16
HET APPARAAT AANZETTEN
BELANGRIJK: Laat, wanneer de loopband aan
koude temperaturen blootgesteld is geweest, de
loopband tot kamertemperatuur komen voordat u
de elektriciteit inschakelt. Als u dit niet doet, kunt u
het bedieningspaneel of andere elektrische compo-
nenten beschadigen.
Steek het stroomsnoer in
het stopcontact (zie pagina
14). Zoek vervolgens naar
de aan/uit�schakelaar op het
onderstel van de loopband
bij het stroomsnoer. Druk de
schakelaar in de reset stand.
BELANGRIJK: Het bedieningspaneel toont een
demostand, die ontwikkeld is voor gebruik als
de loopband wordt geëtaleerd in een winkel. Als
de displays oplichten als het stroomsnoer wordt
ingestoken en de aan/uitschakelaar in de reset-
stand is gezet, gaat de demostand aan. Om de
demostand uit te schakelen, houdt u de Stop-
knop enkele seconden ingedrukt. Raadpleeg DE
INFORMATIE MODUS op pagina 21 om de demo-
stand uit te schakelen wanneer de displays blijven
branden.
Ga op de voetleuning van de loopband staan. Zoek
naar de clip die aan de sleutel vast zit (zie tekening op
pagina 15) en maak de clip aan de tailleband van uw
kleding vast. Plaats de sleutel in het bedieningspaneel.
Kort daarna zal de display oplichten. BELANGRIJK:
Bij een noodsituatie kunt u aan de sleutel van
het bedieningspaneel trekken, zodat de loopband
vertraagt en tot stilstand komt. Test de clip door
voorzichtig een paar stappen achteruit te zetten
totdat de sleutel uit het bedieningspaneel wordt
getrokken. Als de sleutel niet uit het bedieningspa-
neel komt, stel dan de lengte van de clip bij.
BELANGRIJK: Als er een stuk plastic op het bedi-
eningspaneel ligt, verwijder dan het plastic. Draag
alleen schone schoenen wanneer u de loopband
gebruikt om beschadiging aan het loopvlak te
voorkomen. De eerste keer dat u de loopband
gebruikt, dient u de uitlijning van de loopband te
bestuderen en het midden van de loopband aan te
passen indien dit nodig is (zie pagina 25).
DE HANDMATIGE INSTELLING GEBRUIKEN
1. Plaats de sleutel in het bedieningspaneel.
ZieHETAPPARAATAANZETTENaande
linkerkant.
2. Kies de handmatige instelling.
Alsudesleutelinvoert,wordtdehandmatige
modus geselecteerd. Als u een vooraf ingestelde
oefening hebt gekozen, trek dan de sleutel uit en
steek het opnieuw weer in.
3. Voer uw gewicht desgewenst in.
Voordemeestaccuratecalorietellingdientuuw
gewicht in het bedieningspaneel in te voeren
door herhaaldelijk te drukken op de toetsen Wt.
(Gewicht) verhogen of verlagen. Aandacht: Nadat
u uw gewicht heeft ingevoerd, wordt deze in het
geheugen opgeslagen.
4. Start de loopband.
Omdeloopbandtestartendruktuopdetoets
Start, de toets Speed (Snelheid) verhogen, of op
een van de acht snelheidtoetsen met nummers
2�18.
AlsdeStarttoetsofdetoetsSpeedverhogenwordt
ingedrukt dan zal de loopband beginnen te bewe�
gen met een snelheid van 2 Km/H (Km/u). U kunt
tijdens de oefening de snelheid van de loopband
naar wens veranderen door te drukken op de toet�
sen Speed verhogen en verlagen. Steeds als u een
van de toetsen indrukt zal de snelheidsinstelling
met 0,1 Km/H aanpassen; als u een toets ingedrukt
houdt verandert de snelheid met stapjes van 0,5
Km/H. Aandacht: Na het drukken op een toets kan
het even duren voordat de loopband de geselect�
eerde snelheidsinstelling bereikt.
IndienudruktopeenvandegenummerdeSpeed
toetsen, zal de snelheid van de loopband gradueel
aangepast worden tot het de gewenste snel�
heidsinstelling bereikt.
Omdeloopbandtestoppen,drukopdeStoptoets.
De tijd zal op de display knipperen. Om de loop�
band opnieuw te starten, drukt u op de toets Start
of op de toets Speed verhogen.
Resetten