Dell Update Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding
Dell Command | Update
Gebruikershandleiding versie 3.1.1
February 2020
Ver. A00
Opmerkingen, voorzorgsmaatregelen,en waarschuwingen
OPMERKING: Een OPMERKING duidt belangrijke informatie aan voor een beter gebruik van het product.
WAARSCHUWING: WAARSCHUWINGEN duiden potentiële schade aan hardware of potentieel gegevensverlies aan en
vertellen u hoe het probleem kan worden vermeden.
GEVAAR: LET OP duidt het risico van schade aan eigendommen, lichamelijk letsel of overlijden aan.
© 2020 Dell Inc. of zijn dochtermaatschappijen. Alle rechten voorbehouden. Dell, EMC, en andere handelsmerken zijn handelsmerken van Dell Inc. of zijn
dochterondernemingen. Andere handelsmerken zijn mogelijk handelsmerken van hun respectieve eigenaren.
Hoofdstuk 1: Dell Command | Update................................................................................................4
Nieuw in Dell Command | Update versie 3.1.2................................................................................................................... 4
Hoofdstuk 2: Dell Command | Update versie 3.1.1 installeren, verwijderen en upgraden.........................5
Ondersteunde besturingssystemen.................................................................................................................................... 5
Dell Command | Update downloaden..................................................................................................................................5
Dell Command | Update installeren..................................................................................................................................... 5
Stille installatie..................................................................................................................................................................6
Dell Command | Update voor Windows 10 verwijderen....................................................................................................6
Dell Command | Update voor Windows 32-bits versie verwijderen................................................................................6
Dell Command | Update upgraden...................................................................................................................................... 6
Hoofdstuk 3: Functies van Dell Command | Update............................................................................ 8
Updates installeren................................................................................................................................................................ 8
Geselecteerde updates......................................................................................................................................................... 8
Selectie aanpassen................................................................................................................................................................ 9
Installatie met afhankelijkheden..........................................................................................................................................10
Geavanceerd driverherstel voor opnieuw installeren van Windows...............................................................................11
Geschiedenis van updates................................................................................................................................................... 11
Geschiedenis van updates weergeven........................................................................................................................ 12
Systeeminformatie weergeven en exporteren................................................................................................................. 12
Activiteitenlogboek...............................................................................................................................................................12
Het activiteitenlogboek weergeven en exporteren....................................................................................................12
Wij willen uw feedback........................................................................................................................................................ 13
Hoofdstuk 4: Dell Command | Update configureren.......................................................................... 14
De algemene instellingen configureren..............................................................................................................................14
De bronlocatie bijwerken............................................................................................................................................... 15
Update-instellingen.............................................................................................................................................................. 15
De updatefilterinstellingen configureren............................................................................................................................16
Instellingen importeren/exporteren................................................................................................................................... 16
Instellingen voor geavanceerd stuurprogramma's herstellen configureren..................................................................16
BIOS....................................................................................................................................................................................... 17
Systeemwachtwoord..................................................................................................................................................... 17
BitLocker uitstellen.........................................................................................................................................................17
Hoofdstuk 5: Dell Command | Update opdrachtregelinterface........................................................... 18
Naslagmateriaal opdrachtregelinterface........................................................................................................................... 18
Command Line Interface foutcodes................................................................................................................................. 26
Hoofdstuk 6: Bibliotheken van derden.............................................................................................30
Inhoudsopgave
Inhoudsopgave 3
Dell Command | Update
Dell Command | Update is een standalone hulpprogramma waarmee u Dell clientsystemen kunt bijwerken met de nieuwste drivers,
BIOS-versie, applicaties en firmware.
Dell Command | Update biedt de volgende voordelen:
Vereenvoudigd systeembeheer en updateproces voor clientsystemen van Dell.
Een gebruiksvriendelijke CLI, die kan worden gebruikt voor het automatisch installeren van drivers en updates.
Een gebruiksvriendelijke GUI, die helpt bij het identificeren en toepassen van de juiste updates voor clientsystemen.
U vindt de andere productgidsen voor referentie op dell.com/support/manuals.
Onderwerpen:
Nieuw in Dell Command | Update versie 3.1.2
Nieuw in Dell Command | Update versie 3.1.2
Dell Command | Update biedt de volgende functies en verbeteringen in deze release:
Verbeterde installatietijd van de applicatie.
Verbeterde tijd voor het controleren op updates.
Probleem met automatisch opnieuw opstarten van het systeem is opgelost.
Het veld Laatste controle in de graphical user interface geeft een nauwkeurigere tijd weer wanneer een controle op updates wordt
uitgevoerd.
Instellingen worden niet meer teruggezet op de standaardwaarden na een upgrade.
De optie -silent voor de opdrachtregelinterface werkt bij de opdracht /importsettings.
De opdrachtregelinterface wordt niet meer afgesloten met een fout bij het configureren van een geldige updateplanning.
1
4 Dell Command | Update
Dell Command | Update versie 3.1.1
installeren, verwijderen en upgraden
Dit gedeelte bevat informatie over het installeren, verwijderen en upgraden van Dell Command | Update.
Er zijn twee downloads beschikbaar voor Dell Command | Update versie 3.1.1:
De Universal Windows Platform-versie, alleen ondersteund op Windows 10 RS1 Build #14393 of hoger voor 64-bits
besturingssystemen
Windows 32-bits versie
Onderwerpen:
Ondersteunde besturingssystemen
Dell Command | Update downloaden
Dell Command | Update installeren
Dell Command | Update voor Windows 10 verwijderen
Dell Command | Update voor Windows 32-bits versie verwijderen
Dell Command | Update upgraden
Ondersteunde besturingssystemen
Het Dell Command | Update 3.1.1 Windows 32-bits pakket ondersteunt de volgende besturingssystemen:
Microsoft Windows 7 (32-bits en 64-bits)
Microsoft Windows 8 (32-bits en 64-bits)
Microsoft Windows 8.1 (32-bits en 64-bits)
Microsoft Windows 10 (32-bits en 64-bits)
Dell Command | Update voor Windows 10 vanaf RS1 Build #14393 (x64) wordt ondersteund.
Dell Command | Update downloaden
De laatste versie downloaden van Dell Command | Update:
1. Ga naar https://www.dell.com/support/article/sln311129.
2. Selecteer afhankelijk van uw vereisten de Universal Windows Platform-versie of de Win32-versie.
3. Klik onder de beschikbare indelingen op Bestand downloaden.
Dell Command | Update installeren
Dell Command | Update installeren:
1. Dubbelklik op het .exe-bestand dat u hebt gedownload vanaf de Dell Support-website.
2. Klik op Installeren.
OPMERKING: U moet beheerdersrechten hebben om Dell Command | Update te kunnen installeren .
3. Klik in het venster Welkom op Volgende.
4. Selecteer in het venster Gebruiksrechtovereenkomst de optie Ik ga akkoord met de voorwaarden in de
gebruiksrechtovereenkomst en klik op Volgende.
5. Klik op Installeren in het venster Installatie starten.
6. Tijdens de installatie hebt u de optie om deel te nemen aan het verbeteringsprogramma voor Dell Command | Update:
Als u wilt deelnemen, selecteert u Ja, ik wil deelnemen aan het programma.
2
Dell Command | Update versie 3.1.1 installeren, verwijderen en upgraden 5
Als u niet wilt deelnemen, selecteert u Nee, ik wil niet deelnemen aan het programma.
7. Klik op Installeren in het scherm Gereed om het programma te installeren .
8. Klik in het scherm Installatie voltooid op Voltooien.
Stille installatie
Als u een stille installatie van Dell Command | Update wilt uitvoeren, voert u de volgende opdracht uit in een opdrachtprompt met
administratorbevoegdheden:
Dell-Command-Update_xxxxx_WIN_y.y.y_A00.EXE /s
Als u het installatielogbestand wilt vastleggen, voert u de volgende opdracht uit:
Dell-Command-Update_xxxxx_WIN_y.y.y_A00.EXE /s /l="C:\log path\log.txt"
Dell Command | Update voor Windows 10 verwijderen
Ga als volgt te werk:
Klik op Start.
Selecteer Configuratiescherm en klik op Programma's of Programma's en onderdelen (Aanbevolen).
Selecteer Dell Command | Update en klik vervolgens op Verwijderen.
Of
Open Windows-instellingen
Selecteer Systeem en klik op Apps en onderdelen
Selecteer Dell Command | Update en klik vervolgens op Verwijderen.
Om Dell Command | Update voor Windows 10 te verwijderen via de opdrachtprompt voert u de volgende opdracht uit met
beheerdersrechten: Dell-Command-Update_xxxxx_WIN_y.y.y_A00.EXE /x
Dell Command | Update voor Windows 32-bits versie
verwijderen
Ga als volgt te werk:
Klik op Start.
Selecteer Configuratiescherm en klik op Programma's of Programma's en onderdelen (Aanbevolen).
Selecteer Dell Command | Update en klik op Verwijderen.
Of doe het volgende in Windows 10-besturingssystemen:
Open Windows-instellingen
Selecteer Systeem en klik op Apps en onderdelen
Selecteer Dell Command | Update en klik op Verwijderen
Als u Dell Command | Update voor Windows 32-bits pakketversie wilt verwijderen via de opdrachtprompt, voert u de volgende opdracht
uit met beheerdersrechten: Dell-Command-Update_XXXXX_ WIN_y.y.y_A00.EXE /x
Dell Command | Update upgraden
U kunt Dell Command | Update op de volgende manieren upgraden:
Handmatige update: Download en installeer Dell Command | Update 3.1.1 vanaf dell.com/support. Zie Updates installeren voor
meer informatie.
Tijdens het installeren van de nieuwe versie vraagt het installatieprogramma om een upgrade. Selecteer Ja om door te gaan met de
upgrade.
OPMERKING:
Upgrades worden als volgt ondersteund:
6 Dell Command | Update versie 3.1.1 installeren, verwijderen en upgraden
U kunt Dell Command | Update voor Windows 10 (Universal Windows Platform) van versie 3.0 of hoger upgraden naar versie
3.1.1.
U kunt Dell Command | Update (Windows 32) van versie 2.4 upgraden naar versie 3.1.1.
Automatische update: Als de applicatie al is geïnstalleerd, start u deze en klikt u op de knop Controleren in het welkomstscherm
om te controleren of er updates zijn. Als nieuwere versies van Dell Command | Update beschikbaar zijn, staat de meest recente
versie van Dell Command | Update vermeld onder Aanbevolen updates. Selecteer de update en installeer de nieuwere versie van de
applicatie.
OPMERKING: Tijdens de upgrade blijven de applicatie-instellingen behouden.
Dell Command | Update versie 3.1.1 installeren, verwijderen en upgraden 7
Functies van Dell Command | Update
Onderwerpen:
Updates installeren
Geselecteerde updates
Selectie aanpassen
Installatie met afhankelijkheden
Geavanceerd driverherstel voor opnieuw installeren van Windows
Geschiedenis van updates
Systeeminformatie weergeven en exporteren
Activiteitenlogboek
Wij willen uw feedback
Updates installeren
Zo kunt u controleren op updates en updates installeren op een Dell-systeem:
1. Klik in het venster Welkom op CONTROLEREN.
De taak Controleren op updates wordt gestart en het venster Controleren op updates wordt weergegeven.
De taak Controleren op updates omvat de volgende stappen:
Het controleren op bij te werken onderdelen
Het scannen naar systeemapparaten
Het bepalen van beschikbare updates
Het venster Controleren op updates geeft de status van de systeemscan weer. Als er updates worden gevonden, vraagt Dell
Command | Update u om de updates te installeren.
Als er geen updates worden gevonden, wordt het bericht Er zijn geen updates beschikbaar weergegeven, wat aangeeft dat de
applicaties, firmware en drivers up-to-date zijn. Klik op Sluiten om Dell Command | Update af te sluiten.
Afhankelijk van de beschikbare updates en de ingestelde voorkeuren wordt het bericht Geen updates beschikbaar weergegeven. Dit
bericht wordt weergegeven in het volgende geval:
Als de standaardfilters zijn gewijzigd en er geen updates worden gevonden op basis van de filtercriteria, wijzigt u de filtercriteria om
beschikbare updates te verkrijgen.
Wanneer u de standaard Updatefilter-voorkeuren behoudt en er geen update beschikbaar zijn, doet u het volgende.
2. Klik op DETAILS WEERGEVEN om de updates te kiezen die u op het systeem wilt installeren. Het venster Selectie aanpassen
wordt weergegeven.
Zie Updates aanpassen voor meer informatie.
3. (Optioneel) Als u wilt dat Dell Command | Update het systeem na het installeren van updates automatisch opnieuw opstart, selecteert
u Systeem automatisch opnieuw opstarten (indien nodig).
4. Klik op INSTALLEREN om de geselecteerde updates op het systeem te installeren.
OPMERKING:
Als u op ANNULEREN klikt tijdens de installatie, draait Dell Command | Update de reeds toegepaste updates niet
terug en wordt het scherm Welkom weer weergegeven.
Geselecteerde updates
Klik in het venster Welkom op CONTROLEREN om de taak Controleren op updates uit te voeren. Als er updates beschikbaar zijn voor
het systeem, wordt het venster Geselecteerde updates weergegeven.
Het updatesoverzicht wordt weergegeven naast de kop in de indeling — update type <x of y; z MB> in megabytes (MB):
3
8 Functies van Dell Command | Update
'x' is het aantal updates dat moet worden gedownload.
'y' is het totale aantal beschikbare updates.
'z' is de grootte van de beschikbare updates.
De updates worden op basis van prioriteit als volgt beschreven:
Essentiële updates — Deze updates zijn belangrijk voor het verbeteren van de betrouwbaarheid, beveiliging en beschikbaarheid van
het systeem.
Aanbevolen updates — Deze updates worden aanbevolen voor installatie op het systeem.
Optionele updates — Deze updates zijn optionele updates.
Dell Docking Solution — Deze updates zijn voor de Dell Docking Solution.
OPMERKING:
Als de optie Dell Docking Solution wordt geselecteerd, geldt het volgende:
De updates voor Dell Docking Solution kunnen niet worden verwijderd uit het venster Selectie aanpassen.
De optie Het systeem automatisch opnieuw opstarten (indien vereist) is geselecteerd en kan niet worden
uitgeschakeld.
Het systeem wordt mogelijk meerdere keren opnieuw opgestart en de installatie wordt voortgezet.
Eén of meer categorieën (Essentiële, Aanbevolen, Optionele updates) zijn geselecteerd en kunnen niet worden verwijderd als
er updates zijn die deel uitmaken van Dell Docking Solution.
De optie Dell Docking Solution wordt niet weergegeven als er geen updates beschikbaar zijn voor Dell Docking Solution.
Er verschijnt een waarschuwingsbericht als:
Een te installeren update een interimversie van het hulpprogramma vereist. Als er meerdere afhankelijkheden voor een update zijn,
installeert Dell Command | Update de nieuwst mogelijke versie. Voor deze taak kunnen meerdere updatecycli nodig zijn. Voor meer
informatie, zie Installatie met afhankelijkheden.
U kunt sommige updates alleen installeren als de voedingsadapter op het systeem is aangesloten.
Selectie aanpassen
Klik in het scherm Geselecteerde updates op Details weergeven om het venster Selectie aanpassen weer te geven. In dit venster
vindt u alle gegevens over de beschikbare updates, zoals naam, grootte, de releasedatum van het onderdeel en nog veel meer. Hiermee
kunt u de updates kiezen die u voor het systeem wilt gebruiken. De updates zijn gegroepeerd op basis van de toegewezen belangrijkheid.
Tabel 1. Opties voor selectie aanpassen
Gebruikersinterface Beschrijving
Essentiële updates (x van y; z MB) Bekijk de essentiële updates die voor het systeem beschikbaar zijn. U kunt ook de
essentiële updates selecteren. De updates bevatten de volgende informatie:
Naam van de update.
Onder de grootte van de update staat het geschatte aantal bytes dat nodig is om
de update te downloaden.
De releasedatum van de update.
Een informatiepictogram bevat aanvullende informatie. Beweeg de muisaanwijzer
over het pictogram om de informatie weer te geven.
Afhankelijk van het type update en de installatievereisten, kan er links van de
update een pictogram worden weergegeven.
Een koppeling naar de volledige documentatie van de updates is beschikbaar op
de supportwebsite.
Aanbevolen updates (x van y; z MB) Bekijk de aanbevolen updates die voor het systeem beschikbaar zijn. De updates
bevatten de volgende informatie:
Naam van de update.
Onder de grootte van de update staat het geschatte aantal bytes dat nodig is om
de update te downloaden.
De releasedatum van de update.
Een informatiepictogram bevat aanvullende informatie. Beweeg de muisaanwijzer
over het pictogram om de informatie weer te geven.
Afhankelijk van het type update en de installatievereisten, kan er links van de
update een pictogram worden weergegeven.
Functies van Dell Command | Update 9
Tabel 1. Opties voor selectie aanpassen (vervolg)
Gebruikersinterface Beschrijving
Een koppeling naar de volledige documentatie van de updates is beschikbaar op
de supportwebsite.
Optionele updates (x van y; z MB) Bekijk de optionele updates die voor het systeem beschikbaar zijn. De updates
bevatten de volgende informatie:
Naam van de update.
Onder de grootte van de update staat het geschatte aantal bytes dat nodig is om
de update te downloaden.
De releasedatum van de update.
Een informatiepictogram bevat aanvullende informatie. Beweeg de muisaanwijzer
over het pictogram om de informatie weer te geven.
Afhankelijk van het type update en de installatievereisten, kan er links van de
update een pictogram worden weergegeven.
Een koppeling naar de volledige documentatie van de updates is beschikbaar op
de supportwebsite.
Alles selecteren Hiermee selecteert u alle essentiële, aanbevolen en optionele updates voor de
installatie.
OPMERKING: Sommige updates kunnen niet worden geselecteerd als niet aan
de installatievereiste wordt voldaan. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn als de
voedingsadapter niet is aangesloten, of als BitLocker is ingeschakeld maar de
automatische opschorting van BitLocker niet.
Tabel 2. Opties voor Selectie aanpassen
Gebruikersinterface Beschrijving
Als dit pictogram naast een update wordt geopend, sluit u een voedingsadapter op het systeem aan om het
updatepakket toe te passen. Dit geldt alleen voor BIOS- en firmware-updates op laptop- of tabletsystemen.
Als dit pictogram naast een BIOS-update wordt weergegeven, betekent dit dat BitLocker op het systeem
is ingeschakeld. Als u deze update wilt toepassen, moet de optie BitLocker automatisch uitstellen zijn
geselecteerd in de Instellingen.
Klik om een tooltipvenster weer te geven met daarin aanvullende informatie over het updatepakket.
Klik om de webpagina dell.com/support te openen en alle gegevens over dit updatepakket te bekijken.
Als dit pictogram verschijnt naast een update, geeft dit aan dat het een onderdeel van een Docking
Solution-update is.
Gebruik de selectievakjes naast de update om updatepakketten te selecteren. Met het selectievakje boven aan de kolom kunt u alle
updates in het venster Selectie aanpassen selecteren.
Installatie met afhankelijkheden
Dell Command | Update gebruikt updatepakketten om de nieuwste updates voor een systeem te bepalen. Een pakket bevat verbeterde
functies of wijzigingen in het BIOS, de firmware, drivers, applicaties en software. Meestal voert de update zelf de pre-installatie en
toepasselijke afhankelijkheden uit; de update kan echter ook afhankelijk zijn, zoals hier omschreven:
Afhankelijkheden binnen een onderdeel: Deze updates zijn van hetzelfde type als BIOS-updates en moeten in een bepaalde
volgorde worden geïnstalleerd of bijgewerkt. Hiervoor zijn mogelijk meerdere scans en updates vereist.
Stel bijvoorbeeld dat op uw systeem versie A01 van het BIOS is geïnstalleerd. Versie A05 is de laatste beschikbare update, maar vereist
dat versie A03 geïnstalleerd is. Dell Command | Update werkt het systeem bij naar versie A03 voordat een update naar versie A05 is
toegestaan.
OPMERKING:
De gebruiker moet dan meer dan één updatecyclus starten voordat het systeem volledig is bijgewerkt naar de
meest recente versie(s).
10 Functies van Dell Command | Update
Afhankelijkheden van andere onderdelen: als de update van een onderdeel vereist dat een update wordt geïnstalleerd vóór een
ander afhankelijk onderdeel van een ander updatetype, moet het afhankelijke onderdeel worden bijgewerkt voordat het geselecteerde
onderdeel kan worden bijgewerkt naar de aanbevolen versie.
Stel bijvoorbeeld dat uw systeem een firmware-update nodig heeft. Om van de firmware van het systeem te kunnen bijwerken, moet u
eerst het BIOS naar een minimaal vereiste versie bijwerken. Dell Command | Update werkt het BIOS naar de vereiste versie bij voordat
de firmware van het systeem wordt bijgewerkt.
OPMERKING: Wanneer de toepassing een systeemupdate initieert, zijn meerdere updatecycli nodig voordat het systeem is
bijgewerkt naar de nieuwste beschikbare versie(s).
OPMERKING: Als voor de update die u wilt installeren een afhankelijkheid geldt, laat Dell Command | Update u dit tijdens het
updateproces weten via een informatieve melding.
OPMERKING: Niet-afhankelijke en onderling afhankelijke updates worden geïnstalleerd vóór de updates binnen componenten.
Geavanceerd driverherstel voor opnieuw installeren van
Windows
Met behulp van deze stappen kunt u een driver van een systeemapparaat downloaden en installeren voor een nieuw geïnstalleerd
besturingssysteem:
1. Klik in het venster Welkom op hier klikken om een volledige driverbibliotheek te downloaden en te installeren.
OPMERKING: Het downloaden van de volledige driverbibliotheek voor het systeem verloopt automatisch.
OPMERKING: Dit proces kan kosten met zich meebrengen als u een netwerkverbinding met verbruiksmeter hebt.
Het scherm Driverherstel wordt voorbereid wordt weergegeven en de drivers worden geïnstalleerd. Hierna volgen de diverse
statusberichten die worden weergegeven tijdens de installatie:
Controleren op onderdeelupdates.
Scannen van systeemapparaten: Hierbij wordt het systeem gescand en wordt informatie verzameld over het systeem.
Systeemdriversbibliotheek zoeken: Zoekt de te downloaden systeemdriverbibliotheek.
Download starten: Het downloaden van de driverbibliotheek wordt gestart.
Drivers uitpakken: Nadat de bibliotheek met systeemdrivers is gedownload, worden de drivers uitgepakt voor installatie op het
systeem.
Installatie voorbereiden: hierbij wordt de voortgang van de validatie van de digitale handtekening aangegeven en wordt er een
herstelpunt gemaakt voor het besturingssysteem.
Stuurprogramma's installeren: geeft de installatiestatus weer met de indeling x van y, waarbij 'x' het aantal stuurprogramma's is
dat wordt geïnstalleerd en 'y' het totale beschikbare aantal stuurprogramma's. Schakel het selectievakje Systeem automatisch
opnieuw opstarten (indien vereist) in om het systeem automatisch opnieuw op te starten nadat de stuurprogramma's zijn
geïnstalleerd.
Installatie voltooid: Het resultaat van de installatie van de drivers wordt weergegeven in de indeling ‘x van y gelukt', waarbij 'x' staat
voor het aantal geïnstalleerde drivers en 'y' voor het aantal beschikbare drivers.
Klik op ANNULEREN om deze activiteit af te sluiten en terug te keren naar het venster Welkom.
2. Nadat de installatie van het stuurprogramma's voltooid is, klikt u SLUITEN om terug te keren naar het venster Welkom.
Zie de sectie Updates installeren voor meer informatie over het bijwerken van de systeemdrivers naar hun meest recente versie.
Geschiedenis van updates
U kunt in het scherm Geschiedenis van updates informatie bekijken over de updates die eerder op het systeem zijn geïnstalleerd. De
gegevens omvatten de naam van de update, het type update, de datum waarop de update voor het laatst is geïnstalleerd en de versie van
de update die op het systeem is geïnstalleerd.
Functies van Dell Command | Update
11
Geschiedenis van updates weergeven
Als u de geschiedenis van updates wilt bekijken:
1. Klik in het venster Welkom op Geschiedenis van updates.
Het scherm Geschiedenis van updates bevindt zich in het linkerdeelvenster van het hoofdscherm.
2. Klik op SLUITEN om terug te gaan naar het venster Welkom.
Systeeminformatie weergeven en exporteren
Systeeminformatie weergeven en exporteren:
1. Klik in het venster Welkom op Systeemgegevens.
Het scherm Systeeminformatie wordt weergegeven met systeemgegevens, zoals de naam, beschrijving, versie van het
besturingssysteem, BIOS, drivers en applicaties.
2. Klik op EXPORTEREN om de systeemgegevens op te slaan in .xml-indeling.
3. Klik op SLUITEN om terug te gaan naar het venster Welkom.
Activiteitenlogboek
Met het activiteitenlogboek kunt u updates bekijken die op het systeem zijn geïnstalleerd en kunt u storingen of problemen opsporen. De
activiteiten die in Dell Command | Update worden gegenereerd, worden als volgt geclassificeerd:
Normaal: normale berichten bieden details op hoog niveau over de updates of fouten.
Debug: foutopsporingsberichten geven gedetailleerde informatie over de updates of fouten.
ActivityLog.xml wordt opgeslagen als een .xml-tekstbestand op deze locatie: C:\ProgramData\Dell\UpdateService\Log.
Het hoofdelement van het logboek bevat de naam van het product en de versie die is geïnstalleerd op het systeem. De onderliggende
elementen onder het hoofdelement worden als volgt weergegeven:
Tabel 3. Elementen onder hoofdelement
Naam element Beschrijving
<level> Niveau activiteitenlogboek
<timestamp> Tijdstempel van het moment waarop de activiteit werd aangemaakt
<source> De bewerking van de applicatie waarin de activiteiten werden gegenereerd
<message> Gedetailleerde informatie over de activiteit
<data> Geeft aanvullende informatie aan voor de activiteit
Het activiteitenlogboek weergeven en exporteren
Het activiteitenlogboek weergeven en exporteren:
1. Klik in het venster Welkom op Activiteitenlogboek.
Het venster Activiteitenlogboek wordt weergegeven.
Standaard wordt een lijst weergegeven met de activiteiten die in de laatste 7 dagen, 15 dagen, 30 dagen, 90 dagen of het afgelopen
jaar hebben plaatsgevonden. U kunt de periode configureren in het vervolgkeuzemenu
2. Kies in vervolgkeuzelijst het aantal dagen waarvoor u de update-activiteiten wilt bekijken. Als u bijvoorbeeld de afgelopen 15 dagen
selecteert, ziet u update-activiteiten die Dell Command | Update de afgelopen 15 dagen heeft uitgevoerd.
OPMERKING: U kunt op klikken om meer informatie over het logboekbericht te bekijken, zoals foutmeldingen van de
applicatie. Deze informatie bevindt zich ook in het geëxporteerde logboekbestand.
OPMERKING: U kunt ook op Waarschuwing klikken naast logboekitems voor fouten of storingen om informatie weer te geven
over het vermijden van mogelijke schade of problemen.
12 Functies van Dell Command | Update
3. Als u de kolommen opnieuw wilt rangschikken of sorteren op datum of berichttype, klikt u op naast Datum of Bericht of Meer
info.
4. Klik op EXPORTEREN om het activiteitenlogboek te exporteren in .xml-indeling.
5. Klik op Opslaan als u de wijzigingen wilt opslaan of klik op Annuleren om terug te gaan naar de laatst opgeslagen instellingen.
6. Klik op SLUITEN om terug te gaan naar het venster Welkom.
Wij willen uw feedback
U kunt de feedback over het product geven door te klikken op de koppeling Wij willen uw feedback links onderin het linkerdeelvenster
op de welkomstpagina.
OPMERKING: U kunt de feedback anoniem publiceren.
Functies van Dell Command | Update 13
Dell Command | Update configureren
In het scherm Instellingen kunt u instellingen voor download- en storagelocaties van updates configureren en wijzigen, filters wijzigen,
het downloaden van updates plannen, internetproxy-, import- of exportinstellingen instellen en de downloadlocatie van driverbliotheken
instellen. Het venster heeft de volgende tabbladen:
Algemeen: Zie Algemene instellingen configureren voor informatie over het configureren of wijzigen van locaties voor het downloaden
en opslaan van updates en voor internetproxy-instellingen.
Update-instellingen: zie Update-instellingen voor informatie over het configureren van de planning van systeemupdates.
Updatefilter: Zie De instellingen voor het updatefilter configureren voor informatie over het wijzigen en opslaan van filteropties voor
updates.
Importeren/exporteren: zie Instellingen importeren of exporteren voor informatie over het importeren en exporteren van
instellingen.
Geavanceerd drivers herstellen: zie De instellingen voor Geavanceerd drivers herstellen configureren voor informatie over het
configureren van de locatie voor het downloaden van driverbibliotheken.
BIOS: zie BIOS-instellingen voor informatie over het opslaan van het BIOS-wachtwoord als applicatie-instelling.
Licenties van derden: Hiermee kunt u kennisgevingen weergeven van de open source-software die wordt gebruikt tijdens het
aanmaken.
Klik op Standaardinstellingen herstellen om terug te gaan naar de standaardinstellingen van de applicatie.
OPMERKING: Als er een beleid wordt toegepast door uw beheerder is de optie Standaardinstellingen herstellen uitgeschakeld.
Onderwerpen:
De algemene instellingen configureren
Update-instellingen
De updatefilterinstellingen configureren
Instellingen importeren/exporteren
Instellingen voor geavanceerd stuurprogramma's herstellen configureren
BIOS
De algemene instellingen configureren
Op het tabblad Algemeen kunt u de locatie van de broncatalogus bijwerken, de downloadlocatie bijwerken en internetproxyinstellingen
configureren of wijzigen en Dell toestemming geven om informatie over de update-ervaring te verzamelen.
De algemene instellingen configureren:
1. Klik in de titelbalk op Instellingen.
Het scherm Instellingen wordt weergegeven.
2. Klik onder Locatie downloadbestanden, op Bladeren om de standaardlocatie in te stellen of om de standaardlocatie voor het
opslaan van de gedownloade updates te wijzigen.
OPMERKING:
Dell Command | Update verwijdert de updatebestanden automatisch van deze locatie zodra de updates
geïnstalleerd zijn.
3. Klik onder Locatie updatebronnen op Nieuw om een locatie toe te voegen voor het downloaden van de updates. Zie voor meer
informatie de sectie Bronlocatie bijwerken.
4. Indien gewenst, kunt u de internetproxy-instellingen opgeven.
Als u de huidige internetproxy-instellingen wilt gebruiken, selecteert u Huidige internetproxy-instelling gebruiken.
Als u een proxyserver en poort wilt configureren, selecteert u Aangepaste proxy-instelling. Als u proxyverificatie wilt
inschakelen, schakelt u het selectievakje Proxyverificatie gebruiken in en geeft u een proxyserver, proxypoort, gebruikersnaam
en wachtwoord op.
OPMERKING: De inloggegevens gebruikersnaam en wachtwoord worden versleuteld en opgeslagen.
5. Als u het Dell verbeteringsprogramma wilt gebruiken, selecteert u de optie Ik ga ermee akkoord dat Dell informatie verzamelt en
gebruikt voor het verbeteren van haar producten en diensten onder Gebruikerstoestemming in de sectie Algemeen.
4
14 Dell Command | Update configureren
OPMERKING: Het Dell verbeteringsprogramma verzamelt data over de bewerkingen die worden uitgevoerd in de applicatie. Op
basis daarvan kan Dell proactieve stappen nemen om Dell Command | Update te verbeteren.
OPMERKING: Het Dell verbeteringsprogramma verzamelt geen persoonsgegevens (PII).
6. Klik op OK om de wijzigingen op te slaan of klik op ANNULEREN om de instellingen te annuleren en terug te keren naar het venster
Welkom.
De bronlocatie bijwerken
Bronlocatie bijwerken geeft de lijst weer met alle geconfigureerde updatebronlocaties.
De standaardlocatie is downloads.dell.com. U kunt echter meerdere bronlocaties toevoegen die Dell Command | Update probeert te
openen bij het controleren op updates.
Een bronlocatie toevoegen:
1. Klik op BLADEREN.
2. Navigeer naar de locatie van het bestand en selecteer vervolgens het bestand catalog.cab
3. Klik op + om de nieuwe bronlocatie toe te voegen.
4. Met behulp van de pijlen omhoog/omlaag die bij de vermelde bronlocatie horen kunt u prioriteit aan deze locaties toekennen.
5. Klik op x om het pad van de bronlocatie uit de lijst te verwijderen.
OPMERKING: Dell Command | Update maakt gebruik van de eerste bronlocatie of catalogus die kan worden geladen. Dell
Command | Update laadt niet elke vermelde bronlocatie en voegt de inhoud ervan ook niet samen. Dell Command | Update
controleert niet op handtekeningen op een bronlocatie die niet beschikbaar is op de website Dell.com.
Update-instellingen
U kunt Dell Command | Update configureren om automatisch te controleren op systeemupdates volgens een bepaalde planning.
Voer de volgende stappen uit om de planning voor het controleren op updates te configureren:
1. Klik in de titelbalk op Instellingen.
2. Klik in het scherm Instellingen op Updatefilter.
3. Selecteer onder Automatisch op updates controleren > Op updates controleren een van de volgende opties:
Alleen handmatige updates - Als u deze optie selecteert, voert Dell Command | Update geen geplande updates uit en worden
alle andere velden op deze pagina niet verborgen. Klik in het venster Welkom op Controleren om handmatig op updates te
controleren.
Automatische updates - Als u deze optie selecteert, voert Dell Command | Update automatisch updates op het systeem uit. Er
wordt elke drie dagen gecontroleerd op updates. Als er nieuwe updates worden gevonden, bepalen de instellingen onder Wanneer
updates zijn gevonden de acties die worden uitgevoerd.
Wekelijkse updates - Als u deze optie selecteert, voert Dell Command | Update de updates één keer per week uit op het
systeem. U kunt De tijd selecteren en De dag van de week selecteren om de updates uit te voeren.
Maandelijkse updates - Als u deze optie selecteert, voert Dell Command | Update de updates één keer per maand uit op het
systeem. U kunt De tijd selecteren en De dag van de maand selecteren om de updates uit te voeren.
OPMERKING:
Als de geselecteerde dag voor een bepaalde maand niet beschikbaar is, worden de updates uitgevoerd op de
laatste dag van die specifieke maand.
U kunt de uit te voeren actie selecteren en de weer te geven melding Wanneer updates zijn gevonden. De opties zijn:
a. Alleen kennisgeving - Waarschuwen wanneer updates beschikbaar zijn en klaar zijn om te worden geïnstalleerd
b. Updates downloaden - Waarschuwen wanneer de updates gedownload zijn en klaar zijn om te worden geïnstalleerd
c. Updates downloaden en installeren - Waarschuwen nadat de updates zijn geïnstalleerd
Als u Updates downloaden en installeren (kennisgeving wanneer voltooid) selecteert, dient u het tijdsinterval te
selecteren waarna u wilt dat het systeem automatisch opnieuw wordt opgestart.
4. Klik op OK om de wijzigingen op te slaan of klik op ANNULEREN om de instellingen terug te draaien en terug te keren naar het
venster Welkom.
Dell Command | Update configureren
15
Nadat u de controle op updates hebt gepland en als er updates beschikbaar zijn, wordt de lijst met updates weergegeven in het
venster Klaar voor installatie.
OPMERKING: U moet Dell Command | Update afsluiten als u updateplanningen wilt uitvoeren.
De updatefilterinstellingen configureren
In het tabblad Updatefilter kunt u de filters configureren op basis van de updatefiltercriteria.
De instellingen van het updatefilter configureren:
1. Klik in de titelbalk op Instellingen.
2. Klik in het scherm Instellingen op Updatefilter.
3. Selecteer een van de volgende opties onder Wat downloaden:
Updates voor deze systeemconfiguratie (Aanbevolen) - Selecteer deze optie om alle beschikbare updates op te halen die
specifiek voor de configuratie van dit systeem bedoeld zijn.
Alle updates voor dit systeemmodel - Selecteer deze optie om alle voor het systeemmodel beschikbare updates op te halen.
4. Selecteer onder Updates aanpassen het aanbevelingsniveau van de update, het type update en de apparaatcategorie.
5. Klik op OK om de wijzigingen op te slaan of klik op ANNULEREN om de laatst opgeslagen instellingen te herstellen en terug te keren
naar het venster Welkom.
Instellingen importeren/exporteren
Via het tabblad Importeren/Exporteren kunt u de configuratie-instellingen opslaan in de vorm van een .xml-bestand. Met behulp van
een .xml-bestand kunt u de instellingen op een ander systeem overzetten en ook instellingen uit een ander systeem importeren. Met
deze .xml-bestanden kunt u gemeenschappelijke configuratie-instellingen voor alle geïnstalleerde instanties van Dell Command | Update
binnen de organisatie maken.
De configuratie-instellingen importeren of exporteren:
1. Klik in de titelbalk op Instellingen.
2. Klik in het venster Instellingen op Importeren/Exporteren.
3. Klik op EXPORTEREN om de instellingen voor Dell Command | Update in .xml-indeling op het systeem op te slaan.
4. Klik op IMPORTEREN om de instellingen voor Dell Command | Update uit een eerder geëxporteerd instellingenbestand te importeren.
5. Klik op OK om de wijzigingen op te slaan of klik op ANNULEREN om de instellingen terug te draaien en terug te keren naar het
venster Welkom.
Instellingen voor geavanceerd stuurprogramma's
herstellen configureren
In het tabblad Geavanceerd stuurprogramma's herstellen kunt u de locatie configureren vanwaar de stuurprogrammabibliotheek voor
een nieuw of hersteld systeem moet worden gedownload.
U kunt de instellingen voor Geavanceerd stuurprogramma's herstellen als volgt configureren:
1. Klik in de titelbalk op Instellingen.
2. Klik in het venster Instellingen op Advanced Driver Restore.
3. Klik op Inschakelen om de optie Geavanceerd stuurprogramma's herstellen voor nieuwe installatie Windows weer te geven
op het scherm Welkom.
OPMERKING:
De functie is standaard:
Wanneer u Dell Command | Update op uw systeem hebt geïnstalleerd, is de functie Geavanceerd drivers herstellen voor
nieuwe installatie ingeschakeld.
Als Dell Command | Update in de fabriek is geïnstalleerd, is de functie Geavanceerd stuurprogramma's herstellen voor
nieuwe installatie uitgeschakeld.
Nadat de stuurprogramma's op het systeem zijn geïnstalleerd, wordt de functie uitgeschakeld.
16 Dell Command | Update configureren
4. Kies een van de volgende opties:
Download de stuurprogrammabibliotheek van de site dell.com/support (Aanbevolen)
Gebruik de opgegeven stuurprogrammabibliotheek: als u de stuurprogrammabibliotheek wilt downloaden van een lokale
locatie of van een netwerk. Klik op Bladeren om de locatie op te geven.
5. Klik op OK om de wijzigingen op te slaan of klik op ANNULEREN om de laatst opgeslagen instellingen te herstellen en terug te keren
naar het venster Welkom.
BIOS
Systeemwachtwoord
1. Klik in de titelbalk op Instellingen.
2. Klik in het scherm Instellingen op BIOS.
3. Voer een waarde in het veld Wachtwoord in het venster Systeemwachtwoord in. U kunt op Wachtwoord weergeven klikken om
het wachtwoord in het veld Wachtwoord te bekijken.
OPMERKING: De waarde in het veld Wachtwoord blijft behouden, zelfs wanneer het tabblad Instellingen wordt gesloten en
opnieuw wordt geopend.
OPMERKING: Het in het BIOS geconfigureerde Systeemwachtwoord is het wachtwoord dat nodig is voor het uitvoeren van
de BIOS-updates.
4. Klik op Standaardinstellingen herstellen en controleer of het veld Wachtwoord leeg is.
BitLocker uitstellen
Dell Command | Update ondersteunt de mogelijkheid om BIOS-updates te installeren, zelfs als BitLocker-versleuteling is ingeschakeld op
het opstartstation van het systeem. Deze functie stelt BitLocker uit terwijl het BIOS wordt bijgewerkt en hervat de BitLocker-versleuteling
zodra het BIOS is geüpgraded.
Dell Command | Update biedt een selectievakje in het scherm BIOS-instellingen om BitLocker automatisch te onderbreken en de
volgende waarschuwing weer te geven: Warning: Automatically suspending BitLocker drive encryption must be
executed in a secure environment to safeguard the drive security.
Als BitLocker is ingeschakeld, worden de volgende opties toegepast:
Wanneer een BIOS-update beschikbaar is en is geselecteerd en de optie BitLocker automatisch uitstellen is ingeschakeld, wordt de
optie Het systeem automatisch opnieuw opstarten (indien nodig) ingeschakeld. Deze optie is standaard uitgeschakeld. Wanneer
de BIOS-update is geïnstalleerd, wordt BitLocker tijdelijk opgeschort om de BIOS-updates toe te passen. Nadat het BIOS en andere
updates zijn geïnstalleerd, wordt het systeem automatisch opnieuw opgestart om de BIOS-update te voltooien en wordt BitLocker
opnieuw ingeschakeld.
Als er een BIOS-update aanwezig is in de lijst van het scherm Geselecteerde updates, wordt er een BitLocker-pictogram
weergegeven aan de linkerkant van de update.
U kunt ervoor kiezen om BitLocker automatisch uit te stellen. De BIOS-update wordt gedeselecteerd en uitgeschakeld.
OPMERKING:
Door de muisaanwijzer over het pictogram te bewegen, wordt het volgende bericht weergegeven: This
update is blocked because BitLocker is enabled on this system. If you want to install this
update, please check Automatically suspend BitLocker in the BIOS settings pane.
De opdrachtregelinterface Dell Command | Update biedt een soortgelijke opdrachtregeloptie -
autoSuspendBitLocker=<enable|disable> om BitLocker automatisch uit te stellen als er een update voor het
besturingssysteem moet worden geïnstalleerd. Als u deze optie uitschakelt, wordt de installatie van BIOS-updates geblokkeerd
wanneer BitLocker is ingeschakeld op het opstartstation van het besturingssysteem. Raadpleeg het gedeelte Dell Command | Update
opdrachtregelinterface-opties voor meer informatie.
Dell Command | Update configureren
17
Dell Command | Update
opdrachtregelinterface
Dell Command | Update biedt een opdrachtregelversie van de applicatie die kan worden gebruikt bij batch- en scriptscenario's.
Met de CLI kunnen administrators voor volgende updates een geautomatiseerde infrastructuur voor externe implementatie gebruiken.
Het biedt basisopties zonder interactieve gebruikersprompts en bevat niet alle functies die kunnen worden uitgevoerd met behulp van de
GUI-versie van Dell Command | Update.
De CLI uitvoeren: Start de opdrachtprompt als Administrator, ga naar %PROGRAMFILES%\Dell\CommandUpdate en voer de
opdracht dcu-cli.exe uit in de opdrachtprompt.
U kunt als volgt meer informatie over de opdrachten en opties die beschikbaar zijn in Dell Command | Update weergeven: Voer de
opdracht dcu-cli.exe /help uit.
OPMERKING:
U kunt sommige updates alleen installeren als de netadapter op het systeem is aangesloten.
Bij sommige updates moet het systeem opnieuw worden gestart om de installatie te voltooien. Het systeem wordt echter niet
automatisch opnieuw gestart.
Onderwerpen:
Naslagmateriaal opdrachtregelinterface
Command Line Interface foutcodes
Naslagmateriaal opdrachtregelinterface
De volgende tabel bevat informatie over de CLI-opties die beschikbaar zijn in Dell Command | Update.
De CLI-syntaxis is als volgt:
/<command> -option1=value1 -option2=value2 -option3=value3...
OPMERKING: Er mag geen spatie achter de schuine streep staan wanneer u de opdracht geeft.
OPMERKING: Als de paden van de bestanden of mappen spaties bevatten, moeten de optiewaarden dubbele aanhalingstekens
bevatten.
Tabel 4. Dell Command | Update CLI-opdrachten
CLI-opties Beschrijving Syntaxis Ondersteunde opties
/help of -help Geeft gebruiksgegevens weer.
OPMERKING: Elke andere opdracht die
met deze opdracht is opgegeven, wordt
genegeerd.
dcu-cli.exe /help
Niet van toepassing
/?
Geeft gebruiksgegevens weer.
OPMERKING: Elke andere opdracht die
met deze opdracht is opgegeven, wordt
genegeerd.
dcu-cli.exe /?
Niet van toepassing
-?
Geeft gebruiksgegevens weer.
OPMERKING: Elke andere opdracht die
met deze opdracht is opgegeven, wordt
genegeerd.
dcu-cli.exe -?
Niet van toepassing
5
18 Dell Command | Update opdrachtregelinterface
Tabel 4. Dell Command | Update CLI-opdrachten (vervolg)
CLI-opties Beschrijving Syntaxis Ondersteunde opties
/version
Geeft de versie weer.
OPMERKING: Elke andere opdracht die
met deze opdracht is opgegeven, wordt
genegeerd.
dcu-cli.exe /
version
Niet van toepassing
/configure
Hiermee kunt u Dell Command | Update
configureren op basis van de instellingen in de
ondersteunde opties.
OPMERKING: De opties die hier worden
doorgegeven, zijn permanent, beschikbaar
gedurende de levensduur van de applicatie
op het systeem.
dcu-cli.exe /
configure -
<option>=<value>
Examples:
dcu-cli.exe /
configure -
userConsent=disabl
e
-importSettings
-exportSettings
-lockSettings
-
advancedDriverRe
store
-
driverLibraryLoc
ation
-catalogLocation
-
downloadLocation
-updateSeverity
-updateType
-
updateDeviceCate
gory
-userConsent
-biosPassword
-customProxy
-
proxyAuthenticat
ion
-proxyHost
-proxyPort
-proxyUserName
-proxyPassword
-scheduleWeekly
-scheduleMonthly
-scheduleManual
-scheduleAuto
-scheduleAction
-scheduledReboot
-silent
-outputLog
-restoreDefaults
-
autoSuspendBitLo
cker
Opties die elkaar
uitsluiten
Dell Command | Update opdrachtregelinterface
19
Tabel 4. Dell Command | Update CLI-opdrachten (vervolg)
CLI-opties Beschrijving Syntaxis Ondersteunde opties
Deze opties kunnen
niet worden gebruikt
met de onderstaande
specifieke opdrachten:
-importSettings,
- exportSettings,
-lockSettings.
OPMERKING:
Deze optie kan niet
worden gebruikt
met andere opties,
behalve met -
outputLog en -
silent
-scheduleAuto, -
scheduleManual, -
scheduleMonthly,
-scheduleWeekly
/scan
Voert een systeemscan uit om de updates voor
de huidige systeemconfiguratie te bepalen.
OPMERKING: De hier doorgegeven opties
zijn slechts voor eenmalig gebruik, voor die
huidige run.
dcu-cli.exe /scan
-<option>=<value>
Ex: dcu-cli.exe /
scan
dcu-cli.exe /scan
dcu-cli.exe /scan
-
updateType=bios,fi
rmware
-silent
-outputLog
-updateSeverity
-updateType
-
updateDeviceCate
gory
-catalogLocation
-report
/applyUpdates
Hiermee worden alle updates voor de huidige
systeemconfiguratie toegepast.
OPMERKING: De hier doorgegeven opties
zijn slechts voor eenmalig gebruik, voor die
huidige run.
dcu-cli.exe /
applyUpdates -
<option>=<value>
Ex: dcu-cli.exe /
applyUpdates
dcu-cli.exe /
applyUpdates -
silent
dcu-cli.exe /
applyUpdates -
updateType=bios,fi
rmware
-silent
-outputLog
-updateSeverity
-updateType
-
updateDeviceCate
gory
-catalogLocation
-reboot
-
encryptedPasswor
d
-
encryptedPasswor
dFile
-encryptionKey
-
autoSuspendBitLo
cker
Verplichte opties:
20
Dell Command | Update opdrachtregelinterface
Tabel 4. Dell Command | Update CLI-opdrachten (vervolg)
CLI-opties Beschrijving Syntaxis Ondersteunde opties
Deze opties moeten
worden geleverd
met de onderstaande
specifieke opdrachten:
-
encryptedPasswor
d en -
encryptionKey
-
encryptedPasswor
dFile en -
encryptionKey
/driverInstall
Installeert alle basisdrivers voor de huidige
systeemconfiguratie op een pas geïnstalleerd
besturingssysteem.
OPMERKING: De hier doorgegeven opties
zijn slechts voor eenmalig gebruik, voor de
huidige run.
dcu-cli.exe /
driverInstall -
<option>=<value>
Ex: dcu-cli.exe /
driverInstall
dcu-cli.exe /
driverInstall -
silent
-
driverLibraryLoc
ation
-silent
-outputLog
-reboot
/
generateEncryptedPassw
ord
Genereert een gecodeerd BIOS-wachtwoord
dcu-cli.exe /
generateEncryptedP
assword
-
encryptionKey=<in-
line value>
dcu-cli.exe /
generateEncryptedP
assword -
password=<in-line
value> -
outputPath=<
folder spath >
-password
-outputPath
-encryptionKey
Verplichte opties:
Deze opties moeten
worden geleverd
met de onderstaande
specifieke opdrachten:
-password en -
encryptionKey
Tabel 5. Dell Command | Update CLI-opties
CLI-opties Beschrijving Syntaxis Verwachte waarden
-
advancedDriverRest
ore
Hiermee kan de gebruiker
de functie Geavanceerd
stuurprogramma's herstellen in
de gebruikersinterface in- of
uitschakelen.
dcu-cli.exe /configure -
advancedDriverRestore=disable
<enable|disable>
-
autoSuspendBitLock
er
Hiermee kan de gebruiker de
automatische opschorting van
BitLocker in- of uitschakelen bij
het toepassen van BIOS-updates.
dcu-cli.exe /configure -
autoSuspendBitLocker=disable
<enable|disable>
-biosPassword
Hiermee kan de gebruiker
het niet-gecodeerde BIOS-
wachtwoord opgeven. Het
wachtwoord wordt gewist
als er geen wachtwoord
wordt opgegeven of als ""
wordt opgegeven. OPMERKING:
De waarde moet tussen
dcu-cli.exe /configure -
biosPassword="Test1234"
<password|"">
Dell Command | Update opdrachtregelinterface 21
Tabel 5. Dell Command | Update CLI-opties (vervolg)
CLI-opties Beschrijving Syntaxis Verwachte waarden
dubbele aanhalingstekens worden
geplaatst.
-catalogLocation
Hiermee kan de gebruiker
de locatie van het opslag-/
catalogusbestand instellen. Bij
gebruik met /applyUpdates mag
slechts één pad worden
opgegeven.
dcu-cli.exe /configure -
catalogLocation=C:\catalog.xm
l
Een of meer paden naar
catalogusbestanden.
-customProxy
Hiermee kan de gebruiker het
gebruik van aangepaste proxy in-
of uitschakelen.
OPMERKING: Als u deze
optie inschakelt, worden alle
aangepaste proxy-instellingen
gevalideerd.
dcu-cli.exe /configure -
customProxy=enable
<enable|disable>
-downloadLocation
Hiermee kan de gebruiker
de locatie opgeven waar
het standaarddownloadpad voor
de applicatie moet worden
overschreven.
dcu-cli.exe /configure -
downloadLocation=C:\Temp\AppD
ownload
Een mappad
-
driverLibraryLocat
ion
Hiermee kan de gebruiker de
locatie van de catalogus van
systeemdrivers instellen. Als deze
optie niet is opgegeven, wordt de
driverbibliotheek gedownload van
Dell.com.
OPMERKING:
Vereist functionele
netwerkcomponenten
dcu-cli.exe /configure -
driverLibraryLocation=C:\Temp
\DriverLibrary.cab
Een bestandspad met de
extensie .cab
-encryptionKey
Hiermee kan de gebruiker de
sleutel voor versleuteling opgeven
die wordt gebruikt om het
wachtwoord te versleutelen.
OPMERKING: De
opgegeven sleutel moet uit
minimaal zes niet-spaties
bestaan en een hoofdletter,
kleine letter en cijfer
bevatten. Deze waarde
moet ook tussen dubbele
aanhalingstekens staan.
dcu-cli /applyUpdates -
encryptedPassword="myEncrypte
dPassword" -
encryptionKey="myEncryptionKe
y"
dcu-cli /
generateEncryptedPassword -
encryptionKey="myEncryptionKe
y" -password="myPassword" -
outputPath=C:\Temp
<encryption key>
-encryptedPassword
Hiermee kan de gebruiker
het gecodeerde wachtwoord
in-line doorgeven samen met
de coderingssleutel die is
gebruikt om het wachtwoord te
genereren.
OPMERKING: U moet -
encryptionKey samen met
deze optie opgeven. Deze
waarde moet ook tussen
dubbele aanhalingstekens
staan.
dcu-cli /applyUpdates -
encryptedPassword="myEncrypte
dPassword" -
encryptionKey="myEncryptionKe
y"
<encrypted password>
22 Dell Command | Update opdrachtregelinterface
Tabel 5. Dell Command | Update CLI-opties (vervolg)
CLI-opties Beschrijving Syntaxis Verwachte waarden
-
encryptedPasswordF
ile
Hiermee kan de gebruiker het
versleutelde wachtwoord via een
bestand doorgeven.
OPMERKING: -
encryptionKey moet
samen met deze optie
worden opgegeven.
dcu-cli /applyUpdates -
encryptedPasswordFile=C:\Temp
\EncryptedPasswordFile.txt -
encryptionKey="myEncryptionKe
y"
Een bestandspad met de
extensie .txt
-exportSettings
Hiermee kan de gebruiker
applicatie-instellingen exporteren
naar het opgegeven mappad.
OPMERKING: Deze optie
kan niet worden gebruikt met
andere opties, behalve met -
outputLog en -silent.
dcu-cli.exe /configure -
exportSettings=C:\Temp
Een mappad
-importSettings
Hiermee kan de gebruiker
het bestand met applicatie-
instellingen importeren.
OPMERKING: Deze optie
kan niet worden gebruikt met
andere opties behalve met -
outputLog en-silent.
dcu-cli.exe /configure -
importSettings=C:\Temp\Settin
gs.xml
Een .xml-bestandspad
-lockSettings
Hiermee kan de gebruiker
alle instellingen in de
gebruikersinterface vergrendelen.
OPMERKING: Deze optie
kan niet worden gebruikt met
andere opties behalve met -
outputLog en-silent.
dcu-cli.exe /configure -
lockSettings=enable
<enable|disable>
-outputLog
Hiermee kan de gebruiker de
status- en voortgangsinformatie
van de uitvoering van een
opdracht in een bepaald logpad
registreren.
dcu-cli.exe /scan
-outputLog=C:\Temp\
\scanOutput.log
Een bestandspad met de
extensie .log
-outputPath
Hiermee kan de gebruiker
het mappad opgeven naar de
locatie waar het gecodeerde
wachtwoordbestand wordt
opgeslagen.
dcu-cli.exe /
generateEncryptedPassword -
encryptionKey="myEncryptionKe
y" -password="myPassword" -
outputPath=C:\Temp
Een mappad
-password
Hiermee kan de gebruiker het
wachtwoord opgeven dat moet
worden gecodeerd.
OPMERKING:
encryptionKey moet samen
met deze optie worden
opgegeven. Deze waarde
moet ook tussen dubbele
aanhalingstekens staan.
dcu-cli.exe /
generateEncryptedPassword -
encryptionKey="myEncryptionKe
y" -password="myPassword"
wachtwoorden
-
proxyAuthenticatio
n
Hiermee kan de gebruiker het
gebruik van proxyverificatie in- of
uitschakelen.
OPMERKING: Als u deze
optie wijzigt, worden alle
dcu-cli.exe /configure -
proxyAuthentication=enable
<enable|disable>
Dell Command | Update opdrachtregelinterface 23
Tabel 5. Dell Command | Update CLI-opties (vervolg)
CLI-opties Beschrijving Syntaxis Verwachte waarden
aangepaste proxy-instellingen
gevalideerd
-proxyHost
Hiermee kan de gebruiker de
proxyhost opgeven. Als u een
lege tekenreeks opgeeft als de
waarde voor deze optie, wordt de
proxyhost gewist.
OPMERKING: Als u deze
optie wijzigt, worden alle
aangepaste proxy-instellingen
gevalideerd.
dcu-cli.exe /configure -
proxyHost=proxy.com
<FQDN|IP address|"">
FQDN (Fully Qualified
Domain Name)
-proxyPassword
Hiermee kan de gebruiker het
proxywachtwoord opgeven. Als u
een lege tekenreeks opgeeft als
de waarde voor deze optie, wordt
het proxywachtwoord gewist.
OPMERKING: Als u deze
optie wijzigt, worden alle
aangepaste proxy-instellingen
gevalideerd. De waarde
moet tussen dubbele
aanhalingstekens worden
geplaatst
dcu-cli.exe /configure -
proxyPassword="my password"
<password|"">
-proxyPort
Hiermee kan de gebruiker de
proxypoort opgeven. Als u een
lege tekenreeks opgeeft als de
waarde voor deze optie, wordt de
proxypoort gewist.
OPMERKING: Als u deze
optie wijzigt, worden alle
aangepaste proxy-instellingen
gevalideerd.
dcu-cli.exe /configure -
proxyPort=8080
<port number|"">
-proxyUserName
Hiermee kan de gebruiker de
proxygebruikersnaam opgeven.
Als u een lege tekenreeks opgeeft
als de waarde voor deze optie,
wordt de proxygebruikersnaam
gewist.
OPMERKING: Als u deze
optie wijzigt, worden alle
aangepaste proxy-instellingen
gevalideerd.
dcu-cli.exe /configure -
proxyUserName="john doe"
<user name|"">
-reboot
Hiermee wordt het systeem
automatisch opnieuw opgestart
(indien vereist).
dcu-cli.exe /applyUpdates -
reboot=enable
<enable|disable>
-report
Hiermee kan de gebruiker een
XML-rapport maken van de
toepasselijke updates.
dcu-cli.exe /scan -
report=C:\Temp\UpdatesReport.
xml
Een .xml-bestandspad
-restoreDefaults
Hiermee kan de gebruiker de
standaardinstellingen herstellen.
dcu-cli.exe /configure -
restoreDefaults
Geen
24 Dell Command | Update opdrachtregelinterface
Tabel 5. Dell Command | Update CLI-opties (vervolg)
CLI-opties Beschrijving Syntaxis Verwachte waarden
-scheduleAction
Hiermee kan de gebruiker
opgeven welke actie moet
worden uitgevoerd als er updates
zijn gevonden.
dcu-cli.exe /configure -
scheduleAction=NotifyAvailabl
eUpdates
<NotifyAvailableUpdates |
DownloadAndNotify |
DownloadInstallAndNotify
>
-scheduleAuto
Hiermee kan de gebruiker
het standaardschema voor
automatische updates
inschakelen.
OPMERKING: Automatische
updates worden elke 3
dagen uitgevoerd. Deze optie
kan overigens niet worden
gebruikt met
-scheduleManual
-scheduleWeekly
-scheduleMonthly
dcu-cli.exe /configure -
scheduleAuto
Geen
-scheduleManual
Hiermee kan de gebruiker
het automatische schema
uitschakelen en ‘alleen
handmatige updates' inschakelen.
OPMERKING: Deze optie
kan niet worden gebruikt met
-scheduleAuto
-scheduleWeekly
-scheduleMonthly
dcu-cli.exe /configure -
scheduleManual
Geen
-scheduleMonthly
Hiermee kan de gebruiker de dag
van de maand en de tijd opgeven
waarop een update moet worden
gepland. Als de geplande dag na
de laatste dag van de maand valt,
wordt de update uitgevoerd op
de laatste dag van die maand.
OPMERKING: Deze optie
kan niet worden gebruikt met
-scheduleManual
-scheduleAuto
-scheduleWeekly
dcu-cli.exe /configure -
scheduleMonthly=28,00:45
Date of month[1–
31],time[00:00(24 hr
format, 15 minutes
increment)]
-scheduleReboot
Hiermee kan de gebruiker een
tijdstip voor opnieuw opstarten
plannen, in minuten, nadat de
updates zijn toegepast.
dcu-cli.exe /configure -
scheduleReboot=5
<0|5|15|60>
(Note:0=Never reboot)
-scheduleWeekly
Hiermee kan de gebruiker de dag
van de week en de tijd opgeven
waarop een update moet worden
gepland.
OPMERKING: Deze optie
kan niet worden gebruikt met
-scheduleManual
-scheduleAuto
dcu-cli.exe /configure -
scheduleWeekly=Mon,23:45
day[< Sun | Mon | Tue
| Wed | Thu | Fri
| Sat >],time[00:00(24
hr format, 15 minutes
increment)]
Dell Command | Update opdrachtregelinterface 25
Tabel 5. Dell Command | Update CLI-opties (vervolg)
CLI-opties Beschrijving Syntaxis Verwachte waarden
-scheduleMonthly
-silent
Hiermee kan de gebruiker de
status- en voortgangsinformatie
over de console verbergen.
dcu-cli.exe /scan -silent
Geen
-
updateDeviceCatego
ry
Hiermee kan de gebruiker
updates filteren op basis van het
apparaattype.
dcu-cli.exe /configure -
updateDeviceCategory=network,
storage
[audio, video, netwerk,
opslag, input, chipset,
enz.]
-updateSeverity
Hiermee kan de gebruiker
updates filteren op basis van
ernst.
dcu-cli.exe /configure -
updateSeverity=recommended,op
tional
[kritiek, aanbevolen en
optioneel]
-updateType
Hiermee kan de gebruiker
updates filteren op basis van het
type update
dcu-cli.exe /configure -
updatetype=bios
[BIOS, firmware, driver,
apps en andere]
-userConsent
Hiermee kan de gebruiker er
al dan niet in toestemmen
om informatie over de update-
ervaring naar Dell te verzenden.
dcu-cli.exe /configure -
userConsent=disable
<enable|disable>
Als BitLocker is ingeschakeld, is het volgende van toepassing:
Wanneer -autoSuspendBitLocker is ingesteld op Inschakelen en er een BIOS-update beschikbaar is, wordt de BIOS-update
geïnstalleerd en wordt BitLocker tijdens het installatieproces uitgesteld. Nadat het BIOS en andere updates zijn geïnstalleerd, wordt
het systeem automatisch opnieuw opgestart om de BIOS-update te voltooien en wordt BitLocker opnieuw ingeschakeld. Het volgende
waarschuwingsbericht wordt weergegeven op de console voordat de updates worden toegepast:
Waarschuwing: Omdat de BIOS-update is geselecteerd en BitLocker op dit systeem is ingeschakeld, wordt BitLocker
tijdelijk opgeschort tijdens de installatietijd om de BIOS-update effectief toe te passen. Nadat het BIOS en andere
updates zijn toegepast, start het systeem automatisch opnieuw op om de BIOS-update te voltooien en BitLocker wordt
opnieuw ingeschakeld.
Als -autoSuspendBitLocker is ingesteld op uitschakelen, verwijdert de CLI de BIOS-updates uit de toepasselijke updates en wordt de
rest van de updates geïnstalleerd. Het volgende waarschuwingsbericht wordt op de console weergegeven:
Waarschuwing: Een of meer beschikbare updates worden overgeslagen, omdat de installatie van deze updates ertoe kan
leiden dat het systeem wordt vergrendeld door BitLocker. Om dit te voorkomen, schakelt u BitLocker Suspension in en
voert u deze opnieuw uit om deze updates te installeren.
Command Line Interface foutcodes
Tabel 6. Hieronder volgen de generieke retourcodes van de applicatie
Retour-\foutcodes Beschrijving Resolutie
0 Uitvoering van opdracht is gelukt N.v.t.
1 Opnieuw opstarten was vereist na het uitvoeren van een
bewerking
Start het systeem opnieuw op om de
installatie te voltooien.
2 Er is een onbekende applicatiefout opgetreden. N.v.t.
3 De huidige systeemfabrikant is niet Dell Dell Command | Update kan alleen worden
uitgevoerd op Dell systemen.
4 De CLI is niet gestart met beheerdersbevoegdheden Roep de Dell Command | Update CLI aan
met beheerdersbevoegdheden.
5 Opnieuw opstarten was in behandeling na een vorige bewerking Start het systeem opnieuw op om de
installatie te voltooien.
26 Dell Command | Update opdrachtregelinterface
Tabel 6. Hieronder volgen de generieke retourcodes van de applicatie (vervolg)
Retour-\foutcodes Beschrijving Resolutie
6 Er wordt al een andere instantie van dezelfde applicatie (UI of
CLI) uitgevoerd.
Sluit alle actieve instanties van Dell
Command | Update UI of CLI en probeer
de bewerking opnieuw uit te voeren.
7 De applicatie biedt geen ondersteuning voor het huidige
systeemmodel
Neem contact op met uw beheerder als het
huidige systeemmodel in de catalogus niet
wordt ondersteund.
> 8<pTextAlignment: Er zijn geen updatefilters toegepast of geconfigureerd Voer ten minste één updatefilter in.
Tabel 7. De volgende retourcodes kunnen zich voordoen tijdens verschillende invoervalidaties:
Retour-\foutcodes Beschrijving Resolutie
100 Tijdens het evalueren van de opdrachtregelparameters zijn geen
parameters gedetecteerd
Er moet een opdracht worden opgegeven
op de opdrachtregel.
101 Tijdens het evalueren van de opdrachtregelparameters zijn geen
opdrachten gedetecteerd
Geef een geldige opdracht en
opties op. Raadpleeg de sectie
Naslagmateriaal opdrachtregelinterface
voor meer informatie.
102 Tijdens het evalueren van de opdrachtregelparameters zijn
ongeldige opdrachten gedetecteerd
Geef een opdracht samen met de
ondersteunde opties voor die opdracht.
Raadpleeg de sectie Naslagmateriaal
opdrachtregelinterface voor meer
informatie.
103 Tijdens het evalueren van de opdrachtregelparameters zijn
dubbele opdrachten gedetecteerd
Verwijder alle dubbele opdrachten
en voer de opdracht opnieuw uit.
Raadpleeg de sectie Naslagmateriaal
opdrachtregelinterface voor meer
informatie.
104 Tijdens het evalueren van de opdrachtregelparameters was de
opdrachtsyntaxis onjuist
Volg de opdrachtsyntaxis '/
<opdrachtnaam>'. Raadpleeg de sectie
Naslagmateriaal opdrachtregelinterface
voor meer informatie.
105 Tijdens het evalueren van de opdrachtregelparameters was de
syntaxis van de optie onjuist
Volg de optiesyntaxis '-<optienaam>'.
Raadpleeg de sectie Naslagmateriaal
opdrachtregelinterface voor meer
informatie.
106 Tijdens het evalueren van de opdrachtregelparameters zijn
ongeldige opties gedetecteerd
Zorg dat u alle vereiste of
alleen ondersteunde opties opgeeft.
Raadpleeg de sectie Naslagmateriaal
opdrachtregelinterface voor meer
informatie.
107 Tijdens het evalueren van de opdrachtregelparameters was de
aan de specifieke optie gegeven waarde(n) ongeldig
Geef een acceptabele waarde op.
Raadpleeg de sectie Naslagmateriaal
opdrachtregelinterface voor meer
informatie.
108 Tijdens het evalueren van de opdrachtregelparameters zijn niet
alle verplichte opties gedetecteerd
Als voor een opdracht verplichte
opties moeten worden uitgevoerd, geef
deze dan op. Raadpleeg de sectie
Naslagmateriaal opdrachtregelinterface
voor meer informatie.
109 Tijdens het evalueren van de opdrachtregelparameters is een
ongeldige combinatie van opties gedetecteerd
Verwijder alle opties die elkaar
uitsluiten en voer de opdracht
opnieuw uit. Raadpleeg de sectie
Dell Command | Update opdrachtregelinterface 27
Tabel 7. De volgende retourcodes kunnen zich voordoen tijdens verschillende invoervalidaties: (vervolg)
Retour-\foutcodes Beschrijving Resolutie
Naslagmateriaal opdrachtregelinterface
voor meer informatie.
110 Tijdens het evalueren van de opdrachtregelparameters zijn
meerdere opdrachten gedetecteerd
Met uitzondering van /help en /version kan
slechts één opdracht worden opgegeven in
de opdrachtregel.
111 Tijdens het evalueren van de opdrachtregelparameters zijn
dubbele opties gedetecteerd
Verwijder eventuele dubbele opties
en voer de opdracht opnieuw uit.
Raadpleeg de sectie Naslagmateriaal
opdrachtregelinterface voor meer
informatie.
112 Ongeldige catalogus gedetecteerd Controleer of het opgegeven bestandspad
bestaat, een geldig uitbreidingstype heeft,
een geldige SMB-, UNC- of URL-code is,
geen ongeldige tekens bevat, niet meer
dan 255 tekens bevat en over vereiste
machtigingen beschikt. Raadpleeg de sectie
Naslagmateriaal opdrachtregelinterface
voor meer informatie.
Tabel 8. De volgende retourcodes kunnen zich voordoen tijdens het uitvoeren van de opdracht /scan:
Retour-\foutcodes Beschrijving Resolutie
500 Er zijn geen updates voor het systeem gevonden toen een
scanbewerking werd uitgevoerd
Het systeem is bijgewerkt of er zijn geen
updates gevonden voor de opgegeven
filters. Wijzig de filters en voer de
opdrachten opnieuw uit.
501 Er is een fout opgetreden bij het bepalen van de beschikbare
updates voor het systeem toen een scanbewerking werd
uitgevoerd
Probeer de bewerking opnieuw uit te
voeren.
502 De annulering is gestart. Bijgevolg is de scanbewerking
geannuleerd
Probeer de bewerking opnieuw uit te
voeren.
503 Er is een fout opgetreden tijdens het downloaden van een
bestand tijdens de scanbewerking
Controleer uw netwerkverbinding, zorg dat
er internetverbinding is en probeer de
opdracht opnieuw uit te voeren.
Tabel 9. Tijdens het uitvoeren van de opdracht /applyUpdates kunnen de volgende retourcodes worden
weergegeven:
Retour-\foutcodes Beschrijving Resolutie
1000 Er is een fout opgetreden bij het ophalen van het resultaat van de
bewerking Updates toepassen
Probeer de bewerking opnieuw uit te
voeren.
1001
De annulering is gestart. Bijgevolg is de bewerking Updates
toepassen geannuleerd
Probeer de bewerking opnieuw uit te
voeren.
1002 Er is een fout opgetreden tijdens het downloaden van een
bestand tijdens de bewerking Updates toepassen
Controleer uw netwerkverbinding, zorg dat
er internetverbinding is en probeer de
opdracht opnieuw uit te voeren.
Tabel 10. Tijdens het uitvoeren van de opdracht /configure kunnen de volgende retourcodes worden
weergegeven:
Retour-\foutcodes Beschrijving Resolutie
1500 Er heeft zich een fout voorgedaan bij het exporteren van het
applicatie-instellingen
Controleer of de map bestaat of verkrijg
machtigingen om naar de map te schrijven.
28 Dell Command | Update opdrachtregelinterface
Tabel 11. Tijdens het uitvoeren van de opdracht /driverInstall kunnen de volgende retourcodes worden
weergegeven:
Retour-\foutcodes Beschrijving Resolutie
2000 Er is een fout opgetreden bij het ophalen van het resultaat van de
bewerking Geavanceerd drivers herstellen
Probeer de bewerking opnieuw uit te
voeren.
2001 Het proces voor Geavanceerd drivers herstellen is mislukt Probeer de bewerking opnieuw uit te
voeren.
2002 Er zijn meerdere driver.cab-bestanden verstrekt voor de
bewerking Geavanceerd drivers herstellen
Zorg dat u slechts één driver.cab-bestand
verstrekt.
2003 Er is een ongeldig pad voor het driver-cab-bestand opgegeven als
input voor de opdracht driver install
Controleer of het opgegeven bestandspad
bestaat, een geldig uitbreidingstype heeft,
een geldige SMB-, UNC- of URL-code is,
geen ongeldige tekens bevat, niet meer
dan 255 tekens bevat en over vereiste
machtigingen beschikt. Raadpleeg de sectie
Naslagmateriaal opdrachtregelinterface
voor meer informatie.
2004 De annulering is gestart. Bijgevolg is de bewerking Driver
installeren geannuleerd
Probeer de bewerking opnieuw uit te
voeren.
2005 Er is een fout opgetreden tijdens het downloaden van een
bestand tijdens de bewerking Driver installeren
Controleer uw netwerkverbinding, zorg dat
er internetverbinding is en probeer de
opdracht opnieuw uit te voeren.
Tabel 12. De volgende retourcodes kunnen worden weergegeven tijdens het evalueren van de invoer voor
wachtwoordcodering:
Retour-\foutcodes Beschrijving Resolutie
2500 Er is een fout opgetreden bij het coderen van het wachtwoord
tijdens de bewerking Gecodeerd wachtwoord genereren
Probeer de bewerking opnieuw uit te
voeren.
2501 Er is een fout opgetreden bij het coderen van het wachtwoord
met de opgegeven coderingssleutel
Geef een geldige coderingssleutel op
en voer de bewerking opnieuw uit.
Raadpleeg de sectie Naslagmateriaal
opdrachtregelinterface voor meer
informatie.
2502 Het opgegeven gecodeerde wachtwoord komt niet overeen met
de huidige coderingsmethode
Het opgegeven gecodeerde wachtwoord
heeft een oudere coderingsmethode
gebruikt. Codeer het wachtwoord opnieuw.
Tabel 13. De volgende retourcodes kunnen worden weergegeven als er problemen zijn met de Dell Client
Management Service:
Retour-\foutcodes Beschrijving Resolutie
3000 De Dell Client Management Service is niet actief. Start de Dell Client Management Service in
Windows Services als deze is gestopt.
3001 De Dell Client Management Service is niet geïnstalleerd Download en installeer de Dell Client
Management Service vanaf de Dell
Support-website.
3002 De Dell Client Management Service is uitgeschakeld. Schakel de Dell Client Management Service
in Windows Services in als deze is
uitgeschakeld.
Dell Command | Update opdrachtregelinterface 29
Bibliotheken van derden
De tabel bevat details over licenties van derden.
SharpBits v2.1.0
Nieuwe BSD-licentie (BSD)
Copyright (c) 2007, 2008, sharpBITS.NET
Alle rechten voorbehouden.
Herdistributie en gebruik in broncode en binaire vorm, met of zonder modificatie, zijn toegestaan mits aan de volgende voorwaarden wordt
voldaan:
Herdistributies van broncode moeten de bovenstaande copyrightvermelding, deze lijst van voorwaarden en de volgende disclaimer
behouden.
Bij herdistributie in binaire vorm moeten de bovenstaande copyrightvermelding, deze lijst van voorwaarden en de volgende disclaimer in
de documentatie en/of andere materialen die bij de distributie worden verstrekt, worden gereproduceerd.
Noch de naam van xidar solutions, noch de namen van zijn contribuanten mogen worden gebruikt ter onderschrijving of promotie van
producten die zijn afgeleid van deze software zonder specifieke voorafgaande schriftelijke toestemming.
DEZE SOFTWARE WORDT GELEVERD DOOR DE COPYRIGHTHOUDERS EN CONTRIBUANTEN OP EIGEN BATE EN SCHADE
EN ALLE EXPLICIETE OF IMPLICIETE GARANTIES, INCLUSIEF, MAAR NIET BEPERKT TOT, GEÏMPLICEERDE GARANTIES VAN
VERKOOPBAARHEID EN GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL WORDEN AFGEWEZEN. IN GEEN GEVAL ZAL DE EIGENAAR
VAN HET COPYRIGHT OF CONTRIBUANTEN AANSPRAKELIJK ZIJN VOOR ENIGE DIRECTE, INDIRECTE, INCIDENTELE, SPECIALE,
EXEMPLAIRE GEVOLGSCHADE (INCLUSIEF, MAAR NIET BEPERKT TOT, DE AANSCHAF VAN VERVANGENDE GOEDEREN
OF DIENSTEN; HET VERLIES VAN GEBRUIK, GEGEVENS OF WINST; OF DE ONDERBREKING VAN DE BEDRIJFSVOERING)
HOE DAN OOK VEROORZAAKT EN ONGEACHT ELKE THEORIE VAN AANSPRAKELIJKHEID, HETZIJ IN CONTRACT, STRIKTE
AANSPRAKELIJKHEID, OF ONRECHTMATIGE DAAD (INCLUSIEF NALATIGHEID OF ANDERSZINS) DIE OP ENIGERLEI WIJZE UIT
HET GEBRUIK VAN DEZE SOFTWARE ONSTAAT, ZELFS INDIEN GEWEZEN OP DE MOGELIJKHEID VAN DERGELIJKE SCHADE.
Serialize.Linq (versie 1.3.1.0)
GNU KLEINE ALGEMENE GEBRUIKERSLICENTIE
Versie 3, 29 juni 2007
Copyright (C) 2007 Free Software Foundation, Inc <http://fsf.org/> Iedereen mag letterlijke kopieën van dit licentiedocument kopiëren
en verspreiden, maar het wijzigen ervan is niet toegestaan.
Deze versie van de GNU Kleine algemene gebruikerslicentie bevat de voorwaarden en bepalingen van versie 3 van de GNU Kleine
algemene gebruikerslicentie, aangevuld met de onderstaande aanvullende machtigingen.
0. Aanvullende definities.
Zoals gebruikt in dit document, verwijst 'deze Licentie' naar versie 3 van de GNU Kleine algemene gebruikerslicentie, en de 'GNU GPL'
naar versie 3 van de GNU Algemene gebruikerslicentie.
'De Bibliotheek' verwijst naar een werk dat onder deze Licentie valt, met uitzondering van een Applicatie of een Gecombineerd werk zoals
hieronder gedefinieerd.
Een 'Applicatie' is een werk dat een door de Bibliotheek verstrekte interface gebruikt, maar die niet anderszins op de Bibliotheek is
gebaseerd. Het definiëren van een subklasse van een klasse die is gedefinieerd door de Bibliotheek, wordt beschouwd als een manier om
de interface te gebruiken die wordt geleverd door de Bibliotheek.
Een 'Gecombineerd werk' is een werk dat is geproduceerd door een Applicatie samen te voegen met of te koppelen aan de Bibliotheek. De
specifieke versie van de Bibliotheek waarmee het Gecombineerde werk is gemaakt, wordt ook de 'Gekoppelde versie' genoemd.
6
30 Bibliotheken van derden
De 'Minimale bijbehorende bron' voor een Gecombineerd werk betekent de Bijbehorende bron voor het Gecombineerde werk, met
uitzondering van de broncode voor delen van het Gecombineerde werk die, in isolatie beschouwd, gebaseerd zijn op de Applicatie en niet
op de Gekoppelde versie.
De 'Bijbehorende applicatiecode' voor een Gecombineerd werk betekent de objectcode en/of de broncode voor de applicatie, inclusief
alle data en hulpprogramma's die nodig zijn voor het reproduceren van het Gecombineerde werk vanuit de Applicatie, maar exclusief de
Systeembibliotheken van het Gecombineerde werk.
1. Uitzondering voor paragraaf 3 van de GNU GPL.
U mag een gedekt werk in de paragrafen 3 en 4 van deze Licentie overbrengen zonder gebonden te zijn aan paragraaf 3 van de GNU
GPL
.
2. Gewijzigde versies overbrengen.
Als u een kopie van de Bibliotheek wijzigt, en er in uw wijziging een faciliteit verwijst naar een functie of data die moeten worden
geleverd door een Applicatie die de faciliteit gebruikt (anders dan als een argument dat wordt doorgegeven wanneer de faciliteit wordt
opgeroepen), dan mag u een kopie van de gewijzigde versie overbrengen:
a. onder deze Licentie, mits u in goed vertrouwen een poging hebt gedaan om ervoor te zorgen dat, in geval dat een Applicatie niet
de functie of data levert, de faciliteit nog steeds werkt en enig deel van zijn doel dat significant blijft, blijft uitvoeren, of
b. onder de GNU GPL, met geen van de extra privileges van deze Licentie die van toepassing zijn op die kopie.
3. Objectcode die materiaal van headerbestanden uit een Bibliotheek integreert.
De objectcodevorm van een Applicatie kan materiaal bevatten van een headerbestand dat deel uitmaakt van de Bibliotheek. U mag een
dergelijke objectcode overdragen onder voorwaarden van uw keuze, op voorwaarde dat, als het opgenomen materiaal niet beperkt is
tot numerieke parameters, indelingen van datastructuren en accessors, of kleine macro's, inline functies en sjablonen
(tien of minder regels lang), u de volgende twee zaken doet:
a. Bij elke kopie van de objectcode dient u duidelijk te vermelden dat de Bibliotheek erin is gebruikt en dat de Bibliotheek en het
gebruik ervan onder deze Licentie vallen.
b. U dient de objectcode te voorzien van een kopie van de GNU GPL en dit licentiedocument.
4. Gecombineerde werken.
U kunt een Gecombineerd werk overbrengen onder de voorwaarden van uw keuze die samen de wijziging van de delen van de
Bibliotheek in het Gecombineerde werk en de reverse-engineering voor het opsporen van dergelijke wijzigingen niet effectief beperken,
als u ook het volgende doet:
a. Bij elke kopie van het Gecombineerde werk dient u duidelijk te vermelden dat de Bibliotheek erin is gebruikt en dat de bibliotheek en
het gebruik ervan onder deze Licentie vallen.
b. U dient het Gecombineerde werk te voorzien van een kopie van de GNU GPL en dit licentiedocument.
c. Voor een Gecombineerd werk dat tijdens de uitvoering copyrightkennisgevingen weergeeft, moet u de copyrightkennisgeving voor
de Bibliotheek opnemen in deze kennisgevingen, evenals een verwijzing naar de kopieën van de GNU GPL en dit licentiedocument.
d. Voer een van de volgende acties uit:
0) Breng de Minimaal bijbehorende bron onder de voorwaarden van deze Licentie en de Bijbehorende applicatiecode over, in een
vorm die geschikt is zodat, en onder voorwaarden die toestaan dat, de gebruiker de Applicatie opnieuw kan combineren of opnieuw
kan koppelen met een gewijzigde versie van de Gekoppelde versie om een aangepast Gecombineerd werk te produceren op de
wijze zoals aangegeven middels paragraaf 6 van de GNU GPL voor het overbrengen van de Bijbehorende bron.
1) Gebruik een geschikt mechanisme voor een gemeenschappelijke bibliotheek voor koppelen met de Bibliotheek. Een geschikt
mechanisme is een methode die (a) bij het uitvoeren een kopie van de Bibliotheek gebruikt die al aanwezig is op het
computersysteem van de gebruiker en (b) goed werkt met een gewijzigde versie van de Bibliotheek die interface-compatibel
is met de Gekoppelde versie.
e) Biedt informatie over de installatie, maar alleen indien u anderszins verplicht zou zijn om dergelijke informatie te verstrekken
volgens paragraaf 6 van de GNU GPL, en alleen in zoverre deze informatie noodzakelijk is om een gewijzigde versie van
het Gecombineerde werk, dat is geproduceerd door het opnieuw combineren of opnieuw koppelen van de Applicatie met een
gewijzigde versie van de gekoppelde versie, te installeren en uit te voeren. (Als u optie 4d0 gebruikt, moet de installatie-informatie
vergezeld gaan van de Minimale bijbehorende bron en de Bijbehorende applicatiecode. Als u optie 4d1 gebruikt, moet u de
installatie-informatie verstrekken op de manier die is aangegeven in paragraaf 6 van de GNU GPL voor het overbrengen van de
Bijbehorende bron.)
5. Gecombineerde bibliotheken.
U kunt bibliotheekfaciliteiten plaatsen die een werk zijn op basis van de Bibliotheek naast elkaar in één bibliotheek, samen met andere
bibliotheekfuncties die geen Applicaties zijn en die niet onder deze Licentie vallen, en een dergelijke bibliotheek onder de voorwaarden
van uw keuze overdragen, als u het volgende doet:
Bibliotheken van derden
31
a) Vergezel de gecombineerde bibliotheek met een kopie van hetzelfde werk gebaseerd op de Bibliotheek, die niet gecombineerd is
met eventuele andere bibliotheekfaciliteiten, die onder de voorwaarden van deze licentie wordt overgedragen.
b) Vermeld bij de gecombineerde bibliotheek duidelijk dat elk onderdeel ervan een werk is dat is gebaseerd op de Bibliotheek, en geef
aan waar zich de bijbehorende ongecombineerde vorm van hetzelfde werk bevindt.
6. Gereviseerde versies van de GNU Kleine algemene gebruikerslicentie.
De Free Software Foundation kan af en toe herziene en/of nieuwe versies van de GNU Kleine algemene gebruikerslicentie publiceren.
Dergelijke nieuwe versies zijn gelijkaardig aan de huidige versie, maar de details kunnen verschillen om nieuwe problemen of zorgen te
behandelen.
Elke versie heeft een specifiek versienummer. Als de Bibliotheek die u hebt ontvangen specificeert dat een bepaald versienummer van
de GNU Kleine algemene gebruikerslicentie of 'enige latere versie' erop van toepassing is, hebt u de optie om de voorwaarden van die
gepubliceerde versie ofwel van iedere latere versie gepubliceerd door de Free Software Foundation na te leven. Als de Bibliotheek die u
hebt ontvangen geen versienummer van de GNU Kleine algemene gebruikerslicentie specificeert, kunt u elke versie van de GNU Kleine
algemene gebruikerslicentie kiezen die ooit is gepubliceerd door de Free Software Foundation.
Als de Bibliotheek zoals u die hebt ontvangen specificeert dat een proxy kan besluiten of toekomstige versies van de GNU Kleine
algemene gebruikerslicentie van toepassing zijn, dan is de algemene acceptatieverklaring van die proxy voor enige versie een
permanente toestemming voor u om die versie te kiezen voor de Bibliotheek.
32 Bibliotheken van derden
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32

Dell Update Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding