Bartscher 105817 Handleiding

Type
Handleiding
IND 1K300
105817
Bartscher GmbH
Franz-Kleine-Str. 28
D-33154 Salzkotten
Duitsland
tel. +49 5258 971-0
fax.: +49 5258 971-120
Infolinia service: +49 5258 971-197
www.bartscher.com
Versie: 1.0
Datum van opmaak: 2023-10-06
NL
2
105817 1 / 18
Originele gebruiksaanwijzing
1 Veiligheid ....................................................................................................... 2
1.1 Symboolverklaring ................................................................................... 2
1.2 Veiligheidsaanwijzingen ........................................................................... 3
1.3 Gebruik volgens bestemming .................................................................. 7
1.4 Oneigenlijk gebruik .................................................................................. 7
2 Algemeen ...................................................................................................... 8
2.1 Aansprakelijkheid en vrijwaring ................................................................ 8
2.2 Auteursrecht ............................................................................................ 8
2.3 Conformiteitsverklaring ............................................................................ 8
3 Transport, verpakking en opslag ................................................................... 9
3.1 Transportinspectie ................................................................................... 9
3.2 Verpakking ............................................................................................... 9
3.3 Opslag ..................................................................................................... 9
4 Technische Gegevens ................................................................................. 10
4.1 Technische Gegevens ........................................................................... 10
4.2 Onderdelenoverzicht .............................................................................. 11
4.3 Functies van het apparaat ..................................................................... 11
5 Installatie en bediening ................................................................................ 12
5.1 Installatie ................................................................................................ 12
5.2 Bediening ............................................................................................... 13
6 Reiniging ..................................................................................................... 17
6.1 Aanwijzingen betreffende de veiligheid tijdens het reinigen ................... 17
6.2 Reiniging ................................................................................................ 18
7 Verwijdering ................................................................................................. 18
Veiligheid
2 / 18 105817
NL
Diese Bedienungsa nleitung besc hreibt die Installa tion, Bedienu ng und Wartu ng des Geräts un d gilt als wichtig e Informationsqu elle und N achschlagewer k. Die Kenntnis aller enthaltene n Sicherheitshin weise und Han dlungsanweisunge n schafft die Voraussetz ung für das sich ere und sac hgerechte Ar beiten mit de m Gerät. Darüber hi naus müssen die für den Eins atzbereich d es Geräts gelt enden örtlich en Unfallverhütungs vorschriften u nd allgemeine n Sicherheitsb estimmungen eing ehalten werde n. Diese Bedi enungsanleit ung ist Bestan dteil des Produ kts und muss i n unmittelbarer N ähe des Ger äts für das In¬stall ations-, B edienungs-, Wartungs- und R einigungspers onal jederzeit z ugänglich auf¬b ewahrt werden. W enn das Ger ät an eine dritt e Person
weitergegeben wird, muss die B edienungsanlei tung mit ausgehä ndigt werden.
Deze handleiding bevat de beschrijving van de installatie, de bediening en het
onderhoud van het apparaat en dient als belangrijke informatiebron en naslagwerk.
De kennis en het in acht nemen van alle hier beschreven veiligheidsvoorschriften
en instructies is een voorwaarde voor veilig en juist gebruik van het apparaat.
Bovendien zijn de bepalingen inzake ongevallenpreventie, gezondheids- en
veiligheidsvoorschriften en wettelijke voorschriften die van kracht zijn op het
toepassingsgebied van het apparaat van toepassing.
Lees deze gebruikershandleiding voordat u met het apparaat gaat werken, en vóór
de inbedrijfsstelling, om schade aan personen en zaken te voorkomen. Onjuist
gebruik kan beschadigingen veroorzaken.
Deze handleiding is een integraal onderdeel van het product en moet in de directe
nabijheid van het apparaat worden bewaard en te allen tijde beschikbaar zijn.
Wanneer het apparaat wordt overgedragen, is het ook noodzakelijk deze
gebruiksaanwijzing erbij te leveren.
1 Veiligheid
Het apparaat is gemaakt volgens de laatste stand van de techniek. Het kan echter
een bron van gevaar vormen als het apparaat niet in overeenstemming met zijn
bestemming gebruikt wordt. Alle personen die het apparaat gebruiken, moeten zich
houden aan de aanbevelingen en veiligheidsaanwijzingen in deze handleiding.
1.1 Symboolverklaring
Belangrijke veiligheids- en technische instructies zijn in deze gebruiksaanwijzing
aangeduid door symbolen. Deze instructies moeten bij het gebruik van dit apparaat
absoluut in acht worden genomen om letsel, ongelukken, of materiële schade te
vermijden.
GEVAAR!
Het signaalwoord GEVAAR waarschuwt voor gevaren die leiden tot
ernstige verwondingen of overlijden als ze niet worden vermeden.
Veiligheid
105817 3 / 18
NL
WAARSCHUWING!
Het signaalwoord WAARSCHUWING waarschuwt voor gevaren die
gematigd tot zwaar letsel of overlijden kunnen veroorzaken, als ze niet
worden vermeden.
VOORZICHTIG!
Het signaalwoord VOORZICHTIG waarschuwt voor gevaren die licht
of matig letsel kunnen veroorzaken, als ze niet worden vermeden.
, die
ATTENTIE!
Het signaalwoord ATTENTIE geeft mogelijke materiële schade aan
die kan optreden als u de veiligheidsinstructies niet volgt.
OPMERKING!
Het icoon OPMERKING informeert de gebruiker over aanvullende
informatie en tips voor het gebruik van het apparaat.
1.2 Veiligheidsaanwijzingen
Elektrische stroom
Een te hoge netspanning of onjuiste installatie kan leiden tot elektrische
schokken.
Sluit het apparaat alleen aan als de specificaties op het typeplaatje
overeenkomen met de netspanning.
Om elektrische kortsluiting te voorkomen, moet het apparaat droog worden
gehouden.
Koppel het apparaat onmiddellijk los van het elektriciteitsnet als er tijdens het
gebruik storingen optreden.
Raak de stekker van het apparaat niet aan met natte handen.
Raak het apparaat nooit aan nadat het in het water is gevallen. Onmiddellijk het
apparaat van het elektriciteitsnet koppelen.
Het herstellen en openen van de behuizing uitsluitend door specialisten en
gespecialiseerde werkplaatsen laten uitvoeren.
Draag het apparaat niet aan de verbindingskabel.
Veiligheid
4 / 18 105817
NL
Stel de verbindingskabel niet bloot aan warmte of scherpe randen.
Knik, plet of knoop de verbindingskabel niet.
Altijd de verbindingskabel volledig uitrollen.
Plaats het apparaat of andere voorwerpen nooit op de verbindingskabel.
Om het apparaat uit te schakelen van de elektrische voeding, altijd de stekker
vastpakken.
Controleer de voedingskabel regelmatig op beschadigingen. Het apparaat niet
gebruiken wanneer de voedingskabel beschadigd is. Laat een beschadigde
voedingskabel vervangen door de servicedienst of een gekwalificeerde
elektricien om gevaar te voorkomen.
Brandbare materialen
Stel het apparaat nooit bloot aan hoge temperaturen, zoals een fornuis, een
kachel, open vuur, apparaten voor het behouden van warmte, enz.
Het apparaat moet regelmatig worden schoongemaakt om het risico van brand
te voorkomen.
Het apparaat niet bedekken met bijv. aluminiumfolie of doeken.
Gebruik het apparaat alleen met de hiervoor bestemde materialen en met de
juiste temperatuurinstellingen. Materialen, voedselproducten en etensresten in
het apparaat kunnen ontbranden.
Het apparaat nooit gebruiken in de buurt van brandbare, licht ontvlambare
materialen, bijv. benzine, spiritus, alcohol. Hoge temperaturen veroorzaken
verdamping van deze materialen en als gevolg van contact met
ontstekingsbronnen kan een explosie plaatsvinden.
In geval van brand, vóór het blussen het apparaat ontkoppelen van de voeding.
Blus het vuur nooit met water als het apparaat op het elektriciteitsnet is
aangesloten. Na het blussen zorgen voor genoeg frisse lucht.
Veiligheid tijdens de bediening van de inductiekooktoestel
Tijdens het werk wordt de kookplaat erg heet.
Opmerking: Het inductiekooktoestel als zodanig genereert geen warmte
tijdens het kookproces. De temperatuur van het kookgerei warmt de
kookplaat echter op en het oppervlak blijft heet na gebruik. Geen enkel
heet oppervlakken van het apparaat aanraken.
Het apparaat pas na volledig afkoelen verplaatsen en reinigen.
Het is verboden hete oppervlakken met koud water of brandbare vloeistoffen te
begieten.
Veiligheid
105817 5 / 18
NL
Leg geen metalen keukengerei, deksels, messen of andere metalen voorwerpen
op de kookzone. Na het inschakelen van het apparaat kunnen deze items heet
worden.
Denk eraan aan dat voorwerpen die worden gedragen, zoals ringen, horloges
etc. warm kunnen worden als ze zich dicht bij de kookplaat bevinden.
Plaats geen aluminiumfolie of metalen platen op het verwarmingsoppervlak om
oververhitting te voorkomen.
Verwarm gesloten containers, zoals ingeblikt voedsel, niet op de kookzone van
een inductiekookplaat. De resulterende overdruk kan ervoor zorgen dat de
container of het blik kan exploderen (barsten). Ingeblikt blikvoedsel kan het
beste worden verwarmd door het te openen en in een pot te plaatsen die is
gevuld met een kleine hoeveelheid water, die op het verwarmingsveld moet
worden geplaatst om te verwarmen.
Het oppervlak van de kookplaat is gemaakt van hittebestendig glas. In geval van
schade, zelfs als het slechts een kleine scheur is, moet het apparaat
onmiddellijk worden losgekoppeld van de voeding en moet contact worden
opgenomen met de service.
Elektromagnetisch veld
Gemagnetiseerde items zoals creditcards, gegevensdragers en rekenmachines
mogen zich niet in de onmiddellijke nabijheid bevinden van het apparaat dat is
ingeschakeld. Een magnetisch veld kan ze beschadigen.
Het onderste scherm mag niet worden geopend!
Plaats kookgerei altijd in het midden van het kookveld zodat de bodem van de
pannen zoveel mogelijk het elektromagnetische veld bedekt.
Wetenschappelijk onderzoek heeft uitgewezen dat de inductiekookplaat geen
gevaar vormt. Niettemin moeten mensen met een pacemaker minstens 60 cm
afstand houden van het werkende apparaat.
Veiligheid
6 / 18 105817
NL
Exploitatie alleen onder toezicht
Het apparaat mag alleen onder toezicht worden geëxploiteerd.
Blijf altijd in de directe nabijheid van het apparaat.
Bedienend personeel
Dit apparaat mag niet worden bediend door personen (inclusief kinderen) met
beperkte fysieke, sensorische of mentale vaardigheden, evenals door personen
met beperkte ervaring en / of beperkte kennis.
Kinderen moeten onder toezicht staan om ervoor te zorgen dat ze niet met het
apparaat spelen of het starten.
Onjuist gebruik
Onjuist gebruik of verboden gebruik kan het apparaat beschadigen.
Het apparaat mag alleen worden gebruikt als het zich in goede staat bevindt en
veilig werken mogelijk maakt.
Het apparaat mag alleen worden gebruikt als alle aansluitingen zijn uitgevoerd
volgens de voorschriften.
Het apparaat mag alleen worden gebruikt als het schoon is.
Gebruik alleen originele reserveonderdelen. Nooit zelf het apparaat repareren.
Verboden om veranderingen of modificaties aan het apparaat aan te brengen.
Potten of pannen moeten altijd uit de inductiezone worden getild en niet worden
verschoven, anders kan de bodem het glas beschadigen.
Veiligheid
105817 7 / 18
NL
1.3 Gebruik volgens bestemming
Elk gebruik van het apparaat voor andere doeleinden en / of afwijkend van het
normale bedoelde gebruik zoals hieronder beschreven, is verboden en wordt
beschouwd als onbedoeld gebruik.
Het volgende gebruik is in overeenstemming met het beoogde gebruik:
Het koken en verwarmen van gerechten met gebruik van geschikt
kookgerei.
1.4 Oneigenlijk gebruik
Onjuist gebruik kan leiden tot schade aan personen en zaken veroorzaakt door
gevaarlijke elektrische spanning, brand en hoge temperaturen. Met behulp van het
apparaat kan alleen werk worden uitgevoerd dat in deze handleiding wordt
beschreven.
Het volgende gebruik is niet in overeenstemming met het beoogde gebruik:
Het verwarmen van ruimtes
Verwarmen van brandbare, schadelijk voor de gezondheid, gemakkelijk
verdampende of soortgelijke vloeistoffen en materialen.
Algemeen
8 / 18 105817
NL
2 Algemeen
2.1 Aansprakelijkheid en vrijwaring
Alle gegevens en aanwijzingen die zijn opgenomen in deze gebruiksaanwijzing zijn
samengesteld rekening houdend met de geldende voorschriften, de actuele
technische stand van zaken en onze langdurige inzichten en ervaring. In het geval
van het bestellen van speciale modellen of extra opties, en in het geval van het
gebruik van de nieuwste technische kennis, kan het geleverde apparaat onder
bepaalde omstandigheden verschillen van de uitleg en de talrijke tekeningen in
deze handleiding.
De producent is niet aansprakelijk voor de schade en storingen die zijn ontstaan als
gevolg van:
het niet in acht nemen van de aanwijzingen,
oneigenlijk gebruik,
het aanbrengen van technische wijzigingen door de gebruiker,
de toepassing van ongeoorloofde reserveonderdelen.
Wij behouden ons het recht voor om technische veranderingen in het product aan
te brengen die leiden tot verbetering van de gebruikseigenschappen en de verdere
ontwikkeling van het apparaat.
2.2 Auteursrecht
De gebruiksaanwijzing en de erin opgenomen teksten, tekeningen, foto’s en andere
afbeeldingen zijn auteursrechtelijk beschermd. Niets (ook gedeeltelijk) uit deze
uitgave mag in ongeacht welke vorm worden verveelvoudigd, verwerkt en/of
gepubliceerd zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de fabrikant.
Overtreding van het bovenstaande verplicht tot schadevergoeding. Wij behouden
ons het recht voor tot verdere vorderingen.
2.3 Conformiteitsverklaring
Het apparaat beantwoordt aan de actuele EU-normen en richtlijnen. Dit bevestigen
we in de EG-verklaring van Conformiteit. Indien gewenst, sturen we u graag de
betreffende Verklaring van Conformiteit toe.
Transport, verpakking en opslag
105817 9 / 18
NL
3 Transport, verpakking en opslag
3.1 Transportinspectie
Als het apparaat afgeleverd is, onmiddellijk controleren of het compleet en zonder
transportschade is. Als er duidelijk zichtbare transportschade is, het geleverde
apparaat niet of alleen onder voorbehoud aannemen. De schade opschrijven op de
transportdocumenten/ het leveringsdocument van de leverancier. Vervolgens
reclameren. Verborgen gebreken onmiddellijk nadat ze zijn geconstateerd,
reclameren, omdat eisen tot schadevergoeding alleen binnen de reclamatieperiode
mogelijk zijn.
Neem contact op met onze klantenservice als er onderdelen of accessoires
ontbreken.
3.2 Verpakking
Gooi de buitenste doos van uw apparaat niet weg. U kunt het nodig hebben tijdens
een verhuizing, of als u het apparaat naar ons servicecentrum wilt sturen bij
schade.
De verpakking en de afzonderlijke componenten zijn gemaakt van recyclebare
materialen. In het bijzonder: kunststof folie en zakken, kartonnen verpakking.
Als u de verpakking wilt weggooien, dient u de geldende voorschriften in uw land in
acht te nemen. Verpakkingsmateriaal dat hergebruikt kan worden, recyclen.
3.3 Opslag
Zorg ervoor dat de verpakkingen verzegeld zijn tot de installatie en houd ze in
overeenstemming met de op de buitenkant aangebrachte plaatsingmarkering en
opslagmarkering. Bewaar de pakketten alleen onder de volgende voorwaarden:
in een afgesloten ruimte
droog en stofvrij
verwijderd houden van corrosief materiaal
op een plaats beschermd tegen zonlicht
beschermd tegen mechanische schokken.
Bij langere bewaring (> 3 maanden) regelmatig de algemene toestand van alle
bestanddelen en van de verpakking controleren. Als het nodig is de verpakking
vervangen voor een nieuwe.
Technische Gegevens
10 / 18 105817
NL
4 Technische Gegevens
4.1 Technische Gegevens
Naam:
Wokbrander IND 1K300
Art. nr.:
105817
Materiaal:
roestvrij staal
Materiaal kookoppervlak:
glas
Grootte kookplaatsen in mm:
300
Afmetingen glasveld, Ø w mm:
435
Aantal vermogensniveaus:
9
Vermogen kookvlak(ken) max. in Watt:
5000
Draagcapaciteit max. in kg:
60
Aansluitingswaarde:
5 kW | 400 V | 50/60 Hz
Afmetingen (b x d x h) in mm:
500 x 540 x 380
Gewicht in kg:
14,6
Recht op technische veranderingen voorbehouden!
Versie / eigenschappen
Stroomvoorziening: elektrisch (inductie)
Apparaataansluitingen: 3 NAC
Regulatie: vermogen
Panherkenning
Oververhittingsbeveiliging
Besturing: draairegelaar
Eigenschappen: 2 ventilatoren
Controlelampje:
klaar om te werken
in bedrijf
Technische Gegevens
105817 11 / 18
NL
4.2 Onderdelenoverzicht
Afb. 1
1. Stroomkabel
2. Ventilatoren op de achterwand (2x)
3. Kookvlak
4. Bedieningspaneel
5. In hoogte verstelbare poten
(4x)
6. Behuizing
4.3 Functies van het apparaat
De mobiele wokbrander met een vermogen tot 5 kW is de ideale uitrusting om
zowel binnen als buiten te koken. De inductiekookplaat maakt snel en efficiënt
werken mogelijk, waarbij slechts een geringe wordt afgegeven aan de omgeving.
Het vermogen wordt op een eenvoudige manier aangepast - door middel van een
vermogensregelaar.
Installatie en bediening
12 / 18 105817
NL
5 Installatie en bediening
5.1 Installatie
Uitpakken / plaatsing
Pak het apparaat uit en verwijder alle externe en interne verpakkingselementen
en transportbeveiliging.
VOORZICHTIG!
Gevaar voor verstikking!
Houdt verpakkingsmateriaal zoals plasticfolie en piepschuim uit handen
van kinderen.
Als er beschermfolie op het apparaat zit, verwijdert u deze. De folie dient
langzaam van het apparaat te worden getrokken zodat er geen lijmresten
achterblijven. Eventuele lijmresten verwijderen met een geschikt oplosmiddel.
Pas op dat u het typeplaatje en de waarschuwingsinstructies op het apparaat
niet beschadigt.
Het apparaat nooit in een vochtige of natte omgeving neerzetten.
Het apparaat moet zo worden ingesteld dat de verbindingen gemakkelijk
toegankelijk zijn om snel uit te schakelen als dat nodig is.
Plaats het apparaat op een oppervlak met de volgende eigenschappen:
recht, met voldoende draagkracht, bestand tegen water, droog en
bestand tegen hoge temperaturen
groot genoeg om probleemloos met het apparaat te werken
goed bereikbaar
goede ventilatie.
Houd voldoende afstand tot de randen van de tafel. Het apparaat kan kantelen
en vallen.
Het is verboden het apparaat te monteren in de buurt van apparaten of
voorwerpen die gevoelig zijn voor magnetische velden (bijv.: radio, televisie enz.).
Behoud een minimale. afstand van brandbare muren of andere voorwerpen van
5 -10 cm.
Installatie en bediening
105817 13 / 18
NL
Aansluiting - stroom
Controleer of de technische specificaties van het apparaat (zie naamplaatje)
overeenstemmen met de gegevens van de lokale stroomvoorziening.
De aansluiting van het apparaat op de installatie van de voeding moet worden
uitgevoerd door een gekwalificeerde elektricien in overeenstemming met de
toepasselijke internationale, nationale en lokale voorschriften.
De inductie-kookplaat is uitgerust met een aansluitkabel. Het moet op de
stekker worden aangesloten of rechtstreeks op een geschikt stopcontact worden
aangesloten.
Gebruik het toestel niet met een externe timer of afstandsbediening.
5.2 Bediening
De werking van de inductie-kookplaat
In inductiekookplaten wordt elektrische spanning aangelegd op een geleidende
spoel onder glas. Dit creëert een magnetisch veld dat, als een fysiek effect, de
bodem van de schotel direct verwarmt.
Dit bespaart tijd en energie, omdat hier - zoals in het geval van traditionele
kookzones - de verwarming en de verwarming van de glasverwarmingszone niet
plaatsvindt.
Een ander voordeel - dankzij de hierboven beschreven technische kenmerken - is
een zeer korte kooktijd.
Bovendien verandert de warmtetoevoer onmiddellijk bij elke verandering van
instelling en kan deze nauwkeurig worden aangepast. De inductieverwarming
reageert zo snel op veranderingen in instellingen als een gasfornuis, omdat de
energie onmiddellijk de pot bereikt, zonder eerst andere materialen te moeten
verwarmen.
Inductietechnologie combineert deze reactiesnelheid met het fundamentele
voordeel van stroom, waardoor een nauwkeurige regeling van de warmte-invoer
mogelijk is.
Installatie en bediening
14 / 18 105817
NL
Het juiste kookgerei
Kookgerei van ijzer
• Pannen van geëmailleerd ijzer
• Potten / pannen van staal of
geëmailleerd gietijzer
• Gietijzeren potten / pannen
• Kookgerei van 18/0 roestvrij staal en
aluminium, indien gemarkeerd als
geschikt voor inductie (let op de
beschrijving van het kookgerei)
Vanwege de speciale werking van de
inductiewarmhoudplaat is alleen kookgerei met een
magnetiserende bodem geschikt.
Voor betere resultaten mogen alleen pannen /
potten met een diameter van 12 tot 30 cm worden
gebruikt.
Ongeschikt kookgerei
Containers met een uitpuilende bodem
• Kookgerei van aluminium, brons of
koper, tenzij ze duidelijk gemarkeerd
zijn als geschikt voor inductie
• Potten / pannen met een diameter van
minder dan 12 cm
• Kookgerei met poten
• Keramisch kookgerei
• Glazen kookgerei
Installatie en bediening
105817 15 / 18
NL
Vóór gebruik
1. Vóór het eerste gebruik van het apparaat, dient het apparaat te worden
gereinigd volgens de aanwijzingen in het punt 6 “Reiniging“.
2. Droog het apparaat grondig.
3. Een geschikte pan met inhoud centraal op het kookvlak zetten.
Afb. 2
Bedieningselementen / getoonde berichten
Afb. 3
1. Stroomindicatorlampje (ON)
2. Werkindicatorlampje (WORK)
3. Digitale display
4. Vermogensregulator
5. Positie draaiknop. UIT (OFF)
6. Markering voor het instellen van de
draaiknop
Installatie en bediening
16 / 18 105817
NL
Het in bedrijf stellen van het apparaat
WAARSCHUWING!
Risico op brandwonden!
De kookplaat en de behuizing van het apparaat worden tijdens het gebruik
zeer heet en blijven ook na het uitschakelen nog enige tijd heet.
Nooit de hete oppervlakken van het apparaat aanraken.
1. Zorg ervoor dat de stroomregelaar in de UIT-stand staat. (OFF).
2. Sluit het apparaat aan op de voeding.
U hoort een pieptoon en het aan/uit-lampje (ON) gaat branden.
Op het digitale display verschijnt "-”.
Het apparaat bevindt zich in de Standby modus.
Afb. 4
3. Voer de gewenste instellingen uit zoals hieronder aangegeven.
Instellen van het vermogen
1. Draai de vermogensregelaar rechtsom om het vermogensniveau in te stellen.
U hoort een pieptoon en het ingestelde vermogensniveau verschijnt op het digitale
display.
Het werkindicatorlampje (WORK) gaat branden.
De volgende vermogensniveaus kunnen worden ingesteld: 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9.
Het laagste vermogensniveau 1 komt overeen met 1000 W, het hoogste
vermogensniveau 9 met 5000 W.
2. Observeer tijdens het kook- / bakproces het apparaat en het product dat wordt
verwerkt.
TIP!
Het ingestelde vermogensniveau kan op elk moment tijdens het gebruik
worden gewijzigd door de vermogensregelaar met de klok mee of tegen de
klok in naar het gewenste vermogensniveau te draaien.
Reiniging
105817 17 / 18
NL
Uitschakelen van het apparaat
1. Wanneer het kook- of warmhoudproces voltooid is, draait u de
vermogensregelaar linksom naar de UIT-stand. (OFF).
De controlelampjes doven.
Het apparaat schakelt onmiddellijk uit.
Na gebruik koelen de ventilatoren de elektronica van het apparaat een paar
minuten af en schakelen dan uit.
2. Haal het apparaat van het lichtnet.
Oververhittingsbeveiliging
Het apparaat is uitgerust met een beveiliging tegen oververhitting. In het geval
van het overschrijden van de kritieke temperatuurgrens, schakelt het apparaat voor
de veiligheid automatisch uit.
OPGELET!
Het verwarmen van een lege pan of lege koekenpan activeert de
oververhittingsbeveiliging, een geluidssignaal klinkt en het apparaat
schakelt uit.
De foutmelding "E02" verschijnt op het digitale display.
Plaats nooit lege pannen op de kookplaat.
Als de oververhittingsbeveiliging werkt, verwijder dan de pan van de kookplaat
en laat het apparaat een paar minuten afkoelen.
Dan kan het apparaat opnieuw worden gebruikt.
6 Reiniging
6.1 Aanwijzingen betreffende de veiligheid tijdens het
reinigen
Voordat het apparaat kan worden gereinigd, dient het apparaat van het lichtnet
te worden gehaald.
Het apparaat geheel laten afkoelen.
Zorg ervoor dat er geen water in het apparaat komt. Dompel het apparaat niet in
water of andere vloeistoffen om het te reinigen. Gebruik geen waterstraal onder
druk om het apparaat te reinigen.
Gebruik geen scherpe of metalen voorwerpen (mes, vork, enz.) om het apparaat
schoon te maken. Scherpe voorwerpen kunnen het apparaat beschadigen en
leiden tot elektrische schokken wanneer ze in contact komen met geleidende
componenten.
Verwijdering
18 / 18 105817
NL
Gebruik geen schuurmiddelen, oplosmiddelen of bijtende schoonmaakmiddelen.
Dit kan het oppervlak beschadigen.
6.2 Reiniging
1. Het apparaat moet regelmatig aan het einde van de werkdag gereinigd worden,
en vaker indien nodig.
2. Veeg het glas, het bedieningspaneel en de behuizing van het apparaat schoon
met een zachte, vochtige doek. Als het nodig is een mild niet-schurend
reinigingsmiddel gebruiken.
3. Droog tenslotte de gewassen oppervlakken af met een zachte doek.
4. De ventilatieopeningen aan de achterkant en onderkant van het apparaat
mogen niet verstopt zijn met vuil of stof. Ze moeten regelmatig worden
schoongemaakt met een borstel of stofzuiger.
7 Verwijdering
Elektrische apparaten
Elektrische apparaten zijn gemarkeerd met dit symbool.
Elektrische apparatuur moet op een correcte en
milieuvriendelijke manier worden verwijderd en gerecycled.
Niet-gevaarlijke apparaten mogen niet bij het huishoudelijk
afval worden gegooid. Koppel het apparaat los van de
voeding en verwijder de verbindingskabel van het apparaat.
Elektrische apparaten moeten naar aangewezen inzamelpunten worden gebracht.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20

Bartscher 105817 Handleiding

Type
Handleiding