Master DH 771 de handleiding

Type
de handleiding
Belangrijke veiligheidsbepalingen
Lees voor de ingebruikneming alle aanwijzingen aandachtig door. Controleer de netspanning. De
luchtontvochtiger is uitsluitend geschikt voor een aansluitspanning van 220V/240V/50HZ. Schakel
de luchtontvochtiger nooit uit door aan de kabel te trekken.
Zet het apparaat nooit aan en schakel het nooit uit door de stekker uit het stopcontact te trekken.
W ees voorzichtig bij het verplaatsen van het apparaat en kijk uit dat de kabels niet worden
verpletter. Steek geen vingers of andere voorwerpen in het rooster.
Laat kinderen niet op het apparaat klimmen, staan of zitten.
Haal altijd eerst de stekker uit het stopcontact voor reiniging of onderhoud van het apparaat.
Let op: laat eventuele reparaties altijd uitvoeren door een erkend servicemonteur.
Zorg ervoor dat het apparaat is geaard.
Gebruik het apparaat niet in een smalle ruimte zonder vrije luchtcirculatie. Transporteer de
luchtontvochtiger altijd in staande positie. Volg de instructies in deze handleiding altijd op.
Omschrijving van het product
De luchtontvochtiger regelt de relatieve vochtigheid in afgesloten ruimtes, verbetert de kwaliteit van het
leefklimaat evenals de omstandigheden voor het opslaan van producten.
Onze luchtontvochtigers worden gekenmerkt door een zorgvuldig ontwerp, compacte configuratie, hoge
kwaliteit en ze zijn eenvoudig in gebruik. Dankzij deze eigenschappen worden ze veel gebruikt in
wetenschappelijk onderzoek, industrie, transport, medische zorg, meetapparatuur, winkels, ondergrondse
ruimtes, computerwinkels, archieven, magazijnen, badkamers, enz. Dankzij de luchtontvochtiger worden
allerlei toestellen, meetapparatuur, computers, communicatieapparatuur, medicijnen en archieven beschermd
tegen vochtschade, zoals schimmel.
Configuratie
1. Handgreep
2. Luchtuitlaat
3. Bedieningspaneel
4. Luchtinlaat
5. Filterrooster
6. Waterafvoer
7. Wieltje
Air inlet - Luchtinlaat
Air outlet - Luchtuitlaat
Bediening
1- display van de vochtigheidsgraad; 2 - bedrijfslampje; 3 - ontdooilampje; 4 - geheugenlampje; 5 -
ON/OFF knop; 6 – vochtigheid omlaag; 7 - vochtigheid omhoog; 8 - geheugenknop.
Gebruiksaanwijzing knoppen
1. ON/OFF (AAN/UIT):
Drup op de knop ON/OFF; het apparaat werkt in de cyclus: "ON-OFF-ON".
2. HUMIDITY UP AND DOWN (VOCHTIGHEID OMHOOG/OMLAAG):
Druk eenmaal op de knop “Humidity up” of “Humidity down” om het vochtigheidsgehalte met 1% te
laten stijgen of dalen. Houd de knop gedurende 1,5 seconde om de percentagewaarde met 5% per
seconde te doen stijgen of dalen.
3. MEMORY KEY (GEHEUGENKNOP)
Druk op de geheugenknop (het geheugenlampje zal gaan branden) om de geheugenfunctie te
activeren voor wanneer het apparaat wordt uitgeschakeld. Druk nogmaals of de geheugenknop en het
lampje zal uitgaan en de geheugenfunctie zal worden gedeactiveerd.
Het apparaat aanzetten
1. Steek de netstekker in het stopcontact. Het apparaat zal een kort geluid maken.
2. Druk op de knop “ON/OFF". Het bedrijfslampje zal aangaan en de display van de vochtigheidsgraad
zal de eerder ingestelde vochtigheidsgraad laten zien. De begininstelling van de vochtigheidsgraad is
60%. Na 3 seconden zal de display van de vochtigheidsgraad de werkelijke vochtigheidsgraad
weergeven.
3. Gebruik de pijltjes omlaag en omhoog om de gewenste vochtigheidsgraad in te stellen. Indien de
ingestelde vochtigheidsgraad 3% lager is dan de werkelijke vochtigheidsgraad, dan werkt het
apparaat en indien de ingestelde vochtigheidsgraad 3% hoger is dan de werkelijke
vochtigheidsgraad, dan stopt het apparaat met werken.
4. Indien de ingestelde vochtigheidsgraad lager is dan 30% werk het apparaat onafgebroken.
Het apparaat uitschakelen
Druk op de knop “ON/OFF" tijdens de werking van het apparaat. Het apparaat zal worden uitgeschakeld en
alle lampjes en de display zullen uitgaan.
Let op:
1. Indien de ingestelde vochtigheidsgraad hoger is dan de werkelijke vochtigheidsgraad, dan zal het
apparaat niet werken.
2. Gedurende het ontvochtigingsproces moeten de ventilatormotor en de compressor minstens 3
minuten werken na het starten. De luchtontvochtiger mag niet eerder dan na drie minuten na het
uitschakelen weer wordt aangezet.
3. Bij lage temperaturen zal de luchtontvochtiger automatisch naar de ontdooistand omschakelen. In de
ontdooistand gaat het ontdooilampje aan en de ventilatormotor uit. De compressor blijft werken.
4. Indien de geheugenknop wordt ingedrukt, wordt de werkelijke vochtigheidsgraad opgeslagen, zelfs
wanneer het apparaat wordt uitgeschakeld. Bij het opnieuw opstarten zal het apparaat werken
volgens de opgeslagen instellingen.
5. De display van de vochtigheidsgraad laat een vochtigheidsgraad van 30% tot 90% zien.
6. Als u de luchtontvochtiger gedurende een langere periode niet gebruikt, haal dan altijd de stekker uit
het stopcontact.
Onderhoud en veiligheid
1. Gebruik geen verlengsnoer, stekkerdoos of traploze snelheidsregelaar. Dit kan leiden tot brandgevaar
of een elektrische schok.
2. Gebruik de luchtontvochtiger niet buitenshuis (in de zon, wind of regen). Het apparaat is uitsluitend
geschikt voor gebruik binnenshuis.
3. Gebruik het apparaat niet op plekken waar het bloot kan worden gesteld aan chemische middelen.
Chemische middelen die via de lucht worden verspreid kunnen het apparaat beschadigen en leiden tot
een lekkage in de watertank.
4. Haal altijd eerst de stekker uit het stopcontact voordat u het apparaat of een onderdeel ervan wilt
reinigen. Anders bestaat er risico op een elektrische schok.
5. Voer eventuele reparaties nooit zelfstandig uit. Dit kan leiden tot brandgevaar of een elektrische
schok.
6. Als u de luchtontvochtiger gedurende een langere periode niet gebruikt, bewaar het filter in een plastic
zak.
7. Controleert of de netspanning geschikt is. Een verkeerde netspanning kan leiden tot brandgevaar of
een elektrische schok.
8. Maak de stekker goed schoon alvorens deze aan te sluiten en druk deze goed aan in het stopcontact.
Indien de stekker niet goed wordt aangedrukt, kan dit leiden tot een elektrische schok.
9. Gebruik de luchtontvochtiger niet in de buurt van een verwarming of een andere hittebron. Dit kan
namelijk leiden tot het smelten van het apparaat en zelfs ontbranding ervan.
10. Indien er zich problemen voordoen (bijvoorbeeld een brandlucht), dient het apparaat meteen te
worden uitgeschakeld en de stekker uit het stopcontact te worden gehaald. Anders kan dit leiden tot
brandgevaar, schade of een elektrische schok.
11. Als u de luchtontvochtiger gedurende een langere periode niet gebruikt, haal dan altijd de stekker uit
het stopcontact.
12. Indien het apparaat op een vaste waterafvoer is aangesloten, zorg ervoor dat het condenswater
vrijelijk kan worden afgevoerd. Indien de temperatuur van de omgeving rond het vriespunt ligt,
wordt een vaste waterafvoer afgeraden.
13. Zorg ervoor dat de luchtontvochtiger stabiel en rechtop staat en op water ongevoelige ondergrond.
Indien het apparaat omvalt, zal er water uit te watertank lekken en schade veroorzaken. Bovendien
kan dit leiden tot brandgevaar of een elektrische schok.
14. Gebruik de luchtontvochtiger niet in de buurt van water. Indien er water het apparaat binnendringt,
kan dit leiden tot schade, brandgevaar of een elektrische schok.
15. Let er op dat de netkabel niet wordt beschadigd en vervang deze niet zelfstandig indien beschadigd.
Plaats geen zware voorwerpen op de kabel, verhit de kabel niet en trek er niet aan. Dit kan leiden tot
brandgevaar of een elektrische schok.
16. Gebruik de stekker niet als een AAN/UIT knop. Dit kan namelijk leiden tot brandgevaar of een
elektrische schok.
Laat alle eventuele reparaties en onderhoud altijd uitvoeren door
een erkend servicemonteur.
Informatie betreffende gebruik
1. Kantel de luchtontvochtiger niet meer dan 45° tijdens transport, anders kan de compressor
beschadigd raken.
2. De luchtontvochtiger dient in temperaturen tussen de 5°C en 32°C te worden gebruikt.
3. Tijdens gebruik van de luchtontvochtiger zal de temperatuur van de omgeving (kamer) stijgen met
1°C - 3°C vanwege de warmte die door de werking van de compressor wordt geproduceerd. Dit is
normaal.
4. Indien de temperatuur van de omgeving (kamer) lager is dan 10°C en het vochtigheidsgehalte laag is,
dan is een luchtontvochtiger overbodig.
5. De luchtinlaat en –uitlaat dienen zicht minstens op een afstand van 10 cm van de muur bevinden.
6. Ter ondersteuning van het ontvochtigingsvermogen sluit de ramen en deuren in de ruimte waarin de
luchtontvochtiger wordt gebruikt.
7. Indien het filter vuil of geblokkeerd is, daalt het ontvochtigingsvermogen en dit kan zelfs leiden tot
een incorrecte werking van de luchtontvochtiger. Daarom is het raadzaam om het filter minstens één
keer per maand schoon te maken. Indien er zich veel stof in de lucht bevindt, is het raadzaam om het
filter wekelijks of zelfs dagelijks schoon te maken. Reinig het filter met een stofzuiger of klop deze
voorzichtig uit. Het filter kan ook met een warm sopje met een zacht (niet agressief)
schoonmaakmiddel worden uitgespoeld (< 40°C). Zorg ervoor dat het filter compleet droog is.
VERHELPEN VAN STORINGEN
PROBLEEM MOGELIJKE
OORZAKEN
OPLOSSING
De luchtontvochtiger werkt
niet
1 Geen stroomtoevoer
2 Het apparaat staat uit
3 Het apparaat is niet
aangesloten op een stopcontact
4 Doorgebrande zekering
1. Sluit de elektriciteit aan
2. Zet het apparaat aan
3. Sluit het apparaat aan
4. Vervang de zekering
De luchtontvochtiger ontvocht
niet of slechts heel weinig
1. Het filter is vuil en
geblokkeerd
2. De luchtinlaat of –uitlaat is
verstopt
3. Open deuren of ramen
4. Lekkage van koelmiddel
1. Controleer het filter
2. Ontstop de luchtinlaat of
–uitlaat
3. Sluit alle deuren en
ramen en blokkeer direct
zonlicht
4. Neem contact op met de
producent of verkoper
Er loopt water uit de
luchtontvochtiger
1. Het apparaat is gekanteld
2. De waterafvoer is verstopt
1. Zet het apparaat rechtop
2. Verwijder de plaat en
ontstop de afvoer
De luchtontvochtiger maakt
een raar geluid
1. Het apparaat is instabiel
2. Het filter is verstopt
1. Zorg ervoor dat het
apparaat stabiel staat
2. Maak het filter schoon
1. Indien de bovengenoemde storingen niet kunnen worden verholpen, dien contact te worden
opgenomen met de leverancier of de verkoper. Voer eventuele reparaties nooit zelfstandig uit.
2. Tijdens het opstarten en uitschakelen van het apparaat zijn geluiden die worden veroorzaakt door de
circulatie van het koelmiddel normaal en dienen niet als een storing te worden beschouwd.
3. Het is normaal dat er warme lucht uit de luchtuitlaat wordt geblazen.
Storingsindicator
Indien de luchtontvochtiger niet correct werkt, dan zal de volgende informatie verschijnen op de
elektronische display:
STORINGSCODE PROBLEEM
E1 vochtigheidssensor
E2 koelsysteemsensor
Technische specificatie
Ontvochtingscapaciteit (30°C/ 80% RH) l/24h 72
Werkingstemperatuur °C 5 ÷ 32
Werkingsvochtigheid % 35 ÷ 90
Luchtstroom m
3
/h 850
Koelmiddel - R407c
Hoeveelheid koelmiddel g 1260
Condensatiedruk (max.) MPa 2,8
Verdampingsdruk (max.) MPa 1,0
Stroomverbruik W 1790
Ampèreverbruik A 8,3
Aansluitspanning V/Hz 220 ÷ 240 / ~50
Geluidsniveau dB(A) 60
Afmetingen mm 586x436x1110
Netto gewicht kg 57
Het apparaat bevat gefluoreerd broeikasgas, waarvan het aardopwarmingsvermogen (GWP)
= 1600 (C02=1) bedraagt.

Documenttranscriptie

Belangrijke veiligheidsbepalingen Lees voor de ingebruikneming alle aanwijzingen aandachtig door. Controleer de netspanning. De luchtontvochtiger is uitsluitend geschikt voor een aansluitspanning van 220V/240V/50HZ. Schakel de luchtontvochtiger nooit uit door aan de kabel te trekken. Zet het apparaat nooit aan en schakel het nooit uit door de stekker uit het stopcontact te trekken. W ees voorzichtig bij het verplaatsen van het apparaat en kijk uit dat de kabels niet worden verpletter. Steek geen vingers ofandere voorwerpen in het rooster. Laat kinderen niet op het apparaat klimmen, staan ofzitten. Haal altijd eerst de stekker uit het stopcontact voor reiniging ofonderhoud van het apparaat. Let op:laat eventuele reparaties altijd uitvoeren door een erkend servicemonteur. Zorg ervoor dat het apparaat is geaard. Gebruik het apparaat niet in een smalle ruimte zonder vrije luchtcirculatie. Transporteer de luchtontvochtiger altijd in staande positie. Volg de instructies in deze handleiding altijd op. Omschrijving van het product De luchtontvochtiger regelt de relatieve vochtigheid in afgesloten ruimtes, verbetert de kwaliteit van het leefklimaat evenals de omstandigheden voor het opslaan van producten. Onze luchtontvochtigers worden gekenmerkt door een zorgvuldig ontwerp, compacte configuratie, hoge kwaliteit en ze zijn eenvoudig in gebruik. Dankzij deze eigenschappen worden ze veel gebruikt in wetenschappelijk onderzoek, industrie, transport, medische zorg, meetapparatuur, winkels, ondergrondse ruimtes, computerwinkels, archieven, magazijnen, badkamers, enz. Dankzij de luchtontvochtiger worden allerlei toestellen, meetapparatuur, computers, communicatieapparatuur, medicijnen en archieven beschermd tegen vochtschade, zoals schimmel. Configuratie 1. Handgreep 2. Luchtuitlaat 3. Bedieningspaneel 4. Luchtinlaat 5. Filterrooster 6. Waterafvoer 7. Wieltje Air inlet - Luchtinlaat Air outlet - Luchtuitlaat 1 Bediening 1- display van de vochtigheidsgraad; 2 - bedrijfslampje; 3 - ontdooilampje; 4 - geheugenlampje; 5 ON/OFF knop; 6 – vochtigheid omlaag; 7 - vochtigheid omhoog; 8 - geheugenknop. Gebruiksaanwijzing knoppen 1. ON/OFF (AAN/UIT): Drup op de knop ON/OFF; het apparaat werkt in de cyclus: "ON-OFF-ON". 2. HUMIDITY UP AND DOWN (VOCHTIGHEID OMHOOG/OMLAAG): Druk eenmaal op de knop “Humidity up” of “Humidity down” om het vochtigheidsgehalte met 1% te laten stijgen of dalen. Houd de knop gedurende 1,5 seconde om de percentagewaarde met 5% per seconde te doen stijgen of dalen. 3. MEMORY KEY (GEHEUGENKNOP) Druk op de geheugenknop (het geheugenlampje zal gaan branden) om de geheugenfunctie te activeren voor wanneer het apparaat wordt uitgeschakeld. Druk nogmaals of de geheugenknop en het lampje zal uitgaan en de geheugenfunctie zal worden gedeactiveerd. Het apparaat aanzetten 1. Steek de netstekker in het stopcontact. Het apparaat zal een kort geluid maken. 2. Druk op de knop “ON/OFF". Het bedrijfslampje zal aangaan en de display van de vochtigheidsgraad zal de eerder ingestelde vochtigheidsgraad laten zien. De begininstelling van de vochtigheidsgraad is 60%. Na 3 seconden zal de display van de vochtigheidsgraad de werkelijke vochtigheidsgraad weergeven. 3. Gebruik de pijltjes omlaag en omhoog om de gewenste vochtigheidsgraad in te stellen. Indien de ingestelde vochtigheidsgraad 3% lager is dan de werkelijke vochtigheidsgraad, dan werkt het apparaat en indien de ingestelde vochtigheidsgraad 3% hoger is dan de werkelijke vochtigheidsgraad, dan stopt het apparaat met werken. 4. Indien de ingestelde vochtigheidsgraad lager is dan 30% werk het apparaat onafgebroken. 2 Het apparaat uitschakelen Druk op de knop “ON/OFF" tijdens de werking van het apparaat. Het apparaat zal worden uitgeschakeld en alle lampjes en de display zullen uitgaan. Let op: 1. Indien de ingestelde vochtigheidsgraad hoger is dan de werkelijke vochtigheidsgraad, dan zal het apparaat niet werken. 2. Gedurende het ontvochtigingsproces moeten de ventilatormotor en de compressor minstens 3 minuten werken na het starten. De luchtontvochtiger mag niet eerder dan na drie minuten na het uitschakelen weer wordt aangezet. 3. Bij lage temperaturen zal de luchtontvochtiger automatisch naar de ontdooistand omschakelen. In de ontdooistand gaat het ontdooilampje aan en de ventilatormotor uit. De compressor blijft werken. 4. Indien de geheugenknop wordt ingedrukt, wordt de werkelijke vochtigheidsgraad opgeslagen, zelfs wanneer het apparaat wordt uitgeschakeld. Bij het opnieuw opstarten zal het apparaat werken volgens de opgeslagen instellingen. 5. De display van de vochtigheidsgraad laat een vochtigheidsgraad van 30% tot 90% zien. 6. Als u de luchtontvochtiger gedurende een langere periode niet gebruikt, haal dan altijd de stekker uit het stopcontact. Onderhoud en veiligheid 1. Gebruik geen verlengsnoer, stekkerdoos of traploze snelheidsregelaar. Dit kan leiden tot brandgevaar of een elektrische schok. 2. Gebruik de luchtontvochtiger niet buitenshuis (in de zon, wind of regen). Het apparaat is uitsluitend geschikt voor gebruik binnenshuis. 3. Gebruik het apparaat niet op plekken waar het bloot kan worden gesteld aan chemische middelen. Chemische middelen die via de lucht worden verspreid kunnen het apparaat beschadigen en leiden tot een lekkage in de watertank. 4. Haal altijd eerst de stekker uit het stopcontact voordat u het apparaat of een onderdeel ervan wilt reinigen. Anders bestaat er risico op een elektrische schok. 5. Voer eventuele reparaties nooit zelfstandig uit. Dit kan leiden tot brandgevaar of een elektrische schok. 6. Als u de luchtontvochtiger gedurende een langere periode niet gebruikt, bewaar het filter in een plastic zak. 7. Controleert of de netspanning geschikt is. Een verkeerde netspanning kan leiden tot brandgevaar of een elektrische schok. 8. Maak de stekker goed schoon alvorens deze aan te sluiten en druk deze goed aan in het stopcontact. Indien de stekker niet goed wordt aangedrukt, kan dit leiden tot een elektrische schok. 9. Gebruik de luchtontvochtiger niet in de buurt van een verwarming of een andere hittebron. Dit kan namelijk leiden tot het smelten van het apparaat en zelfs ontbranding ervan. 3 10. Indien er zich problemen voordoen (bijvoorbeeld een brandlucht), dient het apparaat meteen te worden uitgeschakeld en de stekker uit het stopcontact te worden gehaald. Anders kan dit leiden tot brandgevaar, schade of een elektrische schok. 11. Als u de luchtontvochtiger gedurende een langere periode niet gebruikt, haal dan altijd de stekker uit het stopcontact. 12. Indien het apparaat op een vaste waterafvoer is aangesloten, zorg ervoor dat het condenswater vrijelijk kan worden afgevoerd. Indien de temperatuur van de omgeving rond het vriespunt ligt, wordt een vaste waterafvoer afgeraden. 13. Zorg ervoor dat de luchtontvochtiger stabiel en rechtop staat en op water ongevoelige ondergrond. Indien het apparaat omvalt, zal er water uit te watertank lekken en schade veroorzaken. Bovendien kan dit leiden tot brandgevaar of een elektrische schok. 14. Gebruik de luchtontvochtiger niet in de buurt van water. Indien er water het apparaat binnendringt, kan dit leiden tot schade, brandgevaar of een elektrische schok. 15. Let er op dat de netkabel niet wordt beschadigd en vervang deze niet zelfstandig indien beschadigd. Plaats geen zware voorwerpen op de kabel, verhit de kabel niet en trek er niet aan. Dit kan leiden tot brandgevaar of een elektrische schok. 16. Gebruik de stekker niet als een AAN/UIT knop. Dit kan namelijk leiden tot brandgevaar of een elektrische schok. Laat alle eventuele reparaties en onderhoud altijd uitvoeren door een erkend servicemonteur. Informatie betreffende gebruik 1. Kantel de luchtontvochtiger niet meer dan 45° tijdens transport, anders kan de compressor beschadigd raken. 2. De luchtontvochtiger dient in temperaturen tussen de 5°C en 32°C te worden gebruikt. 3. Tijdens gebruik van de luchtontvochtiger zal de temperatuur van de omgeving (kamer) stijgen met 1°C - 3°C vanwege de warmte die door de werking van de compressor wordt geproduceerd. Dit is normaal. 4. Indien de temperatuur van de omgeving (kamer) lager is dan 10°C en het vochtigheidsgehalte laag is, dan is een luchtontvochtiger overbodig. 5. De luchtinlaat en –uitlaat dienen zicht minstens op een afstand van 10 cm van de muur bevinden. 6. Ter ondersteuning van het ontvochtigingsvermogen sluit de ramen en deuren in de ruimte waarin de luchtontvochtiger wordt gebruikt. 7. Indien het filter vuil of geblokkeerd is, daalt het ontvochtigingsvermogen en dit kan zelfs leiden tot een incorrecte werking van de luchtontvochtiger. Daarom is het raadzaam om het filter minstens één keer per maand schoon te maken. Indien er zich veel stof in de lucht bevindt, is het raadzaam om het filter wekelijks of zelfs dagelijks schoon te maken. Reinig het filter met een stofzuiger of klop deze voorzichtig uit. Het filter kan ook met een warm sopje met een zacht (niet agressief) schoonmaakmiddel worden uitgespoeld (< 40°C). Zorg ervoor dat het filter compleet droog is. 4 VERHELPEN VAN STORINGEN PROBLEEM MOGELIJKE OORZAKEN De luchtontvochtiger werkt 1 Geen stroomtoevoer niet 2 Het apparaat staat uit 3 Het apparaat is niet aangesloten op een stopcontact 4 Doorgebrande zekering De luchtontvochtiger ontvocht 1. Het filter is vuil en niet of slechts heel weinig geblokkeerd 2. De luchtinlaat of –uitlaat is verstopt 3. Open deuren of ramen 4. Lekkage van koelmiddel Er loopt water uit de luchtontvochtiger 1. Het apparaat is gekanteld 2. De waterafvoer is verstopt De luchtontvochtiger maakt een raar geluid 1. Het apparaat is instabiel 2. Het filter is verstopt OPLOSSING 1. Sluit de elektriciteit aan 2. Zet het apparaat aan 3. Sluit het apparaat aan 4. Vervang de zekering 1. Controleer het filter 2. Ontstop de luchtinlaat of –uitlaat 3. Sluit alle deuren en ramen en blokkeer direct zonlicht 4. Neem contact op met de producent of verkoper 1. Zet het apparaat rechtop 2. Verwijder de plaat en ontstop de afvoer 1. Zorg ervoor dat het apparaat stabiel staat 2. Maak het filter schoon 1. Indien de bovengenoemde storingen niet kunnen worden verholpen, dien contact te worden opgenomen met de leverancier of de verkoper. Voer eventuele reparaties nooit zelfstandig uit. 2. Tijdens het opstarten en uitschakelen van het apparaat zijn geluiden die worden veroorzaakt door de circulatie van het koelmiddel normaal en dienen niet als een storing te worden beschouwd. 3. Het is normaal dat er warme lucht uit de luchtuitlaat wordt geblazen. Storingsindicator Indien de luchtontvochtiger niet correct werkt, dan zal de volgende informatie verschijnen op de elektronische display: STORINGSCODE E1 E2 PROBLEEM vochtigheidssensor koelsysteemsensor 5 Technische specificatie Ontvochtingscapaciteit (30°C/ 80% RH) Werkingstemperatuur Werkingsvochtigheid Luchtstroom Koelmiddel Hoeveelheid koelmiddel Condensatiedruk (max.) Verdampingsdruk (max.) Stroomverbruik Ampèreverbruik Aansluitspanning Geluidsniveau Afmetingen Netto gewicht l/24h °C % m3/h g MPa MPa W A V/Hz dB(A) mm kg 72 5 ÷ 32 35 ÷ 90 850 R407c 1260 2,8 1,0 1790 8,3 220 ÷ 240 / ~50 ”60 586x436x1110 57 Het apparaat bevat gefluoreerd broeikasgas, waarvan het aardopwarmingsvermogen (GWP) = 1600 (C02=1) bedraagt. 6
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144

Master DH 771 de handleiding

Type
de handleiding