Sony TC-KE240 de handleiding

Type
de handleiding
4-227-170-21(1)
Stereo
Cassette Deck
2000 by Sony Corporation
TC-RE340
TC-KE240
Bedienungsanleitung
Gebruiksaanwijzing
Bruksanvisning
Istruzioni per l’uso
Manual de instruções
NL
SE
DE
IT
PT
2
NL
Welkom!
Hartelijk dank voor uw aankoop van dit
Sony stereo cassettedeck. Lees, alvorens
het apparaat in gebruik te nemen, de
gebruiksaanwijzing aandachtig door en
bewaar deze voor eventuele naslag.
Omtrent deze
handleiding
De aanwijzingen in deze handleiding
gelden voor de modellen TC-RE340 en
KE240. Controleer het modelnummer op
het achterpaneel van uw cassettedeck.
De afbeeldingen in deze
gebruiksaanwijzing zijn het model TC-
RE340. Verschil in bediening tussen de
modellen, is in de tekst duidelijk
aangegeven, bij voorbeeld “alleen voor
TC-RE340”.
Verschillen tussen de modellen
De twee modellen beschreven in deze
gebruiksaanwijzing verschillen op
enkele punten, zoals aangegeven in de
onderstaande tabel. Controleer aan de
hand van de tabel de mogelijkheden die
uw cassettedeck biedt, alvorens u het
apparaat in gebruik neemt.
Modelnummer RE340 KE240
Kenmerken
Automatische
bandomkering
Dolby HX Pro
Ter verduidelijking
Bij de aanwijzingen in deze
gebruiksaanwijzing wordt
verondersteld dat u de
bedieningsorganen op het
cassettedeck gebruikt. U kunt echter
ook de toetsen gebruiken op de los
verkrijgbare afstandsbediening (niet
meegeleverd), indien deze dezelfde of
ongeveer dezelfde naam hebben als
de toetsen, enz. op het deck.
Op een aantal plaatsen in deze
gebruiksaanwijzing zult u de
onderstaande symbolen aantreffen:
Z
Dit symbool wijst op een taak
waarvoor de afstandsbediening
(niet meegeleverd) gebruikt moet
worden.
z
Dit symbool vestigt uw aandacht
op handige tips die de bediening
vergemakkelijken.
WAARSCHUWING
Stel het apparaat niet
bloot aan regen of vocht,
om gevaar van brand of
een elektrische schok te
voorkomen.
Open niet de behuizing, om gevaar van
elektrische schokken te vermijden.
Laat reparaties aan de erkende
vakhandel over.
Automatische
ijking
3
NL
NL
INHOUDSOPGAVE
Om te beginnen
Uitpakken 4
Aansluiten van de installatie 4
Afspelen van een cassette 5
Maken van bandopnamen 6
Speciale afspeelfuncties
Opzoeken van een muziekstuk (Multi-AMS/Automatische weergavestart/
Geheugen-afspeelfunctie) 8
Speciale opnamefuncties
Automatische ijking van de voormagnetisatie en het opnameniveau (alleen voor
TC-RE340) 9
Automatische instelling van het opnameniveau (Auto Rec Level) 10
In- en uit-faden van het geluid (Fader) 11
Invoegen van onbespeelde bandgedeelten tijdens opnemen (opnamedemping) 11
Synchroon-opname vanaf een CD-speler via een CONTROL A1
aansluiting 12
Synchroon-opname vanaf een CD-speler met behulp van een afstandsbediening 13
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen 14
Opmerkingen betreffende cassettes 14
Reinigen 15
Verhelpen van storingen 16
Technische gegevens 17
Verklarende woordenlijst 18
Index 18
4
NL
BasisbedieningOm te beginnen
Cassettedeck Versterker
Uitpakken
Controleer of het volgende toebehoren in de
verpakking aanwezig is:
Audio-aansluitsnoeren (2)
Aansluiten van de installatie
Hier wordt beschreven hoe u het cassettedeck aansluit
op een versterker of een CD-speler voorzien van
CONTROL A1
aansluitingen. Zorg ervoor dat alle
apparatuur uitgeschakeld is, alvorens u enige
aansluiting maakt.
Cassettedeck
CONTROL
REC
OUT
TAPE
IN
Ç
ç
A1
Aansluitingen
Aansluiten van het cassettedeck op een versterker
Sluit de versterker met behulp van de bijgeleverde audio-
aansluitsnoeren aan op de LINE IN/OUT stekkerbussen
van het cassettedeck.
Voor het aansluiten van een audio-aansluitsnoer, dient u
goed op te letten dat de gekleurde stekkers worden
aangesloten op gelijk gekleurde stekkerbussen van de
componenten: rood (rechts) op rood en wit (links) op wit.
Steekt u alle stekkers vooral stevig in de aansluitbussen,
want een loszittende verbinding kan storende bijgeluiden
veroorzaken.
Ç
ç
OUT IN
OUTIN
L
R
TAPE
L
R
L
R
ç: Signalstroom
Aansluiten van het cassettedeck op een CD-speler
voorzien van CONTROL A1
aansluitingen
Zie voor nadere bijzonderheden over het aansluiten via
de CONTROL A1 bedieningsaansluitingen het
supplement van deze gebruiksaanwijzing.
Instellen op de juiste netspanning (alleen
de modellen voorzien van een
spanningskiezer)
Controleer of de spanningskiezer op het achterpaneel
van het cassettedeck staat ingesteld overeenkomstig de
plaatselijke netspanning. Als dit niet het geval is, zet u
de spanningskiezer met een schroevendraaier in de
juiste stand, voordat u de stekker in het stopcontact
steekt.
240V
VOLTAGE
120V
220V
110V
Aansluiten van het netsnoer
Steek de stekker van het netsnoer in een stopcontact.
Wat is de volgende stap?
Uw cassettedeck is nu klaar voor gebruik.
Zie voor de basisbedieningen blz. 5 t/m 7; voor de meer
uitgebreide (speciale) bedieningsfuncties gaat u naar de
gedeelten, beginnend bij blz. 8.
ç: Signaalstroom
naar een
netstroomuitgang
Versterker
naar een
stopcontact
CD-speler
5
NL
Basisbediening
Basisbediening
Basisbediening
Afspelen van een cassette
3
2
4
OFF
MPX
FILTER
DOLBY NR
BALANCE
AUTO CAL
REC LEVEL
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
CC
B
B
PHONES
L R
AUTO
REC MUTING RECPAUSE
RESET MEMORY
POWER
DIRECTION MODE
EJECT
SYNCHRO
FADER ARL
AMS
1
Schakel de versterker in en kies de stand voor cassette-
weergave.
2
Schakel het cassettedeck in met de POWER
schakelaar, open de cassettehouder door de
EJECT § toets volledig in te drukken en
plaats een cassette.
3
Kies de DIRECTION MODE omkeerfunctie (alleen voor
TC-RE340).
Voor afspelen van: Stelt u in op:
Eén cassettekant A
Beide kanten eenmaal Å
Beide kanten* a
* In deze standen stopt het deck automatisch na vijf maal afspelen.
4
Druk op de · weergavetoets.
Het deck start de weergave van de cassette. Stel de
geluidssterkte op de versterker naar wens in.
Druk niet op de POWER schakelaar of de EJECT §
uitwerptoets terwijl de band loopt. Dit kan beschadiging
van de band veroorzaken.
Voor het: Drukt u op:
Zie blz. 4 voor aanwijzingen
betreffende het aansluiten.
z
Afspelen van de cassette die
is opgenomen met Dolby*
NR ruisonderdrukking
Stel DOLBY NR in op
hetzelfde type
ruisonderdrukking, B of C als
waarmee de cassette is
opgenomen.
Overigens zal de gekozen
ruisonderdrukking, B of C,
bij weergave gelijk blijven
voor beide kanten van de
cassette, aangezien het MPX-
filter alleen tijdens opname
werkt.
z Voor luisteren via een
hoofdtelefoon sluit u deze
aan op de PHONES
stekkerbus
Met de kant voor
afspelen naar u
toe gericht.
Stoppen met afspelen p
Beginnen met afspelen aan de achterkant
(alleen voor TC-RE340)
ª
Pauzeren PAUSE P. Druk nogmaals op deze toets
wanneer u het afspelen wilt hervatten.
Snel vooruit- of terugspoelen ) of 0 in de stopstand
Uitnemen van de cassette EJECT § nadat het afspelen gestopt is
* “DOLBY” het dubbel D
symbool a en “HX Pro” zijn
handelsmerken van: Dolby
Laboratories Licensing
Corporation.
6
NL
Basisbediening
Maken van bandopnamen
Zie blz. 4 voor aanwijzingen
betreffende het aansluiten.
3
2
45
OFF
MPX
FILTER
DOLBY NR
BALANCE
AUTO CAL
REC LEVEL
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
CC
B
B
PHONES
L R
AUTO
REC MUTING RECPAUSE
RESET MEMORY
POWER
DIRECTION MODE
EJECT
SYNCHRO
FADER ARL
AMS
1
Schakel de versterker in en start de weergave van de
geluidsbron die u wilt opnemen.
2
Schakel het cassettedeck in met de
POWER schakelaar, open de
cassettehouder door de EJECT § toets
volledig in te drukken en plaats een
cassette.
3
Kies de DIRECTION MODE omkeerfunctie (alleen voor
TC-RE340).
Voor opnemen op: Stelt u in op:
Eén cassettekant A
Beide kanten eenmaal* Å
Beide kanten* a
* In alle gevallen stopt het opnemen aan het eind van de achterste cassettekant.
4
Druk op de REC r opnametoets.
De AUTO-indicator knippert en het deck stelt automatisch het
opnameniveau in (zie blz. 10). Stop de weergave van de
geluidsbron nadat de AUTO indicator continu brandt. Indien u
het opnameniveau zelf wilt instellen, ga dan naar “Handmatig
het opnameniveau instellen” op blz. 7.
Druk niet op de POWER schakelaar of de EJECT §
uitwerptoets terwijl de band loopt. Dit kan beschadiging
van de band veroorzaken.
z Wanneer bij stap 4 de
indicator ª gaat branden
(alleen bij de TC-RE340)
Druk eenmaal op · om van
bandlooprichting te
veranderen en ga daarna
door naar stap 5.
Met de kant voor
opnemen naar u
toe gericht.
7
NL
Basisbediening
Basisbediening
Voor type I
of II cassettes
Voor type IV
cassettes
z Beveiligen van
bandopnamen tegen per
ongeluk wissen
Breek het wispreventienokje
van de te beveiligen
cassettekant(en) uit
(zie blz. 14).
z Het Dolby HX Pro* systeem
werkt automatisch tijdens
opname (alleen voor
TC-RE340)
Vervorming en ruis in de
hoge frequentierespons
worden verminderd voor een
hoogwaardige
geluidskwaliteit bij het
afspelen met dit deck en
tevens bij weergave met
andere cassettedecks.
Opmerking
Wanneer het opnameniveau
automatisch is ingesteld, blijft het
toch nog mogelijk dat er
vervorming optreedt, afhankelijk
van de geluidsbron die u
opneemt. In dat geval draait u de
REC LEVEL regelaar naar links
om het niveau te verlagen.
* HX Pro headroom extension
ontwikkeld door Bang &
Olufsen en geproduceerd onder
licentie van: Dolby Laboratories
Licensing Corporation.
“DOLBY” het dubbel D
symbool a en “HX Pro” zijn
handelsmerken van: Dolby
Laboratories Licensing
Corporation.
5
Druk op de PAUSE P toets of de · toets.
Het opnemen begint.
6
Start de weergave van de geluidsbron opnieuw.
Voor het: Drukt u op:
Stoppen met opnemen p
Beginnen met opnemen aan de achterkant ª tweemaal in stap 5
(alleen voor TC-RE340)
Pauzeren PAUSE P. Druk nogmaals op deze toets
wanneer u het opnemen wilt hervatten.
Uitnemen van de cassette EJECT § nadat het opnemen gestopt is
Gebruik de aangegeven schakelaars en regelaar voor het
uitvoeren van de volgende functies
REC LEVEL
DOLBY NR
OFF
MPX
FILTER
DOLBY NR
BALANCE
AUTO CAL
REC LEVEL
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
CC
B
B
PHONES
L R
AUTO
REC MUTING RECPAUSE
SYNCHRO
FADER ARL
AMS
Opnemen met Dolby NR ruisonderdrukking
Draai de DOLBY NR keuzeschakelaar rechtsom naar de stand voor het
gewenste type ruisonderdrukking (B of C) alvorens u begint met opnemen.
Opnemen van een FM radio-uitzending met Dolby NR ruisonderdrukking
Draai de DOLBY NR keuzeschakelaar linksom naar de stand voor het
gewenste type ruisonderdrukking (B of C met MPX-FILTER) alvorens u begint
met opnemen. Dit schakelt het multiplex-filter in, om de Dolby
ruisonderdrukking doeltreffender te laten werken. (Zie voor nadere
bijzonderheden over het multiplex-filter de “Verklarende woordenlijst”
op blz. 18.)
Handmatig het opnameniveau instellen
Nadat u in stap 4 op blz. 6 op de REC
r toets heeft gedrukt, draait u de REC
LEVEL regelaar zodat de
piekniveaumeters de aanbevolen
waarde voor het gebruikte cassettetype
aangeven. Na het instellen moet u de
weergave stoppen en naar stap 5 gaan.
+6
R
L
dB –30 –20 –10 –4 0 +2 +4 +8
a
8
NL
Speciale opnamefuncties
Opzoeken van een muziekstuk
(Multi-AMS/Automatische
weergavestart/Geheugen-
afspeelfunctie)
U kunt snel het begin van een muziekstuk, tot 30
nummers voor- of achteruit, opzoeken (met de Multi-
Automatische Muziek Sensor) of snel teruggaan naar
het begin van de band, om de weergave daar te starten
(Automatische weergavestart).
Ook kunt u elk willekeurig punt op de band
vastleggen, om dit snel weer op te zoeken (Geheugen-
afspeelfunctie).
h/H )0
RESET MEMORY
OFF
MPX
FILTER
DOLBY NR
BALANCE
AUTO CAL
REC LEVEL
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
CC
B
B
PHONES
L R
AUTO
REC MUTING RECPAUSE
RESET MEMORY
POWER
DIRECTION MODE
EJECT
SYNCHRO
FADER ARL
AMS
Opmerking
Controleer eerst de richtingsindicator van het deck. Voor het
opzoeken van een muziekstuk op de achterkant van de
cassette (wanneer de ª indicator gaat branden), drukt u op
de toets(en) die hieronder tussen haakjes zijn aangegeven.
Voor opzoeken van: Drukt u op:
Het begin van het
volgende of latere
muziekstukken
(Multi-AMS)
) (of 0), zo ver als u wilt
zoeken, tijdens weergave.
Om bij voorbeeld 2 muziekstukken
verder te gaan, drukt u tweemaal.
Het begin van het
weergegeven
muziekstuk
(Multi-AMS)
0 (of )), eenmaal, tijdens
weergave.
Het begin van een
voorgaand muziekstuk
(Multi-AMS)
0 (of )), zo ver als u terug wilt
zoeken, tijdens weergave.
Om bij voorbeeld 2 muziekstukken
terug te gaan, drukt u driemaal.
Het begin van de band
(Automatische
weergavestart)
de MEMORY toets van het deck dat
u gebruikt, net zovaak tot de “M”
aanduiding in het uitleesvenster
dooft. Dan drukt u op 0 (of )),
terwijl u · (of ª) ingedrukt
houdt.
Een bepaald punt op de
band (Geheugen-
afspeelfunctie)
de MEMORY toets van het deck dat
u gebruikt, net zovaak tot de “M”
aanduiding in het uitleesvenster
oplicht. Zoek dan het gewenste
punt op de band op en druk daar
op de RESET toets, om de
bandteller op nul te zetten en het
punt in het geheugen vast te
leggen. Om later terug te keren
naar het vastgelegde punt en daar
de weergave te starten, drukt u op
0 (of )), terwijl u · (of ª)
ingedrukt houdt.
(Druk alleen op 0 of ) als u
slechts wilt stoppen bij “00 00”.)
Opmerkingen
De Multi-AMS zoekfunctie kan wel eens niet naar behoren
werken als:
de pauzes tussen de muziekstukken minder dan
4 seconden lang zijn;
er binnen een muziekstuk een bijzonder zachte passage
is, of een passage met alleen zeer lage tonen;
de geluidssterkte van het linker en rechter kanaal zeer
verschillend is.
Ook al staat de DIRECTION MODE schakelaar in de Å
of a stand, bij de zoekfuncties zal de bandloop stoppen
aan het eind van de beluisterde cassettekant. (Alleen voor
TC-RE340)
Bij uitschakelen van het cassettedeck zullen beide
bandtellers op “00 00” komen te staan.
Speciale afspeelfuncties
9
NL
Speciale opnamefunctiesSpeciale opnamefuncties
Automatische ijking van de
voormagnetisatie en het
opnameniveau
(alleen voor TC-RE340)
Er zijn vele verschillende soorten cassettes
verkrijgbaar, met uiteenlopende magnetische
kenmerken. Alhoewel de automatische
bandsoortinstelling (ATS) van dit cassettedeck
automatisch de opname/weergavecorrectie en de
voormagnetisatie aanpast aan de magnetische
eigenschappen van de gebruikte bandsoort, krijgt u de
beste opnameresultaten door gebruik te maken van de
automatische ijkingsfunctie voor de
voormagnetisatiestroom en het opnameniveau.
AUTO CAL
PAUSE P
OFF
MPX
FILTER
DOLBY NR
BALANCE
AUTO CAL
REC LEVEL
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
CC
B
B
PHONES
L R
AUTO
REC MUTING RECPAUSE
RESET MEMORY
POWER
DIRECTION MODE
EJECT
SYNCHRO
FADER ARL
AMS
1 Plaats de cassette waarop u wilt opnemen in het
cassettedeck.
Let op dat de wispreventienokjes van de cassette
niet zijn uitgebroken.
2 Druk op de AUTO CAL toets tot de aanduiding
“CAL” in het uitleesvenster verschijnt.
Opmerking
Als het wispreventienokje van die kant is uitgebroken
(zie blz. 14), gaat de aanduiding “AUTO CAL” in het
uitleesvenster driemaal knipperen en dan kan de
automatische ijking niet plaatsvinden.
3 Druk op de PAUSE P toets om de automatische
ijkingsprocedure te starten.
De automatische ijking van de geplaatste cassette
begint (er worden testtonen op de band
opgenomen, teruggespoeld en ter kontrole
weergegeven).
Tijdens het ijken zal de bandteller terugtellen van
9 tot 0.
CA L9

AUTO
CAL
REC
Na afloop van de automatische ijking wordt de
band naar de uitgangsstand teruggespoeld, keert
de teller terug naar zijn normale funktie en komt
het cassettedeck in de stopstand.
4 Nu kunt u met opnemen beginnen (zie blz. 6).
Uitschakelen van de automatische ijkingsfunktie
Druk op de p stoptoets.
Als de “AUTO CAL” aanduiding blijft knipperen
Dan is het automatische ijkingsproces onderbroken,
door een van de volgende oorzaken:
Het einde van de band is bereikt. Schakel over op
de andere cassettekant of spoel de band terug naar
een punt waar de testtoon wel opgenomen kan
worden.
De band is beschadigd of de koppen zijn vuil.
Gebruik een andere cassette of maak de koppen
schoon en demagnetiseer deze (zie blz. 14).
Opmerkingen betreffende de ijkingsfunktie
Zolang het cassettedeck ingeschakeld is, blijven alle
ijkingsgegevens bewaard en worden deze toegepast
wanneer een cassette van hetzelfde type (I, II of IV)
wordt geplaatst. De “AUTO CAL” aanduiding zal bij
het insteken van een cassette oplichten, om aan te
geven dat er eerder vastgelegde ijkingsgegevens
worden toegepast. Aangezien er echter ook bij
cassettes van hetzelfde type nog variaties in de
opnamekarakteristieken kunnen voorkomen, verdient
het aanbeveling de ijking opnieuw uit te voeren,
telkens wanneer een nieuwe cassette in het apparaat
wordt geplaatst. Eerst dient u de bestaande
ijkingsgegevens te wissen, door op de AUTO CAL
toets te drukken tot de “AUTO CAL” aanduiding
dooft. Daarna volgt u weer de aanwijzingen voor de
automatische ijking, vanaf stap 2.
10
NL
Speciale opnamefuncties
Automatische instelling van
het opnameniveau
(Auto Rec Level)
Met de Auto Rec Level functie wordt het
pieksignaalniveau automatisch gemeten en het
opnameniveau overeenkomstig automatisch ingesteld.
AUTO indicator
ARL
OFF
MPX
FILTER
DOLBY NR
BALANCE
AUTO CAL
REC LEVEL
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
CC
B
B
PHONES
L R
AUTO
REC MUTING RECPAUSE
RESET MEMORY
POWER
DIRECTION MODE
EJECT
SYNCHRO
FADER ARL
AMS
De Auto Rec Level-functie werkt gewoonlijk wanneer
u opneemt volgens de procedure die staat beschreven
bij “Maken van bandopnamen” op blz. 6.
Uitschakelen van de Auto Rec Level functie
Druk op ARL of draai de REC LEVEL regelaar zodat
de AUTO indicator uitgaat. Indien u een van deze
handelingen tijdens opname uitvoert, zal de opname
worden voortgezet zonder de functie voor het
automatisch instellen van het opnameniveau.
Stoppen van de opname
Druk op p.
z Hoe de Auto Rec Level functie het opnameniveau
bepaalt
Tijdens het knipperen van de AUTO indicator stelt het
deck het opnameniveau zo hoog als mogelijk, zonder
vervorming te veroorzaken, in. Indien het signaalniveau
sterk wordt verhoogd nadat de opname is gestart, zal
het deck het opnameniveau geleidelijk verlagen.
z Onder de volgende omstandigheden moet u het
opnameniveau handmatig instellen met de REC
LEVEL regelaar:
Het opnameniveau kan niet automatisch juist worden
ingesteld vanwege veel ruis van de geluidsbron.
Het niveau van de geluidsbron is te laag en het
opnameniveau wordt niet automatisch verhoogd.
Tijdens rustige gedeelten in een geluidsbron, bij
voorbeeld bij klassieke muziek, wordt het
opnameniveau mogelijk niet gedurende een bepaalde
tijd verhoogd. Indien er later in het muziekstuk een
gedeelte met een hoog niveau is, moet u dat gedeelte
eerst afspelen zodat de juiste instelling kan worden
gemaakt.
Het opnameniveau wordt voor langere tijd niet
verhoogd. De Auto Rec Level functie werkt mogelijk
niet wanneer u geluid van een grafische equalizer
met signalen van extreem hoog niveau opneemt.
z Opname met een optimaal opnameniveau
Om veranderingen in het opnameniveau te
voorkomen na het starten van een opname, drukt u
eerst op REC r tijdens weergave van het gedeelte
met het hoogste niveau van de geluidsbron die u wilt
opnemen. U zult zo een natuurgetrouwere opname
krijgen.
Indien u de gehele geluidsbron weergeeft nadat de
AUTO indicator niet meer knippert maar continu
brandt, zal het deck het opnameniveau
overeenkomstig het gedeelte van de geluidsbron met
de hoogste signalen instellen.
z De instelling voor het opnameniveau blijft bewaard
nadat de opname is gestopt
Nadat u een opname met de Auto Rec Level functie
heeft beëindigd, zal de AUTO indicator aan blijven en
de instelling voor het opnameniveau hetzelfde blijven.
Voer één van de volgende handelingen uit om de
instelling te annuleren:
Druk op ARL zodat de AUTO indicator uitgaat.
Draai de REC LEVEL regelaar.
Schakel het deck uit.
11
NL
Speciale opnamefuncties
In- en uit-faden van het geluid
(Fader)
U kunt het opnameniveau bij het begin van een
opname geleidelijk op laten komen (fade-in) of bij het
eind van een opname laten wegsterven (fade-out).
Gebruik deze functie bij voorbeeld wanneer het eind
van een cassettekant wordt bereikt maar u het
muziekstuk niet abrupt af wil breken.
AUTO indicator
FADER
OFF
MPX
FILTER
DOLBY NR
BALANCE
AUTO CAL
REC LEVEL
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
CC
B
B
PHONES
L R
AUTO
REC MUTING RECPAUSE
RESET MEMORY
POWER
DIRECTION MODE
EJECT
SYNCHRO
FADER ARL
AMS
Voor Handeling:
Fade in 1 Voer stap 1 t/m 4 uit van “Maken van
bandopnamen” op blz. 6.
2 Start met de weergave van de
programmabron en druk op de
FADER toets bij het punt waar u wilt
beginnen met de fade-in. Tijdens het
in-faden zal de AUTO indicator
knipperen. Na afloop van het in-faden
blijft de AUTO indicator branden
wanneer de Auto Rec Level functie
werkt, of gaat de indicator uit als de
Auto Rec Level functie niet werkt.
Fade out Terwijl er nog steeds wordt opgenomen,
drukt u op de FADER toets bij het punt
waar u met de fade-out wilt beginnen. Na
de fade-out zal “REC” in het
uitleesvenster knipperen en het deck in
de pauzefunctie schakelen.
Opmerking
Fade-in of fade-out is niet mogelijk wanneer u de REC
LEVEL regelaar met de hand heeft ingesteld op 0 (de
minimale waarde) (zie blz. 7).
Invoegen van onbespeelde
bandgedeelten tijdens
opnemen (opnamedemping)
U kunt een pauze van 4 seconden tussen iedere twee
muziekstukken invoegen. Aan de hand van de
tussenpauzes zult u gemakkelijk het begin van alle
nummers kunnen terugvinden met de Multi-AMS
zoekfunctie (zie blz. 8). Ook kunt u deze
opnamedemping gebruiken om ongewenste geluiden,
zoals applaus of reclame, van de band te wissen.
PAUSE P REC MUTING R
OFF
MPX
FILTER
DOLBY NR
BALANCE
AUTO CAL
REC LEVEL
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
CC
B
B
PHONES
L R
AUTO
REC MUTING RECPAUSE
RESET MEMORY
POWER
DIRECTION MODE
EJECT
SYNCHRO
FADER ARL
AMS
1 Volg de stappen 1 t/m 5 van “Maken van
bandopnamen” op blz. 6 en 7.
Het opnemen begint.
2 Druk op de REC MUTING R
opnamedempingstoets bij het punt waar u een
pauze wilt invoegen.
In het uitleesvenster gaat de aanduiding “REC”
knipperen en op de band wordt een onbespeeld
gedeelte ingevoegd.
Na 4 seconden gaat de P pauze-indicator aan en
komt het cassettedeck in de opnamepauzestand te
staan.
3 Druk op de PAUSE P of · toets wanneer u het
opnemen wilt hervatten.
z Voor het invoegen van een pauze van meer dan
4 seconden
Houd de REC MUTING R opnamedempingstoets zo
lang ingedrukt als u wilt. Na 4 seconden zal de “REC”
aanduiding sneller gaan knipperen.
Wanneer u de REC MUTING R toets loslaat, gaat de P
pauze-indicator aan en komt het cassettedeck in de
opnamepauzestand te staan.
Druk op de PAUSE P of · toets wanneer u het
opnemen wilt hervatten.
12
NL
Speciale opnamefuncties
Synchroon-opname vanaf een
CD-speler via een CONTROL
A1 aansluiting
Met een druk op de SYNCHRO toets kunt u het
opnemen van compact discs op uw cassettedeck geheel
synchroon starten met een Sony CD-speler die is
aangesloten op de CONTROL A1
aansluiting, via een
A1
bedieningssnoer (niet meegeleverd). De A1
bedieningsaansluiting biedt meer geavanceerde
functies dan de CD synchroon-opnamefunctie die bij
oudere cassettedecks slechts via de afstandsbediening
beschikbaar was. Nadere informatie over de diverse
bedieningsfuncties die het A1
bedieningssnoer biedt
kunt u vinden in het supplement van deze
gebruiksaanwijzing.
PAUSE P
DIRECTION MODE
SYNCHRO
h/H
OFF
MPX
FILTER
DOLBY NR
BALANCE
AUTO CAL
REC LEVEL
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
CC
B
B
PHONES
L R
AUTO
REC MUTING RECPAUSE
RESET MEMORY
POWER
DIRECTION MODE
EJECT
SYNCHRO
FADER ARL
AMS
1 Stel de geluidsbron-kiezer van uw versterker in
op CD weergave.
2 Plaats een compact disc in de CD-speler.
3 Kies op de CD-speler de gewenste afspeelfunctie
(CONTINUE, SHUFFLE of PROGRAM
weergave).
4 Plaats een cassette.
5 Kies de kant(en) van de cassette waarop u wilt
opnemen (alleen voor TC-RE340).
Voor opnemen op Zet u de DIRECTION MODE
schakelaar op
Slechts één cassettekant A
Beide kanten Å of a
6 Druk op de SYNCHRO toets.
Als uw CD-speler is voorzien van een
piekzoekfunctie
Het indicatorlampje van de SYNCHRO toets gaat aan en
de CD-speler gaat op zoek naar de hoogste
signaalpieken in de op te nemen muziekstukken,
waarbij het cassettedeck het opnameniveau aanpast.
Om bij de TC-RE340 op te nemen op de andere kant van
de band, dient u · of ª in te drukken voordat het
instellen van het opnameniveau is voltooid.
Zodra het instellen van het opnameniveau is voltooid,
begint automatisch de CD synchroon-opname.
Indien uw CD-speler niet beschikt over een
piekzoekfunctie
De CD-speler komt in de weergave-pauzestand te staan
en cassettedeck in de opname-pauzestand. Om bij de
TC-RE340 op te nemen op de andere kant van de band,
dient u · of ª in te drukken voordat het instellen
van het opnameniveau is voltooid. Druk nu op PAUSE
P van het cassettedeck om de synchroon-opname te
starten.
Stoppen met synchroon opnemen
Druk op p van het cassettedeck of de CD-speler.
z U kunt voor de bediening van de CD-speler ook een
afstandsbediening (niet meegeleverd) gebruiken
Voor het afspelen van een compact disc drukt u
tweemaal op de P pauzetoets; voor het pauzeren van
de CD-weergave drukt u eenmaal op de P pauzetoets;
voor het opzoeken van een muziekstuk op de CD drukt
u op de = of + toets.
z Als het indicatorlampje van de SYNCHRO toets
uitgaat nadat het lampje snel geknipperd heeft
Dan is de geplaatste cassette niet geschikt voor
opnemen omdat de wispreventienokje(s) van de cassette
is (zijn) uitgebroken.
z Lengte van de cassette voor opnemen
De lengte van muziekstukken op een compact disc kan
sterk variëren. Veel klassieke CD's bevatten
muziekstukken die langer zijn dan een enkele
cassettekant. In dat geval dient u de muziek van de
compact disc handmatig op te nemen.
z Bij opnemen vanaf een punt halverwege de
cassetteband
Elke cassette die na het plaatsen nog niet is afgespeeld
of waarop nog niet is opgenomen, wordt door het
cassettedeck beschouwd als een nieuwe cassette, ook al
is de band al halverwege opgespoeld. Voor het
beginnen met de CD synchroon-opname zal het
cassettedeck de band altijd eerst 10 seconden laten
doorlopen, om zo de aanloopband van een nieuwe
cassette over te slaan. Om nu te voorkomen dat de CD
synchroon-opnamefunctie een overbodige tien
seconden stilte ergens halverwege de band inlast, dient
u te zorgen dat het deck de cassette niet als nieuw
beschouwt, eenvoudigweg door de cassette na het
plaatsen ongeveer tien seconden af te spelen of
desgewenst een proefopname te maken.
z Als tijdens CD synchroon-opname het einde van de
voorkant van de cassette (· gaat aan) wordt
bereikt terwijl de DIRECTION MODE schakelaar op
Å of a staat (alleen voor TC-RE340)
Het opnemen van het onderbroken muziekstuk stopt
onmiddellijk, de bandloop verandert van richting en het
opnemen begint weer vanaf het begin van hetzelfde
muziekstuk. Bij het bereiken van het einde van de
achterkant van de cassette (ª gaat aan) stopt de CD
synchroon-opname geheel en stopt automatisch ook de
weergave van de CD-speler.
Opmerkingen
Om te voorkomen dat de opname van de compact disc
wordt onderbroken, mag u tijdens de CD synchroon-opname
geen van de bedieningstoetsen van de CD-speler indrukken.
Bepaalde toetsen van het cassettedeck zullen niet werken
tijdens CD synchroon-opname.
13
NL
Speciale opnamefuncties
Synchroon-opname vanaf een
CD-speler met behulp van een
afstandsbediening Z
Met een druk op de START toets van de los
verkrijgbare afstandsbediening RM-J910/J710 (niet
meegeleverd), kunt u het opnemen van compact discs
op uw cassettedeck geheel synchroon starten met een
Sony CD-speler. Deze functie is alleen beschikbaar bij
Sony CD-spelers die geschikt zijn voor
afstandsbediening.
Opmerking
Gebruik op de RM-J910 de toetsen voor deck B.
RM-J910 (voor TC-RE340)
START
STANDBY STOP
PRESET
RM-J710 (voor TC-KE240)
START
STANDBY STOP
1 Stel de geluidsbron-kiezer van uw versterker in
op CD-weergave.
2 Steek een compact disc in de CD-speler en kies op
de CD-speler de gewenste afspeelfunctie
(CONTINUE, SHUFFLE of PROGRAM).
3 Plaats een cassette.
4 Kies de kant(en) waarop u wilt opnemen (alleen
voor TC-RE340).
Voor opnemen op Zet u de DIRECTION MODE
schakelaar op
Slechts één cassettekant A
Beide kanten Å of a
5 Druk op STANDBY.
De CD-speler komt in de weergave-pauzestand te
staan en het cassettedeck in de opname-
pauzestand.
Om op de andere cassettekant op te nemen
Druk eenmaal op de ª toets (alleen voor RM-J910).
6 Druk op de START toets.
Stoppen met synchroon opnemen
Druk op de STOP toets.
z Wanneer bij stap 5 de indicator ª gaat branden
(alleen bij de TC-RE340)
Druk eenmaal op · om van bandlooprichting te
veranderen en ga daarna door naar stap 6.
z Als uw CD-speler is voorzien van een
piekzoekfunctie
Na het uitvoeren van de bovenstaande stappen 1 t/m 3
drukt u op de PRESET toets om de Auto Rec Level
functie (zie blz. 10) in te schakelen. Ga vervolgens door
naar stap 4 (alleen voor RM-J910).
z U kunt de afstandsbediening gebruiken voor de
bediening van de CD-speler
Voor het afspelen van een compact disc drukt u
tweemaal op de P pauzetoets; voor het pauzeren van
de CD-weergave drukt u eenmaal op de P pauzetoets;
voor het opzoeken van een muziekstuk op de CD drukt
u op de = of + toets.
Opmerking
Sommige CD-spelers beginnen niet met afspelen wanneer u
op de START toets drukt. In dat geval drukt u op de P toets
van de CD-speler om te beginnen met afspelen.
14
NL
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen
Veiligheid
Open onder geen enkele voorwaarde de behuizing van het
cassettedeck, aangezien dit kan leiden tot elektrische
schokken. Laat onderhoud en reparaties over aan de
erkende vakman.
Mocht er vloeistof of een voorwerp in het inwendige van
het apparaat terechtkomen, verbreek dan de aansluiting
op het stopcontact en laat het cassettedeck eerst door een
deskundige nakijken alvorens dit weer in gebruik te
nemen.
Stroomvoorziening
Controleer, alvorens het cassettedeck in gebruik te nemen,
of de bedrijfsspanning van het apparaat overeenkomt met
de plaatselijke netspanning. De bedrijfsspanning van het
cassettedeck staat vermeld op het naamplaatje op het
achterpaneel van het apparaat.
Het apparaat blijft op de stroombron (netspanning)
aangesloten zolang de stekker in het stopcontact zit, zelfs
indien het systeem zelf is uitgeschakeld.
Verbreek de aansluiting van het netsnoer op het
stopcontact wanneer u denkt het cassettedeck geruime tijd
niet te gebruiken. Trek voor het verbreken van de
aansluiting op het stopcontact altijd aan de stekker en
nooit aan het snoer zelf.
Het netsnoer mag alleen vervangen worden bij een erkend
servicecentrum.
Bediening
Een beveiligingsmechanisme zorgt dat de functietoetsen
niet werken als de cassettehouder niet volledig gesloten is,
als er geen cassette in de houder aanwezig is of als de
cassette niet goed geplaatst is.
Stop het bandtransport alvorens het cassettedeck uit te
schakelen. Dit nalaten kan de band beschadigen.
Opstelling
Plaats het cassettedeck op een plek met voldoende
ventilatie om inwendige verhitting van het apparaat te
voorkomen.
Plaats het cassettedeck nooit:
— op een zacht oppervlak of hoogpolig tapijt, aangezien
hierdoor de ventilatieopeningen aan de onderzijde
geblokkeerd kunnen worden;
— in de buurt van een warmtebron;
— op een plaats waar het blootstaat aan direct zonlicht;
— op een hellend oppervlak;
— in een stoffige omgeving of ergens waar het
blootgesteld wordt aan mechanische schokken of
trillingen.
Reinigen van het cassettedeck
Veeg de behuizing, het voorpaneel en de bedieningsorganen
schoon met een zachte doek, licht bevochtigd met een mild
schoonmaakmiddel. Gebruik geen schuurspons of
schuurmiddelen en ook geen oplosmiddelen zoals
wasbenzine of alcohol (spiritus).
Mocht u vragen of problemen met de bediening van
het apparaat hebben die in deze gebruiksaanwijzing
niet aan de orde komen, aarzel dan niet contact op te
nemen met de dichtstbijzijnde Sony handelaar.
Kant A
Wispreventienokje
voor kant B
Wispreventienokje
voor kant A
Opmerkingen betreffende
cassettes
Beveiligen van de opnamen op kant A of B
Breek het betreffende wispreventienokje eruit.
Een eenmaal beveiligde cassette weer geschikt
maken voor opname
Bedek de ontstane opening(en) met plakband.
Bij gebruik van type II (CrO
2
) of type IV (metaalband)
cassettes mag u de bandsoortuitsparingen niet
bedekken, anders kan de automatische
bandsoortinstelling het type band niet naar behoren
aflezen.
Betreffende cassettes langer dan 90 minuten
Het gebruik van cassettes die langer zijn dan
90 minuten wordt niet aangeraden, tenzij u langdurig
achtereen wilt kunnen opnemen of afspelen. De uiterst
dunne band in dergelijke cassettes kan gemakkelijk
uitrekken en verstrikt raken.
Behandelen van cassettes
Voorkom het bandoppervlak met uw vingers aan te
raken, aangezien zelfs het geringste vuil of stof aan
de koppen van het apparaat zal blijven kleven.
Houd cassettes uit de buurt van apparatuur waarin
een krachtige magneet aanwezig is, zoals
luidsprekers en versterkers, aangezien de magneet
de opnamen zou kunnen vervormen en/of
gedeeltelijk wissen.
Stel cassettes niet bloot aan direct zonlicht, extreem
lage temperaturen of vocht.
Aanvullende informatie
Type IV (metaalband)Type II (CrO2)
Bandsoortuitsparingen Bandsoortuitsparingen
15
NL
Aanvullende informatie
Reinigen
* De TC-KE240 is uitgevoerd met één aandrukrol en één
capstan.
Reinigen van de koppen en het
bandloopwerk
De koppen en het bandloopwerk van het cassettedeck
dienen om de tien gebruiksuren gereinigd te worden,
anders kunnen de volgende problemen ontstaan:
verminderde geluidskwaliteit
verminderde geluidssterkte
overmatige snelheidsfluctuaties
wegvallend geluid
onvolledig wissen
tegenvallende opnameresultaten
Om echter verzekerd te kunnen zijn van de beste
opnamekwaliteit, verdient het aanbeveling de koppen
en het bandloopwerk vóór iedere opname te reinigen.
1 Druk op de EJECT § uitwerptoets om de
cassettehouder te openen.
2 Schakel het cassettedeck uit en veeg de
bandkoppen, de aandrukrollen en de capstan-
assen schoon met een wattenstaafje, licht
bevochtigd met alcohol of een in de handel
verkrijgbare reinigingsvloeistof voor
cassettedecks.
Wacht daarna met het insteken van een cassette
totdat alle gereinigde delen geheel opgedroogd
zijn.
Demagnetiseren van de koppen
Na 20 à 30 gebruiksuren, of wanneer u een verlies aan
hoge tonen en/of een toename van ruis hoort, dient u
de bandkoppen te demagnetiseren met een in de
audio-handel verkrijgbaar demagnetiseerapparaatje.
Zie voor de bediening de handleiding van het
demagnetiseerapparaatje.
Kopmontage (TC-RE340)*
Opname/weergavekop
Wiskop
Aandrukrollen
Capstan-
assen
16
NL
Aanvullende informatie
Verhelpen van storingen
Mochten zich bij het gebruik van het cassettedeck de
volgende problemen voordoen, loop dan deze lijst van
controlepunten na en u zult de storing veelal
eenvoudig kunnen verhelpen. Blijft het probleem
echter onopgelost, neem dan contact op met uw
dichtstbijzijnde Sony handelaar.
De functietoetsen werken niet.
/Het cassettedeck is net ingeschakeld en zal dan ca.
3 seconden lang niet werken. Wacht tot de P
aanduiding stopt met knipperen.
/Controleer of de cassette op de juiste wijze in de
houder is geplaatst en of de cassettehouder goed
gesloten is.
Het afspelen of opnemen begint niet.
/Er is geen cassette in de houder aanwezig.
/Het einde van de band is bereikt.
/De band hangt te los. Trek de lussen in de band strak.
/Het wispreventienokje voor de betreffende cassettekant
is eruitgebroken (zie blz. 14).
/Controleer of de instellingen van de versterker juist
zijn.
/Controleer of alle aansluitingen van het cassettedeck in
orde zijn.
/Vervuilde koppen en/of bandloopwerk. Reinig deze
onderdelen (zie blz. 15).
/De opname/weergavekop is gemagnetiseerd.
Demagnetiseer de kop (zie blz. 15).
Overmatige snelheidsfluctuaties of wegvallend geluid.
/De capstan-assen en de aandrukrollen zijn vuil. Reinig
deze onderdelen (zie blz. 15).
Terugvallende geluidssterkte, wegvallend geluid en
slechte weergave van de hoge tonen/Onvolledig wissen/
Ruis en bijgeluiden.
/De opname/weergavekop of wiskop en het
bandloopwerk is vuil. Reinig deze onderdelen (zie
blz. 15).
/De opname/weergavekop of wiskop is
gemagnetiseerd. Demagnetiseer deze onderdelen (zie
blz. 15).
Brom of andere storende geluiden.
/Het cassettedeck staat te dicht bij een TV-toestel of
videorecorder. Zet de audio- en de video-apparatuur
verder uit elkaar.
/Het cassettedeck staat op of onder de versterker. Zet
deze apparaten verder uit elkaar.
Ongebalanceerde toonkarakteristiek of klankkleur.
/Controleer of de DOLBY NR schakelaar in dezelfde
stand staat als waarmee de cassette werd opgenomen.
/Het cassettedeck staat op of onder de versterker. Zet
deze apparaten verder uit elkaar.
De bandloop stopt voordat de band geheel is op- of
teruggespoeld.
/ De band hangt te los. Trek de lussen in de band strak.
/ Als er een “M” in het uitleesvenster wordt aangegeven,
drukt u net zovaak op de MEMORY toets totdat de
“M” verdwijnt.
/ De cassette is kromgetrokken. Gebruik een andere
cassette.
De Multi-AMS zoekfunctie werkt niet naar behoren.
/ Binnen een muziekstuk is er een lange pauze, een
bijzonder zachte passage, een passage met alleen zeer
lage tonen, of een zeer geleidelijk opkomend of
wegstervend geluid.
/ Een pauze tussen de muziekstukken is minder dan
4 seconden lang. Voeg een pauze van 4 seconden in
met behulp van de REC MUTING R
opnamedempingstoets.
/ De geluidssterkte van het linker en rechter kanaal is
zeer verschillend.
/ Er klinkt teveel geluid in een pauze tussen de
muziekstukken.
/ De ) (of 0) snelspoeltoets is te kort voor het eind
of te snel na het begin van een muziekstuk ingedrukt.
Bij het snelspoelen klinken er bijzonder veel bijgeluiden.
/ Lawaaiig snelspoelen kan bij bepaalde cassettes
voorkomen, maar het wijst niet op mechanische
problemen.
De EJECT § uitwerptoets werkt niet.
/ Het cassettedeck is bezig met opnemen of afspelen van
een cassette. Druk eerst op de p stoptoets of de PAUSE
P toets om het opnemen of afspelen te stoppen,
alvorens u op de EJECT § uitwerptoets drukt.
/ Er is een stroomonderbreking opgetreden, het
cassettedeck is uitgeschakeld of de stekker is uit het
stopcontact getrokken terwijl de band nog liep. Sluit de
stroom weer aan en schakel het cassettedeck eenmaal
uit en zet het dan weer aan.
17
NL
Aanvullende informatie
Technische gegevens
Systeem
Opnamesysteem
4 sporen, 2 kanalen stereo
Snelspoeltijd (bij benadering)
100 seconden (met een Sony C-60 cassette)
Voormagnetisatie
Wisselstroom-voormagnetisatie
Signaal/ruisverhouding (bij piekniveau, gewogen, zonder Dolby NR
ruisonderdrukking)
Type I cassettes, Sony Type I (NORMAL): 55 dB
Type II cassettes, Sony Type II (HIGH): 57 dB
Type IV cassettes, Sony Type IV (METAL): 58 dB
Verbetering in de signaal/ruisverhouding (bij benadering)
Dolby B ruisonderdrukking: 5 dB bij 1 kHz,
10 dB bij 5 kHz
Dolby C ruisonderdrukking: 15 dB bij 500 Hz,
20 dB bij 1 kHz
Harmonische vervorming
0,4% (met Type I cassette, Sony Type I (NORMAL): 160
nWb/m, 315 Hz, derde harmonische vervorming)
1,8% (met Type IV cassette, Sony Type IV (METAL): 250
nWb/m, 315 Hz, derde harmonische vervorming)
Frequentiebereik (zonder Dolby NR ruisonderdrukking)
Bandsoort
Snelheidsfluctuaties
±0,15% Piek gewogen (IEC)
0,1% RMS gewogen (NAB)
±0,2% Piek gewogen (DIN)
Ingangen
Lijningangen (tulpstekkerbussen)
Gevoeligheid: 0,16 V
Ingangsimpedantie: 47 kOhm
Uitgangen
Lijnuitgangen (tulpstekkerbussen)
Nominale uitgangsspanning: 0,5 V bij
belastingsimpedantie 47 kOhm
Belastingsimpedantie: meer dan 10 kOhm
Hoofdtelefoon (stereo klinkstekkerbus)
Uitgangsniveau: 0,25 mW bij belastingsimpedantie
32 ohm
Algemeen
Stroomvoorziening
Europa en sommige landen in Azië: 220 – 230 V
wisselstroom, 50/60 Hz
Australië: 240 V wisselstroom, 50/60 Hz
Overige landen: 110 – 120/220 – 240 V wisselstroom, 50/
60 Hz
Stroomverbruik
TC-RE340: 15 watt
TC-KE240: 14 watt
Afmetingen (ca.) (b/h/d)
430 × 120 × 290 mm
Gewicht (ca.)
3,3 kg
Bijgeleverd toebehoren
Zie blz. 4.
Los verkrijgbaar accessoire
Afstandsbediening RM-J910/J710
Neem voor nadere informatie betreffende de
verkrijgbaarheid van de afstandsbediening contact op
met uw dichtstbijzinde Sony handelaar.
Wijzigingen in ontwerp en technische gegevens voorbehouden,
zonder kennisgeving.
Type I normaalband-cassette
Sony Type I (NORMAL)
30 – 15.000 Hz (±3 dB, IEC),
20 – 16.000 Hz (±6 dB)
Type II chroomband-cassette
Sony Type II (HIGH)
30 – 16.000 Hz (±3 dB, IEC),
20 – 17.000 Hz (±6 dB)
Type IV metaalband-cassette
Sony Type IV (METAL)
30 – 18.000 Hz (±3 dB, IEC),
20 – 19.000 Hz (±6 dB),
30 – 13.000 Hz (±3 dB,
–4 dB opname)
18
NL
Aanvullende informatie
Verklarende woordenlijst
ATS
Automatische bandsoortinstelling (Automatic Tape
Selection). Met deze functie past het cassettedeck
automatisch de opname/weergavecorrectie en de
voormagnetisatiestroom aan bij de magnetische
eigenschappen van de gebruikte bandsoort.
Automatische ijkingsfunctie
Deze dient voor het optimaal instellen van de
voormagnetisatiestroom en het opnameniveau voor de
geplaatste cassette.
De automatische ijkingsfunctie werkt samen met de ATS
automatische bandsoortinstelling (zie hierboven) om met
elke cassette de beste opnameresultaten te verkrijgen.
Automatische opnameniveau-instelling
Dit is een functie die vóór het opnemen automatisch het
opnameniveau instelt, na waarneming van het piekniveau
van de geluidsbron.
Als de automatische opnameniveau-instelling daarna te
hoge geluidspieken waarneemt nadat het opnemen reeds
begonnen is, zal deze functie het opnameniveau geleidelijk
verminderen.
Dolby HX Pro
Het Dolby HX Pro systeem neemt tijdens opnemen
vervorming weg en vergroot tevens de uitstuurruimte van
de hoge tonen, de zogenaamde headroom. Cassettes die met
dit systeem zijn opgenomen, behouden bij het afspelen op
andere cassettedecks dezelfde hoge kwaliteit.
Dolby NR ruisonderdrukking
Het Dolby ruisonderdrukkingssysteem reduceert de
bandruis in de hoge frequenties, door zacht doorkomende
hoge tonen bij opname te versterken, om de bij weergave tot
het oorspronkelijke niveau terug te brengen.
Er bestaan vier typen Dolby ruisonderdrukking: A, B, C en S.
Type A is voor professioneel gebruik (dus niet op uw
cassettedeck) en de typen B, C en S voor huiskamer-gebruik.
Dolby S-type ruisonderdrukking zorgt voor de beste
onderdrukking van bandruis, gevolgd door de typen C en B.
Multi-AMS zoekfunctie
De Multi-Automatische Muziek Sensor dient om snel het
begin van een muziekstuk, tot 30 nummers voor- of
achteruit, op te zoeken, door waarneming van de
onbespeelde bandgedeelten (van minstens 4 seconden
lengte) tussen de muziekstukken.
Multiplex-filter
Het MPX multiplex-filter verwijdert de restsignalen van de
19 kHz stereo-draaggolf en de 38 kHz hulpdraaggolf van
radiozenders, die anders een juist funktioneren van de
Dolby ruisonderdrukking zouden kunnen belemmeren.
Tuners zijn over het algemeen met een dergelijk filter
uitgerust, maar als de resultaten bij het opnemen van FM
radio-uitzendingen met Dolby ruisonderdrukking niet aan
de verwachtingen voldoen, kan het zijn dat uw tuner niet is
voorzien van een MPX filter, of dat dit onvoldoende filtert.
In dit geval draait u de DOLBY NR keuzeschakelaar linksom
naar de stand voor het gewenste type ruisonderdrukking —
B of C met MPX-FILTER.
Testtonen
Het cassettedeck genereert twee testsignalen (van 10 kHz en
400 Hz) voor de ijking van de voormagnetisatiestroom en de
opname/weergavecorrectie, voor aanpassing aan de
vereisten van de bandsoort.
Index
A
Aansluiten installatie 4
Aansluitingen overzicht 4
Accessoires
bijgeleverde 4
los verkrijgbare 17
Afspeelfuncties
automatische weergavestart 8
geheugen-afspeelfunctie 8
Afstandsbediening 4, 13, 17
ATS 9, 18
Audio-aansluitsnoeren 4
Automatische bandsoortinstelling. Zie ATS
Automatische ijkingsfunctie 9, 18
Automatische Muziek Sensor. Zie Multi-AMS
Automatische opnameniveau-instelling 10, 18
Automatische weergavestart 8
B
Bandkoppen
demagnetiseren 15
reinigen 15
Bandloopwerk reinigen 15
Bandopnamen tegen wissen beveiligen 14
Bandsoorten 14
Basisbediening
voor afspelen 5
voor opnemen 6
Bijregelen
geluidssterkte 5
opnameniveau, handmatig 7
C, D, E
Cassette
behandelen 14
uitnemen 5, 7
CD synchroon-opname
met een afstandsbediening 13
via een CONTROL A1
aansluiting 12
CONTROL A1
aansluitingen 4, 14
Dolby HX Pro 7, 18
Dolby NR ruisonderdrukking 5, 7, 18
Extra-snel
vooruitspoelen 5
terugspoelen 5
F, G, H
Fader-functies 11
FILTER. Zie MPX-filter
Geheugen-afspeelfunctie 8
I, J, K, L
In-faden. Zie Fader-functies
Instellen
geluidssterkte 5
opnameniveau, automatisch. Zie Automatische
opnameniveau-instelling
opnameniveau, handmatig 7
Index
19
NL
Aanvullende informatie
M, N, O, P
Multi-AMS zoekfunctie 8, 18
MPX-filter 7, 18
Onbespeeld bandgedeelte. Zie Pauzes invoegen
Opnamedemping 11
Opnemen
basisbediening 6
compact discs 12
FM radio-uitzendingen 7
Opzoeken
begin van de band 8
bepaald punt 8
muziekstukken 8
Pauzes invoegen 11
Plaatsen. Zie Cassette
R, S, T
Reinigen
behuizing 14
koppen en bandloopwerk 15
Synchroon-opname van CD’s 12
Technische gegevens 17
Testtonen 9, 18
U, V, W, X, Y, Z
Uit-faden. Zie Fader-functies
Uitpakken 4
IJken. Zie Automatische ijkingsfunctie
Verhelpen van storingen 16
Verschillen tussen de modellen 2
Zoekfuncties. Zie Opzoeken
Namen van de bedieningsorganen
Toetsen
ARL (automatische opnameniveauregeling) 10
FADER 11
MEMORY 8
PAUSE P (pauzetoets) 5, 7, 9 – 12
REC r (opnametoets) 6, 7, 12
REC MUTING R (opnamedempingstoets) 11
RESET (terugsteltoets) 8
SYNCHRO (synchroon-opnametoets) 12
EJECT § (uitwerptoets) 5, 6, 15
p (stoptoets) 5, 7, 9 – 12
· (voorkant-weergavetoets) 5, 6, 8, 10 – 12
ª (achterkant-weergavetoets) 5, 7, 8, 12
), 0 (snelspoeltoetsen/AMS) 5, 8
Keuzeschakelaars
DIRECTION MODE (omkeerfunctieschakelaar)
5, 6, 12, 13
DOLBY NR (ruisonderdrukkingsschakelaar) 7
Schakelaars
POWER (aan/uit-schakelaar) 5, 6
Regelaars
REC LEVEL (opnameniveauregelaar) 7, 10
Stekkerbussen
CONTROL A1 (bedieningsaansluitingen) 4
PHONES (hoofdtelefoon-aansluiting) 5
Overigen
AUTO opnameniveau-instelindicator 6, 10, 11
Cassettehouders 5, 6, 15
Piekniveaumeters 7
SYNCHRO toets-indicatorlampje 12

Documenttranscriptie

4-227-170-21(1) Stereo Cassette Deck Bedienungsanleitung DE Gebruiksaanwijzing NL Bruksanvisning SE Istruzioni per l’uso IT Manual de instruções PT TC-RE340 TC-KE240  2000 by Sony Corporation WAARSCHUWING Stel het apparaat niet bloot aan regen of vocht, om gevaar van brand of een elektrische schok te voorkomen. Open niet de behuizing, om gevaar van elektrische schokken te vermijden. Laat reparaties aan de erkende vakhandel over. Welkom! Hartelijk dank voor uw aankoop van dit Sony stereo cassettedeck. Lees, alvorens het apparaat in gebruik te nemen, de gebruiksaanwijzing aandachtig door en bewaar deze voor eventuele naslag. Omtrent deze handleiding De aanwijzingen in deze handleiding gelden voor de modellen TC-RE340 en KE240. Controleer het modelnummer op het achterpaneel van uw cassettedeck. De afbeeldingen in deze gebruiksaanwijzing zijn het model TCRE340. Verschil in bediening tussen de modellen, is in de tekst duidelijk aangegeven, bij voorbeeld “alleen voor TC-RE340”. nel lm edo ed nessut nel l ihcsreV De twee modellen beschreven in deze gebruiksaanwijzing verschillen op enkele punten, zoals aangegeven in de onderstaande tabel. Controleer aan de hand van de tabel de mogelijkheden die uw cassettedeck biedt, alvorens u het apparaat in gebruik neemt. Modelnummer RE340 KE240 Kenmerken Automatische bandomkering • Dolby HX Pro • Automatische ijking • gnikj i lediudrev reT • Bij de aanwijzingen in deze gebruiksaanwijzing wordt verondersteld dat u de bedieningsorganen op het cassettedeck gebruikt. U kunt echter ook de toetsen gebruiken op de los verkrijgbare afstandsbediening (niet meegeleverd), indien deze dezelfde of ongeveer dezelfde naam hebben als de toetsen, enz. op het deck. • Op een aantal plaatsen in deze gebruiksaanwijzing zult u de onderstaande symbolen aantreffen: 2NL Z Dit symbool wijst op een taak waarvoor de afstandsbediening (niet meegeleverd) gebruikt moet worden. z Dit symbool vestigt uw aandacht op handige tips die de bediening vergemakkelijken. INHOUDSOPGAVE Om te beginnen Uitpakken 4 Aansluiten van de installatie 4 Afspelen van een cassette 5 Maken van bandopnamen 6 Speciale afspeelfuncties Opzoeken van een muziekstuk (Multi-AMS/Automatische weergavestart/ Geheugen-afspeelfunctie) 8 Speciale opnamefuncties Automatische ijking van de voormagnetisatie en het opnameniveau (alleen voor TC-RE340) 9 Automatische instelling van het opnameniveau (Auto Rec Level) 10 In- en uit-faden van het geluid (Fader) 11 Invoegen van onbespeelde bandgedeelten tijdens opnemen (opnamedemping) 11 Synchroon-opname vanaf een CD-speler via een CONTROL A1 aansluiting 12 Synchroon-opname vanaf een CD-speler met behulp van een afstandsbediening 13 NL Aanvullende informatie Voorzorgsmaatregelen 14 Opmerkingen betreffende cassettes 14 Reinigen 15 Verhelpen van storingen 16 Technische gegevens 17 Verklarende woordenlijst 18 Index 18 3NL Om te beginnen Basisbediening Aansluitingen Uitpakken • Aansluiten van het cassettedeck op een versterker Controleer of het volgende toebehoren in de verpakking aanwezig is: • Audio-aansluitsnoeren (2) Aansluiten van de installatie Hier wordt beschreven hoe u het cassettedeck aansluit op een versterker of een CD-speler voorzien van CONTROL A1 aansluitingen. Zorg ervoor dat alle apparatuur uitgeschakeld is, alvorens u enige aansluiting maakt. Sluit de versterker met behulp van de bijgeleverde audioaansluitsnoeren aan op de LINE IN/OUT stekkerbussen van het cassettedeck. Voor het aansluiten van een audio-aansluitsnoer, dient u goed op te letten dat de gekleurde stekkers worden aangesloten op gelijk gekleurde stekkerbussen van de componenten: rood (rechts) op rood en wit (links) op wit. Steekt u alle stekkers vooral stevig in de aansluitbussen, want een loszittende verbinding kan storende bijgeluiden veroorzaken. Cassettedeck TAPE IN REC OUT naar een netstroomuitgang OUT IN L L L R R R ç: Signalstroom • Aansluiten van het cassettedeck op een CD-speler voorzien van CONTROL A1 aansluitingen TAPE IN Zie voor nadere bijzonderheden over het aansluiten via de CONTROL A1 bedieningsaansluitingen het supplement van deze gebruiksaanwijzing. Versterker naar een stopcontact CONTROL A1 CD-speler ç: Signaalstroom OUT ç ç Ç Cassettedeck Versterker Ç Instellen op de juiste netspanning (alleen de modellen voorzien van een spanningskiezer) Controleer of de spanningskiezer op het achterpaneel van het cassettedeck staat ingesteld overeenkomstig de plaatselijke netspanning. Als dit niet het geval is, zet u de spanningskiezer met een schroevendraaier in de juiste stand, voordat u de stekker in het stopcontact steekt. VOL TAGE 220V 240V 110V 120V Aansluiten van het netsnoer Steek de stekker van het netsnoer in een stopcontact. Wat is de volgende stap? Uw cassettedeck is nu klaar voor gebruik. Zie voor de basisbedieningen blz. 5 t/m 7; voor de meer uitgebreide (speciale) bedieningsfuncties gaat u naar de gedeelten, beginnend bij blz. 8. 4NL Basisbediening Basisbediening Afspelen van een cassette 3 4 AUTO REC FADER SYNCHRO LEVEL 5 ARL 6 4 3 7 AMS 2 PAUSE REC MUTING 8 REC 9 1 0 AUTO CAL DOLBY NR B POWER DIRECTION MODE RESET MEMORY EJECT OFF BALANCE B C 10 PHONES C MPX FILTER L R 2 • Zie blz. 4 voor aanwijzingen betreffende het aansluiten. z Stel DOLBY NR in op hetzelfde type ruisonderdrukking, B of C als waarmee de cassette is opgenomen. Overigens zal de gekozen ruisonderdrukking, B of C, bij weergave gelijk blijven voor beide kanten van de cassette, aangezien het MPXfilter alleen tijdens opname werkt. z Schakel de versterker in en kies de stand voor cassetteweergave. Schakel het cassettedeck in met de POWER schakelaar, open de cassettehouder door de EJECT § toets volledig in te drukken en plaats een cassette. Met de kant voor Basisbediening Afspelen van de cassette die is opgenomen met Dolby* NR ruisonderdrukking 1 2 afspelen naar u toe gericht. 3 Voor luisteren via een hoofdtelefoon sluit u deze aan op de PHONES stekkerbus Kies de DIRECTION MODE omkeerfunctie (alleen voor TC-RE340). Voor afspelen van: Stelt u in op: Eén cassettekant A Beide kanten eenmaal Å Beide kanten* a * In deze standen stopt het deck automatisch na vijf maal afspelen. 4 Druk op de · weergavetoets. Het deck start de weergave van de cassette. Stel de geluidssterkte op de versterker naar wens in. Druk niet op de POWER schakelaar of de EJECT § uitwerptoets terwijl de band loopt. Dit kan beschadiging van de band veroorzaken. * “DOLBY” het dubbel D symbool a en “HX Pro” zijn handelsmerken van: Dolby Laboratories Licensing Corporation. Voor het: Drukt u op: Stoppen met afspelen p Beginnen met afspelen aan de achterkant (alleen voor TC-RE340) ª Pauzeren PAUSE P. Druk nogmaals op deze toets wanneer u het afspelen wilt hervatten. Snel vooruit- of terugspoelen ) of 0 in de stopstand Uitnemen van de cassette EJECT § nadat het afspelen gestopt is 5NL Basisbediening Maken van bandopnamen 3 54 AUTO REC FADER SYNCHRO LEVEL 5 ARL 6 4 3 7 AMS 2 PAUSE REC MUTING 8 REC 9 1 0 AUTO CAL DOLBY NR B POWER DIRECTION MODE RESET MEMORY EJECT C OFF 10 BALANCE B PHONES C MPX FILTER L R 2 • Zie blz. 4 voor aanwijzingen betreffende het aansluiten. 1 2 Schakel de versterker in en start de weergave van de geluidsbron die u wilt opnemen. Schakel het cassettedeck in met de POWER schakelaar, open de cassettehouder door de EJECT § toets volledig in te drukken en plaats een cassette. Met de kant voor opnemen naar u toe gericht. 3 Kies de DIRECTION MODE omkeerfunctie (alleen voor TC-RE340). Voor opnemen op: Stelt u in op: Eén cassettekant A Beide kanten eenmaal* Å Beide kanten* a * In alle gevallen stopt het opnemen aan het eind van de achterste cassettekant. z Wanneer bij stap 4 de indicator ª gaat branden (alleen bij de TC-RE340) Druk eenmaal op · om van bandlooprichting te veranderen en ga daarna door naar stap 5. 4 Druk op de REC r opnametoets. De AUTO-indicator knippert en het deck stelt automatisch het opnameniveau in (zie blz. 10). Stop de weergave van de geluidsbron nadat de AUTO indicator continu brandt. Indien u het opnameniveau zelf wilt instellen, ga dan naar “Handmatig het opnameniveau instellen” op blz. 7. Druk niet op de POWER schakelaar of de EJECT § uitwerptoets terwijl de band loopt. Dit kan beschadiging van de band veroorzaken. 6NL Basisbediening z Beveiligen van bandopnamen tegen per ongeluk wissen Breek het wispreventienokje van de te beveiligen cassettekant(en) uit (zie blz. 14). 5 Druk op de PAUSE P toets of de · toets. 6 Start de weergave van de geluidsbron opnieuw. Het opnemen begint. Voor het: Drukt u op: Stoppen met opnemen p Beginnen met opnemen aan de achterkant ª tweemaal in stap 5 (alleen voor TC-RE340) z Het Dolby HX Pro* systeem werkt automatisch tijdens opname (alleen voor TC-RE340) Pauzeren PAUSE P. Druk nogmaals op deze toets wanneer u het opnemen wilt hervatten. Uitnemen van de cassette EJECT § nadat het opnemen gestopt is Gebruik de aangegeven schakelaars en regelaar voor het uitvoeren van de volgende functies AUTO REC FADER SYNCHRO Basisbediening Vervorming en ruis in de hoge frequentierespons worden verminderd voor een hoogwaardige geluidskwaliteit bij het afspelen met dit deck en tevens bij weergave met andere cassettedecks. LEVEL 5 ARL 6 4 3 7 AMS 2 PAUSE REC MUTING 8 REC 9 1 0 DOLBY NR AUTO CAL B C OFF 10 BALANCE B PHONES C MPX FILTER L R DOLBY NR REC LEVEL Opnemen met Dolby NR ruisonderdrukking Opmerking Draai de DOLBY NR keuzeschakelaar rechtsom naar de stand voor het gewenste type ruisonderdrukking (B of C) alvorens u begint met opnemen. Wanneer het opnameniveau automatisch is ingesteld, blijft het toch nog mogelijk dat er vervorming optreedt, afhankelijk van de geluidsbron die u opneemt. In dat geval draait u de REC LEVEL regelaar naar links om het niveau te verlagen. Opnemen van een FM radio-uitzending met Dolby NR ruisonderdrukking * HX Pro headroom extension ontwikkeld door Bang & Olufsen en geproduceerd onder licentie van: Dolby Laboratories Licensing Corporation. Handmatig het opnameniveau instellen “DOLBY” het dubbel D symbool a en “HX Pro” zijn handelsmerken van: Dolby Laboratories Licensing Corporation. Draai de DOLBY NR keuzeschakelaar linksom naar de stand voor het gewenste type ruisonderdrukking (B of C met MPX-FILTER) alvorens u begint met opnemen. Dit schakelt het multiplex-filter in, om de Dolby ruisonderdrukking doeltreffender te laten werken. (Zie voor nadere bijzonderheden over het multiplex-filter de “Verklarende woordenlijst” op blz. 18.) Nadat u in stap 4 op blz. 6 op de REC r toets heeft gedrukt, draait u de REC LEVEL regelaar zodat de piekniveaumeters de aanbevolen waarde voor het gebruikte cassettetype aangeven. Na het instellen moet u de weergave stoppen en naar stap 5 gaan. dB –∞ –30 –20 L –10 –4 a 0 +2 +4 +6 +8 R Voor type I of II cassettes Voor type IV cassettes 7NL Speciale opnamefuncties afspeelfuncties Opzoeken van een muziekstuk (Multi-AMS/Automatische weergavestart/Geheugenafspeelfunctie) U kunt snel het begin van een muziekstuk, tot 30 nummers voor- of achteruit, opzoeken (met de MultiAutomatische Muziek Sensor) of snel teruggaan naar het begin van de band, om de weergave daar te starten (Automatische weergavestart). Ook kunt u elk willekeurig punt op de band vastleggen, om dit snel weer op te zoeken (Geheugenafspeelfunctie). Voor opzoeken van: Het begin van het volgende of latere muziekstukken (Multi-AMS) ) (of 0), zo ver als u wilt zoeken, tijdens weergave. Om bij voorbeeld 2 muziekstukken verder te gaan, drukt u tweemaal. Het begin van het weergegeven muziekstuk (Multi-AMS) 0 (of )), eenmaal, tijdens weergave. Het begin van een voorgaand muziekstuk (Multi-AMS) 0 (of )), zo ver als u terug wilt zoeken, tijdens weergave. Om bij voorbeeld 2 muziekstukken terug te gaan, drukt u driemaal. Het begin van de band (Automatische weergavestart) de MEMORY toets van het deck dat u gebruikt, net zovaak tot de “M” aanduiding in het uitleesvenster dooft. Dan drukt u op 0 (of )), terwijl u · (of ª) ingedrukt houdt. Een bepaald punt op de band (Geheugenafspeelfunctie) de MEMORY toets van het deck dat u gebruikt, net zovaak tot de “M” aanduiding in het uitleesvenster oplicht. Zoek dan het gewenste punt op de band op en druk daar op de RESET toets, om de bandteller op nul te zetten en het punt in het geheugen vast te leggen. Om later terug te keren naar het vastgelegde punt en daar de weergave te starten, drukt u op 0 (of )), terwijl u · (of ª) ingedrukt houdt. (Druk alleen op 0 of ) als u slechts wilt stoppen bij “00 00”.) 0 h/H ) AUTO REC FADER SYNCHRO LEVEL 5 ARL 4 6 3 7 AMS 2 PAUSE REC MUTING 8 REC 9 1 0 AUTO CAL DOLBY NR B POWER DIRECTION MODE RESET MEMORY EJECT C MPX FILTER RESET OFF 10 BALANCE B PHONES C L Drukt u op: R MEMORY Opmerking Controleer eerst de richtingsindicator van het deck. Voor het opzoeken van een muziekstuk op de achterkant van de cassette (wanneer de ª indicator gaat branden), drukt u op de toets(en) die hieronder tussen haakjes zijn aangegeven. Opmerkingen • De Multi-AMS zoekfunctie kan wel eens niet naar behoren werken als: — de pauzes tussen de muziekstukken minder dan 4 seconden lang zijn; — er binnen een muziekstuk een bijzonder zachte passage is, of een passage met alleen zeer lage tonen; — de geluidssterkte van het linker en rechter kanaal zeer verschillend is. • Ook al staat de DIRECTION MODE schakelaar in de Å of a stand, bij de zoekfuncties zal de bandloop stoppen aan het eind van de beluisterde cassettekant. (Alleen voor TC-RE340) • Bij uitschakelen van het cassettedeck zullen beide bandtellers op “00 00” komen te staan. 8NL Speciale opnamefuncties Speciale opnamefuncties 4 Automatische ijking van de voormagnetisatie en het opnameniveau (alleen voor TC-RE340) Uitschakelen van de automatische ijkingsfunktie Druk op de p stoptoets. Als de “AUTO CAL” aanduiding blijft knipperen Er zijn vele verschillende soorten cassettes verkrijgbaar, met uiteenlopende magnetische kenmerken. Alhoewel de automatische bandsoortinstelling (ATS) van dit cassettedeck automatisch de opname/weergavecorrectie en de voormagnetisatie aanpast aan de magnetische eigenschappen van de gebruikte bandsoort, krijgt u de beste opnameresultaten door gebruik te maken van de automatische ijkingsfunctie voor de voormagnetisatiestroom en het opnameniveau. PAUSE P AUTO REC FADER SYNCHRO LEVEL 5 ARL 4 6 3 7 AMS 2 PAUSE REC MUTING 8 REC 9 1 0 AUTO CAL DOLBY NR B POWER DIRECTION MODE RESET MEMORY EJECT OFF MPX FILTER 10 BALANCE B C PHONES C L Nu kunt u met opnemen beginnen (zie blz. 6). R AUTO CAL 1 Plaats de cassette waarop u wilt opnemen in het cassettedeck. Let op dat de wispreventienokjes van de cassette niet zijn uitgebroken. 2 Druk op de AUTO CAL toets tot de aanduiding “CAL” in het uitleesvenster verschijnt. Opmerking Dan is het automatische ijkingsproces onderbroken, door een van de volgende oorzaken: — Het einde van de band is bereikt. Schakel over op de andere cassettekant of spoel de band terug naar een punt waar de testtoon wel opgenomen kan worden. — De band is beschadigd of de koppen zijn vuil. Gebruik een andere cassette of maak de koppen schoon en demagnetiseer deze (zie blz. 14). Opmerkingen betreffende de ijkingsfunktie Zolang het cassettedeck ingeschakeld is, blijven alle ijkingsgegevens bewaard en worden deze toegepast wanneer een cassette van hetzelfde type (I, II of IV) wordt geplaatst. De “AUTO CAL” aanduiding zal bij het insteken van een cassette oplichten, om aan te geven dat er eerder vastgelegde ijkingsgegevens worden toegepast. Aangezien er echter ook bij cassettes van hetzelfde type nog variaties in de opnamekarakteristieken kunnen voorkomen, verdient het aanbeveling de ijking opnieuw uit te voeren, telkens wanneer een nieuwe cassette in het apparaat wordt geplaatst. Eerst dient u de bestaande ijkingsgegevens te wissen, door op de AUTO CAL toets te drukken tot de “AUTO CAL” aanduiding dooft. Daarna volgt u weer de aanwijzingen voor de automatische ijking, vanaf stap 2. Als het wispreventienokje van die kant is uitgebroken (zie blz. 14), gaat de aanduiding “AUTO CAL” in het uitleesvenster driemaal knipperen en dan kan de automatische ijking niet plaatsvinden. 3 Druk op de PAUSE P toets om de automatische ijkingsprocedure te starten. De automatische ijking van de geplaatste cassette begint (er worden testtonen op de band opgenomen, teruggespoeld en ter kontrole weergegeven). Tijdens het ijken zal de bandteller terugtellen van 9 tot 0. AUTO CAL REC CA L9 Na afloop van de automatische ijking wordt de band naar de uitgangsstand teruggespoeld, keert de teller terug naar zijn normale funktie en komt het cassettedeck in de stopstand. 9NL Speciale opnamefuncties z Automatische instelling van het opnameniveau (Auto Rec Level) • Het opnameniveau kan niet automatisch juist worden ingesteld vanwege veel ruis van de geluidsbron. • Het niveau van de geluidsbron is te laag en het opnameniveau wordt niet automatisch verhoogd. Tijdens rustige gedeelten in een geluidsbron, bij voorbeeld bij klassieke muziek, wordt het opnameniveau mogelijk niet gedurende een bepaalde tijd verhoogd. Indien er later in het muziekstuk een gedeelte met een hoog niveau is, moet u dat gedeelte eerst afspelen zodat de juiste instelling kan worden gemaakt. • Het opnameniveau wordt voor langere tijd niet verhoogd. De Auto Rec Level functie werkt mogelijk niet wanneer u geluid van een grafische equalizer met signalen van extreem hoog niveau opneemt. Met de Auto Rec Level functie wordt het pieksignaalniveau automatisch gemeten en het opnameniveau overeenkomstig automatisch ingesteld. AUTO indicator ARL AUTO REC FADER SYNCHRO LEVEL 5 ARL 4 6 3 7 AMS 2 PAUSE REC MUTING 8 REC 9 1 0 AUTO CAL DOLBY NR B POWER DIRECTION MODE RESET MEMORY EJECT C MPX FILTER OFF 10 BALANCE B PHONES C L R De Auto Rec Level-functie werkt gewoonlijk wanneer u opneemt volgens de procedure die staat beschreven bij “Maken van bandopnamen” op blz. 6. Onder de volgende omstandigheden moet u het opnameniveau handmatig instellen met de REC LEVEL regelaar: z Opname met een optimaal opnameniveau • Om veranderingen in het opnameniveau te voorkomen na het starten van een opname, drukt u eerst op REC r tijdens weergave van het gedeelte met het hoogste niveau van de geluidsbron die u wilt opnemen. U zult zo een natuurgetrouwere opname krijgen. • Indien u de gehele geluidsbron weergeeft nadat de AUTO indicator niet meer knippert maar continu brandt, zal het deck het opnameniveau overeenkomstig het gedeelte van de geluidsbron met de hoogste signalen instellen. Uitschakelen van de Auto Rec Level functie Druk op ARL of draai de REC LEVEL regelaar zodat de AUTO indicator uitgaat. Indien u een van deze handelingen tijdens opname uitvoert, zal de opname worden voortgezet zonder de functie voor het automatisch instellen van het opnameniveau. Stoppen van de opname Druk op p. z Hoe de Auto Rec Level functie het opnameniveau bepaalt Tijdens het knipperen van de AUTO indicator stelt het deck het opnameniveau zo hoog als mogelijk, zonder vervorming te veroorzaken, in. Indien het signaalniveau sterk wordt verhoogd nadat de opname is gestart, zal het deck het opnameniveau geleidelijk verlagen. 10NL z De instelling voor het opnameniveau blijft bewaard nadat de opname is gestopt Nadat u een opname met de Auto Rec Level functie heeft beëindigd, zal de AUTO indicator aan blijven en de instelling voor het opnameniveau hetzelfde blijven. Voer één van de volgende handelingen uit om de instelling te annuleren: • Druk op ARL zodat de AUTO indicator uitgaat. • Draai de REC LEVEL regelaar. • Schakel het deck uit. Speciale opnamefuncties In- en uit-faden van het geluid (Fader) U kunt het opnameniveau bij het begin van een opname geleidelijk op laten komen (fade-in) of bij het eind van een opname laten wegsterven (fade-out). Gebruik deze functie bij voorbeeld wanneer het eind van een cassettekant wordt bereikt maar u het muziekstuk niet abrupt af wil breken. AUTO indicator FADER AUTO REC FADER SYNCHRO Invoegen van onbespeelde bandgedeelten tijdens opnemen (opnamedemping) U kunt een pauze van 4 seconden tussen iedere twee muziekstukken invoegen. Aan de hand van de tussenpauzes zult u gemakkelijk het begin van alle nummers kunnen terugvinden met de Multi-AMS zoekfunctie (zie blz. 8). Ook kunt u deze opnamedemping gebruiken om ongewenste geluiden, zoals applaus of reclame, van de band te wissen. LEVEL 5 ARL 6 4 3 AUTO REC 7 AMS FADER SYNCHRO 2 PAUSE REC MUTING LEVEL 5 ARL 4 8 6 3 7 AMS REC 9 1 2 0 AUTO CAL DOLBY NR B POWER DIRECTION MODE RESET MEMORY EJECT C OFF 10 PAUSE BALANCE B PHONES DOLBY NR B R POWER DIRECTION MODE RESET MEMORY EJECT C MPX FILTER Voor Handeling: Fade in 1 Voer stap 1 t/m 4 uit van “Maken van bandopnamen” op blz. 6. 2 Start met de weergave van de programmabron en druk op de FADER toets bij het punt waar u wilt beginnen met de fade-in. Tijdens het in-faden zal de AUTO indicator knipperen. Na afloop van het in-faden blijft de AUTO indicator branden wanneer de Auto Rec Level functie werkt, of gaat de indicator uit als de Auto Rec Level functie niet werkt. Fade out 9 0 C L 8 REC 1 AUTO CAL MPX FILTER REC MUTING Terwijl er nog steeds wordt opgenomen, drukt u op de FADER toets bij het punt waar u met de fade-out wilt beginnen. Na de fade-out zal “REC” in het uitleesvenster knipperen en het deck in de pauzefunctie schakelen. Opmerking Fade-in of fade-out is niet mogelijk wanneer u de REC LEVEL regelaar met de hand heeft ingesteld op 0 (de minimale waarde) (zie blz. 7). PAUSE P OFF 10 BALANCE B PHONES C L R REC MUTING R 1 Volg de stappen 1 t/m 5 van “Maken van bandopnamen” op blz. 6 en 7. Het opnemen begint. 2 Druk op de REC MUTING R opnamedempingstoets bij het punt waar u een pauze wilt invoegen. In het uitleesvenster gaat de aanduiding “REC” knipperen en op de band wordt een onbespeeld gedeelte ingevoegd. Na 4 seconden gaat de P pauze-indicator aan en komt het cassettedeck in de opnamepauzestand te staan. 3 Druk op de PAUSE P of · toets wanneer u het opnemen wilt hervatten. z Voor het invoegen van een pauze van meer dan 4 seconden Houd de REC MUTING R opnamedempingstoets zo lang ingedrukt als u wilt. Na 4 seconden zal de “REC” aanduiding sneller gaan knipperen. Wanneer u de REC MUTING R toets loslaat, gaat de P pauze-indicator aan en komt het cassettedeck in de opnamepauzestand te staan. Druk op de PAUSE P of · toets wanneer u het opnemen wilt hervatten. 11NL Speciale opnamefuncties Indien uw CD-speler niet beschikt over een piekzoekfunctie Synchroon-opname vanaf een CD-speler via een CONTROL A1 aansluiting Met een druk op de SYNCHRO toets kunt u het opnemen van compact discs op uw cassettedeck geheel synchroon starten met een Sony CD-speler die is aangesloten op de CONTROL A1 aansluiting, via een A1 bedieningssnoer (niet meegeleverd). De A1 bedieningsaansluiting biedt meer geavanceerde functies dan de CD synchroon-opnamefunctie die bij oudere cassettedecks slechts via de afstandsbediening beschikbaar was. Nadere informatie over de diverse bedieningsfuncties die het A1 bedieningssnoer biedt kunt u vinden in het supplement van deze gebruiksaanwijzing. AUTO REC FADER Stoppen met synchroon opnemen Druk op p van het cassettedeck of de CD-speler. z 4 6 3 7 AMS 2 PAUSE REC MUTING 8 REC 9 1 0 DOLBY NR AUTO CAL B POWER DIRECTION MODE RESET MEMORY EJECT C MPX FILTER DIRECTION MODE 1 OFF 10 BALANCE B PHONES C L Lengte van de cassette voor opnemen De lengte van muziekstukken op een compact disc kan sterk variëren. Veel klassieke CD's bevatten muziekstukken die langer zijn dan een enkele cassettekant. In dat geval dient u de muziek van de compact disc handmatig op te nemen. PAUSE P Stel de geluidsbron-kiezer van uw versterker in op CD weergave. Plaats een compact disc in de CD-speler. 3 Kies op de CD-speler de gewenste afspeelfunctie (CONTINUE, SHUFFLE of PROGRAM weergave). 4 Plaats een cassette. 5 Kies de kant(en) van de cassette waarop u wilt opnemen (alleen voor TC-RE340). Voor opnemen op Zet u de DIRECTION MODE schakelaar op Slechts één cassettekant A Beide kanten Å of a Druk op de SYNCHRO toets. Als uw CD-speler is voorzien van een piekzoekfunctie Het indicatorlampje van de SYNCHRO toets gaat aan en de CD-speler gaat op zoek naar de hoogste signaalpieken in de op te nemen muziekstukken, waarbij het cassettedeck het opnameniveau aanpast. Om bij de TC-RE340 op te nemen op de andere kant van de band, dient u · of ª in te drukken voordat het instellen van het opnameniveau is voltooid. Zodra het instellen van het opnameniveau is voltooid, begint automatisch de CD synchroon-opname. 12NL z R 2 6 Als het indicatorlampje van de SYNCHRO toets uitgaat nadat het lampje snel geknipperd heeft Dan is de geplaatste cassette niet geschikt voor opnemen omdat de wispreventienokje(s) van de cassette is (zijn) uitgebroken. LEVEL 5 ARL U kunt voor de bediening van de CD-speler ook een afstandsbediening (niet meegeleverd) gebruiken Voor het afspelen van een compact disc drukt u tweemaal op de P pauzetoets; voor het pauzeren van de CD-weergave drukt u eenmaal op de P pauzetoets; voor het opzoeken van een muziekstuk op de CD drukt u op de = of + toets. z SYNCHRO h/H SYNCHRO De CD-speler komt in de weergave-pauzestand te staan en cassettedeck in de opname-pauzestand. Om bij de TC-RE340 op te nemen op de andere kant van de band, dient u · of ª in te drukken voordat het instellen van het opnameniveau is voltooid. Druk nu op PAUSE P van het cassettedeck om de synchroon-opname te starten. z Bij opnemen vanaf een punt halverwege de cassetteband Elke cassette die na het plaatsen nog niet is afgespeeld of waarop nog niet is opgenomen, wordt door het cassettedeck beschouwd als een nieuwe cassette, ook al is de band al halverwege opgespoeld. Voor het beginnen met de CD synchroon-opname zal het cassettedeck de band altijd eerst 10 seconden laten doorlopen, om zo de aanloopband van een nieuwe cassette over te slaan. Om nu te voorkomen dat de CD synchroon-opnamefunctie een overbodige tien seconden stilte ergens halverwege de band inlast, dient u te zorgen dat het deck de cassette niet als nieuw beschouwt, eenvoudigweg door de cassette na het plaatsen ongeveer tien seconden af te spelen of desgewenst een proefopname te maken. z Als tijdens CD synchroon-opname het einde van de voorkant van de cassette (· gaat aan) wordt bereikt terwijl de DIRECTION MODE schakelaar op Å of a staat (alleen voor TC-RE340) Het opnemen van het onderbroken muziekstuk stopt onmiddellijk, de bandloop verandert van richting en het opnemen begint weer vanaf het begin van hetzelfde muziekstuk. Bij het bereiken van het einde van de achterkant van de cassette (ª gaat aan) stopt de CD synchroon-opname geheel en stopt automatisch ook de weergave van de CD-speler. Opmerkingen • Om te voorkomen dat de opname van de compact disc wordt onderbroken, mag u tijdens de CD synchroon-opname geen van de bedieningstoetsen van de CD-speler indrukken. • Bepaalde toetsen van het cassettedeck zullen niet werken tijdens CD synchroon-opname. Speciale opnamefuncties Synchroon-opname vanaf een CD-speler met behulp van een afstandsbediening Z Met een druk op de START toets van de los verkrijgbare afstandsbediening RM-J910/J710 (niet meegeleverd), kunt u het opnemen van compact discs op uw cassettedeck geheel synchroon starten met een Sony CD-speler. Deze functie is alleen beschikbaar bij Sony CD-spelers die geschikt zijn voor afstandsbediening. 6 Stoppen met synchroon opnemen Druk op de STOP toets. z z z PRESET STOP Als uw CD-speler is voorzien van een piekzoekfunctie Na het uitvoeren van de bovenstaande stappen 1 t/m 3 drukt u op de PRESET toets om de Auto Rec Level functie (zie blz. 10) in te schakelen. Ga vervolgens door naar stap 4 (alleen voor RM-J910). Gebruik op de RM-J910 de toetsen voor deck B. START STANDBY Wanneer bij stap 5 de indicator ª gaat branden (alleen bij de TC-RE340) Druk eenmaal op · om van bandlooprichting te veranderen en ga daarna door naar stap 6. Opmerking RM-J910 (voor TC-RE340) Druk op de START toets. U kunt de afstandsbediening gebruiken voor de bediening van de CD-speler Voor het afspelen van een compact disc drukt u tweemaal op de P pauzetoets; voor het pauzeren van de CD-weergave drukt u eenmaal op de P pauzetoets; voor het opzoeken van een muziekstuk op de CD drukt u op de = of + toets. Opmerking Sommige CD-spelers beginnen niet met afspelen wanneer u op de START toets drukt. In dat geval drukt u op de P toets van de CD-speler om te beginnen met afspelen. RM-J710 (voor TC-KE240) START STANDBY STOP 1 Stel de geluidsbron-kiezer van uw versterker in op CD-weergave. 2 Steek een compact disc in de CD-speler en kies op de CD-speler de gewenste afspeelfunctie (CONTINUE, SHUFFLE of PROGRAM). 3 Plaats een cassette. 4 Kies de kant(en) waarop u wilt opnemen (alleen voor TC-RE340). 5 Voor opnemen op Zet u de DIRECTION MODE schakelaar op Slechts één cassettekant A Beide kanten Å of a Druk op STANDBY. De CD-speler komt in de weergave-pauzestand te staan en het cassettedeck in de opnamepauzestand. Om op de andere cassettekant op te nemen Druk eenmaal op de ª toets (alleen voor RM-J910). 13NL Aanvullende informatie Voorzorgsmaatregelen Veiligheid • Open onder geen enkele voorwaarde de behuizing van het cassettedeck, aangezien dit kan leiden tot elektrische schokken. Laat onderhoud en reparaties over aan de erkende vakman. • Mocht er vloeistof of een voorwerp in het inwendige van het apparaat terechtkomen, verbreek dan de aansluiting op het stopcontact en laat het cassettedeck eerst door een deskundige nakijken alvorens dit weer in gebruik te nemen. Stroomvoorziening • Controleer, alvorens het cassettedeck in gebruik te nemen, of de bedrijfsspanning van het apparaat overeenkomt met de plaatselijke netspanning. De bedrijfsspanning van het cassettedeck staat vermeld op het naamplaatje op het achterpaneel van het apparaat. • Het apparaat blijft op de stroombron (netspanning) aangesloten zolang de stekker in het stopcontact zit, zelfs indien het systeem zelf is uitgeschakeld. • Verbreek de aansluiting van het netsnoer op het stopcontact wanneer u denkt het cassettedeck geruime tijd niet te gebruiken. Trek voor het verbreken van de aansluiting op het stopcontact altijd aan de stekker en nooit aan het snoer zelf. • Het netsnoer mag alleen vervangen worden bij een erkend servicecentrum. Bediening • Een beveiligingsmechanisme zorgt dat de functietoetsen niet werken als de cassettehouder niet volledig gesloten is, als er geen cassette in de houder aanwezig is of als de cassette niet goed geplaatst is. • Stop het bandtransport alvorens het cassettedeck uit te schakelen. Dit nalaten kan de band beschadigen. Opmerkingen betreffende cassettes Beveiligen van de opnamen op kant A of B Breek het betreffende wispreventienokje eruit. Kant A Wispreventienokje voor kant B Wispreventienokje voor kant A Een eenmaal beveiligde cassette weer geschikt maken voor opname Bedek de ontstane opening(en) met plakband. Bij gebruik van type II (CrO2) of type IV (metaalband) cassettes mag u de bandsoortuitsparingen niet bedekken, anders kan de automatische bandsoortinstelling het type band niet naar behoren aflezen. Type II (CrO2 ) Type IV (metaalband) Opstelling • Plaats het cassettedeck op een plek met voldoende ventilatie om inwendige verhitting van het apparaat te voorkomen. • Plaats het cassettedeck nooit: — op een zacht oppervlak of hoogpolig tapijt, aangezien hierdoor de ventilatieopeningen aan de onderzijde geblokkeerd kunnen worden; — in de buurt van een warmtebron; — op een plaats waar het blootstaat aan direct zonlicht; — op een hellend oppervlak; — in een stoffige omgeving of ergens waar het blootgesteld wordt aan mechanische schokken of trillingen. Reinigen van het cassettedeck Veeg de behuizing, het voorpaneel en de bedieningsorganen schoon met een zachte doek, licht bevochtigd met een mild schoonmaakmiddel. Gebruik geen schuurspons of schuurmiddelen en ook geen oplosmiddelen zoals wasbenzine of alcohol (spiritus). 14NL Mocht u vragen of problemen met de bediening van het apparaat hebben die in deze gebruiksaanwijzing niet aan de orde komen, aarzel dan niet contact op te nemen met de dichtstbijzijnde Sony handelaar. Bandsoortuitsparingen Bandsoortuitsparingen Betreffende cassettes langer dan 90 minuten Het gebruik van cassettes die langer zijn dan 90 minuten wordt niet aangeraden, tenzij u langdurig achtereen wilt kunnen opnemen of afspelen. De uiterst dunne band in dergelijke cassettes kan gemakkelijk uitrekken en verstrikt raken. Behandelen van cassettes • Voorkom het bandoppervlak met uw vingers aan te raken, aangezien zelfs het geringste vuil of stof aan de koppen van het apparaat zal blijven kleven. • Houd cassettes uit de buurt van apparatuur waarin een krachtige magneet aanwezig is, zoals luidsprekers en versterkers, aangezien de magneet de opnamen zou kunnen vervormen en/of gedeeltelijk wissen. • Stel cassettes niet bloot aan direct zonlicht, extreem lage temperaturen of vocht. Aanvullende informatie Demagnetiseren van de koppen Reinigen Kopmontage (TC-RE340)* Aandrukrollen Capstanassen Na 20 à 30 gebruiksuren, of wanneer u een verlies aan hoge tonen en/of een toename van ruis hoort, dient u de bandkoppen te demagnetiseren met een in de audio-handel verkrijgbaar demagnetiseerapparaatje. Zie voor de bediening de handleiding van het demagnetiseerapparaatje. Wiskop Opname/weergavekop * De TC-KE240 is uitgevoerd met één aandrukrol en één capstan. Reinigen van de koppen en het bandloopwerk De koppen en het bandloopwerk van het cassettedeck dienen om de tien gebruiksuren gereinigd te worden, anders kunnen de volgende problemen ontstaan: • verminderde geluidskwaliteit • verminderde geluidssterkte • overmatige snelheidsfluctuaties • wegvallend geluid • onvolledig wissen • tegenvallende opnameresultaten Om echter verzekerd te kunnen zijn van de beste opnamekwaliteit, verdient het aanbeveling de koppen en het bandloopwerk vóór iedere opname te reinigen. 1 Druk op de EJECT § uitwerptoets om de cassettehouder te openen. 2 Schakel het cassettedeck uit en veeg de bandkoppen, de aandrukrollen en de capstanassen schoon met een wattenstaafje, licht bevochtigd met alcohol of een in de handel verkrijgbare reinigingsvloeistof voor cassettedecks. Wacht daarna met het insteken van een cassette totdat alle gereinigde delen geheel opgedroogd zijn. 15NL Aanvullende informatie Verhelpen van storingen Mochten zich bij het gebruik van het cassettedeck de volgende problemen voordoen, loop dan deze lijst van controlepunten na en u zult de storing veelal eenvoudig kunnen verhelpen. Blijft het probleem echter onopgelost, neem dan contact op met uw dichtstbijzijnde Sony handelaar. De functietoetsen werken niet. /Het cassettedeck is net ingeschakeld en zal dan ca. 3 seconden lang niet werken. Wacht tot de P aanduiding stopt met knipperen. /Controleer of de cassette op de juiste wijze in de houder is geplaatst en of de cassettehouder goed gesloten is. Het afspelen of opnemen begint niet. /Er is geen cassette in de houder aanwezig. /Het einde van de band is bereikt. /De band hangt te los. Trek de lussen in de band strak. /Het wispreventienokje voor de betreffende cassettekant is eruitgebroken (zie blz. 14). /Controleer of de instellingen van de versterker juist zijn. /Controleer of alle aansluitingen van het cassettedeck in orde zijn. /Vervuilde koppen en/of bandloopwerk. Reinig deze onderdelen (zie blz. 15). /De opname/weergavekop is gemagnetiseerd. Demagnetiseer de kop (zie blz. 15). Overmatige snelheidsfluctuaties of wegvallend geluid. /De capstan-assen en de aandrukrollen zijn vuil. Reinig deze onderdelen (zie blz. 15). Terugvallende geluidssterkte, wegvallend geluid en slechte weergave van de hoge tonen/Onvolledig wissen/ Ruis en bijgeluiden. /De opname/weergavekop of wiskop en het bandloopwerk is vuil. Reinig deze onderdelen (zie blz. 15). /De opname/weergavekop of wiskop is gemagnetiseerd. Demagnetiseer deze onderdelen (zie blz. 15). Brom of andere storende geluiden. /Het cassettedeck staat te dicht bij een TV-toestel of videorecorder. Zet de audio- en de video-apparatuur verder uit elkaar. /Het cassettedeck staat op of onder de versterker. Zet deze apparaten verder uit elkaar. Ongebalanceerde toonkarakteristiek of klankkleur. /Controleer of de DOLBY NR schakelaar in dezelfde stand staat als waarmee de cassette werd opgenomen. /Het cassettedeck staat op of onder de versterker. Zet deze apparaten verder uit elkaar. 16NL De bandloop stopt voordat de band geheel is op- of teruggespoeld. / De band hangt te los. Trek de lussen in de band strak. / Als er een “M” in het uitleesvenster wordt aangegeven, drukt u net zovaak op de MEMORY toets totdat de “M” verdwijnt. / De cassette is kromgetrokken. Gebruik een andere cassette. De Multi-AMS zoekfunctie werkt niet naar behoren. / Binnen een muziekstuk is er een lange pauze, een bijzonder zachte passage, een passage met alleen zeer lage tonen, of een zeer geleidelijk opkomend of wegstervend geluid. / Een pauze tussen de muziekstukken is minder dan 4 seconden lang. Voeg een pauze van 4 seconden in met behulp van de REC MUTING R opnamedempingstoets. / De geluidssterkte van het linker en rechter kanaal is zeer verschillend. / Er klinkt teveel geluid in een pauze tussen de muziekstukken. / De ) (of 0) snelspoeltoets is te kort voor het eind of te snel na het begin van een muziekstuk ingedrukt. Bij het snelspoelen klinken er bijzonder veel bijgeluiden. / Lawaaiig snelspoelen kan bij bepaalde cassettes voorkomen, maar het wijst niet op mechanische problemen. De EJECT § uitwerptoets werkt niet. / Het cassettedeck is bezig met opnemen of afspelen van een cassette. Druk eerst op de p stoptoets of de PAUSE P toets om het opnemen of afspelen te stoppen, alvorens u op de EJECT § uitwerptoets drukt. / Er is een stroomonderbreking opgetreden, het cassettedeck is uitgeschakeld of de stekker is uit het stopcontact getrokken terwijl de band nog liep. Sluit de stroom weer aan en schakel het cassettedeck eenmaal uit en zet het dan weer aan. Aanvullende informatie Ingangen Technische gegevens Lijningangen (tulpstekkerbussen) Gevoeligheid: 0,16 V Systeem Ingangsimpedantie: 47 kOhm Opnamesysteem 4 sporen, 2 kanalen stereo Snelspoeltijd (bij benadering) 100 seconden (met een Sony C-60 cassette) Voormagnetisatie Uitgangen Lijnuitgangen (tulpstekkerbussen) Nominale uitgangsspanning: 0,5 V bij belastingsimpedantie 47 kOhm Belastingsimpedantie: meer dan 10 kOhm Wisselstroom-voormagnetisatie Signaal/ruisverhouding (bij piekniveau, gewogen, zonder Dolby NR ruisonderdrukking) Hoofdtelefoon (stereo klinkstekkerbus) Uitgangsniveau: 0,25 mW bij belastingsimpedantie 32 ohm Type I cassettes, Sony Type I (NORMAL): 55 dB Type II cassettes, Sony Type II (HIGH): 57 dB Type IV cassettes, Sony Type IV (METAL): 58 dB Verbetering in de signaal/ruisverhouding (bij benadering) Dolby B ruisonderdrukking: 5 dB bij 1 kHz, 10 dB bij 5 kHz Dolby C ruisonderdrukking: 15 dB bij 500 Hz, 20 dB bij 1 kHz Harmonische vervorming 0,4% (met Type I cassette, Sony Type I (NORMAL): 160 nWb/m, 315 Hz, derde harmonische vervorming) 1,8% (met Type IV cassette, Sony Type IV (METAL): 250 nWb/m, 315 Hz, derde harmonische vervorming) Frequentiebereik (zonder Dolby NR ruisonderdrukking) Algemeen Stroomvoorziening Europa en sommige landen in Azië: 220 – 230 V wisselstroom, 50/60 Hz Australië: 240 V wisselstroom, 50/60 Hz Overige landen: 110 – 120/220 – 240 V wisselstroom, 50/ 60 Hz Stroomverbruik TC-RE340: 15 watt TC-KE240: 14 watt Afmetingen (ca.) (b/h/d) 430 × 120 × 290 mm Gewicht (ca.) Bandsoort 3,3 kg Type I normaalband-cassette Sony Type I (NORMAL) 30 – 15.000 Hz (±3 dB, IEC), 20 – 16.000 Hz (±6 dB) Type II chroomband-cassette Sony Type II (HIGH) 30 – 16.000 Hz (±3 dB, IEC), 20 – 17.000 Hz (±6 dB) Type IV metaalband-cassette Sony Type IV (METAL) 30 – 18.000 Hz (±3 dB, IEC), 20 – 19.000 Hz (±6 dB), 30 – 13.000 Hz (±3 dB, –4 dB opname) Bijgeleverd toebehoren Snelheidsfluctuaties Zie blz. 4. Los verkrijgbaar accessoire Afstandsbediening RM-J910/J710 Neem voor nadere informatie betreffende de verkrijgbaarheid van de afstandsbediening contact op met uw dichtstbijzinde Sony handelaar. ±0,15% Piek gewogen (IEC) 0,1% RMS gewogen (NAB) ±0,2% Piek gewogen (DIN) Wijzigingen in ontwerp en technische gegevens voorbehouden, zonder kennisgeving. 17NL Aanvullende informatie Verklarende woordenlijst Index Index ATS Automatische bandsoortinstelling (Automatic Tape Selection). Met deze functie past het cassettedeck automatisch de opname/weergavecorrectie en de voormagnetisatiestroom aan bij de magnetische eigenschappen van de gebruikte bandsoort. A Aansluiten installatie 4 Aansluitingen overzicht 4 Accessoires bijgeleverde 4 los verkrijgbare 17 Afspeelfuncties automatische weergavestart 8 geheugen-afspeelfunctie 8 Afstandsbediening 4, 13, 17 ATS 9, 18 Audio-aansluitsnoeren 4 Automatische bandsoortinstelling. Zie ATS Automatische ijkingsfunctie 9, 18 Automatische Muziek Sensor. Zie Multi-AMS Automatische opnameniveau-instelling 10, 18 Automatische weergavestart 8 Automatische ijkingsfunctie Deze dient voor het optimaal instellen van de voormagnetisatiestroom en het opnameniveau voor de geplaatste cassette. De automatische ijkingsfunctie werkt samen met de ATS automatische bandsoortinstelling (zie hierboven) om met elke cassette de beste opnameresultaten te verkrijgen. Automatische opnameniveau-instelling Dit is een functie die vóór het opnemen automatisch het opnameniveau instelt, na waarneming van het piekniveau van de geluidsbron. Als de automatische opnameniveau-instelling daarna te hoge geluidspieken waarneemt nadat het opnemen reeds begonnen is, zal deze functie het opnameniveau geleidelijk verminderen. Dolby HX Pro Het Dolby HX Pro systeem neemt tijdens opnemen vervorming weg en vergroot tevens de uitstuurruimte van de hoge tonen, de zogenaamde headroom. Cassettes die met dit systeem zijn opgenomen, behouden bij het afspelen op andere cassettedecks dezelfde hoge kwaliteit. Dolby NR ruisonderdrukking Het Dolby ruisonderdrukkingssysteem reduceert de bandruis in de hoge frequenties, door zacht doorkomende hoge tonen bij opname te versterken, om de bij weergave tot het oorspronkelijke niveau terug te brengen. Er bestaan vier typen Dolby ruisonderdrukking: A, B, C en S. Type A is voor professioneel gebruik (dus niet op uw cassettedeck) en de typen B, C en S voor huiskamer-gebruik. Dolby S-type ruisonderdrukking zorgt voor de beste onderdrukking van bandruis, gevolgd door de typen C en B. Multi-AMS zoekfunctie De Multi-Automatische Muziek Sensor dient om snel het begin van een muziekstuk, tot 30 nummers voor- of achteruit, op te zoeken, door waarneming van de onbespeelde bandgedeelten (van minstens 4 seconden lengte) tussen de muziekstukken. Multiplex-filter Het MPX multiplex-filter verwijdert de restsignalen van de 19 kHz stereo-draaggolf en de 38 kHz hulpdraaggolf van radiozenders, die anders een juist funktioneren van de Dolby ruisonderdrukking zouden kunnen belemmeren. Tuners zijn over het algemeen met een dergelijk filter uitgerust, maar als de resultaten bij het opnemen van FM radio-uitzendingen met Dolby ruisonderdrukking niet aan de verwachtingen voldoen, kan het zijn dat uw tuner niet is voorzien van een MPX filter, of dat dit onvoldoende filtert. In dit geval draait u de DOLBY NR keuzeschakelaar linksom naar de stand voor het gewenste type ruisonderdrukking — B of C met MPX-FILTER. Testtonen 18NL Het cassettedeck genereert twee testsignalen (van 10 kHz en 400 Hz) voor de ijking van de voormagnetisatiestroom en de opname/weergavecorrectie, voor aanpassing aan de vereisten van de bandsoort. B Bandkoppen demagnetiseren 15 reinigen 15 Bandloopwerk reinigen 15 Bandopnamen tegen wissen beveiligen 14 Bandsoorten 14 Basisbediening voor afspelen 5 voor opnemen 6 Bijregelen geluidssterkte 5 opnameniveau, handmatig 7 C, D, E Cassette behandelen 14 uitnemen 5, 7 CD synchroon-opname met een afstandsbediening 13 via een CONTROL A1 aansluiting 12 CONTROL A1 aansluitingen 4, 14 Dolby HX Pro 7, 18 Dolby NR ruisonderdrukking 5, 7, 18 Extra-snel vooruitspoelen 5 terugspoelen 5 F, G, H Fader-functies 11 FILTER. Zie MPX-filter Geheugen-afspeelfunctie 8 I, J, K, L In-faden. Zie Fader-functies Instellen geluidssterkte 5 opnameniveau, automatisch. Zie Automatische opnameniveau-instelling opnameniveau, handmatig 7 Aanvullende informatie M, N, O, P Multi-AMS zoekfunctie 8, 18 MPX-filter 7, 18 Onbespeeld bandgedeelte. Zie Pauzes invoegen Opnamedemping 11 Opnemen basisbediening 6 compact discs 12 FM radio-uitzendingen 7 Opzoeken begin van de band 8 bepaald punt 8 muziekstukken 8 Pauzes invoegen 11 Plaatsen. Zie Cassette R, S, T Reinigen behuizing 14 koppen en bandloopwerk 15 Synchroon-opname van CD’s 12 Technische gegevens 17 Testtonen 9, 18 U, V, W, X, Y, Z Uit-faden. Zie Fader-functies Uitpakken 4 IJken. Zie Automatische ijkingsfunctie Verhelpen van storingen 16 Verschillen tussen de modellen 2 Zoekfuncties. Zie Opzoeken Namen van de bedieningsorganen Toetsen ARL (automatische opnameniveauregeling) 10 FADER 11 MEMORY 8 PAUSE P (pauzetoets) 5, 7, 9 – 12 REC r (opnametoets) 6, 7, 12 REC MUTING R (opnamedempingstoets) 11 RESET (terugsteltoets) 8 SYNCHRO (synchroon-opnametoets) 12 EJECT § (uitwerptoets) 5, 6, 15 p (stoptoets) 5, 7, 9 – 12 · (voorkant-weergavetoets) 5, 6, 8, 10 – 12 ª (achterkant-weergavetoets) 5, 7, 8, 12 ), 0 (snelspoeltoetsen/AMS) 5, 8 Keuzeschakelaars DIRECTION MODE (omkeerfunctieschakelaar) 5, 6, 12, 13 DOLBY NR (ruisonderdrukkingsschakelaar) 7 Schakelaars POWER (aan/uit-schakelaar) 5, 6 Regelaars REC LEVEL (opnameniveauregelaar) 7, 10 Stekkerbussen CONTROL A1 (bedieningsaansluitingen) 4 PHONES (hoofdtelefoon-aansluiting) 5 Overigen AUTO opnameniveau-instelindicator 6, 10, 11 Cassettehouders 5, 6, 15 Piekniveaumeters 7 SYNCHRO toets-indicatorlampje 12 19NL
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92

Sony TC-KE240 de handleiding

Type
de handleiding

Andere documenten