Pag. 3 - Handleiding FA01648-NL - 10/2021 - © CAME S.p.A. - De inhoud van deze handleiding kan op elk ogenblik en zonder verplichting tot waarschuwing vooraf worden gewijzigd. - Vertaling van de originele handleiding
ALGEMENE WAARSCHUWINGEN VOOR DE INSTALLATEUR
Belangrijke veiligheidsinstructies.
Volg alle instructies op; een onjuiste installatie kan tot ernstig letsel leiden.
Lees, alvorens met uw werkzaamheden te beginnen, ook de algemene waarschuwingen voor de gebruiker.
Dit product mag alleen worden gebruikt voor de doeleinden waarvoor het expliciet is bestemd. Elk ander gebruik moet
als gevaarlijk worden beschouwd. • De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor eventuele schade die is
veroorzaakt door oneigenlijk, verkeerd en onverstandig gebruik. • Het product waar deze handleiding bij hoort, wordt
volgens de machinerichtlijn 2006/42/EG gedefinieerd als een niet-voltooide machine. • Een niet-voltooide machine is
een samenstel dat bijna een machine vormt maar dat niet zelfstandig een bepaalde toepassing kan realiseren. • Niet-
voltooide machines zijn uitsluitend bedoeld om te worden ingebouwd in of samengebouwd met andere machines, andere
niet-voltooide machines of apparaten, tot een machine waarop de machinerichtlijn 2006/42/EG van toepassing is. •
De eindinstallatie moet conform de machinerichtlijn 2006/42/EG en de geldige toepasselijke Europese normen zijn. •
De producent wijst iedere aansprakelijkheid af voor het gebruik van niet-originele producten. Dergelijk gebruik maakt
tevens de garantie ongeldig. • Alle in deze handleiding aangegeven verrichtingen mogen uitsluitend door bekwaam en
gekwalificeerd personeel worden uitgevoerd en met inachtneming van de geldende wetgeving. • De plaatsing van de
kabels, de installatie, de aansluiting en de keuring moeten op professionele wijze worden uitgevoerd en met inachtneming
van de geldende normen en wetten. • Alle benodigde onderdelen (zoals aandrijvingen, fotocellen, veiligheidslijsten,
etc.) voor de conformiteit van de uiteindelijke installatie in overeenstemming met de Machinerichtlijn 2006/42/EG en de
geharmoniseerde technische referentienormen worden aangegeven in de algemene productencatalogus van CAME of
op de website www.came.com. • Vergewis u ervan dat tijdens de installatie de stroom is uitgeschakeld. • Controleer of
de installatieplek geschikt is voor het aangegeven temperatuurbereik. • Monteer de automatisering niet op elementen
die door kunnen buigen. Voeg, indien nodig, versterkingen toe aan de bevestigingspunten. • Zorg ervoor dat het product
op zijn installatieplek niet nat wordt gemaakt door directe waterstralen (sproeisystemen, hogedrukreinigers, etc.). • Zorg
ervoor dat, conform de installatievoorschriften, het voedingsnet voorzien is van een meerpolige onderbrekingsschakelaar
die beveiliging biedt bij omstandigheden die gelden voor overspanningscategorie III. • Omhein naar behoren de hele plek
om de toegang van onbevoegden, in het bijzonder minderjarigen en kinderen, te voorkomen. • Zorg er bij handmatige
verplaatsing voor dat er voor elke 20 kg een persoon is; bij niet-handmatig verplaatsen dienen er geschikte middelen te
worden gebruikt voor een veilige verplaatsing. • Gebruik geschikte beveiligingsinrichtingen om mogelijke mechanische
risico's te vermijden als gevolg van de aanwezigheid van personen binnen het bewegingsgebied van de automatisering.
• De elektrische kabels moeten door daarvoor bestemde buizen, geleiders of wartels worden geleid teneinde geschikte
bescherming tegen mechanische schade te garanderen. • De elektrische kabels mogen niet in contact komen met
onderdelen die tijdens de werking heet kunnen worden (bijvoorbeeld: motor en transformator). • Alvorens te beginnen met
de installatie dient u te controleren of het geleide deel in goede mechanische staat verkeert en of het goed opent en sluit.
• Het product mag niet worden gebruikt om een geleid deel met een voetgangersdeur te automatiseren, tenzij de werking
alleen met de voetgangersdeur in veiligheidsstand activeerbaar is. • Verifieer of de beweging van het geleide deel geen
beknelling kan veroorzaken tussen het geleide deel en de vaste delen rondom. • Alle vaste bedieningen moeten na de
installatie duidelijk zichtbaar zijn en zich op een zodanige plek bevinden dat het geleide deel direct zichtbaar is, maar toch
ver van de bewegende delen. Als er een hold-to-run-bediening is, moet deze op een minimale hoogte van 1,5 m van de
grond en buiten het bereik van onbevoegden geïnstalleerd worden.