Nederlands - Blz. 2
1. Programmering
1.1 Algemeenheden over de
programmering
Opmerking:
Wanneer de toets P langer dan
10 seconden wordt ingedrukt,
schakelt de besturing over naar de
uitgebreide aandrijvingsfuncties.
Hier kunnen belangrijke fabrieks-
instellingen worden gewijzigd.
Opmerking:
De besturing kan pas worden
geprogrammeerd, wanneer het
referentiepunt elektrisch 1x in de
richting OPEN en 1x in de
richting DICHT werd gepasseerd.
De programmering van de aandrijving is onderverdeeld
in twee niveaus:
1. Programmering van het basisniveau:
Hier worden de basisfuncties van de aandrijving
geprogrammeerd. Dit programmeerproces is
doorlopend en moet dwingend worden uitgevoerd.
2. Programmering van de uitgebreide
aandrijvingsfuncties:
De programmering van de uitgebreide aandrijvings-
functies bestaat uit vier niveaus, waarin wijzigingen
enkel mogen worden uitgevoerd door gespecialiseerd
personeel.
Dit programmeerproces is doorlopend, afzonderlijke
niveaus kunnen worden overgeslagen door op de toets
P te drukken.
Om de programmering van het basisniveau te bereiken,
moet de toets P langer dan 2 seconden, maar minder
dan 10 seconden worden ingedrukt.
De programmering gebeurt met de toetsen +, -, en P.
Als er in de programmeermodus binnen 120 seconden
geen van de toetsen wordt ingedrukt, dan springt de
besturing terug naar de bedrijfstoestand.
Er wordt een overeenkomstige foutmelding weergegeven.
Daarbij verschijnen de volgende indicaties:
De aandrijving bevindt zich tussen het
referentiepunt en de eindpositie OPEN.
De aandrijving bevindt zich tussen het
referentiepunt en de eindpositie DICHT.
De programmering van de “eindpositie OPEN” en
“eindpositie DICHT” kan op twee manieren worden
ingesteld:
Opmerking:
De besturing beweegt zonder
zelfhoudend contact.
1. Grove instelling door continu indrukken
De instelling gebeurt door continu indrukken van de
toets + of -.
De deur beweegt overeenkomstig naar de positie
OPEN of DICHT.
2. Fijne instelling door korte toetsimpuls
De instelling gebeurt door een korte toetsimpuls op de
toets + of -. De deur beweegt daarbij niet.
De eindpositie verandert met iedere druk op de toets
4 mm in de desbetreffende richting.
Om de eindpositie te controleren, moet de deur via het
referentiepunt in de positie OPEN of in de positie
DICHT worden bewogen.
Tijdens de toetsimpuls brandt de indicatie 7
snel.
Legende:
LED uit
LED brandt
LED knippert langzaam
LED knippert snel