Mio MiVue 785 Touch de handleiding

Type
de handleiding
Gebruikershandleiding
785/786/788/766
1
Revisie: R01
(8/2017)
Verklaring van afstand
De schermopnamen in deze handleiding kunnen verschillen tussen de verschillende
besturingssystemen en softwareversies. Het wordt aanbevolen om de nieuwste
handleiding van uw product te downloaden van de Mio™-website (www.mio.com).
Specicaties en documenten zijn onderhevig aan verandering zonder voorafgaande
kennisgeving. MiTAC kan niet garanderen dat dit document foutloos is. MiTAC
aanvaardt geen aansprakelijkheid voor schade die direct of indirect is geleden door
fouten, weglatingen of verschillen tussen het apparaat en de documenten.
Opmerking
Niet alle modellen zijn overal leverbaar.
Afhankelijk van het specieke aangeschafte model komen de kleur en het uiterlijk
van uw apparaat mogelijk niet precies overeen met de afbeeldingen in dit document.
MiTAC Europe Ltd.
Spectrum House, Beehive Ring Road,
London Gatwick Airport, RH6 0LG,
UNITED KINGDOM
2
Kennismaken met de dashcam ............................................................................ 4
MiVue achtercamera ....................................................................................... 5
Aan-/uittoets .................................................................................................... 5
Systeemindicator ............................................................................................. 5
Uw dashboardcamera in een voertuig gebruiken ................................................. 6
Voorzorgsmaatregelen en mededelingen........................................................ 6
Een geheugenkaart plaatsen ............................................................................... 9
Een kaart formatteren...................................................................................... 9
Het externe apparaat aansluiten ........................................................................ 10
Aansluiten op uw computer ........................................................................... 10
De externe AV-apparatuur aansluiten ............................................................ 10
De dashboardcamera inschakelen ..................................................................... 10
De dashboardcamera opnieuw opstarten ..................................................... 10
Het aanraakscherm gebruiken ............................................................................11
Schermen wisselen ....................................................................................... 12
De datum en tijd instellen ................................................................................... 12
Opnemen in rijmodus ......................................................................................... 13
Continu opnemen .......................................................................................... 13
Gebeurtenis opnemen ................................................................................... 13
Opnamen in Parkeerstand ................................................................................. 14
Cameramodus .................................................................................................... 15
Weergavemodus ................................................................................................ 15
Flits camera waarschuwingen ............................................................................ 16
Veiligheidscamera toevoegen ....................................................................... 17
Inhoudsopgave
3
Gegevens over safety cams bijwerken.......................................................... 18
Een verbinding maken ........................................................................................ 18
MiVue Pro-app .............................................................................................. 18
Instellen van een WIFI verbinding ................................................................. 18
Een Bluetooth-verbinding congureren ......................................................... 19
Menu scherm ...................................................................................................... 20
Systeeminstellingen ...................................................................................... 22
MiVue Manager .................................................................................................. 25
MiVue Manager installeren ............................................................................ 25
De opgenomen bestanden afspelen ............................................................. 25
Voor meer informatie .......................................................................................... 28
Uw apparaat verzorgen ................................................................................. 28
Veiligheidsmaatregelen ................................................................................. 29
Over het laden .......................................................................................... 29
Over de lader ........................................................................................... 29
Over de batterij ......................................................................................... 29
Over GPS ...................................................................................................... 30
Regelgevende informatien (CE) .................................................................... 30
Verklaring van conformiteit ....................................................................... 32
Bluetooth ....................................................................................................... 32
WEEE ............................................................................................................ 32
4
Kennismaken met de dashcam
Opmerking: De schermopnamen en andere presentaties die in deze handleiding worden
weergegeven, kunnen verschillen van de werkelijke schermen en presentaties die door het
eigenlijke product zijn gegenereerd.
1
Mini-USB-aansluiting
2
AV-uitgang*
3
Montagehouder apparaat
4
Microfoon
5
Aanraakscherm
6
Systeemindicator
7
UItknop
8
Luidspreker
9
Cameralens
10
Aan-/uittoets
11
Geheugenkaartsleuf
* Alleen geselecteerde modellen.
5
MiVue achtercamera
Afhankelijk van het model kan uw apparaat een achterruitcamera ondersteunen
(apart aan te schaffen).
1
Montagepad
2
Cameralens
3
Bevestigingsbout
4
Micro-USB aansluiting
16
1
2
34
Aan-/uittoets
l
2 seconden ingedrukt houden om de dashboardcamera handmatig in en uit te
schakelen.
l
Indrukken als de dashboardcamera is ingeschakeld om de LCD-monitor in en uit
te schakelen.
Systeemindicator
De systeemindicator licht groen op wanneer de dashcam bezig is met opladen.
Tijdens het opladen, knippert de LED afwisselend groen en oranje terwijl de opname
bezig is.
6
Uw dashboardcamera in een voertuig
gebruiken
Voorzorgsmaatregelen en mededelingen
l
Bedien het apparaat niet tijdens het rijden. Het gebruik van dit apparaat
ontheft de bestuurder niet van de volledige verantwoordelijkheid voor zijn of
haar gedrag. Dit omvat het volgen van alle verkeersregels ter voorkoming van
ongelukken, persoonlijk letsel of schade aan eigendommen.
l
Bij het gebruik van de dashboardcamera in de auto is een venstermontageset
nodig. Zorg ervoor dat u de dashboardcamera op een geschikte plek plaatst
zodat het zicht van de bestuurder of het gebruik van airbags niet wordt
geblokkeerd.
l
Zorg ervoor dat de cameralens niet wordt geblokkeerd en dat zich in de buurt
van de lens geen spiegelend materiaal bevindt. Houd de lens schoon.
l
Als de voorruit van de auto een gekleurde laag bevat, kan dit de kwaliteit van de
opname beïnvloeden.
l
Om opnamen van de hoogste kwaliteit te garanderen, raden wij u aan de
dashboardcamera naast de achteruitkijkspiegel te plaatsen.
l
Selecteer een geschikte locatie in het voertuig om het apparaat te monteren.
Plaats het apparaat nooit zo, dat het gezichtsveld van de bestuurder wordt
geblokkeerd.
l
Als de voorruit van de auto met een reecterende coating is gekleurd,
kan deze athermisch zijn en de GPS-ontvangst beïnvloeden. Monteer de
dashboardcamera in dat geval in een "open gebied" - doorgaans net onder de
achteruitkijkspiegel.
l
Het systeem zal de G-sensor van het apparaat automatisch kalibreren tijdens het
opstarten. Om een storing van de G-sensor te voorkomen, moet u het apparaat
altijd inschakelen NADAT u het correct in het voertuig hebt gemonteerd.
7
Zorg dat uw wagen op een effen bodem is geparkeerd. Volg de instructies om uw
dashcam en achterruitcamera goed in een voertuig te monteren.
1. De dashcam monteren.
2. De achterruitcamera monteren (optioneel).
Opmerking:
l
Voordat u de montage pad op het ruit plaatst is het aanbevolen het ruit eerst schoon te maken
met alcohol.
l
Als de kleefstof van de plakband niet goed is, vervang de tape door een nieuwe.
8
3. De lenshoek afstellen.
Wanneer u de hoek van de montage afstelt, moet u ervoor zorgen dat het
camerazicht parallel is met de effen boden en dat de verhouding aarde/hemel
dichtbij 6/4 ligt.
4. De kabels aansluiten.
Stop de kabels door de bovenkant en de A-zuil zodat u niet wordt gehinderd
tijdens het rijden. Zorg dat de kabelinstallatie de airbags of andere
veiligheidsfuncties van het voertuig niet hinderen.
Als u alleen de dashboardcamera gebruikt (zonder aansluiting met
de achtercamera) in uw voertuig, sluit dan de auto oplader aan op de
dashboardcamera en steek het in de sigarettenaansteker.
De installatie illustraties zijn alleen bedoeld als referentie. De plaatsing van de
apparaten en kabels kunnen afhangen van het voertuig model. Als u problemen
heeft gedurende installatie, neem dan contact op met een bekwaam installateur
(zoals het onderhoudspersoneel van het voertuig) voor hulp.
Dashboardcamera Y-kabel
Achtercamera kabel
Auto oplader
MiVue achtercamera
1
2
3
9
Een geheugenkaart plaatsen
U moet een geheugenkaart plaatsen (niet meegeleverd) voordat u de opname kunt
starten. We raden aan een geheugenkaart Klasse 10 te gebruiken met een capaciteit
van minstens 8GB - 128GB.
Houd de kaart (MicroSD) bij de randen vast en stop deze voorzichtig in de sleuf
zoals weergegeven. Om een kaart te verwijderen, duwt u voorzichtig de bovenrand
van de kaart in om deze vrij te geven en trekt u deze uit de sleuf.
Opmerking:
l
Geen druk uitoefenen op het midden van de geheugenkaart.
l
MiTAC garandeert niet dat het product compatibel is met MicroSD-kaarten van alle fabrikanten.
l
Voordat u begint met opname, moet u de geheugenkaart formatteren om defecten te vermijden
die worden veroorzaakt door bestanden die niet door de dashboardcamera zijn aangemaakt.
l
Wij raden u aan het apparaat uit te schakelen voordat u de geheugenkaart verwijdert.
Een kaart formatteren
Als u een geheugenkaart moet formatteren (alle gegevens worden gewist), drukt u
op > > .
10
Het externe apparaat aansluiten
Aansluiten op uw computer
U kunt de dashboardcamera aansluiten op uw computer om toegang te krijgen
tot de gegevens op de geheugenkaart. Volg de onderstaande instructies om de
dashboardcamera aan te sluiten op de computer via de USB-kabel (niet meegeleverd).
De externe AV-apparatuur aansluiten
Opmerking: Deze functie is niet voor alle modellen beschikbaar.
Voor een betere weergave-ervaring kunt u de AV-uitgang gebruiken voor het
aansluiten van de dashcam op een extern AV-apparaat via de AV-kabel (niet
meegeleverd).
De dashboardcamera inschakelen
Voer de installatie uit volgens de instructies in het hoofdstuk "Uw dashboardcamera
in een voertuig gebruiken". Nadat de motor is gestart, schakelt de dashboardcamera
automatisch in.
De dashboardcamera opnieuw opstarten
In sommige gevallen zult u mogelijk een reset van de hardware moeten uitvoeren
wanneer de dashboardcamera niet meer reageert of “bevroren” of vastgelopen lijkt.
Om de dashboardcamera opnieuw op te starten, houdt u de aan/uit-toets ingedrukt
tot het systeem wordt uitgeschakeld. Druk dan opnieuw op de aan/uit-toets om de
dashboardcamera opnieuw in te schakelen.
11
Als het systeem niet afsluit door de Power toets ingedrukt
te houden, kan het geforceerd afgesloten worden door
een kleine strookje te steken (zoals een rechte paperclip)
in de UItknop boven op het apparaat.
Het aanraakscherm gebruiken
Om uw dashcam te bedienen, raakt u het scherm
aan met uw vingertop. Het systeem biedt de
bedieningskoppen en systeempictogrammen op het
scherm. Afhankelijk van uw instellingen en gebruik,
kunnen de weergegeven knoppen en pictogrammen
verschillen om verschillende functies en informatie van
uw dashcam aan te geven.
Bedieningsknop
1
Voegt een standaard veiligheid
(snelheid) camera toe
2
Open het Menu scherm
3
Neemt een foto
4
Indrukken om een noodopname
handmatig te starten.
System icon
5
Opname indicator
6
Tijd weergave
7
Bluetooth-status*
8
WIFI-status*
9
GPS signaal
Het opnamescherm
1
2
3
4
5 6 97 8
* Alleen geselecteerde modellen.
12
Schermen wisselen
Als u de achtercamera heeft aangesloten en begint
met opnemen, geeft het scherm de PIP (beeld-in-
beeld) mode weer. Het hoofdscherm toont standaard
het beeld van de camera aan de voorzijde en het
subscherm toont het beeld van de camera aan de
achterzijde. U kunt de beelden van de camera aan
de voor- en achterzijde (en omgekeerd) schakelen
door licht op het subscherm te tikken.
De datum en tijd instellen
Om zeker te zijn dat uw opnamen de juiste datum en tijd hebben, moet u de
instellingen voor datum en tijd controleren voordat u met opnemen begint.
1. Tik op > > > .
2. Tik op (GPS-tijd gebruiken) of (Handmatig).
l
Als u GPS-tijd gebruiken selecteert, tikt u op / om de tijdzone van uw
locatie in te stellen en stel dan de zomertijd in. Het systeem stelt de datum en
tijd in aan de hand van de GPS-locatie.
l
Wanneer u Handmatig selecteert, toont het systeem het scherm voor het
instellen van de datum en tijd. Gebruik / om de waarde van het
geselecteerde veld aan te passen, druk op en herhaal de stap tot alle
velden zijn gewijzigd.
3. Tik op wanneer u klaar bent.
(Subscherm)
(Hoofdscherm)
13
Opnemen in rijmodus
Continu opnemen
Standaard start het opnemen direct na het inschakelen van de dashboardcamera.
De opname kan verdeeld worden over meerdere videoclips; het opnemen stopt niet
tussen de videoclips.
Wanneer continu opnemen bezig is, kunt u de opname handmatig stoppen door
op te drukken. Druk op en terugkeert naar het opnamescherm; start het
systeem automatisch met continu opnemen.
De continu opnames staan in de categorie "Video" voor het afspelen van bestanden.
Gebeurtenis opnemen
Als een gebeurtenis plaatsvindt, zoals plotselinge schade, hard rijden, een te
sterke bocht of een aanrijding, zorgt de G-sensor er standaard voor dat de
dashboardcamera een "Noodsituatie"-opname start (een gebeurtenis opnemen).
Opmerking: U kunt het gevoeligheidsniveau wijzigen van de G sensor door te tikken op >
> > .
Als u een gebeurtenisopname handmatig wilt starten terwijl Continu opnemen bezig
is, drukt u op het apparaat op de knop Gebeurtenis ( ).
De continu opnames staan in de categorie "Gebeurtenis" voor het afspelen van
bestanden.
14
Opnamen in Parkeerstand
Uw dashboardcamera ondersteunt de parkeeropnamefunctie. U moet een extra
voeding gebruiken om de video op te nemen tijdens Parkeermodus, zoals een
onderbrekingsvrije voedingskabel van Mio Smart Box, die afzonderlijk wordt
verkocht. Raadpleeg de meegeleverde documentatie voor meer informatie over het
gebruik van de Mio Smart Box.
Parkeerstand is standaard uitgeschakeld. U moet de functie inschakelen via het
> > > > .
Voordat u de parkeermodus inschakelt, moet u de geheugenopslagtoewijzing
controleren. To Ga naar > > > > om een geschikte allocatie
in te stellen voor parkeer opnamen. Door het wijzigen van de toewijzing wordt de
geheugenkaart gewist. Sla daarom altijd eerst alle video’s of foto’s op uw computer
op.
Wanneer de Parkeermodusdetectie is ingeschakeld, gaat het systeem in de
volgende gevallen naar de Parkeermodus:
l
Als u de stroom van het apparaat loskoppelt (bijv. de motor van het voertuig
is gestopt of de voedingskabel is losgekoppeld) of wanneer de auto niet meer
beweegt gedurende ongeveer 5 minuten.
Opmerking: De functie wordt geactiveerd door de G-sensor van het apparaat. U kunt de
conguratie wijzigen via het > > > .
l
Als u op
tikt om de Parkeermodus handmatig te starten terwijl continu opname
bezig is.
Druk op om de Parkeerstand te stoppen en de continu opname te hervatten.
Zodra de bewegingen zijn gedetecteerd en opgenomen tijdens de Parkeerstand,
wordt u gevraagd de video te bekijken wanneer u de Parkeerstand stopt. Volg de
15
instructies op het scherm om video’s te bekijken het continu opnemen te hervatten.
De parkeeropnamen kunt u terugvinden in de categorie “Parkeren” voor
bestandsweergave.
Cameramodus
Met de dashboardcamera kunt u ook fotograferen.
l
Als de opname bezig is, drukt u op
om een foto te maken. Deze functie is niet
beschikbaar wanneer de achtercamera is aangesloten.
l
Tik op
> > .
U kunt de foto’s vinden in de categorie “Foto” voor weergave.
Weergavemodus
Een video of foto selecteren voor het afspelen:
1. Tik op > .
2. Selecteer het gewenste type: (Video) / (Gebeurtenis) / (Parkeren)
/ (Foto).
3. Tik op het gewenste bestand om de weergave te starten.
4. Tijdens het weergeven kunt u:
l
Tijdens het afspelen van video's drukken op / om de vorige/volgende
video weer te geven. Tik op / om de video af te spelen/te pauzeren.
l
Tijdens het weergeven van foto's drukken op / om de vorige/volgende
foto weer te geven.
16
l
Tik op
om het bestand te verplaatsen naar de categorie “Gebeurtenis”.
l
Het "D"-pictogram dat wordt weergegeven naast het bestand op de afspeellijst,
geeft aan dat de video is voorzien van een overeenkomende video achteraan.
In dit geval kunt u schakelen tussen de video's voor/achter door op het
weergavescherm te tikken op
.
Opmerking: De videobestanden die zijn opgenomen door de voor- en achtercamera’s,
worden apart opgeslagen in de overeenstemmende mappen van de geheugenkaart.
Wanneer u de video aan de voorzijde verplaatst of verwijdert, wordt de overeenstemmende
video aan de achterzijde tegelijkertijd verwerkt.
l
Tik op
om het bestand te verwijderen.
l
Tik op
om terug te keren naar de lijst.
Flits camera waarschuwingen
Voorzichtig: Omwille van wettelijke redenen is de veiligheidscamera niet beschikbaar in alle
landen.
U kunt waarschuwingen ontvangen voor de locatie van safety cams zodat u uw
snelheid in de omgeving kunt aanpassen.
17
18
Wanneer een its camera verschijnt en in de detecteerbare richting wordt geplaatst,
ontvangt u waarschuwingen. Het scherm toont een visuele waarschuwing en u hoort
ook geluidswaarschuwingen.
Als de instelling voor waarschuwingsgeluiden is ingesteld op Piep:
l
Als uw auto in de buurt van een itscamera komt, hoort u een normale
piepwaarschuwing.
l
Als de auto een itscamera nadert aan een snelheid boven de ingestelde
drempel, hoort u een aanhoudende piepwaarschuwing tot de snelheid onder de
drempelwaarde is gedaald.
l
Als de auto een itscamera passeert, hoort u een andere piepwaarschuwing.
U kunt de instellingen wijzigen over het ontvangen van de waarschuwingen voor
safety cams. Zie de sectie Systeeminstellingen voor informatie.
Veiligheidscamera toevoegen
Opmerking: U kunt alleen een aangepaste itscamera toevoegen als een GPS-x is vastgelegd.
Met uw dashboardcamera kunt u de database voor itscamera's aanpassen. U kunt
maximaal 100 aangepaste itscamera's toevoegen aan de dashboardcamera.
Volg de stappen om een aangepaste itscamera in te stellen:
1. Tik op op het opnamescherm om een aangepaste itscamera op de huidige
locatie toe te voegen.
2. De volgende keer dat u de locatie passeert, ontvangt u waarschuwingen van de
dashboardcamera.
3. Om de informatie weer te geven over de door de gebruiker toegevoegde
itscamera, tikt u op > > > en vervolgens op de itscamera die u
wilt controleren.
4. Tik op om de aangepaste itscamera te verwijderen.
19
Gegevens over safety cams bijwerken
MiTAC garandeert niet dat gegevens over alle soorten en locaties van safety cams
beschikbaar zijn, omdat camera's verwijderd of verplaatst kunnen worden en nieuwe
camera's worden geïnstalleerd.
MiTAC kan u af en toe updates aanbieden van gegevens over safety cams. Bezoek
de Mio-website voor beschikbare downloads en volg de instructies om het bijwerken
te voltooien.
Een verbinding maken
MiVue Pro-app
De MiVue Pro-app is een geïntegreerde applicatie waarmee u de video's die zijn
opgenomen op een MiVue-dashboardcamera via WIFI kunt delen en hiervan een
back-up kunt maken, en waarmee de dashboardcamera de meldingen van de
smartphone via Bluetooth kan weergeven. Zoek naar "MiVue Pro" in Apple App
Store of in Google Play Store om van de MiVue Pro-app gratis te downloaden.
Opmerking:
l
De MiVue Pro-app is compatibel met iOS 9.0 (en hoger)- en Android 5.0 (en hoger). MiTAC biedt
geen garantie op de compatibiliteit van het product met smartphones van alle fabrikanten.
l
Niet alle mogelijkheden zijn beschikbaar op elk model.
Instellen van een WIFI verbinding
Opmerking: Deze functie is niet voor alle modellen beschikbaar.
Met de functie WIFI kunt u de dashboardcamera met uw smartphone verbinden.
Het De functie WIFI is standaard uitgeschakeld. U kunt WIFI handmatig inschakelen
door > > > te selecteren. Eenmaal ingeschakeld geeft het scherm
met WIFI-instellingen de SSID en het wachtwoord van de dashboardcamera weer.
20
Volg de onderstaande stappen om de draadlozeverbinding tussen de
dashboardcamera en uw smartphone te maken:
1. Schakel de draadloze functie van de smartphone in.
2. Open de MiVue Pro-app op uw smartphone en volg de instructies op het scherm
om de verbinding tot stand te brengen.
l
Wanneer u de volgende keer uw telefoon gebruikt om te verbinden met de
dashboardcamera, wordt u niet meer gevraagd het wachtwoord opnieuw in te
voeren tenzij u uw telefoon reset naar de fabriek standaardinstellingen.
l
Als u de dashboardcamera wilt verbinden met een andere smartphone, tikt u op
> > > voor het wissen van de huidige verbindingsinstellingen,
en herhaalt u vervolgens de bovenstaande stappen voor het congureren van
de verbinding tussen de dashboardcamera en de nieuwe smartphone.
3. U kunt de status van de WIFI-verbinding controleren met het WIFI-pictogram op
de dashboardcamera.
De dashboardcamera is verbonden met de smartphone en gekoppeld
met de MiVue Pro app.
De dashboardcamera is niet met de smartphone verbonden.
De dashboardcamera is met de smartphone verbonden maar nog niet
gekoppeld met de app MiVue Pro.
4. Open op uw smartphone de MiVue Pro-app en houd deze actief. U kunt nu
video's overdragen door op het opnamescherm van de dashboardcamera te
tikken op .
Een Bluetooth-verbinding congureren
Opmerking: Deze functie is niet voor alle modellen beschikbaar.
Met de Bluetooth-functie kunt u de dashboardcamera met uw smartphone
verbinden. De Bluetooth-functie is standaard uitgeschakeld. U kunt Bluetooth
21
handmatig inschakelen door te tikken op > > > .
Volg de stappen voor het koppelen van de dashboardcamera met een smartphone
die Bluetooth 4.0 of hoger ondersteunt.
1. Schakel de Bluetooth-functie van de smartphone in.
2. Open de MiVue Pro-app op uw smartphone en volg de instructies op het scherm
om het koppelen te starten.
3. Wanneer het koppelen is uitgevoerd, staat uw dahsboardcamera klaar voor het
ontvangen en weergeven van de meldingen van de smartphone.
Menu scherm
Tik op om het menuscherm dat de volgende opties bevat, te openen:
Bestand weergeven
Geeft video en foto's weer.
Camera
Tik om de Cameramodus op te roepen.
Verbinding
Schakelt
WIFI ( ) en Bluetooth ( ) van het apparaat in of uit.
Geluidsopname
Stelt in of u de geluiden wilt opnemen tijdens de opnamen. De
standaardinstelling is Aan.
Veilig rijden
De dashboardcamera biedt geavanceerde rij veiligheidsfuncties zodat u
veiliger rijdt.
l
Kalibratie: Volg de stappen om het systeem te kalibreren.
22
1. Rij het voertuig naar het midden van de rijbaan.
2. Vraag aan een passagier om de optie te selecteren en volg dan de
instructies op het scherm op om de calibratie te voltooien.
Pas het toestel aan door de rode
lijn te richten op de horizon en
de groene lijn op het midden van
de rijbaan.
Richt de blauwe lijn op de
motorkap.
Opmerking: U wordt geadviseerd het systeem constant te calibreren om op het juiste
moment gewaarschuwd te worden.
l
LDWS: Selecteer Piep of Spraak om de functie LDWS (Lane Departure
Warning System) te activeren. Eenmaal ingeschakeld, zal het systeem u
waarschuwen als het ontdekt dat de snelheid van de auto hoger is dan 60
km/u en als de auto is afgeweken van de bedoelde rijbaan.
l
Koplamp herinnering: Eenmaal ingeschakeld, zal het systeem u eraan
herinneren de lichten aan te zetten wanneer u rijdt in het donker. De
standaardinstelling is Uit.
l
Waarschuwing vermoeidheid bestuurder: Eenmaal ingeschakeld, zal
het systeem u herinneren om even te rusten na het rijden van een lange
afstand (2 uren, 3 uren of 4 uren). De standaardinstelling is Uit.
l
Eco-aandrijvingsindicator: Eenmaal ingeschakeld, zal het systeem de
Eco rij indicatie op het scherm weergeven. De kleur van de indicatie zal
veranderen (rood, geel of groen), dit hangt af van uw rij status om u te
herinneren meer efcient te rijden. De standaardinstelling is Uit.
l
FCWS: Selecteer Piep of Spraak om de functie FCWS (Forward Collision
Warning System) te activeren. Het systeem geeft een waarschuwing als
de auto langzaam beweegt en te dicht bij de voor u rijdende auto komt.
l
Stop en ga: Na inschakelen waarschuwt het systeem u als de auto
23
voor u optrekt na langer dan 10 seconden te hebben stilgestaan. De
standaardinstelling is Uit.
Instellingen
Hiermee kunt u de systeeminstellingen van het apparaat wijzigen. Zie
"Systeeminstellingen" voor meer informatie.
Systeeminstellingen
Druk op > om de systeeminstellingen aan te passen.
Opmerking: Sommige instelopties zijn misschien niet beschikbaar, dit hangt af van uw MiVue
model.
Flitser
l
Alarm: Selecteer Piep, Spraak of Geluid dempen.
l
Alarmafstand: Het systeem waarschuwt op een vooraf ingestelde afstand
(Kort, Middel en Lang) als een itscamera gedetecteerd is.
l
Alarm methode: Stelt de functie Waarschuwingsafstand in conform
uw rijsnelheid (Slimme waarschuwing) of de snelheidslimiet
(Standaardwaarschuwing).
l
Drempel: De snelheidswaarde voor de dashboardcamera instellen om te
beginnen met meldingen aanbieden.
l
Waarsch. Kruissnelheid: Waarschuwing kruissnelheid: met deze optie
kunt u de limiet voor de kruissnelheid instellen. Als u met de cruisecontrol
harder rijdt dan de ingestelde waarde, ontvangt u waarschuwingen van de
dashboardcamera.
l
Aangepaste itser: Deze optie toont alle door de gebruiker toegevoegde
itscamera's, gesorteerd op aanmaaktijd.
24
Parkeerstand
l
Detectie: Indien de dashboardcamera is ingeschakeld, zal deze de
opname automatisch starten bij detectie van bewegingen of als er zich
een voorval voordoet in de Parkeerstand.
l
Detectiemethode: Selecteer Alleen g-sensor, Alleen beweging of
Zowel beweging als g-sensor.
l
Automatische invoer: Stelt de modus in (Laag, Middel, Hoog of
Handmatig) voor het systeem in om de Parkeermodus automatisch op te
roepen.
l
Bewegingsdetectie: Selecteer Laag, Middel of Hoog.
l
G-sensorgevoel.: Wijzig het gevoeligheidsniveau (3 niveaus, van
Laag tot Hoog) van de G-sensor voor het automatisch activeren van de
parkeeropname als de dashboardcamera in de parkeerstand staat.
Video-opname
l
Lengte van videoclip: Stelt de lengte voor elke videoclip in voor een
continu opname (1 min., 3 min. of 5 min.).
l
Frequentie: Selecteer 50 Hz of 60 Hz.
l
Groot dynamisch bereik: Stelt de functie WDR (Wide Dynamic
Range, groot dynamisch bereik) in staat om de beeldkwaliteit van de
dashboardcamera te verbeteren bij sterk contrasterend licht.
l
Belichtingswaarde (EV): Stelt het geschikte belichtingsniveau (-1+1) in
om de helderheid van het beeld aan te passen. De standaardinstelling is 0.
l
G-sensorgevoel.: Wijzig het gevoeligheidsniveau (6 niveaus, van
Laag tot Hoog) van de G-sensor voor het automatisch activeren van de
noodopname terwijl continu opnemen actief is.
l
Stempels: Stelt de informatie in (Coördinaten of G-sensor) dat zal worden
weergegeven op de opgenomen video.
l
Snelheidsstempel: Geeft de rijsnelheid weer op de opgenomen video.
25
l
Tekststempel: Geeft de aangepaste informatie weer op de opgenomen
video.
Systeem
l
Satellieten: Toont de status van de GPS/GLONASS-signaalontvangst.
U kunt als dat nodig is op drukken en GPS of GLONASS selecteren
voor een betere signaalontvangst.
l
Datum/tijd: Stelt de systeemdatum en -tijd in. Raadpleeg het hoofdstuk
"De datum en tijd instellen" voor meer informatie.
l
Systeemgeluid: Schakelt de geluiden bij systeemmeldingen in of uit.
l
Welkomstgeluid: Schakelt de meldingsgeluiden bij het opstarten in of uit.
l
Volume: Stelt het volumeniveau in.
l
Lcd-standby: Selecteert Altijd aan om de LCD aan te houden; of stelt
de timer in voor de LCD om automatisch uit te schakelen (10 s, 1 min. of
3 min.) nadat de opname begint. Het selecteren van Stand-by schakelt
de LCD uit (binnen de aangegeven tijd) maar geeft nog steeds de tijd en
snelheidsinformatie weer.
l
Taal: Stelt de taal in.
l
Afstandseenheden: Stelt de voorkeurs-afstandseenheden in.
l
Opslagruimte: Het systeem biedt drie standaard geheugenconguraties
voor het opslaan van de video's (inclusief continu opname, noodopname
en parkeeropname) en foto's. Selecteer de juiste conguratie, gebaseerd
op uw gebruik.
l
Video-uitgang
: Selecteer NTSC of PAL.
l
Terugzetten: Herstelt de fabrieksinstellingen.
l
Versie: Toont informatie over de softwareversie.
Formatt.: Formatteert een geheugenkaart. (Alle gegevens worden gewist.)
26
MiVue Manager
MiVue Manager™ is een hulpmiddel waarmee u de video's bekijkt die zijn opgenomen
op een MiVue dashboardcamera.
Opmerking: Niet alle mogelijkheden zijn beschikbaar op elk model.
MiVue Manager installeren
Download MiVue Manager van de klantenservicepagina van Mio-website (www.mio.
com/support) en volg de prompts op het scherm om het te installeren. Zorg dat u de
juiste softwareversie (Windows of Mac) downloadt volgens het besturingssysteem
van uw computer.
De opgenomen bestanden afspelen
1. Verwijder de geheugenkaart uit de dashboardcamera en gebruik een kaartlezer
in de computer om hem te lezen. Het is aan te bevelen de opgenomen
bestanden naar de computer te kopiëren om een back-up te maken en om ze af
te spelen.
2. Start MiVue Manager op de computer.
l
De standaard is dat MiVue Manager de agenda en de bestandenlijst aan de
rechterkant toont.
l
Is er een opgenomen bestand, dat zet u de datum gemarkeerd met “ .” Klik
op die datum om de bestanden te zien die op die dag opgenomen zijn.
l
U knt revoor kiezen dat het bestandstype getoond wordt als: Event /
Normaal / Parkeren.
l
Om alle bestanden in de huidige map te tonen, klikt u op Alles. Om terug te
gaan naar agendaweergave, klikt u op Agenda.
3. Dubbelklik op het gewenste bestand om het afspelen te starten.
27
4. De afspeelknoppen zijn de volgende:
1 2 3 4 5 6 7
1
Naar vorige/volgende bestand in de lijst.
2
Start of pauzeert de weergave.
3
Verandert afspeelsnelheid in 1/4x, 1/2x, 1x (default), 1,5x of 2x.
4
Dempt het geluid en maakt het weer hoorbaar.
5
Stelt de geluidssterkte in.
6
Speelt de video op het volledige scherm.
7
Toont de voortgang van het afspelen. U kunt op een punt in de balk klikken
om direct naar een ander afspeelpunt te gaan.
5. Tijdens het afspelen, kunt u meer rij informatie controleren via het dashboard
paneel en de G sensor kaart, die onder het video afspeelscherm worden
weergegeven.
l
Klik op het dashboard paneel op om het map scherm weer te geven.
l
De G-sensorkaart toont gegevens in drie assen over de verplaatsing van het
voortuig naar voren en achteren (X), opzij (Y) en omhoog en omlaag (Z).
Opmerking: Het Kaartscherm verschijnt niet als de computer geen internetverbinding heeft of
als uw Mivue-model de gps-functie niet ondersteunt.
6. Met de werkbalk doet u het volgende:
1 2 3 4 5 6 7
28
1
Selecteert de map die de opgenomen bestanden heeft opgeslagen.
2
Vertoont en druk het huidige videobeeld af.
3
Slaat de geselecteerde bestanden in de aangewezen locatie van uw
computer op.
4
Legt het huidige videobeeld vast en slaat het op in de aangewezen locatie
van uw computer.
5
Opent het instellingenmenu. Het menu Instellingen is als volgt:
l
Taal wijzigen: Stelt de taal in waarmee MiVue Manager zich presenteert.
l
Skin veranderen: Stelt het kleurschema van MiVue Manager in.
l
Op updates controleren: Onderzoekt of er een nieuwe versie is van
MiVue Manager. Om dit te gebruiken hebt u internettoegang nodig.
l
Info: Toont de versie en de auteursrechtgegevens van MiVue Manager.
6
Exporteert de GPS informatie van het geselecteerde bestand in KML formaat
naar de aangewezen locatie van uw computer.
7
Uploadt het geselecteerde bestand naar Facebook / YouTube™.
29
Voor meer informatie
Uw apparaat verzorgen
Een goed onderhoud van uw apparaat garandeert een foutloze werking en
vermindert het risico op schade.
l
Houd het apparaat uit de buurt van overmatig vocht en extreme temperaturen.
l
Vermijd blootstelling van het apparaat aan direct zonlicht of sterk ultraviolet licht
gedurende langere perioden.
l
Plaats niets bovenop het apparaat en laat geen objecten op het apparaat vallen.
l
Laat het apparaat niet vallen en stel het niet bloot aan heftige schokken.
l
Stel het apparaat niet bloot aan plotselinge en extreme
temperatuurveranderingen. Dit kan de vorming van condensatie in de eenheid
veroorzaken, waardoor het apparaat defect kan raken. Bij vochtcondensatie
moet u het apparaat volledig laten drogen voordat u het weer gebruikt.
l
Het schermoppervlak kan gemakkelijk worden gekrast. Raak het niet aan met
scherpe voorwerpen. U kunt algemene niet-klevende schermbeschermingen
gebruiken die speciek werden ontwikkeld voor gebruik op draagbare apparaten
met LCD-schermen, zodat het scherm tegen kleine krassen wordt beschermd.
l
Reinig het apparaat nooit wanneer het is ingeschakeld. Gebruik een zachte,
pluisvrije doek om het scherm en de buitenzijde van het apparaat af te vegen.
l
Gebruik geen papieren handdoeken om het scherm te reinigen.
l
Probeer nooit het apparaat te demonteren, te repareren of wijzigingen aan het
apparaat aan te brengen. Het demonteren, aanpassen of op enigerlei manier
repareren, kan schade veroorzaken aan het apparaat en zelfs lichamelijk letsel
of materiële schade veroorzaken en zal de garantie ongeldig maken.
l
Ontvlambare vloeistoffen, gassen of explosieve materialen niet in dezelfde
ruimte bewaren of vervoeren als het apparaat, de onderdelen of de accessoires.
l
Om diefstal te voorkomen, mag u het apparaat en de toebehoren niet duidelijk
30
zichtbaar achterlaten in een onbeheerd voertuig.
l
Oververhitting kan het apparaat beschadigen.
Veiligheidsmaatregelen
Over het laden
l
Gebruik alleen de lader die bij uw apparaat is geleverd. Het gebruik van een
andere lader zal leiden tot een defect en/of gevaar.
l
Dit product is bedoeld voor gebruik in combinatie met een IN DE LIJST
OPGENOMEN voeding gemarkeerd met "LPS", "Beperkte voedingsbron" en met
een nominaal uitgangsvermogen van + 5 V dc / 1,0 A (MiVue 785) of 2,0 A (MiVue
766/786/788).
Over de lader
l
Gebruik de lader niet in een zeer vochtige omgeving. Raak de lader nooit aan
met natte handen of voeten.
l
Zorg voor voldoende ventilatie rond de lader als deze wordt gebruikt voor het
bedienen van het apparaat of het opladen van de batterij. De lader niet afdekken
met papier of andere objecten die de koeling belemmeren. Gebruik de lader niet
als deze zich nog in de draagtas bevindt.
l
Sluit de lader aan op een goede stroombron. De spanningsvereisten vindt u op
de behuizing en/of de verpakking van het product.
l
Gebruik de lader niet als de kabel beschadigd is.
l
Probeer het apparaat nooit zelf te onderhouden of te repareren. Het apparaat
bevat geen interne onderdelen die kunnen worden gerepareerd. Vervang de
eenheid als deze is beschadigd of blootgesteld aan overmatige vocht.
Over de batterij
OPGELET: Deze eenheid bevat een niet-vervangbare interne lithium-ionbatterij. De
batterij kan openbarsten of exploderen, waarbij gevaarlijke chemische producten
vrijkomen. Om het risico op brand of brandwonden te voorkomen, mag u de batterij
31
niet demonteren, samenpersen, doorprikken of in vuur of water gooien.
l
Gebruik een aanbevolen batterij in het apparaat.
l
Belangrijke instructies (alleen voor onderhoudspersoneel)
l
Opgelet: Explosiegevaar als de batterij wordt vervangen door een onjuist
type. Gooi de gebruikte batterijen weg volgens de instructies.
l
Alleen vervangen door hetzelfde of een equivalent type dat is aanbevolen
door de fabrikant.
l
De batterij moet op een juiste wijze worden gerecycled of weggegooid.
l
Gebruik de batterij alleen in het gespeciceerde apparaat.
Over GPS
l
GPS wordt beheerd door de regering van de Verenigde Staten, die alleen
verantwoordelijk is voor de werking van GPS. Elke wijziging aan het GPS-
systeem kan de nauwkeurigheid van alle GPSapparatuur beïnvloeden.
l
GPS-signalen gaan niet door vaste materialen (behalve glas). Wanneer u in
een tunnel of een gebouw bent, is de GPS-positionering niet beschikbaar. De
ontvangst van het signaal kan worden beïnvloed door omstandigheden zoals
slecht weer of obstakels boven uw hoofd (zoals bomen en hoge gebouwen).
l
De positiegegevens van de GPS zijn alleen als referentie.
Regelgevende informatien (CE)
Voor regelgevende identicatiedoeleinden:
l
het modelnummer N568 is toegewezen aan de MiVue 785 Serie.
l
het modelnummer N568-725 is toegewezen aan de MiVue 766/786 Serie.
l
het modelnummer N568-735 is toegewezen aan de MiVue 788 Serie.
32
Producten met het CE-keurmerk voldoen aan de richtlijn inzake radio-
apparatuur (RED) (2014/53/EU) - uitgegeven door de Commissie van de
Europese Gemeenschap.
De naleving van deze richtlijnen impliceert conformiteit met de volgende Europese
normen:
EN 55032: 2012 + AC: 2013
EN 55024: 2010 en CISPR 24: 2010
EN 61000-4-2: 2009 en IEC 61000-4-2: 2008
EN 61000-4-3: 2006 + A1: 2008 + A2: 2010 en IEC 61000-4-3: 2006 + A1: 2007 +
A2: 2010
EN 61000-4-4: 2012 en IEC 61000-4-4: 2012
EN 61000-4-5: 2006 en IEC 61000-4-5: 2005
EN 61000-4-6: 2009 en IEC 61000-4-6: 2008
EN 61000-4-8: 2010 en IEC 61000-4-8: 2009
EN 61000-4-11: 2004 en IEC 61000-4-11: 2004
EN 301 489-1 V2.1.1 (2017-02)
EN 301 489-17 V3.1.1 (2017-02)
EN 301 489-3 V2.1.1 (2017-03)
ETSI EN 300 328 V2.1.1
EN 303413 V1.1.0
IEC60950-1 (ed.2); am1; am2
EN 50498: 2010 (ISO 7637-2: 2004)
EN 62311: 2008
EN 62479-2010
De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor wijzigingen die zijn
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33

Mio MiVue 785 Touch de handleiding

Type
de handleiding