17
EEN IFIT-TRAINING GEBRUIKEN
Het bedieningspaneel biedt toegang tot een grote en
gevarieerde bibliotheek van iFIT-trainingen wanneer u
de iFIT-app naar uw smart-toestel downloadt en dit op
het bedieningspaneel aansluit.
Let op: Het bedieningspaneel ondersteunt Bluetooth-
verbindingen naar smart-toestellen via de iFIT-app en
naar compatibele hartslagmonitoren. Andere Bluetooth-
verbindingen worden niet ondersteund.
1. Download en installeer de iFIT-app op uw
smart-toestel.
Open op uw iOS® of Android™ smart-toestel, de
App Store℠ of de Google Play™ winkel, zoek naar
de gratis iFIT-app en installeer dan de app op uw
smart-toestel. Zorg ervoor dat de Bluetooth-
optie op uw smart-toestel is ingeschakeld.
Open dan de iFIT-app en volg de instructies om
een iFIT-account aan te maken en instellingen aan
te passen.
Neem de tijd om de iFIT-app te ontdekken en meer
te weten te komen over de functies en instellingen
ervan.
2. Sluit uw hartslagmonitor indien gewenst aan op
het bedieningspaneel.
Indien u zowel uw hartslagmonitor als uw
smart-toestel op het bedieningspaneel wilt aan-
sluiten, dient u eerst uw hartslagmonitor aan
te sluiten voordat u uw smart-toestel aansluit.
Zie UW HARTSLAGMONITOR OP HET BEDIE-
NINGSPANEEL AANSLUITEN op bladzijde 18.
3. Uw smart-toestel aansluiten op het
bedieningspaneel.
Druk op de iFIT Sync toets op het bedie-
ningspaneel. Het koppelingsnummer van het
bedieningspaneel wordt op het display weergege-
ven. Volg vervolgens de instructies op de iFIT-app
om uw smart-toestel op het bedieningspaneel aan
te sluiten.
Als er een verbinding tot stand is gebracht, brandt
het LED-lampje op het bedieningspaneel continu
blauw.
4. Kies een iFIT-training.
Druk in de iFIT-app op de toetsen onderaan het
scherm voor het selecteren van het hoofdmenu
(toets Home) of de trainingsbibliotheek (toets
Browse).
Als u een training uit het hoofdmenu of de
trainingsbibliotheek wilt selecteren, drukt u een-
voudigweg op de gewenste training-toets op het
scherm. Veeg of tik met uw vinger over het scherm
om omhoog of omlaag te scrollen.
Als u een training kiest, geeft het scherm een
overzicht van de training weer met informatie over
de duur en de afstand van de training, en het
geschatte aantal calorieën dat u tijdens de training
verbrandt.
5. De training starten.
Druk op Start Workout (training starten) om de
training te starten.
Tijdens sommige trainingen zal een iFIT-coach
u begeleiden via een videotraining. Druk op de
geluidstoets (muzieknootsymbool) om muziek-,
trainerstem- en volume-opties voor de training te
selecteren.
Tijdens sommige trainingen geeft het scherm een
kaart van de route weer en toont een markering uw
voortgang. Druk op de toetsen op het scherm om
de gewenste kaartopties te selecteren.
Als het weerstandsniveau voor het huidige seg-
ment van de training te hoog of te laag is, kunt
u de instelling handmatig veranderen door te
drukken op de toetsen Resistance (weerstand)
op het bedieningspaneel. BELANGRIJK: Als het
huidige segment eindigt, wordt de weerstand
automatisch aangepast aan de voorgeprogram-
meerde weerstandsinstelling van het volgende
segment.
Let op: Het caloriedoel dat in de trainingsbe-
schrijving wordt weergegeven, is een schatting
van het aantal calorieën dat u tijdens de trai-
ning verbrandt. Het daadwerkelijke aantal
calorieën dat u verbrandt, hangt af van verschil-
lende factoren, waaronder uw gewicht. Als u
bovendien tijdens de training het weerstandsni-
veau handmatig wijzigt, heeft dat invloed op het
aantal calorieën dat u verbrandt.