GEVAAR
HOOFDSTUK 6 PT36 PLASMASNIJBRANDER
Gevaar voor waterstofexplosie. Lees het volgende voordat u probeert met een watertafel te
snijden.
Een gevaar bestaat telkens als een watertafel wordt gebruikt voor plasmaboogsnijden. Ernstige explosies zijn het gevolg
van opeenhoping van waterstof onder de plaat die wordt gesneden. Deze explosies hebben voor duizenden euro's aan
materiële schade veroorzaakt en kunnen leiden tot persoonlijk of dodelijk letsel. Uit de beste, momenteel beschikbare
informatie blijkt dat drie mogelijke bronnen van waterstof aanwezig zijn in watertafels:
1. Gesmolten metaalreactie
De meeste waterstof komt vrij door een snelle reactie van gesmolten metaal uit de snijvoeg in het water, waarbij
metaaloxiden worden gevormd. Deze reactie verklaart waarom bij reactieve metalen met een grotere aniteit voor
zuurstof, zoals aluminium en magnesium, grotere hoeveelheden waterstof vrijkomen tijdens het snijden dan bij ijzer
of staal. Het grootste gedeelte van deze waterstof komt direct aan het oppervlak, maar een klein gedeelte zal blijven
hangen aan kleine metalen deeltjes. Deze deeltjes slaan neer op de bodem van de watertafel en de waterstof zal
geleidelijk aan naar het oppervlak omhoogborrelen.
2. Langzame chemische reactie
Waterstof kan ook ontstaan door de langzamere chemische reacties van koude metalen deeltjes met het water, onge-
lijke metalen of chemische stoen in het water. De waterstof borrelt geleidelijk aan omhoog naar het oppervlak.
3. Plasmagas
Waterstof kan ook van plasmagas komen. Bij een stroomsterkte van meer dan 750 A wordt H-35 als snijgas gebruikt.
Dit gas bevat 35% waterstof (volumepercentage) en in totaal ca. 3,54 m
3
/h (125 cfh) waterstof zal vrijkomen.
Ongeacht de bron kan het waterstofgas zich ophopen in insluitingen die worden gevormd door de plaat die wordt
gesneden en ribben op de tafel of insluitingen van de kromgetrokken platen. Waterstof kan zich ook ophopen onder
de slakbak of zelfs in het luchtreservoir, als de tafel daarmee is uitgerust. De waterstof, bij aanwezigheid van zuurstof
of lucht, kan dan worden ontstoken door de plasmaboog of een vonk van een of andere bron.
4. Volg deze procedures om waterstofvorming en -opeenhoping te verminderen:
A. Verwijder de slak (met name jne deeltjes) regelmatig van de bodem van de tafel. Vul de tafel met schoon wa-
ter.
B. Laat platen niet 's nachts of in het weekend op de tafel liggen.
C. Als een watertafel een aantal uren niet is gebruikt, schud deze dan op de een of andere manier voordat de
eerste plaat erop wordt gelegd. Daardoor zal opgehoopte waterstof in het afval losbreken en zich verspreiden
voordat het wordt ingesloten door een plaat op de tafel. Dit kan worden bereikt door de eerste plaat met een
kleine schok op de tafel te leggen, en vervolgens de plaat op te tillen zodat waterstof kan ontsnappen, voordat
de plaat denitief wordt neergelegd om te worden gesneden.
D. Installeer bij bovenwatersnijden ventilatoren om de lucht tussen de plaat en het wateroppervlak te laten circu-
leren.
E. Roer bij onderwatersnijden het water onder de plaat om opeenhoping van waterstof te voorkomen. Dit kan
worden bereikt door het water met perslucht te beluchten.
F. Wijzig, indien mogelijk, het waterpeil tussen snijwerkzaamheden zodat opgehoopte waterstof zich kan versprei-
den.
G. Houd de pH-waarde van het water op ca. 7 (neutraal). Daardoor wordt de snelheid van de chemische reactie
tussen water en metalen verlaagd.
51