Documenttranscriptie
WAARSCHUWING
Stel dit apparaat niet bloot aan regen of
vocht, om brandgevaar of elektrische
schokken te voorkomen.
Open de behuizing niet, om gevaar voor elektrische
schokken te voorkomen. Laat alle reparaties aan
deskundig personeel over.
Installeer de stereo-installatie niet in een krappe
ruimte, zoals een boekenkast of ingebouwde kast.
De laser in dit apparaat is in staat straling uit te
zenden die de toegestane limiet voor Klasse 1
overschrijdt.
Dit apparaat is
geclassificeerd als een
KLASSE 1 LASER product.
De “CLASS 1 LASER
PRODUCT” aanduiding
bevindt zich aan de
achterkant van het apparaat.
Dit waarschuwingslabel bevindt zich binnenin het
apparaat.
Inhoudsopgave
Voorbereidingen
Stap 1: Aansluiten van het systeem
Voor DHC-MD77/EX77MD/
EX770MD .......................................... 4
Voor MHC-EX66/EX660 ................ 7
Stap 2: Instellen van de klok ................. 9
Stap 3: Voorprogrammeren van
radio-zenders ................................. 10
Aansluiten van het optionele
tapedeck TC-TX77/TX770* .......... 12
Aansluiten van optionele
audio/video componenten .......... 13
Aansluiten van optionele
buitenantenne’s .............................. 16
Basisbedieningen
Afspelen van een CD ........................... 17
Opnemen van een CD op een MD* ... 18
Opnemen van een CD op een band** ... 20
Afspelen van een MD* ......................... 21
Afspelen van een band** ..................... 22
Luisteren naar de radio ....................... 24
Opnemen van de radio ........................ 26
De CD-speler
Voor de Klanten in Nederland
Bij dit produkt zijn batterijen geleverd.
Wanneer deze leeg zijn, moet u ze niet
weggooien maar inleveren als KCA.
Dit systeem is uitgerust met Dolby
ruisonderdrukking* (alleen MHC-EX66/EX660).
* Dolby ruisonderdrukking geproduceerd onder
licentie van: Dolby Laboratories Licensing
Corporation.
DOLBY en het dubbel D symbool a zijn
handelsmerken van: Dolby Laboratories Licensing
Corporation.
Amerikaanse en buitenlandse octrooien onder
licentie van Dolby Laboratories Licensing
Corporation.
2NL
Gebruik van het CD-display ............... 28
Herhaald afspelen van
CD-muziekstukken ....................... 28
CD-muziekstukken in willekeurige
volgorde afspelen .......................... 29
CD-muziekstukken in geprogrammeerde volgorde afspelen ............ 29
Herhaald afspelen van een
gedeelte van een CD ...................... 31
Het MD-deck*
– Afspelen
Gebruik van het MD-display .............. 32
Herhaald afspelen van
MD-muziekstukken ...................... 33
MD-muziekstukken in willekeurige
volgorde afspelen .......................... 33
MD-muziekstukken in geprogrammeerde
volgorde afspelen ............................... 34
– Opnemen
Alvorens met het opnemen
te beginnen ..................................... 35
Handmatig opnemen op een MD ...... 36
Instellen van het opnameniveau ........ 37
Uw favoriete CD-muziekstukken op
een MD opnemen .......................... 38
Alleen het eerste muziekstuk van
elke CD opnemen .......................... 40
Opnamestart met 2 seconden muziek
uit het buffergeheugen .................. 41
Inlassen van een 3-seconden interval
tussen de muziekstukken ............. 42
Aanbrengen van
muziekstuknummers .................... 43
Controleren van het ingangssignaal .. 44
– Monteren
Alvorens met het monteren
te beginnen ..................................... 44
Wissen van opnamen ........................... 45
Verplaatsen van opgenomen
muziekstukken ............................... 47
Onderverdelen van opgenomen
muziekstukken ............................... 48
Samenvoegen van opgenomen
muziekstukken ............................... 49
Naamgeving van opgenomen MD’s
en muziekstukken ......................... 50
Ongedaan maken van de laatste
wijziging ......................................... 51
Het tapedeck**
Handmatig opnemen op een band .... 52
Uw favoriete CD-muziekstukken op
een band opnemen ........................ 54
Overige functies
Klankregeling ........................................ 55
Meezingen: Karaoke ............................ 56
Toewijzen van een naam aan een
voorgeprogrammeerde zender .... 58
Gebruik van het Radioinformatiesysteem (RDS)
(Alleen Europees model) .............. 60
Inslapen met muziek ............................ 63
Ontwaken met muziek ........................ 63
Schakelklok-opname van radiouitzendingen .................................. 65
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen ........................ 66
Systeembeperkingen van MD’s.......... 68
Verhelpen van storingen ..................... 70
Technische gegevens ............................ 73
Index ....................................................... 76
NL
* Alleen DHC-MD77/EX77MD/EX770MD.
**Alleen MHC-EX66/EX660 of bij gebruik van het
optionele deck TC-TX77/TX770.
Controleren van uw modelnummer
Alvorens deze gebruiksaanwijzing te lezen, moet u uw modelnummer controleren op de
voorkant van de versterker. Eventuele verschillen in de bediening zijn duidelijk aangeduid in de
tekst, zoals bij voorbeeld “alleen DHC- MD77.”
Elk modelnummer bestaat uit de volgende onderdelen:
DHC-MD77/EX77MD
DHC-EX770MD
MHC-EX66
MHC-EX660
CD-speler
CDP-EX77
CDP-EX770
CDP-EX77
CDP-EX770
Tuner
ST-EX77
ST-EX770
ST-EX77
ST-EX770
MD-deck
MDS-EX77
MDS-EX770
—
—
Tapedeck
—
—
TC-EX66
TC-EX660
Geïntegreerde stereo-versterker TA-EX77
TA-EX770
TA-EX66
TA-EX660
Luidsprekersysteem
SS-MD77/EX77
SS-EX880
SS-MD77/EX77
SS-EX880
Optioneel tapedeck
TC-TX77
TC-TX770
—
—
3NL
Voorbereidingen
Stap 1: Aansluiten van het systeem
Voor DHC-MD77/EX77MD/EX770MD
Volg de onderstaande procedure 1 tot 6 op om uw systeem met behulp van de bijgeleverde
kabels en accessoires aan te sluiten. Voer ook stappen 2 en 3 uit om de voorbereidingen te
voltooien.
AM-raamantenne
FM-draadantenne
Rechter luidspreker
Tuner
Versterker
MDdeck
CD-speler
4NL
DHC-MD77/EX77MD/
EX770MD achterpaneel
Linker luidspreker
1 Sluit de platte kabel aan op de
SYSTEM CONTROL aansluitklemmen van dezelfde kleur op elke
component totdat u een klikgeluid
hoort.
Om los te maken
deck door middel van de optische
kabel.
Opmerking
Verwijder de afsluitdopjes van de
OPTICAL aansluitklemmen alvorens de
optische kabel aan te sluiten. Bewaar de
dopjes voor later.
4 Sluit de luidsprekers aan.
2 Sluit de audiokabels aan op de
aansluitbussen met dezelfde
Romeinse cijfers(
,
,
,
3 Verbind de CD-speler met het MD-
).
Verbind de versterker met de tuner, CDspeler en MD-deck door middel van de
audiokabels (u hebt er vier). Zorg ervoor
dat de kleur van de stekkers en de
aansluitbussen overeenkomt.
Sluit de luidsprekersnoeren aan op de
SPEAKER aansluitingen van dezelfde
kleur.
Plaats de luidsprekersnoeren niet dicht
bij de antenne’s om ruis te voorkomen.
Steek de snoeren erin en trek dan
de hendel naar u toe.
R
L
+
–
Zwart* (’)
Steek de stekkers stevig in de
aansluitbussen door deze zo diep
mogelijk erin te duwen.
Rood* (‘)
Steek dit gedeelte erin.
* De kleur van uw luidsprekersnoeren kan
verschillen. Voor bijzonderheden, raadpleeg
de gebruiksaanwijzing van uw luidsprekersysteem.
wordt vervolgd
5NL
Stap 1: Aansluiten van het
systeem (vervolg)
Plaats twee R6 (AA-formaat)
batterijen in de
afstandsbediening.
5 Sluit de FM/AM antenne’s aan.
Zet de AM-raamantenne in elkaar en
sluit deze dan aan.
]
Voor DHC-EX77MD/EX770MD
}
]
Strek de FM-draadantenne
AM-raamantenne horizontaal uit.
FM
75Ω
}
AM
Wenk
COA
XIA
L
Sluit de antenne aan en trek
dan de hendel naar u toe.
Bij normaal gebruik gaan de batterijen ongeveer zes
maanden mee. Vervang beide batterijen door
nieuwe wanneer u het systeem niet langer op
afstand kunt bedienen.
Opmerking
Als u de afstandsbediening voor geruime tijd niet
gaat gebruiken, neem dan de batterijen eruit om
mogelijke beschadiging door batterijlekkage te
voorkomen.
Voor DHC-MD77
Strek de FM-draadantenne
horizontaal uit.
AM-raamantenne
FM
75Ω
AM
Sluit de antenne aan en trek
dan de hendel naar u toe.
6 Sluit het netsnoer aan op een
stopcontact.
6NL
Voor MHC-EX66/EX660
Volg de onderstaande procedure 1 tot 5 op om uw systeem met behulp van de bijgeleverde
kabels en accessoires aan te sluiten. Voer ook stappen 2 en 3 uit om de voorbereidingen te
voltooien.
AM-raamantenne
FM-draadantenne
MHC-EX66/EX660
Rechter luidspreker
achterpaneel
Linker luidspreker
Tuner
Versterker
Tapedeck
CD-speler
1 Sluit de platte kabel aan op de
SYSTEM CONTROL aansluitklemmen van dezelfde kleur op elke
component totdat u een klikgeluid
hoort.
Om los te maken
2 Sluit de audiokabels aan op de
aansluitbussen met dezelfde
Romeinse cijfers(
,
,
,
).
Verbind de versterker met de tuner, CDspeler en tapedeck door middel van de
audiokabels (u hebt er vier).
Zorg ervoor dat de kleur
van de stekkers en de
aansluitbussen
overeenkomt.
wordt vervolgd
7NL
Stap 1: Aansluiten van het
systeem (vervolg)
Voor andere modellen
Strek de FM-draadantenne
horizontaal uit.
AM-raamantenne
Steek de stekkers stevig in de
aansluitbussen door deze zo diep
mogelijk erin te duwen.
FM
75Ω
AM
Sluit de antenne aan en trek
dan de hendel naar u toe.
3 Sluit de luidsprekers aan.
Sluit de luidsprekersnoeren aan op de
SPEAKER aansluitingen van dezelfde
kleur.
Plaats de luidsprekersnoeren niet dicht
bij de antenne’s om ruis te voorkomen.
Steek de snoeren erin en trek dan
de hendel naar u toe.
R
L
5 Sluit het netsnoer aan op een
stopcontact.
Plaats twee R6 (AA-formaat)
batterijen in de
afstandsbediening.
+
–
Zwart* (’)
Rood* (‘)
Steek dit gedeelte erin.
]
}
]
* De kleur van uw luidsprekersnoeren kan
verschillen. Voor bijzonderheden, raadpleeg
de gebruiksaanwijzing van uw
luidsprekersysteem.
Wenk
4 Sluit de FM/AM antenne’s aan.
Bij normaal gebruik gaan de batterijen ongeveer zes
maanden mee. Vervang beide batterijen door
nieuwe wanneer u het systeem niet langer op
afstand kunt bedienen.
Zet de AM-raamantenne in elkaar en
sluit deze dan aan.
Voor het Europese model
Opmerking
Strek de FM-draadantenne
AM-raamantenne horizontaal uit.
FM
COA
75Ω
AM
XIA
L
Sluit de antenne aan en trek
dan de hendel naar u toe.
8NL
}
Als u de afstandsbediening voor geruime tijd niet
gaat gebruiken, neem dan de batterijen eruit om
mogelijke beschadiging door batterijlekkage te
voorkomen.
Stap 2: Instellen van
de klok
Om de schakelklok te kunnen gebruiken,
moet u de klok vooraf op de juiste tijd
instellen.
De klok van het Europese model gebruikt een
24-uur systeem en die van de overige
modellen een 12-uur systeem.
Voor de afbeeldingen wordt het Europese
model gebruikt.
1
2,4
4
Draai MULTI CONTROLLER om de
minuten in te stellen.
5
Druk op ENTER/NEXT.
De klok begint te lopen.
Om de ingestelde tijd te
veranderen
Begin opnieuw vanaf stap 1.
Wenken
• De ingebouwde klok geeft de tijd aan op het
display, ook wanneer het systeem is
uitgeschakeld.
• Het bovenste puntje knippert gedurende de eerste
helft van een minuut (0 tot 29 seconden), en het
onderste puntje knippert gedurende de laatste
helft van een minuut (30 tot 59 seconden).
3,5
1
Druk op CLOCK SET.
2
Draai MULTI CONTROLLER om
het uur in te stellen.
3
Druk op ENTER/NEXT.
De minuten-indicatie begint te
knipperen.
9NL
2
Stap 3:
Voorprogrammeren
van radio-zenders
Welke banden u kunt ontvangen hangt af van
het model dat u hebt gekocht.
Met het Europese model kunt u maximaal 40
zenders, 20 voor FM, 10 voor MW (MG) en 10
voor LW (LG), voorprogrammeren.
Met de overige modellen kunt u maximaal 30
zenders, 20 voor FM en 10 voor AM,
voorprogrammeren.
Voor overige modellen:
Druk op AUTO.
3
Draai MULTI CONTROLLER.
De frequentie-indicatie begint te
veranderen. Het doorlopen van de
frequentieband stopt wanneer het
systeem op een zender is afgestemd.
“TUNED” en “STEREO” (voor een
stereo-programma) verschijnen op het
display.
Voor het Europese model
1
3,5 4
Voor het Europese model:
Druk herhaaldelijk op TUNING
MODE totdat “AUTO TUNING”
verschijnt.
4
Druk op MEMORY.
Een preselectie-nummer gaat voor 8
seconden knipperen.
6
2
Voor overige modellen
5
3,5 MANUAL 1
Draai MULTI CONTROLLER en
kies het gewenste preselectienummer terwijl dit knippert.
Preselectie-nummer
6
4
1
6
Bij elke druk op de toets, verandert de
gekozen band als volgt:
Europees model:
FM n MW (MG) n LW (LG)
10
NL
Overige modellen:
FM n AM
De zender is nu in het geheugen
vastgelegd.
2
Druk herhaaldelijk op TUNER/
BAND totdat de gewenste
frequentieband op het display
verschijnt.
Druk op ENTER/NEXT.
7
Herhaal stappen 1 t/m 6 om andere
zenders in het geheugen vast te
leggen.
Om af te stemmen op een zender
met een zwak signaal
Voor het Europese model
Druk in stap 2 herhaaldelijk op TUNING
MODE totdat “TUNING” verschijnt, en draai
dan MULTI CONTROLLER om op de
gewenste zender af te stemmen.
Voor overige modellen
Druk in stap 2 op MANUAL, en draai dan
MULTI CONTROLLER om op de gewenste
zender af te stemmen.
Om het preselectie-nummer te
veranderen
Begin opnieuw vanaf stap 1.
Om het AM-afsteminterval te
veranderen (niet voor het
Europese model)
Het AM-afsteminterval is in de fabriek
ingesteld op 9 kHz. Om het AMafsteminterval te veranderen, dient u eerst af
te stemmen op een AM-zender en dan het
systeem uit te schakelen. Houd daarna de
ENTER/NEXT toets ingedrukt terwijl u het
systeem opnieuw inschakelt. Wanneer u het
interval wijzigt, worden alle
voorgeprogrammeerde zenders uit het
geheugen gewist. Herhaal dezelfde
procedure om het interval opnieuw in te
stellen.
Wenk
De voorgeprogrammeerde zenders worden
ongeveer één week in het geheugen
vastgehouden, zelfs wanneer u de stekker uit
het stopcontact verwijdert of als er een
stroomonderbreking optreedt.
11NL
Aansluiten van het optionele tapedeck
TC-TX77/TX770 (Alleen DHC-MD77/EX77MD/EX770MD)
U kunt gebruikmaken van het optionele tapedeck TC-TX77/TX770 dat ontworpen is voor
gebruik met de DHC-MD77/EX77MD/EX770MD.
Volg de onderstaande procedure 1 tot 3 op om de TC-TX77/TX770 met behulp van de
bijgeleverde kabels van de TC-TX77/TX770 op uw systeem aan te sluiten.
Opmerking
De TAPE IN/OUT en VIDEO IN/OUT aansluitbussen op de DHC- MD77/EX77MD/EX770MD zijn voorzien
van een afsluitdop om onjuiste aansluitingen te voorkomen. Verwijder deze dop alvorens aan te sluiten, en
bewaar deze voor later.
De afsluitdop kan in tweeën worden verdeeld. Laat deze dop erop, wanneer de VIDEO aansluitbussen niet
worden gebruikt.
Naar TAPE IN
Naar TAPE OUT
ç
ç
TC-TX77/
TX770
achterpaneel
DHC-MD77/
EX77MD/
EX770MD
achterpaneel
Naar TAPE OUT
ç : Signaalstroom
12NL
Naar TAPE IN
1 Sluit de audiobuskabel aan op de
AU BUS aansluitklemmen op elke
component totdat u een klikgeluid
hoort.
Aansluiten van
optionele audio/
video componenten
U kunt uw systeem uitbreiden door optionele
componenten erop aan te sluiten door middel
van audiokabels (afzonderlijk verkrijgbaar).
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van elke
component. Neem eerst de afsluitdopjes van
de te gebruiken aansluitbussen eraf, en
bewaar deze voor later.
2 Sluit de audiokabels aan.
Gebruik de twee audiokabels en zorg
ervoor dat de kleur van de stekkers
overeenkomt met die van de
aansluitbussen.
Aansluiten van een TV/
videorecorder
Zorg ervoor dat de kleur van de stekkers
overeenkomt met die van de aansluitbussen.
Voor DHC-MD77/EX77MD/EX770MD
Sluit een TV/videorecorder aan op VIDEO1,
VIDEO2 (DHC- MD77) of op VIDEO2/AUX
(DHC-EX77MD/EX770MD) op de versterker.
Steek de stekkers stevig in de
aansluitbussen door deze zo diep
mogelijk erin te duwen.
Zet MODE SELECTOR op “ANALOG REC”
wanneer u een TV/videorecorder aansluit op
VIDEO2 (DHC-MD77) of op VIDEO2/AUX
(DHC-EX77MD/EX770MD).
MODE SELECTOR
3 Sluit het netsnoer aan op een
stopcontact nadat alle aansluitingen
van uw systeem en een tapedeck
zijn voltooid.
Naar de audio-uitgang van een
TV/videorecorder
wordt vervolgd
13NL
Aansluiten van optionele audio/
video componenten (vervolg)
Aansluiten van andere analoge
componenten
Voor MHC-EX66/EX660
Sluit een TV/videorecorder aan op VIDEO1
of VIDEO2/AUX op de versterker.
Sluit een analoge component aan op VIDEO1
op de versterker.
Zorg ervoor dat de kleur van de stekkers
overeenkomt met die van de aansluitbussen.
Naar de audio-uitgang van een
TV/videorecorder
Om te luisteren naar het geluid
van de TV/videorecorder
Draai FUNCTION totdat de VIDEO 1,
VIDEO 2 (DHC-MD77) of VIDEO 2/AUX
(overige modellen) indicator aangaat.
Aansluiten van audiocomponenten
Aansluiten van een tapedeck
Sluit een tapedeck aan op TAPE op de
versterker.
Zorg ervoor dat de kleur van de stekkers
overeenkomt met die van de aansluitbussen.
Naar de audioingang van een
tapedeck
Naar de audiouitgang van een
tapedeck
Om te luisteren naar het geluid
van een tapedeck
Draai FUNCTION totdat de TAPE indicator
aangaat.
14NL
Naar de audioingang van een
analoge component
Naar de audiouitgang van een
analoge component
Om te luisteren naar het geluid
van de aangesloten komponent
Draai FUNCTION totdat de VIDEO 1
indicator aangaat.
Aansluiten van digitale
componenten
Voor DHC-MD77/EX77MD/EX770MD
U kunt een digitale opname maken van de
aangesloten digitale component (b.v. een
DAT deck, satelliettuner of ander MD-deck)
op het MD-deck van dit systeem.
• Sluit een digitale component aan op
VIDEO 2 DIGITAL IN op het MD-deck
door middel van een optische kabel.
• Sluit een digitale component aan op
VIDEO2 (DHC-MD77) of op VIDEO2/
AUX (DHC-EX77MD/EX770MD) op de
versterker door middel van audiokabels.
• Zet MODE SELECTOR op “DIGITAL
REC”.
MODE SELECTOR
Voor MHC-EX66/EX660
U kunt een digitale opname maken van de
CD-speler van dit systeem op het aangesloten
MD-deck. U kunt ook een analoge opname
maken indien u het MD-deck door middel
van audiokabels aansluit.
• Sluit een MD-deck aan op DIGITAL OUT
op de CD-speler door middel van een
optische kabel.
• Sluit een MD-deck aan op MD op de
versterker door middel van audiokabels.
Naar de analoge
(lijn) ingang van
een MD-deck
Naar de analoge (lijn)
uitgang van een
digitale component
Naar de digitale
uitgang van een
digitale component
Naar de analoge
(lijn) uitgang van
een MD-deck
Om te luisteren naar het geluid
van de aangesloten component
Draai FUNCTION totdat de VIDEO 2 (DHCMD77) of VIDEO 2/AUX (DHC-EX77MD/
EX770MD) indicator aangaat.
Wenk
Een ingebouwde bemonsteringsfrequentie-omzetter
zet de bemonsteringsfrequentie van diverse digitale
bronnen automatisch om in de 44,1 kHz
bemonsteringsfrequentie van het MD-deck.
Hierdoor kunt u allerlei bronnen opnemen, zoals 32kHz en 48-kHz DAT of satelliet-uitzendingen,
alsmede CD’s en andere MD’s.
Opmerkingen
• Indien “Din Unlock” of “Cannot Copy” op het
display verschijnt, is digitaal opnemen niet
mogelijk. In dit geval kunt u de geluidsbron
opnemen door MODE SELECTOR op “ANALOG
REC” te zetten.
• Wanneer u een digitale opname maakt door
middel van een optische kabel, kan het
opnameniveau niet worden ingesteld.
• Wanneer er geen audiokabels op VIDEO2 (DHCMD77) of VIDEO2/AUX (DHC-EX77MD/
EX770MD) op de versterker zijn aangesloten, kunt
u niet luisteren naar de digitale component.
Naar de digitale ingang van een
MD-deck
Om te luisteren naar het geluid
van het MD-deck
Draai FUNCTION totdat de MD indicator
aangaat.
15NL
AM-raamantenne
Aansluiten van
optionele
buitenantenne’s
Sluit een 6 tot 15 meter lange geïsoleerde
draad aan op de AM-antenneaansluiting.
Laat de bijgeleverde AM-raamantenne
aangesloten.
Voor het Europese model
Sluit de buitenantenne aan om een betere
ontvangst te krijgen.
Geïsoleerde draad
(niet bijgeleverd)
FM-antenne
FM
Aarddraad
(niet
bijgeleverd)
Sluit de optionele FM-buitenantenne aan.
In de plaats daarvan kunt u ook de TVantenne gebruiken.
75Ω
AM
COA
XIA
L
Voor het Europese model
FM
75Ω
AM
COA
XIA
L
IEC-standaard contrastekker
(niet bijgeleverd)
Voor overige modellen
Geïsoleerde draad
(niet bijgeleverd)
Voor overige modellen
FM
75Ω
Aarddraad
(niet
bijgeleverd)
AM
FM
75Ω
AM
75-ohm coaxiale kabel
(niet bijgeleverd)
Belangrijk
Aard de buitenantenne ter bescherming tegen
bliksem. Sluit de aarddraad niet op een
gasbuis aan, teneinde een gasontploffing te
voorkomen.
16NL
Basisbedieningen
Afspelen van een CD
U kunt maximaal 3 CD’s achter elkaar
afspelen.
POWER
1
VOLUME
1
Druk op § OPEN/CLOSE en plaats
een CD in de lade.
= SELECTOR +
Plaats de CD
met de
labelkant naar
boven.
Wanneer u een
single CD wilt
afspelen, plaats
deze dan op de
binnenste cirkel
van de lade.
·∏
r REC
0
)
p
§
OPEN/CLOSE
= SELECTOR +
·∏
0
)
p
Om de derde CD te plaatsen, drukt u op
DISC SKIP (of D.SKIP op de
afstandsbediening) om de lade te laten
draaien.
2
• • •
• • •
0
10
= SELECTOR +
·∏
r REC
0
)
p
§
OPEN/CLOSE
Muziekstuknummer
Muziekkalender
= SELECTOR +
·∏
0
)
p
CONTINUE
2
p
SELECTOR
·∏
Ladenummer
Afspeeltijd
0/)
EX-CHANGE DISC SKIP
·
Basisbedieningen
De lade gaat dicht en het afspelen begint.
Indien u · ∏ (of · op de
afstandsbediening) indrukt terwijl de
lade gesloten is, begint het afspelen
vanaf de CD die geplaatst is op de lade
waarvan de toets in groen brandt.
• • •
§
EJECT
Druk op een van de DISC 1 – 3
toetsen.
–
+
·
P
=
+
·
P
=
+
ª
·
0
)
Om
Doe het volgende
Het afspelen te
stoppen
Druk op p.
Het afspelen te
onderbreken
(pauze)
Druk op · ∏ (of P op de
afstandsbediening). Druk
nogmaals op de toets om het
afspelen te hervatten.
Een
muziekstuk te
kiezen
Draai SELECTOR naar rechts
(om vooruit te gaan) of naar
links (om terug te gaan) en laat
deze los wanneer het gewenste
muziekstuk is bereikt (of druk
op + of = op de
afstandsbediening). Draai
SELECTOR en houdt deze op
zijn plaats om andere CD’s te
kiezen.
P
p
D.SKIP
p
=/+
p
+
–
VOL (+/–)
wordt vervolgd
17NL
Afspelen van een CD (vervolg)
Om
Doe het volgende
Opnemen van een CD
op een MD
Een punt in een
muziekstuk te
vinden
Druk tijdens het afspelen
op ) of 0 en laat los bij
het gewenste punt.
(Alleen DHC-MD77/EX77MD/
EX770MD)
Een CD te kiezen
Druk op de DISC 1 – 3 toets
of DISC SKIP (of op D.SKIP
op de afstandsbediening).
— CD synchroon-opname
Alleen de gekozen
CD af te spelen
Druk herhaaldelijk op
CONTINUE totdat
“1 DISC” verschijnt.
Alle CD’s af te
spelen
Druk herhaaldelijk op
CONTINUE totdat
“ALL DISCS” verschijnt.
De CD eruit te
nemen of te
verwisselen
Druk op § OPEN/CLOSE.
De CD tijdens
afspelen te
verwisselen
Druk op EX-CHANGE.
Druk nogmaals om de lade
te sluiten.
Het volume in
te stellen
Draai VOLUME (of druk
op VOL
of
op de
afstandsbediening).
U kunt een CD digitaal opnemen op een MD
en daarbij de muziekstuknummers in
dezelfde volgorde als op de CD aanbrengen.
Bovendien kunt u een programma van uw
favoriete muziekstukken opnemen (zie blz.
38), alleen het eerste muziekstuk van elke CD
opnemen (Hit Parade, zie blz. 40), en een
opgenomen MD monteren (zie blz. 45 – 51).
5
1
POWER
6
Wenken
18NL
• • •
• • •
§
EJECT
• • •
• Wanneer u · ∏ indrukt terwijl het systeem is
uitgeschakeld, wordt het systeem automatisch
ingeschakeld en begint het afspelen indien er een
CD in de lade is geplaatst (Afspelen door één
toetsdruk).
• U kunt overschakelen van een andere geluidsbron
naar de CD-speler en het afspelen van een CD
laten beginnen door gewoon · ∏ of de
DISC 1 – 3 toetsen* (Automatische bronkeuze) in
te drukken.
* Tijdens normaal afspelen of terwijl “1 DISC
SHUFFLE” op het display wordt aangegeven,
kunt u de bron automatisch kiezen door de
DISC 1 – 3 toetsen in te drukken.
• “NO DISC” verschijnt op het display indien er
geen CD in de lade is geplaatst.
• Wanneer de lade is gekozen of de CD in de lade
wordt afgespeeld, brandt de DISC 1 – 3 toets voor
de betreffende lade in groen.
0
10
= SELECTOR +
·∏
r REC
0
)
p
§
OPEN/CLOSE
= SELECTOR +
·∏
0
)
p
4
3
4
–
+
·
P
=
+
·
P
=
+
ª
·
2
p
D.SKIP
p
p
P
p
Plaats een voor opnemen geschikte
MD in het deck.
Met het pijltje
naar het deck
gericht
• • •
• • •
§
• • •
1
EJECT
·∏
0
)
p
Met de labelkant
bovenaan en
het nokje naar
rechts geschoven
2
6
Druk op · ∏ op het MD-deck (of
op P op de afstandsbediening).
Het opnemen begint. Nadat de opname
is beëindigd, stopt de CD-speler en komt
het MD-deck automatisch in de
pauzestand te staan. Indien er op de MD
geen opnametijd overblijft, komt het
MD-deck in de stopstand te staan.
Om de opname te stoppen
Druk op p op het MD-deck.
Druk op § OPEN/CLOSE en plaats
een CD in de lade.
De lade gaat open.
0
)
p
§
OPEN/CLOSE
= SELECTOR +
·∏
0
Verplaats het deck niet en trek de stekker niet
uit het stopcontact, om te verzekeren dat de
opname volledig wordt uitgevoerd. Het deck
is namelijk bezig met het bijwerken van de
inhoudsopgave (TOC: Table Of Contents).
)
p
Om de derde CD te plaatsen, drukt u op
DISC SKIP (of D.SKIP op de afstandsbediening) om de lade te laten draaien.
3
Druk herhaaldelijk op DISC SKIP
(of D.SKIP op de afstandsbediening)
totdat de gewenste DISC 1 – 3 toets
in groen brandt.
4
Druk op CD SYNC en draai dan
SELECTOR op het MD-deck totdat
“NORMAL ?” op het display
verschijnt.
5
Druk op ENTER/YES.
Wenken
• Wanneer u een MD in het deck plaatst terwijl de
spanning is uitgeschakeld, wordt de spanning
automatisch ingeschakeld.
• Het opnemen op MD is pas voltooid nadat alle
opname-informatie in de TOC staat. TOC stopt
dan met knipperen en gaat uit. Trek de stekker er
niet uit en verplaats het deck evenmin. Alvorens
de stekker uit het stopcontact te trekken, moet u
het volgende doen:
– Verwijder de MD
– Druk op SYSTEM POWER om het systeem uit te
schakelen.
Basisbedieningen
Plaats de CD met
de labelkant
naar boven.
Wanneer u een
single CD wilt
afspelen, plaats
deze dan op de
binnenste cirkel
van de lade.
Wanneer “TOC” aangaat of
knippert
Het MD-deck staat nu in de wachtstand
voor opnemen en de CD in de
pauzestand voor afspelen.
19NL
Opnemen van een CD
op een band
(Alleen MHC-EX66/EX660 of bij
gebruik van het optionele deck
TC-TX77/TX770)
1
Druk op § OPEN/CLOSE op het
tapedeck en plaats een onbespeelde
band in het deck.
Druk nogmaals op § OPEN/CLOSE om
de cassettelade te sluiten.
Met de kant
die u wilt
opnemen naar
boven
— CD synchroon-opname
§
OPEN/CLOSE
ª
• • •
POWER
4
• • •
Met de CD SYNC toets kunt u een CD
gemakkelijk op band opnemen. U kunt
TYPE-I (normal), TYPE-II (CrO2) en TYPE-IV
(metal) banden gebruiken. Het deck herkent
de bandsoort automatisch.
Voor de afbeeldingen wordt MHC-EX66/
EX660 gebruikt.
• • •
® REC
0
2
10
·
0
P
)
p
Druk op § OPEN/CLOSE op de
CD-speler en plaats een CD in de
lade.
De lade gaat open.
1
ª
0
Plaats de CD met
de labelkant
naar boven.
Wanneer u een
single CD wilt
afspelen, plaats
deze dan op de
binnenste cirkel
van de lade.
§
ª
• • •
• • •
• • •
10
§
OPEN/CLOSE
= SELECTOR +
·∏
0
)
p
Om de derde CD te plaatsen, drukt u op
DISC SKIP (of D.SKIP op de
afstandsbediening) om de lade te laten
draaien.
OPEN/CLOSE
0
)
p
·
0
P
)
p
3
Druk herhaaldelijk op DISC SKIP
(of D.SKIP op de afstandsbediening)
totdat de gewenste DISC 1 – 3 toets
in groen brandt.
4
Druk herhaaldelijk op DIRECTION
voor het kiezen van de kant waarop
u wilt opnemen.
§
OPEN/CLOSE
= SELECTOR +
·∏
0
)
p
6
DOLBY NR
3 5
7 2
p
Kies A om op één kant op te nemen.
Kies Å of a om op beide kanten op
te nemen.
5
Draai REC LEVEL om het
opnameniveau in te stellen.
Het vierde puntje is toereikend in de
meeste gevallen. Voor details, zie
“Handmatig opnemen op een band” op
blz. 52.
20NL
6
Druk op CD SYNC op het tapedeck.
Het tapedeck staat in de wachtstand
voor opnemen en de CD in de pauzestand voor afspelen. De CD SYNC
indicator gaat aan en “PLAY · P
{REC}” (voor de voorkant van de band)
verschijnt.
7
Afspelen van een MD
(Alleen DHC-MD77/EX77MD/
EX770MD)
U kunt een MD afspelen op dezelfde wijze als
een CD.
Druk op P op het tapedeck.
Het opnemen begint.
POWER
VOLUME
2
§ EJECT
Om de opname te stoppen
Druk op p op het tapedeck of op de CDspeler.
Wenken
• • •
10
·∏
0
)
p
§
OPEN/CLOSE
= SELECTOR +
·∏
0
)
p
+
P
=
+
·
P
=
+
ª
·
0
)
p
p
SELECTOR p 0/)
P
=/+
p
+
–
1
1
VOL (+/–)
Plaats een MD in het deck.
Met het pijltje
naar het deck
gericht
• • •
§
EJECT
• • •
·
–
·
Basisbedieningen
Tijdens opnemen kunt u niet naar andere bronnen
luisteren.
0
= SELECTOR +
r REC
• • •
Opmerking
• • •
§
EJECT
• • •
• Wanneer u SYSTEM POWER op de DHC-MD77/
EX77MD/EX770MD indrukt, wordt het TC-TX77/
TX770 deck automatisch ingeschakeld indien het
deck door middel van de audiobuskabel op het
systeem is aangesloten.
• Indien u vanaf de achterkant van de band wilt
opnemen, drukt u in stap 6 op ª zodat
“ª PLAY P {REC}” (voor de achterkant)
verschijnt.
• Wanneer u op beide kanten wilt opnemen, moet u
beginnen vanaf de voorkant. Als u vanaf de
achterkant begint, zal de opname bij het einde van
de achterkant stoppen, zelfs indien a is
gekozen.
• Wanneer u de ruis (sisgeluid) in de
hoogfrekwentiesignalen van laag niveau wilt
onderdrukken, dient u vóór stap 5 herhaaldelijk
op DOLBY NR te drukken om B of C te kiezen.
DOLBY NR kan niet worden ingesteld terwijl de
opname bezig is.
• Wanneer het einde van de voorkant van de band
tijdens opnemen op beide kanten wordt bereikt,
werkt de fade-out functie zodat een muziekstuk
niet plotseling wordt onderbroken aan het einde
van de band (Fade Synchro). Het muziekstuk zal
vanaf het begin opnieuw worden opgenomen op
de achterkant van de band. De “Fade Synchro”
functie werkt ook tijdens opnemen op één kant
van de band.
• U kunt geen CD synchroon-opname maken door
de CD SYNC toetsen op het tapedeck en MD-deck
tegelijkertijd in te drukken.
Gebruik de CD synchroon-opnamefunctie voor de
band en neem handmatig op op de MD. Deze
methode is aan te bevelen, aangezien u op het
MD-deck het overlappende muziekstuk, dat met
“Fade Synchro” werd opgenomen, gemakkelijk
kunt wissen door zijn muziekstuknummer in te
voeren (Wisfunktie).
·∏
0
)
p
Met de labelkant
bovenaan
wordt vervolgd
21NL
Afspelen van een MD (vervolg)
2
Druk op · ∏ (of · op de
afstandsbediening).
Het afspelen begint.
Muziekstuknummer
Afspeeltijd
Muziekkalender
Om
Doe het volgende
Het afspelen te
stoppen
Druk op p.
Het afspelen te
onderbreken
(pauze)
Druk op · ∏ (of P op de
afstandsbediening). Druk
nogmaals op de toets om het
afspelen te hervatten.
Een muziek
stuk te kiezen
Draai SELECTOR naar rechts
(om vooruit te gaan) of naar
links (om terug te gaan) en laat
deze los wanneer het gewenste
muziekstuk is bereikt (of druk
op + of = op de
afstandsbediening).
Afspelen van een band
(Alleen MHC-EX66/EX660 of bij
gebruik van het optionele deck
TC-TX77/TX770)
U kunt TYPE-I (normal), TYPE-II (CrO2) of
TYPE-IV (metal) banden gebruiken,
aangezien het deck de bandsoort automatisch
herkent (ATS*).
Voor de afbeeldingen wordt MHC-EX66/
EX660 gebruikt.
* De functie voor automatische bandkeuze (ATS)
stelt de opname/weergavecorrectie en de
voorspanning automatisch in overeenkomstig de
bandsoort van de geplaatste band.
POWER
1
VOLUME
Een punt in
Druk tijdens het afspelen op
een muziekstuk ) of 0 en laat los bij het
te vinden
gewenste punt.
De MD eruit te Druk op § EJECT.
nemen
§
OPEN/CLOSE
ª
• • •
• • •
• • •
Het volume in
te stellen
3
ª
0
Draai VOLUME (of druk op
of
op de
VOL
afstandsbediening).
10
·
0
P
)
p
§
OPEN/CLOSE
= SELECTOR +
·∏
0
Wenken
22NL
• U kunt het afspelen laten beginnen vanaf het
gewenste muziekstuk. Alvorens in stap 2 · ∏ in
te drukken, dient u hiervoor SELECTOR te
draaien totdat het gewenste muziekstuk
verschijnt.
• Wanneer u · ∏ indrukt terwijl het systeem is
uitgeschakeld, wordt het systeem automatisch
ingeschakeld en begint het afspelen indien er een
MD in het deck is geplaatst (Afspelen door één
toetsdruk).
• U kunt overschakelen van een andere geluidsbron
naar het MD-deck en het afspelen van een MD
laten beginnen door gewoon · ∏ in te drukken
(Automatische bronkeuze).
• Wanneer u een MD in het deck plaatst terwijl de
spanning is uitgeschakeld, wordt de spanning
automatisch ingeschakeld.
)
p
DOLBY NR
P
2
ª
·
0
)
p 0/)
p
+
–
VOL (+/–)
1
Druk op § OPEN/CLOSE op het
tapedeck en leg een opgenomen
band erin.
Druk nogmaals op § OPEN/CLOSE om
de cassettelade te sluiten.
Met de kant
die u wilt
afspelen naar
boven
§
OPEN/CLOSE
ª
• • •
• • •
• • •
® REC
0
10
·
0
P
Om
Doe het volgende
De band eruit
te nemen
Druk op § OPEN/CLOSE.
Het volume in
te stellen
Draai VOLUME (of druk op
VOL
of
op de
afstandsbediening).
* De Automatische Muziek Sensor (AMS) functie
herkent een niet-opgenomen interval van meer
dan vier seconden tussen de muziekstukken en
spoort het begin van de muziekstukken snel op.
)
p
Wenken
2
Druk herhaaldelijk op DIRECTION
om de af te spelen kant te kiezen.
Kies A om één kant af te spelen. Kies
Å om beide kanten éénmaal af te
spelen. Kies a om beide kanten
herhaaldelijk af te spelen*.
Druk op ·.
Druk op ª om de achterkant af te
spelen.
Het afspelen begint.
* Het deck stopt automatisch nadat beide kanten
vijfmaal zijn afgespeeld.
Om
Doe het volgende
Het afspelen te
stoppen
Druk op p.
Het afspelen te
onderbreken
(pauze)
Druk op P. Druk nogmaals
om het afspelen te hervatten.
Snel vooruit te
spoelen
Druk op p en druk dan op )
(voor de voorkant) of op 0
(voor de achterkant).
Terug te
spoelen
Druk op p en druk dan op 0
(voor de voorkant) of op )
(voor de achterkant).
Een muziekstuk Druk op ) (om vooruit te
te kiezen
gaan) of 0 (om terug te
(AMS*)
gaan) tijdens afspelen van de
voorkant.
Druk op 0 (om vooruit te
gaan) of ) (om terug te
gaan) tijdens afspelen van de
achterkant.
Basisbedieningen
3
• Wanneer u SYSTEM POWER op de DHC-MD77/
EX77MD/EX770MD indrukt, wordt het TC-TX77/
TX770 deck automatisch ingeschakeld indien het
deck door middel van de audiobuskabel op het
systeem is aangesloten.
• Wanneer u · of ª indrukt terwijl het systeem
is uitgeschakeld, wordt het systeem automatisch
ingeschakeld en begint het afspelen indien er een
band in het tapedeck is geplaatst (Afspelen door
één toetsdruk).
• U kunt overschakelen van een andere geluidsbron
naar het tapedeck door gewoon · of ª in te
drukken (Automatische bronkeuze).
• U kunt de band na snel vooruit- of terugspoelen
automatisch vanaf het begin afspelen (Auto Play).
Druk hiervoor op · terwijl u 0 ingedrukt
houdt (voor de voorkant), of druk op ª terwijl u
) ingedrukt houdt (voor de achterkant).
• Wanneer u de ruis (sisgeluid) in de hoogfrequentiesignalen van laag niveau wilt
onderdrukken, dient u DOLBY NR herhaaldelijk
in te drukken om B of C te kiezen.
Opmerkingen
De AMS-functie zal mogelijk niet juist werken
wanneer:
– het niet-opgenomen interval tussen de
opgenomen muziekstukken korter is dan 4
seconden.
– verschillend materiaal op de linker en rechter
kanalen is opgenomen (b.v. karaoke-banden met
instrumentale muziek en een zangstem, banden
voor het inoefenen van een vreemde taal, enz.).
– signalen van een zeer laag niveau of
laagfrequentie-signalen (b.v. een bassaxofoon)
ononderbroken op de band zijn opgenomen.
– het systeem te dicht bij een TV is geplaatst. (Plaats
het systeem verder van de TV of schakel de TV
uit.)
23NL
Voor overige modellen
Luisteren naar de
radio
3
POWER
MANUAL
1
— Luisteren naar voorgeprogrammeerde zenders
Programmeer eerst de radio-zenders in het
geheugen van de tuner (zie blz. 10).
Voor het Europese model
3
POWER
1
• • •
• • •
• • •
§
EJECT
0
10
= SELECTOR +
·∏
r REC
0
)
p
§
OPEN/CLOSE
= SELECTOR +
·∏
0
)
p
• • •
• • •
• • •
§
EJECT
0
10
STEREO/MONO
= SELECTOR +
·∏
r REC
0
VOLUME
)
2
AUTO
p
1
§
OPEN/CLOSE
= SELECTOR +
·∏
0
)
p
VOLUME
Druk herhaaldelijk op TUNER/
BAND (of op BAND op de
afstandsbediening) totdat de
gewenste frequentieband verschijnt.
Bij elke druk op de toets verandert de
gekozen band als volgt:
2 ST/MONO
Europees model:
FM n MW (MG) n LW (LG)
Overige modellen:
FM n AM
PRESET (–/+)
–
24
NL
+
·
P
=
+
·
P
=
+
ª
·
0
)
p
BAND
2
Voor het Europese model:
Druk herhaaldelijk op TUNING
MODE totdat “PRESET” verschijnt.
p
Voor overige modellen:
Druk op PRESET.
p
+
–
VOL (+/–)
3
Draai MULTI CONTROLLER om op
de gewenste zender af te stemmen.
Draai naar
– MULTI CONTROLLER + Draai naar
links (of
rechts (of
druk op
druk op
PRESET – op
PRESET + op
de afstandsde afstandsbediening) om
bediening)
een lager
om een hoger
preselectiepreselectienummer te kiezen.
nummer te kiezen.
Voor overige modellen:
Druk in stap 2 op MANUAL en draai dan
MULTI CONTROLLER om op de gewenste
zender af te stemmen (Handmatige afstemming).
Druk in stap 2 op AUTO en draai dan MULTI
CONTROLLER.
De frequentie-indicatie begint te veranderen
en het doorlopen van de frequentieband stopt
wanneer er op een zender is afgestemd
(Automatische afstemming).
Wenken
Frequentie
Preselectie-nummer
Doe het volgende
De radio uit te
schakelen
Druk op SYSTEM POWER.
Het volume
in te stellen
Draai VOLUME (of druk op
VOL
of
op de
afstandsbediening).
Luisteren naar nietvoorgeprogrammeerde zenders
Voor het Europese model:
Druk in stap 2 TUNING MODE herhaaldelijk
in totdat “TUNING” verschijnt, en draai dan
MULTI CONTROLLER om op de gewenste
zender af te stemmen (Handmatige
afstemming).
Basisbedieningen
Om
• Wanneer u TUNER/BAND indrukt terwijl het
systeem is uitgeschakeld, wordt het systeem
automatisch ingeschakeld en wordt er afgestemd
op de laatst ontvangen zender (Afspelen door één
toetsdruk).
• U kunt overschakelen van een andere geluidsbron
naar de tuner door gewoon TUNER/BAND in te
drukken (Automatische bronkeuze).
• Richt de bijgeleverde antennes om een optimale
ontvangst te krijgen.
• Wanneer er ruis is tijdens FM-ontvangst, druk dan
op ST/MONO (Europees model) of STEREO/
MONO (overige modellen) zodat “MONO”
verschijnt. Er is dan geen stereo-effect, maar de
ontvangst verbetert. Druk de toets nogmaals in
om het stereo-effect weer in te schakelen.
Druk in stap 2 TUNING MODE herhaaldelijk
in totdat “AUTO TUNING” verschijnt, en
draai dan MULTI CONTROLLER.
De frequentie-indicatie begint te veranderen
en het doorlopen van de frequentieband stopt
wanneer er op een zender is afgestemd
(Automatische afstemming).
25NL
MHC-EX66/EX660 of bij gebruik van het
TC-TX77/TX770 deck
Opnemen van de
radio
1 4
POWER
2 3
U kunt een radio-programma opnemen op
een MD (DHC-MD77/EX77MD/EX770MD)
of op een band (MHC-EX66/EX660 of bij
gebruik van het TC-TX77/TX770 deck) door
op een voorgeprogrammeerde zender af te
stemmen.
Om op te nemen na het wissen van alle
muziekstukken op een MD, zie bladzijde 46
(alleen DHC-MD77/EX77MD/EX770MD).
DHC-MD77/EX77MD/EX770MD
§
OPEN/CLOSE
2 3
ª
• • •
• • •
4
POWER
• • •
0
10
·
0
P
)
p
§
OPEN/CLOSE
= SELECTOR +
·∏
0
)
p
DOLBY NR
1
• • •
• • •
• • •
§
EJECT
0
10
= SELECTOR +
·∏
r REC
0
)
p
= SELECTOR +
·∏
1 7
p
6 7
7
Plaats een voor opnemen geschikte
MD of een onbespeelde band in het
deck.
2
Druk herhaaldelijk op TUNER/
BAND (of op BAND op de
afstandsbediening) totdat de
gewenste frequentieband verschijnt.
3
Voor het Europese model:
Druk herhaaldelijk op TUNING
MODE totdat “PRESET” verschijnt.
6
Voor overige modellen:
Druk op PRESET.
26NL
p
)
p
5
ª
Voor het plaatsen van een MD, zie
bladzijde 19.
Voor het plaatsen van een band, zie
bladzijde 20.
§
OPEN/CLOSE
0
5
4
Draai MULTI CONTROLLER om op
de gewenste zender af te stemmen.
Draai naar
– MULTI CONTROLLER + Draai naar
rechts (of
links (of
druk op
druk op
PRESET + op
PRESET – op
de afstandsde afstandsbediening)
bediening) om
om een hoger
een lager
preselectiepreselectienummer te kiezen.
nummer te kiezen.
7
Voor DHC-MD77/EX77MD/
EX770MD:
Druk op · ∏ op het MD-deck (of
op P op de afstandsbediening).
Voor MHC-EX66/EX660 of bij
gebruik van het TC-TX77/TX770
deck:
Druk op P of · op het tapedeck.
Het opnemen begint.
Om de opname te stoppen
Frequentie
5
Preselectie-nummer
Wenken
Voor DHC-MD77/EX77MD/
EX770MD:
Druk op r REC op het MD-deck.
Het MD-deck staat nu in de wachtstand
voor opnemen.
Het tapedeck staat nu in de wachtstand
voor opnemen en “PLAY · P {REC}”
verschijnt.
Draai REC LEVEL om het
opnameniveau in te stellen.
Voor bijzonderheden, zie “Instellen van
het opnameniveau” op blz. 37 (DHCMD77/EX77MD/EX770MD) of
“Handmatig opnemen op een band” op
blz. 52 (MHC-EX66/EX660 of bij gebruik
van het TC-TX77/TX770 deck).
• Om op te nemen van niet-voorgeprogrammeerde
zenders, drukt u in stap 3 herhaaldelijk op
TUNING MODE totdat “TUNING” verschijnt
(Europees model), of drukt u in stap 3 op
MANUAL (overige modellen), en dan draait u
MULTI CONTROLLER om op de gewenste
zender af te stemmen.
• Als er ruis is tijdens het opnemen van een AMuitzending, kunt u de storing onderdrukken door
de AM-raamantenne te verplaatsen.
Opmerking over het opnemen op een
MD
Het opnemen op MD is pas voltooid nadat alle
opname-informatie in de TOC staat. TOC stopt dan
met knipperen en gaat uit. Trek de stekker er niet uit
en verplaats het deck evenmin. Alvorens de stekker
uit het stopcontact te trekken, moet u het volgende
doen:
– Verwijder de MD
– Druk op SYSTEM POWER om het systeem uit te
schakelen.
Basisbedieningen
Voor MHC-EX66/EX660 of bij
gebruik van het TC-TX77/TX770
deck:
Druk herhaaldelijk op DIRECTION
voor het kiezen van de kant waarop
u wilt opnemen (één kant: A of
beide kanten: Å of a), en druk
dan op r REC op het tapedeck.
6
Druk op p op het MD-deck of tapedeck.
Opmerkingen over het opnemen op
een band
• Als u wilt opnemen vanaf de achterkant van de
band, drukt u op ª na het indrukken van r REC
op het tapedeck in stap 5, zodat
“ª PLAY P {REC}” verschijnt.
• Wanneer u de ruis (sisgeluid) in hoogfrequentiesignalen van een laag niveau wilt onderdrukken,
druk dan vóór stap 5 herhaaldelijk op DOLBY NR
om B of C te kiezen. DOLBY NR kan niet worden
ingesteld terwijl de opname bezig is.
27NL
De CD-speler
Gebruik van het CDdisplay
U kunt de resterende afspeeltijd van het nu
afspelende muziekstuk of de CD controleren.
Herhaald afspelen
van CDmuziekstukken
— REPEAT afspeelfunctie
Tijdens afspelen in normale, willekeurige of
geprogrammeerde volgorde kunt u één CD of
alle CD’s herhaaldelijk afspelen.
p
§
OPEN/CLOSE
p
= SELECTOR +
·∏
0
)
p
§
OPEN/CLOSE
TIME
= SELECTOR +
·∏
0
)
p
Druk tijdens het afspelen herhaaldelijk
op TIME.
REPEAT
CONTINUE
Bij elke druk op deze toets, verandert het
display als volgt:
n Verstreken afspeeltijd van huidig
muziekstuk
µ
Resterende afspeeltijd van huidig
muziekstuk
µ
Resterende afspeeltijd van huidige CD*
* De resterende afspeeltijd van de CD wordt niet
aangegeven tijdens afspelen in geprogrammeerde
of willekeurige volgorde.
Controleren van de totale
afspeeltijd en het totale aantal
muziekstukken op de CD
Druk op TIME terwijl de CD-speler gestopt is
tijdens afspelen in normale of willekeurige
volgorde.
Wenken
• Muziekstuknummers 1 tot 20 verschijnen op het
muziekkalender-display. Muziekstuknummers 21
en hoger worden niet aangegeven.
• “--.--” verschijnt wanneer u de resterende
afspeeltijd controleert van een muziekstuk met
nummer 21 of hoger.
Druk tijdens het afspelen op REPEAT
totdat “REPEAT” verschijnt.
Het herhaalde afspelen begint. Doe het
volgende om de herhaalfunctie te
veranderen.
Gewenste
herhaling
Druk herhaaldelijk op
CONTINUE totdat “1 DISC”
Alle
muziekstukken verschijnt.
op de huidige
CD
CONTINUE totdat “ALL
Alle
muziekstukken DISCS” verschijnt.
op alle CD’s
Slechts één
muziekstuk*
REPEAT totdat “REPEAT 1”
verschijnt tijdens het afspelen
van het muziekstuk dat u wilt
herhalen.
* Herhaald afspelen van één muziekstuk is niet
mogelijk tijdens afspelen in willekeurige en
geprogrammeerde volgorde.
Om de REPEAT afspeelfunctie uit
te schakelen
Druk herhaaldelijk op REPEAT totdat
“REPEAT” of “REPEAT 1” verdwijnt.
28NL
CD-muziekstukken in
willekeurige
volgorde afspelen
— SHUFFLE afspeelfunctie
U kunt alle muziekstukken op één CD of op
alle CD’s in willekeurige volgorde afspelen.
r REC
1
§
EJECT
• Tijdens normaal afspelen kunt u direct
overschakelen naar SHUFFLE afspelen door
SHUFFLE in te drukken.
• U kunt een muziekstuk overslaan door
SELECTOR naar rechts te draaien (of + op de
afstandsbediening in te drukken).
0
10
= SELECTOR +
·∏
0
)
CD-muziekstukken in
geprogrammeerde
volgorde afspelen
p
§
OPEN/CLOSE
= SELECTOR +
·∏
0
)
— PROGRAM afspeelfunctie
p
2
Wenken
• • •
• • •
DISC 1 – 3
Druk op de gewenste DISC 1 – 3 toets terwijl
“1 DISC” op het display wordt aangegeven.
• • •
CONTINUE
Om een gewenste CD te kiezen
SELECTOR
3
1
Plaats een CD (CD’s) in de CD-lade.
2
Druk op SHUFFLE.
U kunt een programma opstellen van
maximaal 32 muziekstukken van alle CD’s in
de volgorde waarin u deze wilt afspelen. U
kunt uw programma ook opnemen.
TIME
CLEAR
1
“SHUFFLE” verschijnt.
Bij elke druk op deze toets, verandert het
display als volgt:
“ALL DISCS” ˜ “1 DISC”
(Willekeurig
afspelen van alleen
de CD waarvan de
DISC 1 – 3 toets in
groen brandt.)
• • •
• • •
§
EJECT
• • •
(Alle CD’s in
willekeurige
volgorde
afspelen.)
0
10
= SELECTOR +
·∏
r REC
0
)
p
§
OPEN/CLOSE
3
Druk op · ∏ (of op · op de
afstandsbediening).
= SELECTOR +
·∏
0
De geluidsbron schakelt automatisch
over naar de CD-speler. “J” verschijnt
en alle muziekstukken worden in
willekeurige volgorde afgespeeld.
Om de SHUFFLE afspeelfunctie uit
te schakelen
Druk op CONTINUE.
)
p
CONTINUE
1
2
3 4 5p 7
Draai FUNCTION totdat de CD
indicator aangaat en plaats dan een
CD (CD’s) in de CD-lade.
wordt vervolgd
29NL
CD-muziekstukken in
geprogrammeerde volgorde
afspelen (vervolg)
2
Druk op PROGRAM.
Druk in de stopstand op TIME.
“Step” verschijnt, gevolgd door het totale
aantal geprogrammeerde muziekstukken.
“PROGRAM” verschijnt.
Om
Doe het volgende
3
Druk op een van de DISC 1 – 3
toetsen om een CD te kiezen.
Te stoppen met
geprogrammeerd
afspelen
Druk op CONTINUE.
4
Draai SELECTOR totdat het
gewenste muziekstuknummer
verschijnt.
Gekozen muziekstuk Afspeeltijd
5
Druk op ENTER.
Het muziekstuk is nu geprogrammeerd.
Het nummer van het laatst
geprogrammeerde muziekstuk en de
totale afspeeltijd verschijnen op het
display. Wanneer u verkeerd hebt
gekozen, druk dan op CLEAR.
6
Herhaal stappen 3 – 5 om andere
muziekstukken te programmeren.
Sla stap 3 over wanneer u een
muziekstuk van dezelfde CD kiest.
7
Druk op · ∏ (of op · op de
afstandsbediening).
Alle gekozen muziekstukken worden in
de geprogrammeerde volgorde
afgespeeld.
30NL
Controleren van het totale aantal
geprogrammeerde muziekstukken
Het laatste muziekstuk Druk op CLEAR.
uit het programma
weg te laten
(in de stopstand)
Een muziekstuk aan
het programma toe
te voegen
(in de stopstand)
Voer stappen 3 – 5
onder “CDmuziekstukken in
geprogrammeerde
volgorde afspelen” uit.
Het hele programma
weg te laten
Druk op p (éénmaal) in
de stopstand.
Wenken
• Om een hele CD als één onderdeel van uw
programma te programmeren, slaat u stap 4 over.
• Om uw programma op te nemen, zie “Uw
favoriete CD- muziekstukken op een MD
opnemen” (blz. 38) of “Uw favoriete CDmuziekstukken op een band opnemen” (blz. 54).
• Uw programma blijft in het geheugen bewaard
nadat het is afgespeeld. U kunt hetzelfde
programma nogmaals afspelen door · ∏ in te
drukken. Wanneer u echter opneemt met de “Hit
Parade” functie, wordt het programma gewist.
• De totale afspeeltijd wordt niet aangegeven
wanneer u een muziekstuk met nummer 21 of een
hoger nummer kiest, of wanneer de totale
afspeeltijd van uw programma meer is dan 100
minuten.
Herhaald afspelen
van een gedeelte van
een CD
Het verschil tussen NORMAL en
RHYTHM
NORMAL en RHYTHM zijn twee
verschillende manieren om een origineel
muziekstuk van ‘lussen’ te voorzien.
— LOOP afspeelfunctie
Origineel
Met de LOOP functie (lusfunktie) kunt u een
gedeelte van de CD tijdens het afspelen
herhalen, zodat u originele opnamen kunt
maken.
Hey, Come on everybody! …
p
NORMAL
Het normale afspelen wordt hervat vanaf het
punt waar LOOP werd ingedrukt.
Periode van elke ‘lus’
§
OPEN/CLOSE
Nn
Hey, C… C… C… C’mon everybody! …
= SELECTOR +
LOOP wordt
ingedrukt
1
Plaats een CD (CD’s) in de CD-lade.
2
Druk in de pauzestand of stopstand
herhaaldelijk op LOOP om
“NORMAL 1 – 5” of
“RHYTHM 1 – 5” te kiezen.
Bij elke druk op LOOP, verandert het
display als volgt:
NORMAL 1*
NORMAL 5
RHYTHM 5
RHYTHM 1*
* Voor bijzonderheden, zie “Het verschil
tussen NORMAL en RHYTHM”.
3
Druk op een van de DISC 1 – 3
toetsen en begin dan met af te
spelen.
4
Druk LOOP in en houd deze
ingedrukt bij het punt waar u met
de herhaling wilt beginnen. Laat de
toets los wanneer u het normale
afspelen wilt hervatten.
RHYTHM
Het normale afspelen wordt hervat vanaf het
punt waar LOOP wordt losgelaten.
Hey, C… C… C…
nme on ev
LOOP wordt
ingedrukt
erybody! …
n
1
n
3 2,4
LOOP wordt
losgelaten
n
)
p
n
n
·∏
0
LOOP wordt
losgelaten
: Niet-gehoord gedeelte dat door de ‘lus’
wordt overlapt.
U kunt de luslengte kiezen uit vijf niveaus
binnen het bereik van 0,25 seconde tot
1 seconde.
31NL
Het MD-deck
(Alleen DHC-MD77/EX77MD/
EX770MD)
Gebruik van het MDdisplay
U kunt de resterende afspeeltijd van het nu
afspelende muziekstuk of de MD controleren.
Controleren van de
resterende afspeeltijd
van een muziekstuk
DISPLAY/CHARACTER
Controleren van de
resterende afspeeltijd
van een MD
Druk in de stopstand op DISPLAY/
CHARACTER.
Bij elke druk op deze toets, verandert het
display als volgt:
n Totale afspeeltijd en muziekstuknummers
op de MD
µ
Resterende opnametijd op de MD
(alleen voor een MD die geschikt is voor
opnemen)
µ
Disc-titel op de MD
• • •
• • •
• • •
§
EJECT
0
10
= SELECTOR +
·∏
r REC
0
)
p
§
OPEN/CLOSE
Druk tijdens het afspelen op DISPLAY/
CHARACTER.
Bij elke druk op deze toets, verandert het
display als volgt:
n Verstreken afspeeltijd en nummer van
huidig muziekstuk
µ
Resterende afspeeltijd en nummer van
huidig muziekstuk
µ
Titel van huidig muziekstuk*
* “No Name” verschijnt indien er geen titel is
vastgelegd.
32NL
Wenken
• Muziekstuknummers 1 tot 25 verschijnen op het
muziekkalender-display. Indien de MD meer dan
25 muziekstukken bevat, verschijnt ” rechts van
nummer 25.
• De muziekstuknummers verschijnen binnen een
rooster indien de MD een vooraf opgenomen disc
is, of zonder rooster indien de MD een voor
opnemen geschikte disc is.
Opmerking
Het is mogelijk dat de juiste resterende afspeeltijd
niet wordt aangegeven vanwege de beperkingen
van het MD-systeem.
Herhaald afspelen
van MDmuziekstukken
MD-muziekstukken in
willekeurige
volgorde afspelen
— REPEAT afspeelfunctie
— SHUFFLE afspeelfunctie
Tijdens afspelen in normale, willekeurige of
geprogrammeerde volgorde kunt u één
muziekstuk of alle muziekstukken van een
MD herhaaldelijk afspelen.
U kunt de muziekstukken in willekeurige
volgorde afspelen.
CONTINUE
3
1
REPEAT
• • •
• • •
• • •
§
EJECT
0
10
= SELECTOR +
·∏
r REC
• • •
• • •
• • •
§
EJECT
0
0
)
10
p
= SELECTOR +
·∏
r REC
0
)
p
§
OPEN/CLOSE
§
2
OPEN/CLOSE
SELECTOR
p
= SELECTOR +
·∏
Druk tijdens het afspelen op REPEAT
totdat “REPEAT” (voor alle
muziekstukken) of “REPEAT 1*” (voor
één muziekstuk) verschijnt.
0
)
p
1
Plaats een MD in het deck.
2
Druk op SHUFFLE.
Het herhaalde afspelen begint.
* Herhaald afspelen van één muziekstuk is niet
mogelijk tijdens afspelen in willekeurige en
geprogrammeerde volgorde.
Om de REPEAT afspeelfunctie uit
te schakelen
Druk herhaaldelijk op REPEAT totdat
“REPEAT” of “REPEAT 1” verdwijnt.
“SHUFFLE” verschijnt.
3
Druk op · ∏ (of op · op de
afstandsbediening).
De geluidsbron schakelt automatisch
over naar het MD-deck. “J” verschijnt
en alle muziekstukken worden in
willekeurige volgorde afgespeeld.
Om de SHUFFLE afspeelfunctie uit
te schakelen
Druk op p en dan op CONTINUE.
Wenk
U kunt muziekstukken overslaan door SELECTOR
naar rechts te draaien (of + op de
afstandsbediening in te drukken).
Opmerking
Tijdens het afspelen kunt u de SHUFFLE functie niet
inschakelen. Druk op p en dan op SHUFFLE.
33NL
MD-muziekstukken in
geprogrammeerde
volgorde afspelen
4
Druk op ENTER/YES.
Het muziekstuk is nu geprogrammeerd.
Het nummer van het laatst
geprogrammeerde muziekstuk en de
totale afspeeltijd verschijnen op het
display.
— PROGRAM afspeelfunctie
Laatst geprogrammeerde muziekstuk
U kunt een programma van maximaal 25
muziekstukken opstellen in de volgorde
waarin u deze wilt afspelen.
1
6
Totale afspeeltijd
5
Herhaal stappen 3 en 4 om andere
muziekstukken te programmeren.
6
Druk op · ∏ (of op · op de
afstandsbediening).
• • •
• • •
• • •
§
EJECT
0
Alle gekozen muziekstukken worden in
de geprogrammeerde volgorde
afgespeeld.
10
= SELECTOR +
·∏
r REC
0
)
p
§
OPEN/CLOSE
CONTINUE
2
3
4
p
Om
Doe het volgende
Te stoppen met
geprogrammeerd
afspelen
Druk op p en dan op
CONTINUE.
1
Draai FUNCTION totdat de MD
indicator aangaat en plaats dan een
MD in het deck.
Voer stappen 3 en 4 onder
“MD-muziekstukken in
geprogrammeerde volgorde
afspelen” uit.
2
Een muziekstuk
aan het
programma toe
te voegen
(in de stopstand)
Druk op PROGRAM.
Het hele
programma weg
te laten
Druk op p in de stopstand.
“PROGRAM” verschijnt.
Draai SELECTOR totdat het
gewenste muziekstuknummer
verschijnt.
Wenk
3
Uw programma blijft in het geheugen bewaard
nadat de PROGRAM afspeelfunctie is
uitgeschakeld. U kunt hetzelfde programma
nogmaals afspelen door · ∏ in te drukken.
Opmerking
Tijdens het afspelen kunt u de PROGRAM
afspeelfunctie niet inschakelen. Druk op p en dan
op PROGRAM.
34NL
Alvorens met het
opnemen te beginnen
De MD (MiniDisc) maakt het mogelijk
muziek digitaal op te nemen en weer te geven
met een uitstekende geluidskwaliteit die het
geluid van CD’s evenaart. Een ander
kenmerk van MD’s is het aanbrengen van
muziekstuknummers (Track Marking) tijdens
het opnemen. Hierdoor kunt u een bepaalde
passage later snel terugvinden en de
opgenomen muziekstukken gemakkelijk
monteren. De opnamemethode en de manier
waarop de muziekstuknummers worden
vastgelegd verschillen echter afhankelijk van
de opnamebron.
Wanneer de opnamebron de
volgende is:
• De CD-speler van dit systeem
– Het digitale signaal van de CD wordt
opgenomen zoals het is (digitale opname*).
– De muziekstuknummers worden
automatisch aangebracht zoals op de
oorspronkelijke CD.
• Andere digitale componenten
(bv. een DAT-deck)
– Wanneer u MODE SELECTOR op het
achterpaneel van de versterker op
“DIGITAL REC” zet, wordt het digitale
signaal van de aangesloten component
opgenomen zoals het is (digitale opname*).
– Wanneer u MODE SELECTOR op het
achterpaneel van de versterker op
“ANALOG REC” zet, wordt het digitale
signaal eenmaal omgezet in een analoog
signaal. Daarna wordt het opnieuw in een
digitaal signaal omgezet en opgenomen
(analoge opname).
– Een muziekstuknummer wordt
aangebracht aan het begin van elke
opname. Wanneer u echter de LEVEL
SYNC functie inschakelt (zie blz. 43),
worden er automatish
muziekstuknummers aangebracht in
overeenstemming met het niveau van het
ingangssignaal.
• De tuner van dit systeem, andere
analoge componenten
(bv. een tapedeck) of een microfoon
– Het analoge signaal wordt in een digitaal
signaal omgezet en wordt opgenomen
(analoge opname).
– Een muziekstuknummer wordt
aangebracht aan het begin van elke
opname. Wanneer u echter de LEVEL
SYNC functie inschakelt (zie blz. 43),
worden er automatish
muziekstuknummers aangebracht in
overeenstemming met het niveau van het
ingangssignaal*.
* Indien de geluidsbron ruis bevat, zullen de
muziekstuknummers mogelijk niet juist worden
aangebracht.
Opmerking betreffende de
muziekstuknummers op een MD
Op een MD worden de muziekstuknummers
(volgorde van de muziekstukken), de informatie
over het begin- en eindpunt van elk muziekstuk,
enz. opgenomen in het TOC* gebied, onafhankelijk
van de geluidsinformatie. Hierdoor kunt u
opgenomen muziekstukken snel monteren door de
TOC-informatie te wijzigen.
* TOC: Table of Contents (Inhoudsopgave)
Opmerkingen over het opnemen op
een MD
Het opnemen op MD is pas voltooid nadat alle
opname-informatie in de TOC staat. TOC stopt dan
met knipperen en gaat uit. Trek de stekker er niet uit
en verplaats het deck evenmin. Alvorens de stekker
uit het stopcontact te trekken, moet u het volgende
doen:
– Verwijder de MD
– Druk op SYSTEM POWER om het systeem uit te
schakelen.
* Voor bijzonderheden over de beperkingen van
digitaal opnemen, zie blz. 68.
35NL
Handmatig opnemen
op een MD
3
Het systeem spoort het einde van de laatste
opname automatisch op en begint met op te
nemen vanaf dat punt. U kunt ook opnemen
over een reeds bestaande opname heen, net
als op een tapedeck.
2
Kies het punt waar u met de
opname wilt beginnen. Sla deze stap
over wanneer u gaat opnemen op
een onbespeelde MD of vanaf het
einde van de laatst gemaakte
opname.
Om op te nemen:
• Vanaf een bepaald punt in een
eerder opgenomen muziekstuk
Speel de MD af en druk bij het
gewenste punt op · ∏. Het systeem
komt in de opname-pauzestand te
staan.
• Vanaf het begin van een eerder
opgenomen muziekstuk
Draai SELECTOR totdat het nummer
van het gewenste muziekstuk
verschijnt. Kies muziekstuknummer 1
indien u over alle reeds opgenomen
muziekstukken heen wilt opnemen.
5
• • •
• • •
• • •
§
EJECT
0
4
10
= SELECTOR +
·∏
r REC
0
)
§
OPEN/CLOSE
4
1
2
1
3
p
3,6
Plaats een voor opnemen geschikte
MD in het deck.
Druk op r REC.
Het deck staat nu in de wachtstand voor
opnemen. Om muziekstuknummers aan
te brengen, zie “Aanbrengen van
muziekstuknummers” op blz. 43.
Wanneer u opneemt van de CD-speler
van dit systeem, worden de
muziekstuknummers automatisch
aangebracht.
p
5
Draai REC LEVEL om het analoge
opnameniveau in te stellen.
Stel het opnameniveau in wanneer u het
analoge ingangssignaal opneemt (d.w.z.
wanneer de ANALOG IN indicator
brandt). Voor bijzonderheden, zie
“Instellen van het opnameniveau” op
blz. 37.
Draai FUNCTION en kies de
gewenste opnamebron (b.v. CD).
6
Druk op · ∏ op het MD-deck (of
op P op de afstandsbediening).
Het opnemen begint.
7
36NL
Begin met het afspelen van de op te
nemen geluidsbron.
Om de opname te stoppen
Druk op p op het MD-deck.
Indien “OVER” op de niveaumeter
verschijnt
Een signaal van hoog niveau werd tijdens analoog
opnemen ingevoerd. Verminder het opnameniveau
met REC LEVEL (zie deze bladzijde) en neem dan
opnieuw op.
Terwijl “TOC” brandt of knippert
Beweeg het deck niet en trek de stekker niet uit het
stopcontact, om te verzekeren dat de opname
volledig wordt uitgevoerd. Het deck is bezig met
het bijwerken van de inhoudsopgave (TOC: Table
Of Contents).
Instellen van het
opnameniveau
Wanneer de ANALOG IN indicator brandt
(analoge opname), moet u het opnameniveau
instellen voordat u met de opname begint.
Instelling van het opnameniveau is niet
mogelijk tijdens digitaal opnemen.
ANALOG IN
REC LEVEL
Terwijl “TRACK” knippert
• • •
0
10
= SELECTOR +
·∏
r REC
0
)
p
Opmerking
Indien u de opname van een CD onderbreekt
(pauze), wordt er bij dat punt een
muziekstuknummer op de MD vastgelegd. Let er
ook op dat de muziekstukken als één enkel
muziekstuk met één muziekstuknummer worden
opgenomen wanneer:
• één muziekstuk van dezelfde CD herhaaldelijk
wordt opgenomen.
• twee of meer muziekstukken met hetzelfde
muziekstuknummer van verschillende CD’s
achtereenvolgens worden opgenomen.
• • •
EJECT
• • •
§
Het deck is bezig met op te nemen over een reeds
bestaande opname.
“TRACK” brandt constant terwijl er op een blanco
gedeelte van de MD wordt opgenomen.
§
OPEN/CLOSE
·∏
= SELECTOR +
·∏
1
Voer stappen 1 t/m 4 onder
“Handmatig opnemen op een MD”
op blz. 36 uit.
2
Speel het gewenste gedeelte van de
opnamebron met het sterkste
signaalniveau af.
3
Druk op REC LEVEL om de
instelfunctie in te schakelen.
wordt vervolgd
37NL
Instellen van het opnameniveau
(vervolg)
4
Draai REC LEVEL om het
opnameniveau in te stellen.
Luister naar het geluid en stel het niveau
zo in dat “OVER” niet op de
niveaumeter verschijnt.
Uw favoriete CDmuziekstukken op
een MD opnemen
U kunt uw favoriete CD-muziekstukken
kiezen met de PROGRAM afspeelfunctie en
dan uw programma met behulp van de
synchroon-opnamefunctie op een MD
opnemen.
8
7 91
10
• • •
5
6
• • •
• • •
§
EJECT
0
10
= SELECTOR +
Stop het afspelen van de
geluidsbron.
·∏
r REC
0
)
p
Druk · ∏ op het MD-deck (of P
op de afstandsbediening) in om de
opname te starten.
§
OPEN/CLOSE
= SELECTOR +
·∏
0
)
p
7
8
Begin met het afspelen van de
opnamebron.
Druk nogmaals op REC LEVEL
nadat de opname is beëindigd.
2
3 4 5 1p
Kiezen van de
muziekstukken
1
Draai FUNCTION totdat de CD
indicator aangaat en plaats dan een
CD (CD’s) in de CD-lade.
2
Druk op PROGRAM op de CDspeler.
“PROGRAM” verschijnt.
38NL
3
Druk op een van de DISC 1 – 3
toetsen om een CD te kiezen.
4
Draai SELECTOR op de CD-speler
totdat het gewenste muziekstuknummer verschijnt.
10 Druk op · ∏ op het MD-deck (of
op P op de afstandsbediening).
De opname begint vanaf het einde van
de laatste opname op de MD. De CDspeler stopt en het MD-deck pauzeert
automatisch wanneer de opname is
beëindigd. Het MD-deck stopt indien er
geen opnametijd op de MD overblijft.
Om de opname te stoppen
Gekozen muziekstuk Afspeeltijd
5
Druk op p op het MD-deck.
Druk op ENTER.
Het muziekstuk is nu geprogrammeerd.
Het nummer van het laatst
geprogrammeerde muziekstuk en de
totale afspeeltijd verschijnen op het
display.
6
Herhaal stappen 3 t/m 5 om andere
muziekstukken te programmeren.
Sla stap 3 over wanneer u een
muziekstuk van dezelfde CD kiest.
Opnemen op een MD
7
Plaats een voor opnemen geschikte
MD in het deck.
Voor het plaatsen van een MD, zie
bladzijde 19.
8
Druk op CD SYNC.
9
Draai SELECTOR op het MD-deck
totdat “NORMAL ?” verschijnt, en
druk dan op ENTER/YES.
Het MD-deck staat in de wachtstand
voor opnemen en de CD-speler in de
pauzestand voor afspelen.
39NL
Alleen het eerste
muziekstuk van elke
CD opnemen
Opnemen van vier of
meer CD’s
U kunt CD’s verwisselen zonder de opname
te stoppen of te onderbreken (pauze).
3,4
— Hit Parade
p
Deze functie is handig wanneer u CDsingletjes achter elkaar wilt opnemen.
• • •
• • •
• • •
§
EJECT
0
10
= SELECTOR +
·∏
r REC
Opnemen van drie CD’s
3
1 3 4
0
)
p
5
§
OPEN/CLOSE
= SELECTOR +
·∏
0
• • •
• • •
• • •
§
EJECT
0
)
p
10
= SELECTOR +
·∏
r REC
0
)
2
p
§
OPEN/CLOSE
= SELECTOR +
1
Begin met op te nemen volgens de
procedure beschreven onder
“Opnemen van drie CD’s”.
2
Druk tijdens het opnemen op
REPEAT op de CD-speler totdat
“REPEAT” verschijnt.
3
Druk tijdens het opnemen van het
derde muziekstuk op EX-CHANGE.
·∏
0
)
p
2
1
p
Plaats een voor opnemen geschikte
MD in het deck.
2
Plaats een CD’s in de CD-lade.
3
Druk op CD SYNC en draai dan
SELECTOR op het MD-deck totdat
“HIT PARADE ?” verschijnt.
4
4
Druk op ENTER/YES.
5
5
Druk op · ∏ op het MD-deck (of
op P op de afstandsbediening).
Het opnemen begint vanaf de CD in CDlade nummer 1 (DISC 1).
De CD-lade gaat open.
Verwissel de CD’s en druk dan
nogmaals op EX-CHANGE.
De CD-lade gaat dicht.
Om nog meer muziekstukken van
andere CD’s op te nemen, herhaalt u
stappen 3 en 4 tijdens het opnemen
van het laatste muziekstuk.
Om de opname te stoppen
Druk op p op het MD-deck.
40NL
Opnamestart met 2
seconden muziek uit
het buffergeheugen
1
— Tijdmachine-opname
2
Bij het opnemen van een FM-uitzending of
een satelliet-uitzending gaan de eerste paar
seconden van de uitzending vaak verloren,
omdat het even kan duren voor u tot
opnemen besluit en op de opnametoets drukt.
Om het verlies van dit materiaal te
voorkomen, is het MD-deck voorzien van de
tijdmachine-opnamefunctie die voortdurend
de laatste 2 seconden aan audio-gegevens in
een buffergeheugen bewaart, zodat bij de
opnamestart eerst deze 2 seconden aan audiogegevens worden opgenomen, zoals in de
onderstaande afbeelding is aangegeven.
Wanneer u
ENTER/YES in
stap 3 indrukt
Einde van het
programma dat
u wilt opnemen
Tijd
Audio-gegevens in 2-seconden
buffergeheugen
Opgenomen
gedeelte
Begin van het programma
dat u wilt opnemen
Voer stappen 1 t/m 5 onder
“Handmatig opnemen op een MD”
op blz. 36 uit.
Het MD-deck staat nu in de wachtstand
voor opnemen.
Begin met het afspelen van de
geluidsbron die u wilt opnemen.
De laatste 2 seconden aan audiogegevens worden in het buffergeheugen
vastgelegd.
3
Druk op ENTER/YES bij het punt
waar u met de opname wilt
beginnen.
Het opnemen van de geluidsbron begint
met de 2 seconden aan audio-gegevens
uit het buffergeheugen.
Om de tijdmachine-opname te
stoppen
Druk op p op het MD-deck.
Opmerking
Het MD-deck begint met het opslaan van audiogegevens wanneer het in de opname-wachtstand
staat en u begint met het afspelen van de
geluidsbron. Wanneer de geluidsbron minder dan
2 seconden heeft afgespeeld, zijn er dus minder dan
2 seconden aan audio-gegevens in het
buffergeheugen opgeslagen. In zo’n geval begint de
tijdmachine-opname met minder dan 2 seconden
aan audio-gegevens.
ENTER/YES
• • •
• • •
• • •
§
EJECT
0
10
= SELECTOR +
·∏
r REC
0
)
p
§
OPEN/CLOSE
p
41NL
1
Inlassen van een
3-seconden interval
tussen de
muziekstukken
2,3
• • •
• • •
• • •
§
EJECT
0
10
= SELECTOR +
·∏
r REC
0
)
p
De “Smart Space” en “Auto Cut” functies
zorgen ervoor dat een niet-opgenomen
interval van 3 seconden automatisch tussen
de muziekstukken wordt ingelast tijdens
digitaal opnemen.
“Smart Space”
(Vervangen van stille
passages)
Wanneer er tijdens digitaal opnemen een
langdurige stilte van 4 tot 30 seconden wordt
ingevoerd, zal het MD-deck deze stilte
vervangen door een niet-opgenomen interval
van circa 3 seconden en dan doorgaan met
opnemen.
Het is mogelijk dat de muziekstukken vóór
en na dit 3-seconden interval als één enkel
muziekstuk met één muziekstuknummer
worden opgenomen.
“Auto Cut”
(Automatische pauze na
vervangen van stille
passages)
Wanneer er tijdens digitaal opnemen
gedurende 30 seconden geen geluid wordt
ingevoerd, zal het MD-deck de 30-seconden
stilte vervangen door een niet-opgenomen
interval van circa 3 seconden en dan
overschakelen naar de opname-pauzestand.
De “Smart Space” en “Auto Cut” functies
worden altijd tegelijkertijd ingeschakeld. U
kunt geen van deze twee functies afzonderlijk
gebruiken.
42NL
§
OPEN/CLOSE
1
= SELECTOR +
·∏
Druk in de opname-pauzestand
herhaaldelijk op EDIT/NO totdat
“S. Space ?” verschijnt.
0
)
p
2
Druk binnen 3 seconden op
ENTER/YES.
“S. Space ON?” verschijnt.
3
Druk nogmaals op ENTER/YES.
“S.Space ON” verschijnt.
Wanneer “Smart Space” tijdens het
opnemen verschijnt, is de “Smart Space”
functie ingeschakeld. Wanneer “Auto
Cut” verschijnt, is de “Auto Cut” functie
ingeschakeld.
Om de “Smart Space” en “Auto
Cut” functies uit te schakelen
1 Druk in de opname-pauzestand
herhaaldelijk op EDIT/NO totdat
“S. Space ?” verschijnt.
2 Druk op ENTER/YES.
3 Druk op EDIT/NO zodat “S. Space OFF”
verschijnt.
Opmerkingen
• De “Smart Space” en “Auto Cut” functies zijn in
de fabriek op “ON” (AAN) ingesteld.
• Wanneer u het systeem uitschakelt of de stekker
uit het stopcontact trekt, zal het MD-deck de
laatste instelling (AAN of UIT) van de “Smart
Space” en “Auto Cut” functies aanhouden de
volgende keer dat u het systeem opnieuw
inschakelt.
1
Aanbrengen van
muziekstuknummers
2
3,4 5
• • •
• Op ieder gewenst tijdstip tijdens het
opnemen.
• Automatisch tijdens analoog opnemen.
Aanbrengen van
muziekstuknummers op
specifieke punten tijdens
het opnemen
Tijdens het opnemen kunt u op ieder gewenst
tijdstip muziekstuknummers aanbrengen,
ongeacht het soort geluidsbron.
• • •
• • •
§
EJECT
Wanneer u opneemt van de CD-speler van dit
systeem (digitaal opnemen), worden de
muziekstuknummers automatisch op de MD
vastgelegd. Bovendien kunt u
muziekstuknummers aanbrengen:
0
10
= SELECTOR +
·∏
r REC
0
)
p
§
OPEN/CLOSE
1
Druk op r REC.
Het MD-deck staat nu in de wachtstand
voor opnemen.
2
Druk herhaaldelijk op EDIT/NO
totdat “LevelSync ?” verschijnt.
3
Druk op ENTER/YES.
“LevelSyncON?” verschijnt.
4
Druk nogmaals op ENTER/YES.
“LEVEL-SYNC” gaat aan.
r REC
5
• • •
• • •
• • •
§
EJECT
0
Druk op · ∏ (of op P op de
afstandsbediening).
Het opnemen begint.
10
= SELECTOR +
·∏
r REC
0
)
p
§
OPEN/CLOSE
Druk tijdens het opnemen op r REC bij
het punt waar u een muziekstuknummer wilt toevoegen.
Een muziekstuknummer wordt op dat punt
vastgelegd.
Automatisch aanbrengen
van muziekstuknummers
tijdens analoog opnemen
Om de functie voor automatisch
aanbrengen van muziekstuknummers uit te schakelen
1 Druk herhaaldelijk op EDIT/NO totdat
“LevelSync ?” verschijnt.
2 Druk op ENTER/YES.
“LevelSyncON?” verschijnt.
3 Druk op EDIT/NO.
“LEVEL-SYNC” gaat uit.
Muziekstuknummers worden nu alleen aan
het begin van elk muziekstuk aangebracht.
Opmerking
Muziekstuknummers worden niet automatisch
aangebracht indien de opnamebron veel ruis bevat
(b.v. banden of radio-uitzendingen).
Een muziekstuknummer wordt automatisch
aangebracht telkens wanneer het ingangssignaal langer dan 2 seconden beneden een
bepaald niveau blijft en daarna naar het
vorige nivau terugkeert.
43NL
Controleren van het
ingangssignaal
— Input Monitor
U kunt het signaal dat naar het MD-deck
wordt gestuurd beluisteren zonder het op te
nemen.
Gebruik deze functie om het opnameniveau
van analoge bronnen in te stellen.
2
1
• • •
• • •
• • •
§
EJECT
0
10
Alvorens met het
monteren te
beginnen
Wanneer u opgenomen muziekstukken
monteert, hoeft u de MD niet te kopiëren.
• Om de volgorde van de
muziekstukken te wijzigen
Gebruik de MOVE functie (zie blz. 47) om
de nummers van de muziekstukken te
veranderen.
• Om opnamen te wissen
Gebruik de ERASE functie (zie blz. 45).
U kunt de muziekstukken één voor één of
allemaal tegelijkertijd wissen.
= SELECTOR +
·∏
r REC
0
)
p
§
OPEN/CLOSE
1
Druk op § EJECT om de MD eruit
te nemen.
= SELECTOR +
·∏
0
)
p
2
Druk op r REC.
Indien het ingangssignaal analoog is,
gaat de ANALOG IN indicator aan en
verschijnt “AD-DA”.
Indien het ingangssignaal digitaal is,
verschijnt “-DA”.
• Om het begin van een bepaalde
frase terug te vinden
Gebruik de DIVIDE functie (zie blz. 48) om
muziekstuknummers toe te voegen.
Hierdoor kunt u uw favoriete frases snel
terugvinden en deze herhaaldelijk
afspelen.
• Om een medley op te stellen door
verschillende frases samen te
voegen
Gebruik de DIVIDE en ERASE functies om
ongewenste gedeelten te wissen, en
gebruik dan de COMBINE functie (zie blz.
49) om verschillende frases tot één
muziekstuk samen te voegen.
Door de montagefuncties op deze
manier te gebruiken kunt u originele
MD-albums maken.
Opmerkingen over het monteren op
een MD
Het monteren van de MD is pas beëindigd nadat
alle nieuwe informatie is ingevoerd in de TOC,
waarop “TOC” stopt met knipperen en uitgaat.
Schakel het systeem dus niet uit en verplaats het
deck niet voor dit moment. Voordat u de stroom
uitschakelt, doet u het volgende:
– Verwijder de MD
– Druk op SYSTEM POWER om het systeem uit te
schakelen.
44NL
Wissen van opnamen
1
— ERASE functie
U kunt ongewenst geluid op opgenomen
MD’s snel en gemakkelijk wissen. Er zijn drie
mogelijkheden voor het wissen van
opgenomen materiaal:
• Eén muziekstuk wissen
• Alle muziekstukken wissen
• Een gedeelte van een muziekstuk wissen
Muziekstuk dat u wilt
wissen
2
Druk herhaaldelijk op EDIT/NO
totdat het gekozen
muziekstuknummer en “2 Erase ?”
verschijnen.
3
Druk op ENTER/YES.
Opmerking
Wanneer “SHUFFLE” of “PROGRAM” op het
display verschijnt, moet u op CONTINUE drukken
zodat de indicatie verdwijnt.
Wissen van één
muziekstuk
“Complete” verschijnt voor een paar
seconden en het gekozen muziekstuk en
zijn titel worden gewist.
U kunt een muziekstuk wissen door gewoon
zijn muziekstuknummer in te voeren.
Wanneer u een muziekstuk wist, vermindert
het totale aantal muziekstukken op de MD
met één en worden de muziekstukken die
volgen op het gewiste muziekstuk
hernummerd.
Voorbeeld: Wissen van muziekstuk B.
Muziekstuknummer 1
OorspronkeA
lijke muziekstukken
1
ERASE
2
3
B
Om de wisfunctie uit te schakelen
Druk op p op het MD-deck.
Opmerking
“Erase!! ?” verschijnt wanneer het muziekstuk op
een ander MD-deck werd opgenomen of
gemonteerd en tegen wissen is beveiligd. Om het
muziekstuk te wissen, drukt u op ENTER/YES
terwijl “Erase!! ?” op het display wordt aangegeven.
Wis muziekstuk B.
4
C
2
A
Draai SELECTOR totdat het
nummer van het muziekstuk dat u
wilt wissen verschijnt.
D
3
C
2
D
1
• • •
• • •
• • •
§
EJECT
0
10
= SELECTOR +
·∏
r REC
0
)
p
§
OPEN/CLOSE
3
p
= SELECTOR +
·∏
0
)
p
wordt vervolgd
45NL
Wissen van een gedeelte
van een muziekstuk
Wissen van opnamen (vervolg)
Wissen van alle
muziekstukken
U kunt de disc-titel en alle opgenomen
muziekstukken en hun titels tegelijkertijd
wissen.
1
2,3
p
Door gebruik te maken van de DIVIDE (zie
blz. 48), ERASE (zie blz. 45) en COMBINE
(zie blz. 49) functies, kunt u bepaalde
passages van een muziekstuk wissen.
Voorbeeld: Wissen van een gedeelte van
muziekstuk A
Te wissen
gedeelte
2
Muziekstuknummer
1
A
• • •
• • •
• • •
§
EJECT
0
10
= SELECTOR +
·∏
r REC
0
)
p
3
B
Oorspronkelijke
muziekstukken
Verdeel
muziekstuk A in
drie passages.*
§
Het muziekstuk
wordt hernummerd.
OPEN/CLOSE
1
2
Met het deck in de stopstand drukt
u herhaaldelijk op EDIT/NO totdat
“All Erase ?” verschijnt.
2
A- a
(blz. 48)
3
A-
Druk op ENTER/YES.
“All Erase ??” verschijnt.
Als u de ERASE functie nu wilt
uitschakelen, drukt u op p.
3
1
DIVIDE
B
Wis muziekstuk A-b.
1
ERASE
2
A- a
(blz. 45)
(blz. 49)
4
B
Voeg muziekstukken
A-a en A-c samen.
2
3
1
COMBINE
3
A- c
Druk nogmaals op ENTER/YES.
“Complete” verschijnt voor een paar
seconden en alle opgenomen
muziekstukken en hun titels worden
gewist.
4
A- c
b
A(a + c)
B
* De muziekstukken worden hernummerd.
Wenk
U kunt het wissen van een muziekstuk ongedaan
maken.
Zie “Ongedaan maken van de laatste wijziging” op
blz. 51.
46NL
4
Verplaatsen van
opgenomen
muziekstukken
Draai SELECTOR totdat het
nummer van de nieuwe positie
verschijnt.
Als u de MOVE functie nu wilt
uitschakelen, drukt u op p.
— MOVE functie
Met de MOVE functie kunt u de volgorde van
de muziekstukken op de MD veranderen.
Wanneer u muziekstukken verplaatst,
worden de muziekstukken hernummerd.
Voorbeeld: Verplaatsen van muziekstuk C
naar positie 2.
Muziekstuknummer
1
OorspronkeA
lijke muziekstukken
1
MOVE
Verplaats muziekstuk C
naar de tweede positie.
3
4
2
B
C
2
A
D
3
C
5
Druk op ENTER/YES.
“Complete” verschijnt voor een paar
seconden.
Opmerking
Wanneer “SHUFFLE” of “PROGRAM” op het
display verschijnt, moet u op CONTINUE drukken
zodat de indicatie verdwijnt.
4
B
Nieuwe positie
Oorspronkelijk
muziekstuknummer
D
2 1,4
• • •
• • •
• • •
§
EJECT
0
10
= SELECTOR +
·∏
r REC
0
)
p
§
OPEN/CLOSE
3,5
= SELECTOR +
p
·∏
0
)
p
1
Draai SELECTOR totdat het
nummer van het muziekstuk dat u
wilt verplaatsen verschijnt.
2
Druk herhaaldelijk op EDIT/NO
totdat “Move ?” verschijnt.
3
Druk op ENTER/YES.
47NL
Onderverdelen van
opgenomen
muziekstukken
— DIVIDE functie
2
Druk herhaaldelijk op EDIT/NO
totdat het gekozen
muziekstuknummer en “2 Divide ?”
verschijnen.
3
Druk op ENTER/YES.
”Rehearsal” en “Position ok?”
verschijnen afwisselend en het punt van
onderverdeling wordt herhaaldelijk
afgespeeld.
Om de positie voor onderverdeling
te veranderen:
1 Druk op EDIT/NO.
2 Luister naar het geluid en draai
SELECTOR om het gewenste punt van
onderverdeling te kiezen.
U kunt kijken naar het display en het
punt verschuiven tussen –128 en +127
(±01 komt overeen met ongeveer 0,06
seconde).
Als u de DIVIDE functie nu wilt
uitschakelen, drukt u op p.
U kunt deze functie gebruiken om
muziekstuknummers toe te wijzen aan
verscheidene muziekstukken die als één
muziekstuk worden opgenomen. U kunt ook
muziekstuknummers aanbrengen nadat de
opname is beëindigd. Het totale aantal
muziekstukken vermeerdert met één en alle
muziekstukken die volgen op het
onderverdeelde muziekstuk worden
hernummerd.
Voorbeeld: Muziekstuk 2 onderverdelen in
muziekstukken B en C.
Muziekstuknummer 1
Oorspronkelijke muziekstukken
A
1
DIVIDE
3
2
B
2
A
C
4
D
Verdeel muziekstuk
2 in muziekstukken
3 B en C. 4
B
C
2
D
1
SELECTOR
Druk nogmaals op ENTER/YES
wanneer het juiste punt gevonden
is.
“Complete” verschijnt voor een paar
seconden en het nieuwe muziekstuk
begint af te spelen.
Wenk
U kunt ook muziekstukken onderverdelen tijdens
het opnemen. Druk hiervoor bij het gewenste punt
op r REC (zie blz. 43).
• • •
• • •
• • •
§
EJECT
0
Opmerkingen
10
= SELECTOR +
·∏
r REC
0
)
p
§
OPEN/CLOSE
3,4
p
= SELECTOR +
·∏
0
1
48
NL
)
Druk tijdens het afspelen van de
MD op · ∏ (of op P op de
afstandsbediening) op het punt
waar u een muziekstuk wilt
onderverdelen.
Het MD-deck komt in de pauzestand te
staan.
• Wanneer “SHUFFLE” of “PROGRAM” op het
display verschijnt, moet u op CONTINUE
drukken zodat de indicatie verdwijnt.
• Het nieuwe muziekstuk zal geen titel hebben,
zelfs indien het oorspronkelijke muziekstuk een
titel had.
Samenvoegen van
opgenomen
muziekstukken
— COMBINE functie
2
Druk herhaaldelijk op EDIT/NO
totdat het gekozen
muziekstuknummer en
“3 Combine ?” verschijnen.
3
Druk op ENTER/YES.
“Rehearsal” en “Track ok?” verschijnen
afwisselend en het punt waar de twee
muziekstukken zullen worden
samengevoegd (d.w.z. het einde van het
eerste muziekstuk en het begin van het
tweede muziekstuk) wordt herhaaldelijk
afgespeeld.
Als u de COMBINE functie nu wilt
uitschakelen, drukt u op p.
Met deze functie kunt u verschillende
muziekstukken of verschillende los van
elkaar opgenomen passages tot één
muziekstuk samenvoegen. Het totale aantal
muziekstukken vermindert met één en alle
muziekstukken die volgen op de
samengevoegde muziekstukken worden
hernummerd.
Voorbeeld: Samenvoegen van muziekstukken
B en C.
Muziekstuknummer
1
2
A
Oorspronkelijke muziekstukken
1
COMBINE
3
B
A
D
Voeg muziekstukken B en C samen.
3
2
B
2
C
D
1
• • •
• • •
• • •
§
EJECT
0
10
= SELECTOR +
·∏
r REC
0
Druk nogmaals op ENTER/YES
wanneer het samenvoegingspunt
juist is.
“Complete” verschijnt voor een paar
seconden en de muziekstukken worden
samengevoegd.
4
C
4
)
p
Opmerkingen
• Wanneer “SHUFFLE” of “PROGRAM” op het
display verschijnt, moet u op CONTINUE
drukken zodat de indicatie verdwijnt.
• Als beide samengevoegde muziekstukken van een
titel waren voorzien, zal de titel van het tweede
muziekstuk worden gewist.
• Als “Sorry” op het display verschijnt, kunnen de
muziekstukken niet samengevoegd worden. Dit
gebeurt soms wanneer een van de muziekstukken
die u wilt samenvoegen reeds al te vaak werd
gemonteerd. Dit is geen mechanische storing,
maar hangt samen met de technische beperkingen
van het MD-systeem.
§
OPEN/CLOSE
3,4
p
= SELECTOR +
·∏
0
1
)
Draai SELECTOR totdat het
nummer van het tweede van de
twee samen te voegen
muziekstukken verschijnt.
Om bij voorbeeld muziekstukken 2 en 3
samen te voegen, kiest u nummer 3.
49NL
Naamgeving van
opgenomen MD’s en
muziekstukken
4
Bij elke druk op deze toets, verandert het
display als volgt:
U kunt titels (namen) samenstellen voor uw
opgenomen MD’s en muziekstukken. U kunt
maximaal 1 700 tekens invoeren per disc.
4
5
A (hoofdletters) n a (kleine letters)
n 0 (cijfers en symbolen*) n A ...
* U kunt de volgende symbolen
gebruiken:
6
0
Druk herhaaldelijk op DISPLAY/
CHARACTER totdat het gewenste
soort teken verschijnt.
!”#$%&’()*+,–./:;<=>?@_`
• • •
• • •
• • •
§
EJECT
0
10
5
= SELECTOR +
·∏
r REC
0
)
Het gekozen teken knippert. Om een
spatie in te voeren, drukt u op )
terwijl de cursor knippert.
p
§
OPEN/CLOSE
SCROLL
2
3,8 1
= SELECTOR +
·∏
0
6
)
p
1
Om een disc van een titel te
voorzien, drukt u op p om het
afspelen van de disc te stoppen.
Om een muziekstuk van een titel te
voorzien, draait u SELECTOR totdat
het nummer van het gewenste
muziekstuk verschijnt.
2
Druk herhaaldelijk op EDIT/NO
totdat “Name in ?” verschijnt.
3
Druk op ENTER/YES.
De cursor begint te knipperen.
Cursor
50NL
Draai SELECTOR om het gewenste
teken te kiezen.
Druk op ) om het gekozen teken
in te voeren.
De cursor schuift één plaats naar rechts
en wacht op de invoer van het volgende
teken.
7
Herhaal stappen 4 – 6 om de
volledige titel in te voeren.
Als u een verkeerd teken hebt ingevoerd,
drukt u op 0 of ) tot het te
verbeteren teken gaat knipperen, en dan
herhaalt u stappen 4 – 6.
Om het teken te wissen, drukt u op
EDIT/NO terwijl het teken knippert.
8
Druk op ENTER/YES om het
invoeren van de titel te beëindigen.
De ingevoerde titels verschijnen nu
achtereenvolgens op het display.
Druk op p op het MD-deck.
Om de titels te controleren
Om de disc-titel te kontroleren, drukt u op
SCROLL terwijl het afspelen van de disc is
gestopt. Om de titels van de muziekstukken
te controleren, drukt u tijdens het afspelen op
SCROLL. De titels verschijnen
achtereenvolgens op het display. Druk op
SCROLL om het doorlopen van de titels te
laten stoppen. Druk nogmaals om het
doorlopen weer te laten vervolgen.
Om een bestaande titel te
wijzigen
Begin opnieuw vanaf stap 1.
Om alle titels te wissen
1 Druk herhaaldelijk op EDIT/NO totdat
“Name Erase ?” verschijnt.
2 Druk op ENTER/YES.
Alle disc-titels en muziekstuktitels worden
nu gewist.
U kunt de wisfunktie annuleren door p op
het MD-deck in te drukken.
Ongedaan maken van
de laatste wijziging
— UNDO functie
Met deze functie kunt u de laatste wijziging
(aangebracht door montage) ongedaan
maken, zodat de oorspronkelijke inhoud van
de MD wordt hersteld.
Een wijziging door montage kan echter niet
ongedaan worden gemaakt indien u na de
montage een van de volgende handelingen
hebt verricht:
• Indrukken van de r REC of CD SYNC
toets op het MD-deck.
• Bijwerken van de inhoudsopgave (TOC)
door uitschakelen van het systeem of
uitnemen van de MD.
• De stekker uit het stopcontact trekken.
1
2,3
• • •
§
EJECT
• • •
Wenken
• • •
Om de titel-invoerfunctie uit te
schakelen
0
10
= SELECTOR +
• U kunt een titel toewijzen aan een muziekstuk
terwijl dit wordt afgespeeld of opgenomen, maar
dan moet u de titel volledig invoeren voordat het
muziekstuk eindigt.
• U kunt het wissen van een titel ongedaan maken.
Zie “Ongedaan maken van de laatste wijziging”
op deze bladzijde.
·∏
r REC
0
)
p
§
OPEN/CLOSE
p
= SELECTOR +
·∏
1
Met het MD-deck in de stopstand en
geen muziekstuknummer op het
display aangegeven, drukt u
herhaaldelijk op EDIT/NO totdat
“Undo ?” verschijnt.
“Undo ?” verschijnt niet als u de
oorspronkelijke opname niet door
montage hebt gewijzigd.
wordt vervolgd
51NL
Ongedaan maken van de laatste
wijziging (vervolg)
2
Druk op ENTER/YES.
Een van de volgende meldingen
verschijnt op het display, afhankelijk van
het soort wijziging dat u ongedaan kunt
maken:
Gemaakte wijziging:
Melding:
Wissen van één
muziekstuk
Wissen van alle
muziekstukken op
een MD
Het tapedeck (Alleen MHCEX66/EX660 of bij gebruik van het
optionele deck TC-TX77/TX770)
Handmatig opnemen
op een band
U kunt een CD of een MD opnemen zoals u
wilt. U kunt bij voorbeeld alleen de gewenste
muziekstukken opnemen of opnemen vanaf
het midden van de band.
“Erase Undo?”
DOLBY NR
Onderverdelen van
een muziekstuk
“Divide Undo?”
Samenvoegen van
muziekstukken
“Combine Undo?”
Verplaatsen van een
muziekstuk
“Move Undo?”
4
Naamgeving van een
muziekstuk of een MD
§
OPEN/CLOSE
“Name Undo?”
• • •
® REC
0
Wissen van alle titels
op een MD
·
0
P
)
p
§
3
6 8
p
Druk nogmaals op ENTER/YES.
“Complete” verschijnt voor een paar
seconden en de oorspronkelijke inhoud
van de MD vóór de montage wordt
hersteld.
Om de UNDO functie uit te
schakelen
Druk op EDIT/NO of p op het MD-deck.
52NL
10
OPEN/CLOSE
RESET
3
ª
• • •
• • •
Wijzigen van een
bestaande titel
1 2ª 8
1
Plaats een onbespeelde band in het
deck.
Voor het plaatsen van een band, zie
blz. 20.
2
Draai FUNCTION om de op te
nemen geluidsbron te kiezen.
Wanneer u wilt opnemen van de radio,
stem dan af op de gewenste zender.
Wanneer u het geluid van een TV of
videorecorder wilt opnemen, kies dan
“VIDEO 1” of “VIDEO2/AUX” (of
“VIDEO 2” voor DHC-MD77). Zie blz.
13 voor de details.
3
Druk herhaaldelijk op DIRECTION
om de kant voor opnemen te kiezen.
Kies A om op één kant op te nemen.
Kies Å of a om op beide kanten op
te nemen.
4
Druk op r REC op het tapedeck.
Het tapedeck staat nu in de wachtstand
voor opnemen.
“PLAY · P {REC}” (voor de voorkant)
verschijnt op het display.
5
Begin met het afspelen van de op te
nemen geluidsbron.
6
Draai REC LEVEL om het
opnameniveau in te stellen.
Luister naar het piekniveau-geluid en
stel zo in dat het opnameniveau binnen
het hieronder aangegeven bereik valt.
Om
Druk op
De opname te
stoppen
p op het tapedeck.
De opname te
onderbreken (pauze)
P op het tapedeck.
Wenken
• Wanneer u SYSTEM POWER op de DHC-MD77/
EX77MD/EX770MD indrukt, wordt het TC-TX77/
TX770 deck automatisch ingeschakeld indien het
door middel van de audiobuskabel op het systeem
is aangesloten.
• Als u vanaf de achterkant wilt opnemen, druk dan
in stap 4 op ª zodat “ª PLAY P {REC}” (voor
de achterkant) op het display verschijnt.
• Wanneer u de ruis (sisgeluid) in hoogfrequentiesignalen met een laag geluidsniveau wilt
onderdrukken, druk dan vóór stap 4 herhaaldelijk
op DOLBY NR om B of C te kiezen. U kunt
DOLBY NR niet instellen terwijl de opname reeds
bezig is.
• Wanneer u RESET indrukt, wordt het bandtellerdisplay weer op “00 00” gezet.
Bij gebruik van TYPE-I (normal)
of TYPE-II (CrO 2) banden
a
Bij gebruik van TYPE-IV (metal) banden
7
Stop het afspelen van de
geluidsbron.
8
Druk op P of · op het tapedeck.
Het opnemen begint.
9
Begin met het afspelen van de op te
nemen geluidsbron.
53NL
Uw favoriete CDmuziekstukken op
een band opnemen
U kunt uw favoriete CD-muziekstukken
kiezen met de PROGRAM afspeelfunctie en
dan uw programma met behulp van de CD
synchroon-opnamefunctie op een band
opnemen.
10
11
8 9 71
4
Gekozen
muziekstuk
5
Afspeeltijd
Druk op ENTER.
Het muziekstuk is nu geprogrammeerd.
Het nummer van het laatst
geprogrammeerde muziekstuk en de
totale afspeeltijd verschijnen op het
display.
6
Herhaal stappen 3 t/m 5 om andere
muziekstukken te programmeren.
Sla stap 3 over wanneer u een
muziekstuk van dezelfde CD kiest.
§
ª
• • •
• • •
• • •
0
Draai SELECTOR totdat het
gewenste muziekstuknummer
verschijnt.
10
·
0
P
)
Opnemen op een band
p
§
OPEN/CLOSE
7
= SELECTOR +
·∏
0
Voor het plaatsen van een band, zie
bladzijde 20.
)
p
2
3 4 5 1p
8
2
Draai FUNCTION totdat de CD
indicator aangaat en plaats dan een
CD (CD’s) in de CD-lade.
Druk op PROGRAM.
“PROGRAM” verschijnt.
3
54NL
Druk op een van de DISC 1 – 3
toetsen om een CD te kiezen.
Druk herhaaldelijk op DIRECTION
om de kant voor opnemen te kiezen.
Kies A om op één kant op te nemen.
Kies Å of a om op beide kanten op
te nemen.
Kiezen van de
muziekstukken
1
Plaats een onbespeelde band in het
deck.
9
Draai REC LEVEL om het
opnameniveau in te stellen.
Zie “Handmatig opnemen op een band”
voor de details.
Overige functies
10 Druk op CD SYNC op het tapedeck.
Het tapedeck staat nu in de wachtstand
voor opnemen en de CD-speler in de
pauzestand voor afspelen. De CD SYNC
indicator gaat aan en “PLAY · P
{REC}” (voor de voorkant) verschijnt op
het display.
11 Druk op P op het tapedeck.
Klankregeling
U kunt de lage/hoge tonen regelen, het
geluid dempen of de geluidsbron zonder
geluidseffecten beluisteren.
DBFB
SOURCE DIRECT –20dB MUTING
Het opnemen begint.
Om de opname te stoppen
Druk op p op het tapedeck of op de CDspeler.
Wenken
• • •
• • •
§
EJECT
• • •
• Wanneer u SYSTEM POWER op de DHC-MD77/
EX77MD/EX770MD indrukt, wordt het TC-TX77/
TX770 deck automatisch ingeschakeld indien het
deck door middel van de audiobuskabel op het
systeem is aangesloten.
• Indien u vanaf de achterkant van de band wilt
opnemen, drukt u in stap 10 op ª zodat
“ª PLAY P {REC}” (voor de achterkant)
verschijnt.
• Wanneer u op beide kanten wilt opnemen, moet u
beginnen vanaf de voorkant. Als u vanaf de
achterkant begint, zal de opname bij het einde van
de achterkant stoppen, zelfs indien a is
gekozen.
• Wanneer u de ruis (sisgeluid) in de
hoogfrekwentiesignalen van laag niveau wilt
onderdrukken, dient u vóór stap 9 herhaaldelijk
op DOLBY NR te drukken om B of C te kiezen.
DOLBY NR kan niet worden ingesteld terwijl de
opname bezig is.
• Wanneer het einde van de voorkant van de band
tijdens opnemen op beide kanten wordt bereikt,
werkt de fade-out funktie zodat een muziekstuk
niet plotseling wordt onderbroken aan het einde
van de band (Fade Synchro). Het muziekstuk zal
vanaf het begin opnieuw worden opgenomen op
de achterkant van de band. De “Fade Synchro”
funktie werkt ook tijdens opnemen op één kant
van de band.
• U kunt geen CD synchroon-opname maken door
de CD SYNC toetsen op het tapedeck en MD-deck
tegelijkertijd in te drukken.
Gebruik de CD synchroon-opnamefunktie voor de
band en neem handmatig op op de MD. Deze
methode is aan te bevelen, aangezien u op het
MD-deck het overlappende muziekstuk, dat met
“Fade Synchro” werd opgenomen, gemakkelijk
kunt wissen door zijn muziekstuknummer in te
voeren (Wisfunktie).
0
BASS
TREBLE
10
PHONES
Om
Doe het volgende
De lage tonen
te regelen
Draai BASS naar rechts om te
versterken en naar links om te
verzwakken.
De hoge tonen
te regelen
Draai TREBLE naar rechts om
te versterken en naar links om
te verzwakken.
De lage tonen
te versterken
Druk op DBFB* totdat de LOW
of HIGH** indicator aangaat.
Om dit effect uit te schakelen,
drukt u de toets herhaaldelijk
in tot de indicator uitgaat.
Het geluid
te dempen
Druk op –20dB MUTING
zodat de indicator aangaat.
Druk de toets nogmaals in om
het oorspronkelijke volume te
herstellen.
* DBFB: Dynamic Bass Feedback (Dynamische
basterugkoppeling)
**HIGH is effectiever dan LOW.
Luisteren naar muziek zonder
gebruikmaking van
geluidseffecten
Druk op SOURCE DIRECT zodat de indicator
aangaat.
Het systeem stuurt de muzieksignalen direct
uit zonder dat deze door een circuit passeren.
Druk de toets nogmaals in om deze instelling
te annuleren.
Luisteren via de hoofdtelefoon
Sluit de hoofdtelefoon aan op PHONES.
55NL
Meezingen: Karaoke
U kunt meezingen met de muziek van een
stereo CD, MD of band door de stem van de
zanger(es) te dempen. Hiervoor dient u een
microfoon (optie) aan te sluiten.
2
Opmerkingen
• Wanneer het geluid in mono is opgenomen, is het
mogelijk dat het geluid van de instrumenten
samen met de zangstem wordt gedempt.
• De zangstem wordt mogelijk niet gedempt
wanneer:
– slechts weinig instrumenten spelen.
– een duet wordt afgespeeld.
– de geluidsbron sterke echo’s of koormuziek
bevat.
– de stem van de zanger(es) afwijkt van het
midden.
Wenk
Als u akoestische terugkoppeling (fluittoon) hoort,
plaats dan de microfoon verder van de luidsprekers
of verander de richting van de microfoon.
Geluiden mengen en
opnemen
Voor DHC-MD77/EX77MD/EX770MD
• • •
• • •
• • •
§
EJECT
0
15
10
4 3
1
Sluit een microfoon (optie) aan op
MIX MIC.
2
Druk op KARAOKE PON.
1
84
7 11
6
De indicator gaat aan.
• • •
0
Kies de geluidsbron en speel deze
af.
4
Draai VOLUME om het volume van
het systeem in te stellen.
5
Draai MIC LEVEL om het volume
van de microfoon in te stellen.
• • •
§
EJECT
• • •
3
10
= SELECTOR +
·∏
r REC
0
)
p
§
OPEN/CLOSE
= SELECTOR +
·∏
Nadat uw karaoke-uitvoering is
beëindigd
Koppel de microfoon los van MIX MIC en
druk op KARAOKE PON zodat de indicator
uitgaat.
56NL
0
)
p
10 3 2 5,9,12
p
1
Sluit een microfoon (optie) aan op
MIX MIC.
2
Plaats een CD in de CD-lade.
3
4
Plaats een voor opnemen geschikte
MD in het deck.
Voor MHC-EX66/EX660
1
95
7 8 3 12
Druk op KARAOKE PON.
De indicator gaat aan.
5
Begin met het afspelen van de CD.
6
Draai VOLUME om het volume van
het systeem in te stellen.
§
OPEN/CLOSE
Draai REC LEVEL om het
opnameniveau in te stellen.
0
Zie “Instellen van het opnameniveau”
op blz. 37.
8
9
11 Druk op · ∏ op het MD-deck.
Het opnemen begint.
12 Druk op · ∏ op de CD-speler.
Het afspelen van de CD begint. Begin
met mee te zingen met de muziek.
Om de opname te stoppen
Druk op p op het MD-deck en op de CDspeler.
·
0
P
)
p
§
= SELECTOR +
·∏
0
)
p
Kies het gewenste muziekstuk op de
CD en zet de CD-speler in de
pauzestand.
Het MD-deck staat nu in de wachtstand
voor opnemen.
ª
10
OPEN/CLOSE
Draai MIC LEVEL om het volume
van de microfoon in te stellen.
10 Druk op r REC op het MD-deck.
• • •
® REC
• • •
7
• • •
11 4 2 6,10,13 p
1
Sluit een microfoon (optie) aan op
MIX MIC.
2
Plaats een CD in de CD-lade.
3
Plaats een onbespeelde band in het
tapedeck.
4
Druk herhaaldelijk op DIRECTION
om de kant voor opnemen te kiezen.
5
Druk op KARAOKE PON.
De indicator gaat aan.
6
Begin met het afspelen van de CD.
7
Draai VOLUME om het volume van
het systeem in te stellen.
wordt vervolgd
57NL
Meezingen: Karaoke (vervolg)
8
Draai REC LEVEL om het
opnameniveau in te stellen.
Zie “Handmatig opnemen op een band”
op blz. 52.
9
Draai MIC LEVEL om het volume
van de microfoon in te stellen.
10 Kies het gewenste muziekstuk op de
CD en zet de CD-speler in de
pauzestand.
Toewijzen van een
naam aan een
voorgeprogrammeerde
zender
— Station Name
Aan elke voorgeprogrammeerde zender kunt
u een naam (Station Name) van maximaal
acht tekens toewijzen. De naam van de
zender verschijnt op het display wanneer u
op de zender afstemt.
DISPLAY
11 Druk op r REC op het tapedeck.
4 3,5
1
6,8
2
Het tapedeck staat nu in de wachtstand
voor opnemen.
12 Druk op P of · op het tapedeck.
Het opnemen begint.
13 Druk op · ∏ op de CD-speler.
Het afspelen van de CD begint. Begin
met mee te zingen met de muziek.
Om de opname te stoppen
1
Druk op p op het tapedeck en op de CDspeler.
Nadat uw karaoke-uitvoering is
beëindigd
Europees model:
FM n MW (MG) n LW (LG)*
Koppel de microfoon los van MIX MIC en
druk op KARAOKE PON zodat de indicator
uitgaat.
Overige modellen:
FM n AM
* U kunt geen naam toewijzen aan een LW
(langegolf) zender.
Wenken
• U kunt ook alleen uw stem door de microfoon
opnemen. Kies hiervoor CD met de FUNCTION
regelaar en speel de CD niet af.
• Wanneer u een microfoon aansluit, neemt het MDdeck analoog op (voor DHC-MD77/EX77MD/
EX770MD).
2
Voor het Europese model:
Druk herhaaldelijk op TUNING
MODE totdat “PRESET” verschijnt.
Voor overige modellen:
Druk op PRESET.
3
58NL
Druk herhaaldelijk op TUNER/
BAND totdat de gewenste
frequentieband verschijnt.
Draai MULTI CONTROLLER totdat
het preselectie-nummer van de
zender waaraan u een naam wilt
toewijzen, verschijnt.
4
Druk op NAME IN.
Om de functie voor naamgeving
uit te schakelen
De cursor begint te knipperen.
Druk op NAME IN.
Om een zendernaam uit het
geheugen te wissen
Cursor
5
Begin opnieuw vanaf stap 1 en vervang al de
tekens van de zendernaam door spaties.
Om de zendernaam te controleren
Draai MULTI CONTROLLER totdat
het gewenste teken verschijnt.
Het gekozen teken knippert.
Druk op DISPLAY.
Bij elke druk op deze toets, verandert het
display als volgt:
Preselectie-nummer
en frequentie
˜
Zendernaam
(indien deze is
vastgelegd)
U kunt de volgende tekens gebruiken:
ABCDEFGHIJKLMNOPQRST
U V W X Y Z [ \ ] - ll a b c d e f g h i j k l m
nopqrstuvwxyz{l}¯ áàéèíìóò
úùÑÇS
¸ ß I IJ â ä ê ë î ï ô ö û ü ñ ç s¸ g˘ ¡
(spatie) ! ” # ¤ % & ’ ( ) + , – . / 0 1 2 3 4 5
6789:;<=>?@
6
Druk op ENTER/NEXT.
De cursor schuift één positie naar rechts
en begint te knipperen.
7
Herhaal stappen 5 en 6 totdat de
hele naam is ingevoerd.
8
Druk herhaaldelijk op ENTER/
NEXT totdat “FILE” verschijnt. De
naam wordt nu in het geheugen
vastgelegd.
59NL
Gebruik van het Radioinformatiesysteem
(RDS)
(Alleen Europees model)
Wat is het Radioinformatiesysteem?
Het Radio-informatiesysteem (RDS: Radio
Data System) is een omroepdienst die radiozenders in staat stelt om extra informatie uit
te zenden naast het gewone
programmasignaal. Deze tuner biedt u
handige RDS-funkties, zoals automatisch
afstemmen op verkeersinformatie, nieuws of
informatie-programma’s en opsporen van
zenders door keuze van het soort programma
(PTY) dat u wilt beluisteren. RDS is alleen op
FM-zenders* beschikbaar.
Opmerking
RDS zal mogelijk niet juist werken indien de zender
waarop u hebt afgestemd het RDS-signaal niet juist
uitzendt of het signaal te zwak is.
* Niet alle FM-zenders verzorgen de RDS-dienst of
hetzelfde soort RDS-dienst. Als u niet vertrouwd
bent met het RDS-systeem, doe dan navraag bij
uw plaatselijke radio-zenders voor details
betreffende RDS-diensten in uw gebied.
Ontvangen van RDSuitzendingen
Kies gewoon een zender op de FMband.
Wanneer u afstemt op een zender die RDSdiensten verzorgt, zal de zendernaam op het
display verschijnen.
Controleren van de RDSinformatie
Bij elke druk op DISPLAY, verandert het
display als volgt:
n Zendernaam
µ
Frequentie
µ
Soort programma
µ
Radiotekst
Opmerkingen
• “NO PTY Data” verschijnt wanneer het door u
gekozen soort programma niet wordt
uitgezonden door de zender waarop u hebt
afgestemd.
• “No Text Data” verschijnt wanneer de
radiotekstgegevens niet worden uitgezonden door
de zender waarop u hebt afgestemd.
• “PTY Alarm” knippert wanneer er een dringende
regeringsmededeling wordt uitgezonden.
Automatisch afstemmen
op verkeersinformatie,
nieuws of informatieprogramma’s (EON)
De EON (Enhanced Other Networks) functie
zorgt ervoor dat de tuner automatisch
overschakelt naar een zender die
verkeersinformatie, nieuws of andere
informatie uitzendt. Nadat het programma is
beëindigd, schakelt de tuner terug naar de
zender die u aanvankelijk beluisterde (of de
functie die u aanvankelijk gebruikte).
Druk op EON om het gewenste EONprogramma te kiezen.
Bij elk druk op EON, verandert het display
als volgt:
n TA (Verkeersinformatie)
µ
NEWS (Nieuws)
µ
INFO (Informatie)
µ
(Geen display)
60NL
De tuner komt in de EON-wachtstand te
staan. “No TA service”, “No News” of “No
Info” verschijnt wanneer het door u gekozen
programma door geen enkele zender wordt
uitgezonden.
Wanneer een zender het door u gekozen
programma begint uit te zenden, stemt de
tuner automatisch op die zender af en begint
een indicatie (“TA”, “NEWS” of “INFO”) te
knipperen. Wanneer u “TA” kiest, verschijnt
“NOW TA Service” indien de zender, waarop
er nu is afgestemd, verkeersinformatie
uitzendt.
Na beëindiging van het programma schakelt
de tuner terug naar de laatst beluisterde
zender (of de laatst gebruikte functie).
Opsporen van zenders
door keuze van het
gewenste soort
programma (PTY)
U kunt afstemmen op een gewenste zender
door het gewenste soort programma te
kiezen. Het systeem stemt af op het soort
programma dat nu wordt uitgezonden door
de RDS-zenders die in het preselectiegeheugen van de tuner zijn vastgelegd.
2,4
Om de automatische
ontvangstfunktie uit te schakelen
Druk EON éénmaal in.
1
Wenk
U kunt uitgezonden RDS-informatie ook ontvangen
terwijl het systeem is uitgeschakeld. Kies het
gewenste EON-programma (TA, NEWS of INFO) en
druk dan op SYSTEM POWER om het systeem uit te
schakelen (“EON Wait?” en “Push EON KEY”
verschijnen beurtelings.) Druk binnen 6 seconden
op EON zodat “EON WAITING” verschijnt.
Telkens wanneer de tuner een EON-programma
ontvangt, wordt het systeem automatisch
ingeschakeld. Na beëindiging van het programma
wordt het systeem opnieuw in standby gezet.
1
Druk op PTY.
“PTY Select” verschijnt.
2
Draai MULTI CONTROLLER totdat
het gewenste soort programma
verschijnt.
Zie “Overzicht van soorten programma’s
(PTY).”
Opmerkingen
• De EON-functie werkt niet tijdens het opnemen.
Schakel daarom de EON-functie uit wanneer u
een programma zonder onderbrekingen wilt
opnemen, en vooral ook wanneer u een
schakelklok-opname wilt maken.
• Niet alle RDS-zenders verzorgen de EON-dienst.
• Indien de nu ontvangen zender het door u
gekozen soort programma uitzendt, zal de tuner
niet naar een andere zender overschakelen.
• “Weak Signal” verschijnt wanneer de nu
ontvangen EON-zender geen RDS-informatie kan
uitzenden omdat het signaal te zwak is.
“Returning” verschijnt wanneer het systeem
pogingen doet om opnieuw op de EON-zender af
te stemmen.
3,5
3
Druk op ENTER/NEXT.
Het systeem begint nu met het
doorzoeken van de geprogrammeerde
RDS-zenders (“PTY Search” en het
gekozen soort programma verschijnen
beurtelings op het display.)
Wanneer de tuner een programma
ontvangt, knippert het preselectienummer.
4
Draai MULTI CONTROLLER totdat
het gewenste preselectie-nummer
begint te knipperen.
5
Druk op ENTER/NEXT terwijl het
preselectie-nummer knippert.
wordt vervolgd
61NL
Gebruik van het Radioinformatiesysteem (RDS) (vervolg)
Overzicht van soorten
programma’s (PTY)
News
Nieuwsprogramma’s
Affairs
Programma’s met achtergrondinformatie
over aktuele nieuwsonderwerpen.
Information
Programma’s over consumentenzaken,
gezondheid, en weersberichten.
Sport
Sportprogramma’s
Education
Programma’s met educatieve doeleinden,
zoals cursussen en adviesprogramma’s.
Drama
Hoorspelen en feuilletons
Culture
Programma’s over nationale en regionale
cultuur, zoals godsdienst, taal en
maatschappelijke problemen.
Science
Programma’s over natuurwetenschappen.
Varied
Programma’s met vraaggesprekken met
bekende persoonlijkheden, spelletjes en
komedie.
Pop Music
Populaire muziek.
Rock Music
Rockmuziek.
M.O.R. Music
Lichte muziek (“easy listening”).
L. Classical
Klassieke muziek, zoals instrumentale, vocale
en koormuziek.
62NL
S. Classical
Concerten van grote orkesten, kamermuziek,
opera, enz.
Other Music
Muziek zoals jazz, rhythm and blues, en
reggae.
Alarm
Dringende mededelingen.
PTY undefined
Alle soorten programma’s die hierboven niet
zijn beschreven.
Opmerkingen
• “PTY not found” verschijnt wanneer het gekozen
soort programma nu niet wordt uitgezonden.
• “PTY change” verschijnt wanneer het gekozen
soort programma wordt beëindigd terwijl de PTYzoekfunctie in werking is. Indien een andere
zender hetzelfde soort programma uitzendt, zal
daarop worden afgestemd.
• “Text waiting” verschijnt wanneer radiotekstgegevens nu niet worden uitgezonden.
Inslapen met muziek
— SLEEP schakelklokfunctie
Ontwaken met
muziek
— WAKE-UP schakelklokfunctie
U kunt het systeem na verloop van een
vooraf ingestelde tijd automatisch laten
uitschakelen, zodat u kunt inslapen met
muziek. U kunt de uitschakeltijd instellen in
stappen van 10 minuten.
Zorg ervoor dat de klok juist is ingesteld (zie
blz. 9).
U kunt op een vooraf ingestelde tijd
ontwaken met muziek.
Zorg ervoor dat de klok juist is ingesteld (zie
blz. 9).
2 3
SLEEP
4,5,6
Druk op SLEEP.
• • •
90min n 80min n 70min... n 10min
n OFF (UIT)
0
8
1
10
4,5,7
Maak de geluidsbron die u wilt
afspelen gereed.
• CD: Plaats een CD in de CD-speler.
Stel een programma op (zie blz. 29)
indien u wilt afspelen vanaf een
bepaald muziekstuk.
• MD (alleen DHC-MD77/EX77MD/
EX770MD): Plaats een MD in het deck.
• Band (alleen MHC-EX66/EX660,
optioneel deck TC-TX77/TX770):
Plaats een band in het deck.
• Radio: Stem af op een zender (zie
blz. 24).
Om de resterende tijd te
controleren
Druk éénmaal op SLEEP.
Om de uitschakeltijd te wijzigen
Kies de gewenste tijd door SLEEP in te
drukken.
Om de SLEEP functie uit te
schakelen
Druk herhaaldelijk op SLEEP totdat “OFF”
verschijnt.
• • •
§
EJECT
• • •
Bij elke druk op deze toets verandert de
minuten-indicatie (de uitschakeltijd) als volgt:
2
Druk op TIMER SET.
“Select timer” verschijnt.
3
Druk op DAILY (voor afspelen op
dezelfde tijd iedere dag).
De indicator gaat aan en de uur-indicatie
knippert.
wordt vervolgd
63NL
Ontwaken met muziek (vervolg)
Om de instelling te veranderen
Begin opnieuw vanaf stap 1.
4
Om de instelling te controleren
Stel de starttijd voor afspelen in.
Draai MULTI CONTROLLER om het
uur in te stellen en druk dan op ENTER/
NEXT.
De minuten-indicatie begint te
knipperen.
Druk op DAILY zodat de indicator aangaat.
Als de indicator reeds brandt, druk dan
éénmaal op de toets zodat de indicator
uitgaat, en druk dan nogmaals. De starttijd,
stoptijd en geluidsbron verschijnen
achtereenvolgens. Daarna verschijnt het
oorspronkelijke display opnieuw.
Om deze schakelklokfunctie uit te
schakelen
Draai MULTI CONTROLLER om de
minuten in te stellen en druk dan op
ENTER/NEXT.
“OFF” verschijnt en de uur-indicatie
knippert opnieuw.
5
6
Stel de stoptijd voor afspelen in
volgens de procedure in stap 4.
Draai MULTI CONTROLLER om de
gewenste geluidsbron te kiezen.
De indicatie verandert als volgt:
CD PLAY n TUNER n TAPE PLAY
n MD PLAY
7
Druk op ENTER/NEXT.
De starttijd, stoptijd en geluidsbron
verschijnen achtereenvolgens. Daarna
verschijnt het oorspronkelijke display
opnieuw.
8
64NL
Stel het volume in en schakel het
systeem uit.
Druk op DAILY zodat de indicator uitgaat.
Wenk (voor DHC-MD77/EX77MD/
EX770MD)
Wanneer u het optionele deck TC-TX77/TX770 door
middel van de audiobuskabel op het systeem
aansluit (zie blz. 12), kunt u de wekkerschakelklok
gebruiken voor het tapedeck.
Opmerkingen
• Bedien het systeem niet vanaf het tijdstip waarop
de spanning wordt ingeschakeld totdat het
afspelen begint (ongeveer 40 seconden).
• “OFF TIME NG !” verschijnt indien de
inschakeltijd en de uitschakeltijd op hetzelfde
tijdstip zijn ingesteld. Verander de uitschakeltijd.
Schakelklok-opname
van radio-uitzendingen
Om te kunnen opnemen met de schakelklok,
dient u vooraf radio-zenders in het geheugen
te programmeren (zie blz. 10) en de klok juist
in te stellen (zie blz. 9).
1
Stem af op de gewenste
voorgeprogrammeerde zender (zie
blz. 24).
2
Druk op TIMER SET.
“Select timer” verschijnt.
3
De indicator gaat aan en de uur-indicatie
knippert.
Voor DHC-MD77/EX77MD/EX770MD
2
3
4,5,6
4,5,7
Druk op REC.
4
Stel de starttijd voor opnemen in.
Draai MULTI CONTROLLER om het
uur in te stellen en druk dan op ENTER/
NEXT.
De minuten-indicatie begint te
knipperen.
Draai MULTI CONTROLLER om de
minuten in te stellen en druk dan op
ENTER/NEXT.
“OFF” verschijnt en de uur-indicatie
knippert opnieuw.
• • •
• • •
• • •
§
EJECT
0
10
= SELECTOR +
·∏
r REC
0
)
p
§
OPEN/CLOSE
9
8
Voor MHC-EX66/EX660
2
3
5
Stel de stoptijd voor opnemen in
volgens de procedure in stap 4.
6
Voor DHC-MD77/EX77MD/
EX770MD:
Draai MULTI CONTROLLER om
“TUNER to MD” te kiezen.
4,5,7
4,5,6
Voor MHC-EX66/EX660:
Draai MULTI CONTROLLER om
“TUNER to TAPE” te kiezen.
7
De starttijd, stoptijd, opnamebron en
preselectie-nummer verschijnen
achtereenvolgens. Daarna verschijnt het
oorspronkelijke display opnieuw.
§
ª
• • •
• • •
• • •
0
Druk op ENTER/NEXT.
10
·
0
P
)
p
§
OPEN/CLOSE
9
8
wordt vervolgd
65NL
Aanvullende informatie
Schakelklok-opname van radiouitzendingen (vervolg)
8
Voor DHC-MD77/EX77MD/
EX770MD:
Plaats een voor opnemen geschikte
MD in het deck.
Voor MHC-EX66/EX660:
Plaats een onbespeelde band in het
deck.
9
Schakel het systeem uit.
Om de instelling te veranderen
Begin opnieuw vanaf stap 1.
Om de instelling te controleren
Druk op REC zodat de indicator aangaat. Als
de indicator reeds brandt, druk dan éénmaal
op de toets zodat de indicator uitgaat, en
druk dan nogmaals. De starttijd, stoptijd en
het preselectie-nummer verschijnen
achtereenvolgens. Daarna verschijnt het
oorspronkelijke display opnieuw.
Om deze schakelklokfunctie uit te
schakelen
Druk op REC zodat de indicator uitgaat.
Wenk (voor DHC-MD77/EX77MD/
EX770MD)
Wanneer u het optionele deck TC-TX77/TX770 door
middel van de audiobuskabel op het systeem
aansluit (zie blz. 12), kunt u de opnameschakelklok
gebruiken voor het tapedeck.
Opmerkingen
• Bedien het systeem niet vanaf het tijdstip waarop
de spanning wordt ingeschakeld totdat het
opnemen begint (ongeveer 40 seconden).
• “OFF TIME NG !” verschijnt indien de
inschakeltijd en de uitschakeltijd op hetzelfde
tijdstip zijn ingesteld. Verander de uitschakeltijd.
• Als u voor opnemen een gloednieuwe MD
gebruikt, zullen de eerste 15 seconden niet worden
opgenomen (voor DHC- MD77/EX77MD/
EX770MD).
• Indien het systeem is ingeschakeld wanneer de
ingestelde starttijd wordt bereikt, zal de opname
niet worden uitgevoerd.
• Tijdens het opnemen wordt het volume volledig
gedempt.
66NL
Voorzorgsmaatregelen
Netspanning
Alvorens het systeem te gebruiken, moet u
controleren of de bedrijfsspanning van uw systeem
overeenkomt met de plaatselijke netspanning.
Voor uw veiligheid
• Het systeem blijft op de stroombron (netspanning)
aangesloten zolang als de stekker in het
stopcontact zit, zelfs indien het systeem zelf is
uitgeschakeld.
• Trek de stekker uit het stopcontact wanneer u het
systeem geruime tijd niet gaat gebruiken. Om de
aansluiting op het stopcontact te verbreken, dient
u de stekker vast te pakken. Trek nooit aan het
snoer zelf.
• Als een vast voorwerp of vloeistof in een van de
componenten is terechtgekomen, verbreek dan de
aansluiting op het stopcontact en laat de
component door een deskundige nakijken
alvorens deze weer te gebruiken.
• Het netsnoer mag uitsluitend door een erkend
servicecentrum worden vernieuwd.
Installeren van het systeem
• Installeer het stereo-systeem op een plaats met
voldoende ventilatie om ontwikkeling van hitte in
het stereo-systeem te voorkomen.
• Installeer het systeem niet in een hellende positie.
• Installeer het systeem niet:
– op uiterst warme of koude plaatsen
– op stoffige of vuile plaatsen
– in een zeer vochtige omgeving
– op plaatsen die aan trillingen onderhevig zijn
– blootgesteld aan direkt zonlicht.
Bediening
• Wanneer het stereo-systeem rechtstreeks van een
koude naar een warme omgeving wordt gebracht,
of in een zeer vochtige kamer is geplaatst, kan
vocht uit de lucht condenseren op de lens in de
CD-speler of het MD-deck. In zo’n geval zal het
systeem niet juist werken. Verwijder de CD of MD
en laat het systeem ongeveer een uur ingeschakeld
staan totdat de condens is verdampt.
• Neem de disc(s) eruit wanneer u het systeem
wilt verplaatsen.
Als u vragen of problemen hebt betreffende uw
stereo-systeem, neem dan contact op met uw
dichtstbijzijnde Sony handelaar.
Over het luidsprekersysteem
Voor SS-EX77/EX880
Dit luidsprekersysteem is niet magnetisch
afgeschermd. Plaats het luidsprekersysteem verder
van het TV-toestel. Plaats ook geen voorwerpen
waaraan magneten zijn bevestigd of waarin
magneten worden gebruikt, zoals audiorekken, TVstanders, speelgoed e.d., dicht bij het TV-toestel.
Deze kunnen magnetische vervorming van het TVbeeld veroorzaken ten gevolge van hun inwerking
op het systeem.
Voor SS-MD77
Opmerkingen over MD’s
• Stel de MD niet bloot door het schuifdeksel te
openen. Indien het schuifdeksel opengaat, moet u
dit onmiddellijk sluiten.
Schuifdeksel
Hoewel dit luidsprekersysteem magnetisch
afgeschermd is, kan magnetische vervorming van
het beeld op sommige TV- toestellen soms optreden.
Schakel in zo’n geval de TV/personal computer set
eenmaal uit en schakel deze na 15 tot 30 minuten
weer in.
Indien de storing hierdoor niet wordt verholpen,
dient u het luidsprekersysteem verder van het TVtoestel te plaatsen. Plaats ook geen voorwerpen
waaraan magneten zijn bevestigd of waarin
magneten worden gebruikt, zoals audiorekken, TVstanders, speelgoed e.d., dicht bij het TV-toestel.
Deze kunnen magnetische vervorming van het TVbeeld veroorzaken ten gevolge van hun inwerking
op het systeem.
Beveiligen van een opgenomen
MD
Om opname op een MD onmogelijk te maken,
schuift u het nokje op de zijkant van de MD open in
de richting van de pijl.
In deze positie is opnemen op de MD niet meer
mogelijk. Om opname opnieuw mogelijk te maken,
schuift u het nokje dicht.
Nokje
• Veeg de beschermhoes van de MD schoon met een
droge doek.
• Stel de MD niet bloot aan direct zonlicht of
warmtebronnen zoals een warmeluchtuitlaat. Laat
uw MD’s niet achter in een auto die in direct
zonlicht is geparkeerd.
Opmerkingen over CD’s
• Reinig de CD met een schoonmaakdoek alvorens
deze af te spelen. Veeg vanaf het midden naar de
rand.
• Gebruik geen oplosmiddelen zoals benzine,
verfverdunner, in de handel verkrijgbare
schoonmaakmiddelen of antistatische spray
bestemd voor het schoonmaken van vinyl LP’s.
• Stel de CD niet bloot aan direct zonlicht of
warmtebronnen zoals een warmeluchtuitlaat. Laat
uw CD’s niet achter in een auto die in direct
zonlicht is geparkeerd.
Reinigen van de behuizing
Gebruik hiervoor een zachte doek, licht bevochtigd
met een oplossing van mild schoonmaakmiddel.
Alvorens een band erin te
plaatsen
Trek de band strak indien deze loshangt, omdat
deze in het deckmechanisme verstrikt kan raken,
waardoor hij onbruikbaar wordt.
Het nokje
openschuiven.
Gebruik van banden met een
lange opnametijd
Banden met een opnametijd van meer dan 90
minuten rekken makkelijk uit. Vermijd daarom
herhaaldelijk afspelen en stoppen, of herhaaldelijk
vooruit- en terugspoelen. Hierdoor kan de band in
het deckmechanisme verstrikt raken.
wordt vervolgd
67NL
Voorzorgsmaatregelen (vervolg)
Beveiligen van een opgenomen
band
Om een opgenomen band tegen wissen te
beveiligen, verwijdert u het nokje voor de gewenste
kant.
Kant A
Nokje voor
kant B
Nokje voor
kant A
Om opnieuw te kunnen opnemen, bedekt u de
opening met plakband.
Bedek de detectie-openingen op een TYPE-II (CrO2)
of TYPE-IV (metal) band niet. Als u dit doet, kan het
tapedeck de bandsoort niet meer automatisch
herkennen.
TYPE-II
TYPE-IV
Detectie-openingen
(Niet met plakband bedekken!)
Reinigen van de koppen van het
tapedeck
Reinig de koppen na ongeveer iedere 10 uren van
gebruik.
Als de koppen zeer vuil zijn, kunnen de volgende
problemen optreden: slechte geluidskwaliteit, laag
volumeniveau, wegvallen van het geluid,
onvolledig wissen van vorige opnamen,
onmogelijkheid om nieuw materiaal op te nemen.
Reinig ook de koppen telkens voordat u belangrijk
materiaal gaat opnemen en telkens na het afspelen
van oude banden.
Gebruik voor het reinigen een los verkrijgbare
reinigingscassette. Voor details, lees de
gebruiksaanwijzing van de reinigingscassette.
Demagnetiseren van de koppen
Gebruik een cassette-type koppendemagnetiseerder (niet bijgeleverd) om de koppen
en de metalen onderdelen die met de band in
aanraking komen na iedere 20 tot 30 gebruiksuren te
demagnetiseren. Voor details, zie de
gebruiksaanwijzing van de demagnetiseercassette.
68NL
Systeembeperkingen
van MD’s
Het opnamesysteem in uw MD-deck heeft
een aantal beperkingen die hieronder zijn
beschreven. Deze beperkingen zijn echter
inherent aan het MD-opnamesysteem zelf en
zijn niet te wijten aan mechanische oorzaken.
“Disc Full” verschijnt voordat de
maximale opnametijd van de MD
(60 of 74 minuten) is bereikt
Wanneer er 255 muziekstukken op de MD zijn
opgenomen, verschijnt “Disc Full” op het display,
ongeacht de totale opnametijd. Een MD kan niet
meer dan 255 muziekstukken opnemen. Als u
verder wilt opnemen, moet u onnodige
muziekstukken wissen of een andere MD
gebruiken.
“Disc Full” verschijnt voordat het
maximale aantal muziekstukken
(255) is opgenomen
Zachtere passages binnen muziekstukken worden
soms opgevat als pauzes ertussen, zodat het aantal
muziekstuknummers vermeerdert en “Disc Full”
vroeger dan normaal verschijnt.
De resterende opnametijd
vermeerdert niet na het wissen
van verschillende korte
muziekstukken
Muziekstukken die korter zijn dan 12 seconden
tellen niet mee, zodat het wissen ervan niet tot meer
beschikbare opnametijd zal leiden.
Bepaalde muziekstukken laten
zich niet met andere
samenvoegen
Het samenvoegen van muziekstukken kan
onmogelijk zijn wanneer de muziekstukken korter
zijn dan 12 seconden.
De totale opgenomen tijd plus de
resterende opnametijd op de MD
komen in totaal niet aan de
maximale opnametijd (60 of 74
minuten)
Het opnemen wordt verricht in minimum eenheden
van 2 seconden, ongeacht de mogelijk kortere duur
van het opgenomen materiaal. De opgenomen
inhoud kan daarom korter zijn dan de maximale
opnametijd. Bovendien kan de beschikbare ruimte
op de disc verder beperkt worden door krassen.
Het geluid valt weg tijdens het
doorzoeken van gemonteerde
muziekstukken
In muziekstukken die door montage zijn
samengesteld kan het geluid af en toe wegvallen
tijdens het gebruik van de zoekfuncties. Dit is omdat
het zoeken met hoge snelheid naar de posities op de
disc tijd in beslag neemt wanneer de muziekstukken
her en der over de disc verspreid zijn.
De muziekstuknummers worden
niet vastgelegd
Opmerkingen
• Dit “Copy Management System” is niet van
toepassing wanneer u opneemt via analoog-naaranaloog aansluitingen.
• Het MD-deck van dit systeem is geschikt voor het
verwerken van de 32 kHz of 48 kHz
bemonsteringsfrequentie van het DAT-deck of van
digitale satelliet-uitzendingen, en ook voor de 44,1
kHz bemonstering van een MD-deck. U kunt een
tweede kopie maken een digitale opname van een
satelliet-uitzending.
Wanneer “LevelSync ON” (blz. 43) op het display
wordt aangegeven tijdens analoge opname, is het
mogelijk dat het muziekstuknummer niet aan het
begin van het muziekstuk worden vastgelegd
indien:
• het ingangsignaal gedurende minder dan twee
seconden beneden een bepaald vastgelegd niveau
blijft.
• het ingangssignaal in het midden van het
muziekstuk langer dan 2 seconden beneden een
bepaald vastgelegd niveau blijft.
Overzicht van het één-generatie
kopieersysteem (“Serial Copy
Management System”)
Digitale audiocomponenten, zoals CD’s, MD’s en
DAT’s, verwerken de muziek als een digitaal
signaal, zodat u de muziek met een hoge kwaliteit
kunt kopiëren.
Teneinde muziekprogramma’s met copyright te
beschermen, maakt dit system gebruik van het
“Serial Copy Management System” waardoor u via
de digitaal-naar-digitaal aansluitingen slechts één
kopie kunt maken van een opgenomen digitale
bron.
U kunt alleen een eerste-generatie kopie* maken
via de digitaal-naar-digitaal aansluitingen.
Dat wil zeggen:
1 U kunt een kopie maken van een in de handel
verkrijgbaar digitaal geluidsprogramma (b.v. een
CD of een MD), maar u kunt geen tweede kopie
maken van de eerste-generatie kopie.
2 U kunt een kopie maken van een digitaal signaal
van een digitaal opgenomen analoog
geluidsprogramma (b.v. een analoge
grammofoonplaat en een muziekband) of van een
digitale satelliet-uitzending, maar u kunt geen
tweede kopie maken.
* Een eerste-generatie kopie is een digitale opname
van een digitaal signaal op een digitaal opnameapparaat. Bij voorbeeld, wanneer u opneemt van
de CD-speler van dit systeem naar dit MD-deck,
maakt u een eerste-generatie kopie.
69NL
Verhelpen van
storingen
Indien een probleem optreedt tijdens het
gebruik van dit stereo-systeem, raadpleeg
dan de onderstaande storingsgids.
Controleer eerst of het netsnoer goed is
aangesloten en de luidsprekers juist en stevig
zijn aangesloten.
Als een probleem niet te verhelpen is, neem
dan contact op met de dichtstbijzijnde Sony
handelaar.
Algemeen
Geen geluid.
•Draai VOLUME naar rechts.
•De hoofdtelefoon is aangesloten.
•Sluit de snoeren en kabels juist aan.
Steek de stekkers stevig in de
aansluitingen.
Er is veel brom of ruis.
•Een TV of videorecorder is te dicht bij het
stereo-systeem geplaatst. Plaats het
systeem verder van de TV of
videorecorder.
“0:00” (Europees model) of “12:00AM”
(overige modellen) knippert op het
display.
•Een stroomonderbreking is opgetreden.
Stel de klok en de schakelklok opnieuw
in.
De schakelklok werkt niet.
•Stel de klok juist in.
De indicators op de DAILY en REC toetsen
gaan niet aan wanneer u deze toetsen
indrukt.
•Stel de schakelklok juist in.
De afstandsbediening werkt niet.
•Er bevindt zich een obstakel tussen de
afstandsbediening en het systeem.
•Richt de afstandsbediening naar de
sensor op het systeem.
•De batterijen zijn leeg. Vervang de
batterijen.
70NL
Er is akoestische terugkoppeling.
•Verminder het volumeniveau. Plaats de
microfoon verder van de luidsprekers of
verander de richting van de microfoon.
Luidsprekers
Het geluid komt van slechts één kanaal, of
het links/rechts volume is niet
gebalanceerd.
•Controleer de luidsprekeraansluitingen
en de plaatsing van de luidsprekers.
CD-speler
De CD-lade sluit niet.
•De CD is niet juist geplaatst.
De CD speelt niet af.
•De CD is vuil.
•De CD is ondersteboven (labelkant
onderaan) geplaatst.
•Er is vocht gecondenseerd in de CDspeler. Neem de CD eruit en laat het
systeem ongeveer een uur ingeschakeld
staan tot het vocht is verdampt.
Het afspelen begint niet vanaf het eerste
muziekstuk.
•De PROGRAM of SHUFFLE
afspeelfunctie is gekozen. Druk op
CONTINUE zodat “SHUFFLE” of
“PROGRAM” verdwijnt.
“OVER” verschijnt op het display.
•Het einde van de CD is bereikt. Druk op
0 (of op = op de afstandsbediening)
om terug te gaan.
“REPAIR!” verschijnt op het display.
•Neem contact op met uw dichtstbijzijnde
Sony handelaar.
MD-deck
(alleen DHC-MD77/EX77MD/
EX770MD)
Een niet volledig ingestoken MD kan niet
eruit worden getrokken.
•Steek de MD volledig erin en druk dan
op § EJECT.
De ingestoken MD wordt weer eruit
geworpen.
•Steek de MD erin met de labelkant naar
boven en in de richting van de pijl.
De toetsen werken niet.
•De MD is vuil of gekrast (“Disc Error”
verschijnt). Vervang de MD door een
nieuwe.
De MD speelt niet af.
• Er is vocht gecondenseerd in het MDdeck. Neem de MD eruit en laat het
systeem ongeveer een uur ingeschakeld
staan tot het vocht is verdampt.
• Plaats de MD erin met de labelkant naar
boven en in de richting van de pijl.
• Er is niets opgenomen op de MD.
Tapedeck (alleen MHC-EX66/
EX660 of het optionele deck
TC-TX77/TX770)
Opnemen is niet mogelijk.
• De MD is tegen wissen beveiligd
(“Protected” verschijnt). Schuif het nokje
dicht (zie blz. 67).
• Sluit de geluidsbron juist aan.
• Een voorbespeelde MD is in het deck
geplaatst. Vervang deze door een voor
opnemen geschikte MD.
• Vervang de MD door een voor opnemen
geschikte MD waarop voldoende
opnametijd overblijft, of wis de onnodige
muziekstukken.
• Tijdens het opnemen heeft zich een
stroomonderbreking voorgedaan of de
stekker van het netsnoer is uit het
stopcontact geraakt. Begin opnieuw met
op te nemen vanaf het begin.
Het tapedeck werkt niet wanneer de
toetsen worden ingedrukt.
•Wacht totdat de P indicatie ophoudt met
knipperen alvorens een van de toetsen in
te drukken. (Bediening is niet mogelijk
gedurende de eerste twee seconden na
het inschakelen van de spanning.)
•Plaats de band op de juiste wijze erin en
sluit de cassettelade volledig.
“OVER” verschijnt op het display.
• Het einde van de MD is bereikt. Druk op
0 (of op = op de afstandsbediening)
om terug te gaan.
“OVER” verschijnt op de niveaumeter
tijdens het opnemen.
• Een sterk signaal werd ingevoerd tijdens
analoog opnemen. Indien het geluid
vervormd is, verminder het
opnameniveau met REC LEVEL en neem
dan opnieuw op.
“Din Unlock” verschijnt op het display.
• Sluit de optische kabel op de juiste wijze
aan.
De cassettelade sluit niet.
•Schakel de spanning opnieuw in en sluit
dan de cassettelade.
De band speelt niet af of neemt niet op.
•De band zit niet strak.
•De koppen van het tapedeck zijn vuil.
Reinig de koppen (zie blz. 68).
Opnemen is niet mogelijk.
•Geen band in de cassettelade.
•Het nokje van de cassette is verwijderd.
•De band is tot aan het einde gespoeld.
Vermindering in geluidsniveau tijdens
afspelen of opnemen.
•De koppen van het tapedeck zijn vuil.
•De koppen zijn gemagnetiseerd.
Demagnetiseer de koppen (zie blz. 68).
Bestaande opnamen worden niet volledig
gewist.
•De koppen zijn gemagnetiseerd.
Sporadisch wegvallen van het geluid.
•De aandrukassen en aandrijfrollen zijn
vuil.
Er is veel ruis.
•De koppen zijn gemagnetiseerd.
•Plaats het systeem verder van de TV of
videorecorder.
Het geluid is niet gebalanceerd.
•Zet DOLBY NR in de stand die werd
gebruikt voor het opnemen van de band.
•Plaats het systeem verder van de TV,
videorecorder of eindversterker.
wordt vervolgd
71NL
Verhelpen van storingen (vervolg)
De afstandsbediening werkt niet./De
functie voor automatische bronkeuze of
afspelen door één toetsdruk werkt niet (bij
gebruik van het optionele deck TC-TX77/
TX770).
•Kontroleer of de audiobuskabel juist is
aangesloten.
Functies gekoppeld aan de DHC-MD77/
EX77MD/EX770MD, zoals CD Synchroonopnemen, werken niet (bij gebruik van het
optionele deck TC-TX77/TX770).
•Kontroleer of de audiobuskabel juist is
aangesloten.
Tuner
Veel brom of ruis (“TUNED” of “STEREO”
knippert op het display).
•Stel de antenne af.
•Het signaal is te zwak. Sluit de
buitenantenne aan.
Een stereo FM-programma kan niet in
stereo ontvangen worden.
•Druk op ST/MONO (Europees model)
of STEREO/MONO (overige modellen)
zodat “STEREO” verschijnt.
Indien andere dan de hierboven
beschreven storingen optreden,
dient u het systeem als volgt
opnieuw in te stellen:
1 Trek de stekker uit het stopcontact.
2 Houd TUNER/BAND ingedrukt en steek
de stekker weer in het stopcontact.
Het systeem is nu opnieuw ingesteld op de
fabrieksinstellingen. Alle door u gemaakte
instellingen (voorgeprogrammeerde zenders,
klokinstelling, schakelklokinstellingen) zijn
geannuleerd. Stel deze opnieuw in.
Meldingen op het MDdisplay
(alleen DHC-MD77/EX77MD/
EX770MD)
Het is mogelijk dat een van de onderstaande
meldingen zal verschijnen of knipperen op
het display tijdens MD-bediening.
Auto Cut
Het MD-deck pauzeert de opname omdat
er tijdens digitaal opnemen een
aangehouden stilte van 30 seconden of
meer wordt ingevoerd.
Blank Disc
Een nieuwe (onbespeelde) of volledig
gewiste MD is in het deck geplaatst.
Cannot Copy
U kunt geen digitale opname maken (zie
“Overzicht van het één-generatie
kopieersysteem” op blz. 69).
Cannot EDIT
U probeerde om een MD te monteren
tijdens afspelen in geprogrammeerde of in
willekeurige volgorde.
Din Unlock
Kontroleer of de optische kabel juist is
aangesloten.
Disc Error
De geplaatste MD is beschadigd of heeft
geen TOC (inhoudsopgave).
Disc Full
Er is geen opnametijd meer beschikbaar op
de MD (zie “Systeembeperkingen van
MD’s” op blz. 68).
Impossible
U probeerde samen te voegen vanaf het
eerste muziekstuk op een MD, hetgeen niet
mogelijk is.
Name Full
Er is geen plaats meer voor het vastleggen
van disc-titels of muziekstuktitels.
NEW
Het MD-deck staat in de wachtstand voor
opnemen op een gloednieuwe MD of vanaf
het einde van het laatst opgenomen
gedeelte.
NO DISC
Geen MD in het deck.
72NL
No Track
De ingestoken MD heeft wel een disc-titel
maar geen muziekstukken.
OVER
Het einde van het laatste muziekstuk is
bereikt tijdens snelzoeken.
Over Write
Het deck staat in de wachtstand voor
opnemen over vroeger opgenomen
materiaal heen.
Protected
De ingestoken MD is tegen wissen
beveiligd.
Retry
De opname is mislukt vanwege trillingen
van het deck of krassen op de MD, maar
een tweede poging is aan de gang.
Retry Error
Verscheidene opname-pogingen werden
ondernomen, maar allen zijn mislukt
vanwege trillingen van het deck of krassen
op de MD.
Smart Space
Het signaal werd weer ingevoerd na een
aangehouden stilte van 3 tot 30 seconden
tijdens digitaal opnemen.
Sorry
U probeerde om muziekstukken samen te
voegen die niet samengevoegd kunnen
worden.
Technische gegevens
Versterker
(DHC-MD77/EX77MD/EX770MD:
TA-EX77/EX770
MHC-EX66/EX660:
TA-EX66/EX660)
Europees model:
DIN uitgangsvermogen
45 + 45 watt
(6 ohm bij 1 kHz, DIN)
Continu RMS uitgangsvermogen
DHC-EX77MD/EX66:
60 + 60 watt
(6 ohm bij 1 kHz,
10% THD)
DHC-EX770MD/EX660:
59 + 59 watt
(6 ohm bij 1 kHz,
10% THD)
Muziek-uitgangsvermogen
105 + 105 watt
Overige modellen:
Continu RMS uitgangsvermogen
55 + 55 watt
(6 ohm bij 1 kHz,
5% THD)
Ingangen
CD IN, MD IN (tulpstekkers):
spanning 450 mV,
impedantie 47 kilohm
TUNER IN, TAPE IN, VIDEO1 IN,
VIDEO2/AUX IN (behalve DHC-MD77),
VIDEO2 IN (alleen DHC-MD77)
(tulpstekkers):
spanning 250 mV,
impedantie 47 kilohm
MIX MIC (telefoonstekker):
gevoeligheid 1 mV,
impedantie 10 kilohm of
meer
Uitgangen
MD OUT, TAPE OUT, VIDEO1 OUT
(tulpstekkers):
spanning 250 mV,
impedantie 1 kilohm
PHONES (stereo-telefoonstekker):
geschikt voor
hoofdtelefoons van 6 ohm
of meer.
SPEAKER:
geschikt voor impedantie
van 6 tot 16 ohm.
Afmetingen (b/h/d) inclusief uitstekende
onderdelen en regelaars: ca. 280 x 122,5 x 298 mm
Gewicht
ca. 5,3 kg
wordt vervolgd
73NL
Technische gegevens (vervolg)
CD-speler (CDP-EX77/EX770)
Systeem
Compact disc en digitaal
audiosysteem
Laser
Halfgeleider-laser
(λ = 780 nm)
Emissieduur: continu
Laser-uitgangsvermogen Max. 44,6 µW*
* Deze waarde is gemeten
op een afstand van ca.
200 mm van het
lensoppervlak van het
optisch blok, bij een
diafragma van 7 mm.
Frequentiebereik
2 Hz – 20 kHz (±0,5 dB)
CD OPTICAL DIGITAL OUT
(Vierkante optische aansluiting, achterpaneel)
Afmetingen (b/h/d) inclusief uitstekende
onderdelen en regelaars: ca. 280 x 122,5 x 347 mm
Gewicht
ca. 3,7 kg
MD-deck (MDS-EX77/EX770)
(alleen DHC-MD77/EX77MD/EX770MD)
Systeem
Minidisc digitaal
audiosysteem
Laser
Halfgeleider-laser
(λ = 780 nm)
Emissieduur: continu
Laser-uitgangsvermogen Max. 44,6 µW*
* Deze waarde is gemeten
op een afstand van ca.
200 mm van het
lensoppervlak van het
optisch blok, bij een
diafragma van 7 mm.
Opnametijd
max. 74 minuten (bij
gebruik van MDW-74)
Bemonsteringsfrequentie 44,1 kHz
Frequentiebereik
5 Hz tot 20 kHz
MD OPTICAL DIGITAL IN
(CD PLAYER/VIDEO 2)
(Vierkante optische aansluitingen, achterpaneel)
Afmetingen (b/h/d) inclusief uitstekende
onderdelen en regelaars: ca. 280 x 90 x 288 mm
Gewicht
ca. 2,3 kg
Tapedeck (TC-EX66/EX660)
(alleen MHC-EX66/EX660)
Sporen, kanalen
Wow & flutter
Snel vooruitspoeltijd
Frequentiebereik
Met DOLBY NR op OFF
TYPE-IV band:
30 – 15 000 Hz, ±3 dB
20 – 16 000 Hz, ±6 dB
TYPE-II band:
30 – 15 000 Hz, ±3 dB
20 – 16 000 Hz, ±6 dB
TYPE-I band:
30 – 14 000 Hz, ±3 dB
20 – 15 000 Hz, ±6 dB
Totale signaal/ruisverhouding
57 dB (TYPE-IV band)
Vervorming
315 Hz, tertiaire hogere harmonische
vervorming:
1,8% (TYPE-II band)
Opnameniveau:
250 nWb/m
Max. audiocompensatie voor opnameniveau
Voor een TYPE-IV band
DOLBY NR C:
73 dB
DOLBY NR B:
66 dB
DOLBY NR OFF:
58 dB
Afmetingen (b/h/d) inclusief uitstekende
onderdelen en regelaars: ca. 280 x 90 x 348,5 mm
Gewicht
ca. 2,6 kg
Tuner (ST-EX77/EX770)
FM stereo, FM/AM superheterodyne tuner
FM-tuner gedeelte
Afstembereik
Antenne
Antenne-aansluitingen
Middenfrequentie
87,5 – 108,0 MHz
(50-kHz stap)
FM-draadantenne
75 ohm asymmetrisch
10,7 MHz
AM-tuner gedeelte
Afstembereik
Europees model:
MW:
LW:
Overige modellen:
AM:
74NL
4-sporen, 2-kanaals stereo
0,1% W.RMS
±0,3% W.PEAK
ca. 120 seconden
(voor C-60)
531 – 1 602 kHz
(met interval ingesteld op
9 kHz)
153 – 279 kHz
(met interval ingesteld op
3 kHz)
531 – 1 602 kHz
(met interval ingesteld op
9 kHz)
530 – 1 710 kHz
(met interval ingesteld op
10 kHz)
Antenne
AM-raamantenne,
aansluitingen voor
buitenantenne
Middenfrequentie
450 kHz
Afmetingen (b/h/d) inclusief uitstekende
onderdelen en regelaars: ca. 280 x 90 x 288 mm
Gewicht
ca. 1,6 kg
Luidsprekers
(Europees model: SS-EX77/EX880,
Overige modellen: SS-MD77)
Luidsprekersysteem
Luidspreker-eenheden
Woofer:
Tweeter:
3-weg, basreflex type
17 cm dia. conustype
2,5 cm dia. koepeltype
(SS-EX77/EX880)
5 cm dia. conustype
(SS-MD77)
Super tweeter:
2 cm dia. koepeltype
Nominale impedantie
6 ohm
Afmetingen (b/h/d) inclusief uitstekende
onderdelen en regelaars: ca. 215 x 430 x 250 mm
(SS-MD77)
Gewicht
ca. 5,5 kg netto per
luidspreker
(SS-MD77)
Voor de afmetingen en het gewicht van de
luidsprekers, zie de gebruiksaanwijzing van het
luidsprekersysteem.
Algemeen
Stroomvoorziening
Europees model:
220 – 230 V wisselstroom,
50/60 Hz
Overige modellen:
220 – 240 V wisselstroom,
50/60 Hz
Stroomverbruik
125 watt
Bijgeleverde accessoires: Afstandsbediening (1)
RM-EX77 (Europa)
RM-SE77 (Overige
landen)
Sony SUM-3 (NS)
batterijen (2)
AM-raamantenne (1)
FM-draadantenne (1)
Platte kabel (1)
Audiokabels (4)
Optische kabel (1)
(alleen DHC-MD77/
EX77MD/EX770MD)
Luidsprekersnoeren (2)
Ontwerp en technische gegevens onder voorbehoud
van wijzigingen zonder voorafgaande kennisgeving.
75NL
Index
A
Aansluiten
de antennes 6, 8, 16
het netsnoer 4, 7
het systeem 4, 7
het TC-TX77/TX770
tapedeck 12
optionele componenten
13
Afspelen
een band 22
een CD 17
een MD 21
een voorgeprogrammeerde
radio-zender 24
muziekstukken
herhaaldelijk
(REPEAT) 28, 33
muziekstukken in de
gewenste volgorde
(PROGRAM) 29, 34
muziekstukken in
willekeurige
volgorde (SHUFFLE)
29, 33
Afspelen door één toetsdruk
18, 22, 23, 25
Afsteminterval 11
Afstemmen op
voorgeprogrammeerde
zenders 24
Alvorens te
monteren 44
op te nemen 35
AMS (Automatische Muziek
Sensor) 23
Analoog opnemen 35
Antennes 6, 8, 16
Automatisch afspelen 23
Automatische bronkeuze
18, 22, 23, 25
Automatische pauze 42
76NL
B
Batterijen 6, 8
Beveiligen van opnamen
67, 68,
Bewaren van opnamen
67, 68
C
CD-speler 17, 28
CD synchroon-opname
18, 20
D
DBFB 55
Digitaal opnemen 35
Directe weergave van de
geluidsbron 55
Display 28, 32
DIVIDE funktie 48
Dolby ruisonderdrukking 21
E
Eén-generatie
kopieersysteem 69
EON 60
ERASE funktie 45
K
Karaoke 56
Klankregeling 55
Klok instellen 9
L
LOOP afspeelfunctie 31
Luidsprekers 5, 8
M
MD-deck 21
Meldingen op het
MD-display 72
Mengen van geluid 56
MOVE functie 47
Muziekkalender 28, 32
Muziekstuknummers 43
Muziekstuknummers
aanbrengen 43
N
Naam toewijzen aan
een MD 50
een voorgeprogrammeerde zender
58
Normaal afspelen 17, 21, 22
F, G
Fade Synchro opname 21
H
Herhaald afspelen 28, 33
Hit Parade 40
I, J
Ingangssignaal controleren
(Input Monitor) 44
Instellen
het geluid 55
het opnameniveau
37, 53
het volume 18
van de klok 9
O
Opnemen
alleen het eerste
muziekstuk 40
een CD 18, 20
een radio-programma 26
favoriete CDmuziekstukken
38, 54
handmatig opnemen
36, 52
op een band 20
op een MD 18
schakelklok-opname
65
Opnieuw instellen van het
systeem 72
P, Q
PROGRAM afspeelfunctie
29, 34
PTY 61
R
Radio-zenders
afstemmen op 24
voorprogrammeren 10
RDS 60
S
W, X, Y
Wekkerschakelklok 63
Wissen
alle muziekstukken op
een MD 46
een gedeelte van een
muziekstuk 46
één muziekstuk 45
opnamen 45
Z
Zendernaam 58
Samenvoegen van opnamen
(COMBINE) 49
Schakelklok
inslapen met muziek 63
ontwaken met muziek
63
schakelklok-opname 65
SHUFFLE afspeelfunctie
29, 33
SLEEP schakelklokfunctie 63
Smart Space 42
Storingen verhelpen 70
Systeembeperkingen 68
T
Tapedeck 22
Tijdmachine-opname 41
TOC (inhoudsopgave)
19, 35, 37
Tuner 24
U
UNDO funktie (ongedaan
maken van de laatste
wijziging) 51
V
Voorprogrammeren van
radio-zenders 10
Voorzorgsmaatregelen 66
77NL