45
NL
Tijdens het uitvoeren van reinigings- en onder-
houd
shandelingen dient u altijd deze instructies te
volgen:
• draag beschermende, ongevalbestendige hand-
schoenen;
• gebruik geen oplosmiddelen of brandbare mate-
rialen;
• gebruik geen schurende en/of metalen sponzen
om het apparaat en de onderdelen van het appa-
raat te reinigen;
• was de onderdelen van het apparaat niet in een
vaatwasser;
• droog de onderdelen van het apparaat niet in een
conventionele- en/of magnetronoven,
• dompel het apparaat niet onder in water;
• stel het apparaat niet bloot aan waterdruppels of
-stralen;
• reinig alleen met warm water en een reinigings-
product gemaakt van natriumhypochloriet ver-
dund in water voor een actieve chlorideconcentra-
tie.
• zorg er na het voltooien van de handelingen voor
dat alle beschermkappen en beveiligingen die
zijn verwijderd of geopend weer terug op hun
plaats zijn gezet en goed zijn vastgezet.
Reiniging en desinfecteren zijn handelingen die op
regelmatige basis en met de grootst mogelijke zorg
moeten worden uitgevoerd om te garanderen dat
de kwaliteit van de drank uit het apparaat in orde is
en voldoet aan de verplichte hygiënenormen.
Elke kom moet voor een productverandering ten
minste elke 2 dagen worden en in elk geval in
overeenstemming met de geldende hygiënenor-
men in het land van de gebruiker. Deze hande-
lingen moeten vaker worden uitgevoerd indien
vereist door de kenmerken van het product dat
wordt gebruikt; voor meer informatie, neem con-
tact op met de leverancier van het product.
De metalen, kunststoffen en rubberen materia-
len die zijn gebruikt om deze onderdelen te ma-
ken, in combinatie met de specifieke vormen ma-
ken het reinigen eenvoudiger maar voorkomen
niet dat er bacteriën en schimmels vormen in het
geval het apparaat onvoldoende wordt gereinigd.
1.1. Reinigings- en desinfectieprocedures
Tijdens het uitvoeren van reinigings- en desinfec-
tieshandelingen dient u altijd de onderstaande in-
structies te volgen:
• leeg het product uit de kom, (zie paragraaf 1.2);
•
verwijder de kom van het apparaat, (zie paragraaf
1.3);
• verwijder de kraan van het apparaat, (zie para-
graaf 1.4);
• reinig de pan, (zie paragraaf 1.5);
• demonteer de kraan die u eerder van het appa-
raat heeft verwijderd, (zie paragraaf 1.6);
• was en desinfecteer de onderdelen van het appa-
raat, (zie paragraaf 1.7);
•
plaats de kom terug op het apparaat, (zie paragraaf
1. 8.1);
• Gebruik een vochtige doek en/of niet-schuren-
de spons gedrenkt in desinfectiemiddel om het
kraankoppelstuk te reinigen;
• monteer de kraan opnieuw, (zie paragraaf 1.8.2);
• bevestig de kraan op het apparaat, (zie paragraaf
1.8 3);
• voer de desinfectieprocedure uit voor de binnen-
kant van het apparaat, (zie paragraaf 1.9);
• reinig de lekbak, (zie paragraaf 1.10)
• reinig de kom met behulp van een vochtige doek
en/of een niet-schurende spons, (zie paragraaf
1.11).
• leeg de ketel, (zie paragraaf 1.12);
• Reinig en ontkalk de ketel, (zie paragraaf 1.13);