20 Multitype air conditioner
Proefdraaien
2. Aansluiting van stroomvoorziening
1. Sluit het snoer van de stroomvoorziening aan op een onafhankelijke stroom-
bron.
• Een stroomonderbreker is vereist.
2. Gebruik de unit gedurende 15 minuten
of langer.
3. Evaluatie van de prestaties
1. Meet de luchtinlaat- en luchtuitlaat-
temperatuur.
2. Zorg ervoor dat het verschil tussen de
inlaattemperatuur en de uitlaat meer
dan 8ºC bedraagt (koelen) of omge-
keerd (verwarmen).
LET OP:
Nadat aan bovenstaande voorwaarden is voldaan, bereidt u de bedrading als volgt voor:
1) Zorg dat u altijd een individueel stroomcircuit gebruikt dat specifiek voor de air conditioner
is bedoeld. Volg voor de bedradingsmethode het schakelschema dat in de afdekking van de
schakelkast staat vermeld.
2) Gebruik een stroomonderbrekerschakelaar tussen de stroombron en de unit.
3) De schroeven die de bedrading in de behuizing van elektrische aansluitingen vastmaken,
kunnen waarschijnlijk losraken door trillingen waaraan de unit wordt blootgesteld tijdens
het transport. Controleer ze en zorg ervoor dat ze allemaal stevig vast zitten. (Als ze los
zitten, kan dit tot het doorbranden van de bedrading leiden.)
4) Specificatie van stroombron
5) Controleer of de elektrische capaciteit voldoende is.
6) Zorg ervoor dat de initiële spanning wordt gehouden op meer dan 90 procent van de no-
minale spanning zoals gemarkeerd op het typeplaatje.
7) Controleer of de kabeldikte gelijk is aan de specificatie van de stroombronnen.
(Let in het bijzonder op de verhouding tussen de kabellengte en -dikte.)
8) Zorg altijd voor een aardlekschakelaar waar het nat of vochtig is.
9) De volgende problemen kunnen zich door een spanningsval voordoen.
• Trilling van een magnetische schakelaar, schade aan het contactpunt daarvan, zekerings-
breuk, verstoring van het normaal functioneren van een beschermingsapparaat tegen overbe-
lasting.
• Er wordt geen correcte opstartstroom aan de compressor gegeven.
OVERDRACHT
Leer de klant de bedienings- en onderhoudsprocedures, met behulp van de bedieningshandlei-
ding (reinigen luchtfilter, temperatuurbeheer, enz.).