Termenlijst 327
P
Parallelle connector — Een I/O-poort die vaak wordt gebruikt voor de aansluiting van
een parallelle printer op uw computer. Ook bekend als LPT-poort.
partitie — Een fysieke opslagruimte op een harde schijf die is toegewezen aan één of
meer logische opslagruimtes, ook wel logische stations genoemd. Elke partitie kan
meerdere logische stations bevatten.
PCI — Peripheral Component Interconnect — PCI is een local bus die 32- en 64-bits
gegevenspaden ondersteunt en een gegevenspad met hoge snelheid levert tussen de
processor en apparaten zoals video, stations en netwerken.
PCI Express — Een aanpassing aan de PCI-interface waardoor de overdrachtsnelheid
van gegevens tussen de processor en de erop aangesloten apparaten wordt vergroot.
PCI Express kan gegevens overbrengen met snelheden van 250 MB/sec tot 4 GB/sec.
Als de PCI Express-chipset en het apparaat met verschillende snelheden kunnen
werken, werken ze met de lagere snelheid.
Pc-kaart — Een verwijderbare I/O-kaart die voldoet aan de PCMCIA-norm. Modems
en netwerkadapters zijn gangbare types pc-kaart.
PCMCIA — Personal Computer Memory Card International Association — De
organisatie die normen vaststelt voor pc-kaarten.
Piekstroombeveiliging — Hierdoor kunnen stroompieken, die bijvoorbeeld kunnen
ontstaan bij onweer, uw computer niet bereiken via het stopcontact. Piekstroombeveiligers
beschermen niet tegen blikseminslag of stroomstoringen die voorkomen wanneer de
spanning meer dan 20 procent onder het normale spanningsniveau voor wisselstroom zakt.
Netwerkverbindingen worden niet beschermd door een piekstroombeveiliging.
Ontkoppel de netwerkkabel tijdens onweer altijd van de netwerkconnector.
PIO — Programmed Input/Output — Een methode voor het overdragen van gegevens
tussen twee apparaten via de processor als onderdeel van het gegevenspad.
Pixel — Een enkele punt op een beeldscherm. Pixels worden gerangschikt in rijen en
kolommen om een beeld te vormen. Een videoresolutie, zoals 800 x 600, wordt
uitgedrukt als het aantal horizontale pixels bij het aantal verticale pixels.
Plug-en-play — De mogelijkheid van de computer om apparaten automatisch te
configureren. Plug-en-play levert automatische installatie, configuratie en
compatibiliteit met bestaande hardware, wanneer de BIOS, het besturingssysteem en
alle apparaten geschikt zijn voor Plug-en-play.
POST — Power-On Self Test — Diagnostische programma's, die automatisch worden
geladen door de BIOS en die basistests uitvoeren op de hoofdcomponenten van de
computer, zoals het geheugen, harde schijven en video. Als tijdens POST geen
problemen worden gevonden, vervolgt de computer het opstartproces.