Bedieningspaneel met LCD-display
Op de LCD-display wordt de volgende informatie weergegeven:
Handmatige temperatuurinstelling
Druk op om de TEMP-modus te selecteren; TEMP wordt
weergegeven.
Druk op of om de temperatuur met 5°C te verhogen of
te verlagen. U kunt een maximumtemperatuur van 160°C
instellen.
Wacht met lamineren tot het symbool "READY" verschijnt.
Om te wisselen tussen °C en °F, drukt u gelijktijdig op en
. De temperatuurwaarde en de temperatuureenheid worden
dienovereenkomstig gewijzigd.
4
3
2
1
Handmatige snelheidsinstelling
Druk op om de SPEED-modus te selecteren.
Druk op of om een andere snelheid in te stellen. Er zijn
veel snelheidsinstellingen mogelijk.
2
1
Teller
Druk op om de COUNTER-modus te selecteren.
Het huidige telleraantal wordt weergegeven.
De beginstand van de teller is 0000. Druk op of om het
telleraantal terug te zetten op 0000.
3
2
1
Gevorderd gebruik
1. Voorinstellingsmodus
Druk op om de hoesdikte (= mic.)
en de papiersoort (profiel) te selecteren.
De snelheid en temperatuur worden
automatisch aan de geselecteerde hoes
en papiersoort aangepast. De machine
gaat opwarmen.
Wanneer de machine warm is, wordt het
symbool "READY" op de display
weergegeven en kunt u beginnen met
lamineren.
b
a
3. Geheugeninstelling
(voor het opslaan van een specifieke
temperatuur en snelheid in het geheugen):
Selecteer de voorinstellingsmodus of de
handbedieningsmodus.
Druk op totdat 'SEL 1' op de display
wordt weergegeven. Druk op om een
ander geheugennummer te selecteren.
Druk lang op om de huidige
instellingen op te slaan in het
geselecteerde geheugennummer.
Om opgeslagen instellingen te gebruiken,
selecteert u het geheugennummer (zie
punt b) en drukt u lang op .
d
c
b
a
2. Handbediening
(voor het handmatig wijzigen van de snelheid
en temperatuur):
Selecteer een van de voorinstellingen (zie
punt 1).
Druk op totdat de temperatuur op de
display wordt weergegeven. Druk op
or om de temperatuur te wijzigen.
Druk op totdat de snelheid (SP) op
de display wordt weergegeven. Druk op
or om de snelheid te wijzigen.
c
b
a
Belangrijkste lamineervoorschriften
22
Geheugeninstellingsmodus
Voor het opslaan van een specifieke snelheid en temperatuur in een
van de vijf geheugens (SEL 1, SEL 2, SEL 3, SEL 4 en SEL 5).
Druk op totdat u de geheugenmodus hebt geselecteerd: ‘SEL
1’ wordt weergegeven op de display. Druk op of om een
ander geheugennummer te selecteren.
Druk lang op om de huidige snelheid en temperatuur op te
slaan in het door u geselecteerde geheugennummer. Wanneer het
opslaan is gelukt, knippert het MEMORY-symbool en hoort u een
geluidssignaal.
Om een geheugen te gebruiken, selecteert u een
geheugennummer (zie punt 1) en drukt u lang op . Wanneer
er een geheugennummer is geselecteerd, hoort u een
geluidssignaal en wordt de temperatuur op de display
weergegeven. De ingestelde temperatuur en snelheid worden
vervolgens geladen en de machine gaat opwarmen of afkoelen.
De vijf geheugens zijn standaard als volgt ingesteld:
SEL 1: kopieerpapier, 75 mic.
SEL 2: brochurepapier, 75 mic.
SEL 3: fotopapier, 75 mic.
SEL 4: kopieerpapier, 125 mic.
SEL 5: brochurepapier, 125 mic.
3
2
1