42
NEDERLANDS
e ) Rek u niet te ver uit. Blijf altijd stevig en in balans op
de grond staan. Dit zorgt voor betere controle van het
elektrische gereedschap in onverwachtesituaties.
f ) Draag geschikte kleding. Draag geen loszittende
kleding of sieraden. Houd uw haar, kleding en
handschoenen uit de buurt van bewegende
onderdelen. Loszittende kleding, sieraden of lang haar
kunnen door bewegende delen wordengegrepen.
g ) Als er in apparaten wordt voorzien voor
het aansluiten van stofverwijdering- of
verzamelapparatuur, zorg er dan voor dat deze
correct worden aangesloten en gebruikt. Het gebruik
van een stofverzamelaar kan aan stof gerelateerde
gevarenverminderen.
4) Gebruik en Verzorging van Elektrisch
Gereedschap
a ) Forceer het gereedschap niet. Gebruik het juiste
elektrische gereedschap voor uw toepassing. Het
juiste elektrische gereedschap voert de werkzaamheden
beter en veiliger uit waarvoor het isontworpen.
b ) Gebruik het gereedschap niet als de schakelaar het
niet aan en uit kan zetten. Ieder gereedschap dat niet
met de schakelaar kan worden bediend is gevaarlijk en
moet wordengerepareerd.
c ) Haal de stekker uit het stopcontact en/of neem de
accu uit het gereedschap voordat u aanpassingen
uitvoert, accessoires verwisselt, of het elektrische
gereedschap opbergt. Dergelijke preventieve
veiligheidsmaatregelen verminderen het risico dat het
elektrische gereedschap per ongelukopstart.
d ) Bewaar gereedschap dat niet wordt gebruikt buiten
het bereik van kinderen en laat niet toe dat personen
die onbekend zijn met het elektrische gereedschap
of deze instructies het gereedschap bedienen.
Elektrische gereedschappen zijn gevaarlijk in handen van
ongetraindegebruikers.
e ) Onderhoud elektrische gereedschappen. Controleer
op verkeerde uitlijning en het grijpen van
bewegende onderdelen, breuk van onderdelen en
andere omstandigheden die de werking van het
gereedschap nadelig kunnen beïnvloeden. Zorg dat
het gereedschap voor gebruik wordt gerepareerd als
het beschadigd is. Veel ongelukken worden veroorzaakt
door slecht onderhoudengereedschap.
f ) Houd snijdgereedschap scherp en schoon. Correct
onderhouden snijdgereedschappen met scherpe
snijdranden lopen minder snel vast en zijn gemakkelijker
tebeheersen.
g ) Gebruik het elektrische gereedschap, de
accessoires en gereedschapsonderdelen enz. in
overeenstemming met deze instructies, waarbij
u rekening houdt met de werkomstandigheden
en de werkzaamheden die dienen te worden
uitgevoerd. Gebruik van het elektrische gereedschap voor
werkzaamheden die anders zijn dan het bedoelde gebruik,
kunnen leiden tot een gevaarlijkesituatie.
5) Service
a ) Zorg dat u gereedschap wordt onderhouden door
een erkende reparateur die uitsluitend identieke
vervangende onderdelen gebruikt. Dit zorgt ervoor dat
de veiligheid van het gereedschap blijftgegarandeerd.
Aanvullende veiligheidsregels voor frezen
• Houd het elektrisch gereedschap vast bij de geïsoleerde
handgrepen, omdat het freesapparaat in contact kan
komen met het eigen snoer. Wanneer een draad waar
spanning op staat, wordt doorgesneden, kunnen metalen
onderdelen van het gereedschap onder spanning komen te
staan en kan de gebruiker een elektrische schokkrijgen.
• Zet het werkstuk met klemmen of op een andere
praktische manier vast en ondersteun het werkstuk
op een stabiele ondergrond. Wanneer u het werkstuk
vasthoudt met de hand of tegen uw lichaam gedrukt houdt, is
het instabiel en kunt u de controleverliezen.
• Laat nooit de motor-unit lopen wanneer deze niet in één
van de grondplaten van de frees is geplaatst.. Het is niet
de bedoeling dat de motor in de hand wordtgehouden.
• Gebruik altijd rechte frezen, rabatfrezen, profielfrezen,
sleuvenfrezen of gegroefde messen met een schachtdiameter
van 6 - 6,35 (1/4”) die overeenkomen met de grootte van de
spantang in uwgereedschap.
• Gebruik altijd frezen die geschikt zijn voor een snelheid van
35000 min
-1
en die overeenkomstig zijngemarkeerd.
WAARSCHUWING: Gebruik nooit frezen met een
diameter die groter is dan de maximumdiameter die in de
technische gegevens wordtaangeduid.
• Voor sleuvenfrezen MOET de maximale schachtdiameter 6,35
mm zijn en MOET de maximale diameter 25,4mmzijn.
• Voor gegroefde messen MOET de maximale schachtdiameter
6,35 mm zijn, MOET de maximale diameter 25,4 mm zijn en
MOET de maximale freesbreedte 4 mmzijn.
WAARSCHUWING: Wij adviseren een aardlekschakelaar
met een reststroomwaarde van 30mA of minder
tegebruiken.
Overige risico’s
Ondanks het toepassen van de relevante
veiligheidsvoorschriften en het toepassen van
veiligheidsapparaten kunnen sommige overige risico’s niet
worden vermeden. Dit zijn:
• Gehoorbeschadiging .
• Risico op persoonlijk letsel door rondvliegendedeeltjes.
• Risico van brandwonden omdat accessoires tijdens het
gebruik heetworden.
• Risico van persoonlijk letsel als gevolg van langduriggebruik.
Elektrische veiligheid
De elektrische motor is slechts voor één voltage ontworpen.
Controleer altijd of de stroomvoorziening overeenkomt met de
voltage op hettypeplaatje.