IKEA RIWM60 Handleiding

Type
Handleiding
Inhoud
Veiligheidsinformatie 4
Beschrijving van het product 7
Bedieningspaneel 8
Het eerste gebruik 9
Dagelijks gebruik 10
Nuttige aanwijzingen en tips 12
Wasprogramma's 13
Verbruikswaarden 16
Onderhoud en reiniging 17
Problemen oplossen 20
Technische gegevens 22
Montage 23
Aansluiting aan het elektriciteitsnet 24
Milieubescherming 24
IKEA GARANTIE 25
Wijzigingen voorbehouden
Veiligheidsinformatie
Lees voor uw eigen veiligheid en correcte
werking van het apparaat eerst deze
handleiding aandachtig door, alvorens het
apparaat te installeren en te gebruiken. Be-
waar deze instructies altijd bij het apparaat,
zelfs wanneer u het verplaatst of verkoopt.
Gebruikers moeten volledig op de hoogte zijn
van de bediening en veiligheidsfuncties van
het apparaat.
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor
schade die door onjuiste installatie en onjuist
gebruik veroorzaakt is.
Veiligheid van kinderen en kwetsbare
mensen
Mensen, met inbegrip van kinderen, met be-
perkte lichamelijke, zintuiglijke of verstan-
delijke vermogens of gebrek aan ervaring
en kennis, mogen dit apparaat niet gebrui-
ken. Zij moeten onder toezicht staan of in-
structies krijgen over het gebruik van dit ap-
paraat van iemand die verantwoordelijk is
voor hun veiligheid.
Houd alle verpakkingsmateriaal buiten het
bereik van kinderen. Er bestaat een gevaar
voor verstikking.
Bewaar alle afwasmiddelen op een veilge
plaats. Laat kinderen de afwasmiddelen
niet aanraken.
Zorg ervoor dat kinderen of huisdieren niet
in de trommel kunnen klimmen Controleer
de trommel vóór gebruik.
Dit apparaat heeft hij een speciale functie
om te voorkomen dat kinderen of huisdieren
binnen in deze machine vast komen te zit-
ten.
Om deze functie te
activeren draait u
de knop (zonder
deze in te drukken)
aan de binnenkant
van de deur naar
rechts tot de groef
horizontaal staat.
Gebruik zo nodig
een muntstuk
Om deze functie uit
te schakelen en de
mogelijkheid te her-
stellen om de deur
te sluiten, draait u
de knop naar links
tot de groef verti-
caal staat.
Algemene veiligheid
Verander de specificaties van dit product
niet en wijzig het niet Risico op letsel en be-
schadiging van het apparaat.
Als de machine in de winter wordt afgele-
verd, als de temperatuur onder nul is, zet de
wasmachine dan 24 uur in een ruimte met
kamertemperatuur voordat u hem in ge-
bruik neemt. Lees het hoofdstuk 'Bevrie-
zingsgevaren'.
Dit apparaat is bedoeld voor gebruik bij
normale kamertemperatuur. Fabrikant is
niet verantwoordelijk voor bevriezingsscha-
de.
NEDERLANDS 4
Trek na gebruik, reiniging en onderhoud
van de machine altijd de stekker uit het
stopcontact en draai de kraan dicht
Montage
Een gekwalificeerd en bekwaam persoon
moet de elektrische installatie en het lood-
gieterswerk uitvoeren.
Dit apparaat is zwaar. Let op bij het ver-
plaatsen.
Controleer of het apparaat niet beschadigd
is tijdens het transport Sluit een beschadigd
apparaat niet aan. Neem indien nodig con-
tact op met de Klantenservice.
Verwijder de verpakking en de transport-
bouten vóór het eerste gebruik. Het appa-
raat en de naastgelegen keukenkastjes of
meubels kunnen anders beschadigen.
Wij raden u aan alle transportbeveiligingen
te bewaren, zodat zij kunnen worden ge-
monteerd als de machine ooit nog eens
moet worden vervoerd. Raadpleeg de re-
levante stappen van de installatie-instruc-
ties.
Leg nooit karton, hout of iets dergelijks on-
der het apparaat om oneffenheden van de
vloer te compenseren.
Plaats het apparaat waterpas en draai de
sluitmoeren vast om trillingen, lawaai of ver-
schuiving van het apparaat tijdens de werk-
ing te voorkomen.
Als het apparaat op een vloer met vloerbe-
dekking wordt geïnstalleerd, stel de voetjes
dan zo af dat de lucht vrij onder het appa-
raat kan circuleren.
Controleer of het apparaat niet op de toe-
voer- en afvoerslang staat en of het werk-
blad of de achterkant van het apparaat het
aansluitsnoer niet platdrukt tegen de muur.
Let er altijd op of er na de installatie geen
water lekt uit de slangen en de aansluitin-
gen
Als het apparaat geïnstalleerd is op een
plaats waar het kan vriezen, lees dan het
hoofdstuk 'Bevriezingsgevaren'.
Gebruik
Dit apparaat is uitsluitend bestemd voor
huishoudelijk gebruik. Gebruik het appa-
raat niet voor commerciële of industriële
doeleinden, of voor enig ander doel.
Dit apparaat mag alleen gerepareerd wor-
den door een erkende servicemonteur Ge-
bruik alleen originele reserveonderdelen.
Kijk naar de wasvoorschriften op de etiket-
ten op elk item (uw kleding) voordat u de
stukken wast.
Doe niet te veel wasgoed in de machine Zie
de "Wasprogramma"-tabel
Voordat u gaat wassen, dient u ervoor te
zorgen dat alle zakken leeg zijn en dat alle
knopen en ritsen dicht zijn
• Voorwerpen als munten, veiligheidsspel-
den, spijkers, schroeven, stenen of andere
harde, scherpe materialen kunnen grote
schade aan het apparaat toebrengen en
mogen niet in het apparaat terechtkomen.
Behandel vlekken van verf, inkt, roest en
gras voor het wassen.
Gebruik alleen de aanbevolen hoeveelheid
wasverzachter en wasmiddel Als u te veel
doseert, kunnen kledingstukken beschadigd
raken. Raadpleeg de aanbevelingen van
de fabrikant met betrekking tot de hoeveel-
heden.
Was kleine artikelen zoals sokken, veters,
wasbare ceintuurs enz. in een waszak of
kussensloop, omdat deze tussen de kuip en
de trommel terecht kunnen komen.
Gebruik uw apparaat niet om artikelen met
baleinen, materialen zonder zoom of ge-
scheurde materialen te wassen. Beugelbe-
ha's mogen NIET machinaal worden gewas-
sen.
Kledingstukken die in aanraking zijn ge-
weest met vluchtige petroleumproducten
mogen niet in het apparaat gewassen wor-
den. Als vluchtige reinigingsvloeistoffen zijn
gebruikt, dient u ervoor te zorgen dat de
vloeistof uit het kledingstuk is verwijderd
voordat u het in de machine doet.
NEDERLANDS 5
Het water dat wij gebruiken bevat gewoon-
lijk kalk Het is aan te bevelen om regelmatig
een waterontharder in de machine te ge-
bruiken. Doe dit apart van het wassen van
wasgoed en volgens de aanwijzingen van
de fabrikant van de waterontharder. Hier-
mee voorkomt u de vorming van kalkaan-
slag en wordt uw machine efficiënter.
Trek de stekker nooit aan het snoer uit het
stopcontact; maar aan de stekker zelf
Gebruik de wasmachine nooit als het aan-
sluitsnoer, het bedieningspaneel, het werk-
blad of de sokkel beschadigd zijn, zodat de
binnenkant van de wasmachine toeganke-
lijk is.
Watertoevoer
Dit apparaat moet aangesloten worden op
een koud watertoevoer
Gebruik geen aansluitslangen van een oud
apparaat voor de watertoevoer.
De waterdruk moet zich binnen de grenzen
bevinden (zie tabel in het hoofdstuk 'Tech-
nische gegevens'). Zorg er voor dat uw wa-
terleidingbedrijf u de gemiddelde leiding-
waterdrukwaarden in uw omgeving geeft
Zorg er voor dat er geen deuken in de wa-
tertoevoerslang zitten en dat de slang niet
is geknakt of ingedeukt
Voordat u de machine aan nieuwe leidin-
gen aansluit, of aan leidingen die lange tijd
niet zijn gebruikt, moet u een aanzienlijke
hoeveelheid water gebruiken om vuil dat
zich in de leidingen heeft opgehoopt, weg
te spoelen.
Draai de toevoerslang aan de achterkant
van het apparaat naar links of rechts om de
installatie te vergemakkelijken.
De toevoerslang mag niet worden verlengd
Als de slang te kort is en u de kraan niet wilt
verplaatsen, zult u een nieuwe, langere
slang moeten kopen die speciaal voor dit
doel is gemaakt
Draai voordat de kraan wordt openge-
draaid de ringmoer vast om lekkage te
voorkomen.
Waterafvoer
Zorg ervoor dat het uiteinde van de af-
voerslang niet kan losschieten als de was-
automaat aan het leeglopen is. U kunt de
slang met een stuk touw aan de kraan vast-
binden of aan de wand bevestigen
De afvoerslang moet op een hoogte worden
geplaatst van niet lager dan 44 cm en niet
hoger dan 90 cm. Raadpleeg de installatie-
instructies.
Onderhoud en reiniging
Schakel het apparaat uit en trek de stekker
uit het stopcontact voordat u onderhouds-
handelingen verricht.
Maak de buitenkant van het apparaat al-
leen schoon met water en zeep, droog het
daarna grondig af
De lade voor was- en nabehandelingsmid-
delen moet regelmatig worden schoonge-
maakt
Inspecteer de pomp regelmatig en met na-
me als:
de machine niet pompt en/of niet centri-
fugeert
de machine tijdens het pompen een ab-
normaal geluid maakt als gevolg van vei-
ligheidsspelden, munten, enz. die de
pomp blokkeren.
Verwijder het pompdeksel nooit tijdens een
wascyclus. Wacht altijd tot het apparaat het
water heeft weggepompt. Wacht als u een
hoge temperatuur voor een wasprogramma
heeft gekozen tot het water is afgekoeld.
Zorg ervoor dat de pompafdekking weer
stevig is vastgezet om lekkages te voorko-
men.
NEDERLANDS 6
Beschrijving van het product
1
2
3
4
5
6
1 Wasmiddellade
2 Bedieningspaneel
3 Deurhandgreep
4 Typeplaatje
5 Afvoerpomp
6 Verstelbare pootjes
Wasmiddellade
Vakje voor wasmiddel voor de voorwas-
en inweekfase of voor vlekkenverwijderaar
die gebruikt wordt tijdens de vlekkenverwij-
deringsfase (indien beschikbaar). Het voor-
was- en inweekmiddel wordt het begin van
het wasprogramma ingespoeld De vlekken-
verwijderaar wordt tijdens de VLEKKEN-fa-
se ingespoeld
Vakje voor waspoeder of vloeibaar was-
middel voor de hoofdwas. Als u vloeibaar
wasmiddel gebruikt, schenk dit net voor het
begin van het programma in.
Vakje voor vloeibare toevoegingen (was-
verzachter, stijfsel).
Volg de aanbevelingen van de fabri-
kant op voor wat betreft de te gebrui-
ken hoeveelheden en overschrijd het «MAX»
teken in de wasmiddellade niet. Wasver-
zachter of stijfsel moeten in het vakje voor
vloeibare toevoegingen worden gegoten
voordat u het wasprogramma start
NEDERLANDS 7
Bedieningspaneel
Hieronder staat een afbeelding van het bedieningspaneel Het laat de programmakeuze-
knop zien alsook de toetsen en indicatielampjes. Deze onderdelen worden weergegeven
met relevante nummers en op de volgende pagina's uitgelegd
1 2 3 4 5 6 7
1 Programmakeuzeknop
2 Toets KORT CENTRIFUGEREN
3 Multi-Functie toets
4 Toets Extra spoelen
5 Toets Start/Pauze
6 Toets uitgestelde start
7 Indicatielampjes programma
Tabel met symbolen
= Katoen
= Aan/Uit - Reset
= Economy (zuinig)
= Spoelstop
= Koude was = Opties
= Synthetica = Voorwas
= Strijkvrij = Snelle was
= Lage temp. = Extra spoelen
= Wol = Uitgestelde start
= Handwas = Hoofdwas
= Spoelgangen = Einde programma
= Waterafvoer = Start/Pauze
= Centrifugeren
Programmakeuzeknop Hiermee kunt u het apparaat aan/uit schakelen en/of een pro-
gramma selecteren.
NEDERLANDS 8
Toets KORT CENTRIFUGE-
REN
Door op deze toets te drukken kunt u de centrifugesnelheid van
het geselecteerde programma wijzigen
Optie spoelstop: als u deze optie kiest wordt het laatste spoel-
water niet weggepompt, om te voorkomen dat het wasgoed
kreukelt. Voordat de deur wordt geopend, moet het water
worden weggepompt Om het water weg te pompen leest u
paragraaf «Aan het einde van het programma».
Multi-Functie toets: lMet deze toets kunt u slechts één van de opties selecteren. Het
desbetreffende lampje licht op
Voorwas: als u deze optie kiest, voert de machine een voor-
wascyclus uit voordat de hoofdwasfase begint. De wastijd zal
worden verlengd Deze optie wordt aanbevolen voor sterk
vervuild wasgoed
Super snel: een erg korte cyclus voor licht bevuilde kleding-
stukken die maar korte tijd zijn gebruikt of gedragen.
Toets Extra spoelen Dit apparaat is ontworpen om water te besparen. Als het nood-
zakelijk is het wasgoed te spoelen met een extra hoeveelheid
water (extra spoelgang), kiest u deze optie De machine voert
enkele extra spoelgangen uit Deze optie wordt aanbevolen
voor personen die allergisch zijn voor wasmiddelen en in ge-
bieden waar het water erg zacht is
Toets Start/Pauze Met deze toets kunt u het geselecteerde wasprogramma starten
of onderbreken.
Toets uitgestelde start Met deze toets kunt u de start van het programma 3, 6 of 9 uur
uitstellen.
Indicatielampjes programma
7.1
7. 2
7. 3
Bij het selecteren van een wasprogramma gaan de lampjes 7.1
en 7.2 branden.
Als u op knop 5 heeft gedrukt dan blijft alleen het lichtje van het
lopende programma branden.
Het apparaat begint te werken en de deur is vergrendeld.
Het lampje 7.3 brandt aan het einde van de wascyclus. Na een
paar minuten kan de deur geopend worden
Belangrijk! Als het pompprogramma wordt geselecteerd gaat
een lampje branden.
Het eerste gebruik
1. Zorg ervoor dat de elektrische aansluiting
en de wateraansluiting voldoen aan de in-
stallatie-instructies
2. Haal al het wasgoed uit de trommel.
3. Giet 2 liter water in het vakje voor het
hoofdwasmiddel
van de wasmiddella-
de, teneinde de spaarklep te activeren.
NEDERLANDS 9
Laat vervolgens het katoenprogramma op
de hoogste temperatuur draaien, zonder
wasgoed in de machine, zodat eventuele
fabricageresten uit de trommel en de kuip
worden verwijderd.
Giet een halve maatbeker wasmiddel in
het vakje voor de hoofdwas en start de
machine.
Dagelijks gebruik
Open de deur.
Open de deur voorzichtig door de handgreep
naar buiten te trekken
Wasgoed in de machine doen
Doe het wasgoed
stuk voor stuk in de
trommel; schud het
eerst zo goed moge-
lijk uit.
Sluit de vuldeur goed
door de vuldeur aan
te drukken.
Wasmiddel en wasverzachter doseren
1
Doe het wasmiddel
in het vak voor de
hoofdwas
of in
een ander vak als het
geselecteerde pro-
gramma/de optie dit
vereist (zie voor meer
informatie 'Wasmid-
deldoseervakje').
Zie voor de juiste
hoeveelheid was-
middel 'Graden van
waterhardheid'.
2
Doe wasverzachter
in het bakje
(de
gebruikte hoeveel-
heid mag het “MAX”
teken in de lade niet
overschrijden).
Schuif de wasmiddellade er weer
voorzichtig in
Kies het gewenste programma met de
programmakeuzeknop (1)
Het apparaat staat nu aan. Het indicatielamp-
je van toets 5 gaat knipperen.
Aan het einde van het programma moet de
programmakeuzeknop op stand O , om de
machine uit te schakelen.
Zie voor de beschrijving van elke wascy-
clus, de mogelijke combinaties van was-
programma's en de opties, het hoofdstuk
«Wasprogramma's.
Let op! Als u de programmakeuzeknop
op een ander programma zet, wanneer
de machine in werking is, gaat het rode
indicatielampje van de toets 5, 3 keer
knipperen om aan te geven dat er een
verkeerde keuze is gemaakt. De machine zal
het nieuw gekozen programma niet uitvoeren.
Verlaag de centrifugesnelheid door op toets
2 te drukken
Wanneer het gewenste programma is geko-
zen, stelt uw machine automatisch het maxi-
male centrifugetoerental voor dat programma
voor.
Druk herhaaldelijk op toets 2 om de centrifu-
gesnelheid te veranderen, als u wilt dat uw
wasgoed op een andere snelheid wordt ge-
centrifugeerd. Het desbetreffende lampje licht
op
Selecteer de beschikbare opties door te
drukken op toetsen 2, 3 en 4
Afhankelijk van het programma, kunnen er
verschillende functies gecombineerd worden.
Deze functies moeten geselecteerd worden,
nadat u het gewenste programma gekozen
heeft en voordat het programma start
NEDERLANDS 10
Als deze toetsen worden ingedrukt, gaan de
bijbehorende indicatielampjes aan. Als zij op-
nieuw worden ingedrukt, gaan de indicatie-
lampjes uit. Als er een verkeerde optie is ge-
kozen, knippert het geïntegreerde rode indi-
catielampje van de toets 5, 3 keer.
Zie voor de mogelijke combinaties van
wasprogramma's en opties hoofdstuk
"Wasprogramma's"
Selecteer de uitgestelde start door op toets
6 te drukken
Als u de start wilt uitstellen, druk dan herhaal-
delijk op toets 6, voordat u de machine start,
om het gewenste uitstel te selecteren. Het des-
betreffende lampje licht op
U moet deze optie kiezen nadat u het pro-
gramma hebt ingesteld en voordat u het pro-
gramma start
U kunt de vertragingstijd te allen tijde annule-
ren, voordat u toets 5 indrukt.
De uitgestelde start kiezen
1. Kies het programma en de gewenste op-
ties
2. Selecteer de uitgestelde start door op toets
6 te drukken.
3. Druk op knop 5:
de machine begint de tijd af te tellen.
Het programma zal beginnen als het ge-
kozen uitstel is afgelopen
De uitgestelde start annuleren nadat u het
programma gestart heeft
1. Zet de wasmachine op PAUZE door op
toets 5 te drukken.
2. Druk éénmaal op toets 6, het lampje van
het gekozen startuitstel gaat uit
3. Druk nogmaals op toets 5 om het program-
ma te starten.
De functie Uitgestelde Start kan niet geselec-
teerd worden bij het programma POMPEN.
Belangrijk! Het gekozen uitstel kan alleen
veranderd worden nadat u het
wasprogramma opnieuw gekozen heeft
De deur blijft gedurende het uitstel vergren-
deld Als u de deur toch wilt openen, moet u de
wasmachine eerst op PAUZE zetten (door op
toets 5 te drukken) en een paar minuten te
wachten. Nadat u de deur weer gesloten heeft
drukt u weer op de toets 5.
Start het programma door te drukken op
toets 5
Druk op toets 5 om het gekozen programma
te starten. Het bijbehorende rode indicatie-
lampje stopt met knipperen. Het indicatie-
lampje voor het lopende programma gaat
branden. Het apparaat begint te werken en
de deur is vergrendeld.
Om een lopend programma te onderbreken
drukt u op toets 5: het bijbehorende groene
indicatielampje begint te knipperen.
Om het programma opnieuw te starten vanaf
het punt waarop het werd onderbroken, toets
5 nogmaals indrukken. Als u een uitgestelde
start gekozen heeft, begint de machine af te
tellen.
Als er een verkeerde optie is gekozen, knip-
pert het geïntegreerde rode indicatielampje
van de toets 5, 3 keer.
Een optie of lopend programma wijzigen
Het is mogelijk om een optie te veranderen
voordat het programma deze uitvoert
Voordat u iets kunt veranderen, moet u de
wasmachine laten pauzeren door op de toets
5 te drukken.
U kunt een lopend programma alleen veran-
deren door het te resetten Draai de program-
makeuzeknop naar O en vervolgens op de
stand van het nieuwe programma. Start het
nieuwe programma door nogmaals op toets 5
te drukken. Het water in de kuip zal niet wor-
den weggepompt
Een programma onderbreken
Druk op toets 5 om een lopend programma te
onderbreken. Het bijbehorende groene indi-
catielampje begint te knipperen.
Druk nogmaals op de toets om het programma
opnieuw te starten
NEDERLANDS 11
Een programma annuleren
Zet de programmakeuzeknop op O om een
lopend programma te annuleren.
U kunt nu een nieuw programma kiezen
De deur openen
Nadat het programma gestart is, is de deur
vergrendeld. Als u de deur toch wilt openen,
moet u de wasmachine eerst op PAUZE zetten
door op toets 5 te drukken. Na een paar mi-
nuten kan de deur worden geopend.
Als de deur niet kan worden geopend, bete-
kent dit dat de machine al aan het opwarmen
was of dat het waterniveau te hoog is. Probeer
in ieder geval de deur niet te forceren
Als u de deur niet kunt openen terwijl dit toch
nodig is, schakelt u de machine uit door de
keuzeknop op O . Na een paar minuten kan
de deur geopend worden (let op het waterni-
veau en de temperatuur!).
Nadat u de deur gesloten heeft, moet u het
programma en de opties opnieuw kiezen en
op toets 5 drukken.
aan het einde van het programma
Het apparaat stopt automatisch. Het indica-
tielampje van knop 5 en het bijbehorende in-
dicatielampje van de net beëindigde wasfase
gaat uit. Het indicatielampje 7.3 gaat aan. Na
een paar minuten kan de deur geopend wor-
den
Als er een programma of optie wordt gekozen
waarbij het water in de trommel niet wordt
weggepompt, gaat lampje 7.3 branden maar
blijft de deur vergrendeld om aan te geven dat
het water eerst moet worden weggepompt
voordat de deur geopend kan worden.
Volg onderstaande instructies om het water af
te voeren:
1. Draai de programmakeuzeknop naar O .
2. Kies programma POMPEN of CENTRIFU-
GEREN.
3. Verlaag indien nodig het centrifugetoe-
rental met toets 2.
4. Druk op knop 5.
Aan het einde van het programma kan de
deur worden geopend. Draai de programma-
keuzeknop naar O om de machine uit te scha-
kelen.
Verwijder het wasgoed uit de trommel en con-
troleer goed of de trommel helemaal leeg is.
Als u niet van plan bent om nog een was te
doen, sluit dan de waterkraan. Laat de deur
open staan om de vorming van schimmel en
onaangename luchtjes te voorkomen.
Stand-by : zodra het programma is af-
gelopen wordt het energiebesparende
systeem geactiveerd en gaan de controle-
lampjes aan. Door op een willekeurige toets te
drukken haalt u het apparaat uit de energie-
besparende modus.
Nuttige aanwijzingen en tips
De was sorteren
Houd u aan de wassymbolen op de etiketten,
waarvan elk kledingstuk voorzien is, en de
wasvoorschriften van de fabrikant. Sorteer het
wasgoed als volgt wit, bont, synthetisch, fijne
was, wol
Vlekken verwijderen
De kans bestaat dat hardnekkige vlekken niet
kunnen worden verwijderd met alleen water
en wasmiddel Het is daarom aan te bevelen
vlekken eerst te behandelen alvorens het kle-
dingstuk te wassen
Bloed: behandel verse bloedvlekken met koud
water Laat opgedroogde vlekken een nacht in
water met een vlekkenverwijderaar inweken;
daarna de vlek met het sop uitwassen.
Verf op oliebasis: bevochtig de vlek met was-
benzine, leg het kledingstuk op een zachte
doek en dep de vlek; meerdere malen behan-
delen.
Opgedroogde vetvlekken: bevochtig de vlek
met terpentine, leg het kledingstuk op een
zacht oppervlak en dep de vlek met de vin-
gertoppen en een katoenen doek.
Roest: oxaalzuur opgelost in warm water of
een roestverwijderingsproduct dat koud wordt
gebruikt. Wees voorzichtig met oude roest-
vlekken omdat de cellulosestructuur in dat ge-
val beschadigd zal zijn en de kans groot is dat
de vlek een gat wordt
NEDERLANDS 12
Schimmelvlekken: behandel de vlek met
bleekmiddel; goed uitspoelen (alleen witte en
kleurechte weefsels).
Gras: licht inzepen en de vlek met bleekmiddel
behandelen (alleen witte en kleurechte weef-
sels).
Balpeninkt en lijm: bevochtig met aceton
1)
, leg
het kledingstuk op een zachte doek en dep de
vlek.
Lippenstift: bevochtig de vlek met aceton zoals
hierboven, vervolgens de vlekken met brand-
spiritus behandelen Behandel evt. achterge-
bleven sporen met bleekmiddel
Rode wijn: laten inweken in water en wasmid-
del, uitspoelen en behandelen met azijnzuur
of citroenzuur, vervolgens uitspoelen. Behan-
del evt. achtergebleven sporen met bleekmid-
del
Inkt: bevochtig de stof afhankelijk van het type
inkt eerst met aceton
1)
, en dan met azijnzuur;
behandel evt. achtergebleven sporen op wit
textiel met bleekmiddel, daarna grondig uit-
spoelen.
Teervlekken: eerst behandelen met vlekken-
verwijderaar, brandspiritus of wasbenzine,
vervolgens inwrijven met reinigingspasta.
Graden van waterhardheid
De hardheid van water wordt geclassificeerd
in zogenaamde 'hardheidsgraden'. Informatie
over de hardheid van het water in uw omge-
ving kan worden verkregen bij het desbetref-
fende waterleidingbedrijf
Kenmerk
Graden van waterhardheid
Duits °dH Frans °T.H
Zacht 0-7 0-15
Rosé 8-14 16-25
Hard 15-21 26-37
Erg hard > 21 > 37
Een waterontharder moet worden toegevoegd als het water een gemiddeld-hoge hard-
heidsgraad heeft. Volg de instructies van de fabrikant op. De hoeveelheid wasmiddel kan
altijd worden aangepast (verlaagd) aan de hardheidsgraad.
Wasprogramma's
Controleer altijd de wasvoorschriften in het etiket van uw kleding en selecteer op basis
hiervan een wasprogramma.
1) (*) gebruik geen aceton op kunstzijde
NEDERLANDS 13
Programma/
Temperatuur
Kenmerk
wasgoed
Cyclus
Beschrijving
Max. belading
Gered. lading
1)
Beschikbaar
Opties
Wasmiddel
Vakje
KATOEN
90°-60°
Voor wit katoen
(sterk-normaal ver-
vuild wasgoed).
Hoofdwas
Spoelgan-
gen
Max. laatste
centrifuge
bij 1200 tpm
6 kg
3 kg
1)
CENTRIFU-
GEREN
SPOELSTOP
Voorwas
Super snel
EXTRA
SPOELEN
2)
KATOEN ECO
60°
Witte en kleurechte
katoen zuinig, licht-
zwaar vervuild was-
goed, shirts, onder-
goed.
Hoofdwas
Spoelgan-
gen
Max. laatste
centrifuge
bij 1200 tpm
6 kg
CENTRIFU-
GEREN
SPOELSTOP
Voorwas
EXTRA
SPOELEN
2)
KATOEN
40°-30°-
Koud
Bont katoen (nor-
maal-licht vervuild
wasgoed).
Hoofdwas
Spoelgan-
gen
Max. laatste
centrifuge
bij 1200 tpm
6 kg
3 kg
1)
CENTRIFU-
GEREN
SPOELSTOP
Voorwas
Super snel
EXTRA
SPOELEN
2)
SYNTHETICA
60°-40°-30°-
Koud
Synthetische of ge-
mengde stoffen: on-
dergoed, gekleurde
kledingstukken,
krimpvrije overhem-
den, blouses.
Hoofdwas
Spoelgan-
gen
Max. laatste
centrifuge
bij 900 tpm
3 kg
1,5 kg
1)
CENTRIFU-
GEREN
SPOELSTOP
Voorwas
Super snel
EXTRA
SPOELEN
2)
STRIJKVRIJ
40°
Synthetische stoffen:
als deze optie wordt
geselecteerd wordt
het wasgoed behoed-
zaam gewassen en
gecentrifugeerd om
kreuken te voorko-
men. Op deze manier
kunt u gemakkelijker
strijken. Bovendien zal
de machine extra
spoelgangen uitvoe-
ren.
Hoofdwas
Spoelgan-
gen
Max. laatste
centrifuge
bij 900 tpm
1,5 kg
CENTRIFU-
GEREN
SPOELSTOP
Voorwas
EXTRA
SPOELEN
2)
NEDERLANDS 14
Programma/
Temperatuur
Kenmerk
wasgoed
Cyclus
Beschrijving
Max. belading
Gered. lading
1)
Beschikbaar
Opties
Wasmiddel
Vakje
LAGE TEMP.
40°-30°-
Koud
Fijne was: bijvoor-
beeld vitrages.
Hoofdwas
Spoelgan-
gen
Max. laatste
centrifuge
bij 700 tpm
3 kg
1,5 kg
1)
CENTRIFU-
GEREN
SPOELSTOP
Voorwas
Super snel
EXTRA
SPOELEN
2)
WOL
40°
Speciaal programma
voor wollen kleding-
stukken met het label
'zuiver wol, anti-
krimp, wasbaar in de
machine'.
Hoofdwas
Spoelgan-
gen
Max. laatste
centrifuge
bij 900 tpm
2 kg
CENTRIFU-
GEREN
SPOELSTOP
HANDWAS
30° - Koud
Speciaal programma
voor fijne weefsels
voorzien van het sym-
bool "handwas".
Hoofdwas
Spoelgan-
gen
Max. laatste
centrifuge
bij 900 tpm
2 kg
CENTRIFU-
GEREN
SPOELSTOP
SPOELGAN-
GEN
Met dit programma is
het mogelijk om ka-
toenen kledingstukken
die met de hand ge-
wassen zijn uit te
spoelen en te centrifu-
geren. De machine
voert enkele spoel-
gangen uit, gevolgd
door een laatste cen-
trifugegang. De cen-
trifugesnelheid kan
verlaagd worden.
Spoelgan-
gen
Max. laatste
centrifuge
bij 1200 tpm
6 kg
CENTRIFU-
GEREN
SPOELSTOP
EXTRA
SPOELEN
WATERAF-
VOER
Om het laatste spoel-
water af te voeren bij
programma's met de
Spoelstop-optie
Afvoeren
van het wa-
ter
6 kg
NEDERLANDS 15
Programma/
Temperatuur
Kenmerk
wasgoed
Cyclus
Beschrijving
Max. belading
Gered. lading
1)
Beschikbaar
Opties
Wasmiddel
Vakje
CENTRIFUGE-
REN
Aparte centrifuge-
gang voor kleding-
stukken die met de
hand gewassen zijn
en na programma's
met de Spoelstop-op-
tie U kunt de snelheid
met behulp van de be-
treffende toets aan-
passen aan de weef-
sels die gecentrifu-
geerd moeten wor-
den.
Max. laatste
centrifuge
bij 1200 tpm
6 kg
CENTRIFU-
GEREN
1) Als u de optie SUPER SNEL kiest, adviseren wij u de maximale belading te beperken, zoals aangegeven.
(Gered. lading = gereduceerde lading). Volledige belading is mogelijk, de wasresultaten zullen echter
minder goed zijn.
2) Als u gebruik maakt van vloeibaar wasmiddel, moet u een programma zonder VOORWAS selecteren.
Verbruikswaarden
Programma Energieverbruik
(kWh)
Waterverbruik (liter) Programmaduur
(Minuten)
1)
Witte katoen 90° 2 61 140
Katoen 60° 1.3 58 125
Katoen ECONOMY
60°
2)
1.02 45 155
Katoen 40° 0.75 58 120
Synthetische stoffen
40°
0.5 47 80
Fijne was 40° 0.55 58 70
Wol 40° 0.45 55 60
Handwas 30° 0.3 58 55
1) Zonder voorwasoptie geselecteerd.
2) Het programma "Katoen ECONOMY" op 60°C met een belading van 6 kg is het referentieprogramma
voor de gegevens die op het energielabels staan, overeenkomstig de richtlijnen CEI 456.
De verbruiksgegevens in deze tabel zijn slechts richtlijnen, ze kunnen variëren afhankelijk
van de hoeveelheid en soort wasgoed, de temperatuur van het aangevoerde water en de
omgevingstemperatuur
NEDERLANDS 16
Onderhoud en reiniging
Waarschuwing! Schakel het apparaat
uit voordat u reinigings- of
onderhoudswerkzaamheden uitvoert.
Onderhoudswasbeurt
Bij wasbeurten op lage temperaturen is het
mogelijk dat er aanslag aan de binnenkant
van de trommel blijft zitten
Wij raden u daarom aan regelmatig een on-
derhoudswasbeurt uit te voeren
Ga als volgt te werk
Moet de trommel leeg zijn
Moet u het heetste wasprogramma voor ka-
toen kiezen
Gebruik een normale hoeveelheid wasmid-
del, dit moet waspoeder zijn met biologi-
sche eigenschappen
De wasmiddellade en de uitsparing
schoonmaken
1
Verwijder de lade
door de vergrende-
ling naar beneden te
drukken en de lade
naar buiten te trek-
ken.
2
Om het schoonma-
ken te vergemakke-
lijken kan het boven-
ste gedeelte van het
vakje voor nabehan-
delingsmiddelen ver-
wijderd worden.
3 Met een borsteltje
kunt u de uitsparing
schoonmaken en alle
resten waspoeder
verwijderen.
4
Spoel de lade af on-
der een kraan om
eventuele resten
waspoeder te verwij-
deren.
5
Gebruik het borstel-
tje om de uitsparing
schoon te maken, zo
zorgt u er voor dat
alle resten waspoe-
der verwijderd wor-
den van de boven en
onderkant van de
uitsparing.
Plaats de lade na het
schoonmaken weer
terug in de uitsparing
en een laat een
spoelprogramma lo-
pen zonder wasgoed
in de trommel om
eventuele resten te
verwijderen.
De pomp schoonmaken
Ga hiervoor als volgt te werk
NEDERLANDS 17
1
A
B
Plaats een opvang-
bak dichtbij de pomp
(A) om het vrijkomen-
de water op te van-
gen.
2
Trek de noodaf-
voerslang (B) naar
buiten, plaats hem in
de opvangbak en
verwijder de dop.
3
Als er geen water
meer naar buiten
komt, het deksel van
de pomp (A) los-
schroeven en verwij-
deren. Houd altijd
een oude doek bij de
hand om het eventu-
eel gemorste water
te kunnen opvegen
als u de pomp ver-
wijdert
4
Verwijder eventuele
voorwerpen uit het
schoepenrad van de
pomp, door dit rond
te draaien
5
Gebruik een potlood
om te controleren of
het pompwiel aan de
achterkant van de
behuizing van de
pomp kan draaien.
(Het is normaal dat
het pompwiel schok-
kerig draait). Neem
contact op met de
klantenservice als het
pompwiel niet kan
draaien.
6
Plaats de dop terug
op de noodafvoers-
lang en zet de slang
terug op zijn plaats
Schroef de pomp
weer helemaal vast
De watertoevoerfilters schoonmaken
Als het apparaat niet met water wordt gevuld
of als het lang duurt voordat het water wordt
gevuld, gaat het indicatielampje van de start-
knop rood knipperen. Controleer of de water-
toevoerfilters geblokkeerd zijn (zie hoofdstuk
"Wat te doen als..." voor meer informatie).
Ga hiervoor als volgt te werk:
1
Draai de water-
kraan dicht.
•Schroef de slang
van de kraan.
Reinig het zeefje in
de slang met een
harde borstel.
Schroef de water-
toevoerslang weer
op de kraan.
NEDERLANDS 18
2
Schroef de slang van de machine. Houd
een oude doek bij de hand om eventueel
gemorst water te kunnen opvegen.
Maak het filter in de klep schoon met een
stevige borstel of met een doek.
3
35°
45°
Draai de toevoers-
lang aan de ach-
terkant van het
apparaat naar
links of rechts om
de installatie te
vergemakkelijken.
Plaats de sluitmoer
op de juiste manier
om waterlekkage
te voorkomen.
Draai de water-
kraan open.
Voorzorgsmaatregelen bij vorst
Als de machine wordt blootgesteld aan tem-
peraturen onder 0°C, dient u enkele voor-
zorgsmaatregelen te treffen.
Draai de waterkraan dicht.
Schroef de watertoevoerslang los
Plaats het uiteinde van de noodafvoerslang
en van de toevoerslang in een op de vloer
geplaatste opvangbak en laat het aanwe-
zige water weglopen
Schroef de watertoevoerslang weer aan de
kraan en zet de noodafvoerslang weer op
zijn plaats na eerst de stop te hebben te-
ruggeplaatst
Als u de machine opnieuw wilt starten, con-
troleer dan of de omgevingstemperatuur
boven de 0°C ligt.
Belangrijk! Elke keer als u het water afvoert
met behulp van de noodafvoerslang, moet u 2
liter water in het vakje voor het
hoofdwasmiddel van de wasmiddellade
gieten en daarna het programma POMPEN
laten draaien Dit schakelt de SPAARKLEP-
voorziening in, waarmee voorkomen wordt
dat een gedeelte van het wasmiddel bij de
volgende wasbeurt ongebruikt blijft
Machine legen in geval van nood
Ga, als het water niet wordt afgevoerd, als
volgt te werk om de machine leeg te laten lo-
pen:
trek de stekker uit het stopcontact
draai de waterkraan dicht.
wacht indien nodig totdat het water is af-
gekoeld
open het pompdeurtje
zet een opvangbak op de vloer en houd het
uiteinde van de noodafvoerslang in de bak
Trek de stop eruit Het water zou door de
zwaartekracht in de opvangbak moeten lo-
pen Plaats als de opvangbak vol is de stop
terug op de slang Gooi de opvangbak leeg
Herhaal deze procedure totdat er geen wa-
ter meer uit de slang komt
reinig indien nodig de pomp, zoals hierbo-
ven beschreven
plaats de stop terug op de noodafvoerslang
en zet de slang terug op zijn plaats
schroef het pompdeksel vast en sluit het
deurtje
NEDERLANDS 19
Problemen oplossen
Het apparaat start of stopt niet tijdens de
werking. Het is mogelijk dat het rode indica-
tielampje van toets 5 knippert om aan te ge-
ven dat de machine niet werkt.
Controleer eerst de hieronder staande chec-
klist, voordat u contact opneemt met onze
Klantenservice.
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
De machine
start niet:
De deur is niet gesloten (rode indi-
catielampje toets 5 knippert).
Doe de deur stevig dicht.
De stekker zit niet goed in het stop-
contact.
Steek de stekker in het stopcontact.
Er staat geen spanning op het stop-
contact.
Controleer de elektrische installatie
in uw woning.
De hoofdzekering is doorgebrand. Vervang de zekering.
De programmakeuzeknop is niet
goed ingesteld en er is niet op toets
5 gedrukt.
Draai de keuzeknop en druk nog-
maals op toets 5.
De uitgestelde start is gekozen. Als het wasgoed meteen gewassen
moet worden, annuleer dan de uit-
gestelde start.
De machine
wordt niet met
water gevuld:
De waterkraan is dicht. (Het rode in-
dicatielampje toets 5 knippert).
Draai de waterkraan open.
De toevoerslang is bekneld of ge-
knikt (Het rode indicatielampje toets
5 knippert).
Controleer de aansluiting van de
watertoevoerslang.
Het filter in de toevoerslang of het
inlaatventielfilter is verstopt (Het ro-
de indicatielampje toets 5 knippert).
Reinig de wateraanvoerfilters. (Zie
"Wateraanvoerfilters reinigen" voor
meer informatie)
De deur is niet gesloten (Het rode in-
dicatielampje toets 5 knippert).
Doe de deur stevig dicht.
De machine
wordt niet ge-
leegd:
De afvoerslang is bekneld of geknikt
(Het rode indicatielampje toets 5
knippert).
Controleer de aansluiting van de af-
voerslang.
Het afvoerfilter is verstopt (Het rode
indicatielampje toets 5 knippert).
Maak het afvoerfilter schoon.
Er is een optie of programma geko-
zen waarbij het water in de trommel
niet wordt weggepompt of een pro-
gramma dat alle spoelgangen on-
derdrukt.
Kies programma POMPEN of CEN-
TRIFUGEREN.
NEDERLANDS 20
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Het centrifuge-
ren begint traag
of de machine
centrifugeert
niet:
De elektronische voorziening voor
onbalans is ingeschakeld omdat het
wasgoed niet gelijkmatig in de trom-
mel is verdeeld. Het wasgoed wordt
herverdeeld doordat de machine de
trommel in tegenovergestelde rich-
ting ronddraait. Dit kan verschillende
keren nodig zijn voordat de onba-
lans verdwijnt en het normale centri-
fugeren kan worden hervat. Als na
10 minuten het wasgoed nog steeds
niet gelijkmatig in de trommel is ver-
deeld, zal de machine niet centrifu-
geren.
Herverdeel de lading met de hand of
voeg wat wasgoed toe en kies dan
het programma centrifugeren.
Er ligt water op
de vloer:
Er is te veel of ongeschikt wasmiddel
gebruikt (te veel schuimvorming).
Verminder de hoeveelheid wasmid-
del of gebruik een ander middel.
Controleer of een van de koppelin-
gen van de toevoerslang lekkage
vertoont. Dit is niet altijd gemakkelijk
te zien, omdat het water langs de
slang naar beneden loopt; contro-
leer of de slang vochtig is.
Controleer de aansluiting van de
watertoevoerslang.
De watertoevoerslang is bescha-
digd.
Vervang de slang (vraag de klanten-
service naar het juiste reserveonder-
deelnummer).
De dop op de noodafvoerslang is na
het schoonmaken niet terugge-
plaatst of het filter is niet goed vast-
geschroefd
Zet de dop terug op de noodaf-
voerslang en draai het filter volledig
aan
De deur gaat
niet open:
Het programma loopt nog. Wacht tot de wascyclus is afgelopen.
De deur is niet ontgrendeld. Wacht een paar minuten voordat u
de deur opent.
Er staat water in de trommel. Kies programma Pompen of Centri-
fugeren.
Het apparaat
maakt een ab-
normaal geluid
De transportbouten en het verpak-
kingsmateriaal zijn niet verwijderd.
Controleer of het apparaat correct
geïnstalleerd is.
De pootjes zijn niet afgesteld Controleer of het apparaat goed
waterpas staat.
De afvoerpomp kan geblokkeerd
zijn.
Controleer de afvoerpomp. (Zie
'Pomp reinigen' voor meer informa-
tie).
NEDERLANDS 21
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Onbevredigen-
de wasresulta-
ten:
Er is te weinig of ongeschikt wasmid-
del gebruikt.
Gebruik meer wasmiddel of gebruik
een ander middel.
Hardnekkige vlekken zijn niet vóór
het wassen behandeld.
Gebruik normaal in de handel ver-
krijgbare producten om hardnekkige
vlekken te behandelen.
De juiste temperatuur was niet ge-
kozen.
Controleer of u de juiste temperatuur
heeft gekozen.
Te veel wasgoed in de trommel. Verminder de hoeveelheid wasgoed
volgens de 'Tabel wasprogramma's'.
Schakel na de controle het apparaat in en
drukt u de toets 5 om het programma weer te
starten.
Als de storing opnieuw verschijnt, neemt u con-
tact op met de klantenservice.
De benodigde gegevens voor de service-af-
deling staan op het typeplaatje. Wij adviseren
u ze hier te noteren:
Modelbeschrijving (MOD): .....................
21552
© Inter IKEA Systems B.V. 1999
Made In Italy
501.514.59
Productnummer (PNC): ...........................
Serienummer (S.N.): ...............................
Technische gegevens
Afmeting Breedte (cm) 59,6
Hoogte (cm) 82
Diepte (cm) 54
Leidingwaterdruk
1)
Minimaal
Maximaal
0,5 bar (0,05 MPa)
8 bar (0,8 MPa)
Katoen max. belading (kg) 6
Max. centrifugesnelheid (tpm) 1200
Energieklasse A+
Afwasklasse A
Centrifugeklasse B
Geluid wassen (dB(A)) 54
Geluid centrifugeren (dB(A)) 76
NEDERLANDS 22
Gemiddeld jaarlijks energie-
verbruik (kWh)
2)
204
Gemiddeld jaarlijks waterver-
bruik (liter)
2)
9000
1) Als de waterleidingsdruk in uw woonplaats hoger of lager is, neem dan contact op met de klantenservice.
2) De gegevens zijn gebaseerd op het wasprogramma voor testinstituten, waarbij uitgegaan wordt van 220
cycli per jaar.
Informatie over de elektrische aansluiting, de spanning en het vermogen staat op het ty-
peplaatje op de binnenrand van de deur.
Montage
Let op! Zie de montage-instructies om
door te gaan met de installatie.
Waarschuwing! Zorg dat de stekker
tijdens de installatie niet is aangesloten
Zet het apparaat op de vloer en installeer het
onder een werkblad (keukenaanrecht of was-
bak).
Als reparatie noodzakelijk is, moet het appa-
raat gemakkelijk toegankelijk zijn voor de re-
parateur. Zet het apparaat naast een water-
kraan en een afvoer.
Er zijn geen verdere openingen voor de ont-
luchting van het apparaat vereist, maar alleen
om de watertoevoer- en afvoerslang en het
aansluitsnoer door te laten.
Watertoevoer
1
Sluit de slang aan op
een kraan met 3/4"-
schroefdraad.
2
35°
45°
Draai de toevoers-
lang naar links of
rechts voor de instal-
latie. Plaats de sluit-
moer op de juiste
manier om waterlek-
kage te voorkomen.
Let op! Bevestig de toevoerslang niet
naar beneden gericht
De toevoerslang mag niet worden ver-
lengd Als de slang te kort is en u de kraan
niet wilt verplaatsen, zult u een nieuwe, lan-
gere slang moeten kopen die speciaal voor dit
doel is gemaakt
Waterafvoer
A
Verwijder het kunst-
stofmembraan (A)
als u de wateraf-
voerslang aan een
sifon onder de goot-
steen aansluit. Als u
het membraan niet
verwijdert, kunnen
wasmiddelresten en
kledingpluizen een
verstopping in de
slang veroorzaken.
NEDERLANDS 23
Let op! Zorg er voor dat de waterkop-
pelingen stevig vast zitten om water-
lekkage te voorkomen.
De afvoerslang kan verlengd worden tot
een maximum van 4 meter Een extra af-
voerslang en koppelstuk is verkrijgbaar bij de
Klantenservice bij u in de buurt
Aansluiting aan het elektriciteitsnet
Dit apparaat moet geaard worden.
Zorg er voor dat de elektrische informatie
op het typeplaatje overeenkomt met de
stroomtoevoer in uw huis.
Gebruik altijd een correct geïnstalleerd
schokvrij stopcontact.
Gebruik geen meerwegsstekkers, -aanslui-
tingen en verlengkabels. Er kan brand ont-
staan.
Vervang of wijzig de hoofdkabels niet zelf.
Neem contact op met de klantenservice.
•Verzeker u ervan dat de hoofdstekker en de
kabel niet platgedrukt of beschadigd wor-
den door de achterkant van het apparaat.
Zorg ervoor dat de hoofdstekker na instal-
latie toegankelijk is.
Trek niet aan het snoer om het apparaat los
te koppelen van de netvoeding. Trek altijd
aan de stekker.
Dit apparaat voldoet aan de EU-richtlijnen.
Milieubescherming
Het symbool op het product of op de
verpakking wijst erop dat dit product niet als
huishoudafval mag worden behandeld, maar
moet worden afgegeven bij een verzamelpunt
waar elektrische en elektronische apparatuur
wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit
product op de juiste manier wordt verwijderd,
voorkomt u mogelijke negatieve gevolgen
voor mens en milieu die zich zouden kunnen
voordoen in geval van verkeerde
afvalverwerking. Voor gedetailleerdere
informatie over het recyclen van dit product,
kunt u contact opnemen met de gemeente, de
gemeentereiniging of de winkel waar u het
product hebt gekocht.
Verpakkingsmaterialen
De materialen met het symbool
kunnen ge-
recycled worden. Gooi de verpakking in een
geschikte verzamelcontainer om het te recyc-
len.
Afvalverwerking van het apparaat
Om lichamelijk letsel of schade te voorko-
men:
Trek de stekker uit het stopcontact.
Snijd het netsnoer door en gooi het weg.
Verwijder de deurvergrendeling. Dit
voorkomt dat kinderen of kleine huisdie-
ren in het apparaat opgesloten raken. Er
bestaat gevaar voor verstikking.
NEDERLANDS 24
IKEA GARANTIE
Hoe lang is de garantie van IKEA geldig?
Deze garantie is vijf (5) jaar geldig vanaf de
oorspronkelijke datum van aankoop van uw
apparaat bij IKEA, tenzij het apparaat van het
merk LAGAN is, dan geldt een garantieperio-
de van twee (2) jaar. De originele kassabon is
nodig als aankoopbewijs. Als er tijdens de ga-
rantieperiode werkzaamheden worden uitge-
voerd, wordt de garantie- periode van het
apparaat niet verlengd, dat geldt ook voor de
nieuwe onderdelen.
Welke apparatuur valt niet onder de vijf (5)
jaar garantie van IKEA?
De apparaten van het merk LAGAN en alle
apparaten die gekocht zijn vóór 1 augustus
2007.
Wie zal de service uitvoeren?
De IKEA servicedienst zal de service uitvoeren
via het eigen bedrijf of het erkende service-
partnernetwerk.
Wat valt er onder de garantie?
De garantie dekt storingen van het apparaat,
die veroorzaakt zijn door verkeerde construc-
tie of materiaalfouten vanaf de aankoopda-
tum bij IKEA. Deze garantie is uitsluitend van
toepassing bij huishoudelijk gebruik. De uit-
zonderingen worden onder de hoofding “Wat
valt er niet onder deze garantie? gespecifi-
ceerd. Binnen de garantieperiode worden er
geen kosten om de storing te verhelpen aan-
gerekend, d.w.z. reparaties, onderdelen, ar-
beidsloon en transport, op voorwaarde dat
het apparaat toegankelijk is voor reparatie
zonder speciale kosten en dat het defect be-
trekking heeft op verkeerde constructie of ma-
teriaalfouten die onder de garantie vallen. Op
deze voorwaarden zijn de EG-richtlijnen (Nr.
99/44/EG) en de respectievelijke plaatselijke
voorschriften van toepassing. Vervangen on-
derdelen worden het eigendom van IKEA.
Wat zal IKEA doen om het probleem op te
lossen?
De door IKEA aangestelde servicedienst zal
het product onderzoeken en bepalen, dit uit-
sluitend ter eigen beoordeling, of het gedekt
wordt door deze garantie. Als het gedekt blijkt
te zijn, zal de IKEA servicedienst of de erkende
servicepartner dan via het eigen bedrijf, uit-
sluitend ter eigen beoordeling, ofwel het de-
fecte product repareren of het vervangen door
hetzelfde of een vergelijkbaar product.
Wat valt er niet onder deze garantie?
Normale slijtage.
Opzettelijk aangebrachte schade of schade
door verwaarlozing, schade veroorzaakt
door het niet opvolgen van de bedienings-
handleiding, onjuiste installatie of aanslui-
ting op een verkeerd voltage, schade ver-
oorzaakt door chemische of elektro-chemi-
sche reactie, roest, corrosie of waterschade,
maar niet beperkt tot schade veroorzaakt
door overmatig kalkgehalte van de water-
toevoer, schade veroor zaakt door abnor-
male omgevingsomstandigheden.
Verbruiksonderdelen, met inbegrip van
batterijen en lampjes.
Niet-functionele en decoratieve onderdelen
die niet van invloed zijn op het normale ge-
bruik van het apparaat, inclusief eventuele
krassen en mogelijke kleurverschillen.
Onvoorziene schade veroorzaakt door
vreemde voor-werpen of stoffen en het rei-
nigen of deblokkeren van filters, afvoersys-
temen of wasmiddellades.
Schade aan de volgende onderdelen: glas-
keramiek, accessoires, serviesgoed en be-
stekmandjes, toevoer- en afvoerpijpen, af-
dichtingen, lampen en lampenkapjes, scher-
men, knoppen, behuizingen en gedeeltes
van behuizingen, tenzij kan worden aange-
toond dat deze veroorzaakt zijn door fabri-
cagefouten.
Gevallen waarbij geen storing geconsta-
teerd kon worden tijdens het bezoek van
een technicus.
NEDERLANDS 25
Reparaties die niet zijn uitgevoerd door on-
ze aange-stelde servicediensten en/of een
erkende contractuele servicepartner of
wanneer er niet-originele onderdelen ge-
bruikt zijn.
Reparaties die veroorzaakt zijn door instal-
latie die verkeerd of niet in overeenstem-
ming met de specificatie is uitgevoerd.
Gebruik van het apparaat in niet-huishou-
delijke omgeving d.w.z. professioneel ge-
bruik.
Transportschade. Indien het apparaat door
een klant naar zijn huis of een ander adres
vervoert, kan IKEA niet aansprakelijk ge-
steld worden voor eventuele transportscha-
de. Indien IKEA het apparaat aflevert op het
door de klant aangegeven adres, dan is
eventuele schade die ontstaan is tijdens de
aflevering gedekt door de garantie.
Kosten voor de uitvoering van de installatie
van het IKEA-apparaat. Indien de IKEA ser-
vicedienst of de erkende servicepartner het
apparaat, binnen de voorwaarden van de-
ze garantie, repareert of vervangt, zal de
servicedienst of de erkende servicepartner,
indien nodig, het gerepareerde apparaat
of het vervangende apparaat installeren.
Deze beperking is niet van toepassing op fout-
loze werkzaamheden uitgevoerd door een
gekwalificeerd specialist met gebruik van on-
ze originele onderdelen teneinde het appa-
raat aan te passen aan de technische veilig-
heidsspecificaties van een ander EU-land.
Hoe zijn de landelijke wetten van toepassing
De garantie van IKEA geeft u specifieke wet-
telijke rechten, die op zijn minst voldoen aan
alle plaatselijke wettelijke eisen die per land
verschillend zijn.
Gebied van geldigheid
Voor apparaten die in een EU-land zijn aan-
geschaft en meegenomen worden naar een
ander EU-land, zal de dienstverlening uitge-
voerd worden in het kader van de garantie-
voorwaarden die in het nieuwe land gebrui-
kelijk zijn. Een verplichting om diensten te ver-
lenen in het kader van de garantie bestaat
uitsluitend als:
het apparaat en de installatie ervan vol-
doen aan de technische specificaties van
het land waarin aanspraak gemaakt wordt
op de garantie;
het apparaat en de installatie ervan in over-
een-stemming zijn met de montage-instruc-
ties en de veiligheidsinformatie die in de
gebruikershandleiding staan.
De speciale Klantenservice voor apparaten
van IKEA:
Aarzel alstublieft niet om contact op te nemen
met de speciale IKEA Klantenservice om:
1. een beroep te doen op deze garantie;
2. uitleg te vragen over de installatie van het
IKEA appa-raat in het daarvoor bedoelde
keukenmeubel van IKEA. De service geeft
u geen uitleg met betrekking tot:
de volledige installatie van uw IKEA keu-
ken;
aansluitingen op het elektriciteitsnet (als
het appa-raat geleverd wordt zonder
stekker en kabel), op de water- en gas-
leiding, want dit moet gedaan worden
door een erkend installateur.
3. uitleg te vragen over de gebruikershand-
leiding en de specificaties van het IKEA
apparaat.
Om ervoor te zorgen dat wij u de beste service
verlenen, verzoeken wij u de montage-instruc-
ties en/of de gebrui- kershandleiding in dit
boekje zorgvuldig te lezen voordat u contact
met ons opneemt.
Hoe kunt u ons bereiken als u hulp nodig hebt
Op de laatste pagina van deze handleiding
vindt u de volledige lijst van door IKEA erken-
de servicebedrijven met de bijbehorende na-
tionale telefoonnummers.
NEDERLANDS 26
Belangrijk! Om u sneller van dienst te kunnen
zijn, advi-seren wij u de specifieke
telefoonnummers te bellen die aan het eind
van deze handleiding vermeld zijn. Gebruik
altijd de telefoon-nummers die in het boekje
staan van het apparaat waarvoor u assistentie
nodig heeft. Zorg ervoor dat u het
artikelnummer (8 cijfers) van het IKEA
apparaat bij de hand hebt, voordat u ons belt
om assistentie te vragen.
Belangrijk! BEWAAR DE KASSABON!
Dit is uw aankoopbewijs en nodig om de ga-
rantie te doen gelden. Op de kassabon staat
ook de naam van het IKEA artikel en het num-
mer (8 cijfers) voor elk apparaat dat u gekocht
heeft.
Hebt u meer hulp nodig?
Neem, voor alle andere vragen die geen be-
trekking hebben op de service voor appara-
ten, contact op met het call center van de
dichtstbijzijnde vestiging van IKEA. Wij raden
u aan de documentatie van het apparaat
zorgvuldig te lezen voordat u contact met ons
opneemt.
NEDERLANDS 27

Documenttranscriptie

NEDERLANDS 4 Inhoud Veiligheidsinformatie Beschrijving van het product Bedieningspaneel Het eerste gebruik Dagelijks gebruik Nuttige aanwijzingen en tips Wasprogramma's Verbruikswaarden 4 7 8 9 10 12 13 16 Onderhoud en reiniging Problemen oplossen Technische gegevens Montage Aansluiting aan het elektriciteitsnet Milieubescherming IKEA GARANTIE 17 20 22 23 24 24 25 Wijzigingen voorbehouden Veiligheidsinformatie Lees voor uw eigen veiligheid en correcte werking van het apparaat eerst deze handleiding aandachtig door, alvorens het apparaat te installeren en te gebruiken. Bewaar deze instructies altijd bij het apparaat, zelfs wanneer u het verplaatst of verkoopt. Gebruikers moeten volledig op de hoogte zijn van de bediening en veiligheidsfuncties van het apparaat. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade die door onjuiste installatie en onjuist gebruik veroorzaakt is. Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen • Mensen, met inbegrip van kinderen, met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of gebrek aan ervaring en kennis, mogen dit apparaat niet gebruiken. Zij moeten onder toezicht staan of instructies krijgen over het gebruik van dit apparaat van iemand die verantwoordelijk is voor hun veiligheid. • Houd alle verpakkingsmateriaal buiten het bereik van kinderen. Er bestaat een gevaar voor verstikking. • Bewaar alle afwasmiddelen op een veilge plaats. Laat kinderen de afwasmiddelen niet aanraken. • Zorg ervoor dat kinderen of huisdieren niet in de trommel kunnen klimmen Controleer de trommel vóór gebruik. Dit apparaat heeft hij een speciale functie om te voorkomen dat kinderen of huisdieren binnen in deze machine vast komen te zitten. Om deze functie te activeren draait u de knop (zonder deze in te drukken) aan de binnenkant van de deur naar rechts tot de groef horizontaal staat. Gebruik zo nodig een muntstuk Om deze functie uit te schakelen en de mogelijkheid te herstellen om de deur te sluiten, draait u de knop naar links tot de groef verticaal staat. Algemene veiligheid • Verander de specificaties van dit product niet en wijzig het niet Risico op letsel en beschadiging van het apparaat. • Als de machine in de winter wordt afgeleverd, als de temperatuur onder nul is, zet de wasmachine dan 24 uur in een ruimte met kamertemperatuur voordat u hem in gebruik neemt. Lees het hoofdstuk 'Bevriezingsgevaren'. • Dit apparaat is bedoeld voor gebruik bij normale kamertemperatuur. Fabrikant is niet verantwoordelijk voor bevriezingsschade. NEDERLANDS • Trek na gebruik, reiniging en onderhoud van de machine altijd de stekker uit het stopcontact en draai de kraan dicht Montage • Een gekwalificeerd en bekwaam persoon moet de elektrische installatie en het loodgieterswerk uitvoeren. • Dit apparaat is zwaar. Let op bij het verplaatsen. • Controleer of het apparaat niet beschadigd is tijdens het transport Sluit een beschadigd apparaat niet aan. Neem indien nodig contact op met de Klantenservice. • Verwijder de verpakking en de transportbouten vóór het eerste gebruik. Het apparaat en de naastgelegen keukenkastjes of meubels kunnen anders beschadigen. • Wij raden u aan alle transportbeveiligingen te bewaren, zodat zij kunnen worden gemonteerd als de machine ooit nog eens moet worden vervoerd. Raadpleeg de relevante stappen van de installatie-instructies. • Leg nooit karton, hout of iets dergelijks onder het apparaat om oneffenheden van de vloer te compenseren. Plaats het apparaat waterpas en draai de sluitmoeren vast om trillingen, lawaai of verschuiving van het apparaat tijdens de werking te voorkomen. • Als het apparaat op een vloer met vloerbedekking wordt geïnstalleerd, stel de voetjes dan zo af dat de lucht vrij onder het apparaat kan circuleren. • Controleer of het apparaat niet op de toevoer- en afvoerslang staat en of het werkblad of de achterkant van het apparaat het aansluitsnoer niet platdrukt tegen de muur. • Let er altijd op of er na de installatie geen water lekt uit de slangen en de aansluitingen • Als het apparaat geïnstalleerd is op een plaats waar het kan vriezen, lees dan het hoofdstuk 'Bevriezingsgevaren'. 5 Gebruik • Dit apparaat is uitsluitend bestemd voor huishoudelijk gebruik. Gebruik het apparaat niet voor commerciële of industriële doeleinden, of voor enig ander doel. • Dit apparaat mag alleen gerepareerd worden door een erkende servicemonteur Gebruik alleen originele reserveonderdelen. • Kijk naar de wasvoorschriften op de etiketten op elk item (uw kleding) voordat u de stukken wast. • Doe niet te veel wasgoed in de machine Zie de "Wasprogramma"-tabel • Voordat u gaat wassen, dient u ervoor te zorgen dat alle zakken leeg zijn en dat alle knopen en ritsen dicht zijn • Voorwerpen als munten, veiligheidsspelden, spijkers, schroeven, stenen of andere harde, scherpe materialen kunnen grote schade aan het apparaat toebrengen en mogen niet in het apparaat terechtkomen. • Behandel vlekken van verf, inkt, roest en gras voor het wassen. • Gebruik alleen de aanbevolen hoeveelheid wasverzachter en wasmiddel Als u te veel doseert, kunnen kledingstukken beschadigd raken. Raadpleeg de aanbevelingen van de fabrikant met betrekking tot de hoeveelheden. • Was kleine artikelen zoals sokken, veters, wasbare ceintuurs enz. in een waszak of kussensloop, omdat deze tussen de kuip en de trommel terecht kunnen komen. • Gebruik uw apparaat niet om artikelen met baleinen, materialen zonder zoom of gescheurde materialen te wassen. Beugelbeha's mogen NIET machinaal worden gewassen. • Kledingstukken die in aanraking zijn geweest met vluchtige petroleumproducten mogen niet in het apparaat gewassen worden. Als vluchtige reinigingsvloeistoffen zijn gebruikt, dient u ervoor te zorgen dat de vloeistof uit het kledingstuk is verwijderd voordat u het in de machine doet. NEDERLANDS • Het water dat wij gebruiken bevat gewoonlijk kalk Het is aan te bevelen om regelmatig een waterontharder in de machine te gebruiken. Doe dit apart van het wassen van wasgoed en volgens de aanwijzingen van de fabrikant van de waterontharder. Hiermee voorkomt u de vorming van kalkaanslag en wordt uw machine efficiënter. • Trek de stekker nooit aan het snoer uit het stopcontact; maar aan de stekker zelf • Gebruik de wasmachine nooit als het aansluitsnoer, het bedieningspaneel, het werkblad of de sokkel beschadigd zijn, zodat de binnenkant van de wasmachine toegankelijk is. Watertoevoer • Dit apparaat moet aangesloten worden op een koud watertoevoer • Gebruik geen aansluitslangen van een oud apparaat voor de watertoevoer. • De waterdruk moet zich binnen de grenzen bevinden (zie tabel in het hoofdstuk 'Technische gegevens'). Zorg er voor dat uw waterleidingbedrijf u de gemiddelde leidingwaterdrukwaarden in uw omgeving geeft • Zorg er voor dat er geen deuken in de watertoevoerslang zitten en dat de slang niet is geknakt of ingedeukt • Voordat u de machine aan nieuwe leidingen aansluit, of aan leidingen die lange tijd niet zijn gebruikt, moet u een aanzienlijke hoeveelheid water gebruiken om vuil dat zich in de leidingen heeft opgehoopt, weg te spoelen. • Draai de toevoerslang aan de achterkant van het apparaat naar links of rechts om de installatie te vergemakkelijken. • De toevoerslang mag niet worden verlengd Als de slang te kort is en u de kraan niet wilt verplaatsen, zult u een nieuwe, langere slang moeten kopen die speciaal voor dit doel is gemaakt 6 • Draai voordat de kraan wordt opengedraaid de ringmoer vast om lekkage te voorkomen. Waterafvoer • Zorg ervoor dat het uiteinde van de afvoerslang niet kan losschieten als de wasautomaat aan het leeglopen is. U kunt de slang met een stuk touw aan de kraan vastbinden of aan de wand bevestigen • De afvoerslang moet op een hoogte worden geplaatst van niet lager dan 44 cm en niet hoger dan 90 cm. Raadpleeg de installatieinstructies. Onderhoud en reiniging • Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u onderhoudshandelingen verricht. • Maak de buitenkant van het apparaat alleen schoon met water en zeep, droog het daarna grondig af • De lade voor was- en nabehandelingsmiddelen moet regelmatig worden schoongemaakt • Inspecteer de pomp regelmatig en met name als: – de machine niet pompt en/of niet centrifugeert – de machine tijdens het pompen een abnormaal geluid maakt als gevolg van veiligheidsspelden, munten, enz. die de pomp blokkeren. • Verwijder het pompdeksel nooit tijdens een wascyclus. Wacht altijd tot het apparaat het water heeft weggepompt. Wacht als u een hoge temperatuur voor een wasprogramma heeft gekozen tot het water is afgekoeld. • Zorg ervoor dat de pompafdekking weer stevig is vastgezet om lekkages te voorkomen. NEDERLANDS 7 Beschrijving van het product 1 2 3 4 5 6 Wasmiddellade Vakje voor wasmiddel voor de voorwasen inweekfase of voor vlekkenverwijderaar die gebruikt wordt tijdens de vlekkenverwijderingsfase (indien beschikbaar). Het voorwas- en inweekmiddel wordt het begin van het wasprogramma ingespoeld De vlekkenverwijderaar wordt tijdens de VLEKKEN-fase ingespoeld Vakje voor waspoeder of vloeibaar wasmiddel voor de hoofdwas. Als u vloeibaar wasmiddel gebruikt, schenk dit net voor het begin van het programma in. Vakje voor vloeibare toevoegingen (wasverzachter, stijfsel). Volg de aanbevelingen van de fabrikant op voor wat betreft de te gebruiken hoeveelheden en overschrijd het «MAX» teken in de wasmiddellade niet. Wasverzachter of stijfsel moeten in het vakje voor vloeibare toevoegingen worden gegoten voordat u het wasprogramma start 1 2 3 4 5 6 Wasmiddellade Bedieningspaneel Deurhandgreep Typeplaatje Afvoerpomp Verstelbare pootjes NEDERLANDS 8 Bedieningspaneel Hieronder staat een afbeelding van het bedieningspaneel Het laat de programmakeuzeknop zien alsook de toetsen en indicatielampjes. Deze onderdelen worden weergegeven met relevante nummers en op de volgende pagina's uitgelegd 1 1 2 3 4 2 Programmakeuzeknop Toets KORT CENTRIFUGEREN Multi-Functie toets Toets Extra spoelen 3 4 5 6 7 5 Toets Start/Pauze 6 Toets uitgestelde start 7 Indicatielampjes programma Tabel met symbolen = Katoen = Aan/Uit - Reset = Economy (zuinig) = Spoelstop = Koude was = Opties = Synthetica = Voorwas = Strijkvrij = Snelle was = Lage temp. = Extra spoelen = Wol = Uitgestelde start = Handwas = Hoofdwas = Spoelgangen = Einde programma = Waterafvoer = Start/Pauze = Centrifugeren Programmakeuzeknop Hiermee kunt u het apparaat aan/uit schakelen en/of een programma selecteren. NEDERLANDS 9 Toets KORT CENTRIFUGE- Door op deze toets te drukken kunt u de centrifugesnelheid van REN het geselecteerde programma wijzigen • Optie spoelstop: als u deze optie kiest wordt het laatste spoelwater niet weggepompt, om te voorkomen dat het wasgoed kreukelt. Voordat de deur wordt geopend, moet het water worden weggepompt Om het water weg te pompen leest u paragraaf «Aan het einde van het programma». Multi-Functie toets: lMet deze toets kunt u slechts één van de opties selecteren. Het desbetreffende lampje licht op • Voorwas: als u deze optie kiest, voert de machine een voorwascyclus uit voordat de hoofdwasfase begint. De wastijd zal worden verlengd Deze optie wordt aanbevolen voor sterk vervuild wasgoed • Super snel: een erg korte cyclus voor licht bevuilde kledingstukken die maar korte tijd zijn gebruikt of gedragen. Toets Extra spoelen Dit apparaat is ontworpen om water te besparen. Als het noodzakelijk is het wasgoed te spoelen met een extra hoeveelheid water (extra spoelgang), kiest u deze optie De machine voert enkele extra spoelgangen uit Deze optie wordt aanbevolen voor personen die allergisch zijn voor wasmiddelen en in gebieden waar het water erg zacht is Toets Start/Pauze Met deze toets kunt u het geselecteerde wasprogramma starten of onderbreken. Toets uitgestelde start Met deze toets kunt u de start van het programma 3, 6 of 9 uur uitstellen. Indicatielampjes programma 7.1 7.2 7.3 Bij het selecteren van een wasprogramma gaan de lampjes 7.1 en 7.2 branden. Als u op knop 5 heeft gedrukt dan blijft alleen het lichtje van het lopende programma branden. Het apparaat begint te werken en de deur is vergrendeld. Het lampje 7.3 brandt aan het einde van de wascyclus. Na een paar minuten kan de deur geopend worden Belangrijk! Als het pompprogramma wordt geselecteerd gaat een lampje branden. Het eerste gebruik 1. Zorg ervoor dat de elektrische aansluiting en de wateraansluiting voldoen aan de installatie-instructies 2. Haal al het wasgoed uit de trommel. 3. Giet 2 liter water in het vakje voor het hoofdwasmiddel van de wasmiddellade, teneinde de spaarklep te activeren. NEDERLANDS 10 Laat vervolgens het katoenprogramma op de hoogste temperatuur draaien, zonder wasgoed in de machine, zodat eventuele fabricageresten uit de trommel en de kuip worden verwijderd. Giet een halve maatbeker wasmiddel in het vakje voor de hoofdwas en start de machine. Dagelijks gebruik Open de deur. Open de deur voorzichtig door de handgreep naar buiten te trekken Wasgoed in de machine doen Doe het wasgoed stuk voor stuk in de trommel; schud het eerst zo goed mogelijk uit. Sluit de vuldeur goed door de vuldeur aan te drukken. Wasmiddel en wasverzachter doseren 1 2 Doe het wasmiddel in het vak voor de hoofdwas of in een ander vak als het geselecteerde programma/de optie dit vereist (zie voor meer informatie 'Wasmiddeldoseervakje'). Zie voor de juiste hoeveelheid wasmiddel 'Graden van waterhardheid'. Doe wasverzachter in het bakje (de gebruikte hoeveelheid mag het “MAX” teken in de lade niet overschrijden). Schuif de wasmiddellade er weer voorzichtig in Kies het gewenste programma met de programmakeuzeknop (1) Het apparaat staat nu aan. Het indicatielampje van toets 5 gaat knipperen. Aan het einde van het programma moet de programmakeuzeknop op stand O , om de machine uit te schakelen. Zie voor de beschrijving van elke wascyclus, de mogelijke combinaties van wasprogramma's en de opties, het hoofdstuk «Wasprogramma's. Let op! Als u de programmakeuzeknop op een ander programma zet, wanneer de machine in werking is, gaat het rode indicatielampje van de toets 5, 3 keer knipperen om aan te geven dat er een verkeerde keuze is gemaakt. De machine zal het nieuw gekozen programma niet uitvoeren. Verlaag de centrifugesnelheid door op toets 2 te drukken Wanneer het gewenste programma is gekozen, stelt uw machine automatisch het maximale centrifugetoerental voor dat programma voor. Druk herhaaldelijk op toets 2 om de centrifugesnelheid te veranderen, als u wilt dat uw wasgoed op een andere snelheid wordt gecentrifugeerd. Het desbetreffende lampje licht op Selecteer de beschikbare opties door te drukken op toetsen 2, 3 en 4 Afhankelijk van het programma, kunnen er verschillende functies gecombineerd worden. Deze functies moeten geselecteerd worden, nadat u het gewenste programma gekozen heeft en voordat het programma start NEDERLANDS 11 Als deze toetsen worden ingedrukt, gaan de bijbehorende indicatielampjes aan. Als zij opnieuw worden ingedrukt, gaan de indicatielampjes uit. Als er een verkeerde optie is gekozen, knippert het geïntegreerde rode indicatielampje van de toets 5, 3 keer. De deur blijft gedurende het uitstel vergrendeld Als u de deur toch wilt openen, moet u de wasmachine eerst op PAUZE zetten (door op toets 5 te drukken) en een paar minuten te wachten. Nadat u de deur weer gesloten heeft drukt u weer op de toets 5. Zie voor de mogelijke combinaties van wasprogramma's en opties hoofdstuk "Wasprogramma's" Start het programma door te drukken op toets 5 Druk op toets 5 om het gekozen programma te starten. Het bijbehorende rode indicatielampje stopt met knipperen. Het indicatielampje voor het lopende programma gaat branden. Het apparaat begint te werken en de deur is vergrendeld. Om een lopend programma te onderbreken drukt u op toets 5: het bijbehorende groene indicatielampje begint te knipperen. Om het programma opnieuw te starten vanaf het punt waarop het werd onderbroken, toets 5 nogmaals indrukken. Als u een uitgestelde start gekozen heeft, begint de machine af te tellen. Als er een verkeerde optie is gekozen, knippert het geïntegreerde rode indicatielampje van de toets 5, 3 keer. Selecteer de uitgestelde start door op toets 6 te drukken Als u de start wilt uitstellen, druk dan herhaaldelijk op toets 6, voordat u de machine start, om het gewenste uitstel te selecteren. Het desbetreffende lampje licht op U moet deze optie kiezen nadat u het programma hebt ingesteld en voordat u het programma start U kunt de vertragingstijd te allen tijde annuleren, voordat u toets 5 indrukt. De uitgestelde start kiezen 1. Kies het programma en de gewenste opties 2. Selecteer de uitgestelde start door op toets 6 te drukken. 3. Druk op knop 5: – de machine begint de tijd af te tellen. – Het programma zal beginnen als het gekozen uitstel is afgelopen De uitgestelde start annuleren nadat u het programma gestart heeft 1. Zet de wasmachine op PAUZE door op toets 5 te drukken. 2. Druk éénmaal op toets 6, het lampje van het gekozen startuitstel gaat uit 3. Druk nogmaals op toets 5 om het programma te starten. De functie Uitgestelde Start kan niet geselecteerd worden bij het programma POMPEN. Belangrijk! Het gekozen uitstel kan alleen veranderd worden nadat u het wasprogramma opnieuw gekozen heeft Een optie of lopend programma wijzigen Het is mogelijk om een optie te veranderen voordat het programma deze uitvoert Voordat u iets kunt veranderen, moet u de wasmachine laten pauzeren door op de toets 5 te drukken. U kunt een lopend programma alleen veranderen door het te resetten Draai de programmakeuzeknop naar O en vervolgens op de stand van het nieuwe programma. Start het nieuwe programma door nogmaals op toets 5 te drukken. Het water in de kuip zal niet worden weggepompt Een programma onderbreken Druk op toets 5 om een lopend programma te onderbreken. Het bijbehorende groene indicatielampje begint te knipperen. Druk nogmaals op de toets om het programma opnieuw te starten NEDERLANDS Een programma annuleren Zet de programmakeuzeknop op O om een lopend programma te annuleren. U kunt nu een nieuw programma kiezen De deur openen Nadat het programma gestart is, is de deur vergrendeld. Als u de deur toch wilt openen, moet u de wasmachine eerst op PAUZE zetten door op toets 5 te drukken. Na een paar minuten kan de deur worden geopend. Als de deur niet kan worden geopend, betekent dit dat de machine al aan het opwarmen was of dat het waterniveau te hoog is. Probeer in ieder geval de deur niet te forceren Als u de deur niet kunt openen terwijl dit toch nodig is, schakelt u de machine uit door de keuzeknop op O . Na een paar minuten kan de deur geopend worden (let op het waterniveau en de temperatuur!). Nadat u de deur gesloten heeft, moet u het programma en de opties opnieuw kiezen en op toets 5 drukken. aan het einde van het programma Het apparaat stopt automatisch. Het indicatielampje van knop 5 en het bijbehorende indicatielampje van de net beëindigde wasfase gaat uit. Het indicatielampje 7.3 gaat aan. Na een paar minuten kan de deur geopend worden 12 Als er een programma of optie wordt gekozen waarbij het water in de trommel niet wordt weggepompt, gaat lampje 7.3 branden maar blijft de deur vergrendeld om aan te geven dat het water eerst moet worden weggepompt voordat de deur geopend kan worden. Volg onderstaande instructies om het water af te voeren: 1. Draai de programmakeuzeknop naar O . 2. Kies programma POMPEN of CENTRIFUGEREN. 3. Verlaag indien nodig het centrifugetoerental met toets 2. 4. Druk op knop 5. Aan het einde van het programma kan de deur worden geopend. Draai de programmakeuzeknop naar O om de machine uit te schakelen. Verwijder het wasgoed uit de trommel en controleer goed of de trommel helemaal leeg is. Als u niet van plan bent om nog een was te doen, sluit dan de waterkraan. Laat de deur open staan om de vorming van schimmel en onaangename luchtjes te voorkomen. Stand-by : zodra het programma is afgelopen wordt het energiebesparende systeem geactiveerd en gaan de controlelampjes aan. Door op een willekeurige toets te drukken haalt u het apparaat uit de energiebesparende modus. Nuttige aanwijzingen en tips De was sorteren Houd u aan de wassymbolen op de etiketten, waarvan elk kledingstuk voorzien is, en de wasvoorschriften van de fabrikant. Sorteer het wasgoed als volgt wit, bont, synthetisch, fijne was, wol Vlekken verwijderen De kans bestaat dat hardnekkige vlekken niet kunnen worden verwijderd met alleen water en wasmiddel Het is daarom aan te bevelen vlekken eerst te behandelen alvorens het kledingstuk te wassen Bloed: behandel verse bloedvlekken met koud water Laat opgedroogde vlekken een nacht in water met een vlekkenverwijderaar inweken; daarna de vlek met het sop uitwassen. Verf op oliebasis: bevochtig de vlek met wasbenzine, leg het kledingstuk op een zachte doek en dep de vlek; meerdere malen behandelen. Opgedroogde vetvlekken: bevochtig de vlek met terpentine, leg het kledingstuk op een zacht oppervlak en dep de vlek met de vingertoppen en een katoenen doek. Roest: oxaalzuur opgelost in warm water of een roestverwijderingsproduct dat koud wordt gebruikt. Wees voorzichtig met oude roestvlekken omdat de cellulosestructuur in dat geval beschadigd zal zijn en de kans groot is dat de vlek een gat wordt NEDERLANDS 13 Inkt: bevochtig de stof afhankelijk van het type inkt eerst met aceton 1) , en dan met azijnzuur; behandel evt. achtergebleven sporen op wit textiel met bleekmiddel, daarna grondig uitspoelen. Teervlekken: eerst behandelen met vlekkenverwijderaar, brandspiritus of wasbenzine, vervolgens inwrijven met reinigingspasta. Schimmelvlekken: behandel de vlek met bleekmiddel; goed uitspoelen (alleen witte en kleurechte weefsels). Gras: licht inzepen en de vlek met bleekmiddel behandelen (alleen witte en kleurechte weefsels). Balpeninkt en lijm: bevochtig met aceton 1), leg het kledingstuk op een zachte doek en dep de vlek. Lippenstift: bevochtig de vlek met aceton zoals hierboven, vervolgens de vlekken met brandspiritus behandelen Behandel evt. achtergebleven sporen met bleekmiddel Rode wijn: laten inweken in water en wasmiddel, uitspoelen en behandelen met azijnzuur of citroenzuur, vervolgens uitspoelen. Behandel evt. achtergebleven sporen met bleekmiddel Kenmerk Zacht Graden van waterhardheid De hardheid van water wordt geclassificeerd in zogenaamde 'hardheidsgraden'. Informatie over de hardheid van het water in uw omgeving kan worden verkregen bij het desbetreffende waterleidingbedrijf Graden van waterhardheid Duits °dH Frans °T.H 0-7 0-15 Rosé 8-14 16-25 Hard 15-21 26-37 Erg hard > 21 > 37 Een waterontharder moet worden toegevoegd als het water een gemiddeld-hoge hardheidsgraad heeft. Volg de instructies van de fabrikant op. De hoeveelheid wasmiddel kan altijd worden aangepast (verlaagd) aan de hardheidsgraad. Wasprogramma's Controleer altijd de wasvoorschriften in het etiket van uw kleding en selecteer op basis hiervan een wasprogramma. 1) (*) gebruik geen aceton op kunstzijde KATOEN 90°-60° Voor wit katoen Hoofdwas (sterk-normaal ver- Spoelganvuild wasgoed). gen 6 kg Max. laatste 3 kg 1) centrifuge bij 1200 tpm KATOEN ECO 60° Witte en kleurechte katoen zuinig, lichtzwaar vervuild wasgoed, shirts, ondergoed. KATOEN 40°-30°Koud Bont katoen (nor- Hoofdwas maal-licht vervuild Spoelganwasgoed). gen 6 kg Max. laatste 3 kg 1) centrifuge bij 1200 tpm SYNTHETICA 60°-40°-30°Koud Synthetische of gemengde stoffen: ondergoed, gekleurde kledingstukken, krimpvrije overhemden, blouses. Hoofdwas Spoelgangen 3 kg Max. laatste 1,5 kg 1) centrifuge bij 900 tpm CENTRIFUGEREN SPOELSTOP Voorwas Super snel EXTRA SPOELEN STRIJKVRIJ 40° Synthetische stoffen: als deze optie wordt geselecteerd wordt het wasgoed behoedzaam gewassen en gecentrifugeerd om kreuken te voorkomen. Op deze manier kunt u gemakkelijker strijken. Bovendien zal de machine extra spoelgangen uitvoeren. Hoofdwas Spoelgangen Max. laatste centrifuge bij 900 tpm CENTRIFUGEREN SPOELSTOP Voorwas EXTRA SPOELEN Hoofdwas Spoelgangen 6 kg Max. laatste centrifuge bij 1200 tpm 1,5 kg CENTRIFUGEREN SPOELSTOP Voorwas Super snel EXTRA SPOELEN CENTRIFUGEREN SPOELSTOP Voorwas EXTRA SPOELEN CENTRIFUGEREN SPOELSTOP Voorwas Super snel EXTRA SPOELEN Wasmiddel Vakje Beschikbaar Opties Max. belading Gered. lading 1) Cyclus Beschrijving 14 Kenmerk wasgoed Programma/ Temperatuur NEDERLANDS 2) 2) 2) 2) 2) LAGE TEMP. 40°-30°Koud Fijne was: bijvoor- Hoofdwas beeld vitrages. Spoelgangen 3 kg Max. laatste 1,5 kg 1) centrifuge bij 700 tpm WOL 40° Speciaal programma voor wollen kledingstukken met het label 'zuiver wol, antikrimp, wasbaar in de machine'. Hoofdwas Spoelgangen 2 kg Max. laatste centrifuge bij 900 tpm CENTRIFUGEREN SPOELSTOP HANDWAS 30° - Koud Speciaal programma voor fijne weefsels voorzien van het symbool "handwas". Hoofdwas Spoelgangen 2 kg Max. laatste centrifuge bij 900 tpm CENTRIFUGEREN SPOELSTOP SPOELGANGEN Met dit programma is het mogelijk om katoenen kledingstukken die met de hand gewassen zijn uit te spoelen en te centrifugeren. De machine voert enkele spoelgangen uit, gevolgd door een laatste centrifugegang. De centrifugesnelheid kan verlaagd worden. Spoelgangen Max. laatste centrifuge bij 1200 tpm CENTRIFUGEREN SPOELSTOP EXTRA SPOELEN WATERAFVOER 6 kg Om het laatste spoel- Afvoeren water af te voeren bij van het wa6 kg programma's met de ter Spoelstop-optie CENTRIFUGEREN SPOELSTOP Voorwas Super snel EXTRA SPOELEN Wasmiddel Vakje Beschikbaar Opties Max. belading Gered. lading 1) Cyclus Beschrijving 15 Kenmerk wasgoed Programma/ Temperatuur NEDERLANDS 2) CENTRIFUGEREN Aparte centrifuge- Max. laatste gang voor kleding- centrifuge stukken die met de bij 1200 tpm hand gewassen zijn en na programma's met de Spoelstop-op6 kg tie U kunt de snelheid met behulp van de betreffende toets aanpassen aan de weefsels die gecentrifugeerd moeten worden. Wasmiddel Vakje Beschikbaar Opties Max. belading Gered. lading 1) Cyclus Beschrijving 16 Kenmerk wasgoed Programma/ Temperatuur NEDERLANDS CENTRIFUGEREN 1) Als u de optie SUPER SNEL kiest, adviseren wij u de maximale belading te beperken, zoals aangegeven. (Gered. lading = gereduceerde lading). Volledige belading is mogelijk, de wasresultaten zullen echter minder goed zijn. 2) Als u gebruik maakt van vloeibaar wasmiddel, moet u een programma zonder VOORWAS selecteren. Verbruikswaarden Programma Energieverbruik (kWh) Witte katoen 90° Waterverbruik (liter) Programmaduur (Minuten) 1) 2 61 140 Katoen 60° 1.3 58 125 Katoen 60° 2) 1.02 45 155 0.75 58 120 0.5 47 80 Fijne was 40° 0.55 58 70 Wol 40° 0.45 55 60 Handwas 30° 0.3 58 55 ECONOMY Katoen 40° Synthetische 40° stoffen 1) Zonder voorwasoptie geselecteerd. 2) Het programma "Katoen ECONOMY" op 60°C met een belading van 6 kg is het referentieprogramma voor de gegevens die op het energielabels staan, overeenkomstig de richtlijnen CEI 456. De verbruiksgegevens in deze tabel zijn slechts richtlijnen, ze kunnen variëren afhankelijk van de hoeveelheid en soort wasgoed, de temperatuur van het aangevoerde water en de omgevingstemperatuur NEDERLANDS 17 Onderhoud en reiniging Waarschuwing! Schakel het apparaat uit voordat u reinigings- of onderhoudswerkzaamheden uitvoert. Onderhoudswasbeurt Bij wasbeurten op lage temperaturen is het mogelijk dat er aanslag aan de binnenkant van de trommel blijft zitten Wij raden u daarom aan regelmatig een onderhoudswasbeurt uit te voeren Ga als volgt te werk • Moet de trommel leeg zijn • Moet u het heetste wasprogramma voor katoen kiezen • Gebruik een normale hoeveelheid wasmiddel, dit moet waspoeder zijn met biologische eigenschappen 3 Met een borsteltje kunt u de uitsparing schoonmaken en alle resten waspoeder verwijderen. 4 Spoel de lade af onder een kraan om eventuele resten waspoeder te verwijderen. 5 Gebruik het borsteltje om de uitsparing schoon te maken, zo zorgt u er voor dat alle resten waspoeder verwijderd worden van de boven en onderkant van de uitsparing. Plaats de lade na het schoonmaken weer terug in de uitsparing en een laat een spoelprogramma lopen zonder wasgoed in de trommel om eventuele resten te verwijderen. De wasmiddellade en de uitsparing schoonmaken 1 Verwijder de lade door de vergrendeling naar beneden te drukken en de lade naar buiten te trekken. 2 Om het schoonmaken te vergemakkelijken kan het bovenste gedeelte van het vakje voor nabehandelingsmiddelen verwijderd worden. De pomp schoonmaken Ga hiervoor als volgt te werk NEDERLANDS 1 A B 2 3 4 18 Plaats een opvangbak dichtbij de pomp (A) om het vrijkomende water op te vangen. Trek de noodafvoerslang (B) naar buiten, plaats hem in de opvangbak en verwijder de dop. Als er geen water meer naar buiten komt, het deksel van de pomp (A) losschroeven en verwijderen. Houd altijd een oude doek bij de hand om het eventueel gemorste water te kunnen opvegen als u de pomp verwijdert Verwijder eventuele voorwerpen uit het schoepenrad van de pomp, door dit rond te draaien 5 Gebruik een potlood om te controleren of het pompwiel aan de achterkant van de behuizing van de pomp kan draaien. (Het is normaal dat het pompwiel schokkerig draait). Neem contact op met de klantenservice als het pompwiel niet kan draaien. 6 Plaats de dop terug op de noodafvoerslang en zet de slang terug op zijn plaats Schroef de pomp weer helemaal vast De watertoevoerfilters schoonmaken Als het apparaat niet met water wordt gevuld of als het lang duurt voordat het water wordt gevuld, gaat het indicatielampje van de startknop rood knipperen. Controleer of de watertoevoerfilters geblokkeerd zijn (zie hoofdstuk "Wat te doen als..." voor meer informatie). Ga hiervoor als volgt te werk: 1 • Draai de waterkraan dicht. • Schroef de slang van de kraan. • Reinig het zeefje in de slang met een harde borstel. • Schroef de watertoevoerslang weer op de kraan. NEDERLANDS 19 • Als u de machine opnieuw wilt starten, controleer dan of de omgevingstemperatuur boven de 0°C ligt. 2 • Schroef de slang van de machine. Houd een oude doek bij de hand om eventueel gemorst water te kunnen opvegen. • Maak het filter in de klep schoon met een stevige borstel of met een doek. 3 35° 45° • Draai de toevoerslang aan de achterkant van het apparaat naar links of rechts om de installatie te vergemakkelijken. Plaats de sluitmoer op de juiste manier om waterlekkage te voorkomen. • Draai de waterkraan open. Voorzorgsmaatregelen bij vorst Als de machine wordt blootgesteld aan temperaturen onder 0°C, dient u enkele voorzorgsmaatregelen te treffen. • Draai de waterkraan dicht. • Schroef de watertoevoerslang los • Plaats het uiteinde van de noodafvoerslang en van de toevoerslang in een op de vloer geplaatste opvangbak en laat het aanwezige water weglopen • Schroef de watertoevoerslang weer aan de kraan en zet de noodafvoerslang weer op zijn plaats na eerst de stop te hebben teruggeplaatst Belangrijk! Elke keer als u het water afvoert met behulp van de noodafvoerslang, moet u 2 liter water in het vakje voor het hoofdwasmiddel van de wasmiddellade gieten en daarna het programma POMPEN laten draaien Dit schakelt de SPAARKLEPvoorziening in, waarmee voorkomen wordt dat een gedeelte van het wasmiddel bij de volgende wasbeurt ongebruikt blijft Machine legen in geval van nood Ga, als het water niet wordt afgevoerd, als volgt te werk om de machine leeg te laten lopen: • trek de stekker uit het stopcontact • draai de waterkraan dicht. • wacht indien nodig totdat het water is afgekoeld • open het pompdeurtje • zet een opvangbak op de vloer en houd het uiteinde van de noodafvoerslang in de bak Trek de stop eruit Het water zou door de zwaartekracht in de opvangbak moeten lopen Plaats als de opvangbak vol is de stop terug op de slang Gooi de opvangbak leeg Herhaal deze procedure totdat er geen water meer uit de slang komt • reinig indien nodig de pomp, zoals hierboven beschreven • plaats de stop terug op de noodafvoerslang en zet de slang terug op zijn plaats • schroef het pompdeksel vast en sluit het deurtje NEDERLANDS 20 Problemen oplossen Het apparaat start of stopt niet tijdens de werking. Het is mogelijk dat het rode indicatielampje van toets 5 knippert om aan te geven dat de machine niet werkt. Probleem Controleer eerst de hieronder staande checklist, voordat u contact opneemt met onze Klantenservice. Mogelijke oorzaak Oplossing De deur is niet gesloten (rode indi- Doe de deur stevig dicht. catielampje toets 5 knippert). De stekker zit niet goed in het stop- Steek de stekker in het stopcontact. contact. Er staat geen spanning op het stop- Controleer de elektrische installatie contact. in uw woning. De machine De hoofdzekering is doorgebrand. Vervang de zekering. start niet: De programmakeuzeknop is niet Draai de keuzeknop en druk noggoed ingesteld en er is niet op toets maals op toets 5. 5 gedrukt. De uitgestelde start is gekozen. Als het wasgoed meteen gewassen moet worden, annuleer dan de uitgestelde start. De waterkraan is dicht. (Het rode in- Draai de waterkraan open. dicatielampje toets 5 knippert). De toevoerslang is bekneld of ge- Controleer de aansluiting van de knikt (Het rode indicatielampje toets watertoevoerslang. De machine 5 knippert). wordt niet met Het filter in de toevoerslang of het Reinig de wateraanvoerfilters. (Zie water gevuld: inlaatventielfilter is verstopt (Het ro- "Wateraanvoerfilters reinigen" voor de indicatielampje toets 5 knippert). meer informatie) De deur is niet gesloten (Het rode in- Doe de deur stevig dicht. dicatielampje toets 5 knippert). De afvoerslang is bekneld of geknikt Controleer de aansluiting van de af(Het rode indicatielampje toets 5 voerslang. knippert). Het afvoerfilter is verstopt (Het rode Maak het afvoerfilter schoon. De machine indicatielampje toets 5 knippert). wordt niet geEr is een optie of programma geko- Kies programma POMPEN of CENleegd: zen waarbij het water in de trommel TRIFUGEREN. niet wordt weggepompt of een programma dat alle spoelgangen onderdrukt. NEDERLANDS Probleem Mogelijke oorzaak 21 Oplossing De elektronische voorziening voor Herverdeel de lading met de hand of onbalans is ingeschakeld omdat het voeg wat wasgoed toe en kies dan wasgoed niet gelijkmatig in de trom- het programma centrifugeren. mel is verdeeld. Het wasgoed wordt herverdeeld doordat de machine de Het centrifugetrommel in tegenovergestelde richren begint traag ting ronddraait. Dit kan verschillende of de machine keren nodig zijn voordat de onbacentrifugeert lans verdwijnt en het normale centriniet: fugeren kan worden hervat. Als na 10 minuten het wasgoed nog steeds niet gelijkmatig in de trommel is verdeeld, zal de machine niet centrifugeren. Er is te veel of ongeschikt wasmiddel Verminder de hoeveelheid wasmidgebruikt (te veel schuimvorming). del of gebruik een ander middel. Controleer of een van de koppelin- Controleer de aansluiting van de gen van de toevoerslang lekkage watertoevoerslang. vertoont. Dit is niet altijd gemakkelijk te zien, omdat het water langs de slang naar beneden loopt; controEr ligt water op leer of de slang vochtig is. de vloer: De watertoevoerslang is bescha- Vervang de slang (vraag de klantendigd. service naar het juiste reserveonderdeelnummer). De dop op de noodafvoerslang is na Zet de dop terug op de noodafhet schoonmaken niet terugge- voerslang en draai het filter volledig plaatst of het filter is niet goed vast- aan geschroefd De deur gaat niet open: Het programma loopt nog. Wacht tot de wascyclus is afgelopen. De deur is niet ontgrendeld. Wacht een paar minuten voordat u de deur opent. Er staat water in de trommel. Kies programma Pompen of Centrifugeren. De transportbouten en het verpak- Controleer of het apparaat correct kingsmateriaal zijn niet verwijderd. geïnstalleerd is. Het apparaat De pootjes zijn niet afgesteld maakt een abnormaal geluid De afvoerpomp kan geblokkeerd zijn. Controleer of het apparaat goed waterpas staat. Controleer de afvoerpomp. (Zie 'Pomp reinigen' voor meer informatie). NEDERLANDS Probleem 22 Mogelijke oorzaak Oplossing Er is te weinig of ongeschikt wasmid- Gebruik meer wasmiddel of gebruik del gebruikt. een ander middel. Hardnekkige vlekken zijn niet vóór Onbevredigen- het wassen behandeld. de wasresultaten: De juiste temperatuur was niet gekozen. Te veel wasgoed in de trommel. Schakel na de controle het apparaat in en drukt u de toets 5 om het programma weer te starten. Als de storing opnieuw verschijnt, neemt u contact op met de klantenservice. Gebruik normaal in de handel verkrijgbare producten om hardnekkige vlekken te behandelen. Controleer of u de juiste temperatuur heeft gekozen. Verminder de hoeveelheid wasgoed volgens de 'Tabel wasprogramma's'. De benodigde gegevens voor de service-afdeling staan op het typeplaatje. Wij adviseren u ze hier te noteren: Modelbeschrijving (MOD): ..................... Productnummer (PNC): ........................... Serienummer (S.N.): ............................... Made In Italy © Inter IKEA Systems B.V. 1999 501.514.59 21552 Technische gegevens Afmeting Leidingwaterdruk 1) Katoen max. belading (kg) Breedte (cm) 59,6 Hoogte (cm) 82 Diepte (cm) 54 Minimaal Maximaal 0,5 bar (0,05 MPa) 8 bar (0,8 MPa) 6 Max. centrifugesnelheid (tpm) 1200 Energieklasse A+ Afwasklasse A Centrifugeklasse B Geluid wassen (dB(A)) 54 Geluid centrifugeren (dB(A)) 76 NEDERLANDS 23 Gemiddeld jaarlijks energie- 204 verbruik (kWh) 2) Gemiddeld jaarlijks waterver- 9000 bruik (liter) 2) 1) Als de waterleidingsdruk in uw woonplaats hoger of lager is, neem dan contact op met de klantenservice. 2) De gegevens zijn gebaseerd op het wasprogramma voor testinstituten, waarbij uitgegaan wordt van 220 cycli per jaar. Informatie over de elektrische aansluiting, de spanning en het vermogen staat op het typeplaatje op de binnenrand van de deur. Montage Let op! Zie de montage-instructies om door te gaan met de installatie. Waarschuwing! Zorg dat de stekker tijdens de installatie niet is aangesloten Zet het apparaat op de vloer en installeer het onder een werkblad (keukenaanrecht of wasbak). Als reparatie noodzakelijk is, moet het apparaat gemakkelijk toegankelijk zijn voor de reparateur. Zet het apparaat naast een waterkraan en een afvoer. Er zijn geen verdere openingen voor de ontluchting van het apparaat vereist, maar alleen om de watertoevoer- en afvoerslang en het aansluitsnoer door te laten. Watertoevoer 1 Sluit de slang aan op een kraan met 3/4"schroefdraad. 2 35° 45° Draai de toevoerslang naar links of rechts voor de installatie. Plaats de sluitmoer op de juiste manier om waterlekkage te voorkomen. Let op! Bevestig de toevoerslang niet naar beneden gericht De toevoerslang mag niet worden verlengd Als de slang te kort is en u de kraan niet wilt verplaatsen, zult u een nieuwe, langere slang moeten kopen die speciaal voor dit doel is gemaakt Waterafvoer A Verwijder het kunststofmembraan (A) als u de waterafvoerslang aan een sifon onder de gootsteen aansluit. Als u het membraan niet verwijdert, kunnen wasmiddelresten en kledingpluizen een verstopping in de slang veroorzaken. NEDERLANDS Let op! Zorg er voor dat de waterkoppelingen stevig vast zitten om waterlekkage te voorkomen. 24 De afvoerslang kan verlengd worden tot een maximum van 4 meter Een extra afvoerslang en koppelstuk is verkrijgbaar bij de Klantenservice bij u in de buurt Aansluiting aan het elektriciteitsnet • Dit apparaat moet geaard worden. • Zorg er voor dat de elektrische informatie op het typeplaatje overeenkomt met de stroomtoevoer in uw huis. • Gebruik altijd een correct geïnstalleerd schokvrij stopcontact. • Gebruik geen meerwegsstekkers, -aansluitingen en verlengkabels. Er kan brand ontstaan. • Vervang of wijzig de hoofdkabels niet zelf. Neem contact op met de klantenservice. • Verzeker u ervan dat de hoofdstekker en de kabel niet platgedrukt of beschadigd worden door de achterkant van het apparaat. • Zorg ervoor dat de hoofdstekker na installatie toegankelijk is. • Trek niet aan het snoer om het apparaat los te koppelen van de netvoeding. Trek altijd aan de stekker. • Dit apparaat voldoet aan de EU-richtlijnen. Milieubescherming Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als huishoudafval mag worden behandeld, maar moet worden afgegeven bij een verzamelpunt waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de juiste manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijke negatieve gevolgen voor mens en milieu die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde afvalverwerking. Voor gedetailleerdere informatie over het recyclen van dit product, kunt u contact opnemen met de gemeente, de gemeentereiniging of de winkel waar u het product hebt gekocht. Verpakkingsmaterialen De materialen met het symbool kunnen gerecycled worden. Gooi de verpakking in een geschikte verzamelcontainer om het te recyclen. Afvalverwerking van het apparaat • Om lichamelijk letsel of schade te voorkomen: – Trek de stekker uit het stopcontact. – Snijd het netsnoer door en gooi het weg. – Verwijder de deurvergrendeling. Dit voorkomt dat kinderen of kleine huisdieren in het apparaat opgesloten raken. Er bestaat gevaar voor verstikking. NEDERLANDS 25 IKEA GARANTIE Hoe lang is de garantie van IKEA geldig? Deze garantie is vijf (5) jaar geldig vanaf de oorspronkelijke datum van aankoop van uw apparaat bij IKEA, tenzij het apparaat van het merk LAGAN is, dan geldt een garantieperiode van twee (2) jaar. De originele kassabon is nodig als aankoopbewijs. Als er tijdens de garantieperiode werkzaamheden worden uitgevoerd, wordt de garantie- periode van het apparaat niet verlengd, dat geldt ook voor de nieuwe onderdelen. Welke apparatuur valt niet onder de vijf (5) jaar garantie van IKEA? De apparaten van het merk LAGAN en alle apparaten die gekocht zijn vóór 1 augustus 2007. Wie zal de service uitvoeren? De IKEA servicedienst zal de service uitvoeren via het eigen bedrijf of het erkende servicepartnernetwerk. Wat valt er onder de garantie? De garantie dekt storingen van het apparaat, die veroorzaakt zijn door verkeerde constructie of materiaalfouten vanaf de aankoopdatum bij IKEA. Deze garantie is uitsluitend van toepassing bij huishoudelijk gebruik. De uitzonderingen worden onder de hoofding “Wat valt er niet onder deze garantie?” gespecificeerd. Binnen de garantieperiode worden er geen kosten om de storing te verhelpen aangerekend, d.w.z. reparaties, onderdelen, arbeidsloon en transport, op voorwaarde dat het apparaat toegankelijk is voor reparatie zonder speciale kosten en dat het defect betrekking heeft op verkeerde constructie of materiaalfouten die onder de garantie vallen. Op deze voorwaarden zijn de EG-richtlijnen (Nr. 99/44/EG) en de respectievelijke plaatselijke voorschriften van toepassing. Vervangen onderdelen worden het eigendom van IKEA. Wat zal IKEA doen om het probleem op te lossen? De door IKEA aangestelde servicedienst zal het product onderzoeken en bepalen, dit uitsluitend ter eigen beoordeling, of het gedekt wordt door deze garantie. Als het gedekt blijkt te zijn, zal de IKEA servicedienst of de erkende servicepartner dan via het eigen bedrijf, uitsluitend ter eigen beoordeling, ofwel het defecte product repareren of het vervangen door hetzelfde of een vergelijkbaar product. Wat valt er niet onder deze garantie? • Normale slijtage. • Opzettelijk aangebrachte schade of schade door verwaarlozing, schade veroorzaakt door het niet opvolgen van de bedieningshandleiding, onjuiste installatie of aansluiting op een verkeerd voltage, schade veroorzaakt door chemische of elektro-chemische reactie, roest, corrosie of waterschade, maar niet beperkt tot schade veroorzaakt door overmatig kalkgehalte van de watertoevoer, schade veroor zaakt door abnormale omgevingsomstandigheden. • Verbruiksonderdelen, met inbegrip van batterijen en lampjes. • Niet-functionele en decoratieve onderdelen die niet van invloed zijn op het normale gebruik van het apparaat, inclusief eventuele krassen en mogelijke kleurverschillen. • Onvoorziene schade veroorzaakt door vreemde voor-werpen of stoffen en het reinigen of deblokkeren van filters, afvoersystemen of wasmiddellades. • Schade aan de volgende onderdelen: glaskeramiek, accessoires, serviesgoed en bestekmandjes, toevoer- en afvoerpijpen, afdichtingen, lampen en lampenkapjes, schermen, knoppen, behuizingen en gedeeltes van behuizingen, tenzij kan worden aangetoond dat deze veroorzaakt zijn door fabricagefouten. • Gevallen waarbij geen storing geconstateerd kon worden tijdens het bezoek van een technicus. NEDERLANDS • Reparaties die niet zijn uitgevoerd door onze aange-stelde servicediensten en/of een erkende contractuele servicepartner of wanneer er niet-originele onderdelen gebruikt zijn. • Reparaties die veroorzaakt zijn door installatie die verkeerd of niet in overeenstemming met de specificatie is uitgevoerd. • Gebruik van het apparaat in niet-huishoudelijke omgeving d.w.z. professioneel gebruik. • Transportschade. Indien het apparaat door een klant naar zijn huis of een ander adres vervoert, kan IKEA niet aansprakelijk gesteld worden voor eventuele transportschade. Indien IKEA het apparaat aflevert op het door de klant aangegeven adres, dan is eventuele schade die ontstaan is tijdens de aflevering gedekt door de garantie. • Kosten voor de uitvoering van de installatie van het IKEA-apparaat. Indien de IKEA servicedienst of de erkende servicepartner het apparaat, binnen de voorwaarden van deze garantie, repareert of vervangt, zal de servicedienst of de erkende servicepartner, indien nodig, het gerepareerde apparaat of het vervangende apparaat installeren. Deze beperking is niet van toepassing op foutloze werkzaamheden uitgevoerd door een gekwalificeerd specialist met gebruik van onze originele onderdelen teneinde het apparaat aan te passen aan de technische veiligheidsspecificaties van een ander EU-land. Hoe zijn de landelijke wetten van toepassing De garantie van IKEA geeft u specifieke wettelijke rechten, die op zijn minst voldoen aan alle plaatselijke wettelijke eisen die per land verschillend zijn. Gebied van geldigheid Voor apparaten die in een EU-land zijn aangeschaft en meegenomen worden naar een ander EU-land, zal de dienstverlening uitgevoerd worden in het kader van de garantievoorwaarden die in het nieuwe land gebruikelijk zijn. Een verplichting om diensten te verlenen in het kader van de garantie bestaat uitsluitend als: 26 • het apparaat en de installatie ervan voldoen aan de technische specificaties van het land waarin aanspraak gemaakt wordt op de garantie; • het apparaat en de installatie ervan in overeen-stemming zijn met de montage-instructies en de veiligheidsinformatie die in de gebruikershandleiding staan. De speciale Klantenservice voor apparaten van IKEA: Aarzel alstublieft niet om contact op te nemen met de speciale IKEA Klantenservice om: 1. een beroep te doen op deze garantie; 2. uitleg te vragen over de installatie van het IKEA appa-raat in het daarvoor bedoelde keukenmeubel van IKEA. De service geeft u geen uitleg met betrekking tot: – de volledige installatie van uw IKEA keuken; – aansluitingen op het elektriciteitsnet (als het appa-raat geleverd wordt zonder stekker en kabel), op de water- en gasleiding, want dit moet gedaan worden door een erkend installateur. 3. uitleg te vragen over de gebruikershandleiding en de specificaties van het IKEA apparaat. Om ervoor te zorgen dat wij u de beste service verlenen, verzoeken wij u de montage-instructies en/of de gebrui- kershandleiding in dit boekje zorgvuldig te lezen voordat u contact met ons opneemt. Hoe kunt u ons bereiken als u hulp nodig hebt Op de laatste pagina van deze handleiding vindt u de volledige lijst van door IKEA erkende servicebedrijven met de bijbehorende nationale telefoonnummers. NEDERLANDS Belangrijk! Om u sneller van dienst te kunnen zijn, advi-seren wij u de specifieke telefoonnummers te bellen die aan het eind van deze handleiding vermeld zijn. Gebruik altijd de telefoon-nummers die in het boekje staan van het apparaat waarvoor u assistentie nodig heeft. Zorg ervoor dat u het artikelnummer (8 cijfers) van het IKEA apparaat bij de hand hebt, voordat u ons belt om assistentie te vragen. Belangrijk! BEWAAR DE KASSABON! Dit is uw aankoopbewijs en nodig om de garantie te doen gelden. Op de kassabon staat ook de naam van het IKEA artikel en het nummer (8 cijfers) voor elk apparaat dat u gekocht heeft. 27 Hebt u meer hulp nodig? Neem, voor alle andere vragen die geen betrekking hebben op de service voor apparaten, contact op met het call center van de dichtstbijzijnde vestiging van IKEA. Wij raden u aan de documentatie van het apparaat zorgvuldig te lezen voordat u contact met ons opneemt.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104

IKEA RIWM60 Handleiding

Type
Handleiding

in andere talen