V-ZUG 834 Handleiding

Categorie
Kookplaten
Type
Handleiding
11
é Inhoudsopgave
Handleiding
Veiligheidsvoorschriften..........................................................11
Oorzaken van schade..................................................................... 12
Bescherming van het milieu....................................................13
Milieuvriendelijk afvoeren ............................................................... 13
Tips om energie te besparen ........................................................ 13
Koken op Inductie ....................................................................13
Voordelen van het Koken op Inductie ......................................... 13
Pannen............................................................................................... 13
Het apparaat leren kennen.......................................................14
Het bedieningspaneel .....................................................................14
De kookzones................................................................................... 14
Restwarmte-indicator.......................................................................15
Programmeren van de kookplaat...........................................15
De kookplaat in- en uitschakelen ................................................. 15
Afstellen van de kookzone............................................................. 15
Kooktabel .......................................................................................... 15
Functie Powerboost .................................................................17
Gebruiksrestricties ..........................................................................17
Activeren............................................................................................ 17
Deactiveren ....................................................................................... 17
Automatische tijdslimiet..........................................................17
Deactivering van het akoestische signaal..............................17
Onderhoud en reiniging...........................................................17
Kookplaat .......................................................................................... 17
Omlijsting van de kookplaat .......................................................... 17
Repareren van storingen .........................................................18
Normaal geluid tijdens de werking van het apparaat............... 18
Technische dienst ....................................................................18
: Veiligheidsvoorschriften
Lees deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig
door. Berg de gebruiksaanwijzing, het
installatievoorschrift en de apparaatpas
goed op voor later gebruik of om ze door te
geven aan volgende eigenaren.
Controleer het apparaat na het uitpakken.
Indien het apparaat schade heeft
opgelopen tijdens het transport, schakel het
dan niet in, maar neem contact op met de
technische dienst en leg de veroorzaakte
schade schriftelijk vast. Doet u dat niet, dan
gaat elk recht op een schadevergoeding
verloren.
Dit apparaat moet worden geïnstalleerd
volgens het meegeleverde
installatievoorschrift.
Dit apparaat is alleen bestemd voor
huishoudelijk gebruik en de huiselijke
omgeving. Gebruik het uitsluitend voor het
bereiden van gerechten en drank. Zorg
ervoor dat het apparaat onder toezicht
gebruikt wordt. Het toestel alleen gebruiken
in gesloten ruimtes.
Dek de kookplaat niet af. Dit kan leiden tot
ongevallen, bijv. door oververhitting,
ontbranding of ontploffend materiaal.
Gebruik geen ongeschikte
beveiligingsapparaten of tralies voor de
bescherming van kinderen. Dit kan leiden
tot ongevallen.
Dit apparaat is niet bestemd voor gebruik
met een externe tijdschakelklok of een
afstandbediening.
Dit toestel kan worden gebruikt door
kinderen vanaf 8 jaar en door personen met
beperkte fysieke, sensorische of geestelijke
vermogens of personen die gebrek aan
kennis of ervaring hebben, wanneer zij
onder toezicht staan van een persoon die
verantwoordelijk is voor hun veiligheid of
geleerd hebben het op een veilige manier
te gebruiken en zich bewust zijn van de
risico's die het gebruik van het toestel met
zich meebrengt.
Kinderen mogen niet met het apparaat
spelen. Reiniging en onderhoud van het
toestel mogen niet worden uitgevoerd door
kinderen, tenzij zij 8 jaar of ouder zijn en
onder toezicht staan.
Zorg ervoor dat kinderen die jonger zijn dan
8 jaar uit de buurt blijven van het toestel of
de aansluitkabel.
Heeft u een pacemaker of soortgelijk
medisch hulpmiddel geïmplanteerd, dan
dient u speciale voorzorgsmaatregelen in
acht nemen bij het gebruiken of in de buurt
komen van inductiekookplaten als die in
werking zijn. Raadpleeg uw arts of de
fabrikant van het hulpmiddel, om er zeker
van te zijn dat het voldoet aan de geldige
regelgeving en informeer omtrent mogelijke
incompatibiliteit.
Risico van brand!
Hete olie en heet vet vatten snel vlam.
Hete olie en heet vet nooit gebruiken
zonder toezicht. Vuur nooit blussen met
water. Schakel de kookzone uit. Vlammen
12
voorzichtig met een deksel, smoordeksel
of iets dergelijks verstikken.
Risico van brand!
De kookzones worden erg heet. Nooit
brandbare voorwerpen op de kookplaat
leggen. Geen voorwerpen op de
kookplaat leggen.
Risico van brand!
Het apparaat wordt heet. Nooit brandbare
voorwerpen of spuitbussen bewaren in
laden direct onder de kookplaat.
Risico van verbranding!
De kookzones en met name een
eventueel aanwezige kookplaatomlijsting
worden zeer heet. Raak de hete
oppervlakken nooit aan. Zorg ervoor dat
er geen kinderen in de buurt zijn.
Risico van verbranding!
De kookzone warmt op, maar de indicatie
functioneert niet Zekering in de meterkast
uitschakelen. Contact opnemen met de
klantenservice.
Risico van verbranding!
Voorwerpen van metaal worden zeer snel
heet op de kookplaat. Leg nooit
voorwerpen van metaal, zoals messen,
vorken, lepels of deksels, op de
kookplaat.
Brandgevaar!
Schakel de kookplaat na elk gebruik altijd
uit met de hoofdschakelaar. Wacht niet tot
de kookplaat automatisch uitschakelt
doordat er geen pan op staat.
Kans op een elektrische schok!
Ondeskundige reparaties zijn gevaarlijk.
Reparaties en de vervanging van
beschadigde aansluitleidingen mogen
uitsluitend worden uitgevoerd door
technici die zijn geïnstrueerd door de
klantenservice. Is het apparaat defect,
haal dan de stekker uit het stopcontact of
schakel de zekering in de meterkast uit.
Contact opnemen met de klantenservice.
Kans op een elektrische schok!
Binnendringend vocht kan een schok
veroorzaken. Geen hogedrukreiniger of
stoomreiniger gebruiken.
Kans op een elektrische schok!
Een defect toestel kan een schok
veroorzaken. Een defect toestel nooit
inschakelen. De netstekker uit het
stopcontact halen of de zekering in de
meterkast uitschakelen. Contact opnemen
met de klantenservice.
Kans op een elektrische schok!
Scheuren of barsten in het glaskeramiek
kunnen schokken veroorzaken. Zekering
in de meterkast uitschakelen. Contact
opnemen met de klantenservice.
Gevaar voor beschadiging!
Deze plaat is uitgerust met een ventilator,
die zich aan de onderzijde bevindt. Indien
er zich onder de kookplaat een lade
bevindt, mogen daar geen kleine of
papieren voorwerpen in worden bewaard.
Als deze namelijk worden geabsorbeerd
kunnen ze de ventilator beschadigen of de
koeling verslechteren.
Tussen de inhoud van de lade en de inlaat
van de ventilator moet een afstand van ten
minste 2 cm worden aangehouden.
Risico van letsel!
Bij de bereiding au-bain-marie kunnen de
kookplaat en kookvorm barsten door
oververhitting. De au-bain-marie kookvorm
mag niet in direct contact komen met de
bodem van de pan die met water is
gevuld. Gebruik alleen hittebestendige
vormen.
Risico van letsel!
Wanneer er vloeistof zit tussen de bodem
van de pan en de kookzone kunnen
kookpannen plotseling in de hoogte
springen. Zorg ervoor dat de kookzone en
de bodem van de pan altijd droog zijn.
Oorzaken van schade
Attentie!
Ruwe bodems van pannen kunnen krassen op de kookplaat
veroorzaken.
Plaat nooit lege plannen op de kookzones. Dit kan schade
veroorzaken.
Plaats geen hete pannen op het bedieningspaneel, de
indicatorzones of op de omlijsting van de kookplaat. Dit kan
schade veroorzaken.
Als er harde of scherpe voorwerpen op de kookplaat vallen,
kan dit de plaat beschadigen.
Aluminiumfolie en plastic bakken smelten als ze op een hete
kookzone gelegd worden. Het gebruik van beschermplaten
op de kookplaat wordt afgeraden.
13
Algemeen overzicht
In de onderstaande tabel vindt u de meest voorkomende
vormen van schade:
Bescherming van het milieu
Milieuvriendelijk afvoeren
Voer de verpakking op een milieuvriendelijke manier af.
Tips om energie te besparen
Gebruik altijd het deksel dat overeenstemt met elke kookpan.
Wanneer zonder deksel gekookt wordt, is aanzienlijk meer
energie nodig. Gebruik een glasdeksel om een goede
zichtbaarheid te hebben zonder dat u het deksel van de pan
hoeft te nemen.
Gebruik pannen met een vlakke bodem. Bij een niet vlakke
bodem wordt meer energie verbruikt.
De diameter van de bodem van de pan moet overeenkomen
met de afmeting van de kookzone. Opgelet:
pannenfabrikanten duiden gewoonlijk de bovenste diameter
van de pan aan, die meestal groter is dan de diameter van
de bodem van de pan.
Gebruik een kleine pan voor kleine hoeveelheden. Een grote,
weinig gevulde pan vereist veel energie.
Gebruik weinig water voor het koken. Op deze wijze wordt
energie bespaard en blijven alle vitaminen en mineralen van
de groenten behouden.
Selecteer de laagste vermogensstand die het kookpunt
behoudt. Met een te hoge stand wordt energie verspild.
Koken op Inductie
Voordelen van het Koken op Inductie
Koken op Inductie betekent een radicale verandering van de
traditionele wijze van verwarmen, aangezien de warmte
rechtstreeks in de pan wordt gegenereerd. Daarom biedt het
een aantal voordelen:
Tijdbesparing bij het koken en frituren; doordat de pan
rechtstreeks wordt verwarmd.
Dit werkt energiebesparend.
Eenvoudiger in onderhoud en reiniging. Overgelopen
voedingswaren verbranden minder snel.
Warmte- en veiligheidscontrole; de plaat levert energie of
stopt de energietoevoer onmiddellijk als op de controleknop
wordt gedrukt. De inductiekookzone levert geen warmte meer
af als de pan wordt weggenomen, ook al wordt het apparaat
voor die tijd niet uitgeschakeld.
Pannen
Uitsluitend geschikt voor inductiekoken zijn ferromagnetische
pannen zoals van:
geëmailleerd staal
gietijzer
speciale pannen voor inductie van roestvrij staal.
Kijk, om te weten of de pannen geschikt zijn, of de bodem van
de pan wordt aangetrokken door een magneet.
Er bestaat een ander soort pannen speciaal voor inductie, met
een niet geheel ferromagnetische bodem.
Schade Oorzaak Maatregel
Vlekken Gemorst voedsel Verwijder gemorst voedsel onmiddellijk met een glasschraper.
Ongeschikte reinigingsproducten Gebruik reinigingsproducten die geschikt zijn voor kookplaten.
Krassen Zout, suiker en zand Gebruik de kookplaat niet als werkoppervlak of steun.
Ruwe bodems van pannen kunnen
krassen op de vitroceramische plaat
veroorzaken
Controleer de pannen.
Verkleuringen Ongeschikte reinigingsproducten Gebruik reinigingsproducten die geschikt zijn voor kookplaten.
Aanraking van de pannen Til kookpannen en koekenpannen op om ze te verplaatsen.
Afbladderingen Suiker, levensmiddelen met een hoog
suikergehalte
Verwijder gemorst voedsel onmiddellijk met een glasschraper.
Dit apparaat is gekenmerkt in overeenstemming met
de Europese richtlijn 2012/19/EU betreffende
afgedankte elektrische en elektronische apparatuur
(waste electrical and electronic equipment - WEEE).
De richtlijn geeft het kader aan voor de in de EU
geldige terugneming en verwerking van oude
apparaten.
Bij het gebruik van grote pannen
met een ferromagnetische zone
met een kleinere diameter, wordt
enkel de ferromagnetische zone
verwarmd, zodat de warmte niet
homogeen kan worden verdeeld.
Pannen met aluminium kookzo-
nes in de bodem verkleinen de
ferromagnetische zone, zodat
het geleverde vermogen lager
kan zijn en er problemen kunnen
ontstaan bij de detectie van de
pan en het kan zelfs zijn dat
deze niet wordt gedetecteerd.
Om goede kookresultaten te ver-
krijgen, is het raadzaam dat de
diameter van de ferromagneti-
sche zone van de pan is afge-
stemd op de maat van de
kookzone. Als de pan op een
kookzone niet wordt gedetec-
teerd, probeer hem dan op de
zone met een iets kleinere dia-
meter.
14
Niet geschikte pannen
Gebruik nooit straalplaten of pannen van:
dun normaal staal
glas
aardewerk
koper
aluminium
Kenmerken van de bodem van de pan
De kenmerken van de bodem van de pannen kunnen invloed
hebben op de homogeniteit van het kookresultaat. Pannen die
gemaakt zijn van materialen die warmte verspreiden, zoals
"sandwich" pannen van roestvrij staal, verdelen de warmte op
gelijkmatige wijze, waardoor tijd en energie worden bespaard.
Geen pan of ongeschikte afmeting
Als er geen pan op de geselecteerde kookzone wordt geplaatst
of als deze niet van het geschikte materiaal is of geen
geschikte afmeting heeft, knippert de kookstand op de
indicator van de kookzone. Plaats een geschikte pan, zodat het
knipperen stopt. Als er meer dan 90 seconden wordt gewacht
gaat de kookzone automatisch uit.
Lege pannen of pannen met een dunne bodem
Verwarm geen lege pannen en gebruik geen pannen met
dunne bodem. De kookplaat is uitgerust met een intern
veiligheidssysteem, maar een lege pan kan zo snel heet
worden dat de functie “automatisch uitschakelen" geen tijd
heeft om te reageren, waardoor de temperatuur erg kan
oplopen. De bodem van de pan kan smelten en het glas van de
kookplaat beschadigen. Raak in dat geval de pan niet aan en
schakel de kookzone uit. Als het apparaat na het afkoelen niet
werkt, neem dan contact op met de technische dienst.
Pandetectie
Iedere kookzone heeft een minimumlimiet voor pandetectie, die
afhankelijk is van het materiaal van de pan die wordt gebruikt.
Daardoor mag alleen de kookzone worden gebruikt die het
meest geschikt is voor de pan.
Het apparaat leren kennen
Op pagina 2 vindt u informatie over afmetingen en vermogens
van de kookzones
Het bedieningspaneel
Bedieningsvlakken
Bij het aanraken van een symbool wordt de overeenkomstige
functie geactiveerd.
Aanwijzing: Zorg ervoor dat de bedieningsvlakken altijd droog
zijn. Vocht heeft een negatieve invloed op de werking.
De kookzones
Gebruik
1 De vermogensstand selecteren
Bedieningsvlakken
#
Hoofdschakelaar
Powerboost-functie
Indicaties
Gebruikstoestand
-Š
Kookstanden
Powerboost-functie
/œ
Restwarmte
Kookzone
$
Enkelvoudige kookzone Gebruik een pan met de geschikte maat.
Gebruik enkel pannen die geschikt zijn om te koken op inductie, zie hoofdstuk “Geschikte pannen".
15
Restwarmte-indicator
De kookplaat beschikt over een restwarmte-indicator in elke
kookzone, die aanduidt welke nog warm zijn. Raak kookzones
met die indicatie niet aan.
Ook als de plaat uitgeschakeld is, blijft de indicator
œ of ,
branden zolang de kookzone warm is.
Als de pan van de plaat genomen wordt voordat de kookzone
uitgeschakeld is, verschijnen afwisselend de indicator
œ o en
de geselecteerde vermogensstand.
Programmeren van de kookplaat
In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe een kookzone kan worden
afgesteld. In de tabel staan de kookstanden en de
bereidingstijden voor verschillende gerechten vermeld.
De kookplaat in- en uitschakelen
De kookplaat wordt met de hoofdschakelaar in- en
uitgeschakeld.
Inschakelen: raak het symbool
# aan. De indicatie boven de
hoofdschakelaar is verlicht. De kookplaat is klaar voor gebruik.
Uitschakelen: raak het symbool
# aan tot de indicatie boven
de hoofdschakelaar verdwijnt. Alle kookzones zijn nu
uitgeschakeld. De restwarmte-indicatie blijft verlicht totdat de
kookzones voldoende zijn afgekoeld.
Aanwijzingen
De kookplaat gaat automatisch uit wanneer alle kookzones
langer dan 20 seconden uitgeschakeld zijn.
Wanneer de bedieningselementen niet op 0 staan terwijl het
symbool
wordt aangeraakt, knippert # in het gebied van
de kookzone-indicatie. De kookplaat blijft uitgeschakeld.
Afstellen van de kookzone
De gewenste vermogensstand instellen met de
bedieningsknoppen.
0 = kookzone uitgeschakeld.
Vermogensstand 1 = minimumvermogen.
Vermogensstand 9 = maximumvermogen.
De vermogensstand selecteren
Draai de bedieningsknop naar rechts totdat de gewenste
vermogensstand bereikt wordt.
Op de visuele indicator gaat de geselecteerde vermogensstand
branden.
De kookzone uitschakelen
Draai de bedieningsknop naar links tot stand 0. De kookzone
wordt uitgeschakeld en de restwarmte-indicator verschijnt.
Aanwijzing: Als er geen pan op de inductiekookzone geplaatst
wordt, zal de gekozen kookstand beginnen knipperen. Na het
verstrijken van een tijd gaat de kookzone uit.
Kooktabel
In de volgende tabel worden enkele voorbeelden gegeven.
De kooktijden zijn afhankelijk van de vermogensstand, het type,
het gewicht en de kwaliteit van het voedsel. Daarom zijn er
variaties.
Bij het verhitten van purees, crèmes en dikke sauzen dient u af
en toe te roeren.
Gebruik de vermogensstand 9 als u begint met koken.
Vermogensstand Kookduur
Smelten
Chocolade, chocoladecouverture 1-2 -
Boter, honing, gelatine 1-2 -
Verhitten en warmhouden
Maaltijdsoep (bv. linzen) 1-2 -
Melk** 1-2 -
Worstjes opgewarmd in water** 3-4 -
Ontdooien en verhitten
Diepvriesspinazie 3-4 15-25 min.
Diepvriesgoulash 3-4 30-40 min.
Op een zacht vuurtje gaarstoven, op een zacht vuurtje koken
Aardappelballetjes* 4-5 20-30 min.
Vis* 4-5 10-15 min.
Witte sauzen, bv. bechamel 1-2 3-6 min.
Geklopte sauzen, bv. bearnaisesaus, Hollandse saus 3-4 8-12 min.
* Koken zonder deksel
** Zonder deksel
***Geregeld omdraaien
16
Koken, stomen, smoren
Rijst (met twee keer zoveel water) 2-3 15-30 min.
Rijstpap 2-3 30-40 min.
Aardappelen in de schil 4-5 25-30 min.
Geschilde aardappelen met zout 4-5 15-25 min.
Pasta 6-7* 6-10 min.
Eenpansgerecht, soep 3-4 15-60 min.
Groenten 3-4 10-20 min.
Diepvriesgroenten 3-4 7-20 min.
Koken met de snelkookpan 4-5 -
Sudderen
Rollade 4-5 50-60 min.
Stoofschotel 4-5 60-100 min.
Goulash 3-4 50-60 min.
Braden / Frituren met een beetje olie**
Filets, al dan niet gepaneerd 6-7 6-10 min.
Diepvriesfilets 6-7 8-12 min.
Koteletten, al dan niet gepaneerd*** 6-7 8-12 min.
Biefstuk (3 cm dik) 7-8 8-12 min.
Borst (2 cm dik)*** 5-6 10-20 min.
Diepvriesborst*** 5-6 10-30 min.
Hamburgers, gehaktballetjes (3 cm dik)*** 4-5 30-40 min.
Vis en visfilet, ongepaneerd 5-6 8-20 min.
Vis en visfilet, gepaneerd 6-7 8-20 min.
Gepaneerde diepvriesvis, bv. vissticks 6-7 8-12 min.
Garnalen en steurgarnalen 7-8 4-10 min.
Diepvriesgerechten, bv. gesauteerd 6-7 6-10 min.
Pannenkoeken 6-7 een voor een frituren
Omelet 4-5 een voor een frituren
Spiegeleieren 5-6 3-6 min.
Frituren** (150-200g per portie in 1-2 l olie)
een portie na de andere fri-
turen
Diepvriesproducten, bv. frieten, kipnuggets 8-9
Diepvrieskroketten 7-8
Vlees, bv., stukjes kip 6-7
Vis, gepaneerd of in bierdeeg 6-7
Groenten, paddenstoelen, gepaneerd of in bierdeeg, bv. champignons 6-7
Banket, bv. beignets, fruit in bierdeeg 4-5
Vermogensstand Kookduur
* Koken zonder deksel
** Zonder deksel
***Geregeld omdraaien
17
Functie Powerboost
Met de functie Powerboost kan het voedsel sneller worden
verwarmd dan wanneer de vermogensstand
Š wordt gebruikt.
Gebruiksrestricties
Deze functie is voor alle kookzones altijd alleen beschikbaar
wanneer de andere kookzone van dezelfde groep niet in
gebruik is (zie afbeelding). Moet deze functie bijvoorbeeld voor
kookzone 1 worden geactiveerd, dan dient kookzone 2
uitgeschakeld te zijn en omgekeerd. Anders knipperen de letter
en de kookstand afwisselend in de kookstand-indicatie.
Hierna wordt automatisch de eerder gekozen kookstand
ingesteld.
Activeren
1. Selecteer de gewenste vermogensstand.
2. Druk op het symbool dat overeenkomt met de
geselecteerde kookzone. De indicator
gaat branden. De
functie is nu geactiveerd.
Deactiveren
Druk op het symbool . Het symbool is gedoofd. De functie
Powerboost is nu gedeactiveerd.
Aanwijzing: Onder bepaalde omstandigheden kan de
Powerboost functie automatisch uitgeschakeld worden om de
elektronische onderdelen aan de binnenzijde van de plaat te
beschermen.
Automatische tijdslimiet
Indien de kookzone in werking is gedurende lange tijd en er
geen wijziging in de instelling uitgevoerd wordt, dan wordt de
automatische tijdslimiet geactiveerd.
De kookzone wordt niet meer verhit. Op de visuele indicator
van de kookzone knippert afwisselend
, , en de
restwarmte-indicator
/œ.
Bij het draaien van de bedieningsknop in stand 0, wordt de
indicator uitgeschakeld. Nu kan de kookzone opnieuw
ingesteld worden.
Wanneer de automatische limiet geactiveerd is, wordt deze
geregeld afhankelijk van de geselecteerde vermogensstand
(van 1 tot 10 uur).
Deactivering van het akoestische signaal
Een kort akoestisch signaal bevestigt dat een symbool
aangetikt is. Afhankelijk van het model, kan dit signaal
gedeactiveerd zijn.
1. Plaats de kookzones in vermogensstand .
2. Schakel de kookzones, één voor één uit, eerst de kookzone
die overeenstemt met de knop die zich bevindt op de
rechterzijde van het bedieningspaneel.
3. Tik symbool aan dat overeenstemt met de kookzone links
gedurende minstens 5 seconden. Na het verstrijken van deze
tijd klinkt een akoestisch signaal ter bevestiging.
Het akoestische signaal kan opnieuw geactiveerd worden.
Ga hiertoe op dezelfde wijze te werk als voor de deactivering.
Onderhoud en reiniging
De raadgevingen en waarschuwingen in dit hoofdstuk zijn
bedoeld voor het optimaal schoonmaken en onderhouden van
de kookplaat.
Kookplaat
Reiniging
Maak de kookplaat na ieder gebruik schoon. Op die manier
voorkomt u dat aangekoekte resten verbranden. Maak de
kookplaat pas schoon als hij voldoende is afgekoeld.
Gebruik alleen reinigingsproducten die geschikt zijn voor
kookplaten. Volg de aanwijzingen op de verpakking van het
product op.
Gebruik nooit:
Onverdund afwasmiddel
Afwasmiddel voor vaatwasmachines
Schurende middelen
Corrosieve producten zoals ovensprays of
vlekkenverwijderaars
Schuursponzen
Hogedrukreinigers of stoommachines
De beste manier om hardnekkig vuil te verwijderen is om een
glasschraper te gebruiken. Neem de aanwijzingen van de
fabrikant in acht.
Glasschrapers zijn verkrijgbaar via de Technische dienst of in
onze online winkel.
Omlijsting van de kookplaat
Om schade aan de omlijsting van de kookplaat te vermijden,
moeten de volgende aanwijzingen worden opgevolgd:
Gebruik alleen warm water met een beetje zeep
Gebruik nooit scherpe of bijtende producten
Gebruik de glasschraper niet
18
Repareren van storingen
Normaal zijn storingen toe te schrijven aan kleine details. Neem
de volgende raadgevingen en waarschuwingen in acht alvorens
contact op te nemen met de Technische Dienst.
Normaal geluid tijdens de werking van het
apparaat
De technologie van het verwarmen door inductie is gebaseerd
op het ontstaan van elektromagnetische velden die ervoor
zorgen dat de warmte rechtstreeks op de bodem van de pan
wordt voortgebracht. De pannen kunnen, afhankelijk van hun
bouw, geluiden of trillingen voortbrengen, zoals hieronder
worden genoemd:
Een diep gezoem zoals in een transformator
Dit geluid ontstaat tijdens het koken op een hoge kookstand.
De oorzaak daarvan is de hoeveelheid energie die de
kookplaat aan de pan overdraagt. Het geluid verdwijnt of
vermindert zodra de kookstand wordt verlaagd.
Een laag fluitend geluid
Dit geluid ontstaat als de pan leeg is. Het geluid verdwijnt zodra
er water of voedsel in de pan wordt gedaan.
Knisperen
Dit geluid doet zich voor bij pannen die bestaan uit lagen van
verschillende materialen. Het geluid komt door de trillingen die
ontstaan op de verbindingsvlakken van de verschillende
materialen. Dit geluid is afkomstig van de pan. De hoeveelheid
voedsel en de bereidingswijze kunnen variëren.
Hoge fluitende geluiden
De geluiden ontstaan met name in pannen die bestaan uit
lagen van verschillende materialen, zodra deze worden
aangezet op de hoogste stand en op twee kookzones tegelijk.
Deze fluitende geluiden verdwijnen of worden minder zodra het
vermogen wordt verlaagd.
Geluid van de ventilator
Voor een goed gebruik van het elektronische systeem moet de
kookplaat op een gecontroleerde temperatuur werken. Daartoe
is de kookplaat uitgerust met een ventilator die steeds als de
temperatuur wordt vastgesteld door middel van de
verschillende kookstanden gaat werken. De ventilator kan ook
door inertie werken, nadat de kookplaat is uitgezet, als de
gedetecteerde temperatuur nog te hoog is.
De omschreven geluiden zijn normaal en maken deel uit van de
inductietechnologie en duiden niet op een storing.
Technische dienst
Onze technische dienst staat ter beschikking van de gebruiker
voor het uitvoeren van reparaties aan het apparaat, de
aanschaf van accessoires of onderdelen en voor alle vragen
met betrekking tot onze producten of diensten. De gegevens
van onze technische dienst kunt u vinden in de bijgeleverde
documentatie.
Product- en fabrieksnummer
Indien u de hulp van onze technische dienst inroept, vermeld
dan het productnummer (ENr.) en het fabrieksnummer (FDNr.)
van het apparaat. Deze gegevens vindt u op het typeplaatje dat
onder aan de kookplaat is geplakt, en in de bijgeleverde
documentatie.
In geval van onjuiste bediening is de hulp van personeel van de
Technische Dienst niet gratis, ook al valt het binnen de
garantieperiode.
Indicator Storing Maatregel
geen De stroom is uitgevallen. Controleer met andere elektrische apparaten of de stroom is uitgeval-
len.
Het apparaat is niet aangesloten volgens
het aansluitschema.
Controleer of het apparaat is aangesloten volgens het aansluit-
schema.
Storing in het elektronische systeem. Als de storing na de voorgaande controles niet is opgelost, neem
dan contact op met de technische dienst.
knippert
Het bedieningspaneel is vochtig of er ligt
iets op.
Droog de zone van het bedieningspaneel of neem het voorwerp weg.
Ҥ + nummer
/
š + nummer /
¡ + nummer
Storing in het elektronische systeem. Sluit de kookplaat af van het verdeelnet. Wacht 30 seconden alvo-
rens hem weer aan te sluiten.*
”‹
Er is een interne fout in de werking opge-
treden.
Sluit de kookplaat af van het verdeelnet. Wacht 30 seconden alvo-
rens hem weer aan te sluiten.*
”ƒ
Het elektronische systeem is oververhit
geraakt en heeft de overeenkomstige
kookzone uitgeschakeld.
De bedieningsknop naar de stand 0 draaien. Wacht totdat het elek-
tronische systeem voldoende is afgekoeld en zet de kookzone weer
aan.*
”…
Het elektronische systeem is oververhit
geraakt en heeft alle kookzones uitgescha-
keld.
Wacht totdat het elektronische systeem voldoende afgekoeld is en
schakel hem opnieuw in.*
™‚
Onjuiste voedingsspanning, overschrijding
van de normale werklimieten.
Neem contact op met uw elektriciteitsleverancier.
™ƒ / ™„
De kookzone is oververhit en werd uitge-
schakeld om uw kookplaat te beschermen.
Wacht totdat het elektronische systeem voldoende afgekoeld is en
schakel hem opnieuw in.
* Als de indicatie voortduurt, neem dan contact op met de technische dienst.
Zet geen hete pannen op het bedieningspaneel.

Documenttranscriptie

é Inhoudsopgave Handeilg Veiligheidsvoorschriften..........................................................11 Oorzaken van schade..................................................................... 12 Bescherming van het milieu....................................................13 Milieuvriendelijk afvoeren ............................................................... 13 Tips om energie te besparen ........................................................ 13 Koken op Inductie ....................................................................13 Voordelen van het Koken op Inductie ......................................... 13 Pannen ............................................................................................... 13 Het apparaat leren kennen.......................................................14 Het bedieningspaneel ..................................................................... 14 De kookzones................................................................................... 14 Restwarmte-indicator....................................................................... 15 Programmeren van de kookplaat...........................................15 De kookplaat in- en uitschakelen ................................................. 15 Afstellen van de kookzone............................................................. 15 Kooktabel .......................................................................................... 15 Functie Powerboost ................................................................. 17 Gebruiksrestricties .......................................................................... 17 Activeren............................................................................................ 17 Deactiveren ....................................................................................... 17 Automatische tijdslimiet .......................................................... 17 Deactivering van het akoestische signaal..............................17 Onderhoud en reiniging........................................................... 17 Kookplaat .......................................................................................... 17 Omlijsting van de kookplaat .......................................................... 17 Repareren van storingen .........................................................18 Normaal geluid tijdens de werking van het apparaat............... 18 Technische dienst .................................................................... 18 : Veiligheidsvoorschriften Lees deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig door. Berg de gebruiksaanwijzing, het installatievoorschrift en de apparaatpas goed op voor later gebruik of om ze door te geven aan volgende eigenaren. Controleer het apparaat na het uitpakken. Indien het apparaat schade heeft opgelopen tijdens het transport, schakel het dan niet in, maar neem contact op met de technische dienst en leg de veroorzaakte schade schriftelijk vast. Doet u dat niet, dan gaat elk recht op een schadevergoeding verloren. Dit apparaat moet worden geïnstalleerd volgens het meegeleverde installatievoorschrift. Dit apparaat is alleen bestemd voor huishoudelijk gebruik en de huiselijke omgeving. Gebruik het uitsluitend voor het bereiden van gerechten en drank. Zorg ervoor dat het apparaat onder toezicht gebruikt wordt. Het toestel alleen gebruiken in gesloten ruimtes. Dek de kookplaat niet af. Dit kan leiden tot ongevallen, bijv. door oververhitting, ontbranding of ontploffend materiaal. Gebruik geen ongeschikte beveiligingsapparaten of tralies voor de bescherming van kinderen. Dit kan leiden tot ongevallen. Dit apparaat is niet bestemd voor gebruik met een externe tijdschakelklok of een afstandbediening. Dit toestel kan worden gebruikt door kinderen vanaf 8 jaar en door personen met beperkte fysieke, sensorische of geestelijke vermogens of personen die gebrek aan kennis of ervaring hebben, wanneer zij onder toezicht staan van een persoon die verantwoordelijk is voor hun veiligheid of geleerd hebben het op een veilige manier te gebruiken en zich bewust zijn van de risico's die het gebruik van het toestel met zich meebrengt. Kinderen mogen niet met het apparaat spelen. Reiniging en onderhoud van het toestel mogen niet worden uitgevoerd door kinderen, tenzij zij 8 jaar of ouder zijn en onder toezicht staan. Zorg ervoor dat kinderen die jonger zijn dan 8 jaar uit de buurt blijven van het toestel of de aansluitkabel. Heeft u een pacemaker of soortgelijk medisch hulpmiddel geïmplanteerd, dan dient u speciale voorzorgsmaatregelen in acht nemen bij het gebruiken of in de buurt komen van inductiekookplaten als die in werking zijn. Raadpleeg uw arts of de fabrikant van het hulpmiddel, om er zeker van te zijn dat het voldoet aan de geldige regelgeving en informeer omtrent mogelijke incompatibiliteit. Risico van brand! ■ Hete olie en heet vet vatten snel vlam. Hete olie en heet vet nooit gebruiken zonder toezicht. Vuur nooit blussen met water. Schakel de kookzone uit. Vlammen 11 voorzichtig met een deksel, smoordeksel of iets dergelijks verstikken. ■ De kookzones worden erg heet. Nooit brandbare voorwerpen op de kookplaat leggen. Geen voorwerpen op de kookplaat leggen. ■ Het apparaat wordt heet. Nooit brandbare voorwerpen of spuitbussen bewaren in laden direct onder de kookplaat. Risico van verbranding! ■ De kookzones en met name een eventueel aanwezige kookplaatomlijsting worden zeer heet. Raak de hete oppervlakken nooit aan. Zorg ervoor dat er geen kinderen in de buurt zijn. ■ De kookzone warmt op, maar de indicatie functioneert niet Zekering in de meterkast uitschakelen. Contact opnemen met de klantenservice. ■ Voorwerpen van metaal worden zeer snel heet op de kookplaat. Leg nooit voorwerpen van metaal, zoals messen, vorken, lepels of deksels, op de kookplaat. ■ Schakel de kookplaat na elk gebruik altijd uit met de hoofdschakelaar. Wacht niet tot de kookplaat automatisch uitschakelt doordat er geen pan op staat. Kans op een elektrische schok! ■ Ondeskundige reparaties zijn gevaarlijk. Reparaties en de vervanging van beschadigde aansluitleidingen mogen uitsluitend worden uitgevoerd door technici die zijn geïnstrueerd door de klantenservice. Is het apparaat defect, haal dan de stekker uit het stopcontact of schakel de zekering in de meterkast uit. Contact opnemen met de klantenservice. ■ Binnendringend vocht kan een schok veroorzaken. Geen hogedrukreiniger of stoomreiniger gebruiken. ■ Een defect toestel kan een schok veroorzaken. Een defect toestel nooit inschakelen. De netstekker uit het stopcontact halen of de zekering in de meterkast uitschakelen. Contact opnemen met de klantenservice. ■ Scheuren of barsten in het glaskeramiek kunnen schokken veroorzaken. Zekering in de meterkast uitschakelen. Contact opnemen met de klantenservice. Risico van brand! Risico van brand! Risico van verbranding! Risico van verbranding! Gevaar voor beschadiging! Deze plaat is uitgerust met een ventilator, die zich aan de onderzijde bevindt. Indien er zich onder de kookplaat een lade bevindt, mogen daar geen kleine of papieren voorwerpen in worden bewaard. Als deze namelijk worden geabsorbeerd kunnen ze de ventilator beschadigen of de koeling verslechteren. Tussen de inhoud van de lade en de inlaat van de ventilator moet een afstand van ten minste 2 cm worden aangehouden. Risico van letsel! ■ Bij de bereiding au-bain-marie kunnen de kookplaat en kookvorm barsten door oververhitting. De au-bain-marie kookvorm mag niet in direct contact komen met de bodem van de pan die met water is gevuld. Gebruik alleen hittebestendige vormen. ■ Wanneer er vloeistof zit tussen de bodem van de pan en de kookzone kunnen kookpannen plotseling in de hoogte springen. Zorg ervoor dat de kookzone en de bodem van de pan altijd droog zijn. Risico van letsel! Brandgevaar! Kans op een elektrische schok! Kans op een elektrische schok! Kans op een elektrische schok! 12 Oorzaken van schade Attentie! ■ ■ ■ ■ ■ Ruwe bodems van pannen kunnen krassen op de kookplaat veroorzaken. Plaat nooit lege plannen op de kookzones. Dit kan schade veroorzaken. Plaats geen hete pannen op het bedieningspaneel, de indicatorzones of op de omlijsting van de kookplaat. Dit kan schade veroorzaken. Als er harde of scherpe voorwerpen op de kookplaat vallen, kan dit de plaat beschadigen. Aluminiumfolie en plastic bakken smelten als ze op een hete kookzone gelegd worden. Het gebruik van beschermplaten op de kookplaat wordt afgeraden. Algemeen overzicht In de onderstaande tabel vindt u de meest voorkomende vormen van schade: Schade Oorzaak Maatregel Vlekken Krassen Gemorst voedsel Verwijder gemorst voedsel onmiddellijk met een glasschraper. Ongeschikte reinigingsproducten Gebruik reinigingsproducten die geschikt zijn voor kookplaten. Zout, suiker en zand Gebruik de kookplaat niet als werkoppervlak of steun. Controleer de pannen. Ruwe bodems van pannen kunnen krassen op de vitroceramische plaat veroorzaken Verkleuringen Afbladderingen Ongeschikte reinigingsproducten Gebruik reinigingsproducten die geschikt zijn voor kookplaten. Aanraking van de pannen Til kookpannen en koekenpannen op om ze te verplaatsen. Suiker, levensmiddelen met een hoog Verwijder gemorst voedsel onmiddellijk met een glasschraper. suikergehalte Bescherming van het milieu Milieuvriendelijk afvoeren Voer de verpakking op een milieuvriendelijke manier af. Dit apparaat is gekenmerkt in overeenstemming met de Europese richtlijn 2012/19/EU betreffende afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (waste electrical and electronic equipment - WEEE). De richtlijn geeft het kader aan voor de in de EU geldige terugneming en verwerking van oude apparaten. Tips om energie te besparen ■ Gebruik altijd het deksel dat overeenstemt met elke kookpan. Wanneer zonder deksel gekookt wordt, is aanzienlijk meer energie nodig. Gebruik een glasdeksel om een goede zichtbaarheid te hebben zonder dat u het deksel van de pan hoeft te nemen. ■ ■ ■ ■ ■ Gebruik pannen met een vlakke bodem. Bij een niet vlakke bodem wordt meer energie verbruikt. De diameter van de bodem van de pan moet overeenkomen met de afmeting van de kookzone. Opgelet: pannenfabrikanten duiden gewoonlijk de bovenste diameter van de pan aan, die meestal groter is dan de diameter van de bodem van de pan. Gebruik een kleine pan voor kleine hoeveelheden. Een grote, weinig gevulde pan vereist veel energie. Gebruik weinig water voor het koken. Op deze wijze wordt energie bespaard en blijven alle vitaminen en mineralen van de groenten behouden. Selecteer de laagste vermogensstand die het kookpunt behoudt. Met een te hoge stand wordt energie verspild. Koken op Inductie Voordelen van het Koken op Inductie Koken op Inductie betekent een radicale verandering van de traditionele wijze van verwarmen, aangezien de warmte rechtstreeks in de pan wordt gegenereerd. Daarom biedt het een aantal voordelen: ■ ■ ■ ■ Tijdbesparing bij het koken en frituren; doordat de pan rechtstreeks wordt verwarmd. Dit werkt energiebesparend. Eenvoudiger in onderhoud en reiniging. Overgelopen voedingswaren verbranden minder snel. Warmte- en veiligheidscontrole; de plaat levert energie of stopt de energietoevoer onmiddellijk als op de controleknop wordt gedrukt. De inductiekookzone levert geen warmte meer af als de pan wordt weggenomen, ook al wordt het apparaat voor die tijd niet uitgeschakeld. Pannen Uitsluitend geschikt voor inductiekoken zijn ferromagnetische pannen zoals van: ■ geëmailleerd staal ■ gietijzer ■ speciale pannen voor inductie van roestvrij staal. Kijk, om te weten of de pannen geschikt zijn, of de bodem van de pan wordt aangetrokken door een magneet. Er bestaat een ander soort pannen speciaal voor inductie, met een niet geheel ferromagnetische bodem. Bij het gebruik van grote pannen met een ferromagnetische zone met een kleinere diameter, wordt enkel de ferromagnetische zone verwarmd, zodat de warmte niet homogeen kan worden verdeeld. Pannen met aluminium kookzones in de bodem verkleinen de ferromagnetische zone, zodat het geleverde vermogen lager kan zijn en er problemen kunnen ontstaan bij de detectie van de pan en het kan zelfs zijn dat deze niet wordt gedetecteerd. Om goede kookresultaten te verkrijgen, is het raadzaam dat de diameter van de ferromagnetische zone van de pan is afgestemd op de maat van de kookzone. Als de pan op een kookzone niet wordt gedetecteerd, probeer hem dan op de zone met een iets kleinere diameter. 13 indicator van de kookzone. Plaats een geschikte pan, zodat het knipperen stopt. Als er meer dan 90 seconden wordt gewacht gaat de kookzone automatisch uit. Niet geschikte pannen Gebruik nooit straalplaten of pannen van: ■ dun normaal staal ■ glas ■ aardewerk ■ koper ■ aluminium Lege pannen of pannen met een dunne bodem Kenmerken van de bodem van de pan De kenmerken van de bodem van de pannen kunnen invloed hebben op de homogeniteit van het kookresultaat. Pannen die gemaakt zijn van materialen die warmte verspreiden, zoals "sandwich" pannen van roestvrij staal, verdelen de warmte op gelijkmatige wijze, waardoor tijd en energie worden bespaard. Geen pan of ongeschikte afmeting Als er geen pan op de geselecteerde kookzone wordt geplaatst of als deze niet van het geschikte materiaal is of geen geschikte afmeting heeft, knippert de kookstand op de Verwarm geen lege pannen en gebruik geen pannen met dunne bodem. De kookplaat is uitgerust met een intern veiligheidssysteem, maar een lege pan kan zo snel heet worden dat de functie “automatisch uitschakelen" geen tijd heeft om te reageren, waardoor de temperatuur erg kan oplopen. De bodem van de pan kan smelten en het glas van de kookplaat beschadigen. Raak in dat geval de pan niet aan en schakel de kookzone uit. Als het apparaat na het afkoelen niet werkt, neem dan contact op met de technische dienst. Pandetectie Iedere kookzone heeft een minimumlimiet voor pandetectie, die afhankelijk is van het materiaal van de pan die wordt gebruikt. Daardoor mag alleen de kookzone worden gebruikt die het meest geschikt is voor de pan. Het apparaat leren kennen Op pagina 2 vindt u informatie over afmetingen en vermogens van de kookzones Het bedieningspaneel  Indicaties Gebruik 1 De vermogensstand selecteren Bedieningsvlakken # Hoofdschakelaar › Powerboost-functie ‹ Gebruikstoestand ‚- Š Kookstanden › Powerboost-functie •/œ Restwarmte Bedieningsvlakken Bij het aanraken van een symbool wordt de overeenkomstige functie geactiveerd. Aanwijzing: Zorg ervoor dat de bedieningsvlakken altijd droog zijn. Vocht heeft een negatieve invloed op de werking. De kookzones Kookzone $ Enkelvoudige kookzone Gebruik een pan met de geschikte maat. Gebruik enkel pannen die geschikt zijn om te koken op inductie, zie hoofdstuk “Geschikte pannen". 14 Restwarmte-indicator De kookplaat beschikt over een restwarmte-indicator in elke kookzone, die aanduidt welke nog warm zijn. Raak kookzones met die indicatie niet aan. Ook als de plaat uitgeschakeld is, blijft de indicator œ of •, branden zolang de kookzone warm is. Als de pan van de plaat genomen wordt voordat de kookzone uitgeschakeld is, verschijnen afwisselend de indicator œ o • en de geselecteerde vermogensstand. Programmeren van de kookplaat In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe een kookzone kan worden afgesteld. In de tabel staan de kookstanden en de bereidingstijden voor verschillende gerechten vermeld. Op de visuele indicator gaat de geselecteerde vermogensstand branden. De kookplaat in- en uitschakelen De kookplaat wordt met de hoofdschakelaar in- en uitgeschakeld. Inschakelen: raak het symbool # aan. De indicatie boven de hoofdschakelaar is verlicht. De kookplaat is klaar voor gebruik. Uitschakelen: raak het symbool # aan tot de indicatie boven de hoofdschakelaar verdwijnt. Alle kookzones zijn nu uitgeschakeld. De restwarmte-indicatie blijft verlicht totdat de kookzones voldoende zijn afgekoeld. Aanwijzingen De kookplaat gaat automatisch uit wanneer alle kookzones langer dan 20 seconden uitgeschakeld zijn. ■ ■ Wanneer de bedieningselementen niet op 0 staan terwijl het symbool ‹ wordt aangeraakt, knippert # in het gebied van de kookzone-indicatie. De kookplaat blijft uitgeschakeld. Afstellen van de kookzone De kookzone uitschakelen Draai de bedieningsknop naar links tot stand 0. De kookzone wordt uitgeschakeld en de restwarmte-indicator verschijnt. Aanwijzing: Als er geen pan op de inductiekookzone geplaatst wordt, zal de gekozen kookstand beginnen knipperen. Na het verstrijken van een tijd gaat de kookzone uit. De gewenste vermogensstand instellen met de bedieningsknoppen. Kooktabel 0 = kookzone uitgeschakeld. De kooktijden zijn afhankelijk van de vermogensstand, het type, het gewicht en de kwaliteit van het voedsel. Daarom zijn er variaties. Vermogensstand 1 = minimumvermogen. Vermogensstand 9 = maximumvermogen. De vermogensstand selecteren Draai de bedieningsknop naar rechts totdat de gewenste vermogensstand bereikt wordt. In de volgende tabel worden enkele voorbeelden gegeven. Bij het verhitten van purees, crèmes en dikke sauzen dient u af en toe te roeren. Gebruik de vermogensstand 9 als u begint met koken. Vermogensstand Kookduur Chocolade, chocoladecouverture 1-2 - Boter, honing, gelatine 1-2 - Maaltijdsoep (bv. linzen) 1-2 - Melk** 1-2 - Worstjes opgewarmd in water** 3-4 - Diepvriesspinazie 3-4 15-25 min. Diepvriesgoulash 3-4 30-40 min. Aardappelballetjes* 4-5 20-30 min. Vis* 4-5 10-15 min. Smelten Verhitten en warmhouden Ontdooien en verhitten Op een zacht vuurtje gaarstoven, op een zacht vuurtje koken Witte sauzen, bv. bechamel 1-2 3-6 min. Geklopte sauzen, bv. bearnaisesaus, Hollandse saus 3-4 8-12 min. * Koken zonder deksel ** Zonder deksel ***Geregeld omdraaien 15 Vermogensstand Kookduur Rijst (met twee keer zoveel water) 2-3 15-30 min. Rijstpap 2-3 30-40 min. Aardappelen in de schil 4-5 25-30 min. Geschilde aardappelen met zout 4-5 15-25 min. Pasta 6-7* 6-10 min. Eenpansgerecht, soep 3-4 15-60 min. Groenten 3-4 10-20 min. Diepvriesgroenten 3-4 7-20 min. Koken met de snelkookpan 4-5 - Rollade 4-5 50-60 min. Stoofschotel 4-5 60-100 min. Goulash 3-4 50-60 min. Koken, stomen, smoren Sudderen Braden / Frituren met een beetje olie** Filets, al dan niet gepaneerd 6-7 6-10 min. Diepvriesfilets 6-7 8-12 min. Koteletten, al dan niet gepaneerd*** 6-7 8-12 min. Biefstuk (3 cm dik) 7-8 8-12 min. Borst (2 cm dik)*** 5-6 10-20 min. Diepvriesborst*** 5-6 10-30 min. Hamburgers, gehaktballetjes (3 cm dik)*** 4-5 30-40 min. Vis en visfilet, ongepaneerd 5-6 8-20 min. Vis en visfilet, gepaneerd 6-7 8-20 min. Gepaneerde diepvriesvis, bv. vissticks 6-7 8-12 min. Garnalen en steurgarnalen 7-8 4-10 min. Diepvriesgerechten, bv. gesauteerd 6-7 6-10 min. Pannenkoeken 6-7 een voor een frituren Omelet 4-5 een voor een frituren Spiegeleieren 5-6 3-6 min. Diepvriesproducten, bv. frieten, kipnuggets 8-9 Diepvrieskroketten 7-8 een portie na de andere frituren Vlees, bv., stukjes kip 6-7 Vis, gepaneerd of in bierdeeg 6-7 Groenten, paddenstoelen, gepaneerd of in bierdeeg, bv. champignons 6-7 Banket, bv. beignets, fruit in bierdeeg 4-5 Frituren** (150-200g per portie in 1-2 l olie) * Koken zonder deksel ** Zonder deksel ***Geregeld omdraaien 16 Functie Powerboost Met de functie Powerboost kan het voedsel sneller worden verwarmd dan wanneer de vermogensstand Š wordt gebruikt. Activeren Gebruiksrestricties 2. Druk op het symbool › dat overeenkomt met de Deze functie is voor alle kookzones altijd alleen beschikbaar wanneer de andere kookzone van dezelfde groep niet in gebruik is (zie afbeelding). Moet deze functie bijvoorbeeld voor kookzone 1 worden geactiveerd, dan dient kookzone 2 uitgeschakeld te zijn en omgekeerd. Anders knipperen de letter › en de kookstand afwisselend in de kookstand-indicatie. Hierna wordt automatisch de eerder gekozen kookstand ingesteld.  1. Selecteer de gewenste vermogensstand. geselecteerde kookzone. De indicator › gaat branden. De functie is nu geactiveerd. Deactiveren Druk op het symbool ›. Het symbool › is gedoofd. De functie Powerboost is nu gedeactiveerd. Aanwijzing: Onder bepaalde omstandigheden kan de Powerboost functie automatisch uitgeschakeld worden om de elektronische onderdelen aan de binnenzijde van de plaat te beschermen.  Automatische tijdslimiet Indien de kookzone in werking is gedurende lange tijd en er geen wijziging in de instelling uitgevoerd wordt, dan wordt de automatische tijdslimiet geactiveerd. Bij het draaien van de bedieningsknop in stand 0, wordt de indicator uitgeschakeld. Nu kan de kookzone opnieuw ingesteld worden. De kookzone wordt niet meer verhit. Op de visuele indicator van de kookzone knippert afwisselend ”, ‰, ‹ en de restwarmte-indicator •/œ. Wanneer de automatische limiet geactiveerd is, wordt deze geregeld afhankelijk van de geselecteerde vermogensstand (van 1 tot 10 uur). Deactivering van het akoestische signaal Een kort akoestisch signaal bevestigt dat een symbool aangetikt is. Afhankelijk van het model, kan dit signaal gedeactiveerd zijn. 3. Tik symbool › aan dat overeenstemt met de kookzone links gedurende minstens 5 seconden. Na het verstrijken van deze tijd klinkt een akoestisch signaal ter bevestiging. Het akoestische signaal kan opnieuw geactiveerd worden. Ga hiertoe op dezelfde wijze te werk als voor de deactivering. 1. Plaats de kookzones in vermogensstand „. 2. Schakel de kookzones, één voor één uit, eerst de kookzone die overeenstemt met de knop die zich bevindt op de rechterzijde van het bedieningspaneel. Onderhoud en reiniging De raadgevingen en waarschuwingen in dit hoofdstuk zijn bedoeld voor het optimaal schoonmaken en onderhouden van de kookplaat. Kookplaat Reiniging Maak de kookplaat na ieder gebruik schoon. Op die manier voorkomt u dat aangekoekte resten verbranden. Maak de kookplaat pas schoon als hij voldoende is afgekoeld. Gebruik alleen reinigingsproducten die geschikt zijn voor kookplaten. Volg de aanwijzingen op de verpakking van het product op. Gebruik nooit: ■ Corrosieve producten zoals ovensprays of vlekkenverwijderaars ■ Schuursponzen ■ Hogedrukreinigers of stoommachines De beste manier om hardnekkig vuil te verwijderen is om een glasschraper te gebruiken. Neem de aanwijzingen van de fabrikant in acht. Glasschrapers zijn verkrijgbaar via de Technische dienst of in onze online winkel. Omlijsting van de kookplaat Om schade aan de omlijsting van de kookplaat te vermijden, moeten de volgende aanwijzingen worden opgevolgd: ■ Onverdund afwasmiddel ■ Gebruik alleen warm water met een beetje zeep ■ Afwasmiddel voor vaatwasmachines ■ Gebruik nooit scherpe of bijtende producten ■ Schurende middelen ■ Gebruik de glasschraper niet 17 Repareren van storingen Normaal zijn storingen toe te schrijven aan kleine details. Neem de volgende raadgevingen en waarschuwingen in acht alvorens contact op te nemen met de Technische Dienst. Indicator Storing Maatregel geen De stroom is uitgevallen. Controleer met andere elektrische apparaten of de stroom is uitgevallen. Het apparaat is niet aangesloten volgens het aansluitschema. Controleer of het apparaat is aangesloten volgens het aansluitschema. Storing in het elektronische systeem. Als de storing na de voorgaande controles niet is opgelost, neem dan contact op met de technische dienst. Het bedieningspaneel is vochtig of er ligt iets op. Droog de zone van het bedieningspaneel of neem het voorwerp weg. “ knippert “§ + nummer Storing in het elektronische systeem. / š + nummer / ¡ + nummer Sluit de kookplaat af van het verdeelnet. Wacht 30 seconden alvorens hem weer aan te sluiten.* ”‹ Er is een interne fout in de werking opgetreden. Sluit de kookplaat af van het verdeelnet. Wacht 30 seconden alvorens hem weer aan te sluiten.* ”ƒ Het elektronische systeem is oververhit geraakt en heeft de overeenkomstige kookzone uitgeschakeld. De bedieningsknop naar de stand 0 draaien. Wacht totdat het elektronische systeem voldoende is afgekoeld en zet de kookzone weer aan.* ”… Het elektronische systeem is oververhit Wacht totdat het elektronische systeem voldoende afgekoeld is en geraakt en heeft alle kookzones uitgescha- schakel hem opnieuw in.* keld. ™‚ Onjuiste voedingsspanning, overschrijding Neem contact op met uw elektriciteitsleverancier. van de normale werklimieten. ™ƒ / ™„ De kookzone is oververhit en werd uitge- Wacht totdat het elektronische systeem voldoende afgekoeld is en schakeld om uw kookplaat te beschermen. schakel hem opnieuw in. * Als de indicatie voortduurt, neem dan contact op met de technische dienst. Zet geen hete pannen op het bedieningspaneel. Normaal geluid tijdens de werking van het apparaat De technologie van het verwarmen door inductie is gebaseerd op het ontstaan van elektromagnetische velden die ervoor zorgen dat de warmte rechtstreeks op de bodem van de pan wordt voortgebracht. De pannen kunnen, afhankelijk van hun bouw, geluiden of trillingen voortbrengen, zoals hieronder worden genoemd: Een diep gezoem zoals in een transformator Dit geluid ontstaat tijdens het koken op een hoge kookstand. De oorzaak daarvan is de hoeveelheid energie die de kookplaat aan de pan overdraagt. Het geluid verdwijnt of vermindert zodra de kookstand wordt verlaagd. Een laag fluitend geluid Dit geluid ontstaat als de pan leeg is. Het geluid verdwijnt zodra er water of voedsel in de pan wordt gedaan. Knisperen Dit geluid doet zich voor bij pannen die bestaan uit lagen van verschillende materialen. Het geluid komt door de trillingen die ontstaan op de verbindingsvlakken van de verschillende materialen. Dit geluid is afkomstig van de pan. De hoeveelheid voedsel en de bereidingswijze kunnen variëren. Hoge fluitende geluiden De geluiden ontstaan met name in pannen die bestaan uit lagen van verschillende materialen, zodra deze worden aangezet op de hoogste stand en op twee kookzones tegelijk. Deze fluitende geluiden verdwijnen of worden minder zodra het vermogen wordt verlaagd. Geluid van de ventilator Voor een goed gebruik van het elektronische systeem moet de kookplaat op een gecontroleerde temperatuur werken. Daartoe is de kookplaat uitgerust met een ventilator die steeds als de temperatuur wordt vastgesteld door middel van de verschillende kookstanden gaat werken. De ventilator kan ook door inertie werken, nadat de kookplaat is uitgezet, als de gedetecteerde temperatuur nog te hoog is. De omschreven geluiden zijn normaal en maken deel uit van de inductietechnologie en duiden niet op een storing. Technische dienst Onze technische dienst staat ter beschikking van de gebruiker voor het uitvoeren van reparaties aan het apparaat, de aanschaf van accessoires of onderdelen en voor alle vragen met betrekking tot onze producten of diensten. De gegevens van onze technische dienst kunt u vinden in de bijgeleverde documentatie. Product- en fabrieksnummer 18 Indien u de hulp van onze technische dienst inroept, vermeld dan het productnummer (E­Nr.) en het fabrieksnummer (FD­Nr.) van het apparaat. Deze gegevens vindt u op het typeplaatje dat onder aan de kookplaat is geplakt, en in de bijgeleverde documentatie. In geval van onjuiste bediening is de hulp van personeel van de Technische Dienst niet gratis, ook al valt het binnen de garantieperiode.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36

V-ZUG 834 Handleiding

Categorie
Kookplaten
Type
Handleiding