AdvancedPunch
De AdvancedPunch biedt u het gemak van verwisselbare
ponsstempels, waardoor u voordelig documenten kunt perforeren
voor een grote verscheidenheid aan inbindstijlen. De ponsstempels
zijn snel en eenvoudig te verwisselen, zoals de onderstaande
instructies duidelijk maken.
Ponsstempels verwijderen uit het apparaat: De sleuf voor de
verwisselbare ponsstempels bevindt zich aan de linkervoorzijde van
de AdvancedPunch. Als er al een ponsstempel geïnstalleerd is in de
AdvancedPunch, kunt u deze eenvoudig als volgt verwijderen:
Stap 1: Stop de printer/het kopieerapparaat.
Stap 2: Open het toegangspaneel van de AdvancedPunch.
Stap 3: Pak de handgreep stevig vast en trek er hard aan. Hierdoor
wordt het automatisch vergrendelingsmechanisme losgemaakt en kan
de ponsstempel uitgenomen worden.
Stap 4: Trek aan de handgreep tot de ponsstempel volledig uitgehaald
is, terwijl u deze ondersteunt met beide handen.
Stap 5: Plaats de verwijderde ponsstempel in de opbergvak aan de
bovenkant van de AdvancedPunch (houd de ponsstempels uit de
buurt van stof en vuil en zorg ervoor dat ze niet per ongeluk op de
grond kunnen vallen).
Stap 6: Kies de gewenste ponsstempel voor de volgende toepassing
en schuif deze in de sleuf. Druk de ponsstempel stevig in de sleuf
totdat deze vastklikt.
WAARSCHUWING: MOGELIJK GEVAAR VOOR SCHERPE
PUNTEN. HOUD UW VINGERS EN ANDERE LICHAAMSDELEN
BIJ HET INSTALLEREN VAN DE PONSSTEMPELS IN DE
ADVANCEDPUNCH UIT DE BUURT VAN DE STEMPELSLEUF
VAN HET APPARAAT, MET UITZONDERING VAN DE
DAARVOOR BESTEMDE OPENING IN DE PONSSTEMPEL.
HET NIET IN ACHT NEMEN VAN DEZE
VOORZORGSMAATREGEL KAN LETSEL TOT GEVOLG
HEBBEN.
Stap 7: Sluit het toegangspaneel.
Stap 8: Ga verder met afdrukken en perforeren.
Wanneer een nieuwe ponsstempel in gebruik genomen wordt, kan er
wat olie achterblijven rond de perforatiegaten op het papier. Na 25 tot
50 perforaties blijft er geen olie meer achter op het papier. Wij adviseren
u een korte testopdracht uit te voeren na het installeren van een
nieuwe of pas geoliede stempel.
5. VERWISSELEN VAN DE PONSSTEMPELS
6. PERFOREREN
Voor u begint met afdrukken waarbij de perforeerfunctie van de
AdvancedPunch gebruikt wordt, moet u controleren of er geen gele
indicators branden in het display van de AdvancedPunch. Als er een
gele indicator brandt, los dan eerst het probleem op voor u begint met
de perforeeropdracht. Zie hoofdstuk 3. BEDIENINGSONDERDELEN voor
meer informatie over de indicators. De perforeerfunctie van de
AdvancedPunch werkt niet als er een gele indicator brandt.
Voor u begint met de perforeeropdracht, moet u controleren of de
juiste ponsstempel geïnstalleerd is in de AdvancedPunch voor het
gewenste perforatie-/gatenpatroon voor de opdracht. Is niet de juiste
stempel geïnstalleerd, vervang deze dan nu.
Gebruik voor het inschakelen van de perforeerfunctie van de
AdvancedPunch het bedieningsscherm van de printer. Volg de
onderstaande stappen om de perforeerfunctie in te schakelen.
Ga in het bedieningsscherm naar het menu Copy. Kies vervolgens
‘Copy Output’ om het menu ‘Hole Punch & More’ te openen. Als dit
menu geopend is, ziet u in de kolom ‘Hole Punch’ de optie
‘AdvancedPunch’ staan. Kies deze optie en druk vervolgens op
‘Save’ om terug te keren naar het menu ‘Copy’. De AdvancedPunch
werkt nu in de perforeerstand.
Beschrijving
Als er papier vastzit in de rechtstreekse
papierbaan, beweegt u de papiergeleidingsplaat
(PA), die aan de binnenkant zit, omhoog, waarna
u het vastgelopen papier kunt verwijderen.
Als er papier vastzit in de naar beneden lopende
papierdoorvoer, beweegt u het paneel (PB2)
naar rechts, waarna u het vastgelopen papier
kunt verwijderen.
Als er papier vastzit in de ponsstempel, zet u
knop J3 in de beginstand (pijlen in één lijn), trekt
u de ponsstempel uit en verwijdert u het papier.
Als er papier vastzit in de onderste deel van de
perforatiebaan, drukt u op de vergrendeling van
het onderste deel, waarna u het vastgelopen
papier kunt verwijderen.
Als er papier vastzit in de naar boven lopende
papierdoorvoer, beweegt u het paneel naar
links, waarna u het vastgelopen papier kunt
verwijderen.
7. PAPIERSTORINGEN
Dit symbool duidt op een papierstoring. Voor het
verhelpen van papierstoringen in een van de
volgende onderdelen van de AdvancedPunch,
draait u aan één of meerdere van de knopjes
om het papier vooruit te bewegen.
De AdvancedPunch perforeert de voorste rand van een vel. Daarom
moeten tabbladen ingevoerd worden met de tabs naar de achterrand
toe. De manier waarop de tabbladen in de lade geplaatst moeten
worden zodat ze op de juiste manier ingevoerd worden, hangt af van
de gebruikte lade.
Perforeren van tabbladen
37
Onderdeel
NL