Microlife NC 200 Handleiding

Categorie
Digitale lichaamsthermometers
Type
Handleiding

Documenttranscriptie

Microlife Digitale contactloze thermometer NC 200 1 2 3 4 5 6 7 8 9 AT AK AL AM AN AO AP AQ AR AS BT BK BL BM BN BO BP BQ BR BS Meetsensor Traceer lampje Zelfmeting lampje Display M-knop (geheugen) MODE knop START/IO knop Deksel batterijcompartiment Alle symbolen verschijnen Gereed voor meting Meting voltooid Lichaamsmodus Objectmodus Lage batterijspanning Schakelbaar van Celsius naar Fahrenheit Geheugenmodus Teruglezen van de laatste 30 metingen Gemeten temperatuur te hoog Gemeten temperatuur te laag Omgevingstemperatuur te hoog Omgevingstemperatuur te laag Foutmeldingen Leeg scherm Lege batterij Datum/tijd Beeper functie instelling Vervangen van de batterij Aftelling voor meting Beschermkapje Lees alvorens dit apparaat te gebruiken de instructies aandachtig door. Geleverd onderdeel type BF 38 NL Deze Microlife thermometer is een product van hoge kwaliteit dat de laatste technologie bevat en volgens internationale normen werd getest. Met zijn unieke technologie kan deze thermometer een stabiele lezing leveren vrij van warmte-interferentie met elke meting. Telkens wanneer de thermometer wordt ingeschakeld, voert het toestel automatisch zelf een test uit om de nauwkeurigheid van de metingen te garanderen. De Microlife thermometer is bedoeld om de menselijke lichaamstemperatuur te meten en te volgen. Deze thermometer is klinisch getest, veilig en nauwkeurig bevonden wanneer het wordt gebruikt in overeenstemming met de gebruiksaanwijzing ervan. Lees deze instructies a.u.b. zorgvuldig door zodat u alle functies en veiligheidsinformatie begrijpt. Inhoudsopgave 1. De voordelen van deze thermometer • Meten in enkele seconden • Automatische meting met afstandscontrole • Meerdere toepassingen (groot meetbereik) • Nauwkeurig en betrouwbaar • Gebruiksvriendelijk en eenvoudig in gebruik • Meerdere metingen teruglezen • Veilig en hygiënisch • Koortsalarm • Volgsysteem voor een zelfmeting 2. Belangrijke veiligheidsinstructies 3. Temperatuur opnemen met deze thermometer 4. Controlescherm en symbolen 5. Instelling datum, tijd en beeper functies 6. Overschakelen van lichaamsmodus naar objectmodus 7. Instructies voor gebruik • Meten in de lichaamsmodus met automatische meting en afstandscontrole • Meten in de objectmodus zonder automatisch meten 8. Schakelbaar van Celsius naar Fahrenheit 9. Oproepen van 30 metingen in de geheugenmodus 10. Foutmeldingen 11. Reinigen en desinfecteren 12. Batterijvervanging 13. Garantie 14. Technische specificaties 15. www.microlife.nl Garantiebon (zie achterzijde) 1. De voordelen van deze thermometer Meten in enkele seconden De innovatieve infrarood-technologie maakt het mogelijk een meting te voltooien zonder contact met het lichaam. Dit garandeert een veilige en hygiënische meting binnen enkele seconden. Automatische meting met afstandscontrole Dit apparaat kan automatisch een meting uitvoeren, wanneer de gewenste afstand binnen de 5 cm is bereikt. Meerdere toepassingen (groot meetbereik) Deze thermometer heeft een groot meetbereik van 0 - 100,0 °C / 32,0 - 212,0 °F; de thermometer kan gebruikt worden om de lichaamstemperatuur te meten, maar kan ook gebruikt worden voor het meten van de oppervlaktetemperatuur van:  Melk in de fles van een baby  Het water in het bad van een baby  De omgevingstemperatuur Nauwkeurig en betrouwbaar De unieke probekop met ingebouwde geavanceerde infraroodsensor zorgt ervoor dat elke meting nauwkeurig en betrouwbaar is. Gebruiksvriendelijk en eenvoudig in gebruik  Het ergonomische ontwerp maakt de thermometer handzaam en eenvoudig in gebruik.  Deze thermometer kan zelfs gebruikt worden bij een slapend kind, dat rustig kan doorslapen.  Deze thermometer is snel en daarom aangenaam in gebruik voor kinderen. Meerdere metingen teruglezen Gebruikers kunnen de laatste 30 metingen teruglezen door de geheugenmodus in te schakelen. Hierdoor kunt u eenvoudig temperatuurvariaties volgen. Veilig en hygiënisch  Geen direct contact met de huid.  Geen risico van gebroken glas of inslikken van kwik.  Volledig veilig voor kinderen. NC 200 Koortsalarm 10 korte piepsignalen en een rood verlicht LCD maken u erop attent dat men een temperatuur heeft gemeten van boven de 37,5 °C. Volgsysteem voor een zelfmeting Een groen lampje op de rugzijde, laat de gebruiker zien of de juiste afstand is bereikt en een meting wordt automatisch uitgevoerd. 2. Belangrijke veiligheidsinstructies  Volg de instructies voor correct gebruik. Deze documentatie voorziet u van belangrijke bedienings- en veiligheidsvoorschriften betreffende dit apparaat. Lees de documentatie zorgvuldig door vóór ingebruikname van het apparaat en bewaar het voor latere raadpleging.  Dit apparaat mag uitsluitend worden gebruikt voor het doel zoals in de gebruiksaanwijzing beschreven. De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade veroorzaakt door onjuist gebruik.  Dompel dit apparaat nooit in het water of andere vloeistoffen. Voor het reinigen dient u de instructies uit de «Reinigen en desinfecteren» paragraaf op te volgen.  Gebruik het apparaat niet wanneer u vermoedt dat het beschadigd is of wanneer u tijdens het gebruik iets ongebruikelijks constateert.  Open het apparaat nooit.  Een normaal biologisch proces genaamd vasoconstrictie kan in een vroegtijdig stadium van koorts optreden, resulterend in een lagere temperatuur van het huidoppervlak, de gemeten temperatuur met een thermometer kan dan verdacht laag zijn.  Als het meetresultaat niet consistent is met de bevinding van de patiënt of verdacht laag, herhaal de meting dan elke 15 minuten of controleer het resultaat met een andere kerntemperatuurmeting van het lichaam.  Dit apparaat bevat gevoelige componenten en moet met voorzichtigheid worden behandeld. Neem de bewaar- en bedieningsvoorschriften in acht beschreven in het hoofdstuk «Technische specificaties»!  Laat kinderen het apparaat alleen onder toezicht van een volwassene gebruiken. Kleine onderdelen kunnen worden ingeslikt. Wees alert op het gevaar van verstrengeling, indien het apparaat is voorzien van kabels of slangen.  Gebruik het apparaat niet dicht in de buurt van sterke elektromagnetische velden zoals mobiele telefoons of radioinstallaties. Zorg 39 NL voor een afstand van minimaal 3,3 meter van dit soort apparaten, wanneer u dit apparaat in gebruik neemt.  Bescherm het tegen: - extreme temperaturen - schokken en laten vallen - vervuiling en stof - direct zonlicht - warmte en kou  Wanneer het apparaat voor een langere tijd niet gebruikt gaat worden moeten de batterijen worden verwijderd. WAARSCHUWING: De gemeten resultaten met dit apparaat stellen geen diagnose. Het vervangt geen conslutatie van een arts, zeker niet wanneer de symptomen niet overeenkomen. Vertouw niet enkel op het meetresultaat, neem altijd overige symptomen in beschouwing, evenals de terugkoppling van patient. Bij twijfel altijd contact opnemen met uw arts.  3. Temperatuur opnemen met deze thermometer De thermometer meet de infraroodstraling uitgezonden door het voorhoofd of andere objecten. Deze energie wordt opgevangen door de lens en omgezet in een temperatuurwaarde. 4. Controlescherm en symbolen  Alle symbolen verschijnen 9: Druk op de START/IO knop 7 om de thermometer te activeren, alle symbolen zullen gedurende 1 seconde op het scherm verschijnen.  Gereed voor meting AT: Als de thermometer klaar is voor de meting, zal het symbool «°C» of «°F» blijven knipperen, terwijl het symbool voor body of object blijvend wordt weergegeven.  Aftelling voor meting BR: 3 seconden aftelling wordt getoond in het display (3, 2, 1), voorafgaand van iedere meting.  Meting voltooid AK: De meting zal worden weergegeven op display 4 terwijl zowel het symbool van oor-of voorhoofd en het symbool voor «°C» of «°F» blijvend worden weergegeven. Zodra het symbool «°C» of «°F» weer knippert is het apparaat weer klaar voor de volgende meting.  Lage batterijstand AN: Als de thermometer ingeschakeld is, blijft het icoon «batterij» knipperen om u eraan te herinneren dat de batterijen moeten worden vervangen. 40 5. Instelling datum, tijd en beeper functies Instelling van de datum en tijd 1. Nadat de batterijen zijn geplaatst knippert het jaartal in het display BO. U kunt het jaar instellen door op de M-knop 5 te drukken. Om te bevestigen en vervolgens de maand in te stellen, drukt u op de MODE knop 6. 2. Nu kunt u de maand instellen met de M-knop 5. Druk op de MODE knop 6 om te bevestigen en stel dan de dag in. 3. Volg de instructies zoals hierboven beschreven om dag, uren en minuten in te stellen. 4. Zodra u de minuten heeft ingesteld en de START/IO knop 7 indrukt, zijn de datum en tijd ingesteld en wordt de tijd weergegeven. Indien er gedurende 20 seconden geen toets wordt ingedrukt, schakelt de thermometer automatisch naar de klaar voor gebruik stand AT. Eindig tijd set-up: Druk op de START/IO knop 7 gedurende tijd set-up. Op het LCD scherm verschijnt Datum /tijd symbool met «--:--». Hierna drukt u op de START/IO knop 7 om de meting te starten. Indien u verder niets doet zal de thermometer na 30 seconden automatisch uitschakelen. Wijzig huidige datum en tijd: Hou de MODE knop 6 gedurende 8 seconden ingedrukt, zodat het jaartal begint te knipperen BO. Nu kunt u de nieuwe gegevens invullen zoals hierboven beschreven.    Instelling van de beeper 1. Hou de MODE knop 6 gedurende 3 seconden ingedrukt om de beeper BP in te stellen. 2. Druk op de M-knop 5 om de beeper aan of uit te zetten. De beeper is geactiveerd wanneer u het geluidssymbool BP wordt getoond zonder kruis. Wanneer de beer instelling is gekozen, druk op de START/ IO knop 7 voor de «klaar voor meting» modus; ander zal het apparaat automatisch na 10 seconden klaar voor meten zijn AT.  6. Overschakelen van lichaamsmodus naar objectmodus 1. Druk op de START/IO knop 7. Alle symbolen verschijnen gedurende 1 seconde op het scherm 4. 2. De standaard modus is de objectmodus. Druk op de MODE knop 6 om te wisselen van modus. Om terug te schakelen naar lichaamsmodus, druk dan nogmaals op de MODE knop. 7. Instructies voor gebruik Verwijder altijd het berschermkapje BS voor het gebruik. Meten in de lichaamsmodus met automatische meting en afstandscontrole 1. Druk op de START/IO knop 7. Alle symbolen verschijnen gedurende 1 seconde op het scherm 4. 2. Een knipperend «°C»/«°F» symbool, een blauw knipperend traceer lampje 2 en een piepsignaal geven aan dat het apparaat klaar is voor een meting AT. 3. Verwijder haar, zweet of vuil van het voorhoofd, om onnauwkeurige metingen te voorkomen. 4. Richt de thermometer op het midden van het voorhoofd en houdt daarbij een afstand aan van niet meer dan 5 cm van het voorhoofd. 5. Het apparaat zal automatisch starten, wanneer de meetsensor 1 de benodigde afstand van minder dan 5 cm detecteert. Het display zal een aftelling laten zien (3, 2, 1); Na 3 seconden zal een lange pieptoon aangeven dat de meting voltooid is. 6. Zelfmeting: Het zelfmeting lampje 3 zal helpen aangeven wanneer de meting start. Hou de thermometer gericht op het voorhoofd totdat het lampje uitschakelt. 7. Lees de gemeten temperatuur af van het LCD display. 8. Voor een opvolgende meting, hou de thermometer weg van het voorhoofd en wacht totdat het «°C»/«°F» symbool weer knippert. Vervolgen met bovenstaande stap 4-5. 9. Hou de START/IO knop 7 ingedrukt voor 3 seconden om het uit te schakelen; anders zal het apparaat automatisch uitschakelen na 60 seconden. Meten in de objectmodus zonder automatisch meten 1. Druk op de START/IO knop 7. Alle symbolen verschijnen gedurende 1 seconde op het scherm 4. 2. Druk op de MODE knop 6 om over te schakelen naar de objectmodus. 3. Een knipperend «°C»/«°F» symbool, een blauw knipperend traceer lampje 2 en een piepsignaal geven aan dat het apparaat klaar is voor een meting AT. NC 200 4. Richt de thermometer op het midden van het object dat u wilt gaan meten met een afstand van niet meer dan 5 cm. Druk nu op de START/IO knop 7. Na 3 seconden zal een lange pieptoon aangeven dat de meting voltooid is. 5. Lees de gemeten temperatuur af van het LCD display. 6. Voor een opvolgende meting, wacht totdat het «°C»/«°F» symbool weer knippert. Vervolgen met bovenstaande stap 4-5. 7. Hou de START/IO knop 7 ingedrukt voor 3 seconden om het uit te schakelen; anders zal het apparaat automatisch uitschakelen na 60 seconden. OPMERKING:  Patiënten en thermometer moeten minimaal 30 minuten verblijven in een kamer met een constante temperatuur.  Meet niet tijdens of direct na het voeden van een baby.  Gebruik de thermometer niet in ruimtes met een te hoge luchtvochtigheid.  Patiënten moeten niet drinken, eten, of oefeningen verrichten voorafgaand aan/tijdens het meten.  Haal het meetapparaat niet van het meetgebied af voordat u de eindpiep hebt gehoord.  10 korte piepsignalen en een rood verlicht LCD maken u erop attent dat men een temperatuur heeft gemeten van boven de 37,5 °C.  Neem de temperatuur altijd op dezelfde plaats op, daar de temperatuuruitlezingen van plaats tot plaats kunnen verschillen.  Dokters raden aan om bij pasgeborenen de eerste 6 maanden de temperatuur rectaal te meten, dit omdat andere meetmethoden vaak tot onbetrouwbare resultaten kunnen leiden. Wilt u toch een non-contact meting bij pasgeborenen uitvoeren controleert u dit dan middels een rectale meting.  In onderstaande omstandigheden is het aanbevolen om drie metingen te doen en het hoogste resultaat te nemen: 1. Kinderen jonger dan drie jaar met een deficiënt immuunsysteem en bij wie het al dan niet hebben van koorts kritiek is. 2. Als de gebruiker de thermometer voor het eerst leert gebruiken, tot hij/zij vertrouwd is met het apparaat en regelmatige resultaten verkrijgt. 3. Als de meting onverwacht laag is.  Temperatuurmetingen moeten onderling niet met elkaar vergeleken worden, omdat de lichaamstemperatuur kan fluctueren door tijd en omgevingstemperatuur, vaak is de lichaamstemperatuur het hoogst in de avond en het laagst in de ochtenduren. Normale lichaamstemperaturen zijn: - Oksel: 34,7 - 37,3 °C / 94,5 - 99,1 °F  41 NL - Orale: 35,5 - 37,5 °C / 95,9 - 99,5 °F - Rectale: 36,6 - 38,0 °C / 97,9 - 100,4 °F - Microlife NC 200: 35,4 - 37,4 °C / 95,7 - 99,3 °F 8. Schakelbaar van Celsius naar Fahrenheit Deze thermometer toont de temperatuurmeting in Fahrenheit en Celsius. Om te switchen tussen °C en °F, hou de MODE knop 6 gedurende 3 seconden ingedrukt; het beeper symbool wordt getoond in het display. Druk de MODE knop nog een keer in; de huidige meeteenheid («°C» of «°F» symbool) wordt getoond in het display AO. Wissel tussen de meeteenheid (°C/°F) door op de Mknop te drukken 5. Wanneer de meeteenheid is gekozen, druk op de START/IO knop 7 om «klaar voor meten» te activeren; anders zal het apparaat automatisch uitschakelen na 10 seconden AT. 9. Oproepen van 30 metingen in de geheugenmodus Deze thermometer geeft de laatste 30 metingen weer, inclusief datum en tijd.  Oproepmodus AP: Druk op de M-knop 5 om naar de oproepmodus te gaan wanneer het apparaat uit staat. Het geheugensymbool «M» knippert.  Resultaat 1 – het laatste resultaat AQ: Druk op de M-knop 5 en laat deze los om het laatste resultaat te zien. Scherm 1 alleen met geheugensymbool. Door de M-knop 5 in te drukken en los te laten nadat de afgelopen 30 resultaten zijn opgeroepen zal de bovenstaande volgorde weer bij resultaat 1 verder gaan. 10. Foutmeldingen  Gemeten temperatuur te hoog AR: Het symbool «H» zal verschijnen als de temperatuur hoger dan 43 °C / 109,7 °F in de lichaammodus of 100 °C / 212 °F in de objectmodus.  Gemeten temperatuur te laag AS: Het symbool «L» zal verschijnen als de temperatuur lager dan 34,0 °C / 93,2 °F in de lichaammodus of 0 °C / 32 °F in de objectmodus.  Omgevingstemperatuur te hoog BT: Het symbool «AH» zal verschijnen wanneer de omgevingstemperatuur hoger is dan 40,0 °C / 104,0 °F.  Omgevingstemperatuur te laag BK: Het symbool «L» in combinatie met het symbool zal verschijnen wanneer de omgevingstemperatuur lager dan 15,0 °C / 59,0 °F in de lichaammodus of lager dan 5,0 °C / 41,0 °F in de objectmodus. 42  Fout in de werking BL: - «Er 0» / «Er 6»: Het systeem werkt niet goed. - «Er 2»: Het apparaatis direct op het voorhoofd of object geplaatst. Hou een afstand aan van 1-5 cm. Raak de nooit de onderzijde aan (sensor gebied) van de meetsensor.  Leeg scherm BM: Gelieve na te gaan of de batterijen correct zijn geplaatst. Controleer ook de polariteit (<+> en <->) van de batterijen.  Lege batterijstand BN: Als alleen het icoon «batterij» wordt getoond op de display dient u de batterijen direct te vervangen. 11. Reinigen en desinfecteren Gebruik een wattenstaafje of een watje dat in alcohol is gedrenkt (70% isopropyl) om de thermometerbehuizing en de probekop te reinigen. Let erop dat er geen vloeistof in het binnenste van de thermometer binnendringt. Gebruik nooit agressieve reinigingsmiddelen, verdunningsproducten of benzeen bij het reinigen en dompel de thermometer nooit onder in water of welke andere vloeistof dan ook. Zorg ervoor dat er geen krassen op het oppervlak van de sondelens en het scherm komen. 12. Batterijvervanging Dit instrument wordt geleverd met 2 long-life 1.5V AAA batterijen, deze moeten direct worden vervangen wanneer alleen het symbool «batterij» BN iwordt getoond. Verwijder het batterij plaatje BQ door in de afgebeelde richting te duwen. Vervang de batterijen – controleer de juiste polariteit zoals getoond door de symbolen in het compartiment. Batterijen en elektronische instrumenten moeten volgens de plaatselijke regelgeving worden verwijderd, niet bij het huishoudelijke afval. 13. Garantie Dit apparaat heeft een garantie van 5 jaar vanaf aankoopdatum. De garantie is alleen van toepassing bij overhandigen van een garantiekaart ingevuld door de distributeur (zie achterzijde) of met een bevestiging van de aankoopdatum of kassabon.  De garantie dekt het apparaat, batterijen en verpakking zijn niet inbegrepen.  Opening van of wijzigingen aan het apparaat maken de garantie ongeldig.  De garantie dekt geen schade veroorzaakt door oneigenlijk gebruik, ontladen batterijen, ongelukken of het zich niet houden aan de bedieningsinstructies. Neem a.u.b. contact op met de Microlife service. 14. Technische specificaties Type: Digitale contactloze thermometer NC 200 Meetbereik: Lichaamsmodus: 34,0-43 °C / 93,2-109,4 °F Objectmodus: 0-100,0 °C / 32-212,0 °F Resolutie: 0,1 °C / °F Meetnauw- Lichaamsmodus: keurigheid ±0,2 °C, 35,0  42,0 °C / ±0,4 °F, 95,0  107,6 °F (Labora±0,3 °C, 34,0  34,9 °C en 42,1 °C 43,0 °C / toium): ±0,5 °F, 93,2 94,8 °F en 107,8 109,4 °F Objectmodus: ±1,0 °C, 0 100,0 °C / ±2 °F, 32,0 212 °F Scherm: Liquid Crystal Display, 4 cijferig met speciale symbolen Geluid: Deze eenheid is ingeschakeld en gereed voor gebruik: 1 kort geluidssignaal Voltooi de meting: 1 lange piep (1 sec.) als de uitlezing minder is dan 37,5 °C / 99,5 °F, 10 korte «piep» geluiden, als de uitlezing gelijk is of groter dan 37,5 °C / 99,5 °F. Systeemfout of storing: 3 korte: «pi» geluiden Geheugen: 30 geheugens oproepbaar, beide met datum en tijd aanduiding. Achtergrond- De display zal gedurende 1 seconde GROEN verlichting: verlicht zijn, wanneer de eenheid aan staat. De display zal gedurende 5 seconden GROEN verlicht zijn, wanneer een meting is voltooid met een uitlezing minder dan 37,5 °C / 99,5 °F. De display zal gedurende 5 seconden ROOD verlicht zijn, wanneer een meting is voltooid met een uitlezing gelijk aan of hoger dan 37,5 °C / 99,5 °F. Werkings- Lichaamsmodus: 16-40,0 °C / 60,8-104,0 °F condities: Objectmodus: 5-40,0 °C / 41-104,0 °F 15-95 % maximale relatieve vochtigheid Bewaar-20 - +50 °C / -4 - +122 °F condities: 15-95 % maximale relatieve vochtigheid NC 200 Automatisch uitschakelen: Ongeveer 1 minuut na de laatste meting. Batterij: 2 x 1,5V alkaline batterijen; type AAA Levensduur batterij: ongeveer 2000 metingen (met nieuwe batterijen) Afmetingen: 156,7 x 43 x 47 mm Gewicht: 91,5 g (met batterij), 68,5 g (zonder batterij) IP Klasse: IP22 Verwijzing ASTM E1965; IEC 60601-1; IEC 60601-1-2 (EMC); naar normen: IEC 60601-1-11 Verwachte levensduur: 5 jaar of 12000 metingen Dit apparaat komt overeen met de normen van de richtlijn medische hulpmiddelen 93/42/EEC. Technische wijzigingen voorbehouden. Overeenkomstig de Medical Product User Act (wet op het gebruik van medische producten) is een tweejaarlijkse technische controle aanbevolen voor professioneel gebruik. Gelieve de vigerende afvalreglementering te volgen. 15. www.microlife.nl Op de website www.microlife.nl vindt u gedetailleerde gebruiksinformatie over onze thermometers, bloeddrukmeters en onze diensten. 43 NL
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70

Microlife NC 200 Handleiding

Categorie
Digitale lichaamsthermometers
Type
Handleiding