de juiste wijze is geplaatst. • Als camera tijdens het opladen is ingeschakeld, laadt de batterij niet op. Schakel de camera uit voordat u de batterij oplaadt. • Gebruik de camera niet als de batterij wordt opgeladen. Dit kan brand of een schok veroorzaken. • Trek niet aan het netsnoer om de stekker uit het stopcontact te halen om te voorkomen dat u brand of een schok veroorzaakt. • Wacht ten minste 10 minuten voordat u de camera inschakelt nadat de batterij is opgeladen. • Als u de camera aansluit op een externe voedingsbron terwijl de batterij helemaal leeg is, wordt de camera uitgeschakeld wanneer u bepaalde functies gebruikt die veel stroom verbruiken. Laad de batterij op om de camera op normale wijze te gebruiken. Bijlagen 164 Cameraonderhoud • Als u de voedingskabel opnieuw aansluit nadat de batterij volledig • • • • • is opgeladen, brandt het statuslampje ongeveer 30 minuten. Met het gebruik van de flitser en het opnemen van video's raakt de batterij snel leeg. Laad de batterij op totdat het rode indicatielampje uitgaat. Als het indicatielampje knippert of niet brandt, sluit u de kabel opnieuw aan of verwijdert u de batterij en plaatst u deze opnieuw in de camera. Als u de batterij oplaadt wanneer de kabel oververhit is of de temperatuur te hoog is, kan het indicatielampje rood knipperen. Nadat de batterij is afgekoeld, wordt het opladen gestart. Als u batterijen overlaadt, kan de gebruiksduur van de batterij korter worden. Wanneer het opladen is voltooid, haalt u de kabel uit de camera. Buig het netsnoer niet en plaats geen zware voorwerpen op het netsnoer. Als u dit wel doet, kan het netsnoer worden beschadigd. Behandel batterijen en opladers voorzichtig en voer deze af volgens de voorschriften • Gooi batterijen nooit in open vuur. Houd u aan alle lokale regelgevingen bij het weggooien van gebruikte batterijen. • Leg batterijen of camera's nooit in of op verwarmingsapparaten, zoals een magnetron, kachel of radiator. Batterijen kunnen exploderen als ze te heet worden. De batterij opladen terwijl er een computer is aangesloten • Gebruik alleen de meegeleverde USB-kabel. • In de volgende gevallen wordt de batterij mogelijk niet opgeladen: - Wanneer u een USB-hub gebruikt. - Wanneer er andere USB-apparaten op de computer zijn aangesloten. - Wanneer u de kabel op de poort aan de voorzijde van de computer aansluit. - Wanneer de USB-poort van de computer de stroomuitvoernorm niet ondersteunt (5 V, 500 mA). Bijlagen 165 Cameraonderhoud • Haal de batterij niet uit elkaar of maak er geen gaten in Onzorgvuldig of verkeerd gebruik van de batterij kan lichamelijk letsel of de dood tot gevolg hebben. Volg voor uw eigen veiligheid de onderstaande instructies voor het juiste gebruik van de batterij: • De batterij kan vlam vatten of exploderen als deze niet op de juiste wijze wordt gebruikt. Als u vervormingen, scheuren of andere afwijkingen in de batterij opmerkt, stopt u onmiddellijk het gebruik hiervan en neemt u contact op met een servicecenter. • Gebruik alleen authentieke, door de fabrikant aanbevolen batterijopladers en -adapters en laad de batterij alleen op volgens de procedures die in deze gebruiksaanwijzing zijn vermeld. • Plaats de batterij niet te dicht bij warmtebronnen en stel de batterij niet bloot aan extreem warme omgevingen, zoals een gesloten auto in de zon. • Plaats de batterij niet in een magnetron. • Bewaar of gebruik de batterij niet in een hete, vochtige omgeving, zoals een badkamer of douche. • Plaats de batterij niet langere tijd op ontvlambare oppervlakken, zoals matrassen, tapijten of elektrische dekens. • Als het apparaat is ingeschakeld, moet u het niet langere tijd in een afgesloten ruimte achterlaten. • Zorg ervoor dat de polen van de batterij niet in contact komen met metalen voorwerpen, zoals halskettingen, munten, sleutels en horloges. • Gebruik uitsluitend authentieke, door de fabrikant aanbevolen lithium-ionbatterijen ter vervanging. met een scherp voorwerp. • Stel de batterij niet bloot aan hoge druk of extreme krachten. • Stel de batterij niet bloot aan hevige klappen, bijvoorbeeld door deze van grote hoogte te laten vallen. • Stel de batterij niet bloot aan temperaturen boven de 60 °C (140 °F). • Stel de batterij niet bloot aan vocht of vloeistoffen. • De batterij mag niet worden blootgesteld aan overmatige warmte zoals zonneschijn, vuur of dergelijke zaken. Richtlijnen voor afvoer • Wees zorgvuldig als u de batterij weggooit. • Gooi de batterij nooit in een open vuur. • Regelgeving kan per land of regio verschillen. Zorg dat u zich houdt aan alle lokale en nationale regelgevingen wanneer u de batterij weggooit. Richtlijnen voor het opladen van de batterij Laad de batterij alleen op volgens de procedure in deze gebruiksaanwijzing. De batterij kan ontbranden of exploderen als deze niet op de juiste wijze wordt opgeladen. Bijlagen 166 Optionele accessoires gebruiken Optionele flitsers gebruiken Een optionele optische zoeker gebruiken Bevestig een optionele flitser aan de camera-accessoireschoen. Verwijder het klepje van de accessoireschoen en plaats de flitser op de accessoireschoen. Bevestig een optionele optische zoeker aan de cameraaccessoireschoen. Verwijder het klepje van de accessoireschoen en plaats de optische zoeker op de accessoireschoen. • Uw camera is compatibel met de volgende typen flitser: SEF42A • Raadpleeg de handleiding bij de flitser voor meer informatie over de flitser. • Wanneer de optionele flitser is aangesloten, moet u de standaardflitser niet openen. Bijlagen 167 Optionele accessoires gebruiken De sluiterknop gebruiken Door een optionele sluiterknop te gebruiken wordt het schudden van de camera verminderd en kunt u duidelijkere foto's maken met lagere sluitertijden. Raadpleeg de handleiding bij de handmatige sluiterknop voor meer informatie over de sluiterknop. De microfoon gebruiken Gebruik een optionele microfoon om het omgevingsgeluid te beperken. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing bij de microfoon voor informatie over de microfoon. Bijlagen 168 Een conversielens gebruiken Als u een conversielens hebt die is ontworpen voor gebruik met Samsung-camera's, kunt u het bereik en de scherptediepte van de camera verhogen door deze te bevestigen. 1 Verwijder de standaardcameraring door deze linksom te draaien. 3 4 Druk in de opname- of afspeelmodus op [m]. Selecteer n “ Omvormingslens “ Aan. • Nadat de conversielens is ingesteld, zijn de optische en digitale zoomfuncties niet beschikbaar. • Als u Omvormingslens niet instelt op Aan nadat u de conversielens hebt geplaatst, wordt de camera uitgeschakeld als u [Zoomknop] naar links of rechts draait. 2 Bevestig de conversielens door deze rechtsom te draaien totdat deze vastklikt. Bijlagen 169 Voordat u contact opneemt met een servicecenter Wanneer u problemen met de camera ondervindt, kunt u eerst de volgende procedures uitvoeren voordat u contact opneemt met een servicecenter. Als u het probleem hiermee niet kunt oplossen, kunt u contact opnemen met uw plaatselijke dealer of servicecenter. Wanneer u uw camera naar een servicecenter brengt, neem dan ook de onderdelen mee die de oorzaak kunnen zijn van de fout, zoals de geheugenkaart of de batterij. Situatie Mogelijke oplossingen Situatie • Controleer of de batterij in de camera is De camera kan niet worden ingeschakeld. • Er is geen ruimte op de geheugenkaart. geplaatst. • Controleer of de batterij correct in de camera is geplaatst. (pag. 22) • Laad de batterij op. • Er kunnen geen foto's worden gemaakt. • Laad de batterij op. • De camera bevindt zich mogelijk in de De camera wordt plotseling uitgeschakeld. • • stand voor automatisch uitschakelen. (pag. 152) • De camera wordt mogelijk uitgeschakeld om te voorkomen dat de geheugenkaart door een harde schok beschadigd raakt. Schakel de camera weer in. • • kan de batterij sneller leeg raken. Houd de batterij warm door deze in uw zak te steken. • Als u de flitser gebruikt of video's opneemt, raakt de batterij snel leeg. Laad de batterij indien nodig weer op. • Batterijen zijn verbruiksartikelen die na verloop van tijd moeten worden vervangen. Koop een nieuwe batterij als de gebruiksduur van de batterij aanzienlijk afneemt. Verwijder onnodige bestanden of plaats een nieuwe kaart. Formatteer de geheugenkaart. De geheugenkaart is defect. Koop een nieuwe geheugenkaart. Controleer of de camera is ingeschakeld. Laad de batterij op. Controleer of de batterij op de juiste wijze is geplaatst. De camera loopt vast. Verwijder de batterij en plaats deze weer terug. De camera wordt warm. De camera kan warm worden tijdens het gebruik. Dit is normaal en is niet van invloed op de levensduur of prestaties van uw camera. • Bij lage temperaturen (onder 0 °C/32 °F) De batterij raakt snel leeg. Mogelijke oplossingen • Klap de flitser omhoog door het De flitser werkt niet. Bijlagen 170 ontrgendelingsknopje van de flitser te verschuiven. • Mogelijk is de flitseroptie ingesteld op Uit. (pag. 69) • In sommige modi kunt u de flitser niet gebruiken. Voordat u contact opneemt met een servicecenter Situatie Mogelijke oplossingen Er wordt onverwachts geflitst. De flitser wordt mogelijk geactiveerd vanwege statische elektriciteit. Dit duidt niet op een defect van de camera. Situatie De datum en tijd zijn onjuist. Stel de datum en tijd in bij de scherminstellingen. (pag. 151) Het scherm of de knoppen werken niet. Verwijder de batterij en plaats deze weer terug. Het camerascherm reageert niet goed. Als u de camera bij zeer lage temperaturen gebruikt, kan het camerascherm verkleuren of slecht functioneren. Voor betere prestaties van het scherm moet de camera bij normale temperaturen worden gebruikt. • Controleer of de ingestelde De foto is onscherp. deze weer terug. Er is een fout met de geheugenkaart opgetreden. • Formatteer de geheugenkaart. Er kunnen geen bestanden worden afgespeeld. Als u de naam van een bestand wijzigt, kan de camera het bestand mogelijk niet afspelen (de bestandsnaam moet voldoen aan de DCF-norm). In dergelijke gevallen kunt u de bestanden op een computer afspelen. Zie 'Aandachtspunten bij gebruik van geheugenkaarten' voor meer informatie. (pag. 162) scherpsteloptie voor close-upfoto's geschikt is. (pag. 72) • Controleer of de lens schoon is. Reinig de lens indien nodig. (pag. 157) • Zorg ervoor dat het onderwerp zich binnen het bereik van de flitser bevindt. (pag. 174) Een onjuiste witbalans kan voor De kleuren in de foto onrealistische kleuren zorgen. Selecteer zijn anders dan de de juiste witbalansoptie voor de lichtbron. daadwerkelijke kleuren. (pag. 84) De foto is te licht. De foto is overbelicht. • Schakel de flitser uit. (pag. 69) • Pas de ISO-waarde aan. (pag. 71) • Pas de belichtingswaarde aan. (pag. 82) De foto is te donker. De foto is onderbelicht. • Schakel de flitser in. (pag. 69) • Pas de ISO-waarde aan. (pag. 71) • Pas de belichtingswaarde aan. (pag. 82) • Schakel de camera uit en weer in. • Verwijder de geheugenkaart en plaats Mogelijke oplossingen De foto's worden niet op de televisie weergegeven. Bijlagen 171 • Controleer of de camera correct op de televisie is aangesloten met de A/V-kabel. • Controleer of de geheugenkaart foto's bevat. Voordat u contact opneemt met een servicecenter Situatie De computer herkent de camera niet. Mogelijke oplossingen Situatie Mogelijke oplossingen • Controleer of de USB-kabel op de juiste Uw tv of computer kan geen foto's en video's weergeven die zijn opgeslagen op een SDXC-geheugenkaart. SDXC-geheugenkaarten gebruiken het exFAT-bestandssysteem. Zorg ervoor dat het externe apparaat compatibel is met het exFAT-bestandssysteem voordat u de camera aansluit op het apparaat. Uw computer herkent een SDXCgeheugenkaart niet. SDXC-geheugenkaarten gebruiken het exFAT-bestandssysteem. Als u SDXCgeheugenkaarten wilt gebruiken op een Windows XP-computer, kunt u het stuurprogramma voor het exFATbestandssysteem downloaden en bijwerken via de website van Microsoft. Kan de DPOF niet instellen voor de RAW-bestanden. U kunt de DPOF niet instellen voor de RAWbestanden. Kan de belichtingswaarde niet vergrendelen door op [L] te drukken. U kunt de belichtingswaarde niet vergrendelen in bepaalde opnamemodi. De externe flitser of microfoon werkt niet. Controleer of het externe apparaat correct is geplaatst en ingeschakeld. wijze is geplaatst. • Controleer of de camera is ingeschakeld. • Controleer of het besturingssysteem wordt ondersteund. De computer verbreekt de verbinding met de camera tijdens het overbrengen van bestanden. De bestandsoverdracht kan door statische elektriciteit worden gestoord. Koppel de USB-kabel los en sluit deze weer aan. De computer kan geen video's afspelen. Video's kunnen mogelijk niet worden afgespeeld met bepaalde videospelers. Als u videobestanden wilt afspelen die zijn gemaakt met uw camera, gebruikt u het Multimedia Viewer-programma dat u met het programma iLauncher op uw computer kunt installeren. (pag. 117) • Sluit iLauncher af en start het programma opnieuw. • Afhankelijk van de specificaties en iLauncher werkt niet correct. omgeving van de computer wordt het programma mogelijk niet automatisch gestart. Klik in dit geval op start “ Alle programma's “ Samsung “ iLauncher “ Samsung iLauncher op uw computer met Windows OS. Of klik op Toepassingen “ Samsung “ iLauncher op uw computer met Mac OS. Bijlagen 172 Cameraspecificaties Beeldsensor Type 1/1,7" (Ongeveer 9,33 mm) BSI CMOS Effectieve pixels Ongeveer 12,4 megapixel Totaal aantal pixels Normaal (AF) Bereik Ongeveer 12,76 megapixel Lens Brandpuntsafstand Schneider-KREUZNACH Lens f = 5,2-17,2 mm (equivalent aan 35 mm-film: 24-80 mm) Diafragmabereik F1.4 (W)-F2.7 (T), inclusief ND-filter Digitale zoom Fotomodus: 1,0-4,0X (Smart zoom: 1,33X, Optische zoom: 3,3X) AMOLED Functionaliteit 3,0" (7,6 cm) VGA, 614k punten (PenTile), Draaien Tele (T) 100 cm - oneindig Macro 1-40 cm 40-100 cm Auto macro 1 cm - oneindig 40 cm - oneindig Handm. scherpstellen 1 cm - oneindig 40 cm - oneindig Sluitertijd Display Type Groothoek (G) 40 cm - oneindig F1.4-F3.8 (Groothoek) F3.9-F7.7 (Groothoek) Auto 1/8-1/2000 sec. 1/8-1/4000 sec. Programma 1-1/2000 sec. 1-1/4000 sec. Nacht 8-1/2000 sec. 8-1/4000 sec. Handmatig 30-1/2000 sec. 30-1/4000 sec. Belichting Scherpstelling Type TTL-autofocus (Multi AF, Centrum AF, Keuze AF, Gezichtsdetectie AF, Tracking AF, Slimme gez.herkenning AF), Handm. scherpstellen Regeling Programma AE, Sluiterprioriteit AE, Diafragmaprioriteit AE, Handmatige belichting Lichtmeting Multi, Spot, Centr. gewogen, Gezichtsdetectie Compensatie ±2EV (1/3 EV Stap) Bijlagen 173 Cameraspecificaties ISO-equivalent Auto, ISO 80, ISO 100, ISO 200, ISO 400, ISO 800, ISO 1600, ISO 3200, ISO 6400*, ISO 12800* * Alleen beschikbaar wanneer ISO vergroten is geactiveerd. Flitser Effect Opnamemodus voor foto's • Smart filter: Normaal, Miniatuur, Vignetten, Softfocus, Oude film, Halftoonstip, Schets, Visoog, Klassiek, Retro, Olieverf, Cartoon, Aquarel, Kruisfilter, Zoomopname • Artistieke pen • Beeld aanpassen: Contrast, Scherpte, Kleurverz. Smart filter: Normaal, Paleteffect 1, Paleteffect 2, Paleteffect 3, Paleteffect 4, Miniatuur, Vignetten, Halftoonstip, Schets, Visoog, Klassiek, Retro Modus Auto, Rode ogen, Invulflits, Langz sync, Uit, Anti-rode ogen Bereik • Groothoek: 0,9-7,8 m (ISO Auto) • Groothoek: 0,8-4,1 m (ISO Auto) Opnamemodus voor video's Flitscompensatie ±1EV (1/2 EV Stap) Witbalans Oplaadtijd Ongeveer 4 sec. Modus Auto witbalans, Daglicht, Bewolkt, TL-licht H, TL-licht L, Kunstlicht, Aangep. instelling, Kleurtemp. Fijnafstelling Elk 7 stappen op de as voor oranje/blauw/groen/ magenta Trillingsreductie DUAL IS [Optische beeldstabilisatie (OIS) + Digitale beeldstabilisatie (DIS)] Datering Datum/tijd, Datum, Uit Bijlagen 174 Cameraspecificaties Opnemen Foto's Video's Afspelen • Modi: Smart Auto (Portret, Nachtportret, Portretfoto met tegenlicht, Nacht, Tegenl., Landschap, Wit, Natuurlijk groen, Blauwe lucht, Zonsondergang, Macro, Macro tekst, Macro kleur, Statief, Actie, Vuurwerk, Kaars, Spotlight, Spotlight (macro), Spotlight (portret)), Programma, Diafragmaprioriteit, Sluiterprioriteit, Handmatig, Scène (Beautyshot, Nacht, Landschap, Tekst, Zon onder, Dageraad, Tegenl., Strand/sneeuw, 3D-foto), Magisch Plus (Panorama, Magisch kader, Gesplitste opname, Beeld in beeld, Artistieke pen, HDR) • Serieopname: 1 opname, Snel (10fps, 5fps, 3fps), Vooraf vastleggen, Belichtingstrap (WB, AE), Timer • Timer: 10 sec, 2 sec • ND-filtereffect: Aan, Uit • Modi: Intelligente scènedetectie (Landschap, Blauwe lucht, Natuurlijk groen, Zonsondergang), Film, Magisch Plus (Beeld in beeld) • Indeling: MP4 (H.264) (Max. opnametijd: 20 min) • Formaat: 1920 X 1080, 1280 X 720, 640 X 480, 320 X 240 • Snel: 480fps (192 X 144), 240fps (384 X 288), 120fps (640 X 480) • Sound Alive: Sound Alive Aan, Sound Alive Uit, Dempen • Beeldstabilisator: Uit, OIS, Dual IS • Vastleggen tijdens opnemen Foto's • Type: Eén foto, Miniaturen, Diashow met muziek en effecten, Video, Smart Album*, Creatieve filmmaker * Smart Album-categorie: Type, Datum, Week, Gezicht • Bewerken: Res.wijz, Draaien, Beeld aanpassen, Smart filter, Bijsnijden • Effect: Beeld aanpassen (Anti-rode ogen, Gezichtretouch., Helderheid, Contrast, Kleurverz., Ruis toevoegen), Smart filter (Normaal, Miniatuur, Vignetten, Softfocus, Oude film, Halftoonstip, Schets, Visoog, Klassiek, Retro, Olieverf, Cartoon, Aquarel, Kruisfilter, Zoomopname) Video's Bewerken: Creatieve filmmaker, foto's maken, tijd bijsnijden Opslag Media Extern geheugen (optioneel): SD-kaart (1-2 GB gegarandeerd), SDHC-kaart (tot 32 GB gegarandeerd), SDXC-kaart (tot 64 GB gegarandeerd) Bestandsindeling • Foto: JPEG (DCF), EXIF 2.21, DPOF 1.1 • Videoclip: MP4 (Video: MPEG-4.AVC/H.264, Audio: AAC) Bijlagen 175 Cameraspecificaties Draadloos netwerk Voor 2 GB SD: aantal foto's Superhoog Hoog Normaal 4000 X 3000 277 313 503 Mobile Link, Remote Viewfinder, Delen op sociale netwerken, E-mail, Cloud, Automatische back-up, TV Link, Wi-Fi Direct 4000 X 2672 254 349 558 Interface 4000 X 2248 286 392 623 Digitale uitvoer USB 2.0 3264 X 2448 335 457 721 2832 X 2832 333 456 719 512 691 1060 Audio-invoer/uitvoer Interne luidspreker (mono), microfoon (stereo) 2592 X 1944 1984 X 1488 819 1081 1588 Video-uitvoer 1920 X 1080 1095 1418 2009 • A/V: NTSC, PAL (instelbaar) • HDMI 1.4: NTSC, PAL (instelbaar) 1024 X 768 2165 2610 3284 Gelijkstroom aansluiting 5V RAW + RAW + RAW + RAW Fijn S.Fijn Normaal Beeldformaat 4000 X 3000 73 51 59 69 4000 X 2672 74 54 61 71 Voedingsbron Oplaadbare batterij Lithium-ionbatterij (SLB-10A, 1030 mAh) Micro USB (7-pins) 4000 X 2248 76 57 64 73 Connectortype 3264 X 2448 78 60 67 75 Afhankelijk van uw regio kan de voedingsbron verschillen. 2832 X 2832 78 60 67 75 2592 X 1944 83 69 74 80 1984 X 1488 87 77 81 85 1920 X 1080 89 81 84 87 1024 X 768 91 87 88 90 Deze waarden zijn gemeten onder de standaardcondities van Samsung en kunnen variëren, afhankelijk van opnameomstandigheden en camerainstellingen. Bijlagen 176 Cameraspecificaties Afmetingen (B x H x D) 112,1 x 62,4 x 27,55 mm (zonder uitstekende delen) Gewicht 286 g (zonder batterij en geheugenkaart) Bedrijfstemperatuur 0-40 °C Bedrijfsluchtvochtigheid 5-85 % Software iLauncher, Samsung RAW Converter Specificaties kunnen zonder kennisgeving worden gewijzigd voor betere prestaties. Bijlagen 177 Woordenlijst Opnamereeks met verschillende belichtingen (AEB) Deze functie maakt automatisch meerdere foto's met verschillenden belichtingen om u te helpen een goed belichte foto te maken. Autofocus (AF) Een systeem dat automatisch de cameralens scherpstelt op het onderwerp. Uw camera gebruikt het contrast om automatisch scherp te stellen. Diafragma Het diafragma bepaalt de hoeveelheid licht die de sensor van de camera bereikt. Bewegingsonscherpte (vaag) Als de camera wordt bewogen wanneer de sluiter is geopend, kan het volledige beeld vaag lijken. Dit komt vaker voor wanneer de sluitertijd laag is. Voorkom bewegingsonscherpte door de gevoeligheid te verhogen, de flitser te gebruiken of een hogere sluitertijd. U kunt ook een statief of de DIS- of OIS-functie gebruiken om de camera te stabiliseren. Compositie Met compositie wordt de plaatsing van de verschillende elementen in het beeld bedoeld. Meestal levert een compositie volgens de regel van derden een plezierig resultaat. DCF (Design rule for Camera File system) Een specificatie voor het definiëren van een bestandsindeling en bestandssysteem voor digitale camera's die is ontwikkeld door de Japan Electronics and Information Technology Industries Association (JEITA). Scherptediepte De afstand tussen het dichtstbijzijnde en verste punt waarop kan worden scherpgesteld in een foto. De scherptediepte verschilt per diafragma, brandpuntsafstand en afstand tussen de camera en het onderwerp. Als u bijvoorbeeld een kleiner diafragma selecteert, wordt de scherptediepte vergroot en wordt de achtergrond van een compositie vaag. Digitale zoom Een functie die op kunstmatige wijze de beschikbare hoeveelheid zoom met de zoomlens vergroot (optisch zoomen). Als u de digitale zoomfunctie gebruikt, wordt de beeldkwaliteit minder wanneer de vergroting wordt verhoogd. Digitale afdrukbestelling (DPOF) Een indeling voor het schrijven van afdrukgegevens, zoals geselecteerde beelden en het aantal afdrukken, op een geheugenkaart. Printers die compatibel zijn met DPOF, soms verkrijgbaar in fotowinkels, kunnen de informatie lezen van de kaart voor eenvoudig afdrukken. Bijlagen 178 Woordenlijst EV-compensatie Alle combinaties van de camerasluitertijd en diafragma die resulteren in dezelfde belichting. Belichtingswaarde (EV) Met deze functie kunt u snel de belichtingswaarde aanpassen die wordt berekend door de camera, in beperkte stappen, om de belichting van uw foto's te verbeteren. Stel de EV-compensatie in op -1,0 EV om de waarde een stap donkerder in te stellen en op 1,0 EV om de waarde een stap lichter te maken. Exif (Exchangeable Image File Format) Een specificatie voor het definiëren van een beeldbestandsindeling voor digitale camera's die is gemaakt door de Japan Electronic Industries Development Association (JEIDA). Belichting De hoeveelheid licht die de sensor van de camera mag bereiken. Belichting wordt bepaald door een combinatie van sluitertijd, diafragma en ISO-waarde. Flitser Een flitslamp die ervoor zorgt dat er voldoende belichting is in omstandigheden met weinig licht. Brandpuntsafstand De afstand van het brandpunt van de lens tot het beeldvlak (in millimeters). Grotere brandpuntsafstanden resulteren in een kleinere beeldhoek en een grotere weergave van het onderwerp. Kleinere brandpuntsafstanden resulteren in een grotere beeldhoek. Histogram Een grafische weergave van de helderheid van een beeld. De horizontale as stelt de helderheid voor en de verticale as het aantal pixels. Hoge pieken aan de linkerkant (te donker) en aan de rechterkant (te licht) op het histogram geven aan dat een foto niet goed is belicht. H.264/MPEG-4 Een video-indeling met hoge compressie die is ontwikkeld door de internationale standaardisatieorganisaties ISO/IEC en ITU-T. Deze codec zorgt ervoor dat goede videokwaliteit wordt geleverd met lage bitsnelheden ontwikkeld door het Joint Video Team (JVT). Beeldsensor Het fysieke deel van een digitale camera die een fotosite bevat voor elke pixel in het beeld. Elke fotosite neemt de helderheid van het licht op dat de fotosite bereikt tijdens een belichting. Algemene sensortypen zijn CCD (Charge-coupled Device) en CMOS (Complementary Metal Oxide Semiconductor). Bijlagen 179 Woordenlijst ISO-waarde De gevoeligheid van een camera voor licht, gebaseerd op de equivalente filmsnelheid gebruikt in een filmcamera. Met hogere ISO-waarden gebruikt de camera een hogere sluitertijd, waardoor vervaging kan worden verminderd die wordt veroorzaakt door het bewegen van de camera en weinig licht. Beelden met een hoge gevoeligheid zijn echter veel gevoeliger voor ruis. JPEG (Joint Photographic Experts Group) Een lossy-methode van compressie voor digitale beelden. JPEGbeelden worden gecomprimeerd om de algehele bestandsgrootte te verminderen met minimale afname van de beeldresolutie. LCD (Liquid Crystal Display) Een visuele display die algemeen wordt gebruikt in consumenten elektronica. Dit display heeft een aparte achtergrondverlichting nodig zoals CCFL of LED, om kleuren te kunnen reproduceren. Macro Met deze functie kunt u close-upfoto's maken van zeer kleine voorwerpen. Als u de macrofunctie gebruikt, kan de camera goed scherpstellen op kleine voorwerpen met een verhouding op bijna ware grootte (1:1). Lichtmeting De lichtmeting heeft betrekking op de manier waarop een camera de hoeveelheid licht meet om de belichting in te stellen. MJPEG (Motion JPEG) Een video-indeling die wordt gecomprimeerd als een JPEGbeeld. MPO (Multi Picture Object) Een indeling voor beeldbestanden waarbij een bestand meerdere beelden bevat. Een MPO-bestand levert een 3D-effect op MPOcompatibele schermen, zoals 3D-televisies of 3D-monitors. Ruis Verkeerd geïnterpreteerde pixels in een digitaal beeld die mogelijk worden weergegeven als verkeerd geplaatste of willekeurige, heldere pixels. Ruis treedt meestal op wanneer foto's worden gemaakt met een hoge gevoeligheid of wanneer de gevoeligheid automatisch wordt ingesteld op een donkere locatie. Optische beeldstabilisatie (OIS) Deze functie compenseert in real-time trillingen en schudden tijdens de opname. Er treedt geen kwaliteitsvermindering van het beeld op in vergelijking met de functie Digitale beeldstabilisatie. Optisch zoomen Dit is een algemene zoomfunctie waarmee beelden kunnen worden vergroot met een lens en waarmee de beeldkwaliteit niet vermindert. Bijlagen 180 Woordenlijst Kwaliteit Een uitdrukking van het compressieniveau dat is gebruikt in een digitaal beeld. Beelden met een hogere kwaliteit hebben een lager compressieniveau, wat meestal resulteert in grotere bestanden. Vignetten Een vermindering van de helderheid of de verzadiging van een beeld bij de randen in vergelijking met het midden van het beeld. Vignetten kan de aandacht richten op onderwerpen die in het midden van een beeld zijn geplaatst. Resolutie Het aantal pixels in een digitaal beeld. Beelden met hoge resolutie bevatten meer pixels en bevatten meer details dan beelden met lage resolutie. Witbalans (kleurbalans) Een aanpassing van de intensiteit van kleuren (meestal de primaire kleuren rood, groen en blauw) in een beeld. Het doel van het aanpassen van de witbalans, of kleurbalans, is de kleuren van een beeld correct weergeven. Sluitertijd De sluitertijd is de hoeveelheid tijd die nodig is om de sluiter te openen en te sluiten. Dit is een belangrijke factor voor de helderheid van een foto, aangezien hiermee de hoeveelheid licht wordt geregeld die door het diafragma op de beeldsensor valt. Met een kortere sluitertijd valt er minder licht naar binnen en wordt de foto donkerder, maar is het ook eenvoudiger om de beweging van het onderwerp te bevriezen. Smart Zoom Met Smart Zoom kunt u inzoomen met minder kwaliteitsverlies dan met de optische zoomfunctie en digitale zoomfunctie. Bijlagen 181 Correcte verwijdering van dit product (elektrische & elektronische afvalapparatuur) (Van toepassing in landen waar afval gescheiden wordt ingezameld) Correcte behandeling van een gebruikte accu uit dit product (Van toepassing in landen waar afval gescheiden wordt ingezameld) Dit merkteken op het product, de accessoires of het informatiemateriaal duidt erop dat het product en zijn elektronische accessoires (bv. lader, headset, USB-kabel) niet met ander huishoudelijk afval verwijderd mogen worden aan het einde van hun gebruiksduur. Om mogelijke schade aan het milieu of de menselijke gezondheid door ongecontroleerde afvalverwijdering te voorkomen, moet u deze artikelen van andere soorten afval scheiden en op een verantwoorde manier recyclen, zodat het duurzame hergebruik van materiaalbronnen wordt bevorderd. Huishoudelijke gebruikers moeten contact opnemen met de winkel waar ze dit product hebben gekocht of met de gemeente waar ze wonen om te vernemen waar en hoe ze deze artikelen milieuvriendelijk kunnen laten recyclen. Dit merkteken op de accu, handleiding of verpakking geeft aan dat de accu in dit product aan het einde van de levensduur niet samen met ander huishoudelijk afval mag worden weggegooid. De chemische symbolen Hg, Cd of Pb geven aan dat het kwik-, cadmium- of loodgehalte in de accu hoger is dan de referentieniveaus in de Richtlijn 2006/66/EC. Indien de gebruikte accu niet op de juiste wijze wordt behandeld, kunnen deze stoffen schadelijk zijn voor de gezondheid van mensen of het milieu. Ter bescherming van de natuurlijke hulpbronnen en ter bevordering van het hergebruik van materialen, verzoeken wij u afgedankte accu’s en batterijen te scheiden van andere soorten afval en voor recycling aan te bieden bij het gratis inzamelingssysteem voor accu’s en batterijen in uw omgeving. Zakelijke gebruikers moeten contact opnemen met hun leverancier en de algemene voorwaarden van de koopovereenkomst nalezen. Dit product en zijn elektronische accessoires mogen niet met ander bedrijfsafval voor verwijdering worden gemengd. PlanetFirst duidt op het streven van Samsung Electronics naar een duurzame ontwikkeling en sociale verantwoordelijkheid door middel van een milieubewuste bedrijfsvoering. Deze apparatuur mag in alle EU-landen worden gebruikt. In Frankrijk mag deze apparatuur alleen binnenshuis worden gebruikt. Bijlagen 182 ELECTRONICS Conformiteitsverklaring en de Eco-designrichtlijn (2009/125/EC) geïmplementeerd door regelgevingen (EC) No 278/2009 voor externe stroomvoorzieningen. Productdetails Voor het volgende Product : DIGITALE CAMERA Model(len) : EX2F Vertegenwoordiger in de EU Verklaring en van toepassing zijnde standaarden Wij verklaren hierbij dat het/de bovenstaande product(en) voldoet/voldoen aan de benodigde vereisten en andere bepalingen van de R&TTE-richtlijn (1999/5/EC), de Laagspanningsrichtlijn (2006/95/EC) en de EMC-richtlijn (2004/108/EC) door toepassing van: EN 60950-1:2006+A1:2010 EN 55024:1998+A1:2001+A2:2003 EN 55022:2006+A1 :2007 EN 61000-3-2:2006 +A1:2009 +A2:2009 EN 61000-3-3:2008 EN 300 328 v1.7.1 EN 301 489-1 v1.8.1 EN 301 489-17 V2.1.1 EN62311 :2008 Samsung Electronics Euro QA Lab. Blackbushe Business Park Saxony Way, Yateley, Hampshire GU46 6GG, UK (JAAR VAN BEGIN AANBRENGEN CE- 26 juni 2012 Joong-Hoon Choi / Lab. Manager (plaats en datum van afgifte) (naam en handtekening van gemachtigde persoon) MARKERING 2012) * Dit is niet het adres van het Samsung Servicecenter. Voor het adres of telefoonnummer van het Samsung Servicecenter raadpleegt u de garantiekaart of neemt u contact op met de winkel waar u uw product hebt gekocht. Bijlagen 183 Verklaring in officiële talen Land Verklaring Cesky Samsung Electronics tímto prohlašuje, že tento digitální fotoaparát je ve shodě se základními požadavky a dalšími příslušnými ustanoveními směrnice 1999/5/ES. Dansk Samsung Electronics erklærer herved, at digitale kameraer overholder de væsentlige krav og øvrige relevante krav i direktiv 1999/5/ EF. Deutsch Hiermit erklärt Samsung Electronic, dass sich die Digitalkamera in Übereinstimmung mit den grundlegenden Anforderungen und den übrigen einschlägigen Bestimmungen der Richtlinie 1999/5/EG befindet. Eesti Käesolevaga kinnitab Samsung Electronics digitaalkaamera vastavust direktiivi 1999/5/EÜ põhinõuetele ja nimetatud direktiivist tulenevatele teistele asjakohastele sätetele. English Hereby, Samsung Electronics declares that this digital camera is in compliance with the essential requirements and other relevant provisions of Directive 1999/5/EC. Español Por medio de la presente Samsung Electronics declara que la cámara digital cumple con los requisitos esenciales y cualesquiera otras disposiciones aplicables o exigibles de la Directiva 1999/5/CE. Ελληνική ΜΕ ΤΗΝ ΠΑΡΟΥΣΑ η Samsung Electronics ΔΗΛΩΝΕΙ ΟΤΙ η ψηφιακή φωτογραφική μηχανή ΣΥΜΜΟΡΦΩΝΕΤΑΙ ΠΡΟΣ ΤΙΣ ΟΥΣΙΩΔΕΙΣ ΑΠΑΙΤΗΣΕΙΣ ΚΑΙ ΤΙΣ ΛΟΙΠΕΣ ΣΧΕΤΙΚΕΣ ΔΙΑΤΑΞΕΙΣ ΤΗΣ ΟΔΗΓΙΑΣ 1999/5/ΕΚ. Français Par la présente Samsung Electronic déclare que l'appareil photo numérique est conforme aux exigences essentielles et aux autres dispositions pertinentes de la directive 1999/5/CE. Italiano Con la presente Samsung Electronicsdichiara che questa fotocamera digitale è conforme ai requisiti essenziali e alle altre disposizioni stabilite dalla Direttiva 1999/5/CE. Latviski Ar šo Samsung Electronics deklarē, ka digitālā kamera atbilst Direktīvas 1999/5/EK būtiskajām prasībām un citiem ar to saistītajiem noteikumiem. Lietuvių Šiuo Samsung Electronics deklaruoja, kad šis skaitmeninis fotoaparatas, atitinka esminius reikalavimus ir kitas 1999/5/EB Direktyvos nuostatas. Nederlands Hierbij verklaart Samsung Electronics dat de digitale camera in overeenstemming is met de essentiële eisen en de andere relevante bepalingen van richtlijn 1999/5/EG. Bijlagen 184 Verklaring in officiële talen Land Verklaring Malti Hawnhekk, Samsung Electronics, tiddikjara li din il-kamera diġitali hi konformi mar-rekwiżiti essenzjali u ma' dispożizzjonijiet rilevanti oħrajn ta' Direttiva 1999/5/KE. Magyar A Samsung Electronics kijelenti, hogy ez a digitális fényképezőgép megfelel az 1999/5/EK irányelv alapvetõ követelményeinek és egyéb vonatkozó elõírásainak. Polski Niniejszym firma Samsung Electronics oświadcza, że ten aparat cyfrowy jest zgodny z zasadniczymi wymogami oraz pozostałymi stosownymi postanowieniami Dyrektywy 1999/5/WE. Português Samsung Electronics declara que esta câmera digital está conforme os requisitos essenciais e outras disposições da Directiva 1999/5/CE. Slovensko Samsung Electronics izjavlja, da je ta digitalni fotoaparat v skladu z bistvenimi zahtevami in ostalimi relevantnimi določili direktive 1999/5/ES. Slovensky Samsung Electronics týmto vyhlasuje, že tento digitálny fotoaparát spĺňa základné požiadavky a všetky príslušné ustanovenia Smernice 1999/5/ES. Suomi Samsung Electronics vakuuttaa täten että tämä digitaalikamera on direktiivin 1999/5/EY oleellisten vaatimusten ja sitä koskevien direktiivin muiden ehtojen mukainen. Svenska Härmed intygar Samsung Electronicsatt dessa digitalkameror står i överensstämmelse med de väsentliga egenskapskrav och övriga relevanta bestämmelser som framgår av direktiv 1999/5/EG. Български С настоящото Samsung Electronics декларира, че този цифров фотоапарат е в съответствие със съществените изисквания и другите приложими разпоредби на Директива 1999/5/ЕК. Română Prin prezenta, Samsung Electronics, declară că această cameră foto digitală este în conformitate cu cerinţele esenţiale şi alte prevederi relevante ale Directivei 1999/5/CE. Norsk Samsung Electronicserklærer herved at dette digitalkameraet er i samsvar med de grunnleggende krav og øvrige relevante krav i direktiv 1999/5/EF. Türkiye Bu belge ile, Samsung Electronics bu dijital kameranın 1999/5/EC Yönetmeliginin temel gerekliliklerine ve ilgili hükümlerine uygun olduğunu beyan eder. Íslenska Hér með lýsir Samsung Electronics því yfir að þessi stafræna myndavél sé í samræmi við grunnkröfur og önnur ákvæði tilskipunar 1999/5/EB. Bijlagen 185 Index A B Bestanden beveiligen 100 D Aansluiten op een computer Batterij Bestanden overbrengen Datum/tijd aanpassen 151 Mac 116 Afdruk 151 AF-geluid 150 AF-hulplampje Instellingen 152 Locatie 16 AF-lamp 152 Afspeelknop 18 Afspeelmodus 96 Afzonderlijke beelden uit een video opslaan 106 Anynet+ 152 Automatische back-up 141 A/V-poort 17 Let op 164 Opladen 23 Plaatsen 22 Beautyshot-modus 49 Beeldaanpassing Contrast Afspeelmodus 110 Opnamemodus 93 Helderheid Afspeelmodus 110 Opnamemodus 82 Automatische back-up 141 E-mail 137 Mac 116 Bestanden weergeven Diashow 104 Map 98 Miniaturen 100 Smart Album 99 Televisie 112 Bestanden wissen 101 Kleurverzadiging Afspeelmodus 110 Opnamemodus 93 Rode ogen 109 Ruis toevoegen 110 Scherpte 93 Diashow 104 Digitale afdrukbestelling (DPOF) 110 Digitale zoom 35 Draadloos netwerk 127 Draaien 107 Draaiknop voor transportmodus 19 C Camera loskoppelen 115 E Cameraonderhoud 157 Externe zoeker 133 Beeldkwaliteit 66 Cameraspecificaties 173 Beeldstabilisatie 37 Contrast Belichting 82 Diafragmawaarde 44 Afspeelmodus 110 Opnamemodus 93 Bijlagen 186 Index F G I M Filmmodus 60 Geheugenkaart iLauncher 118 Macro Flitser Anti-rode ogen 69 Auto 69 Intensiteit 70 Invulflits 69 Langzame synchronisatie 69 Rode ogen 69 Uit 69 Aandachtspunt 162 Plaatsen 22 Geluidsinstellingen 33 Intelligente scènedetectiemodus 63 ISO-waarde 71 Gezichten retoucheren Afspeelmodus 109 Opnamemodus 49 Gezichtsdetectie 77 K Kleurverzadiging Afspeelmodus 110 Opnamemodus 93 Formatteren 152 Foto's bewerken 107 H Foutmeldingen 155 Handmatige modus 47 Functieknop 18 HDMI-formaat 153 L HDTV 113 Lichtmeting Helderheid Afspeelmodus 110 Opnamemodus 82 Knipperen 79 Auto macro 73 Handm. scherpstellen 73 Macro 73 Magic Plus, modus Artistieke pen 56 Beeld in beeld 55 Creatieve filmmaker 58 Gesplitste opname 54 HDR 57 Magisch kader 53 Menuknop 18 Mijn ster Centr. gewogen 84 Multi 84 Spot 84 Annuleren 98 Classificeren 97 Registreren 80 Miniaturen 100 Modus Diafragmaprioriteit 45 Helderheid scherm 150 Modusdraaiknop 18 Bijlagen 187 Index N P R Scherpte 93 ND-filter 92 Panorama Rasterlijn 150 Serieopnamen O Ontspanknop 16 Ontspanknop half indrukken 38 Opladen 23 Opnamereeks met verschillende belichtingen (AEB) 89 Optionele accessoires 15 3D-panorama 50 Actiepanorama 52 Live Panorama 50 Reinigen Camerabody 157 Lens 157 Scherm 157 Pictogrammen Afspeelmodus 96 Opnamemodus 26 Portretten maken Anti-rode ogen 69 Beautyshot-modus 49 Gezichtsdetectie 77 Knipperen 79 Rode ogen 69 Slimme gez.herkenning 79 Smile shot 78 Zelfportret 77 Belichtingstrap 88 Snel 87 Vooraf vastleggen 88 Servicecenter 170 Reset 152 Slimme gez.herkenning 79 Resolutie Sluiterprioriteit, modus 46 Afspeelmodus 107 Opnamemodus 65 Rode ogen Afspeelmodus 109 Opnamemodus 68 S Power-knop 16 Scènemodus 48 Programmamodus 43 Schermtype 32 Smart Album 99 Smart Auto-modus 41 Smart filter Afspeelmodus 108 Opnamemodus voor foto's 90 Video-opname, modus 91 Smart Zoom 36 Smile shot 78 Snel tonen 150 Scherpstelgebied Centrum AF 76 Keuze AF 76 Multi AF 76 Tracking AF 76 Bijlagen 188 Statiefbevestigingspunt 16 Statuslampje 17 Index T W Taalinstellingen 150 Website Foto's of video's uploaden 135 Openen 135 Tijdinstellingen 24 Tijdzone-instellingen 24, 151 Timer Opnamemodus 67 Timerlampje 16 TV Link 143 U Witbalans 84 Z Zelfportret 77 Zoom Zoomfunctie gebruiken 35 zoomgeluidinstellingen 60 Zoomknop 17 Uitpakken 15 USB-poort 17 V Vergroten 102 Video 153 3 3D-opnamemodus 50 3D-televisie 114 Afspeelmodus 105 Opnamemodus 60 Video's bewerken Bijsnijden 105 Opnemen 106 Bijlagen 189 Raadpleeg voor klantenservice of bij vragen de garantieinformatie die met het product is meegeleverd of bezoek onze website www.samsung.com.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154
  • Page 155 155
  • Page 156 156
  • Page 157 157
  • Page 158 158
  • Page 159 159
  • Page 160 160
  • Page 161 161
  • Page 162 162
  • Page 163 163
  • Page 164 164
  • Page 165 165
  • Page 166 166
  • Page 167 167
  • Page 168 168
  • Page 169 169
  • Page 170 170
  • Page 171 171
  • Page 172 172
  • Page 173 173
  • Page 174 174
  • Page 175 175
  • Page 176 176
  • Page 177 177
  • Page 178 178
  • Page 179 179
  • Page 180 180
  • Page 181 181
  • Page 182 182
  • Page 183 183
  • Page 184 184
  • Page 185 185
  • Page 186 186
  • Page 187 187
  • Page 188 188
  • Page 189 189
  • Page 190 190
  • Page 191 191

Samsung SAMSUNG EX2F Handleiding

Type
Handleiding