Electrolux EOE6P41Z Handleiding

Categorie
Kookplaten
Type
Handleiding
EOE6P41Z
EOE6P51X
KOEDP41X
NL
Oven Gebruiksaanwijzing
INHOUDSOPGAVE
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE............................................................................... 3
2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN...................................................................... 5
3. MONTAGE .........................................................................................................8
4. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT............................................................10
5. BEDIENINGSPANEEL..................................................................................... 10
6. VOORDAT U HET APPARAAT VOOR DE EERSTE KEER GEBRUIKT.........11
7. DAGELIJKS GEBRUIK.....................................................................................11
8. KLOKFUNCTIES.............................................................................................. 13
9. GEBRUIK VAN DE ACCESSOIRES................................................................ 15
10. EXTRA FUNCTIES.........................................................................................17
11. AANWIJZINGEN EN TIPS..............................................................................18
12. ONDERHOUD EN REINIGING...................................................................... 30
13. PROBLEEMOPLOSSING...............................................................................33
14. ENERGIEZUINIGHEID...................................................................................36
WE DENKEN AAN U
Bedankt voor het kopen van een Electrolux-apparaat. U koos voor een product
dat jaren professionele ervaring en innovatie bevat. Ingenieus en stijlvol, het werd
ontworpen met u in het achterhoofd. Wanneer u het gebruikt, kunt u er op
vertrouwen dat u keer op keer fantastische resultaten zult krijgen.
Welkom bij Electrolux.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en
onderhoudsinformatie:
www.electrolux.com/webselfservice
Registreer uw product voor een betere service:
www.registerelectrolux.com
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw
apparaat:
www.electrolux.com/shop
KLANTENSERVICE
Gebruik altijd originele onderdelen.
Als u contact opneemt met de klantenservice zorg dat u de volgende gegevens
bij de hand hebt: model, productnummer, serienummer.
Deze informatie wordt vermeld op het typeplaatje.
Waarschuwing / Belangrijke veiligheidsinformatie
Algemene informatie en tips
Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden.
www.electrolux.com2
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor
installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is
niet verantwoordelijk voor verwondingen of schade die
voortvloeit uit de onjuiste installatie of het onjuiste
gebruik. Bewaar de instructies altijd op een veilige,
toegankelijke plek voor toekomstig gebruik.
1.1 De veiligheid van kinderen en kwetsbare
personen
Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8
jaar en ouder en door mensen met beperkte
lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of
een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder
toezicht staan of instructies hebben gekregen over het
veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de
eventuele gevaren begrijpen.
Kinderen tussen de 3 en 8 jaar oud en personen met
zware en complexe beperkingen dienen altijd uit de
buurt van het apparaat te worden gehouden, tenzij ze
voortdurend onder toezicht staan.
Kinderen jonger dan 3 jaar dienen, mits zij
voortdurend onder toezicht staan, bij het apparaat uit
de buurt te worden gehouden.
Laat kinderen niet spelen met het apparaat.
Houd alle verpakkingen uit de buurt van kinderen en
verwijder ze op gepaste wijze.
Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het
apparaat als het in werking is of afkoelt. Makkelijk
toegankelijke onderdelen kunnen heet worden tijdens
gebruik.
Als het apparaat is voorzien van een kinderslot, dient
dit te worden geactiveerd.
Kinderen mogen zonder toezicht geen reinigings- en
onderhoudswerkzaamheden aan het apparaat
uitvoeren.
NEDERLANDS 3
1.2 Algemene veiligheid
Alleen een erkende installatietechnicus mag het
apparaat en de kabel vervangen.
WAARSCHUWING: Het apparaat en de toegankelijke
onderdelen ervan worden heet tijdens gebruik. U dient
te voorkomen de verwarmingselementen aan te raken.
Gebruik altijd ovenhandschoenen om accessoires of
kookgerei te plaatsen of verwijderen.
Voordat u welke onderhoudshandeling dan ook
verricht, de stekker van het apparaat uit het
stopcontact trekken.
WAARSCHUWING: Zorg ervoor dat het apparaat is
uitgeschakeld voordat u de lamp vervangt om
elektrische schokken te voorkomen.
Gebruik het apparaat niet voordat u het in de
ingebouwde structuur installeert.
Gebruik geen stoomreiniger om het apparaat schoon
te maken.
Gebruik nooit agressieve reinigingsmiddelen of
scherpe metalen schrapers om de glazen deur schoon
te maken, deze kunnen krassen veroorzaken op het
oppervlak, waardoor het glas zou kunnen breken.
Als het netsnoer beschadigd is, moet de fabrikant, een
erkende serviceverlener of een gekwalificeerd
persoon deze vervangen teneinde gevaarlijke situaties
te voorkomen.
Overtollige voedselresten moeten verwijderd worden
alvorens de pyrolytische reiniging te starten. Verwijder
alle onderdelen van de oven.
Om de inschuifrails te verwijderen trekt u eerst de
voorkant van de inschuifrail en dan de achterkant uit
de zijwanden. Installeer de inschuifrails in de
omgekeerde volgorde.
Gebruik alleen de vleesthermometer
(kerntemperatuursensor) die voor dit apparaat wordt
aangeraden.
www.electrolux.com4
2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
2.1 Installatie
WAARSCHUWING!
Alleen een erkende
installatietechnicus mag het
apparaat installeren.
Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
Installeer en gebruik geen beschadigd
apparaat.
Volg de installatie-instructies op die
zijn meegeleverd met het apparaat.
Pas altijd op bij verplaatsing van het
apparaat, want het is zwaar. Gebruik
altijd veiligheidshandschoenen en
gesloten schoeisel.
Trek het apparaat nooit aan de
handgreep van zijn plaats.
Houd de minimumafstand naar
andere apparaten en units in acht.
Installeer het apparaat op een veilige
en geschikte plaats die aan alle
installatie-eisen voldoet.
Het apparaat is uitgerust met een
elektrisch koelsysteem. Het heeft
elektrische stroom nodig.
Minimumhoogte
kast (Minimumhoog‐
te kast onder werk‐
blad)
590 (600) mm
Kastbreedte 560 mm
Kastdiepte 550 (550) mm
Hoogte van de voor‐
kant van het appa‐
raat
594 mm
Hoogte van de ach‐
terkant van het ap‐
paraat
576 mm
Breedte van de
voorkant van het
apparaat
595 mm
Breedte van de ach‐
terkant van het ap‐
paraat
559 mm
Diepte van het ap‐
paraat
569 mm
Ingebouwde diepte
van het apparaat
548 mm
Diepte met open
deur
1022 mm
Minimumgrootte
ventilatieopening.
Opening geplaatst
aan de onderkant
van de achterzijde
560x20 mm
Lengte netvoedings‐
kabel. Kabel wordt
in de rechterhoek
van de achterzijde
geplaatst
1500 mm
Bevestigingsschroe‐
ven
4x25 mm
2.2 Elektrische aansluiting
WAARSCHUWING!
Gevaar voor brand en
elektrische schokken.
Alle elektrische aansluitingen moeten
door een gediplomeerd
elektromonteur worden gemaakt.
Dit apparaat moet worden
aangesloten op een geaard
stopcontact.
Zorg ervoor dat de parameters op het
vermogensplaatje overeenkomen met
elektrische vermogen van de
netstroom.
Gebruik altijd een juist geïnstalleerd
schokbestendig stopcontact.
Gebruik geen meerwegstekkers en
verlengsnoeren.
Zorg dat u de hoofdstekker en kabel
niet beschadigt. Indien de
voedingskabel moet worden
vervangen, dan moet dit gebeuren
door onze Klantenservice.
Laat de stroomkabel niet in aanraking
komen met de deur van het apparaat
of de niche onder het apparaat, met
name niet als deze werkt of als de
deur heet is.
De schokbescherming van delen
onder stroom en geïsoleerde delen
NEDERLANDS 5
moet op zo'n manier worden
bevestigd dat het niet zonder
gereedschap kan worden verplaatst.
Steek de stekker pas in het
stopcontact als de installatie is
voltooid. Zorg ervoor dat het netsnoer
na installatie bereikbaar is.
Sluit de stroomstekker niet aan op
een losse stroomaansluiting.
Trek niet aan het netsnoer om het
apparaat los te koppelen. Trek altijd
aan de stekker.
Gebruik enkel correcte
isolatievoorzieningen:
stroomonderbrekers, zekeringen
(schroefzekeringen moeten uit de
houder worden verwijderd),
aardlekschakelaars en contactgevers.
De elektrische installatie moet een
isolatieapparaat bevatten waardoor
het apparaat volledig van het lichtnet
afgesloten kan worden. Het
isolatieapparaat moet een
contactopening hebben met een
minimale breedte van 3 mm.
Sluit de deur van het apparaat
volledig voordat u de stekker in het
stopcontact steekt.
Dit apparaat wordt geleverd met
stekker en netsnoer.
Kabeltypes die van toepassing zijn
op de installatie of vervanging voor
Europa:
H07 RN-F, H05 RN-F, H05 RRF, H05
VV-F, H05 V2V2-F (T90), H05 BB-F
Voor het deel van de kabel raadpleegt u
het totale vermogen op het typeplaatje. U
kunt ook de tabel raadplegen:
Totaal vermogen
(W)
Deel van de kabel
(mm²)
maximaal 1380 3 x 0.75
maximaal 2300 3 x 1
maximaal 3680 3 x 1.5
De aardekabel (groene/gele kabel) moet
2 cm langer zijn dan de fase- en neutrale
kabels (blauwe en bruine kabels).
2.3 Gebruik
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel,
brandwonden, elektrische
schokken of een explosie.
Dit apparaat is uitsluitend bestemd
voor huishoudelijk gebruik.
De specificatie van dit apparaat niet
wijzigen.
Zorg ervoor dat de
ventilatieopeningen niet geblokkeerd
zijn.
Laat het apparaat tijdens het gebruik
niet onbeheerd achter.
Schakel het apparaat telkens na
gebruik uit.
Wees voorzichtig met het openen van
de deur van het apparaat als het
apparaat aan staat. Er kan hete lucht
ontsnappen.
Bedien het apparaat niet met natte
handen of als het contact maakt met
water.
Oefen geen kracht uit op een
geopende deur.
Het apparaat mag niet worden
gebruikt als werkblad of aanrecht.
Open de deur van het apparaat
voorzichtig. Als u alcoholische
toevoegingen gebruikt, kan er alcohol-
luchtmengsel ontstaan.
Houd vonken of open vlammen uit de
buurt van het apparaat bij het openen
van de deur.
Plaats geen ontvlambare producten of
items die vochtig zijn door
ontvlambare producten in, bij of op
het apparaat.
WAARSCHUWING!
Risico op schade aan het
apparaat.
Om schade of verkleuring van het
email te voorkomen:
zet geen kookgerei of andere
voorwerpen direct op de bodem
van het apparaat.
leg geen aluminiumfolie op de
bodem van de ruimte in het
apparaat.
plaats geen water direct in het
hete apparaat.
www.electrolux.com6
haal vochthoudende schotels en
eten uit het apparaat als u klaar
bent met koken.
wees voorzichtig bij het
verwijderen of bevestigen van
accessoires.
Verkleuring van het email of roestvrij
staal is niet van invloed op de werking
van het apparaat.
Gebruik een diepe pan voor vochtige
taarten. Fruitsappen kunnen
permanente vlekken maken.
Dit apparaat is uitsluitend bestemd
om mee te koken. Het mag niet
worden gebruikt voor andere
doeleinden, zoals het verwarmen van
een kamer.
Alle bereidingen moeten worden
uitgevoerd met gesloten ovendeur.
Als het apparaat achter een
meubelpaneel gemonteerd is (bijv.
een deur), zorg er dan voor dat de
deur nooit gesloten is als het apparaat
in werking is. Warmte en vocht
kunnen achter een gesloten
meubelpaneel ophopen en schade
aan het apparaat, de behuizing of de
vloer veroorzaken. Sluit het
meubelpaneel niet tot het apparaat
volledig afgekoeld is na gebruik.
2.4 Onderhoud en reiniging
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel, brand en
schade aan het apparaat.
Schakel het apparaat uit en trek de
stekker uit het stopcontact voordat u
onderhoudshandelingen verricht.
Zorg ervoor dat het apparaat is
afgekoeld. Er bestaat een risico dat
de glasplaten kunnen breken.
Vervang direct de glazen deurpanelen
als deze beschadigd zijn. Neem
contact op met een erkend
servicecentrum.
Wees voorzichtig als u de deur van
het apparaat verwijdert. De deur is
zwaar!
Reinig het apparaat regelmatig om te
voorkomen dat het materiaal van het
oppervlak achteruitgaat.
Reinig het apparaat met een vochtige
zachte doek. Gebruik alleen neutrale
reinigingsmiddelen. Gebruik geen
schuurmiddelen, schuursponsjes,
oplosmiddelen of metalen
voorwerpen.
Raadpleeg, als u een ovenspray
gebruikt, eerst de aanwijzingen op de
verpakking.
Reinig niet het katalytisch email
(indien van toepassing) met een
schoonmaakmiddel.
2.5 Pyrolytische reiniging
WAARSCHUWING!
Risico op letsel / Brand /
Chemische uitstoot
(dampen) in pyrolitische
modus.
Voordat u de pyrolytische
zelfsreinigingsfunctie of de functie Het
eerste gebruik uitvoert, moet u eerst
de volgende items uit de binnenkant
oven verwijderen:
eventueel grote hoeveelheden
etensresten, olie of gemorst vet /
afzetttingen.
eventueel verwijderbare objecten
(inclusief plateaus, zijrails, etc.,
die met het product zijn
meegeleverd), in het bijzonder
potten en pannen met
antiaanbaklaag, ovenroosters,
kookgerei, etc.
Lees zorgvuldig alle instructies voor
pyrolytische reiniging.
Houd kinderen uit de buurt van het
apparaat als de pyrolytische reiniging
in werking is.
Het apparaat wordt erg heet en er
komt hete lucht uit de
ventilatieopeningen aan de voorkant.
Pyrolytische reiniging wordt
uitgevoerd onder hoge temperaturen
waarbij er rook van kookresten en
constructiematerialen kan komen.
Daarom gelden de volgende
aanbevelingen voor consumenten:
zorg voor goede ventilatie tijdens
en na elke pyrolytische reiniging.
zorg tijdens en na het eerste
gebruik bij maximumtemperatuur
voor voldoende verluchting.
In tegenstelling tot mensen, kunnen
bepaalde vogels en reptielen zeer
gevoelig zijn voor mogelijke
rookgassen die tijdens het
NEDERLANDS 7
reinigingsproces van alle pyrolytische
ovens worden uitgestoten.
Houd huisdieren (met name
vogels) uit de buurt van het
apparaat tijdens en na de
pyrolytische reiniging en gebruik
eerst een programma bij
maximale temperatuur in een
goed geventileerde ruimte.
Kleine huisdieren kunnen ook zeer
gevoelig zijn voor de plaatselijke
temperatuurwijzigingen in de
nabijheid van alle pyrolytische ovens
wanneer de pyrolytische reiniging in
werking is.
Anti-aanbaklagen in potten en
pannen, schalen, keukengerei, enz.
kunnen worden beschadigd door de
hoge temperatuur van het
pyrolytische reinigingsproces van alle
pyrolytische ovens en kunnen
mogelijk ook kleine hoeveelheden
schadelijke gassen veroorzaken.
Rookgassen die vrijkomen uit alle
pyrolytische ovens / kookresten zoals
beschreven, zijn niet schadelijk voor
mensen, inclusief kinderen of
personen met medische
aandoeningen.
2.6 Binnenverlichting
WAARSCHUWING!
Gevaar voor elektrische
schokken.
Het type gloeilampje of
halogeenlampje dat voor dit apparaat
wordt gebruikt, is alleen geschikt voor
huishoudelijke apparaten. Gebruik
deze niet voor andere doeleinden.
Voordat u het lampje vervangt, dient u
de stekker van het apparaat uit het
stopcontact te halen.
Gebruik alleen lampjes met dezelfde
specificaties.
2.7 Service
Neem contact op met de erkende
servicedienst voor reparatie van het
apparaat.
Gebruik uitsluitend originele
reserveonderdelen.
2.8 Verwijdering
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of
verstikking.
Haal de stekker uit het stopcontact.
Snijd het netsnoer vlak bij het
apparaat af en gooi het weg.
Verwijder de deurvergrendeling om te
voorkomen dat kinderen of huisdieren
binnen in het apparaat vast komen te
zitten.
3. MONTAGE
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
www.electrolux.com8
3.1 Inbouw
18
594
589
114
21548
595
+-1
min. 550
20
600
min. 560
3
5
60
20
80
520
60
198
523
min. 550
20
595
+-1
18
590
min. 560
594
589
114
21548
3
5
70
60
520
60
20
198
523
3.2 Bevestiging van de oven
aan de kast
NEDERLANDS 9
4. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
4.1 Algemeen overzicht
7
10
8
9
5
4
1
2
3
31 42
5
6
1
Bedieningspaneel
2
Knop voor verwarmingsfuncties
3
Scherm
4
Bedieningsknop (voor de
temperatuur)
5
Verwarmingselement
6
Opening voor kerntemperatuursensor
7
Lamp
8
Ventilator
9
Verwijderbare inschuifrail
10
Roosterhoogtes
4.2 Accessoires
Bakrooster
Voor kookgerei, bak- en
braadvormen.
Grill-/braadpan
Voor braden en roosteren of als
schaal om vet op te vangen.
Vleesthermometer
Voor het vaststellen van het gaarpunt
van het gerecht
5. BEDIENINGSPANEEL
5.1 Toetsen
Sensorveld / Knop Functie Beschrijving
KOOKWEK‐
KER
De KOOKWEKKER instellen. Houd de‐
ze langer dan 3 seconden vast om de
ovenlamp aan of uit te zetten.
KLOK De klokfunctie instellen.
TEMPERA‐
TUUR
De oventemperatuur of de temperatuur
van de vleesthermometer (indien van
toepassing). Uitsluitend als een verwar‐
mingsfunctie in werking is.
www.electrolux.com10
5.2 Display
A B
DG EF C
A. Timer / Temperatuur
B. Opwarmen en restwarmte-indicatie
C. Vleesthermometer (alleen
geselecteerde modellen)
D. Deurslot (alleen geselecteerde
modellen)
E. Uren/minuten
F. Demomodus (alleen geselecteerde
modellen)
G. Klokfuncties
6. VOORDAT U HET APPARAAT VOOR DE EERSTE
KEER GEBRUIKT
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
Raadpleeg voor het instellen
van de dagtijd het hoofdstuk
"Klokfuncties".
6.1 Eerste reiniging
Verwijder all accessoires en
verwijderbare inschuifrails uit de oven.
Zie het hoofdstuk 'Onderhoud en
reiniging'.
Reinig de oven en accessoires voor het
eerste gebruik.
Zet de accessoires en verwijderbare
inschuifrails terug in de beginstand.
6.2 Voorverwarmen
Warm de lege oven voor het eerste
gebruik voor.
1. Stel de functie
in.Stel de
maximale temperatuur in.
2. Laat het apparaat een uur werken.
3. Stel de functie . Stel de maximale
temperatuur in.
4. Laat de oven 15 minuten werken.
5. Zet de oven uit en laat deze
afkoelen.
Accessoires kunnen heter worden dan
normaal. De oven kan een vreemde geur
en rook afgeven. Zorg dat er voldoende
luchtcirculatie in de ruimte is.
7. DAGELIJKS GEBRUIK
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
7.1 Verzonken knoppen
Om het apparaat te bedienen, moet u de
bedieningsknop indrukken. De knop
komt dan naar buiten.
7.2 Verhittingsfuncties
Ovenfunctie Applicatie
Uit-stand
De oven staat uit.
Snel opwar‐
men
Om de opwarmtijd te
verkorten.
NEDERLANDS 11
Ovenfunctie Applicatie
Hetelucht
Bakken op maximaal
drie rekstanden tegelij‐
kertijd en voedsel dro‐
gen.
Stel de temperatuur 20
- 40 °C lager in dan
voor Boven + onder‐
warmte.
Pizza-functie
Voor het bakken van
pizza. Voor intensieve
bruining en een knap‐
perige bodem.
Boven + on‐
derwarmte
Voor het bakken en bra‐
den op één ovenniveau.
Onderwarmte
Voor het bakken van
taarten met een knap‐
perige bodem en het in‐
maken van voedsel.
Ontdooien
Om voedsel te ontdooi‐
en (groenten en fruit).
De ontdooitijd hangt af
van de hoeveelheid en
dikte van het voedsel.
Ovenfunctie Applicatie
Warmelucht
(vochtig)
Deze functie is ontwor‐
pen om tijdens de berei‐
ding energie te bespa‐
ren. Zie het hoofdstuk
'Hints and tips’, Warme‐
lucht (vochtig) voor be‐
reidingsinstructies. De
ovendeur dient tijdens
de bereiding gesloten te
zijn zodat de functie niet
wordt onderbroken en
om ervoor te zorgen dat
de oven werkt op de
hoogst mogelijke ener‐
gie-efficiëntie. Bij het
gebruik van deze func‐
tie kan de temperatuur
in de ruimte verschillen
van de ingestelde tem‐
peratuur. De restwarm‐
te wordt gebruikt.Het
verwarmingsvermogen
kan worden verminderd.
Zie voor algemene aan‐
bevelingen voor ener‐
giebesparing het hoofd‐
stuk ‘Energie-efficiën‐
tie’, Energiebesparing.
Deze functie wordt ge‐
bruikt om de energie-ef‐
ficiëntieklasse vast te
stellen overeenkomstig
EN 60350-1. Bij gebruik
van deze functie gaat
de verlichting na 30 se‐
conden automatisch uit.
Grill Intens
Voor het roosteren van
plat voedsel in grote
hoeveelheden en voor
het maken van toast.
Circulaviegrill
Voor het braden van
grotere stukken vlees of
gevogelte met botten op
één niveau. Voor grati‐
neren en bruinen.
Pyrolyse
Voor inschakeling van
pyrolytische reiniging
van de oven. Hierdoor
worden vuilresten in de
oven verbrand.
www.electrolux.com12
7.3 Een verwarmingsfunctie
instellen
1. Draai aan de knop van de
verwarmingsfuncties om een
verwarmingsfunctie te selecteren.
2. Draai aan de regelknop om de
temperatuur te kiezen.
Het lampje gaat aan wanneer de oven in
werking is.
3. Om de oven uit te schakelen, draait u
de knop voor de verwarmingsfuncties
naar de uitstand.
7.4 Snel opwarmen
De functie Snel opwarmen verkort de
opwarmtijd.
Leg geen voedsel in de oven
wanneer de functie Snel
opwarmen is ingeschakeld.
1. Draai de knop voor de ovenfuncties
om de functie Snel opwarmen in te
stellen.
2. Draai de knop voor de temperatuur
om de temperatuur in te stellen.
Wanneer de oven op de ingestelde
temperatuur is, hoort u een
geluidssignaal.
3. Ovenfunctie instellen.
7.5 Indicatielampje bij
voorverwarmen
Wanneer de ovenfunctie actief is,
verschijnen de balkjes in het display
één voor één wanneer de temperatuur in
de oven stijgt en verdwijnen ze wanneer
de temperatuur daalt.
8. KLOKFUNCTIES
8.1 Tabel met klokfuncties
Klokfunctie Applicatie
DAGTIJD
Met deze functie kunt u
de dagtijd weergeven of
veranderen. U kunt de
dagtijd alleen wijzigen
als de oven uitstaat.
DUUR
Instellen hoe lang de
oven in werking is. Ge‐
bruik dit alleen wanneer
de verwarmingsfunctie
is ingesteld.
EINDE
Instellen als de oven uit‐
staat. Gebruik dit alleen
wanneer de verwar‐
mingsfunctie is inge‐
steld.
VERTRA‐
GINGSTIJD
Combinatie van de
functies DUUR en EIN‐
DE.
Klokfunctie Applicatie
KOOKWEK‐
KER
Gebruik de kookwekker
voor het instellen van
een afteltijd. Deze func‐
tie heeft geen invloed
op de werking van de
oven. U kunt de KOOK‐
WEKKER op elk ge‐
wenst moment instellen,
ook als de oven uitstaat.
8.2 Instellen en wijzigen van de
tijd
Wacht na de eerste aansluiting op het
stopcontact totdat het display en
"12:00" weergeeft. "12" knippert.
1. Draai aan de knop voor de
temperatuur om de uren in te stellen.
2. Druk op om te bevestigen en de
minuten in te stellen.
Het display toont
en het ingestelde
uur. "00" knippert.
3. Draai aan de knop voor de
temperatuur om de huidige minuten
in te stellen.
NEDERLANDS 13
4. Druk op om te bevestigen of de
ingestelde dagtijd zal na vijf
seconden automatisch worden
opgeslagen.
Op het display verschijnt de nieuwe tijd.
Druk om de dagtijd te wijzigen
herhaaldelijk op tot het
indicatielampje voor de dagtijd
knippert op het display.
8.3 De DUUR instellen
1. Stel de verwarmingsfunctie in.
2. Blijf op drukken totdat begint
te knipperen.
3. Draai de de temperatuurknop om de
minuten in te stellen en bevestig met
. Draai de temperatuurknop om de
uren in te stellen en bevestig met .
Wanneer de ingestelde tijdsduur eindigt,
klinkt er gedurende 2 minuten een
geluidssignaal en knipperen en de
tijd in het display. De oven wordt
automatisch uitgeschakeld
4. Druk op een willekeurige knop of
open de deur van de oven om het
geluid te stoppen.
5. Draai de knop voor de
verwarmingsfuncties naar de uit-
stand.
8.4 Het EINDE instellen
1. Stel de verwarmingsfunctie in.
2. Blijf op drukken totdat begint
te knipperen.
3. Draai de de temperatuurknop om de
uren in te stellen en bevestig met .
Draai de temperatuurknop om de
minuten in te stellen en bevestig met
.
Op de ingestelde eindtijd klinkt er
gedurende 2 minuten een geluidssignaal
en knipperen en de tijd in het display.
De oven wordt automatisch
uitgeschakeld
4. Druk op een willekeurige knop of
open de deur van de oven om het
geluid te stoppen.
5. Draai de knop voor de
verwarmingsfuncties naar de uit-
stand.
8.5 De functie
VERTRAGINGSTIJD instellen
1. Stel de verwarmingsfunctie in.
2. Blijf op
drukken totdat begint
te knipperen.
3. Druk op de temperatuurknop om de
minuten voor de DUUR in te stellen
en bevestig met . Druk op de
temperatuurknop om de uren voor
DUUR in te stellen en bevestig met
.
Op het display knippert
.
4. Draai de de temperatuurknop om de
uren voor het BEREIDINGSEINDE in
te stellen en bevestig met . Draai
de temperatuurknop om de minuten
voor EINDE in te stellen en bevestig
met . Het display toont en
de ingestelde temperatuur.
De oven gaat later automatisch aan,
werkt voor de ingestelde tijds DUUR en
stopt op de ingestelde EINDE.
Op de ingestelde EINDE klinkt er
gedurende 2 minuten een geluidssignaal
en knipperen en de tijd in het display.
De oven gaat uit.
5. Druk op een willekeurige knop of
open de deur van de oven om het
geluid te stoppen.
6. Draai de knop voor de
verwarmingsfuncties naar de uit-
stand.
8.6 De KOOKWEKKER
instellen
De kookwekker kan zowel worden
ingesteld bij een ingeschakelde of
uitgeschakelde oven.
1. Druk herhaaldelijk op tot op het
display
en "00" knippert op het
display.
2. Draai aan de knop voor de
temperatuur om de seconden en
daarna de minuten in te stellen.
Als de ingestelde tijd langer is dan 60
minuten knippert op het display.
3. Stel de uren in.
www.electrolux.com14
4. De KOOKWEKKER start
automatisch na vijf seconden.
Na 90% van de ingestelde tijd klinkt
er een geluidssignaal.
5. Wanneer de ingestelde tijd is
verlopen, klinkt er gedurende 2
minuten een geluidssignaal. "00:00"
en knipperen op het display. Druk
op een willekeurige toets om het
signaal uit te zetten.
9. GEBRUIK VAN DE ACCESSOIRES
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
9.1 De vleesthermometer
gebruiken
De vleesthermometer meet de
kerntemperatuur van het vlees. Wanneer
het vlees de ingestelde temperatuur
heeft bereikt, wordt de oven
uitgeschakeld.
Er worden twee temperaturen ingesteld:
De oventemperatuur. Raadpleeg de
braadtabel.
De kerntemperatuur. Raadpleeg de
tabel voor de vleesthermometer.
LET OP!
Gebruik alleen met de oven
meegeleverde
vleesthermometer of
originele reserveonderdelen.
1. Stel de ovenfunctie en -temperatuur
in.
2. Steek de punt van de
vleesthermometer (met het symbool
op de hendel) in het midden van
het vlees.
3. Steek de stekker van de
kerntemperatuursensor in de
aansluiting aan de bovenkant van de
ruimte.
De vleesthermometer moet
gedurende de bereiding in het vlees
blijven en de stekker moet in het
stopcontact blijven.
Wanneer u de vleesthermometer
voor het eerst gebruikt, is de
standaard kerntemperatuur 60°C.
Wanneer knippert, kunt u de
temperatuurknop gebruiken om de
standaard kerntemperatuur te
wijzigen.
Het display toont het symbool van de
vleesthermometer en de standaard
kerntemperatuur.
4. Druk op
om de nieuwe
kerntemperatuur op te slaan, of
wacht 10 seconden tot de instelling
automatisch wordt opgeslagen.
De nieuwe standaard kerntemperatuur
wordt weergegeven tijdens het volgende
gebruik van de vleesthermometer.
Wanneer het vlees de ingestelde
kerntemperatuur heeft bereikt, knipperen
de symbolen voor de standaard
kerntemperatuur en de
vleesthermometer
. Er klinkt
gedurende twee minuten een
geluidssignaal.
5. Druk op een willekeurige knop of
open de deur van de oven om het
geluid te stoppen.
NEDERLANDS 15
6. Verwijder de stekker van de
vleesthermometer uit het
stopcontact. Haal het vlees uit de
oven.
7. Oven uitschakelen.
WAARSCHUWING!
Wees voorzichtig bij het
verwijderen van de punt en
de stekker van de
kerntemperatuursensor. De
vleesthermometer is heet. Er
bestaat verbrandingsgevaar.
Telkens u de vleesthermometer in het
contact steekt, moet u de
kerntemperatuurtijd opnieuw instellen. U
kunt de duur en de eindtijd niet instellen.
Wanneer de oven de voorlopige duutijd
voor het eerst berekent, dan knippert het
symbool op het display. Wanneer de
berekening voltooid is, wordt de
bereidingsduur weergegeven. Tijidens de
bereiding worden de berekeningen op de
achtergrond uitgevoerd en de duurtijd op
het display wordt zonodig bijgewerkt.
U kunt de temperatuur tijdens de
bereiding altijd wijzigen:
1. Druk op
:
Een keer - de display toont de
ingestelde kerntemperatuur;
indien gewenst, kunt u deze
binnen vijf seconden wijzigen.
Twee keer - het display toont de
huidige oventemperatuur.
Drie keer - de display toont de
ingestelde oventemperatuur;
indien gewenst, kunt u deze
binnen vijf seconden wijzigen.
Deze info is alleen beschikbaar
tijdens de voorverwarmingsfase.
2. Draai de knop voor de temperatuur
om de temperatuur in te stellen.
9.2 De accessoires plaatsen
Bakrooster:
Plaats het rooster tussen de
geleidestangen van de roostersteun en
zorg ervoor dat de pootjes omlaag staan.
Diepe pan:
Schuif de diepe pan tussen de
geleidestangen van de roostersteun.
Bakrooster endiepe plaatsamen:
Plaats diepe plaat tussen de geleiders
van de inschuifrails en het bakrooster op
de geleiders erboven.
Kleine inkepingen bovenaan
verhogen de veiligheid.
Deze inkepingen zorgen er
ook voor dat ze niet
omkantelen. De hoge rand
rond het rooster voorkomt
dat het kookgerei van het
rooster afglijdt.
www.electrolux.com16
10. EXTRA FUNCTIES
10.1 Gebruik van het Kinderslot
Als het kinderslot is ingeschakeld, kan de
oven niet per ongeluk worden aangezet.
1. Zorg dat de knop voor de
ovenfuncties in de uit-stand staat.
2. Druk 2 seconden lang
en
tegelijkertijd in.
Er klinkt een geluidsignaal. SAFE en
verschijnen op het display. De deur blijft
vergrendeld.
Het symbool verschijnen
ook op het display als de
pyrolysefunctie in werking is.
Herhaal stap 2 om het kinderslot uit te
schakelen.
10.2 Gebruik van de
Functievergrendeling
U kunt de functievergrendeling alleen
inschakelen als het apparaat in werking
is.
Als de functievergrendeling is
ingeschakeld, kunnen de instellingen
voor de temperatuur en tijd van een
werkende oven niet per ongeluk worden
gewijzigd.
1. Selecteer een ovenfunctie en stel het
in volgens uw voorkeur.
2. Houd en gedurende ten
minste 2 seconden samen ingedrukt.
Er klinkt een geluidsignaal. Loc en
verschijnt gedurende 5 seconden op het
display.
Loc verschijnt op het display
als u de aan de
temperatuurknop draait of op
een willekeurige knop drukt
en de functievergrendeling is
ingeschakeld.
Als u aan de knop voor de ovenfuncties
draait, gaat de oven uit.
Als u het apparaat uitschakelt terwijl de
functievergrendeling aan is, schakelt de
functievergrendeling automatisch over
naar het kinderslot. Raadpleeg 'Het
kinderslot gebruiken'.
Als de Pyrolysefunctie werkt,
is de deur vergrendeld en
gaat aan op het display.
Herhaal stap 2 om de
functievergrendeling uit te schakelen.
10.3 Restwarmte-indicatie
Als u de oven uitschakelt, toont het
display de restwarmte-indicator bij
een oventemperatuur van boven de 40
°C.Draai de temperatuurknopnaar links
of rechts om de oventemperatuur te
controleren.
10.4 Automatische
uitschakeling
Om veiligheidsredenen schakelt de oven
na bepaalde tijd automatisch uit als er
een ovenfunctie in werking is en u geen
instellingen wijzigt.
(°C) (u)
30 - 115 12,5
120 - 195 8,5
200 - 245 5,5
250 - maximum 3
Pyrolyse 4,5
De automatische uitschakeling werkt niet
met de functies: Binnenverlichting,
Voedselsensor,Duur, Eindtijd.
10.5 Koelventilator
Als de oven in werking is, wordt de
koelventilator automatisch ingeschakeld
om de oppervlakken van de oven koel te
houden. Na het uitschakelen van de
oven blijft de ventilatie doorgaan totdat
de oven is afgekoeld.
NEDERLANDS 17
10.6 Veiligheidsthermostaat
Een onjuiste bediening van de oven of
defecte componenten kunnen gevaarlijke
oververhitting veroorzaken. Om dit te
voorkomen is de oven voorzien van een
veiligheidsthermostaat die de
stroomtoevoer onderbreekt. Zodra de
temperatuur is gedaald, wordt de oven
automatisch weer ingeschakeld.
11. AANWIJZINGEN EN TIPS
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
De temperaturen en
baktijden in de tabellen zijn
slechts als richtlijn bedoeld.
Deze zijn afhankelijk van de
recepten en de kwaliteit en
de hoeveelheid van de
gebruikte ingrediënten.
11.1 Kookadviezen
De oven heeft vijf rekniveaus.
Tel de rekniveaus vanaf de bodem van
de oven.
Uw oven kan anders bakken of roosteren
dan de oven die u tot nu toe gebruikt
heeft. In de onderstaande tabel vindt u
de standaardinstellingen voor
temperatuur, kooktijd en roosterniveau.
Als u voor een speciaal recept de
instelling niet kunt vinden, zoek dan naar
een soortgelijk recept.
De oven heeft een speciaal systeem dat
de lucht circuleert en voor doorlopende
recycling van stoom zorgt. Dankzij dit
systeem is het mogelijk om voedsel te
bereiden in een atmosfeer met stoom en
worden de gerechten zacht van binnen
en knapperig van buiten. Dit reduceert
zowel de bereidingstijd als het
energieverbruik.
Voor de bereiding van gebak
De ovendeur mag pas worden geopend
als driekwart van de baktijd is verstreken.
Als u twee bakplaten tegelijkertijd
gebruikt, dient u één niveau ertussen
leeg te laten.
Voor de bereiding van vlees en vis
Gebruik een diepe bak voor erg vet
voedsel om te oven te behoeden voor
blijvende vetvlekken.
Laat het vlees ongeveer 15 minuten
rusten voordat u het aansnijdt, zodat het
vleessap er niet uit stroomt.
Om te veel rook tijdens het braden in de
oven te vermijden, kunt u een beetje
water in de lekbak gieten. Om rook te
vermijden, voegt u water toe wanneer
het is opgedroogd.
Bereidingstijden
De bereidingsduur is afhankelijk van het
soort voedsel, de samenstelling en het
volume.
Houd in eerste instantie het
bereidingsproces in de gaten. Zoek bij
het gebruik van dit apparaat de beste
instellingen (temperatuur,
bereidingsduur, etc.) voor uw kookgerei,
recepten en hoeveelheden.
www.electrolux.com18
11.2 Bakken en roosteren
CAKES
Boven + onder‐
warmte
Hetelucht
(min)
(°C) (°C)
Recepten
met klopper
170 2 160 3 (2 en 4) 45 - 60 Cakevorm
Zandkoek‐
jesdeeg
170 2 160 3 (2 en 4) 20 - 30 Cakevorm
Kwarktaart
met karne‐
melk
170 1 165 2 80 - 100 Cakevorm, Ø
26 cm
Strudel 175 3 150 2 60 - 80 Bakplaat
Jamtaart 170 2 165 2 30 - 40 Cakevorm, Ø
26 cm
Biscuitgebak 170 2 150 2 40 - 50 Cakevorm, Ø
26 cm
Kerstkrans,
verwarm de
oven voor
160 2 150 2 90 - 120 Cakevorm, Ø
20 cm
Pruimen‐
taart, ver‐
warm de
oven voor
175 1 160 2 50 - 60 Broodvorm
Muffins, ver‐
warm de
oven voor
170 3 150 -
160
3 20 - 30 Bakplaat
Muffins, twee
niveaus, ver‐
warm de
oven voor
- - 140 -
150
2 en 4 25 - 35 Bakplaat
Muffins, drie
niveaus, ver‐
warm de
oven voor
- - 140 -
150
1, 3 en 5 30 - 45 Bakplaat
Koekjes 140 3 140 -
150
3 25 - 45 Bakplaat
Koekjes,
twee niveaus
- - 140 -
150
2 en 4 35 - 40 Bakplaat
NEDERLANDS 19
CAKES
Boven + onder‐
warmte
Hetelucht
(min)
(°C) (°C)
Koekjes, drie
niveaus
- - 140 -
150
1, 3 en 5 35 - 45 Bakplaat
Schuimge‐
bakjes
120 3 120 3 80 - 100 Bakplaat
Schuimge‐
bakjes, twee
niveaus, ver‐
warm de
oven voor
- - 120 2 en 4 80 - 100 Bakplaat
Broodjes,
verwarm de
oven voor
190 3 190 3 12 - 20 Bakplaat
Eclairs 190 3 170 3 25 - 35 Bakplaat
Eclairs, twee
niveaus
- - 170 2 en 4 35 - 45 Bakplaat
Taartjes 180 2 170 2 45 - 70 Cakevorm, Ø
20 cm
Rijke vruch‐
tencake
160 1 150 2 110 -
120
Cakevorm, Ø
24 cm
Verwarm de lege oven voor.
BROOD EN PIZZA
Boven + onder‐
warmte
Hetelucht
(min)
(°C) (°C)
Witbrood, 1 -
2 stuks, 0,5
kg elk
190 1 190 1 60 - 70 -
www.electrolux.com20
BROOD EN PIZZA
Boven + onder‐
warmte
Hetelucht
(min)
(°C) (°C)
Roggebrood,
voorverwar‐
ming is niet
nodig
190 1 180 1 30 - 45 Broodvorm
Broodjes, 6 -
8 broodjes
190 2 180 2 (2 en 4) 25 - 40 Bakplaat
Pizza 230 -
250
1 230 - 250 1 10 - 20 Bakplaat /
Braadpan
Scones 200 3 190 3 10 - 20 Bakplaat
Verwarm de lege oven voor.
Gebruik de taartvorm.
FLANS
Boven + onderwarmte Hetelucht
(min)
(°C) (°C)
Pastataart, voorver‐
warming is niet no‐
dig
200 2 180 2 40 - 50
Hartige groentetaart,
voorverwarming is
niet nodig
200 2 175 2 45 - 60
Quiches 180 1 180 1 50 - 60
Lasagne 180 - 190 2 180 - 190 2 25 - 40
Cannelloni 180 - 190 2 180 - 190 2 25 - 40
Gebruik de tweede rekstand.
Maak gebruik van het bakrooster.
NEDERLANDS 21
VLEES
Boven + onder‐
warmte
Hetelucht
(min)
(°C) (°C)
Rundvlees 200 190 50 - 70
Varkensvlees 180 180 90 - 120
Kalfsvlees 190 175 90 - 120
Engelse rosbief, rood 210 200 50 - 60
Engelse rosbief, medium 210 200 60 - 70
Engelse biefstuk, bien cuit 210 200 70 - 75
VLEES
Boven + onderwarm‐
te
Hetelucht
(min)
(°C) (°C)
Varkensbraadstuk, met
zwoerd
180 2 170 2 120 - 150
Varkensschenkel, 2
stuks
180 2 160 2 100 - 120
Lamsbout 190 2 175 2 110 - 130
Hele kip 220 2 200 2 70 - 85
Hele kalkoen 180 2 160 2 210 - 240
Hele eend 175 2 220 2 120 - 150
Hele gans 175 2 160 1 150 - 200
Konijn, in stukken ge‐
sneden
190 2 175 2 60 - 80
Haas, in stukken gesne‐
den
190 2 175 2 150 - 200
Hele fazant 190 2 175 2 90 - 120
Gebruik de tweede rekstand.
www.electrolux.com22
VIS
Boven + onder‐
warmte
Hetelucht
(min)
(°C) (°C)
Forel / Zeebrasem, 3 - 4 vissen 190 175 40 - 55
Tonijn / Zalm, 4 - 6 filets 190 175 35 - 60
11.3 Grillen
Verwarm de lege oven voor.
Gebruik de vierde rekstand.
Grill met de maximale temperatuurinstelling.
GRILLEN
(kg)
(min)
1e kant
(min)
2e kant
Ossenhaas, 4 stuks 0,8 12 - 15 12 - 14
Biefstuk, 4 stuks 0,6 10 - 12 6 - 8
Worstjes, 8 - 12 - 15 10 - 12
Varkenskoteletten, 4 stuks 0,6 12 - 16 12 - 14
Halve kip, 2 1 30 - 35 25 - 30
Kebabs, 4 - 10 - 15 10 - 12
Kippenborst, 4 stuks 0,4 12 - 15 12 - 14
Hamburgers, 6 0,6 20 - 30 -
Visfilet, 4 stuks 0,4 12 - 14 10 - 12
Geroosterde sandwiches, 4 - 6 - 5 - 7 -
Geroosterd brood, 4 - 6 - 2 - 4 2 - 3
11.4 Circulaviegrill
Verwarm de lege oven voor.
Gebruik de eerste of tweede rekstand.
Om de baktijd te berekenen
vermenigvuldigt u de tijd die in de
onderstaande tabel wordt gegeven met
de centimeters van de dikte van de filet.
NEDERLANDS 23
RUNDVLEES
(°C) (min)
Rosbief of ossen‐
haas, rood
190 - 200 5 - 6
Rosbief of ossen‐
haas, medium
180 - 190 6 - 8
Rosbief of ossen‐
haas, gaar
170 - 180 8 - 10
VARKENSVLEES
(°C) (min)
Schouder / Nek /
Hamlap, 1 - 1,5
kg
160 - 180 90 - 120
Karbonade /
Spare ribs, 1 -
1,5 kg
170 - 180 60 - 90
Gehaktbrood,
0,75 - 1 kg
160 - 170 50 - 60
Varkensschen‐
kel, voorgekookt,
0,75 - 1 kg
150 - 170 90 - 120
KALFSVLEES
(°C) (min)
Geroosterd kalfs‐
vlees, 1 kg
160 - 180 90 - 120
Kalfsschenkel,
1,5 - 2 kg
160 - 180 120 - 150
LAMSVLEES
(°C) (min)
Lamsbout / Ge‐
roosterd lams‐
vlees, 1 - 1,5 kg
150 - 170 100 - 120
Lamsrugfilet, 1 -
1,5 kg
160 - 180 40 - 60
GEVOGELTE
(°C) (min)
Gevogelte, por‐
ties, 0,2 - 0,25
kg elk
200 - 220 30 - 50
Halve kip, 0,4 -
0,5 kg elk
190 - 210 35 - 50
Kip, haantje, 1 -
1,5 kg
190 - 210 50 - 70
Eend, 1,5 - 2 kg 180 - 200 80 - 100
Gans, 3,5 - 5 kg 160 - 180 120 - 180
Kalkoen, 2,5 -
3,5 kg
160 - 180 120 - 150
Kalkoen, 4 - 6 kg 140 - 160 150 - 240
VIS (GESTOOMD)
(°C) (min)
Hele vis, 1 - 1,5
kg
210 - 220 40 - 60
www.electrolux.com24
11.5 Ontdooien
(kg)
Ontdooitijd
(min.)
Nadooitijd (min)
Kip 1 100 - 140 20 - 30 Leg de kip op een
omgekeerde onder‐
schotel in een groot
bord. Halverwege
de bereidingstijd
omdraaien.
Vlees 1 100 - 140 20 - 30 Halverwege de be‐
reidingstijd om‐
draaien.
0,5 90 - 120
Room 2 x 0,2 80 - 100 10 - 15 Room kan ook met
nog licht bevroren
deeltjes goed wor‐
den geklopt.
Forel 0,15 25 - 35 10 - 15 -
Aardbeien 0,3 30 - 40 10 - 20 -
Boter 0,25 30 - 40 10 - 15 -
Taart 1,4 60 60 -
11.6 Drogen - Hetelucht
Gebruik hiervoor een met
boterhampapier of bakpapier belegde
plaat.
Stop de oven voor een beter resultaat
halverwege de droogtijd, open de deur
en laat het één nacht afkoelen om het
drogen te voltooien.
Gebruik voor 1 bakplaat de derde
rekstand.
Gebruik voor 2 bakplaten de eerste en
de vierde rekstand.
GROENTEN
(°C) (u)
Bonen 60 - 70 6 - 8
GROENTEN
(°C) (u)
Paprika’s 60 - 70 5 - 6
Soepgroenten 60 - 70 5 - 6
Champignons 50 - 60 6 - 8
Kruiden 40 - 50 2 - 3
Stel de temperatuur in op 60 - 70 °C.
NEDERLANDS 25
FRUIT
(u)
Pruimen 8 - 10
Abrikozen 8 - 10
Schijfjes appel 6 - 8
Peren 6 - 9
11.7 Voedselsensor
(°C)
Geroosterd kalfsvlees 75 - 80
Kalfsschenkel 85 - 90
Engelse rosbief, rood 45 - 50
Engelse rosbief, medium 60 - 65
(°C)
Engelse biefstuk, bien
cuit
70 - 75
Varkensbraadstuk 80 - 82
Varkensschenkel 75 - 80
Lamsvlees 70 - 75
Kip 98
Haas 70 - 75
Forel / Zeebrasem 65 - 70
Tonijn / Zalm 65 - 70
11.8 Warmelucht (vochtig) -
aanbevolen accessoires
Gebruik de donkere en niet-reflecterende
bakjes en schalen. Ze nemen de warmte
beter op dan licht en reflecterend
servies.
Pizza pan
Ovenschotel
Ovenschaal‐
tjes
Blik voor flanbo‐
dem
Donker, niet-reflecte‐
rend
Diameter van 28 cm
Donker, niet-reflecte‐
rend
Diameter van 26 cm
Keramiek
8 cm diame‐
ter, 5 cm
hoog
Donker, niet-reflec‐
terend
Diameter van 28 cm
11.9 Warmelucht (vochtig)
Volg voor de beste resultaten de
volgende aanwijzingen op die hieronder
in de tabel staan.
www.electrolux.com26
(°C) (min)
Zoete broodjes,
16 stuks
bakplaat of lekschaal 180 2 20 - 30
Broodjes, 9
stuks
bakplaat of lekschaal 180 2 30 - 40
Pizza, bevroren,
0,35 kg
rooster 220 2 10 - 15
Koninginnen‐
brood (opgerol‐
de cake met
jam)
bakplaat of lekschaal 170 2 25 - 35
Brownie bakplaat of lekschaal 175 3 25 - 30
Soufflé, 6 stuks keramieken vormpjes
op rooster
200 3 25 - 30
Luchtige vlaai‐
bodem
flanvorm op rooster 180 2 15 - 25
Victoriataart met
jamvulling
ovenschaal op rooster 170 2 40 - 50
Gepocheerde
vis, 0,3 kg
bakplaat of lekschaal 180 3 20 - 25
Hele vis, 0,2 kg bakplaat of lekschaal 180 3 25 - 35
Visfilet, 0,3 kg pizzavorm op rooster 180 3 25 - 30
Gepocheerd
vlees, 0,25 kg
bakplaat of lekschaal 200 3 35 - 45
Sjasliek, 0,5 kg bakplaat of lekschaal 200 3 25 - 30
Koekjes, 16
stuks
bakplaat of lekschaal 180 2 20 - 30
Bitterkoekjes, 24
stuks
bakplaat of lekschaal 180 2 25 - 35
Muffins, 12
stuks
bakplaat of lekschaal 170 2 30 - 40
Hartig gebak, 20
stuks
bakplaat of lekschaal 180 2 25 - 30
Zandkoekjes, 20
stuks
bakplaat of lekschaal 150 2 25 - 35
Taartjes, 8 stuks bakplaat of lekschaal 170 2 20 - 30
NEDERLANDS 27
(°C) (min)
Groenten, gepo‐
cheerd, 0,4 kg
bakplaat of lekschaal 180 3 35 - 45
Vegetarisch om‐
elet
pizzavorm op rooster 200 3 25 - 30
Mediterrane
groenten, 0,7 kg
bakplaat of lekschaal 180 4 25 - 30
11.10 Aanwijzingen voor
testinstituten
Testen volgens IEC 60350-1.
(°C) (min)
Kleine
cakes,
20 stuks
per bak‐
plaat
Boven +
onderwarm‐
te
Bakplaat 3 170 20 - 30 -
Kleine
cakes,
20 stuks
per bak‐
plaat
Hetelucht Bakplaat 3 150 -
160
20 - 35 -
Kleine
cakes,
20 stuks
per bak‐
plaat
Hetelucht Bakplaat 2 en 4 150 -
160
20 - 35 -
Appel‐
taart, 2
blikken
Ø20 cm
Boven +
onderwarm‐
te
Bakroos‐
ter
2 180 70 - 90 -
Appel‐
taart, 2
blikken
Ø20 cm
Hetelucht Bakroos‐
ter
2 160 70 - 90 -
www.electrolux.com28
(°C) (min)
Biscuit‐
gebak,
taart‐
vorm
Ø26 cm
Boven +
onderwarm‐
te
Bakroos‐
ter
2 170 40 - 50 Verwarm de
oven 10 minuten
voor.
Biscuit‐
gebak,
taart‐
vorm
Ø26 cm
Hetelucht Bakroos‐
ter
2 160 40 - 50 Verwarm de
oven 10 minuten
voor.
Biscuit‐
gebak,
taart‐
vorm
Ø26 cm
Hetelucht Bakroos‐
ter
2 en 4 160 40 - 60 Verwarm de
oven 10 minuten
voor.
Zand‐
taart‐
deeg
Hetelucht Bakplaat 3 140 -
150
20 - 40 -
Zand‐
taart‐
deeg
Hetelucht Bakplaat 2 en 4 140 -
150
25 - 45 -
Zand‐
taart‐
deeg
Boven +
onderwarm‐
te
Bakplaat 3 140 -
150
25 - 45 -
Geroo‐
sterd
brood, 4
- 6 stuks
Grillen Bakroos‐
ter
4 max. 2 - 3 minuten
eerste kant; 2
- 3 minuten
tweede kant
Verwarm de
oven 3 minuten
voor.
Runder‐
burger, 6
stuks,
0,6 kg
Grillen Rooster
en lek‐
bak
4 max. 20 - 30 Plaats het roos‐
ter op het vierde
niveau en de lek‐
bak op het derde
niveau in de
oven. Draai het
voedsel halver‐
wege de berei‐
dingstijd om.
Verwarm de
oven 3 minuten
voor.
NEDERLANDS 29
12. ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
12.1 Opmerkingen over schoonmaken
Reinigings‐
middelen
Maak de voorkant van de oven schoon met een zachte doek, warm
water en een mild reinigingsmiddel.
Gebruik voor metalen oppervlakken een specifiek reinigingsmiddel.
Verwijder hardnekkige vlekken met een speciale ovenreiniger.
Dagelijks ge‐
bruik
Reinig de uitsparing in de oven na elk gebruik. Vetophoping of ande‐
re voedingsresten kunnen brand veroorzaken. Het gevaar is groter
voor de grillpan.
Vocht kan in de oven of op de glazen deurpanelen condenseren. Om
de condens te verminderen, dient u de oven 10 minuten te laten
voorverwarmen. Droog de uitsparing na elk gebruik met een zachte
doek.
Accessoires
Reinig alle accessoires na elk gebruik en laat ze drogen. Gebruik een
zachte doek met een warm sopje en een reinigingsmiddel. De acces‐
soires niet in de afwasmachine reinigen.
Reinig de antiaanbakaccessoires niet met agressieve middelen,
scherpe voorwerpen of in een vaatwasser.
12.2 Ovens van roestvrij staal
of aluminium
Maak de ovendeur alleen met een
vochtige doek of natte spons schoon.
Droog maken met een zachte doek.
Vermijd het gebruik van staalwol, zure of
schurende producten, deze kunnen de
oppervlakken van de oven beschadigen.
Maak het bedieningspaneel van de oven
net zo voorzichtig schoon
12.3 Verwijderbare inschuifrails
Als u de binnenkant van de oven wilt
reinigen, verwijdert u de inschuifrails.
LET OP!
Wees voorzichtig bij het
verwijderen van de
inschuifrails.
1. Trek de inschuifrail bij de voorkant uit
de zijwand.
2. Trek de geleider bij de achterkant uit
de zijwand en verwijder deze.
2
1
www.electrolux.com30
Installeer de verwijderde accessoires in
de omgekeerde volgorde.
12.4 Pyrolyse
LET OP!
Verwijder alle accessoires
en verwijderbare
inschuifrails.
Start de pyrolytische
reiniging niet als u de
ovendeur niet volledig heeft
gesloten. Bij sommige
modellen geeft de display
"C3" weer als deze fout zich
voordoet.
WAARSCHUWING!
De oven wordt zeer heet. Er
bestaat verbrandingsgevaar.
LET OP!
Als er in hetzelfde kastje
andere apparaten zijn
geïnstalleerd, gebruik deze
dan niet tegelijkertijd met de
pyrolytische functie. Dit kan
schade aan het apparaat
veroorzaken.
1. Veeg de ruimte schoon met een
natte, zachte doek.
2. Reinig de binnenkant van de deur
met heet water, zodat de resten niet
inbranden door de hete lucht.
3. Stel de pyrolytische functie in.
Raadpleeg 'Dagelijks gebruik' in het
hoofdstuk 'Ovenfuncties'.
4. Als knippert, en draait u aan de
temperatuurknop om de pyrolyseduur
in te stellen:
Optie Omschrijv‐
ing
P1 Lichte reinig‐
ing. Duur: 1
uur 30 min.
P2 Normale re‐
iniging. Duur:
2 uur 30 min.
Na 2 seconden begint de pyrolyse.
U kunt de EINDE-functie gebruiken om
de start van de reiniging uit te stellen.
Tijdens de pyrolytische reiniging is het
ovenlampje uit.
5. Als de oven de ingestelde
temperatuur heeft bereikt, wordt de
deur vergrendeld. Het display toont
en de balkjes van de
warmteaanduiding tot de deur wordt
vergrendeld.
Draai, om de pyrolyse te stoppen
voordat deze is voltooid, de knop
voor de ovenfuncties naar de
uitstand.
6. Na afloop van de pyrolytische
reiniging geeft het display de tijd van
de dag aan. De ovendeur blijft
vergrendeld.
7. Wanneer de oven weer koel is, wordt
de deur ontgrendeld.
12.5 Reinigingsherinnering
Om u te herinneren aan de pyrolytische
reiniging, knippert PYR in het display
gedurende 10 seconden na elke in- en
uitschakeling van de oven.
De reinigingsherinnering
gaat uit:
na het einde van de
functie pyrolytische
reiniging.
als u gelijktijdig op
en drukt terwijl op het
display PYR knippert.
12.6 De deur verwijderen en
installeren
De ovendeur beschikt over drie glazen
panelen. U kunt de ovendeur en het
interne glazen paneel verwijderen om het
schoon te maken. Lees de volledige
instructie 'Verwijderen van installatiedeur'
voordat u de glasplaten verwijdert.
De ovendeur kan dichtslaan
als u de glasplaten probeert
te verwijderen als de deur
nog gemonteerd is.
NEDERLANDS 31
LET OP!
Gebruik de oven nooit
zonder de glasplaten.
1. Open de deur volledig en houd vast
aan beide scharnieren.
2. Til de hendels van beide scharnieren
volledig op en draai eraan.
3. Sluit de ovendeur halverwege tot de
eerste openingsstand. Til hem
daarna op en trek hem naar voren en
verwijder hem van zijn plek.
4. Leg de deur op een zachte doek op
een stabiele ondergrond.
5. Deurafdekking (B) aan de bovenkant
van de deur aan beide kanten
vastpakken en naar binnen drukken
om de klemsluiting te ontgrendelen.
1
2
B
6. Trek de deur naar voren om hem te
verwijderen.
7. Houd de glazen deurpanelen bij de
bovenkant vast en trek ze er
voorzichtig een voor een uit. Start bij
het bovenste paneel. Zorg dat het
glas volledig uit de geleiders schuift.
8. Reinig de glasplaten met een sopje.
Droog de glasplaten voorzichtig af.
Reinig de glasplaten niet in de
vaatwasser.
Als de reiniging is voltooid, installeert u
de glasplaten en de ovendeur.
www.electrolux.com32
Zorg ervoor dat u de glasplaten (A en B)
weer in de juiste volgorde terugplaatst.
Controleer de zijkant van het glazen
paneel op het symbool / de print. Ieder
glazen paneel is anders om het uit elkaar
halen en in elkaar zetten eenvoudiger te
maken.
Als de deur correct wordt geïnstalleerd,
klikt de rand van de deur.
A B
Zorg ervoor dat u het middelste ruitje
correct in de uitsparingen plaatst.
A
B
12.7 Het lampje vervangen
WAARSCHUWING!
Gevaar voor elektrische
schokken.
Het lampje kan heet zijn.
1. Oven uitschakelen.
Wacht totdat de oven afgekoeld is.
2. Trek de oven uit het stopcontact.
3. Leg een doek op de bodem van de
ovenruimte.
LET OP!
Houd de halogeenlamp altijd
met een doek vast om te
voorkomen dat er vetrestjes
op de ovenlamp verbranden.
Het achterste lampje
1. Draai het afdekglas van de lamp en
verwijder het.
2. Reinig de glasafdekking.
3. Vervang de lamp door een geschikte
300°C hittebestendige lamp.
4. Plaats het afdekglas terug.
13. PROBLEEMOPLOSSING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
13.1 Wat moet u doen als...
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
U kunt de oven niet in‐
schakelen of bedienen.
De oven is niet aangeslo‐
ten op een stopcontact of
is niet goed geïnstalleerd.
Controleer of de oven
goed is aangesloten op het
stopcontact (zie het aan‐
sluitdiagram indien be‐
schikbaar).
De oven wordt niet warm. De oven is uitgeschakeld. Schakel de oven in.
De oven wordt niet warm. De klok is niet ingesteld. Stel de klok in.
NEDERLANDS 33
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
De oven wordt niet warm. De benodigde kookstan‐
den zijn niet ingesteld.
Zorg ervoor dat de instel‐
lingen correct zijn.
De oven wordt niet warm. De automatische uitscha‐
keling is actief.
Raadpleeg 'Automatisch
uitschakelen'.
De oven wordt niet warm. Het kinderslot is geacti‐
veerd.
Raadpleeg "Het kinderslot
gebruiken".
De oven wordt niet warm. De deur is niet goed geslo‐
ten.
Sluit de deur volledig.
De oven wordt niet warm. De zekering is doorgesla‐
gen.
Ga na of de zekering de
oorzaak van de storing is.
Als de zekeringen keer op
keer doorslaan, neemt u
contact op met een erken‐
de installateur.
Het lampje brandt niet. Het lampje is stuk. Vervang het lampje.
De vleesthermometer
werkt niet.
De stekker van de vlees‐
thermometer is niet goed
in de aansluiting gestoken.
Steek de stekker van de
vleesthermometer zo ver
mogelijk in het stopcontact.
Stoom en condens slaan
neer op de gerechten en in
de ovenruimte.
Het gerecht heeft te lang in
de oven gestaan.
Laat gerechten na het be‐
reiden niet langer dan 15 -
20 minuten in de oven
staan.
Op het display verschijnt
"C2".
U wilt de pyrolyse- of ont‐
dooifunctie starten, maar u
hebt de vleesthermometer
niet uit de aansluiting ge‐
haald.
Haal de stekker van de
kerntemperatuursensor uit
de aansluiting.
Op het display verschijnt
"C3".
De reinigingsfunctie werkt
niet. De deur is niet volle‐
dig gesloten of het deurslot
is defect.
Sluit de deur volledig.
Op het display verschijnt
"F102".
U heeft de deur niet he‐
lemaal gesloten.
De deurvergrendeling is
stuk.
Sluit de deur volledig.
Schakel de oven uit via
de huiszekering of de
veiligheidsschakelaar in
de zekeringkast en
schakel deze weer in.
Neem contact op met
de klantenservice, wan‐
neer "F102" opnieuw
wordt weergegeven.
www.electrolux.com34
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Het display toont een fout‐
code die niet in deze tabel
staat.
Er is een elektrische fout. Schakel de oven uit via
de huiszekering of de
veiligheidsschakelaar in
de zekeringkast en
schakel deze weer in.
Neem contact op met
de klantenservice wan‐
neer de foutcode op‐
nieuw wordt weergege‐
ven.
Het apparaat staat aan
maar wordt niet warm. De
ventilator werkt niet. Op
het display verschijnt "De‐
mo".
De demofunctie is inge‐
schakeld.
1. Schakel de oven uit.
2. Houd te‐
gelijkertijd ingedrukt.
3. Het eerste nummer op
het display en het De‐
mo-indicatielampje be‐
ginnen te knipperen.
4. Voer de code 2468 in
door de temperatuur‐
knop naar rechts of
links te draaien en de
waarden te veranderen
en druk op om te
bevestigen.
5. Het volgende nummer
begint te knipperen.
6. Demo-modus schakelt
uit als u het laatste
nummer bevestigt en
de code juist is.
Op het display wordt
"12.00" weergegeven.
Er is een stroomstoring ge‐
weest.
Stel de klok opnieuw in.
13.2 Onderhoudsgegevens
Als u niet zelf het probleem kunt
verhelpen, neem dan contact op met uw
verkoper ofeen erkende serviceafdeling.
De contactgegevens van het
servicecentrum staan op het typeplaatje.
Het typeplaatje bevindt zich aan de
voorkant van de binnenkant van de oven.
Verwijder het typeplaatje niet uit de
ovenruimte.
Wij adviseren u om de gegevens hier te noteren:
Model (MOD.) .........................................
Productnummer (PNC) .........................................
Serienummer (S.N.) .........................................
NEDERLANDS 35
14. ENERGIEZUINIGHEID
14.1 Productinformatieblad
Productinformatie volgens EU 65-66/2014
Naam leverancier Electrolux
Modelidentificatie
EOE6P41Z 949498435
EOE6P51X 949498432
KOEDP41X 949498427
Energie-efficiëntie Index 81.2
Energie-efficiëntieklasse A+
Energieverbruik bij een standaardbelasting, stand
boven + onderwarmte
0.93 kWh/cyclus
Energieverbruik bij een standaardbelasting, stand
hetelucht
0.69 kWh/cyclus
Aantal ruimten 1
Warmtebron Elektriciteit
Volume 72 l
Soort oven Inbouwoven
Massa
EOE6P41Z 30.8 kg
EOE6P51X 30.9 kg
KOEDP41X 31.0 kg
EN 60350-1 - Elektrische huishoudelijke
kookapparaten - Deel 1: Range-ovens,
ovens, stoomovens en grills - Methoden
voor prestatiemeting.
14.2 Energiebesparing
Deze oven bevat functies die
u helpen energie te
besparen tijdens het
dagelijks koken.
Zorg ervoor dat de ovendeur goed
gesloten is als u de oven in werking stelt.
De deur niet openen tijdens de bereiding
met stoom. Houd het deurrubber schoon
en zorg ervoor dat het goed op zijn
plaats vastzit.
Gebruik metalen kookgerei om meer
energie te besparen.
Verwarm de oven indien mogelijk niet
voor het koken voor.
Houd de onderbrekingen tussen het
bakken zo kort mogelijk als u een aantal
gerechten tegelijkertijd bereidt.
Bereiding met hete lucht
Gebruik indien mogelijk de
bereidingsfuncties met hete lucht om
energie te besparen.
Restwarmte
Bij sommige ovenfuncties worden, als
een programma met tijdselectie (Duur of
Einde) in werking is en de bereidingstijd
langer is dan 30 minuten, de
verwarmingselementen automatisch
eerder uitgeschakeld.
De lamp en ventilator blijven wel werken.
Wanneer u de oven uitschakelt, geeft het
display de restwarmte aan. U kunt die
www.electrolux.com36
warmte gebruiken om het eten warm te
houden.
Wanneer de kookduur langer is dan 30
minuten, verlaag dan de
oventemperatuur tot minimaal 3-10
minuten voor het einde van het koken.
De restwarmte in de oven zorgt ervoor
dat het gerecht wordt voltooid.
U kunt de restwarmte gebruiken om
andere maaltijden op te warmen.
Eten warm houden
Kies de laagst mogelijke
temperatuurinstelling om de restwarmte
te gebruiken en een maaltijd warm te
houden. Het indicatielampje van de
restwarmte of temperatuur verschijnt op
het display.
Koken met de verlichting
uitgeschakeld
Schakel de verlichting tijdens het koken
uit. Doe het aan als u het nodig heeft.
Warmelucht (vochtig)
Functie is ontworpen om tijdens de
bereiding energie te besparen.
Als u deze functie gebruikt, gaat de
verlichting na 30 seconden automatisch
uit. U kunt de verlichting weer
inschakelen maar deze handeling
vermindert de verwachte
energiebesparingen.
15. MILIEUBESCHERMING
Recycleer de materialen met het
symbool . Gooi de verpakking in een
geschikte afvalcontainer om het te
recycleren. Bescherm het milieu en de
volksgezondheid en recycleer op een
correcte manier het afval van elektrische
en elektronische apparaten. Gooi
apparaten gemarkeerd met het symbool
niet weg met het huishoudelijk afval.
Breng het product naar het milieustation
bij u in de buurt of neem contact op met
de gemeente.
*
NEDERLANDS 37
www.electrolux.com38
NEDERLANDS 39
www.electrolux.com/shop
867355928-A-292019
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40

Electrolux EOE6P41Z Handleiding

Categorie
Kookplaten
Type
Handleiding