29
2. Montagehandleiding
De inbouw van de thermostaat moet worden uitgevoerd door een daartoe bevoegde vakman
met inachtneming van de gebruiks- en montagehandleiding van zowel de thermostaat als de
warmteaccumulator.
Alle elektrische aansluit- en installatiewerkzaamheden dienen te worden uitgevoerd conform de
VDE-bepalingen 0100, de voorschriften van de verantwoordelijke elektriciteitsbedrijven en de
betreffende nationale en regionale voorschriften.
2.1 Technische specificaties
2.2 Verpakkingseenheid
1 Thermostaat met
– verbindingsleiding voor regelaar op- en ontladen
– 6-polige stekkerverbindingen met kabelboom
1 AAN/UIT-schakelaar met 2 schakellussen
1 Regelaar (potmeter) met verbindingsleiding
1 Temperatuurkeuzeschakelaar
1 Gebruiks- en montagehandleiding
1 Temperatuurvoeler met 2 schroeven
1 Schakelschemastickers
1 Bedieningspaneelstickers
2.3 Montage
Voor het begin van de werkzaamheden de warmteaccumulator spanningsvrij maken.
Bij het aansluiten van de warmteaccumulator op een automatische oplaadbesturing kan er ook
spanning op de klemmen A1/Z1 - A2/Z1 staan wanneer de zekeringen zijn verwijderd.
Bij de opstelling van meerdere warmteaccumulatoren naast elkaar moet erop worden gelet dat de
regelaar voor de kamertemperatuur in het apparaat rechtsbuiten wordt geïnstalleerd. Hiermee
wordt gegarandeerd dat de kamertemperatuur perfect kan worden geregistreerd.
2.3.1 Inbouwvolgorde
• Verwijder het luchtin- en uitlaatrooster en de voorwand en rechter zijwand zoals in de gebruiks-
en montagehandleiding van de warmteaccumulator is beschreven.
• Druk de blinde doppen (1) voor schakelaar en temperatuurkeuzeschakelaar met hulpmiddelen
vanuit de schakelkamer uit het bedieningspaneel linksboven en onder.
• Montage van de AAN/UIT-schakelaar:
De zwarte draad (lengte L = 550 mm) en de bruine draad met de platte stekkers op de schakelaar
(2) door de houder (3) steken en vergrendel de houder op het hoekprofiel (4).
Druk de aan-/uitschakelaar (2) met het symbool „I“ rechts in de houder.
• De dentiometer (5) met ingestoken 3-polige aansluitleiding vanuit de schakelruimte met een
bout 4 x 10 mm op de bevestigingsplaat (4) bevestigen. Daarbij moet erop worden gelet dat de
as van de potmeter helemaal naar links is gedraaid (tegen de wijzers van de klok in) en de platte
kant van de as naar rechts wijst.
• 3-polige aansluitleiding van de potmeter achter de bevestigingsplaat langs naar de stekkerplaats
van de ontlaadregelaar leggen (de aansluitleiding daarbij door de kabelhouder op het
bedieningspaneel en op de bevestigingsplaat fixeren).
• De bevestigingsplaat in de schakelruimte - voor de bevestiging van de netaansluitklemmen –
naar voren zwenken nadat de bout in de achterwand is losgedraaid (niet helemaal uitdraaien).
• De verbindingsleiding (X25) van de ontlaadregelaar (A2) op de oplaadregelaar (A1) steken
(pagina 7).
Model
Nominale spanning
Schakelvermogen
Besturingsvermogen
RTi 102 E
1/N/PE ~ 50 Hz 230 V
10 A
–
RTi 103 EP
1/N/PE ~ 50 Hz 230 V
10 A met aanvullende verwarming
100 VA
Voor de gebruiker
Nederlands