Victron energy EasyPlus 1600VA 230V de handleiding

Categorie
Noodstroomvoorzieningen (UPS'en)
Type
de handleiding
1
EN NL FR DE ES Appendix
1.VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Algemeen
Lees eerst de bij dit product geleverde documentatie, zodat u bekend bent met de
veiligheidsaanduidingen en aanwijzingen voordat u de apparatuur in gebruik neemt.
Dit product is ontworpen en getest in overeenstemming met internationale normen. De
apparatuur dient uitsluitend voor de bestemde toepassing te worden gebruikt.
WAARSCHUWING: KANS OP ELEKTRISCHE SCHOKKEN.
Het product wordt gebruikt in combinatie met een permanente energiebron (batterij). Zelfs als
de apparatuur is uitgeschakeld, kan een gevaarlijke elektrische spanning optreden bij de in-
en/of uitgangsklemmen. Schakel altijd de wisselstroomvoeding en de batterij uit voor het
plegen van onderhoud.
Het product bevat geen interne onderdelen die door de gebruiker kunnen worden
onderhouden. Haal het paneel aan de voorkant er niet af en stel het product niet in werking als
niet alle panelen zijn gemonteerd. Al het onderhoud dient door gekwalificeerd personeel te
worden uitgevoerd.
Gebruik het product nooit op plaatsen waar gas- of stofexplosies kunnen optreden. Raadpleeg
de gegevens van de fabrikant van de batterij om u ervan te verzekeren dat het product
bestemd is voor gebruik in combinatie met de batterij. De veiligheidsvoorschriften van de
fabrikant van de batterij dienen altijd te worden opgevolgd.
WAARSCHUWING: Til geen zware lasten zonder hulp.
Installatie
Lees de installatievoorschriften in de bedieningshandleiding voordat u de apparatuur inschakelt.
Dit is een product uit veiligheidsklasse I (dat wordt geleverd met een aardklem ter beveiliging).
De
in- en/of uitgangsklemmen van de wisselstroom moeten zijn voorzien van een
ononderbreekbare aarding ter beveiliging. Aan de buitenkant van het product bevindt zich
een extra aardingspunt.
Als het aannemelijk is dat de aardbeveiliging is beschadigd, moet het
product buiten werking worden gesteld en worden beveiligd tegen iedere onopzettelijke
inwerkingstelling; neem contact op met gekwalificeerd onderhoudspersoneel.
Zorg ervoor dat de aansluitkabels zijn voorzien van zekeringen en stroomonderbrekers. Vervang
een beveiligingsonderdeel nooit door een ander type. Raadpleeg de handleiding voor het juiste
onderdeel.
Controleer voordat u het apparaat inschakelt, dat de beschikbare spanningsbron overeenkomt met
de configuratie-instellingen van het product zoals beschreven in de handleiding.
2
Zorg ervoor dat de apparatuur onder de juiste bedrijfsomstandigheden wordt gebruikt. Stel het
product nooit in bedrijf in de regen of in een stoffige omgeving. Zorg ervoor dat er altijd voldoende
vrije ruimte rondom het product is voor ventilatie en dat de ventilatie-openingen niet zijn
geblokkeerd.
Verzeker u ervan dat de vereiste spanning niet hoger is dan de capaciteit van het product.
Vervoer en opslag
Zorg ervoor dat de netspanning en batterijkabels zijn losgekoppeld bij opslag of vervoer van het
product.
Er kan geen aansprakelijkheid worden aanvaard voor transportschade indien de apparatuur wordt
vervoerd in een andere dan de originele verpakking.
Sla het product op in een droge omgeving; de opslagtemperatuur moet tussen de 20°C en 60°C
liggen.
Raadpleeg de handleiding van de fabrikant van de batterij met betrekking tot vervoer, opslag,
opladen, herladen en verwijderen van de batterij.
3
EN NL FR DE ES Appendix
2. BESCHRIJVING
2.1 Algemeen
EasyPlus functioneel
De basis van de EasyPlus is een zeer krachtige sinusomvormer, acculader en
omschakelautomaat in een compacte behuizing. Daarnaast heeft de EasyPlus een groot aantal
vaak unieke mogelijkheden, o.a. PowerControl en PowerAssist.
Automatisch en onderbrekingsvrij omschakelen
In geval van een netspanningsstoring of wanneer het aggregaat wordt uitgeschakeld, zal de
EasyPlus overschakelen van lader bedrijf op omvormer bedrijf en de voeding van de
aangesloten apparaten overnemen. Dit gaat zo snel dat computers en andere elektronische
apparaten ongestoord blijven functioneren
PowerControl Maximaal benutten van beperkte walstroom
Met het Multi Control bedieningspaneel kan een maximale wal- of aggregaatstroom ingesteld
worden. De EasyPlus houdt dan rekening met andere stroomverbruikers en gebruikt voor het
laden alleen de stroom die nog ‘over’ is.
PowerAssist Doe meer met uw aggregaat of walstroom: de unieke meehelp functie van
de EasyPlus
Met PowerAssist kunt u nog een stap verder gaan. De EasyPlus werkt parallel met het aggregaat
of de walaansluiting en verdubbelt het beschikbare vermogen. Tijdelijk te weinig stroom? De
EasyPlus haalt extra energie uit de accu en helpt mee! Nog stroom over? De EasyPlus maakt er
gebruik van om de accu te laden. U stelt de walstroom in met een simpele draaiknop op het Multi
Control paneel.
Programmeerbaar relais
De EasyPlus is voorzien van een programmeerbaar relais, dat standaard is ingesteld als alarm relais.
Het relais kan echter voor allerlei andere toepassingen geprogrammeerd worden, bijvoorbeeld als
start relais voor een aggregaat.
4
2.2 Acculader
Adaptieve 4-traps laadkarakteristiek: bulk absorption float opslag
Het microprocessor gestuurde ‘adaptieve’ accu management systeem kan afgeregeld worden voor
verschillende soorten accu’s. De adaptieve functie past het laadproces automatisch aan aan het
gebruik van de accu.
De juiste hoeveelheid lading: aangepaste absorptie tijd
Bij geringe ontlading van de accu wordt de absorptie kort gehouden om overlading en overmatig
gassen te voorkomen. Na een diepe ontlading wordt de absorptie tijd automatisch verlengd
teneinde de accu volledig te laden.
Beperking van veroudering door overmatig gassen: begrensde spanningsstijging
Indien, om de laadtijd te verkorten, gekozen wordt voor een hoge laadstroom en ook een
verhoogde laadspanning, dan zal de EasyPlus nadat de gasspanning bereikt is de stijgsnelheid van
de spanning begrenzen. Zo wordt overmatig gassen in de eindfase van de laadcyclus voorkomen.
Minder onderhoud en veroudering wanneer de accu niet gebruikt wordt: de opslag functie
De EasyPlus schakelt over op ‘opslag’ wanneer er gedurende meer dan 24 uur geen ontlading
plaatsvindt. De spanning wordt dan verlaagd tot 2,2V/cel (13,2V voor een 12V accu). De accu zal dan
nauwelijks meer gassen en corrosie van de positieve platen wordt zoveel mogelijk beperkt. Eens per
week wordt de spanning verhoogd tot absorptie niveau om de accu weer bij te laden; dit voorkomt
stratificatie van het elektrolyt en sulfatering.
Twee uitgangen om 2 accu’s te laden
De EasyPlus heeft 2 uitgangen waarvan er 1 de volle uitgangsstroom kan leveren. De tweede
uitgang, bedoeld voor het laden van een startaccu, is begrensd op 4A en heeft een iets lagere
uitgangsspanning.
Verhogen van de levensduur van de accubatterij: temperatuur compensatie
Bij iedere EasyPlus wordt een temperatuursensor meegeleverd. De temperatuur sensor zorgt ervoor
dat de laadspanning afneemt wanneer de accutemperatuur stijgt. Dit is bijzonder belangrijk voor
onderhoudsvrije accu’s, die anders mogelijk door overladen uitdrogen.
Meer over accu’s en acculaden
In ons boek ‘Elektriciteit aan boord’ kunt u meer lezen over accu’s en het laden van accu’s (gratis
verkrijgbaar bij Victron Energy en beschikbaar op www.victronenergy.com). Voor de adaptieve
laadkarakteristiek zie ook onder Technical Information op onze website.
5
EN NL FR DE ES Appendix
3. BEDIENING
3.1 On/off/charger only schakelaar
Wanneer de schakelaar op onwordt geschakeld, werkt het apparaat volledig.
De omvormer zal aanschakelen en de LED inverter onzal gaan branden.
Als er op de AC-inaansluiting spanning wordt aangesloten, zal deze na controle en
goedkeuring worden doorgeschakeld naar de AC-outaansluiting. De omvormer wordt
uitgeschakeld, de gele LED chargerzal branden en de lader treedt in werking. Afhankelijk van
de laadmode die op dat moment van toepassing is, zal de gele LED branden (bulk en of
absorption) of de gele LED knippert (float).
Als de spanning op de ‘AC-inaansluiting wordt afgekeurd, zal de omvormer worden
ingeschakeld.
Wanneer de schakelaar op charger onlywordt gezet, zal alleen de acculader van de EasyPlus
aanschakelen indien er netspanning aanwezig is. Deze spanning wordt doorgeschakeld naar de
‘AC-outaansluiting.
TIP:
Als u uw EasyPlus gebruikt op een schip zorg er dan voor dat, als u het schip verlaat, de
schakelaar in de positie charger onlywordt gezet. Hiermee voorkomt u dat bij het wegvallen
van de netspanning de omvormer inschakelt en uw accu’s leeg raken.
3.2 Afstandsbediening
De EasyPlus kan optioneel met het Multi Control paneel worden bediend. Met dit paneel kunt u
status en of alarmen van EasyPlus aflezen.
Omdat de beschikbare walstroom vaak beperkt is, kan men met het paneel de maximale laadstroom
instellen. De EasyPlus beperkt het eigen verbruik voor het laden wanneer de totale walstroom over
het ingestelde maximum dreigt te gaan.
Het laadgedeelte van de EasyPlus kan buiten werking worden gesteld. Dit kan door middel van een
instelling (VE-configure) of door gebruik te maken van het Multi Control paneel (AC ingangsstroom
op 0 zetten).
Voor de juiste DIP switch instellingen, zie §5.5.1.
3.3 Speciale laad-mode Equalizing
3.3.1 Equalizing
Het dient de aanbeveling dat bepaalde type batterijen eens in de maand extra nageladen worden.
In de Equalizing modus gaat de EasyPlus gedurende een uur met een verhoogde spanning laden
(1V boven de Absorptionspanning voor een 12V accu, 2V voor een 24V accu). De laadstroom is dan
begrensd op 1/4 van de ingestelde waarde.
Indien er een Multi Control paneel aangesloten is, zal het bulken absorptionLED afwisselend
gaan knipperen.
De Equalizing modus geeft een hogere laadspanning dan de meeste
gelijkstroomverbruikers aankunnen. Deze moeten worden losgekoppeld voordat er
extra wordt nageladen.
6
3.3.2 Forced absorption
In sommige omstandigheden kan het wenselijk zijn om de accu voor een vaste tijd met een
Absorption spanning te laden. In de Forced Absorption modus gaat de EasyPlus gedurende de
ingestelde maximale absorption tijd met de normale Absorption spanning laden. De gele LED
Charger brandt.
3.3.3 Activeren equalizing of forced absorption
De EasyPlus is zowel vanaf het remote control, als met de frontschakelaar in deze toestanden te
brengen. Voorwaarde is wel dat alle schakelaars (front, remote control) op de stand onstaan en dat
er niet een schakelaar op de stand charger onlystaat.
Om de EasyPlus in deze toestand te brengen, dient u de stappen te volgen zoals hierna beschreven.
LET OP: het omschakelen van onnaar charger onlyen andersom zoals hieronder beschreven,
dient op een snelle manier te gebeuren. De schakelaar moet zodanig omgeschakeld worden dat de
middenstand als het ware ‘overgeslagen’ wordt. Als de desbetreffende schakelaar ook maar even in
de stand offblijft staan loopt u het risico dat het apparaat uitgezet wordt. In dat geval dient u weer
bij stap 1. te beginnen. Vooral bij gebruik van de front schakelaar is enige oefening gewenst. Bij
gebruik van het remote control is dit geen probleem.
Procedure:
1. Let erop dat alle schakelaars (dus front schakelaar, remote schakelaar of remote control
schakelaar voor zover aanwezig) in de stand onstaan.
2. Zorg ervoor dat de EasyPlus laadt. (Er dient dus een AC-ingangsspanning te zijn, controleer of de
gele LED chargerbrandt.)
3. Zet de schakelaar achtereenvolgens op charger only, onen charger only’.
Let op: het omschakelen zelf moet snel gebeuren maar de tijd tussen het omschakelen moet liggen
tussen 1/2 seconde en 2 seconden.
4. De groene LED on= bulk, gele LED charger=absorptionen rode LED alarm=floatzullen nu 5
keer knipperen.
5. Daarna zullen achtereenvolgens de bulk, absorptionen floatLED elk gedurende 2 seconden
branden.
6.
a. Indien de schakelaar tijdens het branden van de LED groen=bulknaar ongezet wordt, wordt de
lader in 'Equalizing' gezet.
b. Indien de schakelaar tijdens het branden van de LED geel=absorptionnaar ongezet wordt,
wordt de lader in 'Forced Absorption' gezet.
c. Indien er niet geschakeld wordt in voorgaande, gaat de lader over op floatmode.
d. Indien na deze stappen de schakelaar niet in de gewenste positie ‘on’staat, kan de schakelaar
eenvoudig nog eenmaal snel omgeschakeld worden naar charger only’.
Dit zal de laadtoestand niet wijzigen.
7
EN NL FR DE ES Appendix
3.4 LED aanduidingen
Omvormer
Batterij bedrijf. De omvormer staat aan en
levert vermogen aan de belasting.
inverter
on
charger
off
alarm
charger only
inverter
on
charger
off
alarm
charger only
De omvormer is uitgeschakeld.
Alarm: overbelasting, of
accu spanning te laag, of
omvormer temperatuur te hoog, of
DC rimpelspanning was te hoog
.
inverter
on
charger
off
alarm
charger only
LED uit
LED knippert
LED brandt
De omvormer is ingeschakeld en
levert vermogen aan de belasting.
Voor-alarm: overbelasting, of
accu spanning te laag, of
omvormer temperatuur hoog
8
Acculader
De netspanning is doorgeschakeld en de
lader laadt in de bulk mode en of absorption
mode.
inverter
on
charger
off
alarm
charger only
De netspanning is doorgeschakeld en de
lader is uitgeschakeld.
De lader kan niet in een bepaalde tijd zijn
eindwaarde (accu spanning) bereiken.
Lader staat in bulk protection Mode.
inverter
on
charger
off
alarm
charger only
De netspanning is doorgeschakeld en de
lader staat in bulk of absorption mode.
inverter
on
charger
off
alarm
charger only
De netspanning is doorgeschakeld en de
lader staat in float mode.
inverter
on
charger
off
alarm
charger only
9
EN NL FR DE ES Appendix
De netspanning is doorgeschakeld en er is
een vooralarm: overbelast of de lader is
warm.
inverter
on
charger
off
alarm
charger only
Dit product mag alleen door een gekwalificeerde elektrotechnicus worden
geïnstalleerd.
10
4. INSTALLATIE
4.1 Locatie
De EasyPlus dient in een droge, goed geventileerde ruimte te worden geïnstalleerd zo dicht
mogelijk bij de accu’s. Rondom het apparaat dient een ruimte van tenminste 10cm te worden
vrijgehouden voor koeling.
Een te hoge omgevingstemperatuur heeft de volgende consequenties:
Kortere levensduur.
Lagere laadstroom.
Lager piek vermogen of geheel afschakelen van de omvormer.
Plaats het apparaat nooit direct boven de accu’s.
De EasyPlus is geschikt voor wandmontage. Voor de montage zijn aan de achterzijde van de
behuizing gaten en een beugelbevestiging aangebracht, zie appendix A.
Het apparaat kan zowel horizontaal als verticaal gemonteerd worden maar verticaal monteren is de
beste montage. In deze positie is de koeling namelijk optimaal.
De binnenzijde van het apparaat dient ook na installatie goed bereikbaar te blijven.
Houd de afstand tussen de EasyPlus en de accu zo kort mogelijk om het spanningsverlies over de
kabels tot een minimum te beperken.
In alle apparatuur waarin sprake is van het omvormen van een groot elektrisch
vermogen, moet dit product uit voorzorg in een hittebestendige omgeving
geïnstalleerd worden. Voorkom daarom de aanwezigheid van bijvoorbeeld
chemicaliën, kunststof onderdelen, gordijnen of ander textiel, etc. in de directe
omgeving.
11
EN NL FR DE ES Appendix
4.2 Aansluiten accukabels
Om de capaciteit van de EasyPlus volledig te kunnen benutten dient uitsluitend gebruik te
worden gemaakt van accu’s met voldoende capaciteit en van accukabels met de juiste dikte.
Zie tabel.
12/1600
standaard voorzien van
1,5m kabel. (mm
2
)
35
Aanbevolen kabeldikte
(mm
2
)
1,5
1
5 m
70
5 10 m
140
12/1600
Aanbevolen accucapaciteit
(Ah)
200 700
Opmerking: Interne weerstand is een belangrijke factor als u werkt met lage capaciteit accu’s.
Raadpleeg uw leverancier of de relevante secties uit ons boek elektriciteit aan boord, ook te
downloaden van onze website.
Procedure
Ga bij het aansluiten van de accukabels als volgt te werk:
Om het gevaar van kortsluiting van de accu te voorkomen, dient u een geïsoleerde
pijpsleutel te gebruiken.
Voorkom kortsluiting van de accukabels.
Sluit de accukabel aan: de + (rood).
Sluit de accukabel aan: de - (zwart), zie Appendix A.
Draai de moeren stevig aan om overgangsweerstanden zo laag mogelijk te maken.
12
4.3 Aansluiten AC kabels
De EasyPlus is voorzien van een in- en uitgang connector aan de onderkant, zie appendix 1. De wal-
of netaansluiting dient met behulp van een drie-aderige kabel op de connector te worden
aangesloten. Maak gebruik van een drie-aderige kabel met een soepele kern en een doorsnede van
2,5mm².
Procedure
Ga voor het aansluiten van de AC kabels als volgt te werk:
De AC uitgang kan op G-ST18i male-connector worden aangesloten (eerst de connector los
trekken).
Gebruik een drie-aderige kabel. De aansluitpunten zijn duidelijk gecodeerd. Van links naar rechts: ‘N’
(nulleider), aarde en L1(fase).
De AC ingang kan direct worden aangesloten op de G0st18i female-connector. Gebruik een
drie-aderige kabel. De aansluitpunten zijn duidelijk gecodeerd. Van links naar rechts L1(fase),
aarde, ‘N’ (nulleider).
Druk de ingangspanning-connector (G-ST18i Female-connector) in de contra male-connector (linker
connector).
Druk de uitgangspanning-connector (G-ST18i male-connector) in de contra female-connector (van
links naar recht uitgang AC 0/AC 1/AC 2/AC 3).
Dit is een product uit veiligheidsklasse I (dat wordt geleverd met een aardklem ter
beveiliging).
De in- en/of uitgangsklemmen en/of het aardpunt aan de
buitenkant van het product, moeten zijn voorzien van een ononderbreekbare
aarding ter beveiliging.
De EasyPlus is voorzien van een aard relais (zie appendix B) dat de
N uitgang
automatisch met de behuizing verbindt wanneer geen externe wisselspanning
voeding beschikbaar is.
Wanneer een externe wisselspanning voeding wordt
aangeboden, zal het aard relais openen voordat het ingang veiligheids relais sluit (zie
appendix 2). Dit is om goede werking van een op de uitgang aangesloten
aardlekschakelaar te verzekeren.
- In een vaste installatie kan een ononderbreekbare aarding verzekerd worden met de
aarddraad van de wisselspanning ingang. Zo niet, dan moet de behuizing geaard
worden.
- In een mobiele installatie (bijvoorbeeld met walstroom stekker) zal onderbreking
van de walaansluiting tegelijk ook de aardverbinding verbreken. In dat geval moet de
behuizing verbonden worden met het chassis (van het voertuig) of met de romp of
aardplaat (van de boot).
- Op boten is de hierboven beschreven verbinding met de aarde van de
walaansluiting i. h.a. niet aan te bevelen i. v. m. galvanische corrosie.
De oplossing hiervoor is plaatsing van een isolatie tranformator.
13
EN NL FR DE ES Appendix
4.4 Aansluitopties
Naast de standaardaansluitingen kunnen er nog een aantal opties worden aangesloten.
4.4.1 Startaccu
De EasyPlus heeft een aansluiting voor het laden van een startaccu. Zie voor het aansluiten
appendix 1.
4.4.2 Temperatuursensor
Voor temperatuur gecompenseerd laden kan de bijgeleverde temperatuursensor worden
aangesloten (zie appendix A). De sensor is geïsoleerd en moet op de min-pool van de accu
worden gemonteerd. De standaard uitgangsspanningen voor Float en Absorptie zijn 25°C.
Reduced Float spanning volgt de Float spanning en Raised Absorptie spanning volgt Absorptie
spanning. In de instel mode werkt de temperatuur compensatie niet.
10.0
10.5
11.0
11.5
12.0
12.5
13.0
13.5
14.0
14.5
15.0
0 5 10 15 20 25
30 35 40 45 50 55 60
Battery temperature
Volts
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
Volts
4.4.3 Afstandsbediening
Het product kan op afstand bediend worden op twee manieren:
- Met een externe driewegschakelaar
- Met een Multi Control Panel
Zie §5.5.1. voor de juiste DIP switch instellingen.
4.4.4 Programmeerbaar relais
De EasyPlus is voorzien van een multifunctioneel relais, dat standaard is geprogrammeerd als alarm
relais. Het relais kan voor allerlei andere toepassingen geprogrammeerd worden, bijvoorbeeld als
start relais voor een aggregaat.
Een LED vlakbij de aansluitklemmen zal gaan branden zodra het relais geactiveerd is (zie S,
appendix A).
14
4.4.5 Parallel schakelen (zie appendix C)
De EasyPlus is parallel te schakelen met meerdere identieke apparaten. Hiertoe wordt een
verbinding tussen de apparaten gemaakt met behulp van standaard RJ45 UTP kabels. Het systeem
(apparaten samen met eventueel een bedieningspaneel) dient hierna geconfigureerd te worden
(zie hoofdstuk 5).
Bij parallel schakelen moet aan de volgende voorwaarden voldaan worden:
- Maximaal zes units parallel.
- Schakel alleen identieke apparaten qua type en vermogen parallel.
- De DC aansluitkabels naar de apparaten moeten allemaal even lang zijn en dezelfde doorsnede
hebben.
- Indien een plus en min DC distributiepunt wordt gebruikt, moet de doorsnede van de aansluiting
tussen de accu’s en het DC distributiepunt minstens gelijk zijn aan de som van de vereiste
doorsneden van de aansluitingen tussen het distributiepunt en de EasyPlus units.
- Plaats de EasyPlus units dicht bij elkaar maar zorg voor minimaal 10 cm ventilatieruimte onder,
boven en opzij van de units.
- De UTP kabels dienen steeds direct van de ene unit op een andere unit aangesloten te worden (en
op het remote paneel).
Er mag geen gebruik gemaakt worden van aansluit/splitter boxen.
- Op het systeem hoeft maar bij één unit een accu-temperatuursensor aangesloten te worden.
Indien u de temperatuur van meerdere accu’s wilt meten, kunt u ook de sensoren van andere
EasyPlus units in het systeem aansluiten (max. 1 sensor per EasyPlus). De temperatuur compensatie
tijdens acculaden reageert dan op de sensor die de hoogste temperatuur meet.
- Voltage sense moet op de ‘Master’ aangesloten worden (zie paragraaf 5.5.1.4).
- Bij meer dan 3 units parallel in één systeem is een ‘dongle’ vereist. (zie hoofdstuk 5).
- Er kan maar één afstandsbediening (paneel of schakelaar) op het systeem aangesloten worden.
4.4.6 Drie-fase configuratie (zie appendix D)
De EasyPlus kan ook gebruikt worden in een 3-fase net. Hiertoe wordt een verbinding tussen de
apparaten gemaakt met behulp van standaard RJ45 UTP kabels (dezelfde als voor parallel bedrijf).
Het systeem (apparaten samen met eventueel een paneel) dient hierna geconfigureerd te worden
(zie hoofdstuk 5).
Voorwaarden: zie paragraaf 4.4.5.
15
EN NL FR DE ES Appendix
5. INSTELLINGEN
5.1 Standaard instellingen: klaar voor gebruik
De EasyPlus wordt geleverd met standaard instellingen. Deze zijn over het algemeen geschikt
voor toepassing van 1 apparaat.
Er hoeft dan niets ingesteld te worden.
Waarschuwing: mogelijk is de standaard acculaadspanning niet geschikt voor uw accu’s!
Raadpleeg de documentatie van uw accu’s of vraag advies bij uw accu leverancier!
EasyPlus standaard fabrieksinstellingen
Omvormer frequentie 50 Hz
Input frequency range 45 65 Hz
Input voltage range 180 -265 VAC
Omvormer spanning 230 VAC
Stand alone / parallel / 3-fase stand alone
Search mode off
Ground relay on
Lader on/ off on
Laad karakteristieken vier traps Adaptive met BatterySafe mode
Laadstroom 75% van de maximum laadstroom
Accu type Victron Gel Deep Discharge (ook geschikt
voor Victron AGM Deep Discharge)
Automatisch egalisatie laden off
Absorption spanning 14.4V
Absorption tijd tot 8 uur (afhankelijk van bulk tijd)
Float spanning 13.8
Storage spanning 13.2 (niet instelbaar)
Herhaalde Absorption Tijd 1 uur
Herhaald Absorption Interval 7 dagen
Bulk Beveiliging on
AC in stroomgrens 12A (= instelbare stroomgrens t.b.v.
PowerControl en PowerAssist functies)
UPS function on
Dynamic current limiter off
WeakAC off
BoostFactor 2
PowerAssist on
Programmeerbaar relais alarm functie
Het wijzigen van de instellingen mag alleen worden uitgevoerd door een
gekwalificeerde elektrotechnicus.
Lees voor het wijzigen goed de instructies.
Tijdens het laden moeten accu’s in een droge, goed geventileerde ruimte staan.
16
5.2 Verklaring instellingen
Hieronder volgt een korte verklaring van de instellingen voor zover die niet vanzelfsprekend zijn.
Meer informatie is te vinden in de help files van de software configuratie programma’s (zie
paragraaf 5.3).
Omvormer frequentie
Uitgangsfrequentie wanneer er geen AC op de ingang aanwezig is.
Instelbaar: 50Hz; 60Hz
Input frequency range
Ingang frequentie bereik dat door de EasyPlus geaccepteerd wordt. De EasyPlus synchroniseert
binnen dit bereik met de frequentie van de op de AC ingang aanwezige spanning. De frequentie op
de uitgang is dan gelijk aan de frequentie op de ingang.
Instelbaar: 45 65Hz; 45 55Hz; 55 65Hz
Input voltage range
Spanningsbereik dat door de EasyPlus geaccepteerd wordt. De EasyPlus synchroniseert binnen dit
bereik de op AC ingang aanwezige spanning. De spanning op de uitgang is dan gelijk aan de
spanning op de ingang.
Instelbaar:
Ondergrens 180 - 230V
Bovengrens 230 - 270V
Omvormer spanning
Uitgangsspanning van de EasyPlus bij accu bedrijf.
Instelbaar: 210 245V
Search mode
Met de search mode wordt het nullast stroomverbruik met ongeveer 70% verlaagd. De search mode
houdt in dat de EasyPlus uitschakelt wanneer er geen belasting is of wanneer deze heel laag is.
Iedere 2 seconden zal de EasyPlus even aanschakelen. Als de belasting dan de ingestelde waarde
overschrijdt, blijft de EasyPlus aan. Zo niet, dan gaat de EasyPlus weer uit.
De ‘uit’ en ‘aan’ belasting niveau’s kunnen ingesteld worden met VEConfigure.
De fabrieksinstelling is:
‘UIT’: 40 Watt
‘AAN’: 100 Watt
Instelbaar met DIP switches. Uitsluitend toepasbaar in stand alone configuratie.
17
EN NL FR DE ES Appendix
AES (Automatic Economy Switch)
In plaats van ‘search mode’ kan ook de AES gekozen worden.
Wanneer deze instelling op ‘on’ gezet wordt, wordt het stroomverbruik bij nullast en lage
belasting met ca. 20% verlaagd door de sinusspanning wat te ‘versmallen’.
Niet instelbaar met DIP switches.
Uitsluitend toepasbaar in stand alone configuratie.
Ground relay (zie appendix B)
Met dit relais (H) wordt de nul-geleider van de AC uitgang aan de kast geaard wanneer de
teruglever veiligheidsrelais in de AC ingangen open is. Dit om de correcte werking van aardlek
schakelaars in de uitgang te verzekeren.
Indien een niet geaarde uitgang gewenst is tijdens omvormer bedrijf, moet deze functie
uitgezet worden.
Niet instelbaar met DIP switches.
Laad karakteristieken
De standaard instelling is ‘vier traps Adaptive met BatterySafe mode’. Zie hoofdstuk 2 voor een
beschrijving.
Dit is de beste laad karakteristiek. Zie de help files van de software configuratie programma’s
voor andere mogelijkheden.
Accu type
De standaard instelling is het meest geschikt voor Victron Gel Deep Discharge, Gel Exide A200,
en buisjes plaat stationaire accu’s (tubular plate stationary batteries (OPzS)). Deze instelling kan
ook voor vele andere accu’s gebruikt worden: bijvoorbeeld Victron AGM Deep Discharge en andere
AGM accu’s, en vele soorten vlakke plaat open accu’s.
Met DIP switches kunnen vier laadspanningen ingesteld worden.
Automatisch egalisatie laden
Deze instelling is bedoeld voor buisjesplaat tractie accu’s. Bij deze instelling wordt de maximale
absorptie spanning verhoogd tot 2,83V/cel (34V voor een 24V accu) nadat tijdens absorptie laden
de stroom is gedaald tot minder dan 10% van de ingestelde maximum stroom.
Niet instelbaar met DIP switches.
Zie ’tubular plate traction battery charge curve’ in VEConfigure.
Absorption tijd
Deze is afhankelijk van de bulk tijd (Adaptive laad karakteristiek), zodat de accu optimaal geladen
wordt. Indien voor de ‘fixed’ laadkarakteristiek gekozen wordt, is de absorption tijd vast. Voor de
meeste accu’s is 8 uur maximum absorption tijd geschikt. Indien t.b.v snel laden een extra hoge
absorptie spanning is gekozen (kan alleen bij open accu’s!), is 4 uur beter.
Storage spanning, Herhaalde Absorption Tijd, Herhaald Absorption Interval
Zie hoofdstuk 2
Niet instelbaar met DIP switches.
18
Bulk Beveiliging
Wanneer deze instelling op ‘on’ staat, wordt de bulk laadtijd begrensd op max. 10 uur. Een langere
laadtijd zou kunnen duiden op een systeem fout (bijvoorbeeld een kortgesloten accu cel).
Niet instelbaar met DIP switches.
AC-in stroombegrenzing
Dit is de stroomgrens instelling waarbij PowerControl en PowerAssist in werking treden.
Instelling bereik: van 2,7A tot 16A.
De fabrieksinstelling is 12A
Zie hoofdstuk 2 van het boek ‘Altijd Stroom’ of de vele beschrijvingen van deze unieke functie op
onze website www.victronenergy.com.
UPS function
Wanneer deze instelling op ‘on’ staat, schakelt de EasyPlus praktisch zonder onderbreking naar
omvormerbedrijf wanneer de AC op de ingang wegvalt. De EasyPlus is dan toe te passen als
Uninterruptible Power Supply (UPS of onderbrekingsvrije voeding) voor gevoelige apparatuur zoals
computers of communicatie systemen.
De uitgangsspanning van sommige kleine aggregaten is te instabiel en te vervormd voor gebruik
van deze instelling: de EasyPlus zou voortdurend omschakelen naar omvormer bedrijf. Daarom kan
er voor gekozen worden om deze instelling uit te zetten. Dan reageert de EasyPlus minder snel op
afwijkingen van de spanning op AC-in-1 of AC-in-2. Hierdoor wordt de omschakeltijd naar
omvormer bedrijf wat langer, maar de meeste apparatuur (de meeste computers, klokken van
huishoudelijke apparatuur) ondervindt hier geen hinder van.
Advies: UPS function uitzetten wanneer de EasyPlus niet wil synchroniseren of voortdurend
terugschakelt naar omvormer bedrijf.
Dynamic current limiter
Bedoeld voor generatoren waarbij de wisselspanning wordt opgewekt met behulp van een
statische omvormer (zogenaamde ‘inverter’ generatoren). Bij deze generatoren wordt het toerental
teruggeregeld wanneer de belasting laag is: dat beperkt lawaai, brandstof verbruik en vervuiling.
Nadeel is dat de uitgangsspanning sterk zal zakken of zelfs helemaal wegvalt bij een plotselinge
verhoging van de belasting. Meer belasting kan pas geleverd worden nadat de motor op toeren is.
Wanneer deze instelling op ‘on’ gezet wordt, zal de EasyPlus beginnen met bijleveren op een lage
stroom en de bijlevergrens geleidelijk verhogen naar de ingestelde stroom. Hierdoor krijgt de motor
van de generator de tijd om op toeren te komen.
Deze instelling wordt ook vaak toegepast bij ‘klassieke’ generatoren die traag reageren op
plotselinge belasting variaties.
19
EN NL FR DE ES Appendix
WeakAC
De ingangsstroom van de lader van de EasyPlus is sinusvormig (PF=1 bedrijf). Sterke
vervorming van de ingangsspanning kan tot gevolg hebben dat de lader niet of nauwelijks
werkt. Wanneer WeakAC wordt aangezet accepteert de lader ook een sterk vervormde
spanning, ten koste van meer vervorming van de opgenomen stroom.
Advies: WeakAC aanzetten wanneer de lader niet of nauwelijks laadt (dit komt overigens zelden
voor!). Zet tegelijk ook de ’dynamic current limiter’ aan en reduceer desnoods de maximale
laadstoom om overbelasting van de generator te voorkomen.
Niet instelbaar met DIP switches.
BoostFactor
Deze instelling alleen wijzigen na overleg met Victron Energy of een door Victron Energy
getrainde installateur!
Niet instelbaar met DIP switches.
Programmeerbaar relais
Het programmeerbare relais is standaard ingesteld als alarm relais, d.w.z. dat het relais afvalt
i.g.v. een alarm of een voor-alarm (omvormer bijna te warm, rimpel op de ingang bijna te hoog,
accuspanning bijna te laag).
Niet instelbaar met DIP switches.
Een LED vlakbij de aansluitklemmen zal gaan branden zodra het relais geactiveerd is.
VEConfigure software
Met behulp van VEConfigure kan het relais ook voor andere functies geprogrammeerd worden,
bijvoorbeeld een generator start/stop signaal.
Met VEConfigure kan de EasyPlus voor specifieke toepassingen geschikt gemaakt worden.
Voorbeeld:
Een woning of kantoor aangesloten op het openbare elektriciteitnet, met zonnepanelen en energie
opslag in accu’s. De accu’s worden gebruikt om teruglevering aan het net te voorkomen. Overdag
wordt overtollige zonne-energie opgeslagen in accu’s. Deze energie wordt ‘s avonds en ‘s nachts
weer gebruikt. Een tekort aan energie wordt aangevuld vanuit het net. De EasyPlus zet de accu-
gelijkspanning om in wisselspanning. Het vermogen is altijd kleiner of gelijk aan het gebruikte
vermogen, zodat niet wordt teruggeleverd aan het net. In geval van net uitval, isoleert de EasyPlus
de woning van het net en wordt de woning autonoom (autark).
Op deze wijze kan zonne-energie of een microwarmtekracht centrale financieel efficiënt toegepast
worden in regio’s met een onbetrouwbaar elektriciteitsnet en/of financieel ongunstige teruglever
voorwaarden.
20
5.3 Instellingen wijzigen met een computer
Alle instellingen kunnen met behulp van een computer of met een VE.Net paneel worden gewijzigd
(uitzondering VE.Net: het multifunctionele relais en de VirtualSwitch).
Veel gebruikte instellingen kunnen gewijzigd worden door middel van DIP switches, zie par. 5.5.
Voor het wijzigen van instellingen met de computer heeft u het volgende nodig:
- VEConfigureII software. U kunt de VEConfigureII software gratis downloaden van
www.victronenergy.com.
- Een UTP kabel en de
MK2.2b
RS-485 naar RS232 interface. Indien uw computer geen RS232
aansluiting heeft, maar wel USB, heeft u ook een
RS232 naar USB interface kabel
nodig.
Beide zijn verkrijgbaar bij Victron Energy.
5.3.1 VE.Bus Quick Configure Setup
VE.Bus Quick Configure Setup
is een software programma waarmee systemen met maximaal 3
EasyPlus units (parallel of drie fase bedrijf) op eenvoudige wijze geconfigureerd kunnen worden.
VEConfigureII maakt deel uit van dit programma.
U kunt de software gratis downloaden van www.victronenergy.com.
Voor aansluiting op uw computer heeft u een UTP kabel en de
MK2.2b
RS485 naar RS232 interface
nodig.
Indien uw computer geen RS232 aansluiting heeft, maar wel USB, heeft u ook een
RS232 naar USB
interface kabel
nodig.
Beide zijn verkrijgbaar bij Victron Energy.
5.3.2 VE.Bus System Configurator en dongle
Voor het configureren van geavanceerde toepassingen en/of systemen met 4 EasyPlus units of meer
moet de software
VE.Bus System Configurator
gebruikt worden. U kunt de software downloaden
van www.victronenergy.com. VEConfigureII maakt deel uit van dit programma.
U kunt het systeem zonder dongle configureren, en gedurende 15 minuten gebruiken
(demonstratie faciliteit). Voor permanent gebruik is een dongle noodzakelijk, deze is verkrijgbaar
tegen meerprijs.
Voor aansluiting op uw computer heeft u een UTP kabel en de
MK2.2b
RS-485 naar RS232 interface
nodig.
Indien uw computer geen RS232 aansluiting heeft, maar wel USB, heeft u ook een
RS232 naar USB
interface kabel
nodig.
Beide zijn verkrijgbaar bij Victron Energy.
5.4 Instellen met een VE.Net paneel
Hiervoor heeft u een VE.Net paneel en de ‘VE.Net to VE.Bus converter’ nodig.
Met VE.Net kunt u alle parameters instellen, met uitzondering van het multifunctionele relais en de
VirtualSwitch.
21
EN NL FR DE ES Appendix
5.5 Instellen met DIP switches
Een aantal instellingen kan gewijzigd worden door middel van DIP switches.
Dit gaat als volgt:
a) Schakel de EasyPlus aan, bij voorkeur zonder belasting en zonder wisselspanning op de
ingangen. De EasyPlus werkt dan in omvormer bedrijf.
b) Stel de DIP switches in zoals gewenst.
c) Sla de instellingen op in het microprocessor geheugen door DIP switch 8 ‘on’ en daarna weer
‘off’ te schakelen.
5.5.1. DIP switch 1 en 2
Standaard instelling: om het product te gebruiken met de On/Off/Charger Only
ds 1: off
ds 2: on
De standaard instelling is vereist wanneer u de On/Off/Charger Onlyschakelaar op het
voorpaneel gebruikt.
Instelling voor het op afstand gebruiken door middel van een Multi Control Panel:
ds 1: on
ds 2: off
Deze instelling is vereist wanneer een Multi Control Panel is verbonden.
Het Multi Control Panel moet verbonden zijn met één van de twee RJ48 sockets B, zie bijlage A.
Instelling voor het op afstand gebruiken door middel van een 3-way switch:
ds 1: off
ds 2: off
Deze instelling is vereist wanneer een 3-way switch is verbonden.
De 3-way switch moet aangesloten zijn met klem L, zie bijlage A.
Er kan maar één apparaat op afstand verbonden zijn, bijv. een switch of paneel.
In beide gevallen dient de schakelaar op het apparaat zelf op onte staan.
5.5.2 DIP switch 3 tot 7
Met deze DIP switches kunnen de volgende instellingen gedaan worden:
- Laadspanning
- Omvormer frequentie
- Search mode uit of aan
- AC ingangsstroom instellen op 12A of 6A
22
ds3-ds4: laadspanning
Accu's met een hoog antimoon gehalte kunnen over het algemeen geladen worden met een lagere absorption
spanning dan accu's met een laag antimoon gehalte. (Zie het boek Electriciteit aan boord van jachten op
www.victronenergy.com). De lader staat standaard afgeregeld voor het laden van gel accu’s zoals de
Sonnenschein/Exide Dryfit A200 accu. Vraag bij gebruik van andere typen accu’s aan uw acculeverancier de juiste
laadspanningen en laat zonodig de EasyPlus hierop (met behulp van VEConfigure) aanpassen. De Laadstroom
staat ingesteld op 75% van nominale laadstroom.Vaak is dit een te hoge laadstroom. De meeste accu’s dienen
geladen te worden met een stroom van 0.1 tot 0.2x de capaciteit.
ds5: omvormer frequentie off = 50Hz on = 60Hz
ds 6: Search mode off = uit on = aan
ds 7: AC ingang stroom begrenzing: off = 12A on = 4A
Sla de instellingen op in het microprocessor geheugen door DIP switch 8 ‘on’ en daarna weer ‘off’ te
schakelen.
ds3-ds4
Absorptie
spanning
Float
spanning
Storage
spanning
Absorptie
tijd (uren)
Bedoeld voor
dS3=off
dS4=off
(fabrieks
instelling)
14.4 13.8 13.2 8
Gel Victron Deep
Discharge
Gel Exide A200
AGM Victron Deep
Discharge
dS3=on
dS4=off
14.1 13.8 13.2 8
Gel Victron Long Life
(OPzV)
Gel Exide A600
(OPzV)
Gel MK battery
dS3=off
dS4=on
14.7 13.8 13.2 5
AGM Victron Deep
Discharge
Buisjes plaat OPzS
accu’s in semi-float
mode
AGM spiral cell
dS3=on
dS4=on
15.0 13.8 13.2 6
Buisjes plaat tractie
accu’s of OPzS accu’s
in cyclic mode
23
EN NL FR DE ES Appendix
5.5.3 Voorbeelden
Hieronder enkele voorbeelden van DIP switch instellingen voor stand alone bedrijf
Voorbeeld 1 is de fabrieksinstelling
Belangrijk
: Wanneer een paneel is aangesloten, wordt de stroomgrens van AC ingang bepaald
door het paneel en niet door de in de EasyPlus opgeslagen waarde.
DS-1
off
DS-2 Paneel
on
DS-3 Laadspanning
off
DS-4 Laadspanning
off
DS-5 Frequentie
off
DS-6 Search mode:
off
DS-7 AC-in grens
off
DS-8 Opslaan
DS-1
off
DS-2
on
DS-3
off
DS-4
on
DS-5
off
DS-6
off
DS-7
on
DS-8
DS-1
on
DS-2
off
DS-3
on
DS-4
on
DS-5
on
DS-6
on
DS-7
off
DS-8
Voorbeeld 1: (fabrieksinstellingen)
1 Geen paneel of
afstandsschakelaar
verbonden
2 Geen paneel of
afstandsschakelaar
verbonden
3, 4 GEL 14.4 V
5 Frequentie: 50Hz
6 Search Mode off
7 AC-in grens 12A
8 Opslaan: off on off
Voorbeeld 2:
1 Geen paneel of
afstandsschakelaar
verbonden
2 Geen paneel of
afstandsschakelaar 3,4
AGM 14,7V
5 Frequentie: 50Hz
6 Search Mode off
7 AC-in grens 4A
8 Opslaan: off on off
Voorbeeld 3:
1 Paneel of
afstandsschakelaar
verbonden
2 Paneel of
afstandsschakelaar
verbonden
3, 4 Buisjes plaat 15V
5 Frequentie: 60Hz
6 Search Mode on
7 AC-in grens 12A
8 Opslaan: off on off
Sla de instellingen op in het microprocessor geheugen door DIP switch 8 ‘on’ en daarna weer ‘off’ te
schakelen.
Bij acceptatie van de settings zullen de ‘Charger’en ‘Alarm’ LEDs knipperen.
6. ONDERHOUD
De EasyPlus vereist geen specifiek onderhoud. Het volstaat alle verbindingen eenmaal per jaar te
controleren. Voorkom dat de EasyPlus vochtig wordt en houd het apparaat schoon.
24
7. FOUTZOEKSCHEMA
Met behulp van onderstaande stappen kunnen de meest voorkomende storingen snel worden
opgespoord.
Voordat testen met de omvormer en/of acculader worden uitgevoerd, dienen de DC-belastingen te
worden losgekoppeld van de accu’s en de AC-apparatuur dient te worden losgekoppeld van de
omvormer.
Indien de fout niet opgelost kan worden, raadpleeg uw Victron Energy distributeur.
Probleem
Oorzaak
Oplossing
De omvormer
werkt niet
wanneer deze
wordt
ingeschakeld
De accuspanning is te hoog of te
laag.
Zorg dat de accuspanning
binnen de juiste waarde is.
De omvormer
werkt niet
Processor staat in uit-mode
Ontkoppel de netspanning.
Schakel de omvormer uit.
Wacht 4 seconden.
Schakel de omvormer weer aan.
De LED alarm
knippert.
Voor-alarm, alt. 1: de
accuspanning is laag.
Laad de accu op of controleer de
accu aansluitingen.
De LED alarm
knippert.
Voor-alarm, alt. 2: de belasting
op de omvormer is hoger dan de
nominale belasting.
Ontkoppel een deel van de
belasting.
De LED alarm
knippert.
Voor-alarm, alt. 3: lage
accuspanning en te hoge
belasting.
Laad de accu’s op, ontkoppel
een deel van de belasting of
plaats accu’s met een hogere
capaciteit. Monteer kortere
en/of dikkere accukabels.
Controleer de dynamo.
De LED alarm
knippert.
Voor-alarm, alt. 3:
rimpelspanning op de DC-
aansluiting overschrijdt
1,25Vrms.
Controleer de accukabels en
accu-aansluitingen. Wees er
zeker van dat de accucapaciteit
voldoende is, verhoog deze
eventueel.
De LED lalarm
brandt.
De omvormer is uitgeschakeld
als gevolg van voortduring van
een van bovenstaande voor-
alarm omstandigheden.
Zie de bovenstaande
oplossingen
25
EN NL FR DE ES Appendix
Probleem
Oorzaak
Oplossing
De lader werkt niet
De netspanning of frequentie is
buiten het bereik.
Zorg dat de netspanning tussen
185 VAC en 265 VAC komt te
liggen en dat de frequentie
overeenkomt met de instelling.
De thermische onderbreker is
geactiveerd.
Reset de 16A thermische
onderbreker.
De accu wordt niet
volledig opgeladen.
Verkeerde laadstroom.
Stel de laadstroom in tussen 0,1 en
0,2x de accucapaciteit.
Een slechte accu-aansluiting.
Controleer de accu-aansluitingen.
De absorptionspanning is op een
verkeerde waarde ingesteld.
Regel de absorptionspanning af op
een goede waarde.
De floatspanning is op een
verkeerde waarde ingesteld.
Regel de floatspanning af op een
goede waarde.
De capaciteit van de accu is te groot.
Sluit een accu aan met een kleinere
capaciteit en verhoog de
laadstroominstelling.
De interne DC zekering is kapot.
Omvormer is defect.
De accu wordt
overladen.
De absorptionspanning is op een
verkeerde waarde ingesteld.
Regel de absorptionspanning af op
een goede waarde.
De floatspanning is op een
verkeerde waarde ingesteld.
Regel de floatspanning af op een
goede waarde.
Een slechte accu.
Vervang de accu.
Een te kleine accu.
Reduceer de laadstroom of gebruik
een accu met een hogere
capaciteit.
De accu staat te warm.
Sluit een temperatuursensor aan.
De laadstroom zakt
terug naar 0 zodra de
absrptie fase ingaat
De accu is oververhit (>50°C)
- Plaats de accu in een koelere
ruimte
- Verlaag de laadstroom
- Kijk of een van de accucellen een
interne sluitng heeft
De accu temperatuur sensor is stuk
Maak het stekkertje van de
temperatuur sensor in de EasyPlus
los.
Reset de EasyPlus door deze uit te
schakelen en na minstens 4
seconden wachten weer aan te
zetten.
Indien de laad functie nu weer
goed is moet de temperatuur
sensor vervangen worden.
26
8. TECHNISCHE SPECIFICATIES
EasyPlus 12 Volt
PowerControl / PowerAssist
ja
Maximale doorschakelstroom (A))
16
Uitgang ‘zwaar gebruikers’ AC 0
16
OMVORMER
Ingangsspanningsbereik (V DC)
9,5 17V
Uitgang AC1 ,uitgang AC 2,uitgang AC 3
(1)
Uitgangsspanning: 230 VAC ± 2%
Frequentie: 50 Hz ± 0,1%
Continu vermogen bij 25°C (VA) (3)
1600
Continu vermogen bij 25°C (W)
1300
Continu vermogen bij 40°C (W) 1200
Piek vermogen (W) 3000
Maximaal rendement (%)
92
Nullast (W) 8
Search mode
2
LADER
AC Ingang
Ingangspanning: 187-265 VAC Frequentie: 45-65Hz
Power factor: 1
Laadspanning 'absorption' (V DC)
14,4
Laadspanning 'float' (V DC) 13,8
Laadspanning 'opslag' (V DC)
13,2
Laadstroom accessoire accu (A) (4)
70
Laadstroom startaccu (A)
4
Temperatuur sensor
Ja
ALGEMEEN
Programmeerbaar relais (5)
Ja
Beveiligingen (2)
a – g
Algemeen
Temperatuur bereik: -20 tot +50°C
Vocht (niet condenserend): max 95%
BEHUIZING
Algemeen
Materiaal & kleur: aluminium (blauw RAL 5012)
Beschermklasse: IP 21
Accu-aansluiting
Twee accu kabels, lengte1.5 meter
230 V AC-aansluiting
G-ST18i connectors
Gewicht (kg)
11,7
Afmetingen (hxbxd in mm)
510x214x110
NORMEN
Veiligheid EN 60335-1, EN 60335-2-29
Emissie / Immuniteit EN 55014-1, EN 55014-2, EN 61000-3-3
Automotive Directive
2004/104/EC
27
EN NL FR DE ES Appendix
1) Kan worden ingesteld op 60Hz en op 240V
2) Beveiligingen
a. Kortsluiting
b. Overbelasting
c. Accuspanning te hoog
d. Accuspanning te laag
e. Temperatuur te hoog
f. Wisselspanning op de uitgang
g. Ingangsspanning met een te hoge rimpel
3) Niet lineaire belasting, crest faktor 3:1
4) Bij 25°C omgevingstemperatuur
5) Relais instelbaar als algemeen alarm relais, onderspanning alarm of start relais voor een aggregaat
EN NL FR DE Appendix
www.victronenergy.com
Appendix A: overview connections
NL
F
D
ES
A
Dipswitch schakelaar
Commutateur Dipswitch
Dipswitch Schalter
Conmutador Dipswitch
B
Ingangs-zekering
Disjoncteur entrée
Eingangssicherung
Disyuntor de entrada
C
Communicatiepoort Port de communication Kommunikationsanschluss Puerto de comunicaciones
D
Temperatuursensor
Sonde de temperature
Temperaturfühler
Sensor de temperatura
E
Alarm contact
Contact d’alarme
Alarmkontakt
Contacto de alarma
F
Accu Minus
Négatif batterie
Batterie Minus
Negativo de la bateria
G
Startaccu Plus
Positif batterie auxiliaire
Starterbatterie Plus
Positivo de la bateria
auxiliar
H
Afstandsbediening
Commande à distance
Fernbedienung
Control remoto
I
Net IN
Alimentation secteur
Netz Ein
Alimentación de red
J
Net / omvormer UIT
Sortie secteur / conv.
Netz / Wechselrichter AUS
Salida red/conversor
K
Accu Plus
Positif batterie
Batterie Plus
Positivo de la batería
L
zwaregebruikers
uitgang AC-0
Alleen werkzaam als
walstroom aanwezig is.
M
Aardlekschakelaar
N
Uitgangs-zekeringen van
AC 0
O
Uitgangs-zekeringen
Van uitgang AC 0, AC
1,AC 2,AC 3
EN NL FR DE Appendix
www.victronenergy.com
Appendix B: installation information
NL
F
D
ES
C
Ingangszekering MCB
Fusible d;entrée
Thermischer Überstrom-
Fusible de entrada)
D
Ingang
Entrée
Netzeingang
Entrada
E
Uitgang
Sortie
Verbracherausgang
Salida
F
Aardverbinding naar
behuizing
Liaison à la terre du
boitier
Verbindung
Landstromerde / gehäuse
Conexión a tierra de la
carcasa
G
Veiligheidsrelais (AC
ingang)
Relais de sécurité (antie-
retour entrée)
Rückstromschutzrelais
Relé de segurida
H
Aardrelais (sluit wanneer
G opent)
Relais de mise à la terre
(fermé quand G est
ouvert)
Erdungsrelais (Kontakt
geschlossen, wenn
Kontakt des Rückstrom-
schutzrelais öffnet)
Relé de puesta a tierra
(cerrado cuando G está
abierto)
I
DC zekering Fusible DC ANL-Gleichstrom-
sicherung
Fusible CC
J
Dubbelwerkende
omvormer
Convertisseur
bidirectionnel
Wandler-Lader
verbindung
Conversor bidireccional
K
Uitgangs-relais
(sluit wanneer G sluit)
L
Behuizing moet
permanent met de aarde
zijn verbonden
Mise à la terre
permanente du boîtier
Schutzerdungs-anschluss
am Gehäuse, muss mit
dem Chassis eines
Fahrzeugs oder dem
Erdungspunkt eines
Bootes verbunden sein.
Puesta a tierra
permanente de la carcasa
M
Aardlekschakelaar
Beveiligd de uitgangen
AC out 0 tot 3.

Documenttranscriptie

EN 1.VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN Algemeen NL Lees eerst de bij dit product geleverde documentatie, zodat u bekend bent met de veiligheidsaanduidingen en aanwijzingen voordat u de apparatuur in gebruik neemt. Dit product is ontworpen en getest in overeenstemming met internationale normen. De apparatuur dient uitsluitend voor de bestemde toepassing te worden gebruikt. FR DE WAARSCHUWING: KANS OP ELEKTRISCHE SCHOKKEN. Het product wordt gebruikt in combinatie met een permanente energiebron (batterij). Zelfs als de apparatuur is uitgeschakeld, kan een gevaarlijke elektrische spanning optreden bij de inen/of uitgangsklemmen. Schakel altijd de wisselstroomvoeding en de batterij uit voor het plegen van onderhoud. ES Appendix Het product bevat geen interne onderdelen die door de gebruiker kunnen worden onderhouden. Haal het paneel aan de voorkant er niet af en stel het product niet in werking als niet alle panelen zijn gemonteerd. Al het onderhoud dient door gekwalificeerd personeel te worden uitgevoerd. Gebruik het product nooit op plaatsen waar gas- of stofexplosies kunnen optreden. Raadpleeg de gegevens van de fabrikant van de batterij om u ervan te verzekeren dat het product bestemd is voor gebruik in combinatie met de batterij. De veiligheidsvoorschriften van de fabrikant van de batterij dienen altijd te worden opgevolgd. WAARSCHUWING: Til geen zware lasten zonder hulp. Installatie Lees de installatievoorschriften in de bedieningshandleiding voordat u de apparatuur inschakelt. Dit is een product uit veiligheidsklasse I (dat wordt geleverd met een aardklem ter beveiliging). De in- en/of uitgangsklemmen van de wisselstroom moeten zijn voorzien van een ononderbreekbare aarding ter beveiliging. Aan de buitenkant van het product bevindt zich een extra aardingspunt. Als het aannemelijk is dat de aardbeveiliging is beschadigd, moet het product buiten werking worden gesteld en worden beveiligd tegen iedere onopzettelijke inwerkingstelling; neem contact op met gekwalificeerd onderhoudspersoneel. Zorg ervoor dat de aansluitkabels zijn voorzien van zekeringen en stroomonderbrekers. Vervang een beveiligingsonderdeel nooit door een ander type. Raadpleeg de handleiding voor het juiste onderdeel. Controleer voordat u het apparaat inschakelt, dat de beschikbare spanningsbron overeenkomt met de configuratie-instellingen van het product zoals beschreven in de handleiding. 1 Zorg ervoor dat de apparatuur onder de juiste bedrijfsomstandigheden wordt gebruikt. Stel het product nooit in bedrijf in de regen of in een stoffige omgeving. Zorg ervoor dat er altijd voldoende vrije ruimte rondom het product is voor ventilatie en dat de ventilatie-openingen niet zijn geblokkeerd. Verzeker u ervan dat de vereiste spanning niet hoger is dan de capaciteit van het product. Vervoer en opslag Zorg ervoor dat de netspanning en batterijkabels zijn losgekoppeld bij opslag of vervoer van het product. Er kan geen aansprakelijkheid worden aanvaard voor transportschade indien de apparatuur wordt vervoerd in een andere dan de originele verpakking. Sla het product op in een droge omgeving; de opslagtemperatuur moet tussen de –20°C en 60°C liggen. Raadpleeg de handleiding van de fabrikant van de batterij met betrekking tot vervoer, opslag, opladen, herladen en verwijderen van de batterij. 2 EN 2. BESCHRIJVING 2.1 Algemeen NL FR EasyPlus functioneel De basis van de EasyPlus is een zeer krachtige sinusomvormer, acculader en omschakelautomaat in een compacte behuizing. Daarnaast heeft de EasyPlus een groot aantal vaak unieke mogelijkheden, o.a. PowerControl en PowerAssist. DE Automatisch en onderbrekingsvrij omschakelen In geval van een netspanningsstoring of wanneer het aggregaat wordt uitgeschakeld, zal de EasyPlus overschakelen van lader bedrijf op omvormer bedrijf en de voeding van de aangesloten apparaten overnemen. Dit gaat zo snel dat computers en andere elektronische apparaten ongestoord blijven functioneren ES Appendix PowerControl – Maximaal benutten van beperkte walstroom Met het Multi Control bedieningspaneel kan een maximale wal- of aggregaatstroom ingesteld worden. De EasyPlus houdt dan rekening met andere stroomverbruikers en gebruikt voor het laden alleen de stroom die nog ‘over’ is. PowerAssist – Doe meer met uw aggregaat of walstroom: de unieke ‘meehelp’ functie van de EasyPlus Met PowerAssist kunt u nog een stap verder gaan. De EasyPlus werkt parallel met het aggregaat of de walaansluiting en verdubbelt het beschikbare vermogen. Tijdelijk te weinig stroom? De EasyPlus haalt extra energie uit de accu en helpt mee! Nog stroom over? De EasyPlus maakt er gebruik van om de accu te laden. U stelt de walstroom in met een simpele draaiknop op het Multi Control paneel. Programmeerbaar relais De EasyPlus is voorzien van een programmeerbaar relais, dat standaard is ingesteld als alarm relais. Het relais kan echter voor allerlei andere toepassingen geprogrammeerd worden, bijvoorbeeld als start relais voor een aggregaat. 3 2.2 Acculader Adaptieve 4-traps laadkarakteristiek: bulk – absorption – float – opslag Het microprocessor gestuurde ‘adaptieve’ accu management systeem kan afgeregeld worden voor verschillende soorten accu’s. De adaptieve functie past het laadproces automatisch aan aan het gebruik van de accu. De juiste hoeveelheid lading: aangepaste absorptie tijd Bij geringe ontlading van de accu wordt de absorptie kort gehouden om overlading en overmatig gassen te voorkomen. Na een diepe ontlading wordt de absorptie tijd automatisch verlengd teneinde de accu volledig te laden. Beperking van veroudering door overmatig gassen: begrensde spanningsstijging Indien, om de laadtijd te verkorten, gekozen wordt voor een hoge laadstroom en ook een verhoogde laadspanning, dan zal de EasyPlus nadat de gasspanning bereikt is de stijgsnelheid van de spanning begrenzen. Zo wordt overmatig gassen in de eindfase van de laadcyclus voorkomen. Minder onderhoud en veroudering wanneer de accu niet gebruikt wordt: de opslag functie De EasyPlus schakelt over op ‘opslag’ wanneer er gedurende meer dan 24 uur geen ontlading plaatsvindt. De spanning wordt dan verlaagd tot 2,2V/cel (13,2V voor een 12V accu). De accu zal dan nauwelijks meer gassen en corrosie van de positieve platen wordt zoveel mogelijk beperkt. Eens per week wordt de spanning verhoogd tot absorptie niveau om de accu weer bij te laden; dit voorkomt stratificatie van het elektrolyt en sulfatering. Twee uitgangen om 2 accu’s te laden De EasyPlus heeft 2 uitgangen waarvan er 1 de volle uitgangsstroom kan leveren. De tweede uitgang, bedoeld voor het laden van een startaccu, is begrensd op 4A en heeft een iets lagere uitgangsspanning. Verhogen van de levensduur van de accubatterij: temperatuur compensatie Bij iedere EasyPlus wordt een temperatuursensor meegeleverd. De temperatuur sensor zorgt ervoor dat de laadspanning afneemt wanneer de accutemperatuur stijgt. Dit is bijzonder belangrijk voor onderhoudsvrije accu’s, die anders mogelijk door overladen uitdrogen. Meer over accu’s en acculaden In ons boek ‘Elektriciteit aan boord’ kunt u meer lezen over accu’s en het laden van accu’s (gratis verkrijgbaar bij Victron Energy en beschikbaar op www.victronenergy.com). Voor de adaptieve laadkarakteristiek zie ook onder Technical Information op onze website. 4 EN 3. BEDIENING 3.1 On/off/charger only schakelaar NL FR Wanneer de schakelaar op ‘on’ wordt geschakeld, werkt het apparaat volledig. De omvormer zal aanschakelen en de LED ‘inverter on’ zal gaan branden. Als er op de ‘AC-in’ aansluiting spanning wordt aangesloten, zal deze na controle en goedkeuring worden doorgeschakeld naar de ‘AC-out’ aansluiting. De omvormer wordt uitgeschakeld, de gele LED ‘charger’ zal branden en de lader treedt in werking. Afhankelijk van de laadmode die op dat moment van toepassing is, zal de gele LED branden (bulk en of absorption) of de gele LED knippert (float). Als de spanning op de ‘AC-in’ aansluiting wordt afgekeurd, zal de omvormer worden ingeschakeld. Wanneer de schakelaar op ‘charger only’ wordt gezet, zal alleen de acculader van de EasyPlus aanschakelen indien er netspanning aanwezig is. Deze spanning wordt doorgeschakeld naar de ‘AC-out’ aansluiting. DE ES Appendix TIP: Als u uw EasyPlus gebruikt op een schip zorg er dan voor dat, als u het schip verlaat, de schakelaar in de positie ‘charger only’ wordt gezet. Hiermee voorkomt u dat bij het wegvallen van de netspanning de omvormer inschakelt en uw accu’s leeg raken. 3.2 Afstandsbediening De EasyPlus kan optioneel met het Multi Control paneel worden bediend. Met dit paneel kunt u status en of alarmen van EasyPlus aflezen. Omdat de beschikbare walstroom vaak beperkt is, kan men met het paneel de maximale laadstroom instellen. De EasyPlus beperkt het eigen verbruik voor het laden wanneer de totale walstroom over het ingestelde maximum dreigt te gaan. Het laadgedeelte van de EasyPlus kan buiten werking worden gesteld. Dit kan door middel van een instelling (VE-configure) of door gebruik te maken van het Multi Control paneel (AC ingangsstroom op 0 zetten). Voor de juiste DIP switch instellingen, zie §5.5.1. 3.3 Speciale laad-mode Equalizing 3.3.1 Equalizing Het dient de aanbeveling dat bepaalde type batterijen eens in de maand extra nageladen worden. In de Equalizing modus gaat de EasyPlus gedurende een uur met een verhoogde spanning laden (1V boven de Absorptionspanning voor een 12V accu, 2V voor een 24V accu). De laadstroom is dan begrensd op 1/4 van de ingestelde waarde. Indien er een Multi Control paneel aangesloten is, zal het ‘bulk’ en ‘absorption’ LED afwisselend gaan knipperen. De Equalizing modus geeft een hogere laadspanning dan de meeste gelijkstroomverbruikers aankunnen. Deze moeten worden losgekoppeld voordat er extra wordt nageladen. 5 3.3.2 Forced absorption In sommige omstandigheden kan het wenselijk zijn om de accu voor een vaste tijd met een Absorption spanning te laden. In de Forced Absorption modus gaat de EasyPlus gedurende de ingestelde maximale absorption tijd met de normale Absorption spanning laden. De gele LED Charger brandt. 3.3.3 Activeren equalizing of forced absorption De EasyPlus is zowel vanaf het remote control, als met de frontschakelaar in deze toestanden te brengen. Voorwaarde is wel dat alle schakelaars (front, remote control) op de stand ‘on’ staan en dat er niet een schakelaar op de stand ‘charger only’ staat. Om de EasyPlus in deze toestand te brengen, dient u de stappen te volgen zoals hierna beschreven. LET OP: het omschakelen van ‘on’ naar ‘charger only’ en andersom zoals hieronder beschreven, dient op een snelle manier te gebeuren. De schakelaar moet zodanig omgeschakeld worden dat de middenstand als het ware ‘overgeslagen’ wordt. Als de desbetreffende schakelaar ook maar even in de stand ‘off’ blijft staan loopt u het risico dat het apparaat uitgezet wordt. In dat geval dient u weer bij stap 1. te beginnen. Vooral bij gebruik van de front schakelaar is enige oefening gewenst. Bij gebruik van het remote control is dit geen probleem. Procedure: 1. Let erop dat alle schakelaars (dus front schakelaar, remote schakelaar of remote control schakelaar voor zover aanwezig) in de stand ‘on’ staan. 2. Zorg ervoor dat de EasyPlus laadt. (Er dient dus een AC-ingangsspanning te zijn, controleer of de gele LED ‘charger’ brandt.) 3. Zet de schakelaar achtereenvolgens op ‘charger only’, ‘on’ en ‘charger only’. Let op: het omschakelen zelf moet snel gebeuren maar de tijd tussen het omschakelen moet liggen tussen 1/2 seconde en 2 seconden. 4. De groene LED ‘on= bulk’, gele LED ‘charger=absorption’ en rode LED ‘alarm=float’ zullen nu 5 keer knipperen. 5. Daarna zullen achtereenvolgens de ‘bulk’, ‘absorption’ en ‘float’ LED elk gedurende 2 seconden branden. 6. a. Indien de schakelaar tijdens het branden van de LED ‘groen=bulk’ naar ‘on’ gezet wordt, wordt de lader in 'Equalizing' gezet. b. Indien de schakelaar tijdens het branden van de LED ‘geel=absorption’ naar ‘on’ gezet wordt, wordt de lader in 'Forced Absorption' gezet. c. Indien er niet geschakeld wordt in voorgaande, gaat de lader over op ‘float’ mode. d. Indien na deze stappen de schakelaar niet in de gewenste positie ‘on’staat, kan de schakelaar eenvoudig nog eenmaal snel omgeschakeld worden naar ‘charger only’. Dit zal de laadtoestand niet wijzigen. 6 3.4 LED aanduidingen EN NL LED uit LED knippert LED brandt FR Omvormer on charger off Batterij bedrijf. De omvormer staat aan en levert vermogen aan de belasting. ES alarm DE inverter charger only on charger off alarm Appendix inverter De omvormer is ingeschakeld en levert vermogen aan de belasting. Voor-alarm: overbelasting, of accu spanning te laag, of omvormer temperatuur hoog charger only inverter on charger off alarm charger only De omvormer is uitgeschakeld. Alarm: overbelasting, of accu spanning te laag, of omvormer temperatuur te hoog, of DC rimpelspanning was te hoog. 7 Acculader inverter on charger off alarm De netspanning is doorgeschakeld en de lader laadt in de bulk mode en of absorption mode. charger only inverter on charger off alarm charger only inverter De netspanning is doorgeschakeld en de lader is uitgeschakeld. De lader kan niet in een bepaalde tijd zijn eindwaarde (accu spanning) bereiken. Lader staat in bulk protection Mode. on charger off alarm De netspanning is doorgeschakeld en de lader staat in bulk of absorption mode. charger only inverter on charger off alarm charger only 8 De netspanning is doorgeschakeld en de lader staat in float mode. EN inverter on off alarm De netspanning is doorgeschakeld en er is een vooralarm: overbelast of de lader is warm. NL charger FR charger only DE ES Dit product mag alleen door een gekwalificeerde elektrotechnicus worden geïnstalleerd. Appendix 9 4. INSTALLATIE 4.1 Locatie De EasyPlus dient in een droge, goed geventileerde ruimte te worden geïnstalleerd zo dicht mogelijk bij de accu’s. Rondom het apparaat dient een ruimte van tenminste 10cm te worden vrijgehouden voor koeling. Een te hoge omgevingstemperatuur heeft de volgende consequenties: Kortere levensduur. Lagere laadstroom. Lager piek vermogen of geheel afschakelen van de omvormer. Plaats het apparaat nooit direct boven de accu’s. De EasyPlus is geschikt voor wandmontage. Voor de montage zijn aan de achterzijde van de behuizing gaten en een beugelbevestiging aangebracht, zie appendix A. Het apparaat kan zowel horizontaal als verticaal gemonteerd worden maar verticaal monteren is de beste montage. In deze positie is de koeling namelijk optimaal. De binnenzijde van het apparaat dient ook na installatie goed bereikbaar te blijven. Houd de afstand tussen de EasyPlus en de accu zo kort mogelijk om het spanningsverlies over de kabels tot een minimum te beperken. In alle apparatuur waarin sprake is van het omvormen van een groot elektrisch vermogen, moet dit product uit voorzorg in een hittebestendige omgeving geïnstalleerd worden. Voorkom daarom de aanwezigheid van bijvoorbeeld chemicaliën, kunststof onderdelen, gordijnen of ander textiel, etc. in de directe omgeving. 10 4.2 Aansluiten accukabels EN NL Om de capaciteit van de EasyPlus volledig te kunnen benutten dient uitsluitend gebruik te worden gemaakt van accu’s met voldoende capaciteit en van accukabels met de juiste dikte. Zie tabel. FR 12/1600 35 DE 70 140 ES standaard voorzien van 1,5m kabel. (mm 2) Aanbevolen kabeldikte (mm2) 1,5 1  5 m 5  10 m 12/1600 200 – 700 Appendix Aanbevolen accucapaciteit (Ah) Opmerking: Interne weerstand is een belangrijke factor als u werkt met lage capaciteit accu’s. Raadpleeg uw leverancier of de relevante secties uit ons boek ‘elektriciteit aan boord’, ook te downloaden van onze website. Procedure Ga bij het aansluiten van de accukabels als volgt te werk: Om het gevaar van kortsluiting van de accu te voorkomen, dient u een geïsoleerde pijpsleutel te gebruiken. Voorkom kortsluiting van de accukabels. Sluit de accukabel aan: de + (rood). Sluit de accukabel aan: de - (zwart), zie Appendix A. Draai de moeren stevig aan om overgangsweerstanden zo laag mogelijk te maken. 11 4.3 Aansluiten AC kabels Dit is een product uit veiligheidsklasse I (dat wordt geleverd met een aardklem ter beveiliging). De in- en/of uitgangsklemmen en/of het aardpunt aan de buitenkant van het product, moeten zijn voorzien van een ononderbreekbare aarding ter beveiliging. De EasyPlus is voorzien van een aard relais (zie appendix B) dat de N uitgang automatisch met de behuizing verbindt wanneer geen externe wisselspanning voeding beschikbaar is. Wanneer een externe wisselspanning voeding wordt aangeboden, zal het aard relais openen voordat het ingang veiligheids relais sluit (zie appendix 2). Dit is om goede werking van een op de uitgang aangesloten aardlekschakelaar te verzekeren. - In een vaste installatie kan een ononderbreekbare aarding verzekerd worden met de aarddraad van de wisselspanning ingang. Zo niet, dan moet de behuizing geaard worden. - In een mobiele installatie (bijvoorbeeld met walstroom stekker) zal onderbreking van de walaansluiting tegelijk ook de aardverbinding verbreken. In dat geval moet de behuizing verbonden worden met het chassis (van het voertuig) of met de romp of aardplaat (van de boot). - Op boten is de hierboven beschreven verbinding met de aarde van de walaansluiting i. h.a. niet aan te bevelen i. v. m. galvanische corrosie. De oplossing hiervoor is plaatsing van een isolatie tranformator. De EasyPlus is voorzien van een in- en uitgang connector aan de onderkant, zie appendix 1. De walof netaansluiting dient met behulp van een drie-aderige kabel op de connector te worden aangesloten. Maak gebruik van een drie-aderige kabel met een soepele kern en een doorsnede van 2,5mm². Procedure Ga voor het aansluiten van de AC kabels als volgt te werk: De AC uitgang kan op G-ST18i male-connector worden aangesloten (eerst de connector los trekken). Gebruik een drie-aderige kabel. De aansluitpunten zijn duidelijk gecodeerd. Van links naar rechts: ‘N’ (nulleider), aarde en ‘L1’ (fase). De AC ingang kan direct worden aangesloten op de G0st18i female-connector. Gebruik een drie-aderige kabel. De aansluitpunten zijn duidelijk gecodeerd. Van links naar rechts ‘L1’ (fase), aarde, ‘N’ (nulleider). Druk de ingangspanning-connector (G-ST18i Female-connector) in de contra male-connector (linker connector). Druk de uitgangspanning-connector (G-ST18i male-connector) in de contra female-connector (van links naar recht uitgang AC 0/AC 1/AC 2/AC 3). 12 4.4 Aansluitopties EN Naast de standaardaansluitingen kunnen er nog een aantal opties worden aangesloten. NL 4.4.1 Startaccu De EasyPlus heeft een aansluiting voor het laden van een startaccu. Zie voor het aansluiten appendix 1. FR DE 4.4.2 Temperatuursensor Voor temperatuur gecompenseerd laden kan de bijgeleverde temperatuursensor worden aangesloten (zie appendix A). De sensor is geïsoleerd en moet op de min-pool van de accu worden gemonteerd. De standaard uitgangsspanningen voor Float en Absorptie zijn 25°C. Reduced Float spanning volgt de Float spanning en Raised Absorptie spanning volgt Absorptie spanning. In de instel mode werkt de temperatuur compensatie niet. ES 15.0 14.5 14.0 13.5 13.0 Volts 12.5 12.0 11.5 11.0 10.5 10.0 0 5 Appendix 30 29 28 27 26 25 Volts 24 23 22 21 20 10 15 20 25 30 35 40 45 50 55 60 Battery temperature 4.4.3 Afstandsbediening Het product kan op afstand bediend worden op twee manieren: - Met een externe driewegschakelaar - Met een Multi Control Panel Zie §5.5.1. voor de juiste DIP switch instellingen. 4.4.4 Programmeerbaar relais De EasyPlus is voorzien van een multifunctioneel relais, dat standaard is geprogrammeerd als alarm relais. Het relais kan voor allerlei andere toepassingen geprogrammeerd worden, bijvoorbeeld als start relais voor een aggregaat. Een LED vlakbij de aansluitklemmen zal gaan branden zodra het relais geactiveerd is (zie S, appendix A). 13 4.4.5 Parallel schakelen (zie appendix C) De EasyPlus is parallel te schakelen met meerdere identieke apparaten. Hiertoe wordt een verbinding tussen de apparaten gemaakt met behulp van standaard RJ45 UTP kabels. Het systeem (apparaten samen met eventueel een bedieningspaneel) dient hierna geconfigureerd te worden (zie hoofdstuk 5). Bij parallel schakelen moet aan de volgende voorwaarden voldaan worden: - Maximaal zes units parallel. - Schakel alleen identieke apparaten qua type en vermogen parallel. - De DC aansluitkabels naar de apparaten moeten allemaal even lang zijn en dezelfde doorsnede hebben. - Indien een plus en min DC distributiepunt wordt gebruikt, moet de doorsnede van de aansluiting tussen de accu’s en het DC distributiepunt minstens gelijk zijn aan de som van de vereiste doorsneden van de aansluitingen tussen het distributiepunt en de EasyPlus units. - Plaats de EasyPlus units dicht bij elkaar maar zorg voor minimaal 10 cm ventilatieruimte onder, boven en opzij van de units. - De UTP kabels dienen steeds direct van de ene unit op een andere unit aangesloten te worden (en op het remote paneel). Er mag geen gebruik gemaakt worden van aansluit/splitter boxen. - Op het systeem hoeft maar bij één unit een accu-temperatuursensor aangesloten te worden. Indien u de temperatuur van meerdere accu’s wilt meten, kunt u ook de sensoren van andere EasyPlus units in het systeem aansluiten (max. 1 sensor per EasyPlus). De temperatuur compensatie tijdens acculaden reageert dan op de sensor die de hoogste temperatuur meet. - Voltage sense moet op de ‘Master’ aangesloten worden (zie paragraaf 5.5.1.4). - Bij meer dan 3 units parallel in één systeem is een ‘dongle’ vereist. (zie hoofdstuk 5). - Er kan maar één afstandsbediening (paneel of schakelaar) op het systeem aangesloten worden. 4.4.6 Drie-fase configuratie (zie appendix D) De EasyPlus kan ook gebruikt worden in een 3-fase net. Hiertoe wordt een verbinding tussen de apparaten gemaakt met behulp van standaard RJ45 UTP kabels (dezelfde als voor parallel bedrijf). Het systeem (apparaten samen met eventueel een paneel) dient hierna geconfigureerd te worden (zie hoofdstuk 5). Voorwaarden: zie paragraaf 4.4.5. 14 EN 5. INSTELLINGEN NL Het wijzigen van de instellingen mag alleen worden uitgevoerd door een gekwalificeerde elektrotechnicus. Lees voor het wijzigen goed de instructies. Tijdens het laden moeten accu’s in een droge, goed geventileerde ruimte staan. FR 5.1 Standaard instellingen: klaar voor gebruik UPS function Dynamic current limiter WeakAC BoostFactor PowerAssist Programmeerbaar relais 50 Hz 45 – 65 Hz 180 -265 VAC 230 VAC stand alone off on on vier traps Adaptive met BatterySafe mode 75% van de maximum laadstroom Victron Gel Deep Discharge (ook geschikt voor Victron AGM Deep Discharge) off 14.4V tot 8 uur (afhankelijk van bulk tijd) 13.8 13.2 (niet instelbaar) 1 uur 7 dagen on 12A (= instelbare stroomgrens t.b.v. PowerControl en PowerAssist functies) on off off 2 on alarm functie Appendix Automatisch egalisatie laden Absorption spanning Absorption tijd Float spanning Storage spanning Herhaalde Absorption Tijd Herhaald Absorption Interval Bulk Beveiliging AC in stroomgrens ES EasyPlus standaard fabrieksinstellingen Omvormer frequentie Input frequency range Input voltage range Omvormer spanning Stand alone / parallel / 3-fase Search mode Ground relay Lader on/ off Laad karakteristieken Laadstroom Accu type DE De EasyPlus wordt geleverd met standaard instellingen. Deze zijn over het algemeen geschikt voor toepassing van 1 apparaat. Er hoeft dan niets ingesteld te worden. Waarschuwing: mogelijk is de standaard acculaadspanning niet geschikt voor uw accu’s! Raadpleeg de documentatie van uw accu’s of vraag advies bij uw accu leverancier! 15 5.2 Verklaring instellingen Hieronder volgt een korte verklaring van de instellingen voor zover die niet vanzelfsprekend zijn. Meer informatie is te vinden in de help files van de software configuratie programma’s (zie paragraaf 5.3). Omvormer frequentie Uitgangsfrequentie wanneer er geen AC op de ingang aanwezig is. Instelbaar: 50Hz; 60Hz Input frequency range Ingang frequentie bereik dat door de EasyPlus geaccepteerd wordt. De EasyPlus synchroniseert binnen dit bereik met de frequentie van de op de AC ingang aanwezige spanning. De frequentie op de uitgang is dan gelijk aan de frequentie op de ingang. Instelbaar: 45 – 65Hz; 45 – 55Hz; 55 – 65Hz Input voltage range Spanningsbereik dat door de EasyPlus geaccepteerd wordt. De EasyPlus synchroniseert binnen dit bereik de op AC ingang aanwezige spanning. De spanning op de uitgang is dan gelijk aan de spanning op de ingang. Instelbaar: Ondergrens 180 - 230V Bovengrens 230 - 270V Omvormer spanning Uitgangsspanning van de EasyPlus bij accu bedrijf. Instelbaar: 210 – 245V Search mode Met de search mode wordt het nullast stroomverbruik met ongeveer 70% verlaagd. De search mode houdt in dat de EasyPlus uitschakelt wanneer er geen belasting is of wanneer deze heel laag is. Iedere 2 seconden zal de EasyPlus even aanschakelen. Als de belasting dan de ingestelde waarde overschrijdt, blijft de EasyPlus aan. Zo niet, dan gaat de EasyPlus weer uit. De ‘uit’ en ‘aan’ belasting niveau’s kunnen ingesteld worden met VEConfigure. De fabrieksinstelling is: ‘UIT’: 40 Watt ‘AAN’: 100 Watt Instelbaar met DIP switches. Uitsluitend toepasbaar in stand alone configuratie. 16 EN AES (Automatic Economy Switch) In plaats van ‘search mode’ kan ook de AES gekozen worden. Wanneer deze instelling op ‘on’ gezet wordt, wordt het stroomverbruik bij nullast en lage belasting met ca. 20% verlaagd door de sinusspanning wat te ‘versmallen’. Niet instelbaar met DIP switches. Uitsluitend toepasbaar in stand alone configuratie. NL FR Ground relay (zie appendix B) Met dit relais (H) wordt de nul-geleider van de AC uitgang aan de kast geaard wanneer de teruglever veiligheidsrelais in de AC ingangen open is. Dit om de correcte werking van aardlek schakelaars in de uitgang te verzekeren. Indien een niet geaarde uitgang gewenst is tijdens omvormer bedrijf, moet deze functie uitgezet worden. Niet instelbaar met DIP switches. DE ES Accu type De standaard instelling is het meest geschikt voor Victron Gel Deep Discharge, Gel Exide A200, en buisjes plaat stationaire accu’s (tubular plate stationary batteries (OPzS)). Deze instelling kan ook voor vele andere accu’s gebruikt worden: bijvoorbeeld Victron AGM Deep Discharge en andere AGM accu’s, en vele soorten vlakke plaat open accu’s. Met DIP switches kunnen vier laadspanningen ingesteld worden. Automatisch egalisatie laden Deze instelling is bedoeld voor buisjesplaat tractie accu’s. Bij deze instelling wordt de maximale absorptie spanning verhoogd tot 2,83V/cel (34V voor een 24V accu) nadat tijdens absorptie laden de stroom is gedaald tot minder dan 10% van de ingestelde maximum stroom. Niet instelbaar met DIP switches. Zie ’tubular plate traction battery charge curve’ in VEConfigure. Absorption tijd Deze is afhankelijk van de bulk tijd (Adaptive laad karakteristiek), zodat de accu optimaal geladen wordt. Indien voor de ‘fixed’ laadkarakteristiek gekozen wordt, is de absorption tijd vast. Voor de meeste accu’s is 8 uur maximum absorption tijd geschikt. Indien t.b.v snel laden een extra hoge absorptie spanning is gekozen (kan alleen bij open accu’s!), is 4 uur beter. Storage spanning, Herhaalde Absorption Tijd, Herhaald Absorption Interval Zie hoofdstuk 2 Niet instelbaar met DIP switches. 17 Appendix Laad karakteristieken De standaard instelling is ‘vier traps Adaptive met BatterySafe mode’. Zie hoofdstuk 2 voor een beschrijving. Dit is de beste laad karakteristiek. Zie de help files van de software configuratie programma’s voor andere mogelijkheden. Bulk Beveiliging Wanneer deze instelling op ‘on’ staat, wordt de bulk laadtijd begrensd op max. 10 uur. Een langere laadtijd zou kunnen duiden op een systeem fout (bijvoorbeeld een kortgesloten accu cel). Niet instelbaar met DIP switches. AC-in stroombegrenzing Dit is de stroomgrens instelling waarbij PowerControl en PowerAssist in werking treden. Instelling bereik: van 2,7A tot 16A. De fabrieksinstelling is 12A Zie hoofdstuk 2 van het boek ‘Altijd Stroom’ of de vele beschrijvingen van deze unieke functie op onze website www.victronenergy.com. UPS function Wanneer deze instelling op ‘on’ staat, schakelt de EasyPlus praktisch zonder onderbreking naar omvormerbedrijf wanneer de AC op de ingang wegvalt. De EasyPlus is dan toe te passen als Uninterruptible Power Supply (UPS of onderbrekingsvrije voeding) voor gevoelige apparatuur zoals computers of communicatie systemen. De uitgangsspanning van sommige kleine aggregaten is te instabiel en te vervormd voor gebruik van deze instelling: de EasyPlus zou voortdurend omschakelen naar omvormer bedrijf. Daarom kan er voor gekozen worden om deze instelling uit te zetten. Dan reageert de EasyPlus minder snel op afwijkingen van de spanning op AC-in-1 of AC-in-2. Hierdoor wordt de omschakeltijd naar omvormer bedrijf wat langer, maar de meeste apparatuur (de meeste computers, klokken van huishoudelijke apparatuur) ondervindt hier geen hinder van. Advies: UPS function uitzetten wanneer de EasyPlus niet wil synchroniseren of voortdurend terugschakelt naar omvormer bedrijf. Dynamic current limiter Bedoeld voor generatoren waarbij de wisselspanning wordt opgewekt met behulp van een statische omvormer (zogenaamde ‘inverter’ generatoren). Bij deze generatoren wordt het toerental teruggeregeld wanneer de belasting laag is: dat beperkt lawaai, brandstof verbruik en vervuiling. Nadeel is dat de uitgangsspanning sterk zal zakken of zelfs helemaal wegvalt bij een plotselinge verhoging van de belasting. Meer belasting kan pas geleverd worden nadat de motor op toeren is. Wanneer deze instelling op ‘on’ gezet wordt, zal de EasyPlus beginnen met bijleveren op een lage stroom en de bijlevergrens geleidelijk verhogen naar de ingestelde stroom. Hierdoor krijgt de motor van de generator de tijd om op toeren te komen. Deze instelling wordt ook vaak toegepast bij ‘klassieke’ generatoren die traag reageren op plotselinge belasting variaties. 18 EN WeakAC De ingangsstroom van de lader van de EasyPlus is sinusvormig (PF=1 bedrijf). Sterke vervorming van de ingangsspanning kan tot gevolg hebben dat de lader niet of nauwelijks werkt. Wanneer WeakAC wordt aangezet accepteert de lader ook een sterk vervormde spanning, ten koste van meer vervorming van de opgenomen stroom. Advies: WeakAC aanzetten wanneer de lader niet of nauwelijks laadt (dit komt overigens zelden voor!). Zet tegelijk ook de ’dynamic current limiter’ aan en reduceer desnoods de maximale laadstoom om overbelasting van de generator te voorkomen. Niet instelbaar met DIP switches. NL FR DE BoostFactor Deze instelling alleen wijzigen na overleg met Victron Energy of een door Victron Energy getrainde installateur! Niet instelbaar met DIP switches. ES Appendix Programmeerbaar relais Het programmeerbare relais is standaard ingesteld als alarm relais, d.w.z. dat het relais afvalt i.g.v. een alarm of een voor-alarm (omvormer bijna te warm, rimpel op de ingang bijna te hoog, accuspanning bijna te laag). Niet instelbaar met DIP switches. Een LED vlakbij de aansluitklemmen zal gaan branden zodra het relais geactiveerd is. VEConfigure software Met behulp van VEConfigure kan het relais ook voor andere functies geprogrammeerd worden, bijvoorbeeld een generator start/stop signaal. Met VEConfigure kan de EasyPlus voor specifieke toepassingen geschikt gemaakt worden. Voorbeeld: Een woning of kantoor aangesloten op het openbare elektriciteitnet, met zonnepanelen en energie opslag in accu’s. De accu’s worden gebruikt om teruglevering aan het net te voorkomen. Overdag wordt overtollige zonne-energie opgeslagen in accu’s. Deze energie wordt ‘s avonds en ‘s nachts weer gebruikt. Een tekort aan energie wordt aangevuld vanuit het net. De EasyPlus zet de accugelijkspanning om in wisselspanning. Het vermogen is altijd kleiner of gelijk aan het gebruikte vermogen, zodat niet wordt teruggeleverd aan het net. In geval van net uitval, isoleert de EasyPlus de woning van het net en wordt de woning autonoom (autark). Op deze wijze kan zonne-energie of een microwarmtekracht centrale financieel efficiënt toegepast worden in regio’s met een onbetrouwbaar elektriciteitsnet en/of financieel ongunstige teruglever voorwaarden. 19 5.3 Instellingen wijzigen met een computer Alle instellingen kunnen met behulp van een computer of met een VE.Net paneel worden gewijzigd (uitzondering VE.Net: het multifunctionele relais en de VirtualSwitch). Veel gebruikte instellingen kunnen gewijzigd worden door middel van DIP switches, zie par. 5.5. Voor het wijzigen van instellingen met de computer heeft u het volgende nodig: - VEConfigureII software. U kunt de VEConfigureII software gratis downloaden van www.victronenergy.com. - Een UTP kabel en de MK2.2b RS-485 naar RS232 interface. Indien uw computer geen RS232 aansluiting heeft, maar wel USB, heeft u ook een RS232 naar USB interface kabel nodig. Beide zijn verkrijgbaar bij Victron Energy. 5.3.1 VE.Bus Quick Configure Setup VE.Bus Quick Configure Setup is een software programma waarmee systemen met maximaal 3 EasyPlus units (parallel of drie fase bedrijf) op eenvoudige wijze geconfigureerd kunnen worden. VEConfigureII maakt deel uit van dit programma. U kunt de software gratis downloaden van www.victronenergy.com. Voor aansluiting op uw computer heeft u een UTP kabel en de MK2.2b RS485 naar RS232 interface nodig. Indien uw computer geen RS232 aansluiting heeft, maar wel USB, heeft u ook een RS232 naar USB interface kabel nodig. Beide zijn verkrijgbaar bij Victron Energy. 5.3.2 VE.Bus System Configurator en dongle Voor het configureren van geavanceerde toepassingen en/of systemen met 4 EasyPlus units of meer moet de software VE.Bus System Configurator gebruikt worden. U kunt de software downloaden van www.victronenergy.com. VEConfigureII maakt deel uit van dit programma. U kunt het systeem zonder dongle configureren, en gedurende 15 minuten gebruiken (demonstratie faciliteit). Voor permanent gebruik is een dongle noodzakelijk, deze is verkrijgbaar tegen meerprijs. Voor aansluiting op uw computer heeft u een UTP kabel en de MK2.2b RS-485 naar RS232 interface nodig. Indien uw computer geen RS232 aansluiting heeft, maar wel USB, heeft u ook een RS232 naar USB interface kabel nodig. Beide zijn verkrijgbaar bij Victron Energy. 5.4 Instellen met een VE.Net paneel Hiervoor heeft u een VE.Net paneel en de ‘VE.Net to VE.Bus converter’ nodig. Met VE.Net kunt u alle parameters instellen, met uitzondering van het multifunctionele relais en de VirtualSwitch. 20 5.5 Instellen met DIP switches EN Een aantal instellingen kan gewijzigd worden door middel van DIP switches. NL Dit gaat als volgt: FR a) Schakel de EasyPlus aan, bij voorkeur zonder belasting en zonder wisselspanning op de ingangen. De EasyPlus werkt dan in omvormer bedrijf. b) Stel de DIP switches in zoals gewenst. c) Sla de instellingen op in het microprocessor geheugen door DIP switch 8 ‘on’ en daarna weer ‘off’ te schakelen. DE 5.5.1. DIP switch 1 en 2 ES Standaard instelling: om het product te gebruiken met de ‘On/Off/Charger Only’ ds 1: ‘off’ ds 2: ‘on’ De standaard instelling is vereist wanneer u de ‘On/Off/Charger Only’ schakelaar op het voorpaneel gebruikt. Appendix Instelling voor het op afstand gebruiken door middel van een Multi Control Panel: ds 1: ‘on’ ds 2: ‘off’ Deze instelling is vereist wanneer een Multi Control Panel is verbonden. Het Multi Control Panel moet verbonden zijn met één van de twee RJ48 sockets B, zie bijlage A. Instelling voor het op afstand gebruiken door middel van een 3-way switch: ds 1: ‘off’ ds 2: ‘off’ Deze instelling is vereist wanneer een 3-way switch is verbonden. De 3-way switch moet aangesloten zijn met klem L, zie bijlage A. Er kan maar één apparaat op afstand verbonden zijn, bijv. een switch of paneel. In beide gevallen dient de schakelaar op het apparaat zelf op ‘on’ te staan. 5.5.2 DIP switch 3 tot 7 Met deze DIP switches kunnen de volgende instellingen gedaan worden: - Laadspanning - Omvormer frequentie - Search mode uit of aan - AC ingangsstroom instellen op 12A of 6A 21 ds3-ds4: laadspanning ds3-ds4 dS3=off dS4=off (fabrieks instelling) Absorptie spanning 14.4 Float spanning 13.8 Storage spanning 13.2 Absorptie tijd (uren) Bedoeld voor 8 Gel Victron Deep Discharge Gel Exide A200 AGM Victron Deep Discharge dS3=on dS4=off 14.1 13.8 13.2 8 dS3=off dS4=on 14.7 13.8 13.2 5 dS3=on dS4=on 15.0 13.8 13.2 6 Gel Victron Long Life (OPzV) Gel Exide A600 (OPzV) Gel MK battery AGM Victron Deep Discharge Buisjes plaat OPzS accu’s in semi-float mode AGM spiral cell Buisjes plaat tractie accu’s of OPzS accu’s in cyclic mode Accu's met een hoog antimoon gehalte kunnen over het algemeen geladen worden met een lagere absorption spanning dan accu's met een laag antimoon gehalte. (Zie het boek ‘Electriciteit aan boord van jachten’ op www.victronenergy.com). De lader staat standaard afgeregeld voor het laden van gel accu’s zoals de Sonnenschein/Exide Dryfit A200 accu. Vraag bij gebruik van andere typen accu’s aan uw acculeverancier de juiste laadspanningen en laat zonodig de EasyPlus hierop (met behulp van VEConfigure) aanpassen. De Laadstroom staat ingesteld op 75% van nominale laadstroom.Vaak is dit een te hoge laadstroom. De meeste accu’s dienen geladen te worden met een stroom van 0.1 tot 0.2x de capaciteit. ds5: omvormer frequentie off = 50Hz on = 60Hz ds 6: Search mode off = uit on = aan ds 7: AC ingang stroom begrenzing: off = 12A on = 4A Sla de instellingen op in het microprocessor geheugen door DIP switch 8 ‘on’ en daarna weer ‘off’ te schakelen. 22 EN 5.5.3 Voorbeelden Hieronder enkele voorbeelden van DIP switch instellingen voor stand alone bedrijf Voorbeeld 1 is de fabrieksinstelling off on off on off off on → ← Voorbeeld 2: 1 Geen paneel of afstandsschakelaar verbonden 2 Geen paneel of afstandsschakelaar 3,4 AGM 14,7V 5 Frequentie: 50Hz 6 Search Mode off 7 AC-in grens 4A 8 Opslaan: off→ on→ off DS-1 DS-2 DS-3 DS-4 DS-5 DS-6 DS-7 DS-8 on off on on on on off → ← Voorbeeld 3: 1 Paneel of afstandsschakelaar verbonden 2 Paneel of afstandsschakelaar verbonden 3, 4 Buisjes plaat 15V 5 Frequentie: 60Hz 6 Search Mode on 7 AC-in grens 12A 8 Opslaan: off→ on→ off Appendix Voorbeeld 1: (fabrieksinstellingen) 1 Geen paneel of afstandsschakelaar verbonden 2 Geen paneel of afstandsschakelaar verbonden 3, 4 GEL 14.4 V 5 Frequentie: 50Hz 6 Search Mode off 7 AC-in grens 12A 8 Opslaan: off→ on→ off on ES → ← off DE off off off off off DS-1 DS-2 DS-3 DS-4 DS-5 DS-6 DS-7 DS-8 FR DS-1 DS-2 Paneel DS-3 Laadspanning DS-4 Laadspanning DS-5 Frequentie DS-6 Search mode: DS-7 AC-in grens DS-8 Opslaan NL Belangrijk: Wanneer een paneel is aangesloten, wordt de stroomgrens van AC ingang bepaald door het paneel en niet door de in de EasyPlus opgeslagen waarde. Sla de instellingen op in het microprocessor geheugen door DIP switch 8 ‘on’ en daarna weer ‘off’ te schakelen. Bij acceptatie van de settings zullen de ‘Charger’en ‘Alarm’ LEDs knipperen. 6. ONDERHOUD De EasyPlus vereist geen specifiek onderhoud. Het volstaat alle verbindingen eenmaal per jaar te controleren. Voorkom dat de EasyPlus vochtig wordt en houd het apparaat schoon. 23 7. FOUTZOEKSCHEMA Met behulp van onderstaande stappen kunnen de meest voorkomende storingen snel worden opgespoord. Voordat testen met de omvormer en/of acculader worden uitgevoerd, dienen de DC-belastingen te worden losgekoppeld van de accu’s en de AC-apparatuur dient te worden losgekoppeld van de omvormer. Indien de fout niet opgelost kan worden, raadpleeg uw Victron Energy distributeur. Probleem De omvormer werkt niet wanneer deze wordt ingeschakeld De omvormer werkt niet Oorzaak De accuspanning is te hoog of te laag. Oplossing Zorg dat de accuspanning binnen de juiste waarde is. Processor staat in uit-mode De LED ‘alarm’ knippert. De LED ‘alarm’ knippert. Voor-alarm, alt. 1: de accuspanning is laag. Voor-alarm, alt. 2: de belasting op de omvormer is hoger dan de nominale belasting. Voor-alarm, alt. 3: lage accuspanning en te hoge belasting. Ontkoppel de netspanning. Schakel de omvormer uit. Wacht 4 seconden. Schakel de omvormer weer aan. Laad de accu op of controleer de accu aansluitingen. Ontkoppel een deel van de belasting. De LED ‘alarm’ knippert. De LED ‘alarm’ knippert. Voor-alarm, alt. 3: rimpelspanning op de DCaansluiting overschrijdt 1,25Vrms. De LED ‘lalarm’ brandt. De omvormer is uitgeschakeld als gevolg van voortduring van een van bovenstaande vooralarm omstandigheden. 24 Laad de accu’s op, ontkoppel een deel van de belasting of plaats accu’s met een hogere capaciteit. Monteer kortere en/of dikkere accukabels. Controleer de dynamo. Controleer de accukabels en accu-aansluitingen. Wees er zeker van dat de accucapaciteit voldoende is, verhoog deze eventueel. Zie de bovenstaande oplossingen Oplossing Zorg dat de netspanning tussen 185 VAC en 265 VAC komt te liggen en dat de frequentie overeenkomt met de instelling. Verkeerde laadstroom. Een slechte accu-aansluiting. Stel de laadstroom in tussen 0,1 en 0,2x de accucapaciteit. Controleer de accu-aansluitingen. De absorptionspanning is op een verkeerde waarde ingesteld. Regel de absorptionspanning af op een goede waarde. DE Reset de 16A thermische onderbreker. FR De thermische onderbreker is geactiveerd. NL De accu wordt niet volledig opgeladen. Oorzaak De netspanning of –frequentie is buiten het bereik. EN Probleem De lader werkt niet De absorptionspanning is op een verkeerde waarde ingesteld. De floatspanning is op een verkeerde waarde ingesteld. Een slechte accu. Regel de absorptionspanning af op een goede waarde. Regel de floatspanning af op een goede waarde. Vervang de accu. Een te kleine accu. Reduceer de laadstroom of gebruik een accu met een hogere capaciteit. Sluit een temperatuursensor aan. De accu staat te warm. De laadstroom zakt De accu is oververhit (>50°C) terug naar 0 zodra de absrptie fase ingaat De accu temperatuur sensor is stuk Appendix De accu wordt overladen. ES De floatspanning is op een Regel de floatspanning af op een verkeerde waarde ingesteld. goede waarde. De capaciteit van de accu is te groot. Sluit een accu aan met een kleinere capaciteit en verhoog de laadstroominstelling. De interne DC zekering is kapot. Omvormer is defect. - Plaats de accu in een koelere ruimte - Verlaag de laadstroom - Kijk of een van de accucellen een interne sluitng heeft Maak het stekkertje van de temperatuur sensor in de EasyPlus los. Reset de EasyPlus door deze uit te schakelen en na minstens 4 seconden wachten weer aan te zetten. Indien de laad functie nu weer goed is moet de temperatuur sensor vervangen worden. 25 8. TECHNISCHE SPECIFICATIES EasyPlus 12 Volt PowerControl / PowerAssist ja Maximale doorschakelstroom (A)) 16 Uitgang ‘zwaar gebruikers’ AC 0 16 OMVORMER Ingangsspanningsbereik (V DC) Uitgang AC1 ,uitgang AC 2,uitgang AC 3 (1) 9,5 – 17V Uitgangsspanning: 230 VAC ± 2% Frequentie: 50 Hz ± 0,1% Continu vermogen bij 25°C (VA) (3) 1600 Continu vermogen bij 25°C (W) 1300 Continu vermogen bij 40°C (W) 1200 Piek vermogen (W) 3000 Maximaal rendement (%) 92 Nullast (W) 8 Search mode 2 LADER AC Ingang Ingangspanning: 187-265 VAC Frequentie: 45-65Hz Power factor: 1 Laadspanning 'absorption' (V DC) 14,4 Laadspanning 'float' (V DC) 13,8 Laadspanning 'opslag' (V DC) 13,2 Laadstroom accessoire accu (A) (4) 70 Laadstroom startaccu (A) 4 Temperatuur sensor Ja ALGEMEEN Programmeerbaar relais (5) Beveiligingen (2) Algemeen Ja a–g Temperatuur bereik: -20 tot +50°C Vocht (niet condenserend): max 95% BEHUIZING Algemeen Accu-aansluiting 230 V AC-aansluiting Gewicht (kg) Afmetingen (hxbxd in mm) Materiaal & kleur: aluminium (blauw RAL 5012) Beschermklasse: IP 21 Twee accu kabels, lengte1.5 meter G-ST18i connectors 11,7 510x214x110 NORMEN Veiligheid Emissie / Immuniteit Automotive Directive 26 EN 60335-1, EN 60335-2-29 EN 55014-1, EN 55014-2, EN 61000-3-3 2004/104/EC EN 1) Kan worden ingesteld op 60Hz en op 240V 2) Beveiligingen a. Kortsluiting b. Overbelasting c. Accuspanning te hoog d. Accuspanning te laag e. Temperatuur te hoog f. Wisselspanning op de uitgang g. Ingangsspanning met een te hoge rimpel 3) Niet lineaire belasting, crest faktor 3:1 4) Bij 25°C omgevingstemperatuur 5) Relais instelbaar als algemeen alarm relais, onderspanning alarm of start relais voor een aggregaat NL FR DE ES Appendix 27 www.victronenergy.com NL Conmutador Dipswitch Ingangs-zekering Disjoncteur entrée Eingangssicherung Disyuntor de entrada Communicatiepoort Port de communication Kommunikationsanschluss Puerto de comunicaciones Temperatuursensor Sonde de temperature Temperaturfühler Sensor de temperatura Alarm contact Contact d’alarme Alarmkontakt Contacto de alarma Accu Minus Négatif batterie Batterie Minus Negativo de la bateria Startaccu Plus Positif batterie auxiliaire Starterbatterie Plus H I J K L Afstandsbediening Commande à distance Fernbedienung Positivo de la bateria auxiliar Control remoto Net IN Alimentation secteur Netz Ein Alimentación de red Net / omvormer UIT Sortie secteur / conv. Netz / Wechselrichter AUS Salida red/conversor Accu Plus Positif batterie Batterie Plus Positivo de la batería M N Aardlekschakelaar O Uitgangs-zekeringen van AC 0 Uitgangs-zekeringen Van uitgang AC 0, AC 1,AC 2,AC 3 Appendix Dipswitch Schalter ‘zware’ gebruikers uitgang AC-0 Alleen werkzaam als walstroom aanwezig is. F DE Commutateur Dipswitch FR ES Dipswitch schakelaar NL D A B C D E F G EN Appendix A: overview connections www.victronenergy.com Fusible de entrada) Ingang Entrée Netzeingang Entrada Uitgang Sortie Verbracherausgang Salida Aardverbinding naar behuizing Veiligheidsrelais (AC ingang) Aardrelais (sluit wanneer G opent) Liaison à la terre du boitier Relais de sécurité (antieretour entrée) Relais de mise à la terre (fermé quand G est ouvert) Verbindung Landstromerde / gehäuse Rückstromschutzrelais Conexión a tierra de la carcasa Relé de segurida Relé de puesta a tierra (cerrado cuando G está abierto) I DC zekering Fusible DC J Dubbelwerkende omvormer Uitgangs-relais (sluit wanneer G sluit) Behuizing moet permanent met de aarde zijn verbonden Convertisseur bidirectionnel Erdungsrelais (Kontakt geschlossen, wenn Kontakt des Rückstromschutzrelais öffnet) ANL-Gleichstromsicherung Wandler-Lader verbindung Schutzerdungs-anschluss am Gehäuse, muss mit dem Chassis eines Fahrzeugs oder dem Erdungspunkt eines Bootes verbunden sein. Puesta a tierra permanente de la carcasa G H K L M Aardlekschakelaar Beveiligd de uitgangen AC out 0 tot 3. Mise à la terre permanente du boîtier Fusible CC Conversor bidireccional Appendix ES Thermischer Überstrom- DE D Fusible d;entrée FR F Ingangszekering MCB NL NL C D E F EN Appendix B: installation information
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150

Victron energy EasyPlus 1600VA 230V de handleiding

Categorie
Noodstroomvoorzieningen (UPS'en)
Type
de handleiding