Desa BLP35E Handleiding

Categorie
Waterkokers
Type
Handleiding
PROPAANKACHEL
VOOR DE BOUW
GEBRUIKERSHANDLEIDING
BELANGRIJK
Lees deze handleiding en zorg dat u hem begrijpt alvorens de kachel in
elkaar te zetten, aan te zetten of er onderhoud aan uit te voeren. Verkeerd
gebruik van deze kachel kan tot ernstig letsel leiden. Bewaar deze handlei-
ding om hem later te kunnen naslaan.
Model: BLP35E
2
102588
Veiligheidsinformatie .................................................................... 2
Uitpakken ......................................................................................3
Productidentificatie........................................................................ 4
Overzicht van de werking.............................................................. 4
Propaantoevoer ..............................................................................5
Installatie ....................................................................................... 5
Indien een gaslek zich voordoet .................................................... 6
Ventilatie ....................................................................................... 7
Bediening.......................................................................................7
Opslag............................................................................................9
Onderhoud ..................................................................................... 9
Bedradingsschema ......................................................................... 9
Opsporen van storingen .................................................................10
Onderhoudsprocedures ..................................................................12
Motor en ventilator .................................................................12
Ontstekingsmechanisme.......................................................... 13
Thermokoppel ......................................................................... 15
Thermoschakelaar ...................................................................16
Illustratie en lijst van onderdelen .................................................. 18, 19
Specificaties................................................................................... 19
Garantie en reparatieservice .......................................................... achteromslag
HOOFDSTUK PAGINA
INHOUD
VEILIGHEIDS-
INFORMATIE
BELANGRIJK: Lees deze gebruikershandleiding aandachtig en
volledig door alvorens deze kachel in elkaar te zetten, aan te zetten
of er onderhoud aan uit te voeren. Verkeerd gebruik van deze kachel
kan ernstig of dodelijk letsel veroorzaken als gevolg van brandwon-
den, brand, ontploffing, elektrische schok of koolmonoxyde-
vergiftiging.
Koolmonoxydevergiftiging: Aanvankelijke symptomen van koolmonoxyde-
vergiftiging lijken op griep met hoofdpijn, duizeligheid en/of misselijkheid. Als
u deze symptomen hebt, kan het zijn dat de kachel niet naar behoren werkt.
Zorg dat u onmiddellijk frisse lucht krijgt! Laat de kachel nakijken. Sommige
mensen hebben meer last van koolmonoxydevergiftiging dan andere. Hieronder
vallen zwangere vrouwen, mensen met hart- of longziekten of bloedarmoede,
mensen onder de invloed van alcohol en mensen die zich op grote hoogten
boven zeeniveau bevinden.
Propaangas: Propaangas is reukloos. Een geur-producerende stof wordt aan
propaangas toegevoegd. De geur helpt u een propaangaslek te ontdekken. De
geur die aan propaangas is toegevoegd, kan echter vervagen. Propaangas kan
aanwezig zijn zelfs als er geen geur is.
Zorg dat u alle waarschuwingen leest en begrijpt. Bewaar deze handleiding om
hem later te kunnen naslaan. Het is uw gids voor veilig en juist gebruik van deze
kachel.
Veiligheidsinformatie wordt op de volgende pagina vervolgd
!
WAARSCHUWINGEN
VOOR UW VEILIGHEID
Gebruik deze kachel niet in een ruimte waar benzine of
andere vloeistoffen met ontvlambare dampen opgeslagen
of gebruikt worden.
3
102588
VEILIGHEIDS-
INFORMATIE
vervolg
Niet voor huishoudelijk gebruik (in woonruimten). Gebruik de kachel uitsluitend
voor verwarming van grote ruimten.
Bedoeld voor tijdelijke verwarming van gebouwen in aanbouw, verbouw of
renovatie.
Installeer en gebruik de kachel voorzichtig. Houd u aan alle plaatselijke verorde-
ningen en voorschriften.
Uitsluitend in een goed geventileerde ruimte gebruiken, uit de buurt van brand-
bare materialen.
Zorg voor goede ventilatie. Als dit niet gebeurt, kan een te hoog gehalte aan
koolmonoxyde (CO) en kooldioxyde (CO
2
) ontstaan. Zorg dat er twee openingen
voor ventilatie zijn die verse buitenlucht leveren. Een van de openingen dient
dichtbij de vloer te zijn en de andere bij het plafond . De minimale afmeting van
de ventilatieopening moet 130 cm
2
zijn.
Gebruik de kachel nooit op plaatsen waar benzine, verfverdunner of andere licht
ontvlambare dampen aanwezig zijn. Uitsluitend gebruiken op plaatsen waar zich
geen ontvlambare dampen en niet veel stof bevinden.
Gebruik de kachel niet in kelders. Propaangas is zwaarder dan lucht. Als er een
lek optreedt, zakt het propaangas naar het laagst mogelijke niveau.
Stel de kachel niet bloot aan tocht, waterstralen, regen of druipend water.
Controleer elke keer voordat u de kachel gebruikt of hij beschadigd is. Gebruik
nooit een beschadigde kachel.
Gebruik uitsluitend propaangas, I3P.
Bewaar de propaantank(s) beneden 38°C.
Trek niet aan de gasslang of draai hem niet.
Ontkoppel de kachel van het propaangas en de netspanning alvorens hem te
verplaatsen of wanneer hij niet gebruikt wordt.
Gebruik alleen de spanning en frequentie die op het modelplaatje aangegeven zijn.
Gebruik alleen de slang en regulateur die bij de kachel geleverd worden.
Inspecteer de slang elke keer voordat u de kachel gebruikt. Als de slang een snee
heeft of versleten of beschadigd is, moet u hem vervangen alvorens de kachel te
gebruiken. Gebruik de vervangingsslang die in deze handleiding opgegeven
wordt.
Houd de kachel minstens twee meter van de propaantank(s) vandaan. Richt de
kachel niet op de propaantank(s).
Minimale afstand van kachel tot brandbare materialen:
Uitlaatopening: 3 meter Zijkanten: 1 meter
Bovenkant: 2 meter Achterkant: 1 meter
Plaats de kachel op een stevig, vlak oppervlak als de kachel heet is of aan staat.
Houd kinderen en dieren bij de kachel vandaan.
Blokkeer nooit de toevoeropening (achterkant) of de uitlaatopening (voorkant)
van de kachel.
De kachel nooit verplaatsen, hanteren of er onderhoud aan uitvoeren als de kachel
heet is, aan staat, of op netspanning aangesloten is.
Breng geen wijzigingen aan de kachel aan. Houd de kachel in zijn oorspronkelijke
staat.
Gebruik de kachel niet als er wijzigingen aan uitgevoerd zijn.
Bevestig nooit een buizensysteem aan de voor- of achterkant van de kachel.
Gebruik uitsluitend originele vervangingsonderdelen. Voor deze kachel zijn
ontwerp-specifieke onderdelen nodig. Gebruik geen merkloze onderdelen.
Ongeschikte vervangingsonderdelen kunnen ernstig of dodelijk letsel veroorza-
ken.
Elektrische installateur: Volg alle landelijke en plaatselijke voorschriften.
!
WAARSCHUWINGEN
vervolg
1. Verwijder al het verpakkingsmateriaal dat voor verzending gebruikt is.
2. Haal alle onderdelen uit de doos.
3. Inspecteer alle onderdelen op schade, opgelopen tijdens verzending. Als de
kachel beschadigd is, breng de leverancier bij wie u de kachel gekocht heeft
onmiddellijk op de hoogte.
UITPAKKEN
4
102588
PRODUCT-
IDENTIFICATIE
Heteluchtuitlaat
(voorkant)
Behui-
zing
Handvat
Motor
Ventilator-
rooster
Knop van piëzo-
ontstekings-
mechanisme
Kachel-
voet
Automatische
regelklepknop
Inlaat-
koppelstuk
Slang plus
regulateur
Figuur 1 - Model BLP35E
Koele
lucht
naar
binnen
(ach-
terkant)
Verbrandingskamer
Ventilator
Motor
Figuur 2 - Bedrijfsaanzicht, dwarsdoorsnede
OVERZICHT
VAN DE WER-
KING
Het brandstofsysteem: De slang plus regulateur wordt bevestigd aan de
propaangastoevoer. Dit levert brandstof aan de kachel.
Het luchtsysteem: De motor doet de ventilator draaien. De ventilator stuwt
lucht in en rond de verbrandingskamer. Deze lucht wordt verwarmd en levert een
schone, hete luchtstroom.
Het ontstekingssysteem: Het piëzo-ontstekingsmechanisme ontsteekt de
brander.
Het branderregelsysteem: Dit systeem zorgt ervoor dat de kachel uitgescha-
keld wordt als de vlam uitgaat.
Netsnoer
Slang plus
regulateur
Lucht voor verbranding Lucht voor verwarming
Schone,
ver-
warmde
lucht naar
buiten
(voorkant)
5
102588
PROPAAN-
TOEVOER
De gebruiker moet het propaangas en de propaantank(s) verschaffen.
Gebruik deze kachel alleen met een toevoersysteem met propaandamponttrekking.
De hoeveelheid propaangas, klaar voor gebruik uit propaantanks, varieert. Twee
factoren bepalen deze hoeveelheid:
1. De hoeveelheid propaangas in de tank(s).
2. De temperatuur van de tank(s).
Deze kachel is ontworpen voor een propaantank van minimaal 9 kg. Bij kouder
weer kunt u twee of meer tanks of één grotere tank nodig hebben. Gebruik een
tank van 45 kg voor langer gebruik of bij zeer koud weer. Bij lagere temperaturen
verdampt er minder gas. Uw plaatselijke propaangasleverancier kan u helpen het
juiste toevoersysteem te kiezen.
Gemiddelde temperatuur (°C)
bij tank 5° 0° -7° -12° -18°
Aantal tanks
(45 kg) 11111
INSTALLATIE
!
WAARSCHUWING
Lees de waarschuwingen in het hoofdstuk Veiligheidsinformatie,
pagina 2 en 3, nogmaals door en zorg dat u ze begrijpt. Ze zijn
nodig om deze kachel veilig te bedienen. Houd u aan alle plaatse-
lijke voorschriften wanneer u deze kachel gebruikt.
Controleer na installatie, onderhoud of reparatie alle gasleidingen
en verbindingen op lekken. Gebruik nooit een open vlam om op
lekken te controleren. Breng e en mengsel van vloeibare zeep en
water op alle verbindingen aan. Vorming van bellen betekent een
lek. Verhelp alle lekken onmiddellijk.
!
WAARSCHUWING
1. Zorg voor een propaantoevoersysteem (zie Propaantoevoer hierboven).
2. Sluit de brandstofgaskoppeling op de slang plus regulateur aan op de
propaantank(s). Stevig aandraaien met een moersleutel.
BELANGRIJK:
Plaats
de regulateur zodanig dat de slang die uit de regulateur komt, horizontaal staat
(zie figuur 3). Hierdoor komt het ontluchtingsventiel van de regulateur op de
juiste plaats om hem tegen de elementen te beschermen.
Propaantank
Regulateur
Slang
Brandstofgas-
koppeling
Propaantoevoerafsluiter
wordt vervolgd
Figuur 3 - Stand van regulateur
6
102588
INSTALLATIE
vervolg
3. Sluit de slang aan op het inlaatkoppelstuk. Stevig aandraaien met een moer-
sleutel.
BELANGRIJK
: Gebruik zo nodig extra slang of leiding. Installeer extra slang
of leiding tussen de slang plus regulateur en de propaantank. U moet de
regulateur die bij de kachel is geleverd, gebruiken.
Inlaatkoppelstuk
Slang
Figuur 4 - Slang en inlaatkoppelstuk
!
WAARSCHUWING
4. Draai de propaantoevoerafsluiter op de propaantank(s) open.
5. Controleer alle verbindingen op lekken. Breng een mengsel van vloeibare
zeep en water op alle verbindingen aan. Vorming van bellen betekent dat een
lek moet worden verholpen.
Gebruik nooit een open vlam om op lekken te controleren. Breng
een mengsel van vloeibare zeep en water op alle verbindingen
aan. Vorming van bellen betekent een lek. Verhelp alle lekken
onmiddellijk.
INDIEN EEN
GASLEK ZICH
VOORDOET
6. Sluit de propaantoevoerafsluiter.
!
WAARSCHUWING
Als u een gaslek ontdekt, sluit dan onmiddellijk de propaantoevoer
af. Ventileer de ruimte. Wacht vijf minuten nadat de propaangeur
verdwenen is. Volg onderstaande stappen om op een gaslek te
controleren.
!
WAARSCHUWING
Gebruik nooit een open vlam om op lekken te controleren. Breng
een mengsel van vloeibare zeep en water op alle verbindingen
aan. Vorming van bellen betekent een lek. Verhelp alle lekken
onmiddellijk.
7
102588
!
WAARSCHUWING
VENTILATIE
!
WAARSCHUWING
Zorg ervoor dat de motor en de ventilator draaien voordat u de
automatische regelklepknop indrukt.
Aanzetten van de kachel
1. Volg alle informatie over installatie, ventilatie en veiligheid.
2. Zet de kachel op een stevig, vlak oppervlak. Kijk of de voor- of achterkant van
de kachel niet op de tocht staat.
3. Steek de stekker van het netsnoer van de kachel in het stopcontact. De motor
slaat aan. De ventilator gaat draaien en stuwt lucht uit de voorkant van de
kachel. De elektrische gasklep gaat open.
4. Open de toevoerafsluiter op de propaantank(s).
1. Trek na de propaantoevoer afgesloten te hebben en de ruimte geventileerd te
hebben, het netsnoer van de kachel uit het stopscontact.
2. Draai de propaantoevoer aan.
3. Breng een mengsel van vloeibare zeep en water aan op de slang en de verbin-
dingen tussen de propaantank(s) en de kachelinlaat. Vorming van bellen
duidt op een lek.
4. Sluit de propaantoevoer af en ventileer de ruimte. Repareer het lek.
5. Wacht vijf minuten nadat de propaangeur verdwenen is voordat u de kachel
opnieuw aanzet.
6. Als u een lek niet kunt repareren, neem dan contact op met uw plaatselijk
servicecentrum.
Lees de waarschuwingen in het hoofdstuk Veiligheidsinformatie,
pagina 2 en 3, nogmaals door en zorg dat u ze begrijpt. Ze zijn
nodig om deze kachel veilig te bedienen. Houd u aan alle plaatse-
lijke voorschriften wanneer u deze kachel gebruikt.
BEDIENING
!
WAARSCHUWING
Zorg voor goede ventilatie. Als de ruimte niet met frisse buiten-
lucht wordt geventileerd, kan koolmonoxydevergiftiging optreden.
Zorg dat er twee openingen voor ventilatie zijn die frisse buiten-
lucht leveren. De ene opening dient dichtbij de vloer te zijn, en de
andere bij het plafond. De minimale afmeting van de ventilatie-
opening moet 130 cm
2
zijn. Zorg voor goede ventilatie met frisse
buitenlucht voordat u de kachel aanzet.
INDIEN EEN
GASLEK ZICH
VOORDOET
vervolg
8
102588
Figuur 5 - Automatische regelklepknop en knop van
piëzo-ontstekingsmechanisme
Knop van piëzo-
ontstekings-
mechanisme
Automatische regelklepknop
5. Druk op de automatische regelklepknop en houd hem ingedrukt (zie figuur 5).
Druk de knop van het piëzo-ontstekingsmechanisme in (zie figuur 5). Het kan
zijn dat u de knop 3 à 8 keer moet indrukken voordat de kachel aan gaat. Als
de kachel aan gaat, moet u de automatische regelklepknop nog 30 seconden
ingedrukt houden.
N.B.:
Indien de kachel niet aan gaat, kan het zijn dat er lucht in de slang zit.
Als dit het geval is, moet u de automatische regelklepknop ingedrukt houden
en 20 seconden wachten. Laat de automatische regelklepknop los en wacht 20
seconden zodat de onverbrande brandstof kan verdampen. Herhaal stap 5.
Kijk in de kachel om te zien of hij brandt. Zorg ervoor dat de vlam blauw van
kleur is. Vlammen mogen niet buiten de kacheluitlaat komen.
Uitzetten van de kachel
1. Draai de toevoerafsluiter op de propaantank(s) goed dicht.
2. Wacht enkele seconden. Het gas dat nog in de toevoerslang zit, wordt door de
kachel opgebrand.
3. Trek de stekker uit het stopcontact.
Opnieuw aanzetten van de kachel
1. Wacht vijf minuten nadat de kachel is uitgezet.
2. Herhaal de stappen onder Aanzetten van de kachel, pagina 6.
Verwisselen van de propaantank(s)
Verwissel de propaantank(s) op een plaats waar geen open vuur is. Gebruik
uitsluitend propaangas, I3P.
1. Draai de propaantoevoerkraan op de propaantank(s) stevig dicht.
2. Ontkoppel de slang plus regulateur van de propaantank(s).
3. Sluit de slang plus regulateur aan op de nieuwe propaantank(s). Stevig aan-
draaien.
4. Controleer alle verbindingen op lekken.
!
WAARSCHUWING
Gebruik nooit een open vlam om op lekken te controleren. Breng
een mengsel van vloeibare zeep en water op alle koppelingen aan.
Vorming van bellen betekent een lek. Verhelp alle lekken onmid-
dellijk.
BEDIENING
vervolg
9
102588
!
VOORZICHTIG
Ontkoppel de kachel van de propaantoevoertank(s).
OPSLAG
1. Bewaar de propaantank(s) op een veilige manier. Volg alle plaatselijke voor-
schriften op. Sla de propaantanks altijd buiten op.
2. Op een droge, schone en veilige plaats opslaan. Berg de slang plus regulateur
niet op in de verbrandingskamer van de kachel.
3. Wanneer u de kachel weer wilt gaan gebruiken, kijk dan altijd in de kachel.
Insekten en kleine dieren kunnen dingen in de kachel brengen. Houd de
binnenkant van de kachel vrij van brandbare en andere dingen die daar niet
thuishoren. Verwijder de motor en andere inwendige onderdelen indien dit
nodig is om dingen die daar niet thuishoren te verwijderen (zie Onderhouds-
procedures, pagina 12).
ONDERHOUD
1. Houd de kachel schoon. Maak de kachel jaarlijks of wanneer nodig schoon om
stof en rommel te verwijderen. Als de kachel vuil of stoffig is, reinig hem dan
met een vochtige doek.
2. Inspecteer de kachel steeds vóór het gebruik. Controleer de verbindingen op
lekken. Breng een mengsel van vloeibare zeep en water op alle verbindingen
aan. Vorming van bellen betekent een lek. Verhelp alle lekken onmiddellijk.
3. Inspecteer de slang plus regulateur steeds vóór het gebruik. Vervang de slang
als hij zeer versleten is of als er een snee in zit.
4. Laat de kachel jaarlijks nakijken door een onderhoudspersoon.
5. Houd de binnenkant van de kachel vrij van brandbare en andere dingen die
daar niet thuishoren. Verwijder de motor en andere inwendige onderdelen
indien dit nodig is om dingen die daar niet thuishoren te verwijderen (zie
Onderhoudsprocedures, pagina 12).
6. Maak de ventilator om de 500 bedrijfsuren of indien nodig schoon.
!
WAARSCHUWING
Voer nooit onderhoud of reparaties aan de kachel uit terwijl de
stekker in het stopcontact zit, de kachel aangesloten is op de
propaantoevoer of de kachel aanstaat of heet is. Dit kan tot ern-
stige brandwonden en elektrische schok leiden.
P
i
ë
z
o
Netsnoer
Motor
L1
L1
L2
L2
L2
L1
Elektromagnetische
klep
Thermoschakelaar
L1
L2
Behuizing
Automatische
regelklep
Thermokoppel
BEDRADINGS-
SCHEMA
Figuur 6 - Bedradingsschema
10
102588
Controleer stroom naar
stopcontact. Als de stroom
goed is, controleer het net-
snoer van de kachel dan op
breuken.
Stel de motor en het
ventilatorrooster zo af dat de
ventilator de binnenkant van
de kachelbehuizing niet raakt.
Buig het ventilatorrooster zo
nodig.
Breng de draden op de juiste
plaats aan de hand van het
bedradingsschema.
Vervang de ventilator. Zie
Motor en ventilator, pagina 12.
Vervang de motor. Zie Motor
en ventilator, pagina 12.
Herhaal de installatie- en
bedieningsinstructies. Zie
Installatie, pagina 5 en
Bediening, pagina 7.
A) Controleer de draad van
het ontstekingsmechanisme.
Zet deze draad vast of sluit
hem opnieuw aan. Zie figuur
11, pagina 13 voor de plaats
van deze draad.
B) Stel de afstand tussen
elektrode van ontstekings-
mechanisme en trefplaat in
op 4,3 mm.
C) Draai de moer vast waar-
mee het piëzo-ontstekings-
mechanisme op de kachelvoet
is bevestigd.
D) Vervang de elektrode. Zie
Ontstekingsmechanisme,
pagina 13.
OPSPOREN
VAN
STORINGEN
Geen elektriciteit naar
kachel
Ventilator slaat tegen
behuizing van kachel
Elektrische bedrading van
kachel onjuist aangesloten
Ventilatorbladen verbogen
Motor defect
Gebruiker heeft installatie-
en bedieningsinstructies
niet goed opgevolgd
Geen vonk bij ontstekings-
mechanisme. Volg stap 8
onder Ontstekings-
mechanisme, pagina 14, om
op vonk te testen. Indien u
een vonk bij het
ontstekingsmechanisme
ziet, moet u de kachel door
een bevoegd onderhouds-
persoon laten nakijken.
Indien u geen vonk ziet:
A) Losse of niet aangeslo-
ten draad van ontstekings-
mechanisme
B) Verkeerde vonkafstand
C) Piëzo-ontstekings-
mechanisme los
D) Defecte elektrode van
ontstekingsmechanisme
Ventilator draait
niet terwijl de
stekker in het
stopcontact zit.
Kachel slaat niet
aan.
STORING MOGELIJKE OORZAAK OPLOSSING
!
WAARSCHUWING
Voer nooit onderhoud of reparaties aan de kachel uit terwijl de
stekker in het stopcontact zit, de kachel aangesloten is op de
propaantoevoer of de kachel aanstaat of heet is. Dit kan ernstige
brandwonden en elektrische schok tot gevolg hebben.
11
102588
!
WAARSCHUWING
Alleen op plaatsen
gebruiken waar zich niet
veel stof bevindt.
STORING MOGELIJKE OORZAAK OPLOSSING
OPSPOREN
VAN
STORINGEN
vervolg
Hoge omgevings-
temperatuur veroorzaakt dat
de themische-limiet-
inrichting de kachel uitscha-
kelt.
Luchtstroom beperkt
Ventilator beschadigd
Te veel stof of rommel in
nabije omgeving
Kachel slaat af
terwijl hij aan
staat.
Dit kan zich voordoen als u
de kachel gebruikt bij tempe-
raturen boven 29° C. Gebruik
de kachel bij lagere tempera-
turen.
Controleer de in- en uitlaat
van de kachel. Verwijder
obstructies.
Vervang de ventilator. Zie
Motor en ventilator, pagina 12.
Maak de kachel schoon. Zie
Onderhoud, pagina 9.
12
102588
ONDERHOUDS-
PROCEDURES
Motor en ventilator
1. Verwijder de drie schroe-
ven waarmee het
ventilatorrooster aan de
kachelbehuizing is
bevestigd.
2. Neem de motor en het
ventilatorrooster uit de
kachelbehuizing (zie
figuur 7).
3. Verwijder de ventilator-
moer met een tang uit de
voorkant van de motoras
(zie figuur 8).
4. Verwijder de ventilator.
Wees voorzichtig dat u de
spoed van de ventilator-
bladen niet beschadigd.
5. Verwijder met een
moersleutel de drie
moeren waarmee het
ventilatorrooster aan de
motor is bevestigd. Neem
het ventilatorrooster van
de motor af (zie figuur 9).
6. Gooi de oude motor weg.
7. Bevestig het ventilator-
rooster met drie moeren
aan de nieuwe motor (zie
figuur 9). Draai de
moeren stevig vast.
Figuur 7 - Motor en ventilatorrooster uit de kachel verwijderen
Figuur 8 - Ventilatormoer van de motoras draaien
Figuur 9 - Ventilatorrooster van de motor verwijderen of erop aanbrengen
!
WAARSCHUWING
Voer nooit onderhoud of reparaties aan de kachel uit terwijl de
stekker in het stopcontact zit, de kachel aangesloten is op de
propaantoevoer of de kachel aan staat of heet is. Dit kan ernstige
brandwonden en elektrische schok tot gevolg hebben.
Ventilator-
moer
13
102588
Figuur 11 - Draad van piëzo-ontstekingsmechanisme verwijderen
Figuur 10 - Motor en ventilatorrooster weer in de kachel aanbrengen
8. Plaats de ventilator op de
motoras van de nieuwe
motor.
BELANGRIJK:
Wanneer
u de ventilator op de
motoras plaatst, zorg er
dan voor dat het
onderdeelnummer dat op
de ventilator gestempeld
is, naar de motor wijst.
Bevestig de ventilator-
moer aan het einde van de
motoras. Draai de moer
stevig vast.
9. Plaats de motor en het
ventilatorrooster achterin
de kachelbehuizing (zie
figuur 10).
10. Steek de drie schroeven
door de kachelbehuizing
en in het ventilatorrooster.
Draai de schroeven stevig
vast.
Draad van ontstekingsmechanisme
Bus
Piëzo-ontstekingsmechanisme
Onderkant van
kachelvoet
Ontstekings-
mechanisme
1. Verwijder de motor en het
ventilatorrooster uit de
kachel (zie Motor en
Ventilator, pagina 12,
stap 1 en 2).
2. Verwijder de zwarte
draad van het piëzo-
ontstekingsmechanisme.
De draad van het
ontstekingsmechanisme
kan via de onderkant van
de kachelvoet bereikt
worden (zie figuur 11).
Duw de draad omhoog
door de bus in de
kachelbehuizinig.
14
102588
Figuur 12- Montageschroef van ontstekingsmechanisme en ontstekings-
mechanisme verwijderen
Figuur 13 - Afstand tussen elektrode van
ontstekingsmechanisme en trefplaat
Figuur 14 - Motor en ventilatorrooster uit de kachel verwijderen
Ontstekings-
mechanisme
vervolg
3. Verwijder de montages-
chroef van het ontstekings-
mechanisme met een
moersleutel of standaard
schroevedraaier uit de
achterplaat (zie figuur 12).
4. Neem het ontstekings-
mechanisme uit de
achterplaat.
5. Breng een nieuw
ontstekingsmechanisme
aan. Bevestig het
ontstekingsmechanisme
met de montageschroef van
het ontstekingsmechanisme
aan de achterplaat.
6. Plaats de draad van het
nieuwe ontstekings-
mechanisme door de bus
in de kachelbehuizing.
Bevestig de draad aan het
piëzo-ontstekings-
mechanisme.
7. Stel de afstand tussen de
elektrode van het
ontstekingsmechanisme
en de trefplaat in op 4,3
mm (zie figuur 13).
8. Test op vonk.
WAARSCHUWING:
Overtuig u ervan dat
de kachel van de
propaantoevoer is
afgekoppeld. Kachel
kan aanslaan en
ernstige brandwon-
den veroorzaken.
Druk de knop van het
piëzo-ontstekings-
mechanisme in en kijk of
u een vonk ziet tussen de
elektrode van het
ontstekingsmechanisme
en de trefplaat.
9. Plaats de motor en het
ventilatorrooster in de
achterzijde van de
kachelbehuizing (zie
Motor en Ventilator,
pagina 13, stap 9 en 10).
Achter-
plaat
Montageschroef
van ontstekings-
mechanisme
Tref-
plaat
Afstands-
gebied
Elektrode van
ontstekings-
mechanisme
Ontstekings-
mechanisme
15
102588
Thermokoppel
1. Controleer of de stekker
uit het stopcontact is.
2. Verwijder de drie schroe-
ven waarmee het
ventilatorrooster aan de
kachelbehuizing is
bevestigd.
3. Verwijder de motor en het
ventilatorrooster uit de
kachelbehuizing (zie
figuur 14). Wees voor-
zichtig dat u de ventilator
niet beschadigt.
4. Verwijder de moer van
het thermokoppel die zich
in de verbrandingskamer
bevindt (zie figuur 15).
5. Plaats de kachel op zijn
zijkant en verwijder de
thermokoppeldraad uit de
gasklep (zie figuur 16).
6. Verwijder het
thermokoppel uit de
kachel.
7. Installeer de eerste van de
twee moeren op het
nieuwe thermokoppel (zie
figuur 17). Plaats de moer
ongeveer 40 mm van het
uiteinde van het
thermokoppel.
8. Steek het uiteinde van het
thermokoppel door het gat
voor het thermokoppel in
de achterplaat (zie figuur
18).
9. Installeer een tweede
moer op het
thermokoppel. Bevestig
deze moer op het
thermokoppel vanuit de
binnenkant van de
verbrandingskamer (zie
figuur 18). Stel beide
thermokoppelmoeren zo
af dat het uiteinde van het
thermokoppel 40 mm van
de achterplaat vandaan is.
Figuur 15 - Plaats van thermokoppelmoer
Figuur 16 - Thermokoppeldraad uit gasklep verwijderen
Figuur 17 - Eerste moer op nieuw thermokoppel aanbrengen
Figuur 18 - Nieuw thermokoppel aanbrengen
Eerste van twee moeren
Thermokoppelmoer
Achterplaat
40 mm
Nieuw thermokoppel
Thermokoppeldraad
Gasklep
Thermokoppel
Thermokoppelmoer
Thermokoppel
16
102588
Figuur 20 - Motor en ventilatorrooster uit de kachel verwijderen
Figuur 21 - Moeren en stervormige sluitringen
van de thermoschakelaar verwijderen
Moeren
Figuur 19 - Motor en ventilatorrooster weer in de kachel aanbrengen
Thermokoppel
vervolg
10. Draai de
thermokoppelmoeren vast
en controleer of ze 40 mm
van het uiteinde van het
thermokoppel zijn.
11. Steek de
thermokoppeldraad weer
door de kachel en in de
gasklep. Zet de
thermokoppeldraad stevig
vast in de gasklep (niet te
vast).
12. Plaats de motor en het
ventilatorrooster in de
achterzijde van kachel-
behuizing (zie figuur 19).
13. Steek de drie schroeven
door de kachelbehuizing
en in het ventilatorrooster.
Draai de schroeven stevig
vast.
Thermoschakelaar
1. Controleer of de stekker
uit het stopcontact is.
2. Verwijder de drie schroe-
ven waarmee het
ventilatorrooster aan de
kachelbehuizing is
bevestigd.
3. Verwijder de motor en het
ventilatorrooster uit de
kachelbehuizing (zie
figuur 20). Wees voor-
zichtig dat u de ventilator
niet beschadigt.
4. Verwijder de twee
moeren en stervormige
sluitringen van de
thermoschakelaar (zie
figuur 21).
5. Maak de blauwe
voedingsdraden van de
thermoschakelaar in de
kachelvoet los.
Thermoschakelaar
Stervormige
sluitringen
17
102588
6. Verwijder de
thermoschakelaar.
7. Steek de draden van de
nieuwe thermoschakelaar
door het gat onderin de
kachelbehuizing.
8. Monteer de nieuwe
thermoschakelaar op de
twee montagebouten op
de achterplaat (zie figuur
22).
9. Breng de stervormige
sluitringen en moeren
weer op de bouten aan.
10.
Aanbeveling voor goede
resultaten: Draai de
moeren tot 0,45 à 0,68
N+m (4 à 6 in-lb) aan.
11. Plaats de motor en het
ventilatorrooster in de
achterzijde van de kachel-
behuizing (zie figuur 23).
12. Steek de drie schroeven
door de kachelbehuizing
en in het ventilatorrooster.
Draai de schroeven stevig
vast.
13. Maak de blauwe
voedingsdraden van de
thermoschakelaar aan de
aansluitstrip en de
voedingsdraad van de
elektromagnetische klep
vast (zie Bedradings-
schema, pagina 9).
Figuur 23 - Motor en ventilatorrooster weer in de kachel aanbrengen
Figuur 22 - Nieuwe thermoschakelaar op montagebouten aanbrengen
Nieuwe
thermoschakelaar
Montagebouten
Achterplaat
19
102588
24 078978-03 Mofdop 1
25 099598-04AA Voet 1
26 100397-01 Borgring, #4 4
27 099202-02 Stalen klinknagel, 1/8 1
28 098835-01 Klepmoer 1
29 099460-01 Zeskantdop 1
30 NPF-3C Moer (afstandsstuk) 2
31 WLE-2BL Borgring, #8 1
32 M50104-01 Bus, kleintje 1
33 099157-01 Aluminium klinknagel 1
34 099125-10 Contactstrook 1
35 M50400 Rekontlastingsbus 1
36 097545-01 Netsnoer 1
37 102559-01 Adapter, 1/4 x 1/4 1
38 102957-01 Elektromagnetische klep 1
39 097809-01 Intredend koppelstuk 1
40 100596-01AB Draadbescherming 1
41 102334-01 Palmoer 1
42 100594-01AA Deksel 1
43 101520-01 Rekontlastingsbus 1
44 102861-01 Busmoer 1
45 M16841-62 Draadsamenstel 1
LEVERBARE ONDERDELEN - NIET AFGEBEELD
097647-03 Sticker merknaam 2
100400-04 Sticker algemene
informatie 1
100404-04 Sticker bediening 1
100399-01 Slang plus regulateur 1
100168-02 Sticker elektrisch 1
ONDERDELEN-
LIJST
ONDERDEEL- AAN-
NR. NUMMER BESCHRIJVING TAL
ONDERDEEL- AAN-
NR. NUMMER BESCHRIJVING TAL
1 099568-01 Binnenste deel behuizing
(verbrandingskamer) 1
2 M11084-26 Zeskant tapbout,
#10-16 x 3/8" 7
3 099599-02AB Buitenste deel behuizing 1
4 M51104-01 Handvat 1
5 099230-01 Zeskant tapborstschroef 4
6 M11084-29 Zeskant tapbout,
#10-16 x 3/4" 2
7 M11084-27 Zeskant tapbout,
#10-16 x 1/2" 3
8 102592-01 Moer, M6 x .75 2
9 099727-01 Brandersamenstel 1
10 099539-01 Elektrode ontstekings-
mechanisme 1
11 M11084-38 Zeskant tapbout,
#8-18 x 3/8" 8
12 099537-02 Ventilator 1
13 100398-02 Motorsamenstel (incl.
rubber sluitring en
ventilatormoer) 1
14 099540-02 Ventilatorrooster 1
15 097384-02 Sluitringmoer 3
16 097968-05 Zeskantschroef,
#4-40 x 1/2" 2
17 NPC-00C Zeskantmoer, #4-40 2
18 097952-08
Thermoschakelaarsamenstel
1
19 097776-01 Universele bus 1
20 099542-01 Draadklem 1
21 102607-01 Thermokoppel 1
22 099541-01 Klep/opening 1
23 102445-01 Piëzo-ontstekings-
mechanisme 1
Deze lijst bevat de vervangbare onderdelen die in de kachel gebruikt worden.
Zorg bij het bestellen van onderdelen dat u het juiste model- en serienummer (te
vinden op het modelplaatje), het onderdeelnummer en de beschrijving van het
gewenste onderdeel opgeeft.
SPECIFICATIES
Model BLP35E
Netspanning 220/240 volt, 50 Hz, 55 watt IP21
Maximaal vermogen, netto 10,3 kW bij 27 millibar
Capaciteit regulateur 27 millibar
Verbrandingssnelheid 10,3 kW, 796 g/h
Toevoerdruk (min.) 2 bar
Luchtverplaatsing 260 cm
2
Afmeting ruimte 103 m
3
Klasse luchttoevoer Type A
Temperatuurbereik voor gebruik van kachel -29° C tot 29° C*
* Als de kachel bij temperaturen boven 29° C wordt gebruikt, kunnen hoge inwendige temperaturen de
thermische-limietinrichting uitschakelen waardoor de kachel uitgaat.
GARANTIE EN REPARATIESERVICE
BEWAAR DEZE GARANTIE
Van Cranenbroek B.V. garandeert dat dit product en alle onderdelen daarvan vrij zijn van gebreken in materiaal en
afwerking gedurende zes (6) maanden vanaf de datum van aanvankelijke aankoop, indien de kachel overeenkomstig de
aanwijzingen bediend en onderhouden wordt. Deze garantie wordt alleen verstrekt aan de oorspronkelijke koper als een
bewijs van aankoop overlegd wordt.
Deze garantie dekt alleen de kosten van onderdelen die nodig zijn om het product weer in behoorlijke bedrijfsstaat te
brengen. Transport en incidentele kosten verbonden aan onder de garantie vallende onderdelen zijn niet terugvorderbaar
onder deze garantie.
Deze garantie dekt geen defecten die het resultaat zijn van verkeerd gebruik, misbruik, nalatigheid, ongelukken, gebrekkig
onderhoud, normale slijtage, wijzigingen, veranderingen, knoeierij, vervuilde brandstoffen, reparatie met verkeerde
onderdelen of reparatie door iemand anders dan een erkende handelaar of erkend servicecentrum. De eigenaar is
verantwoordelijk voor regelmatig onderhoud.
Deze uitdrukkelijke garantie wordt gegeven in plaats van enige andere garantie, expliciet of impliciet, met inbegrip van
garanties van verhandelbaarheid en geschiktheid voor een bepaald doel.
Van Cranenbroek B.V. neemt geen verantwoordelijkheid op zich voor indirecte, incidentele of vervolgschade.
BEPERKTE GARANTIE
Wij behouden ons het recht voor deze specificaties te allen tijde zonder voorafgaande kennisgeving te wijzigen. De enige
garantie die van kracht is, is onze schriftelijke standaard garantie. Wij geven geen andere garantie, expliciet of impliciet.
Model
Serienummer
Datum van aankoop
2701 Industrial Drive
P.O. Box 90004
Bowling Green, KY 42102-9004
U.S.A.
Schrijf voor informatie naar: DESA International, P.O. Box 90004
Bowling Green, Kentucky 42102-9004 U.S.A.
ATTN: Customer Service Department
Vermeld in uw schrijven altijd het model- en serienummer.

Documenttranscriptie

PROPAANKACHEL VOOR DE BOUW GEBRUIKERSHANDLEIDING Model: BLP35E BELANGRIJK Lees deze handleiding en zorg dat u hem begrijpt alvorens de kachel in elkaar te zetten, aan te zetten of er onderhoud aan uit te voeren. Verkeerd gebruik van deze kachel kan tot ernstig letsel leiden. Bewaar deze handleiding om hem later te kunnen naslaan. INHOUD HOOFDSTUK PAGINA Veiligheidsinformatie .................................................................... 2 Uitpakken ...................................................................................... 3 Productidentificatie ........................................................................ 4 Overzicht van de werking .............................................................. 4 Propaantoevoer .............................................................................. 5 Installatie ....................................................................................... 5 Indien een gaslek zich voordoet .................................................... 6 Ventilatie ....................................................................................... 7 Bediening ....................................................................................... 7 Opslag ............................................................................................ 9 Onderhoud ..................................................................................... 9 Bedradingsschema ......................................................................... 9 Opsporen van storingen ................................................................. 10 Onderhoudsprocedures .................................................................. 12 Motor en ventilator ................................................................. 12 Ontstekingsmechanisme.......................................................... 13 Thermokoppel ......................................................................... 15 Thermoschakelaar ................................................................... 16 Illustratie en lijst van onderdelen .................................................. 18, 19 Specificaties ................................................................................... 19 Garantie en reparatieservice .......................................................... achteromslag VOOR UW VEILIGHEID Gebruik deze kachel niet in een ruimte waar benzine of andere vloeistoffen met ontvlambare dampen opgeslagen of gebruikt worden. VEILIGHEIDSINFORMATIE ! WAARSCHUWINGEN BELANGRIJK: Lees deze gebruikershandleiding aandachtig en volledig door alvorens deze kachel in elkaar te zetten, aan te zetten of er onderhoud aan uit te voeren. Verkeerd gebruik van deze kachel kan ernstig of dodelijk letsel veroorzaken als gevolg van brandwonden, brand, ontploffing, elektrische schok of koolmonoxydevergiftiging. Koolmonoxydevergiftiging: Aanvankelijke symptomen van koolmonoxydevergiftiging lijken op griep met hoofdpijn, duizeligheid en/of misselijkheid. Als u deze symptomen hebt, kan het zijn dat de kachel niet naar behoren werkt. Zorg dat u onmiddellijk frisse lucht krijgt! Laat de kachel nakijken. Sommige mensen hebben meer last van koolmonoxydevergiftiging dan andere. Hieronder vallen zwangere vrouwen, mensen met hart- of longziekten of bloedarmoede, mensen onder de invloed van alcohol en mensen die zich op grote hoogten boven zeeniveau bevinden. Propaangas: Propaangas is reukloos. Een geur-producerende stof wordt aan propaangas toegevoegd. De geur helpt u een propaangaslek te ontdekken. De geur die aan propaangas is toegevoegd, kan echter vervagen. Propaangas kan aanwezig zijn zelfs als er geen geur is. Zorg dat u alle waarschuwingen leest en begrijpt. Bewaar deze handleiding om hem later te kunnen naslaan. Het is uw gids voor veilig en juist gebruik van deze kachel. 2 Veiligheidsinformatie wordt op de volgende pagina vervolgd 102588 VEILIGHEIDSINFORMATIE vervolg UITPAKKEN ! WAARSCHUWINGEN vervolg • Niet voor huishoudelijk gebruik (in woonruimten). Gebruik de kachel uitsluitend voor verwarming van grote ruimten. • Bedoeld voor tijdelijke verwarming van gebouwen in aanbouw, verbouw of renovatie. • Installeer en gebruik de kachel voorzichtig. Houd u aan alle plaatselijke verordeningen en voorschriften. • Uitsluitend in een goed geventileerde ruimte gebruiken, uit de buurt van brandbare materialen. • Zorg voor goede ventilatie. Als dit niet gebeurt, kan een te hoog gehalte aan koolmonoxyde (CO) en kooldioxyde (CO2) ontstaan. Zorg dat er twee openingen voor ventilatie zijn die verse buitenlucht leveren. Een van de openingen dient dichtbij de vloer te zijn en de andere bij het plafond . De minimale afmeting van de ventilatieopening moet 130 cm2 zijn. • Gebruik de kachel nooit op plaatsen waar benzine, verfverdunner of andere licht ontvlambare dampen aanwezig zijn. Uitsluitend gebruiken op plaatsen waar zich geen ontvlambare dampen en niet veel stof bevinden. • Gebruik de kachel niet in kelders. Propaangas is zwaarder dan lucht. Als er een lek optreedt, zakt het propaangas naar het laagst mogelijke niveau. • Stel de kachel niet bloot aan tocht, waterstralen, regen of druipend water. • Controleer elke keer voordat u de kachel gebruikt of hij beschadigd is. Gebruik nooit een beschadigde kachel. • Gebruik uitsluitend propaangas, I3P. • Bewaar de propaantank(s) beneden 38°C. • Trek niet aan de gasslang of draai hem niet. • Ontkoppel de kachel van het propaangas en de netspanning alvorens hem te verplaatsen of wanneer hij niet gebruikt wordt. • Gebruik alleen de spanning en frequentie die op het modelplaatje aangegeven zijn. • Gebruik alleen de slang en regulateur die bij de kachel geleverd worden. • Inspecteer de slang elke keer voordat u de kachel gebruikt. Als de slang een snee heeft of versleten of beschadigd is, moet u hem vervangen alvorens de kachel te gebruiken. Gebruik de vervangingsslang die in deze handleiding opgegeven wordt. • Houd de kachel minstens twee meter van de propaantank(s) vandaan. Richt de kachel niet op de propaantank(s). • Minimale afstand van kachel tot brandbare materialen: Uitlaatopening: 3 meter Zijkanten: 1 meter Bovenkant: 2 meter Achterkant: 1 meter • Plaats de kachel op een stevig, vlak oppervlak als de kachel heet is of aan staat. • Houd kinderen en dieren bij de kachel vandaan. • Blokkeer nooit de toevoeropening (achterkant) of de uitlaatopening (voorkant) van de kachel. • De kachel nooit verplaatsen, hanteren of er onderhoud aan uitvoeren als de kachel heet is, aan staat, of op netspanning aangesloten is. • Breng geen wijzigingen aan de kachel aan. Houd de kachel in zijn oorspronkelijke staat. • Gebruik de kachel niet als er wijzigingen aan uitgevoerd zijn. • Bevestig nooit een buizensysteem aan de voor- of achterkant van de kachel. • Gebruik uitsluitend originele vervangingsonderdelen. Voor deze kachel zijn ontwerp-specifieke onderdelen nodig. Gebruik geen merkloze onderdelen. Ongeschikte vervangingsonderdelen kunnen ernstig of dodelijk letsel veroorzaken. • Elektrische installateur: Volg alle landelijke en plaatselijke voorschriften. 1. Verwijder al het verpakkingsmateriaal dat voor verzending gebruikt is. 2. Haal alle onderdelen uit de doos. 3. Inspecteer alle onderdelen op schade, opgelopen tijdens verzending. Als de kachel beschadigd is, breng de leverancier bij wie u de kachel gekocht heeft onmiddellijk op de hoogte. 3 102588 PRODUCTIDENTIFICATIE Heteluchtuitlaat (voorkant) Behuizing Handvat Motor Ventilatorrooster Kachelvoet Knop van piëzoontstekingsmechanisme Automatische regelklepknop Netsnoer Inlaatkoppelstuk Slang plus regulateur Figuur 1 - Model BLP35E OVERZICHT VAN DE WERKING Het brandstofsysteem: De slang plus regulateur wordt bevestigd aan de propaangastoevoer. Dit levert brandstof aan de kachel. Het luchtsysteem: De motor doet de ventilator draaien. De ventilator stuwt lucht in en rond de verbrandingskamer. Deze lucht wordt verwarmd en levert een schone, hete luchtstroom. Het ontstekingssysteem: Het piëzo-ontstekingsmechanisme ontsteekt de brander. Het branderregelsysteem: Dit systeem zorgt ervoor dat de kachel uitgeschakeld wordt als de vlam uitgaat. Verbrandingskamer Ventilator Motor Schone, verwarmde lucht naar buiten (voorkant) Koele lucht naar binnen (achterkant) Slang plus regulateur Lucht voor verbranding 4 Lucht voor verwarming Figuur 2 - Bedrijfsaanzicht, dwarsdoorsnede 102588 PROPAANTOEVOER De gebruiker moet het propaangas en de propaantank(s) verschaffen. Gebruik deze kachel alleen met een toevoersysteem met propaandamponttrekking. De hoeveelheid propaangas, klaar voor gebruik uit propaantanks, varieert. Twee factoren bepalen deze hoeveelheid: 1. De hoeveelheid propaangas in de tank(s). 2. De temperatuur van de tank(s). Deze kachel is ontworpen voor een propaantank van minimaal 9 kg. Bij kouder weer kunt u twee of meer tanks of één grotere tank nodig hebben. Gebruik een tank van 45 kg voor langer gebruik of bij zeer koud weer. Bij lagere temperaturen verdampt er minder gas. Uw plaatselijke propaangasleverancier kan u helpen het juiste toevoersysteem te kiezen. Gemiddelde temperatuur (°C) bij tank 5° 0° -7° -12° -18° Aantal tanks (45 kg) 1 1 1 1 1 INSTALLATIE ! WAARSCHUWING Lees de waarschuwingen in het hoofdstuk Veiligheidsinformatie, pagina 2 en 3, nogmaals door en zorg dat u ze begrijpt. Ze zijn nodig om deze kachel veilig te bedienen. Houd u aan alle plaatselijke voorschriften wanneer u deze kachel gebruikt. ! WAARSCHUWING Controleer na installatie, onderhoud of reparatie alle gasleidingen en verbindingen op lekken. Gebruik nooit een open vlam om op lekken te controleren. Breng e en mengsel van vloeibare zeep en water op alle verbindingen aan. Vorming van bellen betekent een lek. Verhelp alle lekken onmiddellijk. 1. Zorg voor een propaantoevoersysteem (zie Propaantoevoer hierboven). 2. Sluit de brandstofgaskoppeling op de slang plus regulateur aan op de propaantank(s). Stevig aandraaien met een moersleutel. BELANGRIJK: Plaats de regulateur zodanig dat de slang die uit de regulateur komt, horizontaal staat (zie figuur 3). Hierdoor komt het ontluchtingsventiel van de regulateur op de juiste plaats om hem tegen de elementen te beschermen. Regulateur Propaantoevoerafsluiter Slang Propaantank Brandstofgaskoppeling Figuur 3 - Stand van regulateur wordt vervolgd 102588 5 INSTALLATIE vervolg 3. Sluit de slang aan op het inlaatkoppelstuk. Stevig aandraaien met een moersleutel. BELANGRIJK: Gebruik zo nodig extra slang of leiding. Installeer extra slang of leiding tussen de slang plus regulateur en de propaantank. U moet de regulateur die bij de kachel is geleverd, gebruiken. Inlaatkoppelstuk Slang Figuur 4 - Slang en inlaatkoppelstuk 4. Draai de propaantoevoerafsluiter op de propaantank(s) open. 5. Controleer alle verbindingen op lekken. Breng een mengsel van vloeibare zeep en water op alle verbindingen aan. Vorming van bellen betekent dat een lek moet worden verholpen. ! WAARSCHUWING Gebruik nooit een open vlam om op lekken te controleren. Breng een mengsel van vloeibare zeep en water op alle verbindingen aan. Vorming van bellen betekent een lek. Verhelp alle lekken onmiddellijk. 6. INDIEN EEN GASLEK ZICH VOORDOET Sluit de propaantoevoerafsluiter. ! WAARSCHUWING Als u een gaslek ontdekt, sluit dan onmiddellijk de propaantoevoer af. Ventileer de ruimte. Wacht vijf minuten nadat de propaangeur verdwenen is. Volg onderstaande stappen om op een gaslek te controleren. ! WAARSCHUWING Gebruik nooit een open vlam om op lekken te controleren. Breng een mengsel van vloeibare zeep en water op alle verbindingen aan. Vorming van bellen betekent een lek. Verhelp alle lekken onmiddellijk. 6 102588 INDIEN EEN GASLEK ZICH VOORDOET vervolg VENTILATIE 1. Trek na de propaantoevoer afgesloten te hebben en de ruimte geventileerd te hebben, het netsnoer van de kachel uit het stopscontact. 2. Draai de propaantoevoer aan. 3. Breng een mengsel van vloeibare zeep en water aan op de slang en de verbindingen tussen de propaantank(s) en de kachelinlaat. Vorming van bellen duidt op een lek. 4. Sluit de propaantoevoer af en ventileer de ruimte. Repareer het lek. 5. Wacht vijf minuten nadat de propaangeur verdwenen is voordat u de kachel opnieuw aanzet. 6. Als u een lek niet kunt repareren, neem dan contact op met uw plaatselijk servicecentrum. ! WAARSCHUWING Zorg voor goede ventilatie. Als de ruimte niet met frisse buitenlucht wordt geventileerd, kan koolmonoxydevergiftiging optreden. Zorg dat er twee openingen voor ventilatie zijn die frisse buitenlucht leveren. De ene opening dient dichtbij de vloer te zijn, en de andere bij het plafond. De minimale afmeting van de ventilatieopening moet 130 cm2 zijn. Zorg voor goede ventilatie met frisse buitenlucht voordat u de kachel aanzet. BEDIENING ! WAARSCHUWING Lees de waarschuwingen in het hoofdstuk Veiligheidsinformatie, pagina 2 en 3, nogmaals door en zorg dat u ze begrijpt. Ze zijn nodig om deze kachel veilig te bedienen. Houd u aan alle plaatselijke voorschriften wanneer u deze kachel gebruikt. Aanzetten van de kachel 1. Volg alle informatie over installatie, ventilatie en veiligheid. 2. Zet de kachel op een stevig, vlak oppervlak. Kijk of de voor- of achterkant van de kachel niet op de tocht staat. 3. Steek de stekker van het netsnoer van de kachel in het stopcontact. De motor slaat aan. De ventilator gaat draaien en stuwt lucht uit de voorkant van de kachel. De elektrische gasklep gaat open. 4. Open de toevoerafsluiter op de propaantank(s). ! WAARSCHUWING Zorg ervoor dat de motor en de ventilator draaien voordat u de automatische regelklepknop indrukt. 7 102588 BEDIENING vervolg 5. Druk op de automatische regelklepknop en houd hem ingedrukt (zie figuur 5). Druk de knop van het piëzo-ontstekingsmechanisme in (zie figuur 5). Het kan zijn dat u de knop 3 à 8 keer moet indrukken voordat de kachel aan gaat. Als de kachel aan gaat, moet u de automatische regelklepknop nog 30 seconden ingedrukt houden. N.B.: Indien de kachel niet aan gaat, kan het zijn dat er lucht in de slang zit. Als dit het geval is, moet u de automatische regelklepknop ingedrukt houden en 20 seconden wachten. Laat de automatische regelklepknop los en wacht 20 seconden zodat de onverbrande brandstof kan verdampen. Herhaal stap 5. Knop van piëzoontstekingsmechanisme Automatische regelklepknop Figuur 5 - Automatische regelklepknop en knop van piëzo-ontstekingsmechanisme Kijk in de kachel om te zien of hij brandt. Zorg ervoor dat de vlam blauw van kleur is. Vlammen mogen niet buiten de kacheluitlaat komen. Uitzetten van de kachel 1. Draai de toevoerafsluiter op de propaantank(s) goed dicht. 2. Wacht enkele seconden. Het gas dat nog in de toevoerslang zit, wordt door de kachel opgebrand. 3. Trek de stekker uit het stopcontact. Opnieuw aanzetten van de kachel 1. Wacht vijf minuten nadat de kachel is uitgezet. 2. Herhaal de stappen onder Aanzetten van de kachel, pagina 6. Verwisselen van de propaantank(s) Verwissel de propaantank(s) op een plaats waar geen open vuur is. Gebruik uitsluitend propaangas, I3P. 1. Draai de propaantoevoerkraan op de propaantank(s) stevig dicht. 2. Ontkoppel de slang plus regulateur van de propaantank(s). 3. Sluit de slang plus regulateur aan op de nieuwe propaantank(s). Stevig aandraaien. 4. Controleer alle verbindingen op lekken. ! WAARSCHUWING Gebruik nooit een open vlam om op lekken te controleren. Breng een mengsel van vloeibare zeep en water op alle koppelingen aan. Vorming van bellen betekent een lek. Verhelp alle lekken onmiddellijk. 8 102588 OPSLAG ! VOORZICHTIG Ontkoppel de kachel van de propaantoevoertank(s). 1. Bewaar de propaantank(s) op een veilige manier. Volg alle plaatselijke voorschriften op. Sla de propaantanks altijd buiten op. 2. Op een droge, schone en veilige plaats opslaan. Berg de slang plus regulateur niet op in de verbrandingskamer van de kachel. 3. Wanneer u de kachel weer wilt gaan gebruiken, kijk dan altijd in de kachel. Insekten en kleine dieren kunnen dingen in de kachel brengen. Houd de binnenkant van de kachel vrij van brandbare en andere dingen die daar niet thuishoren. Verwijder de motor en andere inwendige onderdelen indien dit nodig is om dingen die daar niet thuishoren te verwijderen (zie Onderhoudsprocedures, pagina 12). ONDERHOUD ! WAARSCHUWING Voer nooit onderhoud of reparaties aan de kachel uit terwijl de stekker in het stopcontact zit, de kachel aangesloten is op de propaantoevoer of de kachel aanstaat of heet is. Dit kan tot ernstige brandwonden en elektrische schok leiden. 1. Houd de kachel schoon. Maak de kachel jaarlijks of wanneer nodig schoon om stof en rommel te verwijderen. Als de kachel vuil of stoffig is, reinig hem dan met een vochtige doek. 2. Inspecteer de kachel steeds vóór het gebruik. Controleer de verbindingen op lekken. Breng een mengsel van vloeibare zeep en water op alle verbindingen aan. Vorming van bellen betekent een lek. Verhelp alle lekken onmiddellijk. 3. Inspecteer de slang plus regulateur steeds vóór het gebruik. Vervang de slang als hij zeer versleten is of als er een snee in zit. 4. Laat de kachel jaarlijks nakijken door een onderhoudspersoon. 5. Houd de binnenkant van de kachel vrij van brandbare en andere dingen die daar niet thuishoren. Verwijder de motor en andere inwendige onderdelen indien dit nodig is om dingen die daar niet thuishoren te verwijderen (zie Onderhoudsprocedures, pagina 12). 6. Maak de ventilator om de 500 bedrijfsuren of indien nodig schoon. BEDRADINGSSCHEMA L1 Motor L2 L1 L1 P i ë z o Netsnoer L2 Elektromagnetische klep L1 L2 L2 Thermoschakelaar Behuizing Automatische regelklep Thermokoppel Figuur 6 - Bedradingsschema 9 102588 OPSPOREN VAN STORINGEN ! WAARSCHUWING Voer nooit onderhoud of reparaties aan de kachel uit terwijl de stekker in het stopcontact zit, de kachel aangesloten is op de propaantoevoer of de kachel aanstaat of heet is. Dit kan ernstige brandwonden en elektrische schok tot gevolg hebben. STORING Ventilator draait niet terwijl de stekker in het stopcontact zit. Kachel slaat niet aan. 10 MOGELIJKE OORZAAK Geen elektriciteit naar kachel OPLOSSING Controleer stroom naar stopcontact. Als de stroom goed is, controleer het netsnoer van de kachel dan op breuken. Ventilator slaat tegen behuizing van kachel Stel de motor en het ventilatorrooster zo af dat de ventilator de binnenkant van de kachelbehuizing niet raakt. Buig het ventilatorrooster zo nodig. Elektrische bedrading van kachel onjuist aangesloten Breng de draden op de juiste plaats aan de hand van het bedradingsschema. Ventilatorbladen verbogen Vervang de ventilator. Zie Motor en ventilator, pagina 12. Motor defect Vervang de motor. Zie Motor en ventilator, pagina 12. Gebruiker heeft installatieen bedieningsinstructies niet goed opgevolgd Herhaal de installatie- en bedieningsinstructies. Zie Installatie, pagina 5 en Bediening, pagina 7. Geen vonk bij ontstekingsmechanisme. Volg stap 8 onder Ontstekingsmechanisme, pagina 14, om op vonk te testen. Indien u een vonk bij het ontstekingsmechanisme ziet, moet u de kachel door een bevoegd onderhoudspersoon laten nakijken. Indien u geen vonk ziet: A) Losse of niet aangesloten draad van ontstekingsmechanisme B) Verkeerde vonkafstand C) Piëzo-ontstekingsmechanisme los D) Defecte elektrode van ontstekingsmechanisme A) Controleer de draad van het ontstekingsmechanisme. Zet deze draad vast of sluit hem opnieuw aan. Zie figuur 11, pagina 13 voor de plaats van deze draad. B) Stel de afstand tussen elektrode van ontstekingsmechanisme en trefplaat in op 4,3 mm. C) Draai de moer vast waarmee het piëzo-ontstekingsmechanisme op de kachelvoet is bevestigd. D) Vervang de elektrode. Zie Ontstekingsmechanisme, pagina 13. 102588 OPSPOREN VAN STORINGEN vervolg STORING Kachel slaat af terwijl hij aan staat. MOGELIJKE OORZAAK Hoge omgevingstemperatuur veroorzaakt dat de themische-limietinrichting de kachel uitschakelt. OPLOSSING Dit kan zich voordoen als u de kachel gebruikt bij temperaturen boven 29° C. Gebruik de kachel bij lagere temperaturen. Luchtstroom beperkt Controleer de in- en uitlaat van de kachel. Verwijder obstructies. Ventilator beschadigd Vervang de ventilator. Zie Motor en ventilator, pagina 12. Te veel stof of rommel in nabije omgeving ! WAARSCHUWING Alleen op plaatsen gebruiken waar zich niet veel stof bevindt. Maak de kachel schoon. Zie Onderhoud, pagina 9. 11 102588 ONDERHOUDSPROCEDURES Motor en ventilator 1. Verwijder de drie schroeven waarmee het ventilatorrooster aan de kachelbehuizing is bevestigd. 2. Neem de motor en het ventilatorrooster uit de kachelbehuizing (zie figuur 7). 3. Verwijder de ventilatormoer met een tang uit de voorkant van de motoras (zie figuur 8). 4. Verwijder de ventilator. Wees voorzichtig dat u de spoed van de ventilatorbladen niet beschadigd. 5. Verwijder met een moersleutel de drie moeren waarmee het ventilatorrooster aan de motor is bevestigd. Neem het ventilatorrooster van de motor af (zie figuur 9). 6. Gooi de oude motor weg. 7. Bevestig het ventilatorrooster met drie moeren aan de nieuwe motor (zie figuur 9). Draai de moeren stevig vast. ! WAARSCHUWING Voer nooit onderhoud of reparaties aan de kachel uit terwijl de stekker in het stopcontact zit, de kachel aangesloten is op de propaantoevoer of de kachel aan staat of heet is. Dit kan ernstige brandwonden en elektrische schok tot gevolg hebben. Figuur 7 - Motor en ventilatorrooster uit de kachel verwijderen Ventilatormoer Figuur 8 - Ventilatormoer van de motoras draaien Figuur 9 - Ventilatorrooster van de motor verwijderen of erop aanbrengen 12 102588 8. Plaats de ventilator op de motoras van de nieuwe motor. BELANGRIJK: Wanneer u de ventilator op de motoras plaatst, zorg er dan voor dat het onderdeelnummer dat op de ventilator gestempeld is, naar de motor wijst. Bevestig de ventilatormoer aan het einde van de motoras. Draai de moer stevig vast. 9. Plaats de motor en het ventilatorrooster achterin de kachelbehuizing (zie figuur 10). 10. Steek de drie schroeven door de kachelbehuizing en in het ventilatorrooster. Draai de schroeven stevig vast. Figuur 10 - Motor en ventilatorrooster weer in de kachel aanbrengen Ontstekingsmechanisme 1. Verwijder de motor en het ventilatorrooster uit de kachel (zie Motor en Ventilator, pagina 12, stap 1 en 2). 2. Verwijder de zwarte draad van het piëzoontstekingsmechanisme. De draad van het ontstekingsmechanisme kan via de onderkant van de kachelvoet bereikt worden (zie figuur 11). Duw de draad omhoog door de bus in de kachelbehuizinig. Piëzo-ontstekingsmechanisme Draad van ontstekingsmechanisme Bus Onderkant van kachelvoet Figuur 11 - Draad van piëzo-ontstekingsmechanisme verwijderen 13 102588 Ontstekingsmechanisme vervolg 3. Verwijder de montageschroef van het ontstekingsmechanisme met een moersleutel of standaard schroevedraaier uit de achterplaat (zie figuur 12). 4. Neem het ontstekingsmechanisme uit de achterplaat. 5. Breng een nieuw ontstekingsmechanisme aan. Bevestig het ontstekingsmechanisme met de montageschroef van het ontstekingsmechanisme aan de achterplaat. 6. Plaats de draad van het nieuwe ontstekingsmechanisme door de bus in de kachelbehuizing. Bevestig de draad aan het piëzo-ontstekingsmechanisme. 7. Stel de afstand tussen de elektrode van het ontstekingsmechanisme en de trefplaat in op 4,3 mm (zie figuur 13). 8. Test op vonk. WAARSCHUWING: Overtuig u ervan dat de kachel van de propaantoevoer is afgekoppeld. Kachel kan aanslaan en ernstige brandwonden veroorzaken. Druk de knop van het piëzo-ontstekingsmechanisme in en kijk of u een vonk ziet tussen de elektrode van het ontstekingsmechanisme en de trefplaat. 9. Plaats de motor en het ventilatorrooster in de achterzijde van de kachelbehuizing (zie Motor en Ventilator, pagina 13, stap 9 en 10). Achterplaat Ontstekingsmechanisme Montageschroef van ontstekingsmechanisme Figuur 12- Montageschroef van ontstekingsmechanisme en ontstekingsmechanisme verwijderen Trefplaat Afstandsgebied Elektrode van ontstekingsmechanisme Figuur 13 - Afstand tussen elektrode van ontstekingsmechanisme en trefplaat Figuur 14 - Motor en ventilatorrooster uit de kachel verwijderen 14 102588 Thermokoppel 1. Controleer of de stekker uit het stopcontact is. 2. Verwijder de drie schroeven waarmee het ventilatorrooster aan de kachelbehuizing is bevestigd. 3. Verwijder de motor en het ventilatorrooster uit de kachelbehuizing (zie figuur 14). Wees voorzichtig dat u de ventilator niet beschadigt. 4. Verwijder de moer van het thermokoppel die zich in de verbrandingskamer bevindt (zie figuur 15). 5. Plaats de kachel op zijn zijkant en verwijder de thermokoppeldraad uit de gasklep (zie figuur 16). 6. Verwijder het thermokoppel uit de kachel. 7. Installeer de eerste van de twee moeren op het nieuwe thermokoppel (zie figuur 17). Plaats de moer ongeveer 40 mm van het uiteinde van het thermokoppel. 8. Steek het uiteinde van het thermokoppel door het gat voor het thermokoppel in de achterplaat (zie figuur 18). 9. Installeer een tweede moer op het thermokoppel. Bevestig deze moer op het thermokoppel vanuit de binnenkant van de verbrandingskamer (zie figuur 18). Stel beide thermokoppelmoeren zo af dat het uiteinde van het thermokoppel 40 mm van de achterplaat vandaan is. Thermokoppelmoer Thermokoppel Figuur 15 - Plaats van thermokoppelmoer Gasklep Thermokoppeldraad Figuur 16 - Thermokoppeldraad uit gasklep verwijderen Nieuw thermokoppel Eerste van twee moeren 40 mm Figuur 17 - Eerste moer op nieuw thermokoppel aanbrengen Thermokoppel Thermokoppelmoer Achterplaat Figuur 18 - Nieuw thermokoppel aanbrengen 15 102588 Thermokoppel vervolg 10. Draai de thermokoppelmoeren vast en controleer of ze 40 mm van het uiteinde van het thermokoppel zijn. 11. Steek de thermokoppeldraad weer door de kachel en in de gasklep. Zet de thermokoppeldraad stevig vast in de gasklep (niet te vast). 12. Plaats de motor en het ventilatorrooster in de achterzijde van kachelbehuizing (zie figuur 19). 13. Steek de drie schroeven door de kachelbehuizing en in het ventilatorrooster. Draai de schroeven stevig vast. Figuur 19 - Motor en ventilatorrooster weer in de kachel aanbrengen Thermoschakelaar 1. Controleer of de stekker uit het stopcontact is. 2. Verwijder de drie schroeven waarmee het ventilatorrooster aan de kachelbehuizing is bevestigd. 3. Verwijder de motor en het ventilatorrooster uit de kachelbehuizing (zie figuur 20). Wees voorzichtig dat u de ventilator niet beschadigt. 4. Verwijder de twee moeren en stervormige sluitringen van de thermoschakelaar (zie figuur 21). 5. Maak de blauwe voedingsdraden van de thermoschakelaar in de kachelvoet los. Figuur 20 - Motor en ventilatorrooster uit de kachel verwijderen Thermoschakelaar Stervormige sluitringen Moeren 16 Figuur 21 - Moeren en stervormige sluitringen van de thermoschakelaar verwijderen 102588 6. Verwijder de thermoschakelaar. 7. Steek de draden van de nieuwe thermoschakelaar door het gat onderin de kachelbehuizing. 8. Monteer de nieuwe thermoschakelaar op de twee montagebouten op de achterplaat (zie figuur 22). 9. Breng de stervormige sluitringen en moeren weer op de bouten aan. 10. Aanbeveling voor goede resultaten: Draai de moeren tot 0,45 à 0,68 N+m (4 à 6 in-lb) aan. 11. Plaats de motor en het ventilatorrooster in de achterzijde van de kachelbehuizing (zie figuur 23). 12. Steek de drie schroeven door de kachelbehuizing en in het ventilatorrooster. Draai de schroeven stevig vast. 13. Maak de blauwe voedingsdraden van de thermoschakelaar aan de aansluitstrip en de voedingsdraad van de elektromagnetische klep vast (zie Bedradingsschema, pagina 9). Nieuwe thermoschakelaar Montagebouten Achterplaat Figuur 22 - Nieuwe thermoschakelaar op montagebouten aanbrengen Figuur 23 - Motor en ventilatorrooster weer in de kachel aanbrengen 17 102588 ONDERDELENLIJST Deze lijst bevat de vervangbare onderdelen die in de kachel gebruikt worden. Zorg bij het bestellen van onderdelen dat u het juiste model- en serienummer (te vinden op het modelplaatje), het onderdeelnummer en de beschrijving van het gewenste onderdeel opgeeft. ONDERDEELAANNR. NUMMER BESCHRIJVING TAL 1 099568-01 Binnenste deel behuizing (verbrandingskamer) 1 2 M11084-26 Zeskant tapbout, #10-16 x 3/8" 7 3 099599-02AB Buitenste deel behuizing 1 4 M51104-01 Handvat 1 5 099230-01 Zeskant tapborstschroef 4 6 M11084-29 Zeskant tapbout, #10-16 x 3/4" 2 7 M11084-27 Zeskant tapbout, #10-16 x 1/2" 3 8 102592-01 Moer, M6 x .75 2 9 099727-01 Brandersamenstel 1 10 099539-01 Elektrode ontstekingsmechanisme 1 11 M11084-38 Zeskant tapbout, #8-18 x 3/8" 8 12 099537-02 Ventilator 1 13 100398-02 Motorsamenstel (incl. rubber sluitring en ventilatormoer) 1 14 099540-02 Ventilatorrooster 1 15 097384-02 Sluitringmoer 3 16 097968-05 Zeskantschroef, #4-40 x 1/2" 2 17 NPC-00C Zeskantmoer, #4-40 2 18 097952-08 Thermoschakelaarsamenstel 1 19 097776-01 Universele bus 1 20 099542-01 Draadklem 1 21 102607-01 Thermokoppel 1 22 099541-01 Klep/opening 1 23 102445-01 Piëzo-ontstekingsmechanisme 1 NR. 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 ONDERDEELNUMMER 078978-03 099598-04AA 100397-01 099202-02 098835-01 099460-01 NPF-3C WLE-2BL M50104-01 099157-01 099125-10 M50400 097545-01 102559-01 102957-01 097809-01 100596-01AB 102334-01 100594-01AA 101520-01 102861-01 M16841-62 BESCHRIJVING Mofdop Voet Borgring, #4 Stalen klinknagel, 1/8” Klepmoer Zeskantdop Moer (afstandsstuk) Borgring, #8 Bus, kleintje Aluminium klinknagel Contactstrook Rekontlastingsbus Netsnoer Adapter, 1/4 x 1/4 Elektromagnetische klep Intredend koppelstuk Draadbescherming Palmoer Deksel Rekontlastingsbus Busmoer Draadsamenstel AANTAL 1 1 4 1 1 1 2 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 LEVERBARE ONDERDELEN - NIET AFGEBEELD 097647-03 100400-04 100404-04 100399-01 100168-02 Sticker merknaam Sticker algemene informatie Sticker bediening Slang plus regulateur Sticker elektrisch 2 1 1 1 1 SPECIFICATIES Model Netspanning Maximaal vermogen, netto Capaciteit regulateur Verbrandingssnelheid Toevoerdruk (min.) Luchtverplaatsing Afmeting ruimte Klasse luchttoevoer Temperatuurbereik voor gebruik van kachel BLP35E 220/240 volt, 50 Hz, 55 watt IP21 10,3 kW bij 27 millibar 27 millibar 10,3 kW, 796 g/h 2 bar 260 cm2 103 m3 Type A -29° C tot 29° C* * Als de kachel bij temperaturen boven 29° C wordt gebruikt, kunnen hoge inwendige temperaturen de thermische-limietinrichting uitschakelen waardoor de kachel uitgaat. 19 102588 GARANTIE EN REPARATIESERVICE BEWAAR DEZE GARANTIE BEPERKTE GARANTIE Van Cranenbroek B.V. garandeert dat dit product en alle onderdelen daarvan vrij zijn van gebreken in materiaal en afwerking gedurende zes (6) maanden vanaf de datum van aanvankelijke aankoop, indien de kachel overeenkomstig de aanwijzingen bediend en onderhouden wordt. Deze garantie wordt alleen verstrekt aan de oorspronkelijke koper als een bewijs van aankoop overlegd wordt. Deze garantie dekt alleen de kosten van onderdelen die nodig zijn om het product weer in behoorlijke bedrijfsstaat te brengen. Transport en incidentele kosten verbonden aan onder de garantie vallende onderdelen zijn niet terugvorderbaar onder deze garantie. Deze garantie dekt geen defecten die het resultaat zijn van verkeerd gebruik, misbruik, nalatigheid, ongelukken, gebrekkig onderhoud, normale slijtage, wijzigingen, veranderingen, knoeierij, vervuilde brandstoffen, reparatie met verkeerde onderdelen of reparatie door iemand anders dan een erkende handelaar of erkend servicecentrum. De eigenaar is verantwoordelijk voor regelmatig onderhoud. Deze uitdrukkelijke garantie wordt gegeven in plaats van enige andere garantie, expliciet of impliciet, met inbegrip van garanties van verhandelbaarheid en geschiktheid voor een bepaald doel. Van Cranenbroek B.V. neemt geen verantwoordelijkheid op zich voor indirecte, incidentele of vervolgschade. Wij behouden ons het recht voor deze specificaties te allen tijde zonder voorafgaande kennisgeving te wijzigen. De enige garantie die van kracht is, is onze schriftelijke standaard garantie. Wij geven geen andere garantie, expliciet of impliciet. Model Serienummer Datum van aankoop 2701 Industrial Drive P.O. Box 90004 Bowling Green, KY 42102-9004 U.S.A. Schrijf voor informatie naar: DESA International, P.O. Box 90004 Bowling Green, Kentucky 42102-9004 U.S.A. ATTN: Customer Service Department Vermeld in uw schrijven altijd het model- en serienummer.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76

Desa BLP35E Handleiding

Categorie
Waterkokers
Type
Handleiding