Bosch GLL 3-50 de handleiding

Categorie
Afstandsmeters
Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

46 | Nederlands
1 618 C00 99J | (10.10.13) Bosch Power Tools
Batterie ricaricabili/Batterie:
Non gettare le batterie ricaricabili/batterie tra i rifiuti domestici,
nel fuoco o nell’acqua. Le batterie ricaricabili/batterie, possibil-
mente scariche, devono essere raccolte, riciclate oppure smal-
tite rispettando rigorosamente la protezione dell’ambiente.
Per le batterie ricaricabili/le batterie non funzionanti rivol-
gersi al Consorzio:
Italia
Ecoelit
Viale Misurata 32
20146 Milano
Tel.: +39 02 / 4 23 68 63
Fax: +39 02 / 48 95 18 93
Svizzera
Batrec AG
3752 Wimmis BE
Con ogni riserva di modifiche tecniche.
Nederlands
Veiligheidsvoorschriften
Alle aanwijzingen moeten worden gelezen
en in acht worden genomen om zonder ge-
varen en veilig met het meetgereedschap te
werken. Maak waarschuwingsplaatjes op
het meetgereedschap nooit onleesbaar.
BEWAAR DEZE VOORSCHRIFTEN GOED.
Voorzichtig – wanneer andere dan de hier vermelde be-
dienings- en instelvoorzieningen worden gebruikt of
andere procedures worden uitgevoerd, kan dit tot ge-
vaarlijke stralingsblootstelling leiden.
Het meetgereedschap wordt geleverd met een waar-
schuwingsplaatje in het Engels (in de weergave van het
meetgereedschap op de pagina met afbeeldingen aan-
geduid met nummer 12).
Plak over het Engelse waarschuwingsplaatje de mee-
geleverde sticker in uw eigen taal voordat u het ge-
reedschap voor het eerst gebruikt.
Richt de laserstraal niet op personen of
dieren en kijk niet zelf in de laserstraal.
Dit meetgereedschap brengt laserstraling
van laserklasse 2 volgens IEC 60825-1
voort. Daardoor kunt u personen verblin-
den.
Gebruik de laserbril niet als veiligheidsbril. De laserbril
dient voor het beter herkennen van de laserstraal, maar
biedt geen bescherming tegen de laserstralen.
Gebruik de laserbril niet als zonnebril en niet in het ver-
keer. De laserbril biedt geen volledige bescherming tegen
ultravioletstralen en vermindert de waarneming van kleuren.
Laat het meetgereedschap repareren door gekwalifi-
ceerd, vakkundig personeel en alleen met originele
vervangingsonderdelen. Daarmee wordt gewaarborgd
dat de veiligheid van het meetgereedschap in stand blijft.
Laat kinderen het lasermeetgereedschap niet zonder
toezicht gebruiken. Anders kunnen personen worden
verblind.
Werk met het meetgereedschap niet in een omgeving
met explosiegevaar waarin zich brandbare vloeistof-
fen, brandbare gassen of brandbaar stof bevinden. In
het meetgereedschap kunnen vonken ontstaan die het stof
of de dampen tot ontsteking brengen.
Laserdoelpaneel
Breng het laserdoelpaneel 21 niet in de
buurt van een pacemaker. De magneten
van het laserdoelpaneel brengen een veld
voort dat de functie van een pacemaker na-
delig kan beïnvloeden.
Houd het laserdoelpaneel 21 uit de buurt van magneti-
sche gegevensdragers en magnetisch gevoelige appa-
ratuur. Door de werking van de magneten van het laser-
doelpaneel kan onherroepelijk gegevensverlies optreden.
Product- en vermogensbeschrijving
Vouw de uitvouwbare pagina met de afbeelding van het meet-
gereedschap open en laat deze pagina opengevouwen terwijl
u de gebruiksaanwijzing leest.
Gebruik volgens bestemming
Het meetgereedschap is bestemd voor het bepalen en contro-
leren van horizontale en verticale lijnen.
Technische gegevens
Lijnlaser GLL 3-50
Productnummer
3 601 K63 8..
Werkbereik
1)
–standaard
met laserontvanger
m
m
10
5–50
Nivelleernauwkeurigheid
mm/m ±0,3
Werkbereik loodpunt
m5
Nauwkeurigheid loodpunt
mm/m ±0,6
Zelfnivelleerbereik kenmer-
kend
°±4
Nivelleertijd kenmerkend
s< 4
1) De reikwijdte kan afnemen door ongunstige omgevingsomstandighe-
den (zoals fel zonlicht).
* stof- en spatwaterbeschermd
Let op het zaaknummer op het typeplaatje van het meetgereedschap.
De handelsbenamingen van afzonderlijke meetgereedschappen kunnen
afwijken.
Het serienummer 13 op het typeplaatje dient voor de eenduidige iden-
tificatie van uw meetgereedschap.
OBJ_BUCH-1973-002.book Page 46 Thursday, October 10, 2013 4:45 PM
Nederlands | 47
Bosch Power Tools 1 618 C00 99J | (10.10.13)
Afgebeelde componenten
De componenten zijn genummerd zoals op de afbeelding van
het meetgereedschap op de pagina met afbeeldingen.
1 Opening voor laserstraal
2 Weergave pulsfunctie
3 Toets pulsfunctie
4 Functietoets
5 Batterij-indicatie
6 Statiefopname 1/4"
7 Batterijvak
8 Deksel van batterijvak
9 Markering poling
10 Vergrendeling van het batterijvakdeksel
11 Statiefopname 5/8"
12 Laser-waarschuwingsplaatje
13 Serienummer
14 Aan/uit-schakelaar
15 Geleidingsgroef
16 Geleidingsrail
17 Vastzetschroef voor uittrekbare voet
18 Draaiwiel
19 Draaiplatform
20 Magneten
21 Laserdoelpaneel
22 Bouwstatief BS 150*
23 Laserbril*
24 Universele houder BM 1*
25 Telescoopstang BT 350*
26 Meetplaat met voet*
27 Laserontvanger*
28 Houder*
29 Opbergkoffer*
* Niet elk afgebeeld en beschreven toebehoren wordt standaard
meegeleverd.
Montage
Batterijen inzetten of vervangen
Voor het gebruik van het meetgereedschap worden alkali-
mangaanbatterijen geadviseerd.
Als u het batterijvakdeksel 8 wilt openen, trekt u aan de ver-
grendeling 10 en klapt u het batterijvakdeksel open. Plaats de
batterijen. Let daarbij op de juiste poolaansluitingen overeen-
komstig de afbeelding buiten op het batterijvak.
Als de batterij-indicatie 5 rood knippert, moet u de batterijen
vervangen.
Vervang altijd alle batterijen tegelijkertijd. Gebruik alleen bat-
terijen van één fabrikant en met dezelfde capaciteit.
Neem de batterijen uit het meetgereedschap als u het
langdurig niet gebruikt. Als de batterijen lang worden be-
waard, kunnen deze gaan roesten en leegraken.
Gebruiken van het draaiplatform
Plaats het meetgereedschap met de
geleidingsgroef 15 tegen de gelei-
dingsrail 16 van het draaiplatform
19 en schuif het meetgereedschap
tot aan de aanslag op het platform.
Om los te maken, trekt u het meetge-
reedschap in de omgekeerde rich-
ting van het draaiplatform.
Telescoopbenen uittrekken
Draai de vastzetschroef 17
voor de uittrekbare voet los.
Trek de voet eruit. Vergren-
del de voet door het vast-
draaien van de vastzet-
schroef 17. Herhaal de
bewerking voor de beide an-
dere voeten.
Bedrijfstemperatuur
°C 10... +40
Bewaartemperatuur
°C 20 ... +70
Relatieve luchtvochtigheid
max.
%90
Laserklasse
2
Lasertype
nm
mW
635
< 1
C
6
1
kortste impulsduur
s1/1600
Statiefopname
"
"
1/4
5/8
Batterijen
4x1,5VLR6(AA)
Bedrijfsduur min.
h6
Automatische uitschakeling
na ca.
min 30
Gewicht volgens
EPTA-Procedure 01/2003
kg 0,9
Afmetingen
zonder draaiplatform
met draaiplatform
mm
mm
146 x 83 x 117
Ø 201 x 197
Beschermingsklasse
IP 54*
Lijnlaser GLL 3-50
1) De reikwijdte kan afnemen door ongunstige omgevingsomstandighe-
den (zoals fel zonlicht).
* stof- en spatwaterbeschermd
Let op het zaaknummer op het typeplaatje van het meetgereedschap.
De handelsbenamingen van afzonderlijke meetgereedschappen kunnen
afwijken.
Het serienummer 13 op het typeplaatje dient voor de eenduidige iden-
tificatie van uw meetgereedschap.
OBJ_BUCH-1973-002.book Page 47 Thursday, October 10, 2013 4:45 PM
48 | Nederlands
1 618 C00 99J | (10.10.13) Bosch Power Tools
Gebruik
Ingebruikneming
Bescherm het meetgereedschap tegen vocht en fel
zonlicht.
Stel het meetgereedschap niet bloot aan extreme tem-
peraturen of temperatuurschommelingen. Laat het bij-
voorbeeld niet lange tijd in de auto liggen. Laat het meetge-
reedschap bij grote temperatuurschommelingen eerst op
de juiste temperatuur komen voordat u het in gebruik
neemt. Bij extreme temperaturen of temperatuurschom-
melingen kan de nauwkeurigheid van het meetgereed-
schap nadelig worden beïnvloed.
Voorkom heftige schokken of vallen van het meetge-
reedschap. Na sterke externe inwerkingen op het meetge-
reedschap dient u, voordat u de werkzaamheden voortzet,
altijd een nauwkeurigheidscontrole uit te voeren (zie „Wa-
terpasnauwkeurigheid”).
Schakel het meetgereedschap uit wanneer u het ver-
plaatst of vervoert. Bij het uitschakelen wordt de pende-
leenheid vergrendeld. Anders kan deze bij heftige bewe-
gingen beschadigd raken.
In- en uitschakelen
Als u het meetgereedschap wilt inschakelen duwt u de
aan/uit-schakelaar 14 in de stand „on (voor werkzaamhe-
den zonder automatisch waterpassen) of in de stand „on
(voor werkzaamheden met automatisch waterpassen). On-
middellijk na het inschakelen zendt het meetgereedschap la-
serlijnen uit de laserstraalopeningen 1.
Richt de laserstraal niet op personen of dieren en kijk
zelf niet in de laserstraal, ook niet vanaf een grote af-
stand.
Als u het meetgereedschap wilt uitschakelen, duwt u de
aan/uit-schakelaar 14 in de stand „off”. Als u het meetge-
reedschap uitschakelt, wordt de pendeleenheid vergrendeld.
Bij het overschrijden van de maximaal toegestane bedrijfs-
temperatuur van 40 °C vindt uitschakeling plaats om de laser-
diode te beschermen. Na het afkoelen is het meetgereed-
schap weer gereed voor gebruik en kan het opnieuw worden
ingeschakeld.
Automatische uitschakeling deactiveren
Het apparaat wordt automatisch uitgeschakeld na een be-
drijfsduur van 30 minuten. Als u de automatische uitschake-
ling wilt deactiveren, houdt u tijdens het inschakelen van het
meetgereedschap de functietoets 4 3seconden lang inge-
drukt. Als de automatische uitschakeling gedeactiveerd is,
knipperen de laserlijnen na 3 seconden kort.
Laat het ingeschakelde meetgereedschap niet onbe-
heerd achter en schakel het meetgereedschap na ge-
bruik uit. Andere personen kunnen door de laserstraal
verblind worden.
Als u de automatische uitschakeling wilt activeren, schakelt u
het meetgereedschap uit en weer in (zonder de functietoets 4
ingedrukt te houden).
Modi (zie afbeeldingen A D)
Het meetgereedschap beschikt over vier modi waartussen u
altijd kunt wisselen:
Horizontaal bedrijf (modus A): zorgt voor een horizontale
laserlijn
Kruislijnbedrijf (modus B): zorgt voor een horizontale en
een verticale laserlijn
Verticaal bedrijf (modus C): zorgt voor twee verticale,
orthogonale laserlijnen
Horizontaal bedrijf gecombineerd met verticaal bedrijf
(modus D): zorgt voor een horizontale en twee verticale
laserlijnen
In alle modi wordt op de bodem een loodpunt geprojecteerd.
Na het inschakelen bevindt het meetgereedshap zich in de
modus „D”. Om de modus te wisselen, drukt u op de modus-
toets 4.
De vier modi kunnen zowel met alsook zonder automatisch ni-
velleersysteem gekozen worden.
Bij kruislijnbedrijf en verticaal bedrijf kunnen met het draai-
wiel 18 de verticale lijnen exact op een meetobject uitgelijnd
worden.
Pulsfunctie
Voor werkzaamheden met de laserontvanger 27 moet – on-
afhankelijk van de gekozen functie – de pulsfunctie worden
geactiveerd.
In de pulsfunctie knipperen de laserlijnen met een zeer hoge
frequentie en kunnen daardoor door de laserontvanger 27
worden gevonden.
Als u de pulsfunctie wilt inschakelen, drukt u op de toets 3. Als
de pulsfunctie ingeschakeld is, brandt de indicatie 2 groen.
Voor het menselijke oog is de zichtbaarheid van de laserlijnen
verminderd wanneer de pulsfunctie ingeschakeld is. Voor
werkzaamheden zonder laserontvanger schakelt u daarom de
pulsfunctie uit door de toets 3 opnieuw in te drukken. Wan-
neer de pulsfunctie uitgeschakeld is, gaat de indicatie 2 uit.
Automatisch waterpassen
Werkzaamheden met automatisch nivelleren
Plaats het meetgereedschap op een rechte en stabiele
ondergrond of bevestig het op een in de handel verkrijgbaar
fotostatief.
Duw voor werkzaamheden met automatisch waterpassen de
aan/uit-schakelaar 14 in de stand „on.
Door het automatisch waterpassen worden oneffenheden
binnen het zelfwaterpasbereik van ±4° automatisch gecom-
penseerd. Zodra de laserlijnen niet meer knipperen, is het
meetgereedschap waterpas.
Als automatisch waterpassen niet mogelijk is, bijvoorbeeld
omdat het oppervlak waarop het meetgereedschap staat
meer dan 4° van de waterpaslijn afwijkt, knipperen de laser-
lijnen. Stel in dit geval het meetgereedschap horizontaal op
en wacht het zelfwaterpassen af.
Bij trillingen of veranderingen van plaats tijdens het gebruik
wordt het meetgereedschap automatisch opnieuw genivel-
leerd. Controleer na opnieuw nivelleren de stand van de hori-
zontale en verticale laserlijn in relatie tot de referentiepunten
om fouten te voorkomen.
OBJ_BUCH-1973-002.book Page 48 Thursday, October 10, 2013 4:45 PM
Nederlands | 49
Bosch Power Tools 1 618 C00 99J | (10.10.13)
Werkzaamheden zonder automatisch waterpassen
Duw voor werkzaamheden zonder automatisch waterpassen
de aan/uit-schakelaar 14 in de stand „ on. Als automatisch
waterpassen uitgeschakeld is, knipperen de laserlijnen con-
tinu.
Als automatisch waterpassen uitgeschakeld is, kunt u het
meetgereedschap in uw hand houden of op een schuine
ondergrond plaatsen. In de snijlijnfunctie verlopen de twee
laserlijnen niet meer noodzakelijk loodrecht op elkaar.
Nivelleernauwkeurigheid
Nauwkeurigheidsinvloeden
De grootste invloed oefent de omgevingstemperatuur uit.
Vooral vanaf de grond naar boven toe verlopende tempera-
tuurverschillen kunnen de laserstraal afbuigen.
Omdat de temperatuurverschillen bij de grond het grootst
zijn, dient u het meetgereedschap vanaf een meettraject van
20 meter altijd op een statief te monteren. Plaats het meetge-
reedschap bovendien indien mogelijk in het midden van het
werkvlak.
Behalve externe invloeden, kunnen ook apparaatspecifieke
invloeden (zoals een val of een hevige schok) tot afwijkingen
leden. Controleer daarom altijd voor het begin van de werk-
zaamheden de nauwkeurigheid van het meetgereedschap.
Controleer altijd eerst de hoogte- en nivelleernauwkeurigheid
van de horizontale laserlijn en vervolgens de nivelleernauw-
keurigheid van de verticale laserlijn.
Als het meetgereedschap bij een van de controles de maxima-
le afwijking overschrijdt, dient u het door een Bosch-klanten-
service te laten repareren.
Hoogtenauwkeurigheid van de horizontale lijn
controleren
Voor de controle heeft u een vrij meettraject van 5 meter op
een vaste ondergrond tussen twee muren A en B nodig.
Monteer het meetgereedschap dicht bij muur A op een sta-
tief of plaats het op een vlakke en stabiele ondergrond.
Schakel het meetgereedschap in. Kies de snijlijnfunctie
met automatisch waterpassen.
Richt de laser op de nabijgelegen muur A en laat het meet-
gereedschap nivelleren. Markeer het midden van het punt
waarop de laserlijnen elkaar bij de muur snijden (punt I).
Draai het meetgereedschap 180°, laat het nivelleren en
markeer het snijpunt van de laserlijnen op de tegenoverlig-
gende muur B (punt II).
Plaats het meetgereedschap – zonder het te draaien
dicht bij muur B, schakel het in en laat het nivelleren.
Stel het meetgereedschap in hoogte zo af (met behulp van
het statief of indien nodig door er iets onder te plaatsen),
dat het snijpunt van de laserlijnen precies het eerder ge-
markeerde punt II op muur B raakt.
Draai het meetgereedschap 180°, zonder de hoogte te
veranderen. Richt het zo op muur A, dat de verticale laser-
lijn door het reeds gemarkeerde punt I loopt. Laat het
meetgereedschap nivelleren en markeer het midden van
het snijpunt van de laserlijnen op muur A (punt III).
Het verschil d tussen beide gemarkeerde punten I en III op
muur A levert de feitelijke hoogteafwijking van het meetge-
reedschap op.
De maximaal toegestane afwijking d
max
berekent u als volgt:
d
max
= dubbele afstand van de muren x 0,3 mm/m
Voorbeeld: Bij een afstand van de muren van 5 meter mag de
maximale afwijking
d
max
= 2 x 5 m x 0,3 mm/m = 3 mm bedragen. De markerin-
gen mogen daarom hoogstens 3 mm uit elkaar liggen.
A
B
5 m
A
B
180˚
A
B
d
180˚
A
B
OBJ_BUCH-1973-002.book Page 49 Thursday, October 10, 2013 4:45 PM
50 | Nederlands
1 618 C00 99J | (10.10.13) Bosch Power Tools
Nivelleernauwkeurigheid van de horizontale lijn
controleren
Voor de controle heeft u een vrij oppervlak van ca. 5x5meter
nodig.
Stel het meetgereedschap op een vlakke en stabiele onder-
grond in het midden tussen de muren A en B op. Laat het
meetgereedschap in de horizontale functie waterpassen.
Markeer op 2,5 meter afstand van het meetgereedschap
op beide muren het midden van de laserlijn (punt I op muur
A en punt II op muur B).
Stel het meetgereedschap 180° gedraaid op 5 meter af-
stand op en laat het nivelleren.
Stel het meetgereedschap in hoogte zo af (met behulp van
het statief of indien nodig door er iets onder te plaatsen),
dat het midden van de laserlijn precies het eerder gemar-
keerde punt II op muur B raakt.
Markeer op muur A het midden van de laserlijn als punt III
(verticaal boven of onder punt I).
Het verschil d tussen beide gemarkeerde punten I en III op
muur A levert de feitelijke afwijking van het meetgereed-
schap van de horizontale lijn op.
De maximaal toegestane afwijking d
max
berekent u als volgt:
d
max
= dubbele afstand van de muren x 0,3 mm/m
Voorbeeld: Bij een afstand van de muren van 5 meter mag de
maximale afwijking
d
max
=2x5mx0,3mm/m=3mm bedragen. De markerin-
gen mogen daarom hoogstens 3 mm uit elkaar liggen.
Nivelleernauwkeurigheid van de verticale lijn controleren
Voor de controle heeft u een deuropening nodig met (op een
stabiele ondergrond) aan beide zijden van de deur minstens
2,5 meter ruimte.
Zet het meetgereedschap op 2,5 meter afstand van de deur-
opening op een vlakke en stabiele ondergrond neer (niet op
een statief). Laat het meetgereedschap in de snijlijnfunctie
waterpassen en richt de laserlijnen op de deuropening.
Markeer het midden van de verticale laserlijn onderaan de
deuropening (punt I), op 5 meter afstand aan de andere
kant van de deuropening (punt II) en bovenaan de deur-
opening (punt III).
Plaats het meetgereedschap aan de andere zijde van de
deuropening vlak achter punt II. Laat het meetgereed-
schap nivelleren en richt de verticale laserlijn zo, dat het
midden ervan precies door de punten I en II loopt.
–Het verschil d tussen het punt III en het midden van de laser-
lijn aan de bovenkant van de deuropening levert de feitelijke
afwijking van het meetgereedschap van de verticale lijn op.
Meet de hoogte van de deuropening.
De maximaal toegestane afwijking d
max
berekent u als volgt:
d
max
= dubbele hoogte van de deuropening
x0,3mm/m
Voorbeeld: Bij een hoogte van de deuropening van 2 meter
mag de maximale afwijking
d
max
= 2 x 2 m x 0,3 mm/m = 1,2 mm bedragen. De marke-
ringen mogen daarom hoogstens 1,2 mm uit elkaar liggen.
2,5 m
,0 m
5
A
B
d
2,5 m
A
B
2,5 m
2,5 m
2 m
d
OBJ_BUCH-1973-002.book Page 50 Thursday, October 10, 2013 4:45 PM
Nederlands | 51
Bosch Power Tools 1 618 C00 99J | (10.10.13)
Loodnauwkeurigheid controleren
Voor de controle heeft u een vrij meettraject op een vaste on-
dergrond met een afstand van ca. 5 m tussen vloer en plafond
nodig.
Monteer het meetgereedschap op het draaiplatform en
plaats het op de bodem.
Schakel het meetgereedschap in en laat het waterpassen.
Markeer het midden van het bovenste kruisingspunt aan
het plafond (punt I). Markeer bovendien het midden van
het onderste laserpunt op de bodem (punt II).
Draai het meetgereedschap 180°. Positioneer het zodanig
dat het midden van het onderste laserpunt op het reeds
gemarkeerde punt II ligt. Laat het meetgereedschap nivel-
leren. Markeer het midden van het bovenste laserpunt
(punt III).
Het verschil d tussen beide gemarkeerde punten I en III op
het plafond levert de feitelijke afwijking van het meetge-
reedschap van de verticale lijn op.
Op het meettraject van 5 m bedraagt de maximaal toegestane
afwijking: 5mx±0,6mm/mx2=±6mm.
Het verschil d tussen de punten I en III mag als gevolg maxi-
maal 6 mm bedragen.
Tips voor de werkzaamheden
Gebruik altijd alleen het midden van de laserlijn voor
het markeren. De breedte van de laserlijn verandert met
de afstand.
Werkzaamheden met de meetplaat (toebehoren)
(zie afbeeldingen GH)
Met de meetplaat 26 kunt u de lasermarkering op de vloer
resp. de laserhoogte op een muur overbrengen.
Met het nulveld en de schaalverdeling kunt u de verplaatsing
ten opzichte van de gewenste hoogte meten en op een andere
plaats aantekenen. Daarmee vervalt het nauwkeurig instellen
van het meetgereedschap op de over te brengen hoogte.
De meetplaat 26 heeft een reflecterende laag die de zicht-
baarheid van de laserstraal op een grote afstand resp. bij fel
zonlicht verbetert. De helderheidsversterking is alleen zicht-
baar als u parallel aan de laserstraal op de meetplaat kijkt.
Werkzaamheden met het statief (toebehoren)
Een statief biedt een stabiele, in hoogte instelbare meeton-
dergrond. Zet het meetgereedschap met de 5/8"-statiefopna-
me 11 op de schroefdraad van het statief 22 of een in de han-
del verkrijgbaar bouwstatief. Voor de bevestiging op een in de
handel verkrijgbaar fotostatief gebruikt u de 1/4"-statiefop-
name 6. Schroef het meetgereedschap met de vastzetschroef
van het statief vast.
Werkzaamheden met laserontvanger (toebehoren)
(zie afbeelding E)
Bij ongunstige lichtomstandigheden (omgeving met veel licht,
rechtstreeks zonlicht) en op grote afstanden gebruikt u de la-
serontvanger 27 om de laserlijnen beter te kunnen vinden.
Schakel bij werkzaamheden met de laserontvanger de puls-
functie in (zie „Pulsfunctie”, pagina 48).
Laserbril (toebehoren)
De laserbril filtert het omgevingslicht uit. Daardoor lijkt het ro-
de licht van de laser voor het oog helderder.
Gebruik de laserbril niet als veiligheidsbril. De laserbril
dient voor het beter herkennen van de laserstraal, maar
biedt geen bescherming tegen de laserstralen.
Gebruik de laserbril niet als zonnebril en niet in het ver-
keer. De laserbril biedt geen volledige bescherming tegen
ultravioletstralen en vermindert de waarneming van kleuren.
Toepassingsvoorbeelden
Toepassingsvoorbeelden (zie afbeeldingen A F)
Voorbeelden van toepassingsmogelijkheden van het meet-
gereedschap vindt u op de pagina’s met afbeeldingen.
Onderhoud en service
Onderhoud en reiniging
Bewaar en transporteer het meetgereedschap alleen in de
meegeleverde opbergkoffer.
Houd het meetgereedschap altijd schoon.
Dompel het meetgereedschap niet in water of andere vloei-
stoffen.
Verwijder vuil met een vochtige, zachte doek. Gebruik geen
reinigings- of oplosmiddelen.
Reinig in het bijzonder de opening van de laser regelmatig en
let daarbij op pluizen.
Verzend in het geval van een reparatie het meetgereedschap
in de opbergkoffer.
Klantenservice en gebruiksadviezen
Onze klantenservice beantwoordt uw vragen over reparatie
en onderhoud van uw product en over vervangingsonderde-
len. Explosietekeningen en informatie over vervangingson-
derdelen vindt u ook op:
www.bosch-pt.com
5 m
180°
d
OBJ_BUCH-1973-002.book Page 51 Thursday, October 10, 2013 4:45 PM
52 | Dansk
1 618 C00 99J | (10.10.13) Bosch Power Tools
Het Bosch-team voor gebruiksadviezen helpt u graag bij vra-
gen over onze producten en toebehoren.
Vermeld bij vragen en bestellingen van vervangingsonderde-
len altijd het uit tien cijfers bestaande zaaknummer volgens
het typeplaatje van het meetgereedschap.
Nederland
Tel.: (076) 579 54 54
Fax: (076) 579 54 94
België
Tel.: (02) 588 0589
Fax: (02) 588 0595
Afvalverwijdering
Meetgereedschappen, toebehoren en verpakkingen dienen
op een voor het milieu verantwoorde manier te worden herge-
bruikt.
Gooi meetgereedschappen, accu’s en batterijen niet bij het
huisvuil.
Alleen voor landen van de EU:
Volgens de Europese richtlijn 2012/19/EU
moeten niet meer bruikbare meetgereed-
schappen en volgens de Europese richtlijn
2006/66/EG moeten defecte of lege accu’s
en batterijen apart worden ingezameld en
op een voor het milieu verantwoorde wijze
worden hergebruikt.
Accu’s en batterijen:
Gooi accu’s of batterijen niet bij het huisvuil en evenmin in het
vuur of het water. Accu’s en batterijen moeten, indien moge-
lijk leeg, worden ingezameld, gerecycled of op een voor het
milieu verantwoorde wijze worden afgevoerd.
Wijzigingen voorbehouden.
Dansk
Sikkerhedsinstrukser
Alle anvisninger skal læses og følges, for at
man kan arbejde fareløst og sikkert med
måleværktøjet. Advarselsskilte på måle-
værktøjet må aldrig gøres ukendelige.
DISSE ANVISNINGER BØR OPBEVARES TIL
SENERE BRUG.
Forsigtig – hvis der bruges betjenings- eller justerings-
udstyr eller hvis der udføres processer, der afviger fra
de her angivne, kan dette føre til alvorlig strålingseks-
position.
Måleværktøjet leveres med et advarselsskilt på en-
gelsk (på den grafiske illustration over måleværktøjet
har det nummer 12).
Klæb den medleverede etiket på dit sprog oven på det
engelske advarselsskilt, før måleværktøjet tages i brug
første gang.
Ret ikke laserstrålen mod personer eller
dyr og ret ikke blikket ind i laserstrålen.
Dette måleværktøj udsender laserstråler
fra laserklasse 2 iht. IEC 60825-1. Derved
kan du komme til at blænde personer.
Anvend ikke de specielle laserbriller som beskyttelses-
briller. Laserbrillerne anvendes til bedre at kunne se laser-
strålen, de beskytter dog ikke mod laserstråler.
Anvend ikke de specielle laserbriller som solbriller
eller i trafikken. Laserbrillerne beskytter ikke 100 % mod
ultraviolette (UV) stråler og reducerer ens evne til at regi-
strere og iagttage farver.
Sørg for, at måleværktøjet kun repareres af kvalifice-
rede fagfolk og at der kun benyttes originale reserve-
dele. Dermed sikres det, at måleværktøjet bliver ved med
at være sikkert.
Sørg for, at børn ikke kan komme i kontakt med laser-
måleværktøjet. Du kan utilsigtet komme til at blænde
personer.
Brug ikke måleværktøjet i eksplosionsfarlige omgivel-
ser, hvor der findes brændbare væsker, gasser eller
støv. I måleværktøjet kan der opstå gnister, der antænder
støv eller dampe.
Laser-måltavle
Kom ikke laser-måltavlen 21 i nærheden
af pacemakere. Magneterne på laser-mål-
tavlen danner et felt, som kan påvirke pace-
makernes funktion.
Hold laser-måltavlen 21 væk fra magnetiske databæ-
rere og magnetisk sarte maskiner. Virkningen af magne-
terne på laser-måltavlen kan føre til irreversibelt datatab.
Beskrivelse af produkt og ydelse
Klap venligst foldesiden med illustration af måleværktøjet ud
og lad denne side være foldet ud, mens du læser betjenings-
vejledningen.
Beregnet anvendelse
Måleværktøjet er beregnet til at beregne og kontrollere vand-
rette og lodrette linjer.
OBJ_BUCH-1973-002.book Page 52 Thursday, October 10, 2013 4:45 PM

Documenttranscriptie

OBJ_BUCH-1973-002.book Page 46 Thursday, October 10, 2013 4:45 PM 46 | Nederlands Batterie ricaricabili/Batterie: Non gettare le batterie ricaricabili/batterie tra i rifiuti domestici, nel fuoco o nell’acqua. Le batterie ricaricabili/batterie, possibilmente scariche, devono essere raccolte, riciclate oppure smaltite rispettando rigorosamente la protezione dell’ambiente. Per le batterie ricaricabili/le batterie non funzionanti rivolgersi al Consorzio: Italia Ecoelit Viale Misurata 32 20146 Milano Tel.: +39 02 / 4 23 68 63 Fax: +39 02 / 48 95 18 93 Svizzera Batrec AG 3752 Wimmis BE Con ogni riserva di modifiche tecniche. Nederlands Veiligheidsvoorschriften Alle aanwijzingen moeten worden gelezen en in acht worden genomen om zonder gevaren en veilig met het meetgereedschap te werken. Maak waarschuwingsplaatjes op het meetgereedschap nooit onleesbaar. BEWAAR DEZE VOORSCHRIFTEN GOED.  Voorzichtig – wanneer andere dan de hier vermelde bedienings- en instelvoorzieningen worden gebruikt of andere procedures worden uitgevoerd, kan dit tot gevaarlijke stralingsblootstelling leiden.  Het meetgereedschap wordt geleverd met een waarschuwingsplaatje in het Engels (in de weergave van het meetgereedschap op de pagina met afbeeldingen aangeduid met nummer 12).  Plak over het Engelse waarschuwingsplaatje de meegeleverde sticker in uw eigen taal voordat u het gereedschap voor het eerst gebruikt. Richt de laserstraal niet op personen of dieren en kijk niet zelf in de laserstraal. Dit meetgereedschap brengt laserstraling van laserklasse 2 volgens IEC 60825-1 voort. Daardoor kunt u personen verblinden.  Gebruik de laserbril niet als veiligheidsbril. De laserbril dient voor het beter herkennen van de laserstraal, maar biedt geen bescherming tegen de laserstralen. 1 618 C00 99J | (10.10.13)  Gebruik de laserbril niet als zonnebril en niet in het verkeer. De laserbril biedt geen volledige bescherming tegen ultravioletstralen en vermindert de waarneming van kleuren.  Laat het meetgereedschap repareren door gekwalificeerd, vakkundig personeel en alleen met originele vervangingsonderdelen. Daarmee wordt gewaarborgd dat de veiligheid van het meetgereedschap in stand blijft.  Laat kinderen het lasermeetgereedschap niet zonder toezicht gebruiken. Anders kunnen personen worden verblind.  Werk met het meetgereedschap niet in een omgeving met explosiegevaar waarin zich brandbare vloeistoffen, brandbare gassen of brandbaar stof bevinden. In het meetgereedschap kunnen vonken ontstaan die het stof of de dampen tot ontsteking brengen. Laserdoelpaneel Breng het laserdoelpaneel 21 niet in de buurt van een pacemaker. De magneten van het laserdoelpaneel brengen een veld voort dat de functie van een pacemaker nadelig kan beïnvloeden.  Houd het laserdoelpaneel 21 uit de buurt van magnetische gegevensdragers en magnetisch gevoelige apparatuur. Door de werking van de magneten van het laserdoelpaneel kan onherroepelijk gegevensverlies optreden. Product- en vermogensbeschrijving Vouw de uitvouwbare pagina met de afbeelding van het meetgereedschap open en laat deze pagina opengevouwen terwijl u de gebruiksaanwijzing leest. Gebruik volgens bestemming Het meetgereedschap is bestemd voor het bepalen en controleren van horizontale en verticale lijnen. Technische gegevens Lijnlaser Productnummer Werkbereik 1) – standaard – met laserontvanger Nivelleernauwkeurigheid Werkbereik loodpunt Nauwkeurigheid loodpunt Zelfnivelleerbereik kenmerkend Nivelleertijd kenmerkend GLL 3-50 3 601 K63 8.. m m mm/m m mm/m 10 5 –50 ±0,3 5 ±0,6 ° s ±4 <4 1) De reikwijdte kan afnemen door ongunstige omgevingsomstandigheden (zoals fel zonlicht). * stof- en spatwaterbeschermd Let op het zaaknummer op het typeplaatje van het meetgereedschap. De handelsbenamingen van afzonderlijke meetgereedschappen kunnen afwijken. Het serienummer 13 op het typeplaatje dient voor de eenduidige identificatie van uw meetgereedschap. Bosch Power Tools OBJ_BUCH-1973-002.book Page 47 Thursday, October 10, 2013 4:45 PM Nederlands | 47 Lijnlaser Bedrijfstemperatuur Bewaartemperatuur Relatieve luchtvochtigheid max. Laserklasse Lasertype C6 kortste impulsduur Statiefopname Batterijen Bedrijfsduur min. Automatische uitschakeling na ca. Gewicht volgens EPTA-Procedure 01/2003 Afmetingen – zonder draaiplatform – met draaiplatform Beschermingsklasse °C °C % GLL 3-50 –10... +40 –20 ... +70 h 90 2 635 <1 1 1/1600 1/4 5/8 4 x 1,5 V LR6 (AA) 6 min 30 kg 0,9 mm mm 146 x 83 x 117 Ø 201 x 197 IP 54* nm mW s " " Draaiwiel Draaiplatform Magneten Laserdoelpaneel Bouwstatief BS 150* Laserbril* Universele houder BM 1* Telescoopstang BT 350* Meetplaat met voet* Laserontvanger* Houder* Opbergkoffer* * Niet elk afgebeeld en beschreven toebehoren wordt standaard meegeleverd. Montage Batterijen inzetten of vervangen 1) De reikwijdte kan afnemen door ongunstige omgevingsomstandigheden (zoals fel zonlicht). * stof- en spatwaterbeschermd Let op het zaaknummer op het typeplaatje van het meetgereedschap. De handelsbenamingen van afzonderlijke meetgereedschappen kunnen afwijken. Het serienummer 13 op het typeplaatje dient voor de eenduidige identificatie van uw meetgereedschap. Afgebeelde componenten De componenten zijn genummerd zoals op de afbeelding van het meetgereedschap op de pagina met afbeeldingen. 1 Opening voor laserstraal 2 Weergave pulsfunctie 3 Toets pulsfunctie 4 Functietoets 5 Batterij-indicatie 6 Statiefopname 1/4" 7 Batterijvak 8 Deksel van batterijvak 9 Markering poling 10 Vergrendeling van het batterijvakdeksel 11 Statiefopname 5/8" 12 Laser-waarschuwingsplaatje 13 Serienummer 14 Aan/uit-schakelaar 15 Geleidingsgroef 16 Geleidingsrail 17 Vastzetschroef voor uittrekbare voet Bosch Power Tools 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 Voor het gebruik van het meetgereedschap worden alkalimangaanbatterijen geadviseerd. Als u het batterijvakdeksel 8 wilt openen, trekt u aan de vergrendeling 10 en klapt u het batterijvakdeksel open. Plaats de batterijen. Let daarbij op de juiste poolaansluitingen overeenkomstig de afbeelding buiten op het batterijvak. Als de batterij-indicatie 5 rood knippert, moet u de batterijen vervangen. Vervang altijd alle batterijen tegelijkertijd. Gebruik alleen batterijen van één fabrikant en met dezelfde capaciteit.  Neem de batterijen uit het meetgereedschap als u het langdurig niet gebruikt. Als de batterijen lang worden bewaard, kunnen deze gaan roesten en leegraken. Gebruiken van het draaiplatform Plaats het meetgereedschap met de geleidingsgroef 15 tegen de geleidingsrail 16 van het draaiplatform 19 en schuif het meetgereedschap tot aan de aanslag op het platform. Om los te maken, trekt u het meetgereedschap in de omgekeerde richting van het draaiplatform. Telescoopbenen uittrekken Draai de vastzetschroef 17 voor de uittrekbare voet los. Trek de voet eruit. Vergrendel de voet door het vastdraaien van de vastzetschroef 17. Herhaal de bewerking voor de beide andere voeten. 1 618 C00 99J | (10.10.13) OBJ_BUCH-1973-002.book Page 48 Thursday, October 10, 2013 4:45 PM 48 | Nederlands Gebruik Ingebruikneming  Bescherm het meetgereedschap tegen vocht en fel zonlicht.  Stel het meetgereedschap niet bloot aan extreme temperaturen of temperatuurschommelingen. Laat het bijvoorbeeld niet lange tijd in de auto liggen. Laat het meetgereedschap bij grote temperatuurschommelingen eerst op de juiste temperatuur komen voordat u het in gebruik neemt. Bij extreme temperaturen of temperatuurschommelingen kan de nauwkeurigheid van het meetgereedschap nadelig worden beïnvloed.  Voorkom heftige schokken of vallen van het meetgereedschap. Na sterke externe inwerkingen op het meetgereedschap dient u, voordat u de werkzaamheden voortzet, altijd een nauwkeurigheidscontrole uit te voeren (zie „Waterpasnauwkeurigheid”).  Schakel het meetgereedschap uit wanneer u het verplaatst of vervoert. Bij het uitschakelen wordt de pendeleenheid vergrendeld. Anders kan deze bij heftige bewegingen beschadigd raken. In- en uitschakelen Als u het meetgereedschap wilt inschakelen duwt u de aan/uit-schakelaar 14 in de stand „ on” (voor werkzaamheden zonder automatisch waterpassen) of in de stand „ on” (voor werkzaamheden met automatisch waterpassen). Onmiddellijk na het inschakelen zendt het meetgereedschap laserlijnen uit de laserstraalopeningen 1.  Richt de laserstraal niet op personen of dieren en kijk zelf niet in de laserstraal, ook niet vanaf een grote afstand. Als u het meetgereedschap wilt uitschakelen, duwt u de aan/uit-schakelaar 14 in de stand „off”. Als u het meetgereedschap uitschakelt, wordt de pendeleenheid vergrendeld. Bij het overschrijden van de maximaal toegestane bedrijfstemperatuur van 40 °C vindt uitschakeling plaats om de laserdiode te beschermen. Na het afkoelen is het meetgereedschap weer gereed voor gebruik en kan het opnieuw worden ingeschakeld. Automatische uitschakeling deactiveren Het apparaat wordt automatisch uitgeschakeld na een bedrijfsduur van 30 minuten. Als u de automatische uitschakeling wilt deactiveren, houdt u tijdens het inschakelen van het meetgereedschap de functietoets 4 3 seconden lang ingedrukt. Als de automatische uitschakeling gedeactiveerd is, knipperen de laserlijnen na 3 seconden kort.  Laat het ingeschakelde meetgereedschap niet onbeheerd achter en schakel het meetgereedschap na gebruik uit. Andere personen kunnen door de laserstraal verblind worden. Als u de automatische uitschakeling wilt activeren, schakelt u het meetgereedschap uit en weer in (zonder de functietoets 4 ingedrukt te houden). 1 618 C00 99J | (10.10.13) Modi (zie afbeeldingen A – D) Het meetgereedschap beschikt over vier modi waartussen u altijd kunt wisselen: – Horizontaal bedrijf (modus A): zorgt voor een horizontale laserlijn – Kruislijnbedrijf (modus B): zorgt voor een horizontale en een verticale laserlijn – Verticaal bedrijf (modus C): zorgt voor twee verticale, orthogonale laserlijnen – Horizontaal bedrijf gecombineerd met verticaal bedrijf (modus D): zorgt voor een horizontale en twee verticale laserlijnen In alle modi wordt op de bodem een loodpunt geprojecteerd. Na het inschakelen bevindt het meetgereedshap zich in de modus „D”. Om de modus te wisselen, drukt u op de modustoets 4. De vier modi kunnen zowel met alsook zonder automatisch nivelleersysteem gekozen worden. Bij kruislijnbedrijf en verticaal bedrijf kunnen met het draaiwiel 18 de verticale lijnen exact op een meetobject uitgelijnd worden. Pulsfunctie Voor werkzaamheden met de laserontvanger 27 moet – onafhankelijk van de gekozen functie – de pulsfunctie worden geactiveerd. In de pulsfunctie knipperen de laserlijnen met een zeer hoge frequentie en kunnen daardoor door de laserontvanger 27 worden gevonden. Als u de pulsfunctie wilt inschakelen, drukt u op de toets 3. Als de pulsfunctie ingeschakeld is, brandt de indicatie 2 groen. Voor het menselijke oog is de zichtbaarheid van de laserlijnen verminderd wanneer de pulsfunctie ingeschakeld is. Voor werkzaamheden zonder laserontvanger schakelt u daarom de pulsfunctie uit door de toets 3 opnieuw in te drukken. Wanneer de pulsfunctie uitgeschakeld is, gaat de indicatie 2 uit. Automatisch waterpassen Werkzaamheden met automatisch nivelleren Plaats het meetgereedschap op een rechte en stabiele ondergrond of bevestig het op een in de handel verkrijgbaar fotostatief. Duw voor werkzaamheden met automatisch waterpassen de aan/uit-schakelaar 14 in de stand „ on”. Door het automatisch waterpassen worden oneffenheden binnen het zelfwaterpasbereik van ±4° automatisch gecompenseerd. Zodra de laserlijnen niet meer knipperen, is het meetgereedschap waterpas. Als automatisch waterpassen niet mogelijk is, bijvoorbeeld omdat het oppervlak waarop het meetgereedschap staat meer dan 4° van de waterpaslijn afwijkt, knipperen de laserlijnen. Stel in dit geval het meetgereedschap horizontaal op en wacht het zelfwaterpassen af. Bij trillingen of veranderingen van plaats tijdens het gebruik wordt het meetgereedschap automatisch opnieuw genivelleerd. Controleer na opnieuw nivelleren de stand van de horizontale en verticale laserlijn in relatie tot de referentiepunten om fouten te voorkomen. Bosch Power Tools OBJ_BUCH-1973-002.book Page 49 Thursday, October 10, 2013 4:45 PM Nederlands | 49 Werkzaamheden zonder automatisch waterpassen Duw voor werkzaamheden zonder automatisch waterpassen de aan/uit-schakelaar 14 in de stand „ on”. Als automatisch waterpassen uitgeschakeld is, knipperen de laserlijnen continu. Als automatisch waterpassen uitgeschakeld is, kunt u het meetgereedschap in uw hand houden of op een schuine ondergrond plaatsen. In de snijlijnfunctie verlopen de twee laserlijnen niet meer noodzakelijk loodrecht op elkaar. A B 180˚ Nivelleernauwkeurigheid Nauwkeurigheidsinvloeden De grootste invloed oefent de omgevingstemperatuur uit. Vooral vanaf de grond naar boven toe verlopende temperatuurverschillen kunnen de laserstraal afbuigen. Omdat de temperatuurverschillen bij de grond het grootst zijn, dient u het meetgereedschap vanaf een meettraject van 20 meter altijd op een statief te monteren. Plaats het meetgereedschap bovendien indien mogelijk in het midden van het werkvlak. Behalve externe invloeden, kunnen ook apparaatspecifieke invloeden (zoals een val of een hevige schok) tot afwijkingen leden. Controleer daarom altijd voor het begin van de werkzaamheden de nauwkeurigheid van het meetgereedschap. Controleer altijd eerst de hoogte- en nivelleernauwkeurigheid van de horizontale laserlijn en vervolgens de nivelleernauwkeurigheid van de verticale laserlijn. Als het meetgereedschap bij een van de controles de maximale afwijking overschrijdt, dient u het door een Bosch-klantenservice te laten repareren. Hoogtenauwkeurigheid van de horizontale lijn controleren Voor de controle heeft u een vrij meettraject van 5 meter op een vaste ondergrond tussen twee muren A en B nodig. – Monteer het meetgereedschap dicht bij muur A op een statief of plaats het op een vlakke en stabiele ondergrond. Schakel het meetgereedschap in. Kies de snijlijnfunctie met automatisch waterpassen. A B 5m – Richt de laser op de nabijgelegen muur A en laat het meetgereedschap nivelleren. Markeer het midden van het punt waarop de laserlijnen elkaar bij de muur snijden (punt I). Bosch Power Tools – Draai het meetgereedschap 180°, laat het nivelleren en markeer het snijpunt van de laserlijnen op de tegenoverliggende muur B (punt II). – Plaats het meetgereedschap – zonder het te draaien – dicht bij muur B, schakel het in en laat het nivelleren. A B – Stel het meetgereedschap in hoogte zo af (met behulp van het statief of indien nodig door er iets onder te plaatsen), dat het snijpunt van de laserlijnen precies het eerder gemarkeerde punt II op muur B raakt. A 180˚ B d – Draai het meetgereedschap 180°, zonder de hoogte te veranderen. Richt het zo op muur A, dat de verticale laserlijn door het reeds gemarkeerde punt I loopt. Laat het meetgereedschap nivelleren en markeer het midden van het snijpunt van de laserlijnen op muur A (punt III). – Het verschil d tussen beide gemarkeerde punten I en III op muur A levert de feitelijke hoogteafwijking van het meetgereedschap op. De maximaal toegestane afwijking dmax berekent u als volgt: dmax = dubbele afstand van de muren x 0,3 mm/m Voorbeeld: Bij een afstand van de muren van 5 meter mag de maximale afwijking dmax = 2 x 5 m x 0,3 mm/m = 3 mm bedragen. De markeringen mogen daarom hoogstens 3 mm uit elkaar liggen. 1 618 C00 99J | (10.10.13) OBJ_BUCH-1973-002.book Page 50 Thursday, October 10, 2013 4:45 PM 50 | Nederlands Nivelleernauwkeurigheid van de horizontale lijn controleren Voor de controle heeft u een vrij oppervlak van ca. 5 x 5 meter nodig. – Stel het meetgereedschap op een vlakke en stabiele ondergrond in het midden tussen de muren A en B op. Laat het meetgereedschap in de horizontale functie waterpassen. Nivelleernauwkeurigheid van de verticale lijn controleren Voor de controle heeft u een deuropening nodig met (op een stabiele ondergrond) aan beide zijden van de deur minstens 2,5 meter ruimte. – Zet het meetgereedschap op 2,5 meter afstand van de deuropening op een vlakke en stabiele ondergrond neer (niet op een statief). Laat het meetgereedschap in de snijlijnfunctie waterpassen en richt de laserlijnen op de deuropening. A m m 2 ,5 2 ,5 m 5,0 2 ,5 m B – Markeer op 2,5 meter afstand van het meetgereedschap op beide muren het midden van de laserlijn (punt I op muur A en punt II op muur B). A d – Markeer het midden van de verticale laserlijn onderaan de deuropening (punt I), op 5 meter afstand aan de andere kant van de deuropening (punt II) en bovenaan de deuropening (punt III). 2 ,5 2m m d B – Stel het meetgereedschap 180° gedraaid op 5 meter afstand op en laat het nivelleren. – Stel het meetgereedschap in hoogte zo af (met behulp van het statief of indien nodig door er iets onder te plaatsen), dat het midden van de laserlijn precies het eerder gemarkeerde punt II op muur B raakt. – Markeer op muur A het midden van de laserlijn als punt III (verticaal boven of onder punt I). – Het verschil d tussen beide gemarkeerde punten I en III op muur A levert de feitelijke afwijking van het meetgereedschap van de horizontale lijn op. De maximaal toegestane afwijking dmax berekent u als volgt: dmax = dubbele afstand van de muren x 0,3 mm/m Voorbeeld: Bij een afstand van de muren van 5 meter mag de maximale afwijking dmax = 2 x 5 m x 0,3 mm/m = 3 mm bedragen. De markeringen mogen daarom hoogstens 3 mm uit elkaar liggen. 1 618 C00 99J | (10.10.13) – Plaats het meetgereedschap aan de andere zijde van de deuropening vlak achter punt II. Laat het meetgereedschap nivelleren en richt de verticale laserlijn zo, dat het midden ervan precies door de punten I en II loopt. – Het verschil d tussen het punt III en het midden van de laserlijn aan de bovenkant van de deuropening levert de feitelijke afwijking van het meetgereedschap van de verticale lijn op. – Meet de hoogte van de deuropening. De maximaal toegestane afwijking dmax berekent u als volgt: dmax = dubbele hoogte van de deuropening x 0,3 mm/m Voorbeeld: Bij een hoogte van de deuropening van 2 meter mag de maximale afwijking dmax = 2 x 2 m x 0,3 mm/m = 1,2 mm bedragen. De markeringen mogen daarom hoogstens 1,2 mm uit elkaar liggen. Bosch Power Tools OBJ_BUCH-1973-002.book Page 51 Thursday, October 10, 2013 4:45 PM Nederlands | 51 Loodnauwkeurigheid controleren Voor de controle heeft u een vrij meettraject op een vaste ondergrond met een afstand van ca. 5 m tussen vloer en plafond nodig. – Monteer het meetgereedschap op het draaiplatform en plaats het op de bodem. – Schakel het meetgereedschap in en laat het waterpassen. 5m – Markeer het midden van het bovenste kruisingspunt aan het plafond (punt I). Markeer bovendien het midden van het onderste laserpunt op de bodem (punt II). d 180° De meetplaat 26 heeft een reflecterende laag die de zichtbaarheid van de laserstraal op een grote afstand resp. bij fel zonlicht verbetert. De helderheidsversterking is alleen zichtbaar als u parallel aan de laserstraal op de meetplaat kijkt. Werkzaamheden met het statief (toebehoren) Een statief biedt een stabiele, in hoogte instelbare meetondergrond. Zet het meetgereedschap met de 5/8"-statiefopname 11 op de schroefdraad van het statief 22 of een in de handel verkrijgbaar bouwstatief. Voor de bevestiging op een in de handel verkrijgbaar fotostatief gebruikt u de 1/4"-statiefopname 6. Schroef het meetgereedschap met de vastzetschroef van het statief vast. Werkzaamheden met laserontvanger (toebehoren) (zie afbeelding E) Bij ongunstige lichtomstandigheden (omgeving met veel licht, rechtstreeks zonlicht) en op grote afstanden gebruikt u de laserontvanger 27 om de laserlijnen beter te kunnen vinden. Schakel bij werkzaamheden met de laserontvanger de pulsfunctie in (zie „Pulsfunctie”, pagina 48). Laserbril (toebehoren) De laserbril filtert het omgevingslicht uit. Daardoor lijkt het rode licht van de laser voor het oog helderder.  Gebruik de laserbril niet als veiligheidsbril. De laserbril dient voor het beter herkennen van de laserstraal, maar biedt geen bescherming tegen de laserstralen.  Gebruik de laserbril niet als zonnebril en niet in het verkeer. De laserbril biedt geen volledige bescherming tegen ultravioletstralen en vermindert de waarneming van kleuren. Toepassingsvoorbeelden – Draai het meetgereedschap 180°. Positioneer het zodanig dat het midden van het onderste laserpunt op het reeds gemarkeerde punt II ligt. Laat het meetgereedschap nivelleren. Markeer het midden van het bovenste laserpunt (punt III). – Het verschil d tussen beide gemarkeerde punten I en III op het plafond levert de feitelijke afwijking van het meetgereedschap van de verticale lijn op. Op het meettraject van 5 m bedraagt de maximaal toegestane afwijking: 5 m x ±0,6 mm/m x 2 = ±6 mm. Het verschil d tussen de punten I en III mag als gevolg maximaal 6 mm bedragen. Tips voor de werkzaamheden  Gebruik altijd alleen het midden van de laserlijn voor het markeren. De breedte van de laserlijn verandert met de afstand. Werkzaamheden met de meetplaat (toebehoren) (zie afbeeldingen G–H) Met de meetplaat 26 kunt u de lasermarkering op de vloer resp. de laserhoogte op een muur overbrengen. Met het nulveld en de schaalverdeling kunt u de verplaatsing ten opzichte van de gewenste hoogte meten en op een andere plaats aantekenen. Daarmee vervalt het nauwkeurig instellen van het meetgereedschap op de over te brengen hoogte. Bosch Power Tools Toepassingsvoorbeelden (zie afbeeldingen A –F) Voorbeelden van toepassingsmogelijkheden van het meetgereedschap vindt u op de pagina’s met afbeeldingen. Onderhoud en service Onderhoud en reiniging Bewaar en transporteer het meetgereedschap alleen in de meegeleverde opbergkoffer. Houd het meetgereedschap altijd schoon. Dompel het meetgereedschap niet in water of andere vloeistoffen. Verwijder vuil met een vochtige, zachte doek. Gebruik geen reinigings- of oplosmiddelen. Reinig in het bijzonder de opening van de laser regelmatig en let daarbij op pluizen. Verzend in het geval van een reparatie het meetgereedschap in de opbergkoffer. Klantenservice en gebruiksadviezen Onze klantenservice beantwoordt uw vragen over reparatie en onderhoud van uw product en over vervangingsonderdelen. Explosietekeningen en informatie over vervangingsonderdelen vindt u ook op: www.bosch-pt.com 1 618 C00 99J | (10.10.13) OBJ_BUCH-1973-002.book Page 52 Thursday, October 10, 2013 4:45 PM 52 | Dansk Het Bosch-team voor gebruiksadviezen helpt u graag bij vragen over onze producten en toebehoren. Vermeld bij vragen en bestellingen van vervangingsonderdelen altijd het uit tien cijfers bestaande zaaknummer volgens het typeplaatje van het meetgereedschap. Nederland Tel.: (076) 579 54 54 Fax: (076) 579 54 94 E-mail: [email protected] België Tel.: (02) 588 0589 Fax: (02) 588 0595 E-mail: [email protected] Afvalverwijdering Meetgereedschappen, toebehoren en verpakkingen dienen op een voor het milieu verantwoorde manier te worden hergebruikt. Gooi meetgereedschappen, accu’s en batterijen niet bij het huisvuil. Alleen voor landen van de EU: Volgens de Europese richtlijn 2012/19/EU moeten niet meer bruikbare meetgereedschappen en volgens de Europese richtlijn 2006/66/EG moeten defecte of lege accu’s en batterijen apart worden ingezameld en op een voor het milieu verantwoorde wijze worden hergebruikt. Accu’s en batterijen: Gooi accu’s of batterijen niet bij het huisvuil en evenmin in het vuur of het water. Accu’s en batterijen moeten, indien mogelijk leeg, worden ingezameld, gerecycled of op een voor het milieu verantwoorde wijze worden afgevoerd. Wijzigingen voorbehouden. Dansk Sikkerhedsinstrukser Alle anvisninger skal læses og følges, for at man kan arbejde fareløst og sikkert med måleværktøjet. Advarselsskilte på måleværktøjet må aldrig gøres ukendelige. DISSE ANVISNINGER BØR OPBEVARES TIL SENERE BRUG.  Forsigtig – hvis der bruges betjenings- eller justeringsudstyr eller hvis der udføres processer, der afviger fra de her angivne, kan dette føre til alvorlig strålingseksposition. 1 618 C00 99J | (10.10.13)  Måleværktøjet leveres med et advarselsskilt på engelsk (på den grafiske illustration over måleværktøjet har det nummer 12).  Klæb den medleverede etiket på dit sprog oven på det engelske advarselsskilt, før måleværktøjet tages i brug første gang. Ret ikke laserstrålen mod personer eller dyr og ret ikke blikket ind i laserstrålen. Dette måleværktøj udsender laserstråler fra laserklasse 2 iht. IEC 60825-1. Derved kan du komme til at blænde personer.  Anvend ikke de specielle laserbriller som beskyttelsesbriller. Laserbrillerne anvendes til bedre at kunne se laserstrålen, de beskytter dog ikke mod laserstråler.  Anvend ikke de specielle laserbriller som solbriller eller i trafikken. Laserbrillerne beskytter ikke 100 % mod ultraviolette (UV) stråler og reducerer ens evne til at registrere og iagttage farver.  Sørg for, at måleværktøjet kun repareres af kvalificerede fagfolk og at der kun benyttes originale reservedele. Dermed sikres det, at måleværktøjet bliver ved med at være sikkert.  Sørg for, at børn ikke kan komme i kontakt med lasermåleværktøjet. Du kan utilsigtet komme til at blænde personer.  Brug ikke måleværktøjet i eksplosionsfarlige omgivelser, hvor der findes brændbare væsker, gasser eller støv. I måleværktøjet kan der opstå gnister, der antænder støv eller dampe. Laser-måltavle Kom ikke laser-måltavlen 21 i nærheden af pacemakere. Magneterne på laser-måltavlen danner et felt, som kan påvirke pacemakernes funktion.  Hold laser-måltavlen 21 væk fra magnetiske databærere og magnetisk sarte maskiner. Virkningen af magneterne på laser-måltavlen kan føre til irreversibelt datatab. Beskrivelse af produkt og ydelse Klap venligst foldesiden med illustration af måleværktøjet ud og lad denne side være foldet ud, mens du læser betjeningsvejledningen. Beregnet anvendelse Måleværktøjet er beregnet til at beregne og kontrollere vandrette og lodrette linjer. Bosch Power Tools
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154
  • Page 155 155
  • Page 156 156
  • Page 157 157
  • Page 158 158
  • Page 159 159
  • Page 160 160
  • Page 161 161
  • Page 162 162
  • Page 163 163
  • Page 164 164
  • Page 165 165
  • Page 166 166
  • Page 167 167
  • Page 168 168
  • Page 169 169
  • Page 170 170
  • Page 171 171
  • Page 172 172
  • Page 173 173
  • Page 174 174
  • Page 175 175
  • Page 176 176
  • Page 177 177
  • Page 178 178
  • Page 179 179
  • Page 180 180
  • Page 181 181
  • Page 182 182
  • Page 183 183
  • Page 184 184
  • Page 185 185
  • Page 186 186
  • Page 187 187
  • Page 188 188
  • Page 189 189
  • Page 190 190
  • Page 191 191
  • Page 192 192
  • Page 193 193
  • Page 194 194
  • Page 195 195
  • Page 196 196
  • Page 197 197
  • Page 198 198
  • Page 199 199
  • Page 200 200
  • Page 201 201
  • Page 202 202
  • Page 203 203
  • Page 204 204
  • Page 205 205
  • Page 206 206
  • Page 207 207
  • Page 208 208
  • Page 209 209
  • Page 210 210
  • Page 211 211
  • Page 212 212
  • Page 213 213
  • Page 214 214
  • Page 215 215
  • Page 216 216
  • Page 217 217
  • Page 218 218
  • Page 219 219
  • Page 220 220
  • Page 221 221
  • Page 222 222
  • Page 223 223
  • Page 224 224
  • Page 225 225
  • Page 226 226
  • Page 227 227
  • Page 228 228
  • Page 229 229
  • Page 230 230
  • Page 231 231
  • Page 232 232
  • Page 233 233
  • Page 234 234
  • Page 235 235
  • Page 236 236
  • Page 237 237
  • Page 238 238
  • Page 239 239

Bosch GLL 3-50 de handleiding

Categorie
Afstandsmeters
Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor