Roche ACCU-CHEK Inform II Short Guide

Type
Short Guide
Accu-Chek Inform II
SYSTEEM VOOR DE BEPALING VAN BLOEDGLUCOSE
Beknopte gebruiksaanwijzing
2
Beknopte gebruiksaanwijzing versie 1.0
2008-01 Nieuw document
Beknopte gebruiksaanwijzing versie 2.0
2009-08 Update, nieuwe softwareversie 02.00
Beknopte gebruiksaanwijzing versie 3.0
2010-09 Update, nieuwe softwareversie 03.00
Beknopte gebruiksaanwijzing versie 4.0
2012-11 Update, nieuwe softwareversie 03.04,
redactionele herzieningen
Beknopte gebruiksaanwijzing versie 5.0
2013-09 Update, nieuwe hardware van de meter,
nieuwe softwareversie 04.00, redactionele herzieningen
Beknopte gebruiksaanwijzing versie 6.0
2017-03 Update, nieuwe softwareversie 04.02,
redactionele herzieningen
Overzicht van herzieningen
3
Inhoudsopgave
Belangrijk ...................................................4
Algemene informatie .............................5
Accu-Chek Inform II-meter ...............10
Uitvoeren van bepalingen
van patiëntenmonsters ........................12
Uitvoeren van bepalingen
van controlematerialen .......................20
Opslaan van informatie over
het charge(lot)nummer van
de teststrip ...............................................29
Reinigen van het systeem ..................34
Oplossen van problemen ...................39
4
WAARSCHUWING:
Bescherming tegen infecties
Volg de binnen uw instelling of laborato-
rium geldende richtlijnen en procedures
voor het omgaan met bloedmonsters
zorgvuldig op.
Voor gedetailleerde informatie wordt
verwezen naar de Handleiding van
het Accu-Chek Inform II-systeem en
de bijsluiters van de verpakkingen.
Belangrijke
veiligheidsinformatie
5
Algemene informatie
Als u vragen heeft, kunt u contact
met ons opnemen:
0800- 2882882 (Nederland)
02 247 47 47 (België)
Andere landen: neem contact op
met de lokale vertegenwoordiging
van Roche.
Algemene informatie
6
Uw systeem is gereed voor gebruik,
als het battery pack op het docking-
station is opgeladen.
Meters kunnen conform de wensen
van uw instelling of laboratorium
worden geconfigureerd en functies,
zoals het verplichte gebruik van een
gebruikersidentificatie, kunnen al
dan niet worden gebruikt.
Het Accu-Chek InformII-systeem
kan zodanig worden geconfigu-
reerd, dat er geen metingen van
patiëntenmonsters kunnen worden
uitgevoerd tot de metingen van
controles met succes zijn uitgevoerd
(QC-blokkering).
Algemene informatie
7
QC-blokkering wordt ingesteld, als
men een meting van een patiënten-
monster uit wil voeren en de metin-
gen van de controlematerialen niet
binnen het door uw instelling of
laboratorium vastgestelde tijdsinter-
val of met de aangegeven frequentie
zijn uitgevoerd.
er metingen van controlematerialen
zijn uitgevoerd, maar de meetwaar-
den niet binnen het toegestane
controlewaarden bereik lagen.
er nieuwe software is geïnstalleerd.
er een ander charge(lot)nummer
van de teststrips is geselecteerd
dan het ”huidige” charge(lot)
nummer (fabrieksmatige
standaardinstelling).
een nieuwe charge (lot) teststrips
voor het eerst wordt gebruikt.
Algemene informatie
Algemene informatie
8
Foutmeldingen worden op de
display weergegeven om u te
waarschuwen voor toestanden of
omstandigheden, waar aandacht aan
moet worden besteed. Voer de op
de display aangegeven actie om het
probleem op te lossen uit, druk op
en ga verder met de meting.
Algemene informatie
9
Reagentia
Voor het uitvoeren van metingen van
patiëntenmonsters en van glucose-
controlematerialen zijn de volgende
reagentia nodig:
Accu-Chek Inform II-teststrips
Accu-Chek Performa
Control-oplossingen
Accu-Chek Lineariteitstest Kit
(indien dit door de richtlijnen
van uw instelling of laboratorium
vereist wordt)
Kritische waarden
Vraag een meting door het labo-
ratorium aan bij de volgende
bloedglucosewaarden:
Hoger dan ________ mmol/L
Lager dan ________ mmol/L
Algemene informatie
Algemene informatie
10
Meter, bovenaanzicht
Accu-Chek Inform II-meter
Uitsparing voor de teststrip
Touchscreen
Aan/Uit-toets
11
Meter, onderaanzicht
Accu-Chek Inform II-meter
Accu-Chek Inform II-meter
Venster van de barcodescanner
Battery pack
Infraroodvenster
12
1. Druk op de Aan/Uit-toets om
de meter aan te zetten.
2. Druk als het scherm Start op
de display wordt weergegeven
op
om naar het scherm
Gebruikers-ID te gaan of wacht
5 seconden, waarna de meter
automatisch naar het scherm
Gebruikers-ID gaat.
Uitvoeren van bepalingen van
patiëntenmonsters
13
3. Voer de Gebruikers-ID in of scan
deze en druk vervolgens op
om het scherm Hoofdmenu weer
te geven.
4.
Hoofdmenu
Resultaten bekijken
Controletest
Patiëntentest
Maria S.
12:48
17.03.17
Druk op Patiëntentest om het
scherm Patiënten-ID weer te
geven.
Bepaling van
patiëntenmonsters
Uitvoeren van bepalingen van
patiëntenmonsters
14
5. Voer de patiënten-ID in of scan
deze en druk vervolgens op .
Op de display verschijnt de aan-
wijzing om het lotnummer van
de teststrip te bevestigen.
A B C D E
F G H I J
K L M N O
P-Z123
Patiënten-ID
12:48
17.03.17
Uitvoeren van bepalingen van
patiëntenmonsters
15
6. Controleer of het charge(lot)
nummer van de teststrip juist is.
Als dit juist is, drukt u op
.
Op de display verschijnt de aan-
wijzing om de teststrip te plaatsen.
Als dit onjuist is, drukt u op
om een ander charge(lot)nummer
te selecteren.
Patiëntentest
Patiënt 123456789
Gebruik strip lotnr.
12:48
123456?
17.03.17
Patiëntentest
Patiënt 123456789
Strip lotnr. 545794
12:48
17.03.17
Geb.datum: 05.12.70
Bepaling van
patiëntenmonsters
Uitvoeren van bepalingen van
patiëntenmonsters
16
7. Schuif de teststrip in de richting
van de pijlen op de teststrip zo
ver mogelijk in de uitsparing
voor de teststrip. De meter geeft
een akoestisch signaal en het
zandlopersymbool verschijnt.
8.
Wacht tot de knipperende drup-
pel op de display wordt weerge-
geven, voordat u bloed opzuigt.
Uitvoeren van bepalingen van
patiëntenmonsters
17
9. Houd de bloeddruppel tegen
de uitsparing aan de voorkant
(gele opbrengzone) van de test-
strip. Breng geen bloed op aan
de bovenkant van de teststrip.
Het bloed wordt door capillaire
werking in de teststrip gezogen.
Bepaling van
patiëntenmonsters
Uitvoeren van bepalingen van
patiëntenmonsters
18
De meter geeft een akoestisch sig-
naal en een zandlopersymbool geeft
aan, dat de meting wordt uitgevoerd.
10. Als de meting is voltooid, wordt
het resultaat op de display
weergegeven. Druk op
om
de gewenste opmerkingen in te
voeren. Druk op
om naar
het Hoofdmenu terug te keren.
Patiëntentest
Bereik
8.3
Patiënt 123456789
Datum 17.03.17 12:48
mmol/L
12:48
17.03.17
Uitvoeren van bepalingen van
patiëntenmonsters
19
11. Verwijder de teststrip en gooi
deze weg conform de geldende
voorschriften en richtlijnen voor
het weggooien van potentieel
infectieuze monsters en
materialen.
Bepaling van
patiëntenmonsters
Uitvoeren van bepalingen van
patiëntenmonsters
20
1. Druk op de Aan/Uit-toets om
de meter aan te zetten.
2. Druk als het scherm Start op
de display wordt weergegeven
op
om naar het scherm
Gebruikers-ID te gaan of wacht
5 seconden, waarna de meter
automatisch naar het scherm
Gebruikers-ID gaat.
Uitvoeren van bepalingen van
controlematerialen
21
3. Voer de Gebruikers-ID in of
scan deze en druk vervolgens
op
om het scherm
Hoofd-
menu
weer te geven.
4.
Hoofdmenu
Resultaten bekijken
Controletest
Patiëntentest
Maria S.
12:48
17.03.17
Druk op Controletest om het
scherm Controletest weer te
geven.
Functiecontrolemetingen
Uitvoeren van bepalingen van
controlematerialen
22
5. Druk op het niveau controle-
materiaal, dat u voor de meting
wilt selecteren.
Controletest
Niv. 2 (hoog)
Niv. 1 (laag)
Verplicht
12:48
17.03.17
Uitvoeren van bepalingen van
controlematerialen
23
6. Controleer het charge(lot)num-
mer van het controlemateriaal.
Als dit juist is, drukt u op
.
Op de display verschijnt de aan-
wijzing om het lotnummer van
de teststrip te bevestigen.
Als dit onjuist is, drukt u op
om een ander charge(lot)nummer
in te voeren of te scannen.
Controletest
Controle L2 (hoog)
123456?
Gebruik contr. lotnr.
12:48
17.03.17
Controletest
Controle L2 (hoog) 123456
Gebruik strip lotnr.
12:48
123456?
17.03.17
Functiecontrolemetingen
Uitvoeren van bepalingen van
controlematerialen
24
7. Controleer of het charge(lot)
nummer van de teststrip juist is.
Als dit juist is, drukt u op
.
Op de display verschijnt de
aanwijzing om de teststrip te
plaatsen.
Als dit onjuist is, drukt u op
om een ander charge(lot)nummer
te selecteren.
Controletest
Controle L2 (hoog) 123456
Gebruik strip lotnr.
12:48
123456?
17.03.17
Controletest
Controle L2 (hoog) 123456
Strip lotnr. 545794
12:48
17.03.17
Uitvoeren van bepalingen van
controlematerialen
25
8. Schuif de teststrip in de richting
van de pijlen op de teststrip zo
ver mogelijk in de uitsparing
voor de teststrip. De meter geeft
een akoestisch signaal en het
zandlopersymbool verschijnt.
9.
Wacht tot de knipperende
druppel op de display wordt
weergegeven, voordat u de
controleoplossing opzuigt.
Functiecontrolemetingen
Uitvoeren van bepalingen van
controlematerialen
26
10. Houd de druppel glucose-
controleoplossing tegen de uit-
sparing aan de voorkant (gele
opbrengzone) van de teststrip.
De controleoplossing wordt door
capillaire werking in de teststrip
gezogen. Breng geen controle-
oplossing op aan de bovenkant
van de teststrip.
De meter geeft een akoestisch sig-
naal en een zandlopersymbool geeft
aan, dat de meting wordt uitgevoerd.
Uitvoeren van bepalingen van
controlematerialen
27
11. Als de meting is voltooid, wordt
het resultaat op de display weer-
gegeven. Druk op om de
gewenste opmerkingen in te
voeren. Druk op
om, indien
dit noodzakelijk is, met het vol-
gende niveau verder te gaan of
om naar het Hoofdmenu terug
te keren.
Controletest
Bereik
Controle L2 (hoog) 123456
Datum 17.03.17 12:48
17.1
mmol/L
12:48
17.03.17
Hoofdmenu
Resultaten bekijken
Controletest
Patiëntentest
Maria S.
12:48
17.03.17
Functiecontrolemetingen
Uitvoeren van bepalingen van
controlematerialen
28
12. Verwijder de teststrip en gooi
deze weg conform de geldende
voorschriften en richtlijnen.
Uitvoeren van bepalingen van
controlematerialen
29
1. Druk op de Aan/Uit-toets om
de meter aan te zetten.
2. Druk als het scherm Start op
de display wordt weergegeven
op
om naar het scherm
Gebruikers-ID te gaan of wacht
5 seconden, waarna de meter
automatisch naar het scherm
Gebruikers-ID gaat.
3. Voer de Gebruikers-ID in of scan
deze en druk vervolgens op
om het scherm Hoofdmenu 2
weer te geven.
Informatie strip lotnr. opslaan
Opslaan van informatie over het
charge(lot)nummer van de teststrip
30
4. Druk op Strip lotnrs. om het
bijbehorende menu te openen.
5.
Hoofdmenu 2
Onderhoud
Strip lotnrs.
Ringonderz.
Contr. lotnrs.
Geluid
Lineariteit
Syst. controle
Linear. lotnrs.
Beheer
12:48
17.03.17
Strip lotnrs.
Toev.
Strip
31.06.17 855732
* 21.05.17 845678
Strip 21.06.17 845723
Type Vervaldat. Lotnr.
Strip
12:48
17.03.17
Druk op Toev., als u van een
nieuwe codechip de gegevens
van een nieuw charge(lot)num-
mer wilt toevoegen. Het scherm
Strip lotnr. toev. wordt geopend.
Opslaan van informatie over het
charge(lot)nummer van de teststrip
31
6. Plaats de nieuwe codechip in
de codechip-uitsparing van de
codechipreader. Een LED begint
te knipperen en geeft aan, dat
de codechipreader gereed is om
de gegevens naar de meter over
te dragen.
Informatie strip lotnr. opslaan
Opslaan van informatie over het
charge(lot)nummer van de teststrip
32
7. Houd de meter 10–15 cm
(4-6inch) boven de code-
chipreader, zodat er verbinding
tussen de twee infraroodvensters
kan worden gemaakt.
8.
Druk op om te starten met
het downloaden van de gegevens.
Door displayweergaven op de
meter wordt u geïnformeerd over
de voortgang van het downloaden.
Opslaan van informatie over het
charge(lot)nummer van de teststrip
33
9. Bevestig de informatie van het
nieuwe charge(lot)nummer van
de teststrips.
Druk op
om de gegevens
van dit charge(lot)nummer
ongewijzigd op te slaan of
Druk op
om de gegevens
van dit charge(lot)nummer te
wijzigen, voordat deze worden
opgeslagen.
Strip lotnr. toev.
Bevestiging strip lotnr.
D-530: Wilt u de
voorgestelde waarden voor
strip 545603 gebruiken?
Houdbaar tot: 10.12.17
L1(LA): 2.4-4.1 mmol/L
L2(HO): 16-21.6 mmol/L
12:48
17.03.17
Informatie strip lotnr. opslaan
Opslaan van informatie over het
charge(lot)nummer van de teststrip
34
LET OP!
Voorzorgsmaatregelen om schade
aan het systeem te voorkomen
Sproei oplossingen niet rechtstreeks
op het dockingstation.
Gebruik voor het schoonmaken van
de onderdelen van het systeem geen
reinigingsmiddelen, die de chemicaliën
ether of polyhexanide bevatten of
oplossingen of doekjes, die een meng-
sel van bleekmiddel en detergens
bevatten.
Bij gebruik van commercieel ver-
krijgbare vochtige reinigingsdoekjes
moet de eventuele overmaat aan
reinigingsoplossing worden verwijderd
door uitknijpen of afdeppen op een
papieren tissue, voordat de buitenkant
van de meter hiermee kan worden
afgenomen.
Reinigen van het systeem
35
1. Vóór het reinigen moet de meter
uit het dockingstation worden
gehaald en moeten alle stekkers
van het dockingstation worden
verwijderd.
2. Gebruik een licht bevochtigde
doek of een vochtig doekje, dat
een van de volgende reinigings-
middelen bevat:
een lichte zeepwateroplossing
70 % (of minder) oplossing van
isopropylalcohol in water
0,625 % (of minder) oplossing
van natriumhypochloriet in water
Reiniging
Reinigen van het systeem
36
3. Veeg de vervuilde oppervlakken
van alle onderdelen af en zorg
ervoor, dat hierbij de elektrische
aansluitingen en uitsparingen
van de meter/dockingstation/
codechipreader niet worden
afgeveegd.
Als alternatief, kunt u de meter
(het dockingstation echter niet)
met een oplossing besproeien.
Besproei de meter niet met een
oplossing, als deze op het docking-
station is geplaatst!
Reinigen van het systeem
37
WAARSCHUWING:
Sproei de oplossingen niet
rechtstreeks in de uitsparing
voor de teststrip!
Vocht in de uitsparing voor de teststrip
kan tot onjuiste bloedglucoseresultaten
leiden. Als u vermoedt, dat er vocht in
de uitsparing voor de teststrip terecht is
gekomen, dient u een meting met een
glucosecontrole uit te voeren.
4. Zorg ervoor, dat de meter en het
dockingstation goed droog zijn,
voordat deze weer in gebruik
worden genomen of voordat de
stekkers van het dockingstation
weer worden aangesloten.
Reiniging
Reinigen van het systeem
38
LET OP!
Zorg ervoor, dat de meter en
hetdockingstation (incl. aan-
sluitingen) na het reinigen of
ontsmetten goed droog zijn.
5. Sluit alle stekkers van het doc-
kingstation weer aan en hervat
het gebruik van het systeem.
Voor informatie over het ont-
smetten van het systeem, wordt
verwezen naar de Handleiding
van het Accu-Chek InformII-
systeem.
Reinigen van het systeem
39
De meter wordt niet ingeschakeld.
Oplossing: Plaats de meter op het doc-
kingstation en controleer of het battery
pack correct wordt opgeladen.
De melding ”QC nodig: onmiddellijk
wordt op de display weergegeven.
Oplossing: Voer de controles uit. Er
kunnen geen metingen van patiënten-
monsters worden uitgevoerd tot de
metingen van controlematerialen
succesvol zijn uitgevoerd.
Op de display van de meter wordt
een niet-numeriek resultaat of een
foutmelding weergegeven.
Oplossing: Raadpleeg de Handleiding
van het Accu-Chek Inform II-systeem
of voer de op de display aangegeven
actie om het probleem op te lossen uit.
Oplossen van problemen
ACCU-CHEK, ACCU-CHEK INFORM,
ACCU-CHEK PERFORMA en COBAS
zijn merken van Roche.
© 2017 Roche Diagnostics.
Alle rechten voorbehouden.
Roche Diagnostics GmbH
Sandhofer Strasse 116
68305 Mannheim, Germany
www.cobas.com
0 4807944001 (06) 2017-03 NL
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40

Roche ACCU-CHEK Inform II Short Guide

Type
Short Guide