Documenttranscriptie

Nederlands Temperatuurinstelling De temperatuur van de ruimte wordt op de instelknop van de ruimtethermostaat ingesteld. - Indien de rode LED achter het frontpaneel (fig.1) binnen 1 minuut begint te knipperen, is de ruimtethermostaat in orde. Op de rechterzijde van de thermosaat bevindt zich een functieschakelaar met drie mogelijke standen: Zon: De temperatuur in de ruimte wordt geregeld volgens de stand van de instelknop. klok: Wordt gebruikt in combinatie met een aangesloten zoneregelaar CFZ. Het gebruikspatroon van de CFZ kan worden overbrugd door de schakelaar op zon of maan te zetten. Maan: De kamertemperatuur wordt geregeld volgens de instelknop minus 5 ºC. Aanwijzing Het is belangrijk de ruimtethermostaten te nummeren om later nog te weten welke thermostaat bij welke ruimte hoort. Hiervoor kunnen de bijgevoegde stickers worden gebruikt. Masterregelaar CFM De regelaar stuurt de afzonderlijke verwarmingscircuits via draadloze communicatie met de daarbij behorende ruimtethermostaten.Er zijn aansluitingen voor 8 verwarmingscircuits. Is er behoefte aan meer uitgangen dan worden één of maximaal 2 slaveregelaars CFS worden aangesloten, elk met aansluitingen voor 8 verwarmngscircuits. Daardoor kunnen max. 24 verwarmingscircuits worden aangestuurd. Master/slave worden direct boven de verdeler aan de wand of in de verdeelkast gemonteerd. Steker en aansluitingen moeten gemakkelijk toegankelijk zijn. Bij toepassing van een tweede slaveregelaar dient de jumper “Slave 1/2” van een van beide slaves omgestoken te worden naar positie 2. (Zie montagetekening op de volgende pagina) De aansluitkabel voor de slaveregelaar is 1 m lang. Er mag een kabellengte tot 100 m worden gebruikt. (Verkrijgbaar bij de elektro-groothandel) Plaatst men de masterregelaar in een metalen kast, dan moet voor een goede ontvangst een externe antenne worden gemonteerd (Bestelnummer: 088H0093). De afstand tot de metalen onderdelen moet min 35 cm bedragen. Beperking van het instelbereik Achter de knop van de temperatuurregeling zijn 2 begrenzingsstiften aangebracht. Deze kunnen, zoals getoond, worden gebruikt om desgewenst het instelbereik te verkleinen. Aanmelden van de ruimtethermostaat op de uitgangen. - De ruimtethermostaat CFR (fig.1) en masterregelaar CFM dienen via de zwarte aanmeldkabel met elkaar te worden verbonden. De eerste vrije uitgang in het LED-veld knippert. De LEDs van de andere vrije uitgangen branden. De reeds geregistreerde uitgangen zijn gedoofd. (fig.2) - Wanneer kort op OK wordt gedrukt meldt men de ruimtethermostaat aan bij de betreffende uitgang en de LED dooft (fig.2) Wanneer men wenst dat de ruimtethermostaat bij meerdere uitgangen wordt aangemeld, kan met + en - de gewenste uitgang worden geselecteerd en door op OK te drukken wordt de ruimtetehermostaat ook voor deze uitgang aangmeld. Wanneer na de aanmelding de aansluitkabel weer wordt verwijderd knipperd de rode LED achter het frontpaneel van de ruimtethermostaat gedurende tenminste 1 minuut (TEST mode) Tevens knipperen in de masterregelaar de LED’s van de aan deze ruimtethermostaat gekoppelde uitgangen. Alarm Er zijn twee keuzemogelijkheden voor het geven van alarm in de masterregelaar: - Een ingebouwd akoestisch signaal kan worden gekozen door de jumper van OFF op ON om te zetten. (zie montagetekening). - Een externe alarmgever kan op de uitgang met de markering ☎ worden aangesloten. Afmelden van de Ruimtethermostaat De ruimtethermostaat en de masterregelaar mogen niet verbonden zijn. - Druk gedurende 5 sec. op OK en de eerste LED in de rij van de aangemelde ruimtethermostaten knippert (fig.2) De andere LEDs van de aangemelde ruimtethermostaten branden. - Met +/- wordt de uitgang opgezocht waarvan men de ruimtethermostaat wil afmelden (deze knippert). - Het afmelden wordt bevestigd door gedurende 5 sec. op OK te drukken. De LED dooft. Technische gegevens Max. omgevingstemperatuur 60 ºC Voedingsspanning 230 V/50 Hz Beveiligingsklasse IP40 Zoneregelaar CFZ De zoneregelaar stuurt max. 6 verwarmingszones aan. Voor elke verwarmingszone kunnen individuele tijdprogramma’s worden ingesteld. De regelaar kan het beste op ooghoogte gemonteerd worden, hetgeen aflezen en bediening gemakkelijker maakt. De aansluitkabel is 5 m lang. De kabellengte mag 100 m bedragen. (Verkrijgbaar bij de elektrogroothandel) Testen van de ruimtethermostaat De ruimtethermostaat kan als volgt getest worden: - Stel de thermostaat in op de hoogste temperatuur. - Zet de functieschakelaar aan de zijkant van de ruimtethermostaat op een willekeurige nieuwe stand. 14  Storing zoeken Verschijnsel Probleem Van de CFM regelaar knippert een LED van een uitgang gelijktijdig met de LED van de master-/slaveregelaar. Geen radiografische verbinding. Ruimte is te warm of te koud. Het alarmsymbool in de display van de CFZ knippert. Oplossing De afstand tussen ruimtethermostaat en masterregelaar is te groot. Verplaats de ruimtethermostaat tot het signaal voldoende sterk is. Demping van het signaal door de wapening van beton of aluminium isolering. Verplaats de externe antenne. Plaats antenne en ruimtethermostaten liefst op dezelfde etage. De externe antenne is te dicht bij metaal of elektriciteitsleidingen geplaats. de zoemer gaat. (vooropgesteld dat de jumper naar ""ON"" is omgezet) De LEDs van een volledige rij branden constant. Oorzaak Storing van het signaal door andere apparaten die ook op 433,92 MHz uitzenden, bijvoorbeeld: babyfoons of draadloze koptelefoons. Storende apparaten uitschakelen. De maximale belasting van een CFM 6 W per uitgang. Bij Controleer de verwarmingsinstallatie. Met name de ketel, een CFS is het 3 W per eventuele circulatiepomp en uitgang. de bekabeling van het CFsysteem. Batterijen vernieuwen en testfunctie activeren. Geen warmte. Controleer de zekeringen van de CF regelaars. 0,5 A en 1,25 A bij 24 V regleaars. 0,5 A en 4 A bij 230 V regelaars De verbinding tussen master- en slaveregelaar is verbroken. Controleer de buskabel , inclusief de stekers. Sluit de slaveregelaar goed aan. De LED achter het frontpaneel van de ruimtethermostaat knippert niet tijdens de testfunctie. Geen ekele LED brandt Ruimte te koud De batterijen zijn leeg. of te warm. De batterijen maken niet goed contact met de thermostaat. Geen verwarming Geen De LED voor een master- of slaveregelaar en een uitgang knipperen 3 keer snel achter elkaar. Vervang de batterijen of probeer de batterijen beter contact met de themostaat te laten maken. De ruimtethermostaat is defect. Vervang de ruimtethermostaat. Geen spanning op de masterregelaar Controleer de bedrading. en voedingsspanning Masterregelaar is defect. Vervang de masterregelaar. De thermostaat staat in de testfunctie. 15 Neem contact op met Danfoss als de ontvangst slecht blijft. Verplaatsen van de ruimtethermostaten en testfunctie activeren. Lege batterijen Ruimtetemperatuur onder o Storing in de verwarmingsde 6 C installatie of de ruimtethermostaat is defect. Defecte zekering in master- of slaveregelaar. Opmerking  GB D DK S FIN F NL PL CZ H ES Typical wiring diagram (Europe) Typischer Schaltplan Typisk el-diagram Elanslutning Kytkentäkaaviomalli Diagramme (Europe) Aansluitschema (Europa) Przykład schematu połączeń (Europa) Typické schéma zapojení (Evropa) Elektromos bekötési vázlat (Európa) Conexionado (Europa) 26  GB D DK S If the regulator is fitted in a metal cabinet or where a wall, a concrete floor or other structural components attenuate the transmission signal from the room thermostats to such an extent that a faulty alarm is triggered, an external antenna, order no. 088H0093, must be used. Wird der Regler in einem Metallschrank oder an einem Ort montiert, an dem die Dämpfung des Signals von den Raumthermostaten durch Wände, Betondecken oder andere Gebäudeteile zu Fehlalarmen führt, so ist eine externe Antenne, Bestellnr. 088H0093, einzusetzen. Hvis regulatoren monteres i et metalskab eller hvor væg, betondæk eller andre bygningsdele dæmper sendesignalet fra rumtermostaterne så meget, at der op står fejlalarm, skal der anvendes en ekstern antenne, best. nr. 088H0093. Om regulatorn monteras i ett metallskåp, eller där väggar, betonggolv eller andra byggnadsdelar dämpar sändarsignalen från rumstermostaten så mycket att larmet löser ut, ska man använda en extern antenn, best.nr 088H0093. FIN Jos ohjain asennetaan metallikoteloon tai paikkaan, jossa seinä, betonilattia tai muut rakennusosat vaimentavat huonetermostaattien lähettämää viestiä niin paljon, että järjestelmä antaa vikahälytyksen, on käytettävä ulkopuolista antennia, tuotenumero 088H0093. F En cas d’installation du régulateur dans une armoire métallique ou bien à tout autre endroit où un mur, une plate-forme en béton ou d’autres éléments de construction atténuent le signal émis par les thermostats d’ambiance au point de déclencher une fausse alarme, il convient d’utiliser un capteur externe, n° de code 088H0093. NL Als de regelaar in een metalen behuizing wordt gemonteerd of op plaatsen waar een wand, beton of andere delen van een gebouw het zendsignaal van de ruimtethermostaten dusdanig dempt dat er foutalarmen ontstaan, moet er een externe antenne, best.nr. 088H0093, worden gebruikt. PL Jeżeli regulator znajduje się w metalowej obudowie lub betonowe ściany i stropy osłabiają sygnał wysyłany przez termostaty pokojowe, należy zastosować zewnetrzną antenę (numer katalogowy 088H0093) CZ Pokud je regulátor namontován v kovové skříni nebo na místě, kde dochází ke snížení kvality signálu /stěna, betonový strop nebo jiné části budovy/ je třeba instalovat přídavnou anténu, obj. č. 0088H0093. H Amennyiben a vezér szabályozó berendezést fém szekrénybe, vagy falra telepítik, a beton födém, vagy más épületszerkezeti elemek annyira legyengíthetik a helyiségtermosztáttól érkező átviteli jelet, hogy hibajelzés látható, úgy külső antennát / Rendelési szám: 088H0093/ kell alkalmazni. ES Si el regulador está situado en un armario metálico o en una pared, un suelo macizo u otros componentes estructurales atenúan la señal de transmisión del termostato ambiente hasta tal punto que se acciona la alarma, en este caso, se debe utilizar una antena externa, código: 088H0093.