Citizen SRP-145NOR Handleiding

Categorie
Waterpompen
Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

SRP-145N_Dutch_SR135A_090330.doc SIZE: 140x75mm SCALE 2:1
2009/3/30
-D1-
ALGEMENE DEFINITIES ................................................... 2
De toetsen .....................................................................................2
ALGEMENE TOETSEN....................................................................2
GEHEUGENTOETSEN ....................................................................2
SPECIALE TOETSEN ......................................................................3
FUNCTIETOETSEN .........................................................................4
PROGRAMMEERTOETSEN
(ENKEL VOOR GEBRUIK IN DE PGM-MODUS).............................6
DE STATISTISCHE TOETSEN
(ENKEL VOOR GEBRUIK IN DE STAT-MODUS)............................6
HET BEELDSCHERM......................................................... 7
VOLGORDE VAN DE BEWERKINGEN............................. 8
NAUWKEURIGHEID EN CAPACITEIT .............................. 8
OVERFLOW / FOUTMELDINGEN ..................................... 9
VOEDING.......................................................................... 10
NORMALE BEWERKINGEN............................................ 10
Basisbewerkingen (Inclusief bewerkingen met haakjes) ............10
Constante bewerkingen...............................................................11
Geheugenbewerkingen ...............................................................11
FUNCTIEBEWERKINGEN................................................ 12
Sexagesimale Decimale conversie .........................................12
Bewerkingen met breuken...........................................................12
Trigonometrische / Inverse trigonometrische functies .................12
Hyperbolische functies en inverse hyperbolische functies...........13
Gewone en natuurlijke logaritmes / machtsverheffingen .............13
Machtsverheffingen, wortels, omgekeerde waarden en faculteiten13
STANDAARDAFWIJKINGEN........................................... 14
PROGRAMMEREN........................................................... 15
Inhoud
SRP-145N_Dutch_SR135A_090330.doc SIZE: 140x75mm SCALE 2:1
2009/3/30
-D2-
ALGEMENE DEFINITIES
De toetsen
Om de rekenmachine zo compact mogelijk te maken, hebben
sommige toetsen meer dan één functie. U kunt de functie van een
toets veranderen door eerst op een andere toets te drukken, of door
de rekenmachine in een bepaalde modus in te stellen.
De volgende pagina’s geven u een gedetailleerde beschrijving over
het gebruik en de functie van elke toets.
De tweede functie selectietoets: [ 2ndF ]
Sommige toetsen hebben een tweede functie. De namen van de
tweede functies staan boven de respectievelijke toetsen. Om de
tweede functie uit te voeren, drukt u op [ 2ndF ] en het scherm zal
"2F" weergeven. Druk hierna op de toets met de gewenste tweede
functie.
ALGEMENE TOETSEN
Toetsen voor het invoeren van gegevens: [ 0 ] ~[ 9 ] []
Druk de toetsen in hun logische volgorde in om de getallen in te
voeren.
Toetsen voor de basisbewerkingen: [ + ] [ – ] [ x ] [ ÷ ] [ = ]
Druk de toetsen in hun logische volgorde in om optellingen,
aftrekkingen, vermenigvuldigingen en delingen uit te voeren en
antwoorden weer te geven.
Toets voor het aanzetten en wissen: [ ON/C ]
Druk op [ ON/C ] om de rekenmachine aan te zetten en om alles met
uitzondering van het geheugen, het constante geheugen (Ka, Kb) en
het programmageheugen, te wissen.
Toets voor het wissen van invoer: [ CE ]
Druk op [ CE ] om onjuiste invoer te wissen.
Toets voor het naar rechts schuiven: [ 00Æ0 ]
Druk op deze toets om het minst significante cijfer van de
weergegeven waarde te wissen.
(Voorbeeld) 123456 123456.
[ 00Æ0 ] 12345.
[ 00Æ0 ] 1234.
Toets voor het veranderen van het teken: [ +/– ]
Druk op [+/] om het weergegeven getal negatief of positief te maken.
GEHEUGENTOETSEN
De toets voor het opvragen van het geheugen: [ MR ]
Druk op [ MR ] om de inhoud van het geheugen weer te geven.
SRP-145N_Dutch_SR135A_090330.doc SIZE: 140x75mm SCALE 2:1
2009/3/30
-D3-
Toets voor het opslaan in het geheugen: [ XÆM ]
Druk op [ XÆM ] om de weergegeven waarde in het geheugen op te
slaan. De vorige waarde die zich het geheugen bevond, wordt
automatisch gewist.
Toets voor het optellen met geheugeninhoud: [ M+ ]
Druk op [ M+ ] om de som van de berekening te maken en om het
resultaat op te tellen met de waarde die in het geheugen opgeslagen
is.
Toetsen voor het opslaan in het constante geheugen Ka en Kb:
[ 2ndF ] [ Ka
x
Æ
k
], [ 2ndF ] [ Kb
x
Æ
k
]
Druk op deze toetsen om de weergegeven waarde in het constante
geheugen Ka of Kb op te slaan.
Toetsen voor opvragen het geheugen: [ Ka
x
Æ
k
], [ Kb
x
Æ
k
]
Druk op deze toetsen om de inhoud van het constante geheugen Ka
of Kb weer te geven.
Opmerkingen:
De constante geheugens Ka en Kb kunnen een waarde van 0
opslaan.
Indien u na het invoeren van een getal of na het uitvoeren van een
bewerking op Ka
x
Æ
k
] of [ Kb
x
Æ
k
] drukt, zal de weergegeven
waarde vermenigvuldigd worden met de inhoud van Ka of Kb.
SPECIALE TOETSEN
De haakjestoetsen: [ ( ] en [ ) ]
Gebruik de haakjestoetsen om de standaard bewerkingsvolgorde te
veranderen en de uitdrukking tussen haakjes voorrang te geven op
alle andere bewerkingen. U kunt maximaal 6 niveaus van haakjes in
één enkele bewerking gebruiken.
De exponenttoets: [ EXP ]
Om een getal in de wetenschappelijke notatie weer te geven, voert u
eerst de waarde van de mantisse in, drukt u vervolgens op [ EXP ], en
voert u tenslotte de waarde van de exponent in.
De toets voor de weergave van π: [ 2ndF ] [ π ]
Druk op [ 2ndF ] [π] om de waarde van π weer te geven; π is de
verhouding van de cirkelomtrek van een cirkel en zijn diameter
(ongeveer 3.141592654).
De toets voor het verwisselen van de registers: [ 2ndF ] [ XY ]
Druk op [ 2ndF ] [ XY ] om de weergegeven waarde (Xregister)
met de inhoud van het actief register (Yregister) te verwisselen.
(Voorbeeld) 123 [ + ] 456 [ = ] 579.
[ 2ndF ] [ XY ] 456.
[ 2ndF ] [ XY ] 579.
SRP-145N_Dutch_SR135A_090330.doc SIZE: 140x75mm SCALE 2:1
2009/3/30
-D4-
De toets voor het instellen van het decimaalteken: [ 2ndF ] [ FIX ]
Gebruik deze toets voor het instellen van het aantal cijfers die
weergegeven worden na het decimaalteken in eind- of
tussenresultaten. De rekenmachine zal intern nog steeds het volledige
getal gebruiken en rond slechts de getallen af voor de weergave.
[ 2ndF ] [ FIX ] [ 0 ]~[ 6 ] –– Selecteert hoeveel cijfers er maximaal
aan de rechterkant van het decimaalteken weergegeven worden.
[ 2ndF ] [ FIX ] [ 7 ], [ 8 ], [ 9 ], [] –– Selecteert het drijvende
komma formaat.
(Voorbeeld) 5 [
÷ ] 9 [ = ] 0.555555556
[ 2ndF ] [ FIX ] [ 2 ] 0.56
[ 2ndF ] [ FIX ] [ 5 ] 0.55556
[ 2ndF ] [ FIX ] [] 0. 555555556
Opmerking : Tijdens en onmiddellijk na het invoeren van
numerieke gegevens, is [ 2ndF ] [ FIX ] inactief.
De wetenschappelijke toets: [ SCI ]
Converteert het weergegeven getal in een macht van tien, en
omgekeerd.
(Voorbeeld) : 12.3456 [ x ] 10 [ = ] 123.456
[ SCI ] 1.23456 02
[ SCI ] 123.456
[ SCI ] 1.23456 02
De toets voor hoekconversie: [ DRG ]
Druk op deze toets om de hoekmodus te veranderen naar DEG
(graden), RAD (radialen), of GRAD (gradient).
FUNCTIETOETSEN
De sexagesimale notatie / decimale notatie conversietoetsen:
[ 2ndF ] [ ] en [ 2ndF ] [ ]
Om de sexagesimale (zestigdelig) notatie (graden, minuten, seconden)
te converteren naar de decimale notatie (graden) drukt u op [ 2ndF ]
[ ]. Om de decimale notatie te veranderen naar de sexagesimale
notatie, voert u het getal in zijn decimale vorm in en drukt u op [ 2ndF ]
[ ].
De toetsen voor het berekenen van sinus, cosinus en tangens:
[ sin ], [ cos ] en [ tan ]
Berekent de trigonometrische functies van de weergegeven waarde.
De toetsen voor het berekenen van inverse sinus, inverse
cosinus en inverse arctangens: [ 2ndF ] [ sin
–1
], [ 2ndF ] [ cos
–1
]
en [ 2ndF ] [ tan
–1
]
Berekent de inverse trigonometrische functies van de weergegeven
waarde.
SRP-145N_Dutch_SR135A_090330.doc SIZE: 140x75mm SCALE 2:1
2009/3/30
-D5-
De hyperbolische toetsen: [ 2ndF ] [ HYP ] [ sin ], [ 2ndF ] [ HYP ]
[ cos ] en [ 2ndF ] [ HYP ] [ tan ]
Berekent de hyperbolische functies van de weergegeven waarde.
De inverse hyperbolische toetsen: [ 2ndF ] [ HYP ] [ 2ndF ]
[ sin
–1
], [ 2ndF ] [ HYP ] [ 2ndF ] [ cos
–1
] en [ 2ndF ] [ HYP ]
[ 2ndF ] [ tan
–1
]
Berekent de inverse hyperbolische functies van de weergegeven
waarde.
De toetsen voor het berekenen van gewone logaritme en gewone
antilogaritme: [ log ] en [ 2ndF ] [ 10
x
]
Berekent de gewone logaritme van de weergegeven waarde. Om de
gewone antilogaritme van de weergegeven waarde te berekenen, drukt
u op [ 2ndF ] [ 10
x
].
De toetsen voor het berekenen van natuurlijke logaritme en
natuurlijke antilogaritme: [ ln ] en [ 2ndF ] [ e
x
]
Om de natuurlijke logaritme van de weergegeven waarde te
berekenen, drukt u op [ In ]. Om de natuurlijke antilogaritme van de
weergegeven waarde te berekenen, drukt u op [ 2ndF ] [ e
x
].
De toetsen voor het berekenen van vierkantswortel en kwadraat:
[
] en [ x
2
]
Druk op [
] om de vierkantswortel van de weergegeven waarde te
berekenen. Druk op [ x
2
] om het kwadraat van de weergegeven
waarde te berekenen.
De toets voor het berekenen van de 3
de
machtswortel: [ 2ndF ]
[
3
]
Druk op [ 2ndF ] [
3
] om de 3
de
machtswortel van de weergegeven
waarde te berekenen.
De toets voor het berekenen van de omgekeerde waarde: [ 2ndF ]
[ 1/x ]
Druk op [ 2ndF ] [ 1/x ] om de omgekeerde waarde van de
weergegeven waarde te berekenen.
De toets voor het berekenen van de faculteit: [ 2ndF ] [ x! ]
Druk op [ 2ndF ] [ x! ] om de faculteit van de weergegeven waarde te
berekenen.
De toets voor het berekenen van een machtsverheffing: [ x
y
]
Voer een getal voor [ x ] in, druk op[ x
y
], voer een getal voor [ y ] in,
en druk op [ = ] om het getal X tot de y
de
macht te verheffen.
De toets voor het berekenen van een machtswortel: [ 2ndF ]
[
y
x ]
Voer een getal voor [ x ] in, druk op [ 2ndF ] [
Y
x ], voer een getal
voor [ y ] in, en druk op [=] om de y
de
machtswortel van x te berekenen.
SRP-145N_Dutch_SR135A_090330.doc SIZE: 140x75mm SCALE 2:1
2009/3/30
-D6-
De breuktoetsen [
c
b
a
] en [ 2ndF ] [
e
d
]
Druk op [
c
b
a
] om een breuk in te voeren of een breuk naar een
decimaal getal te converteren. Druk op [ 2ndF ] [
e
d
] om een
gemengd getal naar een breuk te converteren, en omgekeerd.
PROGRAMMEERTOETSEN
(ENKEL VOOR GEBRUIK IN DE PGM-MODUS)
De toets voor het inschakelen van de programmeermodus of het
wissen: [ 2ndF ] [ PGM ]
Wanneer u de rekenmachine in de programmeermodus zet, zal PGM
op het beeldscherm verschijnen en de vorige inhoud van het
programmageheugen gewist worden.
Wanneer u klaar bent met het invoeren van het programma, drukt u
op [ 2ndF ] [ PGM ] om het zojuist ingevoerde programma in het
programmageheugen op te slaan. De PGM indicator verdwijnt van het
scherm en de rekenmachine sluit de programmeermodus af.
De berekeningstoets: [ RUN ]
Voert het opgeslagen programma uit.
De toets voor het opgeven van een variabele: [ 2ndF ] [ [X] ]
Laat de rekenmachine wachten voor invoer van gegevens tijdens het
uitvoeren van een programma.
De toets voor het tijdelijk stopzetten van een berekening: [ 2ndF ]
[ HALT ]
Pauzeert een programma tijdelijk, zodat u de tussenresultaten of
onderbroken berekeningen kunt zien.
DE STATISTISCHE TOETSEN
(ENKEL VOOR GEBRUIK IN DE STAT-MODUS)
De selectietoets van de statistische modus: [ 2ndF ] [ SD ]
Wanneer u de rekenmachine in de statistische bewerkingsmodus zet,
zal STAT op het scherm verschijnen.
De toets voor het wissen van het statistische register: [ 2ndF ]
[ CAD ]
Wist de registers van de statistische bewerkingen.
De toetsen voor het invoeren en verwijderen van gegevens:
[ DATA ] en [ DEL ]
In de STAT-modus, voert u gegevens in door de gewenste getallen in
te drukken en daarna op [ DATA ] te drukken. Indien u onjuiste
gegevens invoerde en u merkte uw fout pas op nadat u op [ DATA ]
gedrukt heeft, voer dan dezelfde onjuiste gegevens nogmaals in en
druk vervolgens op [ DEL ] om ze te verwijderen.
SRP-145N_Dutch_SR135A_090330.doc SIZE: 140x75mm SCALE 2:1
2009/3/30
-D7-
De toets voor het berekenen van het wiskundig gemiddelde: [ x ]
Berekent het wiskundig gemiddelde (
) van de gegevens.
Toets voor het berekenen van de standaardafwijking van de
populatie: [ 2ndF ] [
σn]
Berekent de standaardafwijking van de populatie van de gegevens.
Toets voor het berekenen van de standaardafwijking van de
steekproef: [
σn–1]
Berekent de standaardafwijking van de steekproef van de gegevens.
Toets voor het berekenen van de som der kwadraten: [ 2ndF ]
[
Σx
2
]
Berekent de som van de kwadraten (Σx
2
) van de gegevens.
De toets voor het berekenen van de som der waarden: [ 2ndF ]
[
Σx ]
Berekent de som der waarden (Σx ) van de gegevens.
De toets voor het weergeven van het aantal gegevens: [ n ]
Toont het aantal ingevoerde gegevens (n).
Het beeldscherm
De indicators verschijnen op het beeldscherm om de huidige status
van de rekenmachine aan te geven.
De drijvende komma notatie kan maximaal 10 cijfers weergeven.
De mantisse kan maximaal 8 cijfers weergeven. De exponent kan
maximaal ±99 weergeven.
SD : Geeft aan dat de rekenmachine zich in
de statistische modus bevindt.
M : Geeft aan dat er een waarde in het
geheugen is opgeslagen.
: Wordt aan de linkerkant van de
mantisse of exponent weergegeven
om aan te geven dat de
respectievelijke waarde negatief is.
E : Geeft aan dat er een fout is.
PGM : Geeft aan dat de rekenmachine zich in
de programmeermodus bevindt.
GRAD : Geeft aan dat de gradient-modus
geselecteerd is.
RAD : Geeft aan dat de radiaalmodus
geselecteerd is.
DEG : Geeft aan dat de gradenmodus
geselecteerd is.
2F : Verschijnt wanneer de tweede functie
geselecteerd is.
SRP-145N_Dutch_SR135A_090330.doc SIZE: 140x75mm SCALE 2:1
2009/3/30
-D8-
HYP : Verschijnt wanneer de hyperbolische
functie geselecteerd is.
( : Verschijnt wanneer u op [ ( ] drukt. Het
toont aan hoeveel haakjes er zich op
verschillende niveaus bevinden.
( n ) : Verschijnt wanneer u in de
programmeermodus op [SHIFT] [ [X] ]
drukt en wanneer een programma zich
pauzeert om u een variabele te laten
invoeren. Het getal tussen haakjes
toont u de plaats van de variabele en
gaat van 1 tot en met 40.
VOLGORDE VAN DE BEWERKINGEN
Elke berekening wordt uitgevoerd in de volgende prioriteitsvolgorde:
1) Functies die het invoeren van waarden vereisen alvorens u op de
functietoets kunt drukken, bijvoorbeeld, cos, sin, tan, cos
–1
, sin
–1
,
tan
–1
, log, ln, x
2
, 1/x, , π,
3
, x!, %, , .
2) Bewerkingen tussen haakjes
3) Functies die het indrukken van de functietoets vereisen alvorens
het invoeren, bijvoorbeeld de [ EXP ] toets.
4) Breuken
5) +/–
6)
y
x
, x
y
7) x , ÷
8) +,
NAUWKEURIGHEID EN CAPACITEIT
Functies Invoerbereik
sin x, cos x, tan x
Deg : x < 1 x 10
11
deg
Rad : x < 1745329252 rad
Grad : x < 1.111111111 x 10
11
grad
Voor tan x is dit echter:
Deg : x 90 (2n+1)
Rad : x
2
π
(2n+1)
Grad :
x 100 (2n+1)
(n is een geheel getal)
sin
–1
x, cos
–1
x
x 1
tan
–1
x
x < 1 x 10
100
sinh x, cosh x
x 230.2585092
tanh x
x < 1 x 10
100
SRP-145N_Dutch_SR135A_090330.doc SIZE: 140x75mm SCALE 2:1
2009/3/30
-D9-
sinh
–1
x
x
< 5 x 10
99
cosh
–1
x
1
x < 5 x 10
99
tanh
–1
x
x
< 1
log x, ln x
1 x 10
–99
x < 1 x 10
100
10
x
x
< 100
e
x
x
230.2585092
x
0
x < 1 x 10
100
x
2
x < 1 x 10
50
1/x
1 x 10
–99
x < 1 x 10
100
, x 0
3
x
x < 1 x 10
100
x !
0
x 69, x is een geheel getal.
,
x < 1 x 10
100
x
y
x
> 0 : –1 x 10
100
< y log x < 100
x = 0 : y
> 0
x
< 0 : y = n, 1/(2n+1), n is een geheel getal.
Maar: –1 x 10
100
< y log
x
< 100
y
x
x > 0 : y 0, –1 x 10
100
<
y
1
log x < 100
x = 0 : y
> 0
x
<0 : y = 2n+1, l/n, n is een geheel getal.(n0)
Maar: –1 x 10
100
<
y
1
log x 100
a b/
c
Invoer
Het aantal cijfers van het geheel getal,
teller en noemer mag niet meer dan 10 zijn
(scheidingsteken inbegrepen)
Resultaat
Het resultaat wordt weergegeven als
een breuk, wanneer het geheel getal, de teller
en de noemer kleiner zijn dan 1 x 10
10
STAT
x < 1 x 10
50
, ⏐Σ x < 1 x 10
100
0 Σ x
2
< 1 x 10
100
, 0 n < 1 x 10
100
x : n 0 ; σn–1 : n > 1 ; σn : n > 0
OVERFLOW / FOUTMELDINGEN
Een symbool “ E ” wordt op het beeldscherm weergegeven en verdere
berekeningen zullen onmogelijk worden wanneer er zich één van de
onderstaande situaties voordoet. Druk gewoonweg op [ ON/C ] om de
overflow of foutmelding te wissen en ga door met het uitvoeren van de
volgende bewerking.
Een tussen- of eindberekening overschrijdt 1 x 10
100
(inclusief
geheugenbewerkingen).
SRP-145N_Dutch_SR135A_090330.doc SIZE: 140x75mm SCALE 2:1
2009/3/30
-D10-
U hebt geprobeerd een deling door 0 uit te voeren.
Het aantal lage prioriteit opslagniveaus is meer dan 6 in een
bewerking met haakjes of is meer dan 7 in een bewerking met
haakjes op één niveau. (Zelfs wanneer het aantal niveaus onder 6
is kan er een foutmelding verschijnen indien u de geheugens Ka of
Kb, of programmageheugens gebruikt.)
U hebt geprobeerd [ 2ndF ] [ Ka
x
Æ
k
] of [ 2ndF ] [ Kb
x
Æ
k
] te
gebruiken terwijl geheugens Ka en Kb gebruikt worden voor de
opslag van bewerkingen met een lage prioriteit.
U voert een bewerking uit die buiten het bereik van de functionele
en statistische bewerkingen ligt.
U hebt geprobeerd meer dan 40 stappen in een programma op te
slaan.
Druk op [ ON/C ] om de berekeningen na een overflow-situatie te
wissen.
VOEDING
Om de rekenmachine aan te zetten, drukt u op [ ON/C ] ; Om de
rekenmachine uit te zetten, drukt u op [ OFF ]. Deze rekenmachine
schakelt automatisch uit na ongeveer 9 minuten zonder activiteit. Zet
de rekenmachine opnieuw aan door op de toets [ ON/C ] te drukken.
Het beeldscherm, het geheugen en de instellingen worden onthouden
en zullen niet beïnvloed worden wanneer de rekenmachine
automatisch uitschakelt.
De rekenmachine gebruikt twee G13 (LR44) alkalische- batterijen. Als
het beeldscherm zwakker wordt en de gegevens moeilijk leesbaar
worden, moet u de batterijen vervangen. Let op dat u zichzelf niet
verwondt tijdens het vervangen van de batterij.
1. Draai de schroeven aan de achterkant van de rekenmachine los.
2. Plaats een platte schroevendraaier in de sleuf tussen de bovenste
en onderste behuizing en draai hem voorzichtig om de behuizing te
verwijderen.
3. Verwijder de oude batterijen en werp ze onmiddellijk weg. Hou de
batterijen buiten bereik van kinderen.
4. Veeg de nieuwe batterijen af met een droge en propere vod om een
goed contact te garanderen.
5. Plaats de nieuwe batterijen in het compartiment met de platte kant
(positieve kant) naar boven.
6. Plaats de bovenste en onderste behuizing terug.
7. Draai de schroeven vast.
NORMALE BEWERKINGEN
Basisbewerkingen
(Inclusief bewerkingen met haakjes)
(Bv.): – 3.5 + 8 ÷ 2 = 0.5
3.5 [ +/–] [ + ] 8 [ ÷ ] 2 [ = ]
DEG
0.5
SRP-145N_Dutch_SR135A_090330.doc SIZE: 140x75mm SCALE 2:1
2009/3/30
-D11-
(Bv.): ( 5 – 2 x 1.5 ) x 3 + 0.8 x ( – 4 ) = ?
[ ( ] 5 [ – ] 2 [ x ] 1.5 [ ) ] [ x ] 3 [ + ] 0.8
[ x ] 4 [ +/ – ] [ = ]
DEG
2.8
(Bv) : 2 x [ 7 + 6 x ( 5 + 4 ) ] = 122
2 [ x ] [ ( ] 7 [ + ] 6 [ x ] [ ( ] 5 [ + ] 4 [ = ]
DEG
122.
(Opmerking) : Het is overbodig om voor de [=] toets, op de [ ] ] toets te
drukken.
Constante bewerkingen
(Bv.): 3 + 2.3 = 5.3
6 + 2.3
= 8.3
3 [ + ] 2.3 [ = ]
DEG
5.3
6 [ = ]
DEG
8.3
(Bv.): 7 – 5.6 = 1.4
–4.5 – 5.6
= –10.1
7 [ – ] 5.6 [ = ]
DEG
1.4
4.5 [+/–] [ = ]
DEG
–10.1
(Bv.): 12 x 2.3 = 27.6
12 x
(–9) = –108
12 [ x ] 2.3 [ = ]
DEG
27.6
9 [+/–] [ = ]
DEG
–108.
(Bv.): 74 ÷ 2.5 = 29.6
85.2
÷ 2.5 = 34.08
74 [ ÷ ] 2.5 [ = ]
DEG
29.6
85.2 [ = ]
DEG
34.08
Geheugenbewerkingen
Zet de functiemodus niet op "SD" wanneer u
geheugenbewerkingen uitvoert.
Een nieuw getal dat in het geheugen wordt ingevoerd door op
[ X
ÆM ] te drukken, vervangt het hiervoor opgeslagen getal.
Om de inhoud van het geheugen te wissen, drukt u op [ 0 ] [ XÆM ]
of [ ON/C ] [ X
ÆM ].
M verschijnt op het beeldscherm wanneer u een waarde, met
uitzondering van "0", in het geheugen opslaat.
Druk op [ MR ] en vervolgens op [ XÆM ] om het weergegeven
getal met de inhoud van het geheugen te verwisselen.
(Bv.): (3 – 5) + (56
÷ 7) + (74 – 8 x 7) = 24
0 [ XÆM ]
DEG
0.
3 [ – ] 5 [ M+ ]
M
DEG
–2.
56 [ ÷ ] 7 [ M+ ]
M
DEG
8.
SRP-145N_Dutch_SR135A_090330.doc SIZE: 140x75mm SCALE 2:1
2009/3/30
-D12-
74 [ – ] 8 [ x ] 7 [ M+ ]
M
DEG
18.
[ MR ]
M
DEG
24.
0 [ XÆM ]
DEG
0.
FUNCTIEBEWERKINGEN
Sexagesimale Decimale conversie
(Bv.): 1245’ 30” = 12.75833333
12 [ ] 4530 [ 2ndF ] [ ]
DEG
12.75833333
(Bv.): 2.12345 = 27’ 24.42”
2.12345 [ 2ndF ] [ ]
DEG
2.072442
Alvorens de volgende bewerking uit te voeren, moet u nagaan of het
weergaveformaat van de rekenmachine ingesteld is op 2 decimalen.
Bewerkingen met breuken
Druk op [ 2ndF ] [
e
d
] om de weergegeven waarde naar een
breuk te converteren.
(Bv.):
15
124
5
3
7
3
2
=+
2 [
c
b
a
] 3 [ + ] 7 [
c
b
a
] 3 [
c
b
a
] 5 [ = ]
DEG
8
4
15
[ 2ndF ] [
e
d
]
DEG
124
15
Wanneer u na het drukken op de [ = ] toets of na een bewerking
met een breuk en een decimaal getal, op de [
c
b
a
] toets drukt, zal
het resultaat als een decimaal getal weergegeven worden.
(Bv.):
9.19
16
7
9
4
3
3
9
4
5 ==+
5 [
c
b
a
] 4 [
c
b
a
] 9 [ + ] 3 [
c
b
a
] 3 [
c
b
a
] 4
[ = ]
DEG
9
7
36
[
c
b
a
]
DEG
9.19
Trigonometrische / Inverse trigonometrische functies
(Bv.): 3 sin 30 = 1.50
3 [ x ] 30 [ sin ] [ = ]
DEG
1.50
(Bv.): cos (
3
2
π
rad) = – 0.5
SRP-145N_Dutch_SR135A_090330.doc SIZE: 140x75mm SCALE 2:1
2009/3/30
-D13-
2 [ x ] [ 2ndF ] [ π] [ ÷ ] 3 [ = ] [ cos ]
RAD
– 0.50
(Bv.): sin
–1
0.5 = 30 (deg)
0.5 [ 2ndF ] [ sin
–1
]
DEG
30.00
(Bv.): cos
–1
(
2
1
) = 0.79 (rad)
2 [ ] [ 2ndF ] [ 1/x ] [ 2ndF ] [ cos
–1
]
RAD
0.79
Hyperbolische functies en inverse hyperbolische
functies
(Bv.): cosh 1.5 + sinh 1.5 = 4.48
1.5 [ 2ndF ] [ HYP ] [ cos ] [ + ]
1.5 [ 2ndF ] [ HYP ] [ sin ] [ = ]
DEG
.
4.48
(Bv.): sinh
–1
7 = 2.64
7 [ 2ndF ] [ HYP ] [ 2ndF ] [ sin
–1
]
DEG
2.64
Gewone en natuurlijke logaritmes / machtsverheffingen
(Bv.): ln7 + log100 = 3.95
7 [ ln ] [ + ] 100 [ log ] [ = ]
DEG
3.95
(Bv.): 10
2
= 100.00
2 [ 2ndF ] [ 10
x
] [ = ]
DEG
100.00
(Bv.): e
5
– e
–2
= ?
5 [ 2ndF ] [ e
x
] [ – ] 2 [ +/– ] [ 2ndF ]
[ e
x
] [ = ]
DEG
148.28
Machtsverheffingen, wortels, omgekeerde waarden en
faculteiten
(Bv.): 5.29532 =×+
2 [ ] [ + ] 3 [ ] [ x ] 5 [ ] [ = ]
DEG
5.29
(Bv.): 1.29275
3
3
=+
5 [ 2ndF ] [
3
] [ + ] 27 [ +/– ] [ 2ndF ]
[
3
] [ = ]
DEG
–1.29
(Bv.): 7
5
= 16807
7 [ x
y
] 5 [ = ]
DEG
16807.00
(Bv.): 232
5
=
32 [ 2ndF ] [
y
x ] 5 [ = ]
DEG
2.00
SRP-145N_Dutch_SR135A_090330.doc SIZE: 140x75mm SCALE 2:1
2009/3/30
-D14-
(Bv.): 12.00
4
1
3
1
1
=
3 [ 2ndF ] [ 1/x ] [ – ] 4 [ 2ndF ] [ 1/x ] [ = ]
[ 2ndF ] [ 1/x ]
DEG
12.00
(Bv.): 123 + 30
2
= 1023.00
123 [ + ] 30 [ x
2
] [ = ]
DEG
1023.00
(Bv.): 8 ! = 1 x 2 x 3 x ……x 7 x 8 = 40320.00
8 [ 2ndF ] [ x ! ]
DEG
40320.00
STANDAARDAFWIJKINGEN
Druk op [ 2ndF ] [ SD ] om de rekenmachine in de statistische
bewerkingsmodus te zetten.
Druk op [ 2ndF ] [ CAD ] om het statistisch geheugen te wissen
voor het starten van een nieuwe bewerking.
Wanneer verschillende gegevens dezelfde waarde hebben, hoeft u
niet steeds deze waarde opnieuw in te voeren. U kunt gewoonweg
het aantal keer, dat een bepaalde waarde zich herhaalt, opgeven.
(Bv.): Voer de volgende gegevens in voor het berekenen van: n,
Σ
x, Σx
2
,
x
, σn–1, σn, waarbij gegeven 1 = 2, gegevens 2~4 = 5 en
gegevens 5~6 = 9
[ 2ndF ] [ SD ]
SD DEG
0.
[ 2ndF ] [ CAD ]
SD DEG
0.
2 [ DATA ] 5 [ DATA ] 5 [ DATA ] 5 [ DATA ]
9 [ DATA ] 9 [ DATA ]
– of –
2 [ DATA ] 5 [ x ] 3 [ DATA ] 9 [ x ] 2
[ DATA ]
SD DEG
6.
[ n ]
SD DEG
6.
[ 2ndF ] [Σx
2
]
SD DEG
241.
[ 2ndF ] [Σx ]
SD DEG
35.
[ x ]
SD DEG
5.833333333
[ σn–1 ]
SD DEG
2.714160398
[ 2ndF
] [ σn ]
SD DEG
2.477678125
SRP-145N_Dutch_SR135A_090330.doc SIZE: 140x75mm SCALE 2:1
2009/3/30
-D15-
Opmerkingen:
De standaardafwijking van de steekproef
σn–1 is gedefinieerd als:
()
1n
n
x
x
2
2
De standaardafwijking van de populatie
σn is gedefinieerd als:
()
n
n
x
x
2
2
Het rekenkundig gemiddelde x is gedefinieerd als:
n
x
Druk op [ DEL ] om een onjuiste invoer te verwijderen.
PROGRAMMEREN
Aan de hand van uw programmeerbare wetenschappelijke
rekenmachine, zijn ingewikkelde, herhalende bewerkingen niet langer
tijdrovende taken. Het enigste wat u moet doen is de rekenmachine
laten verstaan wat u wilt doen (m.a.w. de rekenmachine
programmeren).
Uw rekenmachine kan een procedure met maximaal 40 stappen
opslaan. Deze "stappen" kunnen stappen (zoals mathematische
functies) of tekens (zoals getallen) zijn. Elke functie telt voor één stap.
Zelfs wanneer u de rekenmachine uitschakelt, wordt de procedure
onthouden. U kunt meer dan één variabele in uw bewerking hebben.
Het invoeren van de mathematische procedures of programma’s
gebeurt in de programmeermodus (PGM). Om de rekenmachine in de
programmeermodus te zetten, drukt u op [ 2ndF ] [ PGM ] en de PGM-
indicator zal op het scherm verschijnen.
Voer de procedure nu in, alsof u ze slechts eenmaal zou berekenen.
Het enigste verschil is dat u op [ 2ndF ] [ [X] ] moet drukken, alvorens
de variabele gegevens in te voeren. U verkrijgt uw eerste antwoord
wanneer de rekenmachine zich nog in de PGM modus bevindt.
Opmerking: Wanneer u eerst op stappen [ 2ndF ] [ [X] ] drukt,
gevolgd door [
] of een getal, en u drukt tenslotte
op [EXP], [+/
], [ ) ] of [CE], dan zal het getal en de
eerste functie na het getal, behandeld worden als
één variabele – ze worden niet in het programma
geschreven als stappen.
Vergeet niet dat u maximaal 40 tappen kunt invoeren. Indien u
probeert een 41
st
stap in te voeren dan zal de rekenmachine een
foutmelding
E weergeven. Druk op [ON/C] om de foutmelding te
wissen.
Om het opslaan van een programma te annuleren, drukt u nogmaals
op [ 2ndF ] [ PGM ]. De PGM -indicator verdwijnt van het scherm en
de rekenmachine sluit de programmeermodus af. Druk op [RUN] om
dezelfde mathematische procedure te herhalen met andere variabelen.
SRP-145N_Dutch_SR135A_090330.doc SIZE: 140x75mm SCALE 2:1
2009/3/30
-D16-
Wanneer u op [RUN] drukt, kunt u beginnen met de invoer van uw
variabelen. Voer elke variabele in de volgorde in waarin het op de
formule verschijnt en druk op [RUN] na iedere variabele. Het antwoord
verschijnt op het beeldscherm.
Opgeslagen programma’s worden automatisch gewist wanneer u op
[ 2ndF ] [ PGM ] drukt. Selecteer de programmeermodus dus enkel
wanneer u een nieuw programma wilt invoeren.
U kunt uw rekenmachine zodanig programmeren dat u
tussenresultaten kunt zien. Tijdens het programmeren van de
rekenmachine (in de PGM modus), drukt u op [
=] wanneer u het punt
bereikt heeft waar u een tussenresultaat wilt weergeven. Druk
vervolgens op [ 2ndF ] [ HALT ] en ga door met het invoeren van de
formule.
Tijdens de uitvoering van het programma, drukt u na het weergeven
van een tussenresultaat op [RUN] om het programma verder uit te
voeren. U kunt deze methode ook gebruiken om uw rekenmachine
twee of meer formules na elkaar te laten uitvoeren.
(Bv.) Zoek het totale bedrag van de hoofdsom en interest op een
lening (x) van $5,000 aan een jaarlijkse intrest (y) van 6%
gespreid over een periode van 7 jaar (z)?
Formule : totale bedrag = x (1 + y)
Z
(Bv.): (1) x = $5,000 (2) x = $1,000
y = 6 % y = 10 %
z = 7 jaar z = 5 jaar
[ 2ndF ] [ PGM ]
PGM DEG
0.
[ 2ndF ] [ [X] ]
PGM DEG
[ 1 ]
5000
PGM DEG
5000.
[ x ] [ ( ] 1 [ + ] [ 2ndF ] [ [X] ]
PGM DEG
[ 2 ]
6
PGM DEG
6.
[ ÷ ] 100 [ ) ] [ x
y
] [ 2ndF ] [ [X] ]
PGM DEG
[ 3 ]
7
PGM DEG
7.
[ = ]
PGM DEG
7518.151295
[ 2ndF ] [ PGM ]
DEG
0.
[ RUN ]
DEG
[ 1 ]
1000
DEG
1000.
WEEE MARK
En
If you want to dispose this product, do not mix with general household
waste. There is a separate collection systems for used electronics products
in accordance with legislation under the WEEE Directive (Directive
2002/96/EC) and is effective only within European Union.
Ge
Wenn Sie dieses Produkt entsorgen wollen, dann tun Sie dies bitte nicht
zusammen mit dem Haushaltsmüll. Es gibt im Rahmen der WEEE-
Direktive innerhalb der Europäischen Union (Direktive 2002/96/EC)
gesetzliche Bestimmungen für separate Sammelsysteme für gebrauchte
elektronische Geräte und Produkte.
Sp
Si desea deshacerse de este producto, no lo mezcle con residuos
domésticos de carácter general. Existe un sistema de recogida selectiva
de aparatos electrónicos usados, según establece la legislación prevista
por la Directiva 2002/96/CE sobre residuos de aparatos eléctricos y
electrónicos (RAEE), vigente únicamente en la Unión Europea.
It
Se desiderate gettare via questo prodotto, non mescolatelo ai rifiuti
generici di casa. Esiste un sistema di raccolta separato per i prodotti
elettronici usati in conformità alla legislazione RAEE (Direttiva
2002/96/CE), valida solo all’interno dell’Unione Europea.
Du
Deponeer dit product niet bij het gewone huishoudelijk afval wanneer u het
wilt verwijderen. Erbestaat ingevolge de WEEE-richtlijn (Richtlijn
2002/ 96/EG) een speciaal wettelijk voorgeschreven verzamelsysteem
voor gebruikte elektronische producten, welk alleen geldt binnen de
Europese Unie.
JM74932-00F
Da
Hvis du vil skille dig af med dette produkt, du ikke smide det ud sammen
med dit almindelige husholdningsaffald. Der findes et separat indsamlingssys-
tem for udtjente elektroniske produkter i overensstemmelse med
lovgivningen under WEEE-direktivet (direktiv 2002/96/EC), som kun er
gældende i den Europæiske Union.
Por
Se quiser deitar fora este produto, não o misture com o lixo comum. De acordo
com a legislação que decorre da Directiva REEE Resíduos de Equipamen-
tos Eléctricos e Electrónicos (2002/96/CE), existe um sistema de recolha
separado para os equipamentos electrónicos fora de uso, em vigor apenas
na União Europeia.
Pol
Fr
Si vous souhaitez vous débarrasser de cet appareil, ne le mettez pas à la
poubelle avec vos ordures ménagères. Il existe un système de
récupération distinct pour les vieux appareils électroniques conformé-
ment à la législation WEEE sur le recyclage des déchets des
équipements électriques et électroniques (Directive 2002/96/EC) qui est
uniquement valable dans les pays de l’Union européenne.
Les appareils et les machines électriques et électroniques contiennent
souvent des matières dangereuses pour l’homme et l’environnement si vous
les utilisez et vous vous en débarrassez de façon inappropriée.

Documenttranscriptie

Inhoud ALGEMENE DEFINITIES ................................................... 2 De toetsen .....................................................................................2 ALGEMENE TOETSEN ....................................................................2 GEHEUGENTOETSEN ....................................................................2 SPECIALE TOETSEN ......................................................................3 FUNCTIETOETSEN .........................................................................4 PROGRAMMEERTOETSEN (ENKEL VOOR GEBRUIK IN DE PGM-MODUS) .............................6 DE STATISTISCHE TOETSEN (ENKEL VOOR GEBRUIK IN DE STAT-MODUS) ............................6 HET BEELDSCHERM......................................................... 7 VOLGORDE VAN DE BEWERKINGEN ............................. 8 NAUWKEURIGHEID EN CAPACITEIT .............................. 8 OVERFLOW / FOUTMELDINGEN ..................................... 9 VOEDING .......................................................................... 10 NORMALE BEWERKINGEN ............................................ 10 Basisbewerkingen (Inclusief bewerkingen met haakjes) ............10 Constante bewerkingen...............................................................11 Geheugenbewerkingen ...............................................................11 FUNCTIEBEWERKINGEN................................................ 12 Sexagesimale ↔ Decimale conversie .........................................12 Bewerkingen met breuken...........................................................12 Trigonometrische / Inverse trigonometrische functies .................12 Hyperbolische functies en inverse hyperbolische functies...........13 Gewone en natuurlijke logaritmes / machtsverheffingen .............13 Machtsverheffingen, wortels, omgekeerde waarden en faculteiten13 STANDAARDAFWIJKINGEN........................................... 14 PROGRAMMEREN........................................................... 15 -D1SRP-145N_Dutch_SR135A_090330.doc SIZE: 140x75mm 2009/3/30 SCALE 2:1 ALGEMENE DEFINITIES De toetsen Om de rekenmachine zo compact mogelijk te maken, hebben sommige toetsen meer dan één functie. U kunt de functie van een toets veranderen door eerst op een andere toets te drukken, of door de rekenmachine in een bepaalde modus in te stellen. De volgende pagina’s geven u een gedetailleerde beschrijving over het gebruik en de functie van elke toets. De tweede functie selectietoets: [ 2ndF ] Sommige toetsen hebben een tweede functie. De namen van de tweede functies staan boven de respectievelijke toetsen. Om de tweede functie uit te voeren, drukt u op [ 2ndF ] en het scherm zal "2F" weergeven. Druk hierna op de toets met de gewenste tweede functie. ALGEMENE TOETSEN Toetsen voor het invoeren van gegevens: [ 0 ] ~[ 9 ] [‧] Druk de toetsen in hun logische volgorde in om de getallen in te voeren. Toetsen voor de basisbewerkingen: [ + ] [ – ] [ x ] [ ÷ ] [ = ] Druk de toetsen in hun logische volgorde in om optellingen, aftrekkingen, vermenigvuldigingen en delingen uit te voeren en antwoorden weer te geven. Toets voor het aanzetten en wissen: [ ON/C ] Druk op [ ON/C ] om de rekenmachine aan te zetten en om alles met uitzondering van het geheugen, het constante geheugen (Ka, Kb) en het programmageheugen, te wissen. Toets voor het wissen van invoer: [ CE ] Druk op [ CE ] om onjuiste invoer te wissen. Toets voor het naar rechts schuiven: [ 00Æ0 ] Druk op deze toets om het minst significante cijfer van de weergegeven waarde te wissen. (Voorbeeld) 123456 [ 00Æ0 ] [ 00Æ0 ] 123456. 12345. 1234. Toets voor het veranderen van het teken: [ +/– ] Druk op [+/−] om het weergegeven getal negatief of positief te maken. GEHEUGENTOETSEN De toets voor het opvragen van het geheugen: [ MR ] Druk op [ MR ] om de inhoud van het geheugen weer te geven. -D2SRP-145N_Dutch_SR135A_090330.doc SIZE: 140x75mm 2009/3/30 SCALE 2:1 Toets voor het opslaan in het geheugen: [ XÆM ] Druk op [ XÆM ] om de weergegeven waarde in het geheugen op te slaan. De vorige waarde die zich het geheugen bevond, wordt automatisch gewist. Toets voor het optellen met geheugeninhoud: [ M+ ] Druk op [ M+ ] om de som van de berekening te maken en om het resultaat op te tellen met de waarde die in het geheugen opgeslagen is. Toetsen voor het opslaan in het constante geheugen Ka en Kb: x k x k [ 2ndF ] [ Ka Æ ], [ 2ndF ] [ Kb Æ ] Druk op deze toetsen om de weergegeven waarde in het constante geheugen Ka of Kb op te slaan. x k x k Toetsen voor opvragen het geheugen: [ Ka Æ ], [ Kb Æ ] Druk op deze toetsen om de inhoud van het constante geheugen Ka of Kb weer te geven. Opmerkingen: • De constante geheugens Ka en Kb kunnen een waarde van 0 opslaan. • Indien u na het invoeren van een getal of na het uitvoeren van een x k x k bewerking op Ka Æ ] of [ Kb Æ ] drukt, zal de weergegeven waarde vermenigvuldigd worden met de inhoud van Ka of Kb. SPECIALE TOETSEN De haakjestoetsen: [ ( ] en [ ) ] Gebruik de haakjestoetsen om de standaard bewerkingsvolgorde te veranderen en de uitdrukking tussen haakjes voorrang te geven op alle andere bewerkingen. U kunt maximaal 6 niveaus van haakjes in één enkele bewerking gebruiken. De exponenttoets: [ EXP ] Om een getal in de wetenschappelijke notatie weer te geven, voert u eerst de waarde van de mantisse in, drukt u vervolgens op [ EXP ], en voert u tenslotte de waarde van de exponent in. De toets voor de weergave van π: [ 2ndF ] [ π ] Druk op [ 2ndF ] [π] om de waarde van π weer te geven; π is de verhouding van de cirkelomtrek van een cirkel en zijn diameter (ongeveer 3.141592654). De toets voor het verwisselen van de registers: [ 2ndF ] [ X↔Y ] Druk op [ 2ndF ] [ X↔Y ] om de weergegeven waarde (X−register) met de inhoud van het actief register (Y−register) te verwisselen. (Voorbeeld) 123 [ + ] 456 [ = ] [ 2ndF ] [ X↔Y ] [ 2ndF ] [ X↔Y ] 579. 456. 579. -D3- SRP-145N_Dutch_SR135A_090330.doc SIZE: 140x75mm 2009/3/30 SCALE 2:1 De toets voor het instellen van het decimaalteken: [ 2ndF ] [ FIX ] Gebruik deze toets voor het instellen van het aantal cijfers die weergegeven worden na het decimaalteken in eind- of tussenresultaten. De rekenmachine zal intern nog steeds het volledige getal gebruiken en rond slechts de getallen af voor de weergave. • [ 2ndF ] [ FIX ] [ 0 ]~[ 6 ] –– Selecteert hoeveel cijfers er maximaal aan de rechterkant van het decimaalteken weergegeven worden. • [ 2ndF ] [ FIX ] [ 7 ], [ 8 ], [ 9 ], [‧] –– Selecteert het drijvende komma formaat. 0.555555556 5[÷]9[=] [ 2ndF ] [ FIX ] [ 2 ] 0.56 [ 2ndF ] [ FIX ] [ 5 ] 0.55556 [ 2ndF ] [ FIX ] [‧] 0. 555555556 Opmerking : Tijdens en onmiddellijk na het invoeren van numerieke gegevens, is [ 2ndF ] [ FIX ] inactief. (Voorbeeld) De wetenschappelijke toets: [ SCI ] Converteert het weergegeven getal in een macht van tien, en omgekeerd. (Voorbeeld) : 12.3456 [ x ] 10 [ = ] [ SCI ] [ SCI ] [ SCI ] 123.456 1.23456 02 123.456 1.23456 02 De toets voor hoekconversie: [ DRG ] Druk op deze toets om de hoekmodus te veranderen naar DEG (graden), RAD (radialen), of GRAD (gradient). FUNCTIETOETSEN De sexagesimale notatie / decimale notatie conversietoetsen: [ 2ndF ] [ ] en [ 2ndF ] [ ] Om de sexagesimale (zestigdelig) notatie (graden, minuten, seconden) te converteren naar de decimale notatie (graden) drukt u op [ 2ndF ] [ ]. Om de decimale notatie te veranderen naar de sexagesimale notatie, voert u het getal in zijn decimale vorm in en drukt u op [ 2ndF ] ]. [ De toetsen voor het berekenen van sinus, cosinus en tangens: [ sin ], [ cos ] en [ tan ] Berekent de trigonometrische functies van de weergegeven waarde. De toetsen voor het berekenen van inverse sinus, inverse cosinus en inverse arctangens: [ 2ndF ] [ sin –1 ], [ 2ndF ] [ cos–1 ] en [ 2ndF ] [ tan–1 ] Berekent de inverse trigonometrische functies van de weergegeven waarde. -D4SRP-145N_Dutch_SR135A_090330.doc SIZE: 140x75mm 2009/3/30 SCALE 2:1 De hyperbolische toetsen: [ 2ndF ] [ HYP ] [ sin ], [ 2ndF ] [ HYP ] [ cos ] en [ 2ndF ] [ HYP ] [ tan ] Berekent de hyperbolische functies van de weergegeven waarde. De inverse hyperbolische toetsen: [ 2ndF ] [ HYP ] [ 2ndF ] [ sin–1 ], [ 2ndF ] [ HYP ] [ 2ndF ] [ cos–1 ] en [ 2ndF ] [ HYP ] [ 2ndF ] [ tan–1 ] Berekent de inverse hyperbolische functies van de weergegeven waarde. De toetsen voor het berekenen van gewone logaritme en gewone x antilogaritme: [ log ] en [ 2ndF ] [ 10 ] Berekent de gewone logaritme van de weergegeven waarde. Om de gewone antilogaritme van de weergegeven waarde te berekenen, drukt u op [ 2ndF ] [ 10 x ]. De toetsen voor het berekenen van natuurlijke logaritme en natuurlijke antilogaritme: [ ln ] en [ 2ndF ] [ ex ] Om de natuurlijke logaritme van de weergegeven waarde te berekenen, drukt u op [ In ]. Om de natuurlijke antilogaritme van de x weergegeven waarde te berekenen, drukt u op [ 2ndF ] [ e ]. De toetsen voor het berekenen van vierkantswortel en kwadraat: [ ] en [ x 2 ] ] om de vierkantswortel van de weergegeven waarde te Druk op [ berekenen. Druk op [ x2 ] om het kwadraat van de weergegeven waarde te berekenen. De toets voor het berekenen van de 3de machtswortel: [ 2ndF ] [3 ] Druk op [ 2ndF ] [ 3 ] om de 3de machtswortel van de weergegeven waarde te berekenen. De toets voor het berekenen van de omgekeerde waarde: [ 2ndF ] [ 1/x ] Druk op [ 2ndF ] [ 1/x ] om de omgekeerde waarde van de weergegeven waarde te berekenen. De toets voor het berekenen van de faculteit: [ 2ndF ] [ x! ] Druk op [ 2ndF ] [ x! ] om de faculteit van de weergegeven waarde te berekenen. De toets voor het berekenen van een machtsverheffing: [ x y ] Voer een getal voor [ x ] in, druk op[ x y ], voer een getal voor [ y ] in, en druk op [ = ] om het getal X tot de yde macht te verheffen. De toets voor het berekenen van een machtswortel: [ 2ndF ] y [ x ] Voer een getal voor [ x ] in, druk op [ 2ndF ] [ Y x ], voer een getal voor [ y ] in, en druk op [=] om de yde machtswortel van x te berekenen. -D5SRP-145N_Dutch_SR135A_090330.doc SIZE: 140x75mm 2009/3/30 SCALE 2:1 De breuktoetsen [ a b ] en [ 2ndF ] [ → d ] e c Druk op [ a b ] om een breuk in te voeren of een breuk naar een c decimaal getal te converteren. Druk op [ 2ndF ] [ → d ] om een e gemengd getal naar een breuk te converteren, en omgekeerd. PROGRAMMEERTOETSEN (ENKEL VOOR GEBRUIK IN DE PGM-MODUS) De toets voor het inschakelen van de programmeermodus of het wissen: [ 2ndF ] [ PGM ] Wanneer u de rekenmachine in de programmeermodus zet, zal PGM op het beeldscherm verschijnen en de vorige inhoud van het programmageheugen gewist worden. Wanneer u klaar bent met het invoeren van het programma, drukt u op [ 2ndF ] [ PGM ] om het zojuist ingevoerde programma in het programmageheugen op te slaan. De PGM indicator verdwijnt van het scherm en de rekenmachine sluit de programmeermodus af. De berekeningstoets: [ RUN ] Voert het opgeslagen programma uit. De toets voor het opgeven van een variabele: [ 2ndF ] [ [X] ] Laat de rekenmachine wachten voor invoer van gegevens tijdens het uitvoeren van een programma. De toets voor het tijdelijk stopzetten van een berekening: [ 2ndF ] [ HALT ] Pauzeert een programma tijdelijk, zodat u de tussenresultaten of onderbroken berekeningen kunt zien. DE STATISTISCHE TOETSEN (ENKEL VOOR GEBRUIK IN DE STAT-MODUS) De selectietoets van de statistische modus: [ 2ndF ] [ SD ] Wanneer u de rekenmachine in de statistische bewerkingsmodus zet, zal STAT op het scherm verschijnen. De toets voor het wissen van het statistische register: [ 2ndF ] [ CAD ] Wist de registers van de statistische bewerkingen. De toetsen voor het invoeren en verwijderen van gegevens: [ DATA ] en [ DEL ] In de STAT-modus, voert u gegevens in door de gewenste getallen in te drukken en daarna op [ DATA ] te drukken. Indien u onjuiste gegevens invoerde en u merkte uw fout pas op nadat u op [ DATA ] gedrukt heeft, voer dan dezelfde onjuiste gegevens nogmaals in en druk vervolgens op [ DEL ] om ze te verwijderen. -D6SRP-145N_Dutch_SR135A_090330.doc SIZE: 140x75mm 2009/3/30 SCALE 2:1 De toets voor het berekenen van het wiskundig gemiddelde: [ x ] Berekent het wiskundig gemiddelde ( x ) van de gegevens. Toets voor het berekenen van de standaardafwijking van de populatie: [ 2ndF ] [σn] Berekent de standaardafwijking van de populatie van de gegevens. Toets voor het berekenen van de standaardafwijking van de steekproef: [σn–1] Berekent de standaardafwijking van de steekproef van de gegevens. Toets voor het berekenen van de som der kwadraten: [ 2ndF ] [Σ x 2 ] Berekent de som van de kwadraten (Σx 2) van de gegevens. De toets voor het berekenen van de som der waarden: [ 2ndF ] [Σ x ] Berekent de som der waarden (Σx ) van de gegevens. De toets voor het weergeven van het aantal gegevens: [ n ] Toont het aantal ingevoerde gegevens (n). Het beeldscherm De indicators verschijnen op het beeldscherm om de huidige status van de rekenmachine aan te geven. • De drijvende komma notatie kan maximaal 10 cijfers weergeven. • De mantisse kan maximaal 8 cijfers weergeven. De exponent kan maximaal ±99 weergeven. SD M – E PGM GRAD RAD DEG 2F : Geeft aan dat de rekenmachine zich in de statistische modus bevindt. : Geeft aan dat er een waarde in het geheugen is opgeslagen. : Wordt aan de linkerkant van de mantisse of exponent weergegeven om aan te geven dat de respectievelijke waarde negatief is. : Geeft aan dat er een fout is. : Geeft aan dat de rekenmachine zich in de programmeermodus bevindt. : Geeft aan dat de gradient-modus geselecteerd is. : Geeft aan dat de radiaalmodus geselecteerd is. : Geeft aan dat de gradenmodus geselecteerd is. : Verschijnt wanneer de tweede functie geselecteerd is. -D7SRP-145N_Dutch_SR135A_090330.doc SIZE: 140x75mm 2009/3/30 SCALE 2:1 HYP : Verschijnt wanneer de hyperbolische functie geselecteerd is. : Verschijnt wanneer u op [ ( ] drukt. Het toont aan hoeveel haakjes er zich op verschillende niveaus bevinden. : Verschijnt wanneer u in de programmeermodus op [SHIFT] [ [X] ] drukt en wanneer een programma zich pauzeert om u een variabele te laten invoeren. Het getal tussen haakjes toont u de plaats van de variabele en gaat van 1 tot en met 40. ( (n) VOLGORDE VAN DE BEWERKINGEN Elke berekening wordt uitgevoerd in de volgende prioriteitsvolgorde: 1) Functies die het invoeren van waarden vereisen alvorens u op de functietoets kunt drukken, bijvoorbeeld, cos, sin, tan, cos –1, sin –1, tan –1, log, ln, x 2, 1/x, √, π, 3 , x!, %, , . 2) Bewerkingen tussen haakjes 3) Functies die het indrukken van de functietoets vereisen alvorens het invoeren, bijvoorbeeld de [ EXP ] toets. 4) Breuken 5) +/– y y 6) x ,x 7) x , ÷ 8) +, – NAUWKEURIGHEID EN CAPACITEIT Functies Invoerbereik sin x, cos x, tan x Deg : x < 1 x 10 11 deg Rad : x < 1745329252 rad Grad : x < 1.111111111 x 10 11 grad Voor tan x is dit echter: Deg : x ≠ 90 (2n+1) Rad : x ≠ π (2n+1) 2 Grad : x ≠ 100 (2n+1) (n is een geheel getal) sin –1 x, cos –1 x x ≤1 tan –1 x x < 1 x 10 100 sinh x, cosh x x ≤ 230.2585092 tanh x x < 1 x 10 100 -D8- SRP-145N_Dutch_SR135A_090330.doc SIZE: 140x75mm 2009/3/30 SCALE 2:1 sinh –1 x x < 5 x 10 99 cosh –1 x 1 ≤ x < 5 x 10 99 tanh –1 x log x, ln x x < 1 1 x 10 –99 ≤ x < 1 x 10 100 10 x x < 100 ex x ≤ 230.2585092 0 ≤ x < 1 x 10100 x x2 x < 1 x 10 50 1 x 10 –99 ≤ x < 1 x 10 100 , x ≠ 0 1/x 3 x < 1 x 10 100 x 0 ≤ x ≤ 69, x is een geheel getal. x! , x < 1 x 10 100 xy x > 0 : –1 x 10100 < y log x < 100 x=0: y>0 x < 0 : y = n, 1/(2n+1), n is een geheel getal. Maar: –1 x 10100 < y log x < 100 y x > 0 : y ≠ 0, –1 x 10100 < x 1 y log x < 100 x=0:y>0 x<0 : y = 2n+1, l/n, n is een geheel getal.(n≠0) Maar: –1 x 10100 < a b/c 1 y log ⏐x⏐ 100 Invoer:Het aantal cijfers van het geheel getal, teller en noemer mag niet meer dan 10 zijn (scheidingsteken inbegrepen) Resultaat:Het resultaat wordt weergegeven als een breuk, wanneer het geheel getal, de teller en de noemer kleiner zijn dan 1 x 10 10 STAT ⏐x ⏐ < 1 x 10 50 , ⏐Σ x ⏐ < 1 x 10 100 0 ≤ Σ x 2 < 1 x 10100, 0 ≤ n < 1 x 10 100 x : n ≠ 0 ; σn–1 : n > 1 ; σn : n > 0 OVERFLOW / FOUTMELDINGEN Een symbool “ E ” wordt op het beeldscherm weergegeven en verdere berekeningen zullen onmogelijk worden wanneer er zich één van de onderstaande situaties voordoet. Druk gewoonweg op [ ON/C ] om de overflow of foutmelding te wissen en ga door met het uitvoeren van de volgende bewerking. • Een tussen- of eindberekening overschrijdt 1 x 10100 (inclusief geheugenbewerkingen). -D9SRP-145N_Dutch_SR135A_090330.doc SIZE: 140x75mm 2009/3/30 SCALE 2:1 • U hebt geprobeerd een deling door 0 uit te voeren. • Het aantal lage prioriteit opslagniveaus is meer dan 6 in een bewerking met haakjes of is meer dan 7 in een bewerking met haakjes op één niveau. (Zelfs wanneer het aantal niveaus onder 6 is kan er een foutmelding verschijnen indien u de geheugens Ka of Kb, of programmageheugens gebruikt.) • U hebt geprobeerd [ 2ndF ] [ Ka xÆk ] of [ 2ndF ] [ Kb xÆk ] te gebruiken terwijl geheugens Ka en Kb gebruikt worden voor de opslag van bewerkingen met een lage prioriteit. • U voert een bewerking uit die buiten het bereik van de functionele en statistische bewerkingen ligt. • U hebt geprobeerd meer dan 40 stappen in een programma op te slaan. Druk op [ ON/C ] om de berekeningen na een overflow-situatie te wissen. VOEDING Om de rekenmachine aan te zetten, drukt u op [ ON/C ] ; Om de rekenmachine uit te zetten, drukt u op [ OFF ]. Deze rekenmachine schakelt automatisch uit na ongeveer 9 minuten zonder activiteit. Zet de rekenmachine opnieuw aan door op de toets [ ON/C ] te drukken. Het beeldscherm, het geheugen en de instellingen worden onthouden en zullen niet beïnvloed worden wanneer de rekenmachine automatisch uitschakelt. De rekenmachine gebruikt twee G13 (LR44) alkalische- batterijen. Als het beeldscherm zwakker wordt en de gegevens moeilijk leesbaar worden, moet u de batterijen vervangen. Let op dat u zichzelf niet verwondt tijdens het vervangen van de batterij. 1. Draai de schroeven aan de achterkant van de rekenmachine los. 2. Plaats een platte schroevendraaier in de sleuf tussen de bovenste en onderste behuizing en draai hem voorzichtig om de behuizing te verwijderen. 3. Verwijder de oude batterijen en werp ze onmiddellijk weg. Hou de batterijen buiten bereik van kinderen. 4. Veeg de nieuwe batterijen af met een droge en propere vod om een goed contact te garanderen. 5. Plaats de nieuwe batterijen in het compartiment met de platte kant (positieve kant) naar boven. 6. Plaats de bovenste en onderste behuizing terug. 7. Draai de schroeven vast. NORMALE BEWERKINGEN Basisbewerkingen (Inclusief bewerkingen met haakjes) (Bv.): – 3.5 + 8 ÷ 2 = 0.5 DEG 3.5 [ +/–] [ + ] 8 [ ÷ ] 2 [ = ] 0.5 -D10SRP-145N_Dutch_SR135A_090330.doc SIZE: 140x75mm 2009/3/30 SCALE 2:1 (Bv.): ( 5 – 2 x 1.5 ) x 3 + 0.8 x ( – 4 ) = ? [ ( ] 5 [ – ] 2 [ x ] 1.5 [ ) ] [ x ] 3 [ + ] 0.8 [ x ] 4 [ +/ – ] [ = ] (Bv) : 2 x [ 7 + 6 x ( 5 + 4 ) ] = 122 DEG 2[x][(]7[+]6[x][(]5[+]4[=] DEG 2.8 122. (Opmerking) : Het is overbodig om voor de [=] toets, op de [ ] ] toets te drukken. Constante bewerkingen (Bv.): 3 + 2.3 = 5.3 6 + 2.3 = 8.3 3 [ + ] 2.3 [ = ] DEG 5.3 6[=] (Bv.): 7 – 5.6 = 1.4 –4.5 – 5.6 = –10.1 DEG 8.3 7 [ – ] 5.6 [ = ] DEG 1.4 4.5 [+/–] [ = ] (Bv.): 12 x 2.3 = 27.6 12 x (–9) = –108 DEG –10.1 12 [ x ] 2.3 [ = ] DEG 27.6 9 [+/–] [ = ] DEG –108. 74 [ ÷ ] 2.5 [ = ] DEG 29.6 85.2 [ = ] DEG 34.08 (Bv.): 74 ÷ 2.5 = 29.6 85.2 ÷ 2.5 = 34.08 Geheugenbewerkingen • Zet de functiemodus niet op "SD" wanneer u geheugenbewerkingen uitvoert. • Een nieuw getal dat in het geheugen wordt ingevoerd door op [ XÆM ] te drukken, vervangt het hiervoor opgeslagen getal. • Om de inhoud van het geheugen te wissen, drukt u op [ 0 ] [ XÆM ] of [ ON/C ] [ XÆM ]. • M verschijnt op het beeldscherm wanneer u een waarde, met uitzondering van "0", in het geheugen opslaat. • Druk op [ MR ] en vervolgens op [ XÆM ] om het weergegeven getal met de inhoud van het geheugen te verwisselen. (Bv.): (3 – 5) + (56 ÷ 7) + (74 – 8 x 7) = 24 DEG 0. M DEG –2. M DEG 8. 0 [ XÆM ] 3 [ – ] 5 [ M+ ] 56 [ ÷ ] 7 [ M+ ] -D11SRP-145N_Dutch_SR135A_090330.doc SIZE: 140x75mm 2009/3/30 SCALE 2:1 74 [ – ] 8 [ x ] 7 [ M+ ] M DEG 18. [ MR ] M DEG 24. DEG 0. 0 [ XÆM ] FUNCTIEBEWERKINGEN Sexagesimale ↔ Decimale conversie (Bv.): 12∘45’ 30” = 12.75833333 12 [ ‧] 4530 [ 2ndF ] [ DEG ] 12.75833333 (Bv.): 2.12345 = 2∘7’ 24.42” 2.12345 [ 2ndF ] [ DEG ] 2.072442 Alvorens de volgende bewerking uit te voeren, moet u nagaan of het weergaveformaat van de rekenmachine ingesteld is op 2 decimalen. Bewerkingen met breuken • Druk op [ 2ndF ] [ → d ] om de weergegeven waarde naar een e breuk te converteren. 2 3 124 (Bv.): + 7 = 3 5 15 2[ a b c ] 3 [ + ] 7 [a b c ] 3 [a b c DEG ]5[=] 8 ∪4 ┘15 DEG [ 2ndF ] [ → d ] e 124 ┘15 • Wanneer u na het drukken op de [ = ] toets of na een bewerking met een breuk en een decimaal getal, op de [ a b ] toets drukt, zal c het resultaat als een decimaal getal weergegeven worden. 4 3 7 = 9.19 (Bv.): 5 + 3 = 9 9 4 16 5 [a b c ] 4 [a b c ] 9 [ + ] 3 [a b c ] 3 [a b c ]4 DEG 9 ∪7 ┘36 [=] [a b c DEG ] 9.19 Trigonometrische / Inverse trigonometrische functies (Bv.): 3 sin 30 ∘= 1.50 DEG 3 [ x ] 30 [ sin ] [ = ] 2π (Bv.): cos ( rad) = – 0.5 3 1.50 -D12SRP-145N_Dutch_SR135A_090330.doc SIZE: 140x75mm 2009/3/30 SCALE 2:1 2 [ x ] [ 2ndF ] [ π] [ ÷ ] 3 [ = ] [ cos ] (Bv.): sin –1 0.5 = 30 (deg) 0.5 [ 2ndF ] [ sin –1 ] 1 (Bv.): cos –1 ( ) = 0.79 (rad) 2 ] [ 2ndF ] [ 1/x ] [ 2ndF ] [ cos –1 ] 2[ RAD – 0.50 DEG 30.00 RAD 0.79 Hyperbolische functies en inverse hyperbolische functies (Bv.): cosh 1.5 + sinh 1.5 = 4.48 DEG 1.5 [ 2ndF ] [ HYP ] [ cos ] [ + ] 1.5 [ 2ndF ] [ HYP ] [ sin ] [ = ] (Bv.): sinh –1 7 = 2.64 7 [ 2ndF ] [ HYP ] [ 2ndF ] [ sin –1 ] . 4.48 DEG 2.64 Gewone en natuurlijke logaritmes / machtsverheffingen (Bv.): ln7 + log100 = 3.95 DEG 7 [ ln ] [ + ] 100 [ log ] [ = ] 3.95 2 (Bv.): 10 = 100.00 DEG 2 [ 2ndF ] [ 10 x ] [ = ] 5 (Bv.): e – e –2 100.00 =? 5 [ 2ndF ] [ e x ] [ – ] 2 [ +/– ] [ 2ndF ] [ex][=] DEG 148.28 Machtsverheffingen, wortels, omgekeerde waarden en faculteiten 2 + 3 × 5 = 5.29 (Bv.): 2[ ][+]3[ (Bv.): 3 ][=] DEG 5.29 5 + 3 – 27 = –1.29 5 [ 2ndF ] [ 3 [3 ][x]5[ ] [ + ] 27 [ +/– ] [ 2ndF ] DEG –1.29 ][=] (Bv.): 7 5 = 16807 DEG 7 [ x y] 5 [ = ] (Bv.): 5 16807.00 32 = 2 32 [ 2ndF ] [ y x DEG ]5[=] 2.00 -D13- SRP-145N_Dutch_SR135A_090330.doc SIZE: 140x75mm 2009/3/30 SCALE 2:1 (Bv.): 1 1 1 – 3 4 = 12.00 DEG 3 [ 2ndF ] [ 1/x ] [ – ] 4 [ 2ndF ] [ 1/x ] [ = ] [ 2ndF ] [ 1/x ] 12.00 2 (Bv.): 123 + 30 = 1023.00 DEG 123 [ + ] 30 [ x 2 ] [ = ] 1023.00 (Bv.): 8 ! = 1 x 2 x 3 x ……x 7 x 8 = 40320.00 DEG 8 [ 2ndF ] [ x ! ] 40320.00 STANDAARDAFWIJKINGEN • Druk op [ 2ndF ] [ SD ] om de rekenmachine in de statistische bewerkingsmodus te zetten. • Druk op [ 2ndF ] [ CAD ] om het statistisch geheugen te wissen voor het starten van een nieuwe bewerking. • Wanneer verschillende gegevens dezelfde waarde hebben, hoeft u niet steeds deze waarde opnieuw in te voeren. U kunt gewoonweg het aantal keer, dat een bepaalde waarde zich herhaalt, opgeven. (Bv.): Voer de volgende gegevens in voor het berekenen van: n, Σ x, Σx 2, x , σn–1, σn, waarbij gegeven 1 = 2, gegevens 2~4 = 5 en gegevens 5~6 = 9 [ 2ndF ] [ SD ] SD DEG [ 2ndF ] [ CAD ] SD DEG 2 [ DATA ] 5 [ DATA ] 5 [ DATA ] 5 [ DATA ] 9 [ DATA ] 9 [ DATA ] – of – 2 [ DATA ] 5 [ x ] 3 [ DATA ] 9 [ x ] 2 [ DATA ] SD DEG [n] SD DEG 2 [ 2ndF ] [Σx ] SD DEG [ 2ndF ] [Σx ] SD DEG SD DEG 0. 0. 6. 6. 241. 35. [ x ] 5.833333333 [ σn–1 ] SD [ 2ndF ] [ σn ] SD DEG 2.714160398 DEG 2.477678125 -D14- SRP-145N_Dutch_SR135A_090330.doc SIZE: 140x75mm 2009/3/30 SCALE 2:1 Opmerkingen: De standaardafwijking van de steekproef σn–1 is gedefinieerd als: (∑ x )2 x2 – ∑ n n − 1 De standaardafwijking van de populatie σn is gedefinieerd als: (∑ x )2 x2 – ∑ n n Het rekenkundig gemiddelde x is gedefinieerd als: ∑x n • Druk op [ DEL ] om een onjuiste invoer te verwijderen. PROGRAMMEREN Aan de hand van uw programmeerbare wetenschappelijke rekenmachine, zijn ingewikkelde, herhalende bewerkingen niet langer tijdrovende taken. Het enigste wat u moet doen is de rekenmachine laten verstaan wat u wilt doen (m.a.w. de rekenmachine programmeren). Uw rekenmachine kan een procedure met maximaal 40 stappen opslaan. Deze "stappen" kunnen stappen (zoals mathematische functies) of tekens (zoals getallen) zijn. Elke functie telt voor één stap. Zelfs wanneer u de rekenmachine uitschakelt, wordt de procedure onthouden. U kunt meer dan één variabele in uw bewerking hebben. Het invoeren van de mathematische procedures of programma’s gebeurt in de programmeermodus (PGM). Om de rekenmachine in de programmeermodus te zetten, drukt u op [ 2ndF ] [ PGM ] en de PGMindicator zal op het scherm verschijnen. Voer de procedure nu in, alsof u ze slechts eenmaal zou berekenen. Het enigste verschil is dat u op [ 2ndF ] [ [X] ] moet drukken, alvorens de variabele gegevens in te voeren. U verkrijgt uw eerste antwoord wanneer de rekenmachine zich nog in de PGM modus bevindt. Opmerking: Wanneer u eerst op stappen [ 2ndF ] [ [X] ] drukt, gevolgd door [‧] of een getal, en u drukt tenslotte op [EXP], [+/−], [ ) ] of [CE], dan zal het getal en de eerste functie na het getal, behandeld worden als één variabele – ze worden niet in het programma geschreven als stappen. Vergeet niet dat u maximaal 40 tappen kunt invoeren. Indien u probeert een 41st stap in te voeren dan zal de rekenmachine een foutmelding E weergeven. Druk op [ON/C] om de foutmelding te wissen. Om het opslaan van een programma te annuleren, drukt u nogmaals op [ 2ndF ] [ PGM ]. De PGM -indicator verdwijnt van het scherm en de rekenmachine sluit de programmeermodus af. Druk op [RUN] om dezelfde mathematische procedure te herhalen met andere variabelen. -D15SRP-145N_Dutch_SR135A_090330.doc SIZE: 140x75mm 2009/3/30 SCALE 2:1 Wanneer u op [RUN] drukt, kunt u beginnen met de invoer van uw variabelen. Voer elke variabele in de volgorde in waarin het op de formule verschijnt en druk op [RUN] na iedere variabele. Het antwoord verschijnt op het beeldscherm. Opgeslagen programma’s worden automatisch gewist wanneer u op [ 2ndF ] [ PGM ] drukt. Selecteer de programmeermodus dus enkel wanneer u een nieuw programma wilt invoeren. U kunt uw rekenmachine zodanig programmeren dat u tussenresultaten kunt zien. Tijdens het programmeren van de rekenmachine (in de PGM modus), drukt u op [=] wanneer u het punt bereikt heeft waar u een tussenresultaat wilt weergeven. Druk vervolgens op [ 2ndF ] [ HALT ] en ga door met het invoeren van de formule. Tijdens de uitvoering van het programma, drukt u na het weergeven van een tussenresultaat op [RUN] om het programma verder uit te voeren. U kunt deze methode ook gebruiken om uw rekenmachine twee of meer formules na elkaar te laten uitvoeren. (Bv.) Zoek het totale bedrag van de hoofdsom en interest op een lening (x) van $5,000 aan een jaarlijkse intrest (y) van 6% gespreid over een periode van 7 jaar (z)? Formule : totale bedrag = x (1 + y)Z (Bv.): (1) x = $5,000 y=6% z = 7 jaar (2) x = $1,000 y = 10 % z = 5 jaar [ 2ndF ] [ PGM ] PGM DEG [ 2ndF ] [ [X] ] PGM DEG 5000 PGM DEG [ x ] [ ( ] 1 [ + ] [ 2ndF ] [ [X] ] PGM DEG 6 PGM DEG [ ÷ ] 100 [ ) ] [ x y ] [ 2ndF ] [ [X] ] PGM DEG 7 PGM DEG [=] PGM DEG 0. [1] 5000. [2] 6. [3] 7. 7518.151295 [ 2ndF ] [ PGM ] DEG [ RUN ] DEG 1000 DEG 0. [1] 1000. -D16- SRP-145N_Dutch_SR135A_090330.doc SIZE: 140x75mm 2009/3/30 SCALE 2:1 WEEE MARK En If you want to dispose this product, do not mix with general household waste. There is a separate collection systems for used electronics products in accordance with legislation under the WEEE Directive (Directive 2002/96/EC) and is effective only within European Union. Ge Wenn Sie dieses Produkt entsorgen wollen, dann tun Sie dies bitte nicht zusammen mit dem Haushaltsmüll. Es gibt im Rahmen der WEEEDirektive innerhalb der Europäischen Union (Direktive 2002/96/EC) gesetzliche Bestimmungen für separate Sammelsysteme für gebrauchte elektronische Geräte und Produkte. Fr Si vous souhaitez vous débarrasser de cet appareil, ne le mettez pas à la poubelle avec vos ordures ménagères. Il existe un système de récupération distinct pour les vieux appareils électroniques conformément à la législation WEEE sur le recyclage des déchets des équipements électriques et électroniques (Directive 2002/96/EC) qui est uniquement valable dans les pays de l’Union européenne. Les appareils et les machines électriques et électroniques contiennent souvent des matières dangereuses pour l’homme et l’environnement si vous les utilisez et vous vous en débarrassez de façon inappropriée. Sp Si desea deshacerse de este producto, no lo mezcle con residuos domésticos de carácter general. Existe un sistema de recogida selectiva de aparatos electrónicos usados, según establece la legislación prevista por la Directiva 2002/96/CE sobre residuos de aparatos eléctricos y electrónicos (RAEE), vigente únicamente en la Unión Europea. It Se desiderate gettare via questo prodotto, non mescolatelo ai rifiuti generici di casa. Esiste un sistema di raccolta separato per i prodotti elettronici usati in conformità alla legislazione RAEE (Direttiva 2002/96/CE), valida solo all’interno dell’Unione Europea. Du Deponeer dit product niet bij het gewone huishoudelijk afval wanneer u het wilt verwijderen. Erbestaat ingevolge de WEEE-richtlijn (Richtlijn 2002/ 96/EG) een speciaal wettelijk voorgeschreven verzamelsysteem voor gebruikte elektronische producten, welk alleen geldt binnen de Europese Unie. Da Hvis du vil skille dig af med dette produkt, må du ikke smide det ud sammen med dit almindelige husholdningsaffald. Der findes et separat indsamlingssystem for udtjente elektroniske produkter i overensstemmelse med lovgivningen under WEEE-direktivet (direktiv 2002/96/EC), som kun er gældende i den Europæiske Union. Por Se quiser deitar fora este produto, não o misture com o lixo comum. De acordo com a legislação que decorre da Directiva REEE – Resíduos de Equipamentos Eléctricos e Electrónicos (2002/96/CE), existe um sistema de recolha separado para os equipamentos electrónicos fora de uso, em vigor apenas na União Europeia. Pol JM74932-00F
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154
  • Page 155 155
  • Page 156 156
  • Page 157 157
  • Page 158 158
  • Page 159 159
  • Page 160 160
  • Page 161 161
  • Page 162 162
  • Page 163 163
  • Page 164 164
  • Page 165 165
  • Page 166 166
  • Page 167 167
  • Page 168 168
  • Page 169 169
  • Page 170 170
  • Page 171 171
  • Page 172 172
  • Page 173 173
  • Page 174 174
  • Page 175 175
  • Page 176 176
  • Page 177 177
  • Page 178 178
  • Page 179 179

Citizen SRP-145NOR Handleiding

Categorie
Waterpompen
Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor