Efco IP 1210 S de handleiding

Categorie
Hogedrukreinigers
Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

62
NL
LET OP
VERTALING VAN DE ORIGINELE AANWIJZINGEN
Lees de INSTRUCTIEHANDLEIDING en neem de voorschriften
in acht - VEILIGHEIDSWAARSCHUWINGEN.
1 ALGEMENE INFORMATIE
Wij complimenteren u met de keuze van een van onze producten en willen u er aan herinneren dat deze
ontworpen en tot stand gekomen zijn met de grootst mogelijke aandacht voor de veiligheid van de
operator, de eciëntie van diens arbeid en de bescherming van het milieu.
Om deze kenmerken gedurende lange tijd te kunnen handhaven adviseren wij een aandachtige lezing van
deze handleiding en vragen wij u de inhoud ervan nauwkeurig op te volgen. Bijzondere aandacht dient
geschonken te worden aan de lezing van de gedeeltes die gemerkt worden met het symbool:
ATTENTIE
aangezien deze passages belangrijke instructies bevatten inzake de veiligheid bij het gebruik van de
waterreiniger.
De Fabrikant wordt niet aansprakelijk gesteld voor schade die voortkomt uit:
• niet naleving van de inhoud van deze handleiding;
gebruik van de waterreiniger dat afwijkt van het gebruik dat beschreven wordt in de paragraaf
Gebruiksbestemming”;
gebruik dat in contrast staat met de heersende wetgeving inzake de veiligheid en de preventie van
ongevallen op het werk;
• niet correct uitgevoerde installatie;
• nalatigheden in het voorziene onderhoud;
• wijzigingen of ingrepen die niet door de Fabrikant geautoriseerd zijn;
• gebruik van niet originele, of voor het model waterreiniger ongeschikte vervangingsonderdelen;
• reparaties die niet door een Gespecialiseerd Technicus zijn uitgevoerd.
1.1 Adres van de Fabrikant
Voor wat betreft het adres van de Fabrikant van de waterreiniger verwijst men naar de Conformiteitverklaring
die aan het einde van dit gedeelte van de handleiding wordt weergegeven.
1.2 Gebruik en Bewaring van de Handleiding Voor Gebruik en Onderhoud
De handleiding voor gebruik en onderhoud moet als integraal deel van de waterreiniger beschouwd
worden en voor toekomstige en onmiddellijke raadpleging op een afgeschermde plaats bewaard worden.
In de handleiding voor gebruik en onderhoud zijn belangrijke waarschuwingen opgenomen met betrekking
tot de veiligheid van de operator en van degenen die hem omringen, alsmede met betrekking tot het
respect voor het milieu.
Wanneer de handleiding in slechte staat verkeerd of zoek raakt dan kunt u een nieuw exemplaar aanvragen
bij de verkoper of bij een bevoegde assistentiedienst.
Doet u de waterreiniger over aan een andere gebruiker dan dient u de handleiding voor gebruik en
onderhoud mee te geven.
Wij hebben ons best gedaan bij de samenstelling van deze handleiding. Mocht u fouten opmerken dan
wordt u verzocht de Fabrikant, of een bevoegde assistentiedienst, hierover in te lichten.
De Fabrikant behoudt zich voorts het recht voor om zonder voorgaande mededeling alle benodigde
wijzigingen aan te brengen voor de bijwerking en de correctie van deze publicatie.
Het is verboden deze handleiding op enigerlei wijze geheel of gedeeltelijk te reproduceren zonder de
schriftelijke toestemming van de Fabrikant.
1.3 Symbolen en Denities
1.3.1 Symbolen
Het symbool:
ATTENTIE
dat betrekking heeft op enkele tekstgedeeltes, duidt op de grote kans op persoonlijk letsel indien de
63
betreende voorschriften en aanwijzingen niet worden opgevolgd.
Het symbool:
WAARSCHUWING
dat betrekking heeft op enkele tekstgedeeltes, duidt op de mogelijkheid op schade aan de waterreiniger
indien de betreende instructies niet worden opgevolgd.
1.3.2 Denities
Gespecialiseerd Technicus: meestal een werknemer van de bevoegde assistentiedienst, die voor dat
doel getraind is en bevoegd is tot het verrichten van buitengewoon onderhoud en reparaties op de
waterreiniger. De ingrepen op de elektrische delen moeten verricht worden door een Gespecialiseerd
Technicus die tevens een Gekwaliceerd Elektricien is. Het gaat hier om iemand die vakkundig bekwaam
is en opgeleid is voor de controle, de installatie, de reparatie van elektrische apparatuur volgens de regels
van het vak” en in overeenstemming met de wetgeving van het land van installatie van de waterreiniger.
Total Stop: stopsysteem waarmee de werking van de waterreiniger onderbroken wordt telkens wanneer
de hendel van het waterpistool wordt losgelaten.
Easy Start: inrichting ten gunste van het starten van de waterreiniger doordat tijdens de eerste momenten
van werking de druk verminderd wordt.
2 KENMERKEN EN TECHNISCHE GEGEVENS
PW 121C
IP 1210S
PW 136C
IP 1360S
PW 145C
IP 1450S
ELEKTRISCHE AANSLUITING
Voedingsnet
230 V / 1~50 Hz
Geabsorbeerd vermogen
1,7 kW 2,0 kW 2,3 kW
Zekering
16 A
HYDRAULISCHE AANSLUITING
Max. temperatuur toevoerwater
50 °C / 122 °F
Min. temperatuur toevoerwater
5 °C / 41 °F
Min. capaciteit toevoerwater
450 l/h / 120 US gph 500 l/h / 132 US gph 560 l/h / 148 US gph
Max. druk toevoerwater
0,8 MPa / 8 bar / 116 psi
Max. aanzuigdiepte
0 m / 0 ft
PRESTATIES
Capaciteit
360 l/h / 95 US gph 410 l/h / 108 US gph 480 l/h / 127 US gph
Maximum druk
13 MPa / 130 bars / 1885 psi 14 MPa / 140 bars / 2031 psi 15 MPa / 150 bars / 2175 psi
Reactiekracht op waterpistool
16 N 19 N 23 N
Niveau geluidsdruk
93 dB (A)
Trilling arm operator
0,73 m/s² 1,31 m/s² 1,7 m/s²
GEWICHT EN AFMETINGEN
Lengte x breedte x hoogte
310 x 308 x 820 mm / 12 x 12 x 32 in
Massa
12 kg / 26 lb 13 kg / 29 lb 14 kg / 31 lb
Inhoud esje reinigingsproduct
0,35 l / 0,09 US gal
De kenmerken en technische gegevens zijn van indicatieve aard.
De Fabrikant behoudt zich het recht voor alle opportuun geachte wijzigingen op het apparaat aan te brengen.
2.1 Identicatie van de Componenten
Raadpleeg de afbeeldingen 1 en 4, aan het begin van de handleiding voor gebruik en onderhoud.
1 Elektrische voedingskabel
2 Hoofdschakelaar
3 Stuur voor de verplaatsing
4 Houder voor waterpistool/straalbuis
5 Waarschuwingsplaatje
6 Leidinghaspel
7 Identicatieplaatje
8 Aansluitelement wateruitgang
9 Houder voor straalbuis schuim
10 Handgreep voor optillen
(wordt vervolgd op de volgende pagina)
NL
64
2.2 Veiligheidsinrichtingen
De waterreiniger is voorzien van de volgende veiligheidsinrichtingen:
a) Thermische beveiliging
Het gaat om een inrichting die de werking van de waterreiniger stopt in geval van oververhitting van
de elektrische motor.
Is dit het geval dan gaat u als volgt te werk:
• zet de hoofdschakelaar (2) op “0” en trek de stekker uit het stopcontact;
• druk hendel (26) van het waterpistool in zodat eventuele restdruk ontladen wordt;
• wacht 10-15 minuten zodat de waterreiniger af kan koelen;
controleer of aan de voorschriften van de paragraaf “Controle en Aansluiting op het Elektriciteitsnet”
is voldaan, vooral met betrekking tot het gebruik van een eventueel verlengsnoer;
steek de stekker weer in het stopcontact en herhaal de startprocedure die beschreven wordt in de
paragraaf “
WERKING”.
ATTENTIE
Wanneer bovenstaande veiligheidsinrichting regelmatig in werking treedt, gebruikt u de waterreiniger
dan absoluut niet voordat u hem eerst heeft laten nakijken door een Gespecialiseerd Technicus.
b) Klep druklimiet / drukregeling
Het gaat om een op juiste wijze ingestelde klep die er voor zorgt dat de gepompte vloeistof weer kan
worden afgezogen, zodat er geen gevaarlijke druk kan ontstaan wanneer het waterpistool gesloten
wordt, of wanneer geprobeerd wordt drukwaarden in te stellen die boven de toelaatbare waarden
liggen.
c) Blokkeerinrichting van de hendel van het waterpistool
Het is een veiligheidsstop (25) die, wanneer ingedrukt, de hendel blokkeert (26) van het waterpistool(14)
in de gesloten positie geblokkeerd wordt, zodat het niet onbedoeld in werking kan treden (zie ook
Afb. 4, positie S).
2.3 Gebruiksbestemming
ATTENTIE
De waterreiniger is uitsluitend bestemd voor het volgende gebruik:
- wassen van voertuigen, machines, gebouwen, gereedschappen enz. met koud water, eventueel met
toevoeging van door de Fabrikant aangeduide reinigingsproducten;
- verspreiding van de door de Fabrikant bevoegde reinigingsproducten;
- aanslagverwijdering en ontstopping van leidingen met behulp van speciale door de Fabrikant voorziene
hulpstukken;
- zandwaterstralen van voorwerpen met behulp van speciale door de Fabrikant voorziene hulpstukken.
De waterreiniger mag niet gebruikt worden voor het wassen van: personen, dieren, elektrische apparatuur
onder spanning, kwetsbare voorwerpen, en de waterreiniger zelf;
De waterreiniger is niet geschikt om gebruikt te worden in ruimtes waar zich bijzondere omstandigheden
voordoen bijvoorbeeld bij corroderende of explosieve atmosfeer.
Richt u zich tot de technische assistentiedienst van de Fabrikant voor het gebruik aan boord van voertuigen,
schepen of vliegtuigen, aangezien aanvullende voorschriften nodig kunnen zijn.
Ieder ander gebruik wordt als oneigenlijk gebruik beschouwd.
11 Securx blokkeermoer
12 Snelkoppeling wateringang
13 Zitting voor elektrische voedingskabel
14 Waterpistool
17 Speld voor reiniging mondstuk
18 Draaiende kop met mondstuk (alleen PW 136C-
PW 145C - IP 1360S - IP 1450S)
19 Straalbuis schuim
20 Regelaar aanzuiging reinigingsmiddel
21 Flesje reinigingsmiddel
22 Waterborstel (alleen PW 136C- PW 145C -
IP 1360S - IP 1450S)
23 Hogedrukleiding
24 Snelkoppeling hogedrukleiding
25 Veiligheidsstop hendel waterpistool
26 Hendel waterpistool
27 Kop met mondstuk
28 Straalbuis
2.1 Identicatie van de Componenten (vervolgd)
65
De Fabrikant kan zich niet aansprakelijk stellen voor eventuele schade die voorkomt uit oneigenlijk
of foutief gebruik.
3 UITPAKKEN
ATTENTIE
Draag bij het uitpakken veiligheidshandschoenen en –bril om letsel aan handen en ogen te voorkomen.
De verpakkingselementen (plastic zakken, klemmetjes enz.) mogen nooit binnen het handbereik van
kinderen worden gelaten aangezien dit mogelijke gevarenbronnen kunnen vormen.
• De vuilverwerking van de verpakkingselementen moet gebeuren in overeenstemming met de wetgeving
van het land van gebruik.
Met name plastic materiaal en zakken mogen niet in het milieu worden geloosd, gezien het schadelijke
eect.
Na het uitpakken van de waterreiniger dient u na te kijken of deze compleet is. Mocht hierover twijfel
bestaan, dan dient u de waterreiniger absoluut niet te gebruiken maar dient u contact op te nemen met
een bevoegd servicecentrum dat het apparaat door een Gekwaliceerd Technicus na zal laten kijken.
3.1 Identicatieplaatje en Waarschuwingstekens
Zie tevens Afb. 1 aan het begin van deze handleiding voor gebruik en onderhoud.
Op het identicatieplaatje (7) staan het serienummer en de belangrijkste technische kenmerken van de
waterreiniger.
De waarschuwingstekens (5) geven u informatie over de mogelijke restgevaren: verbod om de waterreiniger
te gebruiken indien de handleiding niet eerst aandachtig werd doorgelezen; verbod om de waterreiniger
te gebruiken voor het wassen van personen, dieren of elektrische apparatuur en de waterreiniger zelf.
ATTENTIE
Controleer na het uitpakken van de waterreiniger of het identicatieplaatje en de waarschuwingsplaatjes
aanwezig en leesbaar zijn. Is dit niet het geval richt u zich dan tot de verkoper of tot een bevoegd
servicecentrum voor vervanging of aanvraag.
Wanneer het identicatieplaatje of de waarschuwingstekens tijdens het gebruik verslijten, richt u zich dan
tot de verkoper of tot een bevoegd servicecentrum voor het aanvragen van nieuwe.
3.2 Standaarduitrusting
Controleer of in de verpakking van het door u gekochte product de volgende elementen aanwezig zijn:
waterreiniger voor reiniging onder hoge druk PW 121C - PW 136C - PW 145C - IP 1210S - IP 1360S - IP1450S;
• afgifteleiding hoge druk met snelkoppeling;
• waterborstel (alleen PW 136C - PW 145C - IP 1360S- IP 1450S);
• straalbuis;
• draaiende kop met mondstuk (alleen PW 136C - PW 145C - IP 1360S - IP 1450S);
• kop met mondstuk;
• schuimstraalbuis;
• handleiding voor gebruik en onderhoud;
• naald reiniging mondstuk,
• stuur;
• 2 bevestigingsschroeven stuur.
Mocht u hierbij problemen ondervinden wendt u zich dan tot de verkoper of tot een bevoegde
assistentiedienst.
3.3 Optionele Hulpstukken
Het is mogelijk de standaarduitrusting van de waterreiniger aan te vullen met de volgende uitgebreide
reeks hulpstukken:
zandstraalbuis: ontworpen voor het polijsten van oppervlakken, het verwijderen van roest, lak, vuilaanslag
enz.;
• sonde voor ontluchting van de leidingen: ontworpen voor het ontstoppen van buizen en leidingen;
NL
66
• draaiende waterborstel: ontworpen voor de reiniging van kwetsbare oppervlakken;
• straalbuis reiniging vloeren.
ATTENTIE
• Niet adequate optionele hulpstukken compromitteren de werking van de waterreiniger en kunnen hem
gevaarlijk maken. Gebruik uitsluitend originele, optionele hulpstukken die goedgekeurd zijn door de
Fabrikant.
Met betrekking tot de algemene voorschriften, de veiligheidswaarschuwingen, de installatie en het
onderhoud van de optionele hulpstukken wordt verwezen naar de bijbehorende documentatie.
4 INSTALLATIE
4.1 Montage van de Hulpstukken
a) Plaats het stuur (3) op het hoofddeel van de waterreiniger. Controleer of het stuur tot het einde toe
in het hoofddeel van de waterreiniger gestoken is (de frontale oppervlakken moeten zich op één lijn
bevinden). Bevestig het stuur met de 2 bijgeleverde schroeven (kruisschroevendraaier niet bijgeleverd).
Operatie A van Afb. 2.
b) De versie is uitgerust met een straalbuis (28) waarop via een bajonetaansluiting een standaard kop met
mondstuk (27) kan geplaatst worden of een draaiende kop met mondstuk (18).
Monteer één van de twee koppen in functie van het werk dat u wenst uit te voeren. Plaats hem in de
straalbuis en draai hem in wijzerzin tot volledige blokkering van de aansluiting. Blokkeer hem tot slot
door de Securx moer (11) te roteren in wijzerzin. Operatie I op Fig. 2.
Voor demontage moet de Securx moer (11) losgedraaid worden in tegenwijzerzin, moet de kop in de
zitting van de straalbuis gedrukt worden en geroteerd worden in tegenwijzerzin totdat hij gedeblokkeerd
wordt. Verwijder de kop vervolgens volledig. Operatie H op Fig. 2.
c) Rol de hogedrukleiding (23) af. Sluit het aansluitelement met de snelkoppeling (24) aan op het
aansluitelement van de wateruitgang (8). Vastschroeven en spannen. Operatie C van Afb. 3.
d) Schroef het uiteinde van de hogedrukleiding (23) (zijde zonder snelkoppeling) aan op het schroefdraad
van het waterpistool (14). Tot het einde vastschroeven met twee vaste sleutels van 17 mm (niet
bijgeleverd). Operatie D van Afb. 3.
4.2 Controle en Aansluiting op de Waterleiding
WAARSCHUWING
De watertoevoer moet in staat zijn een voldoende capaciteit te garanderen voor de waterreiniger.
Raadpleeg hiervoor de waarden die in de tabel met technische gegevens staan.
In geval van twijfel richt u zich tot een Gespecialiseerd Technicus.
Voorzie de waterreiniger niet van water met een temperatuur van meer dan 40 °C/98 °F of minder
dan 5°C/41°F.
• De druk van het toevoerwater mag niet hoger zijn dan 8 bar/116 psi
• Stel de waterreiniger niet in werking bij een aanzuigdiepte van meer dan 0 m/ 0 ft.
• Stel de waterreiniger niet in werking zonder watertoevoer.
Voorzie de waterreiniger niet van zout of onzuiver water. Mocht dit toch gebeuren, laat de
waterreiniger dan enkele minuten met schoon water werken.
ATTENTIE
• Houd u aan de voorschriften met betrekking tot de aansluiting op de waterleiding die van kracht zijn in
het land van installatie van de waterreiniger.
4.3 Controle en Aansluiting op het Elektriciteitsnet
ATTENTIE
Laat door een Gespecialiseerd Technicus controleren of de elektriciteitstoevoer van uw installatie
overeenkomt met de gegevens op het identicatieplaatje (7) dat zich op de waterreiniger bevindt. Met
name de voedingsspanning mag niet meer dan ± 5 % afwijken van de op het plaatje vermelde waarde.
67
De aansluiting op het elektriciteitsnet moet door een Gespecialiseerd Elektricien tot stand worden
gebracht, in overeenkomst met de IEC 364 norm of gelijkaardige normen die van kracht zijn in het land van
gebruik. Met name het stopcontact waarop de waterreiniger wordt aangesloten moet worden uitgerust met
een aardegeleider, een adequate zekering (de waarde daarvan staat op het identicatieplaatje en in de tabel
met technische gegevens), en moet beveiligd worden door een elektromagnetische dierentiaalschakelaar
met een gevoeligheid die de 30 mA niet overschrijdt.
• Mocht de elektriciteitskabel te kort blijken te zijn, dan kan een verlengsnoer gebruikt worden. Controleer
of deze niet langer dan 10 meter/32,8 ft is, of de doorsnede van de stroomdraden ten minste 1,5 mm²
bedraagt en of stekker en stopcontact waterdicht zijn. Om bovengenoemde aanwijzingen te respecteren
dient u zich tot een Gekwaliceerd Elektricien te wenden.
Het gebruik van een ongeschikt verlengsnoer kan gevaarlijk zijn.
5 WERKING
ATTENTIE
Het gebruik van de waterreiniger vereist aandacht en voorzichtigheid. Vertrouw de waterreiniger niet
aan anderen toe zonder dat u zich, onder eigen verantwoording, ervan vergewist heeft dat deze tijdelijke
gebruiker de handleiding aandachtig heeft doorgelezen en op de hoogte is van de werking van de
waterreiniger. De waterreinigers mogen niet door kinderen of door niet getraind personeel worden gebruikt
Respecteer de waarschuwingen met betrekking tot de veiligheid die in de handleiding voor gebruik en
onderhoud van de eventuele hulpstukken staan, die gebruikt worden
Gebruik de waterreiniger niet wanneer:
- de voedingskabel of andere belangrijke onderdelen, zoals de hogedrukleiding, de veiligheidsinrichtingen,
het waterpistool en de straalbuis beschadigd zijn;
- de waterreiniger is omgevallen of wanneer er tegen aangestoten is;
- er duidelijk water uit de waterreiniger lekt;
In deze gevallen dient u de waterreiniger door een Gespecialiseerd Technicus te laten nakijken.
• U dient speciaal op te letten wanneer u de waterreiniger in ruimtes gebruikt waarin voertuigen rijden die
de toevoerkabel, de hogedrukleiding of het waterpistool kunnen verpletteren of beschadigen;
Houd tijdens de werking de waterreiniger altijd onder toezicht en buiten het bereik van kinderen. Let
bijzonder goed op tijdens het gebruik bij kleuterscholen, verzorging- en rusthuizen. Hier kunnen kinderen,
bejaarden of gehandicapten zonder toezicht aanwezig zijn.
Voorat u de waterreiniger in werking stelt dient u hem op een droge, vlakke en stabiele ondergrond te zetten,
waar hij niet kan kantelen of vallen.
Verricht de handelingen die in de paragraaf “Stilstand” beschreven worden voordat u de waterreiniger
verplaatst.
Voordat u de waterreiniger start dient u kleding aan te trekken die afdoende bescherming biedt tegen
verkeerd uitgevoerde manoeuvres van de onder druk staande waterstraal. Gebruik de waterreiniger niet
in de nabijheid van personen die geen beschermende kleding dragen.
De waterstralen onder hoge druk kunnen gevaarlijk zijn bij oneigenlijk gebruik. Richt de straal niet op
personen, dieren, elektrische apparatuur onder spanning of op de waterreiniger zelf.
Houd tijdens het gebruik het waterpistool stevig vast. Wanneer u namelijk de hendel (26) activeert, dan
kunt u de reactiekracht van de hogedrukstraal ondergaan. De grootheid van deze terugslagkracht staat
in de tabel met technische gegevens (de terugslagkracht wordt uitgedrukt in N waar 1 N = 0.1 kg).
Richt de straal niet op u zelf of anderen om kleding of schoeisel te reinigen.
Ter bescherming van het milieu mag de reiniging van voertuigen of machines met hydraulische circuits
alleen plaatsvinden in ruimtes die voorzien zijn van een adequate olieseparator.
De banden van de voertuigen moeten op een afstand van niet minder dan 50 cm /19 in gewassen worden
om te voorkomen dat de hogedrukstraal schade veroorzaakt. Een eerste symptoom van toegebrachte
schade aan een band is de kleurverandering ervan.
• Richt de hogedrukstraal niet op materiaal dat asbest bevat, of andere substanties die schadelijk voor de
gezondheid zijn.
Gebruik de waterreiniger niet in de regen.
Besteed extra aandacht aan hetgeen vermeld wordt in de paragraaf “Controle en aansluiting op het
elektriciteitsnet”.
NL
68
Besteed extra aandacht aan hetgeen vermeld wordt in de paragraaf Werking met reinigingsproducten”.
• Laat de stekker niet in het stopcontact wanneer de waterreiniger niet werkt, en trek de stekker er altijd uit
vóór het verrichten van ingrepen. Zet, in het bijzonder, de hoofdschakelaar (2) altijd op “0”. Verwijder de
stekker uit het stopcontact en druk op de hendel (26) van het waterpistool om de eventuele restdruk te
elimineren en de veiligheidsblokkering (25) vast te zetten (Afb. 4 - Positie S):
- wanneer u de waterreiniger, ook voor korte tijd, onbeheerd achter laat;
- na aoop van het gebruik. Wacht altijd tot de waterreiniger geheel is afgekoeld voordat u reiniging of
onderhoud verricht.
Blokkeer tijdens het gebruik de hendel (26) van het waterpistool niet in de stand altijd open.
Trek de stekker niet uit het stopcontact door aan de kabel te trekken.
Plaats geen reductors of adapters tussen de stekker en het stopcontact.
Zorg ervoor dat de voedingskabel, de eventuele verlengsnoeren, de stekkers en de stopcontacten droog
blijven. Raak ze niet aan met natte handen.
Mocht de voedingskabel beschadigd zijn dan dient u, om gevaarlijke situaties te voorkomen, voor de
vervanging ervan contact op te nemen met de Fabrikant of met een Gespecialiseerd Technicus.
Bedek de waterreiniger tijdens de werking niet en zet hem niet op een plek waar geen goede ventilatie kan
plaatsvinden.
• Bij het gebruik van de waterreiniger in afgesloten ruimtes controleert u dan of een correcte ventilatie kan
worden gegarandeerd.
5.1 Verplaatsing
Gebruik voor de verplaatsing van de waterreiniger het stuur (3), zoals getoond wordt in Afb. 5, operatieM.
• Gebruik voor het optillen handgreep (10), Afb. 5, operatie N.
ATTENTIE
Niet het stuur voor de verplaatsing (3) gebruiken om de waterreiniger op te tillen.
5.2 Voorafgaande Handelingen
• Rol de hoge drukleiding (23) geheel af.
• Bevestig aan de snelkoppeling van de wateringang (12) een toevoerkabel, waarbij u gebruik maakt van
een gewone snelkoppeling voor tuinslangen. Operatie E van Afb. 3.
Open de watertoevoerkraan en vergewis u ervan dat er geen waterdruppels lekken. Operatie F van
Afb.3.
Vergewis u ervan dat de hoofdschakelaar (2) in de uitgeschakelde stand staat (positie “0”) en steek de
stekker in het stopcontact. Operatie G van Afb.3.
• Druk de hoofdschakelaar (2) in positie “1”.
• Druk op hendel (26) van het waterpistool en wacht tot een doorlopende waterstraal naar buitenkomt.
Zet hoofdschakelaar (2) op “0” en sluit straalbuis (28) aan op waterpistool (14). Tot het einde vastschroeven.
Operatie B van Afb.3.
5.3 Standaardwerking (onder Hoge Druk)
• Start de waterreiniger opnieuw door de hoofdschakelaar (2) in positie “1” te zetten.
Nota: Na deze start komt de waterreiniger onmiddellijk tot stilstand, aangezien het Total Stop systeem
geactiveerd wordt.
Om de waterreiniger in werking te stellen en met het reinigen te beginnen, volstaat het de hendel (26)
van het waterpistool in te drukken.
De hoekinstelling van de straal kan geregeld worden met behulp van de kop (27) (Afb. 2 – Posities a
en b).
5.4 Werking met het Reinigingsproduct
ATTENTIE
De waterreiniger is ontworpen voor het gebruik met reinigingsproducten die door de Fabrikant worden
aanbevolen. Het gebruik van andere reiniging- of chemische producten kan van negatieve invloed zijn op
de veiligheid van de waterreiniger.
Zuig met name nooit vloeistoen aan die oplosmiddelen, benzine, verdunningsmiddelen, aceton en
69
brandstofolie bevatten aangezien deze producten in vernevelde vorm uiterst brandbaar, explosief of
toxisch zijn.
Lees aandachtig de voorschriften en waarschuwingen die op het etiket van het gebruikte reinigingsproduct
staan.
Bewaar de reinigingsproducten op een veilige plek die ontoegankelijk is voor kinderen.
Komt het product in aanraking met de ogen spoel de ogen dan onmiddellijk met water en wendt u
onmiddellijk tot arts. Neem de verpakking van het reinigingsproduct mee.
Wordt het product per ongeluk ingeslikt probeer dan niet het braken te stimuleren maar wendt u onmiddellijk
tot een arts. Neem de verpakking van het reinigingsproduct mee.
De aanbevolen reinigingsproducten zijn voor meer dan 90% biologisch afbreekbaar.
Voor de gebruikswijze van het reinigingsproduct raadpleegt u de tabel en het etiket op de verpakking
van het reinigingsproduct.
• Vul het esje (21) met het gewenste reinigingsproduct.
• Regel de aanzuigcapaciteit van het reinigingsproduct als volgt:
- maak de staaf (20) van de straalbuis (19) los;
- laat tand L van de staaf (20) samenvallen met één van de nummers die op de binnenkant van de
straalbuis(19) staan (1: minimum aanzuiging, 6: maximum aanzuiging);
- plaats de staaf (20) weer terug in de straalbuis (19).
• Plaats het esje (21) in de schuimstraalbuis (19).
• Zet hoofdschakelaar (2) op “0” en sluit straalbuis (19) aan op waterpistool (14).
Herstart de waterreiniger door hoofdschakelaar (2) op “1” te zetten en hendel (26) te activeren (de
aanzuiging en de menging vinden automatisch plaats zodra het water passeert).
5.5 Onderbreking van de Werking (Total Stop)
Door de hendel (26) van het waterpistool los te laten komt de waterreiniger automatisch tot stilstand. Drukt
u nu opnieuw op de hendel dan zal de waterreiniger weer normaal in werking treden.
ATTENTIE
Denkt u er aan dat wanneer de waterreiniger op Total Stop staat, de waterreiniger echter compleet in
werking is. Wanneer u de waterreiniger dus, ook voor zeer korte tijd, onbeheerd achterlaat, zet dan altijd de
hoofdschakelaar (2) op “0”, trek de stekker uit het stopcontact en druk op hendel (26) van het waterpistool
om de eventuele restdruk te ontladen en de veiligheidsblokkering (25) vast te zetten (Afb. 4 - Positie S).
6 STILSTAND EN OPSLAG
Na aoop van de werkzaamheden brengt u de machine tot stilstand en bergt u hem weg.
6.1 Stilstand
• Sluit de watertoevoerkraan geheel.
Haal het water uit de waterreiniger door hem enkele seconden te laten werken met ingedrukte hendel(26)
van het waterpistool.
• Zet de hoofdschakelaar (2) op “0”.
• Trek de stekker van de toevoer uit het stopcontact.
Elimineer de mogelijke restdruk uit de hogedrukleiding (23) door enkele seconden de hendel (26) van
het waterpistool ingedrukt te houden.
• Rol de voedingskabel (1) zorgvuldig op en hang deze aan de steun (13).
• Wacht tot de waterreiniger afgekoeld is.
ATTENTIE
Wanneer de waterreiniger wordt afgekoeld moet u nagaan of:
- de waterreiniger niet onbeheerd wordt achtergelaten in aanwezigheid van kinderen, bejaarden of
gehandicapten zonder toezicht;
- de waterreiniger op een stabiele ondergrond geplaatst wordt en niet kan vallen;
- de waterreiniger niet in aanraking kan komen met, of in de onmiddellijke nabijheid staat van brandbaar
materiaal.
NL
70
6.2 Opslag
• Wikkel de hogedrukleiding (23) met zorg op in de leidinghaspel (6) en vermijd knikken.
• Rol de voedingskabel (1) met zorg op, gebruik makend van de kabelhaspel (13).
• Plaats de waterreiniger met zorg op een droge en schone plek en zorg er daarbij voor de voedingskabel
en hogedrukleiding niet te beschadigen.
WAARSCHUWING
• De waterreiniger is gevoelig voor vorst.
In koude ruimtes, en om ijsvorming binnen in de waterreiniger te voorkomen, is het mogelijk om vóór
de procedure voor “Stilstand” de waterreiniger een antivriesproduct voor autos te laten aanzuigen.
Raadpleeg hiervoor eerst een Gespecialiseerd Technicus aangezien de gepompte vloeistof de
pakkingen van de hoge drukpomp kan beschadigen.
In koude ruimtes, en als het niet mogelijk is de waterreiniger te beschermen zoals eerder beschreven,
dient u de waterreiniger vóór het starten in een warme ruimte te brengen gedurende de tijd die nodig
is om eventueel ijs te doen smelten.
Het niet naleven van deze simpele voorschriften kan ernstige schade aan de waterreiniger berokkenen.
7 REINIGING EN ONDERHOUD
ATTENTIE
Alle ingrepen met betrekking tot reiniging en onderhoud mogen slechts worden uitgevoerd na de operaties
verricht te hebben die beschreven staan in de paragraaf “Stilstand”.
U dient er met name aan te denken de elektriciteitstoevoer altijd af te sluiten.
Om de veiligheid van de waterreiniger te garanderen dient u uitsluitend originele vervangingsonderdelen
te gebruiken die door de Fabrikant zijn goedgekeurd en door hem geleverd worden.
De rubber leidingen, de aansluitingen en de straalbuizen voor werking onder hoge druk zijn belangrijk
voor de veiligheid: gebruik uitsluitend de door de Fabrikant aanbevolen onderdelen.
7.1 Gewoon Onderhoud
Verricht de handelingen die beschreven worden in de paragraaf “Stilstand” en houd u aan de aanwijzingen
van onderstaande tabel.
TIJDSINTERVAL INGREEP
Bij ieder gebruik Controleer de toevoerkabel, de hogedrukleiding, de aansluitingen, het
waterpistool, de straalbuis.
Indien één of meerdere delen beschadigd zijn, gebruik de waterreiniger dan
absoluut niet en richt u tot een Gespecialiseerd Technicus.
Wekelijks • Reiniging lter wateringang
Demonteer het aansluitelement voor de binnenkomst van het water (a) en trek
met een tang lter (b) naar buiten (zie ook Afb. 6). Voor de reiniging volstaat het
doorgaans het lter onder stromend water te houden, of er met perslucht op te blazen.
Bij hardnekkig vuil kunt u een ontkalkingsproduct gebruiken of het lter vervangen.
Wend u tot een bevoegd assistentiecentrum voor de aanschaf van een nieuw lter.
Monteer het lter opnieuw, en span het aansluitelement tot het einde.
Maandelijks • Reiniging mondstuk
Voor de reiniging volstaat het doorgaans de bijgevoegde naald (17) in het gat
van het mondstuk te steken. Indien geen goede resultaten bereikt worden moet
u zich tot een bevoegd assistentiecentrum wenden.
WAARSCHUWING
Tijdens de werking mag de waterreiniger niet te veel lawaai produceren en mag er geen duidelijk
waarneembare water- of olielekkage zijn. Doen deze verschijnselen zich wel voor dan dient u de
waterreiniger te laten nakijken door een Gespecialiseerd Technicus.
71
7.2 Buitengewoon Onderhoud
ATTENTIE
Het buitengewone onderhoud mag alleen verricht worden door een Gespecialiseerd Technicus.
Houdt u bij buitengewoon onderhoud aan de aanwijzingen van onderstaande tabel.
TIJDSINTERVAL INGREEP
Iedere 50 uur • Controle van het hydraulische circuit van de pomp.
• Controle van de pompbevestiging
Iedere 100 uur • Vervanging oliepomp.
• Controle kleppen aanzuiging / afgifte pomp.
• Controle schroefbevestiging pomp
• Controle regelklep pomp
• Controle beveiligingen
WAARSCHUWING
De gegevens van de tabel zijn van indicatieve aard.
8 SLOOP EN VERWERKING
De ontmanteling van de waterreiniger mag alleen verricht worden door gekwaliceerd personeel en in
overeenstemming met de heersende wetgeving van het land van installatie.
Met name duidt het symbool
, op identicatieplaatje (7), erop dat het product niet samen met
huishoudelijk afval weggegooid mag worden.
Wend u tot het plaatselijke afvalverwerkingsbedrijf of tot uw verkoper.
ATTENTIE
Voordat u de waterreiniger sloopt dient u hem onbruikbaar te maken, door bijvoorbeeld de voedingskabel
door te snijden. Ook de onderdelen die een gevaar kunnen vormen voor kinderen moeten onbruikbaar
worden gemaakt, aangezien kinderen er mee kunnen gaan spelen.
9 ONGEMAKKEN, OORZAKEN EN OPLOSSINGEN
ATTENTIE
Voordat u ingrepen gaat verrichten dient u de handelingen van de paragraaf “Stilstand” uit te voeren.
Mocht u er niet in slagen de waterreiniger met behulp van de informatie uit onderstaande tabel weer
normaal in werking te stellen dan dient u zich te wenden tot een Gespecialiseerd Technicus.
ONGEMAKKEN OORZAKEN OPLOSSINGEN
Wanneer de
hoofdschakelaar (2) op
“1” gezet wordt gaan
de waterreiniger niet
van start.
Denkt u ook aan de
nota van de paragraaf
Onderbreking van de
werking (Total Stop)”.
Er is een veiligheidsvoorziening van
de installatie waarop de waterreiniger
is aangesloten in werking getreden
(zekering, differentiaalschakelaar,
enz.).
Schakel de veiligheidsvoorziening
terug.
Bij een nieuwe inwerkingtreding dient
u de waterreiniger niet te gebruiken en
moet u zich tot een Gespecialiseerd
Technicus wenden.
De stekker van de voedingskabel is
niet juist naar binnen gestoken.
Trek de stekker uit het stopcontact
en steek de stekker weer opnieuw
naar binnen
(wordt vervolgd op de volgende pagina)
NL
72
ONGEMAKKEN OORZAKEN OPLOSSINGEN
De waterreiniger trilt
erg en is lawaaiig.
Het lter van de wateringang (Fig.6)
is vuil.
Houdt u aan de aanwijzingen van de
paragraafGewoon onderhoud”.
De watertoevoer is onvoldoende. Controleer of de kraan volledig open
is en of het bereik van de waterleiding
overeenkomt met hetgeen vermeld
wordt in de paragraaf “ Technische
kenmerken en gegevens”
Schaarse aanzuiging
van reinigingsproduct.
De inrichting voor de regeling
van de aanzuiging van het
reinigingsproduct(20) is niet correct
ingesteld.
Ga te werk zoals vermeld wordt
in de paragraaf “Werking met
reinigingsproduct”
Ontbreken van product in het esje. Voeg product toe.
Het gebruikte reinigingsproduct is
te viskeus
Gebruik een reinigingsproduct dat
aanbevolen wordt door de Fabrikant
(zie de tabel met reinigingsproducten),
en houdt u aan de verdunningen die
op het plaatje staan.
Er komt geen water uit
het mondstuk.
Er ontbreekt water. Controleer of de kraan van de
waterleiding volledig open is.
Mondstuk water is verstopt. Reinig en/of vervang het mondstuk op
grond van hetgeen vermeld wordt in
de paragraaf Gewoon onderhoud”.
De waterreiniger komt
tot stilstand tijdens de
werking.
Er is een veiligheidsvoorziening van
de installatie waarop de waterreiniger
is aangesloten in werking getreden
(zekering, differentiaalschakelaar,
enz.).
Schakel de veiligheidsvoorziening
terug.
Bij een nieuwe inwerkingtreding dient
u de waterreiniger niet te gebruiken en
moet u zich tot een Gespecialiseerd
Technicus wenden.
Er is een amperometrische beveiliging
in werking getreden.
Houdt u aan hetgeen vermeld
wordt in de paragraaf
“Veiligheidsvoorzieningen”.
De hoofdschakelaar(2)
is gedraaid, de motor
bromt maar gaat niet
van start.
De elektrische installatie en/of het
verlengsnoer zijn niet geschikt.
Houdt u aan hetgeen vermeld
wordt in de paragraaf “Controles en
aansluiting op het elektriciteitsnet”.
181
" "
SERIAL No
MODELO - MODEL
COMPRADOR - GEKOCHT DOOR
DATA - DATUM
DISTRIBUIDOR - VERKOPER
¡No enviar! Adjuntar sólo a la eventual solicitud de garatia técnica.
Niet verzenden! Voeg dit bewijs uitsluitend bij het aanvraagformulier om technische garantiewerkzaamheden.
Esta máquina ha sido proyectada y fabricada con las técnicas
más modernas. El fabricante garantiza sus productos durante
24 meses desde la fecha de compra, siempre que el uso sea
privado/acionado. La garantía se limita a 12 meses en caso de
uso profesional.
Condiciones generales de garantía
1) La garantía es válida a partir de la fecha de compra. El Fabricante
cambiará gratuitamente las piezas que presenten defectos en el
material, el trabajo o la producción, mediante su red de venta y
asistencia técnica. La garantía no anula los derechos legales del
comprador, previstos por el código civil, contra las consecuencias
de defectos o vicios provocados por el producto vendido.
2) El personal técnico efectuará las intervenciones lo antes posible
y dentro de los plazos impuestos por exigencias de organización.
3) Para solicitar la asistencia en garantía, es necesario mostrar
el certicado de garantía ilustrado a continuación, junto a
la factura o el tique que demuestren la fecha de compra, al
personal autorizado; asimismo, para que el certicado sea
válido, se han de completar todas sus partes y ha de estar
debidamente timbrado por el vendedor.
4) La garantía pierde su validez en los siguientes casos:
Falta evidente de mantenimiento.
Uso incorrecto o manipulación del producto.
Uso de lubricantes o combustibles inadecuados.
Uso de piezas de recambio o accesorios no originales.
Intervenciones efectuadas por parte de personal no
autorizado.
5) La garantía no incluye ni los materiales consumibles ni las piezas
sujetas a un desgaste normal de funcionamiento.
6) La garantía tampoco incluye las intervenciones de actualización
o mejora del producto.
7) La puesta a punto o las intervenciones de mantenimiento
eventualmente necesarias durante el periodo de garantía no
están cubiertas por la garantía.
8) Cualquier daño provocado durante el transporte tiene que ser
señalado de inmediato al transportista bajo pena de anulación
de la garantía.
9) La garantía no cubre los eventuales daños materiales o
personales, directos o indirectos, provocados por averías de
la máquina o por la interrupción forzada y prolongada del
funcionamiento de la misma.
Español
CERTIFICADO DE GARANTÍA
Deze machine is ontworpen en vervaardigd volgens de modernste
productietechnieken. De fabrikant geeft een garantie van 24
maanden vanaf de aankoopdatum op de eigen producten voor
privé-/hobbygebruik. De garantie is beperkt tot 12 maanden bij
professioneel gebruik.
Algemene garantievoorwaarden
1) De garantie wordt toegekend vanaf de aankoopdatum. De
fabrikant vervangt gratis de defecte onderdelen die te wijten
zijn aan fouten van het materiaal, bewerkingen en productie
middels het distributienet en de technische service. De
garantie ontneemt de gebruiker niet de wettelijke rechten
uit het burgerlijk wetboek tegen de gevolgen van defecten of
onvolkomenheden die door het verkochte product veroorzaakt
worden.
2) Het technisch personeel grijpt zo snel mogelijk in binnen de
tijdslimieten die uit organisatorisch oogpunt mogelijk zijn.
3) Voor het aanvragen van servicewerkzaamheden die onder
de garantie vallen dient u het hieronder weergegeven
garantiebewijs aan het bevoegde personeel te tonen. Het
garantiebewijs moet een stempel van de verkoper dragen,
geheel ingevuld zijn en begeleid worden door de factuur of
de scaal verplichte kassabon met de aankoopdatum.
4) De garantie vervalt bij:
Overduidelijk gebrek aan onderhoud,
Onjuist gebruik van het product of sabotage,
Gebruik van ongeschikte smeermiddelen of brandstoen,
Gebruik van niet originele vervangingsonderdelen of
accessoires,
Werkzaamheden die verricht zijn door onbevoegd personeel.
5) De verbruiksmaterialen en de onderdelen die onderhevig zijn
aan normale slijtage vallen niet onder de garantie.
6) Bijwerkingen en verbeteringen van het product vallen niet onder
de garantie.
7) De garantie dekt geen afstel- en onderhoudswerkzaamheden
die tijdens de garantieperiode nodig mochten zijn.
8) Eventuele beschadigingen die tijdens het transport zijn
veroorzaakt moeten onmiddellijk aan de transporteur worden
gemeld op strae van verval van de garantie.
9) De garantie dekt geen eventuele directe of indirecte
beschadigingen die aan personen of voorwerpen worden
aangericht als gevolg van defecten of langdurige inactiviteit
van de machine.
Nederlands
GARANTIEBEWIJS

Documenttranscriptie

NL LET OP VERTALING VAN DE ORIGINELE AANWIJZINGEN Lees de INSTRUCTIEHANDLEIDING en neem de voorschriften in acht - VEILIGHEIDSWAARSCHUWINGEN. 1 ALGEMENE INFORMATIE Wij complimenteren u met de keuze van een van onze producten en willen u er aan herinneren dat deze ontworpen en tot stand gekomen zijn met de grootst mogelijke aandacht voor de veiligheid van de operator, de efficiëntie van diens arbeid en de bescherming van het milieu. Om deze kenmerken gedurende lange tijd te kunnen handhaven adviseren wij een aandachtige lezing van deze handleiding en vragen wij u de inhoud ervan nauwkeurig op te volgen. Bijzondere aandacht dient geschonken te worden aan de lezing van de gedeeltes die gemerkt worden met het symbool: ATTENTIE aangezien deze passages belangrijke instructies bevatten inzake de veiligheid bij het gebruik van de waterreiniger. De Fabrikant wordt niet aansprakelijk gesteld voor schade die voortkomt uit: • niet naleving van de inhoud van deze handleiding; • gebruik van de waterreiniger dat afwijkt van het gebruik dat beschreven wordt in de paragraaf “Gebruiksbestemming”; • gebruik dat in contrast staat met de heersende wetgeving inzake de veiligheid en de preventie van ongevallen op het werk; • niet correct uitgevoerde installatie; • nalatigheden in het voorziene onderhoud; • wijzigingen of ingrepen die niet door de Fabrikant geautoriseerd zijn; • gebruik van niet originele, of voor het model waterreiniger ongeschikte vervangingsonderdelen; • reparaties die niet door een Gespecialiseerd Technicus zijn uitgevoerd. 1.1 Adres van de Fabrikant Voor wat betreft het adres van de Fabrikant van de waterreiniger verwijst men naar de Conformiteitverklaring die aan het einde van dit gedeelte van de handleiding wordt weergegeven. 1.2 Gebruik en Bewaring van de Handleiding Voor Gebruik en Onderhoud De handleiding voor gebruik en onderhoud moet als integraal deel van de waterreiniger beschouwd worden en voor toekomstige en onmiddellijke raadpleging op een afgeschermde plaats bewaard worden. In de handleiding voor gebruik en onderhoud zijn belangrijke waarschuwingen opgenomen met betrekking tot de veiligheid van de operator en van degenen die hem omringen, alsmede met betrekking tot het respect voor het milieu. Wanneer de handleiding in slechte staat verkeerd of zoek raakt dan kunt u een nieuw exemplaar aanvragen bij de verkoper of bij een bevoegde assistentiedienst. Doet u de waterreiniger over aan een andere gebruiker dan dient u de handleiding voor gebruik en onderhoud mee te geven. Wij hebben ons best gedaan bij de samenstelling van deze handleiding. Mocht u fouten opmerken dan wordt u verzocht de Fabrikant, of een bevoegde assistentiedienst, hierover in te lichten. De Fabrikant behoudt zich voorts het recht voor om zonder voorgaande mededeling alle benodigde wijzigingen aan te brengen voor de bijwerking en de correctie van deze publicatie. Het is verboden deze handleiding op enigerlei wijze geheel of gedeeltelijk te reproduceren zonder de schriftelijke toestemming van de Fabrikant. 1.3 Symbolen en Definities 62 1.3.1 Symbolen ATTENTIE Het symbool: dat betrekking heeft op enkele tekstgedeeltes, duidt op de grote kans op persoonlijk letsel indien de betreffende voorschriften en aanwijzingen niet worden opgevolgd. WAARSCHUWING Het symbool: dat betrekking heeft op enkele tekstgedeeltes, duidt op de mogelijkheid op schade aan de waterreiniger indien de betreffende instructies niet worden opgevolgd. 1.3.2 Definities • Gespecialiseerd Technicus: meestal een werknemer van de bevoegde assistentiedienst, die voor dat doel getraind is en bevoegd is tot het verrichten van buitengewoon onderhoud en reparaties op de waterreiniger. De ingrepen op de elektrische delen moeten verricht worden door een Gespecialiseerd Technicus die tevens een Gekwalificeerd Elektricien is. Het gaat hier om iemand die vakkundig bekwaam is en opgeleid is voor de controle, de installatie, de reparatie van elektrische apparatuur volgens de “regels van het vak” en in overeenstemming met de wetgeving van het land van installatie van de waterreiniger. • Total Stop: stopsysteem waarmee de werking van de waterreiniger onderbroken wordt telkens wanneer de hendel van het waterpistool wordt losgelaten. • Easy Start: inrichting ten gunste van het starten van de waterreiniger doordat tijdens de eerste momenten van werking de druk verminderd wordt. NL 2 KENMERKEN EN TECHNISCHE GEGEVENS ELEKTRISCHE AANSLUITING Voedingsnet Geabsorbeerd vermogen Zekering HYDRAULISCHE AANSLUITING Max. temperatuur toevoerwater Min. temperatuur toevoerwater Min. capaciteit toevoerwater Max. druk toevoerwater Max. aanzuigdiepte PRESTATIES Capaciteit Maximum druk Reactiekracht op waterpistool Niveau geluidsdruk Trilling arm operator GEWICHT EN AFMETINGEN Lengte x breedte x hoogte Massa Inhoud flesje reinigingsproduct PW 121C IP 1210S PW 136C IP 1360S PW 145C IP 1450S 1,7 kW 230 V / 1~50 Hz 2,0 kW 16 A 2,3 kW 450 l/h / 120 US gph 50 °C / 122 °F 5 °C / 41 °F 500 l/h / 132 US gph 0,8 MPa / 8 bar / 116 psi 0 m / 0 ft 560 l/h / 148 US gph 360 l/h / 95 US gph 410 l/h / 108 US gph 480 l/h / 127 US gph 13 MPa / 130 bars / 1885 psi 14 MPa / 140 bars / 2031 psi 15 MPa / 150 bars / 2175 psi 16 N 19 N 23 N 93 dB (A) 0,73 m/s² 1,31 m/s² 1,7 m/s² 12 kg / 26 lb 310 x 308 x 820 mm / 12 x 12 x 32 in 13 kg / 29 lb 14 kg / 31 lb 0,35 l / 0,09 US gal De kenmerken en technische gegevens zijn van indicatieve aard. De Fabrikant behoudt zich het recht voor alle opportuun geachte wijzigingen op het apparaat aan te brengen. 2.1 Identificatie van de Componenten Raadpleeg de afbeeldingen 1 en 4, aan het begin van de handleiding voor gebruik en onderhoud. 1 Elektrische voedingskabel 2 Hoofdschakelaar 3 Stuur voor de verplaatsing 4 Houder voor waterpistool/straalbuis 5 Waarschuwingsplaatje 6 Leidinghaspel 7 Identificatieplaatje 8 Aansluitelement wateruitgang 9 Houder voor straalbuis schuim 10 Handgreep voor optillen (wordt vervolgd op de volgende pagina) 63 2.1 Identificatie van de Componenten (vervolgd) 11 Securfix blokkeermoer 12 Snelkoppeling wateringang 13 Zitting voor elektrische voedingskabel 14 Waterpistool 17 Speld voor reiniging mondstuk 18 Draaiende kop met mondstuk (alleen PW 136C PW 145C - IP 1360S - IP 1450S) 19 Straalbuis schuim 20 Regelaar aanzuiging reinigingsmiddel 21 Flesje reinigingsmiddel 22 Waterborstel (alleen PW 136C - PW 145C IP 1360S - IP 1450S) 23 Hogedrukleiding 24 Snelkoppeling hogedrukleiding 25 Veiligheidsstop hendel waterpistool 26 Hendel waterpistool 27 Kop met mondstuk 28 Straalbuis 2.2 Veiligheidsinrichtingen De waterreiniger is voorzien van de volgende veiligheidsinrichtingen: a) Thermische beveiliging Het gaat om een inrichting die de werking van de waterreiniger stopt in geval van oververhitting van de elektrische motor. Is dit het geval dan gaat u als volgt te werk: • zet de hoofdschakelaar (2) op “0” en trek de stekker uit het stopcontact; • druk hendel (26) van het waterpistool in zodat eventuele restdruk ontladen wordt; • wacht 10-15 minuten zodat de waterreiniger af kan koelen; • controleer of aan de voorschriften van de paragraaf “Controle en Aansluiting op het Elektriciteitsnet” is voldaan, vooral met betrekking tot het gebruik van een eventueel verlengsnoer; • steek de stekker weer in het stopcontact en herhaal de startprocedure die beschreven wordt in de paragraaf “WERKING”. ATTENTIE • Wanneer bovenstaande veiligheidsinrichting regelmatig in werking treedt, gebruikt u de waterreiniger dan absoluut niet voordat u hem eerst heeft laten nakijken door een Gespecialiseerd Technicus. b) Klep druklimiet / drukregeling Het gaat om een op juiste wijze ingestelde klep die er voor zorgt dat de gepompte vloeistof weer kan worden afgezogen, zodat er geen gevaarlijke druk kan ontstaan wanneer het waterpistool gesloten wordt, of wanneer geprobeerd wordt drukwaarden in te stellen die boven de toelaatbare waarden liggen. c) Blokkeerinrichting van de hendel van het waterpistool Het is een veiligheidsstop (25) die, wanneer ingedrukt, de hendel blokkeert (26) van het waterpistool (14) in de gesloten positie geblokkeerd wordt, zodat het niet onbedoeld in werking kan treden (zie ook Afb. 4, positie S). 2.3 Gebruiksbestemming ATTENTIE 64 • De waterreiniger is uitsluitend bestemd voor het volgende gebruik: - wassen van voertuigen, machines, gebouwen, gereedschappen enz. met koud water, eventueel met toevoeging van door de Fabrikant aangeduide reinigingsproducten; - verspreiding van de door de Fabrikant bevoegde reinigingsproducten; - aanslagverwijdering en ontstopping van leidingen met behulp van speciale door de Fabrikant voorziene hulpstukken; - zandwaterstralen van voorwerpen met behulp van speciale door de Fabrikant voorziene hulpstukken. • De waterreiniger mag niet gebruikt worden voor het wassen van: personen, dieren, elektrische apparatuur onder spanning, kwetsbare voorwerpen, en de waterreiniger zelf; • De waterreiniger is niet geschikt om gebruikt te worden in ruimtes waar zich bijzondere omstandigheden voordoen bijvoorbeeld bij corroderende of explosieve atmosfeer. • Richt u zich tot de technische assistentiedienst van de Fabrikant voor het gebruik aan boord van voertuigen, schepen of vliegtuigen, aangezien aanvullende voorschriften nodig kunnen zijn. Ieder ander gebruik wordt als oneigenlijk gebruik beschouwd. De Fabrikant kan zich niet aansprakelijk stellen voor eventuele schade die voorkomt uit oneigenlijk of foutief gebruik. 3 UITPAKKEN ATTENTIE • Draag bij het uitpakken veiligheidshandschoenen en –bril om letsel aan handen en ogen te voorkomen. • De verpakkingselementen (plastic zakken, klemmetjes enz.) mogen nooit binnen het handbereik van kinderen worden gelaten aangezien dit mogelijke gevarenbronnen kunnen vormen. • De vuilverwerking van de verpakkingselementen moet gebeuren in overeenstemming met de wetgeving van het land van gebruik. Met name plastic materiaal en zakken mogen niet in het milieu worden geloosd, gezien het schadelijke effect. • Na het uitpakken van de waterreiniger dient u na te kijken of deze compleet is. Mocht hierover twijfel bestaan, dan dient u de waterreiniger absoluut niet te gebruiken maar dient u contact op te nemen met een bevoegd servicecentrum dat het apparaat door een Gekwalificeerd Technicus na zal laten kijken. NL 3.1 Identificatieplaatje en Waarschuwingstekens Zie tevens Afb. 1 aan het begin van deze handleiding voor gebruik en onderhoud. Op het identificatieplaatje (7) staan het serienummer en de belangrijkste technische kenmerken van de waterreiniger. De waarschuwingstekens (5) geven u informatie over de mogelijke restgevaren: verbod om de waterreiniger te gebruiken indien de handleiding niet eerst aandachtig werd doorgelezen; verbod om de waterreiniger te gebruiken voor het wassen van personen, dieren of elektrische apparatuur en de waterreiniger zelf. ATTENTIE • Controleer na het uitpakken van de waterreiniger of het identificatieplaatje en de waarschuwingsplaatjes aanwezig en leesbaar zijn. Is dit niet het geval richt u zich dan tot de verkoper of tot een bevoegd servicecentrum voor vervanging of aanvraag. • Wanneer het identificatieplaatje of de waarschuwingstekens tijdens het gebruik verslijten, richt u zich dan tot de verkoper of tot een bevoegd servicecentrum voor het aanvragen van nieuwe. 3.2 Standaarduitrusting Controleer of in de verpakking van het door u gekochte product de volgende elementen aanwezig zijn: • waterreiniger voor reiniging onder hoge druk PW 121C - PW 136C - PW 145C - IP 1210S - IP 1360S - IP 1450S; • afgifteleiding hoge druk met snelkoppeling; • waterborstel (alleen PW 136C - PW 145C - IP 1360S- IP 1450S); • straalbuis; • draaiende kop met mondstuk (alleen PW 136C - PW 145C - IP 1360S - IP 1450S); • kop met mondstuk; • schuimstraalbuis; • handleiding voor gebruik en onderhoud; • naald reiniging mondstuk, • stuur; • 2 bevestigingsschroeven stuur. Mocht u hierbij problemen ondervinden wendt u zich dan tot de verkoper of tot een bevoegde assistentiedienst. 3.3 Optionele Hulpstukken Het is mogelijk de standaarduitrusting van de waterreiniger aan te vullen met de volgende uitgebreide reeks hulpstukken: • zandstraalbuis: ontworpen voor het polijsten van oppervlakken, het verwijderen van roest, lak, vuilaanslag enz.; • sonde voor ontluchting van de leidingen: ontworpen voor het ontstoppen van buizen en leidingen; 65 • draaiende waterborstel: ontworpen voor de reiniging van kwetsbare oppervlakken; • straalbuis reiniging vloeren. ATTENTIE • Niet adequate optionele hulpstukken compromitteren de werking van de waterreiniger en kunnen hem gevaarlijk maken. Gebruik uitsluitend originele, optionele hulpstukken die goedgekeurd zijn door de Fabrikant. Met betrekking tot de algemene voorschriften, de veiligheidswaarschuwingen, de installatie en het onderhoud van de optionele hulpstukken wordt verwezen naar de bijbehorende documentatie. 4 INSTALLATIE 4.1 Montage van de Hulpstukken a) Plaats het stuur (3) op het hoofddeel van de waterreiniger. Controleer of het stuur tot het einde toe in het hoofddeel van de waterreiniger gestoken is (de frontale oppervlakken moeten zich op één lijn bevinden). Bevestig het stuur met de 2 bijgeleverde schroeven (kruisschroevendraaier niet bijgeleverd). Operatie A van Afb. 2. b) De versie is uitgerust met een straalbuis (28) waarop via een bajonetaansluiting een standaard kop met mondstuk (27) kan geplaatst worden of een draaiende kop met mondstuk (18). Monteer één van de twee koppen in functie van het werk dat u wenst uit te voeren. Plaats hem in de straalbuis en draai hem in wijzerzin tot volledige blokkering van de aansluiting. Blokkeer hem tot slot door de Securfix moer (11) te roteren in wijzerzin. Operatie I op Fig. 2. Voor demontage moet de Securfix moer (11) losgedraaid worden in tegenwijzerzin, moet de kop in de zitting van de straalbuis gedrukt worden en geroteerd worden in tegenwijzerzin totdat hij gedeblokkeerd wordt. Verwijder de kop vervolgens volledig. Operatie H op Fig. 2. c) Rol de hogedrukleiding (23) af. Sluit het aansluitelement met de snelkoppeling (24) aan op het aansluitelement van de wateruitgang (8). Vastschroeven en spannen. Operatie C van Afb. 3. d) Schroef het uiteinde van de hogedrukleiding (23) (zijde zonder snelkoppeling) aan op het schroefdraad van het waterpistool (14). Tot het einde vastschroeven met twee vaste sleutels van 17 mm (niet bijgeleverd). Operatie D van Afb. 3. 4.2 Controle en Aansluiting op de Waterleiding WAARSCHUWING • De watertoevoer moet in staat zijn een voldoende capaciteit te garanderen voor de waterreiniger. Raadpleeg hiervoor de waarden die in de tabel met technische gegevens staan. In geval van twijfel richt u zich tot een Gespecialiseerd Technicus. • Voorzie de waterreiniger niet van water met een temperatuur van meer dan 40 °C/98 °F of minder dan 5°C/41°F. • De druk van het toevoerwater mag niet hoger zijn dan 8 bar/116 psi • Stel de waterreiniger niet in werking bij een aanzuigdiepte van meer dan 0 m/ 0 ft. • Stel de waterreiniger niet in werking zonder watertoevoer. • Voorzie de waterreiniger niet van zout of onzuiver water. Mocht dit toch gebeuren, laat de waterreiniger dan enkele minuten met schoon water werken. ATTENTIE • Houd u aan de voorschriften met betrekking tot de aansluiting op de waterleiding die van kracht zijn in het land van installatie van de waterreiniger. 4.3 Controle en Aansluiting op het Elektriciteitsnet ATTENTIE 66 • Laat door een Gespecialiseerd Technicus controleren of de elektriciteitstoevoer van uw installatie overeenkomt met de gegevens op het identificatieplaatje (7) dat zich op de waterreiniger bevindt. Met name de voedingsspanning mag niet meer dan ± 5 % afwijken van de op het plaatje vermelde waarde. • De aansluiting op het elektriciteitsnet moet door een Gespecialiseerd Elektricien tot stand worden gebracht, in overeenkomst met de IEC 364 norm of gelijkaardige normen die van kracht zijn in het land van gebruik. Met name het stopcontact waarop de waterreiniger wordt aangesloten moet worden uitgerust met een aardegeleider, een adequate zekering (de waarde daarvan staat op het identificatieplaatje en in de tabel met technische gegevens), en moet beveiligd worden door een elektromagnetische differentiaalschakelaar met een gevoeligheid die de 30 mA niet overschrijdt. • Mocht de elektriciteitskabel te kort blijken te zijn, dan kan een verlengsnoer gebruikt worden. Controleer of deze niet langer dan 10 meter/32,8 ft is, of de doorsnede van de stroomdraden ten minste 1,5 mm² bedraagt en of stekker en stopcontact waterdicht zijn. Om bovengenoemde aanwijzingen te respecteren dient u zich tot een Gekwalificeerd Elektricien te wenden. Het gebruik van een ongeschikt verlengsnoer kan gevaarlijk zijn. 5 WERKING ATTENTIE • Het gebruik van de waterreiniger vereist aandacht en voorzichtigheid. Vertrouw de waterreiniger niet aan anderen toe zonder dat u zich, onder eigen verantwoording, ervan vergewist heeft dat deze tijdelijke gebruiker de handleiding aandachtig heeft doorgelezen en op de hoogte is van de werking van de waterreiniger. De waterreinigers mogen niet door kinderen of door niet getraind personeel worden gebruikt • Respecteer de waarschuwingen met betrekking tot de veiligheid die in de handleiding voor gebruik en onderhoud van de eventuele hulpstukken staan, die gebruikt worden • Gebruik de waterreiniger niet wanneer: - de voedingskabel of andere belangrijke onderdelen, zoals de hogedrukleiding, de veiligheidsinrichtingen, het waterpistool en de straalbuis beschadigd zijn; - de waterreiniger is omgevallen of wanneer er tegen aangestoten is; - er duidelijk water uit de waterreiniger lekt; In deze gevallen dient u de waterreiniger door een Gespecialiseerd Technicus te laten nakijken. • U dient speciaal op te letten wanneer u de waterreiniger in ruimtes gebruikt waarin voertuigen rijden die de toevoerkabel, de hogedrukleiding of het waterpistool kunnen verpletteren of beschadigen; • Houd tijdens de werking de waterreiniger altijd onder toezicht en buiten het bereik van kinderen. Let bijzonder goed op tijdens het gebruik bij kleuterscholen, verzorging- en rusthuizen. Hier kunnen kinderen, bejaarden of gehandicapten zonder toezicht aanwezig zijn. • Voorat u de waterreiniger in werking stelt dient u hem op een droge, vlakke en stabiele ondergrond te zetten, waar hij niet kan kantelen of vallen. • Verricht de handelingen die in de paragraaf “Stilstand” beschreven worden voordat u de waterreiniger verplaatst. • Voordat u de waterreiniger start dient u kleding aan te trekken die afdoende bescherming biedt tegen verkeerd uitgevoerde manoeuvres van de onder druk staande waterstraal. Gebruik de waterreiniger niet in de nabijheid van personen die geen beschermende kleding dragen. • De waterstralen onder hoge druk kunnen gevaarlijk zijn bij oneigenlijk gebruik. Richt de straal niet op personen, dieren, elektrische apparatuur onder spanning of op de waterreiniger zelf. • Houd tijdens het gebruik het waterpistool stevig vast. Wanneer u namelijk de hendel (26) activeert, dan kunt u de reactiekracht van de hogedrukstraal ondergaan. De grootheid van deze terugslagkracht staat in de tabel met technische gegevens (de terugslagkracht wordt uitgedrukt in N waar 1 N = 0.1 kg). • Richt de straal niet op u zelf of anderen om kleding of schoeisel te reinigen. • Ter bescherming van het milieu mag de reiniging van voertuigen of machines met hydraulische circuits alleen plaatsvinden in ruimtes die voorzien zijn van een adequate olieseparator. • De banden van de voertuigen moeten op een afstand van niet minder dan 50 cm /19 in gewassen worden om te voorkomen dat de hogedrukstraal schade veroorzaakt. Een eerste symptoom van toegebrachte schade aan een band is de kleurverandering ervan. • Richt de hogedrukstraal niet op materiaal dat asbest bevat, of andere substanties die schadelijk voor de gezondheid zijn. • Gebruik de waterreiniger niet in de regen. • Besteed extra aandacht aan hetgeen vermeld wordt in de paragraaf “Controle en aansluiting op het elektriciteitsnet”. NL 67 • Besteed extra aandacht aan hetgeen vermeld wordt in de paragraaf “Werking met reinigingsproducten”. • Laat de stekker niet in het stopcontact wanneer de waterreiniger niet werkt, en trek de stekker er altijd uit vóór het verrichten van ingrepen. Zet, in het bijzonder, de hoofdschakelaar (2) altijd op “0”. Verwijder de stekker uit het stopcontact en druk op de hendel (26) van het waterpistool om de eventuele restdruk te elimineren en de veiligheidsblokkering (25) vast te zetten (Afb. 4 - Positie S): - wanneer u de waterreiniger, ook voor korte tijd, onbeheerd achter laat; - na afloop van het gebruik. Wacht altijd tot de waterreiniger geheel is afgekoeld voordat u reiniging of onderhoud verricht. • Blokkeer tijdens het gebruik de hendel (26) van het waterpistool niet in de stand altijd open. • Trek de stekker niet uit het stopcontact door aan de kabel te trekken. • Plaats geen reductors of adapters tussen de stekker en het stopcontact. • Zorg ervoor dat de voedingskabel, de eventuele verlengsnoeren, de stekkers en de stopcontacten droog blijven. Raak ze niet aan met natte handen. • Mocht de voedingskabel beschadigd zijn dan dient u, om gevaarlijke situaties te voorkomen, voor de vervanging ervan contact op te nemen met de Fabrikant of met een Gespecialiseerd Technicus. • Bedek de waterreiniger tijdens de werking niet en zet hem niet op een plek waar geen goede ventilatie kan plaatsvinden. • Bij het gebruik van de waterreiniger in afgesloten ruimtes controleert u dan of een correcte ventilatie kan worden gegarandeerd. 5.1 Verplaatsing • Gebruik voor de verplaatsing van de waterreiniger het stuur (3), zoals getoond wordt in Afb. 5, operatie M. • Gebruik voor het optillen handgreep (10), Afb. 5, operatie N. ATTENTIE • Niet het stuur voor de verplaatsing (3) gebruiken om de waterreiniger op te tillen. 5.2 Voorafgaande Handelingen • Rol de hoge drukleiding (23) geheel af. • Bevestig aan de snelkoppeling van de wateringang (12) een toevoerkabel, waarbij u gebruik maakt van een gewone snelkoppeling voor tuinslangen. Operatie E van Afb. 3. • Open de watertoevoerkraan en vergewis u ervan dat er geen waterdruppels lekken. Operatie F van Afb. 3. • Vergewis u ervan dat de hoofdschakelaar (2) in de uitgeschakelde stand staat (positie “0”) en steek de stekker in het stopcontact. Operatie G van Afb. 3. • Druk de hoofdschakelaar (2) in positie “1”. • Druk op hendel (26) van het waterpistool en wacht tot een doorlopende waterstraal naar buitenkomt. • Zet hoofdschakelaar (2) op “0” en sluit straalbuis (28) aan op waterpistool (14). Tot het einde vastschroeven. Operatie B van Afb. 3. 5.3 Standaardwerking (onder Hoge Druk) • Start de waterreiniger opnieuw door de hoofdschakelaar (2) in positie “1” te zetten. Nota: Na deze start komt de waterreiniger onmiddellijk tot stilstand, aangezien het Total Stop systeem geactiveerd wordt. • Om de waterreiniger in werking te stellen en met het reinigen te beginnen, volstaat het de hendel (26) van het waterpistool in te drukken. • De hoekinstelling van de straal kan geregeld worden met behulp van de kop (27) (Afb. 2 – Posities a en b). 5.4 Werking met het Reinigingsproduct ATTENTIE 68 • De waterreiniger is ontworpen voor het gebruik met reinigingsproducten die door de Fabrikant worden aanbevolen. Het gebruik van andere reiniging- of chemische producten kan van negatieve invloed zijn op de veiligheid van de waterreiniger. Zuig met name nooit vloeistoffen aan die oplosmiddelen, benzine, verdunningsmiddelen, aceton en brandstofolie bevatten aangezien deze producten in vernevelde vorm uiterst brandbaar, explosief of toxisch zijn. • Lees aandachtig de voorschriften en waarschuwingen die op het etiket van het gebruikte reinigingsproduct staan. • Bewaar de reinigingsproducten op een veilige plek die ontoegankelijk is voor kinderen. • Komt het product in aanraking met de ogen spoel de ogen dan onmiddellijk met water en wendt u onmiddellijk tot arts. Neem de verpakking van het reinigingsproduct mee. • Wordt het product per ongeluk ingeslikt probeer dan niet het braken te stimuleren maar wendt u onmiddellijk tot een arts. Neem de verpakking van het reinigingsproduct mee. De aanbevolen reinigingsproducten zijn voor meer dan 90% biologisch afbreekbaar. Voor de gebruikswijze van het reinigingsproduct raadpleegt u de tabel en het etiket op de verpakking van het reinigingsproduct. • Vul het flesje (21) met het gewenste reinigingsproduct. • Regel de aanzuigcapaciteit van het reinigingsproduct als volgt: - maak de staaf (20) van de straalbuis (19) los; - laat tand L van de staaf (20) samenvallen met één van de nummers die op de binnenkant van de straalbuis (19) staan (1: minimum aanzuiging, 6: maximum aanzuiging); - plaats de staaf (20) weer terug in de straalbuis (19). • Plaats het flesje (21) in de schuimstraalbuis (19). • Zet hoofdschakelaar (2) op “0” en sluit straalbuis (19) aan op waterpistool (14). • Herstart de waterreiniger door hoofdschakelaar (2) op “1” te zetten en hendel (26) te activeren (de aanzuiging en de menging vinden automatisch plaats zodra het water passeert). NL 5.5 Onderbreking van de Werking (Total Stop) Door de hendel (26) van het waterpistool los te laten komt de waterreiniger automatisch tot stilstand. Drukt u nu opnieuw op de hendel dan zal de waterreiniger weer normaal in werking treden. ATTENTIE • Denkt u er aan dat wanneer de waterreiniger op Total Stop staat, de waterreiniger echter compleet in werking is. Wanneer u de waterreiniger dus, ook voor zeer korte tijd, onbeheerd achterlaat, zet dan altijd de hoofdschakelaar (2) op “0”, trek de stekker uit het stopcontact en druk op hendel (26) van het waterpistool om de eventuele restdruk te ontladen en de veiligheidsblokkering (25) vast te zetten (Afb. 4 - Positie S). 6 STILSTAND EN OPSLAG Na afloop van de werkzaamheden brengt u de machine tot stilstand en bergt u hem weg. 6.1 Stilstand • Sluit de watertoevoerkraan geheel. • Haal het water uit de waterreiniger door hem enkele seconden te laten werken met ingedrukte hendel (26) van het waterpistool. • Zet de hoofdschakelaar (2) op “0”. • Trek de stekker van de toevoer uit het stopcontact. • Elimineer de mogelijke restdruk uit de hogedrukleiding (23) door enkele seconden de hendel (26) van het waterpistool ingedrukt te houden. • Rol de voedingskabel (1) zorgvuldig op en hang deze aan de steun (13). • Wacht tot de waterreiniger afgekoeld is. ATTENTIE • Wanneer de waterreiniger wordt afgekoeld moet u nagaan of: - de waterreiniger niet onbeheerd wordt achtergelaten in aanwezigheid van kinderen, bejaarden of gehandicapten zonder toezicht; - de waterreiniger op een stabiele ondergrond geplaatst wordt en niet kan vallen; - de waterreiniger niet in aanraking kan komen met, of in de onmiddellijke nabijheid staat van brandbaar materiaal. 69 6.2 Opslag • Wikkel de hogedrukleiding (23) met zorg op in de leidinghaspel (6) en vermijd knikken. • Rol de voedingskabel (1) met zorg op, gebruik makend van de kabelhaspel (13). • Plaats de waterreiniger met zorg op een droge en schone plek en zorg er daarbij voor de voedingskabel en hogedrukleiding niet te beschadigen. WAARSCHUWING • De waterreiniger is gevoelig voor vorst. In koude ruimtes, en om ijsvorming binnen in de waterreiniger te voorkomen, is het mogelijk om vóór de procedure voor “Stilstand” de waterreiniger een antivriesproduct voor auto’s te laten aanzuigen. Raadpleeg hiervoor eerst een Gespecialiseerd Technicus aangezien de gepompte vloeistof de pakkingen van de hoge drukpomp kan beschadigen. In koude ruimtes, en als het niet mogelijk is de waterreiniger te beschermen zoals eerder beschreven, dient u de waterreiniger vóór het starten in een warme ruimte te brengen gedurende de tijd die nodig is om eventueel ijs te doen smelten. Het niet naleven van deze simpele voorschriften kan ernstige schade aan de waterreiniger berokkenen. 7 REINIGING EN ONDERHOUD ATTENTIE • Alle ingrepen met betrekking tot reiniging en onderhoud mogen slechts worden uitgevoerd na de operaties verricht te hebben die beschreven staan in de paragraaf “Stilstand”. U dient er met name aan te denken de elektriciteitstoevoer altijd af te sluiten. • Om de veiligheid van de waterreiniger te garanderen dient u uitsluitend originele vervangingsonderdelen te gebruiken die door de Fabrikant zijn goedgekeurd en door hem geleverd worden. • De rubber leidingen, de aansluitingen en de straalbuizen voor werking onder hoge druk zijn belangrijk voor de veiligheid: gebruik uitsluitend de door de Fabrikant aanbevolen onderdelen. 7.1 Gewoon Onderhoud Verricht de handelingen die beschreven worden in de paragraaf “Stilstand” en houd u aan de aanwijzingen van onderstaande tabel. TIJDSINTERVAL INGREEP Bij ieder gebruik • Controleer de toevoerkabel, de hogedrukleiding, de aansluitingen, het waterpistool, de straalbuis. Indien één of meerdere delen beschadigd zijn, gebruik de waterreiniger dan absoluut niet en richt u tot een Gespecialiseerd Technicus. Wekelijks • Reiniging filter wateringang Demonteer het aansluitelement voor de binnenkomst van het water (a) en trek met een tang filter (b) naar buiten (zie ook Afb. 6). Voor de reiniging volstaat het doorgaans het filter onder stromend water te houden, of er met perslucht op te blazen. Bij hardnekkig vuil kunt u een ontkalkingsproduct gebruiken of het filter vervangen. Wend u tot een bevoegd assistentiecentrum voor de aanschaf van een nieuw filter. Monteer het filter opnieuw, en span het aansluitelement tot het einde. Maandelijks • Reiniging mondstuk Voor de reiniging volstaat het doorgaans de bijgevoegde naald (17) in het gat van het mondstuk te steken. Indien geen goede resultaten bereikt worden moet u zich tot een bevoegd assistentiecentrum wenden. WAARSCHUWING 70 • Tijdens de werking mag de waterreiniger niet te veel lawaai produceren en mag er geen duidelijk waarneembare water- of olielekkage zijn. Doen deze verschijnselen zich wel voor dan dient u de waterreiniger te laten nakijken door een Gespecialiseerd Technicus. 7.2 Buitengewoon Onderhoud ATTENTIE • Het buitengewone onderhoud mag alleen verricht worden door een Gespecialiseerd Technicus. Houdt u bij buitengewoon onderhoud aan de aanwijzingen van onderstaande tabel. TIJDSINTERVAL INGREEP Iedere 50 uur • Controle van het hydraulische circuit van de pomp. • Controle van de pompbevestiging Iedere 100 uur • Vervanging oliepomp. • Controle kleppen aanzuiging / afgifte pomp. • Controle schroefbevestiging pomp • Controle regelklep pomp • Controle beveiligingen NL WAARSCHUWING • De gegevens van de tabel zijn van indicatieve aard. 8 SLOOP EN VERWERKING De ontmanteling van de waterreiniger mag alleen verricht worden door gekwalificeerd personeel en in overeenstemming met de heersende wetgeving van het land van installatie. , op identificatieplaatje (7), erop dat het product niet samen met Met name duidt het symbool huishoudelijk afval weggegooid mag worden. Wend u tot het plaatselijke afvalverwerkingsbedrijf of tot uw verkoper. ATTENTIE • Voordat u de waterreiniger sloopt dient u hem onbruikbaar te maken, door bijvoorbeeld de voedingskabel door te snijden. Ook de onderdelen die een gevaar kunnen vormen voor kinderen moeten onbruikbaar worden gemaakt, aangezien kinderen er mee kunnen gaan spelen. 9 ONGEMAKKEN, OORZAKEN EN OPLOSSINGEN ATTENTIE • Voordat u ingrepen gaat verrichten dient u de handelingen van de paragraaf “Stilstand” uit te voeren. Mocht u er niet in slagen de waterreiniger met behulp van de informatie uit onderstaande tabel weer normaal in werking te stellen dan dient u zich te wenden tot een Gespecialiseerd Technicus. ONGEMAKKEN OORZAKEN OPLOSSINGEN Wanneer de hoofdschakelaar (2) op “1” gezet wordt gaan de waterreiniger niet van start. Denkt u ook aan de nota van de paragraaf “Onderbreking van de werking (Total Stop)”. Er is een veiligheidsvoorziening van de installatie waarop de waterreiniger is aangesloten in werking getreden (zekering, differentiaalschakelaar, enz.). Schakel de veiligheidsvoorziening terug. Bij een nieuwe inwerkingtreding dient u de waterreiniger niet te gebruiken en moet u zich tot een Gespecialiseerd Technicus wenden. De stekker van de voedingskabel is Trek de stekker uit het stopcontact niet juist naar binnen gestoken. en steek de stekker weer opnieuw naar binnen (wordt vervolgd op de volgende pagina) 71 ONGEMAKKEN OORZAKEN OPLOSSINGEN De waterreiniger trilt Het filter van de wateringang (Fig.6) Houdt u aan de aanwijzingen van de erg en is lawaaiig. is vuil. paragraaf “Gewoon onderhoud”. De watertoevoer is onvoldoende. Controleer of de kraan volledig open is en of het bereik van de waterleiding overeenkomt met hetgeen vermeld wordt in de paragraaf “ Technische kenmerken en gegevens” Schaarse aanzuiging De inrichting voor de regeling Ga te werk zoals vermeld wordt van reinigingsproduct. v a n d e a a n z u i g i n g v a n h e t in de paragraaf “Werking met reinigingsproduct (20) is niet correct reinigingsproduct” ingesteld. Ontbreken van product in het flesje. Voeg product toe. Het gebruikte reinigingsproduct is Gebruik een reinigingsproduct dat te viskeus aanbevolen wordt door de Fabrikant (zie de tabel met reinigingsproducten), en houdt u aan de verdunningen die op het plaatje staan. Er komt geen water uit Er ontbreekt water. het mondstuk. Mondstuk water is verstopt. De waterreiniger komt Er is een veiligheidsvoorziening van tot stilstand tijdens de de installatie waarop de waterreiniger werking. is aangesloten in werking getreden (zekering, differentiaalschakelaar, enz.). Controleer of de kraan van de waterleiding volledig open is. Reinig en/of vervang het mondstuk op grond van hetgeen vermeld wordt in de paragraaf “Gewoon onderhoud”. Schakel de veiligheidsvoorziening terug. Bij een nieuwe inwerkingtreding dient u de waterreiniger niet te gebruiken en moet u zich tot een Gespecialiseerd Technicus wenden. Er is een amperometrische beveiliging Houdt u aan hetgeen vermeld in werking getreden. wordt in de paragraaf “Veiligheidsvoorzieningen”. De hoofdschakelaar (2) De elektrische installatie en/of het Houdt u aan hetgeen vermeld is gedraaid, de motor verlengsnoer zijn niet geschikt. wordt in de paragraaf “Controles en bromt maar gaat niet aansluiting op het elektriciteitsnet”. van start. 72 Español Nederlands CERTIFICADO DE GARANTÍA GARANTIEBEWIJS Esta máquina ha sido proyectada y fabricada con las técnicas más modernas. El fabricante garantiza sus productos durante 24 meses desde la fecha de compra, siempre que el uso sea privado/aficionado. La garantía se limita a 12 meses en caso de uso profesional. Deze machine is ontworpen en vervaardigd volgens de modernste productietechnieken. De fabrikant geeft een garantie van 24 maanden vanaf de aankoopdatum op de eigen producten voor privé-/hobbygebruik. De garantie is beperkt tot 12 maanden bij professioneel gebruik. Condiciones generales de garantía 1) La garantía es válida a partir de la fecha de compra. El Fabricante cambiará gratuitamente las piezas que presenten defectos en el material, el trabajo o la producción, mediante su red de venta y asistencia técnica. La garantía no anula los derechos legales del comprador, previstos por el código civil, contra las consecuencias de defectos o vicios provocados por el producto vendido. 2) El personal técnico efectuará las intervenciones lo antes posible y dentro de los plazos impuestos por exigencias de organización. 3) Para solicitar la asistencia en garantía, es necesario mostrar el certificado de garantía ilustrado a continuación, junto a la factura o el tique que demuestren la fecha de compra, al personal autorizado; asimismo, para que el certificado sea válido, se han de completar todas sus partes y ha de estar debidamente timbrado por el vendedor. 4) La garantía pierde su validez en los siguientes casos: − Falta evidente de mantenimiento. − Uso incorrecto o manipulación del producto. − Uso de lubricantes o combustibles inadecuados. − Uso de piezas de recambio o accesorios no originales. − Intervenciones efectuadas por parte de personal no autorizado. 5) La garantía no incluye ni los materiales consumibles ni las piezas sujetas a un desgaste normal de funcionamiento. 6) La garantía tampoco incluye las intervenciones de actualización o mejora del producto. 7) La puesta a punto o las intervenciones de mantenimiento eventualmente necesarias durante el periodo de garantía no están cubiertas por la garantía. 8) Cualquier daño provocado durante el transporte tiene que ser señalado de inmediato al transportista bajo pena de anulación de la garantía. 9) La garantía no cubre los eventuales daños materiales o personales, directos o indirectos, provocados por averías de la máquina o por la interrupción forzada y prolongada del funcionamiento de la misma. Algemene garantievoorwaarden 1) De garantie wordt toegekend vanaf de aankoopdatum. De fabrikant vervangt gratis de defecte onderdelen die te wijten zijn aan fouten van het materiaal, bewerkingen en productie middels het distributienet en de technische service. De garantie ontneemt de gebruiker niet de wettelijke rechten uit het burgerlijk wetboek tegen de gevolgen van defecten of onvolkomenheden die door het verkochte product veroorzaakt worden. 2) Het technisch personeel grijpt zo snel mogelijk in binnen de tijdslimieten die uit organisatorisch oogpunt mogelijk zijn. 3) Voor het aanvragen van servicewerkzaamheden die onder de garantie vallen dient u het hieronder weergegeven garantiebewijs aan het bevoegde personeel te tonen. Het garantiebewijs moet een stempel van de verkoper dragen, geheel ingevuld zijn en begeleid worden door de factuur of de fiscaal verplichte kassabon met de aankoopdatum. 4) De garantie vervalt bij: – Overduidelijk gebrek aan onderhoud, – Onjuist gebruik van het product of sabotage, – Gebruik van ongeschikte smeermiddelen of brandstoffen, – Gebruik van niet originele vervangingsonderdelen of accessoires, – Werkzaamheden die verricht zijn door onbevoegd personeel. 5) De verbruiksmaterialen en de onderdelen die onderhevig zijn aan normale slijtage vallen niet onder de garantie. 6) Bijwerkingen en verbeteringen van het product vallen niet onder de garantie. 7) De garantie dekt geen afstel- en onderhoudswerkzaamheden die tijdens de garantieperiode nodig mochten zijn. 8) Eventuele beschadigingen die tijdens het transport zijn veroorzaakt moeten onmiddellijk aan de transporteur worden gemeld op straffe van verval van de garantie. 9) De garantie dekt geen eventuele directe of indirecte beschadigingen die aan personen of voorwerpen worden aangericht als gevolg van defecten of langdurige inactiviteit van de machine. " " MODELO - MODEL DATA - DATUM SERIAL No DISTRIBUIDOR - VERKOPER COMPRADOR - GEKOCHT DOOR ¡No enviar! Adjuntar sólo a la eventual solicitud de garatia técnica. Niet verzenden! Voeg dit bewijs uitsluitend bij het aanvraagformulier om technische garantiewerkzaamheden. 181
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154
  • Page 155 155
  • Page 156 156
  • Page 157 157
  • Page 158 158
  • Page 159 159
  • Page 160 160
  • Page 161 161
  • Page 162 162
  • Page 163 163
  • Page 164 164
  • Page 165 165
  • Page 166 166
  • Page 167 167
  • Page 168 168
  • Page 169 169
  • Page 170 170
  • Page 171 171
  • Page 172 172
  • Page 173 173
  • Page 174 174
  • Page 175 175
  • Page 176 176
  • Page 177 177
  • Page 178 178
  • Page 179 179
  • Page 180 180
  • Page 181 181
  • Page 182 182
  • Page 183 183
  • Page 184 184
  • Page 185 185
  • Page 186 186
  • Page 187 187
  • Page 188 188

Efco IP 1210 S de handleiding

Categorie
Hogedrukreinigers
Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor