Documenttranscriptie

NL GEBRUIKSAANWIJZING Beschrijving De pomp werkt met perslucht en moet daarom op een installatie met een druk van 4 tot 8 bar worden aangesloten. Alle onderdelen hebben een oppervlaktebehandeling ondergaan, die ze tegen corrosie beschermt. De belangrijkste onderdelen van de pomp zijn: • Pneumatische aandrijving A -Brengt de beweging over • Oppompinrichting D - Perst de vloeistof samen • Uitgangsverbindingsstuk R - Snelhechting aan de installatie • Ring G - Snelhechting aan de installatie Gebruiksveld De pneumatische pompen mogen uitsluitend worden gebruikt voor het opzuigen, overtappen en de distributie van smeerolie, ook afgewerkte. Gebruiksbeperkingen • Lees deze handleiding voordat u de pomp begint te gebruiken. • Niet gebruiken om andere vloeistoffen of stoffen te pompen of aan te zuigen, dan die in de paragraaf gebruiksveld staan. • Als de pomp eenmaal op de perslucht is aangesloten, kan het spuitpistool P alleen worden geactiveerd als u er zeker van bent dat de oliestroom op een houder is gericht, die geschikt is om hem op te vangen. • Let op! Richt de straal niet op personen of voorwerpen. As vloeistoffen op schakelkasten of elektrische onderdelen worden gespoten waar spanning op staat worden gespoten, ontstaat er gevaar voor elektrocutie. • Berg spuitpistool P altijd zodanig op, dat het niet per ongeluk kan worden geactiveerd • Sluit de persluchttoevoer na het gebruik altijd. In geval van kapotte onderdelen of leidingen kan de olie in de omgeving terechtkomen. • Wijzig geen enkel deel van de pomp om de veiligheid van de gebruiker en de geldigheid van de garantie niet op het spel te zetten. • Reparaties mogen uitsluitend worden verricht met originele reserveonderdelen Uit veiligheidsoverwegingen moet de gebruiker zich beperken tot het gewone onderhoud (filters, geluiddempers vervangen en reiniging), terwijl hij zich voor reparatie of het verva gen van onderdelen tot de dealer moet wenden. LET OP! Voordat u ingrepen op de pomp verricht, onderbreekt u de aansluiting op de perslucht. De pomp op het olievat aanbrengen Om de pomp op het vat aan te brengen, is de hiervoor bestemde ring G nodig (2” BSP (gasdraad) en moeten de volgende stappen worden gevolgd: • Draai ring G op het vat. • Draai het bovenste gedeelte van ring G1 los tot het conische inzetstuk G2 binnenin groot genoeg is om de stang van de pompinrichting erin te steken. • Steek de stang van de pompinrichting in ring G. 18 • Als er geen filter of bodemverbindingsstuk op de pomp is aangebracht, moet er een ruimte van ongeveer 15 mm tussen de bodem van het vat en de aanzuigopening zijn. • Schroef het bovenste gedeelte van ring G1 weer aan tot de pomp vastzit. Aansluiting toevoerslang • Gebruik een slang van ½” of ¾” van zeer goede kwaliteit en conform DIN – SAE, die hoe dan ook geschikt is voor de druk en de vloeistof die gepompt moet worden. • Sluit een uiteinde van slang T op het verbindingsstuk aan de uitgang R (schroefdraad G ½”of ¾” kogelvormig) van de pomp aan • Op het andere, vrij gebleven uiteinde sluit u oliepistool P aan. • Pneumatische aansluiting • Verzeker u ervan dat de persleiding aangesloten is op slang T en spuitpistool P gesloten is. • Zoek een persluchtaansluiting met de volgende onderdelen: • Filter en condensafvoer. • Luchtsmeerder. • Drukregelaar om de druk op een max. waarde van 8 bar te regelen. • Snelsluiter van de perslucht om te gebruiken in geval van storing of nood. • Inlaat I van de perslucht naar de pneumatische motor is voorzien van G1/4” schroefdraad. Indien de aansluiting is verricht met een snelkoppeling, verzekert u zich ervan dat deze geschikt is voor de druk van de installatie. • Let op! Indien afsluitkraan N van de perslucht openstaat, begint de motor meteen te werken, zodra de installatie op de perslucht aangesloten is. Eerste inbedrijfstelling met nieuwe motor Voordat u de pomp in bedrijf stelt, moet u het beschermingsvet van de motor verwijderen, dat tijdens de montage aangebracht wordt. Om dit te doen, handelt u als volgt: • Verwijder de plastic ring, die de geluiddemper vastzet. • Neem de geluiddemper van zijn plaats. • Bedek de opening van de luchtafvoer met een stevige doek om te voorkomen dat resten die door de lucht vervoerd worden de gebruiker kunnen raken. • Laat de pomp ongeveer 20-30 seconden werken. • Het geluidsniveau dat zonder geluiddemper wordt bereikt, vereist het gebruik van gehoorbeschermers. • Na de handeling brengt u de geluiddemper weer aan en zet u hem vast met de voorheen verwijderde elastische ring. Olie spuiten Als alle voorheen beschreven handelingen goed zijn verricht en afsluitkraan N van de perslucht openstaat, hoeft de hendel op de handgreep van spuitpistool P maar ingedrukt te worden om te beginnen met olie spuiten. Door de hendel los te laten stopt de pomp automatisch. LET OP! De slang blijft voortdurend onder druk. 19 Verplaatsing • Het gewicht en de afmetingen van de pomp staan op pag, 24 en 25. • De pomp is klaar voor gebruik en zodanig verpakt dat geen van de onderdelen tijdens het vervoer beschadigd wordt. • De verpakking mag niet in het milieu achtergelaten worden. • Een nieuwe pomp opslaan of vervoeren vergt geen bijzondere aandacht en brengt ook geen gevaren met zich mee. • Als de pomp na gebruik moet worden opgeborgen in het magazijn, vervoerd of afgedankt moet worden, moet het bovenste gedeelte van de pompinrichting worden geleegd door het ondersteboven te houden, en het onderste gedeelte door de kogel van de bodemklep handmatig op te tillen, om te voorkomen dat de olie er tijdens de verplaatsing per ongeluk uitloopt. • Tijdens deze handeling is het verboden te roken, moeten oliehandschoenen worden gedr gen en mag niet in de buurt van vrije vlammen worden gewerkt. • De olie moet volgens de geldende wettelijke bepalingen in een geschikte, geëmailleerde houder worden gedaan Onderhoud • Vervang het filter van de luchtafvoer als het verstopt is en in ieder geval maximaal om de 12 maanden. • Controleer of er in de persluchtleidingen van de installatie geen condens zit. • Controleer alle verbindingsstukken op eventuele lekken en let erop of de toevoerslang niet beschadigd is. Storingen - Oplossing Controleer of er geen lucht in de distributieinstallatie voor olie zit (dit probleem kan zich voordoen tijdens het vervangen van het vat. Er komt weinig of onvoldoende olie uit : Controleer of de druk niet lager is dan 4 bar. Controleer de staat van het aanzuig- en afvoerfilter, de geluiddemper van de luchtafvoer van de pneum tische motor. Als het probleem blijft aanhouden, wendt u zich tot de fabrikant 20