AEG L61470WDBI Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

INHOUD
41 VEILIGHEIDSINFORMATIE
42 TECHNISCHE INFORMATIE
44 BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
45 BEDIENINGSPANEEL
48 WASPROGRAMMA'S
51 DROOGPROGRAMMA'S
51 VERBRUIKSWAARDEN
52 HET EERSTE GEBRUIK
52 DAGELIJKS GEBRUIK - WASSEN
56 DAGELIJKS GEBRUIK - DROGEN
58 NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS
60 ONDERHOUD EN REINIGING
65 PROBLEEMOPLOSSING
69 MONTAGE
75 INBOUWEN
MILIEUBESCHERMING
Recycle de materialen met het symbool . Gooi de verpakking in een geschikte
verzamelcontainer om het te recyclen.
Help om het milieu en de volksgezondheid te beschermen en recycle het afval van
elektrische en elektronische apparaten. Gooi apparaten gemarkeerd met het symbool
niet weg met het huishoudelijk afval. Breng het product naar het milieustation bij u in de
buurt of neem contact op met de gemeente.
GA NAAR ONZE WEBSITE VOOR:
- Producten
- Brochures
- Gebruikershandleidingen
- Oplossen van problemen
- Service-informatie
www.aeg.com
LEGENDA
Waarschuwing - Belangrijke veiligheidsinformatie.
Algemene informatie en tips
Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden.
NEDERLANDS
39
VOOR PERFECTE RESULTATEN
Bedankt dat u voor dit AEG product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen om
vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het leven
gemakkelijker helpen maken – functies die gewone apparaten wellicht niet hebben.
Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er optimaal van kunt
profiteren.
ACCESSOIRES EN VERBRUIKSARTIKELEN
In de AEG webshop vindt u alles wat u nodig heeft om al uw apparaten van AEG
mooi te houden en perfect te laten functioneren. Ook vindt u hier een groot aantal
accessoires die zijn ontworpen en gebouwd volgens de hoge kwaliteitsnormen die u
verwacht, van speciaal kookgerei tot bestekmandjes en van flessenhouders tot
waszakken…
Bezoek onze webshop op
www.aeg.com/shop
KLANTENSERVICE
Wij raden altijd het gebruik van originele onderdelen aan.
Wanneer u contact opneemt met de klantenservice dient u de volgende
gegevens bij de hand te hebben. Deze informatie treft u aan op het typeplaatje.
Model
Productnummer
Serienummer
40
www.aeg.com
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees deze handleiding aandachtig door
voordat u het apparaat installeert of ge-
bruikt:
Voor uw eigen veiligheid en de veilig-
heid van uw eigendommen
Voor het milieu
Voor de correcte werking van het appa-
raat.
Bewaar deze instructies altijd bij het ap-
paraat, ook wanneer u het verplaatst of
aan een ander geeft.
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor
schade veroorzaakt door een foutieve in-
stallatie.
VEILIGHEID VAN KINDEREN
EN KWETSBARE MENSEN
Mensen, met inbegrip van kinderen,
met beperkte lichamelijke, zintuiglijke
of verstandelijke vermogens of gebrek
aan ervaring en kennis, mogen dit ap-
paraat niet bedienen. Zij moeten onder
toezicht staan of instructies krijgen over
het gebruik van dit apparaat van ie-
mand die verantwoordelijk is voor hun
veiligheid. Laat kinderen niet met het
apparaat spelen.
Houd alle verpakkingsmaterialen uit de
buurt van kinderen. Gevaar voor verstik-
king of letsel.
Houd alle reinigingsmiddelen uit de
buurt van kinderen.
Houd kinderen en huisdieren uit de
buurt van het apparaat als de deur
open is.
Voordat u de deur van het apparaat
sluit, dient u te controleren dat er geen
kinderen of huisdieren in de trommel
zitten.
Als het apparaat is uitgerust met een
kinderbeveiliging, raden wij aan dit te
activeren.
KINDERBEVEILIGING
Als u deze beveiliging activeert, kunt u
de deur niet sluiten. Dit voorkomt dat u
kinderen of huisdieren in de trommel
opsluit. Voor het inschakelen van de
kinderbeveiliging verplaatst u het draai-
gedeelte met een muntstuk rechtsom
totdat de groef horizontaal staat. Voor
het uitschakelen van de kinderbeveili-
ging verplaatst u het draaigedeelte met
een muntstuk linksom totdat de groef
weer verticaal staat.
ALGEMENE VEILIGHEID
Het apparaat is niet geschikt voor pro-
fessioneel gebruik. Dit apparaat is uit-
sluitend bestemd voor huishoudelijk
gebruik.
De specificaties van het apparaat mo-
gen niet worden veranderd. Risico op
letsel en beschadiging van het appa-
raat.
Plaats geen ontvlambare producten of
items die vochtig zijn door ontvlambare
producten in, bij of op het apparaat.
Brand- of explosiegevaar.
Volg de veiligheidsinstructies van de
verpakking van het wasmiddel om
brandwonden aan ogen, mond en keel
te voorkomen.
Zorg dat u alle metalen onderdelen uit
het wasgoed verwijdert. Harde en
scherpe materialen kunnen het appa-
raat beschadigen.
Raak het glas van de deur niet aan als
een programma in werking is. Het glas
kan heet worden.
Voorwerpen van kunststof die niet hit-
tebestendig zijn.
Als u gebruik maakt van een wasmid-
delbal, verwijdert u de bal voordat u
het droogprogramma instelt.
Gebruik geen wasmiddelbal wanneer
u een non-stopprogramma instelt.
Voordat u het droogprogramma instelt,
moet u wasgoed dat met brandbare
producten is schoongemaakt, eerst
goed spoelen. Er is gevaar voor een ex-
plosie.
NEDERLANDS
41
ONDERHOUD EN REINIGING
Schakel het apparaat uit en trek de
stekker uit het stopcontact.
Gebruik het apparaat niet zonder fil-
ters. Zorg dat de filters op de juiste wij-
ze worden geïnstalleerd. Een onjuiste
installatie leidt tot waterlekkage.
MONTAGE
Het apparaat is zwaar, wees voorzichtig
bij het verplaatsen van het apparaat.
Vervoer uw apparaat niet zonder trans-
portbouten, u kunt anders de interne
componenten beschadigen en lekka-
ges en defecten veroorzaken.
Installeer en sluit geen beschadigd ap-
paraat aan.
Zorg dat u alle verpakkingsmaterialen
en transportbouten verwijdert.
Zorg er tijdens de installatie voor dat
de stekker uit het stopcontact is ge-
haald.
Alleen een erkende persoon mag de
elektrische installatie, het loodgieters-
werk en de installatie van het apparaat
uitvoeren. Dit om het risico op structu-
rele schade of lichamelijk letsel te voor-
komen.
Installeer of gebruik het apparaat niet
op een plek waar de temperatuur on-
der de 0 °C komt.
Als u het apparaat installeert op vloer-
bedekking, dient u ervoor te zorgen dat
er luchtcirculatie is tussen het apparaat
en de vloerbedekking. Pas de stelvoe-
ten aan om de nodige ruimte tussen
het apparaat en de vloerbedekking te
creëren.
Aansluiting aan de waterleiding
Sluit het apparaat niet aan met oude
slangen die al gebruikt zijn. Gebruik al-
leen nieuwe slangen.
Zorg dat u de waterslangen niet be-
schadigt.
Sluit het apparaat niet op nieuwe lei-
dingen aan of op leidingen die lang
niet zijn gebruikt. Laat het water enkele
minuten stromen en sluit dan de toe-
voerslang pas aan.
Let er bij het eerste gebruik op dat de
watertoevoerslangen en de koppelin-
gen niet lek zijn.
Aansluiting op het
elektriciteitsnet
Zorg ervoor dat het apparaat is geaard.
Controleer of de elektrische informatie
op het typeplaatje overeenkomt met
de stroomvoorziening.
Gebruik altijd een correct geïnstalleerd
schokvrij stopcontact.
Gebruik geen meerwegstekkers en ver-
lengkabels. Er kan brand ontstaan.
Vervang of verander het netsnoer niet
zelf. Neem contact op met het service-
centrum.
Zorg dat u de hoofdstekker en kabel
niet beschadigt.
Steek de stekker pas in het stopcontact
als de installatie is voltooid. Zorg ervoor
dat het netsnoer na installatie bereik-
baar is.
Trek niet aan het snoer om het appa-
raat los te koppelen van de netvoeding.
Trek altijd aan de stekker.
HET APPARAAT AFVOEREN
1.
Trek de stekker uit het stopcontact.
2.
Snij het netsnoer van het apparaat af
en gooi dit weg.
3.
Verwijder de deurvergrendeling. Dit
voorkomt dat u kinderen of huisdie-
ren in de trommel opsluit. Gevaar
voor verstikking (alleen bij machines
met laaddeur vooraan).
TECHNISCHE INFORMATIE
Afmetingen Breedte / hoogte / diepte 600 / 820 / 630 mm
Totale diepte 640 mm
42
www.aeg.com
Aansluiting op het elek-
triciteitsnet:
Spanning
Totale stroom
Zekering
Frequentie
230 V
2200 W
10 A
50 Hz
Het beschermdeksel biedt bescherming tegen vaste
stoffen en vochtigheid, behalve op plaatsen waar de
laagspanningsapparatuur geen bescherming tegen
vocht biedt.
IPX4
Waterleidingdruk Minimaal 0,5 bar (0,05 MPa)
Maximaal 8 bar (0,8 MPa)
Watertoevoer
1)
Koud water
Maximale belading was-
goed
Katoen 7 kg
Maximale belading
droog wasgoed
Katoen 3 kg
Grote capaciteit katoenen
wasgoed
4 kg
Synthetica 2 kg
Centrifugeersnelheid Maximaal 1400 Toeren per minuut
1)
Sluit de watertoevoerslang aan op een kraan met 3/4”-schroefdraad.
NEDERLANDS
43
BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
7 8 9
10
1 2
3
4
5
6
1
Wasmiddeldoseerlade
2
Bedieningspaneel
3
Deurgreep
4
Typeplaatje
5
Afvoerpomp
6
Stelvoetjes
7
Afvoerslang
8
Netsnoer
9
Wateraansluiting
10
Stelvoetjes
ACCESSOIRES
1 2
34
1
Moersleutel
Om de transportbouten te verwijde-
ren.
2
Plastic dopjes
Voor het afdichten van de gaten aan
de achterzijde van het apparaat nadat
u de transportbouten hebt verwij-
derd.
3
Toevoerslang met geïntegreerd be-
schermingssysteem tegen water-
overlast
Om mogelijke wateroverlast te voor-
komen.
4
Plastic slanggeleider
Om een afvoerslang op de rand van
een gootsteen te bevestigen.
44
www.aeg.com
BEDIENINGSPANEEL
1 2 3 4 5 6 7 98 10
A
B
C
1
Programmakeuzeknop
2
Toets CENTRIFUGEREN
Spoelstoppositie
3
Toets VLEKKEN
4
Toets TIJDBESPARING
5
Toets EXTRA SPOELEN
6
Toets DROOGTIJD
7
Display
8
Toets START/PAUZE
9
Toets UITGESTELDE START
10
Controlelampjes:
A – Wasfase
B – Droogfase
C – Deur vergrendeld
DISPLAY
De display toont de volgende informatie:
Duur van het ingestelde programma
Nadat u een programma heeft ingesteld, wordt de tijdsduur in
uren en minuten weergegeven op het display (bijvoorbeeld 2.05)
De duur wordt automatisch berekend op basis van de maximale la-
ding voor elk type wasgoed.
Na de start van het programma wordt de resterende tijd elke mi-
nuut bijgewerkt.
NEDERLANDS
45
Droogtijd instellen
als u een droogprogramma instelt, wordt de tijdsduur in minuten
en/of uren weergegeven op het display (zie paragraaf <<Dro-
gen>>).
Na de start van het programma wordt de resterende tijd elke mi-
nuut bijgewerkt.
Alarmcodes
Als de werking van de wasmachine problemen oplevert, kunnen er
alarmcodes worden aangegeven, bijvoorbeeld
(zie hoofdstuk
«Probleemoplossing»).
Einde van het programma
Als het programma is afgelopen verschijnt op het display een knip-
perende nul
.
Het DEUR-lampje C, het WAS-lampje A (of het DROOG-lampje B)
en het lampje van knop 8 gaan uit.
De deur kan nu geopend worden.
Onjuiste optieselectie
Aks u een optie instelt die niet samengaat met het wasprogramma,
dan toont het display de melding Err gedurende een paar secon-
den.
Het gele controlelampje van toets 8 gaat knipperen.
Uitgestelde start
Als u op de toets drukt om de uitgestelde start in te stellen (20 uur
max), dan verschijnt het gedurende een paar seconden, vervolgens
toont het display de tijdsduur van het ingestelde programma.
De tijdsduur van het uitstel neemt per uur met een eenheid af. Als
er nog maar 1 uur resteert, neemt de tijd per minuut af.
Startuitstel - symbool
Dit symbool gaat aan als u een startuitstel kiest.
Kinderslot
Dit symbool gaat aan als u het kinderslot activeert.
46
www.aeg.com
CONTROLELAMPJES
A
B
C
Nadat u op toets 8 hebt gedrukt, gaat het
WAS-lampje (A) branden.
Het apparaat is in bedrijf.
Als u een droogprogramma instelt, gaat
het DROGEN-lampje (B) branden. Dit
lampje blijft tijdens de droogfase bran-
den.
Het lampje DEUR (C) geeft aan of de deur
geopend kan worden:
Lampje aan: de deur kan niet geopend
worden
Lampje knippert: de deur opent na een
paar minuten
Lampje uit: de deur kan worden geo-
pend
GELUIDSSIGNALEN
De wasautomaat is voorzien van een
akoestisch alarm, dat in de volgende ge-
vallen te horen is:
Aan het einde van een programma
In geval van problemen met de werking
Door enkele seconden tegelijkertijd op
de toets 3 en 4 te drukken, wordt het ge-
luidssignaal uitgeschakeld (behalve in het
geval van problemen met de werking).
Door nogmaals op deze twee toetsen te
drukken, wordt het geluidssignaal weer
geactiveerd.
KINDERSLOT
Met deze voorziening kunt u het apparaat
onbeheerd achterlaten, u hoeft zich dan
geen zorgen te maken dat kinderen ge-
wond raken of het apparaat schade toe-
brengen.
Deze functie blijft ingeschakeld, ook als
de wasautomaat niet in werking is.
Er zijn twee manieren om deze optie in te
stellen:
Voordat u op toets 8 drukt, is het on-
mogelijk om het apparaat te starten.
Na het indrukken van toets 8 is het on-
mogelijk om een ander programma of
een andere optie te kiezen.
Om deze optie in- of uit te schakelen,
drukt u ongeveer 6 seconden tegelijker-
tijd op de toets 4 en 5 tot het symbool
aan gaat of uit het display verdwijnt.
NEDERLANDS
47
WASPROGRAMMA'S
Programma
Maximale en minimale temperatuur
Type wasgoed
Maximale belading
Program-
mabeschrij-
ving
Options (Opties)
Katoen
95° - 30°
Max. belading 7 kg - gereduceerde belading
3 kg
Wit en bont katoen (normaal vervuilde arti-
kelen).
Hoofdwas
Spoelingen
Lang centri-
fugeren op
maximale
snelheid
CENTRIFUGETOE-
RENTAL REDUCE-
REN
ZONDER SPOE-
LING
VLEKKEN
1)
TIJDBESPARING
2)
EXTRA SPOELING
Katoen Eco
40°
Max. belading 7 kg
Wit en kleurecht katoen.
Licht tot normaal vervuilde katoenen artike-
len.
Het apparaat verlaagt de temperatuur en
verlengt de wastijd waardoor u een goed
wasresultaat bereikt en tegelijk energie be-
spaart.
Hoofdwas
Spoelingen
Lang centri-
fugeren op
maximale
snelheid
CENTRIFUGETOE-
RENTAL REDUCE-
REN
ZONDER SPOE-
LING
VLEKKEN
EXTRA SPOELING
Katoen + Voorwas
3)
95° - 40°
Max. belading 7 kg - gereduceerde belading
3 kg
Wit en bont katoen
(normaal vervuilde was).
Voorspoe-
len
Hoofdwas
Spoelingen
Lang centri-
fugeren op
maximale
snelheid
CENTRIFUGETOE-
RENTAL REDUCE-
REN
ZONDER SPOE-
LING
VLEKKEN
TIJDBESPARING
2)
EXTRA SPOELING
Synthetische stoffen
60° - 30°
Max. belading 3 kg - gereduceerde belading
2 kg
Synthetische of gemengde stoffen: onder-
goed, gekleurde kledingstukken, krimpvrije
overhemden, blouses.
Hoofdwas
Spoelingen
Kort centri-
fugeren op
1200 tpm
CENTRIFUGETOE-
RENTAL REDUCE-
REN
ZONDER SPOE-
LING
VLEKKEN
1)
TIJDBESPARING
2)
EXTRA SPOELING
48
www.aeg.com
Programma
Maximale en minimale temperatuur
Type wasgoed
Maximale belading
Program-
mabeschrij-
ving
Options (Opties)
Easy Iron (anti-kreuk)
40°
Max. belading 1 kg
Synthetische stoffen die voorzichtig ge-
wassen en gecentrifugeerd moeten wor-
den.
Het wasgoed kan behoedzaam gewassen en
gecentrifugeerd worden om kreukels te
voorkomen. Bovendien zal de machine een
extra spoelgang uitvoeren.
Hoofdwas
Spoelingen
Kort centri-
fugeren
Centrifuge-
ren op 1200
tpm
CENTRIFUGETOE-
RENTAL REDUCE-
REN
ZONDER SPOE-
LING
EXTRA SPOELING
Fijnwas
40° - 30°
Max. belading 3 kg - gereduceerde belading
2 kg
Fijne was: acryl, viscose, polyester.
Hoofdwas
Spoelingen
Kort centri-
fugeren op
1200 tpm
CENTRIFUGETOE-
RENTAL REDUCE-
REN
ZONDER SPOE-
LING
VLEKKEN
1)
TIJDBESPARING
2)
EXTRA SPOELING
Wol Handwas
30° - Koud
Max. belading 2 kg
Wasprogramma voor wol die in de machine
kan worden gewassen en met de hand was-
bare wol en kwetsbare stoffen.
Opmerking: Een enkel of groot stuk was-
goed kan een verkeerd evenwicht van de
trommel tot gevolg hebben. Als het appa-
raat de laatste centrifugefase niet uitvoert,
moet u meer stukken toevoegen, de lading
opnieuw handmatig verspreiden en dan het
centrifugeprogramma selecteren.
Hoofdwas
Spoelingen
Kort centri-
fugeren op
1200 tpm
CENTRIFUGETOE-
RENTAL REDUCE-
REN
ZONDER SPOE-
LING
Behoedzaam spoelen
Max. belading 7 kg
Programma voor het spoelen en centrifuge-
ren van kledingstukken die met de hand zijn
gewassen. De machine voert een spoelgang
uit, gevolgd door een laatste centrifuge. De
centrifugeersnelheid kan verlaagd worden.
Spoelingen
Lang centri-
fugeren
Centrifuge-
ren op 1200
tpm
CENTRIFUGETOE-
RENTAL REDUCE-
REN
ZONDER SPOE-
LING
EXTRA SPOELING
Pomp
Max. belading 7 kg
Om het laatste spoelwater af te voeren bij
programma's met de Spoelstop-optie.
Water weg-
pompen
NEDERLANDS
49
Programma
Maximale en minimale temperatuur
Type wasgoed
Maximale belading
Program-
mabeschrij-
ving
Options (Opties)
Centrifugeer-
Max. belading 7 kg
Aparte centrifugegang voor katoenen kle-
dingstukken die met de hand gewassen zijn
en na programma's waarbij de optie Spoel-
stop gekozen is.
Draai de programmakeuzeknop op
voor-
dat dit programma wordt ingesteld.
Verlaag de centrifugeersnelheid indien no-
dig.
Pomp
Lang centri-
fugeren
Centrifuge-
ren op de
maximale
snelheid
CENTRIFUGETOE-
RENTAL REDUCE-
REN
Drogen — Synthetica
Droogprogramma synthetica.
Selectie DROOG-
TIJD.
Drogen — Katoen
Droogprogramma katoen.
Selectie DROOG-
TIJD.
Opfrissen
30°
Max. belading 3 kg
Snelle was voor sportkleding, of katoenen en
synthetische licht vervuilde of slechts een-
maal gedragen kleding.
Hoofdwas
Spoelingen
Kort centri-
fugeren
Centrifuge-
ren op 1200
tpm
CENTRIFUGETOE-
RENTAL REDUCE-
REN
Katoen Eco
60°
Max. belading 7 kg
Wit en kleurecht katoen.
Licht tot normaal vervuilde katoenen artike-
len.
Het apparaat verlaagt de temperatuur en
verlengt de wastijd waardoor u een goed
wasresultaat bereikt en tegelijk energie be-
spaart.
Hoofdwas
Spoelingen
Lang centri-
fugeren
Centrifuge-
ren op de
maximale
snelheid
CENTRIFUGETOE-
RENTAL REDUCE-
REN
ZONDER SPOE-
LING
VLEKKEN
EXTRA SPOELING
Om het lopende programma te annuleren of om de machine uit te schakelen.
1)
De optie Vlekken kan alleen worden gekozen bij een temperatuur van 40°C of hoger.
2)
Als u de optie Supersnel selecteert door te drukken op toets 4, raden we u aan de
maximale belading te beperken, zoals aangegeven. Maximale belading is wel mogelijk,
maar de wasresultaten zullen minder goed zijn.
3)
Als u gebruik maakt van vloeibaar wasmiddel, kan er geen programma met VOORWAS
geselecteerd worden.
50
www.aeg.com
DROOGPROGRAMMA'S
Tijdgestuurde programma's
Droogheidsgraad Soort weefsel
Te drogen
wasgoed
Centri-
fugeer-
snel-
heid
Aanbe-
volen
droog-
tijd
Minuten
EXTRA DROOG
Ideaal voor artikelen van
badstof
Katoen en linnen
(badjassen, bad-
handdoeken, etc.)
4 kg 1400 160 - 180
3 kg 1400 110 - 120
1.5 kg 1400 75 - 85
KASTDROOG
1)
Geschikt voor artikelen
die ongestreken worden
opgeborgen
Geschikt voor artikelen
die ongestreken worden
opgeborgen
Katoen en linnen
(badjassen, bad-
handdoeken, etc.)
4 kg 1400 150 - 170
3 kg 1400 100 - 110
1.5 kg 1400 65 - 75
Synthetische en
gemengde stoffen
(truien, blouses,
ondergoed, huis-
houdlinnen)
2 kg 1200 90 - 100
1 kg 1200 55 - 65
STRIJKDROOG
Geschikt voor artikelen
die gestreken moeten
worden
Katoen en linnen
(lakens, tafellakens,
overhemden, etc.)
4 kg 1400 120 - 140
3 kg 1400 80 - 90
1.5 kg 1400 50 - 60
1)
Overeenkomstig de EG-richtlijn EN 50229 moet het referentieprogramma voor katoen
op de gegevens in het energielabel worden getest door de maximale belading in twee
gelijke delen te splitsen en deze elk met DROOGTIJD te drogen.
VERBRUIKSWAARDEN
Programma Energieverbruik
(KWh)
Waterverbruik
(liter)
Programma-
duur
(minuten)
Wit katoen 95° 2.2 72
Raadpleeg
voor de duur
van de pro-
gramma's,
het display
op het be-
dieningspa-
neel
Katoen 60° 1.35 67
Katoen ECO 60°
1)
1.05 49
Katoen 40° 0.85 67
Synthetische stoffen 40° 0.55 42
Fijne was 40° 0.55 63
Wol/Handwas 30° 0.25 55
1)
«Katoen ECO» op 60°C met een belading van 7 kg is het referentieprogramma voor de
gegevens die op het energielabel staan, overeenkomstig de richtlijnen 92/75/EEG.
NEDERLANDS
51
De verbruiksgegevens in deze ta-
bel zijn slechts richtlijnen. Ze kun-
nen variëren afhankelijk van de
hoeveelheid en het soort was-
goed, de temperatuur van het
aangevoerde water en de omge-
vingstemperatuur
HET EERSTE GEBRUIK
1.
Giet 2 liter water in het vakje voor het
hoofdwasmiddel van de wasmiddella-
de om het afvoersysteem te active-
ren.
2.
Giet een klein beetje wasmiddel in
het vakje van het hoofdwasmiddel
van de wasmiddellade. Stel het pro-
gramma voor katoen in op de hoog-
ste temperatuur zonder wasgoed en
start het programma. Dit verwijdert al
het mogelijke vuil uit de trommel en
de kuip.
DAGELIJKS GEBRUIK - WASSEN
1.
Open de deur van het apparaat.
2.
Plaats het wasgoed een voor een in
de trommel. Schud de items voor u ze
in de wasautomaat plaatst. Zorg er-
voor dat u niet te veel was in de trom-
mel plaatst.
3.
Sluit de deur.
Zorg ervoor dat er geen wasgoed tussen
de deur blijft klemmen. Er kan waterlekka-
ge of beschadigd wasgoed ontstaan.
WASMIDDEL EN ADDITIEVEN (WASVERZACHTER,
VLEKKENMIDDEL) TOEVOEGEN
MAX
52
www.aeg.com
Het doseerbakje voor de voorwasfase, het inweekprogramma en
voor de vlekkenfunctie.
Voeg inweek-, vlekken- en voorwasmiddelen toe voordat u het
programma start.
Het vakje voor het wasmiddel van de wasfase.
Als u een vloeibaar wasmiddel gebruikt, dient u dit direct voor het
starten van het programma te plaatsen.
Vakje voor vloeibare nabehandelingsmiddelen (wasverzachter,
stijfsel).
Plaats het product in het vakje voordat u het programma start.
Dit is het maximale niveau voor vloeibare nabehandelingsmidde-
len.
Volg altijd de instructies op de verpakking van de wasmiddelen.
HET PROGRAMMA INSTELLEN
(KNOP 1 )
Draai de programmakeuzeknop naar het
gewenste programma.
Met de programmakeuzeknop bepaalt u
het soort wasprogramma (bijv. waterpeil,
beweging van de trommel, aantal spoel-
gangen) en de wastemperatuur afhanke-
lijk van het soort wasgoed.
Het controlelampje van toets 8 gaat knip-
peren.
De programmakeuzeknop kan met de
klok mee of tegen de klok in worden ge-
draaid.
= programma resetten / apparaat uit-
schakelen
Als u de programmakeuzeknop
op een ander programma zet ter-
wijl het apparaat in werking is,
knippert het gele controlelampje
van toets 8 3 keer. Op het display
verschijnt het bericht Err om aan
te geven dat deze selectie niet
mogelijk is. Het apparaat voert
het zojuist ingestelde programma
niet uit.
DE CENTRIFUGEERSNELHEID
INSTELLEN (TOETS 2)
Bij het kiezen van een programma stelt
het apparaat automatisch de maximale
door dat programma toegestane centrifu-
geersnelheid voor.
Druk herhaaldelijk op deze toets om de
centrifugeersnelheid te wijzigen. Het des-
betreffende lampje gaat branden.
SPOELSTOP: het laatste spoelwater wordt
niet weggepompt om te voorkomen dat
het wasgoed kreukelt. Als het programma
is afgelopen verschijnt op het display een
knipperende
.
Het DEUR-controlelampje gaat branden.
Het controlelampje van toets 8 gaat uit.
De deur wordt geblokkeerd om aan te
geven dat het water weggepompt moet
worden.
Lees om het water weg te pompen het
hoofdstuk «Aan het einde van het pro-
gramma».
DE OPTIE VLEKKEN
INSTELLEN (TOETS 3)
Stel deze optie in om sterk vervuild was-
goed of wasgoed met vlekken met vlek-
kenverwijderaar te behandelen.
Het apparaat verlengt de hoofdwasfase
en maakt de vlekkenbehandelingsfase in-
tensiever. Het desbetreffende lampje
gaat branden.
Deze optie is niet beschikbaar bij
een temperatuur lager dan 40°C
Als u een programma wilt laten draaien
met de vlekkenoptie, giet dan vlekkenver-
wijderaar in het vakje
.
DE OPTIE TIJDBESPARING
INSTELLEN (TOETS 4)
Met deze optie verandert u de wastijd die
de wasautomaat automatisch heeft voor-
gesteld.
Druk toets 4
NEDERLANDS
53
eenmaal in.
DAGE-
LIJKS
Het bijbehorende controle-
lampje gaat branden.
De wastijd wordt verkort om
dagelijks wasgoed te was-
sen.
Druk toets 4 twee keer in.
EXTRA
KORT
Het bijbehorende controle-
lampje blijft branden.
De wastijd wordt verkort om
licht vervuild wasgoed of ar-
tikelen die slechts korte tijd
gebruikt of gedragen zijn, te
wassen.
Op het display verschijnt de kortere tijds-
duur van het wasprogramma.
DE OPTIE EXTRA SPOELEN
INSTELLEN (TOETS 5)
Dit apparaat is ontworpen om water te
besparen.
Voor mensen met een erg gevoelige huid
(allergisch voor wasmiddelen) kan het
echter noodzakelijk zijn om het wasgoed
met een extra hoeveelheid water te spoe-
len (extra spoelgang).
Bovendien zal het apparaat extra spoel-
gangen uitvoeren.
HET PROGRAMMA STARTEN
(TOETS 8)
Druk op de toets 8 om het programma te
starten. Het bijbehorende rode controle-
lampje gaat knipperen.
Het controlelampje A brandt om aan te
geven dat het apparaat begint te werken.
Het controlelampje C brandt om aan te
geven dat de deur vergrendeld is.
Druk op toets 8 voor het onderbreken van
een programma dat in werking is. Het bij-
behorende rode controlelampje gaat
knipperen.
Druk nogmaals op toets 8 om het pro-
gramma te hervatten vanaf het punt waar-
op het werd onderbroken.
Als u een uitgestelde start hebt geselec-
teerd met toets 9, begint het apparaat
met aftellen.
Als u een verkeerde optie instelt, knippert
het gele controlelampje van toets 8 3
keer. Het symbool Err verschijnt enkele
seconden op het display.
UITGESTELDE START
INSTELLEN (TOETS 9)
Druk nogmaals op deze toets om de ge-
wenste uitgestelde start in te stellen.
De ingestelde waarde voor de uitgestelde
start (max. 20 uur) verschijnt enkele secon-
den op het display. Daarna wordt de duur
van het programma weer afgebeeld.
Stel de uitgestelde start in voordat u op
toets 8 drukt.
U kunt het hoofdwasprogramma uitstellen
met 30 min - 60 min - 90 min, 2 uur en ver-
volgens steeds met 1 uur tot een maxi-
mum van 20 uur.
Het toevoegen van artikelen nadat u de
uitgestelde start hebt ingeschakeld (de
deur blijft gedurende de uitgestelde pe-
riode vergrendeld):
Druk op toets 8 om het apparaat te
pauzeren.
Voeg het wasgoed toe en sluit de deur.
Druk nogmaals op toets 8.
De uitgestelde start selecteren:
Stel het programma en de gewenste
opties in.
Selecteer de uitgestelde start.
Druk op toets 8: het apparaat begint in
uren af te tellen.
Het programma begint als het gekozen
uitstel is afgelopen.
Uitgestelde start annuleren:
Druk op toets 8 om de wasautomaat in
te stellen op PAUZE.
Druk toets 9 een keer in totdat het
symbool
op het display wordt afge-
beeld.
Druk nogmaals op toets 8 om het pro-
gramma te starten.
U kunt de uitgestelde start alleen
wijzigen als u het wasprogramma
opnieuw hebt ingesteld.
De uitgestelde start kan niet worden ge-
selecteerd in combinatie met het pro-
gramma POMPEN.
EEN OPTIE OF LOPEND
PROGRAMMA WIJZIGEN
Het is mogelijk om een optie te verande-
ren voordat het programma deze uitvoert.
Voordat u iets kunt veranderen, drukt u
op toets 8 om het apparaat te pauzeren.
54
www.aeg.com
U kunt een lopend programma alleen ver-
anderen door het te resetten.
Draai de programmakeuzeknop eerst naar
en dan naar de stand van het nieuwe
programma.
Druk nogmaals op toets 8 om het nieuwe
programma weer te starten. Het water in
de trommel zal niet worden afgevoerd.
EEN PROGRAMMA
ONDERBREKEN
Druk op toets 8 om een lopend program-
ma te onderbreken. Het bijbehorende
controlelampje gaat knipperen. Druk nog-
maals op de toets om het programma op-
nieuw te starten.
EEN PROGRAMMA
ANNULEREN
Draai de keuzeknop naar om een lo-
pend programma te annuleren. U kunt nu
een nieuw programma kiezen.
DE DEUR OPENEN
Als de machine bezig is en tijdens de ver-
tragingstijd is de deur vergrendeld.
IMocht het om enigerlei reden noodzake-
lijk zijn de deur te openen, dient eerst de
machine op pauze te worden gezet door
te drukken op toets 8
Als het lampje C na enkele minuten uit-
gaat, kan de deur worden geopend.
Als het lampje C niet uit gaat en de deur
vergrendeld blijft, betekent dit dat de ma-
chine al aan het opwarmen is of dat het
waterniveau te hoog is. In dat geval kan
de deur niet worden geopend.
Als u de deur niet kunt openen terwijl dit
toch nodig is, schakelt u de machine uit
door de programmaknop op
te draai-
en. Na een paar minuten kan de deur ge-
opend worden (let op het waterniveau
en de temperatuur!) .
Als u de deur hebt gesloten, moet u het
programma en de opties opnieuw instel-
len. Druk op de knop 8 om het program-
ma weer te starten.
AAN HET EINDE VAN HET
PROGRAMMA
Het apparaat stopt automatisch. Het con-
trolelampje van toets 8 en de controle-
lampjes A en C gaan uit. Er verschijnt een
knipperende
op het display.
Als er een programma of een optie is ge-
selecteerd dat/die eindigt met water in
de trommel, dan blijft het lampje C bran-
den. De deur blijft vergrendeld. Het water
moet worden weggepompt voordat de
deur wordt geopend. De trommel blijft nu
met regelmatige tussenpozen draaien tot
het water is afgepompt.
Volg de onderstaande instructies om het
water af te pompen:
Draai de programmakeuzeknop naar
Kies het programma POMPEN of CEN-
TRIFUGEREN.
Verlaag de centrifugeersnelheid zo no-
dig.
Druk op toets 8
Als het programma is afgelopen ver-
schijnt op het display een knipperende
. Het controlelampje C gaat uit. De
deur kan nu geopend worden.
Draai de programmakeuzeknop naar
om het apparaat uit te schakelen.
Verwijder het wasgoed uit de trommel en
controleer goed of de trommel leeg is.
Als u niet van plan bent om nog een was
te draaien, sluit u de waterkraan. Laat de
deur open staan om vorming van schim-
mel en onaangename luchtjes te voorko-
men.
Stand-by: als het programma is voltooid,
wordt na een paar minuten het energie-
besparende systeem ingeschakeld. De
helderheid van het display wordt ver-
laagd. Door op een willekeurige toets te
drukken, haalt u het apparaat uit de ener-
giebesparende stand.
NEDERLANDS
55
DAGELIJKS GEBRUIK - DROGEN
ALLEEN DROGEN
De aanbevolen lading bedraagt 3 kg voor
katoen en linnen en 2 kg voor synthetica.
Het is ook mogelijk om tot 4 kg
katoenen wasgoed te drogen (zie
de tabel «Droogprogramma»).
De waterkraan moet open staan en de
afvoerslang moet in de gootsteen zijn
geplaatst of op de afvoerpijp zijn aan-
gesloten.
1.
Plaats het wasgoed in de wasauto-
maat.
2.
Selecteer voor optimale droogresul-
taten een centrifugeerfase op de
maximaal toegestane centrifugeer-
snelheid voor het type wasgoed.
3.
Selecteer het droogprogramma voor
katoen of synthetica in de sector Dro-
gen van de programmakeuzeknop.
4.
Druk op toets 6 om de droogtijd in te
stellen. Druk steeds opnieuw op deze
toets totdat de door u gewenste
droogtijd op het display verschijnt.
Voor katoen selecteert u een droog-
tijd van 10 tot 250 minuten (4,10 uur).
Voor synthetica selecteert u een
droogtijd tussen 10 en 130 minuten
(2,10 uur).
Telkens als u deze toets indrukt,
wordt de droogtijd met 5 minuten
verlengd.
Opmerking! De programmeertijd zal
automatisch met enkele minuten ver-
lengd worden.
5.
Druk op toets 8 om het programma
te starten.
Na de start van het programma wordt
de resterende tijd elke minuut bijge-
werkt.
Als u een droogfase van maar 10
minuten instelt met de toets voor
de droogtijd, voert het apparaat
alleen een afkoelfase uit.
6.
Aan het einde van het droogpro-
gramma klinken er enkele geluidssig-
nalen. Er verschijnt een knipperende
op het display.
Het controlelampje B en C en het
lampje van toets 8 gaan uit.
Op dit punt begint er een anti-kreuk-
fase die ongeveer 10 minuten duurt.
Gedurende deze periode is het lamp-
je C aan. De deur kan niet geopend
worden.
Als u de deur vóór of tijdens de
anti-kreukfase toch wilt openen, of
als u het programma wilt onder-
breken, dan drukt u op een wille-
keurige toets of draait u de pro-
grammakeuzeknop naar een wille-
keurig programma (behalve O).
Enkele minuten later kan de deur
worden geopend. (Probeer in
geen geval de deur te openen als
deze vergrendeld is!) .
7.
Draai de programmakeuzeknop naar
stand O om het apparaat uit te scha-
kelen.
8.
Haal het wasgoed uit de trommel.
Opmerking!
Verschillende soorten katoenen stoffen
(handdoeken, lakens, shirts enz.) of was-
goed dat tijdens het centrifugeren wordt
opgerold, kunnen leiden tot gedeeltelijke
droging.
In het uitzonderlijke geval dat het was-
goed aan het einde van het programma
nog een beetje nat is, raden we aan de
opgerolde stukken open te vouwen, ge-
lijkmatig in de trommel te verdelen en
een extra droogfase van 20-30 minuten te
selecteren.
NON-STOP PROGRAMMA:
WASSEN EN OP TIJD
DROGEN
De aanbevolen lading bedraagt 3 kg voor
katoen en 2 kg voor synthetica.
Het is ook mogelijk om tot 4 kg
katoenen wasgoed te drogen (zie
de tabel «Droogprogramma»).
LET OP!
Maak geen gebruik van een
wasmiddeldoseerbol als u een
was- en droogprogramma uit-
voert.
56
www.aeg.com
1.
Plaats het wasgoed in de wasauto-
maat.
2.
Voeg wasmiddel en wasverzachter
toe.
3.
Schakel het apparaat in door de pro-
grammakeuzeknop in te stellen op
het gekozen wasprogramma of de
gekozen stof.
4.
Druk op de betreffende toetsen om
de gewenste opties in te stellen.
Stel zo mogelijk geen lagere cen-
trifugeersnelheid in dan de snel-
heid die het apparaat heeft voor-
gesteld om een te lange droogtijd
te voorkomen en zo energie te
besparen. De laagste waarden die
u in elk geval kunt selecteren is
900 tpm voor katoen en synthetica
en 700 tpm voor fijne was. Het
verlagen van de centrifugeersnel-
heid is alleen mogelijk als u dro-
gen hebt gekozen.
5.
Druk op toets 6 om de droogtijd in te
stellen. Als u een «non-stop droog-
programma» selecteert, gaan de con-
trolelampjes A en B branden.
De DROOGTIJD verschijnt een paar
seconden op het display. Daarna ver-
schijnt de volledige duur van de was-
en droogfase weer.
Als u door op toets 6 te drukken
een wasprogramma instelt met
een droogfase van 10 minuten,
geeft het display de totale duur
van het programma weer, inclusief
de afwikkeling en afkoelfase.
6.
Druk op de toets 8 om het program-
ma te starten. Na de start van het
programma wordt de resterende tijd
elke minuut bijgewerkt.
7.
Volg, aan het einde van het program-
ma, de aanwijzingen van het vorige
hoofdstuk. Draai de programmakeu-
zeknop naar stand O om het apparaat
uit te schakelen.
8.
Haal het wasgoed uit de trommel.
PLUISJES IN DE KLEDING
Tijdens de WAS- EN/OF DROOGFASE la-
ten bepaalde soorten stoffen, zoals flee-
ce, wol, sweaterstof, pluisjes vrij.
Deze vrijgegeven pluisjes kunnen tijdens
het volgende wasprogramma aan de stof-
fen blijven hangen.
Dit nadeel verergert bij technische stof-
fen.
Om dit fenomeen te verhinderen, wordt
het volgende aanbevolen:
Was geen donkere stoffen na het was-
sen en drogen van lichte stoffen (nieu-
we fleece, wol en in het bijzonder
sweaterstof) en vice versa.
Laat dit soort stoffen in de openlucht
drogen wanneer ze voor het eerst zijn
gewassen.
Maak het filter schoon.
Voer tussen het wassen en drogen van
stoffen met verschillende kleuren één
of meer spoelgangen uit om de trom-
mel te reinigen.
Reinig de lege trommel, de pakking en
de deur na de droogfase grondig met
een natte doek.
NEDERLANDS
57
NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS
WASGOED SORTEREN
Verdeel het wasgoed in: wit, bont, syn-
thetisch, fijne was en wol.
Volg de wasinstructies die u op de was-
labels van het wasgoed vindt.
Was witte en bonte artikelen niet sa-
men.
Sommige bonte weefsels kunnen uitlo-
pen als zij de eerste keer worden ge-
wassen. We raden daarom aan om dit
soort kleding de eerste keer dan ook
apart te wassen.
Knoop kussenslopen dicht, sluit ritsen,
haakjes en drukknopen. Maak riemen
vast.
Maak alle zakken leeg en vouw alle arti-
kelen open.
Draai meerlagige stoffen, wollen en kle-
ding met geverfde opdrukken binnen-
stebuiten.
Verwijder hardnekkige vlekken.
Was delen met zware vervuiling met
een speciaal wasmiddel.
Wees voorzichtig met de gordijnen.
Verwijder de haken of stop de gordij-
nen in een zak of kussensloop.
Niet in de machine wassen:
Wasgoed zonder zomen of met
scheuren
Beugelbeha's.
Gebruik een waszakje om kleine stuk
wasgoed te wassen.
Een zeer kleine lading kan problemen
veroorzaken bij de centrifugefase. Als
dit gebeurt, kunt u de artikelen hand-
matig verdelen in de trommel en de
centrifugefase opnieuw starten.
HARDNEKKIGE VLEKKEN
Voor sommige vlekken is water en was-
middel niet voldoende.
We raden u aan om deze vlekken te ver-
wijderen voordat u deze artikelen in de
machine stopt.
Er zijn speciale vlekverwijderaars verkrijg-
baar. Gebruik een speciale vlekverwijde-
raar die geschikt is voor het type vlek en
stof.
WASMIDDELEN EN
NABEHANDELINGSMIDDELEN
Gebruik alleen wasmiddelen en nabe-
handelingsproducten die bedoeld zijn
voor gebruik in een wasautomaat.
Vermeng geen verschillende soorten
wasmiddel met elkaar.
Gebruik niet meer dan de benodigde
hoeveelheid wasmiddel om het milieu
te beschermen.
Volg altijd de instructies die u vindt op
de verpakking van deze producten.
Gebruik de juiste producten voor het
type en de kleur stof, de programma-
temperatuur en de mate van vervuiling.
Stel geen voorwasfase in als u vloeibare
wasmiddelen gebruikt.
Als uw machine geen wasmiddellade
heeft met klepje, voeg dan het vloeiba-
re wasmiddel toe met een doseerbal.
WATERHARDHEID
Als de waterhardheid in uw gebied hoog
of gemiddeld is, raden we u het gebruik
van waterverzachter voor wasautomaten
aan. In gebieden waar de waterhardheid
zacht is, is het gebruik van een waterver-
zachter niet nodig.
Neem contact op met de plaatselijke wa-
terautoriteit voor de waterhardheid in uw
gebied.
Volg altijd de instructies die u vindt op de
verpakking van de producten.
Gelijkwaardige eenheden meten de wa-
terhardheid:
Duitse graden (°dH).
Franse graden (°TH)
mmol/l (millimol per liter - een interna-
tionale eenheid voor de hardheid van
water).
Clarke-graden.
58
www.aeg.com
Waterhardheidstabel
Niveau Type
Waterhardheid
°dH °TH mmol/l Clarke
1 zacht 0-7 0-15 0-1.5 0-9
2 medium 8-14 16-25 1.6-2.5 10-16
3 hard 15-21 26-37 2.6-3.7 17-25
4 erg hard > 21 > 37 >3.7 >25
TIPS VOOR HET DROGEN
De droogfase voorbereiden
Draai de waterkraan open.
Controleer of de afvoerslang goed is
aangesloten. Zie het hoofdstuk over de
installatie voor meer informatie.
Raadpleeg voor informatie over de
maximale wasgoedlading bij droogpro-
gramma's de droogprogrammatabel.
Voor het volgende wasgoed mag geen
droogprogramma worden ingesteld:
Zeer fijne was
Synthetische gordijnen
Wol en zijde
Kledingstukken met metalen invoeg-
stukken
Nylon stockings
Dekbedden
Bedspreien
Dekbedovertrekken
–Anoraks
Slaapzakken
Stoffen met restjes haarspray, nagel-
remover of iets dergelijks
Kledingstukken met schuimrubber of
met materialen die hierop lijken
WASVOORSCHRIFTEN IN DE
KLEDING
Bij het drogen van uw wasgoed moet u
zich houden aan de voorschriften van de
fabrikant:
= Het artikel is geschikt voor de
wasdroger
= Droogprogramma op hoge tem-
peratuur
= Droogprogramma op lage tempe-
ratuur
= Het artikel is niet geschikt voor de
wasdroger
DUUR VAN HET
DROOGPROGRAMMA
De droogtijd kan variëren afhankelijk van:
Snelheid van de laatste keer centrifuge-
ren
Standaard droogtegraad
Soort wasgoed
Gewicht van de hoeveelheid wasgoed
ALGEMENE TIPS
Raadpleeg de tabel «Droogprogram-
ma's» om de gemiddelde droogtijden op
te zoeken.
U zult uit ervaring merken wat de beste
manier is om uw wasgoed goed droog te
krijgen. Houd bij hoe lang uw droogpro-
gramma's duren.
Statische lading na het drogen voorko-
men:
Gebruik wasverzachter tijdens de was-
fase.
Gebruik speciale wasverzachter voor
droogautomaten.
Zorg dat u uw wasgoed aan het einde van
het droogprogramma zo snel mogelijk uit
het apparaat haalt.
EXTRA DROGEN
Als het wasgoed aan het einde van het
droogprogramma nog steeds vochtig is,
stelt u nogmaals een korte droogfase in.
WAARSCHUWING!
Om kreuken in stof of krimpen
van kleding te voorkomen, moet
u de was niet té droog maken.
NEDERLANDS
59
ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING!
Haal de stekker uit het stopcontact voor-
dat u het apparaat reinigt.
ONTKALKEN
Het water dat wij gebruiken, bevat kalk.
Als het nodig is dient u waterverzachter te
gebruiken om deze kalk te verwijderen.
Gebruik een speciaal product voor wasau-
tomaten. Volg altijd de instructies die u
vindt op de verpakking van de producent.
Doe dit apart van het wassen van was-
goed.
BUITENKANT REINIGEN
Het apparaat alleen schoonmaken met
zeep en warm water. Maak alle oppervlak-
ken volledig droog.
LET OP!
Gebruik geen brandspiritus, op-
losmiddelen of chemische pro-
ducten.
DEURRUBBER
Controleer het deurrubber regelmatig en
verwijder voorwerpen uit de binnenkant.
TROMMEL
Controleer de trommel regelmatig om
kalk en roestdeeltjes te voorkomen.
Gebruik alleen speciale producten om
roestdeeltjes uit de trommel te verwijde-
ren.
Ga als volgt te werk:
Reinig de trommel met een speciaal
product voor roestvrij staal.
Start een kort programma voor katoen
op de maximale temperatuur met een
kleine hoeveelheid wasmiddel.
WASMIDDELDOSEERLADE
De wasmiddeldoseerlade reinigen:
MAX
1
2
1.
Druk op de hendel.
2.
Trek de doseerlade naar buiten.
60
www.aeg.com
MAX
3.
Verwijder het bovenste gedeelte van
het vakje voor vloeibare nabehande-
lingsmiddelen.
4.
Maak alle onderdelen schoon met
water.
5.
Maak de ruimte van de wasmiddel-
doseerlade schoon met een borstel.
6.
Plaats de wasmiddeldoseerlade te-
rug in de ruimte.
AFVOERPOMP
De pomp moet regelmatig worden ge-
controleerd en in het bijzonder als:
de machine niet pompt en/of niet cen-
trifugeert;
de machine tijdens het pompen een
abnormaal geluid maakt als gevolg van
veiligheidsspelden, munten, enz. die de
pomp blokkeren;
een probleem met de waterafvoer
wordt gedetecteerd (zie hoofdstuk
"Probleemoplossing" voor meer infor-
matie).
WAARSCHUWING!
Schakel het apparaat uit en trek
de stekker uit het stopcontact
voordat u de pompafdekking los-
schroeft.
Ga hiervoor als volgt te werk:
1.
Trek de stekker uit het stopcontact.
2.
Wacht indien nodig tot het water is
afgekoeld.
A
B
3.
Plaats een opvangbak dichtbij de
pomp om het vrijkomende water op
te vangen.
4.
Maak de noodafvoerslang los ( B),
hang hem in de opvangbak en verwij-
der de stop ervan.
NEDERLANDS
61
5.
Als er geen water meer naar buiten
komt, schroef dan het deksel van de
pomp los (A) door deze naar links te
draaien en verwijder het filter. Ge-
bruik indien nodig een tang.
Houd altijd een oude doek bij de
hand om het eventueel gemorste wa-
ter te kunnen opvegen. Spoel het fil-
ter af onder een kraan om eventuele
resten waspoeder te verwijderen.
6.
Verwijder vreemde materialen en
waspoeder van het filter en het
schoepenrad.
7.
Controleer nauwkeurig of het schoe-
penrad draait (het draait schokke-
ring). Als het niet draait dient u con-
tact op te nemen met de klantenser-
vice.
8.
Plaats de dop terug op de noodaf-
voerslang en zet de slang terug op
zijn plaats.
9.
Vervang het filter in de pomp door
het op de juiste wijze in de speciale
geleiders te plaatsen. Schroef de
pompklep stevig vast door het naar
rechts te draaien.
WAARSCHUWING!
Als het apparaat in werking is en afhanke-
lijk van het gekozen programma kan er
heet water in de pomp aanwezig zijn.
Verwijder het pompdeksel nooit tijdens
een wascyclus, wacht altijd tot de machi-
ne de cyclus heeft afgemaakt en u het
wasgoed uit de trommel heeft gehaald.
Wanneer u het deksel weer vastschroeft,
dient u goed te controleren of het stevig
is vastgezet om lekkages te voorkomen
en te voorkomen dat jonge kinderen het
kunnen verwijderen.
HET FILTER VAN DE
TOEVOERSLANG EN HET
KLEPFILTER
Het kan nodig zijn filters te reinigen als:
Het apparaat niet met water wordt ge-
vuld.
De machine langdurig water vult.
Het lampje van toets
8
knippert en de
display het bijbehorende alarm weer-
geeft. Raadpleeg 'Probleemoplossing'.
WAARSCHUWING!
Trek de stekker uit het stopcon-
tact.
62
www.aeg.com
De watertoevoerfilters schoonmaken:
1.
Draai de waterkraan dicht.
2.
Verwijder de watertoevoerslang van
de kraan.
3.
Reinig het filter in de toevoerslang
met een harde borstel.
4.
Verwijder de toevoerslang achter de
machine.
5.
Reinig het filter in de klep met een
harde borstel of een handdoek.
45°
20°
6.
Installeer de watertoevoerslang op-
nieuw. Zorg ervoor dat de koppelin-
gen stevig vast zitten om lekkage te
voorkomen.
7.
Draai de waterkraan open.
APPARAAT LEGEN IN GEVAL
VAN NOOD
Ga, als het water niet wordt afgevoerd, als
volgt te werk om het apparaat leeg te la-
ten lopen:
1.
Trek de stekker uit het stopcontact.
2.
Draai de waterkraan dicht.
3.
Wacht zo nodig totdat het water is af-
gekoeld.
4.
Plaats een opvangbak op de grond.
5.
Plaats het uiteinde van de noodaf-
voerslang in de bak.
6.
Trek de stop eruit. Het water zou
door de zwaartekracht in de opvang-
bak moeten lopen. Plaats als de op-
vangbak vol is, de stop terug op de
slang. Maak de opvangbak leeg.
Herhaal deze procedure totdat er
geen water meer uit de slang komt.
7.
Reinig de pomp zo nodig, volgens
bovenstaande beschrijving.
8.
Plaats de stop terug op de noodaf-
voerslang en breng de slang weer op
zijn plaats aan.
9.
Schroef de pomp weer vast.
VOORZORGSMAATREGELEN
BIJ VORST
Als het apparaat op een plaats staat waar
de temperatuur tot beneden het vries-
punt kan dalen, gaat u als volgt te werk:
1.
Draai de waterkraan dicht.
2.
Schroef de watertoevoerslang los van
de kraan.
3.
Plaats het uiteinde van de noodaf-
voerslang en van de toevoerslang in
een op de vloer geplaatste opvang-
bak. Laat het water weglopen.
4.
Schroef de watertoevoerslang weer
op de kraan.
5.
Plaats de dop weer terug op de
noodafvoerslang.
6.
Plaats de noodafvoerslang weer op
zijn plek.
Hierdoor wordt evt. in de wasautomaat
achtergebleven water verwijderd en
wordt de vorming van ijs en daardoor be-
schadiging van het apparaat voorkomen.
NEDERLANDS
63
Als u de wasautomaat weer wilt gebrui-
ken, controleert u of de omgevingstem-
peratuur boven de 0°C ligt.
64
www.aeg.com
PROBLEEMOPLOSSING
Bepaalde problemen zijn het gevolg van
een gebrek aan eenvoudig onderhoud of
onoplettendheid. Dit soort problemen
kunnen gemakkelijk zonder de hulp van
een monteur worden opgelost. Contro-
leer voordat u contact opneemt met onze
serviceafdeling eerst de onderstaande
checklist.
Tijdens de werking van het apparaat kan
het gele controlelampje van toets 8 gaan
knipperen, verschijnt een van de volgen-
de alarmcodes op het display en klinken
er tegelijkertijd om de 20 seconden enke-
le geluidssignalen waarmee wordt aange-
geven dat het apparaat niet werkt:
: probleem met de watertoevoer
: probleem met de waterafvoer
: deur open
: anti-overloopsysteem geacti-
veerd
Druk, nadat het probleem is verholpen,
op toets 8 om het programma opnieuw te
starten. Als het probleem zich na alle con-
troles nog steeds voordoet, neemt u con-
tact op met onze serviceafdeling.
Storing Mogelijke oorzaak/oplossing
De wasautomaat start
niet:
De deur is niet goed gesloten.
Doe de deur stevig dicht.
De stekker zit niet goed in het stopcontact.
Steek de stekker in het stopcontact.
Er staat geen spanning op het stopcontact.
Controleer de elektrische installatie in uw woning.
De hoofdzekering is doorgebrand.
Vervang de zekering.
De programmaknop is niet goed ingesteld en er is
niet op toets 8 gedrukt.
Draai de programmaknop en druk nogmaals op
toets 8.
De uitgestelde start is gekozen.
Als het wasgoed meteen gewassen moet worden,
annuleer dan de uitgestelde start.
Het kinderslot is geactiveerd.
Schakel deze functie uit.
De machine wordt niet
met water gevuld:
De waterkraan is gesloten.
Draai de waterkraan open.
De toevoerslang is bekneld of geknikt.
Controleer de aansluiting van de watertoevoers-
lang.
Het filter in de toevoerslang of het inlaatklepfilter is
verstopt.
Reinig de watertoevoerfilters. (Zie 'Wateraanvoerfil-
ters reinigen' voor meer informatie)
De deur is niet goed gesloten.
Doe de deur stevig dicht.
Er stroomt water in de
machine en dat loopt
meteen weer weg:
Het uiteinde van de afvoerslang is te laag.
Zie de betreffende paragraaf in het hoofdstuk 'Wa-
terafvoer'.
NEDERLANDS
65
Storing Mogelijke oorzaak/oplossing
De machine pompt het
water niet weg en/of
centrifugeert niet:
De afvoerslang is bekneld of geknikt.
Controleer de aansluiting van de afvoerslang.
Het afvoerfilter is verstopt.
Maak het afvoerfilter schoon.
Er is een optie of programma gekozen waarbij het wa-
ter in de trommel niet wordt weggepompt of een pro-
gramma dat alle spoelfasen annuleert.
Kies programma POMPEN of CENTRIFUGEREN.
Het wasgoed is niet gelijkmatig in de trommel ver-
deeld.
Verdeel het wasgoed opnieuw.
Er ligt water op de
vloer:
Er is te veel of een verkeerd wasmiddel gebruikt (te
veel schuimvorming).
Verminder de hoeveelheid wasmiddel of gebruik
een ander middel.
Controleer of een van de koppelingen van de toe-
voerslang lekkage vertoont. Dit is niet altijd gemakke-
lijk te zien, omdat het water langs de slang naar bene-
den loopt; controleer of de slang vochtig is.
Controleer de aansluiting van de watertoevoers-
lang.
De watertoevoerslang is beschadigd.
Vervang deze door een nieuwe.
De dop op de noodafvoerslang is na het schoonma-
ken niet teruggeplaatst of het filter is niet goed vast-
geschroefd.
Zet de dop terug op de noodafvoerslang en draai
het filter volledig aan.
Onbevredigende was-
resultaten:
Er is te weinig of een verkeerd wasmiddel gebruikt.
Gebruik meer wasmiddel of gebruik een ander mid-
del.
Hardnekkige vlekken zijn niet voor aanvang van het
wassen behandeld.
Gebruik normaal in de handel verkrijgbare produc-
ten om hardnekkige vlekken te behandelen.
De juiste temperatuur is niet gekozen.
Controleer of u de juiste temperatuur hebt geko-
zen.
Te veel wasgoed in de trommel.
Verminder het wasgoed in de trommel.
De deur gaat niet
open:
Het programma loopt nog.
Wacht tot het wasprogramma is afgelopen.
De deur is niet ontgrendeld.
Wacht tot het controlelampje DEUR uit gaat.
Er staat water in de trommel.
Kies het programma pompen of centrifugeren om
het water af te voeren.
66
www.aeg.com
Storing Mogelijke oorzaak/oplossing
De machine staat te
schudden of maakt la-
waai:
De transportbouten en het verpakkingsmateriaal zijn
niet verwijderd.
Controleer of de machine correct geïnstalleerd is.
De steunvoetjes zijn niet afgesteld.
Controleer of de machine goed waterpas staat.
Het wasgoed is niet gelijkmatig in de trommel ver-
deeld.
Verdeel het wasgoed opnieuw.
Mogelijk bevat de trommel te weinig wasgoed.
Plaats meer wasgoed in de trommel.
Centrifugeren begint
traag of de machine
centrifugeert niet:
De elektronische voorziening voor onbalansdetectie is
ingeschakeld omdat het wasgoed niet gelijkmatig in
de trommel is verdeeld. Het wasgoed wordt opnieuw
verdeeld doordat de machine de trommel in tegen-
overgestelde richting ronddraait. Dit kan verschillende
keren nodig zijn voordat de verkeerde balans ver-
dwijnt en het normale centrifugeren kan worden her-
vat. Als na enkele minuten het wasgoed nog steeds
niet gelijkmatig in de trommel is verdeeld, zal de ma-
chine niet centrifugeren.
Misschien zit er te weinig wasgoed in de trommel,
voeg wat wasgoed toe, verdeel de lading met de
hand en kies dan het programma centrifugeren.
De machine droogt niet
of droogt niet goed:
De droogtijd is niet gekozen.
Selecteer de droogtijd.
De waterkraan is dicht.
Draai de waterkraan open.
Het afvoerfilter is verstopt.
Maak het afvoerfilter schoon.
Er zit te veel wasgoed in de machine.
Verminder het wasgoed in de trommel.
De gekozen droogtijd of droogtegraad was niet ge-
schikt voor het wasgoed.
Kies de geschikte droogtijd of droogtegraad voor
het wasgoed.
De machine maakt een
ongebruikelijk geluid:
De machine is uitgerust met een type motor die ver-
geleken met andere traditionele motoren een vreemd
geluid maakt. Deze nieuwe motor zorgt voor een soe-
pelere start en een betere verdeling van het wasgoed
in de trommel tijdens het centrifugeren en voor een
betere stabiliteit van de machine.
Er is geen water zicht-
baar in de trommel:
Machines die gebaseerd zijn op moderne technologie
werken erg zuinig en verbruiken weinig water zonder
dat dit ten koste gaat van de prestatie van de machi-
ne.
NEDERLANDS
67
Storing Mogelijke oorzaak/oplossing
Op het display ver-
schijnt de alarmcode
:
Anti-overloopsysteem geactiveerd.
Trek de stekker uit het stopcontact, draai de water-
kraan dicht en neem contact op met onze service-
afdeling.
Het wasgoed zit vol
met pluisjes van ver-
schillende kleuren:
De stof gewassen in de vorige cyclus heeft pluisjes
met een andere kleur afgegeven.
De droogfase helpt een deel van deze pluisjes te
verwijderen.
Reinig de kleding met een pluisjesverwijderaar.
In geval van een overmatige hoeveelheid pluisjes in
de trommel, herhaal volgende procedure twee
maal:
Reinig de lege trommel, de pakking en de deur
grondig met een natte doek.
Voer een spoelcyclus uit.
Plaats een wollen of fluwelen doek in de trommel.
Voer een droogcyclus van 10 minuten uit.
Verwijder het oude wollen doek.
Nu kunt u andere kledingstukken wassen.
68
www.aeg.com
MONTAGE
UITPAKKEN
1.
Gebruik de handschoenen. De exter-
ne folie eraf trekken. Gebruik zo no-
dig een mes.
2.
Verwijder de kartonnen deksel.
3.
Verwijder de piepschuim verpak-
kingsmaterialen.
4.
De interne folie eraf trekken.
5.
Open de deur. Verwijder het piep-
schuim blok van de deur en alle an-
dere onderdelen uit de trommel.
NEDERLANDS
69
6.
Plaats het piepschuim verpakkings-
materiaal op de vloer achter het ap-
paraat. Plaats het apparaat met de
achterzijde voorzichtig op het karton-
nen deksel. Zorg dat u de slangen
niet beschadigt.
1
2
7.
Verwijder de piepschuim bescher-
ming van de onderkant.
8.
Zet het apparaat weer rechtop.
9.
Verwijder het aansluitsnoer en de af-
voerslang van de slanghouders.
10.
Draai de drie transportbouten los.
Gebruik de bij het apparaat gelever-
de moersleutel.
11.
Trek de bouten met de plastic tus-
senstukken eruit.
70
www.aeg.com
12.
Doe de plastic dopjes in de gaatjes.
U vindt deze doppen in de zak van
de gebruikershandleiding.
WAARSCHUWING!
Verwijder alle transportbouten en
verpakking voordat u het appa-
raat installeert.
Wij raden u aan om alle transport-
bouten en verpakking te bewaren
voor als u het apparaat gaat ver-
plaatsen.
PLAATSING EN WATERPAS ZETTEN
Installeer het apparaat op een vlakke
harde vloer.
Zorg ervoor dat de luchtcirculatie rond-
om de wasautomaat niet wordt belem-
merd door tapijt, vloerbedekking, enz.
Zet het apparaat zorgvuldig waterpas
door de stelvoetjes in of uit te draaien.
Als het apparaat waterpas is gezet,
draait u de sluitmoeren vast.
Het apparaat moet waterpas en stabiel
staan.
Leg nooit karton, hout of iets der-
gelijks onder het apparaat om on-
effenheden van de vloer te com-
penseren.
Als het onvermijdelijk is om de wasauto-
maat naast een gasfornuis of kolenkachel
te plaatsen, moet er een isolatieplaat be-
dekt met aluminiumfolie aan de kant van
het fornuis of de kachel tussen beide ap-
paraten geplaatst worden.
Voordat u het apparaat op kleine tegels
plaatst, brengt u een rubbermat aan.
De toevoer- en afvoerslang mogen niet
geknikt zijn.
LET OP!
Het apparaat mag niet worden
geïnstalleerd in ruimtes waar de
temperatuur onder 0°C kan ko-
men.
NEDERLANDS
71
DE TOEVOERSLANG
20
O
20
O
20
O
45
O
45
O
45
O
Sluit de slang aan op het apparaat.
Draai de toevoerslang alleen naar links
of rechts. Maak de ringmoer los om
hem in de juiste stand te zetten.
Sluit de watertoevoerslang aan op een
koudwaterkraan met 3/4-schroefdraad.
LET OP!
Zorg ervoor dat de koppelingen
niet lekken.
Gebruik geen verlengslang als de
toevoerslang te kort is. Neem
contact op met de klantenservice
voor vervanging van de toevoers-
lang.
Waterstop
A
De watertoevoerslang is voorzien van een
waterstop. Dit toestel voorkomt lekkage
in de slang door natuurlijke slijtage. Het
rode gedeelte in het venster «A» toont
deze storing.
Als dit gebeurt, draait u de kraan dicht en
neemt u contact op met de klantenservice
om de slang te laten vervangen.
WATERAFVOER
Er zijn verschillende procedures om de af-
voerslang aan te sluiten:
72
www.aeg.com
Met de plastic slanggeleider.
Op de rand van een gootsteen.
Zorg dat de plastic geleider niet kan
bewegen als het apparaat water af-
voert. Bevestig de geleider op de wa-
terkraan of wand.
Op een standpijp met ventilatieope-
ning.
Raadpleeg de illustratie. Rechtstreeks
in een afvoerpijp op een hoogte van
niet minder dan 60 cm en niet meer
dan 100 cm. Het einde van de afvoers-
lang moet altijd geventileerd zijn, d.w.z.
dat de binnendiameter van de afvoer-
pijp groter moet zijn dan de buitendia-
meter van de afvoerslang.
Zonder de plastic slanggeleider.
Op een gootsteenafvoer.
Raadpleeg de illustratie. Plaats de af-
voerslang in de gootsteenafvoer en
draai vast met een clip. Zorg dat de af-
voerslang een bocht maakt om te voor-
komen dat resterende deeltjes uit de
gootsteen in het apparaat komen.
Direct op een ingebouwde afvoerpomp
in de kamerwand en zet vast met een
klem.
NEDERLANDS
73
U kunt de afvoerslang maximaal
400 cm verlengen. Neem contact
op met de klantenservice voor de
andere afvoerslang en het ver-
lengstuk.
74
www.aeg.com
INBOUWEN
OVERZICHT
600 mm
555 mm
596 mm
170 mm
75 mm
100 mm
60 mm
min.
820 mm
min.
560 mm
818 mm
Dit apparaat is ontworpen om in een
keuken ingebouwd te kunnen worden.
De uitsparingen moeten de afmetingen
hebben die in afbeelding 1 worden
weergegeven.
Afb. 1
Voorbereiding en montage van de deur
Het apparaat is in de fabriek voorbereid
voor een montage van een deur die van
rechts naar links opent (afbeelding 2).
Afb. 2
Ø 35 mm
14 mm
16-22 mm
22±1,5 mm
416
mm
X
595-598 mm
Deur
De deur moet de volgende afmetingen
hebben:
Breedte 595-598 mm
Dikte 16-22 mm
De hoogte X is afhankelijk van de af-
metingen van de aansluitende kastjes
(afbeelding 3).
Afb. 3
NEDERLANDS
75
1
2
Scharnieren
Om de scharnieren te monteren, boort
u twee gaten (diameter 35 mm, diepte
12,5-14 mm afhankelijk van de diepte
van de kastdeur) aan de binnenkant van
de deur. De afstand tussen de middel-
punten van de gaten moet 416 mm be-
dragen
De afstand van de bovenrand van de
deur naar het midden van de gaten
hangt af van de afmetingen van de aan-
sluitende kastjes.
De scharnieren worden aan de deur be-
vestigd door middel van twee hout-
schroeven 1 en 2 (afbeelding 4), die
met het apparaat zijn meegeleverd.
Afb. 4
B
A
De deur monteren
Bevestig de scharnieren door middel
van de M5x15-schroeven. De scharnie-
ren kunnen zodanig worden afgesteld
dat ze eventuele oneffenheden in de
dikte van de deur compenseren.
Om de deur perfect te laten aansluiten
op de andere kastjes, moet u de
schroef losdraaien, de deur afstellen en
de schroef A weer aandraaien (afbeel-
ding 5).
Schroef B (afbeelding 5) mag niet
worden verwijderd.
Afb. 5
A
B
C
Tegenmagneet
Het apparaat is in de fabriek zo inge-
steld dat de deur magnetisch sluit. Om
de juiste werking van dit apparaat mo-
gelijk te maken, moet u de tegenmag-
neet A (stalen schijf + rubberen ring)
aan de binnenkant van de deur schroe-
ven.
De positie ervan moet overeenkomen
met de magneet B op het apparaat (af-
beelding 6).
U mag schroef C niet verwijderen.
Afb. 6
76
www.aeg.com
A
B
C
E
D
Als de deur van links naar rechts geopend
moet worden, draait u de stand van de
platen E , de magneet D en de plaat C
om. Monteer de tegenmagneet D en de
scharnieren A zoals hierboven beschreven
(afbeelding 7).
LET OP!
U mag schroef B niet verwijderen.
Afb. 7
NEDERLANDS
77

Documenttranscriptie

NEDERLANDS 39 INHOUD 41 42 44 45 48 51 51 52 52 56 58 60 65 69 75 VEILIGHEIDSINFORMATIE TECHNISCHE INFORMATIE BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT BEDIENINGSPANEEL WASPROGRAMMA'S DROOGPROGRAMMA'S VERBRUIKSWAARDEN HET EERSTE GEBRUIK DAGELIJKS GEBRUIK - WASSEN DAGELIJKS GEBRUIK - DROGEN NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS ONDERHOUD EN REINIGING PROBLEEMOPLOSSING MONTAGE INBOUWEN MILIEUBESCHERMING Recycle de materialen met het symbool . Gooi de verpakking in een geschikte verzamelcontainer om het te recyclen. Help om het milieu en de volksgezondheid te beschermen en recycle het afval van elektrische en elektronische apparaten. Gooi apparaten gemarkeerd met het symbool niet weg met het huishoudelijk afval. Breng het product naar het milieustation bij u in de buurt of neem contact op met de gemeente. GA NAAR ONZE WEBSITE VOOR: - Producten - Brochures - Gebruikershandleidingen - Oplossen van problemen - Service-informatie www.aeg.com LEGENDA Waarschuwing - Belangrijke veiligheidsinformatie. Algemene informatie en tips Milieu-informatie Wijzigingen voorbehouden. 40 www.aeg.com VOOR PERFECTE RESULTATEN Bedankt dat u voor dit AEG product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen om vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het leven gemakkelijker helpen maken – functies die gewone apparaten wellicht niet hebben. Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er optimaal van kunt profiteren. ACCESSOIRES EN VERBRUIKSARTIKELEN In de AEG webshop vindt u alles wat u nodig heeft om al uw apparaten van AEG mooi te houden en perfect te laten functioneren. Ook vindt u hier een groot aantal accessoires die zijn ontworpen en gebouwd volgens de hoge kwaliteitsnormen die u verwacht, van speciaal kookgerei tot bestekmandjes en van flessenhouders tot waszakken… Bezoek onze webshop op www.aeg.com/shop KLANTENSERVICE Wij raden altijd het gebruik van originele onderdelen aan. Wanneer u contact opneemt met de klantenservice dient u de volgende gegevens bij de hand te hebben. Deze informatie treft u aan op het typeplaatje. Model Productnummer Serienummer NEDERLANDS 41 VEILIGHEIDSINFORMATIE Lees deze handleiding aandachtig door voordat u het apparaat installeert of gebruikt: • Voor uw eigen veiligheid en de veiligheid van uw eigendommen • Voor het milieu • Voor de correcte werking van het apparaat. Bewaar deze instructies altijd bij het apparaat, ook wanneer u het verplaatst of aan een ander geeft. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade veroorzaakt door een foutieve installatie. VEILIGHEID VAN KINDEREN EN KWETSBARE MENSEN • Mensen, met inbegrip van kinderen, met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of gebrek aan ervaring en kennis, mogen dit apparaat niet bedienen. Zij moeten onder toezicht staan of instructies krijgen over het gebruik van dit apparaat van iemand die verantwoordelijk is voor hun veiligheid. Laat kinderen niet met het apparaat spelen. • Houd alle verpakkingsmaterialen uit de buurt van kinderen. Gevaar voor verstikking of letsel. • Houd alle reinigingsmiddelen uit de buurt van kinderen. • Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het apparaat als de deur open is. • Voordat u de deur van het apparaat sluit, dient u te controleren dat er geen kinderen of huisdieren in de trommel zitten. • Als het apparaat is uitgerust met een kinderbeveiliging, raden wij aan dit te activeren. KINDERBEVEILIGING • Als u deze beveiliging activeert, kunt u de deur niet sluiten. Dit voorkomt dat u kinderen of huisdieren in de trommel opsluit. Voor het inschakelen van de kinderbeveiliging verplaatst u het draaigedeelte met een muntstuk rechtsom totdat de groef horizontaal staat. Voor het uitschakelen van de kinderbeveiliging verplaatst u het draaigedeelte met een muntstuk linksom totdat de groef weer verticaal staat. ALGEMENE VEILIGHEID • Het apparaat is niet geschikt voor professioneel gebruik. Dit apparaat is uitsluitend bestemd voor huishoudelijk gebruik. • De specificaties van het apparaat mogen niet worden veranderd. Risico op letsel en beschadiging van het apparaat. • Plaats geen ontvlambare producten of items die vochtig zijn door ontvlambare producten in, bij of op het apparaat. Brand- of explosiegevaar. • Volg de veiligheidsinstructies van de verpakking van het wasmiddel om brandwonden aan ogen, mond en keel te voorkomen. • Zorg dat u alle metalen onderdelen uit het wasgoed verwijdert. Harde en scherpe materialen kunnen het apparaat beschadigen. • Raak het glas van de deur niet aan als een programma in werking is. Het glas kan heet worden. • Voorwerpen van kunststof die niet hittebestendig zijn. – Als u gebruik maakt van een wasmiddelbal, verwijdert u de bal voordat u het droogprogramma instelt. – Gebruik geen wasmiddelbal wanneer u een non-stopprogramma instelt. • Voordat u het droogprogramma instelt, moet u wasgoed dat met brandbare producten is schoongemaakt, eerst goed spoelen. Er is gevaar voor een explosie. 42 www.aeg.com ONDERHOUD EN REINIGING • Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact. • Gebruik het apparaat niet zonder filters. Zorg dat de filters op de juiste wijze worden geïnstalleerd. Een onjuiste installatie leidt tot waterlekkage. MONTAGE • Het apparaat is zwaar, wees voorzichtig bij het verplaatsen van het apparaat. • Vervoer uw apparaat niet zonder transportbouten, u kunt anders de interne componenten beschadigen en lekkages en defecten veroorzaken. • Installeer en sluit geen beschadigd apparaat aan. • Zorg dat u alle verpakkingsmaterialen en transportbouten verwijdert. • Zorg er tijdens de installatie voor dat de stekker uit het stopcontact is gehaald. • Alleen een erkende persoon mag de elektrische installatie, het loodgieterswerk en de installatie van het apparaat uitvoeren. Dit om het risico op structurele schade of lichamelijk letsel te voorkomen. • Installeer of gebruik het apparaat niet op een plek waar de temperatuur onder de 0 °C komt. • Als u het apparaat installeert op vloerbedekking, dient u ervoor te zorgen dat er luchtcirculatie is tussen het apparaat en de vloerbedekking. Pas de stelvoeten aan om de nodige ruimte tussen het apparaat en de vloerbedekking te creëren. Aansluiting aan de waterleiding • Sluit het apparaat niet aan met oude slangen die al gebruikt zijn. Gebruik alleen nieuwe slangen. • Zorg dat u de waterslangen niet beschadigt. • Sluit het apparaat niet op nieuwe leidingen aan of op leidingen die lang niet zijn gebruikt. Laat het water enkele minuten stromen en sluit dan de toevoerslang pas aan. • Let er bij het eerste gebruik op dat de watertoevoerslangen en de koppelingen niet lek zijn. Aansluiting op het elektriciteitsnet • Zorg ervoor dat het apparaat is geaard. • Controleer of de elektrische informatie op het typeplaatje overeenkomt met de stroomvoorziening. • Gebruik altijd een correct geïnstalleerd schokvrij stopcontact. • Gebruik geen meerwegstekkers en verlengkabels. Er kan brand ontstaan. • Vervang of verander het netsnoer niet zelf. Neem contact op met het servicecentrum. • Zorg dat u de hoofdstekker en kabel niet beschadigt. • Steek de stekker pas in het stopcontact als de installatie is voltooid. Zorg ervoor dat het netsnoer na installatie bereikbaar is. • Trek niet aan het snoer om het apparaat los te koppelen van de netvoeding. Trek altijd aan de stekker. HET APPARAAT AFVOEREN Trek de stekker uit het stopcontact. Snij het netsnoer van het apparaat af en gooi dit weg. 3. Verwijder de deurvergrendeling. Dit voorkomt dat u kinderen of huisdieren in de trommel opsluit. Gevaar voor verstikking (alleen bij machines met laaddeur vooraan). 1. 2. TECHNISCHE INFORMATIE Afmetingen Breedte / hoogte / diepte Totale diepte 600 / 820 / 630 mm 640 mm NEDERLANDS Aansluiting op het elektriciteitsnet: Spanning Totale stroom Zekering Frequentie 230 V 2200 W 10 A 50 Hz Het beschermdeksel biedt bescherming tegen vaste stoffen en vochtigheid, behalve op plaatsen waar de laagspanningsapparatuur geen bescherming tegen vocht biedt. Waterleidingdruk 43 IPX4 Minimaal 0,5 bar (0,05 MPa) Maximaal 8 bar (0,8 MPa) Koud water Watertoevoer 1) Maximale belading wasgoed Katoen 7 kg Maximale belading droog wasgoed Katoen 3 kg Grote capaciteit katoenen wasgoed 4 kg Synthetica 2 kg Centrifugeersnelheid Maximaal 1400 Toeren per minuut 1) Sluit de watertoevoerslang aan op een kraan met 3/4”-schroefdraad. 44 www.aeg.com BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT 1 2 7 8 9 3 4 5 6 10 1 Wasmiddeldoseerlade 6 Stelvoetjes 2 Bedieningspaneel 3 Deurgreep 7 Afvoerslang 4 Typeplaatje 9 Wateraansluiting 10 Stelvoetjes 8 Netsnoer 5 Afvoerpomp ACCESSOIRES 1 4 2 3 1 Moersleutel Om de transportbouten te verwijderen. 2 Plastic dopjes Voor het afdichten van de gaten aan de achterzijde van het apparaat nadat u de transportbouten hebt verwijderd. 3 Toevoerslang met geïntegreerd beschermingssysteem tegen wateroverlast Om mogelijke wateroverlast te voorkomen. 4 Plastic slanggeleider Om een afvoerslang op de rand van een gootsteen te bevestigen. NEDERLANDS 45 BEDIENINGSPANEEL 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 A B C 1 Programmakeuzeknop 7 Display 2 8 3 4 5 6 Toets CENTRIFUGEREN • Spoelstoppositie Toets VLEKKEN Toets TIJDBESPARING Toets EXTRA SPOELEN Toets DROOGTIJD 9 Toets START/PAUZE Toets UITGESTELDE START 10 Controlelampjes: • • • A – Wasfase B – Droogfase C – Deur vergrendeld DISPLAY De display toont de volgende informatie: Duur van het ingestelde programma Nadat u een programma heeft ingesteld, wordt de tijdsduur in uren en minuten weergegeven op het display (bijvoorbeeld 2.05) De duur wordt automatisch berekend op basis van de maximale lading voor elk type wasgoed. Na de start van het programma wordt de resterende tijd elke minuut bijgewerkt. 46 www.aeg.com Droogtijd instellen als u een droogprogramma instelt, wordt de tijdsduur in minuten en/of uren weergegeven op het display (zie paragraaf <<Drogen>>). Na de start van het programma wordt de resterende tijd elke minuut bijgewerkt. Alarmcodes Als de werking van de wasmachine problemen oplevert, kunnen er (zie hoofdstuk alarmcodes worden aangegeven, bijvoorbeeld «Probleemoplossing»). Einde van het programma Als het programma is afgelopen verschijnt op het display een knipperende nul . Het DEUR-lampje C, het WAS-lampje A (of het DROOG-lampje B) en het lampje van knop 8 gaan uit. De deur kan nu geopend worden. Onjuiste optieselectie Aks u een optie instelt die niet samengaat met het wasprogramma, dan toont het display de melding Err gedurende een paar seconden. Het gele controlelampje van toets 8 gaat knipperen. Uitgestelde start Als u op de toets drukt om de uitgestelde start in te stellen (20 uur max), dan verschijnt het gedurende een paar seconden, vervolgens toont het display de tijdsduur van het ingestelde programma. De tijdsduur van het uitstel neemt per uur met een eenheid af. Als er nog maar 1 uur resteert, neemt de tijd per minuut af. Startuitstel - symbool Dit symbool gaat aan als u een startuitstel kiest. Kinderslot Dit symbool gaat aan als u het kinderslot activeert. NEDERLANDS 47 CONTROLELAMPJES A B C GELUIDSSIGNALEN De wasautomaat is voorzien van een akoestisch alarm, dat in de volgende gevallen te horen is: • Aan het einde van een programma • In geval van problemen met de werking Door enkele seconden tegelijkertijd op de toets 3 en 4 te drukken, wordt het geluidssignaal uitgeschakeld (behalve in het geval van problemen met de werking). Door nogmaals op deze twee toetsen te drukken, wordt het geluidssignaal weer geactiveerd. KINDERSLOT Met deze voorziening kunt u het apparaat onbeheerd achterlaten, u hoeft zich dan geen zorgen te maken dat kinderen gewond raken of het apparaat schade toebrengen. Deze functie blijft ingeschakeld, ook als de wasautomaat niet in werking is. Er zijn twee manieren om deze optie in te stellen: • Voordat u op toets 8 drukt, is het onmogelijk om het apparaat te starten. • Na het indrukken van toets 8 is het onmogelijk om een ander programma of een andere optie te kiezen. Om deze optie in- of uit te schakelen, drukt u ongeveer 6 seconden tegelijkertijd op de toets 4 en 5 tot het symbool aan gaat of uit het display verdwijnt. Nadat u op toets 8 hebt gedrukt, gaat het WAS-lampje (A) branden. Het apparaat is in bedrijf. Als u een droogprogramma instelt, gaat het DROGEN-lampje (B) branden. Dit lampje blijft tijdens de droogfase branden. Het lampje DEUR (C) geeft aan of de deur geopend kan worden: • Lampje aan: de deur kan niet geopend worden • Lampje knippert: de deur opent na een paar minuten • Lampje uit: de deur kan worden geopend 48 www.aeg.com WASPROGRAMMA'S Programma Maximale en minimale temperatuur Type wasgoed Maximale belading Katoen 95° - 30° Max. belading 7 kg - gereduceerde belading 3 kg Wit en bont katoen (normaal vervuilde artikelen). Katoen Eco 40° Max. belading 7 kg Wit en kleurecht katoen. Licht tot normaal vervuilde katoenen artikelen. Het apparaat verlaagt de temperatuur en verlengt de wastijd waardoor u een goed wasresultaat bereikt en tegelijk energie bespaart. Katoen + Voorwas3) 95° - 40° Max. belading 7 kg - gereduceerde belading 3 kg Wit en bont katoen (normaal vervuilde was). Synthetische stoffen 60° - 30° Max. belading 3 kg - gereduceerde belading 2 kg Synthetische of gemengde stoffen: ondergoed, gekleurde kledingstukken, krimpvrije overhemden, blouses. Programmabeschrijving Options (Opties) Hoofdwas Spoelingen Lang centrifugeren op maximale snelheid CENTRIFUGETOERENTAL REDUCEREN ZONDER SPOELING VLEKKEN 1) TIJDBESPARING 2) EXTRA SPOELING Hoofdwas Spoelingen Lang centrifugeren op maximale snelheid CENTRIFUGETOERENTAL REDUCEREN ZONDER SPOELING VLEKKEN EXTRA SPOELING Voorspoelen Hoofdwas Spoelingen Lang centrifugeren op maximale snelheid CENTRIFUGETOERENTAL REDUCEREN ZONDER SPOELING VLEKKEN TIJDBESPARING 2) EXTRA SPOELING Hoofdwas Spoelingen Kort centrifugeren op 1200 tpm CENTRIFUGETOERENTAL REDUCEREN ZONDER SPOELING VLEKKEN 1) TIJDBESPARING 2) EXTRA SPOELING NEDERLANDS Programma Maximale en minimale temperatuur Type wasgoed Maximale belading Easy Iron (anti-kreuk) 40° Max. belading 1 kg Synthetische stoffen die voorzichtig gewassen en gecentrifugeerd moeten worden. Het wasgoed kan behoedzaam gewassen en gecentrifugeerd worden om kreukels te voorkomen. Bovendien zal de machine een extra spoelgang uitvoeren. Fijnwas 40° - 30° Max. belading 3 kg - gereduceerde belading 2 kg Fijne was: acryl, viscose, polyester. Wol Handwas 30° - Koud Max. belading 2 kg Wasprogramma voor wol die in de machine kan worden gewassen en met de hand wasbare wol en kwetsbare stoffen. Opmerking: Een enkel of groot stuk wasgoed kan een verkeerd evenwicht van de trommel tot gevolg hebben. Als het apparaat de laatste centrifugefase niet uitvoert, moet u meer stukken toevoegen, de lading opnieuw handmatig verspreiden en dan het centrifugeprogramma selecteren. Behoedzaam spoelen Max. belading 7 kg Programma voor het spoelen en centrifugeren van kledingstukken die met de hand zijn gewassen. De machine voert een spoelgang uit, gevolgd door een laatste centrifuge. De centrifugeersnelheid kan verlaagd worden. Pomp Max. belading 7 kg Om het laatste spoelwater af te voeren bij programma's met de Spoelstop-optie. Programmabeschrijving 49 Options (Opties) Hoofdwas Spoelingen Kort centrifugeren Centrifugeren op 1200 tpm CENTRIFUGETOERENTAL REDUCEREN ZONDER SPOELING EXTRA SPOELING Hoofdwas Spoelingen Kort centrifugeren op 1200 tpm CENTRIFUGETOERENTAL REDUCEREN ZONDER SPOELING VLEKKEN 1) TIJDBESPARING 2) EXTRA SPOELING Hoofdwas Spoelingen Kort centrifugeren op 1200 tpm CENTRIFUGETOERENTAL REDUCEREN ZONDER SPOELING Spoelingen Lang centrifugeren Centrifugeren op 1200 tpm CENTRIFUGETOERENTAL REDUCEREN ZONDER SPOELING EXTRA SPOELING Water wegpompen 50 www.aeg.com Programma Maximale en minimale temperatuur Type wasgoed Maximale belading CentrifugeerMax. belading 7 kg Aparte centrifugegang voor katoenen kledingstukken die met de hand gewassen zijn en na programma's waarbij de optie Spoelstop gekozen is. voorDraai de programmakeuzeknop op dat dit programma wordt ingesteld. Verlaag de centrifugeersnelheid indien nodig. Programmabeschrijving Pomp Lang centrifugeren Centrifugeren op de maximale snelheid Selectie DROOGTIJD. Drogen — Katoen Droogprogramma katoen. Katoen Eco 60° Max. belading 7 kg Wit en kleurecht katoen. Licht tot normaal vervuilde katoenen artikelen. Het apparaat verlaagt de temperatuur en verlengt de wastijd waardoor u een goed wasresultaat bereikt en tegelijk energie bespaart. CENTRIFUGETOERENTAL REDUCEREN Selectie DROOGTIJD. Drogen — Synthetica Droogprogramma synthetica. Opfrissen 30° Max. belading 3 kg Snelle was voor sportkleding, of katoenen en synthetische licht vervuilde of slechts eenmaal gedragen kleding. Options (Opties) Hoofdwas Spoelingen Kort centrifugeren Centrifugeren op 1200 tpm CENTRIFUGETOERENTAL REDUCEREN Hoofdwas Spoelingen Lang centrifugeren Centrifugeren op de maximale snelheid CENTRIFUGETOERENTAL REDUCEREN ZONDER SPOELING VLEKKEN EXTRA SPOELING Om het lopende programma te annuleren of om de machine uit te schakelen. 1) De optie Vlekken kan alleen worden gekozen bij een temperatuur van 40°C of hoger. 2) Als u de optie Supersnel selecteert door te drukken op toets 4, raden we u aan de maximale belading te beperken, zoals aangegeven. Maximale belading is wel mogelijk, maar de wasresultaten zullen minder goed zijn. 3) Als u gebruik maakt van vloeibaar wasmiddel, kan er geen programma met VOORWAS geselecteerd worden. NEDERLANDS 51 DROOGPROGRAMMA'S Tijdgestuurde programma's Droogheidsgraad Soort weefsel EXTRA DROOG Ideaal voor artikelen van badstof Katoen en linnen (badjassen, badhanddoeken, etc.) KASTDROOG1) Katoen en linnen (badjassen, badhanddoeken, etc.) Geschikt voor artikelen die ongestreken worden opgeborgen Geschikt voor artikelen die ongestreken worden opgeborgen STRIJKDROOG Geschikt voor artikelen die gestreken moeten worden Te drogen wasgoed Centrifugeersnelheid Aanbevolen droogtijd Minuten 4 kg 1400 160 - 180 3 kg 1400 110 - 120 1.5 kg 1400 75 - 85 4 kg 1400 150 - 170 3 kg 1400 100 - 110 1.5 kg 1400 65 - 75 Synthetische en 2 kg gemengde stoffen (truien, blouses, 1 kg ondergoed, huishoudlinnen) 1200 90 - 100 1200 55 - 65 4 kg Katoen en linnen (lakens, tafellakens, 3 kg overhemden, etc.) 1.5 kg 1400 120 - 140 1400 80 - 90 1400 50 - 60 1) Overeenkomstig de EG-richtlijn EN 50229 moet het referentieprogramma voor katoen op de gegevens in het energielabel worden getest door de maximale belading in twee gelijke delen te splitsen en deze elk met DROOGTIJD te drogen. VERBRUIKSWAARDEN Programma Energieverbruik Waterverbruik (KWh) (liter) Wit katoen 95° 2.2 72 Katoen 60° 1.35 67 Katoen ECO 60° 1) 1.05 49 Katoen 40° 0.85 67 Synthetische stoffen 40° 0.55 42 Fijne was 40° 0.55 63 Wol/Handwas 30° 0.25 55 Programmaduur (minuten) Raadpleeg voor de duur van de programma's, het display op het bedieningspaneel 1) «Katoen ECO» op 60°C met een belading van 7 kg is het referentieprogramma voor de gegevens die op het energielabel staan, overeenkomstig de richtlijnen 92/75/EEG. 52 www.aeg.com De verbruiksgegevens in deze tabel zijn slechts richtlijnen. Ze kunnen variëren afhankelijk van de hoeveelheid en het soort wasgoed, de temperatuur van het aangevoerde water en de omgevingstemperatuur HET EERSTE GEBRUIK 1. Giet 2 liter water in het vakje voor het hoofdwasmiddel van de wasmiddellade om het afvoersysteem te activeren. 2. Giet een klein beetje wasmiddel in het vakje van het hoofdwasmiddel van de wasmiddellade. Stel het programma voor katoen in op de hoogste temperatuur zonder wasgoed en start het programma. Dit verwijdert al het mogelijke vuil uit de trommel en de kuip. DAGELIJKS GEBRUIK - WASSEN 1. 2. Open de deur van het apparaat. Plaats het wasgoed een voor een in de trommel. Schud de items voor u ze in de wasautomaat plaatst. Zorg er- voor dat u niet te veel was in de trommel plaatst. 3. Sluit de deur. Zorg ervoor dat er geen wasgoed tussen de deur blijft klemmen. Er kan waterlekkage of beschadigd wasgoed ontstaan. WASMIDDEL EN ADDITIEVEN (WASVERZACHTER, VLEKKENMIDDEL) TOEVOEGEN MAX NEDERLANDS 53 Het doseerbakje voor de voorwasfase, het inweekprogramma en voor de vlekkenfunctie. Voeg inweek-, vlekken- en voorwasmiddelen toe voordat u het programma start. Het vakje voor het wasmiddel van de wasfase. Als u een vloeibaar wasmiddel gebruikt, dient u dit direct voor het starten van het programma te plaatsen. Vakje voor vloeibare nabehandelingsmiddelen (wasverzachter, stijfsel). Plaats het product in het vakje voordat u het programma start. Dit is het maximale niveau voor vloeibare nabehandelingsmiddelen. Volg altijd de instructies op de verpakking van de wasmiddelen. HET PROGRAMMA INSTELLEN (KNOP 1 ) Draai de programmakeuzeknop naar het gewenste programma. Met de programmakeuzeknop bepaalt u het soort wasprogramma (bijv. waterpeil, beweging van de trommel, aantal spoelgangen) en de wastemperatuur afhankelijk van het soort wasgoed. Het controlelampje van toets 8 gaat knipperen. De programmakeuzeknop kan met de klok mee of tegen de klok in worden gedraaid. = programma resetten / apparaat uitschakelen Als u de programmakeuzeknop op een ander programma zet terwijl het apparaat in werking is, knippert het gele controlelampje van toets 8 3 keer. Op het display verschijnt het bericht Err om aan te geven dat deze selectie niet mogelijk is. Het apparaat voert het zojuist ingestelde programma niet uit. DE CENTRIFUGEERSNELHEID INSTELLEN (TOETS 2) Bij het kiezen van een programma stelt het apparaat automatisch de maximale door dat programma toegestane centrifugeersnelheid voor. Druk herhaaldelijk op deze toets om de centrifugeersnelheid te wijzigen. Het desbetreffende lampje gaat branden. SPOELSTOP: het laatste spoelwater wordt niet weggepompt om te voorkomen dat het wasgoed kreukelt. Als het programma is afgelopen verschijnt op het display een knipperende . Het DEUR-controlelampje gaat branden. Het controlelampje van toets 8 gaat uit. De deur wordt geblokkeerd om aan te geven dat het water weggepompt moet worden. Lees om het water weg te pompen het hoofdstuk «Aan het einde van het programma». DE OPTIE VLEKKEN INSTELLEN (TOETS 3) Stel deze optie in om sterk vervuild wasgoed of wasgoed met vlekken met vlekkenverwijderaar te behandelen. Het apparaat verlengt de hoofdwasfase en maakt de vlekkenbehandelingsfase intensiever. Het desbetreffende lampje gaat branden. Deze optie is niet beschikbaar bij een temperatuur lager dan 40°C Als u een programma wilt laten draaien met de vlekkenoptie, giet dan vlekkenver. wijderaar in het vakje DE OPTIE TIJDBESPARING INSTELLEN (TOETS 4) Met deze optie verandert u de wastijd die de wasautomaat automatisch heeft voorgesteld. Druk toets 4 54 www.aeg.com eenmaal in. DAGELIJKS Het bijbehorende controlelampje gaat branden. De wastijd wordt verkort om dagelijks wasgoed te wassen. Druk toets 4 twee keer in. EXTRA KORT Het bijbehorende controlelampje blijft branden. De wastijd wordt verkort om licht vervuild wasgoed of artikelen die slechts korte tijd gebruikt of gedragen zijn, te wassen. Op het display verschijnt de kortere tijdsduur van het wasprogramma. DE OPTIE EXTRA SPOELEN INSTELLEN (TOETS 5) Dit apparaat is ontworpen om water te besparen. Voor mensen met een erg gevoelige huid (allergisch voor wasmiddelen) kan het echter noodzakelijk zijn om het wasgoed met een extra hoeveelheid water te spoelen (extra spoelgang). Bovendien zal het apparaat extra spoelgangen uitvoeren. HET PROGRAMMA STARTEN (TOETS 8) Druk op de toets 8 om het programma te starten. Het bijbehorende rode controlelampje gaat knipperen. Het controlelampje A brandt om aan te geven dat het apparaat begint te werken. Het controlelampje C brandt om aan te geven dat de deur vergrendeld is. Druk op toets 8 voor het onderbreken van een programma dat in werking is. Het bijbehorende rode controlelampje gaat knipperen. Druk nogmaals op toets 8 om het programma te hervatten vanaf het punt waarop het werd onderbroken. Als u een uitgestelde start hebt geselecteerd met toets 9, begint het apparaat met aftellen. Als u een verkeerde optie instelt, knippert het gele controlelampje van toets 8 3 keer. Het symbool Err verschijnt enkele seconden op het display. UITGESTELDE START INSTELLEN (TOETS 9) Druk nogmaals op deze toets om de gewenste uitgestelde start in te stellen. De ingestelde waarde voor de uitgestelde start (max. 20 uur) verschijnt enkele seconden op het display. Daarna wordt de duur van het programma weer afgebeeld. Stel de uitgestelde start in voordat u op toets 8 drukt. U kunt het hoofdwasprogramma uitstellen met 30 min - 60 min - 90 min, 2 uur en vervolgens steeds met 1 uur tot een maximum van 20 uur. Het toevoegen van artikelen nadat u de uitgestelde start hebt ingeschakeld (de deur blijft gedurende de uitgestelde periode vergrendeld): • Druk op toets 8 om het apparaat te pauzeren. • Voeg het wasgoed toe en sluit de deur. • Druk nogmaals op toets 8. De uitgestelde start selecteren: • Stel het programma en de gewenste opties in. • Selecteer de uitgestelde start. • Druk op toets 8: het apparaat begint in uren af te tellen. Het programma begint als het gekozen uitstel is afgelopen. Uitgestelde start annuleren: • Druk op toets 8 om de wasautomaat in te stellen op PAUZE. • Druk toets 9 een keer in totdat het symbool op het display wordt afgebeeld. • Druk nogmaals op toets 8 om het programma te starten. U kunt de uitgestelde start alleen wijzigen als u het wasprogramma opnieuw hebt ingesteld. De uitgestelde start kan niet worden geselecteerd in combinatie met het programma POMPEN. EEN OPTIE OF LOPEND PROGRAMMA WIJZIGEN Het is mogelijk om een optie te veranderen voordat het programma deze uitvoert. Voordat u iets kunt veranderen, drukt u op toets 8 om het apparaat te pauzeren. NEDERLANDS U kunt een lopend programma alleen veranderen door het te resetten. Draai de programmakeuzeknop eerst naar en dan naar de stand van het nieuwe programma. Druk nogmaals op toets 8 om het nieuwe programma weer te starten. Het water in de trommel zal niet worden afgevoerd. EEN PROGRAMMA ONDERBREKEN Druk op toets 8 om een lopend programma te onderbreken. Het bijbehorende controlelampje gaat knipperen. Druk nogmaals op de toets om het programma opnieuw te starten. EEN PROGRAMMA ANNULEREN Draai de keuzeknop naar om een lopend programma te annuleren. U kunt nu een nieuw programma kiezen. DE DEUR OPENEN Als de machine bezig is en tijdens de vertragingstijd is de deur vergrendeld. IMocht het om enigerlei reden noodzakelijk zijn de deur te openen, dient eerst de machine op pauze te worden gezet door te drukken op toets 8 Als het lampje C na enkele minuten uitgaat, kan de deur worden geopend. Als het lampje C niet uit gaat en de deur vergrendeld blijft, betekent dit dat de machine al aan het opwarmen is of dat het waterniveau te hoog is. In dat geval kan de deur niet worden geopend. Als u de deur niet kunt openen terwijl dit toch nodig is, schakelt u de machine uit te draaidoor de programmaknop op en. Na een paar minuten kan de deur geopend worden (let op het waterniveau en de temperatuur!) . Stand-by: als het programma is voltooid, wordt na een paar minuten het energiebesparende systeem ingeschakeld. De helderheid van het display wordt verlaagd. Door op een willekeurige toets te drukken, haalt u het apparaat uit de energiebesparende stand. 55 Als u de deur hebt gesloten, moet u het programma en de opties opnieuw instellen. Druk op de knop 8 om het programma weer te starten. AAN HET EINDE VAN HET PROGRAMMA Het apparaat stopt automatisch. Het controlelampje van toets 8 en de controlelampjes A en C gaan uit. Er verschijnt een knipperende op het display. Als er een programma of een optie is geselecteerd dat/die eindigt met water in de trommel, dan blijft het lampje C branden. De deur blijft vergrendeld. Het water moet worden weggepompt voordat de deur wordt geopend. De trommel blijft nu met regelmatige tussenpozen draaien tot het water is afgepompt. Volg de onderstaande instructies om het water af te pompen: • Draai de programmakeuzeknop naar • Kies het programma POMPEN of CENTRIFUGEREN. • Verlaag de centrifugeersnelheid zo nodig. • Druk op toets 8 • Als het programma is afgelopen verschijnt op het display een knipperende . Het controlelampje C gaat uit. De deur kan nu geopend worden. Draai de programmakeuzeknop naar om het apparaat uit te schakelen. Verwijder het wasgoed uit de trommel en controleer goed of de trommel leeg is. Als u niet van plan bent om nog een was te draaien, sluit u de waterkraan. Laat de deur open staan om vorming van schimmel en onaangename luchtjes te voorkomen. 56 www.aeg.com DAGELIJKS GEBRUIK - DROGEN ALLEEN DROGEN De aanbevolen lading bedraagt 3 kg voor katoen en linnen en 2 kg voor synthetica. Het is ook mogelijk om tot 4 kg katoenen wasgoed te drogen (zie de tabel «Droogprogramma»). De waterkraan moet open staan en de afvoerslang moet in de gootsteen zijn geplaatst of op de afvoerpijp zijn aangesloten. 1. Plaats het wasgoed in de wasautomaat. 2. Selecteer voor optimale droogresultaten een centrifugeerfase op de maximaal toegestane centrifugeersnelheid voor het type wasgoed. 3. Selecteer het droogprogramma voor katoen of synthetica in de sector Drogen van de programmakeuzeknop. 4. Druk op toets 6 om de droogtijd in te stellen. Druk steeds opnieuw op deze toets totdat de door u gewenste droogtijd op het display verschijnt. Voor katoen selecteert u een droogtijd van 10 tot 250 minuten (4,10 uur). Voor synthetica selecteert u een droogtijd tussen 10 en 130 minuten (2,10 uur). Telkens als u deze toets indrukt, wordt de droogtijd met 5 minuten verlengd. Opmerking! De programmeertijd zal automatisch met enkele minuten verlengd worden. 5. Druk op toets 8 om het programma te starten. Na de start van het programma wordt de resterende tijd elke minuut bijgewerkt. Als u een droogfase van maar 10 minuten instelt met de toets voor de droogtijd, voert het apparaat alleen een afkoelfase uit. 6. Aan het einde van het droogprogramma klinken er enkele geluidssignalen. Er verschijnt een knipperende op het display. Het controlelampje B en C en het lampje van toets 8 gaan uit. Op dit punt begint er een anti-kreukfase die ongeveer 10 minuten duurt. Gedurende deze periode is het lampje C aan. De deur kan niet geopend worden. Als u de deur vóór of tijdens de anti-kreukfase toch wilt openen, of als u het programma wilt onderbreken, dan drukt u op een willekeurige toets of draait u de programmakeuzeknop naar een willekeurig programma (behalve O). Enkele minuten later kan de deur worden geopend. (Probeer in geen geval de deur te openen als deze vergrendeld is!) . 7. Draai de programmakeuzeknop naar stand O om het apparaat uit te schakelen. 8. Haal het wasgoed uit de trommel. Opmerking! Verschillende soorten katoenen stoffen (handdoeken, lakens, shirts enz.) of wasgoed dat tijdens het centrifugeren wordt opgerold, kunnen leiden tot gedeeltelijke droging. In het uitzonderlijke geval dat het wasgoed aan het einde van het programma nog een beetje nat is, raden we aan de opgerolde stukken open te vouwen, gelijkmatig in de trommel te verdelen en een extra droogfase van 20-30 minuten te selecteren. NON-STOP PROGRAMMA: WASSEN EN OP TIJD DROGEN De aanbevolen lading bedraagt 3 kg voor katoen en 2 kg voor synthetica. Het is ook mogelijk om tot 4 kg katoenen wasgoed te drogen (zie de tabel «Droogprogramma»). LET OP! Maak geen gebruik van een wasmiddeldoseerbol als u een was- en droogprogramma uitvoert. NEDERLANDS 1. 2. 3. 4. 5. Plaats het wasgoed in de wasautomaat. Voeg wasmiddel en wasverzachter toe. Schakel het apparaat in door de programmakeuzeknop in te stellen op het gekozen wasprogramma of de gekozen stof. Druk op de betreffende toetsen om de gewenste opties in te stellen. Stel zo mogelijk geen lagere centrifugeersnelheid in dan de snelheid die het apparaat heeft voorgesteld om een te lange droogtijd te voorkomen en zo energie te besparen. De laagste waarden die u in elk geval kunt selecteren is 900 tpm voor katoen en synthetica en 700 tpm voor fijne was. Het verlagen van de centrifugeersnelheid is alleen mogelijk als u drogen hebt gekozen. Druk op toets 6 om de droogtijd in te stellen. Als u een «non-stop droogprogramma» selecteert, gaan de controlelampjes A en B branden. De DROOGTIJD verschijnt een paar seconden op het display. Daarna verschijnt de volledige duur van de wasen droogfase weer. Als u door op toets 6 te drukken een wasprogramma instelt met een droogfase van 10 minuten, geeft het display de totale duur van het programma weer, inclusief de afwikkeling en afkoelfase. 6. Druk op de toets 8 om het programma te starten. Na de start van het programma wordt de resterende tijd elke minuut bijgewerkt. 7. Volg, aan het einde van het programma, de aanwijzingen van het vorige hoofdstuk. Draai de programmakeuzeknop naar stand O om het apparaat uit te schakelen. 8. Haal het wasgoed uit de trommel. PLUISJES IN DE KLEDING Tijdens de WAS- EN/OF DROOGFASE laten bepaalde soorten stoffen, zoals fleece, wol, sweaterstof, pluisjes vrij. Deze vrijgegeven pluisjes kunnen tijdens het volgende wasprogramma aan de stoffen blijven hangen. 57 Dit nadeel verergert bij technische stoffen. Om dit fenomeen te verhinderen, wordt het volgende aanbevolen: • Was geen donkere stoffen na het wassen en drogen van lichte stoffen (nieuwe fleece, wol en in het bijzonder sweaterstof) en vice versa. • Laat dit soort stoffen in de openlucht drogen wanneer ze voor het eerst zijn gewassen. • Maak het filter schoon. • Voer tussen het wassen en drogen van stoffen met verschillende kleuren één of meer spoelgangen uit om de trommel te reinigen. • Reinig de lege trommel, de pakking en de deur na de droogfase grondig met een natte doek. 58 www.aeg.com NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS WASGOED SORTEREN • Verdeel het wasgoed in: wit, bont, synthetisch, fijne was en wol. • Volg de wasinstructies die u op de waslabels van het wasgoed vindt. • Was witte en bonte artikelen niet samen. • Sommige bonte weefsels kunnen uitlopen als zij de eerste keer worden gewassen. We raden daarom aan om dit soort kleding de eerste keer dan ook apart te wassen. • Knoop kussenslopen dicht, sluit ritsen, haakjes en drukknopen. Maak riemen vast. • Maak alle zakken leeg en vouw alle artikelen open. • Draai meerlagige stoffen, wollen en kleding met geverfde opdrukken binnenstebuiten. • Verwijder hardnekkige vlekken. • Was delen met zware vervuiling met een speciaal wasmiddel. • Wees voorzichtig met de gordijnen. Verwijder de haken of stop de gordijnen in een zak of kussensloop. • Niet in de machine wassen: – Wasgoed zonder zomen of met scheuren – Beugelbeha's. – Gebruik een waszakje om kleine stuk wasgoed te wassen. • Een zeer kleine lading kan problemen veroorzaken bij de centrifugefase. Als dit gebeurt, kunt u de artikelen handmatig verdelen in de trommel en de centrifugefase opnieuw starten. HARDNEKKIGE VLEKKEN Voor sommige vlekken is water en wasmiddel niet voldoende. We raden u aan om deze vlekken te verwijderen voordat u deze artikelen in de machine stopt. Er zijn speciale vlekverwijderaars verkrijgbaar. Gebruik een speciale vlekverwijde- raar die geschikt is voor het type vlek en stof. WASMIDDELEN EN NABEHANDELINGSMIDDELEN • Gebruik alleen wasmiddelen en nabehandelingsproducten die bedoeld zijn voor gebruik in een wasautomaat. • Vermeng geen verschillende soorten wasmiddel met elkaar. • Gebruik niet meer dan de benodigde hoeveelheid wasmiddel om het milieu te beschermen. • Volg altijd de instructies die u vindt op de verpakking van deze producten. • Gebruik de juiste producten voor het type en de kleur stof, de programmatemperatuur en de mate van vervuiling. • Stel geen voorwasfase in als u vloeibare wasmiddelen gebruikt. • Als uw machine geen wasmiddellade heeft met klepje, voeg dan het vloeibare wasmiddel toe met een doseerbal. WATERHARDHEID Als de waterhardheid in uw gebied hoog of gemiddeld is, raden we u het gebruik van waterverzachter voor wasautomaten aan. In gebieden waar de waterhardheid zacht is, is het gebruik van een waterverzachter niet nodig. Neem contact op met de plaatselijke waterautoriteit voor de waterhardheid in uw gebied. Volg altijd de instructies die u vindt op de verpakking van de producten. Gelijkwaardige eenheden meten de waterhardheid: • Duitse graden (°dH). • Franse graden (°TH) • mmol/l (millimol per liter - een internationale eenheid voor de hardheid van water). • Clarke-graden. NEDERLANDS 59 Waterhardheidstabel Niveau Type Waterhardheid °dH °TH mmol/l Clarke 1 zacht 0-7 0-15 0-1.5 0-9 2 medium 8-14 16-25 1.6-2.5 10-16 3 hard 15-21 26-37 2.6-3.7 17-25 4 erg hard > 21 > 37 >3.7 >25 TIPS VOOR HET DROGEN • = Droogprogramma op lage temperatuur De droogfase voorbereiden • = Het artikel is niet geschikt voor de wasdroger • Draai de waterkraan open. • Controleer of de afvoerslang goed is aangesloten. Zie het hoofdstuk over de installatie voor meer informatie. • Raadpleeg voor informatie over de maximale wasgoedlading bij droogprogramma's de droogprogrammatabel. Voor het volgende wasgoed mag geen droogprogramma worden ingesteld: – Zeer fijne was – Synthetische gordijnen – Wol en zijde – Kledingstukken met metalen invoegstukken – Nylon stockings – Dekbedden – Bedspreien – Dekbedovertrekken – Anoraks – Slaapzakken – Stoffen met restjes haarspray, nagelremover of iets dergelijks – Kledingstukken met schuimrubber of met materialen die hierop lijken WASVOORSCHRIFTEN IN DE KLEDING Bij het drogen van uw wasgoed moet u zich houden aan de voorschriften van de fabrikant: • = Het artikel is geschikt voor de wasdroger • = Droogprogramma op hoge temperatuur DUUR VAN HET DROOGPROGRAMMA De droogtijd kan variëren afhankelijk van: • Snelheid van de laatste keer centrifugeren • Standaard droogtegraad • Soort wasgoed • Gewicht van de hoeveelheid wasgoed ALGEMENE TIPS Raadpleeg de tabel «Droogprogramma's» om de gemiddelde droogtijden op te zoeken. U zult uit ervaring merken wat de beste manier is om uw wasgoed goed droog te krijgen. Houd bij hoe lang uw droogprogramma's duren. Statische lading na het drogen voorkomen: • Gebruik wasverzachter tijdens de wasfase. • Gebruik speciale wasverzachter voor droogautomaten. Zorg dat u uw wasgoed aan het einde van het droogprogramma zo snel mogelijk uit het apparaat haalt. EXTRA DROGEN Als het wasgoed aan het einde van het droogprogramma nog steeds vochtig is, stelt u nogmaals een korte droogfase in. WAARSCHUWING! Om kreuken in stof of krimpen van kleding te voorkomen, moet u de was niet té droog maken. 60 www.aeg.com ONDERHOUD EN REINIGING WAARSCHUWING! Doe dit apart van het wassen van wasgoed. Haal de stekker uit het stopcontact voordat u het apparaat reinigt. BUITENKANT REINIGEN ONTKALKEN Het apparaat alleen schoonmaken met zeep en warm water. Maak alle oppervlakken volledig droog. Het water dat wij gebruiken, bevat kalk. Als het nodig is dient u waterverzachter te gebruiken om deze kalk te verwijderen. Gebruik een speciaal product voor wasautomaten. Volg altijd de instructies die u vindt op de verpakking van de producent. LET OP! Gebruik geen brandspiritus, oplosmiddelen of chemische producten. DEURRUBBER Controleer het deurrubber regelmatig en verwijder voorwerpen uit de binnenkant. TROMMEL Controleer de trommel regelmatig om kalk en roestdeeltjes te voorkomen. Gebruik alleen speciale producten om roestdeeltjes uit de trommel te verwijderen. Ga als volgt te werk: • Reinig de trommel met een speciaal product voor roestvrij staal. • Start een kort programma voor katoen op de maximale temperatuur met een kleine hoeveelheid wasmiddel. WASMIDDELDOSEERLADE De wasmiddeldoseerlade reinigen: 1. 2. 1 MAX 2 Druk op de hendel. Trek de doseerlade naar buiten. NEDERLANDS 3. 4. MAX 5. 6. A Verwijder het bovenste gedeelte van het vakje voor vloeibare nabehandelingsmiddelen. Maak alle onderdelen schoon met water. Maak de ruimte van de wasmiddeldoseerlade schoon met een borstel. Plaats de wasmiddeldoseerlade terug in de ruimte. WAARSCHUWING! Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u de pompafdekking losschroeft. AFVOERPOMP De pomp moet regelmatig worden gecontroleerd en in het bijzonder als: • de machine niet pompt en/of niet centrifugeert; • de machine tijdens het pompen een abnormaal geluid maakt als gevolg van veiligheidsspelden, munten, enz. die de pomp blokkeren; • een probleem met de waterafvoer wordt gedetecteerd (zie hoofdstuk "Probleemoplossing" voor meer informatie). 61 Ga hiervoor als volgt te werk: 1. Trek de stekker uit het stopcontact. 2. Wacht indien nodig tot het water is afgekoeld. 3. Plaats een opvangbak dichtbij de pomp om het vrijkomende water op te vangen. 4. Maak de noodafvoerslang los ( B), hang hem in de opvangbak en verwijder de stop ervan. B 62 www.aeg.com 5. Als er geen water meer naar buiten komt, schroef dan het deksel van de pomp los (A) door deze naar links te draaien en verwijder het filter. Gebruik indien nodig een tang. Houd altijd een oude doek bij de hand om het eventueel gemorste water te kunnen opvegen. Spoel het filter af onder een kraan om eventuele resten waspoeder te verwijderen. 6. Verwijder vreemde materialen en waspoeder van het filter en het schoepenrad. 7. Controleer nauwkeurig of het schoepenrad draait (het draait schokkering). Als het niet draait dient u contact op te nemen met de klantenservice. 8. Plaats de dop terug op de noodafvoerslang en zet de slang terug op zijn plaats. Vervang het filter in de pomp door het op de juiste wijze in de speciale geleiders te plaatsen. Schroef de pompklep stevig vast door het naar rechts te draaien. 9. WAARSCHUWING! Als het apparaat in werking is en afhankelijk van het gekozen programma kan er heet water in de pomp aanwezig zijn. Verwijder het pompdeksel nooit tijdens een wascyclus, wacht altijd tot de machine de cyclus heeft afgemaakt en u het wasgoed uit de trommel heeft gehaald. Wanneer u het deksel weer vastschroeft, dient u goed te controleren of het stevig is vastgezet om lekkages te voorkomen en te voorkomen dat jonge kinderen het kunnen verwijderen. HET FILTER VAN DE TOEVOERSLANG EN HET KLEPFILTER Het kan nodig zijn filters te reinigen als: • Het apparaat niet met water wordt gevuld. • De machine langdurig water vult. • Het lampje van toets 8 knippert en de display het bijbehorende alarm weergeeft. Raadpleeg 'Probleemoplossing'. WAARSCHUWING! Trek de stekker uit het stopcontact. NEDERLANDS 63 De watertoevoerfilters schoonmaken: 1. 2. Draai de waterkraan dicht. Verwijder de watertoevoerslang van de kraan. 3. Reinig het filter in de toevoerslang met een harde borstel. 4. 5. 6. 7. 20° Verwijder de toevoerslang achter de machine. Reinig het filter in de klep met een harde borstel of een handdoek. Installeer de watertoevoerslang opnieuw. Zorg ervoor dat de koppelingen stevig vast zitten om lekkage te voorkomen. Draai de waterkraan open. 45° APPARAAT LEGEN IN GEVAL VAN NOOD Ga, als het water niet wordt afgevoerd, als volgt te werk om het apparaat leeg te laten lopen: 1. Trek de stekker uit het stopcontact. 2. Draai de waterkraan dicht. 3. Wacht zo nodig totdat het water is afgekoeld. 4. Plaats een opvangbak op de grond. 5. Plaats het uiteinde van de noodafvoerslang in de bak. 6. Trek de stop eruit. Het water zou door de zwaartekracht in de opvangbak moeten lopen. Plaats als de opvangbak vol is, de stop terug op de slang. Maak de opvangbak leeg. Herhaal deze procedure totdat er geen water meer uit de slang komt. 7. Reinig de pomp zo nodig, volgens bovenstaande beschrijving. 8. Plaats de stop terug op de noodafvoerslang en breng de slang weer op zijn plaats aan. 9. Schroef de pomp weer vast. VOORZORGSMAATREGELEN BIJ VORST Als het apparaat op een plaats staat waar de temperatuur tot beneden het vriespunt kan dalen, gaat u als volgt te werk: 1. Draai de waterkraan dicht. 2. Schroef de watertoevoerslang los van de kraan. 3. Plaats het uiteinde van de noodafvoerslang en van de toevoerslang in een op de vloer geplaatste opvangbak. Laat het water weglopen. 4. Schroef de watertoevoerslang weer op de kraan. 5. Plaats de dop weer terug op de noodafvoerslang. 6. Plaats de noodafvoerslang weer op zijn plek. Hierdoor wordt evt. in de wasautomaat achtergebleven water verwijderd en wordt de vorming van ijs en daardoor beschadiging van het apparaat voorkomen. 64 www.aeg.com Als u de wasautomaat weer wilt gebruiken, controleert u of de omgevingstemperatuur boven de 0°C ligt. NEDERLANDS 65 PROBLEEMOPLOSSING Bepaalde problemen zijn het gevolg van een gebrek aan eenvoudig onderhoud of onoplettendheid. Dit soort problemen kunnen gemakkelijk zonder de hulp van een monteur worden opgelost. Controleer voordat u contact opneemt met onze serviceafdeling eerst de onderstaande checklist. Tijdens de werking van het apparaat kan het gele controlelampje van toets 8 gaan knipperen, verschijnt een van de volgende alarmcodes op het display en klinken er tegelijkertijd om de 20 seconden enkele geluidssignalen waarmee wordt aangegeven dat het apparaat niet werkt: • : probleem met de watertoevoer • : probleem met de waterafvoer • : deur open • : anti-overloopsysteem geactiveerd Druk, nadat het probleem is verholpen, op toets 8 om het programma opnieuw te starten. Als het probleem zich na alle controles nog steeds voordoet, neemt u contact op met onze serviceafdeling. Storing Mogelijke oorzaak/oplossing De wasautomaat start niet: De deur is niet goed gesloten. • Doe de deur stevig dicht. De stekker zit niet goed in het stopcontact. • Steek de stekker in het stopcontact. Er staat geen spanning op het stopcontact. • Controleer de elektrische installatie in uw woning. De hoofdzekering is doorgebrand. • Vervang de zekering. De programmaknop is niet goed ingesteld en er is niet op toets 8 gedrukt. • Draai de programmaknop en druk nogmaals op toets 8. De uitgestelde start is gekozen. • Als het wasgoed meteen gewassen moet worden, annuleer dan de uitgestelde start. Het kinderslot is geactiveerd. • Schakel deze functie uit. De machine wordt niet met water gevuld: De waterkraan is gesloten. • Draai de waterkraan open. De toevoerslang is bekneld of geknikt. • Controleer de aansluiting van de watertoevoerslang. Het filter in de toevoerslang of het inlaatklepfilter is verstopt. • Reinig de watertoevoerfilters. (Zie 'Wateraanvoerfilters reinigen' voor meer informatie) De deur is niet goed gesloten. • Doe de deur stevig dicht. Er stroomt water in de machine en dat loopt meteen weer weg: Het uiteinde van de afvoerslang is te laag. • Zie de betreffende paragraaf in het hoofdstuk 'Waterafvoer'. 66 www.aeg.com Storing Mogelijke oorzaak/oplossing De machine pompt het water niet weg en/of centrifugeert niet: De afvoerslang is bekneld of geknikt. • Controleer de aansluiting van de afvoerslang. Het afvoerfilter is verstopt. • Maak het afvoerfilter schoon. Er is een optie of programma gekozen waarbij het water in de trommel niet wordt weggepompt of een programma dat alle spoelfasen annuleert. • Kies programma POMPEN of CENTRIFUGEREN. Het wasgoed is niet gelijkmatig in de trommel verdeeld. • Verdeel het wasgoed opnieuw. Er ligt water op de vloer: Er is te veel of een verkeerd wasmiddel gebruikt (te veel schuimvorming). • Verminder de hoeveelheid wasmiddel of gebruik een ander middel. Controleer of een van de koppelingen van de toevoerslang lekkage vertoont. Dit is niet altijd gemakkelijk te zien, omdat het water langs de slang naar beneden loopt; controleer of de slang vochtig is. • Controleer de aansluiting van de watertoevoerslang. De watertoevoerslang is beschadigd. • Vervang deze door een nieuwe. De dop op de noodafvoerslang is na het schoonmaken niet teruggeplaatst of het filter is niet goed vastgeschroefd. • Zet de dop terug op de noodafvoerslang en draai het filter volledig aan. Onbevredigende wasresultaten: Er is te weinig of een verkeerd wasmiddel gebruikt. • Gebruik meer wasmiddel of gebruik een ander middel. Hardnekkige vlekken zijn niet voor aanvang van het wassen behandeld. • Gebruik normaal in de handel verkrijgbare producten om hardnekkige vlekken te behandelen. De juiste temperatuur is niet gekozen. • Controleer of u de juiste temperatuur hebt gekozen. Te veel wasgoed in de trommel. • Verminder het wasgoed in de trommel. De deur gaat niet open: Het programma loopt nog. • Wacht tot het wasprogramma is afgelopen. De deur is niet ontgrendeld. • Wacht tot het controlelampje DEUR uit gaat. Er staat water in de trommel. • Kies het programma pompen of centrifugeren om het water af te voeren. NEDERLANDS 67 Storing Mogelijke oorzaak/oplossing De machine staat te schudden of maakt lawaai: De transportbouten en het verpakkingsmateriaal zijn niet verwijderd. • Controleer of de machine correct geïnstalleerd is. De steunvoetjes zijn niet afgesteld. • Controleer of de machine goed waterpas staat. Het wasgoed is niet gelijkmatig in de trommel verdeeld. • Verdeel het wasgoed opnieuw. Mogelijk bevat de trommel te weinig wasgoed. • Plaats meer wasgoed in de trommel. Centrifugeren begint traag of de machine centrifugeert niet: De elektronische voorziening voor onbalansdetectie is ingeschakeld omdat het wasgoed niet gelijkmatig in de trommel is verdeeld. Het wasgoed wordt opnieuw verdeeld doordat de machine de trommel in tegenovergestelde richting ronddraait. Dit kan verschillende keren nodig zijn voordat de verkeerde balans verdwijnt en het normale centrifugeren kan worden hervat. Als na enkele minuten het wasgoed nog steeds niet gelijkmatig in de trommel is verdeeld, zal de machine niet centrifugeren. • Misschien zit er te weinig wasgoed in de trommel, voeg wat wasgoed toe, verdeel de lading met de hand en kies dan het programma centrifugeren. De droogtijd is niet gekozen. • Selecteer de droogtijd. De waterkraan is dicht. • Draai de waterkraan open. Het afvoerfilter is verstopt. De machine droogt niet • Maak het afvoerfilter schoon. of droogt niet goed: Er zit te veel wasgoed in de machine. • Verminder het wasgoed in de trommel. De gekozen droogtijd of droogtegraad was niet geschikt voor het wasgoed. • Kies de geschikte droogtijd of droogtegraad voor het wasgoed. De machine maakt een ongebruikelijk geluid: De machine is uitgerust met een type motor die vergeleken met andere traditionele motoren een vreemd geluid maakt. Deze nieuwe motor zorgt voor een soepelere start en een betere verdeling van het wasgoed in de trommel tijdens het centrifugeren en voor een betere stabiliteit van de machine. Er is geen water zichtbaar in de trommel: Machines die gebaseerd zijn op moderne technologie werken erg zuinig en verbruiken weinig water zonder dat dit ten koste gaat van de prestatie van de machine. 68 www.aeg.com Storing Mogelijke oorzaak/oplossing Op het display verschijnt de alarmcode : Anti-overloopsysteem geactiveerd. • Trek de stekker uit het stopcontact, draai de waterkraan dicht en neem contact op met onze serviceafdeling. Het wasgoed zit vol met pluisjes van verschillende kleuren: De stof gewassen in de vorige cyclus heeft pluisjes met een andere kleur afgegeven. • De droogfase helpt een deel van deze pluisjes te verwijderen. • Reinig de kleding met een pluisjesverwijderaar. In geval van een overmatige hoeveelheid pluisjes in de trommel, herhaal volgende procedure twee maal: • Reinig de lege trommel, de pakking en de deur grondig met een natte doek. • Voer een spoelcyclus uit. • Plaats een wollen of fluwelen doek in de trommel. • Voer een droogcyclus van 10 minuten uit. • Verwijder het oude wollen doek. Nu kunt u andere kledingstukken wassen. NEDERLANDS 69 MONTAGE UITPAKKEN 1. Gebruik de handschoenen. De externe folie eraf trekken. Gebruik zo nodig een mes. 2. 3. Verwijder de kartonnen deksel. Verwijder de piepschuim verpakkingsmaterialen. 4. De interne folie eraf trekken. 5. Open de deur. Verwijder het piepschuim blok van de deur en alle andere onderdelen uit de trommel. 70 www.aeg.com 6. Plaats het piepschuim verpakkingsmateriaal op de vloer achter het apparaat. Plaats het apparaat met de achterzijde voorzichtig op het kartonnen deksel. Zorg dat u de slangen niet beschadigt. 7. Verwijder de piepschuim bescherming van de onderkant. Zet het apparaat weer rechtop. 8. 1 2 9. Verwijder het aansluitsnoer en de afvoerslang van de slanghouders. 10. Draai de drie transportbouten los. Gebruik de bij het apparaat geleverde moersleutel. 11. Trek de bouten met de plastic tussenstukken eruit. NEDERLANDS 71 12. Doe de plastic dopjes in de gaatjes. U vindt deze doppen in de zak van de gebruikershandleiding. WAARSCHUWING! Verwijder alle transportbouten en verpakking voordat u het apparaat installeert. Wij raden u aan om alle transportbouten en verpakking te bewaren voor als u het apparaat gaat verplaatsen. PLAATSING EN WATERPAS ZETTEN • Installeer het apparaat op een vlakke harde vloer. • Zorg ervoor dat de luchtcirculatie rondom de wasautomaat niet wordt belemmerd door tapijt, vloerbedekking, enz. • Zet het apparaat zorgvuldig waterpas door de stelvoetjes in of uit te draaien. • Als het apparaat waterpas is gezet, draait u de sluitmoeren vast. • Het apparaat moet waterpas en stabiel staan. Leg nooit karton, hout of iets dergelijks onder het apparaat om oneffenheden van de vloer te compenseren. Voordat u het apparaat op kleine tegels plaatst, brengt u een rubbermat aan. De toevoer- en afvoerslang mogen niet geknikt zijn. Als het onvermijdelijk is om de wasautomaat naast een gasfornuis of kolenkachel te plaatsen, moet er een isolatieplaat bedekt met aluminiumfolie aan de kant van het fornuis of de kachel tussen beide apparaten geplaatst worden. LET OP! Het apparaat mag niet worden geïnstalleerd in ruimtes waar de temperatuur onder 0°C kan komen. 72 www.aeg.com DE TOEVOERSLANG • Sluit de slang aan op het apparaat. Draai de toevoerslang alleen naar links of rechts. Maak de ringmoer los om hem in de juiste stand te zetten. 20 O 45 O • Sluit de watertoevoerslang aan op een koudwaterkraan met 3/4-schroefdraad. LET OP! Zorg ervoor dat de koppelingen niet lekken. Gebruik geen verlengslang als de toevoerslang te kort is. Neem contact op met de klantenservice voor vervanging van de toevoerslang. Waterstop De watertoevoerslang is voorzien van een waterstop. Dit toestel voorkomt lekkage in de slang door natuurlijke slijtage. Het rode gedeelte in het venster «A» toont deze storing. Als dit gebeurt, draait u de kraan dicht en neemt u contact op met de klantenservice om de slang te laten vervangen. A WATERAFVOER Er zijn verschillende procedures om de afvoerslang aan te sluiten: NEDERLANDS 73 Met de plastic slanggeleider. • Op de rand van een gootsteen. • Zorg dat de plastic geleider niet kan bewegen als het apparaat water afvoert. Bevestig de geleider op de waterkraan of wand. • Op een standpijp met ventilatieopening. Raadpleeg de illustratie. Rechtstreeks in een afvoerpijp op een hoogte van niet minder dan 60 cm en niet meer dan 100 cm. Het einde van de afvoerslang moet altijd geventileerd zijn, d.w.z. dat de binnendiameter van de afvoerpijp groter moet zijn dan de buitendiameter van de afvoerslang. Zonder de plastic slanggeleider. • Op een gootsteenafvoer. Raadpleeg de illustratie. Plaats de afvoerslang in de gootsteenafvoer en draai vast met een clip. Zorg dat de afvoerslang een bocht maakt om te voorkomen dat resterende deeltjes uit de gootsteen in het apparaat komen. • Direct op een ingebouwde afvoerpomp in de kamerwand en zet vast met een klem. 74 www.aeg.com U kunt de afvoerslang maximaal 400 cm verlengen. Neem contact op met de klantenservice voor de andere afvoerslang en het verlengstuk. NEDERLANDS 75 INBOUWEN OVERZICHT • Dit apparaat is ontworpen om in een keuken ingebouwd te kunnen worden. De uitsparingen moeten de afmetingen hebben die in afbeelding 1 worden weergegeven. 600 mm min. 596 mm 560 mm 555 mm min. 820 mm 818 mm 75 mm 60 mm 100 mm 170 mm Afb. 1 Voorbereiding en montage van de deur • Het apparaat is in de fabriek voorbereid voor een montage van een deur die van rechts naar links opent (afbeelding 2). Afb. 2 16-22 mm X Ø 35 mm 416 mm 22±1,5 mm 14 mm 595-598 mm Afb. 3 • Deur De deur moet de volgende afmetingen hebben: – Breedte 595-598 mm – Dikte 16-22 mm – De hoogte X is afhankelijk van de afmetingen van de aansluitende kastjes (afbeelding 3). 76 www.aeg.com 1 2 • Scharnieren Om de scharnieren te monteren, boort u twee gaten (diameter 35 mm, diepte 12,5-14 mm afhankelijk van de diepte van de kastdeur) aan de binnenkant van de deur. De afstand tussen de middelpunten van de gaten moet 416 mm bedragen De afstand van de bovenrand van de deur naar het midden van de gaten hangt af van de afmetingen van de aansluitende kastjes. De scharnieren worden aan de deur bevestigd door middel van twee houtschroeven 1 en 2 (afbeelding 4), die met het apparaat zijn meegeleverd. Afb. 4 • De deur monteren Bevestig de scharnieren door middel van de M5x15-schroeven. De scharnieren kunnen zodanig worden afgesteld dat ze eventuele oneffenheden in de dikte van de deur compenseren. Om de deur perfect te laten aansluiten op de andere kastjes, moet u de schroef losdraaien, de deur afstellen en de schroef A weer aandraaien (afbeelding 5). A B Schroef B (afbeelding 5) mag niet worden verwijderd. Afb. 5 A B C • Tegenmagneet Het apparaat is in de fabriek zo ingesteld dat de deur magnetisch sluit. Om de juiste werking van dit apparaat mogelijk te maken, moet u de tegenmagneet A (stalen schijf + rubberen ring) aan de binnenkant van de deur schroeven. De positie ervan moet overeenkomen met de magneet B op het apparaat (afbeelding 6). U mag schroef C niet verwijderen. Afb. 6 NEDERLANDS D A Als de deur van links naar rechts geopend moet worden, draait u de stand van de platen E , de magneet D en de plaat C om. Monteer de tegenmagneet D en de scharnieren A zoals hierboven beschreven (afbeelding 7). LET OP! U mag schroef B niet verwijderen. C E B Afb. 7 77
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80

AEG L61470WDBI Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor

in andere talen