14
Vervolgens moet, indien nog niet uitgevoerd, de driver voor de aangesloten printer worden geïnstalleerd. Daartoe opent, na
beëindiging van de printerpoort-installatie, de Printer-installatie-assistent. Volg de aanwijzingen van de assistent op of installeer de
printerdriver volgens de leidraad van de fabrikant op uw pc. Indien de installatie succesvol verlopen is, toont het venster Printers en
faxapparatuur de zojuist geïnstalleerde printer.
5. USB-gegevensdragers in het netwerk integreren
Met dit apparaat heeft u de mogelijkheid USB-gegevensdragers in het gehele netwerk ter beschikking te stellen. Sluit a.u.b. eerst de
USB-gegevensdrager op een USB-poort van de router aan. Het is aan te bevelen voor de USB-gegevensdrager de poort USB 1 te
gebruiken. Sluit vervolgens de router en, indien noodzakelijk, het massa-opslagapparaat op het stroomnet aan.
5.1 Confi guratie op de router
Vanuit de startpositie gezien, welke u door het aanklikken van Home weer bereikt, eerst General Setup en aansluitend in het menu
links File/FTP-server kiezen.
Onder de menu-optie Storage Status vindt u een actueel overzicht van de aangesloten gegevensdragers. Hier vindt u informatie over
bijvoorbeeld grootte, bestandsformaat alsmede gebruikte en vrije geheugencapaciteit.
Verschijnt in deze tabel de aangesloten gegevensdrager niet, dan werd deze niet herkend. Controleer of de gegevensdrager goed is
aangesloten. Een andere reden kan het gebruikte bestandssysteem zijn. Om de aangesloten massa-opslag te kunnen gebruiken, dient
deze in het FAT-bestandsformaat geformatteerd te zijn.
5.1.1 Gegevensdrager formatteren
Attentie!! Bij het formatteren van de gegevensdrager worden alle aanwezige gegevens gewist.
Selecteer de menu-optie Storage Tools. Op deze pagina kunnen USB-gegevensdragers, welke op de USB-poort 1 zijn aangesloten,
worden geformatteerd. Selecteer daartoe in de kolom Tools het gewenste bestandsformaat en klik vervolgens op de knop Format.
Indien in de tabel geen gegevensdrager wordt weergegeven, klikt u op de knop Auto Partition & Format teneinde de gegevensdrager
te formatteren.
5.1.2 Gebruikersaccounts aanmaken/wijzigen/verwijderen
Om toegang tot de aangesloten gegevensdragers te verkrijgen is de invoer van gebruikersnaam en password noodzakelijk. Voor iede-
re persoon die u de toegang toestaat dient u
dus een gebruikersaccount aan te maken.
Voor deze handeling gaat u naar de menu-
optie User Setup (gebruiker installeren).
Hier kunt u gebruikersaccounts aanmaken,
wijzigen en weer verwijderen. Klik op de knop
Add om een nieuwe gebruiker aan te maken.
User name: stel een willekeurige gebrui-
kersnaam samen bestaande uit maximaal 20
tekens. Toegestane tekens zijn letters, cijfers
en onderstreep.
Description: extra omschrijving van de
gebruiker (niet dwingend noodzakelijk) Pass-
word: password (wachtwoord) bestaande
uit maximaal 20 tekens ten behoeve van de
toegang tot de vrijgegeven gegevensdragers.
Toegestane tekens zijn letters, cijfers, spatie
en onderstreep.
Confi rm Password: Password bevestigen/
herhalen
Klik op save om de ingevoerde gegevens op
te slaan.
Om een bestaand gebruikersaccount te
wijzigen, markeert u dit account in de kolom Select en vervolgens klikt u op de knop Edit. Om gebruikersaccounts te verwijderen,
markeert u de betreffende accounts in de kolom Select en vervolgens klikt u op de knop Delete Selected, of u klikt op Delete all,
teneinde alle gebruikersaccounts te verwijderen.