9
KH 2200
8
KH 2200
Borgschakelaar
De borgschakelaar in het bedieningselement zorgt ervoor dat het
verwarmingselement alleen kan worden ingeschakeld als het
bedieningselement hoorbaar is vastgeklikt.
Koudzone
Tijdens het frituren verzamelen zich losse voedseldeeltjes op de
bodem van de frituurpan. Aangezien het verwarmingselement een
stuk boven de bodem van de pan is aangebracht en met name de
olie/het vet in het bovenste deel van de frituurpan verhit, blijft de
olie/het vet tussen de bodem en het verwarmingselement relatief
koud (koudzone). Dit voorkomt dat de voedseldeeltjes, die hier
terechtkomen, verbranden en heeft als voordeel dat u de olie of het
vet vaker kunt gebruiken.
Vast frituurvet
Voor gebruik in deze frituurpan adviseren wij frituurolie of
vloeibaar frituurvet. U kunt ook vast frituurvet gebruiken. Om te
voorkomen dat het vet spat en het apparaat te heet wordt, dient
u de volgende voorzorgsmaatregelen te treffen:
• Bij gebruik van nieuw vet smelt u de vetblokken eerst langzaam
op lage temperatuur in een normale pan. Giet het gesmolten
vet voorzichtig in de frituurpan. Steek dan pas de stekker in het
stopcontact en schakel de frituurpan in (zie hoofdstuk
„Frituren“).
• Na gebruik bewaart u de frituurpan met het weer hard
geworden vet op kamertemperatuur. Als het vet te koud is, kan
het bij opnieuw smelten spatten! Om dit te voorkomen steekt u
met een vork een paar gaten in het weer hard geworden vet.
Let erop dat het verwarmingselement niet wordt beschadigd.
• Klap de grip naar buiten en bevestig hem zorgvuldig aan het
rooster van de korf.
• Vul de droge en lege frituurpan tot de bovenste markering in de
frituurpan (3 l olie of 2,5 kg vast vet) met olie, vloeibaar of
gesmolten vet (zie hoofdstukken „Vast frituurvet“ en „Tips“).
• Meng nooit verschillende soorten vet of olie!
• Steek de stekker in.
• Het snoer mag niet met hete delen van de frituurpan in contact
komen.
Voor het frituren
• Alvorens de frituurpan voor de eerste keer te gebruiken, dient u
de afzonderlijke onderdelen grondig te reinigen en zorgvuldig te
drogen (zie hoofdstuk „Reiniging“).
• Plaats het apparaat op een horizontaal, vlak en stabiel
oppervlak.
• Als u de frituurpan onder de afzuigkap op het fornuis plaatst,
let er dan op dat het fornuis uit is.
• Trek het snoer compleet uit het snoervak.
• Haal het deksel eraf.
• Haal de frituurkorf eruit.
• Klap de grip naar buiten en bevestig hem zorgvuldig aan het
rooster van de korf.
• Vul de droge en lege frituurpan tot de bovenste markering in de
frituurpan (3 l olie of 2,5 kg vast vet) met olie, vloeibaar of ges-
molten vet (zie hoofdstukken „Vast frituurvet“ en „Tips“).
• Meng nooit verschillende soorten vet of olie!
• Steek de stekker in.
• Het snoer mag niet met hete delen van de frituurpan in contact
komen.
Belangrijk
• Alvorens het apparaat in gebruik te nemen eerst de
gebruiksaanwijzing lezen en de tekening van het bedienings-/
verwarmingselement bekijken.
• Controleer of de op het typebordje van de frituurpan aangegeven
spanning overeenkomt met de netspanning bij u.
• Sluit het apparaat enkel aan op een veiligheidswandcontactdoos.
• Alvorens u het apparaat voor de eerste keer gebruikt, de
afzonderlijke onderdelen van de frituurpan grondig reinigen
(zie hoofdstuk „Reiniging“).
• Dompel het bedienings-/verwarmingselement nooit onder water
en reinig deze onderdelen ook niet onder een lopende kraan.
• Overtuigt u zich ervan dat alle onderdelen geheel droog zijn
alvorens olie of vloeibaar vet in de frituurpan te laten lopen.
• Wij adviseren gebruik van frituurolie of vloeibaar frituurvet. U kunt
ook vast frituurvet gebruiken. In dat geval dient u echter speciale
voorzorgsmaatregelen te treffen om te voorkomen dat het vet
spat en het verwarmingselement oververhit raakt
(zie hoofdstukken „Vast frituurvet“ en „Tips“).
• Schakel het apparaat nooit in als er geen olie of vloeibaar vet in zit.
• Gebruik enkel olie of vetten die uitdrukkelijk met niet-schuimend
worden aangegeven en die geschikt zijn voor frituren.
Deze informatie vindt u op de verpakking of het etiket.
• De frituurpan moet minimaal tot tussen de twee markeringen aan
de binnenkant van de pan met olie of vet zijn gevuld. Let er bij het
inschakelen altijd op dat er genoeg vet of olie in de frituurpan zit.
• Bij oververhitting schakelt de hittebeveiligingsschakelaar het
apparaat uit (zie hoofdstuk „Veiligheid“).
• In deze gebruiksaanwijzing worden de maximale hoeveelheden
van de in één keer te frituren voedingsmiddelen aangegeven.
Overschrijd deze hoeveelheden niet (zie tabel).
• Tijdens het frituren komt hete damp vrij. Bewaar een veilige
afstand tot de damp.
• Houd het apparaat tijdens gebruik buiten bereik van kinderen en
laat het snoer niet over d rand van de tafel/het werkvlak hangen
waar de frituurpan op staat.
• Zet na gebruik de temperatuur op de laagste stand (draai hem
daartoe tot de aanslag tegen de wijzers van de klok in). Trek de
stekker uit en laat de olie of het vet afkoelen.
Laat de frituurpan op zijn plaats staan tot apparaat en inhoud zijn
afgekoeld.
• Beschadigde onderdelen alleen door een erkende kantenservice
laten vervangen.
• Bij eigen reparatiewerkzaamheden vervalt de garantie.
• Bewaar deze gebruiksaanwijzing voor toekomstig gebruik.
VEILIGHEID
Hittebeveiligingsschakelaar
Bij oververhitting schakelt deze schakelaar het apparaat uit. Dit
kan gebeuren wanneer er geen olie of vet in de frituurpan zit, of
wanneer vast frituurvet in de frituurpan wordt gesmolten. Bij vast
vet kan het verwarmingselement de opgewekte hitte niet snel
genoeg afgeven.
Als de veiligheidsschakelaar het apparaat heeft uitgeschakeld,
gaat u als volgt te werk:
• Laat olie of vet afkoelen;
• Druk met een kleine schroevendraaier voorzichtig op de
reset-schakelaar (Reset) aan de achterkant van het
bedieningselement. Het apparaat kan nu weer worden gebruikt.
Controlelampje
„bedrijfsklaar“
(groen)
Controlelampje
„thermostaat“ (rood) Thermostaat-
draaischakelaar
Aan/uit
schakelaar
Frituren
• Schakel de frituurpan met de aan-/uitknop in.
Het groene lampje gaat branden.
• Zet de temperatuurregelaar op de gewenste temperatuur.
De juiste frituurtemperatuur vindt u op de verpakking van het
product dat u wilt frituren of in de tabel in deze
gebruiksaanwijzing.
• Het rode lampje van de thermostaat begint te branden. De olie
of het vet wordt binnen 10 tot 15 minuten tot de gewenste
temperatuur verhit.
• Terwijl het apparaat opwarmt, gaat het lampje van de
thermostaat enkele keren aan en uit. Het lampje brandt zolang
het verwarmingselement verwarmt. Als het lampje langere tijd
niet brandt, heeft de olie of het vet de ingestelde temperatuur
bereikt.
• Frituur de volgende korf pas als het lampje weer langere tijd
niet brandt.
• Als u olie of vloeibaar vet gebruikt, kunt u de korf bij het
opwarmen in de frituurpan laten. Uiteraard kunt u de korf er
ook inlaten als het vet in de frituurpan rondom de korf is
gestold.
• Neem de korf uit de frituurpan en doe het product dat u wilt
frituren erin.
• Doe nooit meer product in de korf dan de in deze
gebruiksaanwijzing aangegeven maximale hoeveelheden
(zie tabel).
• Plaats de korf weer voorzichtig in de frituurpan.
Doe dan het deksel op de pan.
• Door het kijkvenster in het deksel kunt u toezien op het frituren.
• Neem tijdens het frituren zo nu en dan de korf uit de olie of het
vet en schud de inhoud voorzichtig om.
Na het frituren
• Als het product klaar is, neemt u het deksel eraf en bevestigt
u de korf in de hoogste stand om uit te druppelen.
• Haal de frituurkorf voorzichtig uit de pan. Indien nodig schudt
u overtollige olie of vet boven de frituurpan eraf.
• Doe het product in een schotel of een zeef (met zuigend
keukenpapier bedekken!)
• Schakel de frituurpan met de aan-/uitknop uit en zet de
temperatuurregelaar op de laagste stand (draai deze daartoe
tegen de wijzers van de klok tot de aanslag).
• Als u de frituurpan niet regelmatig gebruikt, is het aan te raden,
olie of vloeibaar vet na het afkoelen in goed gesloten flessen
bij voorkeur in koelkast of op een andere koele plek te
bewaren. Laat olie of vet daarbij door een fijne zeef lopen om
voedseldeeltjes te verwijderen. Om de frituurpan te legen
neemt u het deksel eraf en haalt u de korf en het bedienings-/
verwarmings element eruit. Haal de frituurbak uit de frituurpan
en giet de olie of het vet af (zie hoofdstuk „Reiniging“).
• Als de frituurpan vast vet bevat, laat u de frituurpan stollen en
bewaart u de frituurpan met het veterin (zie hoofdstuk
„Vast frituurvet“).
Reiniging
• Trek de stekker eruit.
• Wacht tot olie of vet koud is alvorens met reinigen te beginnen.
Vast vet mag nog niet helemaal hard zijn geworden.
• Verwijder deksel, frituurkorf en het bedienings-/
verwarmingselement.
• Berg het bedienings-/verwarmingselement op een veilige, droge
plek op.
• Dompel het bedienings-/verwarmingselement nooit onder
water, reinig het nooit onder een lopende kraan! Reinig deze
onderdelen indien nodig met een vochtig doekje.
• Neem de frituurbak eruit en verwijder de olie of het vet.
• Reinig deksel, frituurkorf, frituurbak en de pan met afwasmiddel
in heet water. Spoel ze met helder water af en maak ze
voorzichtig droog. Gebruik voor het reinigen van de onderdelen
geen bijtende of schurende reinigingsmiddelen/-materialen
zoals schuurzeep of staalwol.
• Zet de frituurpan weer in elkaar door eerst de frituurbak, dan
het bedienings-/verwarmingselement en tot slot de frituurkorf
erin te zetten.
• Breng de grip in opbergpositie door hem in de frituurkorf te
klappen.
• Rol het snoer samen en steek het met de stekker in het
snoervak.
• Til het apparaat met behulp van de dragers aan de zijkant op.
• Berg het apparaat op met gesloten deksel.
Zo blijft de frituurpan binnenin schoon en vrij van stof.
TIPS
Zelf gemaakte pommes frites
Zo worden uw pommes frites krokant en lekker:
• Aardappelen die gefrituurd worden, moeten gezond en niet
uitgelopen zijn.
• Voor het frituren kunnen het beste „melige“ of „hoofdzakelijk
vaste“ aardappelsoorten genomen worden.
• Na het schillen worden de aardappelen al naar gelang de
toebereiding klein gesneden (stangen of schijven).
• Laat de aardappelen ca. één uur in water liggen voordat u ze
verder verwerkt. Daardoor wordt een deel van de suiker, één
van de basiselementen voor de vorming van acrylamide,
opgelost.
• Laat de aardappelen zorgvuldig drogen.
• Frituur de zelf gemaakte pommes steeds tweemaal:
• eerst 4-6 minuten bij 160°C, daarna 2-4 minuten bij maximaal
175°C.
• Neem tijdens de tweede frituurbeurt het frituurmandje een paar
maal uit de friteuse en schud de pommes frites door elkaar.
Op die manier krijgen ze een mooie, gelijkmatig gouden kleur.
• Diepvries pommes zijn voorgebakken en moeten daarom
slechts één keer gefrituurd worden.
Ga volgens de aanwijzingen op de verpakking te werk.
Diepgevroren producten
Diepgevroren producten (-16 tot -18 °C) koelen de olie of het vet
aanzienlijk af, bakken daarom niet snel genoeg aan en nemen dus
mogelijk te veel olie of vet op.
• Om dit te voorkomen gaat u als volgt te werk:
• Frituur geen grote hoeveelheden in één keer (zie tabel).
producten hete olie of vet abrupt en heftig kunnen laten
schuimen.
• Verwarm de olie minstens 15 minuten alvorens het product
erin te doen.
• Zet de temperatuurregelaar op de in deze gebruiksaanwijzing of
op de verpakking van het product aangegeven temperatuur.
• Bij voorkeur laat u diepgevroren producten voor het frituren op
kamertemperatuur een beetje ontdooien. Verwijder zoveel
mogelijk ijs en water alvorens ze in de frituurpan te doen.
• Doe het product zo langzaam en voorzichtig mogelijk in de
frituurpan omdat diepgevroren.
Hoe u ongewenste bijsmaken kwijtraakt
Sommige voedingsmiddelen, met name vis, verliezen bij het frituren
vocht. Dit vocht verzamelt zich in frituurolie of -vet en kan de geur
en smaak van het volgende product dat in dezelfde olie of hetzelfde
vet wordt gebakken, beïnvloeden. Ga als volgt te werk om weer
neutrale olie of vet te krijgen:
• Verwarm de olie of het vet tot 160 °C en doe twee dunne
sneden brood of een paar kleine takjes peterselie in de
frituurpan. Wacht tot de olie of het vet niet meer schuimt en
verwijder het brood of de peterselie met een schuimspaan.
De olie of het vet is nu weer neutraal van smaak.