Sony HT-NT3 de handleiding

Categorie
Dvd spelers
Type
de handleiding
53
GB
Additional Information
Press and light
Press or to select Turn jog dial to select See page
SUR button
EFFECT LEVEL depends on sound mode (in 16 steps)
Settings Using SUR, LEVEL, BASS/TREBLE, and SET UP
buttons
You can make various settings using the LEVEL, SUR, BASS/TREBLE, SET UP buttons, jog dial, and cursor buttons. The
table below shows each of the settings that these buttons can make.
33
WALL TYPE between 8 to +8 (in 1 increment steps)
REVERBERATION TIME between 8 to +8 (in 1 increment steps)
FRONT BALANCE
between 8 to +8 (in 1 increment steps)
REAR BALANCE
between 8 to +8 (in 1 increment steps)
CENTER LEVEL
between 10 dB to +6 dB (in 1 dB steps)
SUB WOOFER LEVEL
between 10 dB to +6 dB (in 1 dB steps)
LFE MIX LEVEL
OFF, or 20 dB to 0 dB (in 1 dB steps)
LEVEL button
REAR LEVEL
between 10 dB to +6 dB (in 1 dB steps)
34
dts LFE MIX LEVEL OFF, or 20 dB to +10 dB (in 1 dB steps)
DYNAMIC RANGE COMP OFF, 0.1 to 0.9 (in 0.1 dB steps), STD, or MAX
L
R
(FRONT) LARGE or SMALL 16
C
(CENTER) LARGE, SMALL, or NO
LS
RS
(REAR) LARGE, SMALL, or NO
REAR PL. PL. SIDE or PL. BEHD.
REAR HGT. HGT. LOW or HGT. HIGH
SUB WOOFER S.W. YES or S.W. NO
L
R
(FRONT) XX.X METER between 3 feet (1.0 meters) and 40 feet (12.0
meters) (in 1 foot (0.1 meter) steps)
C
(CENTER) XX.X METER between FRONT and 5 feet (1.5 meters) (in 1 foot
(0.1 meter) steps)
LS
RS
(REAR) XX.X METER between FRONT and 15 feet (4.5 meters) (in 1
foot (0.1 meter) steps)
*SET UP
47
5.1 V. IN [XXX] V-TV/SAT, V-DVD/LD, V-VIDEO
BASS/TREBLE button
BASS between 6 dB to +6 dB (2 dB step) 35
TREBLE between 6 dB to +6 dB (2 dB step)
* When you press the SET UP button, you can select NORM. SP (for normal speakers) or MICRO SP (for Micro Satellite speakers).
(page 16)
2
NL
WAARSCHUWING
Stel het apparaat niet
bloot aan regen of vocht,
om gevaar voor brand of
een elektrische schok te
voorkomen.
Open nooit de behuizing,
om gevaar voor
elektrische schokken te
vermijden. Laat reparaties
aan de erkende vakhandel
over.
Plaats het apparaat niet in
een gesloten ruimte, zoals
een boekenrek of
ingebouwde kast.
Voorzorgsmaatregelen
Reiniging
Gebruik voor het reinigen van de ombouw,
het voorpaneel en de bedieningsorganen
een zachte doek, licht bevochtigd met wat
milde vloeibare zeep. Gebruik geen
schuurspons, schuurmiddelen of vluchtige
stoffen zoals spiritus of benzine.
Mocht u na het doorlezen van de
gebruiksaanwijzing nog vragen over
of problemen met de tuner/versterker
hebben, aarzel dan niet contact op te
nemen met de dichtstbijzijnde Sony
handelaar.
Veiligheid
Mocht er vloeistof of een voorwerp in de
tuner/versterker terechtkomen, trek dan
de stekker uit het stopcontact en laat het
apparaat eerst nakijken door een
deskundige, alvorens het weer in gebruik
te nemen.
Stroomvoorziening
Controleer voor het aansluiten van de
tuner/versterker eerst of de
bedrijfspanning ervan wel overeenkomt
met de plaatselijke netspanning. De
bedrijfsspanning staat aangegeven op
het naamplaatje aan de achterzijde van
het apparaat.
Zolang het netsnoer op het stopcontact is
aangesloten, blijft er spanning op het
apparaat staan, zelfs nadat het apparaat
is uitgeschakeld.
Trek de stekker van het netsnoer uit het
stopcontact wanneer u denkt de tuner/
versterker geruime tijd niet te zullen
gebruiken. Om de aansluiting op het
stopcontact te verbreken, mag u
uitsluitend aan de stekker trekken; trek
nooit aan het snoer.
Indien het netsnoer vervangen moet
worden, mag dit alleen uitgevoerd
worden door een erkend
onderhoudscentrum.
Opstelling
Zet de tuner/versterker op een goed
geventileerde plaats, met rondom vrije
luchtdoorstroming, om oververhitting
van de inwendige onderdelen te
voorkomen, in het belang van een
langdurige betrouwbare werking.
Plaats de tuner/versterker niet in de
buurt van een warmtebron of in direct
zonlicht. Vermijd tevens plaatsen met
veel stof, vocht en mechanische trillingen
of schokken.
Zet niets bovenop de tuner/versterker.
De ventilatie-openingen aan de
bovenzijde mogen niet geblokkeerd
worden, in het belang van een juist
functioneren van het apparaat en een
langere levensduur van de
componenten.
Bediening
Zorg ervoor dat de stekkers van de
netsnoeren van de apparatuur niet in het
stopcontact zitten, alvorens de
aansluitingen te maken. Sluit de
netsnoeren pas als allerlaatste aan.
Bij dit product zijn batterijen
geleverd. Wanneer deze leeg
zijn, moet u ze niet weggooien
maar inleveren als KCA.
3
NL
INHOUDSOPGAVE
Aansluiten van de apparatuur 4
Uitpakken 4
Aansluiten van de antennes 5
Aansluiten van audio-apparatuur 6
Aansluiten van video-apparatuur 7
Aansluiten van digitale apparatuur 8
5.1CH ingangsaansluitingen 9
Andere aansluitingen 10
Aansluiten en opstellen van de
luidsprekers 12
Aansluiten van de luidsprekers 13
Voorbereidingen treffen voor weergave 15
Opstelling voor meerkanaals Surround akoestiek 16
Alvorens uw tuner/versterker in gebruik te nemen 20
Bedieningsorganen en basisbediening
van de tuner/versterker 22
Bedieningsorganen op het voorpaneel 22
Genieten van Surround Sound akoestiek 27
Keuze van een klankbeeld 28
Uitleg van de meerkanaals-akoestiekaanduidingen 31
Bijregelen van de klankbeelden 33
Radio-ontvangst 37
Automatische FM zenderopslag in alfabetische
volgorde (Autobetical select)39
Directe afstemming 39
Automatische zoekafstemming 40
Geheugenafstemming 40
Gebruik van het Radio Data Systeem (RDS) 41
Overige bedieningsfuncties 44
Naamgeving van voorkeurzenders en beeld/
geluidsbronnen 45
Opnemen 45
Automatisch uitschakelen met de sluimerfunctie 46
Instellingen met de SET UP toets 47
Aanvullende informatie 48
Verhelpen van storingen 48
Technische gegevens 50
Verklarende woordenlijst 52
Instellingen waarvoor de SUR, LEVEL, BASS/
TREBLE, en SET UP toetsen worden gebruikt 53
Beschrijving van de afstandsbediening (alleen op de
STR-DE445) 54
Index 57
Demonstratiefunctie
De demonstratiefunctie wordt automatisch geactiveerd wanneer u het
apparaat de eerste maal inschakelt. Wanneer de demonstratie begint,
verschijnt in het uitleesvenster de volgende mededeling:
NOW DEMONSTRATION MODE IF YOU FINISH
DEMONSTRATION PLEASE PRESS POWER KEY WHILE
THIS MESSAGE APPEARS IN THE DISPLAY THANK YOU
Annuleren van de demonstratiefunctie
Druk op +/1 om de tuner/versterker uit te schakelen terwijl
bovenstaande mededeling in het uitleesvenster wordt getoond. De
volgende keer dat u het apparaat inschakelt, zal de
demonstratiefunctie niet geactiveerd worden.
Activeren van de demonstratiefunctie
Houd de SET UP toets ingedrukt en druk dan op de +/1 toets om de
tuner/versterker in te schakelen.
Opmerkingenen
Wanneer de tuner/versterker een demonstratie geeft, wordt het
geheugen gewist. Zie Het geheugen van de tuner/versterker
wissen op blz. 15 voor nadere bijzonderheden betreffende hetgeen
er gewist wordt.
El sonido no se oye mientras el modo de demostración está
activado.
NL
Omtrent deze handleiding
De aanwijzingen in deze handleiding gelden voor het models
STR-DE545, STR-DE445 en STR-SE501. Controleer het
modelnummer rechtsboven op het voorpaneel of rechtsonder op
de afstandsbediening. In deze gebruiksaanwijzing zijn telkens de
STR-DE545 en de afstandsbediening RM-U304 afgebeeld.
Verschillen in de bediening zijn duidelijk aangegeven in de tekst,
bijvoorbeeld met alleen op de STR-DE545.
Verschillen tussen de modellen
Algemene opzet
Alle aanwijzingen in de tekst beschrijven de bediening met
de toetsen op de tuner/versterker zelf. U kunt echter ook
de toetsen van de afstandsbediening gebruiken met
dezelfde of soortgelijke namen als die op de tuner/
versterker.
Details betreffende het gebruik van de
afstandsbediening RM-PP404 (alleen op de STR-DE545
en STR-SE501) vindt u in de afzonderlijke
gebruiksaanwijzing van de afstandsbediening.
Op een aantal plaatsen in deze gebruiksaanwijzing treft
u het onderstaande symbool aan:
z Dit symbool vestigt uw aandacht op handige tips,
die de bediening vergemakkelijken.
Deze tuner/versterker is uitgerust met Dolby* Digital en
Pro Logic Surround akoestiek en het DTS** Digital
Surround akoestieksysteem.
* Vervaardigd in licentie van Dolby Laboratories. Dolby, AC-3,
Pro Logic en het dubbele D-symbool ; zijn handelsmerken van
Dolby Laboratories.
** Vervaardigd onder licentie van Digital Theater Systems, Inc.
Patentnummer 5.451.942 in de Verenigde Staten. Patenten in andere
landen zijn aangevraagd. DTS en DTS Digital Surround zijn de
handelsmerken van Digital Theater Systems, Inc. © 1996 Digital
Theater Systems, Inc. Alle rechten voorbehouden.
Voorziening
Model
CONTROL A1-II
SPEAKERS FRONT B
S-Video
TV/SAT OPTICAL IN
AC OUTLET
DE545
DE445 SE501
4
NL
Aansluiten van
de apparatuur
In dit hoofdstuk wordt beschreven
hoe u diverse audio- en video-
apparatuur kunt aansluiten op de
tuner/versterker. Lees vooral de
relevante paragrafen voor uw
apparatuur alvorens u enig apparaat
op de tuner/versterker gaat
aansluiten.
Uitpakken
Kontroleer of het onderstaande bijgeleverd toebehoren
inderdaad in de verpakking van de tuner/versterker
aanwezig is:
FM draadantenne (1)
AM kaderantenne (1)
R6 (AA-formaat) batterijen (2)
Alleen op de STR-DE545 en STR-SE501
Afstandsbediening RM-PP404 (1)
Gebruiksaanwijzing voor de afstandsbediening (1)
Gebruiksaanwijzing voor CONTROL A1 II (1)
Alleen op de STR-DE445
Afstandsbediening RM-U304 (1)
Aanbrengen van batterijen in de
afstandsbediening
Leg de R6 (AA-formaat) batterijen in de
afstandsbediening, met de juiste polariteit van (+) en (),
zoals aangegeven in het batterijvak. Voor gebruik van de
afstandsbediening richt u deze op de g
afstandsbedieningssensor voorop de tuner/versterker.
Zie voor een gedetailleerde beschrijving van de
afstandsbediening de daarbij geleverde afzonderlijke
gebruiksaanwijzing. (alleen op de STR-DE545 en STR-SE501)
z
Wanneer de batterijen te vervangen
Bij normaal gebruik zal een stel batterijen ongeveer 6 maanden
meegaan. Als de tuner/versterker niet meer naar behoren op de
afstandsbediening reageert, is het tijd alle batterijen door nieuwe
te vervangen.
Opmerkingen
Leg de afstandsbediening niet op een al te warme of vochtige
plaats.
Gebruik geen oude en nieuwe batterijen naast elkaar.
Let op dat de afstandsbedieningssensor van de tuner/
versterker niet wordt blootgesteld aan directe zonnestraling of
fel lamplicht, anders zal de afstandsbediening niet naar
behoren functioneren.
Wanneer u denkt de afstandsbediening geruime tijd niet te
gebruiken, kunt u de batterijen er beter uit verwijderen, om
eventuele beschadiging door batterijlekkage en corrosie te
voorkomen.
Alvorens met aansluiten te beginnen
Schakel eerst alle betrokken apparatuur uit, alvorens u
begint met het aansluiten ervan.
Sluit de netsnoeren van de apparatuur pas op het
stopcontact aan nadat alle andere aansluitingen in orde zijn.
Zorg dat alle aansluitingen stevig vast zitten, om brom
en andere bijgeluiden te voorkomen.
Let bij het aansluiten van de audio/videosnoeren op
dat u links en rechts niet verwisselt: sluit de gele
stekkers aan op de gele stekkerbussen (voor het
videosignaal); witte stekkers op witte stekkerbussen
(voor het linker audiokanaal) en rode stekkers op rode
stekkerbussen (voor het rechter kanaal).
]
]
}
}
5
NL
Aansluiten van de apparatuur
FM draadantenne
(bijgeleverd)
AM kaderantenne
(bijgeleverd)
Antenne-aansluitingen
Verbind de met de
AM kaderantenne AM aansluitklemmen
FM draadantenne FM 75 COAXIAL stekkerbus
Na het aansluiten van de antennes
Om het oppikken van stoorsignalen te voorkomen, mag
u de AM kaderantenne niet te dicht bij de tuner/
versterker andere apparatuur zetten.
Strek de FM draadantenne zo ver mogelijk uit.
Na het aansluiten van de FM draadantenne legt of
hangt u deze zo horizontaal mogelijk.
Aansluiten van de antennes
Aardleiding
(niet bijgeleverd)
naar een aardpunt
z
Op plaatsen met een problematische FM-ontvangst
Sluit via een 75-ohm coaxiaalkabel (niet bijgeleverd) een
FM buitenantenne aan op de tuner/versterker, zoals
hieronder aangegeven.
FM buitenantenne
Belangrijk
Als u de tuner/versterker aansluit op een buitenantenne,
dient deze geaard te worden, ter bescherming tegen
blikseminslag. Sluit de aardingsdraad nooit aan op een
gasleiding; gezien de kans op een gasexplosie is dit uiterst
gevaarlijk.
SWITCHED 120W/1A MAX
AC 120V 60Hz
FRONT REAR
SUB
WOOFER
AUDIO IN AUDIO IN
TV/SAT
OPTICAL OPTICAL COAXIAL
DVD/LD
REC OUT IN AUDIO IN
VIDEO IN
AUDIO IN
VIDEO IN
AUDIO OUT AUDIO IN
VIDEO OUT VIDEO IN VIDEO OUT
S-VIDEO
OUT
S-VIDEO
IN
AUDIO
OUT
4 8 CENTER
L
R
L
R
L
R
L
R
L
R
FRONT
REAR
RL
RL
RLRL
RLRL
CENTER B FRONT A
MD/TAPE
ANTENNA
DIGITAL IN
TV/SAT
5.1 CH INPUT
AUX CD
DVD/LD
VIDEO
SUB
WOOFER
IMPEDANCE
SELECTOR
SPEAKERS
CTRL
A1 I I
MONITOR
AC OUTLET
FM
75
COAXIAL
AM
ANTENNA
FM
75
COAXIAL
AM
Tuner/versterker
6
NL
Aansluiten van de apparatuur
Audio-aansluitingen
Verbind een met de
Compact disc speler CD stekkerbussen
Minidisc-recorder of cassettedeck MD/TAPE
stekkerbussen
Vereiste aansluitsnoeren
Audio-aansluitsnoeren (niet bijgeleverd)
Sluit bij alle snoeren de stekkers van een bepaalde kleur
aan op de stekkerbussen met dezelfde kleur, op de
betreffende apparaten.
Aansluiten van audio-apparatuur
Minidisc-recorder/
cassettedeck
Compact disc speler
wit (L) wit (L)
rood (R) rood (R)
IN OUT
L
R
ç
ç
LINE
L
R
OUTPUT
LINELINE
INPUT OUTPUT
MD/TAPE
ANTENNA
DIGITAL IN
TV/SAT
5.1 CH INPUT
AUX CD
DVD/LD
VIDEO
SUB
WOOFER
IMPEDANCE
SELECTOR
SPEAKERS
CTRL
A1 I I
MONITOR
AC OUTLET
FRONT REAR
SUB
WOOFER
AUDIO IN AUDIO IN
TV/SAT
OPTICAL OPTICAL COAXIAL
DVD/LD
REC OUT IN AUDIO IN
VIDEO IN
AUDIO IN
VIDEO IN
AUDIO OUT AUDIO IN
VIDEO OUT VIDEO IN VIDEO OUT
S-VIDEO
OUT
S-VIDEO
IN
AUDIO
OUT
4 8 CENTER
L
R
L
R
L
R
L
R
L
R
FRONT
REAR
RL
RL
RLRL
RLRL
CENTER B FRONT A
FM
75
COAXIAL
AM
7
NL
Aansluiten van de apparatuur
Videorecorder
Betreffende de video-aansluitingen
U kunt de audio-uitgangsaansluitingen van uw TV-toestel
verbinden met de TV/SAT AUDIO IN stekkerbussen van
de tuner/versterker, om het geluid van de TV weer te
geven met een akoestiekeffect naar keuze. In dit geval
mag u de video-uitgangsaansluiting van het TV-toestel
niet verbinden met de TV/SAT VIDEO IN stekkerbus van
de tuner/versterker. Als u een aparte TV-afstemeenheid
(of een satelliet-ontvanger) aansluit, verbind dan de
audio- en video-uitgangen daarvan met de tuner/
versterker zoals aangegeven in bovenstaand
aansluitschema.
z
Bij gebruik van de S-video stekkerbussen in plaats van de
gewone video-aansluitingen (alleen op de STR-DE545 en STR-SE501)
In dit geval zult u het TV-toestel of de videomonitor ook moeten
aansluiten op de S-video stekkerbus. De S-video signalen worden
alleen uitgestuurd via de S-video stekkerbussen, dus u zult via de
gewone video-aansluitingen geen signaal kunnen weergeven.
Video-aansluitingen
Verbind een met de
TV of satelliet-tuner TV/SAT stekkerbussen
Videorecorder VIDEO stekkerbussen
DVD of LD speler DVD/LD stekkerbussen
TV of videomonitor MONITOR VIDEO OUT
stekkerbus
Vereiste aansluitsnoeren
Audio/video-aansluitsnoeren (niet bijgeleverd)
Sluit bij alle snoeren de stekkers van een bepaalde kleur aan op de
stekkerbussen met dezelfde kleur, op de betreffende apparaten.
Videosnoer voor het aansluiten van een TV of videomonitor (niet
bijgeleverd)
Aansluiten van video-apparatuur
TV of satelliet-tuner
DVD of LD speler
geel geel
geel (video) geel (video)
wit (audio L) wit (audio L)
rood (audio R) rood (audio R)
IN OUT
VIDEO
OUT
R
VIDEO
IN
AUDIO
OUT
AUDIO
IN
INPUT OUTPUT
L
VIDEO
IN
INPUT
OUT
S-VIDEO
IN
S-VIDEO
RL
AUDIO OUT VIDEO
OUT
OUTPUT
RL
AUDIO OUT VIDEO
OUT
OUTPUT
ç
ç
MD/TAPE
ANTENNA
DIGITAL IN
TV/SAT
5.1 CH INPUT
AUX CD
DVD/LD
VIDEO
SUB
WOOFER
IMPEDANCE
SELECTOR
SPEAKERS
CTRL
A1 I I
MONITOR
AC OUTLET
FRONT REAR
SUB
WOOFER
AUDIO IN AUDIO IN
TV/SAT
OPTICAL OPTICAL COAXIAL
DVD/LD
REC OUT IN AUDIO IN
VIDEO IN
AUDIO IN
VIDEO IN
AUDIO OUT AUDIO IN
VIDEO OUT VIDEO IN VIDEO OUT
S-VIDEO
OUT
S-VIDEO
IN
AUDIO
OUT
4 8 CENTER
L
R
L
R
L
R
L
R
L
R
FRONT
REAR
RL
RL
RLRL
RLRL
CENTER B FRONT A
FM
75
COAXIAL
AM
TV of
videomonitor
8
NL
Aansluiten van de apparatuur
Vereiste aansluitsnoeren
Optisch digitaal aansluitsnoer (niet bijgeleverd)
Coaxiaal digitaal aansluitsnoer (niet bijgeleverd)
Audio/video-aansluitsnoeren (niet bijgeleverd)
Sluit bij alle snoeren de stekkers van een bepaalde kleur aan op de
stekkerbussen met dezelfde kleur, op de betreffende apparaten.
Aansluiten van digitale apparatuur
U kunt de AC-3 RF OUT stekkerbus van een laserdisc-speler niet rechtstreeks aansluiten op de digitale ingangen van deze
tuner/versterker. De RF uitgangssignalen moeten eerst worden omgezet in optische of coaxiale digitale signalen. Hiervoor
sluit u de laserdisc-speler aan op een RF demodulator en dan verbindt u de optische of coaxiale digitale uitgang van de RF
demodulator met de OPTICAL of COAXIAL DVD/LD IN aansluiting van de tuner/versterker. Zie voor nadere
bijzonderheden over de AC-3 RF aansluitingen de gebruiksaanwijzing van de RF demodulator.
Voorbeeld voor het aansluiten van een laserdisc-speler via een RF demodulator
RF demodulatorLaserdisc-speler
zwart zwart
geel geel
Opmerking
Bij het aansluiten op de hierboven getoonde wijze dient u de INPUT MODE schakelaar (3 op blz. 23) handmatig in de juiste stand te
zetten. Dit apparaat kan niet naar behoren werken als de INPUT MODE schakelaar in de AUTO stand staat.
geel (video) geel (video)
wit (audio L) wit (audio L)
rood (audio R) rood (audio R)
Opmerking
De optische en coaxiale digitale ingangsaansluitingen van dit
apparaat zijn geschikt voor bemonsteringsfrequenties van
32 kHz, 44,1 kHz en 48 kHz.
DVD videospeler (e.d.)*
* Om digitale audio-aansluitingen te maken voor een DVD videospeler, sluit u deze aan op de coaxiale OF de optische digitale aansluitbus,
NIET op allebei. Het is aanbevolen voor de digitale audio-aansluitingen de coaxiale aansluitbus te gebruiken.
** alleen op de STR-DE545 en STR-SE501.
U kunt de digitale uitgangsaansluitingen van uw DVD
videospeler (enz.) en satelliet-ontvanger verbinden met de
digitale ingangsaansluitingen van deze tuner/versterker,
om thuis te genieten van een indrukwekkend
bioscoopgeluid met meerkanaals Surround akoestiek. Om
deze meerkanaals Surround Sound op zijn best te horen,
zijn er vijf gewone luidsprekers nodig (twee
voorluidsprekers, twee achterluidsprekers en een
middenluidspreker) plus een speciale
lagetonenluidspreker. Daarnaast kunt u tevens een
laserdisc-speler met een RF OUT stekkerbus aansluiten
via een RF demodulator, zoals de Sony MOD-RF1 (niet
bijgeleverd).
DIGITAL
COAXIAL
OUTPUT
VIDEO
OUT
R
AUDIO
OUT
OUTPUT
L
DIGITAL
OPTICAL
OUTPUT
VIDEO
OUT
AUDIO
OUT
OUTPUT
DIGITAL
OPTICAL
OUTPUT
FRONT REAR
SUB
WOOFER
AUDIO IN AUDIO IN
TV/SAT
**
**
OPTICAL OPTICAL COAXIAL
DVD/LD
REC OUT IN AUDIO IN
VIDEO IN
AUDIO IN
VIDEO IN
AUDIO OUT AUDIO IN
VIDEO OUT VIDEO IN VIDEO OUT
S-VIDEO
OUT
S-VIDEO
IN
AUDIO
OUT
4 8 CENTER
L
R
L
R
L
R
L
R
L
R
FRONT
REAR
RL
RL
RLR
SWITCHED 120W/1A MAX
AC 120V 60Hz
L
RLRL
CENTER B FRONT A
FM
75
COAXIAL
AM
MD/TAPE
ANTENNA
DIGITAL IN
TV/SAT
5.1 CH INPUT
AUX CD
DVD/LD
VIDEO
SUB
WOOFER
IMPEDANCE
SELECTOR
SPEAKERS
CTRL
A1 I I
MONITOR
AC OUTLET
DVD/LD
VIDEO IN
DIGITAL
DVD/LD IN
(COAXIAL)
(OPTICAL)
AC-3 RF
OUT
VIDEO OUT
MULTI CHANNEL DECODING
MASTER VOLUME
DISPLAY
INPUT MODE
VIDEO
MD/TAPE CD TUNER AUX
DVD/LD TV/SAT
5.1CH INPUT
CINEMA STUDIO
LEVEL
I
i
+
SET UP
BASS BOOST TONE
FM/AM
MUTING
TONE
BASS
BOOST
MEMORY
FM MODE
RDS EON RDS PTY
PRESET/
PTY SELECT +
TUNING +
NAME
ENTER
SUR
BASS/
TREBLE
SOUND FIELD
A. F. D.
ABC
2CH MODE
DIMMER
SPEAKERS
R ON r OFF
A
PHONES
B
? / 1
SHIFT
TV of satelliet-
tuner
DIGITAL
DVD/LD IN
(COAXIAL) of
(OPTICAL)
9
NL
Aansluiten van de apparatuur
5.1CH ingangsaansluitingen
Vereiste aansluitsnoeren
Audio-aansluitsnoeren (niet bijgeleverd)
Twee stuks, voor de 5.1CH INPUT FRONT en REAR aansluitingen
wit (L) wit (L)
rood (R) rood (R)
Mono-aansluitsnoeren (niet bijgeleverd)
Twee stuks, voor de 5.1CH INPUT CENTER en SUB WOOFER
aansluitingen
zwart zwart
Videosnoer (niet bijgeleverd)
Eén snoer, voor de DVD/LD VIDEO IN aansluiting (enz.)
geel geel
Opmerking
Bij het maken van de hieronder beschreven aansluitingen, dient u
de geluidssterkte van de akoestiekluidsprekers en de
lagetonenluidspreker in te stellen op uw DVD videospeler of
meerkanaals-decodeerapparaat.
Alhoewel deze tuner/versterker is uitgerust met een eigen
meerkanaals-decodeertrap, is hij tevens voorzien van een
compleet stel 5.1CH INPUT meerkanaals-ingangsaansluitingen
die u kunt gebruiken voor weergave van meerkanaals-software
gecodeerd in andere formaten dan Dolby Digital (AC-3) en DTS.
Als uw DVD videospeler beschikt over 5.1CH OUTPUT
meerkanaals-uitgangen, kunt u deze rechtstreeks aansluiten op
dit apparaat om te luisteren naar de geluidsweergave via de
meerkanaals-decodeertrap van de DVD videospeler. Bovendien
kunt u op de 5.1CH INPUT desgewenst ook een externe
meerkanaals-decodeereenheid aansluiten.
Om de meerkanaals Surround Sound op zijn best te horen, zijn
er vijf gewone luidsprekers nodig (twee voorluidsprekers, twee
achterluidsprekers en een middenluidspreker) plus een speciale
lagetonenluidspreker. Zie de gebruiksaanwijzing van uw DVD
videospeler, meerkanaals-decodeereenheid e.d. voor nadere
bijzonderheden over de benodigde 5.1 meerkanaals
ingangsaansluitingen.
Opmerking
Zie blz. 13 e.v. voor nadere details over het aansluiten van de luidsprekers.
DVD videospeler
Linker voorluidspreker
Rechter voorluidspreker
Linker achterluidspreker
Rechter achterluidspreker
Middenluidspreker
Actieve
lagetonenluidspreker
DVD videospeler,
meerkanaals-
decodeereenheid, enz.
DVD/LD
IN VIDEO enz.
REAR
CENTER
WOOFER
5.1 CH OUTPUT
FRONT
MD/TAPE
ANTENNA
DIGITAL IN
TV/SAT
5.1 CH INPUT
AUX CD
DVD/LD
VIDEO
SUB
WOOFER
IMPEDANCE
SELECTOR
SPEAKERS
CTRL
A1 I I
MONITOR
AC OUTLET
FRONT REAR
SUB
WOOFER
AUDIO IN AUDIO IN
TV/SAT
OPTICAL OPTICAL COAXIAL
DVD/LD
REC OUT IN AUDIO IN
VIDEO IN
AUDIO IN
VIDEO IN
AUDIO OUT AUDIO IN
VIDEO OUT VIDEO IN VIDEO OUT
S-VIDEO
OUT
S-VIDEO
IN
AUDIO
OUT
4 8 CENTER
L
R
L
R
L
R
L
R
L
R
FRONT
REAR
RL
RL
RLRL
RLRL
CENTER B FRONT A
FM
75
COAXIAL
AM
5.1 CH INPUT
VIDEO OUT
SUB WOOFER
SPEAKERS
REAR/CENTER
SPEAKERS
FRONT
MULTI CHANNEL DECODING
MASTER VOLUME
DISPLAY
INPUT MODE
VIDEO
MD/TAPE CD TUNER AUX
DVD/LD TV/SAT
5.1CH INPUT
CINEMA STUDIO
LEVEL
I
i
+
SET UP
BASS BOOST TONE
FM/AM
MUTING
TONE
BASS
BOOST
MEMORY
FM MODE
RDS EON RDS PTY
PRESET/
PTY SELECT +
TUNING +
NAME
ENTER
SUR
BASS/
TREBLE
SOUND FIELD
A. F. D.
ABC
2CH MODE
DIMMER
SPEAKERS
R ON r OFF
A
PHONES
B
? / 1
SHIFT
Voorbeeld voor het aansluiten van een DVD videospeler met behulp van de 5.1CH INPUT
stekkerbussen
10
NL
Aansluiten van de apparatuur
Vereiste aansluitsnoeren
Audio-aansluitsnoeren (niet bijgeleverd)
Sluit bij alle snoeren de stekkers van een bepaalde kleur
aan op de stekkerbussen met dezelfde kleur, op de
betreffende apparaten.
wit (L) wit (L)
rood (R) rood (R)
CONTROL A1 aansluitsnoer (niet bijgeleverd) (alleen op de STR-
DE545 en STR-SE501)
zwart zwart
naar een stopcontact
Andere aansluitingen
b
LINE
OUTPUT
CONTROL A1
AC OUTLET
FRONT REAR
SUB
WOOFER
AUDIO IN AUDIO IN
TV/SAT
OPTICAL OPTICAL COAXIAL
DVD/LD
REC OUT IN AUDIO IN
VIDEO IN
AUDIO IN
VIDEO IN
AUDIO OUT AUDIO IN
VIDEO OUT VIDEO IN VIDEO OUT
S-VIDEO
OUT
S-VIDEO
IN
AUDIO
OUT
4 8 CENTER
L
R
L
R
L
R
L
R
L
R
FRONT
REAR
RL
RL
RLRL
RLRL
CENTER B FRONT A
FM
75
COAXIAL
AM
MD/TAPE
ANTENNA
DIGITAL IN
TV/SAT
5.1 CH INPUT
AUX CD
DVD/LD
VIDEO
SUB
WOOFER
IMPEDANCE
SELECTOR
SPEAKERS
CTRL
A1 I I
MONITOR
AC OUTLET
(alleen op de
STR-DE545 en STR-SE501)
Netsnoer
Compact disc speler,
cassettedeck,
minidisc-recorder, etc.
11
NL
Aansluiten van de apparatuur
CONTROL A1 aansluiting (alleen op de
STR-DE545 en STR-SE501)
Als u beschikt over een voor CONTROL A1
geschikte Sony CD-speler, cassettedeck of
minidisc-recorder
Gebruik een CONTROL A1 snoer (niet bijgeleverd) om
de CONTROL A1
stekkerbus van een CD-speler,
cassettedeck of minidisc-recorder te verbinden met de
CONTROL A1
stekkerbus van de tuner/versterker.
Zie voor nadere bijzonderheden de aparte handleiding
CONTROL-A1
Control System en de
gebruiksaanwijzingen bijgeleverd bij uw CD-speler,
cassettedeck of minidisc-recorder.
Opmerking
Als u een CONTROL A1 verbinding maakt tussen de tuner/
versterker en een minidisc-recorder welke tevens op een
computer is aangesloten, mag u de tuner/versterker niet
bedienen terwijl de Sony MD Editor software wordt
gebruikt. Dit kan namelijk resulteren in een foutieve werking
van de apparatuur.
Als u beschikt over een Sony CD-wisselaar met
een COMMAND MODE schakelaar
Als de COMMAND MODE schakelaar van uw CD-
wisselaar kan worden ingesteld op CD 1, CD 2 of CD 3,
zet deze dan in de CD 1 stand en sluit de CD-
wisselaar aan op de CD ingangen van de tuner/
versterker.
Als u echter een Sony CD-wisselaar met VIDEO OUT
aansluitingen heeft, zet de COMMAND MODE
schakelaar dan in de CD 2 stand en sluit de CD-
wisselaar aan op de VIDEO IN ingangen van de tuner/
versterker.
AUX AUDIO IN aansluiting
Als u beschikt over een individuele
audiocomponent (behalve PHONO)
Gebruik de audiosnoeren om de LINE OUT
aansluitingen van de CD-speler, cassettedeck, of
minidisc-recorder te verbinden met de AUX AUDIO IN
aansluiting op de tuner/versterker, zodat u stereo
geluidsbronnen kunt beluisteren in Surround Sound.
Aansluiten van het netsnoer
Alvorens u de netsnoerstekker van deze tuner/versterker
in het stopcontact steekt:
Sluit eerst alle luidsprekers op de tuner/versterker aan
(zie blz. 13).
Sluit de netsnoeren van uw audio/video-apparatuur aan
op een gewoon wandstopcontact.
Alleen op de STR-DE545 en STR-SE501
Als u het netsnoer van een ander audio/video-apparaat
aansluit op de AC OUTLET netstroomuitgang(en)
achterop de tuner/versterker, zal de tuner/versterker
zorgen voor de stroomvoorziening van de andere
component(en), zodat u de bijbehorende apparatuur
allemaal tegelijk met de tuner/versterker kunt in- en
uitschakelen.
Waarschuwing
Let op dat het totale stroomverbruik van de apparatuur
aangesloten op de AC OUTLET netstroomuitgang(en) achterop
de tuner/versterker het bij deze uitgang aangegeven vermogen
niet overschrijdt. Sluit op de netuitgang(en) in geen geval
huishoudelijke apparatuur aan zoals een strijkijzer, een ventilator,
een TV-toestel of andere apparatuur met een hoog
stroomverbruik. (alleen op de STR-DE545 en STR-SE501)
Opmerking
Als de stekker ongeveer twee weken lang uit het stopcontact
blijft, zal het geheugen van de tuner/versterker geheel gewist
worden en dan zal bij het volgende gebruik weer een
demonstratie van de functies worden gegeven.
12
NL
Aansluiten en
opstellen van
de
luidsprekers
In dit hoofdstuk volgt een
beschrijving voor het aansluiten van
de luidsprekers op de tuner/
versterker, het opstellen van de
luidsprekers en het afregelen ervan
voor de beste meerkanaals Surround
Sound kwaliteit.
Cursortoetsen
Kort overzicht van de toetsen en regelaars
die u gebruikt voor het instellen van de
luidsprekers
Insteltoets (SET UP): Druk op deze toets wanneer u
instellingen wilt maken voor het soort luidsprekers en de
luidsprekerafstanden.
Cursortoetsen (
/ ): Voor het kiezen van de
parameters na indrukken van de SET UP toets.
Instelknop: Draai hieraan om de gekozen parameters
naar wens in te stellen.
Instelknop
MULTI CHANNEL DECODING
MASTER VOLUME
DISPLAY
INPUT MODE
VIDEO
MD/TAPE CD TUNER AUX
DVD/LD TV/SAT
5.1CH INPUT
CINEMA STUDIO
LEVEL
I
i
+
SET UP
BASS BOOST TONE
FM/AM
MUTING
TONE
BASS
BOOST
MEMORY
FM MODE
RDS EON RDS PTY
PRESET/
PTY SELECT +
TUNING +
NAME
ENTER
SUR
BASS/
TREBLE
SOUND FIELD
A. F. D.
ABC
2CH MODE
DIMMER
SPEAKERS
R ON r OFF
A
PHONES
B
? / 1
SHIFT
SET UP
13
NL
Aansluiten en opstellen van de luidsprekers
Rechter
voorluidspreker
Linker
voorluidspreker
Middenluidspreker
Rechter
achterluidspreker
Linker
achterluidspreker
Luidspreker-aansluitingen
Verbind de met de
Voorluidsprekers (8 ohm) SPEAKERS FRONT A
stekkerbussen
*Extra stel voorluidsprekers SPEAKERS FRONT B
(8 ohm) stekkerbussen
Achterluidsprekers (8 ohm) SPEAKERS REAR
stekkerbussen
Middenluidspreker (8 ohm) SPEAKERS CENTER
stekkerbussen
Actieve lagetonenluidspreker SUB WOOFER AUDIO OUT
stekkerbus
* Alleen op de STR-DE545 en STR-SE501.
Vereiste aansluitsnoeren
Luidsprekersnoeren (niet bijgeleverd)
Eén voor elke voorluidspreker, achterluidspreker en
middenluidspreker
(+) (+)
()()
Mono-aansluitsnoer (niet bijgeleverd)
Eén, voor de actieve lagetonenluidspreker
zwart zwart
Aansluiten van de luidsprekers
Actieve
lagetonenluidspreker
Opmerkingen over het aansluiten van de
luidsprekers
Aan de luidsprekerkant stript u ongeveer 10 mm van de
isolatie van het snoer en draait u de kerndraden ineen.
Let bij elk snoer op dat u de draden niet verwisselt: sluit
+ aan op + en op . Als de draden verwisseld worden,
zal bij weergave de positie van de muziekinstrumenten
onduidelijk zijn, terwijl de lage tonen grotendeels zullen
ontbreken.
Als u voorluidsprekers gebruikt met een relatief gering
maximaal ingangsvermogen, stel dan de geluidssterkte
erg voorzichtig in, om overbelasting van de
luidsprekers te vermijden.
U kunt ook een microsatellietluidspreker (b.v. SA-
VE230) aansluiten op de receiver. Een
microsatelleitluidspreker iseen 5.1-kanaals
luidsprekersysteem bestaande uit twee
voorluidsprekers, twee achterluidsprekers, een
middenluidsprekers en een subwoofer.
}
]
}
]
}
]
}
]
}
]
INPUT
AUDIO
IN
*FRONT
SPEAKERS B
FRONT REAR
SUB
WOOFER
AUDIO IN AUDIO IN
TV/SAT
OPTICAL OPTICAL COAXIAL
DVD/LD
REC OUT IN AUDIO IN
VIDEO IN
AUDIO IN
VIDEO IN
AUDIO OUT AUDIO IN
VIDEO OUT VIDEO IN VIDEO OUT
S-VIDEO
OUT
S-VIDEO
IN
AUDIO
OUT
4 8 CENTER
L
R
L
R
L
R
L
R
L
R
FRONT
REAR
RL
RL
RLRL
RLRL
CENTER B FRONT A
FM
75
COAXIAL
AM
ANTENNA
5.1 CH INPUT
AUX CD
DIGITAL IN
MD/TAPE VIDEO
SUB
WOOFER
IMPEDANCE
SELECTOR
MONITOR CTRL
A1 I I
AC OUTLET
SPEAKERS
DVD/LDTV/SAT
14
NL
Aansluiten en opstellen van de luidsprekers
Voorkom beschadiging van de
luidsprekers
Zorg ervoor dat u het volume dicht zet alvorens de tuner/
versterker af te zetten. Bij het afzetten van de tuner/
versterker blijft de volume-instelling immers behouden.
Aansluiten van de luidsprekers
Om kortsluiting van de luidsprekers te
voorkomen
Kortsluiting in de luidsprekercircuits kan schade aan de
tuner/versterker veroorzaken. Om dit te voorkomen,
dient u bij het aansluiten van de luidsprekers de volgende
aanwijzingen in acht te nemen.
Zorg dat de gestripte uiteinden van de
luidsprekerdraden elkaar niet raken; laat ze niet
zover uitsteken dat ze kortsluiting met andere
aansluitpunten kunnen maken.
Onjuist aangesloten luidsprekersnoeren
De draad van een luidsprekersnoer raakt een andere
aansluitklem.
De gestripte uiteinden van de luidsprekerdraden raken
elkaar, omdat er teveel van de isolatie is verwijderd.
Na het aansluiten van alle geluidsbronnen,
luidsprekers en het netsnoer dient u voor het
gebruik eerst een testtoon weer te geven om te
controleren of alle luidsprekers naar behoren zijn
aangesloten. Nadere aanwijzingen voor het
weergeven van een testtoon vindt u op bladzijde
19.
Als een van de luidsprekers geen geluid geeft bij
weergave van de testtoon of als het geluid klinkt via een
andere luidspreker dan er op de tuner/versterker wordt
aangegeven, kan er kortsluiting zijn in de luidspreker-
aansluitingen. In dat geval dient u de aansluitingen van
de luidsprekers nog eens te controleren.
15
NL
Aansluiten en opstellen van de luidsprekers
Voorbereidingen treffen voor weergave
Nadat u de luidsprekers hebt aangesloten en de tuner/
versterker voor het eerst hebt ingeschakeld, dient u het
geheugen van het apparaat te wissen. Vervolgens kiest u
het luidsprekerformaat en de luidspreker-opstelling en treft
u de andere voorbereidingen die nodig zijn voor weergave.
Alvorens de tuner/versterker in te
schakelen
Zorg eerst dat de:
Juiste voorluidsprekers zijn gekozen (zie onder 7
Luidspreker-keuzeschakelaar (SPEAKERS) op blz. 23).
(alleen op de STR-DE545 en STR-SE501)
Het geheugen van de tuner/versterker
wissen
Voor het eerste gebruik van de tuner/versterker of
wanneer u het geheugen van het apparaat wilt wissen,
gaat u als volgt te werk. Als er automatisch een
demonstratie begint wanneer u het apparaat inschakelt,
hoeft u het geheugen niet te wissen.
1 Schakel de tuner/versterker uit.
2 Houd de ?/1 aan/uit-schakelaar vier seconden lang
ingedrukt.
Nu toont het uitleesvenster eerst de gekozen
geluidsbron en dan een aankondiging van de
demonstratie, terwijl de volgende onderdelen worden
gewist of teruggesteld in de uitgangsstand:
Alle vastgelegde voorkeurzenders verdwijnen uit
het geheugen.
Alle klankbeeldparameters worden teruggesteld op
de oorspronkelijke fabrieksinstellingen.
Alle vastgelegde namen (van de voorkeurzenders
en andere geluidsbronnen) worden gewist.
Alle instellingen die zijn gemaakt met de SET UP
toets keren terug naar de fabrieksinstellingen.
De klankbeelden die zijn gekozen voor afzonderlijke
weergavebronnen en voorkeurzenders verdwijnen
uit het geheugen.
Voorbereiden van de tuner/versterker
voor weergave
Voor het eerste gebruik van de de tuner/versterker dient
u met de SET UP toets bepaalde instellingen aan te passen
aan de configuratie van uw stereo-installatie. Het gaat om
de onderste instellingen. Zie voor nadere aanwijzingen
over het instellen de tussen haakjes aangegeven
bladzijden.
Luidsprekerformaat (blz. 16).
Luidsprekerafstanden (blz. 18).
Keuze van het videosignaal voor 5.1CH INPUT
meerkanaals-weergave (blz. 47).
1/u
MULTI CHANNEL DECODING
MASTER VOLUME
DISPLAY
INPUT MODE
VIDEO
MD/TAPE CD TUNER AUX
DVD/LD TV/SAT
5.1CH INPUT
CINEMA STUDIO
LEVEL
I
i
+
SET UP
BASS BOOST TONE
FM/AM
MUTING
TONE
BASS
BOOST
SHIFT
MEMORY
FM MODE
RDS EON RDS PTY
PRESET/
PTY SELECT +
TUNING +
NAME
ENTER
SUR
BASS/
TREBLE
SOUND FIELD
A. F. D.
ABC
2CH MODE
DIMMER
SPEAKERS
R ON r OFF
A
PHONES
B
? / 1
16
NL
Aansluiten en opstellen van de luidsprekers
Voor de beste, ruimtelijk klinkende akoestiekweergave
zouden alle luidsprekers in principe op gelijke afstand
van uw luisterplaats (A) moeten staan.
(Deze tuner/versterker biedt u echter de mogelijkheid de
middenluidspreker tot ongeveer 1,5 meter dichterbij te
zetten (B) en de achterluidsprekers tot ongeveer
4,5 meter dichterbij uw luisterplaats (C). Bovendien
kunnen de voorluidsprekers zowel dichterbij als verderaf
gezet worden, van 1,0 tot 12,0 meter van uw luisterplaats
(A).)
U kunt kiezen of u de achterluidsprekers achter uw
luisterplaats wilt zetten of aan weerszijden er naast,
afhankelijk van de vorm van uw kamer (enz.).
Opmerking
Zet de middenluidspreker of de achterluidsprekers niet verder
van uw luisterplaats dan de voorluidsprekers.
Opstelling voor meerkanaals Surround akoestiek
Met de akoestiekluidsprekers naast u
Met de akoestiekluidsprekers achter u
Vaststellen van het type luidsprekers
1 Druk op de +/1 toets om de tuner/versterker in te
schakelen.
2 Druk op de SET UP toets.
3 Druk op de cursortoetsen ( of ) om in te stellen
op de parameter die u wilt bijregelen.
4 Draai aan de instelknop om de gewenste stand te
kiezen.
De gekozen instelling wordt automatisch vastgelegd.
5 Herhaal de stappen 3 en 4 tot u alle hieronder
genoemde parameters hebt ingesteld.
z Gewone luidspreker en microsatellietluidspreker
Kies NORM. SP met gewone luidsprekers en MICRO SP met
microsatellietluidsprekers. Als u NORM. SP kiest, kunt u
luidsprekergrootte en subwoofer kiezen zoals hieronder
aangegeven. Als u echter MICRO SP kiest, zijn luidsprekergrootte
en subwoofer als volgt geconfigureerd:
Luidsprekers Instelling
Voor SMALL (Klein)
Midden SMALL (Klein)
Achter SMALL (Klein)
Woofer YES (Ja)
U kunt de configuratie niet wijzigen als u MICRO SP kiest.
Bij de STR-SE501 zijn luidsprekergrootte en subwoofer
vooringesteld op MICRO SP afhankelijk van het meegeleverde
luidsprekersysteem. Als u verandert van luidsprekersysteem,
kies dan NORM. SP om luidsprekergrootte en subwoofer te
kiezen.
x Formaat van de voorluidsprekers (
L
R
)
Oorspronkelijke instelling: LARGE (STR-DE545/DE445)
SMALL (STR-SE501)
Zijn er grote voorluidsprekers aangesloten die alle lage
tonen zonder problemen kunnen weergeven, dan kiest u
de stand LARGE. Gewoonlijk zal de stand LARGE
het best voldoen.
Klinkt het geluid vervormd, of is de ruimtelijke weergave
van meerkanaals Surround Sound niet naar wens, met te
weinig basweergave, dan kiest u de stand SMALL om
de basverdelingscircuits in te schakelen, zodat de laagste
frequenties van de voorkanalen worden overgeheveld
naar de aparte lagetonen-luidspreker.
Als u voor de voorluidsprekers de stand SMALL kiest,
worden de middenluidspreker en de achterluidsprekers
ook automatisch ingesteld op SMALL (tenzij u eerder
de stand NO hebt gekozen).
45°
90°
20°
A A
B
CC
45°
90°
20°
A A
B
CC
17
NL
Aansluiten en opstellen van de luidsprekers
x Formaat van de middenluidspreker (
C
)
Oorspronkelijke instelling: LARGE (STR-DE545/DE445)
SMALL (STR-SE501)
Is er een grote middenluidspreker aangesloten die alle
lage tonen zonder problemen kan weergeven, dan kiest u
de stand LARGE. Gewoonlijk zal de stand LARGE
het best voldoen. Als de voorluidsprekers echter zijn
ingesteld op SMALL, kunt u de middenluidspreker
niet instellen op LARGE.
Klinkt het geluid vervormd, of is de ruimtelijke weergave
van meerkanaals Surround Sound niet naar wens, met te
weinig basweergave, dan kiest u de stand SMALL om
de basverdelingscircuits in te schakelen, zodat de laagste
frequenties van het middenkanaal worden overgeheveld
naar de voorluidsprekers (als die op LARGE zijn
ingesteld) of naar de aparte lagetonen-luidspreker.
*1
Sluit u geen middenluidspreker aan, kies dan de stand
NO. Al het geluid van het middenkanaal wordt dan
weergegeven door de voorluidsprekers.
*2
x Formaat van de achterluidsprekers (
LS
RS
)
Oorspronkelijke instelling: LARGE (STR-DE545/DE445)
SMALL (STR-SE501)
Zijn er grote achterluidsprekers aangesloten die alle lage
tonen zonder problemen kunnen weergeven, dan kiest u
de stand LARGE. Gewoonlijk zal de stand LARGE
het best voldoen. Als de voorluidsprekers echter zijn
ingesteld op SMALL, kunt u de achterluidsprekers niet
instellen op LARGE.
Klinkt het geluid vervormd, of is de ruimtelijke weergave
van meerkanaals Surround Sound niet naar wens, met te
weinig basweergave, dan kiest u de stand SMALL om
de basverdelingscircuits in te schakelen, zodat de laagste
frequenties van de achterkanalen worden overgeheveld
naar de aparte lagetonen-luidspreker of naar een ander
stel LARGE luidsprekers die hier beter op zijn
berekend.
Sluit u geen achterluidsprekers aan, kies dan de stand
NO.
*3
z
*1~*3 komen overeen met de volgende Dolby Pro Logic
standen voor de middenkanaal-aanpassing
*
1
NORMAL
*
2
PHANTOM
*
3
3 STEREO
z
Betreffende de luidsprekerformaten (LARGE en SMALL)
Bij de interne signaalverwerking bepaalt de keuze van het
LARGE of SMALL luidsprekerformaat voor elk stel luidsprekers
of de ingebouwde akoestiekprocessor de laagste frequenties al
dan niet naar de betreffende luidspreker(s) zal uitsturen. Als de
lage tonen uit een bepaald kanaal worden verwijderd, zullen de
basverdelingscircuits die frequenties overbrengen naar de aparte
lagetonen-luidspreker of naar een ander stel LARGE
luidsprekers die er beter op zijn berekend.
Aangezien echter ook de lage tonen een zekere mate van
richtingsgevoeligheid hebben, is het beter het gehele
frequentiespectrum van de verschillende kanalen intact te laten,
indien mogelijk. Daarom kunt u zelfs met een stel kleine
luidsprekers toch de stand LARGE kiezen als u de lage tonen
ook door die luidsprekers wilt laten weergeven. En andersom,
als u grote luidsprekers aansluit maar niet wilt dat ze de laagste
tonen weergeven, kunt u voor die luidsprekers best SMALL
kiezen.
Als de totale geluidsindruk minder is dan gewenst, kiest u dan
voor alle luidsprekers de stand LARGE. Als de lage tonen niet
genoeg tot uiting komen, kunt u de lage-/hogetonenregeling
gebruiken om de lage tonen te versterken. Voor het regelen van
de lage/hoge tonen, zie blz. 35.
x Opstelling van de achterluidsprekers
(REAR PL.)*
Oorspronkelijke instelling: BEHIND
Met deze parameter kunt u de plaats van uw
achterluidsprekers invoeren, voor een juiste werking van
de Digital Cinema Sound klankbeelden in het VIRTUAL
genre. Zie de onderstaande afbeelding.
Stel in op SIDE als de plaats van uw
achterluidsprekers binnen het zijgebied A valt.
Stel in op BEHIND als uw achterluidsprekers
helemaal achteraan staan, in het gebied B.
Deze instelling is alleen van invloed op de klankbeelden
in het VIRTUAL genre.
* Deze parameters zijn niet beschikbaar als er eerder voor
de achterluidsprekers (REAR) NO is gekozen.
45°
90°
20°
B
B
A
A
18
NL
Aansluiten en opstellen van de luidsprekers
x Aanwezigheid van een lagetonen-luidspreker
(SUB WOOFER)
Oorspronkelijke instelling: YES
Als u een lagetonen-luidspreker hebt aangesloten, stelt
u hierbij in op YES.
Gebruikt u geen aparte lagetonen-luidspreker, dan stelt
u in op NO. Hiermee schakelt u de
basverdelingscircuits in, zodat de LFE laagfrequente
signalen worden overgenomen door de andere
luidsprekers.
Om volledig profijt te trekken van de Dolby Digital
(AC-3) basverdelingscircuits willen wij u aanbevelen
om de bovengrensfrequentie voor de lagetonen-
luidspreker zo hoog mogelijk in te stellen.
x Afstand van de voorluidsprekers (FRONT)
Oorspronkelijke instelling: 5,0 meter
Stel hier de afstand in van uw luisterplaats tot de linker of
rechter voorluidspreker (afstand A op blz. 16).
De afstand van de voorluidsprekers is instelbaar in
stapjes van 0,1 meter, van minimaal 1,0 meter tot
maximaal 12,0 meter van uw luisterplaats.
Als de beide voorluidsprekers niet precies even ver van
uw luisterplaats staan, kiest u hier de afstand van de
dichtstbijzijnde luidspreker.
x Afstand van de middenluidspreker (CENTER)
Oorspronkelijke instelling: 5,0 meter
Stel hier de afstand in van uw luisterplaats tot de
middenluidspreker.
De afstand van de middenluidspreker is instelbaar in
stapjes van 0,1 meter, van (maximaal) dezelfde afstand
als de voorluidsprekers (afstand A op blz. 16) tot
1,5 meter dichter bij uw luisterplaats (afstand B op blz.
16).
Plaats de middenluidspreker niet op grotere afstand
van uw luisterplaats dan de voorluidsprekers.
x Afstand van de achterluidsprekers (REAR)
Oorspronkelijke instelling: 3,5 meter
Stel hier de afstand in van uw luisterplaats tot de linker of
rechter achterluidspreker.
De afstand van de achterluidsprekers is instelbaar in
stapjes van 0,1 meter, van (maximaal) dezelfde afstand
als de voorluidsprekers (afstand A op blz. 16) tot
4,5 meter dichter bij uw luisterplaats (afstand C op blz.
16).
Plaats de achterluidsprekers niet op grotere afstand van
uw luisterplaats dan de voorluidsprekers.
Als de beide achterluidsprekers niet precies even ver
van uw luisterplaats verwijderd zijn, kiest u hier de
afstand van de dichtstbijzijnde luidspreker.
Opstelling voor meerkanaals Surround akoestiek
x Hoogte van de achterluidsprekers (REAR HGT.)*
Oorspronkelijke instelling: LOW
Met deze parameter kiest u de hoogte van uw
achterluidsprekers, voor een juiste werking van de Digital
Cinema Sound klankbeelden in het VIRTUAL genre.
Zie de onderstaande afbeelding.
Stel in op LOW als uw achterluidsprekers op de grond
staan of vrij laag zijn opgehangen, in het gebied A.
Stel in op HIGH als uw achterluidsprekers relatief
hoog aan de wand hangen, in het gebied B.
Deze instelling is alleen van invloed op de klankbeelden
in het VIRTUAL genre.
* Deze parameters zijn niet beschikbaar als er eerder voor
de achterluidsprekers (REAR) NO is gekozen.
z
Betreffende de opstelling van de achterluidsprekers (SIDE,
en BEHIND)
Deze instelling is speciaal bestemd voor de Digital Cinema Sound
klankbeelden in het VIRTUAL genre. Bij deze klankbeelden is de
luidspreker-opstelling niet zon overheersende factor als bij de
andere akoestiekfuncties. Al de VIRTUAL klankbeelden zijn
gebaseerd op de veronderstelling dat de achterluidsprekers geheel
achter de luisterplaats zouden staan of hangen, maar het
klankbeeld blijft grotendeels zoals bedoeld, ook wanneer de
achterluidsprekers nogal opzij en ver uiteen staan. Als de
achterluidsprekers echter pal naast de luisteraar hangen en recht
op oorhoogte gericht zijn, zullen de VIRTUAL klankbeelden alleen
klinken zoals bedoeld wanneer u voor de opstelling van de
achterluidsprekers de stand SIDE hebt gekozen. Ook dat geldt
echter niet in alle gevallen, aangezien de akoestiek van elke
luisterruimte wordt bepaald door een heel stel variabelen, zodat u
misschien wel betere resultaten bereikt met de BEHIND
opstelling als de luidsprekers hoog boven uw luisterplaats hangen,
ook al is dat pal ter weerszijden ervan.
Daarom kunt u wellicht het best een favoriete geluidsbron met
meerkanaals Surround Sound afspelen en dan goed luisteren welk
effect elke instelling op de uiteindelijke klank heeft, ook al kan dit
wel eens leiden tot een andere instelling dan hierboven
aangegeven onder Opstelling van de achterluidsprekers (REAR
PL.). Kies de stand die een fraai open, ruimtelijk gevoel oplevert,
met een zo hecht mogelijke samenhang tussen het geluid van de
voorluidsprekers en dat van de achterluidsprekers.
Als u geen duidelijke voorkeur kunt uitspreken tussen de
verschillende instellingen, kies dan de stand BEHIND en
gebruik dan de luidsprekerafstand-parameter en de
geluidssterkte-instellingen om de weergave optimaal af te regelen.
60
30
A
B
A
B
19
NL
Aansluiten en opstellen van de luidsprekers
Bijregelen van de geluidssterkte van de
luidsprekers
Stel alle luidsprekers op een evenredige geluidssterkte in
vanaf uw luisterplaats, met de afstandsbediening.
Opmerking
Dit apparaat is voorzien van een nieuwe testtoon in de
frequentieband rond 800 Hz, om het instellen van de luidsprekers
te vergemakkelijken.
1 Druk op de ?/1 toets om de tuner/versterker in te
schakelen.
2 Druk op de TEST TONE toets van de bijgeleverde
afstandsbediening.
Nu zult u een testtoon horen die achtereenvolgens
door elk van de luidsprekers wordt weergegeven.
3 Stel de geluidssterkte zo in dat de testtoon op uw
luisterplaats voor uw gehoor via alle luidsprekers
even luid doorkomt.
Voor het bijregelen van de balans van de linker en
rechter voorluidsprekers gebruikt u de voorbalans-
parameter (FRONT BALANCE) in het LEVEL menu
(zie blz. 35).
Voor het bijregelen van de balans van de linker en
rechter achterluidsprekers gebruikt u de
achterbalans-parameter (REAR BALANCE) in het
LEVEL menu (zie blz. 35).
Om de geluidssterkte van de middenluidspreker in
te stellen, drukt u op MENU </> om de parameter
center te kiezen.
Gebruik +/ op de afstandsbediening om de
geluidssterkte te regelen.
Om de geluidssterkte van de achterluidspreker in te
stellen, drukt u op MENU </> om de parameter
rear te kiezen.
Gebruik +/ op de afstandsbediening om de
geluidssterkte te regelen.
4 Druk weer op de TEST TONE toets van de
afstandsbediening om de testtoon uit te schakelen.
Opmerking
Er kan geen testtoon worden weergegeven wanneer de tuner/
versterker staat ingesteld op 5.1CH INPUT meerkanaals-
weergave.
z
U kunt ook alle luidsprekers tegelijk harder of zachter
zetten:
Draai aan de MASTER VOLUME knop van de tuner/versterker
of druk op de MASTER VOL +/ toetsen van de
afstandsbediening.
z
Betreffende de afstand van de luidsprekers
U kunt de weergave van dit apparaat aanpassen aan de plaats
van de aangesloten luidsprekers, door de luidsprekerafstand in te
stellen. Het is echter niet mogelijk de middenluidspreker verder
af te zetten dan de linker en rechter voorluidsprekers. Bovendien
kunt u de middenluidspreker niet meer dan 1,5 meter dichter bij
uw luisterplaats zetten dan de voorluidsprekers.
Evenmin kunt u de achterluidsprekers verder van uw
luisterplaats zetten dan de voorluidsprekers. En ook weer niet
meer dan 4,5 meter dichterbij.
Deze beperkingen gelden omdat een onevenwichtige opstelling
van de luidsprekers niet geschikt is voor de weergave van
akoestiekeffecten.
Wanneer u de luidsprekerafstand dichterbij kiest dan de feitelijke
afstand, zal het geluid via die luidspreker(s) met een grotere
vertraging worden weergegeven. Met andere wooden, de
luidsprekers klinken dan verder weg.
Als u bijvoorbeeld de afstand van de middenluidspreker 1 tot 2
meter dichterbij instelt dan de feitelijke afstand, zal dit een vrij
natuurgetrouw effect geven, alsof u zich in de actie op het
beeldscherm bevindt. En als u geen goed akoestiekeffect verkrijgt
omdat de achterluidsprekers te dichtbij staan, kunt u door het
verminderen van de luidsprekerafstand (dichterbij kiezen dan de
werkelijke afstand) een dieper ruimtelijk effect creëren. (1 voet
komt overeen met 1 milliseconde vertragingstijd.)
Door deze parameter bij te regelen terwijl u aandachtig naar een
geluidsbron luistert, kunt u vaak een aanzienlijke verbetering in
akoestiek bewerkstelligen. Probeer het maar eens!
20
NL
Aansluiten en opstellen van de luidsprekers
Voor inschakelen van de tuner/versterker
Zorg eerst dat:
Er is ingesteld op het juiste paar voorluidsprekers (zie
onder 7 Luidspreker-keuzeschakelaar (SPEAKERS)
op blz. 23). (alleen op de STR-DE545 en STR-SE501)
Controleren van de aansluitingen
Na het aansluiten van al uw audio/video-apparatuur op
de tuner/versterker volgt u de onderstaande
aanwijzingen om te controleren of alle aansluitingen in
orde zijn.
1 Druk op de ?/1 toets om de tuner/versterker in te
schakelen.
2 Druk op een van de weergavebron-keuzetoetsen
om in te stellen op een component (beeld/
geluidsbron) die u hebt aangesloten (bijvoorbeeld
de CD-speler of het cassettedeck).
3 Schakel het betreffende apparaat in en start de
weergave van de geluidsbron.
4 Draai aan de MASTER VOLUME regelaar om de
geluidssterkte naar wens in te stellen.
Als u na de bovenstaande handelingen geen normale
geluidsweergave verkrijgt, zoek de oorzaak dan op aan de
hand van de hierna volgende controlelijst en neem de
vereiste maatregelen om het probleem te verhelpen.
Alvorens uw tuner/versterker
in gebruik te nemen
Opmerkingen
Tijdens het bijregelen toont het uitleesvenster de balans van de
voorluidsprekers, de achterluidsprekers, de geluidssterkte van
de middenluidspreker en die van de achterluidsprekers.
Alhoewel u deze instellingen via het LEVEL menu ook kunt
maken met de toetsen op het voorpaneel (bij weergave van de
testtoon schakelt de tuner/versterker automatisch over naar
het LEVEL menu), is het aanbevolen de hierboven beschreven
werkwijze te volgen en het instellen van de diverse
luidsprekers te verrichten vanaf uw luisterplaats met de
afstandsbediening.
z
Bijregelen van de geluidssterkte voor elke luidspreker
afzonderlijk
Laten we eens aannemen dat u de geluidssterkte van alle
luidsprekers via de testtoon gelijkmatig hebt ingesteld. Daarmee
is dan voldaan aan een van de hoofdvoorwaarden voor een
uitstekende akoestiekweergave, maar er kan toch nog wel eens
een extra aanpassing nodig blijken wanneer u luistert naar de
weergave van een stuk muziek of een film. Dit komt omdat veel
beeld- en geluidsmateriaal wordt geleverd met een
middenkanaal en achterkanalen die iets zachter zijn opgenomen
dan de beide voorkanalen.
Bij het afspelen van een dergelijke geluidsbron met meerkanaals
Surround Sound zult u merken dat het verhogen van de
geluidssterkte van het middenkanaal en de achterluidsprekers
vaak een betere samenhang geeft tussen de voorluidsprekers en
de middenluidspreker en een natuurlijker balans van het
klankbeeld voor en achter.
Ongeveer 1 dB luider zetten van de middenluidspreker en
ongeveer 1 - 2 dB extra voor de achterluidsprekers geeft vaak het
beste resultaat.
Anders gezegd, voor een beter geïntegreerd klankbeeld met een
natuurlijk klinkende dialoog is het aanbevolen de nodige
aanpassingen te maken tijdens het luisteren naar uw favoriete
muziek of speelfilms. Een geringe aanpassing van slechts 1 dB
kan vaak een enorm verschil maken in de klank van uw
thuistheater.
Weergavebron-
keuzetoetsen
Opstelling voor meerkanaals Surround
akoestiek
MULTI CHANNEL DECODING
MASTER VOLUME
DISPLAY
INPUT MODE
VIDEO
MD/TAPE CD TUNER AUX
DVD/LD TV/SAT
5.1CH INPUT
CINEMA STUDIO
LEVEL
I
i
+
SET UP
BASS BOOST TONE
FM/AM
MUTING
TONE
BASS
BOOST
SHIFT
MEMORY
FM MODE
RDS EON RDS PTY
PRESET/
PTY SELECT +
TUNING +
NAME
ENTER
SUR
BASS/
TREBLE
SOUND FIELD
A. F. D.
ABC
2CH MODE
DIMMER
SPEAKERS
R ON r OFF
A
PHONES
B
? / 1
MASTER VOLUME
1/u
21
NL
Aansluiten en opstellen van de luidsprekers
Er klinkt geen geluid, ongeacht welke
geluidsbron wordt gekozen.
, Controleer of de tuner/versterker en de
aangesloten apparatuur naar behoren zijn
ingeschakeld.
, Controleer met MASTER VOLUME of het volume
in het uitleesvenster niet op VOL MIN staat.
, Controleer of de SPEAKERS luidspreker-
keuzeschakelaar niet in de OFF stand staat of in de
stand voor een luidsprekerpaar dat niet op de
tuner/versterker is aangesloten (zie onder 7
Luidspreker-keuzeschakelaar (SPEAKERS) op
blz. 23). (alleen op de STR-DE545 en STR-SE501)
, Controleer of alle luidsprekersnoeren naar behoren
zijn aangesloten.
, Druk op de MUTING toets om het indicatorlampje
te doven.
Een bepaalde geluidsbron is niet te horen.
, Controleer of de component correct is aangesloten
op de audio-ingangen voor die component.
, Controleer of de stekkers van het aansluitsnoer aan
beide zijden, op de tuner/versterker en het
weergave-apparaat zelf, stevig in de stekkerbussen
zijn gestoken.
Eén van de voorluidsprekers geeft geen geluid.
, Sluit een hoofdtelefoon aan op de PHONES
stekkerbus en zet de SPEAKERS schakelaar in de
OFF stand om te controleren of de hoofdtelefoon
wel goed geluid geeft (zie onder 7 Luidspreker-
keuzeschakelaar (SPEAKERS) en Hoofdtelefoon-
aansluiting (PHONES) op blz. 23).
Als ook bij de aangesloten hoofdtelefoon slechts
via één kanaal geluid te horen is, kan er iets mis
zijn met de aansluitingen van het weergave-
apparaat op de tuner/versterker. Controleer dan of
de stekkers van het aansluitsnoer aan beide
einden, op de tuner/versterker en de geluidsbron
zelf, stevig in de stekkerbussen zijn gestoken.
Als de hoofdtelefoon wel via beide kanalen geluid
geeft, kan er iets mis zijn met de aansluiting van de
niet werkende voorluidspreker op de tuner/
versterker. Controleer dan de aansluitingen van de
voorluidspreker die geen geluid geeft.
Doet zich een probleem voor dat hierboven niet vermeld
staat, zie dan het hoofdstuk Verhelpen van storingen op
blz. 48.
22
NL
Bedieningsorganen op het
voorpaneel
Bedienings-
organen en
basisbediening
van de tuner/
versterker
In dit hoofdstuk wordt de plaats en
functie van de toetsen en regelaars op
het voorpaneel beschreven, met een
uitleg van de voornaamste
bedieningshandelingen van de tuner/
versterker.
1 ?/1 aan/uit-schakelaar
Druk hierop om de tuner/versterker in te schakelen.
2 Weergavebron-keuzetoetsen
Druk op een van deze toetsen om in te stellen op het
apparaat dat u wilt gebruiken.
Voor keuze van de Drukt u op
Videorecorder VIDEO
TV of satelliet-tuner TV/SAT
DVD of LD speler DVD/LD
Minidisc-recorder of MD/TAPE
cassettedeck
Compact disc speler CD
Ingebouwde tuner TUNER
Audiocomponent AUX
Na het kiezen van het weergave-apparaat schakelt u dat
apparaat in en start u de weergave van de geluidsbron.
Na het kiezen van een videorecorder, DVD videospeler of
laserdisc-speler schakelt u ook het TV-toestel in en stelt u
dit in op weergave van de gekozen component/beeldbron.
23
NL
Bedieningsorganen en basisbediening van de tuner/versterker
3 Ingangssignaal-keuzetoets (INPUT MODE)
Druk hierop om het gewenste audiosignaal te kiezen
voor uw digitale apparatuur (DVD/LD en TV/SAT).
Bij elke druk op de toets wordt omgeschakeld tussen
de ingangssignalen van de ingestelde component.
Kies de stand Om
AUTO Voorrang te geven aan de digitale
signalen wanneer er zowel digitale
als analoge signalen beschikbaar zijn.
Als er geen digitale signalen zijn,
worden de analoge signalen gekozen.
DIGITAL (OPTICAL) In te stellen op de digitale
audiosignalen die via de DIGITAL
OPTICAL ingangsaansluiting
binnenkomen.
DIGITAL (COAXIAL) In te stellen op de digitale
audiosignalen die via de DIGITAL
COAXIAL ingangsaansluiting
binnenkomen. (alleen op de DVD/
LD)
ANALOG In te stellen op de analoge
audiosignalen die via de AUDIO IN
(L en R) aansluitingen binnenkomen.
4 Meerkanaals-ingangskeuzetoets (5.1CH INPUT)
Druk hierop om het geluid van de apparatuur
aangesloten op de 5.1CH INPUT aansluitingen te
horen, samen met de beeldweergave van de gekozen
videocomponent.
Wanneer de 5.1CH INPUT geluidsbron is gekozen, zullen
de toonregeling, basversterking en klankbeeld-effecten niet
werken.
Om over te schakelen op een andere videobron wanneer er
is gekozen voor 5.1CH INPUT meerkanaals-weergave,
drukt u op de SET UP toets (ws) en dan enkele malen op de
cursortoetsen (w;) om in te stellen op 5.1 V. IN (zie voor
nadere bijzonderheden blz. 47).
5 Totaalvolumeregelaar (MASTER VOLUME)
Na instellen op de gewenste geluidsbron draait u aan
deze knop om de geluidssterkte naar wens in te stellen.
6 Geluiddempingstoets (MUTING)
Druk hierop om de geluidsweergave te dempen. Het
indicatorlampje licht op wanneer het geluid gedempt
is.
7 Luidspreker-keuzeschakelaar (SPEAKERS) (alleen op
de STR-DE545 en STR-SE501)
Indrukken volgens de voorluidsprekers die u wilt
aansturen.
Drukt u op Voor weergave via
A De luidsprekers aangesloten op de
FRONT SPEAKERS A stekkerbussen
B De luidsprekers aangesloten op de
FRONT SPEAKERS B stekkerbussen
A+B* De luidsprekers aangesloten op de
FRONT SPEAKERS A zowel als B
stekkerbussen (parallelle aansluiting)
* Sluit alleen voorluidsprekers aan met een nominale impedantie
van 8 ohm of meer als u twee stel voorluidsprekers (A + B)
tegelijk wilt gebruiken.
Alleen op de STR-DE445
Zet de SPEAKERS op ON.
Hoofdtelefoon-aansluiting (PHONES)
Hierop kunt u een hoofdtelefoon aansluiten.
Om een hoofdtelefoon te gebruiken, zet u de SPEAKERS
toets op OFF om het geluid via de hoofdtelefoon te kunnen
beluisteren.
Wanneer u via een hoofdtelefoon luistert, zet het
klankbeeld dan op 2CH om de juiste geluidsweergave te
krijgen.
24
3
65
7
1
MULTI CHANNEL DECODING
MASTER VOLUME
DISPLAY
INPUT MODE
VIDEO
MD/TAPE CD TUNER AUX
DVD/LD TV/SAT
5.1CH INPUT
CINEMA STUDIO
LEVEL
I
i
+
SET UP
BASS BOOST TONE
FM/AM
MUTING
TONE
BASS
BOOST
SHIFT
MEMORY
FM MODE
RDS EON RDS PTY
PRESET/
PTY SELECT +
TUNING +
NAME
ENTER
SUR
BASS/
TREBLE
SOUND FIELD
A. F. D.
ABC
2CH MODE
DIMMER
SPEAKERS
R ON r OFF
A
PHONES
B
? / 1
24
NL
Bedieningsorganen en basisbediening van de tuner/versterker
8 Aanduidingskeuzetoets (DISPLAY)
Druk meermalen op deze toets om de aanduidingen
in het uitleesvenster als volgt om te schakelen:
v
Zelf ingevoerde naam van de beeld/geluidsbron
v
Stand van de FUNCTION knop
v
Klankbeeld dat vast is gekozen voor
dit weergave-apparaat
Bij keuze van de tuner voor radio-ontvangst
v
Ingevoerde naam van de voorkeurzender* of vaste
zendernaam**
v
Afstemfrequentie
v
Programmatype-aanduiding**
v
Radiotekst**
v
Juiste tijd
v
Klankbeeld dat vast is gekozen voor deze
afstemband of voorkeurzender
* De gekozen index naam verschijnt alleen als u zelf een naam
voor deze beeld/geluidsbron of voorkeurzender hebt ingevoerd (zie
blz. 45). De gekozen naam verschijnt niet als er alleen spaties zijn
ingevoerd of als de naam gelijk is aan die van de functietoets.
** Deze aanduidingen verschijnen alleen tijdens RDS ontvangst
(zie blz. 41).
9 Uitleesvenster-verlichtingstoets (DIMMER)
Druk enkele malen op deze toets om de helderheid
van het uitleesvenster naar wens in te stellen.
q; Gebruik de klankbeeldtoetsen (SOUND FIELD) voor
weergave met een akoestiekeffect. Zie voor nadere
bijzonderheden het hoofdstuk Genieten van
Surround Sound akoestiek vanaf blz. 27.
Decodeertoets/indicator (A.F.D.)
Druk deze toets in om de tuner/versterker
automatisch te laten waarnemen wat voor
geluidssignaal er binnenkomt en de vereiste
decodering toe te passen (indien nodig).
Stereo-weergavetoets/indicator (2CH)
Druk hierop om alleen geluid te horen via de linker en
rechter voorluidsprekers.
Klankbeeld-keuzetoets/indicator (MODE)
Druk hierop om het gewenste klankbeeld te gaan
kiezen (zie blz. 28).
qa Meerkanaals-decodeerlampje (MULTI CHANNEL
DECODING)
Dit indicatorlampje licht op wanneer het apparaat
signalen in een meerkanaals-formaat aan het
decoderen is.
Bedieningsorganen op het voorpaneel
8qaw;qs
qd qf
qh qg9
q;
qkql wswdwfwaqj
MULTI CHANNEL DECODING
MASTER VOLUME
DISPLAY
INPUT MODE
VIDEO
MD/TAPE CD TUNER AUX
DVD/LD TV/SAT
5.1CH INPUT
CINEMA STUDIO
LEVEL
I
i
+
SET UP
BASS BOOST TONE
FM/AM
MUTING
TONE
BASS
BOOST
SHIFT
MEMORY
FM MODE
RDS EON RDS PTY
PRESET/
PTY SELECT +
TUNING +
NAME
ENTER
SUR
BASS/
TREBLE
SOUND FIELD
A. F. D.
ABC
2CH MODE
DIMMER
SPEAKERS
R ON r OFF
A
PHONES
B
? / 1
25
NL
Bedieningsorganen en basisbediening van de tuner/versterker
qs Gebruik de CINEMA STUDIO toetsen om te genieten
van CINEMA STUDIO geluidseffecten.
A/B/C toetsen
Indrukken om de klankbeelden CINEMA STUDIO A,
B of C in te stellen (blz 29).
qd Basversterkingstoets (BASS BOOST)
Druk hierop om de lagetonenweergave via de
voorluidsprekers extra te versterken. De BASS BOOST
indicator licht op wanneer de basversterking is
ingeschakeld.
qf Toonregelingstoets (TONE)
Indrukken om de toonregeling aan of uit te zetten.
Hete TONE indicatorlampje licht op wanneer de
toonregeling wordt aangezet. Als u de toon regelt met
de BASS/TREBLE parameters (blz 35), worden de
instellingen automatisch opgeslagen en kunnen ze
worden gereproduceerd telkens wanneer u de
toonregeling aanzet.
z Voor de zuiverste weergave van een analoge geluidsbron
zonder digitale bijregeling
Verricht de onderstaande stappen om de basversterking, de
akoestiekeffecten en alle toonregeling uit te schakelen.
1 Druk op de 2CH toets.
2 Druk op de BASS BOOST toets zodat het BASS BOOST
lampje dooft.
3 Druk op de TONE toets zodat het TONE lampje dooft.
Het resultaat is een weergave zonder bijregeling, om de klank
van de geluidsbron zo zuiver mogelijk te horen.
qg De volgende toetsen zijn voor de bediening van de
ingebouwde tuner. Zie voor nadere bijzonderheden
het hoofdstuk Radio-ontvangst vanaf blz. 37.
Geheugengroep-keuzetoets (SHIFT)
Hiermee kiest u een groep voorkeurzenders in het
afstemgeheugen.
Geheugentoets (MEMORY)
Druk hierop om een radiozender in het geheugen vast
te leggen als voorkeurzender.
qh De volgende toetsen zijn voor de bediening van de
ingebouwde tuner. Zie voor nadere bijzonderheden
het hoofdstuk Radio-ontvangst vanaf blz. 37.
Voorkeurzender/programmatype-toestsen
PRESET/PTY SELECT +/
Druk hierop om alle te ontvangen radiozenders te
doorzoeken. Met deze toets kiest u tevens de
programmatypen bij gebruik van de PTY afstemming.
Afstemtoetsen (TUNING +/)
Voor het afstemmen via het doorzoeken van alle
beschikbare radiozenders.
Afstemband-keuzetoets (FM/AM)
Hiermee kiest u de FM of AM afstemband.
FM stereo/mono-keuzetoets (FM MODE)
Als de aanduiding STEREO in het uitleesvenster
knippert en de FM stereo uitzending niet erg goed
klinkt, drukt u op deze toets. Dan zal er geen stereo-
effect meer zijn, maar de ontvangst zal beter klinken.
Informatie-paraattoets (RDS EON)
Druk hierop om automatisch over te schakelen op een
informatiezender wanneer die begint met uitzenden
van verkeersinformatie, nieuws e.d. De RDS EON
toets werkt niet tijdens AM ontvangst.
Programmatype-keuzetoets (RDS PTY)
Druk hierop om radiozenders op te zoeken aan de
hand van het programmatype dat ze uitzenden. Deze
RDS PTY toets werkt niet tijdens AM ontvangst.
qj Luidsprekermenu-keuzetoets (LEVEL)
Druk hierop voor keuze van de luidsprekerniveau-
parameters (zie blz. 34). De indicator van de toets licht
op en dan kunt u de verschillende luidsprekerniveau-
parameters (voorbalans, achterbalans e.d.) instellen.
Bij nogmaals drukken dooft het indicatorlampje.
qk Akoestiekmenu-keuzetoets (SUR)
Druk hierop voor keuze van de akoestiekparameters
(zie blz. 33). De indicator van de toets licht op en dan
kunt u de verschillende akoestiekparameters
(effectniveau, wandbekleding e.d.) gaan instellen.
Bij nogmaals drukken dooft het indicatorlampje.
ql Lage/hoge tonen-toets (BASS/TREBLE)
Druk hierop om de toon te regelen (blz 35).
w; Cursortoetsen (
/ )
Druk hierop om diverse parameters voor
luidsprekerniveau, akoestiek en hoge/lage tonen (enz)
te kiezen.
26
NL
Bedieningsorganen en basisbediening van de tuner/versterker
wa Instelknop
Druk hierop om de gekozen parameters voor
luidsprekerniveau, akoestiek en hoge/lage tonen (enz)
te regelen.
ws Insteltoets (SET UP)
Druk hierop om de voorbereidingsstand in te
schakelen en druk dan op de cursortoetsen (w;) om in
te stellen op een van de onderstaande
voorbereidingsfuncties te kiezen. Vervolgens maakt u
de gewenste instellingen met de instelknop (wa).
Door keuze van de Kunt u
Luidsprekertype Luidsprekertype opgeven.
(pagina 16)
Luidspreker- Het luidsprekerformaat kiezen voor
instellingen de voor-, midden- en
achterluidsprekers, de plaats van de
achterluidsprekers instellen en de
aan- of afwezigheid van een aparte
lagetonen-luidspreker (zie blz. 16).
Luidspreker-afstanden De afstand van de voor-, midden- en
achterluidsprekers kiezen (zie blz.
18).
5.1CH videobron Kiezen welke videobron u wilt
weergeven samen met het geluid dat
binnenkomt via de 5.1CH INPUT
aansluitingen (zie blz. 47).
wd Naamgevingstoets (NAME)
Druk hierop om de naamgevingsfunctie in te
schakelen en namen in te voeren voor de
voorkeurzenders en andere weergavebronnen (zie blz.
45).
wf Invoertoets (ENTER)
Druk hierop om de gekozen lettertekens vast te leggen
bij naamgeving van de voorkeurzenders en andere
weergavebronnen.
Bedieningsorganen op het voorpaneel
27
NL
Genieten van Surround Sound akoestiek
Genieten van
Surround
Sound
akoestiek
Dit hoofdstuk geeft aan hoe u de
tuner/versterker kunt instellen voor
geluidsweergave met
akoestiekeffecten en vaste
klankbeelden. Hiermee kunt u
genieten van meerkanaals Surround
Sound bij het afspelen van Dolby
Digital of DTS of videomateriaal.
U kunt genieten van een fraaie ruimtelijke
geluidsweergave door eenvoudigweg een van de
voorgeprogrammeerde klankbeelden te kiezen die de
tuner/versterker biedt. Zo kunt u uw luisterkamer laten
klinken als een bioscoopzaal of een concertzaal. U kunt de
klankbeelden ook naar eigen inzicht aanpassen door de
diverse akoestiekparameters bij te stellen.
Deze tuner/versterker beschikt over een aantal
verschillende klankbeeldfuncties.
De cinema klankbeelden zijn bedoeld voor de weergave
van video- of filmgeluid (van DVD discs of laserdiscs)
met meerkanaals-geluidssporen of Dolby Pro Logic
geluid. Naast het decoderen van de diverse kanalen,
bieden enkele van deze klankbeelden ook
akoestiekeffecten zoals u die in de bioscoop kunt horen.
De virtuele klankbeelden bieden enkele
indrukwekkende toepassingen van de Sony Digital
Cinema Sound technologie voor digitale
signaalverwerking. Deze kunnen het geluid weg
verplaatsen van de feitelijke luidspreker-opstelling om de
aanwezigheid van een aantal virtuele luidsprekers te
simuleren.
De klankbeelden voor muziek (enz.) zijn bedoeld voor
weergave van gewone muziekbronnen en TV-
uitzendingen. Hierbij wordt er aan het signaal van de
geluidsbron een nagalm toegevoegd om het ruimtelijk
effect van een concertzaal of een stadion (enz.) te
simuleren. Gebruik deze klankbeelden voor de weergave
van gewone stereo geluidsbronnen zoals muziek-CDs of
stereo radio-uitzendingen van muziek of
sportevenementen e.d.
Zie voor nadere bijzonderheden over de diverse
klankbeelden de beschrijving op blz. 29 t/m 30.
A.F.D. decodering
Dit Auto Format Decoding klankbeeld presenteert het
geluid precies zo als het is gecodeerd, zonder enige
bijregeling, nagalm e.d.
Voor een optimaal gebruik van de Surround
akoestiekfuncties zult u het aantal en de opstelling van
uw luidsprekers in de tuner/versterker moeten
vastleggen. Zie het hoofdstuk Opstelling voor
meerkanaals Surround akoestiek vanaf blz. 16 voor de
nodige instellingen van de luidspreker-parameters om ten
volle te kunnen genieten van de Surround Sound
akoestiek.
28
NL
Genieten van Surround Sound akoestiek
Keuze van een klankbeeld
U kunt genieten van een fraaie ruimtelijke
geluidsweergave door eenvoudigweg uit de
voorgeprogrammeerde klankbeelden datgene te kiezen
dat het best past bij de geluidsbron die u wilt horen.
1 Druk op de MODE toets.
Het laatst gekozen klankbeeld wordt in het
uitleesvenster aangegeven.
2 Draai aan de instelknop of druk op een cursortoets
(
of ) om het gewenste klankbeeld te kiezen.
Zie het overzicht op blz. 29 en verder voor nadere
informatie over de beschikbare klankbeelden.
Uitschakelen van het klankbeeld
Druk op de A.F.D. decodeertoets of de 2CH stereo-
weergavetoets (zie blz. 24).
z
De tuner/versterker onthoudt het laatst gekozen klankbeeld
van iedere weergavebron (Sound Field Link)
Wanneer u een bepaalde weergavebron kiest, wordt automatisch
het klankbeeld ingesteld dat het laatst bij deze bron werd
gebruikt. Als u bijvoorbeeld naar een compact disc luistert met
HALL ingesteld als klankbeeld, vervolgens naar een andere
weergavebron overschakelt en dan weer terug naar de compact
disc, zal weer automatisch het HALL klankbeeld worden
ingesteld. Bij de tuner worden er afzonderlijke klankbeelden
onthouden voor AM, FM en alle voorkeurzenders.
z
Aan de verpakking kunt u zien of de video e.d. is opgenomen
met Dolby Surround geluid.
Alle officiële Dolby Digital discs zijn voorzien van het
beeldmerk en Dolby Surround discs zijn voorzien van het
A beeldmerk.
Kort overzicht van de toetsen die u
gebruikt voor de klankbeeld-akoestiek
Luidsprekermenu-keuzetoets (LEVEL): Druk hierop om
de niveauparameters te personaliseren.
Akoestiekmenu-keuzetoets (SUR): Druk hierop om de
akoestiek-parameters in het huidige klankbeeld naar
wens aan te passen.
Lage/hoge tonen-toets (BASS/TREBLE): Druk hierop
om de toon te regelen.
Cursortoetsen (
/ ): Druk hierop om de gewenste
parameters te kiezen na indrukken van de LEVEL, SUR,
BASS/TREBLE of SET UP toets.
Instelknop: Draai hieraan om de gekozen parameter in te
stellen of het gewenste klankbeeld te kiezen (enz.).
Klankbeeldtoetsen (SOUND FIELD)
Decodeertoets (A.F.D.): Druk deze toets in om de
tuner/versterker automatisch te laten waarnemen
wat voor geluidssignaal er binnenkomt en de
vereiste decodering toe te passen (indien nodig).
Klankbeeld-keuzetoets (MODE): Druk hierop om
de klankbeeld-keuzestand in te schakelen.
Stereo-weergavetoets (2CH): Druk hierop om
alleen geluid te horen via de linker en rechter
voorluidsprekers.
Toonregelingstoets (TONE): Voor in- en uitschakelen
van de toonregeling.
Cursortoetsen
Instelknop
Klankbeeldtoetsen
(SOUND FIELD)
RDS EON RDS PTY
SUR
BASS/TREBLE
LEVEL TONE
MULTI CHANNEL DECODING
MASTER VOLUME
DISPLAY
INPUT MODE
VIDEO
MD/TAPE CD TUNER AUX
DVD/LD TV/SAT
5.1CH INPUT
CINEMA STUDIO
LEVEL
I
i
+
SET UP
BASS BOOST TONE
FM/AM
MUTING
TONE
BASS
BOOST
SHIFT
MEMORY
FM MODE
PRESET/
PTY SELECT +
TUNING +
NAME
ENTER
SUR
BASS/
TREBLE
SOUND FIELD
A. F. D.
ABC
2CH MODE
DIMMER
? / 1
SPEAKERS
R ON r OFF
A
B
PHONES
29
NL
Genieten van Surround Sound akoestiek
* VIRTUAL klankbeeld: Klankbeeld met gesimuleerde extra luidsprekers.
Geluidsmateriaal met meerkanaals akoestieksignalen
wordt weergegeven zoals het is opgenomen.
Standaard tweekanaals geluid wordt gedecodeerd
volgens het Dolby Pro Logic systeem om er een
akoestiekeffect aan toe te voegen.
Geeft de herkenbare akoestiek van de Sony Pictures
Entertainment Cary Grant Theater filmstudio.
Geeft de herkenbare akoestiek van de Sony Pictures
Entertainment Kim Novak Theater filmstudio.
Geeft de herkenbare akoestiek van de Sony Pictures
Entertainment filmorkest-opnamestudio.
Creëert met 3D geluidsverwerking een heel stel
virtuele achterluidsprekers boven normale
luisterhoogte, op basis van slechts twee werkelijke
achterluidsprekers. Dit klankbeeld omvat vier paar
virtuele luidsprekers rondom en in een hoek van
ongeveer 30° boven de luisteraar.
Creëert met 3D geluidsverwerking een aantal virtuele
achterluidsprekers uit het geluid van de voorkanalen,
zonder werkelijke achterluidsprekers te gebruiken. Dit
klankbeeld omvat vijf paar virtuele luidsprekers
rondom en in een hoek van ongeveer 30° boven de
luisteraar.
NORM. SUR
(NORMAL SURROUND)
C. STUDIO A
(CINEMA STUDIO A)
C. STUDIO B
(CINEMA STUDIO B)
C. STUDIO C
(CINEMA STUDIO C)
V. MULTI*
(VIRTUAL MULTI
DIMENSION)
(Virtuele luidsprekers overal
rondom)
V. SEMI-M*
(VIRTUAL SEMI-MULTI
DIMENSION)
(Virtuele luidsprekers overal
gesimuleerd)
Een fraaie standaard akoestiek, geschikt
voor alle soorten speelfilms.
Ideaal voor science-fiction of actiefilms met
veel speciale geluidseffecten.
Ideaal voor musicals en klassieke films met
veel achtergrondmuziek.
Informatie over klankbeelden
Naam klankbeeld Effect op de geluidsweergave Opmerkingen
SIDE**
LCR
LS
RS
RSLS
RSLS
BEHIND**
** Zie blz. 17
LCR
LS
RS
RSLS
RSLS
LCR
LS
RS
RSLS
RSLS
30
NL
Genieten van Surround Sound akoestiek
Naam klankbeeld Effect op de geluidsweergave Opmerkingen
Ideaal voor zachtere akoestische muziek.
Ideaal voor rock en popmuziek.
Zet hierbij uw videospel-apparaat in de
stereo stand voor een spel met stereo
geluidsspoor.
Opmerkingen
De effecten van de gesimuleerde virtuele luidsprekers kunnen soms bijgeluiden in de weergave veroorzaken.
Bij weergave van klankbeelden met gesimuleerde virtuele luidsprekers zal er geen direct geluid van de achterluidsprekers te horen zijn.
Geeft de akoestiek van een rechthoekige concertzaal.
Geeft de akoestiek van een jazz-club.
Geeft de akoestiek van een muziektheater met 300
zitplaatsen.
Geeft de meest treffende geluids- en akoestiekeffecten
van videospelletjes.
HALL
JAZZ
(JAZZ CLUB)
LIVE
(LIVE HOUSE)
GAME
Neemt automatisch waar welk soort geluidssignaal er
binnenkomt (Dolby Digital, Dolby Pro Logic of
standaard twee-kanaals stereo) en zorgt voor een juiste
decodering waar nodig. Deze functie neemt het
geluidsspoor zoals het is opgenomen/gecodeerd, en
presenteert het zonder enige bijregeling, nagalm of
effecten.
Hierbij wordt het geluid alleen weergegeven door de
linker en rechter voorluidsprekers. Gewoon twee-
kanaals stereo geluid wordt weergegeven zonder door
de klankbeeld-circuits te passeren. Meerkanaals-geluid
wordt ook samengemengd tot gewone stereo weergave.
AUTO FORMAT DECODING
(Druk op de A.F.D.
decodeertoets)
2 CHANNEL
(Druk op de 2CH stereo-
weergavetoets)
Deze functie kunt u gebruiken ter
referentie. Zet hierbij de toonregeling op
OFF, dan hoort u het geluid precies zoals
het werd opgenomen.
Met deze functie kunt u elke geluidsbron
weergeven via alleen de linker en rechter
voorluidsprekers.
Gebruik de toetsen op het voorpaneel om de volgende weergavefuncties in te schakelen
Opmerking
Bij instellen op de 2 CHANNEL tweekanaals-weergave zal de lagetonenluidspreker geen geluid weergeven. Om gewoon twee-kanaals
stereo geluid weer te geven via de linker en rechter voorluidsprekers plus een lagetonenluidspreker, gebruikt u de AUTO FORMAT
DECODING functie.
Keuze van een klankbeeld
Informatie over klankbeelden
31
NL
Genieten van Surround Sound akoestiek
Uitleg van de meerkanaals-akoestiekaanduidingen
1 ; DIGITAL
Deze aanduiding licht op wanneer er een ander
klankbeeld dan 2 CHANNEL is gekozen en het
apparaat signalen decodeert die zijn opgenomen in het
Dolby Digital (AC-3) formaat.*
* Deze aanduiding licht echter niet op bij weergave van opnamen
met 2/0 of 2/0 Pro Logic geluid.
2 PRO LOGIC
Deze aanduiding licht op wanneer het apparaat een
twee-kanaals signaal verwerkt met Pro Logic
technieken om zo een middenkanaal en akoestiek-
achterkanalen samen te stellen.**
** Deze indicator licht echter niet op als de midden- en
achterluidsprekers zijn ingesteld op NO of de SPEAKER toets
op OFF staat en het A.F.D. of NORMAL SURROUND
geluidsveld is geselecteerd.
3 OPT
Deze aanduiding licht op bij weergave van een
digitaal signaal dat binnenkomt via de OPT
aansluiting.
4 COAX
Deze aanduiding licht op bij weergave van een
digitaal signaal dat binnenkomt via de COAX
aansluiting.
5 ;
Deze aanduiding licht op wanneer er Dolby Digital
(AC-3) signalen binnenkomen.
6 dts
Licht op wanneer DTS-signalen binnenkomen.
Opmerking
Bij het afspelen van een disc in DTS formaat moet u
erop toezien dat u digitale aansluitingen heeft
gemaakt en dat INPUT MODE NIET op ANALOG
staat (zie 3 op blz 23).
PRO LOGIC
D.RANGE MONO
RDS
TA NEWS INFO STEREO
OPT
LS S RS
L C R
MEMORY
L F E
DIGITAL
a
dts
a
COAX
123
9q;
4 65 7
8
7 D. RANGE
Deze aanduiding licht op wanneer de
compressiefunctie voor het dynamisch bereik is
ingeschakeld. Zie blz. 35 voor het instellen van de
dynamiek-compressie.
8 Afstemaanduidingen
Deze aanduidingen lichten op bij gebruik van de tuner
voor het afstemmen op radiozenders e.d.
Zie blz. 37 t/m 43 voor de bediening van de tuner
voor radio-ontvangst.
9 Weergavekanaal-aanduidingen
Aan de oplichtende letters kunt u zien welke
geluidskanalen er worden weergegeven.
L: linksvoor R: rechtsvoor
C: midden (mono) LS: linksachter
RS: rechtsachter
S: achterluidsprekers (mono of alleen de
achterweergave na Pro Logic verwerking)
Aan de oplichtende vakjes rond de letters kunt u zien
via welke luidsprekers het geluid wordt weergegeven.
Zie het overzicht op de volgende pagina voor nadere
bijzonderheden over de weergavekanaal-
aanduidingen.
q;
L F E
L F E
lichten op wanneer de disc die speelt een
LFE (Low Frequency Effect) kanaal bevat en het geluid
van het LFE kanaal effectief wordt weergegeven.
32
NL
Genieten van Surround Sound akoestiek
Overzicht van de geluidsbronkanaal-aanduidingen
De oplichtende letters (L, C, R, enz.) geven aan welke geluidsbronkanalen er worden weergegeven. De vakjes lichten op om
aan te geven hoe de tuner/versterker het geluid mengt, voor weergave via welke luidsprekers (afhankelijk van de
luidspreker-instellingen). Bij de klankbeelden voor muziek, zoals HALL of JAZZ CLUB, voegt de tuner/versterker nagalm
toe op basis van het inkomende geluid.
De volgende tabel geeft aan welke indicators oplichten bij gebruik van de AUTO FORMAT DECODING functie.
Deze tabel toont vrijwel alle mogelijke configuraties voor meerkanaals Surround Sound weergave, maar de met een
sterretje gemarkeerde configuraties zijn het meest gebruikelijk.
* Signalen met de Dolby Surround aanduiding OFF
** Signalen met de Dolby Surround aanduiding ON
*** Hierbij wordt de bemonsteringsfrequentie aangegeven.
Opmerkingen
De tuner/versterker decodeert volgens het Pro Logic systeem en de aanduidingen geven de 2/0** ingangskanalen aan bij de volgende
filmgeluid-klankbeelden met 2/0* of STEREO PCM ingangssignalen. (C. STUDIO A, B, C, V. MULTI en V. SEMI-M.)
Bij gebruik van de klankbeelden voor muziek, zoals HALL of JAZZ CLUB met standaard audio-systemen zoals PCM, creëert
de tuner/versterker signalen voor de achterkanalen op basis van de linker en rechter voorkanaal-signalen. In dit geval geven de
achterluidsprekers wel geluid weer, maar de uitgangsaanduidingen voor de achterluidsprekers lichten niet op.
Uitleg van de meerkanaals-akoestiekaanduidingen
Aantal ingangskanalen
Opname-
kanalen
(voor/achter)
Geluidsbron-kanalen en gebruikte weergavekanalen
Alle luidsprekers
aangesloten
Zonder
achterluid-
sprekers
Zonder
middenluid-
spreker
Zonder midden/
achterluidsprekers
1/0
2/0*
3/0
2/1
3/1
2/2
3/2
2/0**
DOLBY DIGITAL [1/0]
DTS [1/0]
DOLBY PROLOGIC
PCM XX kHz***
DIGITAL
a
C
C
DOLBY DIGITAL [2/0]
DTS [2/0]
DOLBY DIGITAL [3/0]
DTS [3/0]
DOLBY DIGITAL [2/1]
DTS [2/1]
DOLBY DIGITAL [3/1]
DTS [3/1]
DOLBY DIGITAL [2/2]
DTS [2/2]
DOLBY DIGITAL [3/2]
DTS [3/2]
DOLBY DIGITAL [2/0]
DIGITAL
a
C
dts
C
DIGITAL
a
C
dts
C
DIGITAL
a
C
dts
C
DIGITAL
a
L C R
L C R
DIGITAL
a
L C R
L C R
DIGITAL
a
L CR
L CR
DIGITAL
a
L CR
L CR
L R L R L R
dts
L R
DIGITAL
a
L
S
R
L
S
R
DIGITAL
a
L
S
R
L
S
R
DIGITAL
a
L
S
R
L
S
R
DIGITAL
a
L
S
R
L
S
R
DIGITAL
a
L C
S
R
L C
S
R
DIGITAL
a
L C
S
R
L C
S
R
DIGITAL
a
L C
S
R
L C
S
R
DIGITAL
a
L C
S
R
L C
S
R
DIGITAL
a
L
LS
R
RS
L
LS
R
RS
DIGITAL
a
L
LS
R
RS
L
LS
R
RS
DIGITAL
a
L
LS
R
RS
L
LS
R
RS
DIGITAL
a
L
LS
R
RS
L
LS
R
RS
DIGITAL
a
L
LS
C R
RS
L
LS
C R
RS
DIGITAL
a
L
LS
C R
RS
L
LS
C R
RS
DIGITAL
a
L
LS
CR
RS
L
LS
CR
RS
DIGITAL
a
L
LS
CR
RS
L
LS
CR
RS
PRO LOGIC
L C
S
R
PRO LOGIC
L C
S
R
PRO LOGIC
L C
S
R
PRO LOGIC
L C
S
R
PRO LOGIC
L C
S
R
PRO LOGIC
L C
S
R
PRO LOGIC
L C
S
R
PRO LOGIC
L C
S
R
L R L R L R L R
L R L R L R L R
dts
dts
dts
dts
dts
dts
dts
dts
dts
dts
dts
dts
dts
dts
dts
dts
dts
dts
dts
dts
dts
dts
dts
dts
33
NL
Genieten van Surround Sound akoestiek
Bijregelen van de klankbeelden
U kunt de klankbeelden naar wens aanpassen door de
akoestiekparameters en de klankkleur van de
voorluidsprekers zo in te stellen dat het geluid in uw
luisterruimte optimaal klinkt.
Wanneer u een klankbeeld bijgeregeld heeft, zullen de
nieuwe instellingen in het geheugen bewaard blijven
(tenzij de tuner/versterker langer dan ongeveer twee
weken niet op een stopcontact aangesloten is). Om een
bijgeregeld klankbeeld opnieuw te wijzigen, hoeft u enkel
de gewenste veranderingen aan te brengen.
Zie het overzicht op blz. 36 voor de parameters waarmee
u een bepaald klankbeeld kunt bijregelen.
Voor de beste weergave van meerkanaals
Surround Sound
Zorg voor een juiste luidspreker-opstelling en volg de
aanwijzingen onder Opstelling voor meerkanaals
Surround akoestiek vanaf blz. 16, alvorens u een
klankbeeld gaat aanpassen.
Aanpassen van de akoestiekparameters
Het SUR menu biedt een aantal parameters waarmee u
allerlei verschillende aspecten van het gekozen
klankbeeld kunt aanpassen. De instellingen die u in dit
menu kiest worden voor elk klankbeeld afzonderlijk
vastgelegd.
1 Start de weergave van een geluidsbron die is
gecodeerd met een meerkanaals Surround
geluidsspoor.
2 Druk op de SUR toets.
De toets licht op en de eerste parameter wordt
aangegeven.
3 Druk op de cursortoetsen ( of ) om in te stellen
op de parameter die u wilt bijregelen.
4 Draai aan de instelknop om de gewenste stand te
kiezen.
De gekozen instelling wordt automatisch vastgelegd.
Effectniveau (EFFECT)
Oorspronkelijke instelling: (afhankelijk van het
klankbeeld)
Met deze parameter kunt u de sterkte of nadruk van het
gekozen klankbeeld naar wens instellen.
Wandbekleding (WALL)
Oorspronkelijke instelling: gemiddeld
Wanneer geluid weerkaatst wordt door een wand die
bekleed is met relatief zacht materiaal of door gordijnen,
worden de hoge tonen verzwakt. Een hardere
wandbekleding daarentegen reflecteert het geluid meer
gelijkmatig en zal de frequentiekarakteristiek van het
geluid daarom minder sterk beïnvloeden. Deze WALL
parameter simuleert de hardheid van de wandbekleding,
door het variëren van de hoeveelheid hoge tonen. De S
(soft) instelling geeft een zachte wandbekleding aan en de
H (hard) instelling een harde wandbekleding. De
gemiddelde stand geldt voor een standaard halfharde
wand (van hout).
Weerkaatsing (REVB.)
Oorspronkelijke instelling: gemiddeld
Bij een muziekuitvoering zal het geluid altijd een aantal
malen heen en weer kaatsen tussen de linker en rechter
wanden, het plafond en de vloer, vóór het onze oren
bereikt. Hoe groter de ruimte, des te langer zullen de
weerkaatsingen duren. Met deze parameter kunt u de
tijdsduur van de vroege weerkaatsingen bijregelen om zo
een grotere (L) of een kleinere (S) ruimte te simuleren.
De weerkaatsingen zijn instelbaar van REVB. S. 1 ~
REVB. S. 8 (short - kort) tot REVB. L. 1 ~ REVB. L. 8
(lang) in 17 stappen.
De gemiddelde stand (REVB. MID) geeft een standaard
ruimte, zonder bijregeling.
34
NL
Genieten van Surround Sound akoestiek
Bijregelen van de luidspreker-instelparameters
Het LEVEL luidspreker-instelmenu biedt een aantal
parameters waarmee u de balans en de geluidssterkte van
elke luidspreker naar wens kunt instellen. De instellingen
die u in dit menu maakt, zijn van toepassing op alle
klankbeelden.
1 Start de weergave van een geluidsbron die is
gecodeerd met een meerkanaals Surround
geluidsspoor.
2 Druk op de LEVEL toets.
De toets licht op en de eerste parameter wordt
aangegeven.
3 Druk op de cursortoetsen ( of ) om in te stellen
op de parameter die u wilt bijregelen.
4 Draai aan de instelknop om de gewenste stand te
kiezen.
De gekozen instelling wordt automatisch vastgelegd.
* Voorluidspreker-balans (
L
R
)
Oorspronkelijke instelling: balance
Hiermee kunt u de onderlinge geluidsbalans van de
linker en rechter luidsprekers naar wens bijregelen.
De balans kan in ±8 stappen worden geregeld.
Deze instelling is ook direct regelbaar met de
bijgeleverde afstandsbediening. Zie Bijregelen van de
geluidssterkte van de luidsprekers (op blz. 19).
* Balans van de achterluidsprekers (
LS
RS
)
Oorspronkelijke instelling: balance
Hiermee kunt u de balans van de linker en rechter
achterluidsprekers bijregelen.
De balans kan in ±8 stappen worden geregeld.
Deze instelling is ook regelbaar met de bijgeleverde
afstandsbediening. Zie Bijregelen van de
geluidssterkte van de luidsprekers (op blz. 19).
* Niveau van de achterluidsprekers (REAR)
Oorspronkelijke instelling: 0 dB
Hiermee kunt u de geluidssterkte van beide
achterluidsprekers (links en rechts) instellen.
De geluidssterkte is instelbaar in stapjes van 1 dB, van
10 dB tot + 6 dB.
Deze instelling is ook direct regelbaar met de
bijgeleverde afstandsbediening. Zie Bijregelen van de
geluidssterkte van de luidsprekers (op blz. 19).
*
Niveau van de middenluidspreker
(CTR)
Oorspronkelijke instelling: 0 dB
Hiermee kunt u de geluidssterkte van de
middenluidspreker instellen.
De geluidssterkte is instelbaar in stapjes van 1 dB, van
10 dB tot + 6 dB.
*
Niveau van de lagetonen-luidspreker
(S.W. xx)
Oorspronkelijke instelling: 0 dB
Hiermee kunt u de geluidssterkte van de lagetonen-
luidspreker instellen.
De geluidssterkte is instelbaar in stapjes van 1 dB, van
10 dB tot + 6 dB.
* De parameters kunnen afzonderlijk worden geregeld voor 5.1 CH
INPUT.
Laagfrequent Effect mengniveau (LFE
;
xx)
Oorspronkelijke instelling: 0 dB
Met deze parameter kunt u de geluidssterkte bijregelen van het
afzonderlijke LFE (Low Frequency Effect) kanaal dat wordt
weergegeven via de lagetonen-luidspreker, zonder hierbij de
gewone lage tonen te beïnvloeden die door de
basverdelingscircuits van de voor-, midden- en achterkanalen
worden overgeheveld naar de aparte lagetonen-luidspreker.
Het LFE niveau is instelbaar in stapjes van 1 dB, van
20.0 dB tot 0 dB (lijnniveau). Bij 0 dB wordt het
volledige LFE signaal weergegeven met het
mengniveau gekozen door de opnametechnicus.
Bij instellen op OFF wordt het geluid van het LFE
kanaal door de lagetonen-luidspreker gedempt. De lage
tonen van de voor-, midden- en achterkanalen die door
de basverdelingscircuits worden overgeheveld naar de
lagetonen-luidspreker worden echter wel weergegeven,
volgens de keuze gemaakt voor elk luidsprekerpaar bij
de luidspreker-instellingen (zie blz. 16).
dts LaagFrequent Effect mengniveau (LFE
dts
xx)
Oorspronkelijke instelling: 0 dB
Met deze parameter kunt u de geluidssterkte bijregelen
van het afzonderlijke LFE (Low Frequency Effect) kanaal
dat wordt weergegeven via de lagetonen-luidspreker,
zonder hierbij de gewone lage tonen te beïnvloeden, die
door de dts basverdelingscircuits van de voor-, midden-
en achterkanalen worden overgeheveld naar de aparte
lagetonen-luidspreker.
Het LFE niveau is instelbaar in stapjes van 1 dB, van
20,0 dB tot +10,0 dB (lijnniveau).
Bij instellen op OFF wordt het geluid van het LFE
kanaal door de lagetonen-luidspreker gedempt. De lage
tonen van de voor-, midden- en achterkanalen die door
de basverdelingscircuits worden overgeheveld naar de
lagetonen-luidspreker worden echter wel weergegeven,
volgens de keuze gemaakt voor elk luidsprekerpaar bij
de luidspreker-instellingen (Nadere details vindt u
onder Opstelling voor meerkanaals Surround
akoestiek).
Bijregelen van de klankbeelden
35
NL
Genieten van Surround Sound akoestiek
z Betreffende het niveauverschil tussen de LFE MIX
instellingen
Het dts LFE MIX niveau staat oorspronkelijk ingesteld op +10,0
dB en het LFE MIX (Dolby Digital) niveau op 0 dB. Dit is
omdat er vast verschil van 10 dB bestaat tussen het totale
geluidsniveau van de Dolby Digital en de dts LFE kanalen. Met
het dts LFE MIX niveau ingesteld op +10 dB en het LFE MIX
(Dolby Digital) niveau ingesteld op 0 dB, wordt ongeveer
dezelfde hoeveelheid van het LFE-kanaal signaal naar de andere
audiokanalen overgeheveld in de totale menginstelling.
Dynamiekcompressie (COMP.
D. RANGE
xx)
Oorspronkelijke instelling: OFF (uit)
Hiermee kunt u het dynamisch bereik van een speelfilm-
geluidsspoor comprimeren, dus verkleinen. Dit kan
bijvoorbeeld handig zijn als u s avonds laat een speelfilm
wilt bekijken; dan kunt u het geluid zacht zetten en toch
een rijke, volle klank behouden.
In de OFF stand wordt het geluidsspoor normaal
weergegeven, zonder compressie.
In de STD stand wordt het geluidsspoor weergegeven
met het volledig dynamisch bereik, zoals gekozen door
de opnamestudio-technicus.
Met de standen 0,1 - 0,9 kunt u het dynamisch bereik
geleidelijk steeds meer comprimeren, om precies het
gewenste effect te bereiken.
In de MAX stand wordt het dynamisch bereik drastisch
beperkt.
Opmerking
De dynamiekcompressie is niet te gebruiken voor DTS
geluidsbronnen.
z
Betreffende de dynamiekcompressie
Met deze parameter wordt het dynamisch bereik van een
speelfilm-geluidsspoor gecomprimeerd volgens de dynamiek-
informatie in het Dolby Digital signaal. STD geeft de standaard
compressie, maar omdat de meeste geluidsbronnen slechts een
geringe compressie hebben, zult u waarschijnlijk weinig verschil
bemerken met de standen 0.1 - 0.9.
Daarom kunnen we u aanbevelen de MAX compressie te
gebruiken. Hiermee wordt het dynamisch bereik drastisch
beperkt, zodat u zonder bezwaar ook s avonds laat kunt
genieten van een speelfilm met zacht ingesteld geluid. In
tegenstelling tot analoge compressiefuncties zijn de niveaus
hierbij vooraf bepaald, voor een natuurlijk klinkende compressie.
De lage/hoge tonen regelen
Met de BASS/TREBLE toets kunt u de toon (lage of hoge
tonen) van de voorluidsprekers regelen voor een optimale
geluidsweergave. U kunt de toon regelen voor elk
afzonderlijk klankbeeld.
1 Start de weergave van een geluidsbron die is
gecodeerd met een meerkanaals Surround
geluidsspoor.
2 Druk enkele malen op de BASS/TREBLE toets.
De toets licht op en de eerste parameter wordt
aangegeven.
3 Druk op de cursortoetsen ( of ) om in te stellen
op de parameter die u wilt bijregelen.
4 Draai aan de instelknop om de gewenste stand te
kiezen.
De gekozen instelling wordt automatisch vastgelegd.
De toonregeling is instelbaar van 6 dB tot +6 dB in
stapjes van 2 dB tegelizk.
5 Druk op de TONE toets zodat het TONE
indicatorlampje oplicht.
z
U kunt de toonregeling uitschakelen zonder de gemaakte
instellingen te verliezen
De toonregeling instellingen worden voor elk klankbeeld
afzonderlijk vastgehouden. Druk op de TONE toets zodat het
TONE indicatorlampje dooft als u de toonregeling wilt
uitschakelen.
Terugstellen van de bijgeregelde klankbeelden
op de oorspronkelijke fabrieksinstelling
1 Als de tuner/versterker aan staat, drukt u op de
?/1 toets om het apparaat uit te schakelen.
2 Houd de MODE toets ingedrukt en schakel het
apparaat weer in met de ?/1 toets.
De aanduiding SUR CLR verschijnt in het
uitleesvenster en dan zijn alle klankbeelden tegelijk
teruggesteld op de fabrieksinstellingen.
36
NL
Genieten van Surround Sound akoestiek
Instelbare parameters voor de verschillende klankbeelden
EFFECT WALL REVERB FRONT REAR REAR CENTER
SUB WOOFER
LFE dts LFE
LEVEL TYPE TIME BAL. BAL. LEVEL LEVEL
LEVEL
MIX mix
2CH zzz
A.F.D. z zzzzzz
NORMAL SURROUND z zzzzzz
CINEMA STUDIO A z z zzzzzz
CINEMA STUDIO B z z zzzzzz
CINEMA STUDIO C z z zzzzzz
V. MULTI DIMENSION z zzzzzz
V. SEMIM. DIMENSION zzzzz
HALL z z z z zzzzzz
JAZZ CLUB z z z z zzzzzz
LIVE HOUSE z z z z zzzzzz
GAME z z z z zzzzzz
5.1CH INPUT z zzzz
D.RANGE
BASS/TREBLE
COMP.
2CH zz
A.F.D. zz
NORMAL SURROUND zz
CINEMA STUDIO A zz
CINEMA STUDIO B zz
CINEMA STUDIO C zz
V. MULTI DIMENSION zz
V. SEMIM. DIMENSION zz
HALL zz
JAZZ CLUB zz
LIVE HOUSE zz
GAME zz
5.1CH INPUT
Bijregelen van de klankbeelden
37
NL
Radio-ontvangst
Met deze tuner/versterker kunt u op radiozenders
afstemmen op de volgende manieren:
Automatische FM zenderopslag in alfabetische
volgorde (Autobetical select)
U kunt de tuner/versterker automatisch 30 van de best
doorkomende FM radiozenders en FM RDS zenders in het
afstemgeheugen laten vastleggen (zie blz. 39).
Directe afstemming
Als u de zendfrequentie van de gewenste radiozender
kent, kunt u deze direct kiezen met de cijfertoetsen
(zie blz. 39).
Automatische zoekafstemming
Als u de zendfrequentie van de afstandsbediening van de
gewenste radiozender niet kent, kunt u de tuner/
versterker alle beschikbare zenders in uw gebied laten
doorzoeken (zie blz. 40).
Geheugenafstemming
Na het afstemmen op een zender met de directe
afstemming of de automatische zoekafstemming kunt u
de zender, als die goed klinkt, vastleggen in het
afstemgeheugen van de tuner/versterker (zie blz. 40).
Dan kunt u voortaan die zogenoemde voorkeurzender
rechtstreeks kiezen, door de letter-en-cijfer code ervan in
te voeren (zie blz. 41). Zo kunt u tot 30 voorkeurzenders
voor de FM en AM voorinstellen. U kunt de tuner/
versterker ook alle vastgelegde voorkeurzenders laten
doorzoeken (zie blz. 41).
RDS informatiezenders
RDS (Radio Data Systeem) is een radio-informatiesysteem
waarmee radiozenders naast de gewone radio-uitzending
allerlei nuttige informatie kunnen uitzenden. Deze tuner
biedt u drie handige RDS funkties:
Aangeven van RDS informatie in het uitleesvenster
(zie blz. 41)
Automatisch afstemmen op doorkomende
nieuwsberichten, verkeersinformatie enz. (EON)
(zie blz. 42)
Opzoeken van een radiozender aan de hand van het
programmatype (PTY) (zie blz. 42)
De RDS informatie wordt alleen uitgezonden door FM
zenders.*
* Niet alle FM radiozenders bieden de RDS informatie en niet alle
RDS zenders bieden dezelfde functies. Als u niet bekend bent met de
plaatselijk beschikbare RDS functies, kunt u voor nadere
bijzonderheden het best contact opnemen met de plaatselijke
radiozenders.
Alvorens u begint, dient u te zorgen dat:
Er een FM en een AM antenne op de tuner/versterker
zijn aangesloten (zie blz. 5).
Het juiste luidsprekerpaar is gekozen (zie blz. 23).
(alleen op de STR-DE545 en STR-SE501)
Radio-
ontvangst
In dit hoofdstuk wordt beschreven
hoe u op FM of AM radiozenders
afstemt en hoe u voorkeurzenders in
het geheugen vastlegt.
38
NL
Radio-ontvangst
MULTI CHANNEL DECODING
RDS EON RDS PTY
SOUND FIELD
FM/AM
DISPLAY
PRESET/PTY SELECT +/
TUNING +/
FM MODERDS EONTUNER
MEMORYRDS PTY
SHIFT
MULTI CHANNEL DECODING
MASTER VOLUME
DISPLAY
INPUT MODE
VIDEO
MD/TAPE CD TUNER AUX
DVD/LD TV/SAT
5.1CH INPUT
CINEMA STUDIO
LEVEL
I
i
+
SET UP
BASS BOOST TONE
FM/AM
MUTING
TONE
BASS
BOOST
SHIFT
MEMORY
FM MODE
PRESET/
PTY SELECT +
TUNING +
NAME
ENTER
SUR
BASS/
TREBLE
SOUND FIELD
A. F. D.
ABC
2CH MODE
DIMMER
SPEAKERS
R ON r OFF
A
PHONES
B
? / 1
Kort overzicht van de toetsen die u
gebruikt voor radio-ontvangst
Afstemtoetsen (TUNING +/): Druk hierop om alle
beschikbare radiozenders te overlopen.
Aanduidingskeuzetoets (DISPLAY): Druk hierop om de
RDS informatie in het uitleesvenster te zien.
Geheugentoets (MEMORY): Gebruik deze om
radiozenders in het geheugen vast te leggen als
voorkeurzenders.
Voorkeurzender/programmatype-toetsen (PRESET/PTY
SELECT +/): Druk hierop om alle vastgelegde
voorkeurzenders te overlopen of om programmatypes te
kiezen.
Informatie-paraattoets (RDS EON): Druk hierop om
automatisch over te schakelen op een informatiezender.
Programmatype-keuzetoets (RDS PTY): Hiermee kunt u
radiozenders opzoeken aan de hand van het
programmatype dat ze uitzenden.
FM stereo/mono-keuzetoets (FM MODE): Als de
aanduiding STEREO in het uitleesvenster knippert en
de FM stereo uitzending niet erg goed klinkt, drukt u op
deze toets. Dan zal er geen stereo-effect meer zijn, maar de
ontvangst zal beter klinken.
Opmerking
Als de STEREO aanduiding helemaal niet oplicht bij normale
ontvangst van een FM radio-uitzending, drukt u op deze toets
zodat de STEREO aanduiding gaat branden.
Afstemband-keuzetoets (FM/AM): Druk hierop om de
FM of AM afstemband te kiezen.
Geheugengroep-keuzetoets (SHIFT): Hiermee kiest u
een geheugengroep (A, B of C) voor het vastleggen van of
afstemmen op een voorkeurzender in het
afstemgeheugen.
Radio-ontvangst-keuzetoets (TUNER): Druk hierop om
in te stellen op de tuner, voor-ontvangst.
Op de afstandsbediening (alleen op de
STR-DE445):
D. TUNING: Druk op deze toets om rechtstreeks een
frequentie in te voeren met behulp van de cijfertoetsen.
Cijfertoetsen: Hiermee voert u een cijferwaarde in om de
frequentie rechtstreeks in te voeren, radiozenders vast te
leggen of af te stemmen op voorkeurzenders.
Cijfertoetsen
P
p
D.SKIP
9
(
0
)
=
+
>10
0
789
456
123
ENTER
MD/TAPE
CD
TUNER
VIDEO
5.1CH
SYSTEM
STANDBY
AUX
SHIFT
POSITION
DISPLAY
JUMP
A.F.D.
EQ/TONE MUTING
MODE
WIDE
P IN P
SWAP DISC
/
SUB CH +
CH/
PRESET
ANT
TV/VTR
TV/
VIDEO
SOUND FIELD
2CH/OFF
BASS
BOOST
CURSOR
MODE
MENU
MASTER
VOL
TEST
TONE
D.TUNING
RETURN
MENU
ENTER
TITLE
f
F
Gg
SLEEP
AV
?/1
?/1
DVD/LD
TV/SAT
D.TUNING
Alleen op de STR-DE445
39
NL
Radio-ontvangst
Automatische FM
zenderopslag in
alfabetische volgorde
(Autobetical select)
Met deze automatische zenderopslag functie kunt u
maximaal 30 FM radiozenders en FM RDS zenders in het
afstemgeheugen van de tuner/versterker vastleggen,
zonder doublures.
Hierbij kiest de tuner/versterker automatisch alleen de
best doorkomende zenders.
Als u bepaalde FM of AM zenders handmatig in het
afstemgeheugen wilt vastleggen, volg dan de
aanwijzingen onder Voorinstellen van radiozenders op
blz. 40.
Zie voor nadere bijzonderheden over de hierbij gebruikte
toetsen het Kort overzicht van de toetsen die u gebruikt
voor de radio-ontvangst op blz. 38.
1 Druk op de ?/1 toets om de tuner/versterker uit te
schakelen.
2 Houd de MEMORY toets ingedrukt en druk
nogmaals op de ?/1 toets om de tuner/versterker
weer in te schakelen.
De aanduiding Autobetical select verschijnt en de
tuner/versterker gaat op zoek naar alle plaatselijk te
ontvangen FM radiozenders en FM RDS zenders en
legt deze in het afstemgeheugen vast.
Bij elke RDS informatiezender controleert de tuner/
versterker eerst of er andere zenders zijn die hetzelfde
programma uitzenden, om daarvan dan alleen de
duidelijkst doorkomende zender vast te leggen. De
gekozen RDS informatiezenders worden gesorteerd op
alfabetische volgorde van hun officiële Program
Service zendernaam, en krijgen dan elk een letter-
plus-cijfer voorinstelcode toegewezen. Zie voor nadere
bijzonderheden betreffende de RDS informatiezenders
blz. 41.
De gewone FM radiozenders krijgen ook een letter-
plus-cijfer code en worden dan na de RDS zenders
vastgelegd.
Na afloop van het vastleggen verschijnt de aanduiding
Autobetical finish even in het uitleesvenster en dan
keert de tuner/versterker terug naar de normale
bedieningsfuncties.
Opmerkingen
Druk niet op enige toets tot de tuner/versterker klaar is met
het doorzoeken van de beschikbare zenders.
Als u verhuist naar een andere streek, kan het nodig zijn deze
procedure opnieuw uit te voeren, om de best te ontvangen
zenders in uw nieuwe woongebied vast te leggen.
Zie voor het afstemmen op de vastgelegde voorkeurzenders de
aanwijzingen op blz. 40.
De FM MODE stereo/mono instelling wordt ook samen met
elke zender vastgelegd.
Als u na het opslaan van zenders met deze functie uw FM
antenne verplaatst, kunnen de vastgelegde instellingen niet
meer geldig zijn. In dat geval volgt u weer de bovenstaande
aanwijzingen om de FM zenders opnieuw vast te leggen.
bbbb
025
0
1
bbb
350
1
Directe afstemming
Zie voor nadere bijzonderheden over de hierbij gebruikte
toetsen het Kort overzicht van de toetsen die u gebruikt
voor radio-ontvangst op blz. 38.
1 Druk op de TUNER toets.
Er wordt afgestemd op de laatst ontvangen zender.
2 Kies met de FM/AM toets de FM of AM
afstemband.
3 Druk op de D. TUNING toets van de
afstandsbediening.
4 Voer met de cijfertoetsen de gewenste
afstemfrequentie in van de afstandsbediening.
Voorbeeld 1: FM 102,50 MHz
Voorbeeld 2: AM 1350 kHz
Als u niet op een bepaalde zender kunt
afstemmen en de ingevoerde cijfers
knipperen
Controleer of u de juiste frequentie hebt ingevoerd. Bij
een vergissing herhaalt u de stappen 3 en 4.
Als de ingevoerde cijfers nog steeds knipperen, wordt
deze frequentie in uw ontvangstgebied niet gebruikt.
5 Bij afstemmen op een AM radiozender verstelt u
de richting van de AM kaderantenne zo dat de
ontvangst optimaal klinkt.
6 Herhaal stappen 2 tot 5 om af te stemmen op
andere zenders.
z
Als u voor de frekwentie een getal invoert dat niet deelbaar
is door het geldende afsteminterval
De ingevoerde waarde zal automatisch naar boven of beneden
worden afgerond.
Het interval van de afstemschaal is:
FM: 50 kHz
AM: 9 kHz
40
NL
Radio-ontvangst
Automatische
zoekafstemming
Zie voor nadere bijzonderheden over de hierbij gebruikte
toetsen het Kort overzicht van de toetsen die u gebruikt
voor de radio-ontvangst op blz. 38.
1 Druk op de TUNER toets.
Er wordt afgestemd op de laatst ontvangen zender.
2 Kies met de FM/AM toets de FM of AM
afstemband.
3 Druk op de TUNING + of TUNING toets.
Druk op de + toets om de afstemband in oplopende
volgorde te doorzoeken; op de toets om van hoog
naar laag te zoeken.
Wanneer de tuner/versterker het einde van de
afstemschaal bereikt
Dan wordt de zoekafstemming vanaf het andere einde
herhaald in dezelfde richting.
Telkens wanneer er een zender wordt gevonden, stopt
de tuner/versterker met zoeken.
4 Om door te gaan met zoeken, drukt u nogmaals op
de TUNING + of TUNING toets.
Geheugenafstemming
Zie voor nadere bijzonderheden over de hierbij gebruikte
toetsen het Kort overzicht van de toetsen die u gebruikt
voor de radio-ontvangst op blz. 38.
Voor u kunt afstemmen op een voorkeurzender, dient u
eerst het Voorinstellen van radiozenders te verrichten
volgens de onderstaande aanwijzingen.
Voorinstellen van radiozenders
1 Druk op de TUNER toets.
Er wordt afgestemd op de laatst ontvangen zender.
2 Stem af op de radiozender die u wilt voorinstellen,
met de directe afstemming (zie blz. 39) of de
automatische zoekafstemming (deze pagina).
3 Druk op de MEMORY toets.
In het uitleesvenster licht enkele seconden lang de
aanduiding MEMORY op.
Verricht de stappen 4 t/m 6 voordat deze aanduiding
dooft.
4 Druk op de SHIFT toets om een geheugengroep (A,
B of C) te kiezen.
Telkens wanneer u op de SHIFT toets drukt, verschijnt
de volgende groepsletter, A, B of C in het
uitleesvenster.
5 Kies een zendernummer door op PRESET/PTY
SELECT + of PRESET/PTY SELECT te drukken.
Als de MEMORY aanduiding dooft voordat u de
zender hebt kunnen vastleggen, gaat u terug naar stap
3.
6 Druk nogmaals op de MEMORY toets om de
ontvangen radiozender in het geheugen vast te
leggen.
Als de MEMORY aanduiding dooft voordat u de
zender hebt kunnen vastleggen, gaat u terug naar stap
3.
7 Herhaal de stappen 2 t/m 6 voor elk van de
voorkeurzenders die u wilt vastleggen.
Een andere zender voorinstellen onder een reeds
gebruikt nummer
Herhaal de stappen 1 t/m 6 om een nieuwe zender onder
hetzelfde nummer vast te leggen.
Opmerking
Als de stekker langer dan ongeveer twee weken uit het
stopcontact is, worden alle voorkeurzenders uit het
afstemgeheugen van de tuner/versterker gewist en dan zult u de
gewenste zenders opnieuw moeten vastleggen.
41
NL
Radio-ontvangst
nA1˜A2˜...˜A0˜B1˜B2˜...˜B0N
nC0˜...C2˜C1N
Gebruik van het Radio Data
Systeem (RDS)
Afstemmen op vastgelegde
voorkeurzenders
Op radiozenders die in het afstemgeheugen zijn
vastgelegd, kunt u afstemmen op een van de volgende
twee manieren.
Afstemmen door alle voorkeurzenders te
doorlopen
1 Druk op de TUNER toets.
Er wordt afgestemd op de laatst ontvangen zender.
2 Druk enkele malen op de PRESET/PTY SELECT + of
PRESET/PTY SELECT – toets om te zoeken naar de
gewenste zender.
Telkens wanneer u op deze toets drukt, gaat de tuner/
versterker één voorkeurzender verder in de gekozen
richting en de onderstaande volgorde:
z U kunt de voorkeurzenders automatisch doornemen op zoek
naar een bepaald programmatype.
Zie blz. 42.
Afstemmen op een voorkeurzender waarvan u
het nummer kent
1 Druk op de TUNER toets.
Er wordt afgestemd op de laatst ontvangen zender.
2 Druk op de SHIFT toets om een geheugengroep (A,
B of C) te kiezen en kies dan het nummer van de
gewenste voorkeurzender met de cijfertoetsen.
Ontvangst van RDS informatie-
uitzendingen
Kies eenvoudigweg een radiozender uit de FM
band.
Bij afstemming op een zender die RDS informatie
uitzendt, verschijnt de zendernaam in het uitleesvenster.
Opmerking
De RDS informatie zal niet altijd goed te ontvangen zijn, als de
zender waarop u hebt afgestemd de RDS signalen niet duidelijk
genoeg uitzendt of als de signaalsterkte onvoldoende is.
Aangeven van RDS informatie in het
uitleesvenster
Druk op de DISPLAY toets. Iedere keer dat u op de
DISPLAY toets drukt, verspringen de aanduidingen in het
uitleesvenster stap voor stap, om de volgende informatie
aan te geven.
**Deze informatie wordt ook aangegeven voor FM radiozenders
die geen RDS informatie uitzenden.
Opmerkingen
• Als er een speciale mededeling of waarschuwingsbericht van
overheidswege doorkomt, zal in het uitleesvenster de
aanduiding “ALARM” gaan knipperen.
• Als een aanduiding uit 9 of meer letters bestaat, zal de tekst
over het scherm lopen.
• De volgende aanduidingen kunnen verschijnen als een zender
een bepaald type RDS informatie niet uitzendt:
“NO PTY” (er wordt geen programmatype-informatie
uitgezonden);
“NO TEXT” (er wordt geen radiotekst uitgezonden);
“NO TIME” (de juiste tijd wordt niet uitgezonden).
• Afhankelijk van de methode die door de radiozender wordt
gebruikt om de tekst door te sturen, is het mogelijk dat
bepaalde tekstboodschappen onvolledig zijn.
Aangegeven informatie Hiermee kunt u:
Zendernaam** De zender aan de hand van de
zendernaam (bijv. WDR) in
plaats van via de frekwentie
opzoeken.
Afstemfrekwentie** De zender aan de hand van de
frekwentie opzoeken.
Programmatype Een bepaald programmatype
opsporen. (Zie bladzijde 43 voor
de programmatypes waaruit u
kunt kiezen.)
Radiotekst De tekstberichten aangeven die
door de RDS zender worden
uitgezonden.
Juiste tijd (24-uurs cyclus) De huidige tijd aangeven.
Actief geluidsveld** Het actieve geluidsveld
aangeven.
42
NL
Radio-ontvangst
/
Gebruik van het Radio Data Systeem (RDS)
Automatisch afstemmen op doorkomende
nieuwsberichten, verkeersinformatie
enz.(EON)
Met de EON (Enhanced Other Network) functie kunt u de
tuner/versterker automatisch laten overschakelen naar
een zender die op dat moment verkeersinformatie,
nieuws e.d. uitzendt. Wanneer een dergelijke uitzending
begint op een radiozender die behoort tot hetzelfde
zendernetwerk als de vooringestelde FM RDS zender,
stemt de tuner/versterker automatisch af op die andere
zender.
Na afloop van de informatie-uitzending keert de tuner/
versterker automatisch terug naar de eerder ontvangen
voorkeurzender of de oorspronkelijk beluisterde
geluidsbron.
1 Stem af op een FM radiozender.
2 Druk op de RDS EON toets om in te stellen op het
soort programma dat u wilt volgen.
Telkens wanneer u op de RDS EON toets drukt,
verspringt de aanduiding in het uitleesvenster als
volgt:
TA (Verkeersinformatie)
m
NEWS (Nieuws)
m
INFO (Informatie)
m
OFF (Er licht geen enkele aanduiding op)
Na uw keuze komt de tuner in de EON paraatstand te
staan.
De aanduidingen NO TA, NO NEWS of NO INFO
kunnen verschijnen als u op de RDS EON toets drukt
voordat er is afgestemd op een FM radiozender die RDS
informatie uitzendt.
Wanneer een radiozender begint een programma van het
door u gekozen type uit te zenden, schakelt de tuner/
versterker over naar die zender, verschijnt er een
mededeling (bijv. NOW TA) in het uitleesvenster en
gaat de bijbehorende aanduiding (bijv TA) knipperen.
Na afloop van de speciale uitzending schakelt de tuner
weer automatisch terug naar de radiozender waar u
oorspronkelijk naar luisterde (of naar de gebruikte
geluidsbron).
Stoppen met volgen van speciale uitzendingen
Druk eenmaal op de RDS EON toets.
Als u een bepaalde radio-uitzending ongestoord wilt
opnemen, let er dan op dat de EON funktie uitgeschakeld is;
dit geldt vooral ook als u het opnemen met een schakelklok
wilt starten.
Opmerkingen
Deze funktie kan alleen gebruikt worden als van te voren RDS
zenders in het geheugen zijn opgeslagen.
Als de gevonden zender niet krachtig genoeg doorkomt,
verschijnt de aanduiding WEAK SIG en dan keert de tuner/
versterker terug naar de vorige radiozender of geluidsbron.
Opzoeken van een radiozender aan de
hand van het programmatype (PTY)
U kunt een radiozender van uw keuze opzoeken door in
te stellen op het gewenste programmatype. De tuner
stemt dan af op een uitzending van het gekozen type,
verzorgd door een van de RDS zenders die zijn
vastgelegd in het afstemgeheugen van de tuner.
1 Druk op RDS PTY om het huidige PTY type weer te
geven. Druk op PRESET/PTY SELECT + of tot het
gewenste programmatype in het uitleesvenster
verschijnt.
Hieronder vindt u een overzicht van de beschikbare
programmatypes.
2 Druk op de RDS PTY toets terwijl het
programmatype in het uitleesvenster wordt
aangegeven.
De tuner doorloopt dan de vooringestelde RDS
radiozenders op zoek naar het gekozen soort
programma. (De aanduiding SEARCH en het
programmatype verschijnen afwisselend in het
uitleesvenster.) Wanneer de tuner/versterker een
programma van het door u gekozen type vindt, stopt
het apparaat met zoeken. Dan knippert het
voorinstelnummer van de radiozender die het
gekozen soort programma uitzendt, en vervolgens
schakelt de tuner/versterker over op ontvangst en
weergave van de betreffende uitzending.
Opmerking
De aanduiding NO PTY verschijnt wanneer het door u
gekozen programmatype niet wordt uitgezonden; de tuner keert
dan terug naar de oorspronkelijke zender.
43
NL
Radio-ontvangst
Overzicht van de beschikbare
programmatypen
Programmatype U luistert naar
NONE Ieder type uitzending dat niet
onder een van de volgende
categorieën valt.
NEWS Nieuwsberichten.
AFFAIRS Aktualiteitenprogrammas over
onderwerpen die recentelijk in
het nieuws zijn.
INFO Uitzendingen over
consumentenzaken, medisch
advies, weersinformatie, etc.
SPORT Sportuitzendingen.
EDUCATE Educatieve programmas en
uitzendingen met advies op
verschillende gebieden.
DRAMA Hoorspelen en radioseries.
CULTURE Radio-uitzendingen over
nationale of regionale culturele
aangelegenheden, zoals religie,
taal en sociale vraagstukken.
SCIENCE Programmas over
natuurwetenschappen en
technologie.
VARIED Gevarieerd amusement, zoals
interviews met bekende
persoonlijkheden,
quizprogramma's en komedies.
POP M Populaire muziek.
ROCK M Rockmuziek.
EASY M Easy listening ("middle of the
road" muziek).
LIGHT M Lichte klassieke muziek, zowel
instrumentaal als vokaal.
Programmatype U luistert naar
CLASSICS Uitvoeringen van klassieke
muziek door grote orkesten,
kamermuziek, opera, enz.
OTHER M Muziek die in geen enkele van de
bovenstaande categorieën
thuishoort, zoals bijvoorbeeld
rhythm & blues en reggae.
WEATHER Weerberichten.
FINANCE Beursberichten en financieel-
economische programma's.
CHILDREN Jongerenprogramma's.
SOCIAL Programma's over sociologie,
geschiedenis, aardrijkskunde,
psychologie, en
maatschappijwetenschappen.
RELIGION Programma's over religieuze
aangelegenheden.
PHONE IN Meningsuiting via telefoon of
panelgesprekken.
TRAVEL Informatieprogramma's over
reizen.
LEISURE Vrijetijdsprogramma's waar
luisteraars aan kunnen
deelnemen.
JAZZ Polyfonische, gesyncopeerde
muziek.
COUNTRY Muziek uit het zuiden van de VS.
NATION M Hedendaagse populaire muziek
uit land of streek.
OLDIES Golden age muziek.
FOLK M Muziek die stamt uit de
muziekcultuur van een bepaald
land.
DOCUMENT Duidingsprogramma's.
44
NL
Overige
bedienings-
functies
Kort overzicht van de toetsen en regelaars
die u in dit hoofdstuk tegenkomt
Naamgevingstoets (NAME): Druk hierop om uw
voorkeurzenders en andere weergavebronnen elk een
eigen naam te geven.
Instelknop: Kies hiermee de lettertekens bij de
naamgeving van voorkeurzenders en andere
weergavebronnen.
Cursortoetsen (
/ ): Zet hiermee de cursor op de
gewenste plaats bij het invoeren van namen voor de
voorkeurzenders en andere weergavebronnen.
Radio-ontvangst keuzetoets (TUNER): Druk hierop om
in te stellen op de tuner, voor radio-ontvangst.
Insteltoets (SET UP): Druk hierop om de bedienings-
instelling te maken.
Invoertoets (ENTER): Druk hierop om de ingevoerde
naam voor een voorkeurzender of andere weergavebron
in het geheugen vast te leggen.
Cursortoetsen
Instelknop
RDS EON RDS PTY
SOUND FIELD
TUNER
NAME
SET UP
ENTER
MULTI CHANNEL DECODING
MASTER VOLUME
DISPLAY
INPUT MODE
VIDEO
MD/TAPE CD TUNER AUX
DVD/LD TV/SAT
5.1CH INPUT
CINEMA STUDIO
LEVEL
I
i
+
SET UP
BASS BOOST TONE
FM/AM
MUTING
TONE
BASS
BOOST
SHIFT
MEMORY
FM MODE
TUNING +
NAME
ENTER
SUR
BASS/
TREBLE
SOUND FIELD
A. F. D.
ABC
2CH MODE
DIMMER
SPEAKERS
R ON r OFF
A
PHONES
B
? / 1
PRESET/
PTY SELECT +
45
NL
Overige bedieningsfuncties
Naamgeving van
voorkeurzenders en beeld/
geluidsbronnen
U kunt een naam (indexnaam) van maximum 8 tekens
invoeren voor voorkeurzenders en beeld/geluidsbronnen.
Deze index namen (zoals bijvoorbeeld VHS) worden
dan in het uitleesvenster aangegeven wanneer u instelt op
weergave van de betreffende beeld/geluidsbron.
U kunt niet meer dan één naam tegelijk invoeren voor
elke voorkeurzender of beeld/geluidsbron.
Deze functie kan handig zijn voor het uit elkaar houden
van soortgelijke apparatuur. Zo kunt u bijvoorbeeld twee
videorecorders onderscheiden met de typenamen VHS
en 8MM. Bovendien kunt u hiermee componenten
benoemen die zijn aangesloten op stekkerbussen bedoeld
voor andere apparatuur, zoals een tweede CD-speler die
is aangesloten op de MD/TAPE aansluitingen.
1 Om een naam te geven aan een
voorkeurzender
Druk op de TUNER toets om in te stellen op de tuner.
Dan wordt er afgestemd op de laatst ontvangen zender.
Om een naam te geven aan een beeld/
geluidsbron
Stel in op de beeld/geluidsbron (component) die u
een naam wilt geven en ga dan door naar stap 3.
2 Stem af op de voorkeurzender die u van een
index naam wilt voorzien.
Als u niet weet hoe u kunt afstemmen op een
voorkeurzender, volgt u de aanwijzingen onder
Afstemmen op vastgelegde voorkeurzenders
op blz. 41.
3 Druk op de NAME toets.
4 Voer de gewenste naam in met de instelknop en de
cursortoetsen, als volgt:
Draai aan de instelknop om een letterteken te kiezen
en druk dan op de
toets om de cursor op de plaats
van de volgende letter te zetten.
Invoegen van een spatie
Draai aan de instelknop tot er een spatie in het
uitleesvenster verschijnt (de spatie bevindt zich tussen
de
]
en de letter A).
Bij een vergissing in de letterkeuze
Druk net zovaak op de
of cursortoets tot de
foute letter gaat knipperen en kies dan met de
instelknop het juiste letterteken.
5 Druk op de ENTER toets.
Invoeren van index namen voor nog andere
voorkeurzenders
Herhaal de stappen 2 t/m 5.
Opmerking
U kunt geen andere naam kiezen voor een RDS zender.
Deze tuner/versterker maakt het opnemen vanaf en op de
aangesloten apparatuur bijzonder eenvoudig. U hoeft de
apparaten voor weergave en voor opname niet
afzonderlijk op elkaar aan te sluiten; na het kiezen van
een weergavebron op de tuner/versterker kunt u gewoon
gaan opnemen met behulp van de bedieningsorganen op
de betrokken apparatuur.
Voor u begint dient u te controleren of alle apparaten naar
behoren zijn aangesloten.
l: Audio-signaalstroom
.: Video-signaalstroom
Opnemen op een audiocassette of
minidisc
Via deze tuner/versterker kunt u opnamen maken op een
cassette of een minidisc. Zie voor nadere details van de
bediening de gebruiksaanwijzing van uw cassettedeck of
minidisc-recorder.
1 Stel in op de geluidsbron die u wilt opnemen.
2 Breng het weergave-apparaat in gereedheid voor
afspelen.
Plaats bijvoorbeeld de op te nemen compact disc in de
CD-speler.
3 Plaats een voor opnemen geschikte cassette of
minidisc in het opname-apparaat en stel zo nodig
het opnameniveau in.
4 Start het opnemen op het opname-apparaat en
start dan de weergave van de geluidsbron.
Opmerkingen
U kunt geen digitale geluidssignalen opnemen met een
opname-apparaat dat is aangesloten op de analoge MD/TAPE
REC OUT aansluitingen.
De instellingen die u voor weergave maakt zijn niet van
invloed op de signalen die worden doorgegeven via de MD/
TAPE REC OUT aansluitingen.
Weergavebron
(afspeelapparatuur)
Opname-apparatuur
(cassettedeck, minidisc-
recorder, videorecorder)
Opnemen
.
l
l
.
Weergavebron-
keuzetoetsen
RDS EON RDS PTY
SOUND FIELD
MULTI CHANNEL DECODING
MASTER VOLUME
DISPLAY
INPUT MODE
VIDEO
MD/TAPE CD TUNER AUX
DVD/LD TV/SAT
5.1CH INPUT
CINEMA STUDIO
LEVEL
I
i
+
SET UP
BASS BOOST TONE
FM/AM
MUTING
TONE
BASS
BOOST
SHIFT
MEMORY
FM MODE
TUNING +
NAME
ENTER
SUR
BASS/
TREBLE
SOUND FIELD
A. F. D.
ABC
2CH MODE
DIMMER
SPEAKERS
R ON r OFF
A
PHONES
B
? / 1
PRESET/
PTY SELECT +
46
NL
Overige bedieningsfuncties
Opnemen op een videocassette
Met deze tuner/versterker kunt u beelden opnemen vanaf
een TV of laserdisc-speler. Ook bestaat de mogelijkheid
om tijdens kopiëren of monteren van video-opnamen een
nieuw geluidsspoor in te voegen vanaf een geluidsbron
naar keuze. Zie voor nadere bijzonderheden de
gebruiksaanwijzing van uw laserdisc-speler.
1 Stel in op de beeld/geluidsbron die u wilt
opnemen.
2 Breng het weergave-apparaat in gereedheid voor
afspelen.
Plaats bijvoorbeeld de op te nemen laserdisc in de
laserdisc-speler.
3 Plaats een voor opnemen geschikte videocassette
in de videorecorder die u voor opnemen gebruikt.
4 Start het opnemen op de opname-videorecorder en
start dan de weergave van de laserdisc die u wilt
opnemen.
z
U kunt het geluid van om het even welke geluidsbron
opnemen op videocassette bij opname vanaf een laser disc
Zoek op de videoband het punt op waar u het nieuwe geluid wilt
invoegen, stel in op de geluidsbron en start de weergave daarvan.
Het geluid van het gekozen weergave-apparaat zal op het
geluidsspoor van de videoband worden opgenomen, in plaats
van het oorspronkelijke geluidsspoor.
Om terug te keren naar het oorspronkelijke geluidsspoor voor de
rest van de video-opnamen, stelt u weer in op de video-
geluidsbron.
Opmerking
Zorg dat er zowel digitale als analoge aansluitingen zijn gemaakt
op de DVD/LD ingangen. Het is niet mogelijk analoge opnamen
te maken als er alleen digitale aansluitingen zijn gemaakt.
Opnemen
Automatisch uitschakelen
met de sluimerfunctie
U kunt de tuner/versterker automatisch laten
uitschakelen na een tijdsduur die u zelf kiest, zodat u
gerust met muziek in slaap kunt vallen.
Druk op de SLEEP toets van de afstandsbediening
wanneer de tuner/versterker staat ingeschakeld.
Telkens wanneer u op de SLEEP toets drukt, verspringt de
sluimertijd als volgt.
Het uitleesvenster dooft nadat u de sluimertijd hebt
ingesteld.
z
U kunt de sluimertijd precies naar wens instellen
Druk eerst op de SLEEP toets van de afstandsbediening en stel
dan de gewenste sluimertijd in met de instelknop van de tuner/
versterker. Daarmee kunt u de tijd precies tot op de minuut
instellen. De maximaal instelbare tijdsduur is 5 uur lang.
z
U kunt de resterende sluimertijd totdat de tuner/versterker
uitschakelt controleren
Druk op de SLEEP toets van de afstandsbediening. De resterende
tijd tot het uitschakelen verschijnt in het uitleesvenster.
n 2:00:00 n 1:30:00n 1:00:00 n 0:30:00 n OFF
47
NL
Overige bedieningsfuncties
Instellingen met de SET UP
toets
Met de SET UP toets kunt u de volgende instellingen
maken.
Keuze van de 5.1CH videoweergavebron
Met deze instelling kunt u kiezen welke videobron er
moet worden weergegeven, samen met het geluid dat
binnenkomt via de 5.1CH INPUT aansluitingen. Bij
aflevering staat de 5.1CH videobron ingesteld op de
DVD/LD videospeler.
1 Druk op de SET UP toets.
2 Druk op de cursortoetsen ( of ) om het
onderdeel 5.1 V. IN te kiezen.
3 Draai aan de instelknop om in te stellen op de
gewenste videoweergavebron.
48
NL
Verhelpen van storingen
Als bij het gebruik van de tuner/versterker een van de
volgende problemen zich voordoet, neemt u dan de
controlepunten even door om het probleem te verhelpen.
Zie ook de paragraaf Controleren van de aansluitingen
op blz. 20 om zeker te stellen dat alle aansluitingen in
orde zijn. Mocht de storing niet zo gemakkelijk te
verhelpen zijn, raadpleeg dan a.u.b. de dichtstbijzijnde
Sony handelaar.
Er klinkt niet of nauwelijks geluid.
, Controleer of alle luidsprekers en andere
apparaten juist en stevig zijn aangesloten.
, Controleer of de tuner/versterker wel is ingesteld
op de juiste geluidsbron.
, Let op dat de SPEAKERS keuzeschakelaar in de
juiste stand staat (zie blz. 23). (alleen op de STR-
DE545 en STR-SE501)
, Druk op de MUTING toets van de
afstandsbediening om de geluiddemping uit te
schakelen, zodat de MUTING aanduiding dooft.
, Het beveiligingscircuit van de tuner/versterker is
in werking getreden, vanwege een kortsluiting.
Schakel de tuner/versterker uit, verhelp de
kortsluiting en schakel het apparaat weer in.
De weergave van links en rechts klinkt
onevenwichtig of de kanalen zijn verwisseld.
, Controleer of alle luidsprekers en andere
apparaten juist en stevig zijn aangesloten.
, Stel de weergave beter in met de voorbalans-
parameter (FRONT BALANCE) in het LEVEL
menu.
Er klinkt een storende bromtoon of andere
bijgeluiden.
, Controleer of alle luidsprekers en andere
apparaten juist en stevig zijn aangesloten.
, Houd de aansluitsnoeren uit de buurt van een
transformator of een motor en ten minste 3 meter
van een TV-toestel of tl-verlichting.
, Plaats de geluidsapparatuur niet te dicht in de
buurt van een ingeschakeld TV-toestel.
, Wellicht zijn de stekkers en aansluitbussen vuil.
Veeg ze schoon met een doekje met wat spiritus of
zuivere alcohol.
De middenluidspreker geeft geen geluid.
, Zorg dat de klankbeeldfunctie is ingeschakeld
(druk op de SOUND FIELD MODE toets).
, Kies een klankbeeld met de term cinema of
virtual in de naam (zie blz. 28 t/m 30).
, Stel de geluidssterkte van de luidsprekers
evenwichtig in (zie blz. 19).
, Zorg dat de formaatparameter voor de
middenluidspreker is ingesteld op SMALL of
LARGE (zie blz. 17).
Aanvullende
informatie
49
NL
Aanvullende informatie
De achterluidsprekers geven niet of nauwelijks
geluid.
, Zorg dat de klankbeeldfunctie is ingeschakeld
(druk op de SOUND FIELD MODE toets).
, Kies een klankbeeld met de term cinema of
virtual in de naam (zie blz. 28 t/m 30).
, Stel de geluidssterkte van de luidsprekers
evenwichtig in (zie blz. 19).
, Zorg dat de formaatparameter voor de
achterluidsprekers is ingesteld op SMALL of
LARGE (zie blz. 17).
De lagetonen-luidspreker geeft geen geluid.
, Controleer of de lagetonen-luidspreker op ON
staat (zie blz 18).
Het opnemen lukt niet.
, Controleer of alle audio/video-apparatuur naar
behoren is aangesloten.
, Stel met een van de weergavebron-keuzetoetsen in
op de gewenste geluidsbron.
, Bij het opnemen van een digitale geluidsbron dient
u de INPUT MODE ingangssignaal-keuzetoets op
ANALOG te zetten (zie blz. 23) voor u gaat
opnemen met een opname-apparaat dat is
aangesloten op de analoge MD/TAPE
aansluitingen.
Het afstemmen op een radiozender lukt niet.
, Controleer of de antennes goed zijn aangesloten.
Verstel zonodig de stand van de antennes en sluit
een buitenantenne aan.
, Mogelijk is de signaalsterkte te gering voor
ontvangst (bij gebruik van de automatische
zoekafstemming). Gebruik de directe afstemming.
, Er zijn nog geen zenders vooringesteld of de
vastgelegde voorkeurzenders zijn uit het geheugen
gewist (bij gebruik van de geheugenafstemming).
Leg de gewenste zenders in het afstemgeheugen
vast (zie blz. 40).
, Druk op de DISPLAY toets zodat de
afstemfrequentie in het uitleesvenster verschijnt.
De RDS informatiefuncties werken niet.
, Controleer of de tuner/versterker wel is afgestemd
op een RDS informatiezender op de FM
afstemband.
, Stem af op een krachtiger FM RDS zender.
De radio-uitzending wordt onderbroken door een
andere zender of de tuner begint automatisch
naar zenders te zoeken.
, De EON overschakelfunctie is in werking
getreden. Zorg dat de EON functie is
uitgeschakeld als u niet wilt dat een geluidsbron of
uitzending van een gekozen radiozender wordt
onderbroken.
De gewenste RDS informatie verschijnt niet in
het uitleesvenster.
, Neem contact op met de radiozender en informeer
of deze wel of geen RDS signalen uitzendt. Ook
zenders die gewoonlijk wel RDS informatie
uitzenden kunnen deze soms tijdelijk buiten
werking stellen.
Het geluid wordt niet met akoestiekeffect
weergegeven.
, Zorg dat de klankbeeldfunctie is ingeschakeld
(druk op de SOUND FIELD MODE toets).
, Zorg bij gebruik van twee paar voorluidsprekers
dat de SPEAKERS keuzeschakelaar is ingesteld op
de luidsprekers A of B (niet op A+B, voor beide
tegelijk). (alleen op de STR-DE545 en STR-SE501)
PCM--kHz verschijnt in het uitleesvenster.
, De bemonsteringsfrequentie ligt hoger dan 48 kHz.
Zet de DVD instelling op 48 kHz.
Er verschijnt niets in het uitleesvenster
, Als het uitleesvenster meteen na het aanschakelen
van de receiver dooft, druk dan op DIMMER om
de weergavestand te wijzigen.
Op het TV-scherm is geen beeld of slechts een
onduidelijk beeld zichtbaar.
, Stel de tuner/versterker op de juiste beeld/
geluidsbron in.
, Stel het TV-toestel in op de gewenste
beeldweergave.
, Zet het TV-toestel iets verder van de audio-
apparatuur vandaan.
De afstandsbediening werkt niet.
, Richt de afstandsbediening recht op de
afstandsbedieningssensor voorop de tuner/
versterker.
, Verwijder eventuele obstakels tussen de
afstandsbediening en de tuner/versterker.
, Als de batterijen in de afstandsbediening leeg
kunnen zijn, vervangt u ze dan beide door nieuwe.
, Controleer of u wel de juiste toets op de
afstandsbediening hebt ingedrukt.
, Als de afstandsbediening staat ingesteld op
bediening van alleen het TV-toestel, kies dan eerst
met de component-keuzetoets op de
afstandsbediening een andere beeld/geluidsbron
dan de TV, dan kunt u daarna het gewenste
apparaat bedienen.
Paginas met aanwijzingen voor het wissen
van het geheugen van de tuner/versterker
Voor wissen van Leest u
Het gehele geheugen pagina 15
De zelf aangepaste klankbeelden pagina 35
50
NL
Aanvullende informatie
Frequentiebereik
CD, MD/TAPE,
DVD/LD, TV/SAT,
VIDEO, AUX:
10 Hz - 50 kHz
+0,5/2 dB (zonder
klankbeeld,
toonregeling of
basversterking)
Ingangen (analoog)
5.1CH INPUT, CD,
DVD/LD, MD/
TAPE, TV/SAT,
VIDEO, AUX:
Gevoeligheid: 250
mV
Impedantie: 50
kOhm
Signaal/
ruisverhouding
a)
:
96 dB (A, 250 mV
b)
)
a) INPUT SHORT
b) Netwerk-gewogen, ingangsniveau
Ingangen (digitaal)
DVD/LD (coaxiaal):
Gevoeligheid:
Impedantie: 75
Ohm
Signaal/
ruisverhouding:
100 dB (A, 20 kHz
LPF)
DVD/LD, TV/SAT*:
Gevoeligheid:
Impedantie:
Signaal/
ruisverhouding:
100 dB (A, 20 kHz
LPF)
* Alleen op de STR-DE545 en STR-SE501.
Uitgangen
MD/TAPE (REC
OUT); VIDEO
(AUDIO OUT):
Uitgangsspanning:
250 mV
Impedantie: 10
kOhm
SUB WOOFER:
Uitgangsspanning:
2 V
Impedantie: 1
kOhm
PHONES:
Geschikt voor hoog-
en laagohmige
hoofdtelefoons
Basversterking
+6 dB bij 70 Hz
TONE ±6 dB bij 100 Hz en
10 kHz
Bemonsteringsfrequentie
48 kHz
Versterker-gedeelte
UITGANGSVERMOGEN
Nominaal uitgangsvermogen in
Stereo Mode
STR-DE545/SE501:
(aan 8 ohm, 1 kHz,
THD 0.7%)
100 watt + 100 watt
STR-DE445:
(aan 8 ohm, 1 kHz,
THD 0.7%)
60 watt + 60 watt
Referentie-uitgangsvermogen
STR-DE545/SE501:
(aan 8 ohm,1 kHz,
THD 0.7%)
Voor: 100 watt + 100
watt
Midden: 100 watt
Achter: 100 watt +
100 watt
STR-DE445:
(aan 8 ohm,1 kHz,
THD 0.7%)
Voor: 60 watt + 60
watt
Midden: 60 watt
Achter: 60 watt + 60
watt
Technische gegevens
51
NL
Aanvullende informatie
AM tuner-gedeelte
Afstemberei 531 1.602 kHz
Antenne Kaderantenne
Bruikbare gevoeligheid
50 dB/meter
(bij 999 kHz)
Signaal/ruisverhouding
54 dB (bij 50 mV/
meter)
Harmonische vervorming
0,5 % (bij 50 mV/
meter, 400 kHz)
Selectiviteit bij 9 kHz: 35 dB
Video-gedeelte
Ingangsspanning
Video: 1 Vt-t, 75 ohm
S-video*:
Y: 1 Vt-t, 75 ohm
C: 0,286 Vt-t, 75
ohm
Uitgangsspanning
Video: 1 Vt-t, 75 ohm
S-video*:
Y: 1 Vt-t, 75 ohm
C: 0,286 Vt-t, 75
ohm
* Alleen op de STR-DE545 en STR-SE501.
Technische gegevens
FM tuner-gedeelte
Afstembereik
87,5 108,0 MHz
Antenne-aansluitingen
75 ohm,
asymmetrisch
Gevoeligheid
Mono: 18,3 dBf,
2,2 µV/75 ohm
Stereo: 38,3 dBf,
22,5 µV/75 ohm
Bruikbare gevoeligheid
11,2 dBf,
1µV/75 ohm
Signaal/ruisverhouding
Mono: 76 dB
Stereo: 70 dB
Harmonische vervorming bij 1
kHz
Mono: 0,3%
Stereo: 0,5%
Kanaalscheiding
45 dB bij 1 kHz
Frequentiebereik
30 Hz 15 kHz
+0,5/2 dB
Selectiviteit 60 dB bij 400 kHz
Algemeen
Systeem Tuner-gedeelte:
Quartz PLL kwarts-
en fasegekoppeld
digitaal synthesizer
afstemsysteem
Voorversterker-
gedeelte:
Ruisarme NF-type
equalizerversterker
Eindversterker-
gedeelte:
Zuiver
complementaire
SEPP versterker
Stroomvoorziening
230 V wisselstroom,
50/60 Hz
Stroomverbruik
STR-DE545/SE501:
220 watt
STR-DE445: 160 watt
Netstroomuitgangen (alleen op
de STR-DE545 en STR-SE501)
1 uitschakelbaar,
maximaal 100 watt
Afmetingen (b/h/d)
430 x 303 x 157 mm,
incl. uitstekende
onderdelen en
knoppen
Gewicht (ca.)
STR-DE545: 7,9 kg
STR-DE445: 7,7 kg
STR-SE501: 8,2 kg
Bijgeleverd toebehoren
Zie blz. 4.
Wijzigingen in ontwerp en technische
gegevens voorbehouden, zonder
kennisgeving.
52
NL
Aanvullende informatie
Akoestiek-weergave
Geluidsweergave die bestaat uit drie
geluidscomponenten: direct geluid,
rechtstreeks weerkaatst geluid (vroege
weerkaatsingen) en een (latere)
nagalm. De akoestiek van de ruimte
waarin u luistert beïnvloedt de wijze
waarop u deze drie
geluidscomponenten hoort. De
akoestiek-weergavecombineert deze
geluidscomponentenop een
dusdanige manier dat diverse
luisteromgevingen, zoals een
concertzaal, kunnen worden
nagebootst.
Geluidscomponenten
Weergave van het geluid via de
achterluidsprekers
Dolby Pro Logic Surround
Een van de decodeersystemen voor
Dolby Surround geluid, waarmee een
twee-kanaals geluidsspoor wordt
omgezet in vier gescheiden kanalen.
Vergeleken met het eerdere Dolby
Surround systeem, zorgt de Dolby Pro
Logic Surround voor een meer
natuurlijk klankbeeld met vloeiender
verlopende bewegingen en precieser
gelokaliseerd geluid. Om de
voordelen van Dolby Pro Logic
Surround optimaal te horen, heeft u
een paar achterluidsprekers en een
middenluidspreker nodig. De
achterluidsprekers geven het geluid in
mono weer.
Dolby Digital (AC-3)
Dit is een weergavesysteem voor de
bioscoop, meer geavanceerd dan de
Dolby Pro Logic Surround. Hierbij
geven de achterluidsprekers stereo
geluid weer met een breder
frequentiebereik, en is tevens
voorzien in een afzonderlijk
subwoofer lagetonenkanaal voor de
diepste bassen. Dit systeem wordt ook
aangeduid als 5.1, met vijf gewone
voor-, midden- en achterluidsprekers
plus het subwooferkanaal dat voor 0.1
telt (aangezien het alleen dient voor
de ultralage tonen). Alle zes kanalen
worden bij dit systeem afzonderlijk
opgenomen, voor een optimale
kanaalscheiding. En omdat alle
signalen digitaal verwerkt worden, is
er minder verlies aan kwaliteit. De
naam AC-3 geeft aan dat dit de
derde audio-codeermethode is die
ontwikkeld werd door de Dolby
Laboratories Licensing Corporation.
Digital Cinema Sound
Dit is een algemene term voor de
akoestiek-weergave die geboden
wordt door de digitale
signaalverwerkingstechniek
ontwikkeld door Sony. In
tegenstelling tot de eerdere
akoestische klankbeelden die
voornamelijk bedoeld waren voor
muziekweergave, is de Digital
Cinema Sound specifiek ontworpen
voor het weergeven van filmgeluid.
Nagalm
Vroege
weerkaat-
singen
Nagalm
Vroege weerkaatsingstijd
Vroege
weerkaatsingen
Direct geluid
Tijd
Niveau
Verklarende woordenlijst
Direct geluid
53
NL
Aanvullende informatie
Druk op de onderstaande toets
zodat deze oplicht:
Druk op de of
cursortoets om in te stellen
op:
Draai aan de instelknop om een
instelling te kiezen:
Zie blz.
SUR toets
EFFECT LEVEL afhankelijk van het klankbeeld (in 16 stapjes)
Instellingen waarvoor de SUR, LEVEL, BASS/TREBLE, en SET
UP toetsen worden gebruikt
U kunt een heel stel geluidsinstellingen zelf naar wens aanpassen met de SUR, LEVEL, BASS/TREBLE, en SET UP toetsen,
de instelknop en de cursortoetsen. Hieronder volgt een overzicht van de beschikbare instellingen.
33
WALL TYPE van 8 tot +8 (in stapjes van 1 tegelijk)
REVERBERATION TIME van 8 tot +8 (in stapjes van 1 tegelijk)
LFE MIX LEVEL van 20 dB tot 0 dB (in stapjes van 1 dB) of
OFF
DYNAMIC RANGE COMP van 0.1 tot 0.9 (in stapjes van 0,1 dB) of STD,
MAX of OFF
REAR BALANCE van 8 tot +8 (in stapjes van 1 tegelijk)
REAR LEVEL van 10 dB tot +6 dB (in stapjes van 1 dB)
CENTER LEVEL van 10 dB tot +6 dB (in stapjes van 1 dB)
SUB WOOFER LEVEL van 10 dB tot +6 dB (in stapjes van 1 dB)
LEVEL toets FRONT BALANCE van 8 tot +8 (in stapjes van 1 tegelijk)
34
dts LFE MIX LEVEL van 20 dB tot +10 dB (in stapjes van 1 dB) of
OFF
L
R
(FRONT) 16
C
(CENTER)
LS
RS
(REAR)
REAR PL. PL. SIDE of PL. BEHD.
REAR HGT. HGT. LOW of HGT. HIGH
SUB WOOFER S.W. YES of S.W. NO
L
R
(FRONT) XX.X METER
C
(CENTER) XX.X METER
LS
RS
(REAR) XX.X METER
*SET UP
47
5.1 V. IN [XXX] V-TV/SAT, V-DVD/LD, V-VIDEO
LARGE of SMALL
LARGE, SMALL of NO
LARGE, SMALL of NO
van 1,0 meter (3 feet) en 12,0 meter (40 feet) in
stapjes van 10 cm (of stapjes van 0,1 meter)
van FRONT tot 1,5 meter (5 feet) in stapjes van
10 cm (of stapjes van 0,1 meter)
van FRONT tot 4,5 meter (15 feet) in stapjes van
10 cm (of stapjes van 0,1 meter)
TREBLE van 6 dB tot +6 dB (in stapjes van 2 dB)
BASS/TREBLE toets
BASS van 6 dB tot +6 dB (in stapjes van 2 dB)
35
* Als u op de SET UP toets drukt, kunt u NORM. SP (gewone luidsprekers) of MICRO SP (microsatellietluidsprekers) kiezen. (pagina 16)
54
NL
Aanvullende informatie
Beschrijving van de afstandsbediening (alleen op de STR-
DE445)
Toets Voor bediening Funktie
van
SLEEP Tuner/versterker Activateert de sluimerfunctie en
de tijdsspanne waarna de
receiver automatisch uitschakelt.
AV ?/1 TV/VCR/ In/uitschakelen van de stroom.
CD-speler/
DVD-speler/
minidisc-recorder/
VCD-speler/
laserdisc-speler/
DAT deck
?/1 Tuner/versterker Om de receiver aan of af te zetten.
VIDEO Tuner/versterker Om videocassettes te bekijken.
DVD/LD Tuner/versterker Om een DVD of beeldplaat te
bekijken.
TV/SAT Tuner/versterker Om TV-beelden of beelden van een
satellietontvanger te bekijken.
MD/TAPE Tuner/versterker Om een Minidisc of audiocassette
te beluisteren.
CD Tuner/versterker Om een compact disc te
beluisteren.
TUNER Tuner/versterker Om radioprogrammas te
beluisteren.
AUX Tuner/versterker Om audio-apparatuur te
beluisteren.
5.1CH Tuner/versterker Om een DVD speler of Dolby
Digital te bekijken.
0-9 Tuner/versterker Gebruik de SHIFT toets om het
voorinstelzendernummer te kiezen
tijdens DIRECT TUNING of
MEMORY mode.
CD-speler/ Kiezen van muziekstuk-nummers.
minidisc-recorder/ Met 0 kiest u muziekstuknummer
VCD-speler/ 10.
laserdisc-speler/
DAT deck
TV/ Kiezen van kanaalnummers.
videorecorder/
SAT
>10 CD-speler/ Kiezen van muziekstuk-nummers
cassettedeck/ boven de 10.
minidisc-recorder/
VCD-speler/
laserdisc-speler
ENTER TV/ Druk hierop om de waarde in te
videorecorder/ voeren na het kiezen van een
SAT/ kanaal, disc of muziekstuk.
cassettedeck/
laserdisc-speler/
VCD-speler/
minidisc-recorder/
DAT deck
SHIFT Tuner/versterker Druk herhaaldelijk om een
geheugenpagina te kiezen voor het
voorinstellen van radiozenders of
het afstemmen op vooringestelde
radiozenders.
-/-- TV Om met de nummertoetsen
kanaalnummers te kunnen kiezen,
bestaande uit één of twee cijfers.
De systeemcomponenten kunnen worden bediend met de afstandsbediening. De onderstaande tabellen geven een overzicht
van de instellingen van elke toets.
Toets Voor bediening Funktie
van
D.TUNING Tuner/versterker Direct invoeren van radiozenders.
./> CD-speler/ Overslaan van muziekstukken.
minidisc-recorder/
DVD-speler/
laserdisc-speler/
VCD-speler/
cassettedeck/
videorecorder/
DAT deck
m/M CD-speler/ Zoeken van muziekstukken
DVD-speler/ (voorwaarts of terugwaarts).
VCD-speler
cassettedeck/ Vooruitspoelen of terugspoelen.
minidisc-recorder/
videorecorder/
laserdisc-speler/
DAT deck
n Cassettedeck Starten van de weergave van de
achterkant van de cassette.
N CD-speler/ Starten van de weergave.
cassettedeck/
minidisc-recorder/
videorecorder/
DVD-speler/
VCD-speler/
laserdisc-speler/
DAT deck
X CD-speler/ Tijdelijk onderbreken van de
cassettedeck/ weergave of opname. (Ook voor
minidisc-recorder/ het starten van de opname van
videorecorder/ apparatuur die in de opname-
DVD-speler/ pauzestand staat.)
VCD-speler/
laserdisc-speler/
DAT deck
x CD-speler/ Stoppen van de weergave.
cassettedeck/
minidisc-recorder/
videorecorder/
DVD speler/
VCD-speler/
laserdisc-speler/
DAT deck
POSITION* TV Veranderen van de plaats van het
inzetbeeld.
SWAP* TV Verwisselen van het inzetbeeld en
het gewone beeld.
DISC CD-speler Discs kiezen. (Enkel Mega Storage-
CD-speler.)
SUB CH +/* TV Om voorinstelkanalen voor het
kleine beeld te kiezen.
CH PRESET Tuner/versterker Doorlopen en kiezen van
+/ vooringestelde zenders.
TV/VCR/SAT Kiezen van kanalen.
DISPLAY TV/ Om informatie op het TV-scherm te
videorecorder/ selecteren.
DVD speler/
VCD-speler/
laserdisc-speler
* Uitsluitend voor Sony TVs voorzien van de beeld-in-beeld funktie.
55
NL
Aanvullende informatie
Veranderen van de toewijzingen van een
funktiekeuzetoets
Als de toewijzingen van de FUNCTION toetsen
(hierboven) zoals deze in de fabriek zijn ingesteld, niet
overeenstemmen met die van uw apparatuur, is het
mogelijk om deze instellingen aan te passen. Als u
bijvoorbeeld over twee CD-spelers beschikt en u heeft
geen cassettedeck of minidisc-recorder, kunt u de MD/
TAPE toets toewijzen aan uw tweede CD-speler.
Het is echter niet mogelijk om de fabrieksinstelling van de
TUNER toets te veranderen.
Funktiekeuze-
toetsen
Nummertoetsen
Toets Voor bediening Funktie
van
P IN P* TV In werking stellen van de beeld-in-
beeld funktie.
JUMP TV Schakelt om tussen vorige en
huidige kanalen.
WIDE TV Kiest de breedbeeldstand.
D. SKIP CD-speler Overslaan van compact discs
(alleen voor een CD-speler met een
multi-disc wisselaar).
ANT TV/ Videorecorder Kiezen van het uitgangssignaal van
VTR de antenne-aansluiting: TV-signaal
of videoprogramma.
TV/VIDEO TV/videorecorder Kiezen van het ingangssignaal: TV-
signaal of videoprogramma.
A. F. D. Tuner/versterker Auto Format Decoding.
2CH/OFF Tuner/versterker Om het geluidsveld uit te
schakelen.
MODE Tuner/versterker Om de geluidsveldstand te kiezen.
EQ/TONE Tuner/versterker Om het geluidseffect aan of uit te
schakelen.
BASS BOOST Tuner/versterker Om het bass-geluid van de
voorluidsprekers te versterken.
MUTING Tuner/versterker Om het geluid van de receiver uit
te schakelen.
TEST TONE Tuner/versterker Indrukken om de testtoon te laten
horen.
CURSOR Tuner/versterker Druk deze toets herhaaldelijk in om
MODE één van de drie cursorstanden:
LEVEL, SURROUND en BASS/
TREBLE te kiezen.
MASTER Tuner/versterker Om het hoofdvolume van de
receiver te regelen.
MENU </> Tuner/versterker Om een menu item te kiezen.
MENU +/ Tuner/versterker Om instellingen te verrichten of te
wijzigen.
MENU DVD speler Om het DVD menu te tonen.
F/f/G/g DVD speler Om een menu item te kiezen.
ENTER DVD speler Om de selectie in te voeren.
RETURN DVD speler Om terug te keren naar het vorige
menu of het menu te verlaten.
TITLE DVD speler Om de DVD titel te tonen.
* Uitsluitend voor Sony TVs voorzien van de beeld-in-beeld funktie.
Opmerking
Bepaalde Sony apparatuur is niet geschikt voor deze
afstandsbediening en zal niet reageren op de bovengenoemde
bedieningstoetsen.
P
p
D.SKIP
9
(
0
)
=
+
>10
0
789
456
123
ENTER
MD/TAPE
CD
TUNER
VIDEO
5.1CH
SYSTEM
STANDBY
AUX
SHIFT
POSITION
DISPLAY
JUMP
A.F.D.
EQ/TONE MUTING
MODE
WIDE
P IN P
SWAP DISC
/
SUB CH +
CH/
PRESET
ANT
TV/VTR
TV/
VIDEO
SOUND FIELD
2CH/OFF
BASS
BOOST
CURSOR
MODE
MENU
MASTER
VOL
TEST
TONE
D.TUNING
RETURN
MENU
ENTER
TITLE
f
F
Gg
SLEEP
AV
?/1
?/1
DVD/LD
TV/SAT
>10
ENTER
?/1
AV ?/1
MASTER VOL
=
56
NL
Aanvullende informatie
1 Houd de Funktiekeuzetoetsen waarvan u de
toewijzing wilt veranderen, ingedrukt (bijvoorbeeld
MD/TAPE).
2 Druk op de betreffende toets van de component die
u aan de functietoets wilt toekennen (bijvoorbeeld 1
- CD-speler).
De volgende cijfertoetsen zijn bedoeld om de functies te
selecteren:
* Sony videorecorders worden bediend in een VTR 1, 2 of 3
stand. Deze bedieningsstanden komen overeen met
resp. Beta, 8mm en VHS.
U kunt nu de MD/TAPE toets gebruiken voor het
bedienen van een tweede CD-speler.
De AUX functie overschakelen naar een andere functie
Hou SLEEP ingedrukt en druk op de toets van de component
waaraan u die wilt toekennen.
De 5.1 CH functie overschakelen naar een andere functie
Hou AV ?/1 ingedrukt en druk op de toets van de component
waaraan u die wilt toekennen.
Een toets in de fabrieksinstelling zetten
Voer de bovenstaande procedure opnieuw uit.
Alle functietoetsen in de fabrieksinstelling zetten
Druk tegelijk op ?/1, AV ?/1 en MASTER VOL .
Bedienen
CD-speler
DAT deck
Minidisc-recorder
Cassettedeck A
Cassettedeck B
Laserdisc-speler
Videorecorder (bedieningsstand VTR 1*)
Videorecorder (bedieningsstand VTR 2*)
Videorecorder (bedieningsstand VTR 3*)
TV-toestel
DSS (Digital Satellite System)
DVD
VCD-speler
Beschrijving van de afstandsbediening
(alleen op de STR-DE445)
Drukt u op
1
2
3
4
5
6
7
8
9
0
>10
ENTER
.
57
NL
Aanvullende informatie
Index
A
Aanduidingen in het
uitleesvenster 24
Aanpassen van de klankbeelden
33
Aansluiten
5.1CH INPUT component 9
antennes 5
audio-apparatuur 6
CONTROL A1
10, 11
digitale componenten 8
luidsprekersysteem 13
netsnoer 11
video-apparatuur 7
AC-3. Zie Dolby Digital (AC-3)
Afstemmen
direct 39
doornemen van zenders. Zie
Automatische zoekafstemming
op voorkeurzenders 40
Akoestiek-weergave 16 - 20, 27 -
36, 52
Automatische zoekafstemming
40
B
Basisbediening 22 - 26
Batterijen 4
Bijgeleverd toebehoren 4
Bijregelen. Zie Instellen
C
CONTROL A1 10, 11
Controleren van de
aansluitingen 20
D
Digital Cinema Sound 52
Directe afstemming 39
Dolby Digital (AC-3) 52
Dolby Pro Logic Surround 52
Doornemen van zenders
radiozenders. Zie Automatische
zoekafstemming
voorkeurzenders.
Zie Geheugenafstemming
E, F
Effectniveau 33
EON. Zie RDS
G, H
Geheugenafstemming
automatisch voorinstellen 41
voorkeurzender kiezen 41
voorinstellen van zenders 40
I, J
Indexfunctie. Zie Naamgeving
Instellen
akoestiekparameters 33
effectniveau 33
toonregeling 35
helderheid van het
uitleesvenster 24
klankkleur 36
luidsprekervolume 19
K
Kiezen
beeld/geluidsbron 22
klankbeelden 28
voorluidsprekers 23
weergave-component 22
Klankbeeld
aanpassen 33
instelbare parameters 36
kiezen 28
terugstellen 35
voorgeprogrammeerd 28 - 30
Klankkleur 36
Kopiëren. Zie Opnemen
L
Luidsprekers
aansluiten 13
geluidssterkte 19
impedantie 14
kiezen van de
voorluidsprekers A/B 23
opstelling 16
volumeregeling 19
M
Monteren. Zie Opnemen
N
Naamgeving
geluidsbronnen 45
voorkeurzenders 45
O
O
ntvangen van zender
s. Zie
Afstemmen
Opnemen
audiocassette of minidisc 45
videocassette 46
P, Q
Parameters 34, 36
R
Radio-ontvangst.
Zie Afstemmen
S
Sluimerfunctie 46
Surround akoestiek 16 - 20, 27 -
36, 52
T
Testtoon 19
U
Uitpakken 4
V
Voorkeurzenders
afstemmen 41
automatisch vastleggen 40
vastleggen 41
W, X, Y
Wissen van het geheugen 15
Z
Zendernamen. Zie Naamgeving

Documenttranscriptie

Settings Using SUR, LEVEL, BASS/TREBLE, and SET UP buttons You can make various settings using the LEVEL, SUR, BASS/TREBLE, SET UP buttons, jog dial, and cursor buttons. The table below shows each of the settings that these buttons can make. Press and light Press SUR button LEVEL button BASS/TREBLE button *SET UP Turn jog dial to select See page EFFECT LEVEL depends on sound mode (in 16 steps) 33 WALL TYPE between –8 to +8 (in 1 increment steps) REVERBERATION TIME between –8 to +8 (in 1 increment steps) FRONT BALANCE between –8 to +8 (in 1 increment steps) REAR BALANCE between –8 to +8 (in 1 increment steps) REAR LEVEL between –10 dB to +6 dB (in 1 dB steps) CENTER LEVEL between –10 dB to +6 dB (in 1 dB steps) SUB WOOFER LEVEL between –10 dB to +6 dB (in 1 dB steps) LFE MIX LEVEL OFF, or –20 dB to 0 dB (in 1 dB steps) dts LFE MIX LEVEL OFF, or –20 dB to +10 dB (in 1 dB steps) DYNAMIC RANGE COMP OFF, 0.1 to 0.9 (in 0.1 dB steps), STD, or MAX BASS between –6 dB to +6 dB (2 dB step) TREBLE between –6 dB to +6 dB (2 dB step) L C R or to select (FRONT) LARGE or SMALL (CENTER) LARGE, SMALL, or NO (REAR) LARGE, SMALL, or NO LS RS PL. SIDE or PL. BEHD. REAR HGT. HGT. LOW or HGT. HIGH SUB WOOFER S.W. YES or S.W. NO L C R (FRONT) XX.X METER (CENTER) XX.X METER LS RS (REAR) XX.X METER 5.1 V. IN [XXX] 35 16 Additional Information REAR PL. 34 between 3 feet (1.0 meters) and 40 feet (12.0 meters) (in 1 foot (0.1 meter) steps) between FRONT and 5 feet (1.5 meters) (in 1 foot (0.1 meter) steps) between FRONT and 15 feet (4.5 meters) (in 1 foot (0.1 meter) steps) V-TV/SAT, V-DVD/LD, V-VIDEO 47 * When you press the SET UP button, you can select NORM. SP (for normal speakers) or MICRO SP (for Micro Satellite speakers). (page 16) 53GB Reiniging WAARSCHUWING Stel het apparaat niet bloot aan regen of vocht, om gevaar voor brand of een elektrische schok te voorkomen. Open nooit de behuizing, om gevaar voor elektrische schokken te vermijden. Laat reparaties aan de erkende vakhandel over. Plaats het apparaat niet in een gesloten ruimte, zoals een boekenrek of ingebouwde kast. Bij dit product zijn batterijen geleverd. Wanneer deze leeg zijn, moet u ze niet weggooien maar inleveren als KCA. Voorzorgsmaatregelen Veiligheid Mocht er vloeistof of een voorwerp in de tuner/versterker terechtkomen, trek dan de stekker uit het stopcontact en laat het apparaat eerst nakijken door een deskundige, alvorens het weer in gebruik te nemen. Stroomvoorziening • Controleer voor het aansluiten van de tuner/versterker eerst of de bedrijfspanning ervan wel overeenkomt met de plaatselijke netspanning. De bedrijfsspanning staat aangegeven op het naamplaatje aan de achterzijde van het apparaat. • Zolang het netsnoer op het stopcontact is aangesloten, blijft er spanning op het apparaat staan, zelfs nadat het apparaat is uitgeschakeld. • Trek de stekker van het netsnoer uit het stopcontact wanneer u denkt de tuner/ versterker geruime tijd niet te zullen gebruiken. Om de aansluiting op het stopcontact te verbreken, mag u uitsluitend aan de stekker trekken; trek nooit aan het snoer. • Indien het netsnoer vervangen moet worden, mag dit alleen uitgevoerd worden door een erkend onderhoudscentrum. Opstelling • Zet de tuner/versterker op een goed geventileerde plaats, met rondom vrije luchtdoorstroming, om oververhitting van de inwendige onderdelen te voorkomen, in het belang van een langdurige betrouwbare werking. • Plaats de tuner/versterker niet in de buurt van een warmtebron of in direct zonlicht. Vermijd tevens plaatsen met veel stof, vocht en mechanische trillingen of schokken. • Zet niets bovenop de tuner/versterker. De ventilatie-openingen aan de bovenzijde mogen niet geblokkeerd worden, in het belang van een juist functioneren van het apparaat en een langere levensduur van de componenten. Bediening Zorg ervoor dat de stekkers van de netsnoeren van de apparatuur niet in het stopcontact zitten, alvorens de aansluitingen te maken. Sluit de netsnoeren pas als allerlaatste aan. 2NL Gebruik voor het reinigen van de ombouw, het voorpaneel en de bedieningsorganen een zachte doek, licht bevochtigd met wat milde vloeibare zeep. Gebruik geen schuurspons, schuurmiddelen of vluchtige stoffen zoals spiritus of benzine. Mocht u na het doorlezen van de gebruiksaanwijzing nog vragen over of problemen met de tuner/versterker hebben, aarzel dan niet contact op te nemen met de dichtstbijzijnde Sony handelaar. Omtrent deze handleiding De aanwijzingen in deze handleiding gelden voor het models STR-DE545, STR-DE445 en STR-SE501. Controleer het modelnummer rechtsboven op het voorpaneel of rechtsonder op de afstandsbediening. In deze gebruiksaanwijzing zijn telkens de STR-DE545 en de afstandsbediening RM-U304 afgebeeld. Verschillen in de bediening zijn duidelijk aangegeven in de tekst, bijvoorbeeld met “alleen op de STR-DE545”. Verschillen tussen de modellen Model Voorziening DE545 CONTROL A1-II SPEAKERS FRONT B S-Video TV/SAT OPTICAL IN AC OUTLET DE445 • • • • • SE501 • • • • • Algemene opzet • Alle aanwijzingen in de tekst beschrijven de bediening met de toetsen op de tuner/versterker zelf. U kunt echter ook de toetsen van de afstandsbediening gebruiken met dezelfde of soortgelijke namen als die op de tuner/ versterker. Details betreffende het gebruik van de afstandsbediening RM-PP404 (alleen op de STR-DE545 en STR-SE501) vindt u in de afzonderlijke gebruiksaanwijzing van de afstandsbediening. • Op een aantal plaatsen in deze gebruiksaanwijzing treft u het onderstaande symbool aan: z Dit symbool vestigt uw aandacht op handige tips, die de bediening vergemakkelijken. Deze tuner/versterker is uitgerust met Dolby* Digital en Pro Logic Surround akoestiek en het DTS** Digital Surround akoestieksysteem. * Vervaardigd in licentie van Dolby Laboratories. “Dolby”, “AC-3”, “Pro Logic” en het dubbele D-symbool ; zijn handelsmerken van Dolby Laboratories. ** Vervaardigd onder licentie van Digital Theater Systems, Inc. Patentnummer 5.451.942 in de Verenigde Staten. Patenten in andere landen zijn aangevraagd. “DTS” en “DTS Digital Surround” zijn de handelsmerken van Digital Theater Systems, Inc. © 1996 Digital Theater Systems, Inc. Alle rechten voorbehouden. Demonstratiefunctie De demonstratiefunctie wordt automatisch geactiveerd wanneer u het apparaat de eerste maal inschakelt. Wanneer de demonstratie begint, verschijnt in het uitleesvenster de volgende mededeling: “NOW DEMONSTRATION MODE IF YOU FINISH DEMONSTRATION PLEASE PRESS POWER KEY WHILE THIS MESSAGE APPEARS IN THE DISPLAY THANK YOU” INHOUDSOPGAVE Aansluiten van de apparatuur 4 Uitpakken 4 Aansluiten van de antennes 5 Aansluiten van audio-apparatuur 6 Aansluiten van video-apparatuur 7 Aansluiten van digitale apparatuur 8 5.1CH ingangsaansluitingen 9 Andere aansluitingen 10 Aansluiten en opstellen van de luidsprekers 12 Aansluiten van de luidsprekers 13 Voorbereidingen treffen voor weergave 15 Opstelling voor meerkanaals Surround akoestiek 16 Alvorens uw tuner/versterker in gebruik te nemen 20 Bedieningsorganen en basisbediening van de tuner/versterker 22 Bedieningsorganen op het voorpaneel 22 Genieten van Surround Sound akoestiek 27 Keuze van een klankbeeld 28 Uitleg van de meerkanaals-akoestiekaanduidingen 31 Bijregelen van de klankbeelden 33 Radio-ontvangst 37 Automatische FM zenderopslag in alfabetische volgorde (“Autobetical select”) 39 Directe afstemming 39 Automatische zoekafstemming 40 Geheugenafstemming 40 Gebruik van het Radio Data Systeem (RDS) 41 Overige bedieningsfuncties 44 Naamgeving van voorkeurzenders en beeld/ geluidsbronnen 45 Opnemen 45 Automatisch uitschakelen met de sluimerfunctie 46 Instellingen met de SET UP toets 47 Annuleren van de demonstratiefunctie Druk op +/1 om de tuner/versterker uit te schakelen terwijl bovenstaande mededeling in het uitleesvenster wordt getoond. De volgende keer dat u het apparaat inschakelt, zal de demonstratiefunctie niet geactiveerd worden. Activeren van de demonstratiefunctie Houd de SET UP toets ingedrukt en druk dan op de +/1 toets om de tuner/versterker in te schakelen. Opmerkingenen • Wanneer de tuner/versterker een demonstratie geeft, wordt het geheugen gewist. Zie “Het geheugen van de tuner/versterker wissen” op blz. 15 voor nadere bijzonderheden betreffende hetgeen er gewist wordt. • El sonido no se oye mientras el modo de demostración está activado. Aanvullende informatie 48 Verhelpen van storingen 48 Technische gegevens 50 Verklarende woordenlijst 52 Instellingen waarvoor de SUR, LEVEL, BASS/ TREBLE, en SET UP toetsen worden gebruikt 53 Beschrijving van de afstandsbediening (alleen op de STR-DE445) 54 Index 57 3NL NL Aansluiten van de apparatuur In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u diverse audio- en videoapparatuur kunt aansluiten op de tuner/versterker. Lees vooral de relevante paragrafen voor uw apparatuur alvorens u enig apparaat op de tuner/versterker gaat aansluiten. Uitpakken Kontroleer of het onderstaande bijgeleverd toebehoren inderdaad in de verpakking van de tuner/versterker aanwezig is: • FM draadantenne (1) • AM kaderantenne (1) • R6 (AA-formaat) batterijen (2) • Alleen op de STR-DE545 en STR-SE501 • Afstandsbediening RM-PP404 (1) • Gebruiksaanwijzing voor de afstandsbediening (1) • Gebruiksaanwijzing voor CONTROL A1 II (1) • Alleen op de STR-DE445 • Afstandsbediening RM-U304 (1) Aanbrengen van batterijen in de afstandsbediening Leg de R6 (AA-formaat) batterijen in de afstandsbediening, met de juiste polariteit van (+) en (–), zoals aangegeven in het batterijvak. Voor gebruik van de afstandsbediening richt u deze op de g afstandsbedieningssensor voorop de tuner/versterker. ] } } ] Zie voor een gedetailleerde beschrijving van de afstandsbediening de daarbij geleverde afzonderlijke gebruiksaanwijzing. (alleen op de STR-DE545 en STR-SE501) z Wanneer de batterijen te vervangen Bij normaal gebruik zal een stel batterijen ongeveer 6 maanden meegaan. Als de tuner/versterker niet meer naar behoren op de afstandsbediening reageert, is het tijd alle batterijen door nieuwe te vervangen. Opmerkingen • Leg de afstandsbediening niet op een al te warme of vochtige plaats. • Gebruik geen oude en nieuwe batterijen naast elkaar. • Let op dat de afstandsbedieningssensor van de tuner/ versterker niet wordt blootgesteld aan directe zonnestraling of fel lamplicht, anders zal de afstandsbediening niet naar behoren functioneren. • Wanneer u denkt de afstandsbediening geruime tijd niet te gebruiken, kunt u de batterijen er beter uit verwijderen, om eventuele beschadiging door batterijlekkage en corrosie te voorkomen. Alvorens met aansluiten te beginnen 4NL • Schakel eerst alle betrokken apparatuur uit, alvorens u begint met het aansluiten ervan. • Sluit de netsnoeren van de apparatuur pas op het stopcontact aan nadat alle andere aansluitingen in orde zijn. • Zorg dat alle aansluitingen stevig vast zitten, om brom en andere bijgeluiden te voorkomen. • Let bij het aansluiten van de audio/videosnoeren op dat u links en rechts niet verwisselt: sluit de gele stekkers aan op de gele stekkerbussen (voor het videosignaal); witte stekkers op witte stekkerbussen (voor het linker audiokanaal) en rode stekkers op rode stekkerbussen (voor het rechter kanaal). Aansluiten van de antennes Aansluiten van de apparatuur AM kaderantenne (bijgeleverd) FM draadantenne (bijgeleverd) FM 75Ω COAXIAL MONITOR CTRL A1 I I DIGITAL IN TV/SAT VIDEO IN DVD/LD VIDEO IN VIDEO OUT VIDEO IN VIDEO OUT AM SPEAKERS REAR R ANTENNA OPTICAL L OPTICAL S-VIDEO IN COAXIAL L L L R REAR SUB WOOFER 5.1 CH INPUT AUX R AUDIO IN CD REC OUT R IN MD/TAPE AUDIO IN R L R L AC OUTLET AUDIO OUT AUDIO IN B FRONT A R L CENTER FRONT CENTER L S-VIDEO OUT AUDIO IN TV/SAT DVD/LD 8Ω R AUDIO OUT AUDIO IN VIDEO SWITCHED 120W/1A MAX FRONT 4Ω R L R L R AC 120V 60Hz L SUB IMPEDANCE WOOFER SELECTOR Antenne-aansluitingen Verbind de met de AM kaderantenne AM aansluitklemmen FM draadantenne FM 75Ω COAXIAL stekkerbus z Op plaatsen met een problematische FM-ontvangst Sluit via een 75-ohm coaxiaalkabel (niet bijgeleverd) een FM buitenantenne aan op de tuner/versterker, zoals hieronder aangegeven. FM buitenantenne Tuner/versterker Na het aansluiten van de antennes • Om het oppikken van stoorsignalen te voorkomen, mag u de AM kaderantenne niet te dicht bij de tuner/ versterker andere apparatuur zetten. • Strek de FM draadantenne zo ver mogelijk uit. • Na het aansluiten van de FM draadantenne legt of hangt u deze zo horizontaal mogelijk. FM 75Ω COAXIAL Aardleiding (niet bijgeleverd) AM ANTENNA naar een aardpunt Belangrijk Als u de tuner/versterker aansluit op een buitenantenne, dient deze geaard te worden, ter bescherming tegen blikseminslag. Sluit de aardingsdraad nooit aan op een gasleiding; gezien de kans op een gasexplosie is dit uiterst gevaarlijk. 5NL Aansluiten van audio-apparatuur Vereiste aansluitsnoeren Aansluiten van de apparatuur Audio-aansluitsnoeren (niet bijgeleverd) Minidisc-recorder/ cassettedeck Sluit bij alle snoeren de stekkers van een bepaalde kleur aan op de stekkerbussen met dezelfde kleur, op de betreffende apparaten. INPUT OUTPUT LINE LINE L R IN OUT ç ç wit (L) wit (L) rood (R) rood (R) FM 75Ω COAXIAL MONITOR CTRL A1 I I DIGITAL IN TV/SAT VIDEO IN DVD/LD VIDEO IN VIDEO OUT VIDEO IN VIDEO OUT AM SPEAKERS REAR R ANTENNA OPTICAL L OPTICAL S-VIDEO IN COAXIAL L L L R REAR SUB WOOFER 5.1 CH INPUT AUX R AUDIO IN REC OUT CD R IN MD/TAPE AUDIO IN R AUDIO IN TV/SAT DVD/LD R L FRONT 4Ω 8Ω R AUDIO OUT AUDIO IN VIDEO R SUB IMPEDANCE WOOFER SELECTOR OUTPUT LINE L R Compact disc speler Audio-aansluitingen Verbind een met de Compact disc speler CD stekkerbussen Minidisc-recorder of cassettedeck MD/TAPE stekkerbussen 6NL L AC OUTLET AUDIO OUT AUDIO IN B FRONT A R L CENTER FRONT CENTER L S-VIDEO OUT L R L R L Aansluiten van video-apparatuur Vereiste aansluitsnoeren Sluit bij alle snoeren de stekkers van een bepaalde kleur aan op de stekkerbussen met dezelfde kleur, op de betreffende apparaten. TV of satelliet-tuner OUTPUT OUTPUT AUDIO OUT R L TV of videomonitor DVD of LD speler AUDIO OUT R L VIDEO OUT VIDEO OUT S-VIDEO INPUT S-VIDEO OUT VIDEO IN IN geel (video) geel (video) wit (audio L) wit (audio L) rood (audio R) rood (audio R) Videosnoer voor het aansluiten van een TV of videomonitor (niet bijgeleverd) geel geel FM 75Ω COAXIAL MONITOR CTRL A1 I I DIGITAL IN TV/SAT VIDEO IN DVD/LD VIDEO IN VIDEO OUT VIDEO IN VIDEO OUT AM SPEAKERS REAR R ANTENNA OPTICAL L OPTICAL S-VIDEO IN COAXIAL L L L R REAR SUB WOOFER AUX R AUDIO IN CD REC OUT R IN MD/TAPE AUDIO IN R R L AC OUTLET FRONT AUDIO OUT AUDIO IN L L AUDIO IN TV/SAT DVD/LD 4Ω 8Ω R AUDIO OUT AUDIO IN VIDEO R L R L R L SUB IMPEDANCE WOOFER SELECTOR ç ç 5.1 CH INPUT B FRONT A R S-VIDEO OUT CENTER FRONT CENTER L IN OUT INPUT OUTPUT VIDEO IN VIDEO OUT AUDIO IN AUDIO OUT L R Videorecorder Video-aansluitingen Betreffende de video-aansluitingen Verbind een met de TV of satelliet-tuner TV/SAT stekkerbussen Videorecorder VIDEO stekkerbussen DVD of LD speler DVD/LD stekkerbussen TV of videomonitor MONITOR VIDEO OUT stekkerbus U kunt de audio-uitgangsaansluitingen van uw TV-toestel verbinden met de TV/SAT AUDIO IN stekkerbussen van de tuner/versterker, om het geluid van de TV weer te geven met een akoestiekeffect naar keuze. In dit geval mag u de video-uitgangsaansluiting van het TV-toestel niet verbinden met de TV/SAT VIDEO IN stekkerbus van de tuner/versterker. Als u een aparte TV-afstemeenheid (of een satelliet-ontvanger) aansluit, verbind dan de audio- en video-uitgangen daarvan met de tuner/ versterker zoals aangegeven in bovenstaand aansluitschema. z Bij gebruik van de S-video stekkerbussen in plaats van de gewone video-aansluitingen (alleen op de STR-DE545 en STR-SE501) In dit geval zult u het TV-toestel of de videomonitor ook moeten aansluiten op de S-video stekkerbus. De S-video signalen worden alleen uitgestuurd via de S-video stekkerbussen, dus u zult via de gewone video-aansluitingen geen signaal kunnen weergeven. NL 7 Aansluiten van de apparatuur Audio/video-aansluitsnoeren (niet bijgeleverd) Aansluiten van digitale apparatuur Aansluiten van de apparatuur U kunt de digitale uitgangsaansluitingen van uw DVD videospeler (enz.) en satelliet-ontvanger verbinden met de digitale ingangsaansluitingen van deze tuner/versterker, om thuis te genieten van een indrukwekkend bioscoopgeluid met meerkanaals Surround akoestiek. Om deze meerkanaals Surround Sound op zijn best te horen, zijn er vijf gewone luidsprekers nodig (twee voorluidsprekers, twee achterluidsprekers en een middenluidspreker) plus een speciale lagetonenluidspreker. Daarnaast kunt u tevens een laserdisc-speler met een RF OUT stekkerbus aansluiten via een RF demodulator, zoals de Sony MOD-RF1 (niet bijgeleverd). TV of satelliettuner ** OUTPUT Vereiste aansluitsnoeren Optisch digitaal aansluitsnoer (niet bijgeleverd) zwart Coaxiaal digitaal aansluitsnoer (niet bijgeleverd) geel OUTPUT VIDEO OUT VIDEO OUT AUDIO OUT AUDIO OUT L DIGITAL OPTICAL OUTPUT OUTPUT DIGITAL OPTICAL DIGITAL COAXIAL geel Audio/video-aansluitsnoeren (niet bijgeleverd) Sluit bij alle snoeren de stekkers van een bepaalde kleur aan op de stekkerbussen met dezelfde kleur, op de betreffende apparaten. DVD videospeler (e.d.)* OUTPUT zwart geel (video) geel (video) wit (audio L) wit (audio L) rood (audio R) rood (audio R) Opmerking De optische en coaxiale digitale ingangsaansluitingen van dit apparaat zijn geschikt voor bemonsteringsfrequenties van 32 kHz, 44,1 kHz en 48 kHz. R FM 75Ω COAXIAL MONITOR CTRL A1 I I DIGITAL IN TV/SAT AM VIDEO IN DVD/LD VIDEO IN VIDEO OUT VIDEO IN VIDEO OUT ** SPEAKERS REAR R ANTENNA OPTICAL L OPTICAL S-VIDEO IN COAXIAL L L L R REAR SUB WOOFER 5.1 CH INPUT AUX R AUDIO IN REC OUT CD R IN MD/TAPE AUDIO IN R L R L AC OUTLET L AUDIO OUT AUDIO IN B FRONT A R S-VIDEO OUT CENTER FRONT CENTER L AUDIO IN TV/SAT DVD/LD 8Ω R AUDIO OUT AUDIO IN VIDEO SWITCHED 120W/1A MAX FRONT 4Ω R L R L R AC 120V 60Hz L SUB IMPEDANCE WOOFER SELECTOR * Om digitale audio-aansluitingen te maken voor een DVD videospeler, sluit u deze aan op de coaxiale OF de optische digitale aansluitbus, NIET op allebei. Het is aanbevolen voor de digitale audio-aansluitingen de coaxiale aansluitbus te gebruiken. ** alleen op de STR-DE545 en STR-SE501. Voorbeeld voor het aansluiten van een laserdisc-speler via een RF demodulator U kunt de AC-3 RF OUT stekkerbus van een laserdisc-speler niet rechtstreeks aansluiten op de digitale ingangen van deze tuner/versterker. De RF uitgangssignalen moeten eerst worden omgezet in optische of coaxiale digitale signalen. Hiervoor sluit u de laserdisc-speler aan op een RF demodulator en dan verbindt u de optische of coaxiale digitale uitgang van de RF demodulator met de OPTICAL of COAXIAL DVD/LD IN aansluiting van de tuner/versterker. Zie voor nadere bijzonderheden over de AC-3 RF aansluitingen de gebruiksaanwijzing van de RF demodulator. VIDEO OUT Laserdisc-speler AC-3 RF OUT RF demodulator DIGITAL DIGITAL DVD/LD DVD/LD IN IN (COAXIAL) (COAXIAL) of (OPTICAL) (OPTICAL) DVD/LD VIDEO IN MULTI CHANNEL DECODING ?/1 DIMMER BASS BOOST TONE SHIFT – TUNING + MEMORY FM/AM B VIDEO DVD/LD MD/TAPE CD FM MODE MASTER VOLUME A TV/SAT 5.1CH INPUT CINEMA STUDIO A PHONES TUNER AUX B LEVEL C SOUND FIELD A. F. D. 2CH SUR I i – + RDS EON RDS PTY SET UP NAME MODE BASS/ TREBLE ENTER Opmerking Bij het aansluiten op de hierboven getoonde wijze dient u de INPUT MODE schakelaar (3 op blz. 23) handmatig in de juiste stand te zetten. Dit apparaat kan niet naar behoren werken als de INPUT MODE schakelaar in de “AUTO” stand staat. 8NL PRESET/ – PTY SELECT + DISPLAY INPUT MODE SPEAKERS R ON r OFF MUTING BASS BOOST TONE 5.1CH ingangsaansluitingen Alhoewel deze tuner/versterker is uitgerust met een eigen meerkanaals-decodeertrap, is hij tevens voorzien van een compleet stel 5.1CH INPUT meerkanaals-ingangsaansluitingen die u kunt gebruiken voor weergave van meerkanaals-software gecodeerd in andere formaten dan Dolby Digital (AC-3) en DTS. Als uw DVD videospeler beschikt over 5.1CH OUTPUT meerkanaals-uitgangen, kunt u deze rechtstreeks aansluiten op dit apparaat om te luisteren naar de geluidsweergave via de meerkanaals-decodeertrap van de DVD videospeler. Bovendien kunt u op de 5.1CH INPUT desgewenst ook een externe meerkanaals-decodeereenheid aansluiten. Om de meerkanaals Surround Sound op zijn best te horen, zijn er vijf gewone luidsprekers nodig (twee voorluidsprekers, twee achterluidsprekers en een middenluidspreker) plus een speciale lagetonenluidspreker. Zie de gebruiksaanwijzing van uw DVD videospeler, meerkanaals-decodeereenheid e.d. voor nadere bijzonderheden over de benodigde 5.1 meerkanaals ingangsaansluitingen. Vereiste aansluitsnoeren Twee stuks, voor de 5.1CH INPUT FRONT en REAR aansluitingen wit (L) wit (L) rood (R) rood (R) Mono-aansluitsnoeren (niet bijgeleverd) Twee stuks, voor de 5.1CH INPUT CENTER en SUB WOOFER aansluitingen zwart zwart Videosnoer (niet bijgeleverd) Eén snoer, voor de DVD/LD VIDEO IN aansluiting (enz.) geel geel Opmerking Bij het maken van de hieronder beschreven aansluitingen, dient u de geluidssterkte van de akoestiekluidsprekers en de lagetonenluidspreker in te stellen op uw DVD videospeler of meerkanaals-decodeerapparaat. DVD videospeler, meerkanaalsdecodeereenheid, enz. 5.1 CH OUTPUT REAR FRONT CENTER WOOFER FM 75Ω COAXIAL MONITOR CTRL A1 I I DIGITAL IN TV/SAT VIDEO IN DVD/LD VIDEO IN VIDEO OUT VIDEO IN VIDEO OUT AM SPEAKERS REAR R ANTENNA OPTICAL L OPTICAL S-VIDEO IN COAXIAL L L L R REAR SUB WOOFER 5.1 CH INPUT R AUDIO IN AUX CD REC OUT R IN MD/TAPE AUDIO IN R L R L AC OUTLET FRONT AUDIO OUT AUDIO IN B FRONT A R L CENTER FRONT CENTER L S-VIDEO OUT AUDIO IN TV/SAT DVD/LD 4Ω 8Ω R AUDIO OUT AUDIO IN VIDEO R L R L R L SUB IMPEDANCE WOOFER SELECTOR Voorbeeld voor het aansluiten van een DVD videospeler met behulp van de 5.1CH INPUT stekkerbussen Linker voorluidspreker Rechter voorluidspreker VIDEO OUT DVD/LD IN VIDEO enz. 5.1 CH INPUT SPEAKERS FRONT MULTI CHANNEL DECODING ?/1 DIMMER PRESET/ – PTY SELECT + SHIFT – TUNING + MEMORY DISPLAY BASS BOOST TONE FM/AM DVD videospeler A B VIDEO DVD/LD MD/TAPE CD TV/SAT 5.1CH INPUT CINEMA STUDIO A PHONES FM MODE MASTER VOLUME INPUT MODE SPEAKERS R ON r OFF TUNER AUX B 2CH i – + LEVEL C SOUND FIELD A. F. D. I SUR RDS EON RDS PTY SET UP NAME MODE BASS/ TREBLE Opmerking ENTER MUTING BASS BOOST TONE SPEAKERS REAR/CENTER SUB WOOFER Linker achterluidspreker Rechter achterluidspreker Middenluidspreker Actieve lagetonenluidspreker Zie blz. 13 e.v. voor nadere details over het aansluiten van de luidsprekers. 9NL Aansluiten van de apparatuur Audio-aansluitsnoeren (niet bijgeleverd) Andere aansluitingen Vereiste aansluitsnoeren Aansluiten van de apparatuur Audio-aansluitsnoeren (niet bijgeleverd) Sluit bij alle snoeren de stekkers van een bepaalde kleur aan op de stekkerbussen met dezelfde kleur, op de betreffende apparaten. wit (L) wit (L) rood (R) rood (R) CONTROL A1 aansluitsnoer (niet bijgeleverd) (alleen op de STRDE545 en STR-SE501) zwart zwart (alleen op de STR-DE545 en STR-SE501) CONTROL A1 Netsnoer FM 75Ω COAXIAL MONITOR CTRL A1 I I DIGITAL IN TV/SAT VIDEO IN DVD/LD VIDEO IN VIDEO OUT VIDEO IN VIDEO OUT AM SPEAKERS REAR R ANTENNA OPTICAL L OPTICAL S-VIDEO IN COAXIAL L L L R REAR SUB WOOFER 5.1 CH INPUT AUDIO IN R AUDIO IN CD REC OUT R IN MD/TAPE AUDIO IN R L R L AC OUTLET L AUDIO OUT AUX B FRONT A R S-VIDEO OUT CENTER FRONT CENTER L AUDIO IN TV/SAT DVD/LD FRONT 4Ω 8Ω R AUDIO OUT AUDIO IN VIDEO R L R L R L SUB IMPEDANCE WOOFER SELECTOR AC OUTLET OUTPUT LINE Compact disc speler, cassettedeck, minidisc-recorder, etc. 10NL b naar een stopcontact • Als u beschikt over een voor CONTROL A1 geschikte Sony CD-speler, cassettedeck of minidisc-recorder Gebruik een CONTROL A1 snoer (niet bijgeleverd) om de CONTROL A1 stekkerbus van een CD-speler, cassettedeck of minidisc-recorder te verbinden met de CONTROL A1 stekkerbus van de tuner/versterker. Zie voor nadere bijzonderheden de aparte handleiding “CONTROL-A1 Control System” en de gebruiksaanwijzingen bijgeleverd bij uw CD-speler, cassettedeck of minidisc-recorder. Opmerking Als u een CONTROL A1 verbinding maakt tussen de tuner/ versterker en een minidisc-recorder welke tevens op een computer is aangesloten, mag u de tuner/versterker niet bedienen terwijl de “Sony MD Editor” software wordt gebruikt. Dit kan namelijk resulteren in een foutieve werking van de apparatuur. • Als u beschikt over een Sony CD-wisselaar met een COMMAND MODE schakelaar Als de COMMAND MODE schakelaar van uw CDwisselaar kan worden ingesteld op CD 1, CD 2 of CD 3, zet deze dan in de “CD 1” stand en sluit de CDwisselaar aan op de CD ingangen van de tuner/ versterker. Als u echter een Sony CD-wisselaar met VIDEO OUT aansluitingen heeft, zet de COMMAND MODE schakelaar dan in de “CD 2” stand en sluit de CDwisselaar aan op de VIDEO IN ingangen van de tuner/ versterker. Aansluiten van het netsnoer Alvorens u de netsnoerstekker van deze tuner/versterker in het stopcontact steekt: • Sluit eerst alle luidsprekers op de tuner/versterker aan (zie blz. 13). Sluit de netsnoeren van uw audio/video-apparatuur aan op een gewoon wandstopcontact. Alleen op de STR-DE545 en STR-SE501 Als u het netsnoer van een ander audio/video-apparaat aansluit op de AC OUTLET netstroomuitgang(en) achterop de tuner/versterker, zal de tuner/versterker zorgen voor de stroomvoorziening van de andere component(en), zodat u de bijbehorende apparatuur allemaal tegelijk met de tuner/versterker kunt in- en uitschakelen. Waarschuwing Let op dat het totale stroomverbruik van de apparatuur aangesloten op de AC OUTLET netstroomuitgang(en) achterop de tuner/versterker het bij deze uitgang aangegeven vermogen niet overschrijdt. Sluit op de netuitgang(en) in geen geval huishoudelijke apparatuur aan zoals een strijkijzer, een ventilator, een TV-toestel of andere apparatuur met een hoog stroomverbruik. (alleen op de STR-DE545 en STR-SE501) Opmerking Als de stekker ongeveer twee weken lang uit het stopcontact blijft, zal het geheugen van de tuner/versterker geheel gewist worden en dan zal bij het volgende gebruik weer een demonstratie van de functies worden gegeven. AUX AUDIO IN aansluiting • Als u beschikt over een individuele audiocomponent (behalve PHONO) Gebruik de audiosnoeren om de LINE OUT aansluitingen van de CD-speler, cassettedeck, of minidisc-recorder te verbinden met de AUX AUDIO IN aansluiting op de tuner/versterker, zodat u stereo geluidsbronnen kunt beluisteren in Surround Sound. 11NL Aansluiten van de apparatuur CONTROL A1 aansluiting (alleen op de STR-DE545 en STR-SE501) Aansluiten en opstellen van de luidsprekers SET UP Cursortoetsen MULTI CHANNEL DECODING ?/1 DIMMER PRESET/ – PTY SELECT + SHIFT – TUNING + MEMORY DISPLAY BASS BOOST TONE FM/AM A B VIDEO DVD/LD TV/SAT 5.1CH INPUT CINEMA STUDIO A MD/TAPE PHONES CD FM MODE MASTER VOLUME INPUT MODE SPEAKERS R ON r OFF TUNER AUX B LEVEL C SOUND FIELD A. F. D. 2CH SUR I i – + RDS EON RDS PTY SET UP MUTING BASS BOOST TONE NAME MODE BASS/ TREBLE ENTER Instelknop In dit hoofdstuk volgt een beschrijving voor het aansluiten van de luidsprekers op de tuner/ versterker, het opstellen van de luidsprekers en het afregelen ervan voor de beste meerkanaals Surround Sound kwaliteit. Kort overzicht van de toetsen en regelaars die u gebruikt voor het instellen van de luidsprekers Insteltoets (SET UP): Druk op deze toets wanneer u instellingen wilt maken voor het soort luidsprekers en de luidsprekerafstanden. Cursortoetsen ( / ): Voor het kiezen van de parameters na indrukken van de SET UP toets. Instelknop: Draai hieraan om de gekozen parameters naar wens in te stellen. 12NL Aansluiten van de luidsprekers Vereiste aansluitsnoeren Luidsprekersnoeren (niet bijgeleverd) Eén voor elke voorluidspreker, achterluidspreker en middenluidspreker (+) (–) (–) ] } Linker voorluidspreker ] } Mono-aansluitsnoer (niet bijgeleverd) Eén, voor de actieve lagetonenluidspreker zwart *FRONT SPEAKERS B zwart FM 75Ω COAXIAL MONITOR CTRL A1 I I DIGITAL IN TV/SAT VIDEO IN DVD/LD VIDEO IN VIDEO OUT VIDEO IN VIDEO OUT AM SPEAKERS REAR R OPTICAL ANTENNA L OPTICAL S-VIDEO IN COAXIAL L L L R REAR SUB WOOFER 5.1 CH INPUT R AUX AUDIO IN CD REC OUT R IN MD/TAPE AUDIO IN R L R L AC OUTLET L AUDIO OUT AUDIO IN B FRONT A R S-VIDEO OUT CENTER FRONT CENTER L AUDIO IN TV/SAT DVD/LD FRONT 4Ω 8Ω R AUDIO OUT AUDIO IN VIDEO R L R L R L SUB IMPEDANCE WOOFER SELECTOR INPUT AUDIO IN Actieve lagetonenluidspreker } ] Rechter achterluidspreker } Linker achterluidspreker Luidspreker-aansluitingen Verbind de met de Voorluidsprekers (8 ohm) SPEAKERS FRONT A stekkerbussen *Extra stel voorluidsprekers (8 ohm) SPEAKERS FRONT B stekkerbussen Achterluidsprekers (8 ohm) SPEAKERS REAR stekkerbussen Middenluidspreker (8 ohm) SPEAKERS CENTER stekkerbussen Actieve lagetonenluidspreker SUB WOOFER AUDIO OUT stekkerbus * Alleen op de STR-DE545 en STR-SE501. ] } ] Middenluidspreker Opmerkingen over het aansluiten van de luidsprekers • Aan de luidsprekerkant stript u ongeveer 10 mm van de isolatie van het snoer en draait u de kerndraden ineen. Let bij elk snoer op dat u de draden niet verwisselt: sluit + aan op + en – op –. Als de draden verwisseld worden, zal bij weergave de positie van de muziekinstrumenten onduidelijk zijn, terwijl de lage tonen grotendeels zullen ontbreken. • Als u voorluidsprekers gebruikt met een relatief gering maximaal ingangsvermogen, stel dan de geluidssterkte erg voorzichtig in, om overbelasting van de luidsprekers te vermijden. • U kunt ook een microsatellietluidspreker (b.v. SAVE230) aansluiten op de receiver. Een microsatelleitluidspreker iseen 5.1-kanaals luidsprekersysteem bestaande uit twee voorluidsprekers, twee achterluidsprekers, een middenluidsprekers en een subwoofer. 13NL Aansluiten en opstellen van de luidsprekers (+) Rechter voorluidspreker Aansluiten van de luidsprekers Om kortsluiting van de luidsprekers te voorkomen Aansluiten en opstellen van de luidsprekers Kortsluiting in de luidsprekercircuits kan schade aan de tuner/versterker veroorzaken. Om dit te voorkomen, dient u bij het aansluiten van de luidsprekers de volgende aanwijzingen in acht te nemen. Zorg dat de gestripte uiteinden van de luidsprekerdraden elkaar niet raken; laat ze niet zover uitsteken dat ze kortsluiting met andere aansluitpunten kunnen maken. Onjuist aangesloten luidsprekersnoeren De draad van een luidsprekersnoer raakt een andere aansluitklem. De gestripte uiteinden van de luidsprekerdraden raken elkaar, omdat er teveel van de isolatie is verwijderd. Na het aansluiten van alle geluidsbronnen, luidsprekers en het netsnoer dient u voor het gebruik eerst een testtoon weer te geven om te controleren of alle luidsprekers naar behoren zijn aangesloten. Nadere aanwijzingen voor het weergeven van een testtoon vindt u op bladzijde 19. Als een van de luidsprekers geen geluid geeft bij weergave van de testtoon of als het geluid klinkt via een andere luidspreker dan er op de tuner/versterker wordt aangegeven, kan er kortsluiting zijn in de luidsprekeraansluitingen. In dat geval dient u de aansluitingen van de luidsprekers nog eens te controleren. 14NL Voorkom beschadiging van de luidsprekers Zorg ervoor dat u het volume dicht zet alvorens de tuner/ versterker af te zetten. Bij het afzetten van de tuner/ versterker blijft de volume-instelling immers behouden. Voorbereidingen treffen voor weergave Nadat u de luidsprekers hebt aangesloten en de tuner/ versterker voor het eerst hebt ingeschakeld, dient u het geheugen van het apparaat te wissen. Vervolgens kiest u het luidsprekerformaat en de luidspreker-opstelling en treft u de andere voorbereidingen die nodig zijn voor weergave. Zorg eerst dat de: • Juiste voorluidsprekers zijn gekozen (zie onder “7 Luidspreker-keuzeschakelaar (SPEAKERS) op blz. 23). (alleen op de STR-DE545 en STR-SE501) Voor het eerste gebruik van de de tuner/versterker dient u met de SET UP toets bepaalde instellingen aan te passen aan de configuratie van uw stereo-installatie. Het gaat om de onderste instellingen. Zie voor nadere aanwijzingen over het instellen de tussen haakjes aangegeven bladzijden. • Luidsprekerformaat (blz. 16). • Luidsprekerafstanden (blz. 18). • Keuze van het videosignaal voor 5.1CH INPUT meerkanaals-weergave (blz. 47). Het geheugen van de tuner/versterker wissen Voor het eerste gebruik van de tuner/versterker of wanneer u het geheugen van het apparaat wilt wissen, gaat u als volgt te werk. Als er automatisch een demonstratie begint wanneer u het apparaat inschakelt, hoeft u het geheugen niet te wissen. 1/u MULTI CHANNEL DECODING ?/1 DIMMER PRESET/ – PTY SELECT + SHIFT – TUNING + MEMORY DISPLAY BASS BOOST TONE FM/AM MASTER VOLUME INPUT MODE SPEAKERS R ON r OFF A B VIDEO DVD/LD TV/SAT 5.1CH INPUT CINEMA STUDIO A MD/TAPE PHONES CD FM MODE TUNER AUX B SOUND FIELD A. F. D. 2CH I i – + LEVEL C SUR RDS EON RDS PTY SET UP MUTING BASS BOOST TONE NAME MODE BASS/ TREBLE ENTER 1 Schakel de tuner/versterker uit. 2 Houd de ?/1 aan/uit-schakelaar vier seconden lang ingedrukt. Nu toont het uitleesvenster eerst de gekozen geluidsbron en dan een aankondiging van de demonstratie, terwijl de volgende onderdelen worden gewist of teruggesteld in de uitgangsstand: • Alle vastgelegde voorkeurzenders verdwijnen uit het geheugen. • Alle klankbeeldparameters worden teruggesteld op de oorspronkelijke fabrieksinstellingen. • Alle vastgelegde namen (van de voorkeurzenders en andere geluidsbronnen) worden gewist. • Alle instellingen die zijn gemaakt met de SET UP toets keren terug naar de fabrieksinstellingen. • De klankbeelden die zijn gekozen voor afzonderlijke weergavebronnen en voorkeurzenders verdwijnen uit het geheugen. 15NL Aansluiten en opstellen van de luidsprekers Alvorens de tuner/versterker in te schakelen Voorbereiden van de tuner/versterker voor weergave Opstelling voor meerkanaals Surround akoestiek Aansluiten en opstellen van de luidsprekers Voor de beste, ruimtelijk klinkende akoestiekweergave zouden alle luidsprekers in principe op gelijke afstand van uw luisterplaats (A) moeten staan. (Deze tuner/versterker biedt u echter de mogelijkheid de middenluidspreker tot ongeveer 1,5 meter dichterbij te zetten (B) en de achterluidsprekers tot ongeveer 4,5 meter dichterbij uw luisterplaats (C). Bovendien kunnen de voorluidsprekers zowel dichterbij als verderaf gezet worden, van 1,0 tot 12,0 meter van uw luisterplaats (A).) U kunt kiezen of u de achterluidsprekers achter uw luisterplaats wilt zetten of aan weerszijden er naast, afhankelijk van de vorm van uw kamer (enz.). Met de akoestiekluidsprekers naast u B 1 Druk op de +/1 toets om de tuner/versterker in te schakelen. 2 Druk op de SET UP toets. 3 Druk op de cursortoetsen ( of ) om in te stellen op de parameter die u wilt bijregelen. 4 Draai aan de instelknop om de gewenste stand te kiezen. De gekozen instelling wordt automatisch vastgelegd. 5 Herhaal de stappen 3 en 4 tot u alle hieronder genoemde parameters hebt ingesteld. z Gewone luidspreker en microsatellietluidspreker A Kies NORM. SP met gewone luidsprekers en MICRO SP met microsatellietluidsprekers. Als u NORM. SP kiest, kunt u luidsprekergrootte en subwoofer kiezen zoals hieronder aangegeven. Als u echter MICRO SP kiest, zijn luidsprekergrootte en subwoofer als volgt geconfigureerd: A 45° C C 90° 20° Met de akoestiekluidsprekers achter u A A 45° C Luidsprekers Instelling Voor SMALL (Klein) Midden SMALL (Klein) Achter SMALL (Klein) Woofer YES (Ja) U kunt de configuratie niet wijzigen als u MICRO SP kiest. Bij de STR-SE501 zijn luidsprekergrootte en subwoofer vooringesteld op MICRO SP afhankelijk van het meegeleverde luidsprekersysteem. Als u verandert van luidsprekersysteem, kies dan NORM. SP om luidsprekergrootte en subwoofer te kiezen. B C 90° 20° Opmerking Zet de middenluidspreker of de achterluidsprekers niet verder van uw luisterplaats dan de voorluidsprekers. 16NL Vaststellen van het type luidsprekers R ) x Formaat van de voorluidsprekers ( L Oorspronkelijke instelling: LARGE (STR-DE545/DE445) SMALL (STR-SE501) • Zijn er grote voorluidsprekers aangesloten die alle lage tonen zonder problemen kunnen weergeven, dan kiest u de stand “LARGE”. Gewoonlijk zal de stand “LARGE” het best voldoen. • Klinkt het geluid vervormd, of is de ruimtelijke weergave van meerkanaals Surround Sound niet naar wens, met te weinig basweergave, dan kiest u de stand “SMALL” om de basverdelingscircuits in te schakelen, zodat de laagste frequenties van de voorkanalen worden overgeheveld naar de aparte lagetonen-luidspreker. • Als u voor de voorluidsprekers de stand “SMALL” kiest, worden de middenluidspreker en de achterluidsprekers ook automatisch ingesteld op “SMALL” (tenzij u eerder de stand “NO” hebt gekozen). x Formaat van de achterluidsprekers ( LS RS ) Oorspronkelijke instelling: LARGE (STR-DE545/DE445) SMALL (STR-SE501) • Zijn er grote achterluidsprekers aangesloten die alle lage tonen zonder problemen kunnen weergeven, dan kiest u de stand “LARGE”. Gewoonlijk zal de stand “LARGE” het best voldoen. Als de voorluidsprekers echter zijn ingesteld op “SMALL”, kunt u de achterluidsprekers niet instellen op “LARGE”. • Klinkt het geluid vervormd, of is de ruimtelijke weergave van meerkanaals Surround Sound niet naar wens, met te weinig basweergave, dan kiest u de stand “SMALL” om de basverdelingscircuits in te schakelen, zodat de laagste frequenties van de achterkanalen worden overgeheveld naar de aparte lagetonen-luidspreker of naar een ander stel “LARGE” luidsprekers die hier beter op zijn berekend. • Sluit u geen achterluidsprekers aan, kies dan de stand “NO”.*3 zBetreffende de luidsprekerformaten (LARGE en SMALL) Bij de interne signaalverwerking bepaalt de keuze van het LARGE of SMALL luidsprekerformaat voor elk stel luidsprekers of de ingebouwde akoestiekprocessor de laagste frequenties al dan niet naar de betreffende luidspreker(s) zal uitsturen. Als de lage tonen uit een bepaald kanaal worden verwijderd, zullen de basverdelingscircuits die frequenties overbrengen naar de aparte lagetonen-luidspreker of naar een ander stel “LARGE” luidsprekers die er beter op zijn berekend. Aangezien echter ook de lage tonen een zekere mate van richtingsgevoeligheid hebben, is het beter het gehele frequentiespectrum van de verschillende kanalen intact te laten, indien mogelijk. Daarom kunt u zelfs met een stel kleine luidsprekers toch de stand “LARGE” kiezen als u de lage tonen ook door die luidsprekers wilt laten weergeven. En andersom, als u grote luidsprekers aansluit maar niet wilt dat ze de laagste tonen weergeven, kunt u voor die luidsprekers best “SMALL” kiezen. Als de totale geluidsindruk minder is dan gewenst, kiest u dan voor alle luidsprekers de stand “LARGE”. Als de lage tonen niet genoeg tot uiting komen, kunt u de lage-/hogetonenregeling gebruiken om de lage tonen te versterken. Voor het regelen van de lage/hoge tonen, zie blz. 35. x Opstelling van de achterluidsprekers (REAR PL.)* Oorspronkelijke instelling: BEHIND Met deze parameter kunt u de plaats van uw achterluidsprekers invoeren, voor een juiste werking van de Digital Cinema Sound klankbeelden in het VIRTUAL genre. Zie de onderstaande afbeelding. • Stel in op “SIDE” als de plaats van uw achterluidsprekers binnen het zijgebied A valt. • Stel in op “BEHIND” als uw achterluidsprekers helemaal achteraan staan, in het gebied B. Deze instelling is alleen van invloed op de klankbeelden in het VIRTUAL genre. z *1~*3 komen overeen met de volgende Dolby Pro Logic standen voor de middenkanaal-aanpassing *1 NORMAL *2 PHANTOM *3 3 STEREO 90° A A 45° B B 20° * Deze parameters zijn niet beschikbaar als er eerder voor de achterluidsprekers (REAR) “NO” is gekozen. 17NL Aansluiten en opstellen van de luidsprekers x Formaat van de middenluidspreker ( C ) Oorspronkelijke instelling: LARGE (STR-DE545/DE445) SMALL (STR-SE501) • Is er een grote middenluidspreker aangesloten die alle lage tonen zonder problemen kan weergeven, dan kiest u de stand “LARGE”. Gewoonlijk zal de stand “LARGE” het best voldoen. Als de voorluidsprekers echter zijn ingesteld op “SMALL”, kunt u de middenluidspreker niet instellen op “LARGE”. • Klinkt het geluid vervormd, of is de ruimtelijke weergave van meerkanaals Surround Sound niet naar wens, met te weinig basweergave, dan kiest u de stand “SMALL” om de basverdelingscircuits in te schakelen, zodat de laagste frequenties van het middenkanaal worden overgeheveld naar de voorluidsprekers (als die op “LARGE” zijn ingesteld) of naar de aparte lagetonen-luidspreker.*1 • Sluit u geen middenluidspreker aan, kies dan de stand “NO”. Al het geluid van het middenkanaal wordt dan weergegeven door de voorluidsprekers.*2 Opstelling voor meerkanaals Surround akoestiek Aansluiten en opstellen van de luidsprekers x Hoogte van de achterluidsprekers (REAR HGT.)* Oorspronkelijke instelling: LOW Met deze parameter kiest u de hoogte van uw achterluidsprekers, voor een juiste werking van de Digital Cinema Sound klankbeelden in het VIRTUAL genre. Zie de onderstaande afbeelding. • Stel in op “LOW” als uw achterluidsprekers op de grond staan of vrij laag zijn opgehangen, in het gebied A. • Stel in op “HIGH” als uw achterluidsprekers relatief hoog aan de wand hangen, in het gebied B. Deze instelling is alleen van invloed op de klankbeelden in het VIRTUAL genre. B A B 60 A 30 * Deze parameters zijn niet beschikbaar als er eerder voor de achterluidsprekers (REAR) “NO” is gekozen. z Betreffende de opstelling van de achterluidsprekers (SIDE, en BEHIND) Deze instelling is speciaal bestemd voor de Digital Cinema Sound klankbeelden in het VIRTUAL genre. Bij deze klankbeelden is de luidspreker-opstelling niet zo’n overheersende factor als bij de andere akoestiekfuncties. Al de VIRTUAL klankbeelden zijn gebaseerd op de veronderstelling dat de achterluidsprekers geheel achter de luisterplaats zouden staan of hangen, maar het klankbeeld blijft grotendeels zoals bedoeld, ook wanneer de achterluidsprekers nogal opzij en ver uiteen staan. Als de achterluidsprekers echter pal naast de luisteraar hangen en recht op oorhoogte gericht zijn, zullen de VIRTUAL klankbeelden alleen klinken zoals bedoeld wanneer u voor de opstelling van de achterluidsprekers de stand “SIDE” hebt gekozen. Ook dat geldt echter niet in alle gevallen, aangezien de akoestiek van elke luisterruimte wordt bepaald door een heel stel variabelen, zodat u misschien wel betere resultaten bereikt met de “BEHIND” opstelling als de luidsprekers hoog boven uw luisterplaats hangen, ook al is dat pal ter weerszijden ervan. Daarom kunt u wellicht het best een favoriete geluidsbron met meerkanaals Surround Sound afspelen en dan goed luisteren welk effect elke instelling op de uiteindelijke klank heeft, ook al kan dit wel eens leiden tot een andere instelling dan hierboven aangegeven onder “Opstelling van de achterluidsprekers (REAR PL.)”. Kies de stand die een fraai open, ruimtelijk gevoel oplevert, met een zo hecht mogelijke samenhang tussen het geluid van de voorluidsprekers en dat van de achterluidsprekers. Als u geen duidelijke voorkeur kunt uitspreken tussen de verschillende instellingen, kies dan de stand “BEHIND” en gebruik dan de luidsprekerafstand-parameter en de geluidssterkte-instellingen om de weergave optimaal af te regelen. 18NL x Aanwezigheid van een lagetonen-luidspreker (SUB WOOFER) Oorspronkelijke instelling: YES • Als u een lagetonen-luidspreker hebt aangesloten, stelt u hierbij in op “YES”. • Gebruikt u geen aparte lagetonen-luidspreker, dan stelt u in op “NO”. Hiermee schakelt u de basverdelingscircuits in, zodat de LFE laagfrequente signalen worden overgenomen door de andere luidsprekers. • Om volledig profijt te trekken van de Dolby Digital (AC-3) basverdelingscircuits willen wij u aanbevelen om de bovengrensfrequentie voor de lagetonenluidspreker zo hoog mogelijk in te stellen. x Afstand van de voorluidsprekers (FRONT) Oorspronkelijke instelling: 5,0 meter Stel hier de afstand in van uw luisterplaats tot de linker of rechter voorluidspreker (afstand A op blz. 16). • De afstand van de voorluidsprekers is instelbaar in stapjes van 0,1 meter, van minimaal 1,0 meter tot maximaal 12,0 meter van uw luisterplaats. • Als de beide voorluidsprekers niet precies even ver van uw luisterplaats staan, kiest u hier de afstand van de dichtstbijzijnde luidspreker. x Afstand van de middenluidspreker (CENTER) Oorspronkelijke instelling: 5,0 meter Stel hier de afstand in van uw luisterplaats tot de middenluidspreker. • De afstand van de middenluidspreker is instelbaar in stapjes van 0,1 meter, van (maximaal) dezelfde afstand als de voorluidsprekers (afstand A op blz. 16) tot 1,5 meter dichter bij uw luisterplaats (afstand B op blz. 16). • Plaats de middenluidspreker niet op grotere afstand van uw luisterplaats dan de voorluidsprekers. x Afstand van de achterluidsprekers (REAR) Oorspronkelijke instelling: 3,5 meter Stel hier de afstand in van uw luisterplaats tot de linker of rechter achterluidspreker. • De afstand van de achterluidsprekers is instelbaar in stapjes van 0,1 meter, van (maximaal) dezelfde afstand als de voorluidsprekers (afstand A op blz. 16) tot 4,5 meter dichter bij uw luisterplaats (afstand C op blz. 16). • Plaats de achterluidsprekers niet op grotere afstand van uw luisterplaats dan de voorluidsprekers. • Als de beide achterluidsprekers niet precies even ver van uw luisterplaats verwijderd zijn, kiest u hier de afstand van de dichtstbijzijnde luidspreker. z Betreffende de afstand van de luidsprekers Bijregelen van de geluidssterkte van de luidsprekers Stel alle luidsprekers op een evenredige geluidssterkte in vanaf uw luisterplaats, met de afstandsbediening. Opmerking Dit apparaat is voorzien van een nieuwe testtoon in de frequentieband rond 800 Hz, om het instellen van de luidsprekers te vergemakkelijken. 1 Druk op de ?/1 toets om de tuner/versterker in te schakelen. 2 Druk op de TEST TONE toets van de bijgeleverde afstandsbediening. Nu zult u een testtoon horen die achtereenvolgens door elk van de luidsprekers wordt weergegeven. 3 Stel de geluidssterkte zo in dat de testtoon op uw luisterplaats voor uw gehoor via alle luidsprekers even luid doorkomt. • Voor het bijregelen van de balans van de linker en rechter voorluidsprekers gebruikt u de voorbalansparameter (FRONT BALANCE) in het LEVEL menu (zie blz. 35). • Voor het bijregelen van de balans van de linker en rechter achterluidsprekers gebruikt u de achterbalans-parameter (REAR BALANCE) in het LEVEL menu (zie blz. 35). • Om de geluidssterkte van de middenluidspreker in te stellen, drukt u op MENU </> om de parameter “center” te kiezen. Gebruik +/– op de afstandsbediening om de geluidssterkte te regelen. • Om de geluidssterkte van de achterluidspreker in te stellen, drukt u op MENU </> om de parameter “rear” te kiezen. Gebruik +/– op de afstandsbediening om de geluidssterkte te regelen. 4 Druk weer op de TEST TONE toets van de afstandsbediening om de testtoon uit te schakelen. Opmerking Er kan geen testtoon worden weergegeven wanneer de tuner/ versterker staat ingesteld op 5.1CH INPUT meerkanaalsweergave. z U kunt ook alle luidsprekers tegelijk harder of zachter zetten: Draai aan de MASTER VOLUME knop van de tuner/versterker of druk op de MASTER VOL +/– toetsen van de afstandsbediening. 19NL Aansluiten en opstellen van de luidsprekers U kunt de weergave van dit apparaat aanpassen aan de plaats van de aangesloten luidsprekers, door de luidsprekerafstand in te stellen. Het is echter niet mogelijk de middenluidspreker verder af te zetten dan de linker en rechter voorluidsprekers. Bovendien kunt u de middenluidspreker niet meer dan 1,5 meter dichter bij uw luisterplaats zetten dan de voorluidsprekers. Evenmin kunt u de achterluidsprekers verder van uw luisterplaats zetten dan de voorluidsprekers. En ook weer niet meer dan 4,5 meter dichterbij. Deze beperkingen gelden omdat een onevenwichtige opstelling van de luidsprekers niet geschikt is voor de weergave van akoestiekeffecten. Wanneer u de luidsprekerafstand dichterbij kiest dan de feitelijke afstand, zal het geluid via die luidspreker(s) met een grotere vertraging worden weergegeven. Met andere wooden, de luidsprekers klinken dan verder weg. Als u bijvoorbeeld de afstand van de middenluidspreker 1 tot 2 meter dichterbij instelt dan de feitelijke afstand, zal dit een vrij natuurgetrouw effect geven, alsof u zich “in” de actie op het beeldscherm bevindt. En als u geen goed akoestiekeffect verkrijgt omdat de achterluidsprekers te dichtbij staan, kunt u door het verminderen van de luidsprekerafstand (dichterbij kiezen dan de werkelijke afstand) een dieper ruimtelijk effect creëren. (1 voet komt overeen met 1 milliseconde vertragingstijd.) Door deze parameter bij te regelen terwijl u aandachtig naar een geluidsbron luistert, kunt u vaak een aanzienlijke verbetering in akoestiek bewerkstelligen. Probeer het maar eens! Opstelling voor meerkanaals Surround akoestiek Opmerkingen Aansluiten en opstellen van de luidsprekers • Tijdens het bijregelen toont het uitleesvenster de balans van de voorluidsprekers, de achterluidsprekers, de geluidssterkte van de middenluidspreker en die van de achterluidsprekers. • Alhoewel u deze instellingen via het LEVEL menu ook kunt maken met de toetsen op het voorpaneel (bij weergave van de testtoon schakelt de tuner/versterker automatisch over naar het LEVEL menu), is het aanbevolen de hierboven beschreven werkwijze te volgen en het instellen van de diverse luidsprekers te verrichten vanaf uw luisterplaats met de afstandsbediening. z Bijregelen van de geluidssterkte voor elke luidspreker afzonderlijk Laten we eens aannemen dat u de geluidssterkte van alle luidsprekers via de testtoon gelijkmatig hebt ingesteld. Daarmee is dan voldaan aan een van de hoofdvoorwaarden voor een uitstekende akoestiekweergave, maar er kan toch nog wel eens een extra aanpassing nodig blijken wanneer u luistert naar de weergave van een stuk muziek of een film. Dit komt omdat veel beeld- en geluidsmateriaal wordt geleverd met een middenkanaal en achterkanalen die iets zachter zijn opgenomen dan de beide voorkanalen. Bij het afspelen van een dergelijke geluidsbron met meerkanaals Surround Sound zult u merken dat het verhogen van de geluidssterkte van het middenkanaal en de achterluidsprekers vaak een betere samenhang geeft tussen de voorluidsprekers en de middenluidspreker en een natuurlijker balans van het klankbeeld voor en achter. Ongeveer 1 dB luider zetten van de middenluidspreker en ongeveer 1 - 2 dB extra voor de achterluidsprekers geeft vaak het beste resultaat. Anders gezegd, voor een beter geïntegreerd klankbeeld met een natuurlijk klinkende dialoog is het aanbevolen de nodige aanpassingen te maken tijdens het luisteren naar uw favoriete muziek of speelfilms. Een geringe aanpassing van slechts 1 dB kan vaak een enorm verschil maken in de klank van uw thuistheater. Alvorens uw tuner/versterker in gebruik te nemen Voor inschakelen van de tuner/versterker Zorg eerst dat: • Er is ingesteld op het juiste paar voorluidsprekers (zie onder “7 Luidspreker-keuzeschakelaar (SPEAKERS)” op blz. 23). (alleen op de STR-DE545 en STR-SE501) Controleren van de aansluitingen Na het aansluiten van al uw audio/video-apparatuur op de tuner/versterker volgt u de onderstaande aanwijzingen om te controleren of alle aansluitingen in orde zijn. Weergavebronkeuzetoetsen 1/u MASTER VOLUME MULTI CHANNEL DECODING ?/1 DIMMER PRESET/ – PTY SELECT + SHIFT – TUNING + MEMORY DISPLAY BASS BOOST TONE FM/AM MASTER VOLUME INPUT MODE SPEAKERS R ON r OFF A B VIDEO DVD/LD TV/SAT 5.1CH INPUT CINEMA STUDIO A MD/TAPE PHONES CD FM MODE TUNER AUX B LEVEL C SOUND FIELD A. F. D. 2CH SUR I i – + RDS EON RDS PTY SET UP MUTING BASS BOOST TONE NAME MODE BASS/ TREBLE ENTER 1 Druk op de ?/1 toets om de tuner/versterker in te schakelen. 2 Druk op een van de weergavebron-keuzetoetsen om in te stellen op een component (beeld/ geluidsbron) die u hebt aangesloten (bijvoorbeeld de CD-speler of het cassettedeck). 3 Schakel het betreffende apparaat in en start de weergave van de geluidsbron. 4 Draai aan de MASTER VOLUME regelaar om de geluidssterkte naar wens in te stellen. Als u na de bovenstaande handelingen geen normale geluidsweergave verkrijgt, zoek de oorzaak dan op aan de hand van de hierna volgende controlelijst en neem de vereiste maatregelen om het probleem te verhelpen. 20NL Aansluiten en opstellen van de luidsprekers Er klinkt geen geluid, ongeacht welke geluidsbron wordt gekozen. , Controleer of de tuner/versterker en de aangesloten apparatuur naar behoren zijn ingeschakeld. , Controleer met MASTER VOLUME of het volume in het uitleesvenster niet op VOL MIN staat. , Controleer of de SPEAKERS luidsprekerkeuzeschakelaar niet in de OFF stand staat of in de stand voor een luidsprekerpaar dat niet op de tuner/versterker is aangesloten (zie onder “7 Luidspreker-keuzeschakelaar (SPEAKERS)” op blz. 23). (alleen op de STR-DE545 en STR-SE501) , Controleer of alle luidsprekersnoeren naar behoren zijn aangesloten. , Druk op de MUTING toets om het indicatorlampje te doven. Een bepaalde geluidsbron is niet te horen. , Controleer of de component correct is aangesloten op de audio-ingangen voor die component. , Controleer of de stekkers van het aansluitsnoer aan beide zijden, op de tuner/versterker en het weergave-apparaat zelf, stevig in de stekkerbussen zijn gestoken. Eén van de voorluidsprekers geeft geen geluid. , Sluit een hoofdtelefoon aan op de PHONES stekkerbus en zet de SPEAKERS schakelaar in de OFF stand om te controleren of de hoofdtelefoon wel goed geluid geeft (zie onder “7 Luidsprekerkeuzeschakelaar (SPEAKERS)” en “Hoofdtelefoonaansluiting (PHONES)” op blz. 23). Als ook bij de aangesloten hoofdtelefoon slechts via één kanaal geluid te horen is, kan er iets mis zijn met de aansluitingen van het weergaveapparaat op de tuner/versterker. Controleer dan of de stekkers van het aansluitsnoer aan beide einden, op de tuner/versterker en de geluidsbron zelf, stevig in de stekkerbussen zijn gestoken. Als de hoofdtelefoon wel via beide kanalen geluid geeft, kan er iets mis zijn met de aansluiting van de niet werkende voorluidspreker op de tuner/ versterker. Controleer dan de aansluitingen van de voorluidspreker die geen geluid geeft. Doet zich een probleem voor dat hierboven niet vermeld staat, zie dan het hoofdstuk “Verhelpen van storingen” op blz. 48. 21NL Bedieningsorganen en basisbediening van de tuner/ versterker In dit hoofdstuk wordt de plaats en functie van de toetsen en regelaars op het voorpaneel beschreven, met een uitleg van de voornaamste bedieningshandelingen van de tuner/ versterker. Bedieningsorganen op het voorpaneel 1 ?/1 aan/uit-schakelaar Druk hierop om de tuner/versterker in te schakelen. 2 Weergavebron-keuzetoetsen Druk op een van deze toetsen om in te stellen op het apparaat dat u wilt gebruiken. Voor keuze van de Drukt u op Videorecorder VIDEO TV of satelliet-tuner TV/SAT DVD of LD speler DVD/LD Minidisc-recorder of cassettedeck MD/TAPE Compact disc speler CD Ingebouwde tuner TUNER Audiocomponent AUX Na het kiezen van het weergave-apparaat schakelt u dat apparaat in en start u de weergave van de geluidsbron. • Na het kiezen van een videorecorder, DVD videospeler of laserdisc-speler schakelt u ook het TV-toestel in en stelt u dit in op weergave van de gekozen component/beeldbron. 22NL 1 3 2 4 MULTI CHANNEL DECODING ?/1 DIMMER PRESET/ – PTY SELECT + SHIFT – TUNING + MEMORY DISPLAY BASS BOOST TONE FM/AM INPUT MODE SPEAKERS R ON r OFF A B VIDEO DVD/LD TV/SAT 5.1CH INPUT CINEMA STUDIO A PHONES CD TUNER AUX B 2CH i + SUR BASS BOOST TONE MODE ENTER 5 7 3 Ingangssignaal-keuzetoets (INPUT MODE) Druk hierop om het gewenste audiosignaal te kiezen voor uw digitale apparatuur (DVD/LD en TV/SAT). Bij elke druk op de toets wordt omgeschakeld tussen de ingangssignalen van de ingestelde component. Kies de stand Om AUTO Voorrang te geven aan de digitale signalen wanneer er zowel digitale als analoge signalen beschikbaar zijn. Als er geen digitale signalen zijn, worden de analoge signalen gekozen. In te stellen op de digitale audiosignalen die via de DIGITAL OPTICAL ingangsaansluiting binnenkomen. DIGITAL (COAXIAL) In te stellen op de digitale audiosignalen die via de DIGITAL COAXIAL ingangsaansluiting binnenkomen. (alleen op de DVD/ LD) ANALOG MUTING NAME BASS/ TREBLE DIGITAL (OPTICAL) RDS EON RDS PTY SET UP C SOUND FIELD A. F. D. I – LEVEL In te stellen op de analoge audiosignalen die via de AUDIO IN (L en R) aansluitingen binnenkomen. 4 Meerkanaals-ingangskeuzetoets (5.1CH INPUT) Druk hierop om het geluid van de apparatuur aangesloten op de 5.1CH INPUT aansluitingen te horen, samen met de beeldweergave van de gekozen videocomponent. • Wanneer de 5.1CH INPUT geluidsbron is gekozen, zullen de toonregeling, basversterking en klankbeeld-effecten niet werken. • Om over te schakelen op een andere videobron wanneer er is gekozen voor 5.1CH INPUT meerkanaals-weergave, drukt u op de SET UP toets (ws) en dan enkele malen op de cursortoetsen (w;) om in te stellen op “5.1 V. IN” (zie voor nadere bijzonderheden blz. 47). 6 5 Totaalvolumeregelaar (MASTER VOLUME) Na instellen op de gewenste geluidsbron draait u aan deze knop om de geluidssterkte naar wens in te stellen. 6 Geluiddempingstoets (MUTING) Druk hierop om de geluidsweergave te dempen. Het indicatorlampje licht op wanneer het geluid gedempt is. 7 Luidspreker-keuzeschakelaar (SPEAKERS) (alleen op de STR-DE545 en STR-SE501) Indrukken volgens de voorluidsprekers die u wilt aansturen. Drukt u op Voor weergave via A De luidsprekers aangesloten op de FRONT SPEAKERS A stekkerbussen B De luidsprekers aangesloten op de FRONT SPEAKERS B stekkerbussen A+B* De luidsprekers aangesloten op de FRONT SPEAKERS A zowel als B stekkerbussen (parallelle aansluiting) * Sluit alleen voorluidsprekers aan met een nominale impedantie van 8 ohm of meer als u twee stel voorluidsprekers (A + B) tegelijk wilt gebruiken. Alleen op de STR-DE445 Zet de SPEAKERS op ON. Hoofdtelefoon-aansluiting (PHONES) Hierop kunt u een hoofdtelefoon aansluiten. • Om een hoofdtelefoon te gebruiken, zet u de SPEAKERS toets op OFF om het geluid via de hoofdtelefoon te kunnen beluisteren. • Wanneer u via een hoofdtelefoon luistert, zet het klankbeeld dan op 2CH om de juiste geluidsweergave te krijgen. 23NL Bedieningsorganen en basisbediening van de tuner/versterker MD/TAPE FM MODE MASTER VOLUME Bedieningsorganen op het voorpaneel 9 8 qs qa w; qh qg MULTI CHANNEL DECODING ?/1 DIMMER PRESET/ – PTY SELECT + SHIFT – TUNING + MEMORY DISPLAY BASS BOOST TONE FM/AM INPUT MODE SPEAKERS R ON r OFF A B VIDEO DVD/LD TV/SAT 5.1CH INPUT CINEMA STUDIO A Bedieningsorganen en basisbediening van de tuner/versterker MD/TAPE CD TUNER AUX PHONES B LEVEL C SOUND FIELD A. F. D. 2CH SUR q; 8 Aanduidingskeuzetoets (DISPLAY) Druk meermalen op deze toets om de aanduidingen in het uitleesvenster als volgt om te schakelen: v Zelf ingevoerde naam van de beeld/geluidsbron v Stand van de FUNCTION knop v Klankbeeld dat vast is gekozen voor dit weergave-apparaat Bij keuze van de tuner voor radio-ontvangst v Ingevoerde naam van de voorkeurzender* of vaste zendernaam** v Afstemfrequentie v Programmatype-aanduiding** v Radiotekst** v Juiste tijd v Klankbeeld dat vast is gekozen voor deze afstemband of voorkeurzender I i – + RDS EON RDS PTY SET UP MUTING BASS BOOST TONE NAME MODE BASS/ TREBLE 24NL FM MODE MASTER VOLUME ENTER qjqkql wa wf wd ws qd qf * De gekozen “index” naam verschijnt alleen als u zelf een naam voor deze beeld/geluidsbron of voorkeurzender hebt ingevoerd (zie blz. 45). De gekozen naam verschijnt niet als er alleen spaties zijn ingevoerd of als de naam gelijk is aan die van de functietoets. ** Deze aanduidingen verschijnen alleen tijdens RDS ontvangst (zie blz. 41). 9 Uitleesvenster-verlichtingstoets (DIMMER) Druk enkele malen op deze toets om de helderheid van het uitleesvenster naar wens in te stellen. q; Gebruik de klankbeeldtoetsen (SOUND FIELD) voor weergave met een akoestiekeffect. Zie voor nadere bijzonderheden het hoofdstuk “Genieten van Surround Sound akoestiek” vanaf blz. 27. Decodeertoets/indicator (A.F.D.) Druk deze toets in om de tuner/versterker automatisch te laten waarnemen wat voor geluidssignaal er binnenkomt en de vereiste decodering toe te passen (indien nodig). Stereo-weergavetoets/indicator (2CH) Druk hierop om alleen geluid te horen via de linker en rechter voorluidsprekers. Klankbeeld-keuzetoets/indicator (MODE) Druk hierop om het gewenste klankbeeld te gaan kiezen (zie blz. 28). qa Meerkanaals-decodeerlampje (MULTI CHANNEL DECODING) Dit indicatorlampje licht op wanneer het apparaat signalen in een meerkanaals-formaat aan het decoderen is. qs Gebruik de CINEMA STUDIO toetsen om te genieten van CINEMA STUDIO geluidseffecten. A/B/C toetsen Indrukken om de klankbeelden CINEMA STUDIO A, B of C in te stellen (blz 29). Afstemtoetsen (TUNING +/–) Voor het afstemmen via het doorzoeken van alle beschikbare radiozenders. Afstemband-keuzetoets (FM/AM) Hiermee kiest u de FM of AM afstemband. FM stereo/mono-keuzetoets (FM MODE) Als de aanduiding “STEREO” in het uitleesvenster knippert en de FM stereo uitzending niet erg goed klinkt, drukt u op deze toets. Dan zal er geen stereoeffect meer zijn, maar de ontvangst zal beter klinken. qf Toonregelingstoets (TONE) Indrukken om de toonregeling aan of uit te zetten. Hete TONE indicatorlampje licht op wanneer de toonregeling wordt aangezet. Als u de toon regelt met de BASS/TREBLE parameters (blz 35), worden de instellingen automatisch opgeslagen en kunnen ze worden gereproduceerd telkens wanneer u de toonregeling aanzet. Informatie-paraattoets (RDS EON) Druk hierop om automatisch over te schakelen op een informatiezender wanneer die begint met uitzenden van verkeersinformatie, nieuws e.d. De RDS EON toets werkt niet tijdens AM ontvangst. z Voor de zuiverste weergave van een analoge geluidsbron zonder digitale bijregeling Verricht de onderstaande stappen om de basversterking, de akoestiekeffecten en alle toonregeling uit te schakelen. 1 Druk op de 2CH toets. 2 Druk op de BASS BOOST toets zodat het BASS BOOST lampje dooft. 3 Druk op de TONE toets zodat het TONE lampje dooft. Het resultaat is een weergave zonder bijregeling, om de klank van de geluidsbron zo zuiver mogelijk te horen. qg De volgende toetsen zijn voor de bediening van de ingebouwde tuner. Zie voor nadere bijzonderheden het hoofdstuk “Radio-ontvangst” vanaf blz. 37. Geheugengroep-keuzetoets (SHIFT) Hiermee kiest u een groep voorkeurzenders in het afstemgeheugen. Geheugentoets (MEMORY) Druk hierop om een radiozender in het geheugen vast te leggen als voorkeurzender. qh De volgende toetsen zijn voor de bediening van de ingebouwde tuner. Zie voor nadere bijzonderheden het hoofdstuk “Radio-ontvangst” vanaf blz. 37. Programmatype-keuzetoets (RDS PTY) Druk hierop om radiozenders op te zoeken aan de hand van het programmatype dat ze uitzenden. Deze RDS PTY toets werkt niet tijdens AM ontvangst. qj Luidsprekermenu-keuzetoets (LEVEL) Druk hierop voor keuze van de luidsprekerniveauparameters (zie blz. 34). De indicator van de toets licht op en dan kunt u de verschillende luidsprekerniveauparameters (voorbalans, achterbalans e.d.) instellen. Bij nogmaals drukken dooft het indicatorlampje. qk Akoestiekmenu-keuzetoets (SUR) Druk hierop voor keuze van de akoestiekparameters (zie blz. 33). De indicator van de toets licht op en dan kunt u de verschillende akoestiekparameters (effectniveau, wandbekleding e.d.) gaan instellen. Bij nogmaals drukken dooft het indicatorlampje. ql Lage/hoge tonen-toets (BASS/TREBLE) Druk hierop om de toon te regelen (blz 35). w; Cursortoetsen ( / ) Druk hierop om diverse parameters voor luidsprekerniveau, akoestiek en hoge/lage tonen (enz) te kiezen. Voorkeurzender/programmatype-toestsen PRESET/PTY SELECT +/– Druk hierop om alle te ontvangen radiozenders te doorzoeken. Met deze toets kiest u tevens de programmatypen bij gebruik van de PTY afstemming. 25NL Bedieningsorganen en basisbediening van de tuner/versterker qd Basversterkingstoets (BASS BOOST) Druk hierop om de lagetonenweergave via de voorluidsprekers extra te versterken. De BASS BOOST indicator licht op wanneer de basversterking is ingeschakeld. Bedieningsorganen op het voorpaneel wa Instelknop Druk hierop om de gekozen parameters voor luidsprekerniveau, akoestiek en hoge/lage tonen (enz) te regelen. Bedieningsorganen en basisbediening van de tuner/versterker ws Insteltoets (SET UP) Druk hierop om de voorbereidingsstand in te schakelen en druk dan op de cursortoetsen (w;) om in te stellen op een van de onderstaande voorbereidingsfuncties te kiezen. Vervolgens maakt u de gewenste instellingen met de instelknop (wa). Door keuze van de Kunt u Luidsprekertype Luidsprekertype opgeven. (pagina 16) Luidsprekerinstellingen Het luidsprekerformaat kiezen voor de voor-, midden- en achterluidsprekers, de plaats van de achterluidsprekers instellen en de aan- of afwezigheid van een aparte lagetonen-luidspreker (zie blz. 16). Luidspreker-afstanden De afstand van de voor-, midden- en achterluidsprekers kiezen (zie blz. 18). 5.1CH videobron Kiezen welke videobron u wilt weergeven samen met het geluid dat binnenkomt via de 5.1CH INPUT aansluitingen (zie blz. 47). wd Naamgevingstoets (NAME) Druk hierop om de naamgevingsfunctie in te schakelen en namen in te voeren voor de voorkeurzenders en andere weergavebronnen (zie blz. 45). wf Invoertoets (ENTER) Druk hierop om de gekozen lettertekens vast te leggen bij naamgeving van de voorkeurzenders en andere weergavebronnen. 26NL Genieten van Surround Sound akoestiek A.F.D. decodering Dit “Auto Format Decoding” klankbeeld presenteert het geluid precies zo als het is gecodeerd, zonder enige bijregeling, nagalm e.d. Voor een optimaal gebruik van de Surround akoestiekfuncties zult u het aantal en de opstelling van uw luidsprekers in de tuner/versterker moeten vastleggen. Zie het hoofdstuk “Opstelling voor meerkanaals Surround akoestiek” vanaf blz. 16 voor de nodige instellingen van de luidspreker-parameters om ten volle te kunnen genieten van de Surround Sound akoestiek. 27NL Genieten van Surround Sound akoestiek Dit hoofdstuk geeft aan hoe u de tuner/versterker kunt instellen voor geluidsweergave met akoestiekeffecten en vaste klankbeelden. Hiermee kunt u genieten van meerkanaals Surround Sound bij het afspelen van Dolby Digital of DTS of videomateriaal. U kunt genieten van een fraaie ruimtelijke geluidsweergave door eenvoudigweg een van de voorgeprogrammeerde “klankbeelden” te kiezen die de tuner/versterker biedt. Zo kunt u uw luisterkamer laten klinken als een bioscoopzaal of een concertzaal. U kunt de klankbeelden ook naar eigen inzicht aanpassen door de diverse akoestiekparameters bij te stellen. Deze tuner/versterker beschikt over een aantal verschillende klankbeeldfuncties. De “cinema” klankbeelden zijn bedoeld voor de weergave van video- of filmgeluid (van DVD discs of laserdiscs) met meerkanaals-geluidssporen of Dolby Pro Logic geluid. Naast het decoderen van de diverse kanalen, bieden enkele van deze klankbeelden ook akoestiekeffecten zoals u die in de bioscoop kunt horen. De “virtuele” klankbeelden bieden enkele indrukwekkende toepassingen van de Sony Digital Cinema Sound technologie voor digitale signaalverwerking. Deze kunnen het geluid weg verplaatsen van de feitelijke luidspreker-opstelling om de aanwezigheid van een aantal “virtuele” luidsprekers te simuleren. De klankbeelden voor muziek (enz.) zijn bedoeld voor weergave van gewone muziekbronnen en TVuitzendingen. Hierbij wordt er aan het signaal van de geluidsbron een nagalm toegevoegd om het ruimtelijk effect van een concertzaal of een stadion (enz.) te simuleren. Gebruik deze klankbeelden voor de weergave van gewone stereo geluidsbronnen zoals muziek-CD’s of stereo radio-uitzendingen van muziek of sportevenementen e.d. Zie voor nadere bijzonderheden over de diverse klankbeelden de beschrijving op blz. 29 t/m 30. Keuze van een klankbeeld Cursortoetsen Klankbeeldtoetsen LEVEL (SOUND FIELD) TONE MULTI CHANNEL DECODING ?/1 DIMMER PRESET/ – PTY SELECT + SHIFT – TUNING + MEMORY DISPLAY BASS BOOST TONE FM/AM MASTER VOLUME INPUT MODE SPEAKERS R ON r OFF A B VIDEO DVD/LD TV/SAT 5.1CH INPUT CINEMA STUDIO A MD/TAPE PHONES CD FM MODE TUNER AUX B SOUND FIELD A. F. D. 2CH I i – + LEVEL C SUR SUR RDS EON RDS PTY SET UP MUTING BASS BOOST TONE NAME MODE BASS/ TREBLE 1 Druk op de MODE toets. Het laatst gekozen klankbeeld wordt in het uitleesvenster aangegeven. 2 Draai aan de instelknop of druk op een cursortoets ( of ) om het gewenste klankbeeld te kiezen. Zie het overzicht op blz. 29 en verder voor nadere informatie over de beschikbare klankbeelden. ENTER Instelknop BASS/TREBLE Kort overzicht van de toetsen die u gebruikt voor de klankbeeld-akoestiek Genieten van Surround Sound akoestiek Luidsprekermenu-keuzetoets (LEVEL): Druk hierop om de niveauparameters te personaliseren. Akoestiekmenu-keuzetoets (SUR): Druk hierop om de akoestiek-parameters in het huidige klankbeeld naar wens aan te passen. Lage/hoge tonen-toets (BASS/TREBLE): Druk hierop om de toon te regelen. Cursortoetsen ( / ): Druk hierop om de gewenste parameters te kiezen na indrukken van de LEVEL, SUR, BASS/TREBLE of SET UP toets. Instelknop: Draai hieraan om de gekozen parameter in te stellen of het gewenste klankbeeld te kiezen (enz.). Klankbeeldtoetsen (SOUND FIELD) Decodeertoets (A.F.D.): Druk deze toets in om de tuner/versterker automatisch te laten waarnemen wat voor geluidssignaal er binnenkomt en de vereiste decodering toe te passen (indien nodig). Klankbeeld-keuzetoets (MODE): Druk hierop om de klankbeeld-keuzestand in te schakelen. Stereo-weergavetoets (2CH): Druk hierop om alleen geluid te horen via de linker en rechter voorluidsprekers. Toonregelingstoets (TONE): Voor in- en uitschakelen van de toonregeling. 28NL U kunt genieten van een fraaie ruimtelijke geluidsweergave door eenvoudigweg uit de voorgeprogrammeerde klankbeelden datgene te kiezen dat het best past bij de geluidsbron die u wilt horen. Uitschakelen van het klankbeeld Druk op de A.F.D. decodeertoets of de 2CH stereoweergavetoets (zie blz. 24). z De tuner/versterker onthoudt het laatst gekozen klankbeeld van iedere weergavebron (Sound Field Link) Wanneer u een bepaalde weergavebron kiest, wordt automatisch het klankbeeld ingesteld dat het laatst bij deze bron werd gebruikt. Als u bijvoorbeeld naar een compact disc luistert met HALL ingesteld als klankbeeld, vervolgens naar een andere weergavebron overschakelt en dan weer terug naar de compact disc, zal weer automatisch het HALL klankbeeld worden ingesteld. Bij de tuner worden er afzonderlijke klankbeelden onthouden voor AM, FM en alle voorkeurzenders. z Aan de verpakking kunt u zien of de video e.d. is opgenomen met Dolby Surround geluid. Alle officiële Dolby Digital discs zijn voorzien van het beeldmerk en Dolby Surround discs zijn voorzien van het A beeldmerk. Informatie over klankbeelden Effect op de geluidsweergave Opmerkingen NORM. SUR (NORMAL SURROUND) Geluidsmateriaal met meerkanaals akoestieksignalen wordt weergegeven zoals het is opgenomen. Standaard tweekanaals geluid wordt gedecodeerd volgens het Dolby Pro Logic systeem om er een akoestiekeffect aan toe te voegen. C. STUDIO A (CINEMA STUDIO A) Geeft de herkenbare akoestiek van de Sony Pictures Entertainment “Cary Grant Theater” filmstudio. Een fraaie standaard akoestiek, geschikt voor alle soorten speelfilms. C. STUDIO B (CINEMA STUDIO B) Geeft de herkenbare akoestiek van de Sony Pictures Entertainment “Kim Novak Theater” filmstudio. Ideaal voor science-fiction of actiefilms met veel speciale geluidseffecten. C. STUDIO C (CINEMA STUDIO C) Geeft de herkenbare akoestiek van de Sony Pictures Entertainment filmorkest-opnamestudio. Ideaal voor musicals en klassieke films met veel achtergrondmuziek. V. MULTI* (VIRTUAL MULTI DIMENSION) (Virtuele luidsprekers overal rondom) Creëert met 3D geluidsverwerking een heel stel “virtuele achterluidsprekers” boven normale luisterhoogte, op basis van slechts twee werkelijke achterluidsprekers. Dit klankbeeld omvat vier paar virtuele luidsprekers rondom en in een hoek van ongeveer 30° boven de luisteraar. L SIDE** C R LS RS LS RS LS L BEHIND** RS C R LS RS LS RS LS V. SEMI-M* (VIRTUAL SEMI-MULTI DIMENSION) (Virtuele luidsprekers overal gesimuleerd) Creëert met 3D geluidsverwerking een aantal virtuele achterluidsprekers uit het geluid van de voorkanalen, zonder werkelijke achterluidsprekers te gebruiken. Dit klankbeeld omvat vijf paar virtuele luidsprekers rondom en in een hoek van ongeveer 30° boven de luisteraar. L RS C ** Zie blz. 17 R LS RS LS RS LS RS * “VIRTUAL” klankbeeld: Klankbeeld met gesimuleerde extra luidsprekers. 29NL Genieten van Surround Sound akoestiek Naam klankbeeld Keuze van een klankbeeld Informatie over klankbeelden Naam klankbeeld Effect op de geluidsweergave Opmerkingen HALL Geeft de akoestiek van een rechthoekige concertzaal. Ideaal voor zachtere akoestische muziek. JAZZ (JAZZ CLUB) Geeft de akoestiek van een jazz-club. LIVE (LIVE HOUSE) Geeft de akoestiek van een muziektheater met 300 zitplaatsen. Ideaal voor rock en popmuziek. GAME Geeft de meest treffende geluids- en akoestiekeffecten van videospelletjes. Zet hierbij uw videospel-apparaat in de stereo stand voor een spel met stereo geluidsspoor. Opmerkingen Genieten van Surround Sound akoestiek • De effecten van de gesimuleerde virtuele luidsprekers kunnen soms bijgeluiden in de weergave veroorzaken. • Bij weergave van klankbeelden met gesimuleerde virtuele luidsprekers zal er geen direct geluid van de achterluidsprekers te horen zijn. Gebruik de toetsen op het voorpaneel om de volgende weergavefuncties in te schakelen AUTO FORMAT DECODING (Druk op de A.F.D. decodeertoets) Neemt automatisch waar welk soort geluidssignaal er binnenkomt (Dolby Digital, Dolby Pro Logic of standaard twee-kanaals stereo) en zorgt voor een juiste decodering waar nodig. Deze functie neemt het geluidsspoor zoals het is opgenomen/gecodeerd, en presenteert het zonder enige bijregeling, nagalm of effecten. Deze functie kunt u gebruiken ter referentie. Zet hierbij de toonregeling op OFF, dan hoort u het geluid precies zoals het werd opgenomen. 2 CHANNEL (Druk op de 2CH stereoweergavetoets) Hierbij wordt het geluid alleen weergegeven door de linker en rechter voorluidsprekers. Gewoon tweekanaals stereo geluid wordt weergegeven zonder door de klankbeeld-circuits te passeren. Meerkanaals-geluid wordt ook samengemengd tot gewone stereo weergave. Met deze functie kunt u elke geluidsbron weergeven via alleen de linker en rechter voorluidsprekers. Opmerking Bij instellen op de 2 CHANNEL tweekanaals-weergave zal de lagetonenluidspreker geen geluid weergeven. Om gewoon twee-kanaals stereo geluid weer te geven via de linker en rechter voorluidsprekers plus een lagetonenluidspreker, gebruikt u de AUTO FORMAT DECODING functie. 30NL Uitleg van de meerkanaals-akoestiekaanduidingen 1 2 3 4 56 8 7 a DIGITAL PRO LOGIC OPT COAX a dts D.RANGE TA NEWS INFO MONO STEREO L C RDS R MEMORY LFE LS S RS 9 q; 1 ; DIGITAL Deze aanduiding licht op wanneer er een ander klankbeeld dan 2 CHANNEL is gekozen en het apparaat signalen decodeert die zijn opgenomen in het Dolby Digital (AC-3) formaat.* 2 PRO LOGIC Deze aanduiding licht op wanneer het apparaat een twee-kanaals signaal verwerkt met Pro Logic technieken om zo een middenkanaal en akoestiekachterkanalen samen te stellen.** ** Deze indicator licht echter niet op als de midden- en achterluidsprekers zijn ingesteld op “NO” of de SPEAKER toets op “OFF” staat en het A.F.D. of NORMAL SURROUND geluidsveld is geselecteerd. 3 OPT Deze aanduiding licht op bij weergave van een digitaal signaal dat binnenkomt via de OPT aansluiting. 4 COAX Deze aanduiding licht op bij weergave van een digitaal signaal dat binnenkomt via de COAX aansluiting. 5; Deze aanduiding licht op wanneer er Dolby Digital (AC-3) signalen binnenkomen. 8 Afstemaanduidingen Deze aanduidingen lichten op bij gebruik van de tuner voor het afstemmen op radiozenders e.d. Zie blz. 37 t/m 43 voor de bediening van de tuner voor radio-ontvangst. 9 Weergavekanaal-aanduidingen Aan de oplichtende letters kunt u zien welke geluidskanalen er worden weergegeven. L: linksvoor R: rechtsvoor C: midden (mono) LS: linksachter RS: rechtsachter S: achterluidsprekers (mono of alleen de achterweergave na Pro Logic verwerking) Aan de oplichtende vakjes rond de letters kunt u zien via welke luidsprekers het geluid wordt weergegeven. Zie het overzicht op de volgende pagina voor nadere bijzonderheden over de weergavekanaalaanduidingen. q; LFE LFE lichten op wanneer de disc die speelt een LFE (Low Frequency Effect) kanaal bevat en het geluid van het LFE kanaal effectief wordt weergegeven. 6 dts Licht op wanneer DTS-signalen binnenkomen. Opmerking Bij het afspelen van een disc in DTS formaat moet u erop toezien dat u digitale aansluitingen heeft gemaakt en dat “INPUT MODE” NIET op ANALOG staat (zie 3 op blz 23). 31NL Genieten van Surround Sound akoestiek * Deze aanduiding licht echter niet op bij weergave van opnamen met 2/0 of 2/0 Pro Logic geluid. 7 D. RANGE Deze aanduiding licht op wanneer de compressiefunctie voor het dynamisch bereik is ingeschakeld. Zie blz. 35 voor het instellen van de dynamiek-compressie. Uitleg van de meerkanaals-akoestiekaanduidingen Overzicht van de geluidsbronkanaal-aanduidingen De oplichtende letters (L, C, R, enz.) geven aan welke geluidsbronkanalen er worden weergegeven. De vakjes lichten op om aan te geven hoe de tuner/versterker het geluid mengt, voor weergave via welke luidsprekers (afhankelijk van de luidspreker-instellingen). Bij de klankbeelden voor muziek, zoals HALL of JAZZ CLUB, voegt de tuner/versterker nagalm toe op basis van het inkomende geluid. De volgende tabel geeft aan welke indicators oplichten bij gebruik van de AUTO FORMAT DECODING functie. Deze tabel toont vrijwel alle mogelijke configuraties voor meerkanaals Surround Sound weergave, maar de met een “ ” sterretje gemarkeerde configuraties zijn het meest gebruikelijk. Opnamekanalen (voor/achter) Geluidsbron-kanalen en gebruikte weergavekanalen Aantal ingangskanalen DOLBY DIGITAL [1/0] a DIGITAL a DIGITAL C Zonder middenluidspreker Zonder achterluidsprekers Alle luidsprekers aangesloten a DIGITAL C Zonder midden/ achterluidsprekers a DIGITAL C C 1/0 Genieten van Surround Sound akoestiek DTS [1/0] C C DOLBY DIGITAL [2/0] C dts dts L R L R C dts L R L R dts L R L R L R L R 2/0* DTS [2/0] DOLBY DIGITAL [3/0] dts dts a DIGITAL L C R L C R a DIGITAL dts L C R L C R a DIGITAL dts L C R L C R a DIGITAL L C R L C R 3/0 DTS [3/0] DOLBY DIGITAL [2/1] dts dts a DIGITAL L DOLBY DIGITAL [3/1] L dts a DIGITAL DOLBY DIGITAL [2/2] a DIGITAL 2/2 DTS [2/2] DOLBY DIGITAL [3/2] dts a DIGITAL 3/2 DTS [3/2] 2/0** dts PRO LOGIC DOLBY PROLOGIC PRO LOGIC R L C S R PCM XX kHz*** R RS L LS R RS L C R LS RS L C R LS RS L a DIGITAL L a DIGITAL C S R C S R a DIGITAL dts a DIGITAL dts R L C S R R RS L LS R RS L C R LS RS L C R LS RS L L a DIGITAL a DIGITAL C S R C S R a DIGITAL dts a DIGITAL dts R L C S R R RS L LS R RS L C R LS RS L C R LS RS L L a DIGITAL C S R C S R a DIGITAL dts a DIGITAL dts L C S R L C S R L LS R RS L LS R RS L C R LS RS L C R LS RS L C S R L C S R PRO LOGIC PRO LOGIC R R S dts L LS L L dts C S PRO LOGIC R R L PRO LOGIC R L S S dts L LS PRO LOGIC R dts C S L L R L PRO LOGIC R S S dts L LS L L dts C S L DOLBY DIGITAL [2/0] R L dts R L dts S S 3/1 DTS [3/1] a DIGITAL S 2/1 DTS [2/1] R dts L R * Signalen met de Dolby Surround aanduiding OFF ** Signalen met de Dolby Surround aanduiding ON *** Hierbij wordt de bemonsteringsfrequentie aangegeven. Opmerkingen • De tuner/versterker decodeert volgens het Pro Logic systeem en de aanduidingen geven de 2/0** ingangskanalen aan bij de volgende filmgeluid-klankbeelden met 2/0* of STEREO PCM ingangssignalen. (C. STUDIO A, B, C, V. MULTI en V. SEMI-M.) • Bij gebruik van de klankbeelden voor muziek, zoals HALL of JAZZ CLUB met standaard audio-systemen zoals PCM, creëert de tuner/versterker signalen voor de achterkanalen op basis van de linker en rechter voorkanaal-signalen. In dit geval geven de achterluidsprekers wel geluid weer, maar de uitgangsaanduidingen voor de achterluidsprekers lichten niet op. 32NL Bijregelen van de klankbeelden U kunt de klankbeelden naar wens aanpassen door de akoestiekparameters en de klankkleur van de voorluidsprekers zo in te stellen dat het geluid in uw luisterruimte optimaal klinkt. Wanneer u een klankbeeld bijgeregeld heeft, zullen de nieuwe instellingen in het geheugen bewaard blijven (tenzij de tuner/versterker langer dan ongeveer twee weken niet op een stopcontact aangesloten is). Om een bijgeregeld klankbeeld opnieuw te wijzigen, hoeft u enkel de gewenste veranderingen aan te brengen. Zie het overzicht op blz. 36 voor de parameters waarmee u een bepaald klankbeeld kunt bijregelen. Zorg voor een juiste luidspreker-opstelling en volg de aanwijzingen onder “Opstelling voor meerkanaals Surround akoestiek” vanaf blz. 16, alvorens u een klankbeeld gaat aanpassen. Aanpassen van de akoestiekparameters Het SUR menu biedt een aantal parameters waarmee u allerlei verschillende aspecten van het gekozen klankbeeld kunt aanpassen. De instellingen die u in dit menu kiest worden voor elk klankbeeld afzonderlijk vastgelegd. 1 Start de weergave van een geluidsbron die is gecodeerd met een meerkanaals Surround geluidsspoor. 2 Druk op de SUR toets. De toets licht op en de eerste parameter wordt aangegeven. 3 Druk op de cursortoetsen ( of ) om in te stellen op de parameter die u wilt bijregelen. 4 Draai aan de instelknop om de gewenste stand te kiezen. De gekozen instelling wordt automatisch vastgelegd. Weerkaatsing (REVB.) Oorspronkelijke instelling: gemiddeld Bij een muziekuitvoering zal het geluid altijd een aantal malen heen en weer kaatsen tussen de linker en rechter wanden, het plafond en de vloer, vóór het onze oren bereikt. Hoe groter de ruimte, des te langer zullen de weerkaatsingen duren. Met deze parameter kunt u de tijdsduur van de vroege weerkaatsingen bijregelen om zo een grotere (L) of een kleinere (S) ruimte te simuleren. • De weerkaatsingen zijn instelbaar van REVB. S. 1 ~ REVB. S. 8 (short - kort) tot REVB. L. 1 ~ REVB. L. 8 (lang) in 17 stappen. • De gemiddelde stand (REVB. MID) geeft een standaard ruimte, zonder bijregeling. Effectniveau (EFFECT) Oorspronkelijke instelling: (afhankelijk van het klankbeeld) Met deze parameter kunt u de sterkte of nadruk van het gekozen klankbeeld naar wens instellen. 33NL Genieten van Surround Sound akoestiek Voor de beste weergave van meerkanaals Surround Sound Wandbekleding (WALL) Oorspronkelijke instelling: gemiddeld Wanneer geluid weerkaatst wordt door een wand die bekleed is met relatief zacht materiaal of door gordijnen, worden de hoge tonen verzwakt. Een hardere wandbekleding daarentegen reflecteert het geluid meer gelijkmatig en zal de frequentiekarakteristiek van het geluid daarom minder sterk beïnvloeden. Deze “WALL” parameter simuleert de hardheid van de wandbekleding, door het variëren van de hoeveelheid hoge tonen. De S (soft) instelling geeft een zachte wandbekleding aan en de H (hard) instelling een harde wandbekleding. De gemiddelde stand geldt voor een standaard halfharde wand (van hout). Bijregelen van de klankbeelden Bijregelen van de luidspreker-instelparameters Het LEVEL luidspreker-instelmenu biedt een aantal parameters waarmee u de balans en de geluidssterkte van elke luidspreker naar wens kunt instellen. De instellingen die u in dit menu maakt, zijn van toepassing op alle klankbeelden. 1 Start de weergave van een geluidsbron die is gecodeerd met een meerkanaals Surround geluidsspoor. 2 Druk op de LEVEL toets. De toets licht op en de eerste parameter wordt aangegeven. Genieten van Surround Sound akoestiek 3 Druk op de cursortoetsen ( of ) om in te stellen op de parameter die u wilt bijregelen. 4 Draai aan de instelknop om de gewenste stand te kiezen. De gekozen instelling wordt automatisch vastgelegd. R ) * Voorluidspreker-balans ( L Oorspronkelijke instelling: balance Hiermee kunt u de onderlinge geluidsbalans van de linker en rechter luidsprekers naar wens bijregelen. • De balans kan in ±8 stappen worden geregeld. • Deze instelling is ook direct regelbaar met de bijgeleverde afstandsbediening. Zie “Bijregelen van de geluidssterkte van de luidsprekers” (op blz. 19). * Balans van de achterluidsprekers ( LS RS ) Oorspronkelijke instelling: balance Hiermee kunt u de balans van de linker en rechter achterluidsprekers bijregelen. • De balans kan in ±8 stappen worden geregeld. • Deze instelling is ook regelbaar met de bijgeleverde afstandsbediening. Zie “Bijregelen van de geluidssterkte van de luidsprekers” (op blz. 19). * Niveau van de achterluidsprekers (REAR) Oorspronkelijke instelling: 0 dB Hiermee kunt u de geluidssterkte van beide achterluidsprekers (links en rechts) instellen. • De geluidssterkte is instelbaar in stapjes van 1 dB, van –10 dB tot + 6 dB. • Deze instelling is ook direct regelbaar met de bijgeleverde afstandsbediening. Zie “Bijregelen van de geluidssterkte van de luidsprekers” (op blz. 19). 34NL * Niveau van de middenluidspreker (CTR) Oorspronkelijke instelling: 0 dB Hiermee kunt u de geluidssterkte van de middenluidspreker instellen. • De geluidssterkte is instelbaar in stapjes van 1 dB, van –10 dB tot + 6 dB. * Niveau van de lagetonen-luidspreker (S.W. xx) Oorspronkelijke instelling: 0 dB Hiermee kunt u de geluidssterkte van de lagetonenluidspreker instellen. • De geluidssterkte is instelbaar in stapjes van 1 dB, van –10 dB tot + 6 dB. * De parameters kunnen afzonderlijk worden geregeld voor 5.1 CH INPUT. Laagfrequent Effect mengniveau (LFE ; xx) Oorspronkelijke instelling: 0 dB Met deze parameter kunt u de geluidssterkte bijregelen van het afzonderlijke LFE (Low Frequency Effect) kanaal dat wordt weergegeven via de lagetonen-luidspreker, zonder hierbij de gewone lage tonen te beïnvloeden die door de basverdelingscircuits van de voor-, midden- en achterkanalen worden overgeheveld naar de aparte lagetonen-luidspreker. • Het LFE niveau is instelbaar in stapjes van 1 dB, van – 20.0 dB tot 0 dB (lijnniveau). Bij 0 dB wordt het volledige LFE signaal weergegeven met het mengniveau gekozen door de opnametechnicus. • Bij instellen op OFF wordt het geluid van het LFE kanaal door de lagetonen-luidspreker gedempt. De lage tonen van de voor-, midden- en achterkanalen die door de basverdelingscircuits worden overgeheveld naar de lagetonen-luidspreker worden echter wel weergegeven, volgens de keuze gemaakt voor elk luidsprekerpaar bij de luidspreker-instellingen (zie blz. 16). dts LaagFrequent Effect mengniveau (LFE dts xx) Oorspronkelijke instelling: 0 dB Met deze parameter kunt u de geluidssterkte bijregelen van het afzonderlijke LFE (Low Frequency Effect) kanaal dat wordt weergegeven via de lagetonen-luidspreker, zonder hierbij de gewone lage tonen te beïnvloeden, die door de “dts” basverdelingscircuits van de voor-, middenen achterkanalen worden overgeheveld naar de aparte lagetonen-luidspreker. • Het LFE niveau is instelbaar in stapjes van 1 dB, van –20,0 dB tot +10,0 dB (lijnniveau). • Bij instellen op OFF wordt het geluid van het LFE kanaal door de lagetonen-luidspreker gedempt. De lage tonen van de voor-, midden- en achterkanalen die door de basverdelingscircuits worden overgeheveld naar de lagetonen-luidspreker worden echter wel weergegeven, volgens de keuze gemaakt voor elk luidsprekerpaar bij de luidspreker-instellingen (Nadere details vindt u onder “Opstelling voor meerkanaals Surround akoestiek”). z Betreffende het niveauverschil tussen de LFE MIX instellingen Het “dts LFE MIX” niveau staat oorspronkelijk ingesteld op +10,0 dB en het “LFE MIX” (Dolby Digital) niveau op 0 dB. Dit is omdat er vast verschil van 10 dB bestaat tussen het totale geluidsniveau van de Dolby Digital en de dts LFE kanalen. Met het “dts LFE MIX” niveau ingesteld op +10 dB en het “LFE MIX (Dolby Digital)” niveau ingesteld op 0 dB, wordt ongeveer dezelfde hoeveelheid van het LFE-kanaal signaal naar de andere audiokanalen overgeheveld in de totale menginstelling. Opmerking De dynamiekcompressie is niet te gebruiken voor DTS geluidsbronnen. z Betreffende de dynamiekcompressie Met deze parameter wordt het dynamisch bereik van een speelfilm-geluidsspoor gecomprimeerd volgens de dynamiekinformatie in het Dolby Digital signaal. “STD” geeft de standaard compressie, maar omdat de meeste geluidsbronnen slechts een geringe compressie hebben, zult u waarschijnlijk weinig verschil bemerken met de standen 0.1 - 0.9. Daarom kunnen we u aanbevelen de “MAX” compressie te gebruiken. Hiermee wordt het dynamisch bereik drastisch beperkt, zodat u zonder bezwaar ook ‘s avonds laat kunt genieten van een speelfilm met zacht ingesteld geluid. In tegenstelling tot analoge compressiefuncties zijn de niveaus hierbij vooraf bepaald, voor een natuurlijk klinkende compressie. Met de BASS/TREBLE toets kunt u de toon (lage of hoge tonen) van de voorluidsprekers regelen voor een optimale geluidsweergave. U kunt de toon regelen voor elk afzonderlijk klankbeeld. 1 Start de weergave van een geluidsbron die is gecodeerd met een meerkanaals Surround geluidsspoor. 2 Druk enkele malen op de BASS/TREBLE toets. De toets licht op en de eerste parameter wordt aangegeven. 3 Druk op de cursortoetsen ( of ) om in te stellen op de parameter die u wilt bijregelen. 4 Draai aan de instelknop om de gewenste stand te kiezen. De gekozen instelling wordt automatisch vastgelegd. De toonregeling is instelbaar van –6 dB tot +6 dB in stapjes van 2 dB tegelizk. 5 Druk op de TONE toets zodat het TONE indicatorlampje oplicht. z U kunt de toonregeling uitschakelen zonder de gemaakte instellingen te verliezen De toonregeling instellingen worden voor elk klankbeeld afzonderlijk vastgehouden. Druk op de TONE toets zodat het TONE indicatorlampje dooft als u de toonregeling wilt uitschakelen. Terugstellen van de bijgeregelde klankbeelden op de oorspronkelijke fabrieksinstelling 1 Als de tuner/versterker aan staat, drukt u op de ?/1 toets om het apparaat uit te schakelen. 2 Houd de MODE toets ingedrukt en schakel het apparaat weer in met de ?/1 toets. De aanduiding “SUR CLR” verschijnt in het uitleesvenster en dan zijn alle klankbeelden tegelijk teruggesteld op de fabrieksinstellingen. 35NL Genieten van Surround Sound akoestiek Dynamiekcompressie (COMP. D. RANGE xx) Oorspronkelijke instelling: OFF (uit) Hiermee kunt u het dynamisch bereik van een speelfilmgeluidsspoor comprimeren, dus verkleinen. Dit kan bijvoorbeeld handig zijn als u ‘s avonds laat een speelfilm wilt bekijken; dan kunt u het geluid zacht zetten en toch een rijke, volle klank behouden. • In de OFF stand wordt het geluidsspoor normaal weergegeven, zonder compressie. • In de STD stand wordt het geluidsspoor weergegeven met het volledig dynamisch bereik, zoals gekozen door de opnamestudio-technicus. • Met de standen 0,1 - 0,9 kunt u het dynamisch bereik geleidelijk steeds meer comprimeren, om precies het gewenste effect te bereiken. • In de MAX stand wordt het dynamisch bereik drastisch beperkt. De lage/hoge tonen regelen Bijregelen van de klankbeelden Instelbare parameters voor de verschillende klankbeelden EFFECT LEVEL WALL TYPE REVERB TIME FRONT BAL. REAR BAL. REAR LEVEL CENTER SUB WOOFER LFE LEVEL LEVEL MIX 2CH z A.F.D. z z z z NORMAL SURROUND z z z dts LFE mix z z z z z z z z z CINEMA STUDIO A z z z z z z z z CINEMA STUDIO B z z z z z z z z CINEMA STUDIO C z z z z z z z z V. MULTI DIMENSION z z z z z z z V. SEMI–M. DIMENSION z z z z z Genieten van Surround Sound akoestiek HALL z z z z z z z z z z JAZZ CLUB z z z z z z z z z z LIVE HOUSE z z z z z z z z z z GAME z z z z z z z z z z z z z z z 5.1CH INPUT D.RANGE BASS/TREBLE COMP. 2CH z z A.F.D. z z NORMAL SURROUND z z CINEMA STUDIO A z z CINEMA STUDIO B z z CINEMA STUDIO C z z V. MULTI DIMENSION z z V. SEMI–M. DIMENSION z z HALL z z JAZZ CLUB z z LIVE HOUSE z z GAME z z 5.1CH INPUT 36NL Radioontvangst In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u op FM of AM radiozenders afstemt en hoe u voorkeurzenders in het geheugen vastlegt. Met deze tuner/versterker kunt u op radiozenders afstemmen op de volgende manieren: Automatische FM zenderopslag in alfabetische volgorde (“Autobetical select”) U kunt de tuner/versterker automatisch 30 van de best doorkomende FM radiozenders en FM RDS zenders in het afstemgeheugen laten vastleggen (zie blz. 39). Directe afstemming Als u de zendfrequentie van de gewenste radiozender kent, kunt u deze direct kiezen met de cijfertoetsen (zie blz. 39). Automatische zoekafstemming Als u de zendfrequentie van de afstandsbediening van de gewenste radiozender niet kent, kunt u de tuner/ versterker alle beschikbare zenders in uw gebied laten doorzoeken (zie blz. 40). RDS informatiezenders RDS (Radio Data Systeem) is een radio-informatiesysteem waarmee radiozenders naast de gewone radio-uitzending allerlei nuttige informatie kunnen uitzenden. Deze tuner biedt u drie handige RDS funkties: — Aangeven van RDS informatie in het uitleesvenster (zie blz. 41) — Automatisch afstemmen op doorkomende nieuwsberichten, verkeersinformatie enz. (EON) (zie blz. 42) — Opzoeken van een radiozender aan de hand van het programmatype (PTY) (zie blz. 42) De RDS informatie wordt alleen uitgezonden door FM zenders.* * Niet alle FM radiozenders bieden de RDS informatie en niet alle RDS zenders bieden dezelfde functies. Als u niet bekend bent met de plaatselijk beschikbare RDS functies, kunt u voor nadere bijzonderheden het best contact opnemen met de plaatselijke radiozenders. Alvorens u begint, dient u te zorgen dat: • Er een FM en een AM antenne op de tuner/versterker zijn aangesloten (zie blz. 5). • Het juiste luidsprekerpaar is gekozen (zie blz. 23). (alleen op de STR-DE545 en STR-SE501) 37NL Radio-ontvangst Geheugenafstemming Na het afstemmen op een zender met de directe afstemming of de automatische zoekafstemming kunt u de zender, als die goed klinkt, vastleggen in het afstemgeheugen van de tuner/versterker (zie blz. 40). Dan kunt u voortaan die zogenoemde voorkeurzender rechtstreeks kiezen, door de letter-en-cijfer code ervan in te voeren (zie blz. 41). Zo kunt u tot 30 voorkeurzenders voor de FM en AM voorinstellen. U kunt de tuner/ versterker ook alle vastgelegde voorkeurzenders laten doorzoeken (zie blz. 41). PRESET/PTY SELECT +/– TUNING +/– DISPLAY Kort overzicht van de toetsen die u gebruikt voor radio-ontvangst FM/AM MULTI CHANNEL DECODING ?/1 DIMMER PRESET/ – PTY SELECT + SHIFT – TUNING + MEMORY DISPLAY BASS BOOST TONE FM/AM A B VIDEO DVD/LD MD/TAPE CD FM MODE MASTER VOLUME INPUT MODE SPEAKERS R ON r OFF Afstemtoetsen (TUNING +/–): Druk hierop om alle beschikbare radiozenders te overlopen. TV/SAT 5.1CH INPUT CINEMA STUDIO A TUNER B A. F. D. i – + LEVEL C SOUND FIELD AUX PHONES I 2CH SUR RDS EON RDS PTY SET UP MUTING BASS BOOST BASS/ TREBLE TUNER RDS EON ENTER FM MODE RDS PTY MEMORY SHIFT AV ?/1 ?/1 SYSTEM STANDBY AUX Radio-ontvangst VIDEO DVD/LD MD/TAPE CD MENU 1 2 G 4 7 5 Geheugentoets (MEMORY): Gebruik deze om radiozenders in het geheugen vast te leggen als voorkeurzenders. Informatie-paraattoets (RDS EON): Druk hierop om automatisch over te schakelen op een informatiezender. 5.1CH TV/SAT TUNER F 3 ENTER g 6 Cijfertoetsen Programmatype-keuzetoets (RDS PTY): Hiermee kunt u radiozenders opzoeken aan de hand van het programmatype dat ze uitzenden. f TITLE 8 SHIFT 9 RETURN 0 >10 – /– – POSITION SWAP = + – SUB CH + ENTER D.TUNING DISC CH/ PRESET 0 ) DISPLAY P IN P ANT TV/VTR 9 ( D.SKIP JUMP WIDE TV/ VIDEO P p SOUND FIELD MODE 2CH/OFF A.F.D. Aanduidingskeuzetoets (DISPLAY): Druk hierop om de RDS informatie in het uitleesvenster te zien. Voorkeurzender/programmatype-toetsen (PRESET/PTY SELECT +/–): Druk hierop om alle vastgelegde voorkeurzenders te overlopen of om programmatypes te kiezen. Alleen op de STR-DE445 SLEEP TONE NAME MODE EQ/TONE BASS BOOST TEST TONE CURSOR MODE MENU MUTING D.TUNING FM stereo/mono-keuzetoets (FM MODE): Als de aanduiding “STEREO” in het uitleesvenster knippert en de FM stereo uitzending niet erg goed klinkt, drukt u op deze toets. Dan zal er geen stereo-effect meer zijn, maar de ontvangst zal beter klinken. Opmerking Als de “STEREO” aanduiding helemaal niet oplicht bij normale ontvangst van een FM radio-uitzending, drukt u op deze toets zodat de “STEREO” aanduiding gaat branden. MASTER VOL Afstemband-keuzetoets (FM/AM): Druk hierop om de FM of AM afstemband te kiezen. Geheugengroep-keuzetoets (SHIFT): Hiermee kiest u een geheugengroep (A, B of C) voor het vastleggen van of afstemmen op een voorkeurzender in het afstemgeheugen. Radio-ontvangst-keuzetoets (TUNER): Druk hierop om in te stellen op de tuner, voor-ontvangst. Op de afstandsbediening (alleen op de STR-DE445): D. TUNING: Druk op deze toets om rechtstreeks een frequentie in te voeren met behulp van de cijfertoetsen. Cijfertoetsen: Hiermee voert u een cijferwaarde in om de frequentie rechtstreeks in te voeren, radiozenders vast te leggen of af te stemmen op voorkeurzenders. 38NL Automatische FM zenderopslag in alfabetische volgorde (“Autobetical select”) Met deze automatische zenderopslag functie kunt u maximaal 30 FM radiozenders en FM RDS zenders in het afstemgeheugen van de tuner/versterker vastleggen, zonder doublures. Hierbij kiest de tuner/versterker automatisch alleen de best doorkomende zenders. Als u bepaalde FM of AM zenders handmatig in het afstemgeheugen wilt vastleggen, volg dan de aanwijzingen onder “Voorinstellen van radiozenders” op blz. 40. Zie voor nadere bijzonderheden over de hierbij gebruikte toetsen het “Kort overzicht van de toetsen die u gebruikt voor de radio-ontvangst” op blz. 38. 1 Directe afstemming Zie voor nadere bijzonderheden over de hierbij gebruikte toetsen het “Kort overzicht van de toetsen die u gebruikt voor radio-ontvangst” op blz. 38. 1 Druk op de TUNER toets. Er wordt afgestemd op de laatst ontvangen zender. 2 Kies met de FM/AM toets de FM of AM afstemband. 3 Druk op de D. TUNING toets van de afstandsbediening. 4 Voer met de cijfertoetsen de gewenste afstemfrequentie in van de afstandsbediening. Voorbeeld 1: FM 102,50 MHz Druk op de ?/1 toets om de tuner/versterker uit te schakelen. 1 b 0 b 2 b 5 b 0 Voorbeeld 2: AM 1350 kHz Houd de MEMORY toets ingedrukt en druk nogmaals op de ?/1 toets om de tuner/versterker weer in te schakelen. De aanduiding “Autobetical select” verschijnt en de tuner/versterker gaat op zoek naar alle plaatselijk te ontvangen FM radiozenders en FM RDS zenders en legt deze in het afstemgeheugen vast. Bij elke RDS informatiezender controleert de tuner/ versterker eerst of er andere zenders zijn die hetzelfde programma uitzenden, om daarvan dan alleen de duidelijkst doorkomende zender vast te leggen. De gekozen RDS informatiezenders worden gesorteerd op alfabetische volgorde van hun officiële Program Service zendernaam, en krijgen dan elk een letterplus-cijfer voorinstelcode toegewezen. Zie voor nadere bijzonderheden betreffende de RDS informatiezenders blz. 41. De gewone FM radiozenders krijgen ook een letterplus-cijfer code en worden dan na de RDS zenders vastgelegd. Na afloop van het vastleggen verschijnt de aanduiding “Autobetical finish” even in het uitleesvenster en dan keert de tuner/versterker terug naar de normale bedieningsfuncties. 1 b 3 b 5 b 0 Als u niet op een bepaalde zender kunt afstemmen en de ingevoerde cijfers knipperen Controleer of u de juiste frequentie hebt ingevoerd. Bij een vergissing herhaalt u de stappen 3 en 4. Als de ingevoerde cijfers nog steeds knipperen, wordt deze frequentie in uw ontvangstgebied niet gebruikt. 5 Bij afstemmen op een AM radiozender verstelt u de richting van de AM kaderantenne zo dat de ontvangst optimaal klinkt. 6 Herhaal stappen 2 tot 5 om af te stemmen op andere zenders. z Als u voor de frekwentie een getal invoert dat niet deelbaar is door het geldende afsteminterval De ingevoerde waarde zal automatisch naar boven of beneden worden afgerond. Het interval van de afstemschaal is: FM: 50 kHz AM: 9 kHz Opmerkingen • Druk niet op enige toets tot de tuner/versterker klaar is met het doorzoeken van de beschikbare zenders. • Als u verhuist naar een andere streek, kan het nodig zijn deze procedure opnieuw uit te voeren, om de best te ontvangen zenders in uw nieuwe woongebied vast te leggen. • Zie voor het afstemmen op de vastgelegde voorkeurzenders de aanwijzingen op blz. 40. • De FM MODE stereo/mono instelling wordt ook samen met elke zender vastgelegd. • Als u na het opslaan van zenders met deze functie uw FM antenne verplaatst, kunnen de vastgelegde instellingen niet meer geldig zijn. In dat geval volgt u weer de bovenstaande aanwijzingen om de FM zenders opnieuw vast te leggen. 39NL Radio-ontvangst 2 Automatische zoekafstemming Zie voor nadere bijzonderheden over de hierbij gebruikte toetsen het “Kort overzicht van de toetsen die u gebruikt voor de radio-ontvangst ” op blz. 38. 1 Druk op de TUNER toets. Er wordt afgestemd op de laatst ontvangen zender. 2 Kies met de FM/AM toets de FM of AM afstemband. 3 Druk op de TUNING + of TUNING – toets. Druk op de + toets om de afstemband in oplopende volgorde te doorzoeken; op de – toets om van hoog naar laag te zoeken. Radio-ontvangst Wanneer de tuner/versterker het einde van de afstemschaal bereikt Dan wordt de zoekafstemming vanaf het andere einde herhaald in dezelfde richting. Telkens wanneer er een zender wordt gevonden, stopt de tuner/versterker met zoeken. 4 Geheugenafstemming Zie voor nadere bijzonderheden over de hierbij gebruikte toetsen het “Kort overzicht van de toetsen die u gebruikt voor de radio-ontvangst” op blz. 38. Voor u kunt afstemmen op een voorkeurzender, dient u eerst het “Voorinstellen van radiozenders” te verrichten volgens de onderstaande aanwijzingen. Voorinstellen van radiozenders 1 Druk op de TUNER toets. Er wordt afgestemd op de laatst ontvangen zender. 2 Stem af op de radiozender die u wilt voorinstellen, met de directe afstemming (zie blz. 39) of de automatische zoekafstemming (deze pagina). 3 Druk op de MEMORY toets. In het uitleesvenster licht enkele seconden lang de aanduiding “MEMORY” op. Verricht de stappen 4 t/m 6 voordat deze aanduiding dooft. 4 Druk op de SHIFT toets om een geheugengroep (A, B of C) te kiezen. Telkens wanneer u op de SHIFT toets drukt, verschijnt de volgende groepsletter, “A”, “B” of “C” in het uitleesvenster. 5 Kies een zendernummer door op PRESET/PTY SELECT + of PRESET/PTY SELECT – te drukken. Als de “MEMORY” aanduiding dooft voordat u de zender hebt kunnen vastleggen, gaat u terug naar stap 3. 6 Druk nogmaals op de MEMORY toets om de ontvangen radiozender in het geheugen vast te leggen. Als de “MEMORY” aanduiding dooft voordat u de zender hebt kunnen vastleggen, gaat u terug naar stap 3. 7 Herhaal de stappen 2 t/m 6 voor elk van de voorkeurzenders die u wilt vastleggen. Om door te gaan met zoeken, drukt u nogmaals op de TUNING + of TUNING – toets. Een andere zender voorinstellen onder een reeds gebruikt nummer Herhaal de stappen 1 t/m 6 om een nieuwe zender onder hetzelfde nummer vast te leggen. Opmerking Als de stekker langer dan ongeveer twee weken uit het stopcontact is, worden alle voorkeurzenders uit het afstemgeheugen van de tuner/versterker gewist en dan zult u de gewenste zenders opnieuw moeten vastleggen. 40NL Gebruik van het Radio Data Systeem (RDS) Afstemmen op vastgelegde voorkeurzenders Op radiozenders die in het afstemgeheugen zijn vastgelegd, kunt u afstemmen op een van de volgende twee manieren. Ontvangst van RDS informatieuitzendingen Kies eenvoudigweg een radiozender uit de FM band. Bij afstemming op een zender die RDS informatie uitzendt, verschijnt de zendernaam in het uitleesvenster. Afstemmen door alle voorkeurzenders te doorlopen Opmerking 1 Druk op de TUNER toets. Er wordt afgestemd op de laatst ontvangen zender. De RDS informatie zal niet altijd goed te ontvangen zijn, als de zender waarop u hebt afgestemd de RDS signalen niet duidelijk genoeg uitzendt of als de signaalsterkte onvoldoende is. 2 Druk enkele malen op de PRESET/PTY SELECT + of PRESET/PTY SELECT – toets om te zoeken naar de gewenste zender. Telkens wanneer u op deze toets drukt, gaat de tuner/ versterker één voorkeurzender verder in de gekozen richting en de onderstaande volgorde: nA1˜A2˜...˜A0˜B1˜B2˜...˜B0N Aangeven van RDS informatie in het uitleesvenster Druk op de DISPLAY toets. Iedere keer dat u op de DISPLAY toets drukt, verspringen de aanduidingen in het uitleesvenster stap voor stap, om de volgende informatie aan te geven. Hiermee kunt u: Zendernaam** De zender aan de hand van de zendernaam (bijv. WDR) in plaats van via de frekwentie opzoeken. Afstemfrekwentie** De zender aan de hand van de frekwentie opzoeken. Programmatype Een bepaald programmatype opsporen. (Zie bladzijde 43 voor de programmatypes waaruit u kunt kiezen.) Radiotekst De tekstberichten aangeven die door de RDS zender worden uitgezonden. Juiste tijd (24-uurs cyclus) De huidige tijd aangeven. Actief geluidsveld** Het actieve geluidsveld aangeven. z U kunt de voorkeurzenders automatisch doornemen op zoek naar een bepaald programmatype. Zie blz. 42. Afstemmen op een voorkeurzender waarvan u het nummer kent 1 2 Druk op de TUNER toets. Er wordt afgestemd op de laatst ontvangen zender. Druk op de SHIFT toets om een geheugengroep (A, B of C) te kiezen en kies dan het nummer van de gewenste voorkeurzender met de cijfertoetsen. ** Deze informatie wordt ook aangegeven voor FM radiozenders die geen RDS informatie uitzenden. Opmerkingen • Als er een speciale mededeling of waarschuwingsbericht van overheidswege doorkomt, zal in het uitleesvenster de aanduiding “ALARM” gaan knipperen. • Als een aanduiding uit 9 of meer letters bestaat, zal de tekst over het scherm lopen. • De volgende aanduidingen kunnen verschijnen als een zender een bepaald type RDS informatie niet uitzendt: “NO PTY” (er wordt geen programmatype-informatie uitgezonden); “NO TEXT” (er wordt geen radiotekst uitgezonden); “NO TIME” (de juiste tijd wordt niet uitgezonden). • Afhankelijk van de methode die door de radiozender wordt gebruikt om de tekst door te sturen, is het mogelijk dat bepaalde tekstboodschappen onvolledig zijn. 41NL Radio-ontvangst Aangegeven informatie nC0˜...C2˜C1N Gebruik van het Radio Data Systeem (RDS) Automatisch afstemmen op doorkomende nieuwsberichten, verkeersinformatie enz.(EON) Met de EON (Enhanced Other Network) functie kunt u de tuner/versterker automatisch laten overschakelen naar een zender die op dat moment verkeersinformatie, nieuws e.d. uitzendt. Wanneer een dergelijke uitzending begint op een radiozender die behoort tot hetzelfde zendernetwerk als de vooringestelde FM RDS zender, stemt de tuner/versterker automatisch af op die andere zender. Na afloop van de informatie-uitzending keert de tuner/ versterker automatisch terug naar de eerder ontvangen voorkeurzender of de oorspronkelijk beluisterde geluidsbron. Radio-ontvangst 1 Stem af op een FM radiozender. 2 Druk op de RDS EON toets om in te stellen op het soort programma dat u wilt volgen. Telkens wanneer u op de RDS EON toets drukt, verspringt de aanduiding in het uitleesvenster als volgt: Als u een bepaalde radio-uitzending ongestoord wilt opnemen, let er dan op dat de EON funktie uitgeschakeld is; dit geldt vooral ook als u het opnemen met een schakelklok wilt starten. Opmerkingen • Deze funktie kan alleen gebruikt worden als van te voren RDS zenders in het geheugen zijn opgeslagen. • Als de gevonden zender niet krachtig genoeg doorkomt, verschijnt de aanduiding “WEAK SIG” en dan keert de tuner/ versterker terug naar de vorige radiozender of geluidsbron. Opzoeken van een radiozender aan de hand van het programmatype (PTY) U kunt een radiozender van uw keuze opzoeken door in te stellen op het gewenste programmatype. De tuner stemt dan af op een uitzending van het gekozen type, verzorgd door een van de RDS zenders die zijn vastgelegd in het afstemgeheugen van de tuner. 1 Druk op RDS PTY om het huidige PTY type weer te geven. Druk op PRESET/PTY SELECT + of – tot het gewenste programmatype in het uitleesvenster verschijnt. Hieronder vindt u een overzicht van de beschikbare programmatypes. 2 Druk op de RDS PTY toets terwijl het programmatype in het uitleesvenster wordt aangegeven. De tuner doorloopt dan de vooringestelde RDS radiozenders op zoek naar het gekozen soort programma. (De aanduiding “SEARCH” en het programmatype verschijnen afwisselend in het uitleesvenster.) Wanneer de tuner/versterker een programma van het door u gekozen type vindt, stopt het apparaat met zoeken. Dan knippert het voorinstelnummer van de radiozender die het gekozen soort programma uitzendt, en vervolgens schakelt de tuner/versterker over op ontvangst en weergave van de betreffende uitzending. / TA (Verkeersinformatie) m NEWS (Nieuws) m INFO (Informatie) m OFF (Er licht geen enkele aanduiding op) Na uw keuze komt de tuner in de EON paraatstand te staan. De aanduidingen “NO TA”, “NO NEWS” of “NO INFO” kunnen verschijnen als u op de RDS EON toets drukt voordat er is afgestemd op een FM radiozender die RDS informatie uitzendt. Wanneer een radiozender begint een programma van het door u gekozen type uit te zenden, schakelt de tuner/ versterker over naar die zender, verschijnt er een mededeling (bijv. “NOW TA”) in het uitleesvenster en gaat de bijbehorende aanduiding (bijv “TA”) knipperen. Na afloop van de speciale uitzending schakelt de tuner weer automatisch terug naar de radiozender waar u oorspronkelijk naar luisterde (of naar de gebruikte geluidsbron). Stoppen met volgen van speciale uitzendingen Druk eenmaal op de RDS EON toets. 42NL Opmerking De aanduiding “NO PTY” verschijnt wanneer het door u gekozen programmatype niet wordt uitgezonden; de tuner keert dan terug naar de oorspronkelijke zender. Overzicht van de beschikbare programmatypen Programmatype U luistert naar CLASSICS Uitvoeringen van klassieke muziek door grote orkesten, kamermuziek, opera, enz. OTHER M Muziek die in geen enkele van de bovenstaande categorieën thuishoort, zoals bijvoorbeeld rhythm & blues en reggae. U luistert naar NONE Ieder type uitzending dat niet onder een van de volgende categorieën valt. NEWS Nieuwsberichten. AFFAIRS Aktualiteitenprogramma’s over onderwerpen die recentelijk in het nieuws zijn. WEATHER Weerberichten. FINANCE Beursberichten en financieeleconomische programma's. INFO Uitzendingen over consumentenzaken, medisch advies, weersinformatie, etc. CHILDREN Jongerenprogramma's. SOCIAL SPORT Sportuitzendingen. EDUCATE Educatieve programma’s en uitzendingen met advies op verschillende gebieden. Programma's over sociologie, geschiedenis, aardrijkskunde, psychologie, en maatschappijwetenschappen. RELIGION Programma's over religieuze aangelegenheden. Hoorspelen en radioseries. PHONE IN Meningsuiting via telefoon of panelgesprekken. TRAVEL Informatieprogramma's over reizen. LEISURE Vrijetijdsprogramma's waar luisteraars aan kunnen deelnemen. JAZZ Polyfonische, gesyncopeerde muziek. COUNTRY Muziek uit het zuiden van de VS. NATION M Hedendaagse populaire muziek uit land of streek. DRAMA CULTURE Radio-uitzendingen over nationale of regionale culturele aangelegenheden, zoals religie, taal en sociale vraagstukken. SCIENCE Programma’s over natuurwetenschappen en technologie. VARIED Gevarieerd amusement, zoals interviews met bekende persoonlijkheden, quizprogramma's en komedies. POP M Populaire muziek. ROCK M Rockmuziek. OLDIES “Golden age” muziek. EASY M Easy listening ("middle of the road" muziek). FOLK M LIGHT M Lichte klassieke muziek, zowel instrumentaal als vokaal. Muziek die stamt uit de muziekcultuur van een bepaald land. DOCUMENT Duidingsprogramma's. 43NL Radio-ontvangst Programmatype Overige bedieningsfuncties Cursortoetsen MULTI CHANNEL DECODING ?/1 DIMMER PRESET/ – PTY SELECT + SHIFT – TUNING + MEMORY DISPLAY BASS BOOST TONE FM/AM INPUT MODE SPEAKERS R ON r OFF A B VIDEO DVD/LD TV/SAT 5.1CH INPUT CINEMA STUDIO A MD/TAPE CD FM MODE MASTER VOLUME TUNER LEVEL C SOUND FIELD AUX PHONES B A. F. D. 2CH SUR i + RDS EON RDS PTY SET UP MUTING BASS BOOST TONE NAME MODE BASS/ TREBLE TUNER I – ENTER SET UP Instelknop NAME ENTER Kort overzicht van de toetsen en regelaars die u in dit hoofdstuk tegenkomt Naamgevingstoets (NAME): Druk hierop om uw voorkeurzenders en andere weergavebronnen elk een eigen naam te geven. Instelknop: Kies hiermee de lettertekens bij de naamgeving van voorkeurzenders en andere weergavebronnen. Cursortoetsen ( / ): Zet hiermee de cursor op de gewenste plaats bij het invoeren van namen voor de voorkeurzenders en andere weergavebronnen. Radio-ontvangst keuzetoets (TUNER): Druk hierop om in te stellen op de tuner, voor radio-ontvangst. Insteltoets (SET UP): Druk hierop om de bedieningsinstelling te maken. Invoertoets (ENTER): Druk hierop om de ingevoerde naam voor een voorkeurzender of andere weergavebron in het geheugen vast te leggen. 44NL U kunt een naam (indexnaam) van maximum 8 tekens invoeren voor voorkeurzenders en beeld/geluidsbronnen. Deze “index” namen (zoals bijvoorbeeld “VHS”) worden dan in het uitleesvenster aangegeven wanneer u instelt op weergave van de betreffende beeld/geluidsbron. U kunt niet meer dan één naam tegelijk invoeren voor elke voorkeurzender of beeld/geluidsbron. Deze functie kan handig zijn voor het uit elkaar houden van soortgelijke apparatuur. Zo kunt u bijvoorbeeld twee videorecorders onderscheiden met de typenamen “VHS” en “8MM”. Bovendien kunt u hiermee componenten benoemen die zijn aangesloten op stekkerbussen bedoeld voor andere apparatuur, zoals een tweede CD-speler die is aangesloten op de MD/TAPE aansluitingen. DIMMER BASS BOOST Voer de gewenste naam in met de instelknop en de cursortoetsen, als volgt: Draai aan de instelknop om een letterteken te kiezen en druk dan op de toets om de cursor op de plaats van de volgende letter te zetten. Bij een vergissing in de letterkeuze Druk net zovaak op de of cursortoets tot de foute letter gaat knipperen en kies dan met de instelknop het juiste letterteken. Druk op de ENTER toets. Invoeren van “index” namen voor nog andere voorkeurzenders Herhaal de stappen 2 t/m 5. TONE SHIFT – TUNING + MEMORY FM/AM A VIDEO B DVD/LD TV/SAT 5.1CH INPUT CINEMA STUDIO A MD/TAPE CD PHONES FM MODE MASTER VOLUME INPUT MODE SPEAKERS R ON r OFF TUNER AUX B LEVEL C SOUND FIELD A. F. D. 2CH SUR I i – + RDS EON RDS PTY SET UP MUTING BASS BOOST TONE NAME MODE BASS/ TREBLE ENTER Weergavebronkeuzetoetsen Weergavebron Opname-apparatuur (afspeelapparatuur) (cassettedeck, minidiscrecorder, videorecorder) l: Audio-signaalstroom .: Video-signaalstroom Opnemen op een audiocassette of minidisc Via deze tuner/versterker kunt u opnamen maken op een cassette of een minidisc. Zie voor nadere details van de bediening de gebruiksaanwijzing van uw cassettedeck of minidisc-recorder. 1 Stel in op de geluidsbron die u wilt opnemen. 2 Breng het weergave-apparaat in gereedheid voor afspelen. Plaats bijvoorbeeld de op te nemen compact disc in de CD-speler. 3 Plaats een voor opnemen geschikte cassette of minidisc in het opname-apparaat en stel zo nodig het opnameniveau in. 4 Start het opnemen op het opname-apparaat en start dan de weergave van de geluidsbron. Opmerkingen • U kunt geen digitale geluidssignalen opnemen met een opname-apparaat dat is aangesloten op de analoge MD/TAPE REC OUT aansluitingen. • De instellingen die u voor weergave maakt zijn niet van invloed op de signalen die worden doorgegeven via de MD/ TAPE REC OUT aansluitingen. Opmerking U kunt geen andere naam kiezen voor een RDS zender. 45NL Overige bedieningsfuncties Druk op de NAME toets. PRESET/ – PTY SELECT + DISPLAY . Stem af op de voorkeurzender die u van een “index” naam wilt voorzien. Als u niet weet hoe u kunt afstemmen op een voorkeurzender, volgt u de aanwijzingen onder “Afstemmen op vastgelegde voorkeurzenders” op blz. 41. Invoegen van een spatie Draai aan de instelknop tot er een spatie in het uitleesvenster verschijnt (de spatie bevindt zich tussen de “ ] ” en de letter “A”). 5 MULTI CHANNEL DECODING ?/1 l 3 4 Voor u begint dient u te controleren of alle apparaten naar behoren zijn aangesloten. Om een naam te geven aan een voorkeurzender Druk op de TUNER toets om in te stellen op de tuner. Dan wordt er afgestemd op de laatst ontvangen zender. Om een naam te geven aan een beeld/ geluidsbron Stel in op de beeld/geluidsbron (component) die u een naam wilt geven en ga dan door naar stap 3. 2 Deze tuner/versterker maakt het opnemen vanaf en op de aangesloten apparatuur bijzonder eenvoudig. U hoeft de apparaten voor weergave en voor opname niet afzonderlijk op elkaar aan te sluiten; na het kiezen van een weergavebron op de tuner/versterker kunt u gewoon gaan opnemen met behulp van de bedieningsorganen op de betrokken apparatuur. l 1 Opnemen . Naamgeving van voorkeurzenders en beeld/ geluidsbronnen Opnemen Automatisch uitschakelen met de sluimerfunctie Opnemen op een videocassette Met deze tuner/versterker kunt u beelden opnemen vanaf een TV of laserdisc-speler. Ook bestaat de mogelijkheid om tijdens kopiëren of monteren van video-opnamen een nieuw geluidsspoor in te voegen vanaf een geluidsbron naar keuze. Zie voor nadere bijzonderheden de gebruiksaanwijzing van uw laserdisc-speler. 1 Stel in op de beeld/geluidsbron die u wilt opnemen. 2 Breng het weergave-apparaat in gereedheid voor afspelen. Plaats bijvoorbeeld de op te nemen laserdisc in de laserdisc-speler. 3 Plaats een voor opnemen geschikte videocassette in de videorecorder die u voor opnemen gebruikt. 4 Start het opnemen op de opname-videorecorder en start dan de weergave van de laserdisc die u wilt opnemen. U kunt de tuner/versterker automatisch laten uitschakelen na een tijdsduur die u zelf kiest, zodat u gerust met muziek in slaap kunt vallen. Druk op de SLEEP toets van de afstandsbediening wanneer de tuner/versterker staat ingeschakeld. Telkens wanneer u op de SLEEP toets drukt, verspringt de sluimertijd als volgt. n 2:00:00 n 1:30:00n 1:00:00 n 0:30:00 n OFF Het uitleesvenster dooft nadat u de sluimertijd hebt ingesteld. z U kunt de sluimertijd precies naar wens instellen Druk eerst op de SLEEP toets van de afstandsbediening en stel dan de gewenste sluimertijd in met de instelknop van de tuner/ versterker. Daarmee kunt u de tijd precies tot op de minuut instellen. De maximaal instelbare tijdsduur is 5 uur lang. Overige bedieningsfuncties z U kunt het geluid van om het even welke geluidsbron opnemen op videocassette bij opname vanaf een laser disc z U kunt de resterende sluimertijd totdat de tuner/versterker uitschakelt controleren Zoek op de videoband het punt op waar u het nieuwe geluid wilt invoegen, stel in op de geluidsbron en start de weergave daarvan. Het geluid van het gekozen weergave-apparaat zal op het geluidsspoor van de videoband worden opgenomen, in plaats van het oorspronkelijke geluidsspoor. Druk op de SLEEP toets van de afstandsbediening. De resterende tijd tot het uitschakelen verschijnt in het uitleesvenster. Om terug te keren naar het oorspronkelijke geluidsspoor voor de rest van de video-opnamen, stelt u weer in op de videogeluidsbron. Opmerking Zorg dat er zowel digitale als analoge aansluitingen zijn gemaakt op de DVD/LD ingangen. Het is niet mogelijk analoge opnamen te maken als er alleen digitale aansluitingen zijn gemaakt. 46NL Instellingen met de SET UP toets Met de SET UP toets kunt u de volgende instellingen maken. Keuze van de 5.1CH videoweergavebron Met deze instelling kunt u kiezen welke videobron er moet worden weergegeven, samen met het geluid dat binnenkomt via de 5.1CH INPUT aansluitingen. Bij aflevering staat de 5.1CH videobron ingesteld op de DVD/LD videospeler. 1 Druk op de SET UP toets. 2 Druk op de cursortoetsen ( of onderdeel “5.1 V. IN” te kiezen. 3 Draai aan de instelknop om in te stellen op de gewenste videoweergavebron. ) om het Overige bedieningsfuncties 47NL Aanvullende informatie Verhelpen van storingen Als bij het gebruik van de tuner/versterker een van de volgende problemen zich voordoet, neemt u dan de controlepunten even door om het probleem te verhelpen. Zie ook de paragraaf “Controleren van de aansluitingen” op blz. 20 om zeker te stellen dat alle aansluitingen in orde zijn. Mocht de storing niet zo gemakkelijk te verhelpen zijn, raadpleeg dan a.u.b. de dichtstbijzijnde Sony handelaar. Er klinkt niet of nauwelijks geluid. , Controleer of alle luidsprekers en andere apparaten juist en stevig zijn aangesloten. , Controleer of de tuner/versterker wel is ingesteld op de juiste geluidsbron. , Let op dat de SPEAKERS keuzeschakelaar in de juiste stand staat (zie blz. 23). (alleen op de STRDE545 en STR-SE501) , Druk op de MUTING toets van de afstandsbediening om de geluiddemping uit te schakelen, zodat de “MUTING” aanduiding dooft. , Het beveiligingscircuit van de tuner/versterker is in werking getreden, vanwege een kortsluiting. Schakel de tuner/versterker uit, verhelp de kortsluiting en schakel het apparaat weer in. De weergave van links en rechts klinkt onevenwichtig of de kanalen zijn verwisseld. , Controleer of alle luidsprekers en andere apparaten juist en stevig zijn aangesloten. , Stel de weergave beter in met de voorbalansparameter (FRONT BALANCE) in het LEVEL menu. Er klinkt een storende bromtoon of andere bijgeluiden. , Controleer of alle luidsprekers en andere apparaten juist en stevig zijn aangesloten. , Houd de aansluitsnoeren uit de buurt van een transformator of een motor en ten minste 3 meter van een TV-toestel of tl-verlichting. , Plaats de geluidsapparatuur niet te dicht in de buurt van een ingeschakeld TV-toestel. , Wellicht zijn de stekkers en aansluitbussen vuil. Veeg ze schoon met een doekje met wat spiritus of zuivere alcohol. De middenluidspreker geeft geen geluid. , Zorg dat de klankbeeldfunctie is ingeschakeld (druk op de SOUND FIELD – MODE toets). , Kies een klankbeeld met de term “cinema” of “virtual” in de naam (zie blz. 28 t/m 30). , Stel de geluidssterkte van de luidsprekers evenwichtig in (zie blz. 19). , Zorg dat de formaatparameter voor de middenluidspreker is ingesteld op “SMALL” of “LARGE” (zie blz. 17). 48NL De achterluidsprekers geven niet of nauwelijks geluid. , Zorg dat de klankbeeldfunctie is ingeschakeld (druk op de SOUND FIELD – MODE toets). , Kies een klankbeeld met de term “cinema” of “virtual” in de naam (zie blz. 28 t/m 30). , Stel de geluidssterkte van de luidsprekers evenwichtig in (zie blz. 19). , Zorg dat de formaatparameter voor de achterluidsprekers is ingesteld op “SMALL” of “LARGE” (zie blz. 17). De lagetonen-luidspreker geeft geen geluid. , Controleer of de lagetonen-luidspreker op ON staat (zie blz 18). Het opnemen lukt niet. , Controleer of alle audio/video-apparatuur naar behoren is aangesloten. , Stel met een van de weergavebron-keuzetoetsen in op de gewenste geluidsbron. , Bij het opnemen van een digitale geluidsbron dient u de INPUT MODE ingangssignaal-keuzetoets op ANALOG te zetten (zie blz. 23) voor u gaat opnemen met een opname-apparaat dat is aangesloten op de analoge MD/TAPE aansluitingen. De RDS informatiefuncties werken niet. , Controleer of de tuner/versterker wel is afgestemd op een RDS informatiezender op de FM afstemband. , Stem af op een krachtiger FM RDS zender. De radio-uitzending wordt onderbroken door een andere zender of de tuner begint automatisch naar zenders te zoeken. , De EON overschakelfunctie is in werking getreden. Zorg dat de EON functie is uitgeschakeld als u niet wilt dat een geluidsbron of uitzending van een gekozen radiozender wordt onderbroken. Het geluid wordt niet met akoestiekeffect weergegeven. , Zorg dat de klankbeeldfunctie is ingeschakeld (druk op de SOUND FIELD – MODE toets). , Zorg bij gebruik van twee paar voorluidsprekers dat de SPEAKERS keuzeschakelaar is ingesteld op de luidsprekers A of B (niet op A+B, voor beide tegelijk). (alleen op de STR-DE545 en STR-SE501) “PCM--kHz” verschijnt in het uitleesvenster. , De bemonsteringsfrequentie ligt hoger dan 48 kHz. Zet de DVD instelling op 48 kHz. Er verschijnt niets in het uitleesvenster , Als het uitleesvenster meteen na het aanschakelen van de receiver dooft, druk dan op DIMMER om de weergavestand te wijzigen. Op het TV-scherm is geen beeld of slechts een onduidelijk beeld zichtbaar. , Stel de tuner/versterker op de juiste beeld/ geluidsbron in. , Stel het TV-toestel in op de gewenste beeldweergave. , Zet het TV-toestel iets verder van de audioapparatuur vandaan. De afstandsbediening werkt niet. , Richt de afstandsbediening recht op de afstandsbedieningssensor voorop de tuner/ versterker. , Verwijder eventuele obstakels tussen de afstandsbediening en de tuner/versterker. , Als de batterijen in de afstandsbediening leeg kunnen zijn, vervangt u ze dan beide door nieuwe. , Controleer of u wel de juiste toets op de afstandsbediening hebt ingedrukt. , Als de afstandsbediening staat ingesteld op bediening van alleen het TV-toestel, kies dan eerst met de component-keuzetoets op de afstandsbediening een andere beeld/geluidsbron dan de TV, dan kunt u daarna het gewenste apparaat bedienen. Pagina’s met aanwijzingen voor het wissen van het geheugen van de tuner/versterker Voor wissen van Leest u Het gehele geheugen pagina 15 De zelf aangepaste klankbeelden pagina 35 49NL Aanvullende informatie Het afstemmen op een radiozender lukt niet. , Controleer of de antennes goed zijn aangesloten. Verstel zonodig de stand van de antennes en sluit een buitenantenne aan. , Mogelijk is de signaalsterkte te gering voor ontvangst (bij gebruik van de automatische zoekafstemming). Gebruik de directe afstemming. , Er zijn nog geen zenders vooringesteld of de vastgelegde voorkeurzenders zijn uit het geheugen gewist (bij gebruik van de geheugenafstemming). Leg de gewenste zenders in het afstemgeheugen vast (zie blz. 40). , Druk op de DISPLAY toets zodat de afstemfrequentie in het uitleesvenster verschijnt. De gewenste RDS informatie verschijnt niet in het uitleesvenster. , Neem contact op met de radiozender en informeer of deze wel of geen RDS signalen uitzendt. Ook zenders die gewoonlijk wel RDS informatie uitzenden kunnen deze soms tijdelijk buiten werking stellen. Technische gegevens Versterker-gedeelte UITGANGSVERMOGEN Nominaal uitgangsvermogen in Stereo Mode STR-DE545/SE501: (aan 8 ohm, 1 kHz, THD 0.7%) 100 watt + 100 watt STR-DE445: (aan 8 ohm, 1 kHz, THD 0.7%) 60 watt + 60 watt Referentie-uitgangsvermogen STR-DE545/SE501: (aan 8 ohm,1 kHz, THD 0.7%) Voor: 100 watt + 100 watt Midden: 100 watt Achter: 100 watt + 100 watt Aanvullende informatie STR-DE445: (aan 8 ohm,1 kHz, THD 0.7%) Voor: 60 watt + 60 watt Midden: 60 watt Achter: 60 watt + 60 watt Frequentiebereik CD, MD/TAPE, DVD/LD, TV/SAT, VIDEO, AUX: 10 Hz - 50 kHz +0,5/–2 dB (zonder klankbeeld, toonregeling of basversterking) Ingangen (analoog) 5.1CH INPUT, CD, DVD/LD, MD/ TAPE, TV/SAT, VIDEO, AUX: Gevoeligheid: 250 mV Impedantie: 50 kOhm Signaal/ ruisverhoudinga): 96 dB (A, 250 mVb)) a) INPUT SHORT b) Netwerk-gewogen, ingangsniveau Ingangen (digitaal) DVD/LD (coaxiaal): Gevoeligheid: – Impedantie: 75 Ohm Signaal/ ruisverhouding: 100 dB (A, 20 kHz LPF) DVD/LD, TV/SAT*: Gevoeligheid: – Impedantie: – Signaal/ ruisverhouding: 100 dB (A, 20 kHz LPF) * Alleen op de STR-DE545 en STR-SE501. 50NL Uitgangen MD/TAPE (REC OUT); VIDEO (AUDIO OUT): Uitgangsspanning: 250 mV Impedantie: 10 kOhm SUB WOOFER: Uitgangsspanning: 2V Impedantie: 1 kOhm PHONES: Geschikt voor hoogen laagohmige hoofdtelefoons Basversterking +6 dB bij 70 Hz TONE ±6 dB bij 100 Hz en 10 kHz Bemonsteringsfrequentie 48 kHz Technische gegevens FM tuner-gedeelte Afstembereik 87,5 – 108,0 MHz AM tuner-gedeelte Afstemberei 531 – 1.602 kHz Antenne Antenne-aansluitingen 75 ohm, asymmetrisch Gevoeligheid Mono: 18,3 dBf, 2,2 µV/75 ohm Stereo: 38,3 dBf, 22,5 µV/75 ohm Bruikbare gevoeligheid 11,2 dBf, 1µV/75 ohm Harmonische vervorming bij 1 kHz Mono: 0,3% Stereo: 0,5% Kanaalscheiding 45 dB bij 1 kHz Bruikbare gevoeligheid 50 dB/meter (bij 999 kHz) Signaal/ruisverhouding 54 dB (bij 50 mV/ meter) Harmonische vervorming 0,5 % (bij 50 mV/ meter, 400 kHz) Video-gedeelte Ingangsspanning Video: 1 Vt-t, 75 ohm S-video*: Y: 1 Vt-t, 75 ohm C: 0,286 Vt-t, 75 ohm Uitgangsspanning Video: 1 Vt-t, 75 ohm S-video*: Y: 1 Vt-t, 75 ohm C: 0,286 Vt-t, 75 ohm Selectiviteit 60 dB bij 400 kHz Tuner-gedeelte: Quartz PLL kwartsen fasegekoppeld digitaal synthesizer afstemsysteem Voorversterkergedeelte: Ruisarme NF-type equalizerversterker Eindversterkergedeelte: Zuiver complementaire SEPP versterker Stroomvoorziening 230 V wisselstroom, 50/60 Hz Stroomverbruik STR-DE545/SE501: 220 watt STR-DE445: 160 watt Netstroomuitgangen (alleen op de STR-DE545 en STR-SE501) 1 uitschakelbaar, maximaal 100 watt Afmetingen (b/h/d) 430 x 303 x 157 mm, incl. uitstekende onderdelen en knoppen * Alleen op de STR-DE545 en STR-SE501. Gewicht (ca.) STR-DE545: 7,9 kg STR-DE445: 7,7 kg STR-SE501: 8,2 kg Bijgeleverd toebehoren Zie blz. 4. Wijzigingen in ontwerp en technische gegevens voorbehouden, zonder kennisgeving. 51NL Aanvullende informatie Frequentiebereik 30 Hz – 15 kHz +0,5/–2 dB Systeem Kaderantenne Selectiviteit bij 9 kHz: 35 dB Signaal/ruisverhouding Mono: 76 dB Stereo: 70 dB Algemeen Verklarende woordenlijst Akoestiek-weergave Geluidsweergave die bestaat uit drie geluidscomponenten: direct geluid, rechtstreeks weerkaatst geluid (vroege weerkaatsingen) en een (latere) nagalm. De akoestiek van de ruimte waarin u luistert beïnvloedt de wijze waarop u deze drie geluidscomponenten hoort. De akoestiek-weergavecombineert deze geluidscomponentenop een dusdanige manier dat diverse luisteromgevingen, zoals een concertzaal, kunnen worden nagebootst. • Geluidscomponenten Nagalm Vroege weerkaatsingen Dolby Digital (AC-3) Dit is een weergavesysteem voor de bioscoop, meer geavanceerd dan de Dolby Pro Logic Surround. Hierbij geven de achterluidsprekers stereo geluid weer met een breder frequentiebereik, en is tevens voorzien in een afzonderlijk “subwoofer” lagetonenkanaal voor de diepste bassen. Dit systeem wordt ook aangeduid als “5.1”, met vijf gewone voor-, midden- en achterluidsprekers plus het subwooferkanaal dat voor 0.1 telt (aangezien het alleen dient voor de ultralage tonen). Alle zes kanalen worden bij dit systeem afzonderlijk opgenomen, voor een optimale kanaalscheiding. En omdat alle signalen digitaal verwerkt worden, is er minder verlies aan kwaliteit. De naam “AC-3” geeft aan dat dit de derde audio-codeermethode is die ontwikkeld werd door de Dolby Laboratories Licensing Corporation. Direct geluid Digital Cinema Sound Dit is een algemene term voor de akoestiek-weergave die geboden wordt door de digitale signaalverwerkingstechniek ontwikkeld door Sony. In tegenstelling tot de eerdere akoestische klankbeelden die voornamelijk bedoeld waren voor muziekweergave, is de Digital Cinema Sound specifiek ontworpen voor het weergeven van filmgeluid. • Weergave van het geluid via de achterluidsprekers Direct geluid Aanvullende informatie Niveau Vroege weerkaatsingen Nagalm Vroege weerkaatsingstijd Tijd Dolby Pro Logic Surround Een van de decodeersystemen voor Dolby Surround geluid, waarmee een twee-kanaals geluidsspoor wordt omgezet in vier gescheiden kanalen. Vergeleken met het eerdere Dolby Surround systeem, zorgt de Dolby Pro Logic Surround voor een meer natuurlijk klankbeeld met vloeiender verlopende bewegingen en precieser gelokaliseerd geluid. Om de voordelen van Dolby Pro Logic Surround optimaal te horen, heeft u een paar achterluidsprekers en een middenluidspreker nodig. De achterluidsprekers geven het geluid in mono weer. 52NL Instellingen waarvoor de SUR, LEVEL, BASS/TREBLE, en SET UP toetsen worden gebruikt U kunt een heel stel geluidsinstellingen zelf naar wens aanpassen met de SUR, LEVEL, BASS/TREBLE, en SET UP toetsen, de instelknop en de cursortoetsen. Hieronder volgt een overzicht van de beschikbare instellingen. Druk op de onderstaande toets zodat deze oplicht: Druk op de of cursortoets om in te stellen op: Draai aan de instelknop om een instelling te kiezen: Zie blz. SUR toets EFFECT LEVEL afhankelijk van het klankbeeld (in 16 stapjes) 33 WALL TYPE van –8 tot +8 (in stapjes van 1 tegelijk) REVERBERATION TIME van –8 tot +8 (in stapjes van 1 tegelijk) FRONT BALANCE van –8 tot +8 (in stapjes van 1 tegelijk) REAR BALANCE van –8 tot +8 (in stapjes van 1 tegelijk) REAR LEVEL van –10 dB tot +6 dB (in stapjes van 1 dB) CENTER LEVEL van –10 dB tot +6 dB (in stapjes van 1 dB) SUB WOOFER LEVEL van –10 dB tot +6 dB (in stapjes van 1 dB) LFE MIX LEVEL van –20 dB tot 0 dB (in stapjes van 1 dB) of OFF dts LFE MIX LEVEL van –20 dB tot +10 dB (in stapjes van 1 dB) of OFF DYNAMIC RANGE COMP van 0.1 tot 0.9 (in stapjes van 0,1 dB) of STD, MAX of OFF BASS van –6 dB tot +6 dB (in stapjes van 2 dB) TREBLE van –6 dB tot +6 dB (in stapjes van 2 dB) LEVEL toets BASS/TREBLE toets L C R (FRONT) LARGE of SMALL (CENTER) LARGE, SMALL of NO (REAR) LARGE, SMALL of NO LS RS REAR PL. PL. SIDE of PL. BEHD. REAR HGT. HGT. LOW of HGT. HIGH SUB WOOFER S.W. YES of S.W. NO L C R (FRONT) XX.X METER (CENTER) XX.X METER LS RS (REAR) XX.X METER 5.1 V. IN [XXX] 35 16 Aanvullende informatie *SET UP 34 van 1,0 meter (3 feet) en 12,0 meter (40 feet) in stapjes van 10 cm (of stapjes van 0,1 meter) van FRONT tot 1,5 meter (5 feet) in stapjes van 10 cm (of stapjes van 0,1 meter) van FRONT tot 4,5 meter (15 feet) in stapjes van 10 cm (of stapjes van 0,1 meter) V-TV/SAT, V-DVD/LD, V-VIDEO 47 * Als u op de SET UP toets drukt, kunt u NORM. SP (gewone luidsprekers) of MICRO SP (microsatellietluidsprekers) kiezen. (pagina 16) 53NL Beschrijving van de afstandsbediening (alleen op de STRDE445) De systeemcomponenten kunnen worden bediend met de afstandsbediening. De onderstaande tabellen geven een overzicht van de instellingen van elke toets. Toets Voor bediening van Funktie Toets Voor bediening van Funktie SLEEP Tuner/versterker Activateert de sluimerfunctie en de tijdsspanne waarna de receiver automatisch uitschakelt. D.TUNING Tuner/versterker Direct invoeren van radiozenders. ./> CD-speler/ Overslaan van muziekstukken. minidisc-recorder/ DVD-speler/ laserdisc-speler/ VCD-speler/ cassettedeck/ videorecorder/ DAT deck m/M CD-speler/ DVD-speler/ VCD-speler AV ?/1 TV/VCR/ In/uitschakelen van de stroom. CD-speler/ DVD-speler/ minidisc-recorder/ VCD-speler/ laserdisc-speler/ DAT deck ?/1 Tuner/versterker Om de receiver aan of af te zetten. Zoeken van muziekstukken (voorwaarts of terugwaarts). Aanvullende informatie VIDEO Tuner/versterker Om videocassettes te bekijken. DVD/LD Tuner/versterker Om een DVD of beeldplaat te bekijken. TV/SAT Tuner/versterker Om TV-beelden of beelden van een satellietontvanger te bekijken. MD/TAPE Tuner/versterker Om een Minidisc of audiocassette te beluisteren. n Cassettedeck CD Tuner/versterker Om een compact disc te beluisteren. N TUNER Tuner/versterker Om radioprogramma’s te beluisteren. AUX Tuner/versterker Om audio-apparatuur te beluisteren. CD-speler/ Starten van de weergave. cassettedeck/ minidisc-recorder/ videorecorder/ DVD-speler/ VCD-speler/ laserdisc-speler/ DAT deck 5.1CH Tuner/versterker Om een DVD speler of Dolby Digital te bekijken. X 0-9 Tuner/versterker Gebruik de “SHIFT” toets om het voorinstelzendernummer te kiezen tijdens DIRECT TUNING of MEMORY mode. CD-speler/ Tijdelijk onderbreken van de cassettedeck/ weergave of opname. (Ook voor minidisc-recorder/ het starten van de opname van videorecorder/ apparatuur die in de opnameDVD-speler/ pauzestand staat.) VCD-speler/ laserdisc-speler/ DAT deck x CD-speler/ Stoppen van de weergave. cassettedeck/ minidisc-recorder/ videorecorder/ DVD speler/ VCD-speler/ laserdisc-speler/ DAT deck POSITION* TV Veranderen van de plaats van het inzetbeeld. SWAP* TV Verwisselen van het inzetbeeld en het gewone beeld. DISC CD-speler Discs kiezen. (Enkel Mega StorageCD-speler.) CD-speler/ Kiezen van muziekstuk-nummers. minidisc-recorder/ Met 0 kiest u muziekstuknummer VCD-speler/ 10. laserdisc-speler/ DAT deck TV/ videorecorder/ SAT >10 ENTER SHIFT -/-- Kiezen van kanaalnummers. CD-speler/ Kiezen van muziekstuk-nummers cassettedeck/ boven de 10. minidisc-recorder/ VCD-speler/ laserdisc-speler TV/ Druk hierop om de waarde in te videorecorder/ voeren na het kiezen van een SAT/ kanaal, disc of muziekstuk. cassettedeck/ laserdisc-speler/ VCD-speler/ minidisc-recorder/ DAT deck Tuner/versterker TV cassettedeck/ Vooruitspoelen of terugspoelen. minidisc-recorder/ videorecorder/ laserdisc-speler/ DAT deck Druk herhaaldelijk om een geheugenpagina te kiezen voor het voorinstellen van radiozenders of het afstemmen op vooringestelde radiozenders. Om met de nummertoetsen kanaalnummers te kunnen kiezen, bestaande uit één of twee cijfers. Starten van de weergave van de achterkant van de cassette. SUB CH +/–* TV Om voorinstelkanalen voor het kleine beeld te kiezen. CH PRESET +/– Tuner/versterker Doorlopen en kiezen van vooringestelde zenders. TV/VCR/SAT Kiezen van kanalen. TV/ videorecorder/ DVD speler/ VCD-speler/ laserdisc-speler Om informatie op het TV-scherm te selecteren. DISPLAY * Uitsluitend voor Sony TV’s voorzien van de beeld-in-beeld funktie. 54NL Toets Voor bediening van Funktie P IN P* TV In werking stellen van de beeld-inbeeld funktie. JUMP TV Schakelt om tussen vorige en huidige kanalen. WIDE TV Kiest de breedbeeldstand. D. SKIP CD-speler Overslaan van compact discs (alleen voor een CD-speler met een multi-disc wisselaar). ANT TV/ VTR Videorecorder Kiezen van het uitgangssignaal van de antenne-aansluiting: TV-signaal of videoprogramma. TV/VIDEO TV/videorecorder Kiezen van het ingangssignaal: TVsignaal of videoprogramma. A. F. D. Tuner/versterker Auto Format Decoding. 2CH/OFF Tuner/versterker Om het geluidsveld uit te schakelen. MODE Tuner/versterker Om de geluidsveldstand te kiezen. EQ/TONE Tuner/versterker Om het geluidseffect aan of uit te schakelen. BASS BOOST Tuner/versterker MUTING Tuner/versterker Om het geluid van de receiver uit te schakelen. Indrukken om de testtoon te laten horen. CURSOR MODE Druk deze toets herhaaldelijk in om één van de drie cursorstanden: LEVEL, SURROUND en BASS/ TREBLE te kiezen. Tuner/versterker Om het hoofdvolume van de receiver te regelen. MENU </> Tuner/versterker Om een menu item te kiezen. MENU +/– Tuner/versterker Om instellingen te verrichten of te wijzigen. MENU Het is echter niet mogelijk om de fabrieksinstelling van de TUNER toets te veranderen. AV ?/1 DVD speler Om het DVD menu te tonen. F/f/G/g DVD speler Om een menu item te kiezen. ENTER DVD speler Om de selectie in te voeren. RETURN DVD speler Om terug te keren naar het vorige menu of het menu te verlaten. TITLE DVD speler Om de DVD titel te tonen. AV ?/1 SLEEP ?/1 ?/1 SYSTEM STANDBY AUX VIDEO DVD/LD MD/TAPE CD MENU 1 2 G 4 7 5 5.1CH TV/SAT TUNER F >10 3 ENTER g 6 Nummertoetsen f TITLE 8 SHIFT = Funktiekeuzetoetsen 9 RETURN 0 >10 – /– – POSITION SWAP = + – SUB CH + ENTER D.TUNING ENTER DISC CH/ PRESET 0 ) DISPLAY P IN P ANT TV/VTR 9 ( D.SKIP JUMP WIDE TV/ VIDEO P p SOUND FIELD MODE 2CH/OFF A.F.D. EQ/TONE BASS BOOST TEST TONE CURSOR MODE MUTING MASTER VOL MENU MASTER VOL – * Uitsluitend voor Sony TV’s voorzien van de beeld-in-beeld funktie. Opmerking Bepaalde Sony apparatuur is niet geschikt voor deze afstandsbediening en zal niet reageren op de bovengenoemde bedieningstoetsen. 55NL Aanvullende informatie MASTER Als de toewijzingen van de FUNCTION toetsen (hierboven) zoals deze in de fabriek zijn ingesteld, niet overeenstemmen met die van uw apparatuur, is het mogelijk om deze instellingen aan te passen. Als u bijvoorbeeld over twee CD-spelers beschikt en u heeft geen cassettedeck of minidisc-recorder, kunt u de MD/ TAPE toets toewijzen aan uw tweede CD-speler. Om het bass-geluid van de voorluidsprekers te versterken. TEST TONE Tuner/versterker Tuner/versterker Veranderen van de toewijzingen van een funktiekeuzetoets Beschrijving van de afstandsbediening (alleen op de STR-DE445) 1 Houd de Funktiekeuzetoetsen waarvan u de toewijzing wilt veranderen, ingedrukt (bijvoorbeeld MD/TAPE). 2 Druk op de betreffende toets van de component die u aan de functietoets wilt toekennen (bijvoorbeeld 1 - CD-speler). De volgende cijfertoetsen zijn bedoeld om de functies te selecteren: Bedienen Drukt u op CD-speler 1 DAT deck 2 Minidisc-recorder 3 Cassettedeck A 4 Cassettedeck B 5 Laserdisc-speler 6 Videorecorder (bedieningsstand VTR 1*) 7 Videorecorder (bedieningsstand VTR 2*) 8 Videorecorder (bedieningsstand VTR 3*) 9 TV-toestel 0 DSS (Digital Satellite System) DVD VCD-speler >10 ENTER . Aanvullende informatie * Sony videorecorders worden bediend in een VTR 1, 2 of 3 stand. Deze bedieningsstanden komen overeen met resp. Beta, 8mm en VHS. U kunt nu de MD/TAPE toets gebruiken voor het bedienen van een tweede CD-speler. De AUX functie overschakelen naar een andere functie Hou SLEEP ingedrukt en druk op de toets van de component waaraan u die wilt toekennen. De 5.1 CH functie overschakelen naar een andere functie Hou AV ?/1 ingedrukt en druk op de toets van de component waaraan u die wilt toekennen. Een toets in de fabrieksinstelling zetten Voer de bovenstaande procedure opnieuw uit. Alle functietoetsen in de fabrieksinstelling zetten Druk tegelijk op ?/1, AV ?/1 en MASTER VOL –. 56NL Index A E, F Aanduidingen in het uitleesvenster 24 Aanpassen van de klankbeelden 33 Aansluiten 5.1CH INPUT component 9 antennes 5 audio-apparatuur 6 CONTROL A1 10, 11 digitale componenten 8 luidsprekersysteem 13 netsnoer 11 video-apparatuur 7 AC-3. Zie Dolby Digital (AC-3) Afstemmen direct 39 doornemen van zenders. Zie Automatische zoekafstemming op voorkeurzenders 40 Akoestiek-weergave 16 - 20, 27 36, 52 Automatische zoekafstemming 40 Effectniveau 33 EON. Zie RDS Monteren. Zie Opnemen N G, H Geheugenafstemming automatisch voorinstellen 41 voorkeurzender kiezen 41 voorinstellen van zenders 40 Naamgeving geluidsbronnen 45 voorkeurzenders 45 O Ontvangen van zenders. Zie Afstemmen Opnemen audiocassette of minidisc 45 videocassette 46 I, J Indexfunctie. Zie Naamgeving Instellen akoestiekparameters 33 effectniveau 33 toonregeling 35 helderheid van het uitleesvenster 24 klankkleur 36 luidsprekervolume 19 P, Q Parameters 34, 36 R Radio-ontvangst. Zie Afstemmen K Basisbediening 22 - 26 Batterijen 4 Bijgeleverd toebehoren 4 Bijregelen. Zie Instellen C CONTROL A1 10, 11 Controleren van de aansluitingen 20 S Sluimerfunctie 46 Surround akoestiek 16 - 20, 27 36, 52 T Testtoon 19 U Uitpakken 4 V Voorkeurzenders afstemmen 41 automatisch vastleggen 40 vastleggen 41 L Digital Cinema Sound 52 Directe afstemming 39 Dolby Digital (AC-3) 52 Dolby Pro Logic Surround 52 Doornemen van zenders radiozenders. Zie Automatische zoekafstemming voorkeurzenders. Zie Geheugenafstemming Luidsprekers aansluiten 13 geluidssterkte 19 impedantie 14 kiezen van de voorluidsprekers A/B 23 opstelling 16 volumeregeling 19 W, X, Y Wissen van het geheugen 15 Z Zendernamen. Zie Naamgeving 57NL Aanvullende informatie Kiezen beeld/geluidsbron 22 klankbeelden 28 voorluidsprekers 23 weergave-component 22 Klankbeeld aanpassen 33 instelbare parameters 36 kiezen 28 terugstellen 35 voorgeprogrammeerd 28 - 30 Klankkleur 36 Kopiëren. Zie Opnemen B D M
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154
  • Page 155 155
  • Page 156 156
  • Page 157 157
  • Page 158 158
  • Page 159 159
  • Page 160 160
  • Page 161 161
  • Page 162 162
  • Page 163 163
  • Page 164 164
  • Page 165 165
  • Page 166 166
  • Page 167 167
  • Page 168 168
  • Page 169 169
  • Page 170 170
  • Page 171 171
  • Page 172 172
  • Page 173 173
  • Page 174 174
  • Page 175 175
  • Page 176 176
  • Page 177 177
  • Page 178 178
  • Page 179 179
  • Page 180 180
  • Page 181 181
  • Page 182 182
  • Page 183 183
  • Page 184 184
  • Page 185 185
  • Page 186 186
  • Page 187 187
  • Page 188 188
  • Page 189 189
  • Page 190 190
  • Page 191 191
  • Page 192 192
  • Page 193 193
  • Page 194 194
  • Page 195 195
  • Page 196 196
  • Page 197 197
  • Page 198 198
  • Page 199 199
  • Page 200 200
  • Page 201 201
  • Page 202 202
  • Page 203 203
  • Page 204 204
  • Page 205 205
  • Page 206 206
  • Page 207 207
  • Page 208 208
  • Page 209 209
  • Page 210 210
  • Page 211 211
  • Page 212 212
  • Page 213 213
  • Page 214 214
  • Page 215 215
  • Page 216 216
  • Page 217 217
  • Page 218 218
  • Page 219 219
  • Page 220 220
  • Page 221 221
  • Page 222 222
  • Page 223 223
  • Page 224 224
  • Page 225 225
  • Page 226 226

Sony HT-NT3 de handleiding

Categorie
Dvd spelers
Type
de handleiding

Andere documenten