Pioneer SPX HUD01 de handleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de Pioneer SPX HUD01 de handleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
Black plate (106,1)
Voorzorgsmaatregelen
Voor de bedieningshandleiding 106
Gebruikersinformatie voor het verzamelen
en verwijderen van oude producten en
batterijen 106
Aansluiten en installeren 107
Informatie over dit toestel 108
Voorzorgsmaatregelen voor
batterijen 108
Bij problemen 109
Belangrijke veiligheidsvoorschriften
Voorkomen dat de accu leegloopt 110
Als het scherm moeilijk zichtbaar is 110
Voorzorgsmaatregelen voor gebruik bij een
hoge/lage temperatuur 110
Opmerking over microSD-
geheugenkaarten 110
Opmerkingen voor de iPhone 110
Opmerkingen over Android-
apparaten 110
Auteursrechten 111
Nieuwe softwareversies 111
Bezoek onze website 111
Opgeslagen gegevens 111
Opmerkingen over dit toestel 111
Meegeleverde onderdelen
Vóór aansluiting
Voorzorgsmaatregelen voor
aansluiting 112
De elektriciteitskabel aansluiten 112
Ruis voorkomen 112
Voorzorgsmaatregelen voor installatie
Vóór de installatie en bevestiging van het
toestel 113
Het toestel bevestigen 113
Verbindingen
Aansluitschema 113
Formaat van de stekker voor de
sigarettenaansteker instellen 114
De zekering van de stekker voor de
sigarettenaansteker vervangen 114
Installatiepositie
Voorzorgsmaatregelen voor installatie van
het toestel 114
Gespecificeerde installatiepositie 114
Voorbereiding voor installatie van het
toestel
Afstelplaat voor dikte van zonneklep
vervangen 115
Installatie van het hoofdtoestel
Na de installatie 120
Sluit de stroomkabel aan op de aansluiting
voor de sigarettenaansteker 121
Uw iPhone of Android-apparaat
instellen
Uw iPhone of Android-apparaat op het
toestel aansluiten 121
Installeren van de
navigatietoepassing 121
Starten van de navigatietoepassing 121
Weergavestanden
Wanneer de installatie en aansluiting
voltooid zijn
De weergave-instellingen
aanpassen 123
Positie 123
Zoom 123
Rotatie 123
Aspect Ratio 123
Geometrische Correctie 123
Witbalans 123
Vóór het rijden
De functie-instellingen configureren 124
De hoek van de combiner
aanpassen 124
In en uit het voertuig stappen 125
Correcte positie van de combiner 125
De weergavehelderheid aanpassen 125
Belangrijk
! Voor uw veiligheid en die van andere
personen moet u de installatie, beka-
beling en eventuele verplaatsing van
het toestel in het voertuig laten uitvoe-
ren door uw dealer.
Voor de installatie, bekabeling en verwijde-
ring is speciale technische kennis vereist.
Onjuiste installatie, bekabeling of verwijde-
ring van het toestel en gebruik van niet-
goedgekeurde onderdelen kunnen een on-
geval, letsel of storingen veroorzaken.
Pioneer kan niet aansprakelijk worden ge-
steld in zulke gevallen.
! Kennisgeving voor dealers
Stel de verbinding met het navigatietoestel
in en pas de weergave-instellingen aan
nadat u de installatie en bekabeling vol-
tooit.
Overhandig deze handleiding aan de klant
wanneer u klaar bent.
Hartelijk dank voor uw keuze voor dit
Pioneer-product
Lees deze handleiding voordat u het product in
gebruik neemt zodat u het goed leert gebruiken.
Lees vooral de gedeelten die met WAARSCHU-
WING en LET OP gemarkeerd zijn aandachtig.
Bewaar deze handleiding na het lezen op een vei-
lige, voor de hand liggende plaats zodat u hem in-
dien nodig altijd kunt raadplegen.
Voor de bedieningshandleiding
In deze handleiding wordt de inbouw van het
toestel beschreven. De bediening van het toestel
wordt beschreven in een afzonderlijke handlei-
ding.
Ga naar de volgende website voor details over de
functies en de bediening van dit toestel:
http://www.pioneer.eu/navgatehud
Gebruikersinformatie voor het
verzamelen en verwijderen van
oude producten en batterijen
(Symbool voor toestellen)
(Symbolen voor batterijen)
Voorzorgsmaatregelen
106
Hoofdstuk
Voorzorgsmaatregelen
Nl
<CRD4765-A>106
Black plate (107,1)
De symbolen op producten, verpakkingen
en/of bijbehorende documenten geven aan
dat de gebruikte elektronische producten
en batterijen niet met het gewone huishou-
delijk afval kunnen worden samengevoegd.
Er bestaat een speciaal wettelijk voorge-
schreven verzamelsysteem voor de juiste
behandling, het opnieuw bruikbaar maken
en de recyclage van gebruikte producten en
batterijen.
Door een correcte ver zamelhandeling zorgt u er-
voor dat het verwijderde product en/of batterij
op de juiste wijze wordt behandeld, opnieuw
bruikbaar wordt gemaakt, wordt gerecycleerd en
het niet schadelijk is voor de gezondheid en het
milieu.
Voor verdere informatie betreffende de juiste be-
handling, het opnieuw bruikbaar maken en de
recyclage van gebruikte producten en batterijen
kunt u contact opnemen met de plaatselijke
overheid of een verkooppunt.
Deze symbolen zijn enkel geldig in de lan-
den van de Europese Unie.
Voor landen buiten de Europese
Unie:
Indien u zich in een ander dan bovengenoemde
landen bevindt kunt u contact opnemen met de
plaatselijke overheid voor meer informatie over
de juiste verwijdering van het product.
Aansluiten en installeren
WAARSCHUWING
! Gebruik dit toestel uitsluitend met een accu
van 12 volt en negatieve aarding.
Gebruik dit toestel niet voor een voertuig met
24 volt.
Er bestaat een risico op brand of storing.
! Installeer het toestel niet en leg geen kabels
op plaatsen waar het de werking van een air-
bag kan hinderen.
Als het toestel wordt geïnstalleerd in een
voertuig met airbags, informeer dan bij de fa-
brikant van het voertuig naar voorzorgsmaat-
regelen voor de installatie. Er bestaat risico
op een dodelijk ongeval als de airbags gehin-
derd worden.
! Installeer het toestel niet op plaatsen waar
het hinderlijk is voor het zicht van de bestuur-
der, stoort tijdens het rijden, of gevaarlijk is
voor de inzittenden.
Er bestaat risico op een verkeersongeval en
letsel.
! Verwijder nooit de isolatie van de voedingska-
bel van het toestel om andere apparaten van
stroom te voorzien.
Als de capaciteit van de stroomkabel wordt
overschreden, kan er brand, een elektrische
schok of storing ontstaan.
! Gebruik nooit de moeren en bouten van vei-
ligheidsonderdelen zoals het stuurwiel, het
remsysteem en de tank.
Bij gebruik daarvan kan de rem defect raken,
brand optreden of een verkeersongeval ont-
staan.
! Installeer het toestel niet op een zonneklep
met een vorm die niet ondersteund wordt
door het toestel.
Installatie van het toestel op een zonneklep
met een vorm die niet geschikt is voor het
toestel, kan leiden tot een ongeval of storing.
! Installeer het toestel niet op een defecte zon-
neklep.
Controleer dat de zonneklep niet beschadigd
is voor u het toestel installeert. Installatie op
een defecte zonneklep kan ervoor zorgen dat
het toestel valt, wat kan leiden tot een onge-
val of een storing.
! Laat het toestel niet achter in direct zonlicht.
Verwijder de beschermfolie van de combiner
niet voordat de installatie voltooid is. De com-
biner kan licht geconcentreerd bundelen en
rook of brand veroorzaken.
! Voor uw veiligheid en die van andere perso-
nen moet u de installatie, bekabeling en
eventuele verplaatsing van het toestel in het
voertuig laten uitvoeren door uw dealer.
Voor de installatie, bekabeling en verwijde-
ring van het toestel is speciale technische
kennis vereist. Door onjuiste installatie, beka-
beling of verwijdering van het toestel kan het
voertuig ernstig beschadigd worden.
! Werk niet in direct zonlicht.
Daardoor kunt u brandwonden oplopen of
blind worden.
! Koppel de negatieve aansluiting van de accu
los voordat u het toestel installeert.
Kortsluiting van de positieve en negatieve
aansluitpunten kan een elektrische schok of
letsel veroorzaken.
! Controleer de locatie van leidingen, de tank,
elektrische draden e.d. voordat u met de in-
stallatie begint.
Let op dat u niet in contact komt met leidin-
gen, de tank, elektrische draden e.d. als u
voor de installatie in het voertuig moet boren.
Bescherm alle onderdelen tegen roest en
binnendringen van water.
! Gebruik alleen de meegeleverde onderdelen
en zet ze stevig vast.
Door gebruik van andere dan de meegele-
verde onderdelen kan het toestel beschadigd
of niet goed bevestigd worden. Als het toestel
loskomt, kan het hinderlijk zijn voor het rij-
den en de oorzaak worden van een ongeval
en letsel.
! Installeer de meegeleverde onderdelen zoals
voorgeschreven.
Als de meegeleverde onderdelen niet zoals
voorgeschreven worden geïnstalleerd, kun-
nen onderdelen loskomen en vallen, met mo-
gelijk een ongeval of storing tot gevolg.
! Gebruik de meegeleverde kabels en sluit ze
goed aan.
Gebruik de meegeleverde kabels en sluit ze
aan zoals voorgeschreven. Gebruik van an-
dere kabels dan de meegeleverde kan brand
of een storing veroorzaken.
! Volg de instructies in deze handleiding voor
de aansluiting en installatie van het toestel.
Als u de instructies in deze handleiding niet
volgt tijdens de installatie en aansluiting, kan
het toestel brand of een ongeval veroorzaken.
! Zet het toestel aan de zonneklep vast met
een valbeveiligingsriem.
Als u dat niet doet, kan het toestel vallen met
mogelijk een ongeval en letsel tot gevolg.
! Isoleer blootliggende delen van de kabel met
tape e.d.
Door kortsluiting kan brand, een elektrische
schok of storing ontstaan.
! Leg de kabels zo dat ze niet verstrikt kunnen
raken in onderdelen van het voertuig, schroe-
ven en bewegende onderdelen zoals de stoel-
rails.
Door ontkoppeling of kortsluiting kan brand,
een elektrische schok of storing ontstaan.
! Leg en bevestig de kabels zo dat ze niet kun-
nen storen tijdens het rijden.
Als u dat niet doet, kunnen er kabels verstrikt
raken rond het stuurwiel, de schakelhendel,
het rempedaal e.d. en mogelijk een ongeval
veroorzaken.
! Controleer na de installatie en bekabeling of
alle elektrische apparatuur correct werkt
zoals vóór de installatie.
Als het toestel wordt gebruikt wanneer an-
dere elektrische apparaten niet normaal wer-
ken, kan er brand of een elektrische schok
optreden of een verkeersongeval gebeuren.
! Bewaar kleine onderdelen zoals schroeven
buiten bereik van kleine kinderen.
Roep onmiddellijk de hulp van een arts in als
een onderdeel per ongeluk wordt ingeslikt.
LET OP
! Snijd nooit ergens in een kabel.
Nederlands
Voorzorgsmaatregelen
107
Hoofdstuk
Voorzorgsmaatregelen
Nl
<CRD4765-A>107
Black plate (108,1)
Als een zekering is verbonden met de kabel,
werkt het beveiligingscircuit niet en kan er
brand ontstaan.
! Let er bij het aansluiten van de kabels op dat
ze niet in aanraking kunnen komen met hete
gebieden van het voertuig.
Er bestaat een risico op brand of een elektri-
sche schok.
! Gebruik geen verlengsnoer bij het aanleggen
van de kabels.
Daardoor kunnen kabels oververhitten, met
mogelijk brand of een elektrische schok tot
gevolg.
! Installeer het toestel niet op plaatsen waar
regen, water, condensatie, stof en oliedam-
pen kunnen voorkomen.
Daardoor kan rook, brand of een storing ont-
staan.
! Let er bij de bekabeling op dat de kabels niet
in aanraking komen met metalen onderde-
len.
Als de kabels in aanraking komen met meta-
len onderdelen, kunnen de kabels bescha-
digd worden met mogelijk brand, een
elektrische schok of storing tot gevolg.
Informatie over dit toestel
WAARSCHUWING
! Bedien geen menus tijdens het rijden. Daar-
door wordt u afgeleid en kunt u het voertuig
niet meer veilig besturen en mogelijk een
zwaar ongeval veroorzaken. Let altijd op het
verkeer en voetgangers en rij veilig.
! Kijk niet naar het weergegeven beeld tijdens
het rijden.
Als u niet op de weg let, kunt u een ongeval
veroorzaken.
! Bedien de zonneklep niet tijdens het rijden.
Daardoor kunt u een zwaar ongeval veroorza-
ken. Als u de zonneklep wilt gebruiken, moet
u eerst het voertuig op een veilige plaats par-
keren en de handrem aantrekken.
! Steek niet uw hand, uw vinger of een vreemd
voorwerp in de mediasleuf.
Daardoor kunt u een ongeval, elektrische
schok, brand of storing veroorzaken.
! Zorg dat er geen vloeistof op of in het appa-
raat kan komen.
Dat kan rookvorming, brand of een elektri-
sche schok veroorzaken. Let bijzonder op bij
kleine kinderen.
! Als er vloeibare stoffen of materialen van bui-
ten in het toestel komen, moet u onmiddellijk
het toestel uitschakelen en uw dealer of het
dichtstbijzijnde Pioneer-servicecentrum raad-
plegen. Gebruik het toestel niet langer omdat
er een verhoogd risico bestaat op brand,
elektrische schok en andere storingen.
! Laat de afstandsbediening en andere onder-
delen niet losliggen.
Als het voertuig stopt of een bocht maakt,
kunnen losliggende voorwerpen naar voren
rollen en het rempedaal blokkeren, en ge-
vaarlijke situaties en een ongeval veroorza-
ken.
! Bevestig geen folie of afdichting op de com-
biner.
Daardoor kan het gezichtsveld worden be-
lemmerd en een ongeval ontstaan.
! Gebruik het toestel niet als het niet normaal
functioneert of storingen vertoont, bijvoor-
beeld als er geen beeld verschijnt.
In dat geval bestaat er risico op een onvoor-
zienbaar ongeval, brand of een elektrische
schok.
! Laat kinderen niet aan het toestel hangen of
er kracht op uitoefenen.
De kinderen kunnen letsel oplopen, het voer-
tuig kan vervormd raken of er kan storing op-
treden.
! Raak het toestel niet aan bij onweer.
Er bestaat risico op een elektrische schok
door blikseminslag.
! Haal het toestel niet uit elkaar en wijzig het
niet.
Er bestaat risico op een ongeval, brand of
een elektrische schok.
! Volg altijd de verkeersregels.
Het toestel bevat gegevens over verkeersre-
gels, maar de werkelijke verkeersregels en
-situaties kunnen door wijzigingen verschil-
lend zijn. Ook als u de routekaarten of stem-
begeleiding gebruikt, moet u altijd de
plaatselijke verkeersregels en -borden volgen.
Als u dat niet doet, kunt u een ongeval ver-
oorzaken of verkeersregels overtreden.
! Het toestel kan niet worden bediend wanneer
het voertuig rijdt. Als u de menus wilt bedie-
nen, moet u eerst het voertuig op een veilige
plaats parkeren en de handrem aantrekken.
! Let op dat een nieuwe zekering bij vervan-
ging de voorgeschreven capaciteit (ampère)
heeft.
Door gebruik van een zekering met een hoge-
re waarde kan brand of storing ontstaan.
! Voordat u het toestel s nachts of op een don-
kere plaats (zoals in een tunnel) gebruikt,
moet u de helderheid ervan aanpassen zodat
u niet wordt gehinderd bij het rijden. Als u
dat niet doet, kunt u een ongeval veroorza-
ken.
LET OP
! Gebruik het toestel niet voor andere doelein-
den dan zoals voorgeschreven in een voer-
tuig.
Anders kunt u rookvorming, brand, een elek-
trische schok of verwondingen veroorzaken
of oplopen.
! Stel de hoek van de combiner en de weerga-
vehelderheid af voordat u gaat rijden, en con-
troleer of er geen schroeven loszitten zodat u
bij het rijden niet wordt gehinderd.
Als u dat niet doet, kunt u een ongeval ver-
oorzaken.
! Let voortdurend op de weg wanneer u tijdens
het rijden het zonnescherm of knoppen be-
dient.
Als u dat niet doet, kunt u een ongeval ver-
oorzaken.
! Let op dat u bij het in- en uitstappen niet met
uw hoofd tegen het toestel stoot.
Daardoor kunt u een verwonding oplopen.
! Let op dat er geen handen en vingers klem
raken wanneer u de combiner sluit of de
hoek ervan afstelt.
Daardoor kunt u een verwonding veroorza-
ken.
Voorzorgsmaatregelen voor
batterijen
WAARSCHUWING
! Bewaar batterijen buiten bereik van kleine
kinderen om ongevallen te voorkomen.
Roep onmiddellijk de hulp van een arts in als
de batterij per ongeluk wordt ingeslikt.
! Installeer de batterij in de juiste richting (po-
sitieve en negatieve zijde) zoals in de handlei-
ding wordt aangegeven.
Als de batterij verkeerd om wordt geplaatst,
bestaat er risico op letsel of vervuiling omdat
de batterij kan exploderen of lekken.
! Als de batterij lekt en er batterijvloeistof op
uw huid of kleding terechtkomt, moet u de
betreffende plek met zuiver water spoelen.
Als er batterijvloeistof in uw oog terechtkomt,
spoelt u uw oog met zuiver water en raad-
pleegt u onmiddellijk een arts.
LET OP
! Sluit geen kortsluiting met de batterij, haal
hem niet uit elkaar, verwarm hem niet en leg
hem niet in vuur of water.
De batterij kan exploderen en lekkende batte-
rijvloeistof kan brand en verwondingen ver-
oorzaken.
Voorzorgsmaatregelen
108
Hoofdstuk
Voorzorgsmaatregelen
Nl
<CRD4765-A>108
Black plate (109,1)
! Laat een droge batterij niet op.
De batterij kan exploderen en iemand ver-
wonden.
! Gebruik alleen batterijen van het voorge-
schreven type.
De batterij kan exploderen of lekken en ie-
mand verwonden of het milieu vervuilen.
! Vervang een lege batterij onmiddellijk door
een nieuwe.
Lekkende batterijvloeistof kan het milieu ver-
vuilen.
! Bewaar de afstandsbediening niet bij hoge
temperatuur, hoge vochtigheid of in direct
zonlicht.
Als u dat wel doet, kan de afstandsbediening
vervormen of kan de batterij exploderen of
gaan lekken.
Bij problemen
WAARSCHUWING
Als u rook, een vreemd geluid, een vreemde
geur of andere ongebruikelijke signalen van het
toestel waarneemt, moet u onmiddellijk de voe-
ding uitschakelen en uw dealer of het dichtstbij-
zijnde Servicestation van PIONEER raadplegen.
Als u het toestel zo blijft gebruiken, kan een on-
geval, brand of een elektrische schok ontstaan.
! Het toestel werkt niet zelfstandig. Het toestel
moet vóór gebruik worden verbonden met
een iPhone of Android-apparaat met een na-
vigatietoepassing.
Lees de veiligheidsinstructies in de handlei-
ding van het product dat op dit toestel wordt
aangesloten.
! Bedien het toestel niet tijdens het rijden.
Daardoor wordt u afgeleid en kunt u het voer-
tuig niet meer veilig besturen en mogelijk
een zwaar ongeval veroorzaken. Let altijd op
het verkeer en voetgangers en rij veilig. Voor-
dat u het toestel bedient, moet u het voertuig
op een veilige plaats parkeren en de hand-
rem aantrekken.
! Bedien de zonneklep niet tijdens het rijden.
Daardoor kunt u een zwaar ongeval veroorza-
ken. Als u de zonneklep wilt gebruiken, moet
u eerst het voertuig op een veilige plaats par-
keren en de handrem aantrekken.
! Bedien een iPhone of Android-apparaat niet
tijdens het rijden. Parkeer het voertuig op
een veilige plaats en trek de handrem aan
voordat u een route instelt op een iPhone of
Android-apparaat.
! De functies van het toestel garanderen op
geen enkele wijze dat de omgeving veilig is.
Let tijdens het rijden altijd goed zelf op de
veiligheid van en rondom het voertuig.
! De route-informatie en de stembegeleiding
van de navigatietoepassing dienen alleen als
referentie. Volg altijd de plaatselijke verkeers-
regels en -borden. Als u dat niet doet, kunt u
verkeersregels overtreden en een zwaar on-
geval veroorzaken. Ook informatie van dit
toestel over de afstand tot een voertuig voor
u, snelheidsaanduidingen en verkeerscame-
ras dient uitsluitend ter referentie. Volg altijd
de plaatselijke regels en rijd veilig naarge-
lang de verkeerssituatie.
! Het toestel detecteert wanneer het voertuig
rijdt en de bediening wordt dan automatisch
uitgeschakeld. Parkeer het voertuig op een
veilige plaats en trek de handrem aan voor-
dat u het toestel bedient.
! Als u moe wordt of ongemak ervaart tijdens
het gebruik van het toestel, moet u het ge-
bruik onmiddellijk stoppen en een lange
pauze nemen om volledig te herstellen. Als u
het toestel in dat geval toch blijft gebruiken,
kunt u onwel worden.
! Als u ver- of bijziend bent, astigmatisch bent
of verschillend zicht hebt tussen uw linker-
en rechteroog, moet u een bril e.d. dragen
om uw gezichtssterkte te corrigeren wanneer
u dit toestel gebruikt.
! Het weergegeven beeld op het scherm kan
tijdelijk vervormd zijn wanneer het beeld
wordt overgeschakeld. Dit is geen storing.
! Er wordt geen beeld weergegeven wanneer
de GPS-verbinding is verbroken.
! Het beeld op het scherm kan vervormd zijn
wanneer de iPhone of het Android-apparaat
zwaar belast wordt.
! De nauwkeurigheid van de positiebepaling is
afhankelijk van de prestaties van het gps-sys-
teem op de iPhone of het Android-apparaat
dat op dit toestel is aangesloten.
! De richting waarin het voertuig rijdt, wordt
wellicht niet correct aangegeven als het
GPS-systeem niet nauwkeurig werkt.
! Zorg dat de iPhone of het Android-apparaat
stevig is bevestigd voordat u gaat rijden. Zorg
dat het aangesloten apparaat niet op de
grond valt omdat het dan onder het rem- of
gaspedaal kan terechtkomen.
! Sluit de diffuser wanneer u het toestel niet
gebruikt.
Nederlands
Voorzorgsmaatregelen
109
Hoofdstuk
Belangrijke veiligheidsvoorschriften
Nl
01
02
<CRD4765-A>109
Black plate (110,1)
! Sluit de diffuser en de combiner wanneer u
het toestel van de zonneklep verwijdert en op-
bergt.
Laat het toestel niet achter op een plek in di-
rect zonlicht, zoals op het dashboard. De dif-
fuser of de combiner kunnen het licht
geconcentreerd bundelen en rook of brand
veroorzaken.
! Het achterlicht van het voertuig voor u kan
weerspiegeld worden op de combiner.
! Pioneer kan niet verantwoordelijkheid wor-
den gesteld worden waardeveranderingen
van het voertuig, e.d.
Voorkomen dat de accu
leegloopt
! Zorg dat de motor van het voertuig draait
wanneer u het toestel gebruikt. Als u het toe-
stel gebruikt zonder dat de motor draait, kan
de accu leeglopen.
Laat de motor niet langer lopen dan strikt
noodzakelijk is wanneer het voertuig gepar-
keerd is om het milieu te ontzien.
! Als het toestel niet wordt uitgeschakeld (de
LED-indicator op de stekker voor de sigarette-
naansteker van de stroomkabel blijft bran-
den) wanneer de motor van het voertuig
wordt uitgeschakeld, koppelt u de stroomka-
bel los van de aansluiting voor de sigarette-
naansteker op het voertuig. Als u dit niet
doet, kan de voertuigaccu leeglopen.
Als het scherm moeilijk
zichtbaar is
! Het beeld op het scherm is zichtbaar onder
een brede hoek. Pas de hoek van de combi-
ner (bladzijde 124) en de weergave-instellin-
gen (bladzijde 123) aan wanneer u het toestel
voor het eerst gebruikt voor een optimale
zichtbaarheid en scherpte van het beeld. U
past de helderheid van het scherm aan met
de knop
/ (bladzijde 125).
! De weergavehelderheid verschilt naargelang
de kijkhoek. Gebruik het toestel in een positie
waarin het beeld duidelijk zichtbaar is.
Voorzorgsmaatregelen voor
gebruik bij een hoge/lage
temperatuur
! Als de temperatuur te hoog of te laag wordt,
neemt de weergavehelderheid af of wordt de
projectie automatisch gestopt om het sys-
teem tegen beschadiging te beschermen. Dit
is geen storing. Het systeem hervat zijn werk-
ing wanneer de temperatuur weer in een vei-
lig bereik komt.
! Het toestel werkt wellicht niet correct bij een
te hoge of te lage temperatuur. Gebruik het
toestel binnen het opgegeven temperatuur-
bereik.
Raadpleeg de bedieningshandleiding voor
meer informatie.
Opmerking over microSD-
geheugenkaarten
! Dit toestel is geschikt voor microSD- en
microSDHC-geheugenkaarten. Deze typen
geheugenkaarten worden in deze handlei-
ding gezamenlijk aangeduid als SD-geheu-
genkaart.
! Het toestel is niet geschikt voor microSDXC-
geheugenkaarten.
! Pioneer garandeert niet dat alle typen SD-ge-
heugenkaarten op dit toestel kunnen worden
gebruikt.
! Verwijder de SD-geheugenkaart niet en wijzig
de stand van de contactschakelaar niet ter-
wijl de SD-geheugenkaart gebruikt wordt.
Daardoor kunnen gegevens erop beschadigd
raken. Pioneer kan niet aansprakelijk worden
gesteld voor schade in zulke gevallen.
! SD-geheugenkaarten hebben een beperkte
levensduur. Als de kaart het einde van zijn le-
vensduur heeft bereikt, kunnen ook bij cor-
rect gebruik geen gegevens meer op de kaart
geschreven of verwijderd worden.
! Sommige SD-geheugenkaarten worden wel-
licht niet door het toestel herkend, ook niet
als de kaart op een computer wel wordt her-
kend. Het probleem kan worden opgelost
door de kaart te formatteren met een speci-
aal formatteerprogramma. SD-geheugen-
kaarten die zijn geformatteerd met de
standaard formatteerfunctie van een compu-
ter voldoen niet aan de SD-standaard. Zulke
kaarten kunnen mogelijk niet worden be-
schreven of gelezen. Gebruik een speciaal
formatteerprogramma om zulke problemen
te voorkomen. Bij het formatteren worden
alle gegevens op de SD-geheugenkaart ge-
wist. Maak daarom op voorhand een kopie
van gegevens die u niet wilt verliezen. U kunt
een speciaal formatteerprogramma voor SD-
geheugenkaarten verkrijgen op de volgende
website.
https://www.sdcard.org/home/
(informatie geldig in juni 2012)
! Pioneer kan niet garanderen dat een SD-ge-
heugenkaart met een beschadiging door het
formatteren, kan worden gerepareerd.
Pioneer kan ook niet aansprakelijk worden
gesteld voor schade, kosten of uitgaven door
gegevensverlies of beschadiging door het for-
matteren van een SD-geheugenkaart. Lees
de handleiding van het formatteerprogram-
ma en volg de instructies als u de SD-geheu-
genkaart wilt formatteren. U bent zelf
verantwoordelijk voor problemen die kunnen
optreden.
Opmerkingen voor de iPhone
! Raadpleeg onze website voor informatie over
de iPhone-modellen en de iPhone-software-
versies die worden ondersteund door dit pro-
duct.
! iPhone-modellen die compatibel zijn met dit
toestel, worden in deze handleiding geza-
menlijk aangeduid als iPhone.
! Pioneer garandeert niet dat alle compatibele
typen iPhone met dit toestel kunnen worden
gebruikt.
! Pioneer kan niet aansprakelijk worden ge-
steld voor mogelijk gegevensverlies door ge-
bruik van een iPhone met dit toestel.
! Laat de iPhone niet gedurende langere tijd in
direct zonlicht liggen. Daardoor kan de
iPhone storingen vertonen.
! Stel de iPhone niet bloot aan hoge tempera-
turen.
! Raadpleeg de handleiding van de iPhone
voor details over het gebruik ervan.
Opmerkingen over Android-
apparaten
! Raadpleeg onze website voor informatie over
de Android-apparaten die worden onder-
steund door dit product.
! Compatibiliteit met alle Android-apparaten
wordt niet gegarandeerd.
Belangrijke veiligheidsvoorschriften
110
Hoofdstuk
Belangrijke veiligheidsvoorschriften
Nl
02
<CRD4765-A>110
Black plate (111,1)
! Het gebruik van bepaalde functies van een
Android-apparaat tijdens het rijden is in uw
land mogelijk niet toegestaan, dus zorg dat u
op de hoogte bent en houd u aan de wettelij-
ke voorschriften.
Indien u twijfelt of het gebruik van een be-
paalde functie is toegestaan, moet u de func-
tie alleen gebruiken terwijl het voertuig
geparkeerd is.
Gebruik geen enkele functie tenzij het veilig
is om deze te gebruiken onder de heersende
omstandigheden.
! Pioneer kan niet aansprakelijk worden ge-
steld voor mogelijk gegevensverlies door ge-
bruik van een Android-apparaat met dit
toestel.
! Laat de Android-apparaat niet gedurende
langere tijd in direct zonlicht liggen. Daar-
door kan het apparaat storingen vertonen.
! Stel het Android-apparaat niet bloot aan
hoge temperaturen.
! Raadpleeg de handleiding van het Android-
apparaat voor details over het gebruik ervan.
Auteursrechten
De auteursrechten op de gegevens en program-
mas van dit product zijn het eigendom van
Pioneer en van derden die Pioneer het recht
hebben gegeven op het gebruik van die gege-
vens of programmas onder auteursrecht. U
mag de gegevens en programmas van dit pro-
duct op geen enkele wijze geheel of gedeeltelijk
kopiëren, wijzigen of analyseren.
Nieuwe softwareversies
! Voor het opslaan van het bestand met bijge-
werkte software hebt u een SD-geheugen-
kaart nodig met een capaciteit van ten
minste 2 GB.
! Klanten zonder internettoegang kunnen een-
maal jaarlijks een microSD-geheugenkaart
ontvangen met de meest recente bijgewerkte
softwareversie.
Details hierover wordt op de website gepubli-
ceerd.
Bezoek onze website
Hier vindt u onze site:
http://www.pioneer.nl
! Registreer uw product. Wij bewaren de gege-
vens van het product dat u hebt aangeschaft
zodat u deze eenvoudig kunt opvragen als u
die nodig mocht hebben voor de verzekering,
bijvoorbeeld na verlies of diefstal.
! Op onze website vindt u de laatste informatie
over PIONEER CORPORATION.
Opgeslagen gegevens
! Pioneer kan niet aansprakelijk worden ge-
steld als de klant de software moet bijwerken
na of vanwege reparaties e.d.
! Instellingen op dit toestel kunnen automa-
tisch of per ongeluk, door storing, worden ge-
wijzigd of verwijderd tijdens een reparatie of
andere procedure. Bewaar een lijst van be-
langrijke informatie. Pioneer kan niet aan-
sprakelijk worden gesteld voor schade of
verlies door gegevensverlies in zulke geval-
len.
! Pioneer levert geen diensten voor het herstel-
len van beschadigde of gewiste gegevens.
Opmerkingen over dit toestel
! De gebruiksgeschiedenis van het toestel
wordt geregistreerd voor het optimaliseren
van de prestaties. Daarbij wordt geen per-
soonlijke informatie vastgelegd. De geregi-
streerde informatie kan voor
gegevensanalyse worden gedeeld met an-
dere afdelingen of onderaannemers van
Pioneer, maar alleen als de klant op voor-
hand toestemming geeft.
! Pioneer heeft door testen bevestigd dat het
geprojecteerde beeld zichtbaar is op een af-
stand van 3 m van de voorzijde van de voor-
ruit. De afstand kan echter verschillend
lijken afhankelijk van de zithoogte en -positie
van de bestuurder, de hoogte en hoek van
het plafond van het voertuig, en het omge-
vingslicht.
! Pioneer garandeert niet dat het product vol-
doet aan de bepaalde doelstellingen van een
bepaalde gebruiker.
! De specificaties en het ontwerp van het toe-
stel kunnen zonder voorafgaande kennisge-
ving worden gewijzigd voor
productverbeteringen. Pioneer accepteert en
erkent geen verzoeken van klanten voor wijzi-
ging of ruil van een product om te voldoen
aan bepaalde behoeften of ver wachtingen
overeenkomstig de specificaties en het ont-
werp in deze handleiding.
! De schermafbeeldingen in deze handleiding
kunnen verschillen van het werkelijke pro-
duct.
! Het schermontwerp kan zonder vooraf-
gaande kennisgeving worden gewijzigd voor
productverbeteringen.
Nederlands
Belangrijke veiligheidsvoorschriften
111
Hoofdstuk
Belangrijke veiligheidsvoorschriften
Nl
02
<CRD4765-A>111
Black plate (112,1)
Head-up display:
Hoofdtoestel x 1
Bevestigingsklem x 1
Afstelplaat voor dikte van zonne-
klep (groot) x 1
Afstelplaat voor dikte van zonne-
klep (klein) x 1
Montageschroef x 6
Zeskantsleutel x 1
Stroomkabel x 1
Kussen voor zonneklep x 1
Dubbelzijdig plakband x 1
HUD-afstandsbediening:
Hoofdtoestel x 1
(Een lithium-ionbatterij is voorgeïnstalleerd. Ver-
wijder de isolatiefolie voordat u het toestel ge-
bruikt.)
Voorzorgsmaatregelen voor
aansluiting
LET OP
! Neem geen stroom voor accessoires van de
CAN-businterface e.d. Maak aansluiting op
de daarvoor bedoelde accessoirevoeding van
het voertuig.
! Installeer de meegeleverde onderdelen zoals
voorgeschreven.
Gebruik van andere dan de meegeleverde on-
derdelen kan storing veroorzaken.
De elektriciteitskabel
aansluiten
! Sluit de stroomkabel stevig aan door deze in
de aansluiting op het toestel te plaatsen. Als
de stekker niet goed in de aansluiting past,
zit deze misschien in de verkeerde richting.
Controleer de richting van de stekker. Duw
deze er niet in. Als u dat doet, kan er een sto-
ring optreden.
Ruis voorkomen
! Plaats de volgende onderdelen zo ver moge-
lijk uit de buurt van een iPhone, een Android-
apparaat en andere kabels en draden om
ruis te voorkomen.
Filmantenne en antennekabel
FM/AM-antenne en antennedraad
GPS-antenne en antennekabel
Bakenontvanger en antennekabel
Voedingskabel
Plaats de antennes zo ver mogelijk uit elkaar.
! Bind antennes niet samen, stapel ze niet en
laat ze niet kruisen.
Ruis op de antenne en de antennekabel ver-
mindert de ontvangstgevoeligheid.
Meegeleverde onderdelen
112
Hoofdstuk
Vóór aansluiting
Nl
03
04
<CRD4765-A>112
Black plate (113,1)
WAARSCHUWING
! Zet het toestel aan de zonneklep vast met
een valbeveiligingsriem.
Als u dat niet doet, kan het toestel vallen met
mogelijk een ongeval en letsel tot gevolg.
! Als het voertuig airbags heeft, installeer het
toestel dan nooit op het deksel van een air-
bag of een andere plaats waar het de werking
van een airbag kan belemmeren. Daardoor
kan de airbag niet correct werken of het toe-
stel raken met mogelijk een ongeval of letsel
tot gevolg.
! Werk niet in direct zonlicht. Daardoor kunt u
brandwonden oplopen.
Er bestaat ook een risico op verblinding als
zonlicht door de combiner in uw richting
wordt weerkaatst. Sluit de combiner als hij
zich in direct zonlicht bevindt.
! Laat het toestel niet achter in direct zonlicht.
Verwijder de beschermfolie van de combiner
niet voordat de installatie voltooid is. De com-
biner kan licht geconcentreerd bundelen en
rook of brand veroorzaken.
! Installeer het toestel nooit op een voertuig
met een zonnedak of op een cabriolet. Het
zonlicht kan door de combiner weerkaatst en
geconcentreerd gebundeld worden.
! Gebruik de zonneklep niet op het zijvenster
als dit toestel erop bevestigd is.
LET OP
! Als het toestel wordt geïnstalleerd in een
voertuig met airbags, informeer dan bij de fa-
brikant van het voertuig naar voorzorgsmaat-
regelen voor de installatie. Er bestaat risico
op een dodelijk ongeval als de airbags gehin-
derd worden.
! Na installatie van het toestel kunnen een
lampje op de zonneklep en optionele acces-
soires op en rondom de zonneklep (zoals een
kaarthouder en een spiegel) wellicht niet
meer worden gebruikt. Controleer op voor-
hand welke accessoires aanwezig zijn in het
voertuig.
! De installatie van het toestel kan markerin-
gen op het oppervlak van de zonneklep ach-
terlaten.
! Het toestel is niet bestemd voor installatie op
de passagierszetel.
! Tijdens de installatie kunnen er deeltjes of
stof e.d. op u vallen. Kijk tijdens de installatie
onder het toestel niet recht omhoog om te
voorkomen dat er iets in uw oog valt.
! De diffuser en de combiner zijn gevoelige on-
derdelen. Raak ze niet aan met blote handen
en ook niet met gereedschap tijdens de in-
stallatie.
Vóór de installatie en
bevestiging van het toestel
Sluit het toestel eerst tijdelijk aan om te contro-
leren of het correct werkt, en installeer het pas
daarna. Controleer of de aansluiting correct is
als het toestel niet normaal werkt.
Het toestel bevestigen
! Het toestel moet worden bevestigd met
schroeven met een aanbevolen aandraaimo-
ment van 0,36 Nm tot 0,59 Nm.
! Voordat u het dubbelzijdige plakband ge-
bruikt op de aansluitdoos van de stroomka-
bel, moet u het oppervlak waarop u het wilt
plakken grondig schoonvegen.
Aansluitschema
1
2
3
4
7
5
6
1 iPhone of Android-apparaat
2 USB-kabel
3 Stroomkabel
4 Naar stroomaansluiting
5 LED-indicator
6 Schakelaar stekkerformaat
7 Naar aansluiting van sigarettenaansteker
Voor gebruikers van een iPhone
! Gebruik de kabel (2) die bij de iPhone gele-
verd werd.
Laat de kabel niet in het voertuig achter. De
kabel die bij de iPhone geleverd werd, is niet
bedoeld voor gebruik in een voertuig.
Voor Android
! Gebruik een USB-microUSB-communicatie-
kabel (2) van 1 m of minder. Een oplaadka-
bel kan niet worden gebruikt.
Nederlands
Voorzorgsmaatregelen voor installatie
113
Hoofdstuk
Verbindingen
Nl
05
06
<CRD4765-A>113
Black plate (114,1)
Opmerkingen
! De LED-indicator op de stekker voor de siga-
rettenaansteker gaat branden als de stroom
wordt ingeschakeld en gaat uit als het toestel
wordt uitgeschakeld.
Als de LED-indicator niet uit gaat wanneer de
motor van het voertuig wordt uitgeschakeld,
koppelt u de stroomkabel los van de aanslui-
ting voor de sigarettenaansteker op het voer-
tuig. Als u dit niet doet, kan de voertuigaccu
leeglopen.
! Raadpleeg Uw iPhone of Android-apparaat in-
stellen op bladzijde 121 voor details over hoe
u een iPhone of een Android-apparaat moet
aansluiten.
Formaat van de stekker voor de
sigarettenaansteker instellen
Stel het formaat van de stekker van de sigarette-
naansteker in op L (groot) of S (klein) naarge-
lang het formaat van de stekker van de
sigarettenaansteker op het voertuig.
1
1 Schakelaar stekkerformaat
De zekering van de stekker
voor de sigarettenaansteker
vervangen
1 Draai de stekker los tegen de wijzers van
de klok in.
1
1 Zekering (3 A)
2 Vervang de zekering door een nieuwe
met dezelfde capaciteit.
Voorzorgsmaatregelen voor
installatie van het toestel
WAARSCHUWING
! Gebruik de meegeleverde schroeven en in-
stalleer het toestel zoals voorgeschreven. Ge-
bruik van andere schroeven dan de
meegeleverde kan schade veroorzaken aan
het toestel.
! Zet het toestel stevig vast op de zonneklep
met de meegeleverde schroeven. Als u dat
niet doet, kan het toestel tijdens het rijden
vallen, iemand raken en verwonden.
! Lees deze handleiding volledig en aandach-
tig, en installeer het toestel correct en over-
eenkomstig de veiligheidsnormen.
Gespecificeerde
installatiepositie
LET OP
Installeer het toestel op de voorgeschreven in-
stallatiepositie zodat de bestuurder een veilig
zicht heeft en het apparaat correct kan werken.
Door installatie op een andere dan de voorge-
schreven positie voldoet het mogelijk niet aan
de veiligheidsnormen voor wegvoertuigen, en
kan het voertuig afgekeurd worden bij een veilig-
heidskeuring op grond van bijvoorbeeld een on-
derhoudsfout.
1
2
1 Hoofdtoestel
2 Stroomkabel
Verbindingen
114
Hoofdstuk
Installatiepositie
Nl
06
07
<CRD4765-A>114
Black plate (115,1)
LET OP
Installeer het toestel niet op een onstabiele of
beschadigde zonneklep. Daardoor kan het toe-
stel vallen met mogelijk een ongeval of storing
tot gevolg.
1 Controleer de zonneklep.
Controleer de dikte van de zonneklep waarop u
het toestel wilt installeren.
De zonneklep moet aan de volgende voorwaar-
den voldoen voor installatie van het toestel.
T
A
Y
H
T: Dikte 15mm bij 33 mm
H: Hoogte 140 mm bij 240 mm
A: Afstand tussen de
steunpunten
185 mm of meer
Y: Afstand tot de spie-
gel e.d.
45 mm of meer (aanbevo-
len)
2 Controleer de afstelplaat voor de dikte
van de zonneklep die u wilt gebruiken.
De grootte van de afstelplaat voor de dikte van
de zonneklep die wordt gemonteerd op de be-
vestigingsklem is afhankelijk van de dikte van de
zonneklep.
Het toestel wordt geleverd met een afstelplaat
voor de dikte van de zonneklep (medium) erop
gemonteerd.
Gebruik een afstelplaat voor de dikte van de zon-
neklep met een grootte die geschikt is voor de
dikte van de zonneklep.
Dikte van de zon-
neklep
Afstelplaat voor dikte van
zonneklep
15 mm bij 20 mm
Afstelplaat voor dikte van
zonneklep (klein)
20 mm bij 26,5 mm
Afstelplaat voor dikte van
zonneklep (medium)
26,5 mm bij 33 mm
Afstelplaat voor dikte van
zonneklep (groot)
Afstelplaat voor dikte van
zonneklep vervangen
1 Trek aan de HUD-vergrendelingshendel
en schuif de hendel naar de geopende posi-
tie.
1
2
1 Geopende positie
2 Vergrendelingshendel van HUD
2 Verwijder de acht schroeven, inclusief de
afstelschroeven in de lengterichting (zie de
illustratie) op de bevestigingsklem, en ver-
wijder vervolgens de afstelplaat voor dikte
van de zonneklep (medium).
Als de afstelschroeven in de lengterichting zijn
verwijderd, wordt de afstelplaat in de lengterich-
ting verwijderd van de afstelplaat voor dikte van
de zonneklep.
1
2
3
1 Afstelplaat voor dikte van zonneklep
2 Afstelschroeven in lengterichting
3 Afstelplaat in lengterichting
3 Bevestig de afstelplaat in lengterichting
aan de afstelplaat voor de dikte van de zon-
neklep die u wilt gebruiken.
1
2
3
1 Afstelplaat voor dikte van zonneklep
2 Afstelschroeven in lengterichting
3 Afstelplaat in lengterichting
4 Breng de schroefgaten van de afstelplaat
voor de dikte van de zonneklep op een lijn
met die van de bevestigingsklem, en zet de
resterende schroeven die u hebt verwijderd
weer vast op dezelfde posities.
Nederlands
Voorbereiding voor installatie van het toestel
115
Hoofdstuk
Voorbereiding voor installatie van het toestel
Nl
08
<CRD4765-A>115
Black plate (116,1)
1 Breng de HUD-vergrendelingshendel
naar de geopende positie.
Trek aan de HUD-vergrendelingshendel en
schuif de hendel naar de geopende positie.
1
2
1 Geopende positie
2 Vergrendelingshendel van HUD
! Houd het bewegende gedeelte van de bevesti-
gingsklem niet vast wanneer u de HUD-ver-
grendelingshendel bedient. Als u het
bewegende gedeelte vasthoudt, kan de HUD-
vergrendelingshendel niet bewegen.
1
1 Bewegend gedeelte
2 Maak de vergrendelingsplaten op de be-
vestigingsklem los.
Trek de vergrendelplaten op de bevestigingsklem
naar links en naar rechts om ze te ontgrendelen.
3 Pas de dikte van de bevestigingsklem
aan.
Breng de lijnen op de bevestigingsklem op een
lijn met de schaalmarkeringen links en rechts
op de afstelplaat voor de dikte van de zonneklep
naargelang de dikte van de zonneklep en draai
de drie schroeven vast.
1
1
2
1 Bevestigingsklem
2 Afstelplaat voor dikte van zonneklep
! De waarden bij benadering voor de schaal-
markeringen op de afstelplaat voor de dikte
van de zonneklep (medium) zijn als volgt (de
illustratie toont de lijn op de bevestigings-
klem op een lijn met de schaalmarkering van
22 mm).
1
2
3
4
1 20 mm
2 22 mm
3 24 mm
4 26 mm
4 Plaats de bevestigingsklem op de zonne-
klep.
Duw de zonneklep omhoog in zijn horizontale
positie.
Houd de linker en rechter uiteinden van de ver-
grendelplaten op de bevestigingsklem vast, en
plaats de bevestigingsklem op de zonneklep
door hem er helemaal op te duwen.
! Als de bevestigingsklem niet helemaal naar
binnen kan worden geduwd, moet u de be-
vestigingsklem wijder instellen. Verwijder de
bevestigingsklem van de zonneklep, ga terug
naar stap 3 en pas de schaalpositie aan. Zet
de bevestigingsklem vervolgens opnieuw op
de zonneklep.
5 Duw de zonneklep naar beneden in zijn
verticale positie.
6 Vergrendel de bevestigingsklem.
Duw de vergrendelplaten links en rechts naar
binnen om de bevestigingsklem stevig vast te
zetten.
! Als de vergrendelplaten niet helemaal naar
binnen kunnen worden geduwd, moet u de
bevestigingsklem wijder instellen. Verwijder
de bevestigingsklem van de zonneklep, ga
terug naar stap 3, en pas de schaalpositie
aan. Zet de bevestigingsklem ver volgens op-
nieuw op de zonneklep.
7 Controleer of de bevestigingsklem stevig
op zijn plaats zit.
Duw de zonneklep terug in zijn horizontale posi-
tie.
Duw de bevestigingsklem heen en weer en con-
troleer of hij stevig op zijn plaats zit.
! Als de bevestigingsklem gemakkelijk loskomt
van de zonneklep, moet u de bevestigings-
klem smaller instellen. Verwijder de bevesti-
gingsklem van de zonneklep, ga terug naar
stap 3, en pas de schaalpositie aan. Zet de be-
vestigingsklem vervolgens opnieuw op de
zonneklep.
8 Verwijder de bevestigingsklem.
Duw de zonneklep omlaag in zijn verticale posi-
tie, en trek de vergrendelplaten naar links en
rechts om ze te ontgrendelen.
Duw de zonneklep omhoog in zijn horizontale
positie, en verwijder de bevestigingsklem van de
zonneklep.
Installatie van het hoofdtoestel
116
Hoofdstuk
Installatie van het hoofdtoestel
Nl
09
<CRD4765-A>116
Black plate (117,1)
9 Controleer of de bevestigingsklem na de
aanpassing de juiste dikte heeft.
Duw de vergrendelplaten op de bevestigings-
klem links en rechts naar binnen om ze stevig
vast te zetten.
Vergewis u ervan dat de bevestigingsklem niet
gemakkelijk op de zonneklep kan worden gezet
wanneer de vergrendelplaten al in de vergren-
delde positie staan.
De dikte is correct als de bevestigingsklem niet
gemakkelijk op de zonneklep kan worden beves-
tigd.
! Als de bevestigingsklem gemakkelijk op de
zonneklep kan worden geplaatst wanneer de
vergrendelplaten in de vergrendelde positie
staan, dan heeft de bevestigingsklem niet de
juiste dikte.
Verwijder de bevestigingsklem van de zonne-
klep, keer terug naar stap 3, en pas de schaal-
positie aan. Plaats ver volgens de
bevestigingsklem opnieuw op de zonneklep.
10 Plaats de bevestigingsklem met de juiste
dikte voor het hoofdtoestel.
Controleer of de diffuser en de combiner van het
hoofdtoestel gesloten zijn, en plaats de HUD-ver-
grendelingshendel op de bevestigingsklem in de
geopende positie.
Hoofdtoestel:
1
2
1 Combiner
2 Diffuser
Bevestigingsklem:
1
2
1 Geopende positie
2 Vergrendelingshendel van HUD
Zet de bevestigingsklem en het hoofdtoestel op
vier plaatsen vooraan en achteraan vast met de
meegeleverde montageschroeven.
Voorzijde van hoofdtoestel:
1
2
1 Groef
2 Breng de nokjes op een lijn met de groef.
Achterzijde van hoofdtoestel:
1
2
1 Breng de nokjes op een lijn met de groef.
2 Groef
11 Draai de vier montageschroeven die u in
stap 10 hebt vastgezet, één slag los.
12 Draai de afstelschroeven in de lengterich-
ting op het toestel één slag los.
Voorzijde van hoofdtoestel:
13 Plaats het toestel op de zonneklep.
Trek de vergrendelplaten op de bevestigingsklem
naar links en naar rechts om ze te ontgrendelen.
Duw de zonneklep omhoog in zijn horizontale
positie.
Houd de linker en rechter uiteinden van de ver-
grendelplaten op de bevestigingsklem vast, en
plaats het toestel op de zonneklep door de be-
vestigingsklem er helemaal op te duwen.
Nederlands
Installatie van het hoofdtoestel
117
Hoofdstuk
Installatie van het hoofdtoestel
Nl
09
<CRD4765-A>117
Black plate (118,1)
14 Duw de zonneklep naar beneden in zijn
verticale positie.
15 Zet het toestel op de zonneklep vast met
een valbeveiligingsriem.
Duw de zonneklep omlaag in zijn verticale posi-
tie en trek de valbeveiligingsriem van achter de
zonneklep naar voren.
Leid de valbeveiligingsriem zoals in de illustratie
wordt getoond.
Trek de valbeveiligingsriem naar beneden aan
en zet hem dan vast.
16 Vergrendel de bevestigingsklem.
Duw de vergrendelplaten links en rechts naar
binnen om de bevestigingsklem stevig vast te
zetten.
17 Duw de zonneklep omhoog in zijn hori-
zontale positie.
18 Vergrendel het hoofdtoestel op zijn posi-
tie.
Trek aan de HUD-vergrendelingshendel en
schuif de hendel naar de vergrendelde positie.
1
1 Vergrendelde positie
Het hoofdtoestel schuift naar voren en het toe-
stel wordt op zijn plaats vergrendeld.
19 Pas de helling van het hoofdtoestel aan.
Pas de hoek aan en zet het hoofdtoestel vlak.
Links LinksRechts Rechts
Kantel de zonneklep ongeveer 20 graden verti-
caal, en draai de twee montageschroeven aan
de achterkant van het hoofdtoestel die u in stap
11 had losgedraaid, stevig aan.
! Als de beschermfolie van de combiner hin-
derlijk is bij de afstelling, mag u de be-
schermfolie verwijderen. Breng de
beschermfolie opnieuw aan nadat de afstel-
ling is voltooid.
20 Pas de richting van het hoofdtoestel aan.
Open de diffuser en de combiner van het hoofd-
toestel.
1
2
1 Diffuser
2 Combiner
Pas de richting van het hoofdtoestel zo aan dat
de diffuser en de combiner op één lijn komen in
de rijrichting.
1
1 Het toestel afstellen in de rijrichting
1
Installatie van het hoofdtoestel
118
Hoofdstuk
Installatie van het hoofdtoestel
Nl
09
<CRD4765-A>118
Black plate (119,1)
1 Pas de combiner zo aan dat de diffuser in
het midden van de combiner wordt weer-
gegeven.
! Controleer of het hoofdtoestel correct in de
rijrichting is gepositioneerd.
21 Ontgrendel het hoofdtoestel op zijn posi-
tie.
Trek aan de HUD-vergrendelingshendel en
schuif de hendel naar de geopende positie.
1
1 Geopende positie
Het hoofdtoestel schuift naar achteren en het
toestel wordt op zijn plaats ontgrendeld.
22 Verwijder het toestel van de zonneklep.
Sluit de diffuser en de combiner van het hoofd-
toestel, en duw vervolgens de zonneklep naar
beneden in zijn verticale positie.
Trek de vergrendelplaten op de bevestigingsklem
naar links en naar rechts om de vergrendeling
los te zetten. Ontgrendel de valbeveiligingsriem.
Duw de zonneklep omhoog in zijn horizontale
positie, en verwijder vervolgens de bevestigings-
klem van de zonneklep.
! Let op dat u het toestel niet laat vallen.
23 Draai de montageschroeven aan de voor-
zijde van het hoofdtoestel stevig vast.
Draai de twee montageschroeven aan de voor-
zijde van het hoofdtoestel die u in stap 11 had
losgedraaid en de twee afstelschroeven in de
lengterichting die u in stap 12 had losgedraaid,
stevig vast.
24 Plaats het toestel op de zonneklep.
Voer stappen 13 t/m 17 uit om het toestel op de
zonneklep te bevestigen.
! Breng de HUD-vergrendelingshendel naar de
geopende positie voor u het toestel op de zon-
neklep monteert.
! Als er een opening is tussen het plafond van
het voertuig en de zonneklep wanneer de zon-
neklep horizontaal staat, bevestigt u het kus-
sen voor de zonneklep aan de
valbeveiligingsriem.
1
2
3 4
1 Plafond voertuig
2 Zonneklep
3 Opening tussen plafond voertuig en
zonneklep
4 Geen opening tussen plafond voertuig
en zonneklep
! Als u een kussen voor de zonneklep aan-
brengt, bevestig het kussen dan in de kussen-
houder van de zonneklep, bevestig hem aan
de valbeveiligingsriem, en zet vervolgens de
kabel vast.
1
3
2
1 Valbeveiligingsriem
2 Kussen voor zonneklep
3 Houder voor kussen voor zonneklep
1
2
1 Kussen voor zonneklep
2 Valbeveiligingsriem
25 Sluit de stroomkabel aan op het toestel.
1
1 Stroomkabel
26 Leg de stroomkabel op zijn plaats.
Leid de stroomkabel zo dat hij niet kan storen bij
het rijden, en controleer of de bestuurder veilig
en vrij zicht heeft.
! Leid de stroomkabel zo dat hij het zicht van
de bestuurder niet kan hinderen.
! Leid de kabel zo dat hij niet kan storen bij de
vooruit- en achteruitbeweging van het hoofd-
toestel wanneer de vergrendelingshendel van
de HUD wordt bediend.
Zet de stroomkabel overal waar nodig vast met
in de handel verkrijgbare klemmen.
1
Nederlands
Installatie van het hoofdtoestel
119
Hoofdstuk
Installatie van het hoofdtoestel
Nl
09
<CRD4765-A>119
Black plate (120,1)
1 Zet de kabel vast met in de handel ver-
krijgbare klemmen.
! Bevestig of monteer de kabel niet op de voor-
ruit.
! Leid de stroomkabel niet onderlangs de stoel
van de bestuurder. Er bestaat een risico dat
de stroomkabel komt vast te zitten onder het
rempedaal en het rijden belemmert met een
zwaar ongeluk tot gevolg.
27 Vergrendel het hoofdtoestel op zijn posi-
tie.
Trek aan de HUD-vergrendelingshendel en
schuif de hendel naar de vergrendelde positie.
1
1 Vergrendelde positie
Het hoofdtoestel schuift naar voren en het toe-
stel wordt op zijn plaats vergrendeld.
28 Zet de stroomkabel vast.
Plak het dubbelzijdige plakband op de aansluit-
doos van de stroomkabel, en zet de aansluitdoos
vast op een plaats waar de kabel stevig kan wor-
den vastgezet.
1
2
3
1 Stroomkabel
2 Dashboard e.d.
3 Dubbelzijdig plakband
Zet de kabel vast met in de handel verkrijgbare
klemmen.
! Installeer de stroomkabel nooit op een plaats
waar de kabel niet kan worden vastgezet door
trillingen e.d. van het voertuig.
! Als de kabel niet kan worden vastgezet met
het meegeleverde dubbelzijdige plakband, zet
hem dan stevig vast met in de handel verkrijg-
baar dubbelzijdig plakband e.d.
! Bevestig een iPhone of een Android-apparaat
stevig in een in de handel verkrijgbare hou-
der.
! Plaats de stekker voor de sigarettenaansteker
van de stroomkabel in de aansluiting voor de
sigarettenaansteker van het voertuig met de
LED-indicator omhoog gericht zodat de be-
stuurder deze kan zien.
De LED-indicator op de stekker voor sigarette-
naansteker wordt groen als de stroom wordt
ingeschakeld.
1
1 LED-indicator
Zie Sluit de stroomkabel aan op de aansluiting
voor de sigarettenaansteker op bladzijde 121,
voor details.
29 Verwijder de beschermfolie van de com-
biner.
Controleer of de stroomkabel correct is aange-
sloten en aangelegd. Verwijder pas daarna de
beschermfolie van de combiner.
Na de installatie
LET OP
! Controleer of het toestel correct is geïnstal-
leerd. In de volgende gevallen moet u terug-
keren naar stap 1 en het toestel correct
installeren.
1 2
3 4
1 De vergrendelplaten zitten niet vast op
hun plaats.
2 Het toestel is niet vastgezet met een val-
beveiligingsriem.
3 Het toestel is schuin geïnstalleerd.
4 Het toestel is achterstevoren geïnstal-
leerd.
! Sluit de diffuser wanneer u het toestel niet
gebruikt.
! Sluit de diffuser en de combiner wanneer u
het toestel van de zonneklep verwijdert en op-
bergt.
Laat het toestel niet achter op een plek in di-
rect zonlicht, zoals op het dashboard. De dif-
fuser of de combiner kunnen het licht
geconcentreerd bundelen en rook of brand
veroorzaken.
Installatie van het hoofdtoestel
120
Hoofdstuk
Installatie van het hoofdtoestel
Nl
09
<CRD4765-A>120
Black plate (121,1)
Sluit de stroomkabel aan op
de aansluiting voor de
sigarettenaansteker
% Sluit de stekker voor de sigarettenaan-
steker van de stroomkabel stevig aan door
deze in de aansluiting voor de sigarettenaan-
steker te plaatsen.
De LED-indicator op de stekker voor sigarette-
naansteker wordt groen als de stroom wordt in-
geschakeld.
1
1 LED-indicator
Opmerkingen
! Plaats de stekker voor de sigarettenaansteker
van de stroomkabel in de aansluiting voor de
sigarettenaansteker van het voertuig met de
LED-indicator omhoog gericht zodat de be-
stuurder deze kan zien.
! Als de LED-indicator niet uit gaat wanneer de
motor van het voertuig wordt uitgeschakeld,
koppelt u de stroomkabel los van de aanslui-
ting voor de sigarettenaansteker op het voer-
tuig. Als u dit niet doet, kan de voertuigaccu
leeglopen.
Uw iPhone of Android-apparaat
op het toestel aansluiten
Voor gebruikers van een iPhone
! Gebruik de kabel die bij de iPhone geleverd
werd.
Laat de kabel niet in het voertuig achter. De
kabel die bij de iPhone geleverd werd, is niet
bedoeld voor gebruik in een voertuig.
Voor Android
! Gebruik een USB-microUSB-communicatie-
kabel van 1 m of minder. Een oplaadkabel
kan niet worden gebruikt.
1 Sluit de USB-kabel aan op uw iPhone of
Android-apparaat.
2 Sluit het andere uiteinde van de USB-
kabel stevig aan op de aansluitdoos van de
stroomkabel.
1
1 Aansluitdoos van stroomkabel
Overzicht aansluiting:
1
2
3
4
1 iPhone of Android-apparaat
2 Naar aansluiting van sigarettenaansteker
3 Aansluitdoos van stroomkabel
4 USB-kabel
Installeren van de
navigatietoepassing
Installeer de navigatietoepassing op uw iPhone
of Android-apparaat voordat u het toestel ge-
bruikt.
U kunt de navigatietoepassing downloaden van
de iTunes App Store of Google Play.
Raadpleeg de volgende website voor meer infor-
matie over de navigatietoepassing.
http://www.pioneer.eu/navgatehud
Starten van de
navigatietoepassing
Wanneer u de navigatietoepassing voor het
eerst gebruikt, moet u de toepassing zelf starten.
Vanaf de volgende keer wordt de toepassing au-
tomatisch gestart wanneer u de iPhone of
Android-apparaat op het toestel aansluit.
LET OP
! Om de navigatietoepassing te gebruiken,
moet u eerst de NavGate HUD Support aan-
schaffen. Volg de instructies op het scherm
in de toepassing om de NavGate HUD Sup-
port aan te schaffen.
! Om de NavGate HUD Support aan te schaf-
fen is een internetverbinding nodig.
Opmerkingen
! Voor gebruikers van een iPhone
Als de toepassing niet automatisch wordt ge-
start wanneer u de iPhone op het toestel aan-
sluit, moet u Toestaan aantippen in het
pop-upvenster dat op de iPhone verschijnt.
! Voor Android
Nederlands
Installatie van het hoofdtoestel
121
Hoofdstuk
Uw iPhone of Android-apparaat instellen
Nl
09
10
<CRD4765-A>121
Black plate (122,1)
Als de toepassing niet automatisch wordt ge-
start wanneer u het Android-apparaat op het
toestel aansluit, moet u tikken op het pop-up-
venster dat op het Android-apparaat ver-
schijnt.
Markeer het selectievakje en selecteer de toe-
passing in het pop-upvenster als u wilt dat
het pop-upvenster in het vervolg niet meer
wordt weergegeven.
Het toestel beschikt over vijf weergaven: AR-weergave (lagesnelheidsmodus en hogesnelheidsmodus), lijst-
weergave (lagesnelheidsmodus en hogesnelheidsmodus), kruispuntweergave, route-overzicht en klokweer-
gave.
Wanneer er communicatie is tussen het toestel en de navigatietoepassing, verschijnt een van de volgende
weergaven.
AR-weergave
Lijstweergave
Druk op ◀.
Druk op ▶.
Lagesnelheidsmodus Lagesnelheidsmodus
Hogesnelheidsmodus Hogesnelheidsmodus
Kruispuntweergave
Route-overzicht
Klokweergave
Als een voertuig een kruispunt nadert Als een voertuig een kruispunt nadert
Als u op de toets drukt wanneer een
bestemming is ingesteld:
Als u op de toets drukt wanneer er
geen bestemming is ingesteld:
Opmerkingen
! De lagesnelheidsmodus van de AR-weergave
wordt getoond als er geen bestemming is in-
gesteld.
! Raadpleeg de bedieningshandleiding voor
meer informatie over de weergaven.
Weergavestanden
122
Hoofdstuk
Weergavestanden
Nl
10
<CRD4765-A>122
Black plate (123,1)
De weergave-instellingen
aanpassen
Na de installatie en aansluiting moet u het toe-
stel aanzetten (start de motor van het voertuig)
en de hoek van de combiner zo afstellen dat het
beeld zichtbaar is.
Opmerking
Het scherm is mogelijk niet duidelijk zichtbaar
afhankelijk van de verlichtingssterkte en omge-
vingsfactoren. Stel de verlichtingssterkte naar
wens in (raadpleeg De weergavehelderheid aan-
passen op bladzijde 125) of verplaats het voer-
tuig naar een plaats waar de weergave
duidelijker is, en bedien het toestel dan.
1 Druk op de
toets.
2 Druk op de a/b toets en selecteer
Scherm-instellingen. Druk vervolgens op de
d toets.
3 Druk op de a/b toets en selecteer de ge-
wenste instelling. Druk vervolgens op de d
toets.
Positie
Hiermee past u de positie aan van het weergege-
ven beeld.
1 Druk op de a/b toets en selecteer de ge-
wenste instelling. Druk vervolgens op de d
toets.
Instelling Beschrijving
Horizontale Posi-
titie
De horizontale positie aan-
passen van het weergegeven
beeld.
Verticale Positie
De verticale positie aanpas-
sen van het weergegeven
beeld.
2 Druk op de a/b toets om het rasterpa-
troon helemaal weer te geven.
Voorbeeld: Correct afgesteld
Voorbeeld: Niet correct afgesteld
Zoom
Hiermee past u de grootte aan van het weerge-
geven beeld.
% Druk op de a/b toets om het rasterpa-
troon helemaal weer te geven.
Rotatie
Hiermee past u de rotatie aan van het weergege-
ven beeld.
% Druk op de a/b toets om het rasterpa-
troon in de gewenste stand te zetten.
Voorbeeld: Correct afgesteld
Voorbeeld: Niet correct afgesteld
Aspect Ratio
Hiermee past u de beeldverhouding aan van het
weergegeven beeld.
% Druk op de a/b toets om het rasterpa-
troon rechthoekig te maken.
Geometrische Correctie
Hiermee corrigeert u de vervorming van het
weergegeven beeld.
1 Druk op de a/b toets en selecteer de ge-
wenste instelling. Druk vervolgens op de d
toets.
Instelling Beschrijving
Trapezoidale ver-
vorming
De keystonevervorming (tra-
pezevormig beeld) corrige-
ren.
Cylindrische ver-
vorming
De boogvervorming corrige-
ren.
2 Druk op de a/b toets om het rasterpa-
troon rechthoekig te maken.
Voorbeeld: de keystonevervorming aanpas-
sen
Witbalans
Hiermee past u de witbalans aan van het weer-
gegeven beeld.
1 Druk op de a/b toets en selecteer de ge-
wenste instelling. Druk vervolgens op de d
toets.
Nederlands
Wanneer de installatie en aansluiting voltooid zijn
123
Hoofdstuk
Wanneer de installatie en aansluiting voltooid zijn
Nl
12
<CRD4765-A>123
Black plate (124,1)
Instelling Beschrijving
Rood De rode tinten aanpassen.
Groen De groene tinten aanpassen.
Blauw
De blauwe tinten aanpas-
sen.
2 Druk op de a/b toets om de helderheid
aan te passen.
Voorbeeld: de rode tonen aanpassen
De functie-instellingen
configureren
De functie-instellingen worden geconfigureerd
in het Instellingen scherm.
LET OP
! Het toestel kan niet worden bediend wanneer
het voertuig rijdt. Als u de het toestel wilt be-
dienen, moet u eerst het voertuig op een vei-
lige plaats parkeren en de handrem
aantrekken.
! Als het voertuig gaat rijden terwijl u een
functie instelt, wordt het Instellingen
scherm automatisch gesloten.
% Druk op de
toets.
Het scherm Instellingen verschijnt.
Menu Beschrijving
Scherm-instellin-
gen
De weergave-instellingen
aanpassen van geprojec-
teerd beeld.
Functie-instellin-
gen
De functie-instellingen in-
stellen.
Taal De schermtaal instellen.
Menu Beschrijving
Over
De softwareversie en wette-
lijke informatie weergeven.
Reset alle instel-
lingen
De fabrieksinstellingen her-
stellen.
Opmerkingen
! Functie-instellingen kan alleen worden in-
gesteld wanneer er een communicatieverbin-
ding is met de navigatietoepassing.
! Druk op de
toets om het Instellingen
scherm te sluiten.
! Raadpleeg de bedieningshandleiding voor
meer informatie.
De hoek van de combiner
aanpassen
Pas de hoek van de combiner aan uw zitpositie
aan.
LET OP
Houd de combiner bij de randen vast als u de
hoek aanpast.
1 Open de diffuser en de combiner.
1
2
1 Diffuser
2 Combiner
Wanneer de installatie en aansluiting voltooid zijn
124
Hoofdstuk
Vóór het rijden
Nl
12
13
<CRD4765-A>124
Black plate (125,1)
2 Pas de hoek van de combiner zo aan dat
de hele diffuser op de combiner kan worden
gereflecteerd.
1
1 Pas de combiner zo aan dat de diffuser in
het midden van de combiner wordt weer-
gegeven.
In en uit het voertuig stappen
Let op dat u uw hoofd niet stoot.
Correcte positie van de
combiner
Controleer vóór gebruik of de onderzijde van de
combiner zich boven uw gezichtslijn bevindt
wanneer u zit en recht vooruit kijkt in de rijhou-
ding. Gebruik het toestel niet als de onderzijde
van de combiner lager is dan uw gezichtslijn.
Vouw in dat geval de combiner weg in de inge-
klapte positie om te zorgen dat u vrij en veilig
zicht hebt tijdens het rijden.
De weergavehelderheid
aanpassen
De dimmerfunctie van het toestel past de weer-
gavehelderheid automatisch aan het omge-
vingslicht aan.
U kunt de weergavehelderheid handmatig aan-
passen met de
/ toets.
LET OP
Voordat u het toestel s nachts of op een donkere
plaats (zoals in een tunnel) gebruikt, moet u de
helderheid ervan aanpassen zodat u niet wordt
gehinderd bij het rijden. Als u dat niet doet, kunt
u een ongeval veroorzaken.
% Druk op de
/ toets.
Opmerking
Als u de helderheid wijzigt, kan de weergavetint
ook veranderen.
Nederlands
Vóór het rijden
125
Hoofdstuk
Vóór het rijden
Nl
13
<CRD4765-A>125
/