Bosch FAS-420-TM Handleiding

Categorie
Telefoons
Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

FAS-420-TM | FAS-420-TM-R | FAS-420-TM-RVB nl 57
Bosch Sicherheitssysteme GmbH F.01U.088.879 | 3.0 | 2009.07
Systeemoverzicht
Adres van de melder instellen
Installeren van de unit
Afbeelding 1,
Pagina 3
Aansluitingen FAS-420-TM Serie
1 Aansluiting voor aanzuigbuis
2 Aansluiting voor luchtterugvoer
3 Voorbereide M 25 kabelinvoer voor de aansluiting op brandmeldcentrale of
voedingsspanning (ingang/uitgang)
4 Voorbereide M 20 kabelinvoer voor de aansluiting op brandmeldcentrale of
voedingsspanning (ingang/uitgang)
Afbeelding 2,
Pagina 3
Indicatoren FAS-420-TM Serie
1 Bedrijfs-LED
2 Hoofdalarm-LED
3 Pre-alarm-LED
4Storings-LED
5 Infraroodpoort
6 Indicatoren voor brandhaardidentificatie in sectoren A-E
7 Weergave van rookniveau (10 segmenten)
Afbeelding 3,
Pagina 3
Het adres van het rookaanzuigsysteem wordt ingesteld met behulp van de 8-pins DIP-
schakelaars op de printplaat en een puntig voorwerp. De standaardinstelling is "0" (alle DIP-
schakelaars "off"). De instellingen van de DIP-schakelaar voor alle goedgekeurde adressen
staan op pagina 5-6 (0 = uit, 1 = aan).
Adres (A) Bedrijfsmodus Netwerkstructuur
Lus Steeklijn T-aftakking
0 Automatische toewijzing van adressen in LSN
improved version modus
XX -
1 tot 254 Handmatige toewijzing van adressen in LSN
improved version modus
XXX
255 = CL Automatische toewijzing van adressen in LSN
classic modus (adresbereik: max. 127)
XX -
x = mogelijk
- = niet mogelijk
i
AANWIJZING!
Het is niet toegestaan verschillende bedrijfsmodi naast elkaar te gebruiken in één lus/
steeklijn/T-aftakking.
!
WAARSCHUWING!
De apparatuur mag uitsluitend worden geïnstalleerd door geautoriseerd en gekwalificeerd
personeel!
Schakel de unit uit voordat u aansluitwerkzaamheden gaat verrichten!
58 nl FAS-420-TM | FAS-420-TM-R | FAS-420-TM-RVB
F.01U.088.879 | 3.0 | 2009.07 Bosch Sicherheitssysteme GmbH
1. Markeer eerst duidelijk de bevestigingspunten op de montageplaats, die zijn aangegeven
op het apparaat. Om ervoor te zorgen dat de behuizing stevig en veilig wordt gemonteerd
en er vrijwel geen vibraties optreden, moet de sokkel met vier schroeven worden
vastgezet (? max. 4 mm).
2. Bevestig de behuizingssokkel overeenkomstig het type montage met vier schroeven op
de ondergrond. Let er hier absoluut op dat de behuizingssokkel in geen geval onder
mechanische spanning vastgezet wordt of de schroeven te vast aangedraaid worden.
Anders kan het apparaat beschadigd raken of kunnen er ongewenste bijgeluiden
ontstaan.
3. Druk met een schroevendraaier de benodigde kabelingangen voorzichtig uit de
behuizingssokkel.
4. Voorzie de open kabeldoorvoer(en) waar nodig voorzichtig van M20- of M25-wartels
(1 x M25 en 2 x M20, meegeleverd) door ze in de desbetreffende kabeldoorvoer(en) te
plaatsen.
5. Maak de kabeldoorvoeren open met een puntig voorwerp.
Voorzichtig: snijd de kabeldoorvoeren niet open met een mes!
6. Voer de aansluitkabel(s) (max. kabeldiameter 2,5 mm²) door de geschikte
kabeldoorvoer(en) en knip ze binnen het apparaat op de benodigde lengte af.
7. Sluit de unit aan volgens onderstaande instructies.
Aansluiten van de FAS-420-TM Serie
i
AANWIJZING!
- Bij de keuze van de montageplaats moet er rekening mee worden gehouden dat de
indicatoren van de unit goed zichtbaar moeten zijn.
- Houd er bij het ontwerp rekening mee dat de ventilatoren van de unit een geluidsniveau
van ongeveer 40 dB(A) produceren.
- De luchtuitlaat van de unit mag niet afgedekt worden. De afstand tussen de luchtuitlaat
en naastgelegen objecten (bijv. de muur) moet ten minste 10 cm bedragen.
- Het rookaanzuigsysteem kan worden gemonteerd met het aanzuigsysteem omhoog of
omlaag gericht (hiervoor moet de kap van de rookmelder-unit 180° gedraaid worden). Als
de aanzuigbuis naar beneden wordt gericht, dient u ervoor te zorgen dat er geen vuil in
de luchtterugvoer komt, die dan naar boven is gericht.
i
AANWIJZING!
De units worden normaal gesproken aangesloten op een hulpvoeding. Als de unit wordt
aangesloten op een LSN improved version brandmeldcentrale van Bosch wordt de unit via de
AUX-uitgangen van de Batterij Controle Module van spanning voorzien. U kunt ook een externe
voedingseenheid gebruiken (bijv. FPP-5000 of UEV 1000).
Afbeelding 4,
Pagina 4
Naam Kabel Functie
V+ Rood Hulpvoeding, inkomend
V- Zwart
V+ Rood Hulpvoeding, uitgaand
V- Zwart
a1- Wit LSN a, inkomend
b1+ Geel LSN b, inkomend
a2- Wit LSN a, uitgaand
b2+ Geel LSN b, uitgaand
Shield - Afgeschermde kabel
Data+ - Datalijn-aansluiting voor nevenindicator*
Data- -
*Nevenindicatoren voor de FAS-420-TM Serie moeten apart worden besteld.
FAS-420-TM | FAS-420-TM-R | FAS-420-TM-RVB nl 59
Bosch Sicherheitssysteme GmbH F.01U.088.879 | 3.0 | 2009.07
LSN-configuratie
Nadat het rookaanzuigsysteem is aangesloten op het LSN kunnen de melder en de unit worden
geconfigureerd met de programmeersoftware voor de brandmeldcentrale, via een laptop die
is verbonden met de brandmeldcentrale. Informatie over de LSN-configuratie vindt u ook in de
online-Help van de programmeersoftware.
Informatie over diagnostische gegevens van de brandmeldcentrale leest u in het
bedieningshandboek van de brandmeldcentrale.
Parameters instellen via de programmeersoftware
De parameters voor elke melderunit staan vermeld in het betreffende "Sensor"-dialoogvenster
via keuzelijsten. De standaardinstellingen staan hieronder vetgedrukt (zie tabellen).
U kunt de volgende parameters instellen:
Detectormodule
Brandhaardidentificatie
Met de apparaatuitvoeringen FAS-420-TM-R en FAS-420-TM-RVB is het mogelijk om alle vijf
bewaakte ruimtes een naam te geven. Klik hiervoor op de betreffende ruimte en typ de naam
in het veld "Label". De naam mag maximaal 31 karakters lang zijn. In geval van brand wordt de
naam weergegeven op de bedienings- en displayeenheid van de brandmeldcentrale, zodat de
brandhaard duidelijk gelokaliseerd kan worden.
i
AANWIJZING!
De DM-TM-50 Meldermodule is standaard geïnstalleerd in alle FAS-420-TM Serie apparaten en
wordt weergegeven als standaardinstelling. Wijzig dit niet!
Gevoeligheid Alternatieve gevoeligheid
0,5%/m Het is mogelijk om een tweede gevoeligheid in
te stellen, bijvoorbeeld voor dag/nacht-modus.
Zie de linkerzijde voor instelbare
gevoeligheidsniveaus.
1%/m
2%/m
Programmeerbaar*
Drempel voor luchtstroomstoring Alarmvertraging
20% 10 sec
30% 30 sec
50% 60 sec
Programmeerbaar* Programmeerbaar*
Vertraging voor
luchtstroomstoring
Ventilatorspanning LOGIC⋅SENS-filter
30 sec 9V Aan
100 sec 10,5 V
15 min 12 V Uit
Programmeerbaar* Programmeerbaar*
* Programmeerbaar = Kies deze optie voor meer instelmogelijkheden via de FAS-ASD-DIAG
Diagnosesoftware.
i
AANWIJZING!
Als de brandmeldcentrale in revisiebedrijf staat, wordt de LOGIC⋅SENS tijdelijk uitgeschakeld,
zodat de meldermodules snel en direct gecontroleerd kunnen worden.
De standaard drempel voor een luchtstroom fout is ingesteld op een luchtstroom volume van
20%. Hogere waardes zijn niet toegestaan voor installaties die moeten voldoen aan EN 54-20.
60 nl FAS-420-TM | FAS-420-TM-R | FAS-420-TM-RVB
F.01U.088.879 | 3.0 | 2009.07 Bosch Sicherheitssysteme GmbH
Instellingen via de FAS-ASD-DIAG Diagnosesoftware
De onderstaande instellingen hebben alleen betrekking op de apparaatuitvoeringen
FAS-420-TM-R en FAS-420-TM-RVB.
Brandhaardidentificatie
De brandhaardidentificatie kan in de FAS-ASD-DIAG Diagnosesoftware worden in- en
uitgeschakeld via het scherm "Instellingen" De functie "ROOM⋅IDENT" is standaard
uitgeschakeld.
Hoofdalarm na brandhaardidentificatie
Voor bepaalde toepassingen is het praktisch om de alarmering uit te voeren zodra de
brandhaard is geïdentificeerd. Hiervoor moet "Hoofdalarm na ROOM⋅IDENT" worden
ingeschakeld. Wanneer deze functie is ingeschakeld, is het van belang dat de functie
"ROOM⋅IDENT" ook wordt ingeschakeld, omdat de locatie van de brand anders niet
geïdentificeerd kan worden.
De functie "Hoofdalarm na ROOM⋅IDENT" is standaard uitgeschakeld.
Ingebruikname
1. Plaats de FAS-420-TM Melderunit in de voorgemonteerde behuizingssokkel waarvan de
bedrading is gecontroleerd.
2. Sluit de X4-jumper opnieuw aan bij het plaatsen van de melderunit (PIN 1-2 of PIN 2-3)
zodat de luchtstroom automatisch wordt gekalibreerd (zie Afbeelding 5, Pagina 4).
3. Het groene bedrijfslampje knippert als de FAS-420-TM wordt geïnitialiseerd. Nadat de
initialisatie is voltooid, gaat het bedrijfslampje permanent branden.
4. De luchtstroom van de FAS-420-TM mag tijdens de initialisatiefase niet worden
beïnvloed.
Ingebruikname van brandhaardidentificatie
De brandhaardidentificatie kan in de FAS-ASD-DIAG Diagnosesoftware worden ingesteld via
het scherm "ROOM⋅IDENT".
1. Klik op de knop [Leren]. Hiermee wordt het scherm geopend met de instelbare waarden
die worden gebruikt voor het bepalen van de transporttijden voor de
brandhaardidentificatie in de sectoren A-E.
2. Voer eerst het aantal openingen voor luchtmonstername in [Aantal aanzuigopeningen].
3. Voer vervolgens de vrijblaastijd en de spanning voor de vrijblaasventilator en de
aanzuigventilator in [Vrijblaastijd], [Vrijblaasventilator], [Aanzuigventilator].
U kunt de Help-functie oproepen door op het vraagteken rechts naast de betreffende
instelling te klikken.
4. Klik op het aanzuigpunt (A-E) waarvoor de transporttijd moet worden bepaald.
5. Voer de voorselectietijd in die nodig is om het aanzuigpunt te bereiken en bied de rook
aan. Als de geselecteerde voorselectietijd verstreken is, moet het betreffende
rookaanzuigpunt gevuld zijn met rook. Nadat de voorselectietijd is verstreken moet de
rook nog gedurende 10 tot 15 seconden op het aanzuigpunt aanwezig zijn.
6. Controleer aan de hand van het rookniveau of er geen rook in de aanzuigbuis aanwezig is.
7. Klik op de knop [Start]. De FAS-420-TM-R/-RVB schakelt over op het vrijblazen van de
aanzuigbuis. De indicator van het betreffende aanzuigpunt is geel.
8. Zet de FAS-420-TM-R/-RVB op aanzuigen zodra de voorselectietijd is verstreken. De rook
moet nu op het geselecteerde aanzuigpunt beschikbaar zijn. Als de FAS-420-TM-R/-RVB
rook waarneemt, wordt het rookniveau weergegeven. De indicator van het geselecteerde
aanzuigpunt wordt groen en de vastgestelde tijd wordt ingevoerd. De leermodus voor het
betreffende aanzuigpunt wordt uitgeschakeld.
i
AANWIJZING!
De term "ROOM⋅IDENT" wordt in de DIAG-diagnosesoftware gebruikt om de brandhaard te
identificeren.
i
AANWIJZING!
De volgende naam FAS-420-TM heeft betrekking op alle uitvoeringen van de FAS-420-TM Serie
(FAS-420-TM, FAS-420-TM-R, FAS-420-TM-RVB). Waar nodig wordt gewezen op specifieke
verschillen tussen de afzonderlijke uitvoeringen.
FAS-420-TM | FAS-420-TM-R | FAS-420-TM-RVB nl 61
Bosch Sicherheitssysteme GmbH F.01U.088.879 | 3.0 | 2009.07
Technische specificaties
Voeding via LSN 15 VDC-33 VDC
Voeding voor randapparatuur 15 VDC-30 VDC
Stroomverbruik LSN 3,25 mA
Stroomverbruik van voeding voor
randapparatuur
Ventilatorspanning
9V 10,5V 12V
- Startstroom 150 mA
- In stand-by 105 mA 125 mA 145 mA
- Met alarm, apparaatuitvoeringen
FAS-420-TM en FAS-420-TM-R
110 mA 130 mA 150 mA
- Met alarm, apparaatuitvoering
FAS-420-TM-RVB
140 mA 160 mA 180 mA
Max. draaddiameter 2,5 mm²
Materiaal van behuizing Kunststof (ABS)
Kleur van behuizing Papyruswit (RAL 9018)
Beschermingsklasse conform EN 60529
- Zonder luchtterugvoersysteem IP 20
- Met buisgedeelte 100 mm/buisbocht IP 42
- Met luchtterugvoersysteem IP 54
Toegestaan temperatuurbereik
- FAS-420-TM Serie rookaanzuigsystemen -20°C tot +60°C
- PVC-buizensysteem -10°C tot +60°C
- ABS-buizensysteem -40°C tot +80°C
Toegestane relatieve vochtigheid (niet-
condenserend)
Max. 95%
Geluidsvermogen (bij ventilatorspanning van
9V)
40 dB(A)
Reactiegevoeligheid (lichtverstrooiing) 0,5 tot 2,0%/m
Levensduur van ventilator (bij 12 V en 24°C) 60.000 uur

Documenttranscriptie

FAS-420-TM | FAS-420-TM-R | FAS-420-TM-RVB nl 57 Systeemoverzicht Afbeelding 1, Pagina 3 Afbeelding 2, Pagina 3 Aansluitingen FAS-420-TM Serie 1 Aansluiting voor aanzuigbuis 2 Aansluiting voor luchtterugvoer 3 Voorbereide M 25 kabelinvoer voor de aansluiting op brandmeldcentrale of voedingsspanning (ingang/uitgang) 4 Voorbereide M 20 kabelinvoer voor de aansluiting op brandmeldcentrale of voedingsspanning (ingang/uitgang) Indicatoren FAS-420-TM Serie 1 Bedrijfs-LED 2 Hoofdalarm-LED 3 Pre-alarm-LED 4 Storings-LED 5 Infraroodpoort 6 Indicatoren voor brandhaardidentificatie in sectoren A-E 7 Weergave van rookniveau (10 segmenten) Adres van de melder instellen Afbeelding 3, Pagina 3 Het adres van het rookaanzuigsysteem wordt ingesteld met behulp van de 8-pins DIPschakelaars op de printplaat en een puntig voorwerp. De standaardinstelling is "0" (alle DIPschakelaars "off"). De instellingen van de DIP-schakelaar voor alle goedgekeurde adressen staan op pagina 5-6 (0 = uit, 1 = aan). Adres (A) Bedrijfsmodus Netwerkstructuur Lus Steeklijn T-aftakking X X - 1 tot 254 Handmatige toewijzing van adressen in LSN improved version modus X X X 255 = CL Automatische toewijzing van adressen in LSN classic modus (adresbereik: max. 127) X X - 0 Automatische toewijzing van adressen in LSN improved version modus x = mogelijk - = niet mogelijk i AANWIJZING! Het is niet toegestaan verschillende bedrijfsmodi naast elkaar te gebruiken in één lus/ steeklijn/T-aftakking. Installeren van de unit WAARSCHUWING! ! De apparatuur mag uitsluitend worden geïnstalleerd door geautoriseerd en gekwalificeerd personeel! Schakel de unit uit voordat u aansluitwerkzaamheden gaat verrichten! Bosch Sicherheitssysteme GmbH F.01U.088.879 | 3.0 | 2009.07 58 nl FAS-420-TM | FAS-420-TM-R | FAS-420-TM-RVB AANWIJZING! - i - 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. Bij de keuze van de montageplaats moet er rekening mee worden gehouden dat de indicatoren van de unit goed zichtbaar moeten zijn. Houd er bij het ontwerp rekening mee dat de ventilatoren van de unit een geluidsniveau van ongeveer 40 dB(A) produceren. De luchtuitlaat van de unit mag niet afgedekt worden. De afstand tussen de luchtuitlaat en naastgelegen objecten (bijv. de muur) moet ten minste 10 cm bedragen. Het rookaanzuigsysteem kan worden gemonteerd met het aanzuigsysteem omhoog of omlaag gericht (hiervoor moet de kap van de rookmelder-unit 180° gedraaid worden). Als de aanzuigbuis naar beneden wordt gericht, dient u ervoor te zorgen dat er geen vuil in de luchtterugvoer komt, die dan naar boven is gericht. Markeer eerst duidelijk de bevestigingspunten op de montageplaats, die zijn aangegeven op het apparaat. Om ervoor te zorgen dat de behuizing stevig en veilig wordt gemonteerd en er vrijwel geen vibraties optreden, moet de sokkel met vier schroeven worden vastgezet (? max. 4 mm). Bevestig de behuizingssokkel overeenkomstig het type montage met vier schroeven op de ondergrond. Let er hier absoluut op dat de behuizingssokkel in geen geval onder mechanische spanning vastgezet wordt of de schroeven te vast aangedraaid worden. Anders kan het apparaat beschadigd raken of kunnen er ongewenste bijgeluiden ontstaan. Druk met een schroevendraaier de benodigde kabelingangen voorzichtig uit de behuizingssokkel. Voorzie de open kabeldoorvoer(en) waar nodig voorzichtig van M20- of M25-wartels (1 x M25 en 2 x M20, meegeleverd) door ze in de desbetreffende kabeldoorvoer(en) te plaatsen. Maak de kabeldoorvoeren open met een puntig voorwerp. Voorzichtig: snijd de kabeldoorvoeren niet open met een mes! Voer de aansluitkabel(s) (max. kabeldiameter 2,5 mm²) door de geschikte kabeldoorvoer(en) en knip ze binnen het apparaat op de benodigde lengte af. Sluit de unit aan volgens onderstaande instructies. Aansluiten van de FAS-420-TM Serie AANWIJZING! i De units worden normaal gesproken aangesloten op een hulpvoeding. Als de unit wordt aangesloten op een LSN improved version brandmeldcentrale van Bosch wordt de unit via de AUX-uitgangen van de Batterij Controle Module van spanning voorzien. U kunt ook een externe voedingseenheid gebruiken (bijv. FPP-5000 of UEV 1000). Afbeelding 4, Pagina 4 Naam Kabel Functie V+ Rood Hulpvoeding, inkomend V- Zwart V+ Rood V- Zwart a1- Wit LSN a, inkomend b1+ Geel LSN b, inkomend a2- Wit LSN a, uitgaand b2+ Geel LSN b, uitgaand Shield - Afgeschermde kabel Data+ - Datalijn-aansluiting voor nevenindicator* Data- - Hulpvoeding, uitgaand *Nevenindicatoren voor de FAS-420-TM Serie moeten apart worden besteld. F.01U.088.879 | 3.0 | 2009.07 Bosch Sicherheitssysteme GmbH FAS-420-TM | FAS-420-TM-R | FAS-420-TM-RVB nl 59 LSN-configuratie Nadat het rookaanzuigsysteem is aangesloten op het LSN kunnen de melder en de unit worden geconfigureerd met de programmeersoftware voor de brandmeldcentrale, via een laptop die is verbonden met de brandmeldcentrale. Informatie over de LSN-configuratie vindt u ook in de online-Help van de programmeersoftware. Informatie over diagnostische gegevens van de brandmeldcentrale leest u in het bedieningshandboek van de brandmeldcentrale. Parameters instellen via de programmeersoftware De parameters voor elke melderunit staan vermeld in het betreffende "Sensor"-dialoogvenster via keuzelijsten. De standaardinstellingen staan hieronder vetgedrukt (zie tabellen). U kunt de volgende parameters instellen: Detectormodule i AANWIJZING! De DM-TM-50 Meldermodule is standaard geïnstalleerd in alle FAS-420-TM Serie apparaten en wordt weergegeven als standaardinstelling. Wijzig dit niet! Gevoeligheid Alternatieve gevoeligheid 0,5%/m Het is mogelijk om een tweede gevoeligheid in te stellen, bijvoorbeeld voor dag/nacht-modus. Zie de linkerzijde voor instelbare gevoeligheidsniveaus. 1%/m 2%/m Programmeerbaar* Drempel voor luchtstroomstoring Alarmvertraging 20% 10 sec 30% 30 sec 50% 60 sec Programmeerbaar* Programmeerbaar* Vertraging voor luchtstroomstoring Ventilatorspanning LOGIC⋅SENS-filter 30 sec 9V Aan 100 sec 10,5 V 15 min 12 V Programmeerbaar* Programmeerbaar* Uit * Programmeerbaar = Kies deze optie voor meer instelmogelijkheden via de FAS-ASD-DIAG Diagnosesoftware. AANWIJZING! i Als de brandmeldcentrale in revisiebedrijf staat, wordt de LOGIC⋅SENS tijdelijk uitgeschakeld, zodat de meldermodules snel en direct gecontroleerd kunnen worden. De standaard drempel voor een luchtstroom fout is ingesteld op een luchtstroom volume van 20%. Hogere waardes zijn niet toegestaan voor installaties die moeten voldoen aan EN 54-20. Brandhaardidentificatie Met de apparaatuitvoeringen FAS-420-TM-R en FAS-420-TM-RVB is het mogelijk om alle vijf bewaakte ruimtes een naam te geven. Klik hiervoor op de betreffende ruimte en typ de naam in het veld "Label". De naam mag maximaal 31 karakters lang zijn. In geval van brand wordt de naam weergegeven op de bedienings- en displayeenheid van de brandmeldcentrale, zodat de brandhaard duidelijk gelokaliseerd kan worden. Bosch Sicherheitssysteme GmbH F.01U.088.879 | 3.0 | 2009.07 60 nl FAS-420-TM | FAS-420-TM-R | FAS-420-TM-RVB Instellingen via de FAS-ASD-DIAG Diagnosesoftware De onderstaande instellingen hebben alleen betrekking op de apparaatuitvoeringen FAS-420-TM-R en FAS-420-TM-RVB. Brandhaardidentificatie i AANWIJZING! De term "ROOM⋅IDENT" wordt in de DIAG-diagnosesoftware gebruikt om de brandhaard te identificeren. De brandhaardidentificatie kan in de FAS-ASD-DIAG Diagnosesoftware worden in- en uitgeschakeld via het scherm "Instellingen" De functie "ROOM⋅IDENT" is standaard uitgeschakeld. Hoofdalarm na brandhaardidentificatie Voor bepaalde toepassingen is het praktisch om de alarmering uit te voeren zodra de brandhaard is geïdentificeerd. Hiervoor moet "Hoofdalarm na ROOM⋅IDENT" worden ingeschakeld. Wanneer deze functie is ingeschakeld, is het van belang dat de functie "ROOM⋅IDENT" ook wordt ingeschakeld, omdat de locatie van de brand anders niet geïdentificeerd kan worden. De functie "Hoofdalarm na ROOM⋅IDENT" is standaard uitgeschakeld. Ingebruikname i AANWIJZING! De volgende naam FAS-420-TM heeft betrekking op alle uitvoeringen van de FAS-420-TM Serie (FAS-420-TM, FAS-420-TM-R, FAS-420-TM-RVB). Waar nodig wordt gewezen op specifieke verschillen tussen de afzonderlijke uitvoeringen. 1. 2. 3. 4. Plaats de FAS-420-TM Melderunit in de voorgemonteerde behuizingssokkel waarvan de bedrading is gecontroleerd. Sluit de X4-jumper opnieuw aan bij het plaatsen van de melderunit (PIN 1-2 of PIN 2-3) zodat de luchtstroom automatisch wordt gekalibreerd (zie Afbeelding 5, Pagina 4). Het groene bedrijfslampje knippert als de FAS-420-TM wordt geïnitialiseerd. Nadat de initialisatie is voltooid, gaat het bedrijfslampje permanent branden. De luchtstroom van de FAS-420-TM mag tijdens de initialisatiefase niet worden beïnvloed. Ingebruikname van brandhaardidentificatie De brandhaardidentificatie kan in de FAS-ASD-DIAG Diagnosesoftware worden ingesteld via het scherm "ROOM⋅IDENT". 1. Klik op de knop [Leren]. Hiermee wordt het scherm geopend met de instelbare waarden die worden gebruikt voor het bepalen van de transporttijden voor de brandhaardidentificatie in de sectoren A-E. 2. Voer eerst het aantal openingen voor luchtmonstername in [Aantal aanzuigopeningen]. 3. Voer vervolgens de vrijblaastijd en de spanning voor de vrijblaasventilator en de aanzuigventilator in [Vrijblaastijd], [Vrijblaasventilator], [Aanzuigventilator]. U kunt de Help-functie oproepen door op het vraagteken rechts naast de betreffende instelling te klikken. 4. Klik op het aanzuigpunt (A-E) waarvoor de transporttijd moet worden bepaald. 5. Voer de voorselectietijd in die nodig is om het aanzuigpunt te bereiken en bied de rook aan. Als de geselecteerde voorselectietijd verstreken is, moet het betreffende rookaanzuigpunt gevuld zijn met rook. Nadat de voorselectietijd is verstreken moet de rook nog gedurende 10 tot 15 seconden op het aanzuigpunt aanwezig zijn. 6. Controleer aan de hand van het rookniveau of er geen rook in de aanzuigbuis aanwezig is. 7. Klik op de knop [Start]. De FAS-420-TM-R/-RVB schakelt over op het vrijblazen van de aanzuigbuis. De indicator van het betreffende aanzuigpunt is geel. 8. Zet de FAS-420-TM-R/-RVB op aanzuigen zodra de voorselectietijd is verstreken. De rook moet nu op het geselecteerde aanzuigpunt beschikbaar zijn. Als de FAS-420-TM-R/-RVB rook waarneemt, wordt het rookniveau weergegeven. De indicator van het geselecteerde aanzuigpunt wordt groen en de vastgestelde tijd wordt ingevoerd. De leermodus voor het betreffende aanzuigpunt wordt uitgeschakeld. F.01U.088.879 | 3.0 | 2009.07 Bosch Sicherheitssysteme GmbH FAS-420-TM | FAS-420-TM-R | FAS-420-TM-RVB nl 61 Technische specificaties Voeding via LSN 15 VDC-33 VDC Voeding voor randapparatuur 15 VDC-30 VDC Stroomverbruik LSN 3,25 mA Stroomverbruik van voeding voor randapparatuur Ventilatorspanning 9V 10,5 V 12 V - Startstroom - In stand-by 105 mA 125 mA 145 mA - Met alarm, apparaatuitvoeringen FAS-420-TM en FAS-420-TM-R 110 mA 130 mA 150 mA - Met alarm, apparaatuitvoering FAS-420-TM-RVB 140 mA 160 mA 180 mA Max. draaddiameter Materiaal van behuizing Kleur van behuizing 150 mA 2,5 mm² Kunststof (ABS) Papyruswit (RAL 9018) Beschermingsklasse conform EN 60529 - Zonder luchtterugvoersysteem IP 20 - Met buisgedeelte 100 mm/buisbocht IP 42 - Met luchtterugvoersysteem IP 54 Toegestaan temperatuurbereik - FAS-420-TM Serie rookaanzuigsystemen -20°C tot +60°C - PVC-buizensysteem -10°C tot +60°C - ABS-buizensysteem -40°C tot +80°C Toegestane relatieve vochtigheid (nietcondenserend) Max. 95% Geluidsvermogen (bij ventilatorspanning van 9 V) 40 dB(A) Reactiegevoeligheid (lichtverstrooiing) Levensduur van ventilator (bij 12 V en 24°C) Bosch Sicherheitssysteme GmbH 0,5 tot 2,0%/m 60.000 uur F.01U.088.879 | 3.0 | 2009.07
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98

Bosch FAS-420-TM Handleiding

Categorie
Telefoons
Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor