• Controleer of de elektrische gegevens
op het typeplaatje overeenkomen met
de stroomvoorziening in uw woning.
• Informatie over het voltage vindt u op
het typeplaatje.
• U dient te beschikken over de juiste
scheidingsvoorzieningen: stroomonder-
brekers, zekeringen (schroefzekeringen
moeten uit de houder worden verwij-
derd), aardlekschakelaars en contact-
gevers.
• De elektrische installatie moet isolatie
bevatten waardoor het apparaat volle-
dig van het lichtnet afgesloten kan wor-
den. De isolatie moet een contactope-
ning hebben met een minimale breedte
van 3mm.
• De schokbeschermingsonderdelen
moeten zo worden bevestigd dat zij niet
kunnen worden verwijderd zonder ge-
reedschap.
• Gebruik altijd een correct geïnstalleerd,
schokbestendig stopcontact.
• Houd kabels bij het aansluiten van elek-
trische apparaten op stopcontacten uit
de buurt van de hete deur van het ap-
paraat.
• Gebruik geen meerwegstekkers, -aan-
sluitingen en verlengkabels. Er kan
brand ontstaan.
• Zorg ervoor dat de stroomsnoeren (in-
dien van toepassing) en kabel niet
knakken of beschadigd raken achter
het apparaat.
• Zorg ervoor dat de aansluiting op het
net toegankelijk is na de installatie.
• Trek niet aan het netsnoer om het ap-
paraat los te koppelen. Trek altijd aan
de stekker zelf (indien van toepassing).
• Vervang of verander het netsnoer niet
zelf. Neem contact op met een erkend
servicecentrum.
1.5 Gasaansluiting
• Alleen een vakkundig gasinstallateur
kan het apparaat installeren en aanslui-
ten. Neem contact op met een erkend
servicecentrum. Dit om lichamelijk letsel
of structurele schade te voorkomen.
• Zorg ervoor dat de luchtstroom rond
het apparaat goed is. Een defectueuze
luchttoevoer kan zuurstofgebrek ver-
oorzaken.
• Controleer voor de installatie of de loka-
le toevoercondities (gastype -en druk)
en de afstelling van het apparaat com-
patibel zijn.
• Op het typeplaatje staat informatie over
de gastoevoer.
• Dit apparaat mag niet aangesloten wor-
den op een afvoerinrichting voor ver-
brandingsproducten. Het moet in plaats
daarvan worden geïnstalleerd en aan-
gesloten volgens de actuele installatie-
regels. Bijzondere aandacht moet ge-
geven worden aan de geldende regels
betreffende ventilatie.
• Het gebruik van een kooktoestel op gas
veroorzaakt warmte en vocht in de
ruimte waar het geïnstalleerd is. Zorg
dat de ventilatie in de keuken goed is:
houd de natuurlijke ventilatiegaten open
of installeer een mechanisch ventilatie-
apparaat (mechanische afzuigkap).
• Meer ventilatie (bijvoorbeeld door het
openen van een venster of het verho-
gen van het niveau van de mechani-
sche ventilatie, indien aanwezig) is
noodzakelijk wanneer u het apparaat
gedurende een lange periode intensief
gebruikt.
1.6 Gebruik
• Dit apparaat is uitsluitend bedoeld voor
huishoudelijk koken. Gebruik het appa-
raat niet voor commerciële of industriële
doeleinden. Zo voorkomt u lichamelijk
letsel of schade aan eigendommen.
• Controleer het apparaat altijd tijdens
gebruik.
• Sta niet te dicht bij het apparaat als u
de deur van het apparaat opent als het
apparaat aan staat. Er kan hete stoom
ontsnappen. Er bestaat gevaar voor
brandwonden.
• Gebruik dit apparaat niet als het con-
tact maakt met water. Bedien het ap-
paraat niet met natte handen.
• Het apparaat mag niet worden gebruikt
als werkblad of aanrecht.
• De kookplaat van het apparaat wordt
heet tijdens gebruik. Er bestaat gevaar
voor brandwonden. Leg geen metalen
voorwerpen, zoals bestek of deksels,
op de kookplaat; deze kunnen zeer
heet worden.
4
www.electrolux.com