TECH EU-T-4.1 de handleiding

Type
de handleiding
GEBRUIKERSHANDLEIDING
1
EU-T-4.1
EU-T-4.2
TECH
2
INHOUDSOPGAVE
I. Veiligheid ...................................................................................................................................................................... 3
II. Apparaat beschrijving ............................................................................................................................................... 4
III. Hoe de controller te installeren?.............................................................................................................................. 4
1. EU-T-4.1 aansluitschema .......................................................................................................................................... 6
2. EU-T-4.2 aansluitschema .......................................................................................................................................... 7
IV. EU-MW-2 ontvanger ................................................................................................................................................ 7
V. Externe temperatuursensor .................................................................................................................................... 8
VI. Eerste keer opstarten ............................................................................................................................................... 9
VII. Hoe de regelaar te gebruiken? ................................................................................................................................. 9
1. Werkingsprincipe ..................................................................................................................................................... 9
2. Bedrijfsmodus: ......................................................................................................................................................... 9
3. Hoofdschermweergave en beschrijving ................................................................................................................. 11
4. Controllerfuncties ................................................................................................................................................... 13
4.1. Hoofdmenu .................................................................................................................................................... 13
4.2. Dag van de week ............................................................................................................................................ 13
4.3. Klok ................................................................................................................................................................ 14
4.4. Dag van... ....................................................................................................................................................... 14
4.5. Nacht van... .................................................................................................................................................... 14
4.6. Optimale start ................................................................................................................................................ 14
4.7. Servicemenu .................................................................................................................................................. 15
4.8. Weekprogramma ........................................................................................................................................... 15
4.9. Vooraf ingestelde comforttemperatuur ........................................................................................................ 17
4.10. Vooraf ingestelde economische temperatuur .......................................................................................... 17
4.11. Vooraf ingestelde temperatuurhysterese ................................................................................................. 17
4.12. Kalibratie temperatuursensor ................................................................................................................... 17
VIII. Technische data ................................................................................................................................................. 18
JG. 2021.05.28
De foto's en diagrammen zijn ter illustratie doeleinden alleen .
de fabrikant behoudt zich het recht voor om sommige veranderingen .
GEBRUIKERSHANDLEIDING
3
I. VEILIGHEID
Alvorens het apparaat voor de eerste keer te gebruiken, dient de gebruiker de volgende voorschriften aandachtig te lezen.
Het niet naleven van de regels in deze handleiding kan leiden tot persoonlijk letsel of schade aan de controller. De
gebruikershandleiding moet op een veilige plaats worden bewaard voor verdere referentie.
Om ongelukken en fouten te voorkomen, moet ervoor worden gezorgd dat elke persoon die het apparaat gebruikt,
vertrouwd is met het werkingsprincipe en met de beveiligingsfuncties van de controller. Als het apparaat wordt verkocht
of op een andere plaats wordt geplaatst, zorg er dan voor dat de gebruikershandleiding bij het apparaat wordt bewaard,
zodat elke potentiële gebruiker toegang heeft tot essentiële informatie over het apparaat.
De fabrikant aanvaardt geen verantwoordelijkheid voor enig letsel of schade als gevolg van nalatigheid; daarom zijn
gebruikers verplicht om de nodige veiligheidsmaatregelen te nemen die in deze handleiding worden vermeld om hun
leven en eigendommen te beschermen.
WAARSCHUWING
Een live elektrische apparaat ! Zorg ervoor dat de regelaar is losgekoppeld van het lichtnet voordat u
werkzaamheden aan de stroomvoorziening uitvoert (kabels aansluiten, het apparaat installeren enz.)
Het apparaat moet worden geïnstalleerd door een gekwalificeerde elektricien.
Het apparaat mag niet door kinderen worden bediend.
WAARSCHUWING
Het apparaat kan bij blikseminslag beschadigd raken. Zorg ervoor dat de stekker uit het stopcontact is
gehaald tijdens onweer.
Elk ander gebruik dan gespecificeerd door de fabrikant is verboden.
Het apparaat moet periodiek worden gecontroleerd.
Wijzigingen in de goederen beschreven in de handleiding kunnen zijn aangebracht na voltooiing op 28.05.2021. De
fabrikant behoudt zich het recht voor om wijzigingen in de structuur of kleuren aan te brengen . De afbeeldingen kunnen
extra uitrusting bevatten. Printtechnologie kan leiden tot verschillen in de getoonde kleuren .
We zijn toegewijd aan de bescherming van het milieu. De productie van elektronische apparaten
legt de verplichting op om te zorgen voor een milieuvriendelijke verwijdering van gebruikte
elektronische componenten en apparaten. Daarom zijn we opgenomen in een register dat wordt
bijgehouden door de Inspectie voor Milieubescherming. Het symbool van de doorgekruiste
vuilnisbak op een product betekent dat het product niet in de containers voor huishoudelijk afval
mag worden gegooid. Het recyclen van afval draagt bij aan de bescherming van het milieu. De
gebruiker is verplicht zijn gebruikte apparatuur in te leveren bij een inzamelpunt waar alle
elektrische en elektronische componenten worden gerecycled.
TECH
4
II. APPARAAT BESCHRIJVING
De ruimteregelaar EU -T-4.1/EU-T-4.2 is bedoeld voor het regelen van het verwarmingstoestel (bijv. gas-, stookolie- of
elektrische boiler of de ketelregelaar).
Zijn belangrijkste taak is het handhaven van de vooraf ingestelde temperatuur in de flat door een signaal te sturen naar het
verwarmings- / koelapparaat (contactopening) wanneer de gewenste temperatuur is bereikt.
Geavanceerde software stelt de regelaar in staat om een breed scala aan functies te vervullen:
behoud van de vooraf ingestelde kamertemperatuur
handmatige modus
dag/nacht programma
wekelijkse controle
Optimale start
verwarming/koeling
Controleapparatuur:
frontpaneel van glas
ingebouwde temperatuursensor
batterijen
III. HOE DE CONTROLLER TE INSTALLEREN?
De controller moet worden geïnstalleerd door een gekwalificeerde elektriciën.
A 134 mm
B 94 mm
C 24 mm
GEBRUIKERSHANDLEIDING
5
De EU-T-4.1/EU-T-4.2 regelaar kan overal worden geplaatst (1) of worden gebruikt als wandpaneel (2).
1) De regelaar kan worden ondersteund met een standaard die aan de achterkant moet worden bevestigd.
2) Om de regelaar aan de muur te hangen , verwijder de standaard voorzichtig .
TECH
6
Om batterijen te plaatsen, verwijdert u de achterklep.
1. EU-T-4.1 AANSLUITSCHEMA
De kamerregelaar dient met behulp van een tweeaderige kabel aangesloten te worden op het verwarmingstoestel of de
CV-ketelregelaar. Het onderstaande diagram illustreert hoe de apparaten moeten worden aangesloten.
WAARSCHUWING
Indien de pompfabrikant een externe hoofdschakelaar, zekering voor de voeding of een aanvullend
reststroomapparaat vereist dat selectief is voor vervormde stromen, wordt het niet aanbevolen om de pompen
rechtstreeks op de pompbesturingsuitgangen aan te sluiten.
Om beschadiging van het apparaat te voorkomen, moet er een aanvullend veiligheidscircuit worden gebruikt tussen
de regelaar en de pomp. De fabrikant raadt de ZP-01 pompadapter aan, die apart moet worden aangeschaft.
GEBRUIKERSHANDLEIDING
7
2. EU-T-4.2 AANSLUITSCHEMA
Gebruik in het geval van een draadloze verbinding de bovenstaande diagrammen - een tweeaderige communicatiekabel
moet worden aangesloten op de juiste poorten in de ontvanger.
IV. EU-MW-2 ONTVANGER
De regelaar EU-T-4.2 communiceert met het verwarmingsapparaat ( of de CV- ketel controller ) door middel van een
radiosignaal verzonden naar de EU-MW-2- ontvanger . Zo'n ontvanger is aangesloten op het verwarmingstoestel ( of de
CH boiler controller ) door middel van een twee-core kabel en communiceert via een radiosignaal met de kamerregelaar.
De ontvanger heeft drie controlelampjes:
rood controlelampje 1 signaleert gegevensontvangst en gaat branden tijdens kanaalwisseling ;
rood controlelampje 2 geeft de werking van de ontvanger aan;
rood controlelampje 3 gaat aan als de kamertemperatuur de vooraf ingestelde waarde niet bereikt het
verwarmingsapparaat is ingeschakeld
registration/channel change button
rood controlelampje 1
rood controlelampje 2
rood controlelampje 3
TECH
8
OPMERKING
Bij geen communicatie (bijv. door lege batterij) schakelt de ontvanger na 15 minuten automatisch de
verwarming uit.
Hoe het communicatiekanaal te wijzigen :
Kanaal 35 is het standaard communicatiekanaal in de kamerregelaar. Het kanaal kan eenvoudig worden gewijzigd (als het
huidige kanaal door andere apparaten wordt gebruikt). Om het kanaal te wijzigen, houdt u de kanaalwisselknop op de
ontvanger ongeveer 10 seconden ingedrukt totdat het rode controlelampje 1 verder gaat. Wijzig vervolgens het
communicatiekanaal in de kamerregelaar volgens de procedure beschreven in de sectie: Regelaarfuncties. Het rode
controlelampje 1 op de ontvanger moet uitgaan.
V. EXTERNE TEMPERATUURSENSOR
De EU-T-4.2 kamerregelaar kan optioneel worden uitgerust met een externe temperatuursensor. De sensor moet op een
schaduwrijke plaats worden gemonteerd, zodat deze niet wordt beïnvloed door de weersomstandigheden. De huidige
temperatuurmeting wordt om de paar minuten naar de kamerregelaar gestuurd en wordt weergegeven op het
hoofdscherm.
De buitenvoeler communiceert via een radiosignaal met de kamerregelaar. Zowel de kamerregelaar als de externe sensor
zijn vooraf geconfigureerd om op kanaal 35 te werken, maar de gebruiker kan het kanaal gemakkelijk wijzigen (als het
huidige kanaal door andere apparaten wordt gebruikt).
Hoe het communicatiekanaal te wijzigen :
Om van zender te veranderen, houdt u de zenderwisseltoets ingedrukt. Wanneer het controlelampje op de sensor
knippert, is het proces van kanaalwisseling gestart. Blijf de knop ingedrukt houden en wacht tot het lampje weer begint
te knipperen. Het aantal knipperingen komt overeen met het eerste cijfer van het gewenste kanaalnummer.
Laat de knop los na het gewenste aantal knipperingen en druk er nogmaals op om het tweede cijfer van het
kanaalnummer in te stellen het controlelampje knippert twee keer snel . Houd de knop ingedrukt en wacht tot het
lampje het gewenste aantal keren knippert. Wanneer de knop wordt losgelaten, knippert het controlelampje twee keer
het nieuwe communicatiekanaal is ingesteld.
OPMERKING: In het geval van een eencijferig kanaalnummer (kanalen 0÷9) stelt u 0 in als het eerste cijfer.
Voorbeeld 1:
28 is het gewenste communicatiekanaal. Om dit kanaal te selecteren, stelt u het eerste cijfer in - 2 en het tweede cijfer -
8.
Houd de kanaalwisselknop ingedrukt - het controlelampje knippert één keer snel - het proces van kanaalwissel is gestart.
Blijf de knop ingedrukt houden en wacht tot het lampje nog twee keer knippert (het eerste cijfer van het kanaalnummer
28).
Laat de knop los en druk hem nogmaals in het controlelampje knippert twee keer snel het proces van het instellen
van het tweede cijfer is gestart. Blijf de knop ingedrukt houden en wacht tot het lampje 8 keer knippert.
Wanneer de knop wordt losgelaten, knippert het controlelampje twee keer snel het nieuwe communicatiekanaal is
succesvol ingesteld.
controlelampje
je
controlelampje
GEBRUIKERSHANDLEIDING
9
Voorbeeld 2:
7 is het gewenste communicatiekanaal. Om dit kanaal te selecteren, stelt u het eerste cijfer in - 0 en het tweede cijfer - 7.
Houd de kanaalwisselknop ingedrukt - het controlelampje knippert één keer snel - het proces van kanaalwissel is gestart.
Aangezien het eerste cijfer 0 is, laat u de knop los voordat het controlelampje opnieuw knippert.
Druk nogmaals op de knop het controlelampje knippert twee keer snel het proces van het instellen van het tweede
cijfer is gestart. Blijf de knop ingedrukt houden en wacht tot het lampje 7 keer knippert (het tweede cijfer van het
gewenste nummer).
Wanneer de knop wordt losgelaten, knippert het controlelampje twee keer snel het nieuwe communicatiekanaal is
succesvol ingesteld.
Bij fouten in het kanaalwisselproces gaat het controlelampje ongeveer 2 seconden branden. In dat geval wordt het kanaal
niet gewijzigd.
VI. EERSTE KEER OPSTARTEN
Om de regelaar correct te laten werken, volgen deze stappen bij het voor de eerste keer opstarten van het apparaat:
1. de batterijen - verwijder hiervoor de achterkant dekking .
2. Verbind de twee-core kabel naar de juiste aansluitingen in de regelaar of de ontvanger.
3. In het geval van EU-T-4.2. controleer of het huidige communicatiekanaal dat in de regelaar is geselecteerd hetzelfde
is als in de ontvanger. 35 is het standaard communicatiekanaal in alle apparaten.
Als er een conflict is met andere apparaten die radiocommunicatie gebruiken , is nodig om een ander kanaal te
selecteren.
VII. HOE DE REGELAAR TE GEBRUIKEN?
1. WERKINGSPRINCIPE
De kamerregelaar EU-T-4.1/EU-T-4.2 is ontworpen om de vooraf ingestelde kamertemperatuur te handhaven door een
signaal naar de verwarming te sturen apparaat ( contactopening ) wanneer de vooraf ingestelde kamertemperatuur heeft
geweest bereikt . Na ontvangst van een dergelijk signaal, gaat de verwarming apparaat is uitgeschakeld ( als het is
aangesloten op een CV- ketel regelaar , de CV - ketel schakelt over naar sustain modus na ontvangst van het signaal ).
2. BEDRIJFSMODUS:
De kamerregelaar kan werken in een van de volgende : operatie modus :
Dag/ nacht modus
In deze modus is de vooraf ingestelde temperatuurwaarde afhankelijk van de huidige tijd van de dag. De gebruiker kan
verschillende temperatuurwaarden instellen voor de dag- en nachttijd (comforttemperatuur en economische
temperatuur) en het exacte tijdstip bepalen waarop de dagmodus en nachtmodus ingaan.
Om deze modus te activeren, drukt u op een van de knoppen totdat het dag-/nachtmoduspictogram op het
hoofdscherm verschijnt.
Dag/nacht modus icoon
TECH
10
Wekelijkse controle
In deze modus kan de gebruiker het tijdstip bepalen waarop de vooraf ingestelde comforttemperatuur en de vooraf
ingestelde economische temperatuur van toepassing zijn. De gebruiker kan 9 verschillende programma's instellen,
verdeeld in drie groepen:
- PROGRAMMA'S 1÷3 dagelijkse temperatuurwaarden worden ingesteld voor alle dagen van de week;
- PROGRAMMA'S 4÷6 dagelijkse temperatuurwaarden worden afzonderlijk ingesteld voor de weekdagen
(maandag-vrijdag) en voor het weekend (zaterdag-zondag);
- PROGRAMMA'S 7÷9 dagelijkse temperatuurwaarden worden voor elke dag van de week afzonderlijk
ingesteld.
* Het display toont de uren waarop de comforttemperatuur geldt. In de resterende tijd is de economische temperatuur
van toepassing.
Om deze modus te activeren, druk op een van de knoppen tot een wekelijkse controle icoon verschijnt op de
hoofdpagina scherm .
Handmatige modus
In deze modus wordt de vooraf ingestelde temperatuur handmatig aangepast vanuit het hoofdscherm met behulp van
plus/min - knoppen (+ - ). De handmatige modus wordt automatisch geactiveerd wanneer een van deze knoppen wordt
ingedrukt. Zodra de handmatige modus is geactiveerd, wordt de vorige bedieningsmodus gaat naar de slaapstand tot de
volgende voorgeprogrammeerde temperatuurverandering. De handmatige modus kan
worden gedeactiveerd door op een van deze te drukken knoppen :
Voorbeeld 1 activering handmatige modus in dag-/nachtmodus
Wanneer de dag-/nachtmodus actief is, wijzigt de gebruiker de vooraf ingestelde temperatuur door op de plus/min - knop
(+ - ) te drukken, waardoor de handmatige modus automatisch wordt geactiveerd. De controller keert terug naar de
dag/nacht-modus als de dag overgaat in de nacht (of andersom) of als de gebruiker op een van de knoppen drukt :
.
Wekelijkse controle icon
Nummer van het huidige
wekelijkse
controleprogramma
Parameters van het huidige
wekelijkse
controleprogramma*
Handmatige modus icoon
dag/nacht modus icoon
GEBRUIKERSHANDLEIDING
11
Voorbeeld 2 - handmatige modus activering in Wekelijkse controle modus
Wanneer de wekelijkse regelmodus actief is, wijzigt de gebruiker de vooraf ingestelde temperatuur door op de plus/min
- knop (+ - ) te drukken, waardoor de handmatige modus automatisch wordt geactiveerd. De controller keert terug naar
de wekelijkse bedieningsmodus wanneer, volgens het weekschema , de dag verandert in nachttijd (of andersom) of
wanneer de gebruiker op een van de knoppen drukt.
3. HOOFDSCHERMWEERGAVE EN BESCHRIJVING
De gebruiker bedient het apparaat met: toetsen. Terwijl één parameter wordt bewerkt, worden de overige pictogrammen
niet weergegeven. .
1. Weergave
2. - in het algemeen scherm bekijken , gebruiken deze knop om te activeren wekelijks controle modus . Gebruik
in het controllermenu deze knop om over te schakelen : tussen functies .
3. Min-knop ( - ) in het hoofd scherm bekijken - druk op deze knop om over te schakelen naar de handmatige
modus en de vooraf ingestelde temperatuur te verlagen waarde . Gebruik in het controllermenu deze knop om
parameter instellingen te wijzigen, voer de servicecode in enz.
4. MENU deze knop vasthouden om het controllermenu te openen . Terwijl bewerken parameters , houd . deze
knop ingedrukt om de wijzigingen te bevestigen en terug te keren naar het hoofd scherm bekijken .
5. Plus-knop ( + ) in het hoofd scherm bekijken - druk op deze knop om over te schakelen naar de handmatige
modus en de vooraf ingestelde temperatuur te verhogen waarde . Gebruik in het controllermenu deze knop om
parameter instellingen te wijzigen , voer de servicecode in enz.
6. - in het algemeen scherm bekijken , gebruiken deze knop om dag / nacht modus te activeren . Gebruik in het
controllermenu deze knop om over te schakelen tussen functies .
Handmatige modus
icoon
Wekelijkse regelmodus
icoon
2
1
3
4
5
6
TECH
12
1. Dag van de week
2. Een icoon informeren over huidig zuinig temperatuur ( als resultaat van wekelijkse controle of dag / nacht
modus instellingen ).
3. Een icoon informeren over huidig comfort temperatuur ( als resultaat van wekelijkse controle of dag / nacht
modus instellingen ).
4. Buiten temperatuur in het geval van draadloze versie (EU-T-4.2), na een extern temperatuursensor heeft
geweest geregistreerd .
5. Vooraf ingestelde kamer temperatuur
6. Tijd
7. Boterachtig niveau
8. Een informatie icoon over kamer koelen /verwarmen. De animatie verschilt afhankelijk van de geselecteerde
operatie modus :
Verwarmingsmodus het icoon knippert wanneer de vooraf ingestelde temperatuur is niet geweest bereikt;
het is stabiel wanneer de vooraf ingestelde temperatuur heeft geweest bereikt .
Koeling modus het pictogram draait wanneer de temperatuur is boven de vooraf ingestelde waarde; het is
stabiel wanneer de vooraf ingestelde temperatuur heeft geweest bereikt .
9. Huidige operatie modus :
a. Wekelijks
b. Handleiding
c. Dag/ nacht
10. Huidige kamer temperatuur
11. Parameterpictogrammen ( zie : een tabel hieronder )
1
4
11
5
6
7
8
9
10
11
2
3
GEBRUIKERSHANDLEIDING
13
Parameterpictogrammen : _
Klokinstellingen
Wekelijkse controle instellingen
Dag van…
Comforttemperatuur
Nacht van
Economische temperatuur
Kanaalselectie _
Hysterese
Optimale start / verwarming / koeling
modus selectie (in servicemenu)
Kalibratie temperatuursensor
Servicemenu
4. CONTROLLERFUNCTIES
De gebruiker navigeert door de menustructuur met behulp van alle knoppen. Om bepaalde parameters te bewerken,
houdt u MENU ingedrukt. Druk vervolgens op om de controllerfuncties te bekijken de bewerkte parameter
knippert terwijl de overige parameters niet worden weergegeven . Gebruik de plus- en minknoppen ( + - ) om de
parameterinstellingen te wijzigen. Druk op om de wijzigingen te bevestigen en verder te gaan om de volgende
parameter te bewerken of druk op om de wijzigingen te bevestigen en terug te keren naar de vorige parameter of
houd MENU ingedrukt om te bevestigen en terug te keren naar het hoofdscherm - afgezien van bewerken wekelijks
controle instellingen en kanaalselectie.
4.1. HOOFDMENU
4.2. DAG VAN DE WEEK
Na het openen van het hoofdmenu worden niet alle pictogrammen weergegeven die
niet zijn verbonden met de parameter die wordt bewerkt. De eerste parameter is de
dag van de week.
Druk op + of - totdat de huidige dag van de week op het scherm verschijnt. Druk op
om te bevestigen en naar de volgende parameter te gaan of houd MENU ingedrukt
om te bevestigen en terug te keren naar het hoofdscherm.
MENU
Dag van de week
Klok
Dag van...
Nacht van...
Optimale start
Servicemenu
Weekprogramma
Vooraf ingestelde comforttemperatuur
Vooraf ingestelde economische temperatuur
Hysterese
Kalibratie
TECH
14
4.3. KLOK
Om de huidige tijd in te stellen, gaat u naar het menu en drukt u op of tot
tijdinstellingsscherm verschijnt op het scherm.
Door op + of - te drukken stelt u het uur en de minuten in. Druk op om te
bevestigen .
Druk op om te bevestigen en naar de volgende parameter te gaan of houd MENU
ingedrukt om te bevestigen en terug te keren naar het hoofdscherm.
4.4. DAG VAN...
Met deze functie kan de gebruiker het exacte tijdstip bepalen waarop de dagmodus
wordt geactiveerd. Als de dag-/nachtmodus actief is, geldt de comforttemperatuur
overdag.
Om deze parameter te configureren drukt u op of tot Dag van ...
instellingenscherm verschijnt.
Door op + of - te drukken, stelt u het uur en de minuut van de dagmodus in.
Druk op om te bevestigen en naar de volgende parameter te gaan of houd MENU
ingedrukt om te bevestigen en terug te keren naar het hoofdscherm.
4.5. NACHT VAN...
Met deze functie kan de gebruiker het exacte tijdstip bepalen waarop de nachtmodus
wordt geactiveerd. Als de dag-/nachtmodus actief is, geldt ' s nachts de zuinige
temperatuur .
Om deze parameter te configureren drukt u op of tot Nacht van ...
instellingenscherm verschijnt.
Door op + of - te drukken, stelt u het uur en de minuut in waarop de nachtmodus
moet worden geactiveerd.
Druk op om te bevestigen en naar de volgende parameter te gaan of houd MENU ingedrukt om te bevestigen en terug
te keren naar het hoofdscherm.
4.6. OPTIMALE START
Optimale start is een intelligent systeem dat het verwarmings-/koelproces regelt. Het omvat een constante monitoring
van de efficiëntie van het verwarmings-/koelsysteem en het gebruik van de informatie om het verwarmings-/koelproces
vooraf te activeren om de vooraf ingestelde temperaturen te bereiken.
Het systeem vereist geen tussenkomst van de gebruiker. Het reageert precies op alle veranderingen die de
efficiëntie van het verwarmingssysteem beïnvloeden. Als er bijvoorbeeld enkele wijzigingen zijn aangebracht aan het
verwarmingssysteem en het huis warmt sneller op dan voorheen, zal het Optimale start-systeem de wijzigingen
herkennen bij de volgende voorgeprogrammeerde temperatuurverandering (van comfort naar zuinig) en in de volgende
cyclus de activering van het verwarmingssysteem wordt voldoende vertraagd, waardoor de tijd die nodig is om de
gewenste temperatuur te bereiken, wordt verkort .
A voorgeprogrammeerde verandering van economische temperatuur naar comforttemperatuur
Kamertemperatuur
OPTIMALE START ingeschakeld
Kamertemperatuur -
OPTIMALE START uitgeschakeld
GEBRUIKERSHANDLEIDING
15
Het activeren van deze functie betekent dat op het moment van voorgeprogrammeerde verandering van de vooraf
ingestelde temperatuur van comfort naar zuinig of andersom, de huidige kamertemperatuur dicht bij de gewenste
waarde ligt.
Om deze parameter te configureren, drukt u op een van de knoppen totdat
het paneel Optimale startinstelling op het scherm verschijnt.
Gebruik + of - om de functie Optimale start (AAN/UIT) in of uit te schakelen . Druk
op om te bevestigen en ga verder om de volgende parameter te bewerken of
houd MENU ingedrukt om te bevestigen en terug te keren naar de weergave van het
hoofdscherm
4.7. SERVICEMENU
Bepaalde functies in het servicemenu van de controller zijn beveiligd met een code.
Om hun parameters aan te passen, een van de knoppen indrukken totdat de
instellingen van het servicemenu op het scherm verschijnen.
Om het servicemenu te bekijken, moet u de code 215 invoeren. Gebruik + of om
het eerste cijfer (2) te selecteren en druk op MENU om te bevestigen. Volg dezelfde
stappen om de resterende twee cijfers te selecteren.
Verwarmen/ koelen modus
Met deze functie kan de gebruiker de werkingsmodus van de kamerregelaar selecteren:
aansturen van het koelsysteem
aansturen van het verwarmingssysteem
Druk op + of - om het gewenste type systeem te selecteren. druk op om te bevestigen en verder te gaan om een
andere parameter in het servicemenu te bewerken of houd MENU ingedrukt om te bevestigen om terug te keren naar
het hoofdscherm .
Kanaalselectie ( optie _ verkrijgbaar alleen voor EU-T-4.2)
De regelaar EU-T-4.2 communiceert via een ontvanger met een radiosignaal met het
verwarmingstoestel of de CV-ketelregelaar. Om de communicatie te laten
plaatsvinden, is het noodzakelijk om hetzelfde kanaal te selecteren in zowel de
controller als de ontvanger (en ook in de externe sensor als deze wordt gebruikt).
Kanaal 35 is het standaard communicatiekanaal in alle apparaten. Het kanaal mag
alleen worden gewijzigd als het huidige kanaal door andere apparaten wordt gebruikt.
Om te wijzigen, drukt u op een van de knoppen totdat het scherm voor het wijzigen van zenders op het scherm
verschijnt. Gebruik + en om het kanaal te selecteren. Druk op om te bevestigen en naar de volgende parameter te
gaan of houd MENU ingedrukt om te bevestigen en terug te keren naar het hoofdscherm.
4.8. WEEKPROGRAMMA
Deze functie wordt gebruikt om het huidige weekregelprogramma te wijzigen en de weekprogramma's te bewerken.
Hoe te veranderen? Weekprogramma nummer
Wanneer de weekregeling is ingeschakeld (zie: V II . 2. Bedrijfsmodus ) wordt het
huidige programma geactiveerd. Om het huidige programmanummer te selecteren ,
gaat u naar het menu en drukt u op een van de knoppen of tot instelling
weekprogramma _ scherm zich opent.
Door de MENU-knop ingedrukt te houden, opent de gebruiker het
programmakeuzebewerkingsscherm . Elke keer dat de gebruiker de MENU-knop
ingedrukt houdt, verandert het programmanummer. Wanneer het gewenste nummer
op het scherm verschijnt, drukt u op MENU de controller keert terug naar het hoofdscherm en het geselecteerde
programmanummer is ingesteld.
Weekprogramma nummer
TECH
16
Hoe te configureren? Bijzonder wekelijks programma's
Met het weekprogramma kan de gebruiker de tijd bepalen waarop de
comforttemperatuur en de economische temperatuur van toepassing zijn. Afhankelijk
van het programmanummer kan de gebruiker de dagelijkse temperatuurwaarden
instellen voor alle dagen van de week (programma's 1÷3), voor weekdagen en het
weekend afzonderlijk (programma's 4÷6) en voor elke dag van de week afzonderlijk
(programma's 7÷ 9).
Om het huidige programmanummer te selecteren , gaat u naar het menu en drukt u op een van de knoppen of
tot instelling weekprogramma _ scherm opent zich.
STAP 1 - KIES HET PROGRAMMA OM TE BEWERKEN
Door de MENU-knop ingedrukt te houden, opent de gebruiker de programmabewerking opvoeren scherm . Elke keer dat
de gebruiker de MENU-knop ingedrukt houdt, verandert het programmanummer. Wanneer het gewenste nummer op
het scherm verschijnt, kan de gebruiker beginnen met het bewerken van
de parameters .
STAP 2 - SELECTEER DAGEN VAN DE WEEK
Als de gebruiker programma's 1÷3 wil bewerken, is het niet mogelijk om bepaalde dagen van de week te selecteren,
aangezien de instelling voor elke dag geldt.
Als de gebruiker programma's 4÷6 wil bewerken, is het mogelijk om de instellingen voor weekdagen en het weekend
afzonderlijk te wijzigen. Druk kort op de knoppen of om te selecteren .
Als de gebruiker programma's 7÷9 wil bewerken, is het mogelijk om de instellingen voor elke dag afzonderlijk te wijzigen.
Druk kort op de knoppen of om een dag te selecteren .
Om de dagen te kiezen wanneer een bepaald programma zou moeten toepassen , gebruik van de knoppen .
STAP 3 - COMFORT OF ECONOMISCHE TEMPERATUUR TOEKENNEN AAN BEPAALDE UUR
Een uur dat wordt bewerkt, wordt weergegeven op het scherm van de controller. Om een
comforttemperatuur toe te wijzen, drukt u op de plus-toets ( + ) . Om de economische
temperatuur te selecteren, drukt u op de min-knop ( -).
Onderaan het scherm worden de parameters van het weekprogramma weergegeven:
uren waaraan een comforttemperatuur is toegekend, worden weergegeven,
uren waaraan een economische temperatuur is toegekend niet.
Voorbeeld:
De volgende schermafbeelding toont de dagelijkse
instellingen van programma nr. 7 voor maandag
00⁰⁰-00⁵⁹- economische temperatuur
01⁰⁰-08⁵⁹- comforttemperatuur
09⁰⁰-14⁵⁹- economische temperatuur
15⁰⁰-21⁵⁹- comforttemperatuur
22⁰⁰-23⁵⁹- economische temperatuur
Weekprogramma nummer
Parameters voor
werkdagen bewerken
Parameters bewerken
voor maandag
Aangepast uur
GEBRUIKERSHANDLEIDING
17
OPMERKING
Wanneer de gebruiker het bewerkingsproces voltooit door op de MENU -knop te drukken, keert de controller
terug naar het hoofdscherm en wordt dit programma geselecteerd als het huidige programma.
4.9. VOORAF INGESTELDE COMFORTTEMPERATUUR
Vooraf ingestelde comforttemperatuur wordt gebruikt in de wekelijkse regelmodus
en de dag/nacht-modus. Druk op een van de knoppen totdat het scherm voor
het wijzigen van de comforttemperatuur op het scherm verschijnt.
Druk op + of - om de gewenste temperatuur in te stellen.
Druk op om te bevestigen en naar de volgende parameter te gaan of houd MENU
ingedrukt om te bevestigen en terug te keren naar het hoofdscherm.
4.10. VOORAF INGESTELDE ECONOMISCHE TEMPERATUUR
Vooraf ingestelde zuinige temperatuur wordt gebruikt in de wekelijkse regelmodus
en de dag/nacht-modus. Druk op een van de knoppen totdat het scherm voor
economische temperatuurverandering op het scherm verschijnt.
Druk op + of - om de gewenste temperatuur in te stellen.
Drukop om te bevestigen en naar de volgende parameter te gaan of houd MENU
ingedrukt om te bevestigen en terug te keren naar het hoofdscherm.
4.11. VOORAF INGESTELDE TEMPERATUURHYSTERESE
Hysterese van de kamertemperatuur bepaalt de tolerantie van de vooraf ingestelde
temperatuur Bij welke koeling of verwarming is geactiveerd (binnen het bereik van 0,2
÷ 4° ).
Om de hysterese in te stellen, drukt u op een van de knoppen totdat de
hysterese-instelling s op het scherm verschijnt.
Gebruik + of - om de gewenste hysteresewaarde in te stellen. druk op om te
bevestigen en naar de volgende parameter te gaan of houd MENU ingedrukt om te bevestigen en terug te keren naar het
hoofdscherm.
Voorbeeld:
Vooraf ingestelde temperatuur: 23°C
Hysterese: 1°C
Pas als de ruimtetemperatuur daalt tot 22 °C meldt de kamerregelaar dat de temperatuur te laag is.
4.12. KALIBRATIE TEMPERATUURSENSOR
Het wordt uitgevoerd bij het monteren van de regelaar of nadat deze gedurende
lange tijd is gebruikt, als de door de interne sensor gemeten kamertemperatuur
afwijkt van de werkelijke temperatuur. Het instelbereik van de kalibratie is van -10°C
tot +10°C met een nauwkeurigheid van 0,1°C.
Druk op een van de knoppen totdat het sensorkalibratiepaneel op het scherm
verschijnt. Gebruik + en om correctie te definiëren. druk op om te bevestigen
en verder te gaan om de volgende parameter te bewerken of houd MENU ingedrukt
om te bevestigen en terug te keren naar het hoofdscherm.
TECH
18
VIII. TECHNISCHE DATA
EU-T-4.1
EU-T-4.2
Voeding
2xAA, 1,5V batterijen
2xAA, 1,5V batterijen
Kamer temperatuur. aanpassing
bereik
5°C ÷ 35°C
5°C ÷ 35°C
Potentiaalvrij vervolg _ naam uit.
laden
230V AC / 0,5A (AC1) *
24V DC / 0,5A (DC1) **
-
Meetfout
± 0,5
± 0,5
Operatie frequentie:
-
868MHz
EU-MW-2 (EU-T-4.2)
Voeding
230V ± 10% / 50Hz
Bedrijfstemperatuur :
5°C ÷ 50°C
Maximaal vermogen consumptie
<1W
Potentiaalvrij vervolg _ naam uit. laden
230V AC / 0,5A (AC1) *
24V DC / 0,5A (DC1) **
Operatie frequentie:
868MHz
Maximaal overdragen stroom
25mW
* AC1 belasting categorie : eenfasig , resistief of lichtelijk inductieve AC- belasting .
** DC1 belasting categorie : direct stroom , resistief of lichtelijk inductief laden .
GEBRUIKERSHANDLEIDING
19
EU - conformiteitsverklaring
Hierbij verklaren wij onder onze eigen verantwoordelijkheid dat EU-T-4.1 vervaardigd door TECH STEROWNIKI II Sp. z o.o.,
met hoofdkantoor in Wieprz Biała Droga 31, 34-122 Wieprz , voldoet aan Richtlijn 2014/35/EU van het Europees Parlement
en de Raad van 26 februari 2014 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen van de lidstaten met betrekking tot het
op de markt aanbieden van elektrisch materiaal ontworpen voor gebruik binnen bepaalde spanningsgrenzen (EU PB L 96
van 29.03.2014, blz. 357), Richtlijn 2014/30/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 betreffende
de harmonisatie van de wetgevingen van de lidstaten tot elektromagnetische compatibiliteit (EU PB L 96 van 29.03.2014,
blz. 79), Richtlijn 2009/125/EG tot vaststelling van een kader voor het vaststellen van eisen inzake ecologisch ontwerp voor
energiegerelateerde producten en de regelgeving door het MINISTERIE VAN ONDERNEMERSCHAP EN TECHNOLOGIE van 24
juni 2019 tot wijziging van de verordening betreffende de essentiële eisen met betrekking tot de beperking van het gebruik
van bepaalde gevaarlijke stoffen in elektrische en elektronische apparatuur, uitvoeringsbepalingen van Richtlijn (EU)
2017/2102 van de Europese P arliament en de Raad van 15 november 2017 tot wijziging van Richtlijn 2011/65/EU
betreffende de beperking van het gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen in elektrische en elektronische apparatuur (PB L
305 van 21.11.2017, blz. 8).
Voor de beoordeling van de naleving werden geharmoniseerde normen gebruikt:
PN-EN IEC 60730-2-9:2019-06, PN-EN 60730-1:2016-10, EN IEC 63000:2018 RoHS .
UE - conformiteitsverklaring
Hierbij verklaren wij onder onze eigen verantwoordelijkheid dat EU-T-4.2 vervaardigd door TECH STEROWNIKI II Sp. z o.o.,
met hoofdkantoor in Wieprz Biała Droga 31, 34-122 Wieprz , voldoet aan Richtlijn 2014/53/EU van het Europees Parlement
en de Raad van 16 april 2014 betreffende de harmonisatie van de wetten van de lidstaten met betrekking tot het op de
markt aanbieden van radioapparatuur , Richtlijn 2009/125/EG tot vaststelling van een kader voor het vaststellen van eisen
inzake ecologisch ontwerp voor energiegerelateerde producten en de verordening door het MINISTERIE VAN
ONDERNEMERSCHAP EN TECHNOLOGIE van 24 juni 2019 tot wijziging van de verordening betreffende de essentiële eisen
met betrekking tot de beperking van de gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen in elektrische en elektronische apparatuur,
uitvoeringsbepalingen van Richtlijn (EU) 2017/2102 van het Europees Parlement en de Raad van 15 november 2017 tot
wijziging van Richtlijn 2011/65/EU betreffende de beperking van het gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen in elektrische
en elektronische apparatuur (PB L 305 van 21.11.2017, blz. 8).
Voor de beoordeling van de naleving werden geharmoniseerde normen gebruikt:
PN-EN IEC 60730-2-9 :2019-06 art. 3.1a Gebruiksveiligheid
PN-EN 62479:2011 art. 3.1 a Gebruiksveiligheid
ETSI EN 301 489-1 V2.2.3 (2019-11) art.3.1b Elektromagnetische compatibiliteit
ETSI EN 301 489-3 V2.1.1:2019-03 art.3.1 b Elektromagnetische compatibiliteit
ETSI EN 300 220-2 V3.2.1 (2018-06) art.3.2 Effectief en coherent gebruik van radiospectrum
ETSI EN 300 220-1 V3.1.1 (2017-02) art.3.2 Effectief en coherent gebruik van radiospectrum
EN IEC 63000:2018 RoHS
Wieprz, 28.05.2021
TECH
20
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20

TECH EU-T-4.1 de handleiding

Type
de handleiding