Nikon AF-S NIKKOR 70-200mm f/4G ED VR, Nikkor AF-S 70-200mm f/4G ED VR Objektiv Handleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de Nikon AF-S NIKKOR 70-200mm f/4G ED VR Handleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
72
Nl_03
Nl
Voor uw veiligheid
WAARSCHUWINGEN
Niet demonteren.
Het aanraken van de interne onderdelen van de camera of objectief
kan letsel veroorzaken.
In het geval van een defect moet het product alleen door
een gekwalificeerd technicus worden gerepareerd.
Mocht het product openbreken
als gevolg van een val of ander ongeluk, verwijder de camerabatterij en/of
ontkoppel de lichtnetadapter en breng het product naar een Nikon geautoriseerd
servicecenter.
Zet de camera in het geval van een defect onmiddellijk uit.
Bemerkt u dat er rook of een
andere ongebruikelijke geur uit het apparaat komt, haal dan onmiddellijk de
lichtnetadapter uit het stopcontact en verwijder de camerabatterij en zorg dat u
geen brandwonden oploopt.
Het voortzetten van de werking van het apparaat kan
brand of letsel tot gevolg hebben.
Breng na het verwijderen van de batterij het
apparaat voor inspectie naar een Nikon geautoriseerd servicecenter.
Niet gebruiken in de aanwezigheid van brandbaar gas.
Het bedienen van elektronische
apparatuur in de aanwezigheid van brandbaar gas kan een explosie of brand tot
gevolg hebben.
Kijk niet via het objectief of de camerazoeker naar de zon.
Kijken naar de zon of andere
heldere lichtbron via het objectief of de zoeker kan permanent visueel letsel
veroorzaken.
Houd buiten bereik van kinderen.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel
kan letsel tot gevolg hebben.
Neem tijdens het hanteren van het objectief en de camera de volgende voorzorgsmaatregelen in
acht:
Zorg dat het object en de camera droog blijven.
Het niet in acht nemen van deze
voorzorgsmaatregel kan brand of een elektrische schok tot gevolg hebben.
Hanteer het objectief of de camera niet met natte handen.
Het niet in acht nemen
van deze voorzorgsmaatregel kan een elektrische schok tot gevolg hebben.
Houd de zon goed uit het beeld tijdens het opnemen van onderwerpen met
tegenlicht.
Zonlicht dat wordt scherpgesteld in de camera terwijl de zon zich in of
nabij het beeld bevindt kan brand veroorzaken.
Bevestig de achter- en voorlensdop als het objectief voor langere tijd niet wordt
gebruikt en bewaar het objectief niet in direct zonlicht.
Als u het in direct zonlicht
laat liggen, kan het objectief de zonnestralen op brandbare objecten scherpstellen
en brand veroorzaken.
Draag geen statieven met het objectief of de camera eraan bevestigd.
U kunt struikelen of
per ongeluk anderen raken, met letsel als gevolg.
Laat het objectief niet achter waar het wordt blootgesteld aan extreem hoge temperaturen,
zoals in een afgesloten auto of in direct zonlicht.
Het niet in acht nemen van deze
voorzorgsmaatregel kan de interne onderdelen van het objectief nadelig
beïnvloeden en brand veroorzaken.
A
-
-
-
-
Nl
73
Nl_03
Nl
Onderdelen van het objectief
w e
!1 !2 !3 !4
@0
r t y u i o !0q
!5
!9!8
!6 !7
Optioneel.
q Bevestigingsmarkering voor
zonnekap...................................................78
w Scherpstelring ..............................................75
e Aanduiding voor scherpstelafstand
r Markering voor scherpstelafstand
t Zoomring ........................................................75
y Schaal brandpuntsafstand ...................75
u Markering brandpuntsafstand
i Objectief montagemarkering
o Rubberen afdichting voor
objectiefbevestiging ..........................80
!0 CPU-contacten ............................................80
!1 Schakelaar voor scherpstelstand ......75
!2 Schakelaar scherpstellimiet .................75
!3 Vibratiereductie
AAN/UIT-schakelaar ............................76
!4 Schakelaar vibratiereductiestand.....76
!5 Zonnekap........................................................78
!6 Uitlijnmarkering op zonnekap ...........78
!7
Vergendelmarkering op zonnekap
...78
!8 Positie-indices (90°) *................................79
!9 Statiefgondel * .............................................79
@0 Bevestigingsknop statiefgondel * ....79
*
74
Nl_03
Nl
Bedankt voor het aanschaffen van een AF‑S NIKKOR 70‑200mm f/4G ED
VR objectief.
Lees voor het gebruik van dit product zowel deze instructies
als de camerahandleiding aandachtig door.
Opmerking: Indien gemonteerd op een digitale reflexcamera in DX-formaat zoals de
D7000 of camera’s in de D300 serie, heeft dit objectief een kijkhoek van 22° 50 8° en
een brandpuntsafstand gelijkwaardig aan 105 300 mm (35 mm formaat).
Compatibiliteit
Vinkjes (““) duiden ondersteunde functies aan, functies met een
streepje (“—”) worden niet ondersteund.
Er zijn een aantal beperkingen
van toepassing: zie de camerahandleiding voor details.
Camera
Belichtingsstand (opname) Functie
P
2
S A M AF
3
VR
4
Nikon digitale reflexcameras in FX-formaat en in DX-formaat, F6,
F5, F100, F80-Serie, F75-Serie, F65-Serie
Pronea 600i, Pronea S
1
F4-Serie, F90X, F90-Serie, F70-Serie
F60-Serie, F55-Serie, F50-S
erie, F-401x, F-401s, F-401
F-801s, F-801, F-601
m
F3AF
, F
-
601, F
-
501, Nikon MF cameras (behalve F-601
m)
Belichtingsmodus M (handmatig) is niet beschikbaar.
Omvat AUTO en onderwerpstanden (Digitaal Vari-programma).
Autofocus.
Vibratiereductie.
Scherpstellen
Ondersteunde scherpstelstanden worden in de volgende tabel getoond
(zie de camerahandleiding voor informatie over de scherpstelmodi van de
camera).
Camera
Camerascherp‑
stelstand
Objectiefscherpstelstand
A/M M
Nikon digitale reflexcameras in FX-formaat en in
DX-formaat, F6, F5, F4-Serie, F100, F90X, F90-
Serie, F80-Serie, F75-Serie, F70-Serie, F65-Serie,
Pronea 600i, P
ronea S
AF
Autofocus met
handcorrectie
(AF-prioriteit)
Handmatige
scherpstelling
met elektronische
afstandsmeter
MF Handmatige scherpstelling
(elektronische afstandsmeter
beschikbaar voor alle cameras
behalve F-601m)
F60-Serie, F55-Serie, F50-Serie, F-801s, F-801,
F-601m, F-401x, F-401s, F-401
AF, MF
1
2
3
4
75
Nl_03
Nl
A/M (Autofocus met handcorrectie/AF-prioriteit)
Om scherp te stellen met behulp van autofocus met handcorrectie (A/M):
z
Schuif de schakelaar voor scherpstelstand van het objectief naar A/M.
x
Scherpstellen.
Indien gewenst kan autofocus worden uitgeschakeld door aan de
scherpstelring van het objectief te draaien terwijl de ontspanknop half
wordt ingedrukt (of, als de camera is voorzien van een AF-ONknop,
terwijl de AF-ON‑knop wordt ingedrukt); merk op dat de ring een korte
afstand moet worden gedraaid voordat autofocus wordt uitgeschakeld.
Druk de ontspanknop half in om opnieuw scherp te stellen met behulp
van autofocus of druk opnieuw op de AF-ON‑knop.
De schakelaar voor de scherpstellimiet
Deze schakelaar bepaalt de limieten voor de scherpstelafstand voor
autofocus.
FULL: Selecteer deze optie voor onderwerpen die zich op
een afstand van minder dan 3 m bevinden.
∞–3 m: Indien uw onderwerp zich altijd op een afstand van
ten minste 3 m bevindt, selecteer deze optie om sneller te
kunnen scherpstellen.
Zoom en scherptediepte
Draai aan de zoomring voordat u scherpstelt om de brandpuntsafstand aan
te passen en de foto te kadreren
.
Als de camera over voorbeeld
scherptediepte beschikt (stop omlaag), kan scherptediepte ook als voorbeeld
in de zoeker worden bekeken (zie pagina 210 voor meer informatie).
Opmerking: Merk op dat de aanduiding voor scherpstelafstand alleen als leidraad is
bedoeld en is mogelijk niet nauwkeurig genoeg om de afstand tot het onderwerp te
tonen en toont mogelijk niet, door scherptediepte of andere factoren, ∞ wanneer de
camera op een ver voorwerp wordt scherpgesteld.
Diafragma
Diafragma wordt met behulp van de camerabesturingen aangepast.
76
Nl
Ingebouwde flitser
Bij het gebruik van de ingebouwde flitser op cameras uitgerust met een
ingebouwde flitser, verwijder de zonnekap om vignettering te
voorkomen (schaduwen aangemaakt waar het uiteinde van het objectief
de ingebouwde flitser verduisterd).
Vibratiereductie (VR)
Vibratiereductie (VR) vermindert onscherpte veroorzaakt door
cameratrilling, waarbij sluitertijden tot maximaal 4,0 stops langer duren
dan anders het geval zou zijn. Dit verhoogt het bereik van de beschikbare
sluitertijden en laat hand-held, statiefvrije fotografie toe in vele
verschillende situaties. De effecten van VR op sluitertijd worden gemeten
overeenkomstig de Camera and Imaging Products Association (CIPA)-
standaarden; FX-formaat objectieven worden gemeten met behulp van
FX-formaat digitale camera’s, DX-formaat objectieven met behulp van
DX-formaat cameras. Zoomobjectieven worden bij maximale zoom
gemeten.
De vibratiereductie AAN/UIT-schakelaar gebruiken
Selecteer ON om vibratiereductie in te schakelen.
Vibratiereductie
wordt geactiveerd wanneer de ontspanknop half wordt
ingedrukt, waarbij de effecten van cameratrilling voor
verbeterde kadrering en scherpstelling worden
verminderd.
Selecteer OFF om vibratiereductie uit te schakelen.
De schakelaar vibratiereductiestand gebruiken
De schakelaar vibratiereductiestand wordt gebruikt om de
vibratiereductiestand te selecteren terwijl vibratiereductie is
ingeschakeld.
Selecteer NORMAL om de effecten van trillingen te
verminderen tijdens het fotograferen vanuit een vaste
positie en in andere situaties met relatief weinig
camerabeweging.
Selecteer ACTIVE om de effecten van trillingen te verminderen
bij het fotograferen van een bewegend voertuig, tijdens
het lopen en in andere situaties met actieve
camerabeweging.
77
Nl_03
Nl
Vibratiereductie gebruiken: opmerkingen
Schuif de vibratiereductieschakelaar naar OFF als de camera geen
vibratiereductie ondersteunt (pag. 74).
Het ingeschakeld laten van de
vibratiereductie kan de batterij snel doen leeglopen, voornamelijk in
het geval van Pronea 600i camera’s.
Druk bij het gebruik van vibratiereductie de ontspanknop half in en
wacht totdat de afbeelding in de zoeker is gestabiliseerd, voordat de
ontspanknop in zijn geheel wordt ingedrukt.
Wanneer vibratiereductie actief is, kan de afbeelding in de zoeker
onscherp worden nadat de sluiter wordt vrijgegeven.
Dit duidt niet op
een defect.
Schuif de keuzeschakelaar van de vibratiereductie naar NORMAL voor
het pannen van opnamen.
Wanneer de camera wordt gepand, wordt
vibratiereductie alleen toegepast op bewegingen die geen deel van het
pannen uitmaken (als de camera bijvoorbeeld horizontaal wordt
gepand, wordt vibratiereductie alleen op verticale trillingen toegepast),
waardoor het veel eenvoudiger is de camera in een brede boog soepel
te pannen.
Zet de camera niet uit of verwijder het objectief niet wanneer
vibratiereductie in werking is.
Indien de voeding naar het objectief
wordt afgekoppeld wanneer vibratiereductie actief is, kan het objectief
rammelen wanneer deze schudt.
Dit duidt niet op een defect en kan
met behulp van het herbevestigen van het objectief en het inschakelen
van de camera worden verholpen.
Als de camera is voorzien van een ingebouwde flitser, wordt
vibratiereductie uitgeschakeld wanneer de flitser laadt.
Schakel vibratiereductie uit wanneer de camera stevig op een statief
wordt gemonteerd, maar laat de camera ingeschakeld wanneer de
statiefknop niet vastzit of wanneer een monopod wordt gebruikt.
78
Nl_03
Nl
De zonnekap
De zonnekap beschermt het objectief en blokkeert dwaallicht dat anders
lichtvlekken of beeldschaduwen veroorzaakt.
Lijn de vergrendelmarkering op de zonnekap (—)
uit met bevestigingsmarkering voor de zonnekap ()
op het objectief (e).
Houd, bij het bevestigen of verwijderen van de kap, deze vlakbij het
symbool op de bijbehorende basis om te stevig vastpakken te vermijden.
Vignettering kan zich voordoen als de kap niet juist is bevestigd.
Wanneer niet in gebruik, kan de kap worden omgedraaid en gemonteerd
op het objectief.
Als de kap wordt omgedraaid, kan het door middel van
draaien worden bevestigd en verwijderd terwijl het vlakbij de
vergrendelingsmarkering wordt gehouden (—).
Scherpstelschermen
De volgende cameras ondersteunen een verscheidenheid aan
scherpstelschermen voor gebruik in verschillende situaties.
Scherm
Camera A B C E
EC‑B
EC‑E G1 G2 G3 G4 J L M U
F6
F5+DP-30
(+0,5)
F5+DA-30
(+1,0)
(+0,5)
(+0,5)
(–1,0)
(+0,5)
(+1,0)
: Aanbevolen.
: Vignettering zichtbaar in zoeker (fotos worden niet beïnvloedt).
—: Niet compatibel met camera.
( ): Cijfers tussen haakjes geven de belichtingscompensatie voor centrumgerichte
lichtmeting.
Selecteer “Other screen (Ander matglas)” voor Persoonlijke instelling
b6 (“Screen comp. (Compensatie voor matglas)”) tijdens het aanpassen van de
belichtingscompensatie voor de F6; merk op dat bij schermen anders dan B of E
“Other screen (Ander matglas)” moet worden geselecteerd, zelfs wanneer de
waarde voor belichtingscompensatie 0 is.
Belichtingscompensatie voor de F5 kan
met behulp van Persoonlijke instelling 18 worden aangepast; zie de
camerahandleiding voor details.
Lege cel: Niet geschikt voor gebruik met deze objectief.
Merk op dat type M schermen
niettemin kunnen worden gebruikt voor fotomicrografie en macrofotografie bij
vergrotingen van 1 : 1 of hoger.
Opmerking: De F5 ondersteunt alleen matrixmeting met A, B, E, EC-B/EC-E, J en L
scherpstelschermen.
79
Nl_03
Nl
De optionele RT-1 statiefgondel
Draai de bevestigingsring van de statiefgondel los om de camera naar de
gewenste positie te draaien en richt het beeld horizontaal of verticaal.
Merk
op dat uw hand in aanraking kan komen met het statief als u de camera draait
terwijl de handgreep wordt vastgehouden.
Afhankelijk van de manier waarop
de camera of het statief is bevestigd, kan cameratrilling worden verminderd
door het statief op de statiefbevestiging van de camera te plaatsen.
WAARSCHUWING
Draai de bevestigingsknop van de statiefgondel volledig vast bij het bevestigen
van de statiefgondel. Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan
het losraken van het objectief tot gevolg hebben, wat letsel kan veroorzaken.
A
De statiefgondel bevestigen
4
5
6
7
z
Draai de bevestigingsknop van de statiefgondel
(q) los.
x
Open de ring.
Trek de bevestigingsknop naar u toe (w) en open
de ring (e).
c
Plaats het objectief in de ring (r).
v
Sluit de ring.
Trek de bevestigingsknop naar u toe (t) en sluit de
ring (y).
Gebruik niet teveel kracht.
Uw hand kan
bekneld raken in de ring.
b
Draai de bevestigingsknop vast (u).
De camera positioneren
Draai de bevestigingsknop (q) los, stel de positie‑
indices af op de gewenste verticale of horizontale
richting (w) en draai vervolgens de bevestigingsknop
(e) vast.
De statiefgondel verwijderen
4
z
Draai de bevestigingsknop (q) los.
x
Verwijder de ring.
Trek de bevestigingsknop naar u toe (w) en open
(e) en verwijder het objectief (r).
80
Nl_03
Nl
Onderhoud objectief
Pak of houd het objectief of de camera niet alleen met behulp van de
zonnekap vast.
Houd de CPU‑contacten schoon.
M
ocht de rubberen afdichting voor objectiefbevestiging beschadigt
zijn, staak onmiddellijk het gebruik en breng het objectief voor
reparatie naar een Nikon geautoriseerd servicecenter.
Gebruik een blaasbalgje om stof en pluizen van de
objectiefoppervlakken te verwijderen.
Voor het verwijderen van
vlekken en vingerafdrukken moet u een kleine hoeveelheid ethanol of
objectiefreiniger op een zachte, schone katoenen doek of objectief
reinigingsdoekje aanbrengen en reinig met een draaiende beweging
vanuit het midden naar buiten toe.
Zorg dat er geen vegen
achterblijven en raak het glas niet met uw vingers aan.
Gebruik voor het reinigen van het objectief nooit organische
oplosmiddelen zoals verfthinner of benzeen.
De zonnekap of NC filters kunnen worden gebruikt ter bescherming van
het voorste objectiefelement.
Bevestig de voor‑ en achterlensdoppen voordat u het objectief in het
flexibele tasje plaatst.
Als het objectief voor langere tijd niet wordt gebruikt, moet u het op
een koele en droge plaats bewaren.
Zo voorkomt u schimmel en roest.
Bewaar niet in direct zonlicht of in combinatie met mottenballen van
nafta of kamfer.
Zorg dat het objectief droog blijft.
Het roesten van het interne
mechanisme kan onherstelbare schade veroorzaken.
Het objectief achterlaten op extreem hete locaties kan schade veroorzaken
of onderdelen gemaakt van versterkt plastic kunnen kromtrekken.
Meegeleverde accessoires
67 mm makkelijk te bevestigen voorste objectiefdop LC‑67
Achterste objectiefdop LF‑4
Bajonetkap HB‑60
Flexibel objectiefetui CL‑1225
Compatibele accessoires
67 mm vastschroefbare filters
Statiefgondel RT‑1
AF‑I/AF‑S teleconv
erters TC‑14E/TC‑14E II/TC‑17E II */TC‑20E */
TC‑20E II */T
C‑20E III *
Autofocus is alleen beschikbaar voor camera's die ondersteuning voor f/8 bieden.
*
81
Nl_03
Nl
Specificaties
Type Type G AF-S objectief met ingebouwde CPU- en F-vatting
Brandpuntsafstand 70 200 mm
Maximale diafragma f/4
Objectiefconstructie 20 elementen in 14 groepen (inclusief 3 ED-objectiefelementen en
objectiefelementen met Nano-Crystal-coatings)
Weergavehoek
Nikon film SLR en D‑SLR camera’
s in FX‑formaat: 34° 20 12° 20
Nikon D‑SLR camera’s in DX‑formaat: 22° 50
IX240 systeemcamera’s: 27° 40 9° 50
Schaal brandpuntsafstand Gegradeerd in millimeters (70, 85, 105, 135, 200)
Afstandsinformatie Uitvoer naar camera
Zoom Handmatige zoom met behulp van zoomring
Scherpstellen Nikon Internal Focusing (IF) System met autofocus
aangestuurd door Silent Wave Motor en afzonderlijke
scherpstelring voor handmatige scherpstelling
Vibratiereductie Lens-shift met behulp van voice coil motors (VCMs)
Aanduiding voor
scherpstelafstand
1 m tot oneindig (∞)
Kortst
e scherpstelafstand 1 m van filmvlak bij alle zoomposities
D
iafragmabladen 9 (ronde diafragmaopeningen)
Diafragma Volledig automatisch
Diafragmabereik f/4 tot f/32
Lichtmeting Volledig diafragma
Schakelaar scherpstellimiet Twee standen: FULL (∞ 1
m) en ∞ 3 m
Maat voor filters/
voorzetlenzen
67 mm (P =
0,75 mm)
Afmetingen Ca. 78 mm maximum diameter × 178,5 mm (afstand vanaf
objectiefbevestigingsvlak van de camera)
Gewicht Ca. 850 g
Nikon behoudt zich het recht de specificaties van de hardware, zoals beschreven in deze
handleiding, te allen tijde zonder voorafgaande kennisgeving te wijzigen.
/