ProForm PETL79816 de handleiding

Type
de handleiding
GEBRUIKERSHANDLEIDING
Modelnr. PETL79816.0
Serienr.
Schrijf het serienummer hierboven
voor verdere raadpleging.
OPGELET
Lees voor gebruik van dit
apparaat alle instructies en
voorzorgsmaatregelen in deze
handleiding. Bewaar deze hand-
leiding voor verdere raadpleging.
www.iconeurope.com
KLANTENDIENST
Neem contact op met de Klanten-
dienst (zie informatie hieronder) of
neem contact op met de winkel waar
u dit product gekocht heeft wanneer
u nog vragen heeft of wanneer er
onderdelen ontbreken of beschadigd
zijn.
4021 529 7186
Maandag–Vrijdag 08:00–20:00
GMT; Zaterdag 09:00–13:00 GMT
Website:
www.iconsupport.eu
Email:
Sticker met
Serienummer
2
PROFORM is een geregistreed handelsmerk van ICON Health & Fitness, Inc. IFIT is een geregistreed handels-
merk van ICON Health & Fitness, Inc. App store is een handelsmerk van Apple Inc., geregistreerd in de VS en
andere landen. Android en Google Play zijn handelsmerken van Google Inc. Het woordmerk BLUETOOTH
®
en
de logo’s zijn geregistreerde handelsmerken van Bluetooth SIG, Inc. en in licentie worden gebruikt. IOS is een
handelsmerk of geregistreerd handelsmerk van Cisco in de VS en in andere landen en worden in licentie gebruikt.
DE STICKERS MET WAARSCHUWING .........................................................2
BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN ...................................................3
VOORDAT U BEGINT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .5
ONDERDEEL IDENTIFICATIESCHEMA ..........................................................6
MONTAGE. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .7
HOE DE LOOPBAND TE GEBRUIKEN .........................................................17
HOE DE LOOPBAND IN TE KLAPPEN EN TE VERPLAATSEN ......................................25
ONDERHOUD EN OPLOSSEN VAN PROBLEMEN ...............................................26
RICHTLIJNEN VOOR HET OEFENEN. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .29
LIJST MET ONDERDELEN. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .30
GEDETAILLEERDE TEKENING. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .32
HET BESTELLEN VAN ONDERDELEN ..................................................Achterzijde
RECYCLING INFORMATIE. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Achterzijde
De hier afgebeelde waarschuwingsstickers
worden meegeleverd bij dit product. Bevestig
de waarschuwingsstickers bovenop de Engelse
waarschuwingen op de aangegeven locatie. De
stickers met waarschuwing hier afgebeeld zijn
op de aangegeven plaatsen geplakt. Bel, wan-
neer een sticker ontbreekt of niet leesbaar is,
het nummer op de voorkant van deze hand-
leiding en vraag om een gratis vervangende
sticker. Plak de sticker op de aangegeven
plaats. Let op: de stickers worden mogelijk niet
op ware grootte weergegeven.
DE STICKERS MET WAARSCHUWING
XXDE-368151
INHOUD
3
1. Het is de verantwoordelijkheid van de eige-
naar om zich ervan te vergewissen dat alle
gebruikers van de loopband voldoende op de
hoogte zijn van alle waarschuwingen en alle
voorzorgsmaatregelen.
2. Raadpleeg uw huisarts voordat u met dit
of enig ander oefenprogramma begint. Dit
is vooral belangrijk voor personen boven
de 35 jaar, of personen met bestaande
gezondheidsproblemen.
3. Het is niet de bedoeling dat de loopband
wordt gebruikt door mensen met mentale,
sensitieve of fysieke beperkingen of gebrek
aan ervaring en kennis, tenzij zij onder
supervisie of instructie staan betreffende het
gebruik van de loopband door iemand die
verantwoordelijk is voor hun veiligheid.
4. Gebruik de loopband alleen zoals beschreven
in deze handleiding.
5. De loopband is alleen voor gebruik in huis
bedoeld. Gebruik de loopband niet commer-
cieel, niet voor verhuur of in een instelling.
6. Gebruik de loopband uitsluitend binnenshuis
en uit de buurt van vocht en stof. Plaats de
loopband niet in een garage, op een overdekt
terras of bij water.
7. Plaats de loopband op een vlakke onder-
grond met minstens 2,4 m ruimte rondom,
ruimte achter de loopband en 0,6 m ruimte
aan iedere kant van de loopband. Zorg ervoor
dat de loopband geen enkele luchtopening
blokkeert. Leg een matje onder de loop-
band om de vloer of de vloerbedekking te
beschermen.
8. Gebruik de loopband niet daar waar spuit-
bussen gebruikt worden of waar zuurstof
beheerd wordt.
9. Houd te allen tijde kinderen jonger dan 13
jaar en huisdieren bij de loopband vandaan.
10. De loopband kan alleen door mensen die niet
meer dan 135 kg wegen gebruikt worden.
11. Laat nooit meer dan één persoon tegelijker-
tijd op de loopband.
12. Draag juiste kleding bij gebruik van de
loopband. Draag geen losse kleding die in
de loopband verstrikt kan raken. Atletische
ondersteunende kleding wordt zowel voor
mannen als voor vrouwen aanbevolen. Draag
altijd sportschoenen. Gebruik de loopband
nooit op blote voeten, nooit op sokken, of
met sandalen.
13. Steek de stekker alleen in een geaard stop-
contact (zie bladzijde 17). Geen enkel ander
apparaat mag op dezelfde groep aangesloten
zijn.
14. Mocht een verlengsnoer nodig zijn gebruik
dan alleen een 3-dradige geleider: snoer maat
14 (1 mm
2
) van 1,5 m of korter.
15. Houd het stroomsnoer bij hete oppervlaktes
vandaan.
16. Loop nooit op de loopband wanneer het
apparaat uitgeschakeld is. Gebruik de loop-
band niet wanneer het elektrische snoer of
de stekker beschadigd is. Gebruik de loop-
band niet wanneer deze niet goed werkt.
(Zie ONDERHOUD EN OPLOSSEN VAN
PROBLEMEN op bladzijde 26 als de loopband
niet goed werkt.)
17. Lees de noodstop procedure grondig door
en test deze voordat u de loopband gaat
gebruiken (zie HOE HET APPARAAT AAN TE
ZETTEN op bladzijde 19). Draag altijd de clip
tijdens het gebruik van de loopband.
18. Staan altijd op de voetleuningen wanneer de
loopband wordt gestart of gestopt. Houd bij
gebruik van de loopband de handleuningen
altijd vast.
BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN
WAARSCHUWING: lees om het risico op brandwonden, brand, elektrische shok,
of persoonlijkletsel te verminderen, alle belangrijke voorzorgsmatregelen en instructies in deze
handleiding en alle waarschuwingen op uw loopband voordat u de loopband gebruikt. ICON is niet
verantwoordelijk voor persoonlijk letsel of schade door het gebruik van dit produkt.
4
19. Als een persoon op de loopband loopt,
zal het geluidsniveau van de loopband
toenemen.
20. Houd vingers, haar en kleding weg van de
bewegende band.
21. De loopband kan hoge snelheden bereiken.
Stel de snelheid geleidelijk af om schokkende
versnellingen te voorkomen.
22. De hartslagmonitor is geen medisch instru-
ment. Verschillende factoren, waaronder
bewegingen van de gebruiker, kunnen de
nauwkeurigheid van de hartslagmetingen
beïnvloeden. De hartslagmonitor dient
slechts om de hartslag globaal te meten, als
hulpmiddel bij het oefenen.
23. Laat de loopband nooit zonder toezicht
ronddraaien. Verwijder altijd de sleutel, zet
de stroomschakelaar in de stand Off (uit)
(zie tekening op bladzijde 5 voor de loca-
tie van de stroomschakelaar), en haal het
stroomsnoer uit het stopcontact als de loop-
band niet wordt gebruikt.
24. Voltooi eerst de montage van de loopband
voordat u hem verplaatst. (Zie MONTAGE
op bladzijde 7 en HOE DE LOOPBAND IN TE
KLAPPEN EN TE VERPLAATSEN op bladzijde
25.) U moet in staat zijn om 20 kg veilig op te
kunnen tillen om de loopband te verplaatsen.
25. Zorg ervoor dat de opbergvergrendeling het
onderstel stevig in de opbergstand houdt
tijdens het inklappen of het verplaatsen van
de loopband.
26. Verander de helling van de loopband niet
door voorwerpen onder de loopband te
plaatsen.
27. Steek geen enkel voorwerp in welke opening
van de loopband dan ook.
28. Controleer steeds bij gebruik alle onderdelen
van de loopband en draai ze goed vast.
29. GEVAAR: Trek de stekker altijd direct
na gebruik van de loopband uit het stopcon-
tact. Doe dit ook bij het schoonmaken van
de loopband, voor het plegen van onderhoud
en voor het afstellen zoals staat beschre-
ven in deze handleiding. Verwijder nooit de
motorkap tenzij een technicus dat aangeeft.
Onderhoud, anders dan de procedures in
deze handleiding, dient uitsluitend door een
erkende onderhoudsmonteur uitgevoerd te
worden.
30. Te veel oefeningen doen kan leiden tot
ernstig letsel of de dood. Stop onmiddellijk
en begin met af te koelen als u tijdens het
oefenen uitgeput raakt, kortademig wordt of
pijn voelt.
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES
5
Dank u dat u heeft gekozen voor de nieuwe
PROFORM
®
PERFORMANCE 400I loopband. De
PERFORMANCE 400I loopband biedt een aantal
indrukwekkende functies die zijn ontwikkeld om uw
oefeningen thuis effectiever en leuker te maken.
Lees, voor uw welzijn, deze handleiding zorg-
vuldig door voordat u de loopband begint te
gebruiken. Raadpleeg de kaft van deze handleiding
mocht u nog vragen hebben nadat u de handleiding
hebt doorgelezen. Noteer het product modelnum-
mer en het serienummer voordat u contact met ons
opneemt, zodat wij u beter van dienst kunnen zijn.
De plaats waar u de sticker van het modelnummer en
het serienummer kunt vinden wordt op de kaft van de
handleiding aangegeven.
Voordat u verder leest, bekijk eerst aandachtig de teke-
ning hieronder en de verschillende onderdelen.
Handleuning
Bedieningspaneel
Sleutel/Clip
Stroomschakelaar
Band
Motorkap
Wiel
Voetleuning
Afstelschroeven van
de Ruststandrol
Kussens van het Loopvlak
Hartslagmonitor
Lengte: 188 cm
Breedte: 91 cm
Tablethouder
VOORDAT U BEGINT
6
5/16" Sterring
(11)–6
3/8" Sterring
(13)–8
#8 x 1/2" Zilveren
Schroef (10)–1
1/4" Sterring
(26)–4
#8 x 1/2"
Schroef (1)–19
#8 x 3/8"
Schroef (105)–8
#10 x 3/4"
Schroef (9)–4
#10 Sterring
(5)–4
3/8" x 2 3/8" Schroef (7)–4
3/8" x 1 3/4" Schroef (62)–2
3/8" x 1 1/4" Schroef (63)–2
#8 x 5/8"
Machineschroef
(8)–4
5/16" x 2 1/2" Schroef (28)–4
ONDERDEEL IDENTIFICATIESCHEMA
Raadpleeg de tekeningen hieronder om de kleine onderdelen voor de montage te herkennen. Het nummer tussen
haakjes onder elke tekening is het nummer van het onderdeel van de LIJST MET ONDERDELEN achterin deze
handleiding. Het getal tussen de haakjes is de hoeveelheid die nodig is voor de montage. Let op: Als een onder-
deel zich niet in de hardwareset bevindt, controleert u of deze al vooraf is gemonteerd. Er zijn mogelijk
extra metalen onderdelen meegeleverd.
7
De montage moet door twee personen uitgevoerd
worden.
Leg alle onderdelen op een open plek en ver-
wijder het verpakkingsmateriaal. Gooi het
verpakkingsmateriaal niet weg tot u volledig klaar
bent met de montage.
Er kan na verzending een vettige substantie
op de buitenkant van de loopband zitten. Dit is
normaal. Mocht er wat vet op de bovenkant van
de loopband bevinden, veeg dit dan weg met
een zachte doek en een mild, niet-schurend
reinigingsmiddel.
Linker onderdelen worden met “L” of “Left” aan-
gegeven en rechter onderdelen worden met “R”
of “Right” aangegeven.
Voor het vaststellen van de kleine onderdelen,
kijkt u op bladzijde 6.
Voor de montage heeft u het volgende gereed-
schap nodig:
de meegeleverde inbussleutels
een Philips schroevendraaier
één instelbare sleutel
Om schade aan de onderdelen te vermij-
den, dient u nooit elektrisch gereedschap te
gebruiken.
MONTAGE
1. Ga naar www.iconsupport.eu op uw compu-
ter en registreer uw product.
activeert uw garantie
bespaart u tijd als u ooit contact moet opne-
men met de Klantendienst
hiermee kunnen wij u op de hoogte stellen van
upgrades en aanbiedingen
Let op: Indien u geen internettoegang heeft, belt
u met de Klantendienst (zie de voorkant van
deze handleiding) om uw product te registreren.
1
8
2
94
90
81
90
81
A
A
94
90
10
77
D
B
C
2. Zorg dat het stroomsnoer niet op het stop-
contact is aangesloten.
Verwijder de draadband die de Draad van de
Staander (81) aan de voorkant van de Basis (94)
bevestigd.
Zoek vervolgens naar de Rechter Staander (90).
Laat een tweede persoon de Rechter Staander
bij de Basis (94) houden.
Zie de inzet-tekening. Maak de draadband
(A) in de Rechter Staander (90) stevig rond het
uiteinde van de Draad van de Staander (81)
vast. Steek dan de Draad van de Staander in
het onderste uiteinde van de Rechter Staander
terwijl u het andere uiteinde van de draadband
door de Rechter Staander trekt.
3. Leg de Rechter Staander (90) bij de Basis (94).
Plaats de Doorvoerhuls (77) in het vierkante gat
(B) in de Rechter Staander. Zorg ervoor dat de
aarddraad niet bekneld raakt (C).
Verwijder en gooi de aangegeven schroef (D)
weg.
Bevestig vervolgens de aarddraad (C) aan
de Rechter Staander (90) met een #8 x 1/2"
Zilveren Schroef (10).
3
9
5. Zoek de Linker en Rechter Basiskap (82, 83).
Schuif de Linker en de Rechter Basiskap op de
Linker en op de Rechter Staander (89, 90) zoals
afgebeeld.
83
90
82
89
5
4. Houd de Rechter Staander (90) tegen de
Basis (94). Zorg ervoor dat de Draad van de
Staander (81) niet bekneld raakt.
Bevestig de Rechter Staander (90) met twee
3/8" x 2 3/8" Schroeven (7), een 3/8" x 1 1/4"
Schroef (63), een 3/8" x 1 3/4" Schroef (62), en
vier 3/8" Sterringen (13) zoals afgebeeld; draai
de Schroeven nog niet volledig vast.
Maak de Linker Staander (niet afgebeeld)
op dezelfde manier vast. Let op: Er zijn geen
draden aan de linkerkant.
4
63
62
94
13
90
13
7
13
81
10
6. Maak de Handleuning (84) op de Rechter
Staander (90) vast met een 5/16" x 2 1/2"
Schroef (28) en een 5/16" Sterring (11) op de
aangegeven locatie. Zorg ervoor dat de Draad
van de Staander (81) niet bekneld raakt. Draai
de Schroef nog niet volledig vast.
Verwijder en gooi de twee aangegeven
schroeven (E) weg.
Maak de andere Handleuning (niet afgebeeld)
aan de Linker Staander (89) vast op dezelfde
manier. Let op: Er zijn geen draden aan de
linkerkant.
11
81
84
E
28
6
90
93
84
84
7
81
A
28
11
9
5
7. BELANGRIJK: Gebruik geen elektrisch
gereedschap en draai de #10 x 3/4"
Schroeven (9) niet te vast om beschadi-
ging aan de Hartslagdwarsstang (93) te
voorkomen.
Richt de Hartslagdwarsstang (93) zoals afge-
beeld. Maak de Hartslagdwarsstang aan de
Handleuningen (84) vast met vier #10 x 3/4"
Schroeven (9) en vier #10 Sterringen (5). Draai
alle vier de Schroeven eerst aan, en draai ze
dan vast. Zorg ervoor dat de Draad van de
Staander (81) niet bekneld raakt.
Draai twee 5/16" x 2 1/2" Schroeven
(28) met twee 5/16" Sterringen (11) in de
Hartslagdwarsstang (93) zoals afgebeeld.
Draai de vier 5/16" x 2 1/2" Schroeven (28)
stevig vast.
Verwijder dan de draadband (A) uit de Draad
van de Staander (81).
28
28
28
11
9
5
89
11
64
36
2
8
8. Plaats de Basis van het Bedieningspaneel (64)
naar beneden gericht op een zacht oppervlak om
krassen op de Basis van het Bedieningspaneel
te voorkomen.
Zoek naar de Linkerhouder (36). Maak de
Linkerhouder met vier #8 x 3/8" Schroeven (105)
vast.
Bevestig vervolgens de Rechterhouder (27) met
vier #8 x 3/8" Schroeven (105).
Verwijder en bewaar vervolgens de vier 1/4" x
1/2" Schroeven (2).
2
27
105
105
9. Houd, met hulp van een tweede persoon, het
bedieningspaneelmodule (F) bij de rechter
Handleuning (84) en de linker Handleuning (niet
afgebeeld) vast.
Raadpleeg de inzet-tekening. Verbind de
Draad van de Staander (81) met de draad van
het bedieningspaneel (G). De connectoren
zouden makkelijk samen moeten glijden en
op hun plaats moeten klikken. Draai aan een
van de connectoren en probeer het opnieuw als
dit niet gebeurt. ALS U DE CONNECTOREN
NIET GOED AANSLUIT, KAN HET BEDIE-
NINGSPANEEL BESCHADIGD RAKEN ALS
HET APPARAAT WORDT AANGEZET.
9
81
G
A
81
84
G
F
12
10. Zet de bedieningspaneelmodule (F) op de
Handleuningen (84). Zorg ervoor dat de dra-
den niet bekneld raken. Steek het overschot
aan Draad van de Staander (81) in de Rechter
Staander (90).
Bevestig de bedieningspaneelmodule (F) aan de
beugels op de Handleuningen (84) met de vier
1/4" x 1/2" Schroeven (2) die u heeft verwijderd
in stap 8 en vier 1/4" Sterringen (26); draai de
Schroeven volledig vast.
10
90
2
2
84
F
26
26
11. Zoek naar het Kapje van de Rechter
Handleuning (31). Plaats het Kapje van de
Rechter Handleuning op de rechter Handleuning
(84). Draai drie #8 x 1/2" Schroeven (1) vast
in de onderkant van het Kapje van de Rechter
Handleuning; draai de Schroeven nog niet
volledig vast.
Schuif vervolgens het Kapje van de Rechter
Handleuning (31) naar voren tot het onder de
bedieningspaneelmodule schuift (F). Draai de
drie #8 x 1/2" Schroeven (1) vervolgens vast;
draai ze niet te strak aan.
Bevestig het Kapje van de Linker
Handleuning (87) op dezelfde manier.
11
87
F
31
84
84
1
1
84
81
13
13. Houd de Sensorstang (85) in de buurt van de
bedieningspaneelmodule (F). Sluit de twee dra-
den voor de sensordraden (H) en de Aarddraad
van het Bedieningspaneel (58) aan op de aard-
draad (I) van het bedieningspaneel (F).
Bevestig de Sensorstang (85) met elf #8 x 1/2"
Schroeven (1) aan de Hartslagdwarsstang (93);
draai alle elf Schroeven aan en zet ze dan
vast. Zorg ervoor dat de draden niet bekneld
raken.
12. Schuif de Rechter en Linker Handleunings-
grepen (74, 79) op de Kapjes van de Linker en
Rechter Handleuning (niet afgebeeld) en tegen
de bedieningspaneelmodule (F).
Maak de Handleuningsgrepen (74, 79) vast
met twee #8 x 1/2" Schroeven (1). Draai de
Schroeven niet te vast.
12
79
F
74
1
1
13
1
85
H
I
93
1
1
58
F
14
14. Til het Onderstel (56) rechtop. BELANGRIJK:
Hef het Onderstel niet hoger dan de verti-
cale stand. Laat een tweede persoon het
Onderstel vasthouden totdat stap 16 voltooid
is.
Verwijder de twee 5/16" x 3/4" Schroeven (6) uit
de Dwarsstang van de Vergrendeling (114).
Draai de Dwarsstang van de Vergrendeling (114)
zoals afgebeeld. Zorg ervoor dat de sticker
“This side toward belt” (deze kant naar de
band) (J) naar de loopband toe wijst. Maak
de Dwarsstang van de Vergrendeling aan de
beugels (K) op de Onderstel (56) vast met
twee 5/16" x 3/4" Schroeven (6) en twee 5/16"
Sterringen (11).
56
114
J
K
K
11
11
6
6
14
15. Verwijder de 5/16" Moer (34) en de 5/16" x 1 3/4"
Bout (41) uit de beugel van de Basis (94).
Draai vervolgens de Opbergvergrendeling (52)
zoals afgebeeld.
Maak het onderste uiteinde van de Opbergver-
grendeling (52) aan de beugel op de Basis (94)
vast met de 5/16" x 1 3/4" Bout (41) en de 5/16"
Moer (34).
Til de Opbergvergrendeling (52) vervolgens naar
een verticale stand en verwijder het binddraad
(L).
94
52
41
34
L
15
15
16. Verwijder de 5/16" Moer (34) en de 5/16" x 2 1/4"
Bout (106) uit de beugel van de Dwarsstang van
de Vergrendeling (114).
Breng het bovenste uiteinde van de Opbergver-
grendeling (52) op gelijke lijn met de beugel op
de Dwarsstang van de Vergrendeling (114) en
steek de 5/16" x 2 1/4" Bout (106) door de beu-
gel en door de Opbergvergrendeling. Hierdoor
wordt een tussenstuk (M) uit de Opbergver-
grendeling geduwd; gooi het tussenstuk weg.
Maak vervolgens de 5/16" Moer (34) vast op de
5/16" x 2 1/4" Bout (106). Draai de Moer niet
te vast; de Opbergvergrendeling (52) moet
kunnen draaien.
Laat dan het Onderstel (56) zakken (zie HOE
DE LOOPBAND TE LATEN ZAKKEN VOOR
GEBRUIK op bladzijde 25).
114
106
56
34
M
52
16
17. Draai de vier 3/8" x 2 3/8" Schroeven (7), de
twee 3/8" x 1 3/4" Schroeven (62), en de twee
3/8" x 1 1/4" Schroeven (63) stevig vast.
Plaats vervolgens de Linker Binnenkap van
de Basis (100) op het onderste uiteinde van
de Linker Staander (89). Schuif vervolgens de
Linker Basiskap (82) omlaag en duw deze op het
Linker Binnenkap van de Basis.
Plaats vervolgens de Rechter Binnenkap van
de Basis (101) op het onderste uiteinde van de
Rechter Staander (90). Schuif vervolgens de
Rechterkap van de Basis (83) omlaag en duw
deze op het Rechter Binnenkap van de Basis.
100
83
82
62
89
7
7
63
62
101
63
17
90
16
19. Zorg dat alle delen goed vastzitten voordat u de loopband gebruikt. Als er velletjes plastic op de stickers
van de loopband zitten, verwijder die dan. Plaats een mat onder de loopband om de vloer of het vloerkleed te
beschermen. Houd de loopband weg uit direct zonlicht om schade aan de loopband te voorkomen. Berg de
meegeleverde inbussleutel veilig op; de inbussleutel wordt gebruikt om de loopband bij te stellen (zie blad-
zijde 27 en 28). Let op: Er kunnen kan extra hardware meegeleverd zijn.
18. Bevestig de Tablethouder (25) aan de bedie-
ningspaneelmodule (F) met vier #8 x 5/8"
Machineschroeven (8); draai alle vier
Schroeven aan en zet ze dan vast. Draai de
Schroeven niet te vast.
18
8
F
8
25
17
HOE DE SNOER IN STOPCONTACT TE STEKEN
De snoer moet geaard zijn. Als het niet goed functio-
neert geeft de aarding de laagste weerstandspad voor
de elektriciteit om zodoende het risico van elektrische
schok te verminderen. Een snoer en een geaarde
stekker zijn bijgeleverd. BELANGRIJK: als het snoer
beschadigd is moet u het vervangen voor een door
de fabrikant aanbevolen snoer.
Volg deze stappen om de snoer in stopcontact te
steken.
1. Steek het aangegeven uiteinde van het snoer in
het stopcontact van de onderstel.
2. Steek het snoer in een goed geinstalleerd en
geaard stopcontact die overeenkomt met alle plaat-
selijke regelingen.
UK
Dubai
DU
GR
RU
HU
CZ
TR
RO
BU
UKR
SW
FR/
SP/
PL/
SK
IT
AUS
AUS
TYPE E
TYPE F
Stopcontact van
de Onderstel
Snoer
UK
Dubai
DU
GR
RU
HU
CZ
TR
RO
BU
UKR
SW
FR/
SP/
PL/
SK
IT
AUS
AUS
TYPE E
TYPE F
Stopcontact
HOE DE LOOPBAND TE GEBRUIKEN
GEVAAR: Een verkeerd stopcon-
tact (zonder aarde) kan tot een elektrische
schok leiden. Laat een elektriciën de aarding
nakijken als u niet zeker weet of het stopcon-
tact goed geaard is. Breng geen wijzigingen
aan de stekker van het apparaat aan. Laat een
elektriciën een nieuwe stekker monteren als
de stekker niet in het stopcontact past.
18
DE WAARSCHUWINGSSTICKER OPPLAKKEN
Zoek de Engelse waarschuwingen op het
bedieningspaneel. U vindt dezelfde waarschuwingen
in andere talen op het meegeleverde stickervel.
Plak de Nederlandse waarschuwingssticker op het
bedieningspaneel.
FUNCTIES VAN HET BEDIENINGSPANEEL
Het bedieningspaneel van de loopband is voorzien van
verschillende functies om het meest doeltreffend en
prettig te oefenen.
U kunt wanneer u de handmatige instelling gebruikt de
snelheid en de hellingstand van de loopband verande-
ren door een druk op een toets. Het bedieningspaneel
zal tijdens het oefenen direct feedback over de oe-
fening geven. U kunt zelfs uw hartslag meten door
gebruik te maken van de ingebouwde handgreep met
hartslagmonitor of door middel van de bijbehorende
hartslagmonitor. Zie bladzijde 23 voor informatie
over het kopen van een borstkas hartslagmonitor.
Daarnaast biedt het bedieningspaneel een keuze aan
vooraf ingestelde oefeningen. Elke oefening regelt au-
tomatisch de snelheid en de helling van de loopband
terwijl u door een effectieve oefensessie geleid wordt.
U kunt uw smart-toestel ook aansluiten op het bedie-
ningspaneel en een iFit
®
app gebruiken voor het
opnemen en volgen van uw oefeninginformatie.
U kunt zelfs, terwijl u oefent, via het geluidssysteem
van het bedieningspaneel naar uw favoriete oefening
muziek of audioboek luisteren.
Om het apparaat aan te zetten, zie bladzijde 19.
Om de handmatige instelling te gebruiken, zie
bladzijde 19. Voor gebruik van een vooraf inge-
stelde oefening, zie bladzijde 21. Voor gebruik van
een interval trainingsoefening, zie bladzijde 22.
Om uw smart-toestel aan te sluiten op uw bedie-
ningspaneel, zie bladzijde 22. Om uw hartslagmoni-
tor aan te sluiten op het bedieningspaneel, zie blad-
zijde 23. Voor gebruik van het geluidssysteem, zie
bladzijde 23. Voor gebruik van de informatiemodus,
zie bladzijde 24. Voor gebruik van de tablethouder,
zie bladzijde 24.
Let op: Het bedieningspaneel kan de snelheid
en de afstand in kilometers of mijlen weergeven.
Om te zien welk meetsysteem is gekozen, zie DE
INFORMATIEMODUS op bladzijde 24. Gemakshalve,
verwijzen alle instructies in dit hoofdstuk naar
kilometers.
BELANGRIJK: Als er een stuk plastic op het bedie-
ningspaneel ligt, verwijder dan het plastic. Draag
alleen schone trainingsschoenen wanneer u de
loopband gebruikt om beschadiging aan het loop-
vlak te voorkomen. De eerste keer dat u de loop-
band gebruikt, dient u de uitlijning van de loop-
band te bestuderen en indien nodig, het midden
van de loopband aan te passen (zie bladzijde 28).
DIAGRAM VAN HET BEDIENINGSPANEEL
ETPE79816
19
HET APPARAAT AAN TE ZETTEN
BELANGRIJK: Laat, wanneer de loopband aan
koude temperaturen blootgesteld is geweest, de
loopband tot kamertemperatuur komen voordat u
de elektriciteit inschakelt. Als u dit niet doet, kunt u
het bedieningspaneel of andere elektrische compo-
nenten beschadigen.
Steek de stekker van het
stroomsnoer in het stop-
contact (zie bladzijde 17).
Zoek vervolgens naar de
stroomschakelaar op het
onderstel van de loopband
bij het stroomsnoer. Druk
de stroomschakelaar in de reset-stand.
Ga vervolgens op de voetleuningen van de loopband
staan. Zoek naar de clip die aan de sleutel vastzit en
schuif de clip aan de tailleband van uw kleding. Plaats
de sleutel in het bedieningspaneel. Kort daarna zal de
display oplichten.
BELANGRIJK: Bij
een noodsitua-
tie kunt u aan de
sleutel van het
bedieningspaneel
trekken, zodat de
loopband vertraagt
en tot stilstand
komt. Test de clip
door voorzichtig
een paar stap-
pen achteruit te
zetten totdat de sleutel uit het bedieningspaneel
wordt getrokken. Als de sleutel niet uit het bedie-
ningspaneel komt, stel dan de lengte van de clip
bij.
BELANGRIJK: Volg voordat u de loopband gaat
gebruiken, de volgende stappen om er voor te
zorgen dat het bedieningspaneel het juiste hel-
lingniveau van de loopband aangeeft: Druk eerst
eenmaal op de toenametoets Incline (helling).
Druk vervolgens op de afnametoets Incline of de
onderste toets Quick % Grade (snelle helling) om
de loopband in de laagste stand te zetten. Wanneer
het onderstel niet meer beweegt is de loopband
klaar voor gebruik.
DE HANDMATIGE INSTELLING GEBRUIKEN
1. Plaats de sleutel in het bedieningspaneel.
Zie HET APPARAAT AAN TE ZETTEN aan de
linkerkant.
2. Kies de handmatige instelling.
Druk op de toets Manual Control (handmatig con-
trole) om de handmatige instelling te kiezen.
3. Voer uw gewicht in.
Druk op de toenametoets of afnametoets Wt
(gewicht) om uw gewicht in te voeren. Deze
informatie verbetert de nauwkeurigheid van de
krachtring. Let op: Houd de toenametoets of afna-
metoets Wt ingedrukt om uw gewicht sneller in te
voeren.
4. Start de loopband.
Om de loopband te starten drukt u op de toets Run
(start) of op een van de toetsen Quick Km/H (snelle
km/u).
Als de toets Run wordt ingedrukt dan zal de loop-
band beginnen te bewegen met een snelheid van
2 km/u. U kunt tijdens het oefenen de snelheid
van de band naar wens veranderen door op de
toename- en op de afnametoets Speed te drukken.
Telkens als u op een van de toetsen drukt zal de
snelheidsinstelling met 0,1 km/u veranderen; als
u de toets ingedrukt houdt zal de snelheidsinstel-
ling met stapjes van 0,5 km/u veranderen. Let op:
Na het drukken op de toets kan het even duren
voordat de loopband de geselecteerde snelheidsin-
stelling bereikt.
Indien u drukt op een van de toetsen Quick
Km/H, zal de snelheid van de loopband geleidelijk
aangepast worden tot het de gewenste snelheids-
instelling bereikt.
Om de loopband te stoppen, druk op de toets Stop.
De tijd zal op de display gaan opikkeren. Om de
loopband opnieuw te starten, drukt u op de toets
Run.
Resetten
ETPE79816
Sleutel
Clip
20
5. De hellingstand van de loopband veranderen
zoals gewenst.
Om de helling van de loopband te veranderen,
drukt u op de toenametoets en afnametoets Incline
(helling) of een van de toetsen Quick % Grade
(snelle % helling). Elke keer als u op een van de
toetsen drukt, zal de helling van de loopband gelei-
delijk veranderen tot de gekozen hellinginstelling
bereikt wordt.
6. Volg uw vorderingen op de display.
De display zal de volgende oefeninginformatie
tonen als u op de loopband loopt of rent:
De hellingstand van de loopband
Uw hartslag (zie stap 7)
Uw vermogen in watt
De snelheid van de loopband
De verstreken tijd
Uw tempo
Het geschatte aantal calorieën dat u heeft
verbrand
De afstand die u hebt gewandeld of hardgelopen
Druk op de toets Display om de gewenste informa-
tie op de display te zien.
Als u oefeningen doet, zal de krachtring het
geschatte intensiteitsniveau van uw oefening
aangeven. Om het intensiteitsniveau aan te pas-
sen, drukt u op de toenametoets en afnametoets
Watts/Kg. De snelheid en/of hellinginstellingen
van de loopband zullen automatisch verhogen of
verlagen om het gewenste intensiteitsniveau te
bereiken.
Om de display te resetten drukt u herhaaldelijk op
de toets Stop, of haalt u de sleutel eruit en steekt
hem er weer in.
7. Meet desgewenst uw hartslag.
U kunt zelfs uw hartslag meten door gebruik te
maken van de ingebouwde handgreep met hart-
slagmonitor of door middel van de bijbehorende
borstkas hartslagmonitor. Zie bladzijde 23 voor
informatie over het kopen van een optionele
borstkas hartslagmonitor.
Het bedieningspaneel is compatibel met alle
BLUETOOTH
®
Smart hartslagmonitoren. Om
uw hartslagmonitor aan te sluiten op het bedie-
ningspaneel, zie bladzijde 23.
Let op: Wanneer u beide hartslagmonitoren
tegelijkertijd gebruikt dan zal de BLUETOOTH
Smart hartslagmonitor prioriteit krijgen.
Voordat u de
handgreep
hartslagmoni-
tor gebruikt,
verwijdert u
het plastic
laagje van
de metalen
contactpunten
op de sensor-
stang. Zorg er
ook voor dat
uw handen
schoon zijn.
Om uw hartslag te meten, gaat u op de voetleu-
ning staan en houdt u de sensorstang met de me-
talen contactpunten op uw handpalmen ongeveer
tien seconden vast – beweeg uw handen niet. Uw
hartslag zal worden weergegeven wanneer uw pols
gemeten kan worden. Houd de contactpunten
ongeveer 15 seconden lang vast voor de meest
nauwkeurige hartslagwaarde.
Contactpunten
21
8. Verwijder de sleutel uit het bedieningspaneel
wanneer u klaar bent met oefenen.
Ga op de voetleuning staan, druk herhaaldelijk op
de toets Stop, en zet de helling van de loopband
op nul. De helling van de loopband moet op nul
staan wanneer u de loopband opvouwt in de
opbergstand anders kan de loopband bescha-
digd raken. Trek vervolgens de sleutel uit het
bedieningspaneel en berg deze veilig op.
Wanneer u klaar bent met de loopband te gebrui-
ken, zet u de stroomschakelaar in de Off (uit)
-stand en neemt u het snoer uit het stopcontact.
BELANGRIJK: Als u dit niet doet, kunnen de
elektrische onderdelen van de loopband voortij-
dig slijten.
EEN VOORAF INGESTELDE OEFENING
GEBRUIKEN
1. Plaats de sleutel in het bedieningspaneel.
Zie HET APPARAAT AAN TE ZETTEN op bladzijde
19.
2. Voer uw gewicht in.
Zie stap 3 op bladzijde 19.
3. Kies een vooraf ingestelde oefening.
Voor het selecteren van een vooraf ingestelde oe-
fening, drukt u herhaaldelijk op de toetsen Temp
Apps of Interval Apps totdat de gewenste oefening
op het scherm verschijnt.
4. Start de oefening.
Druk op de toets Run (start) om met de oefening te
beginnen. Kort nadat u op de toets heeft gedrukt,
zal de loopband zich automatisch aanpassen aan
de eerste snelheid en hellingsinstelling van de
oefening. Houd de handleuningen vast en begin te
lopen.
Elke oefening is in onderdelen ingedeeld. Er is één
snelheidsinstelling en één hellinginstelling voor elk
segment geprogrammeerd. Let op: Dezelfde snel-
heids- en/of hellinginstelling kan/kunnen voor op-
eenvolgende segmenten geprogrammeerd worden.
Indien de snelheids- of hellingsinstelling tijdens de
oefening te hoog of te laag staat, dan kunt u de
instelling handmatig overschrijven door te drukken
op de toetsen Speed (snelheid) en Incline (helling),
als het volgende segment van de oefening be-
gint, dan zal de loopband zich automatisch aan-
passen aan de snelheid en hellinginstellingen
voor het volgende segment.
Druk op de toets Stop om de oefening op enig
moment te stoppen. Druk op de toets Run om de
oefening te hervatten. De loopband zal beginnen
te bewegen met een snelheid van 2 Km/H (km/u).
Echter, als het volgende onderdeel van de oefening
begint, zal de loopband zich automatisch aanpas-
sen aan de snelheid- en hellinginstellingen voor het
volgende onderdeel.
5. Volg uw vordering op de display.
Zie stap 6 op bladzijde 20. De display zal de reste-
rende tijd in plaats van de verlopen tijd aangeven.
6. Meet desgewenst uw hartslag.
Zie stap 7 op bladzijde 20.
7. Verwijder de sleutel uit het bedieningspaneel
wanneer u klaar bent met oefenen.
Zie stap 8 aan de linkerkant.
22
HET GEBRUIK VAN EEN INTERVAL
TRAININGSOEFENING
Tijdens een interval trainingsoefening, zult u
herhaaldelijk afwisselen tussen intervallen van lage
intensiteit “herstel” oefeningen en intervallen van hoge
intensiteit “werk” oefeningen.
1. Plaats de sleutel in het bedieningspaneel.
Zie HET APPARAAT AAN TE ZETTEN op bladzijde
19.
2. Voer uw gewicht in.
Zie stap 3 op bladzijde 19.
3. Selecteer de instellingen voor de
herstelintervallen.
Druk op de snelheidstoetsen en de hellingstoet-
sen om de gewenste snelheid en helling voor de
herstelintervallen selecteren. Houd vervolgens de
toets Recovery (herstel) ingedrukt tot het bedie-
ningspaneel twee keer piept.
4. Selecteer de instellingen voor de
werkintervallen.
Druk op de snelheidstoetsen en de hellingstoet-
sen om de gewenste snelheid en helling voor de
werkintervallen te selecteren. Houd vervolgens
de toets Work (werk) ingedrukt tot het bedie-
ningspaneel twee keer piept.
5. Afwisselen tussen herstelintervallen en
werkintervallen.
Druk op de toets Recovery als u oefeningen doet,
om de snelheid en hellinginstellingen te selecteren
die u heeft geselecteerd voor de herstelintervallen.
Druk op de toets Work om de snelheid en helling-
instellingen te selecteren die u heeft geselecteerd
voor de werkintervallen. Wissel zo vaak af tussen
de instellingen als u wilt.
Herhaal stappen 3 en 4 om op elk moment de
instellingen te wijzigen.
6. Volg uw vordering met de displays.
Zie stap 6 op bladzijde 20. De display zal de
resterende tijd in plaats van de verstreken tijd
aangeven.
7. Meet desgewenst uw hartslag.
Zie stap 7 op bladzijde 20.
8. Verwijder de sleutel uit het bedieningspaneel
wanneer u klaar bent met oefenen.
Zie stap 8 op bladzijde 21.
UW SMART-TOESTEL AANSLUITEN OP HET
BEDIENINGSPANEEL
Het bedieningspaneel ondersteunt BLUETOOTH-
verbindingen voor smart-toestellen via de iFit-app
en voor geschikte hartslagmonitoren. Let op: Andere
BLUETOOTH-verbindingen worden niet ondersteund.
1. Download en installeer de iFit-app op uw
smart-toestel.
Open op uw IOS
®
of Android
TM
smart-toestel,
de App Store
SM
of de Google Play
TM
store, zoek
naar de gratis iFit-app, en installeer de app op uw
smart-toestel. Zorg ervoor dat de optie BLE-
optie op uw smart-toestel is ingeschakeld.
Open vervolgens de iFit-app en volg de instructies
om een iFit-account in te stellen en de instellingen
aan te passen.
2. Uw smart-toestel aansluiten op het
bedieningspaneel.
Volg de instructies in de iFit-app om uw smart-toe-
stel aan te sluiten op het bedieningspaneel.
23
Wanneer er een verbinding tot stand is gekomen
zal het LED-lampje op het bedieningspaneel blauw
knipperen. Druk op de Bluetoothknop op het bedie-
ningspaneel om de verbinding te bevestigen; het
LED-lampje op het bedieningspaneel zal dan blauw
gaan branden.
3. Uw oefeninginformatie opslaan en volgen.
Volg de instructies in de iFit-app om uw oefeningin-
formatie op te slaan en te volgen.
4. U kunt desgewenst uw smart-toestel loskoppe-
len van het bedieningspaneel.
Om uw smart-toestel los te koppelen van het
bedieningspaneel, houdt u de Bluetoothknop op
het bedieningspaneel 5 seconden ingedrukt.
Let op: Alle BUETOOTH verbindingen tussen het
bedieningspaneel en andere toestellen (inclusief
smart-toestellen, hartslag monitoren etc.) zullen
losgekoppeld worden.
DE OPTIONELE BORSTKAS HARTSLAGMONITOR
Of uw doel is
om vet te ver-
branden of om
uw cardiovas-
culair systeem
te verbeteren,
de sleutel tot
het bereiken
van de beste
resultaten is
het behouden
van de juiste hartslagwaarde tijdens uw oefening. De
optionele hartslagmonitor stelt u in staat om tijdens het
oefenen voortdurend uw hartslag te meten, en dat zal
u helpen om uw persoonlijke fitnessdoelen te behalen.
Zie de kaft van deze handleiding om een optionele
borstkas hartslagmonitor aan te schaffen.
Let op: Het bedieningspaneel is compatibel met alle
BLUETOOTH Smart hartslagmonitoren.
UW HARTSLAGMONITOR AANSLUITEN OP HET
BEDIENINGSPANEEL
Het bedieningspaneel is geschikt voor alle
BLUETOOTH Smart hartslagmonitoren.
Druk op de Bluetoothknop op het bedieningspaneel om
uw BLUETOOTH smart hartslagmonitor aan te sluiten
op het bedieningspaneel. Wanneer er een verbinding
tot stand is gekomen zal het LED-lampje op het bedie-
ningspaneel twee keer knipperen. Let op: Dit kan tot 15
seconden duren.
Let op: Indien er meer dan één geschikte hartslagmo-
nitor in de buurt is van het bedieningspaneel, zal het
bedieningspaneel verbinding maken met de hartslag-
monitor met het sterkste signaal.
Om uw hartslagmonitor los te koppelen van het
bedieningspaneel, houdt u de Bluetoothknop op het
bedieningspaneel 5 seconden ingedrukt.
Let op: Alle BLUETOOTH-verbindingen tussen het
bedieningspaneel en andere apparaten (waaronder
smart-toestellen, hartslagmonitoren etc.) worden
verbroken.
HOE HET GELUIDSSYSTEEM TE GEBRUIKEN
Steek een audiokabel met 3,5 mm mannelijke uitein-
den (niet meegeleverd) in de audioaansluiting op het
bedieningspaneel en in de audioaansluiting op uw
MP3-speler of CD-speler of andere eigen audiospeler
om via de geluidsinstallatie van het bedieningspaneel
muziek of audioboeken af te spelen; zorg ervoor dat
de audiokabel volledig ingestoken is. Let op: Ga
naar uw plaatselijke elektronicawinkel om een
audiokabel aan te schaffen.
Druk dan op de play-toets van
uw eigen audio-speler. Pas het
volume aan met de toename-
en afnametoets volume op het
bedieningspaneel of met de
volumeregelknop op uw eigen
audiospeler.
Als u een persoonlijke CD-speler gebruikt en de
CD slaat over, plaats de CD-speler dan op de vloer
of een ander vlak oppervlak in plaats van op het
bedieningspaneel.
ETPE79816
24
DE INFORMATIEMODUS
Het bedieningspaneel heeft een informatiemodus die
de informatie van de loopband bijhoudt en laat u een
meeteenheid voor het bedieningspaneel kiezen.
Om de informatiemodus te kiezen, plaatst u de sleutel
in het bedieningspaneel terwijl u de toets Stop inge-
drukt houdt. Laat dan de toets Stop los. Let op: Indien
een oefening is geselecteerd, moet u mogelijk her-
haaldelijk drukken op de toets Stop om de oefening
te verlaten voordat u naar de informatiemodus kunt
gaan. De volgende informatie zal aangegeven worden
wanneer de volgende informatiemodus is gekozen:
De display geeft de softwareversie van het bedie-
ningspaneel weer.
Er verschijnt een “M” voor metrische kilometers of
een “E” voor Engelse mijlen op de display. Druk op
de toenametoets Speed (snelheid) om naar wens de
meeteenheid te wijzigen.
Haal de sleutel uit het bedieningspaneel of druk her-
haaldelijk op de toets Stop om de informatiemodus te
verlaten.
DE TABLETHOUDER GEBRUIKEN
U kunt uw tablet gebruiken om te bladeren in media
tijdens uw oefening. Plaats uw tablet in de tablethou-
der en laat de tablethouder uw tablet op zijn plaats
houden.
Tablethouder
25
DE LOOPBAND INKLAPPEN
Stel de helling in op nul voordat u de loopband
inklapt om te voorkomen dat de loopband bescha-
dig raakt. Verwijder dan de sleutel en haal de
stekker van het stroomsnoer uit het stopcontact.
OPGELET: U moet in staat zijn om 20 kg veilig op
te kunnen tillen om de loopband in te klappen, te
laten zakken of te verplaatsen.
1. Houd het metalen onderstel stevig vast op de
plaats die door de onderstaande pijl wordt aange-
geven. OPGELET: Houd het onderstel niet bij de
plastic voetleuningen vast. Buig uw benen en
houd uw rug recht als u het onderstel omhoog
houdt, halverwege tot de verticale stand.
2. Til het onderstel omhoog tot de opbergvergrende-
ling in de opbergstand vastklikt. OPGELET: Zorg
ervoor dat de opbergvergrendeling vastzit.
Leg een matje onder de loopband om uw vloerbe-
dekking te beschermen. Houd de loopband weg uit
direct zonlicht. Berg de loopband nooit op in een
omgeving waar de temperatuur meer dan 30°C is.
DE LOOPBAND VERPLAATSEN
Als u de loopband wilt verplaatsen, dient u deze eerst
in te klappen zoals aan de linkerkant staat beschreven.
OPGELET: Zorg ervoor dat de vergrendelknop zich
in de opslagpositie bevindt. Er kunnen twee men-
sen nodig zijn om de loopband te verplaatsen.
1. Houd een van de handleuningen en het onderstel
vast en zet een voet tegen een wiel.
2. Trek de handleuning naar achter tot de loopband
op de wielen rijdt; verplaats de loopband dan
voorzichtig naar de gewenste locatie. OPGELET:
Verplaats de loopband niet zonder deze naar
achter te laten kantelen, trek niet aan het onder-
stel en verplaats de loopband niet over een
oneffen ondergrond.
3. Plaats een voet tegen een van de wielen en laat de
loopband voorzichtig zakken.
HOE DE LOOPBAND TE LATEN ZAKKEN VOOR
GEBRUIK
1. Duw het bovenste uit-
einde van het onderstel
naar voren en druk
tegelijkertijd voorzichtig
met uw voet tegen het
bovenste gedeelte van de
opbergvergrendeling.
2. Trek het bovenste uiteinde
van het onderstel naar u
toe terwijl u met uw voet
op de opbergvergrendeling
drukt.
3. Zet een stap terug en laat
het onderstel op de vloer
zakken.
Onderstel
1
Handleuning
Onderstel
Wiel
1
1
2
2
Onderstel
Vergrendeling
HOE DE LOOPBAND IN TE KLAPPEN EN TE VERPLAATSEN
26
ONDERHOUD
Regelmatig onderhoud is belangrijk voor een optimale
werking en om slijtage te verminderen. Controleer
steeds bij gebruik alle onderdelen van de loopband en
draai ze goed vast.
Maak de loopband regelmatig schoon en houd de
band schoon en droog. Druk eerst de stroomscha-
kelaar in de stand Off (uit) en trek de stroomkabel
uit. Veeg de buitenkant van de loopband met een
vochtige doek en een klein beetje zachte zeep af.
BELANGRIJK: Spuit geen vloeistoffen recht-
streeks op de loopband. Houd vloeistoffen weg
van het bedieningspaneel om schade aan het
bedieningspaneel te voorkomen. Maak de loopband
vervolgens met een zachte doek goed droog.
PROBLEMEN OPLOSSEN
SYMPTOOM: Het apparaat gaat niet aan
a. Zorg ervoor dat de stekker goed is aangesloten in
een geaard stopcontact (zie bladzijde 17 ). Mocht
een verlengsnoer nodig zijn gebruik dan alleen een
3-dradige geleider: snoer maat 14 (1 mm
2
) van 1,5
m of korter.
b. Steek de sleutel in het bedieningspaneel nadat u
het snoer in het stopcontact heeft gestoken.
c. Controleer de stroomschakelaar bij de stroomkabel
op het onderstel van de loopband. De schakelaar
is doorgeslagen wanneer de schakelaar uitsteekt
zoals afgebeeld. Wacht vijf minuten en druk dan
de schakelaar weer in om de stroomschakelaar te
resetten.
SYMPTOOM: De stroom gaat uit tijdens gebruik
a. Controleer de stroomschakelaar (zie tekening c
links). Als de schakelaar doorgeslagen is, wacht
dan vijf minuten en druk de schakelaar weer in.
b. Zorg ervoor dat de stroomkabel ingestoken is. Als
de stroomkabel ingestoken is, trek deze dan uit,
wacht vijf minuten en steek hem dan weer in.
c. Verwijder de sleutel uit het bedieningspaneel en
steek hem er weer in.
d. Zie de kaft van deze handleiding als de loopband
nog steeds niet werkt.
SYMPTOOM: De helling van de loopband verandert
niet juist
a. Houd de toets Stop en de toenametoets Speed
(snelheid) ingedrukt, steek de sleutel in het bedie-
ningspaneel en laat dan de toets Stop en de
toenametoets Speed los. Druk vervolgens op de
toets Stop en druk dan op de toename- of afname-
toets Incline (helling). De loopband zal automatisch
naar het maximum hellingniveau stijgen en dan
naar het minimumniveau terugkeren. Hierdoor zal
het hellingsysteem opnieuw geijkt worden. Druk op
de toets Stop en daarna weer op de toename- of
afnametoets Incline als het hellingsysteem niet met
ijken gaat beginnen. Trek de sleutel uit het bedie-
ningspaneel als het hellingsysteem geijkt is.
SYMPTOOM: De displays van het bedieningspaneel
werken niet naar behoren
a. Verwijder de sleutel uit het bedieningspaneel en
TREK DE STROOMKABEL UIT. Verwijder de vijf
#8 x 3/4" Schroeven (4). Draai voorzichtig offde-
Motorkap (65) eraf.
Resetten
Doorgeslagen
c
65
4
a
4
4
ONDERHOUD EN OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
27
Zoek de snelheidssensor (107) en de Magneet
(109) aan de linkerkant van de Katrol (49). Draai
de Katrol tot de Magneet is uitgelijnd met de
Snelheidssensor. Zorg dat het gat tussen de
Magneet en de Snelheidssensor ongeveer 3 mm
is. Maak indien nodig de #8 x 1/2" Machineschroef
(95), los beweeg de Snelheidsensor lichtjes, en
maak de Machineschroef weer vast. Maak de
Motorkap (niet afgebeeld) weer vast met de #8 x
3/4" Schroeven (niet afgebeeld) en laat de loop-
band een paar minuten draaien om te controleren
of de snelheidsmeting juist is.
SYMPTOOM: De loopband vertraagt wanneer er op
gelopen wordt
a. Mocht een verlengsnoer nodig zijn gebruik dan
alleen een 3 conductor, maat 14 (1 mm
2
) snoer van
1,5 meter of korter.
b. Als de loopband te strak staat draait de loopband
langzamer en kan het loopvlak zelfs bescha-
digd worden. Verwijder de sleutel en TREK DE
STROOMKABEL UIT. Draai beide schroeven van
de ruststandrol met de inbussleutel een kwartslag
tegen de klok in. Als de loopband goed vastligt
moet u elke rand van de loopband 5 tot 7 cm van
het loopoppervlak kunnen optillen. Zorg ervoor dat
de band in het midden blijft liggen. Haal dan de
stekker uit het stopcontact. Plaats de sleutel en laat
de loopband een paar minuten lopen. Herhaal tot
de loopband goed vastzit.
c. Uw loopband is voorzien van een band die al
met een hoogwaardig smeermiddel is behandeld.
BELANGRIJK: Behandel de loopband of het
loopvlak nooit met siliconenspray of enig ander
substantie tenzij dit door een erkende onder-
houdsmonteur wordt aangegeven. Dergelijke
substanties kunnen de kwaliteit van de loopband
verslechteren en leiden tot overmatige slijtage. Zie
de kaft van deze handleiding als u vermoedt dat de
loopband aanvullende smering nodig heeft.
d. Zie de kaft van deze handleiding als de loopband
nog steeds vertraagt als erop gelopen wordt.
Schroeven van de Ruststandrol
5–7 cm
b
109
95
107
3 mm
49
Boven-
aanzicht
28
SYMPTOOM: De band ligt niet in het midden van
de voetleuningen. BELANGRIJK: Als de band langs
de voetleuningen schuurt kan de band beschadigd
raken.
a. Als eerste, verwijder de sleutel en TREK DE
STEKKER UIT HET STOPCONTACT. Als de
loopband naar links is verschoven, kunt u de
inbussleutel gebruiken om de linker schroef van de
ruststandrol een halve slag naar rechts te draaien;
als de loopband naar rechts is verschoven kunt
u de linkerschroef van de ruststandrol een halve
slag naar links draaien. Zorg dat u de loopband niet
te strak draait. Haal dan de stekker uit het stop-
contact. Plaats de sleutel en laat de loopband een
paar minuten lopen. Herhaal deze procedure tot de
band goed in het midden ligt.
SYMPTOOM: De loopband slipt wanneer er op
gelopen wordt
a. Als eerste, verwijder de sleutel en TREK DE
STEKKER UIT HET STOPCONTACT. Draai met
de inbussleutel beide schroeven van de rust-
standrol een kwartslag met de klok mee. Als de
loopband goed vastligt moet u elke rand van de
loopband 5 tot 7 cm van het loopvlak kunnen
optillen. Zorg ervoor dat de band in het midden
blijft liggen. Steek dan de stekker in het stopcon-
tact, plaats de sleutel en loop voorzichtig een paar
minuten op de loopband. Herhaal tot de loopband
goed vastzit.
a
a
Voetleuningen
29
Deze richtlijnen helpen u bij het plannen van uw
oefeningenprogramma. Voor meer gedetailleerde oefe-
ninginformatie, dient u een erkend boek te kopen of
uw arts te consulteren. Onthoud dat goede voeding en
voldoende rust essentieel zijn voor succesvolle
resultaten.
INTENSITEIT VAN OEFENINGEN
Of het nu uw doel is om vet te verbranden of om uw
hart en vaatsysteem te versterken, het uitvoeren
van oefeningen met de juiste intensiteit is de sleutel
voor het bereiken van resultaten. U kunt uw hartslag
gebruiken als gids voor het vinden van het juiste inten-
siteitniveau. De grafiek hieronder toont de aanbevolen
hartslagen voor het verbranden van vet en voor een
aerobic-oefening.
Voor het vinden van het juiste intensiteitniveau, zoekt u
uw leeftijd onderaan de grafiek (leeftijden worden afge-
rond naar het dichtstbijzijnde tiental). De drie getallen
boven uw leeftijd bepalen uw “trainingszone”. Het
laagste nummer is uw hartslag voor het verbranden
van vet, het middelste nummer is uw hartslag voor het
maximaal verbranden van vet en het hoogste nummer
is de hartslag voor de aerobic-oefening.
Vet Verbranden—Om op doeltreffende wijze vet te
verbranden, moet u gedurende een aanhoudende
periode oefeningen doen op een laag intensiteitniveau.
Tijdens de eerste minuten van de oefening gebruikt
uw lichaam koolhydraatcalorieën voor de energie. Pas
na de eerste minuten van de oefening gebruikt uw
lichaam opgeslagen vetcalorieën voor de energie. Als
het uw doel is om vet te verbranden dient u de intensi-
teit van de oefening aan te passen tot uw hartslag zich
bij het laagste nummer in uw trainingszone bevindt.
Voor maximale vetverbranding, dient u te oefenen
met uw hartslag in het middelste nummer van uw
trainingszone.
Aerobic-oefening—Als het uw doel is om uw hart
en vaatsysteem te versterken dan moet u een aero-
bic-oefening uitvoeren die zorgt voor activiteit die grote
hoeveelheden zuurstof vereist gedurende langere peri-
oden. Voor een aerobic-oefening past u de intensiteit
van uw oefening aan tot uw hartslag in de buurt is van
het hoogste nummer van uw trainingszone.
RICHTLIJNEN VOOR EEN TRAINING
Warming Up—Start met strekken en lichte oefeningen
gedurende 5 tot 10 minuten. Een warming-up zorgt dat
u uw lichaamstemperatuur, hartslag en bloeddoorstro-
ming verhoogt in voorbereiding op de training.
Trainingszone-oefening—Oefen gedurende 20 tot
30 minuten met uw hartslag in uw trainingszone.
(Gedurende de eerste weken van uw oefeningen-
programma, dient u uw hartslag niet langer dan 20
minuten in uw trainingszone te houden.) Adem regel-
matig en diep bij het uitvoeren van de oefening; houd
uw adem niet in.
Afkoelen—Eindig met 5 tot 10 minuten strekken.
Strekken verhoogt de flexibiliteit van de spieren en
helpt problemen na de oefening voorkomen.
FREQUENTIE VAN DE OEFENINGEN
Om uw conditie te behouden of te verbeteren, dient u
drie trainingen per week te doen, met ten minste één
rustdag tussen de trainingen. Na een aantal maanden
regelmatig oefeningen doen, kunt u desgewenst maxi-
maal vijf trainingen per week doen. Onthoud dat het
dagelijks regelmatig en met plezier doen van oefenin-
gen de sleutel tot uw succes is.
RICHTLIJNEN VOOR HET OEFENEN
WAARSCHUWING:
Voordat u begint met dit of een ander oefe-
ningenprogramma, dient u een arts te
consulteren. Dit is vooral belangrijk voor
personen boven de 35 jaar of personen met
bestaande gezondheidsproblemen.
De hartslagmonitor is geen medisch appa-
raat. Diverse factoren kunnen invloed hebben
op nauwkeurigheid van de hartslagwaarden.
De hartslagmonitor is alleen bedoeld als hulp-
middel bij de oefening voor het bepalen van
de hartslag over het algemeen.
30
1 23 #8 x 1/2" Schroef
2 4 1/4" x 1/2" Schroef
3 2 Kussen van de Basis
4 29 #8 x 3/4" Schroef
5 4 #10 Sterring
6 2 5/16" x 3/4" Schroef
7 4 3/8" x 2 3/8" Schroef
8 4 #8 x 5/8" Machineschroef
9 4 #10 x 3/4" Schroef
10 1 #8 x 1/2" Zilveren Schroef
11 6 5/16" Sterring
12 4 #8 x 1" Tekschroef
13 8 3/8" Sterring
14 14 #8 x 3/4" Schroef met Trosvormige
Kop
15 3 1/4" x 2 1/2" Schroef
16 1 3/8" x 1 1/2" Bout
17 2 3/8" x 1 1/2" Wielbout
18 1 Onderstel van het Bedieningspaneel
19 4 #8 x 7/16" Schroef
20 2 1/4" x 3/8" Schroef
21 2 3/8" Pen
22 2 3/8" x 1 1/8" Bout
23 4 5/16" x 1 3/4" Schouderbout
24 2 #8 Sterring
25 1 Tablethouder
26 4 1/4" Sterring
27 1 Rechterhouder
28 4 5/16" x 2 1/2" Schroef
29 1 3/8" x 1 3/4" Bout met Inbuskop
30 4 5/16" Platte Tussenring
31 1 Kapje van de Rechter Handleuning
32 2 Tussenstuk van de Motor van de
Helling
33 6 3/8" Klemmoer
34 6 5/16" Moer
35 4 1/4" x 1 1/4" Schroef
36 1 Linkerhouder
37 6 #8 x 5/8" Schroef
38 2 Wiel
39 4 Isolator
40 2 Achterpoot
41 1 5/16" x 1 3/4" Bout
42 1 Linker Voetleuning
43 1 Waarschuwingssticker
44 1 Loopvlak
45 1 Loopband
46 2 Riemgeleider
47 1 Rechter Achterpoot
48 4 Draadband
49 1 Aandrijfrol/Katrol
50 2 Inzetstuk van het Basiskussen
51 2 9/32" Plastic Bus
52 1 Opbergvergrendeling
53 2 1/4" x 1 1/4" Schroef
54 1 Aandrijfmotor
55 1 Riem van de Motor
56 1 Onderstel
57 1 Linker Achterpoot
58 1 Aarddraad van het
Bedieningspaneel
59 4 Rubberkussen
60 1 Rechter Voetleuning
61 1 Ruststandrol
62 2 3/8" x 1 3/4" Schroef
63 2 3/8" x 1 1/4" Schroef
64 1 Basis van het Bedieningspaneel
65 1 Motorkap
66 4 Onderkant van het Kussen
67 2 Tussenstuk van het Onderstel van
de Helling
68 5 Kapklem
69 1 Hellingmotor
70 1 Onderstel van de Helling
71 2 Tussenstuk van het Onderstel
72 1 Controller
73 1 Plaat van de Regulator
74 1 Greep van de Rechter Handleuning
75 1 Stroomschakelaar
76 1 Stroomsnoer
77 1 Doorvoerhuls
78 1 Onderste Kap
79 1 Greep van de Linker Handleuning
80 1 Bedieningspaneel
81 1 Draad van de Staander
82 1 Linker Basiskap
83 1 Rechter Basiskap
84 2 Handleuning
85 1 Sensorstang
86 2 Draadband
87 1 Kapje van de Linker Handleuning
88 1 Sleutel/Klem
89 1 Linker Staander
90 1 Rechter Staander
91 2 Waarschuwingssticker
92 4 Klem van het Bedieningspaneel
93 1 Hartslagdwarsstang
94 1 Basis
95 8 #8 x 1/2" Machineschroef
96 2 3/8" Tussenring
97 8 M5 Tussenring
98 1 1/4" Moer
99 1 Klem van de Regulateur
100 1 Linker Binnenkap van de Basis
LIJST MET ONDERDELEN
Modelnr. PETL79816.0 R1016A
Nr. Aant. Beschrijving Nr. Aant. Beschrijving
31
101 1 Rechter Binnenkap van de Basis
102 4 3/8" Plastic Bus
103 2 Tussenstuk van de Roller
104 1 Contactdoos
105 8 #8 x 3/8" Schroef
106 1 5/16" x 2 1/4" Bout
107 1 Snelheidsensor
108 1 Clip
109 1 Magneet
110 2 Huls van de Motor
111 1 Filter
112 2 #8 Moer
113 2 #8 x 1/2" Filterschroef
114 1 Dwarsstang van de Vergrendeling
115 1 Motorisolator
* Gebruikershandleiding
Nr. Aant. Beschrijving Nr. Aant. Beschrijving
Let op: Deze technische gegevens kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. Kijk op de ach-
terkant van deze gebruiksaanwijzing voor informatie over te bestellen onderdelen. *Deze onderdelen worden niet
afgebeeld.
32
54
60
55
23
15
15
42
23
95
49
56
34
30
59
23
21
45
48
61
30
34
59
23
43
44
21
53
51
53
51
46
19
19
46
37
34
30
59
34
30
59
37
14
57
14
40
40
47
14
14
95
95
37
37
37
37
14
95
66
39
66
39
35
35
35
66
39
35
66
39
98
15
14
97
14
97
14
97
14
97
103
103
107
108
109
115
114
110
20
99
111
113
113
112
95
73
24
6
11
106
41
34
52
34
6
11
GEDETAILLEERDE TEKENING A
Modelnr. PETL79816.0 R1016A
33
68
65
72
78
33
29
69
70
16
71
33
71
32
4
4
4
68
68
68
68
4
4
4
4
4
4
4
4
4
67
67
102
102
96
96
33
33
76
75
104
GEDETAILLEERDE TEKENING B
Modelnr. PETL79816.0 R1016A
34
84
79
87
26
2
74
31
1
1
1
28
28
1
1
28
11
11
11
9
5
28
11
9
5
26
84
93
85
2 1
1
1
1
1
17
17
33
77
81
33
94
13
22
22
62
13
62
10
63
82
91
38
83
90
38
91
101
100
102
50
102
13
7
13
63
7
13
13
7
13
12
12
3
3
50
81
89
1
1
88
58
95
GEDETAILLEERDE TEKENING C
Modelnr. PETL79816.0 R1016A
35
36
80
18
86
92
25
92
92
92
4
4
4
4
4
8
8
4
105
105
105
105
27
64
1
4
4
1
4
4
1
1
4
GEDETAILLEERDE TEKENING D
Modelnr. PETL79816.0 R1016A
Dit elektronische product mag niet bij het gemeentelijk afval worden gegooid.
Om het milieu te beschermen, moet dit product volgens de wet worden gere-
cycleerd aan het einde van de levenscyclus.
Maak gebruik van installaties voor hergebruik die bevoegd zijn voor het verwer-
ken van dit soort afval in uw streek. Zo helpt u het milieu te beschermen en de
Europese normen voor milieubescherming te verbeteren. Als u meer informatie
nodig hebt over veilige en correcte afvalverwijdering, neem dan contact op met uw
plaatselijke gemeentedienst of de winkel waar u dit product hebt gekocht.
RECYCLING INFORMATIE
Bekijk de omslag van deze handleiding voor het bestellen van vervangende onderdelen. Zorg ervoor dat u de vol-
gende informatie bij de hand hebt wanneer u contact met ons opneemt:
• het modelnummer en het serienummer van het apparaat (raadpleeg de omslag van deze handleiding)
• de naam van het apparaat (raadpleeg de omslag van deze handleiding)
het nummer van het onderdeel en de beschrijving (zie LIJST MET ONDERDELEN en GEDETAILLEERDE
TEKENING aan het eind van deze handleiding)
HET BESTELLEN VAN ONDERDELEN
Onderdeel Nr. 380000 R1016A Gedrukt in China © 2016 ICON Health & Fitness, Inc.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36

ProForm PETL79816 de handleiding

Type
de handleiding