Victron energy EcoMulti 3k 230V - 50A de handleiding

Type
de handleiding
1
EN NL FR DE ES SE Appendix
1. VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN
Algemeen
Lees eerst de bij dit product geleverde documentatie, zodat u bekend bent met de veiligheidsaanduidingen en aanwijzingen voordat u
het product in gebruik neemt.
Dit product is ontworpen en getest conform de internationale normen. De apparatuur mag enkel worden gebruikt voor de bedoelde
toepassing.
WAARSCHUWING: KANS OP ELEKTRISCHE SCHOK
Het product wordt gebruikt in combinatie met een permanente energiebron (accu). Zelfs als de apparatuur is uitgeschakeld, kan er een
gevaarlijke elektrische spanning optreden bij de ingangs- en/of uitgangsklemmen. Schakel altijd de wisselspanningsvoeding uit en
ontkoppel de accu voordat u onderhoudswerkzaamheden uitvoert.
Het product bevat geen interne onderdelen die door de gebruiker kunnen worden onderhouden. Verwijder het paneel aan de voorkant
niet en stel het product niet in bedrijf als niet alle panelen zijn gemonteerd. Alle onderhoudswerkzaamheden dienen door gekwalificeerd
personeel te worden uitgevoerd.
Gebruik het product nooit op plaatsen waar gas- of stofexplosies kunnen optreden. Raadpleeg de specificaties van de accufabrikant om
te waarborgen dat de accu geschikt is voor gebruik met dit product. Neem altijd de veiligheidsvoorschriften van de accufabrikant in acht.
WAARSCHUWING: til geen zware voorwerpen zonder hulp
Installatie
Lees de installatieaanwijzingen voordat u met de installatie begint.
Dit is een product uit veiligheidsklasse I (dat wordt geleverd met een aardingsklem ter beveiliging). De in- en/of uitgangsklemmen van
de wisselstroom moeten zijn voorzien van een ononderbreekbare aarding ter beveiliging. Als u vermoedt dat de aardbeveiliging
is beschadigd, moet het product buiten bedrijf worden gesteld en worden beveiligd tegen per ongeluk opnieuw inschakelen; neem
hiervoor contact op met gekwalificeerd onderhoudspersoneel.
Zorg ervoor dat de aansluitkabels zijn voorzien van zekeringen en stroomonderbrekers. Vervang nooit een beveiliging door een ander
type component. Raadpleeg de handleiding voor het juiste onderdeel.
Verwissel de nul en de fase niet bij het aansluiten van de AC.
Dit product kan een gelijkstroom in de externe aardingsgeleider veroorzaken. Als een aardlekschakelaar of aardlekbeveiliging
wordt gebruikt ter bescherming in geval van direct of indirect contact, is alleen een aardlekschakelaar of aardlekbeveiliging
van type B toegestaan aan de voedingszijde van dit product.
Controleer voordat u het apparaat inschakelt of de beschikbare spanningsbron overeenkomt met de configuratie-instellingen van het
product, zoals beschreven in de handleiding.
Zorg ervoor dat de apparatuur wordt gebruikt onder de juiste bedrijfsomstandigheden. Gebruik het product nooit in een vochtige of
stoffige omgeving.
Zorg ervoor dat er rondom het product steeds voldoende vrije ruimte is voor ventilatie en dat de ventilatieopeningen niet geblokkeerd
zijn.
Installeer het product in een hittebestendige omgeving. Zorg er daarom voor dat zich geen chemische stoffen, kunststofonderdelen,
gordijnen of andere soorten textiel enz. in de onmiddellijke omgeving van de apparatuur bevinden.
Deze omvormer is voorzien van een interne scheidingstransformator die voor een nog betere isolatie zorgt.
Vervoer en opslag
Zorg er bij opslag of transport van het product voor dat de netstroom- en accukabels zijn losgekoppeld.
Er kan geen aansprakelijkheid worden aanvaard voor transportschade als de apparatuur wordt vervoerd in een andere dan de originele
verpakking.
Sla het product op in een droge omgeving; de opslagtemperatuur dient te liggen tussen -20°C en 60°C.
Raadpleeg de handleiding van de accufabrikant voor informatie over transport, opslag, opladen, herladen en afvalverwijdering van de
accu.
2
2. BESCHRIJVING
2.1 Algemeen
De basis van de ECOmulti is een zeer krachtige sinusomvormer, acculader en omschakelautomaat in een compacte behuizing.
Daarnaast heeft de ECOmulti een groot aantal vaak unieke mogelijkheden:
Automatisch en onderbrekingsvrij omschakelen
In geval van een netspanningsstoring of als het aggregaat wordt uitgeschakeld, zal de ECOmulti overschakelen op omvormerbedrijf en
de voeding van de aangesloten apparaten overnemen. Dit gaat zo snel dat computers en andere elektronische apparaten ongestoord
blijven functioneren (Uninterruptible Power Supply of UPS-functionaliteit). Dit maakt de ECOmulti zeer geschikt als noodstroomsysteem
in industriële en telecommunicatietoepassingen. De maximale wisselstroom die geschakeld kan worden bedraagt 32A of 50A,
afhankelijk van het model.
Extra AC-uitgang
Naast de gebruikelijke ononderbroken uitgang is er een extra uitgang beschikbaar die de belasting ontkoppelt als de accu in werking is.
Voorbeeld: een elektrische boiler die enkel in bedrijf mag zijn als het aggregaat draait of er walstroom beschikbaar is.
PowerControl – Maximaal benutten van beperkte walstroom
De ECOmulti kan enorm veel laadstroom leveren. Dat betekent een zware belasting voor de walaansluiting of het aggregaat. Daarom
kan er een maximale stroom ingesteld worden. De ECOmulti houdt dan rekening met andere stroomverbruikers en gebruikt voor het
opladen enkel de stroom die nog ‘over’ is.
PowerAssist – Doe meer met uw aggregaat en walstroom: met de ‘meehelp’-functie van de ECOmulti
Deze functie voegt nog een extra dimensie toe aan het principe PowerControl doordat de ECOmulti de capaciteit van de alternatieve
bron aanvult. Waar piekstroom zo vaak enkel kortstondig nodig is, zorgt de ECOmulti ervoor dat onvoldoende wal- of generatorstroom
onmiddellijk wordt gecompenseerd met stroom van de batterij. Als de belasting afneemt, wordt de reservestroom gebruikt om de accu
weer op te laden.
Met deze unieke functie is het ‘walstroomprobleem’ voorgoed opgelost: zwaar elektrisch gereedschap, afwasmachine,
wasmachine, elektrische kookplaat kunnen nu allemaal draaien met 16A walstroom of zelfs nog minder. Bovendien kan een
kleiner aggregaat worden geïnstalleerd.
Programmeerbare relais
De ECOmulti is voorzien van drie programmeerbare relais. Het relais kan echter voor allerlei andere toepassingen worden
geprogrammeerd, bijvoorbeeld als startrelais voor een aggregaat.
Programmeerbare analoge/digitale ingangs-/uitgangspoorten
De ECOmulti is voorzien van 2 analoge/digitale ingangs-/uitgangspoorten.
Deze poorten kunnen worden gebruikt voor meerdere doeleinden.
Frequentiewisseling
Als zonneomvormers zijn aangesloten op de uitgang van een ECOmulti wordt het teveel aan zonne-energie gebruikt om de accu's weer
op te laden. Zodra de absorptiespanning is bereikt, schakelt de ECOmulti de zonneomvormer uit door de uitgangsfrequentie met 1 Hz
aan te passen (bijvoorbeeld van 50 Hz naar 51 Hz). Zodra de accuspanning iets is gedaald, keert de frequentie terug naar normaal en
worden de zonneomvormers weer gestart.
Ingebouwde accumonitor (optioneel)
De ideale oplossing wanneer de ECOmulti onderdeel uitmaakt van een hybride systeem (diesel aggregaat, omvormer/laders,
opslagaccu en alternatieve energie). De ingebouwde accumonitor kan zo worden ingesteld dat deze het aggregaat start en stopt:
- Start van een vooringesteld % van het ontladingsniveau en/of
- start (met een vooringestelde vertraging) bij een vooringestelde accuspanning en/of
- start (met een vooringestelde vertraging) bij een vooringesteld belastingsniveau.
- Stop bij een vooringestelde accuspanning of
- stop (met een vooringestelde vertraging) nadat de bulklading is voltooid en/of
- stop (met een vooringestelde vertraging) bij een vooringesteld belastingsniveau.
Zonne-energie
De ECOmulti is uiterst geschikt voor zonne-energietoepassingen. Hij kan in zowel autonome systemen worden gebruikt als ook in
netgekoppelde systemen.
Autonoom bedrijf als de netspanning uitvalt
Woningen of gebouwen voorzien van zonnepanelen of een kleine warmtekrachtcentrale of andere duurzame energiebronnen hebben in
potentie een autonome energievoorziening, waarmee essentiële apparatuur (CV-pompen, koelkasten, vriezers, internetaansluitingen) in
bedrijf kan worden gehouden tijdens een stroomuitval. Een probleem is echter dat de netgekoppelde duurzame energiebronnen
uitvallen zodra de netspanning uitvalt. Met een ECOmulti en accu’s kan dit probleem op eenvoudige wijze worden opgelost: de
ECOmulti kan de netspanning tijdens een stroomuitval vervangen. Als de duurzame energiebronnen meer vermogen dan nodig
produceren, zal de ECOmulti het teveel gebruiken om de accu’s op te laden, terwijl de ECOmulti bij een tekort extra vermogen zal
leveren via de accu.
3
EN NL FR DE ES SE Appendix
Programmeerbaar met DIP-schakelaars, VE.Net-paneel of pc
De ECOmulti wordt gebruiksklaar geleverd. Drie eigenschappen staan ter beschikking om, indien gewenst, bepaalde instellingen te
kunnen wijzigen:
─ De meest belangrijke instellingen kunnen op heel eenvoudige wijze worden gewijzigd, namelijk met DIP-schakelaars.
─ Alle instellingen, met uitzondering van het multifunctionele relais, kunnen worden gewijzigd met een VE.Net-paneel.
─ Alle instellingen kunnen worden gewijzigd met een pc en gratis software die kan worden gedownload op onze website
www.victronenergy.com
2.2 Acculader
Adaptief 4-traps laadalgoritme: bulk – absorptie – druppel – opslag
Het adaptieve accubeheersysteem, aangedreven door een microprocessor, kan worden ingesteld op verschillende soorten accu's. De
adaptieve functie past het laadproces automatisch aan aan het accugebruik.
De juiste hoeveelheid lading: variabele absorptietijd
Bij geringe ontlading van de accu wordt de absorptie kort gehouden om overlading en overmatige gasvorming te voorkomen. Na een
diepe ontlading wordt de absorptietijd automatisch verlengd om de accu volledig op te laden.
Schade door overmatige gasvorming beperken: met de BatterySafe-modus
Als, om de laadtijd te verkorten, wordt gekozen voor een hoge laadstroom in combinatie met een hoge absorptiespanning, dan wordt
schade door overmatige gasvorming voorkomen door de stijgingssnelheid van de spanning automatisch te beperken als de
gasvormingsspanning is bereikt.
Minder onderhoud en veroudering als de accu niet wordt gebruikt: met de opslag-modus
De opslag-modus wordt geactiveerd als de accu gedurende 24 uur niet wordt ontladen. In de opslag-modus wordt de open spanning
verminderd tot 2,2V/cel (13,2V voor 12V-accu) om gasvorming en corrosie van de positieve platen tot een minimum te beperken. Eén
keer per week wordt de spanning weer verhoogd tot absorptieniveau om de accu weer 'bij te laden'. Dit voorkomt stratificatie van het
elektrolyt en sulfatering, de hoofdoorzaak van voortijdig falen van de accu.
Twee DC-uitgangen om twee accu's op te laden
De hoofd-DC-aansluitklem kan de volledige uitgangsstroom leveren. De tweede uitgang, bedoeld voor het opladen van een startaccu, is
beperkt tot 4A en heeft een iets lagere uitgangsspanning.
Accuspanningsdetectie: de juiste laadspanning
Het spanningsverlies door de kabelweerstand kan worden gecompenseerd door gebruik te maken van de spanningsdetectievoorziening
om de spanning rechtstreeks op de DC-bus of op de aansluitklemmen van de accu te kunnen meten.
Meer over accu's en opladen
In ons boek ‘Altijd Stroom’ kunt u meer lezen over accu’s en het opladen van accu’s. Het is gratis verkrijgbaar op onze website (zie
www.victronenergy.com  Support  Technische Informatie). Voor meer informatie over adaptief opladen zie de Technische Informatie
op onze website.
2.3 ESS – Energy Storage Systems: energie teruggeven aan het elektriciteitsnet
Als de ECOmulti wordt gebruikt in een configuratie waarin deze energie teruggeeft aan het elektriciteitsnet, moet conformiteit met de
netcode mogelijk zijn door de netcode van het land waarin deze wordt gebruikt, in te stellen via VEConfigure.
Zodra de code is ingesteld, is een wachtwoord vereist om de netcodeconformiteit uit te schakelen of de met de netcode
samenhangende parameters te wijzigen.
Als de plaatselijke netcode niet wordt ondersteund door de ECOmulti, dient een extern gecertificeerd interface-apparaat te worden
gebruikt om de ECOmulti op het elektriciteitsnet aan te sluiten.
De ECOmulti kan ook worden gebruikt als bidirectionele omvormer in parallel bedrijf met het elektriciteitsnet, geïntegreerd in een door
de klant ontworpen systeem (PLC of ander systeem) dat de regellus en meting van het elektriciteitsnet verzorgt, zie
https://www.victronenergy.com/live/ess:design-installation-manual
2.4 ColorControl (CCGX)
Anders dan een gewone Multi/Quattro heeft de ECOmulti geen leds maar een ingebouwde ColorControl(CCGX)
In het pictogram op het scherm zijn de leds op de MultiGrid gevisualiseerd. Wanneer er in deze handleiding gerefereerd wordt aan de
leds dan worden de leds in het pictogram bedoeld.
4
3. BEDIENING
3.1 Schakelaar on/off/charger only
Als de schakelaar op ‘on’ wordt gezet, is het apparaat volledig functioneel. De omvormer wordt ingeschakeld en de LED ‘inverter on’
gaat branden.
Als er op de ‘AC-in’-aansluiting spanning wordt aangesloten, zal deze, als de waarde binnen de specificaties valt, worden
doorgeschakeld naar de ‘AC-out’ aansluiting. De omvormer wordt uitgeschakeld, de LED ‘mains on’ gaat branden en de lader begint
met opladen. Afhankelijk van de laadmodus gaan de LEDs ‘bulk’ (bulklading), ‘absorption’ (absorptielading) of ‘float’ (druppellading)
branden.
Als de spanning op de ‘AC-in ‘-aansluiting wordt afgewezen, zal de omvormer worden ingeschakeld.
Als de schakelaar op ‘charger only’ wordt gezet, zal alleen de acculader van de ECOmulti worden ingeschakeld (als er netspanning
beschikbaar is). In deze modus wordt de ingangsspanning tevens doorgeschakeld naar de ‘AC-out’-aansluiting.
OPMERKING: Als alleen de laadfunctie nodig is, moet erop worden gelet dat de schakelaar in de stand ‘charger only’ wordt gezet.
Hiermee voorkomt u dat bij het wegvallen van de netspanning de omvormer wordt ingeschakeld en uw accu’s leeg raken.
3.2 Afstandsbediening
De afstandsbediening is mogelijk met een 3-wegschakelaar of met het Multi Control-paneel.
Het Multi Control-paneel heeft een eenvoudige draaiknop, waarmee de maximale stroom van de AC-ingang kan worden ingesteld: zie
PowerControl en PowerAssist in hoofdstuk 2.
3.3 LED-aanduidingen
LED uit
LED knippert
LED brandt
Omvormer
Charger
De omvormer is ingeschakeld en
levert stroom aan de belasting.
Mains on
On
Inverter on
Bulk
Overload
Off
Absorption
Low battery
charger
only
Float
Temperature
Charger
Inverter
Het nominale vermogen van de
omvormer is overschreden. De LED
‘overload’ (overbelasting) knippert
Mains on
On
Inverter on
Bulk
Overload
Off
Absorption
Low battery
charger
only
Float
Temperature
Charger
De omvormer is uitgeschakeld door
overbelasting of kortsluiting.
Mains on
On
Inverter on
Bulk
Overload
Off
Absorption
Low battery
charger
only
Float
Temperature
Charger
Inverter
De accu is bijna leeg.
Mains on
On
Inverter on
Bulk
Overload
Off
Absorption
Low battery
charger
only
Float
Temperature
5
EN NL FR DE ES SE Appendix
Charger
De omvormer is uitgeschakeld door
een te lage accuspanning.
Mains on
On
Inverter on
Bulk
Overload
Off
Absorption
Low battery
charger
only
Float
Temperature
Charger
Inverter
De interne temperatuur bereikt een
kritiek niveau.
Mains on
On
Inverter on
Bulk
Overload
Off
Absorption
Low battery
charger
only
Float
Temperature
Charger
Inverter
De omvormer is uitgeschakeld,
omdat de temperatuur van de
elektronica te hoog is.
Mains on
On
Inverter on
Bulk
Overload
Off
Absorption
Low battery
charger
only
Float
Temperature
Charger
Inverter
- Als de LEDs afwisselend
knipperen, is de accu bijna leeg en
wordt het nominale vermogen
overschreden.
- Als ‘overload’ en ‘low battery’
tegelijkertijd knipperen, is de
rimpelspanning op de accu-
aansluitingen te hoog.
Mains on
On
Inverter on
Bulk
Overload
Off
Absorption
Low battery
charger
only
Float
Temperature
Charger
Inverter
De omvormer wordt uitgeschakeld
door een te hoge rimpelspanning op
de accu-aansluitingen.
Mains on
On
Inverter on
Bulk
Overload
Off
Absorption
Low battery
charger
only
Float
Temperature
6
Acculader
Charger
Inverter
De AC-ingangsspanning is
doorgeschakeld en de lader voert
een bulklading uit.
Mains on
On
Inverter on
Bulk
Overload
Off
Absorption
Low battery
charger
only
Float
Temperature
Charger
Inverter
De voedingsspanning is
doorgeschakeld en de lader is
ingeschakeld.
De ingestelde absorptiespanning is
echter nog niet bereikt.
(BatterySafe-modus)
Mains on
On
Inverter on
Bulk
Overload
Off
Absorption
Low battery
charger
only
Float
Temperature
Charger
Inverter
De netspanning is doorgeschakeld
en de lader voert een
absorptielading uit.
Mains on
On
Inverter on
Bulk
Overload
Off
Absorption
Low battery
charger
only
Float
Temperature
Charger
Inverter
De netspanning is doorgeschakeld
en de lader voert een druppellading
uit.
Mains on
On
Inverter on
Bulk
Overload
Off
Absorption
Low battery
charger
only
Float
Temperature
Charger
Inverter
De netspanning is doorgeschakeld
en de lader bevindt zich in de
egalisatiemodus.
Mains on
On
Inverter on
Bulk
Overload
Off
Absorption
Low battery
charger
only
Float
Temperature
7
EN NL FR DE ES SE Appendix
Speciale aanduidingen
PowerControl
Charger
Inverter
De AC-ingang is doorgeschakeld.
De AC-uitgangsstroom is gelijk aan
de vooringestelde maximale
ingangsstroom. De laadstroom is
verlaagd naar 0.
Mains on
On
Inverter on
Bulk
Overload
Off
Absorption
Low battery
charger
only
Float
Temperature
Power Assist
Charger
Inverter
De AC-ingang is doorgeschakeld,
maar de belasting vereist meer
stroom dan de vooringestelde
maximale ingangsstroom. De
omvormer is ingeschakeld om de
vereiste extra stroom te leveren.
Mains on
On
Inverter on
Bulk
Overload
Off
Absorption
Low battery
charger
only
Float
Temperature
Zie voor meer foutcodes paragraaf 7.3
8
4. Installatie
Dit product mag uitsluitend worden geïnstalleerd door een gekwalificeerde
elektromonteur.
4.1 Locatie
De ECOmulti dient in een droge, goed geventileerde ruimte te worden geïnstalleerd. Rondom het apparaat dient een ruimte van
tenminste 10 cm te worden vrijgehouden voor koeling.
Een te hoge omgevingstemperatuur heeft de volgende consequenties:
• Kortere levensduur.
• Lagere laadstroom.
• Lager piekvermogen of volledige uitschakeling van de omvormer.
De ECOmulti is geschikt voor wandmontage. Voor de montage bevat de behuizing aan de achterkant een ophangplaat en vier gaten
(zie bijlage G). Het apparaat kan horizontaal of verticaal worden geplaatst. Voor een optimale koeling wordt de voorkeur gegeven aan
verticale plaatsing.
De binnenzijde van het apparaat dient ook na installatie goed toegankelijk te
blijven.
Om veiligheidsredenen dient dit product te worden geïnstalleerd in een
hittebestendige omgeving. Voorkom daarom de aanwezigheid van bijvoorbeeld
chemicaliën, synthetische onderdelen, gordijnen of ander textiel, enz. in de directe
omgeving.
Opmerking: De interne weerstand is een belangrijke factor als met accu's met lage capaciteit wordt gewerkt. Raadpleeg uw leverancier
of de relevante hoofdstukken in ons boek ‘Altijd stroom’ dat via onze website kan worden gedownload.
Procedure
Ga bij het aansluiten van de accukabels als volgt te werk:
Gebruik een momentsleutel met geïsoleerde steeksleutel om kortsluiting bij de
accu te voorkomen.
Maximaal aanhaalmoment: 11 Nm
Voorkom kortsluiting van de accukabels.
• Verwijder de vier schroeven aan de voorkant van de behuizing en verwijder het voorpaneel.
• Sluit de accukabels als volgt aan: zie bijlage H.
• Draai de moeren stevig vast om overgangsweerstanden zo laag mogelijk te houden.
9
EN NL FR DE ES SE Appendix
4.2 Aansluiten van de AC-kabels
De ECOmulti is een product uit veiligheidsklasse I (dat wordt geleverd met
een aardingsklem ter beveiliging). De wisselstroomingangs- en/of
-uitgangsklemmen en/of het aardingspunt van het product moeten om
veiligheidsredenen voorzien zijn van een onderbrekingsvrij
aardingspunt.
De ECOmulti is voorzien van een aardrelais (relais H, zie bijlage B) dat de
neutrale uitgang automatisch met de behuizing verbindt als er geen
externe wisselspanningsvoeding beschikbaar is. Als een externe
wisselspanningsvoeding beschikbaar is, zal het aardrelais zich openen
voordat het ingangsveiligheidsrelais zich sluit. Dit zorgt voor een goede
werking van de op de uitgang aangesloten aardlekschakelaar.
─ In een vaste installatie kan een ononderbreekbare aarding worden
gewaarborgd met de aarddraad van de wisselspanningsingang.
Anders moet de behuizing worden geaard.
Aanhaalmoment: 2 Nm max. 2,3 Nm
U vindt de klemmenblokken op de printplaat, zie bijlage A.
Verwissel de nul en de fase niet bij het aansluiten van de AC.
• AC-in
De AC-ingangskabel moet zijn aangesloten op het klemmenblok ‘AC–in’.
Van links naar rechts: ‘L’ (fase), ‘N’ (nul) en ‘PE’ (aarde).
Dit product kan een gelijkstroom in de externe aardingsgeleider veroorzaken. Als een aardlekschakelaar of
aardlekbeveiliging wordt gebruikt voor ter bescherming in geval van direct of indirect contact, is alleen een
aardlekschakelaar of aardlekbeveiliging van type B toegestaan aan de voedingszijde van dit product.
De AC-ingang moet zijn beveiligd met een klasse A zekering of magnetische contactverbreker voor 50A of minder en de
doorsnede van de kabel moet hieraan zijn aangepast. Als de ingangswisselspanning lager ligt, moeten de zekering of
magnetische contactverbreker hieraan worden aangepast.
• AC-out-1
De AC-uitgangskabel kan direct worden aangesloten op het klemmenblok ‘AC-out’.
Van links naar rechts: ‘L’ (fase) ‘N’ (nul) en ‘PE’ (aarde).
Met de PowerAssist-functie kan de ECOmulti tot 3kVA (dat is 3000 / 230 = 13A) bij piekvermogensbehoefte aan de uitgang
toevoegen. Samen met een maximale ingangsstroom van 50A betekent dit dat de uitgang tot 50 + 13 = 63A kan leveren.
Een aardlekschakelaar en een zekering of contactverbreker passend bij de verwachte belasting moet in serie worden
opgenomen in het uitgangsvermogen en de doorsnede van de kabel moet hieraan worden aangepast. Het maximaal
toelaatbare vermogen van de zekering of contactverbreker is 63A.
• AC-out-2
Zie paragraaf 4.3.1.
4.3 Optionele aansluitingen
Er zijn meerdere aansluitmogelijkheden:
4.3.1 Afstandsbediening
Het apparaat kan op twee manieren op afstand worden bediend.
• Met een externe schakelaar (aansluitklem H, zie bijlage A). Werkt alleen als de schakelaar op de ECOmulti op ‘on’ wordt gezet.
• Met een Multi Control-paneel (verbonden met één van de twee RJ48-stekkerbussen B, zie bijlage A). Werkt alleen als de
schakelaar op de ECOmulti op ‘on’ is gezet.
Er kan maar één afstandsbediening worden aangesloten, dat wil zeggen of een schakelaar of een Multi Control-paneel.
4.3.2 Programmeerbare relais
Dit model is voorzien van 3 programmeerbare relais.
Het relais kan echter voor allerlei andere toepassingen worden geprogrammeerd, bijvoorbeeld als startrelais voor een aggregaat.
4.3.3 Programmeerbare analoge/digitale ingangs-/uitgangspoorten
Dit model is voorzien van 2 analoge/digitale ingangs-/uitgangspoorten.
Deze poorten kunnen worden gebruikt voor meerdere doeleinden.
4.3.4 AC-hulpuitgang (AC-out-2)
Naast de gebruikelijke ononderbroken uitgang is er een tweede uitgang (AC-out-2) beschikbaar die de belasting ontkoppelt als de accu
in bedrijf is. Voorbeeld: een elektrische boiler of airco die enkel mag werken als het aggregaat draait of er walstroom beschikbaar is.
Als de accu werkt wordt de AC-out-2 onmiddellijk uitgeschakeld. Als er AC-voeding beschikbaar is, wordt de AC-out-2 opnieuw
gekoppeld met een vertraging van 2 minuten, zodat een aggregaat kan worden gestabiliseerd voordat er een zware belasting wordt
aangesloten.
10
5. Configuratie
• Instellingen mogen alleen worden gewijzigd door een gekwalificeerde
elektrotechnicus.
• Lees de aanwijzingen grondig door voordat u wijzigingen doorvoert.
• Tijdens het instellen van de lader moet de AC-ingang worden verwijderd.
5.1 Standaardinstellingen: klaar voor gebruik
De ECOmulti wordt geleverd met standaardfabrieksinstellingen. Deze zijn in het algemeen geschikt voor toepassing van 1 apparaat.
Waarschuwing: het is mogelijk dat de standaard acculaadspanning niet geschikt is voor uw accu’s! Raadpleeg de
documentatie van de fabrikant of vraag advies bij uw acculeverancier!
ECOmulti-standaardfabrieksinstellingen
Frequentie omvormer 50 Hz
Ingangsfrequentiebereik 45 – 65 Hz
Ingangsspanningsbereik 180 – 265 VAC
Omvormerspanning 230 VAC
Standalone / parallel / 3-fase standalone
AES (Automatic Economy Switch) uit
Aardrelais aan
Lader aan/uit aan
Acculaadkarakteristiek viertraps adaptief met BatterySafe-modus
Laadstroom 75% van de maximale laadstroom
Accutype Lithium Iron Phosphate, LiFePO4, batteries
Automatisch egalisatie laden uit
Absorptiespanning 28,8V
Absorptietijd tot 8 uur (afhankelijk van bulkladingstijd)
Druppelladingsspanning 27,6V
Opslagspanning 26,4V (niet instelbaar)
Herhaalde absorptietijd 1 uur
Absorptieherhalingsinterval 7 dagen
Bulkbeveiliging aan
AC-ingangsstroomlimiet 50A (= regelbare stroomlimiet voor PowerControl- en PowerAssist-functies)
UPS-functie aan
Dynamische stroombegrenzer uit
Zwakke AC uit
BoostFactor 2
Programmeerbaar relais alarmfunctie
Hulpuitgang 32A
PowerAssist aan
BMS assistent geïnstalleerd
5.2 Uitleg bij de instellingen
Hieronder volgt een korte uitleg bij de instellingen die niet vanzelfsprekend zijn. Meer informatie vindt u in de help-bestanden van de
softwareconfiguratieprogramma’s (zie paragraaf 5.3).
Frequentie omvormer
Uitgangsfrequentie als er geen AC op de ingang aanwezig is.
Instelbaar: 50 Hz; 60 Hz
Ingangsfrequentiebereik
Ingangsfrequentiebereik dat door de ECOmulti wordt geaccepteerd. De ECOmulti synchroniseert binnen dit bereik met de AC-
ingangsfrequentie. De frequentie op de uitgang is dan gelijk aan de frequentie op de ingang.
Instelbaar: 45 – 65 Hz; 45 – 55 Hz; 55 – 65 Hz
Ingangsspanningsbereik
Spanningsbereik dat door de ECOmulti wordt geaccepteerd. De ECOmulti synchroniseert binnen dit bereik met de AC-
ingangsspanning. De spanning op de uitgang is dan gelijk aan de spanning op de ingang.
Instelbaar: Ondergrens: 180 – 230V
Bovengrens: 230 – 270V
Opmerking: De fabrieksinstelling voor de ondergrens van 180V is bedoeld voor aansluiting op een instabiele netspanning of een
generator met instabiel AC-uitgangsspanning. Deze instelling kan leiden tot uitschakeling van het systeem als dit is aangesloten op een
‘borstelloze, zelfbekrachtigde, extern spanningsgeregelde, synchrone wisselstroomgenerator’ (synchrone generator met automatische
spanningsregelaar). De meeste generatoren met een vermogen van 10kVA of meer zijn synchrone generatoren met automatische
spanningsregelaar. De uitschakeling vindt plaats als de generator wordt gestopt en langzamer gaat draaien, terwijl de generator met
automatische spanningsregelaar tegelijkertijd ‘probeert’ om de uitgangsspanning van de generator op 230V te houden.
De oplossing is om de ondergrens te verhogen naar 210VAC (generatoren met automatische spanningsregelaar hebben over het
algemeen een zeer stabiele uitgangspanning) of om de Multi(s) los te koppelen van de generator als een generatorstopsignaal wordt
afgegeven (met behulp van een in serie met de generator geïnstalleerde AC-schakelaar).
11
EN NL FR DE ES SE Appendix
Omvormerspanning
Uitgangsspanning van de ECOmulti bij accubedrijf.
Instelbaar: 210 – 245V
AES (Automatic Economy Switch)
Als deze instelling op ‘on’ wordt gezet, wordt het stroomverbruik bij nullast en lage belasting verlaagd met ca. 20% door de
sinusspanning iets te 'versmallen'. Enkel van toepassing in standalone-configuratie.
Search Mode (zoekmodus)
In plaats van de AES-modus kan ook de search mode (enkel met behulp van VEConfigure) worden gekozen.
Als de 'search mode' is ingeschakeld, wordt het stroomverbruik bij nullast verlaagd met ca. 70%. De 'search mode' houdt in dat de
ECOmulti wordt uitgeschakeld als er geen belasting is of als deze heel laag is. Iedere 2 seconden zal de ECOmulti even inschakelen.
Als de uitgangsstroom een ingesteld niveau overschrijdt, blijft de omvormer werken. Zo niet, dan gaat de omvormer weer uit.
De belastingsniveaus ‘uitschakeling’ en ‘ingeschakeld blijven’ van de zoekmodus kunnen met VEConfigure worden ingesteld.
De fabrieksinstelling is:
Uitschakelen: 40 watt (lineaire belasting)
Inschakelen: 100 watt (lineaire belasting)
Niet instelbaar met DIP-schakelaars. Enkel van toepassing in standalone-configuratie.
Aardrelais (zie bijlage B)
Met dit relais wordt de nulleider van de AC-uitgang met het frame geaard als het terugleverveiligheidsrelais open is. Dit om de correcte
werking van aardlekschakelaars in de uitgang veilig te stellen.
- Alleen bij modellen met een overdrachtscapaciteit van 50A: indien nodig, kan een extern aardrelais worden aangesloten
(voor een éénfasesysteem met een aparte autotransformator).
Zie bijlage A.
AC-ingangsstroomlimiet
Dit is de instelling van de stroomlimiet, waarbij PowerControl en PowerAssist in werking treden.
PowerAssist-instellingsbereik: van 5,3A tot 50A
Fabrieksinstellingen: de maximumwaarde (50A).
Zie hoofdstuk 2, het boek ‘Altijd Stroom’ of de vele beschrijvingen van deze unieke functie op onze website www.victronenergy.com.
UPS-functie
Als deze instelling op ‘on’ staat en de wisselspanning op de ingang wegvalt, schakelt de ECOmulti praktisch zonder onderbreking over
naar omvormerbedrijf. De ECOmulti kan dan worden gebruikt als Uninterruptible Power Supply (UPS of onderbrekingsvrije voeding)
voor gevoelige apparatuur, zoals computers of communicatiesystemen.
De uitgangsspanning van sommige kleine aggregaten is te instabiel en te vervormd voor gebruik van deze instelling - de ECOmulti zou
voortdurend overschakelen naar omvormerbedrijf. Daarom kan ervoor gekozen worden om deze instelling uit te schakelen. De
ECOmulti reageert dan minder snel op afwijkingen in de ingangswisselspanning. Hierdoor wordt de omschakeltijd naar omvormerbedrijf
wat langer, maar de meeste apparatuur (de meeste computers, klokken of huishoudelijke apparatuur) ondervindt hier geen hinder van.
Advies: UPS-functie uitschakelen als de ECOmulti niet synchroniseert of voortdurend terugschakelt naar omvormerbedrijf.
Dynamische stroombegrenzer
Bedoeld voor aggregaten, waarbij de wisselspanning wordt opgewekt met behulp van een statische omvormer (zogenaamde
‘omvormer’-aggregaten). In deze aggregaten wordt het motortoerental verlaagd bij lage belasting: dat beperkt lawaai, brandstofverbruik
en vervuiling. Nadeel is dat de uitgangsspanning sterk zal zakken of zelfs helemaal wegvalt bij een plotselinge verhoging van de
belasting. Meer belasting kan pas geleverd worden nadat de motor op toeren is.
Als deze instelling op ‘on’ wordt gezet, zal de ECOmulti beginnen met het leveren van extra vermogen op een laag
aggregaatuitgangsvermogen en langzaam meer leveren tot de ingestelde stroomlimiet is bereikt. Hierdoor krijgt de motor van het
aggregaat de tijd om op toeren te komen.
Deze instelling wordt ook vaak toegepast bij ‘klassieke’ aggregaten die traag reageren op plotselinge belastingvariaties.
WeakAC
Sterke vervorming van de ingangsspanning kan tot gevolg hebben dat de lader niet of nauwelijks werkt. Als WeakAC (lage
wisselspanning) wordt ingesteld, accepteert de lader ook een sterk vervormde spanning, ten koste van meer vervorming van de
opgenomen stroom.
Advies: WeakAC inschakelen als de lader niet of nauwelijks laadt (dit komt overigens zelden voor!). Zet tegelijk ook de ’dynamische
stroombegrenzer’ aan en reduceer desnoods de maximale laadstoom om overbelasting van het aggregaat te voorkomen.
Opmerking: als WeakAC is ingeschakeld, wordt de maximale laadstroom met ongeveer 20% verminderd.
Niet instelbaar met DIP-schakelaars.
BoostFactor
Wijzig deze instelling alleen na overleg met Victron Energy of een door Victron Energy getrainde installateur!
Niet instelbaar met DIP-schakelaars.
Programmeerbare relais
De ECOmulti is voorzien van drie programmeerbare relais. De relais kunnen echter voor allerlei andere toepassingen worden
geprogrammeerd, bijvoorbeeld als startrelais voor een aggregaat.
AC-hulpuitgang (AC-out-2)
Naast de gebruikelijke ononderbroken uitgang, is er een tweede uitgang (AC-out-2) beschikbaar die de belasting ontkoppelt als de accu
in bedrijf is. Voorbeeld: een elektrische boiler of airco die enkel mag werken als het aggregaat draait of er walstroom beschikbaar is.
Als de accu werkt, wordt de AC-out-2 onmiddellijk uitgeschakeld. Als er AC-voeding beschikbaar is, wordt de AC-out-2 opnieuw
gekoppeld met een vertraging van 2 minuten, zodat een aggregaat kan worden gestabiliseerd voordat er een zware belasting wordt
aangesloten.
12
5.3 Configuratie via de pc
Alle instellingen kunnen worden gewijzigd via een pc of met een VE.Net-paneel (behalve bij de multifunctionele relais en de
VirtualSwitch bij gebruik van VE.Net).
De meest algemene instellingen kunnen worden gewijzigd via de DIP-schakelaars (zie paragraaf 5.5).
Instellingen betreffende de assistants kunnen alleen m.b.v. een pc/laptop worden ingesteld.
OPMERKING:
Deze handleiding is bedoeld voor producten met firmware xxxx400 of hoger (waarbij x staat voor een willekeurig getal)
Het firmwarenummer is te vinden op de microprocessor, na het verwijderen van het voorpaneel of uitlezen m.b.v. een
pc/laptop.
5.3.1 VE.Bus Quick Configure Setup
VE.Bus Quick Configure Setup is een softwareprogramma, waarmee systemen met maximaal 3 Multi-units (parallel- of
driefasebedrijf) op eenvoudige wijze kunnen worden geconfigureerd.
U kunt de software downloaden op www.victronenergy.com.
5.3.2 VE.Bus System Configurator
Voor het configureren van geavanceerde toepassingen en/of systemen met 4 of meer Multi-units moet de software VE.Bus System
Configurator worden gebruikt. U kunt de software downloaden op www.victronenergy.com.
5.4 Configuratie met een VE.Net-paneel
Hiervoor hebt u een VE.Net-paneel en de ‘VE.Net-naar-VE.Bus-omvormer’ nodig.
Met VE.Net zijn alle parameters toegankelijk, met uitzondering van de multifunctionele relais en de VirtualSwitch.
13
EN NL FR DE ES SE Appendix
6. Onderhoud
De ECOmulti vereist geen specifiek onderhoud. Het volstaat om alle verbindingen eenmaal per jaar te controleren. Voorkom vocht en
olie/roet/dampen en houd het apparaat schoon.
7. Storingsaanduidingen
Via de onderstaande procedures kunnen de meeste fouten snel worden geïdentificeerd. Als u een fout niet kunt oplossen, neem dan
contact op met uw Victron Energy-leverancier.
7.1 Algemene storingsaanduidingen
Probleem
Oorzaak
Oplossing
Geen uitgangsspanning op
AC-out-2.
ECOmulti in omvormermodus
ECOmulti schakelt niet over
op aggregaat of netvoeding.
Contactverbreker of zekering in
de AC-in-ingang is open door
overbelasting.
Overbelasting of kortsluiting bij
AC-out-1 of AC-out-2
verwijderen en
zekering/contactverbreker
resetten.
Omvormerbedrijf niet
gestart als ingeschakeld.
De accuspanning is veel te hoog
of te laag. Geen spanning op
DC-aansluiting.
Zorg dat de accuspanning
binnen het juiste bereik ligt.
De LED ‘accu bijna leeg’
knippert.
De accuspanning is laag.
Laad de accu op of controleer
de accu-aansluitingen.
De LED ‘accu bijna leeg’
brandt.
De omvormer schakelt uit, omdat
de accuspanning te laag is.
Laad de accu op of controleer
de accu-aansluitingen.
De LED ‘overbelasting’
knippert.
De omvormerbelasting is hoger
dan de nominale belasting.
Verlaag de belasting.
De LED ‘overbelasting’
brandt.
De omvormer is uitgeschakeld
door een veel te hoge belasting.
Verlaag de belasting.
De LED ‘temperatuur’
knippert of brandt.
De omgevingstemperatuur is
hoog of de belasting is te hoog.
Plaats de omvormer in een
koele en goed geventileerde
omgeving of verlaag de
belasting.
De LEDs ‘accu bijna leeg’
en ‘overbelasting’ knipperen
afwisselend.
Lage accuspanning en veel te
hoge belasting.
Laad de accu's, koppel de
belasting los of verlaag deze
of plaats accu's met een
grotere capaciteit. Monteer
kortere en/of dikkere
accukabels.
De LEDs ‘accu bijna leeg’
en ‘overbelasting’ knipperen
tegelijkertijd.
De rimpelspanning op de DC-
aansluiting overschrijdt 1,5Vrms.
Controleer de accukabels en
accu-aansluitingen. Controleer
of de accucapaciteit
voldoende hoog is en verhoog
deze, indien nodig.
De LEDs ‘accu bijna leeg’
en ‘overbelasting’ branden.
De omvormer is uitgeschakeld
door een veel te hoge
rimpelspanning op de ingang.
Plaats accu's met een grotere
capaciteit. Monteer kortere
en/of dikkere accukabels en
reset de omvormer
(uitschakelen en weer
inschakelen).
14
Eén alarm-LED
brandt en het
tweede knippert.
De omvormer is uitgeschakeld
doordat een alarm is geactiveerd
door een brandende LED. De
knipperende LED geeft aan dat de
omvormer door het alarm zou worden
uitgeschakeld.
Kijk in deze tabel voor de juiste
maatregelen m.b.t. deze
alarmtoestand.
De lader werkt niet.
De AC-ingangsspanning of -frequentie
ligt niet binnen het bereik.
Zorg ervoor dat de AC-
ingangsspanning tussen 185VAC en
265VAC ligt en dat de frequentie
binnen het bereik ligt
(fabrieksinstelling 45-65Hz).
Contactverbreker of zekering in de
AC-in-ingang is open door
overbelasting.
Overbelasting of kortsluiting bij AC-
out-1 of AC-out-2 verwijderen en
zekering/contactverbreker resetten.
De accuzekering is doorgebrand.
Vervang de accuzekering.
De vervorming van de AC-
ingangsspanning is te groot (normaal
gesproken aggregaatvoeding).
Schakel de instellingen WeakAC en
dynamische stroombegrenzer in.
De lader werkt niet.
De LED ‘Bulk’
knippert
De LED ‘Mains on’
brandt.
De ECOmulti bevindt zich in de modus
‘bulkbeveiliging’, dus de maximale
bulklaadtijd van 10 uur is overschreden.
Een dergelijk lange laadtijd zou kunnen
duiden op een systeemfout
(bijvoorbeeld een kortgesloten accucel).
Controleer uw accu's.
OPMERKING:
U kunt de foutmodus resetten door de
ECOmulti uit- en weer in te schakelen.
De standaardfabrieksinstelling van de
ECOmulti voor de modus
‘bulkbeveiliging’ is ingeschakeld. De
modus ‘bulkbeveiliging’ kan alleen
worden uitgeschakeld via
VEConfigure.
De accu wordt niet
volledig opgeladen.
De laadstroom is veel te hoog en start
zo een voortijdige absorptielading.
Stel de laadstroom in op een niveau
tussen 0,1 en 0,2 keer de
accucapaciteit.
Slechte accu aansluiting.
Controleer de accu aansluitingen.
De absorptiespanning is ingesteld op
een onjuist niveau (te laag).
Stel een juist niveau voor de
absorptiespanning in.
De druppellaadspanning is ingesteld op
een onjuist niveau (te laag).
Stel een juist niveau voor de
druppellaadspanning in.
De beschikbare oplaadtijd is te kort om
de accu volledig op te kunnen laden.
Kies een langere oplaadtijd of een
hogere laadstroom.
De absorptietijd is te kort. Bij adaptief
laden kan dit worden veroorzaakt door
een extreem hoge laadstroom ten
opzichte van de accucapaciteit, zodat
de bulkladingstijd te kort is.
Verlaag de laadstroom of kies de
‘vaste’ laadkarakteristieken.
De accu wordt
overladen.
De absorptiespanning is ingesteld op
een onjuist niveau (te hoog).
Stel een juist niveau voor de
absorptiespanning in.
De druppellaadspanning is ingesteld
op een onjuist niveau (te hoog).
Stel een juist niveau voor de
druppellaadspanning in.
Accu verkeert in slechte toestand.
Vervang de accu.
De accutemperatuur is te hoog (door
slechte ventilatie, veel te hoge
omgevingstemperatuur of veel te hoge
laadstroom).
Verbeter de ventilatie, plaats de
accu's in een koelere omgeving,
verlaag de laadstroom en sluit de
temperatuursensor aan.
De laadstroom
daalt naar 0 zodra
de absorptie-
ladingsfase wordt
gestart.
De accu is oververhit (>50°C)
─ Plaats de accu in een koelere
omgeving
─ Verlaag de laadstroom
─ Controleer of één van de
accucellen een interne
kortsluiting heeft
De accutemperatuursensor is defect
Koppel de temperatuursensorstekker
in de ECOmulti los. Als het opladen
weer goed werkt na ca. 1 minuut,
dient de temperatuursensor te
worden vervangen.
15
EN NL FR DE ES SE Appendix
7.2 Speciale LED-aanduidingen
(zie voor de normale LED-aanduidingen paragraaf 3.4)
De LEDs bulklading en absorptielading knipperen
synchroon (tegelijkertijd).
Storing spanningssensor. De spanning gemeten bij de spanningsdetectie-
aansluiting wijkt te veel af (meer dan 7V) van de spanning bij de positieve en
negatieve aansluiting van het apparaat. Het betreft waarschijnlijk een
aansluitfout.
Het apparaat blijft in normaal bedrijf.
OPMERKING: Als de LED ‘inverter on’ knippert in tegenfase, dan betreft dit
een VE.Bus-storingscode (zie onderstaand).
De LEDs absorptielading en druppellading
knipperen synchroon (tegelijkertijd).
De gemeten accutemperatuur heeft een uiterst onwaarschijnlijke waarde. De
sensor is waarschijnlijk defect of onjuist aangesloten. Het apparaat blijft in
normaal bedrijf.
OPMERKING: Als de LED ‘inverter on’ knippert in tegenfase, dan betreft dit
een VE.Bus-storingscode (zie onderstaand).
‘Mains on’ knippert en er is geen
uitgangsspanning.
Het apparaat bevindt zich in de modus ‘charger only’ en er is netvoeding
beschikbaar. Het apparaat weigert de netvoeding of is nog bezig met
synchroniseren.
7.3 VE.Bus LED-aanduidingen
Apparatuur, die is geïntegreerd in een VE.Bus-systeem (een parallel- of 3-faseconfiguratie) kan zogenaamde VE.Bus LED-
aanduidingen bieden. Deze LED-aanduidingen kunnen worden onderverdeeld in twee groepen: OK-codes en storingscodes.
7.3.1 VE.Bus-OK-codes
Als de interne toestand van een apparaat is orde is, maar het apparaat nog niet kan worden gestart, omdat één of meer andere
apparaten in het systeem een storingsstatus aangeven, zullen de apparaten die in orde zijn een OK-code aangeven. Hierdoor is het
opsporen van storingen in een VE.Bus-systeem mogelijk, omdat apparaten die geen aandacht nodig hebben ook als zodanig kunnen
worden herkend.
Belangrijke aanwijzing: OK-codes worden alleen weergegeven als een apparaat zich niet in de omvormer- of oplaadmodus bevindt!
• Een knipperende LED ‘bulk’ geeft aan dat het apparaat kan omvormen.
• Een knipperende LED ‘float’ geeft aan dat het apparaat kan opladen.
OPMERKING: In principe moeten alle andere LEDs uit zijn. Als dat niet het geval is, is de code geen OK-code.
De volgende uitzonderingen zijn echter van toepassing:
• De bovenstaande speciale LED-aanduidingen kunnen samen met de OK-codes optreden.
• De LED ‘accu bijna leeg’ kan samen met de OK-code functioneren die aangeeft dat het apparaat kan opladen.
7.3.2 VE.Bus-storingscodes
Een VE.Bus-systeem kan verschillende storingscodes weergeven. Deze codes worden weergegeven met de LEDs ‘inverter on’, ‘bulk’,
‘absorption’ en ‘float’.
Om een VE.Bus-storingscode juist te kunnen interpreten, moet de volgende procedure worden gevolgd:
1. Het apparaat dient een storing te hebben (geen AC-uitgangsspanning).
2. Knippert de LED ‘inverter on’? Indien niet, dan is er geen VE.Bus-storingscode.
3. Als één of meer van de LEDs ‘bulk’, ‘absorption’ of ‘float’ knippert, dat dient dit knipperen in tegenfase van de LED ‘inverter
on’ te gebeuren, d.w.z. de knipperende LEDs zijn uit als de LED ‘inverter on’ aan is en omgekeerd. Is dit niet het geval, dan is
er geen VE.Bus-storingscode.
4. Controleer de LED ‘bulk’ en bepaal welke van de drie onderstaande tabellen gebruikt moet worden.
5. Kies de juiste kolom en rij (afhankelijk van de LEDs ‘absorption’ en ‘float’) en bepaal de storingscode.
6. Bepaal de betekenis van de code in onderstaande tabellen.
16
Aan alle onderstaande voorwaarden moet worden voldaan!:
1. Het apparaat heeft een storing! (Geen AC-uitgangsspanning)
2. Omvormer-LED knippert (tegengesteld tot de LEDs Bulk, Absorption of Float)
3. Tenminste één van de LEDs Bulk, Absorption en Float brandt of knippert
LED Bulk is uit
LED Bulk knippert
LED Bulk brandt
LED Absorption
LED Absorption
LED Absorption
uit
knippert
aan
uit
knippert
aan
uit
knippert
aan
LED Float
uit 0 3 6
LED Float
uit 9 12 15
LED Float
uit 18 21 24
knippert 1 4 7 knippert 10 13 16 knippert 19 22 25
aan 2 5 8 aan 11 14 17 aan 20 23 26
LED Bulk
LED Absorption
LED Float
Code Betekenis: Oorzaak / oplossing:
1
Het apparaat is uitgeschakeld, omdat
één van de andere fases in het systeem
is uitgeschakeld.
Controleer de falende fase.
3
Niet alle of meer dan de verwachte
apparaten zijn in het systeem
gevonden.
Het systeem is niet juist geconfigureerd. Configureer het systeem opnieuw.
Storing in de communicatiekabel. Controleer de kabels en schakel alle
apparatuur uit en daarna weer in.
4
Geen enkel ander apparaat
gedetecteerd.
Controleer de communicatiekabels.
5 Overspanning bij AC-uitgang. Controleer de AC-kabels.
10
Systeemtijdsynchronisatieprobleem
opgetreden.
Dit dient in juist geïnstalleerde apparatuur niet op te treden. Controleer de
communicatiekabels.
14
Apparaat kan geen gegevens
overdragen.
Controleer de communicatiekabels (er zou kortsluiting kunnen zijn ontstaan).
17
Eén van de apparaten heeft de rol van
‘master’ op zich genomen, omdat de
originele master heeft gefaald.
Controleer de falende unit. Controleer de communicatiekabels.
18 Overspanning is opgetreden. Controleer de AC-kabels.
22 Dit apparaat kan als ‘slave’ fungeren.
Dit apparaat is een verouderd en ongeschikt model. Het dient te worden
vervangen.
24 Overschakelsysteembeveiliging gestart.
Dit dient in juist geïnstalleerde apparatuur niet op te treden. Schakel alle
apparatuur uit en daarna weer in. Als het probleem opnieuw optreedt,
controleer dan de installatie.
Mogelijke oplossing: verhoog de ondergrens van de AC-
ingangsspanning naar 210VAC (fabrieksinstelling is 180VAC)
25
Firmware-incompatibiliteit. Eén van de
aangesloten apparaten heeft een te
oude firmware om met dit apparaat
samen te werken.
1) Schakel alle apparatuur uit.
2) Schakel het apparaat dat deze storing aangeeft in.
3) Schakel alle andere apparaten één voor één in tot de storingsmelding weer
optreedt.
4) Update de firmware in het laatste apparaat dat is ingeschakeld.
26 Interne fout.
Dient niet op te treden. Schakel alle apparatuur uit en daarna weer in. Neem
contact op met Victron Energy als het probleem blijft bestaan.
17
EN NL FR DE ES SE Appendix
8. Technische specificaties
ECOmulti
24/3000/70-50 230V
PowerControl / PowerAssist Ja
AC-ingang
Ingangsspanningsbereik: 187-265 VAC Ingangsfrequentie: 45 – 65 Hz
Maximale doorvoerstroom (A)
50
Minimale AC-voedingsstroomcapaciteit voor
PowerAssist (A)
5,3
OMVORMER
Ingangsspanningsbereik (V DC)
19 – 33
Uitgang
(1)
Uitgangsspanning: 230 VAC ± 2% Frequentie
:
50 Hz ± 0,1%
Cont. uitgangsvermogen bij 25°C / 77°F (VA)
(3)
3000
Continu uitgangsvermogen bij 25°C / 77°F (W) 2400
Continu uitgangsvermogen bij 40°C / 104°F (W)
2200
Continu uitgangsvermogen bij 65°C / 150°F (W)
1700
Piekvermogen (W)
6000
Maximaal rendement (%)
94
Nullast (W) 20
Nullastvermogen in AES-modus (W)
15
Nullastvermogen in zoekmodus (W) 10
LADER
AC-ingang
Ingangsspanningsbereik: 187-265 VAC Ingangsfrequentie: 45 – 55 Hz
Vermogensfactor: 1
Laadspanning 'absorptielading' (V DC) 28,8
Laadspanning 'druppellading' (V DC) 27,6
Opslagmodus (V DC)
26,4
Laadstroom service-accu (A)
(4)
70
Laadstroom startaccu (A)
4
Accutemperatuursensor Ja
ALGEMEEN
Hulpuitgang
Max. 32A Schakelt uit als er geen externe AC-bron beschikbaar is
Programmeerbaar relais (5) Ja
Beveiligingen (2)
a - g
Algemene kenmerken
Bedrijfstemp.: -40 tot +65°C (-40 - 150°F (ventilatorkoeling)
Vochtigheidsgraad (geen condensvorming) : max. 95%
BEHUIZING
Algemene kenmerken
Materiaal en kleur: aluminium (blauw RAL 5012) Beschermklasse: IP 20,
verontreinigingsgraad 2, OVC3
Accu-aansluiting
M8 bouten (2 positieve en 2 negatieve aansluitingen)
230V AC-aansluitingen Schroefklemmen 13 mm² (6 AWG)
Gewicht (kg) 30
Afmetingen (hxbxd in mm)
478 x 579 x 337
NORMEN
Veiligheid
NEN-EN 60335-1, NEN-EN 60335-2-29, IEC 62109-1, IEC 62109-2
Emissie / immuniteit
NEN-EN 55014-1, NEN-EN 61000-3-3, NEN-EN 61000-6-3,
NEN-EN 61000-6-2, NEN-EN 61000-6-1
Ononderbroken stroomvoorziening IEC 62040-1, AS 62040.1.1
Anti-islanding
VDE-AR-N 4105, G83/2, AS/NZS 4777.2, NRS 097-2-1, RD 1699/2011 y RD 413/2014, C10/11,
UTE C15-712-1
1) Kan worden aangepast aan 60 Hz; 120V 60 Hz op aanvraag
2) Beveiliging
a. Kortsluiting uitgang
b. Overbelasting
c. Accuspanning te hoog
d. Accuspanning te laag
e. Temperatuur te hoog
f. 230 VAC op omvormeruitgang
g. Ingangsspanning met een te hoge rimpel
3) Niet-lineaire belasting, topfactor 3:1
4) Bij 25°C omgevingstemperatuur
5) Programmeerbaar relais dat kan worden ingesteld op een algemeen
alarm, DC-onderspanning of start/stop-functie aggregaat
Nominale AC-waarde: 230V / 4A
Nominale DC-waarde: 4A tot 35VDC en 1A tot 60VDC
EN:
A
AC input: Left to right: L (phase), N (neutral), PE (earth/ground).
B
2x RJ45 connector for remote control and/or parallel / three-phase operation
C
Load connection. AC out1. Left to right: L (phase), N (neutral), PE (earth/ground).
D
Load connection. AC out2.
Left to right: PE (earth/ground), L (phase), N (neutral).
E
Terminals
Temperature sensor
Aux input 1
Aux input 2
GND-relay
Starter battery plus +
(starter battery minus must be connected to service battery minus)
Programmable relay contacts K1
Programmable relay contacts K2
Voltage sense
F
Double M8 battery minus connection.
G
Double M8 battery positive connection.
H
Dipswitches DS1- DS8 for set-up mode.
I
Pushbuttons for set-up mode.
J
Alarm contact: (left to right) NC, NO, COM.
K
Connector for remote switch:
Short left and middle terminal to switch ‘on’.
Short right and middle terminal to switch to ‘charger only’.
NL:
A
De AC-ingang: ‘L’ (fase), ‘PE’ (aarde) en ‘N’ (nul)
B
2x RJ45 connector voor afstandbedieningspaneel en/of parallel en 3-fase bedrijf.
C
Wisselspanning uitgang AC-out-1. Van links naar rechts: L (fase), N (nul), PE (aarde).
D
Wisselspanning uitgang AC-out-2
Van links naar rechts: L (fase), N (nul).
E
Aansluitklemmen
Temperature sensor
Aux ingang 1
Aux ingang 2
GND-relais
Start accu plus +
(de min van start accu moet verbonden zijn met de min van de service accu)
Relais contacten K1
Relais contacten K2
Voltage sense
F
Dubbele M8 accu min aansluiting.
G
Dubbele M8 accu plus aansluiting.
H
Instel DIP switches DS1 tm DS8.
I
Drukknoppen om de instellingen in het micropressor geheugen op te slaan.
J
Alarm contact: (van links naar rechts) NC, NO, COM.
K
Aansluitklemmen voor afstandbedieningsschakelaar.
Verbind de linker klem en de middelste klem om de ECOmulti aan te schakelen.
Verbind de rechter klem en de middelste klem voor ‘alleen laden’.
APPENDIX E: Charge characteristic
ANNEXE E : Courbe de charge
ANHANG E: Ladekennlinie
APÉNDICE E: Características de carga
APPENDIX E: Laddningsfunktion
Charge current
0%
20%
40%
60%
80%
100%
120%
Time
Amps
Charge voltage
10
11
12
13
14
15
16
Time
Volts
4-stage charging:
Bulk
Entered when charger is started. Constant current is applied until nominal battery voltage is reached, depending on temperature and input voltage, after
which constant power is applied up to the point where excessive gassing is starting (14.4 V resp. 28.8 V, temperature compensated).
Battery Safe
The applied voltage to the battery is raised gradually until the set Absorption voltage is reached. The Battery Safe Mode is part of the calculated
absorption time.
Absorption
The absorption period is dependent on the bulk period. The maximum absorption time is the set Maximum Absorption time.
Float
Float voltage is applied to keep the battery fully charged
Storage
After one day of float charge the output voltage is reduced to storage level. This is 13,2 V resp. 26,4 V (for 12 V and 24 V charger). This will limit water
loss to a minimum when the battery is stored for the winter season.
After an adjustable time (default = 7 days) the charger will enter Repeated Absorption-mode for an adjustable time (default = one hour) to ’refresh’ the
battery.
4-fase-lading:
Bulklading
Deze start als de lader wordt ingeschakeld. Een constante stroom wordt toegepast tot de nominale accuspanning is bereikt, afhankelijk van de
temperatuur en de ingangsspanning, waarna een constante stroom wordt toegepast tot er overmatige gasvorming optreedt (14,4 V resp. 28,8 V,
temperatuurgecompenseerd).
Battery Safe-modus
De op de accu toegepaste spanning wordt langzaamaan verhoogd tot de ingestelde absorptiespanning is bereikt. De Battery Safe-modus maakt
onderdeel uit van de berekende absorptietijd.
Absorptielading
De absorptieladingstijd hangt af van de bulkladingstijd. De maximale absorptieladingstijd is de ingestelde Maximale absorptietijd.
Druppellading
De druppelladingsspanning wordt toegepast om de accu volledig opgeladen te houden.
Opslaglading
Na een dag druppellading wordt de uitgangsspanning verlaagt tot het opslagladingsniveau. Dit is 13,2 V resp. 26,4 V (voor een 12V- resp. 24V-lader).
Hierdoor wordt het verlies van water tot een minimum beperkt als de accu gedurende de winter is opgeslagen.
Na een aanpasbare tijd (standaard = 7 dagen) start de lader in de Herhaaldelijke absorptie-modus gedurende een aanpasbare tijd (standaard = een
uur) om de accu te ’verversen’.
EN NL FR DE ES SE Appendix
Blue leds
Blauwe leds
LED bleus
Blaue leds
LED azules
Blåa LED-lampor
Red led
Rode led
LED rouge
Rote led
LED rojo
Röd LED
After this, the BMS wires can be connected to the BMS.
Hierna kunnen de BMS-draden worden aangesloten op de BMS.
Une fois cela effectué, installez les câbles du BMS sur le BMS.
Danach können die BMS-leitungen mit dem BMS verbunden werden.
Una vez hecho esto, puede conectar los cables del BMS al BMS.
Efter detta kan BMS-kablarna anslutas till BMS.
Connect the BMS wires of the two batteries together.
Verbind de BMS-draden van de twee accu’s met elkaar.
Branchez les câbles du BMS aux deux batteries ensemble.
Verbindne sie die BMS-drähte der beiden batterien miteinander.
Conecte los cables del BMS de las dos baterías juntos.
Anslut BMS-kablarna från de båda batterierna tillsammans.
This last BMS-wire must be extended with the supplied BMS
extension cable.
Deze laatste BMS-draad moet worden verlengt met de meegeleverde
BMS verlengkabel.
Ce dernier câble du BMS doit être rallongé avec la rallonge du BMS
qui est fournie.
Diese letzte BMS-leitung muss mit dem mitgelieferten BMS-
Verlängerungskabel verlänert werden.
Este último cable BMS debe extenderse con la alargadera BMS
suministrada.
Den här sista BMS-kabeln bör förlängas med den medföljande
förlängningssladden till BMS.
When everything is properly connected, blue leds light up and otherwise the red one.
Wanneer alles goed is aangesloten gaan de blauwe leds branden en anders de rode.
Lorsque tout est correctement connecté, les LED bleues s'allument. Dans le cas contraire, la LED rouge s'allume.
Wenn alles richtig angeslossen ist leuchten blaue les und ansonsten die rote.
Una vez todo conectado correctamente, se encenderán los LED azules o, en caso contrario, se encenderá el rojo.
När allt är korrekt kopplat tänds de blåa LED-lamporna, annars tänds den röda.

Documenttranscriptie

1. VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN EN Algemeen NL Lees eerst de bij dit product geleverde documentatie, zodat u bekend bent met de veiligheidsaanduidingen en aanwijzingen voordat u het product in gebruik neemt. Dit product is ontworpen en getest conform de internationale normen. De apparatuur mag enkel worden gebruikt voor de bedoelde toepassing. FR WAARSCHUWING: KANS OP ELEKTRISCHE SCHOK Het product wordt gebruikt in combinatie met een permanente energiebron (accu). Zelfs als de apparatuur is uitgeschakeld, kan er een gevaarlijke elektrische spanning optreden bij de ingangs- en/of uitgangsklemmen. Schakel altijd de wisselspanningsvoeding uit en ontkoppel de accu voordat u onderhoudswerkzaamheden uitvoert. WAARSCHUWING: til geen zware voorwerpen zonder hulp ES Gebruik het product nooit op plaatsen waar gas- of stofexplosies kunnen optreden. Raadpleeg de specificaties van de accufabrikant om te waarborgen dat de accu geschikt is voor gebruik met dit product. Neem altijd de veiligheidsvoorschriften van de accufabrikant in acht. DE Het product bevat geen interne onderdelen die door de gebruiker kunnen worden onderhouden. Verwijder het paneel aan de voorkant niet en stel het product niet in bedrijf als niet alle panelen zijn gemonteerd. Alle onderhoudswerkzaamheden dienen door gekwalificeerd personeel te worden uitgevoerd. Installatie SE Lees de installatieaanwijzingen voordat u met de installatie begint. Zorg ervoor dat de aansluitkabels zijn voorzien van zekeringen en stroomonderbrekers. Vervang nooit een beveiliging door een ander type component. Raadpleeg de handleiding voor het juiste onderdeel. Verwissel de nul en de fase niet bij het aansluiten van de AC. Dit product kan een gelijkstroom in de externe aardingsgeleider veroorzaken. Als een aardlekschakelaar of aardlekbeveiliging wordt gebruikt ter bescherming in geval van direct of indirect contact, is alleen een aardlekschakelaar of aardlekbeveiliging van type B toegestaan aan de voedingszijde van dit product. Controleer voordat u het apparaat inschakelt of de beschikbare spanningsbron overeenkomt met de configuratie-instellingen van het product, zoals beschreven in de handleiding. Zorg ervoor dat de apparatuur wordt gebruikt onder de juiste bedrijfsomstandigheden. Gebruik het product nooit in een vochtige of stoffige omgeving. Zorg ervoor dat er rondom het product steeds voldoende vrije ruimte is voor ventilatie en dat de ventilatieopeningen niet geblokkeerd zijn. Installeer het product in een hittebestendige omgeving. Zorg er daarom voor dat zich geen chemische stoffen, kunststofonderdelen, gordijnen of andere soorten textiel enz. in de onmiddellijke omgeving van de apparatuur bevinden. Deze omvormer is voorzien van een interne scheidingstransformator die voor een nog betere isolatie zorgt. Vervoer en opslag Zorg er bij opslag of transport van het product voor dat de netstroom- en accukabels zijn losgekoppeld. Er kan geen aansprakelijkheid worden aanvaard voor transportschade als de apparatuur wordt vervoerd in een andere dan de originele verpakking. Sla het product op in een droge omgeving; de opslagtemperatuur dient te liggen tussen -20°C en 60°C. Raadpleeg de handleiding van de accufabrikant voor informatie over transport, opslag, opladen, herladen en afvalverwijdering van de accu. 1 Appendix Dit is een product uit veiligheidsklasse I (dat wordt geleverd met een aardingsklem ter beveiliging). De in- en/of uitgangsklemmen van de wisselstroom moeten zijn voorzien van een ononderbreekbare aarding ter beveiliging. Als u vermoedt dat de aardbeveiliging is beschadigd, moet het product buiten bedrijf worden gesteld en worden beveiligd tegen per ongeluk opnieuw inschakelen; neem hiervoor contact op met gekwalificeerd onderhoudspersoneel. 2. BESCHRIJVING 2.1 Algemeen De basis van de ECOmulti is een zeer krachtige sinusomvormer, acculader en omschakelautomaat in een compacte behuizing. Daarnaast heeft de ECOmulti een groot aantal vaak unieke mogelijkheden: Automatisch en onderbrekingsvrij omschakelen In geval van een netspanningsstoring of als het aggregaat wordt uitgeschakeld, zal de ECOmulti overschakelen op omvormerbedrijf en de voeding van de aangesloten apparaten overnemen. Dit gaat zo snel dat computers en andere elektronische apparaten ongestoord blijven functioneren (Uninterruptible Power Supply of UPS-functionaliteit). Dit maakt de ECOmulti zeer geschikt als noodstroomsysteem in industriële en telecommunicatietoepassingen. De maximale wisselstroom die geschakeld kan worden bedraagt 32A of 50A, afhankelijk van het model. Extra AC-uitgang Naast de gebruikelijke ononderbroken uitgang is er een extra uitgang beschikbaar die de belasting ontkoppelt als de accu in werking is. Voorbeeld: een elektrische boiler die enkel in bedrijf mag zijn als het aggregaat draait of er walstroom beschikbaar is. PowerControl – Maximaal benutten van beperkte walstroom De ECOmulti kan enorm veel laadstroom leveren. Dat betekent een zware belasting voor de walaansluiting of het aggregaat. Daarom kan er een maximale stroom ingesteld worden. De ECOmulti houdt dan rekening met andere stroomverbruikers en gebruikt voor het opladen enkel de stroom die nog ‘over’ is. PowerAssist – Doe meer met uw aggregaat en walstroom: met de ‘meehelp’-functie van de ECOmulti Deze functie voegt nog een extra dimensie toe aan het principe PowerControl doordat de ECOmulti de capaciteit van de alternatieve bron aanvult. Waar piekstroom zo vaak enkel kortstondig nodig is, zorgt de ECOmulti ervoor dat onvoldoende wal- of generatorstroom onmiddellijk wordt gecompenseerd met stroom van de batterij. Als de belasting afneemt, wordt de reservestroom gebruikt om de accu weer op te laden. Met deze unieke functie is het ‘walstroomprobleem’ voorgoed opgelost: zwaar elektrisch gereedschap, afwasmachine, wasmachine, elektrische kookplaat kunnen nu allemaal draaien met 16A walstroom of zelfs nog minder. Bovendien kan een kleiner aggregaat worden geïnstalleerd. Programmeerbare relais De ECOmulti is voorzien van drie programmeerbare relais. Het relais kan echter voor allerlei andere toepassingen worden geprogrammeerd, bijvoorbeeld als startrelais voor een aggregaat. Programmeerbare analoge/digitale ingangs-/uitgangspoorten De ECOmulti is voorzien van 2 analoge/digitale ingangs-/uitgangspoorten. Deze poorten kunnen worden gebruikt voor meerdere doeleinden. Frequentiewisseling Als zonneomvormers zijn aangesloten op de uitgang van een ECOmulti wordt het teveel aan zonne-energie gebruikt om de accu's weer op te laden. Zodra de absorptiespanning is bereikt, schakelt de ECOmulti de zonneomvormer uit door de uitgangsfrequentie met 1 Hz aan te passen (bijvoorbeeld van 50 Hz naar 51 Hz). Zodra de accuspanning iets is gedaald, keert de frequentie terug naar normaal en worden de zonneomvormers weer gestart. Ingebouwde accumonitor (optioneel) De ideale oplossing wanneer de ECOmulti onderdeel uitmaakt van een hybride systeem (diesel aggregaat, omvormer/laders, opslagaccu en alternatieve energie). De ingebouwde accumonitor kan zo worden ingesteld dat deze het aggregaat start en stopt: - Start van een vooringesteld % van het ontladingsniveau en/of - start (met een vooringestelde vertraging) bij een vooringestelde accuspanning en/of - start (met een vooringestelde vertraging) bij een vooringesteld belastingsniveau. - Stop bij een vooringestelde accuspanning of - stop (met een vooringestelde vertraging) nadat de bulklading is voltooid en/of - stop (met een vooringestelde vertraging) bij een vooringesteld belastingsniveau. Zonne-energie De ECOmulti is uiterst geschikt voor zonne-energietoepassingen. Hij kan in zowel autonome systemen worden gebruikt als ook in netgekoppelde systemen. Autonoom bedrijf als de netspanning uitvalt Woningen of gebouwen voorzien van zonnepanelen of een kleine warmtekrachtcentrale of andere duurzame energiebronnen hebben in potentie een autonome energievoorziening, waarmee essentiële apparatuur (CV-pompen, koelkasten, vriezers, internetaansluitingen) in bedrijf kan worden gehouden tijdens een stroomuitval. Een probleem is echter dat de netgekoppelde duurzame energiebronnen uitvallen zodra de netspanning uitvalt. Met een ECOmulti en accu’s kan dit probleem op eenvoudige wijze worden opgelost: de ECOmulti kan de netspanning tijdens een stroomuitval vervangen. Als de duurzame energiebronnen meer vermogen dan nodig produceren, zal de ECOmulti het teveel gebruiken om de accu’s op te laden, terwijl de ECOmulti bij een tekort extra vermogen zal leveren via de accu. 2 EN Programmeerbaar met DIP-schakelaars, VE.Net-paneel of pc De ECOmulti wordt gebruiksklaar geleverd. Drie eigenschappen staan ter beschikking om, indien gewenst, bepaalde instellingen te kunnen wijzigen: ─ De meest belangrijke instellingen kunnen op heel eenvoudige wijze worden gewijzigd, namelijk met DIP-schakelaars. ─ Alle instellingen, met uitzondering van het multifunctionele relais, kunnen worden gewijzigd met een VE.Net-paneel. ─ Alle instellingen kunnen worden gewijzigd met een pc en gratis software die kan worden gedownload op onze website www.victronenergy.com NL 2.2 Acculader FR Adaptief 4-traps laadalgoritme: bulk – absorptie – druppel – opslag Het adaptieve accubeheersysteem, aangedreven door een microprocessor, kan worden ingesteld op verschillende soorten accu's. De adaptieve functie past het laadproces automatisch aan aan het accugebruik. DE De juiste hoeveelheid lading: variabele absorptietijd Bij geringe ontlading van de accu wordt de absorptie kort gehouden om overlading en overmatige gasvorming te voorkomen. Na een diepe ontlading wordt de absorptietijd automatisch verlengd om de accu volledig op te laden. ES Schade door overmatige gasvorming beperken: met de BatterySafe-modus Als, om de laadtijd te verkorten, wordt gekozen voor een hoge laadstroom in combinatie met een hoge absorptiespanning, dan wordt schade door overmatige gasvorming voorkomen door de stijgingssnelheid van de spanning automatisch te beperken als de gasvormingsspanning is bereikt. SE Minder onderhoud en veroudering als de accu niet wordt gebruikt: met de opslag-modus De opslag-modus wordt geactiveerd als de accu gedurende 24 uur niet wordt ontladen. In de opslag-modus wordt de open spanning verminderd tot 2,2V/cel (13,2V voor 12V-accu) om gasvorming en corrosie van de positieve platen tot een minimum te beperken. Eén keer per week wordt de spanning weer verhoogd tot absorptieniveau om de accu weer 'bij te laden'. Dit voorkomt stratificatie van het elektrolyt en sulfatering, de hoofdoorzaak van voortijdig falen van de accu. Accuspanningsdetectie: de juiste laadspanning Het spanningsverlies door de kabelweerstand kan worden gecompenseerd door gebruik te maken van de spanningsdetectievoorziening om de spanning rechtstreeks op de DC-bus of op de aansluitklemmen van de accu te kunnen meten. Meer over accu's en opladen In ons boek ‘Altijd Stroom’ kunt u meer lezen over accu’s en het opladen van accu’s. Het is gratis verkrijgbaar op onze website (zie www.victronenergy.com  Support  Technische Informatie). Voor meer informatie over adaptief opladen zie de Technische Informatie op onze website. 2.3 ESS – Energy Storage Systems: energie teruggeven aan het elektriciteitsnet Als de ECOmulti wordt gebruikt in een configuratie waarin deze energie teruggeeft aan het elektriciteitsnet, moet conformiteit met de netcode mogelijk zijn door de netcode van het land waarin deze wordt gebruikt, in te stellen via VEConfigure. Zodra de code is ingesteld, is een wachtwoord vereist om de netcodeconformiteit uit te schakelen of de met de netcode samenhangende parameters te wijzigen. Als de plaatselijke netcode niet wordt ondersteund door de ECOmulti, dient een extern gecertificeerd interface-apparaat te worden gebruikt om de ECOmulti op het elektriciteitsnet aan te sluiten. De ECOmulti kan ook worden gebruikt als bidirectionele omvormer in parallel bedrijf met het elektriciteitsnet, geïntegreerd in een door de klant ontworpen systeem (PLC of ander systeem) dat de regellus en meting van het elektriciteitsnet verzorgt, zie https://www.victronenergy.com/live/ess:design-installation-manual 2.4 ColorControl (CCGX) Anders dan een gewone Multi/Quattro heeft de ECOmulti geen leds maar een ingebouwde ColorControl(CCGX) In het pictogram op het scherm zijn de leds op de MultiGrid gevisualiseerd. Wanneer er in deze handleiding gerefereerd wordt aan de leds dan worden de leds in het pictogram bedoeld. 3 Appendix Twee DC-uitgangen om twee accu's op te laden De hoofd-DC-aansluitklem kan de volledige uitgangsstroom leveren. De tweede uitgang, bedoeld voor het opladen van een startaccu, is beperkt tot 4A en heeft een iets lagere uitgangsspanning. 3. BEDIENING 3.1 Schakelaar on/off/charger only Als de schakelaar op ‘on’ wordt gezet, is het apparaat volledig functioneel. De omvormer wordt ingeschakeld en de LED ‘inverter on’ gaat branden. Als er op de ‘AC-in’-aansluiting spanning wordt aangesloten, zal deze, als de waarde binnen de specificaties valt, worden doorgeschakeld naar de ‘AC-out’ aansluiting. De omvormer wordt uitgeschakeld, de LED ‘mains on’ gaat branden en de lader begint met opladen. Afhankelijk van de laadmodus gaan de LEDs ‘bulk’ (bulklading), ‘absorption’ (absorptielading) of ‘float’ (druppellading) branden. Als de spanning op de ‘AC-in ‘-aansluiting wordt afgewezen, zal de omvormer worden ingeschakeld. Als de schakelaar op ‘charger only’ wordt gezet, zal alleen de acculader van de ECOmulti worden ingeschakeld (als er netspanning beschikbaar is). In deze modus wordt de ingangsspanning tevens doorgeschakeld naar de ‘AC-out’-aansluiting. OPMERKING: Als alleen de laadfunctie nodig is, moet erop worden gelet dat de schakelaar in de stand ‘charger only’ wordt gezet. Hiermee voorkomt u dat bij het wegvallen van de netspanning de omvormer wordt ingeschakeld en uw accu’s leeg raken. 3.2 Afstandsbediening De afstandsbediening is mogelijk met een 3-wegschakelaar of met het Multi Control-paneel. Het Multi Control-paneel heeft een eenvoudige draaiknop, waarmee de maximale stroom van de AC-ingang kan worden ingesteld: zie PowerControl en PowerAssist in hoofdstuk 2. 3.3 LED-aanduidingen LED uit LED knippert LED brandt Omvormer Charger Mains on Inverter On Bulk Inverter on Overload Off Absorption Float Low battery charger only Charger Mains on Temperature Inverter On Bulk Inverter on Overload Off Absorption Float Temperature Inverter On Bulk Inverter on Overload Off Absorption Float Temperature Inverter On Bulk Inverter on Overload Off Absorption Float 4 De omvormer is uitgeschakeld door overbelasting of kortsluiting. Low battery charger only Charger Mains on Het nominale vermogen van de omvormer is overschreden. De LED ‘overload’ (overbelasting) knippert Low battery charger only Charger Mains on De omvormer is ingeschakeld en levert stroom aan de belasting. Low battery charger only Temperature De accu is bijna leeg. Mains on Inverter On Bulk Inverter on Overload Float Low battery charger only Temperature Inverter On Inverter on Overload Off Absorption Inverter on Overload Off On Inverter on Overload Off Absorption Low battery charger only Charger Temperature - Als de LEDs afwisselend knipperen, is de accu bijna leeg en wordt het nominale vermogen overschreden. - Als ‘overload’ en ‘low battery’ tegelijkertijd knipperen, is de rimpelspanning op de accuaansluitingen te hoog. Inverter On Bulk Inverter on Overload Off Absorption Float Appendix Temperature Inverter Bulk Mains on De omvormer is uitgeschakeld, omdat de temperatuur van de elektronica te hoog is. Low battery charger only Charger Float SE On Absorption Mains on ES Temperature Inverter Bulk Float De interne temperatuur bereikt een kritiek niveau. Low battery charger only Charger Mains on DE Bulk Float FR Charger Mains on De omvormer is uitgeschakeld door een te lage accuspanning. NL Off Absorption EN Charger De omvormer wordt uitgeschakeld door een te hoge rimpelspanning op de accu-aansluitingen. Low battery charger only Temperature 5 Acculader Charger Mains on Inverter On Bulk Inverter on Overload Off Absorption Float Low battery charger only Charger Mains on Temperature Inverter On Bulk Inverter on Overload Off Absorption Float Low battery charger only Charger Mains on Temperature On Inverter on Overload Off Absorption Temperature Inverter On Bulk Inverter on Overload Off Absorption Float Temperature Inverter On Inverter on Overload Bulk Off Low battery Absorption Float 6 De netspanning is doorgeschakeld en de lader voert een druppellading uit. Low battery charger only Charger Mains on De netspanning is doorgeschakeld en de lader voert een absorptielading uit. Low battery charger only Charger Mains on De voedingsspanning is doorgeschakeld en de lader is ingeschakeld. De ingestelde absorptiespanning is echter nog niet bereikt. (BatterySafe-modus) Inverter Bulk Float De AC-ingangsspanning is doorgeschakeld en de lader voert een bulklading uit. charger only Temperature De netspanning is doorgeschakeld en de lader bevindt zich in de egalisatiemodus. Speciale aanduidingen EN PowerControl Charger Mains on Inverter Inverter on On Overload Off Absorption FR Float Low battery charger only De AC-ingang is doorgeschakeld. De AC-uitgangsstroom is gelijk aan de vooringestelde maximale ingangsstroom. De laadstroom is verlaagd naar 0. NL Bulk Temperature Power Assist Mains on Inverter On Bulk Inverter on Overload Absorption Float Low battery charger only De AC-ingang is doorgeschakeld, maar de belasting vereist meer stroom dan de vooringestelde maximale ingangsstroom. De omvormer is ingeschakeld om de vereiste extra stroom te leveren. ES Off DE Charger Temperature SE Zie voor meer foutcodes paragraaf 7.3 Appendix 7 4. Installatie Dit product mag uitsluitend worden geïnstalleerd door een gekwalificeerde elektromonteur. 4.1 Locatie De ECOmulti dient in een droge, goed geventileerde ruimte te worden geïnstalleerd. Rondom het apparaat dient een ruimte van tenminste 10 cm te worden vrijgehouden voor koeling. Een te hoge omgevingstemperatuur heeft de volgende consequenties: • Kortere levensduur. • Lagere laadstroom. • Lager piekvermogen of volledige uitschakeling van de omvormer. De ECOmulti is geschikt voor wandmontage. Voor de montage bevat de behuizing aan de achterkant een ophangplaat en vier gaten (zie bijlage G). Het apparaat kan horizontaal of verticaal worden geplaatst. Voor een optimale koeling wordt de voorkeur gegeven aan verticale plaatsing. De binnenzijde van het apparaat dient ook na installatie goed toegankelijk te blijven. Om veiligheidsredenen dient dit product te worden geïnstalleerd in een hittebestendige omgeving. Voorkom daarom de aanwezigheid van bijvoorbeeld chemicaliën, synthetische onderdelen, gordijnen of ander textiel, enz. in de directe omgeving. Opmerking: De interne weerstand is een belangrijke factor als met accu's met lage capaciteit wordt gewerkt. Raadpleeg uw leverancier of de relevante hoofdstukken in ons boek ‘Altijd stroom’ dat via onze website kan worden gedownload. Procedure Ga bij het aansluiten van de accukabels als volgt te werk: Gebruik een momentsleutel met geïsoleerde steeksleutel om kortsluiting bij de accu te voorkomen. Maximaal aanhaalmoment: 11 Nm Voorkom kortsluiting van de accukabels. • • • 8 Verwijder de vier schroeven aan de voorkant van de behuizing en verwijder het voorpaneel. Sluit de accukabels als volgt aan: zie bijlage H. Draai de moeren stevig vast om overgangsweerstanden zo laag mogelijk te houden. EN 4.2 Aansluiten van de AC-kabels NL De ECOmulti is een product uit veiligheidsklasse I (dat wordt geleverd met een aardingsklem ter beveiliging). De wisselstroomingangs- en/of -uitgangsklemmen en/of het aardingspunt van het product moeten om veiligheidsredenen voorzien zijn van een onderbrekingsvrij aardingspunt. FR De ECOmulti is voorzien van een aardrelais (relais H, zie bijlage B) dat de neutrale uitgang automatisch met de behuizing verbindt als er geen externe wisselspanningsvoeding beschikbaar is. Als een externe wisselspanningsvoeding beschikbaar is, zal het aardrelais zich openen voordat het ingangsveiligheidsrelais zich sluit. Dit zorgt voor een goede werking van de op de uitgang aangesloten aardlekschakelaar. ─ In een vaste installatie kan een ononderbreekbare aarding worden gewaarborgd met de aarddraad van de wisselspanningsingang. Anders moet de behuizing worden geaard. DE ES Aanhaalmoment: 2 Nm max. 2,3 Nm SE U vindt de klemmenblokken op de printplaat, zie bijlage A. Verwissel de nul en de fase niet bij het aansluiten van de AC. • AC-in De AC-ingangskabel moet zijn aangesloten op het klemmenblok ‘AC–in’. Van links naar rechts: ‘L’ (fase), ‘N’ (nul) en ‘PE’ (aarde). Dit product kan een gelijkstroom in de externe aardingsgeleider veroorzaken. Als een aardlekschakelaar of aardlekbeveiliging wordt gebruikt voor ter bescherming in geval van direct of indirect contact, is alleen een aardlekschakelaar of aardlekbeveiliging van type B toegestaan aan de voedingszijde van dit product. De AC-ingang moet zijn beveiligd met een klasse A zekering of magnetische contactverbreker voor 50A of minder en de doorsnede van de kabel moet hieraan zijn aangepast. Als de ingangswisselspanning lager ligt, moeten de zekering of magnetische contactverbreker hieraan worden aangepast. • AC-out-1 De AC-uitgangskabel kan direct worden aangesloten op het klemmenblok ‘AC-out’. Van links naar rechts: ‘L’ (fase) ‘N’ (nul) en ‘PE’ (aarde). Met de PowerAssist-functie kan de ECOmulti tot 3kVA (dat is 3000 / 230 = 13A) bij piekvermogensbehoefte aan de uitgang toevoegen. Samen met een maximale ingangsstroom van 50A betekent dit dat de uitgang tot 50 + 13 = 63A kan leveren. Een aardlekschakelaar en een zekering of contactverbreker passend bij de verwachte belasting moet in serie worden opgenomen in het uitgangsvermogen en de doorsnede van de kabel moet hieraan worden aangepast. Het maximaal toelaatbare vermogen van de zekering of contactverbreker is 63A. • AC-out-2 Zie paragraaf 4.3.1. Appendix 4.3 Optionele aansluitingen Er zijn meerdere aansluitmogelijkheden: 4.3.1 Afstandsbediening Het apparaat kan op twee manieren op afstand worden bediend. • Met een externe schakelaar (aansluitklem H, zie bijlage A). Werkt alleen als de schakelaar op de ECOmulti op ‘on’ wordt gezet. • Met een Multi Control-paneel (verbonden met één van de twee RJ48-stekkerbussen B, zie bijlage A). Werkt alleen als de schakelaar op de ECOmulti op ‘on’ is gezet. Er kan maar één afstandsbediening worden aangesloten, dat wil zeggen of een schakelaar of een Multi Control-paneel. 4.3.2 Programmeerbare relais Dit model is voorzien van 3 programmeerbare relais. Het relais kan echter voor allerlei andere toepassingen worden geprogrammeerd, bijvoorbeeld als startrelais voor een aggregaat. 4.3.3 Programmeerbare analoge/digitale ingangs-/uitgangspoorten Dit model is voorzien van 2 analoge/digitale ingangs-/uitgangspoorten. Deze poorten kunnen worden gebruikt voor meerdere doeleinden. 4.3.4 AC-hulpuitgang (AC-out-2) Naast de gebruikelijke ononderbroken uitgang is er een tweede uitgang (AC-out-2) beschikbaar die de belasting ontkoppelt als de accu in bedrijf is. Voorbeeld: een elektrische boiler of airco die enkel mag werken als het aggregaat draait of er walstroom beschikbaar is. Als de accu werkt wordt de AC-out-2 onmiddellijk uitgeschakeld. Als er AC-voeding beschikbaar is, wordt de AC-out-2 opnieuw gekoppeld met een vertraging van 2 minuten, zodat een aggregaat kan worden gestabiliseerd voordat er een zware belasting wordt aangesloten. 9 5. Configuratie • • • Instellingen mogen alleen worden gewijzigd door een gekwalificeerde elektrotechnicus. Lees de aanwijzingen grondig door voordat u wijzigingen doorvoert. Tijdens het instellen van de lader moet de AC-ingang worden verwijderd. 5.1 Standaardinstellingen: klaar voor gebruik De ECOmulti wordt geleverd met standaardfabrieksinstellingen. Deze zijn in het algemeen geschikt voor toepassing van 1 apparaat. Waarschuwing: het is mogelijk dat de standaard acculaadspanning niet geschikt is voor uw accu’s! Raadpleeg de documentatie van de fabrikant of vraag advies bij uw acculeverancier! ECOmulti-standaardfabrieksinstellingen Frequentie omvormer Ingangsfrequentiebereik Ingangsspanningsbereik Omvormerspanning Standalone / parallel / 3-fase AES (Automatic Economy Switch) Aardrelais Lader aan/uit Acculaadkarakteristiek Laadstroom Accutype Automatisch egalisatie laden Absorptiespanning Absorptietijd Druppelladingsspanning Opslagspanning Herhaalde absorptietijd Absorptieherhalingsinterval Bulkbeveiliging AC-ingangsstroomlimiet UPS-functie Dynamische stroombegrenzer Zwakke AC BoostFactor Programmeerbaar relais Hulpuitgang PowerAssist BMS assistent 50 Hz 45 – 65 Hz 180 – 265 VAC 230 VAC standalone uit aan aan viertraps adaptief met BatterySafe-modus 75% van de maximale laadstroom Lithium Iron Phosphate, LiFePO4, batteries uit 28,8V tot 8 uur (afhankelijk van bulkladingstijd) 27,6V 26,4V (niet instelbaar) 1 uur 7 dagen aan 50A (= regelbare stroomlimiet voor PowerControl- en PowerAssist-functies) aan uit uit 2 alarmfunctie 32A aan geïnstalleerd 5.2 Uitleg bij de instellingen Hieronder volgt een korte uitleg bij de instellingen die niet vanzelfsprekend zijn. Meer informatie vindt u in de help-bestanden van de softwareconfiguratieprogramma’s (zie paragraaf 5.3). Frequentie omvormer Uitgangsfrequentie als er geen AC op de ingang aanwezig is. Instelbaar: 50 Hz; 60 Hz Ingangsfrequentiebereik Ingangsfrequentiebereik dat door de ECOmulti wordt geaccepteerd. De ECOmulti synchroniseert binnen dit bereik met de ACingangsfrequentie. De frequentie op de uitgang is dan gelijk aan de frequentie op de ingang. Instelbaar: 45 – 65 Hz; 45 – 55 Hz; 55 – 65 Hz Ingangsspanningsbereik Spanningsbereik dat door de ECOmulti wordt geaccepteerd. De ECOmulti synchroniseert binnen dit bereik met de ACingangsspanning. De spanning op de uitgang is dan gelijk aan de spanning op de ingang. Instelbaar: Ondergrens: 180 – 230V Bovengrens: 230 – 270V Opmerking: De fabrieksinstelling voor de ondergrens van 180V is bedoeld voor aansluiting op een instabiele netspanning of een generator met instabiel AC-uitgangsspanning. Deze instelling kan leiden tot uitschakeling van het systeem als dit is aangesloten op een ‘borstelloze, zelfbekrachtigde, extern spanningsgeregelde, synchrone wisselstroomgenerator’ (synchrone generator met automatische spanningsregelaar). De meeste generatoren met een vermogen van 10kVA of meer zijn synchrone generatoren met automatische spanningsregelaar. De uitschakeling vindt plaats als de generator wordt gestopt en langzamer gaat draaien, terwijl de generator met automatische spanningsregelaar tegelijkertijd ‘probeert’ om de uitgangsspanning van de generator op 230V te houden. De oplossing is om de ondergrens te verhogen naar 210VAC (generatoren met automatische spanningsregelaar hebben over het algemeen een zeer stabiele uitgangspanning) of om de Multi(s) los te koppelen van de generator als een generatorstopsignaal wordt afgegeven (met behulp van een in serie met de generator geïnstalleerde AC-schakelaar). 10 EN Omvormerspanning Uitgangsspanning van de ECOmulti bij accubedrijf. Instelbaar: 210 – 245V NL AES (Automatic Economy Switch) Als deze instelling op ‘on’ wordt gezet, wordt het stroomverbruik bij nullast en lage belasting verlaagd met ca. 20% door de sinusspanning iets te 'versmallen'. Enkel van toepassing in standalone-configuratie. FR Search Mode (zoekmodus) In plaats van de AES-modus kan ook de search mode (enkel met behulp van VEConfigure) worden gekozen. Als de 'search mode' is ingeschakeld, wordt het stroomverbruik bij nullast verlaagd met ca. 70%. De 'search mode' houdt in dat de ECOmulti wordt uitgeschakeld als er geen belasting is of als deze heel laag is. Iedere 2 seconden zal de ECOmulti even inschakelen. Als de uitgangsstroom een ingesteld niveau overschrijdt, blijft de omvormer werken. Zo niet, dan gaat de omvormer weer uit. De belastingsniveaus ‘uitschakeling’ en ‘ingeschakeld blijven’ van de zoekmodus kunnen met VEConfigure worden ingesteld. De fabrieksinstelling is: Uitschakelen: 40 watt (lineaire belasting) Inschakelen: 100 watt (lineaire belasting) Niet instelbaar met DIP-schakelaars. Enkel van toepassing in standalone-configuratie. DE Dynamische stroombegrenzer Bedoeld voor aggregaten, waarbij de wisselspanning wordt opgewekt met behulp van een statische omvormer (zogenaamde ‘omvormer’-aggregaten). In deze aggregaten wordt het motortoerental verlaagd bij lage belasting: dat beperkt lawaai, brandstofverbruik en vervuiling. Nadeel is dat de uitgangsspanning sterk zal zakken of zelfs helemaal wegvalt bij een plotselinge verhoging van de belasting. Meer belasting kan pas geleverd worden nadat de motor op toeren is. Als deze instelling op ‘on’ wordt gezet, zal de ECOmulti beginnen met het leveren van extra vermogen op een laag aggregaatuitgangsvermogen en langzaam meer leveren tot de ingestelde stroomlimiet is bereikt. Hierdoor krijgt de motor van het aggregaat de tijd om op toeren te komen. Deze instelling wordt ook vaak toegepast bij ‘klassieke’ aggregaten die traag reageren op plotselinge belastingvariaties. WeakAC Sterke vervorming van de ingangsspanning kan tot gevolg hebben dat de lader niet of nauwelijks werkt. Als WeakAC (lage wisselspanning) wordt ingesteld, accepteert de lader ook een sterk vervormde spanning, ten koste van meer vervorming van de opgenomen stroom. Advies: WeakAC inschakelen als de lader niet of nauwelijks laadt (dit komt overigens zelden voor!). Zet tegelijk ook de ’dynamische stroombegrenzer’ aan en reduceer desnoods de maximale laadstoom om overbelasting van het aggregaat te voorkomen. Opmerking: als WeakAC is ingeschakeld, wordt de maximale laadstroom met ongeveer 20% verminderd. Niet instelbaar met DIP-schakelaars. BoostFactor Wijzig deze instelling alleen na overleg met Victron Energy of een door Victron Energy getrainde installateur! Niet instelbaar met DIP-schakelaars. Programmeerbare relais De ECOmulti is voorzien van drie programmeerbare relais. De relais kunnen echter voor allerlei andere toepassingen worden geprogrammeerd, bijvoorbeeld als startrelais voor een aggregaat. AC-hulpuitgang (AC-out-2) Naast de gebruikelijke ononderbroken uitgang, is er een tweede uitgang (AC-out-2) beschikbaar die de belasting ontkoppelt als de accu in bedrijf is. Voorbeeld: een elektrische boiler of airco die enkel mag werken als het aggregaat draait of er walstroom beschikbaar is. Als de accu werkt, wordt de AC-out-2 onmiddellijk uitgeschakeld. Als er AC-voeding beschikbaar is, wordt de AC-out-2 opnieuw gekoppeld met een vertraging van 2 minuten, zodat een aggregaat kan worden gestabiliseerd voordat er een zware belasting wordt aangesloten. 11 Appendix UPS-functie Als deze instelling op ‘on’ staat en de wisselspanning op de ingang wegvalt, schakelt de ECOmulti praktisch zonder onderbreking over naar omvormerbedrijf. De ECOmulti kan dan worden gebruikt als Uninterruptible Power Supply (UPS of onderbrekingsvrije voeding) voor gevoelige apparatuur, zoals computers of communicatiesystemen. De uitgangsspanning van sommige kleine aggregaten is te instabiel en te vervormd voor gebruik van deze instelling - de ECOmulti zou voortdurend overschakelen naar omvormerbedrijf. Daarom kan ervoor gekozen worden om deze instelling uit te schakelen. De ECOmulti reageert dan minder snel op afwijkingen in de ingangswisselspanning. Hierdoor wordt de omschakeltijd naar omvormerbedrijf wat langer, maar de meeste apparatuur (de meeste computers, klokken of huishoudelijke apparatuur) ondervindt hier geen hinder van. Advies: UPS-functie uitschakelen als de ECOmulti niet synchroniseert of voortdurend terugschakelt naar omvormerbedrijf. SE AC-ingangsstroomlimiet Dit is de instelling van de stroomlimiet, waarbij PowerControl en PowerAssist in werking treden. PowerAssist-instellingsbereik: van 5,3A tot 50A Fabrieksinstellingen: de maximumwaarde (50A). Zie hoofdstuk 2, het boek ‘Altijd Stroom’ of de vele beschrijvingen van deze unieke functie op onze website www.victronenergy.com. ES Aardrelais (zie bijlage B) Met dit relais wordt de nulleider van de AC-uitgang met het frame geaard als het terugleverveiligheidsrelais open is. Dit om de correcte werking van aardlekschakelaars in de uitgang veilig te stellen. Alleen bij modellen met een overdrachtscapaciteit van 50A: indien nodig, kan een extern aardrelais worden aangesloten (voor een éénfasesysteem met een aparte autotransformator). Zie bijlage A. 5.3 Configuratie via de pc Alle instellingen kunnen worden gewijzigd via een pc of met een VE.Net-paneel (behalve bij de multifunctionele relais en de VirtualSwitch bij gebruik van VE.Net). De meest algemene instellingen kunnen worden gewijzigd via de DIP-schakelaars (zie paragraaf 5.5). Instellingen betreffende de assistants kunnen alleen m.b.v. een pc/laptop worden ingesteld. OPMERKING: Deze handleiding is bedoeld voor producten met firmware xxxx400 of hoger (waarbij x staat voor een willekeurig getal) Het firmwarenummer is te vinden op de microprocessor, na het verwijderen van het voorpaneel of uitlezen m.b.v. een pc/laptop. 5.3.1 VE.Bus Quick Configure Setup VE.Bus Quick Configure Setup is een softwareprogramma, waarmee systemen met maximaal 3 Multi-units (parallel- of driefasebedrijf) op eenvoudige wijze kunnen worden geconfigureerd. U kunt de software downloaden op www.victronenergy.com. 5.3.2 VE.Bus System Configurator Voor het configureren van geavanceerde toepassingen en/of systemen met 4 of meer Multi-units moet de software VE.Bus System Configurator worden gebruikt. U kunt de software downloaden op www.victronenergy.com. 5.4 Configuratie met een VE.Net-paneel Hiervoor hebt u een VE.Net-paneel en de ‘VE.Net-naar-VE.Bus-omvormer’ nodig. Met VE.Net zijn alle parameters toegankelijk, met uitzondering van de multifunctionele relais en de VirtualSwitch. 12 EN 6. Onderhoud De ECOmulti vereist geen specifiek onderhoud. Het volstaat om alle verbindingen eenmaal per jaar te controleren. Voorkom vocht en olie/roet/dampen en houd het apparaat schoon. NL 7. Storingsaanduidingen Via de onderstaande procedures kunnen de meeste fouten snel worden geïdentificeerd. Als u een fout niet kunt oplossen, neem dan contact op met uw Victron Energy-leverancier. FR 7.1 Algemene storingsaanduidingen ECOmulti in omvormermodus Omvormerbedrijf niet gestart als ingeschakeld. De accuspanning is veel te hoog of te laag. Geen spanning op DC-aansluiting. De accuspanning is laag. De omvormer schakelt uit, omdat de accuspanning te laag is. De omvormerbelasting is hoger dan de nominale belasting. De omvormer is uitgeschakeld door een veel te hoge belasting. De omgevingstemperatuur is hoog of de belasting is te hoog. De LEDs ‘accu bijna leeg’ en ‘overbelasting’ knipperen afwisselend. Lage accuspanning en veel te hoge belasting. De LEDs ‘accu bijna leeg’ en ‘overbelasting’ knipperen tegelijkertijd. De rimpelspanning op de DCaansluiting overschrijdt 1,5Vrms. De LEDs ‘accu bijna leeg’ en ‘overbelasting’ branden. De omvormer is uitgeschakeld door een veel te hoge rimpelspanning op de ingang. Overbelasting of kortsluiting bij AC-out-1 of AC-out-2 verwijderen en zekering/contactverbreker resetten. Zorg dat de accuspanning binnen het juiste bereik ligt. Laad de accu op of controleer de accu-aansluitingen. Laad de accu op of controleer de accu-aansluitingen. Verlaag de belasting. Appendix De LED ‘accu bijna leeg’ knippert. De LED ‘accu bijna leeg’ brandt. De LED ‘overbelasting’ knippert. De LED ‘overbelasting’ brandt. De LED ‘temperatuur’ knippert of brandt. Contactverbreker of zekering in de AC-in-ingang is open door overbelasting. SE Geen uitgangsspanning op AC-out-2. ECOmulti schakelt niet over op aggregaat of netvoeding. Oplossing ES Oorzaak DE Probleem Verlaag de belasting. Plaats de omvormer in een koele en goed geventileerde omgeving of verlaag de belasting. Laad de accu's, koppel de belasting los of verlaag deze of plaats accu's met een grotere capaciteit. Monteer kortere en/of dikkere accukabels. Controleer de accukabels en accu-aansluitingen. Controleer of de accucapaciteit voldoende hoog is en verhoog deze, indien nodig. Plaats accu's met een grotere capaciteit. Monteer kortere en/of dikkere accukabels en reset de omvormer (uitschakelen en weer inschakelen). 13 Eén alarm-LED brandt en het tweede knippert. De lader werkt niet. De omvormer is uitgeschakeld doordat een alarm is geactiveerd door een brandende LED. De knipperende LED geeft aan dat de omvormer door het alarm zou worden uitgeschakeld. De AC-ingangsspanning of -frequentie ligt niet binnen het bereik. Contactverbreker of zekering in de AC-in-ingang is open door overbelasting. De accuzekering is doorgebrand. De lader werkt niet. De LED ‘Bulk’ knippert De LED ‘Mains on’ brandt. De accu wordt niet volledig opgeladen. De accu wordt overladen. De laadstroom daalt naar 0 zodra de absorptieladingsfase wordt gestart. Zorg ervoor dat de ACingangsspanning tussen 185VAC en 265VAC ligt en dat de frequentie binnen het bereik ligt (fabrieksinstelling 45-65Hz). Overbelasting of kortsluiting bij ACout-1 of AC-out-2 verwijderen en zekering/contactverbreker resetten. Vervang de accuzekering. De vervorming van de ACingangsspanning is te groot (normaal gesproken aggregaatvoeding). De ECOmulti bevindt zich in de modus ‘bulkbeveiliging’, dus de maximale bulklaadtijd van 10 uur is overschreden. Schakel de instellingen WeakAC en dynamische stroombegrenzer in. De absorptiespanning is ingesteld op een onjuist niveau (te laag). Stel een juist niveau voor de absorptiespanning in. De druppellaadspanning is ingesteld op een onjuist niveau (te laag). De beschikbare oplaadtijd is te kort om de accu volledig op te kunnen laden. De absorptietijd is te kort. Bij adaptief laden kan dit worden veroorzaakt door een extreem hoge laadstroom ten opzichte van de accucapaciteit, zodat de bulkladingstijd te kort is. De absorptiespanning is ingesteld op een onjuist niveau (te hoog). De druppellaadspanning is ingesteld op een onjuist niveau (te hoog). Accu verkeert in slechte toestand. Stel een juist niveau voor de druppellaadspanning in. Kies een langere oplaadtijd of een hogere laadstroom. Verlaag de laadstroom of kies de ‘vaste’ laadkarakteristieken. De accutemperatuur is te hoog (door slechte ventilatie, veel te hoge omgevingstemperatuur of veel te hoge laadstroom). De accu is oververhit (>50°C) Verbeter de ventilatie, plaats de accu's in een koelere omgeving, verlaag de laadstroom en sluit de temperatuursensor aan. ─ Plaats de accu in een koelere omgeving ─ Verlaag de laadstroom ─ Controleer of één van de accucellen een interne kortsluiting heeft Koppel de temperatuursensorstekker in de ECOmulti los. Als het opladen weer goed werkt na ca. 1 minuut, dient de temperatuursensor te worden vervangen. Controleer uw accu's. OPMERKING: U kunt de foutmodus resetten door de Een dergelijk lange laadtijd zou kunnen ECOmulti uit- en weer in te schakelen. duiden op een systeemfout (bijvoorbeeld een kortgesloten accucel). De standaardfabrieksinstelling van de ECOmulti voor de modus ‘bulkbeveiliging’ is ingeschakeld. De modus ‘bulkbeveiliging’ kan alleen worden uitgeschakeld via VEConfigure. De laadstroom is veel te hoog en start Stel de laadstroom in op een niveau zo een voortijdige absorptielading. tussen 0,1 en 0,2 keer de accucapaciteit. Slechte accu aansluiting. Controleer de accu aansluitingen. De accutemperatuursensor is defect 14 Kijk in deze tabel voor de juiste maatregelen m.b.t. deze alarmtoestand. Stel een juist niveau voor de absorptiespanning in. Stel een juist niveau voor de druppellaadspanning in. Vervang de accu. 7.2 Speciale LED-aanduidingen EN (zie voor de normale LED-aanduidingen paragraaf 3.4) De LEDs bulklading en absorptielading knipperen synchroon (tegelijkertijd). FR DE ‘Mains on’ knippert en er is geen uitgangsspanning. NL De LEDs absorptielading en druppellading knipperen synchroon (tegelijkertijd). Storing spanningssensor. De spanning gemeten bij de spanningsdetectieaansluiting wijkt te veel af (meer dan 7V) van de spanning bij de positieve en negatieve aansluiting van het apparaat. Het betreft waarschijnlijk een aansluitfout. Het apparaat blijft in normaal bedrijf. OPMERKING: Als de LED ‘inverter on’ knippert in tegenfase, dan betreft dit een VE.Bus-storingscode (zie onderstaand). De gemeten accutemperatuur heeft een uiterst onwaarschijnlijke waarde. De sensor is waarschijnlijk defect of onjuist aangesloten. Het apparaat blijft in normaal bedrijf. OPMERKING: Als de LED ‘inverter on’ knippert in tegenfase, dan betreft dit een VE.Bus-storingscode (zie onderstaand). Het apparaat bevindt zich in de modus ‘charger only’ en er is netvoeding beschikbaar. Het apparaat weigert de netvoeding of is nog bezig met synchroniseren. ES 7.3 VE.Bus LED-aanduidingen Apparatuur, die is geïntegreerd in een VE.Bus-systeem (een parallel- of 3-faseconfiguratie) kan zogenaamde VE.Bus LEDaanduidingen bieden. Deze LED-aanduidingen kunnen worden onderverdeeld in twee groepen: OK-codes en storingscodes. SE Appendix 7.3.1 VE.Bus-OK-codes Als de interne toestand van een apparaat is orde is, maar het apparaat nog niet kan worden gestart, omdat één of meer andere apparaten in het systeem een storingsstatus aangeven, zullen de apparaten die in orde zijn een OK-code aangeven. Hierdoor is het opsporen van storingen in een VE.Bus-systeem mogelijk, omdat apparaten die geen aandacht nodig hebben ook als zodanig kunnen worden herkend. Belangrijke aanwijzing: OK-codes worden alleen weergegeven als een apparaat zich niet in de omvormer- of oplaadmodus bevindt! • • Een knipperende LED ‘bulk’ geeft aan dat het apparaat kan omvormen. Een knipperende LED ‘float’ geeft aan dat het apparaat kan opladen. OPMERKING: In principe moeten alle andere LEDs uit zijn. Als dat niet het geval is, is de code geen OK-code. De volgende uitzonderingen zijn echter van toepassing: • • De bovenstaande speciale LED-aanduidingen kunnen samen met de OK-codes optreden. De LED ‘accu bijna leeg’ kan samen met de OK-code functioneren die aangeeft dat het apparaat kan opladen. 7.3.2 VE.Bus-storingscodes Een VE.Bus-systeem kan verschillende storingscodes weergeven. Deze codes worden weergegeven met de LEDs ‘inverter on’, ‘bulk’, ‘absorption’ en ‘float’. Om een VE.Bus-storingscode juist te kunnen interpreten, moet de volgende procedure worden gevolgd: Het apparaat dient een storing te hebben (geen AC-uitgangsspanning). Knippert de LED ‘inverter on’? Indien niet, dan is er geen VE.Bus-storingscode. Als één of meer van de LEDs ‘bulk’, ‘absorption’ of ‘float’ knippert, dat dient dit knipperen in tegenfase van de LED ‘inverter on’ te gebeuren, d.w.z. de knipperende LEDs zijn uit als de LED ‘inverter on’ aan is en omgekeerd. Is dit niet het geval, dan is er geen VE.Bus-storingscode. 4. Controleer de LED ‘bulk’ en bepaal welke van de drie onderstaande tabellen gebruikt moet worden. 5. Kies de juiste kolom en rij (afhankelijk van de LEDs ‘absorption’ en ‘float’) en bepaal de storingscode. 6. Bepaal de betekenis van de code in onderstaande tabellen. 1. 2. 3. 15 Aan alle onderstaande voorwaarden moet worden voldaan!: Het apparaat heeft een storing! (Geen AC-uitgangsspanning) Omvormer-LED knippert (tegengesteld tot de LEDs Bulk, Absorption of Float) Tenminste één van de LEDs Bulk, Absorption en Float brandt of knippert LED Bulk is uit LED Bulk knippert knippert aan uit 0 3 6 knippert 1 4 7 aan 2 5 8 LED Bulk LED Absorption LED Float 16 LED Absorption uit LED Float LED Float LED Absorption LED Bulk brandt LED Absorption uit knippert aan uit 9 12 15 knippert 10 13 16 aan 11 14 17 LED Float 1. 2. 3. uit knippert aan uit 18 21 24 knippert 19 22 25 aan 20 23 26 Code Betekenis: Oorzaak / oplossing: 1 Het apparaat is uitgeschakeld, omdat één van de andere fases in het systeem is uitgeschakeld. Controleer de falende fase. 3 Niet alle of meer dan de verwachte apparaten zijn in het systeem gevonden. 4 Geen enkel ander apparaat gedetecteerd. Controleer de communicatiekabels. 5 Overspanning bij AC-uitgang. Controleer de AC-kabels. 10 Systeemtijdsynchronisatieprobleem opgetreden. Dit dient in juist geïnstalleerde apparatuur niet op te treden. Controleer de communicatiekabels. 14 Apparaat kan geen gegevens overdragen. Controleer de communicatiekabels (er zou kortsluiting kunnen zijn ontstaan). 17 Eén van de apparaten heeft de rol van ‘master’ op zich genomen, omdat de originele master heeft gefaald. Controleer de falende unit. Controleer de communicatiekabels. 18 Overspanning is opgetreden. Controleer de AC-kabels. 22 Dit apparaat kan als ‘slave’ fungeren. Dit apparaat is een verouderd en ongeschikt model. Het dient te worden vervangen. 24 Overschakelsysteembeveiliging gestart. 25 Firmware-incompatibiliteit. Eén van de aangesloten apparaten heeft een te oude firmware om met dit apparaat samen te werken. 26 Interne fout. Het systeem is niet juist geconfigureerd. Configureer het systeem opnieuw. Storing in de communicatiekabel. Controleer de kabels en schakel alle apparatuur uit en daarna weer in. Dit dient in juist geïnstalleerde apparatuur niet op te treden. Schakel alle apparatuur uit en daarna weer in. Als het probleem opnieuw optreedt, controleer dan de installatie. Mogelijke oplossing: verhoog de ondergrens van de ACingangsspanning naar 210VAC (fabrieksinstelling is 180VAC) 1) Schakel alle apparatuur uit. 2) Schakel het apparaat dat deze storing aangeeft in. 3) Schakel alle andere apparaten één voor één in tot de storingsmelding weer optreedt. 4) Update de firmware in het laatste apparaat dat is ingeschakeld. Dient niet op te treden. Schakel alle apparatuur uit en daarna weer in. Neem contact op met Victron Energy als het probleem blijft bestaan. 8. Technische specificaties PowerControl / PowerAssist Ja Ingangsspanningsbereik: 187-265 VAC 50 Minimale AC-voedingsstroomcapaciteit voor PowerAssist (A) 5,3 FR Maximale doorvoerstroom (A) Ingangsfrequentie: 45 – 65 Hz NL AC-ingang EN 24/3000/70-50 230V ECOmulti OMVORMER Ingangsspanningsbereik (V DC) Uitgang (1) 19 – 33 Uitgangsspanning: 230 VAC ± 2% Continu uitgangsvermogen bij 25°C / 77°F (W) 2400 Continu uitgangsvermogen bij 40°C / 104°F (W) 2200 Continu uitgangsvermogen bij 65°C / 150°F (W) 1700 Piekvermogen (W) 6000 94 Nullast (W) 20 Nullastvermogen in AES-modus (W) 15 Nullastvermogen in zoekmodus (W) 10 SE Maximaal rendement (%) Frequentie: 50 Hz ± 0,1% ES 3000 DE Cont. uitgangsvermogen bij 25°C / 77°F (VA) (3) LADER AC-ingang Laadspanning 'druppellading' (V DC) 27,6 Opslagmodus (V DC) 26,4 Laadstroom service-accu (A) (4) Appendix Laadspanning 'absorptielading' (V DC) Ingangsspanningsbereik: 187-265 VAC Ingangsfrequentie: 45 – 55 Hz Vermogensfactor: 1 28,8 70 Laadstroom startaccu (A) 4 Accutemperatuursensor Ja ALGEMEEN Hulpuitgang Max. 32A Schakelt uit als er geen externe AC-bron beschikbaar is Programmeerbaar relais (5) Ja Beveiligingen (2) a-g Bedrijfstemp.: -40 tot +65°C (-40 - 150°F (ventilatorkoeling) Vochtigheidsgraad (geen condensvorming) : max. 95% Algemene kenmerken BEHUIZING Algemene kenmerken Materiaal en kleur: aluminium (blauw RAL 5012) Beschermklasse: IP 20, verontreinigingsgraad 2, OVC3 Accu-aansluiting M8 bouten (2 positieve en 2 negatieve aansluitingen) 230V AC-aansluitingen Schroefklemmen 13 mm² (6 AWG) Gewicht (kg) 30 Afmetingen (hxbxd in mm) 478 x 579 x 337 NORMEN Veiligheid Emissie / immuniteit Ononderbroken stroomvoorziening Anti-islanding NEN-EN 60335-1, NEN-EN 60335-2-29, IEC 62109-1, IEC 62109-2 NEN-EN 55014-1, NEN-EN 61000-3-3, NEN-EN 61000-6-3, NEN-EN 61000-6-2, NEN-EN 61000-6-1 IEC 62040-1, AS 62040.1.1 VDE-AR-N 4105, G83/2, AS/NZS 4777.2, NRS 097-2-1, RD 1699/2011 y RD 413/2014, C10/11, UTE C15-712-1 1) Kan worden aangepast aan 60 Hz; 120V 60 Hz op aanvraag 2) Beveiliging a. Kortsluiting uitgang b. Overbelasting c. Accuspanning te hoog d. Accuspanning te laag e. Temperatuur te hoog f. 230 VAC op omvormeruitgang g. Ingangsspanning met een te hoge rimpel 3) Niet-lineaire belasting, topfactor 3:1 4) Bij 25°C omgevingstemperatuur 5) Programmeerbaar relais dat kan worden ingesteld op een algemeen alarm, DC-onderspanning of start/stop-functie aggregaat Nominale AC-waarde: 230V / 4A Nominale DC-waarde: 4A tot 35VDC en 1A tot 60VDC 17 EN: A B C D AC input: Left to right: L (phase), N (neutral), PE (earth/ground). 2x RJ45 connector for remote control and/or parallel / three-phase operation Load connection. AC out1. Left to right: L (phase), N (neutral), PE (earth/ground). Load connection. AC out2. Left to right: PE (earth/ground), L (phase), N (neutral). E Terminals Temperature sensor Aux input 1 Aux input 2 GND-relay Starter battery plus + (starter battery minus must be connected to service battery minus) Programmable relay contacts K1 Programmable relay contacts K2 Voltage sense F Double M8 battery minus connection. G Double M8 battery positive connection. H Dipswitches DS1- DS8 for set-up mode. I Pushbuttons for set-up mode. J Alarm contact: (left to right) NC, NO, COM. K Connector for remote switch: Short left and middle terminal to switch ‘on’. Short right and middle terminal to switch to ‘charger only’. NL: A B C D De AC-ingang: ‘L’ (fase), ‘PE’ (aarde) en ‘N’ (nul) 2x RJ45 connector voor afstandbedieningspaneel en/of parallel en 3-fase bedrijf. Wisselspanning uitgang AC-out-1. Van links naar rechts: L (fase), N (nul), PE (aarde). Wisselspanning uitgang AC-out-2 Van links naar rechts: L (fase), N (nul). E Aansluitklemmen Temperature sensor Aux ingang 1 Aux ingang 2 GND-relais Start accu plus + (de min van start accu moet verbonden zijn met de min van de service accu) Relais contacten K1 Relais contacten K2 Voltage sense F Dubbele M8 accu min aansluiting. G Dubbele M8 accu plus aansluiting. H Instel DIP switches DS1 tm DS8. I Drukknoppen om de instellingen in het micropressor geheugen op te slaan. J Alarm contact: (van links naar rechts) NC, NO, COM. K Aansluitklemmen voor afstandbedieningsschakelaar. Verbind de linker klem en de middelste klem om de ECOmulti aan te schakelen. Verbind de rechter klem en de middelste klem voor ‘alleen laden’. APPENDIX E: ANNEXE E : ANHANG E: APÉNDICE E: APPENDIX E: Charge characteristic Courbe de charge Ladekennlinie Características de carga Laddningsfunktion Charge current 120% 100% 80% Amps 60% 40% 20% 0% Time Volts Charge voltage 16 15 14 13 12 11 10 Time 4-stage charging: Bulk Entered when charger is started. Constant current is applied until nominal battery voltage is reached, depending on temperature and input voltage, after which constant power is applied up to the point where excessive gassing is starting (14.4 V resp. 28.8 V, temperature compensated). Battery Safe The applied voltage to the battery is raised gradually until the set Absorption voltage is reached. The Battery Safe Mode is part of the calculated absorption time. Absorption The absorption period is dependent on the bulk period. The maximum absorption time is the set Maximum Absorption time. Float Float voltage is applied to keep the battery fully charged Storage After one day of float charge the output voltage is reduced to storage level. This is 13,2 V resp. 26,4 V (for 12 V and 24 V charger). This will limit water loss to a minimum when the battery is stored for the winter season. After an adjustable time (default = 7 days) the charger will enter Repeated Absorption-mode for an adjustable time (default = one hour) to ’refresh’ the battery. 4-fase-lading: Bulklading Deze start als de lader wordt ingeschakeld. Een constante stroom wordt toegepast tot de nominale accuspanning is bereikt, afhankelijk van de temperatuur en de ingangsspanning, waarna een constante stroom wordt toegepast tot er overmatige gasvorming optreedt (14,4 V resp. 28,8 V, temperatuurgecompenseerd). Battery Safe-modus De op de accu toegepaste spanning wordt langzaamaan verhoogd tot de ingestelde absorptiespanning is bereikt. De Battery Safe-modus maakt onderdeel uit van de berekende absorptietijd. Absorptielading De absorptieladingstijd hangt af van de bulkladingstijd. De maximale absorptieladingstijd is de ingestelde Maximale absorptietijd. Druppellading De druppelladingsspanning wordt toegepast om de accu volledig opgeladen te houden. Opslaglading Na een dag druppellading wordt de uitgangsspanning verlaagt tot het opslagladingsniveau. Dit is 13,2 V resp. 26,4 V (voor een 12V- resp. 24V-lader). Hierdoor wordt het verlies van water tot een minimum beperkt als de accu gedurende de winter is opgeslagen. Na een aanpasbare tijd (standaard = 7 dagen) start de lader in de Herhaaldelijke absorptie-modus gedurende een aanpasbare tijd (standaard = een uur) om de accu te ’verversen’. EN NL After this, the BMS wires can be connected to the BMS. Hierna kunnen de BMS-draden worden aangesloten op de BMS. Une fois cela effectué, installez les câbles du BMS sur le BMS. Danach können die BMS-leitungen mit dem BMS verbunden werden. Una vez hecho esto, puede conectar los cables del BMS al BMS. Efter detta kan BMS-kablarna anslutas till BMS. FR DE ES Connect the BMS wires of the two batteries together. Verbind de BMS-draden van de twee accu’s met elkaar. Branchez les câbles du BMS aux deux batteries ensemble. Verbindne sie die BMS-drähte der beiden batterien miteinander. Conecte los cables del BMS de las dos baterías juntos. Anslut BMS-kablarna från de båda batterierna tillsammans. SE Appendix This last BMS-wire must be extended with the supplied BMS extension cable. Deze laatste BMS-draad moet worden verlengt met de meegeleverde BMS verlengkabel. Ce dernier câble du BMS doit être rallongé avec la rallonge du BMS qui est fournie. Diese letzte BMS-leitung muss mit dem mitgelieferten BMSVerlängerungskabel verlänert werden. Este último cable BMS debe extenderse con la alargadera BMS suministrada. Den här sista BMS-kabeln bör förlängas med den medföljande förlängningssladden till BMS. When everything is properly connected, blue leds light up and otherwise the red one. Wanneer alles goed is aangesloten gaan de blauwe leds branden en anders de rode. Lorsque tout est correctement connecté, les LED bleues s'allument. Dans le cas contraire, la LED rouge s'allume. Wenn alles richtig angeslossen ist leuchten blaue les und ansonsten die rote. Una vez todo conectado correctamente, se encenderán los LED azules o, en caso contrario, se encenderá el rojo. När allt är korrekt kopplat tänds de blåa LED-lamporna, annars tänds den röda. Blue leds Blauwe leds LED bleus Blaue leds LED azules Blåa LED-lampor Red led Rode led LED rouge Rote led LED rojo Röd LED
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130

Victron energy EcoMulti 3k 230V - 50A de handleiding

Type
de handleiding