A-S2200

Yamaha A-S2200, A-S3200 de handleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de Yamaha A-S2200 de handleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
Nederlands
171
Dank u en proficiat met uw aankoop van dit Yamaha product.
U kunt thuis genieten van het hoogwaardige stereogeluid van deze versterker.
Om dit product op de juiste wijze en veilig te gebruiken adviseren we deze handleiding en de “Veiligheidsbrochure”
aandachtig door te lezen.
Bewaar de handleiding op een veilige en toegankelijke plaats om in de toekomst te kunnen raadplegen.
Eigenschappen
Zwevend gebalanceerde schakeling voor eindversterker
Volledig gebalanceerde transmissie van ingang naar uitgang
Toonregelingsschakeling met een parallel volumesysteem
Grote voeding met vier afzonderlijke schakelingen
Links-rechts symmetrisch ontwerp
Volledig discrete phono-voorversterker
Hoofdtelefoonversterker met lage impedantie en hoog vermogen
172
Dingen die u moet weten alvorens het product te gebruiken
Over deze handleiding
Deze handleiding beschrijft de functies en aansluithandelingen van het toestel.
De in deze handleiding weergegeven illustraties dienen uitsluitend voor instructiedoeleinden.
Technische gegevens en uiterlijk kunnen zonder kennisgeving worden gewijzigd.
•“
WAARSCHUWING” beschrijft voorzorgsmaatregelen die moeten worden gevolgd om ernstig letsel
of zelfs fataal letsel te vermijden.
•“
VOORZICHTIG” beschrijft voorzorgsmaatregelen die moeten worden gevolgd om letsel te vermijden.
•“LET OP” beschrijft voorzorgsmaatregelen die moeten worden gevolgd om mogelijke storing of schade aan het
product te vermijden.
” beschrijft aanvullende informatie over het product.
Meegeleverde accessoires
Controleer of de volgende accessoires in de verpakking zitten.
Afstandsbediening
Batterijen (AAA, R03, UM-4) (×2)
Netsnoer*
Gebruikershandleiding (dit boek)
Veiligheidsbrochure
* Afhankelijk van de distributieregio kunnen verschillende netsnoeren in de verpakking worden meegeleverd.
Gebruik het snoer dat voor uw regio van toepassing is.
Inhoudsopgave
Eigenschappen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 171
Dingen die u moet weten alvorens het
product te gebruiken. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 172
Over deze handleiding. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 172
Meegeleverde accessoires . . . . . . . . . . . . . . . . 172
Namen en functies van onderdelen. . . . . . 173
Voorpaneel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 174
Achterpaneel. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 178
Afstandsbediening . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 180
Inzetten van batterijen in de
afstandsbediening. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .182
De afstandsbediening bedienen . . . . . . . . .182
Aansluitingen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 183
Aansluitschema . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 184
De luidsprekers aansluiten . . . . . . . . . . . . . . . . 186
Luidsprekerkabels gebruiken . . . . . . . . . . . .186
Banaanstekkerkabels gebruiken. . . . . . . . . . 187
Aansluitkabels met Y-vormige
krimpaansluitingen gebruiken . . . . . . . . . . .187
Dubbel bedrade verbinding . . . . . . . . . . . . . . .187
Gebalanceerde aansluiting . . . . . . . . . . . . . . . .188
Trigger-aansluiting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .188
Externe verbinding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .189
Het toestel vanuit een andere kamer
bedienen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 189
Afstandsverbinding tussen
Yamaha-componenten. . . . . . . . . . . . . . . . . . 189
Aansluiten van het netsnoer . . . . . . . . . . . . . . .190
Appendix . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 191
Technische gegevens. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .192
Schema . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .194
Akoestische kenmerken . . . . . . . . . . . . . . . . . . .195
Karakteristieken toonregeling . . . . . . . . . . . 195
Totale harmonische vervorming . . . . . . . . . 195
Totale harmonische vervorming
(PHONO). . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 196
Foutopsporing . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .197
Onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .198
Opmerking
Nederlands
173
Namen en functies van onderdelen
Dit deel beschrijft de namen en functies van diverse onderdelen
op het voor- en achterpaneel en de afstandsbediening.
174
Namen en functies van onderdelen
Voorpaneel
1 A (aan/uit) schakelaar/indicator
Als de A (aan/uit) schakelaar zich in de bovenste
positie bevindt, druk dan herhaaldelijk op de A AMP-
toets op de afstandsbediening om over te schakelen
tussen aan- en stand-by-modus. Daarnaast schakelt het
toestel over op stand-by-modus in één van de
volgende situaties.
Als de Automatische Stand-by functie is ingeschakeld.
( pagina 178)
Als de stroomtoevoer wordt uitgeschakeld van het
apparaat dat is aangesloten op de TRIGGER IN-
aansluiting van dit toestel. ( pagina 188)
Nadat het toestel wordt ingeschakeld, duurt het enkele
seconden alvorens het toestel geluid kan produceren.
Schakel het toestel niet in binnen 10 seconden nadat het
is uitgeschakeld. Dit kan ruis veroorzaken.
Om het toestel vanuit stand-bymodus in te schakelen zet
u eerst de A (aan/uit) schakelaar in de onderste positie
om uit te schakelen. Vervolgens zet u de schakelaar in de
bovenste positie.
Als het toestel in standby-modus staat en de stekker van
het netsnoer wordt uit het stopcontact gehaald en er
weer ingestoken, zal het toestel worden ingeschakeld.
13 4 5 6 72
A
(aan/uit)
schakelaar
Aan/uit status Indicator
Bovenste positie
On Fel verlicht
Standby Matig verlicht
Onderste positie Off Off
LET OP
Wanneer u dit toestel voor langere tijd niet gaat
gebruiken, haal dan de stekker uit het stopcontact. Zelfs
als het toestel is uitgeschakeld stroomt er nog een
minieme hoeveelheid stroom naar het toestel.
Opmerking
Nederlands
175
2 Sensor voor de afstandsbediening
Deze ontvangt de signalen van de afstandsbediening.
( pagina 182)
3 PHONES-aansluiting
Sluit hier uw hoofdtelefoon aan.
Het hier aansluiten van de hoofdtelefoon heeft het
volgende tot gevolg:
- Er komt geen geluid meer uit de aangesloten
luidsprekers.
- Er wordt geen audiosignaal verzonden naar de PRE
OUT-aansluitingen.
- U kunt MAIN DIRECT niet als signaalbron selecteren.
Als MAIN DIRECT is geselecteerd als signaalbron worden
er audiosignalen verzonden naar de PHONES-aansluiting.
4 TRIM-keuzeschakelaar
Schakelt de ingangsgevoeligheid van de
hoofdtelefoonversterker om.
Kies de versterkingsinstelling die geschikt is voor uw
hoofdtelefoon.
Beschikbare versterking:
6 dB, 0 dB, +6 dB, +12 dB
5 SPREKERS keuzeschakelaar
Hiermee kunt u twee sets luidsprekers in- of
uitschakelen die als volgt zijn aangesloten op
SPEAKERS L/R A en B-aansluitingen op het
achterpaneel:
OFF: Er wordt geen audiosignaal door de
luidsprekers weergegeven.
A: Audiosignalen worden weergegeven via de
luidsprekerset die is aangesloten op de A-
aansluitingen.
B: Audiosignalen worden weergegeven via de
luidsprekerset die is aangesloten op de B-
aansluitingen.
A+B BI-WIRING: Audiosignalen worden
weergegeven via de luidsprekersets die zijn
aangesloten op de A- en B-aansluitingen.
Selecteer deze positie als u van plan bent gebruik
te maken van een dubbel bedrade aansluiting.
( pagina 187)
6 METER-keuzeschakelaar
Schakelt de meter functie als volgt om:
OFF:
Draait de meterwerking en displayverlichting om.
PEAK:
Schakelt de meterdisplay om naar
piekniveaumeter. De piekniveaumeter geeft het
hoogste permanente niveau van een audiosignaal weer.
VU: Schakelt het type meterdisplay om naar VU
(Volume Unit = volume-eenheid)-niveaumeter.
De VU-niveaumeter geeft een effectieve waarde
van geluidsweergave die te vergelijken is met
menselijke zintuigen.
DIMMER:
Als dit is geselecteerd wijzigt de DIMMER
de helderheid van de meterdisplay in stappen. Als
het gewenste helderheidsniveau is bereikt, schakel
dan over op een andere instellingsparameter om de
helderheid te bevestigen.
7 Meter (LEFT/RIGHT)
Geeft het audio-uitgangsniveau van het linker (LEFT)
en rechter (RIGHT) kanaal aan.
Opmerking
LET OP
[Model voor Azië]
Als u twee sets luidsprekers (A+B) aansluit, gebruik dan
luidsprekers met een impedantie van 12Ω of hoger.
[Overige modellen]
Als u twee sets luidsprekers (A+B) aansluit, gebruik dan
luidsprekers met een impedantie van 8Ω of hoger.
176
Namen en functies van onderdelen
Voorpaneel
8 BASS-regelaar
Past het geluidsvolumeniveau van het basbereik aan.
Instelbaar bereik: 10 dB – 0 – +10 dB
9 TREBLE-regelaar
Past het geluidsvolumeniveau van het hoge
tonenbereik aan.
Instelbaar bereik: 10 dB – 0 – +10 dB
0 BALANCE-regelaar
Stelt de geluidsbalans van de linker- en
rechterluidsprekers af om onevenwichtig geluid te
compenseren dat wordt veroorzaakt door de plaatsing
van de luidsprekers of de luistercondities in de kamer.
Als zowel de BASS- als TREBLE-regelaars in het midden staan
(nul), passeert het audiosignaal ongewijzigd de
toonregeling.
De instellingen van de BASS-, TREBLE- en BALANCE-regelaars
hebben geen invloed op de ingangssignalen van de
aansluitingen MAIN IN of de uitgangssignalen van de LINE 2
OUT-aansluitingen.
A INPUT-keuzeschakelaar/indicator
Selecteer de signaalbron. De indicator voor de
geselecteerde signaalbron gaat branden.
Audiosignalen van de geselecteerde signaalbron
worden verzonden naar LINE 2 OUT-aansluitingen.
MAIN DIRECT: Selecteert de component die als
signaalbron is aangesloten op de MAIN IN-
aansluitingen.
LINE 1/LINE 2: Selecteert de component die als
signaalbron is aangesloten op de LINE 1 of LINE
2-aansluitingen.
BAL: Selecteert de component die als signaalbron is
aangesloten op de BAL-ingangen.
CD: Selecteert de cd-speler die als signaalbron is
aangesloten op de CD-ingangen.
TUNER: Selecteert de tuner die als signaalbron is
aangesloten op de TUNER-ingangen.
PHONO: Selecteert de draaitafel die als signaalbron
is aangesloten op de PHONO-ingangen.
8 9 0 A
Opmerking
Nederlands
177
Als MAIN DIRECT is geselecteerd als signaalbron worden
er geen audiosignalen verzonden naar de PRE OUT, LINE
2 OUT of PHONES-aansluitingen.
Als LINE 2 is geselecteerd, worden er geen audiosignalen
verzonden naar de LINE 2 OUT-aansluitingen.
B PHONO-schakelaar
Zet de PHONO-schakelaar op MM of MC aan de hand
van het type element van de draaitafel in kwestie, die
is aangesloten op de PHONO-ingangen op het
achterpaneel.
Schakel dit toestel uit, alvorens het element van de
draaitafel te vervangen.
C Voeten
Als het toestel onstabiel staat, stel dan de hoogte van
de voeten bij door deze te draaien.
D AUDIO MUTE schakelaar/indicator
Druk op deze schakelaar om het huidige
volumeniveau met ongeveer 20 dB te verlagen. De
indicator gaat branden. Druk nog eens op deze toets
om de geluidsweergave op het oorspronkelijke
volume voort te zetten. De indicator gaat uit.
E VOLUME-knop
Past het volumeniveau aan. Deze instelling heeft geen
invloed op het uitgangsniveau van de LINE 2 OUT-
aansluitingen.
B EDC
Opmerking
Opmerking
LET OP
Als u MAIN DIRECT als signaalbron selecteert voor dit
apparaat, is het geluidsvolumeniveau gefixeerd. Om het
volumeniveau in deze situatie aan te passen gebruikt u
de volumeregelaar op de externe versterker die is
aangesloten op de MAIN IN-aansluitingen.
178
Namen en functies van onderdelen
Achterpaneel
1 BAL (gebalanceerd)-ingangen
Stel de ATTENUATOR-keuzeschakelaar en PHASE-
keuzeschakelaar juist in voor de afspeelcomponent die op
deze aansluiting is aangesloten. ( pagina 188)
2 PRE OUT-aansluitingen
Audio-uitgangssignaal aan de PRE OUT-aansluitingen is
hetzelfde signaal dat wordt verzonden naar de SPEAKERS
L/R CH-aansluitingen.
De volgende parameterinstellingen zijn geldig voor
audiosignalen bij de PRE OUT-aansluitingen.
-BASS
-TREBLE
-BALANCE
-VOLUME
3 AUTO POWER STANDBY-schakelaar
ON: Het toestel gaat automatisch in stand-bymodus
als het is ingeschakeld, maar gedurende acht uur
niet wordt bediend (functie Automatische Stand-
by).
OFF: Het toestel gaat niet automatisch in stand-by-
modus.
4 TRIGGER IN-aansluiting
Sluit externe componenten aan die de triggerfunctie
ondersteunen. ( pagina 188)
5 REMOTE IN/OUT-aansluitingen
Sluit externe componenten aan die de functie externe
bediening ondersteunen. ( pagina 189)
6 SERVICE-aansluiting
Deze aansluitingen wordt gebruikt om het product te
testen.
7 SPEAKERS L/R CH-aansluitingen
8 TUNER-ingangen
A97
21
C8 B0 D
Opmerking
Opmerking
Nederlands
179
9 PHONO-ingangen
0 CD-ingangen
A GND (aarde)-aansluiting
Als u de draaitafel op dit toestel aansluit, aard deze
dan met de GND-aansluiting. Hierdoor kunt u brom
voorkomen.
Dit is geen aardlekschakelaar.
B LINE 1-ingangen
C LINE 2-aansluitingen
Sluit externe componenten aan met analoge audio-in-
en uitgangen.
D MAIN IN-aansluitingen
Sluit externe componenten aan die een
volumeregeling hebben, zodat u dit apparaat als
eindversterker kunt gebruiken.
E AC IN-aansluiting
Sluit hier het meegeleverde netsnoer aan.
( pagina 190)
7E
3456
VOORZICHTIG
Draai de GND-aansluiting niet te ver los. Anders kan de
knop losraken en per ongeluk door een kind worden
ingeslikt.
Opmerking
LET OP
Als u MAIN DIRECT als signaalbron selecteert voor dit
apparaat, is het geluidsvolumeniveau gefixeerd. Om het
volumeniveau in deze situatie aan te passen gebruikt u
de volumeregelaar op de externe versterker die is
aangesloten op de MAIN IN-aansluitingen.
180
Namen en functies van onderdelen
Afstandsbediening
1 Infraroodzender
Deze produceert de infrarode bedieningssignalen naar
het toestel. ( pagina 182)
2 A AMP-toets
Het toestel inschakelen of naar stand-by-modus
schakelen. ( pagina 174)
3 Signaalbron selectietoetsen
Kies de signaalbron.
Audiosignalen van de geselecteerde signaalbron
worden verzonden naar LINE 2 OUT-aansluitingen.
BAL: Selecteert de component die als signaalbron is
aangesloten op de BAL-ingangen.
LINE 1/LINE 2: Selecteert de component die als
signaalbron is aangesloten op de LINE 1 of LINE
2-aansluitingen.
PHONO: Selecteert de draaitafel die als signaalbron
is aangesloten op de PHONO-ingangen.
MAIN DIRECT: Selecteert de component die als
signaalbron is aangesloten op de MAIN IN-
aansluitingen.
CD: Selecteert de cd-speler die als signaalbron is
aangesloten op de CD-ingangen.
TUNER: Selecteert de tuner die als signaalbron is
aangesloten op de TUNER-ingangen.
Als MAIN DIRECT is geselecteerd als signaalbron worden
er geen audiosignalen verzonden naar de PRE OUT, LINE
2 OUT of PHONES-aansluitingen.
Als LINE 2 is geselecteerd, worden er geen audiosignalen
verzonden naar de LINE 2 OUT-aansluitingen.
4 VOLUME +/− toetsen
Passen het volumeniveau aan. Deze instelling heeft
geen invloed op het uitgangsniveau van de LINE 2
OUT-aansluitingen.
1
2
3
4
6
5
7
Opmerking
LET OP
Als u MAIN DIRECT als signaalbron selecteert voor dit
apparaat, is het geluidsvolumeniveau gefixeerd. Om het
volumeniveau in deze situatie aan te passen gebruikt u
de volumeregelaar op de externe versterker die is
aangesloten op de MAIN IN-aansluitingen.
Nederlands
181
5 MUTE-toets
Druk op deze toets om het huidige volumeniveau met
ongeveer 20 dB te verlagen. Druk nogmaals op deze
toets om het oorspronkelijke volume voort te zetten.
6 Bedieningstoetsen tuner
De functies van een aangesloten Yamaha tuner
bedienen. Raadpleeg voor meer informatie de
gebruikershandleiding van de tuner.
7 Bedieningstoetsen cd-speler
De functies van een aangesloten Yamaha cd-speler
bedienen. Raadpleeg voor meer informatie de
gebruikershandleiding van de cd-speler.
OPEN/CLOSE-toets: Opent en sluit de disklade
van een aangesloten cd-speler.
A CD-toets: Schakelt een aangesloten cd-speler in, of
schakelt deze in stand-by-modus.
(Weergave): Start het afspelen van de cd-speler.
(Pauze): Pauzeert het afspelen van de cd-speler.
Druk op of om het afspelen voort te zetten.
(Stop): Stopt het afspelen van de cd-speler.
/ (Overslaan): Gaat verder naar de volgende
track, of gaat terug naar het begin van de huidige
track.
SOURCE-toets: Selecteert de bron die moet worden
afgespeeld op de cd-speler. De weergavebron
verandert telkens u op deze toets drukt.
LAYER-toets: Schakelt de weergavelaag van een
hybride super audio-cd om tussen “Super audio
CD” en “CD.”
Sommige Yamaha tuners of cd-spelers ondersteunen de
besturingstoetsen voor cd-spelers of tuners mogelijk niet.
Opmerking
182
Namen en functies van onderdelen
Inzetten van batterijen in de
afstandsbediening
1 Verwijder de klep van het batterijvak.
2 Plaats twee batterijen (AAA, R03, UM-4) in
het vak met de polen (+ en −) de goede kant
op, zoals aangegeven in het batterijvak.
3 Plaats de klep van het batterijvak terug.
De afstandsbediening bedienen
Zorg dat u de afstandsbediening binnen de weergegeven
zone gebruikt en rechtstreeks op de
afstandsbedieningssensor op het voorpaneel van dit toestel
richt.
2
1
3
30 30
Maximaal 6 m
Nederlands
183
Aansluitingen
In dit gedeelte wordt het aansluiten van het toestel op
luidsprekers en audiobroncomponenten behandeld.
184
Aansluitingen
Aansluitschema
VOORZICHTIG
Zorg dat u alle aansluitingen heeft voltooid, voordat u het netsnoer in het stopcontact steekt. ( pagina 190)
+
-
+
-
Draaitafel
Luidspreker A
(R-kanaal)
( pagina 186)
Luidspreker B
(R-kanaal)
( pagina 186)
Tuner
Cd-speler met
RCA-aansluitingen
Cd-speler of netwerkspeler
met XLR-aansluitingen
( pagina 188)
Blu-ray-speler, etc
Nederlands
185
+
-
+
Luidspreker A
(L-kanaal)
Luidspreker B
(L-kanaal)
Externe versterker of
actieve subwoofer
Voorversterker,
AV-versterker, etc.
Cd-recorder, tapedeck,
etc.
LET OP
Als er een component is aangesloten op de MAIN IN-aansluitingen, is het geluidsvolume van het apparaat gefixeerd. Sluit
daarom geen cd-speler aan of andere componenten die geen functie hebben voor volume-aanpassing op de MAIN IN-
aansluitingen van het toestel. Anders kan er een hoog geluidsniveau worden geproduceerd, waardoor het toestel of de
luidsprekers kunnen beschadigen.
186
Aansluitingen
Omdat deze eindversterker van het “floating” gebalanceerde
type is, zijn de volgende verbindingen niet mogelijk.
- Aansluiting tussen twee “+” (of twee “−”) terminals van
de linker en rechter kanalen (afb. 1).
- Aansluiting van alle “−” terminals van de linker en
rechter kanalen van het toestel op de
tegenovergestelde kanaalluidsprekers (kruislingse
aansluiting, afb. 2).
- Aansluiting van de linker/rechter kanaal “−” terminals
(of per abuis contact laten maken) met de metalen
onderdelen van het achterpaneel van dit toestel.
Sluit geen actieve subwoofer aan op de SPEAKERS L/R CH-
aansluitingen. Sluit de subwoofer aan op de PRE OUT-
aansluitingen van het toestel.
De luidsprekers aansluiten
Luidsprekerkabels gebruiken
1
Verwijder ongeveer
10
mm van de afscherming
van het uiteinde van de luidsprekerkabel, en
draai de blootgelegde draden stevig samen om
kortsluiting te voorkomen.
2 Draai de knop op de
luidsprekeraansluitingen los en steek de
blanke draad zijwaarts in de opening van
de aansluiting.
3 Maak de knop vast.
Opmerking
+
+
L
R
+
+
L
R
VOORZICHTIG
Draai de knop niet te ver los. Anders kan de knop losraken
en per ongeluk door een kind worden ingeslikt.
Raak de luidsprekeraansluitingen niet aan als het toestel
is ingeschakeld, om het risico op elektrische schokken te
verminderen.
LET OP
Als de SPEAKERS-aansluitingen in contact komen met een
metalen rack kan er kortsluiting optreden, met als gevolg schade
aan het toestel. Als het toestel in een rack wordt geïnstalleerd,
houd dan voldoende ruimte vrij, zodat de SPEAKERS-
aansluitingen niet in contact kunnen komen met het rack.
Laat de gestripte luidsprekerdraden elkaar niet raken en
zorg ervoor dat ze geen contact maken met de metalen
onderdelen van het toestel. Anders kunnen het toestel
en/of de luidsprekers beschadigd raken.
10 mm
Diameter van de
luidsprekerkabelope
ning: 6,0 mm
Nederlands
187
Alle aansluitingen moeten correct zijn: L (links) naar L, R (rechts)
naar R, “+” naar “+”, en “−” naar “−”. Raadpleeg voor meer
informatie over de aansluitprocedure de handleiding van uw
luidsprekers.
Banaanstekkerkabels gebruiken
(Modellen voor de VS., Canada, Australië, China, en
Taiwan)
Draait eerst de knop op de SPEAKERS-
aansluiting vast en steek vervolgens de
banaanstekker in de kop van de knop.
Aansluitkabels met Y-vormige
krimpaansluitingen gebruiken
1 Schroef de knop los en klem de Y-vormige
krimpaansluiting tussen de ringmoer en de
voet van de aansluiting.
2 Maak de knop vast.
Dubbel bedrade verbinding
Een dubbel bedrade aansluiting scheidt de woofer van het
deel voor de middentonen en de hoge tonen. Luidsprekers
die dubbel bedrade verbindingen ondersteunen, hebben
twee paar aansluitingen (in totaal vier). Deze twee paar
aansluitingen kunnen de luidsprekers in twee
onafhankelijke systemen verdelen. Om deze aansluiting te
maken moet u de midden- en hoge tonendrivers op het ene
paar aansluitingen aansluiten en de lage tonendrivers op
het andere paar.
1 Verwijder de verbindingsstukken of
bruggen op de luidsprekers.
2 Sluit dit toestel aan op de luidsprekers,
zoals in de onderstaande afbeelding
weergegeven.
Een voorbeeld van de aansluiting van het linker
kanaal.
3 Stel de SPEAKERS-keuzeschakelaar op het
voorpaneel in op A+B BI-WIRING.
Opmerking
Banaanstekker
Diameter van de
banaanstekkeropening: 4,0 mm
Y-vormige
krimpaansluiting
Dikte van de
aansluitkern: 5,8 mm
Achterpaneel van dit toestel Luidspreker
188
Aansluitingen
Gebalanceerde aansluiting
U kunt geen cd-speler of netwerkspeler met gebalanceerde XLR-
aansluitingen op de BAL-ingangen van dit toestel aansluiten.
Gebruik hiervoor gebalanceerde XLR-kabels.
ATTENUATOR-keuzeschakelaar: Hiermee kunt u het
toegestane ingangsniveau voor de gebalanceerde
ingangen instellen. Selecteer ATT. (6 dB) als het
audio-uitgangssignaal van de aangesloten component
vervormd klinkt.
PHASE-keuzeschakelaar: Hiermee kan de positie (fase)
worden ingesteld van de HOT pin (pin 2: HOT of pin
3: HOT) voor de gebalanceerde ingangen.
Raadpleeg de bedieningsinstructies van de aangesloten
component voor de positie van de HOT-pin op de
gebalanceerde uitgangen van de component.
Selecteer NORMAL (Pin 2 is HOT) voor een Yamaha speler.
Gebruik geen gebalanceerde en ongebalanceerde
aansluitingen tegelijkertijd voor een component. Dit kan een
aardlus veroorzaken die statische elektriciteit en brom kan
genereren.
Zorg dat u bij het aansluiten van een kabel de pinnen van de
plug uitlijnt met de openingen van de ingang, en daarna de
plug in de aansluiting steekt tot u een klik hoort. Verwijder
de kabel door het lipje op de BAL-ingang in te drukken en
vast te houden en zo de mannelijke XLR-connector uit de
aansluiting te trekken.
Selecteer voor een gebalanceerde aansluiting BAL-
aansluitingen als signaalbron.
Trigger-aansluiting
U kunt een Yamaha AV receiver op een andere component
aansluiten die de triggerfunctie ondersteunt. U kunt dit
toestel gesynchroniseerd met een aangesloten component
bedienen.
Als de aangesloten component wordt ingeschakeld, wordt
de stroom van dit toestel ook ingeschakeld. Gelijktijdig
wordt de signaalbron van het apparaat ingesteld op MAIN
DIRECT.
Als MAIN DIRECT is geselecteerd als signaalbron voor
dit toestel, schakelt bij uitschakelen van de aangesloten
component, dit toestel over op stand-by-modus.
Als de aan/uit-schakelaar van dit toestel op OFF staat, wordt de
stroom naar dit toestel niet getriggerd.
Opmerking
1: GND (aarde)
2: HOT (+)
3: COLD (−)
NORMAL
(Pin 2: HOT)
1: GND (aarde)
2: COLD (−)
3: HOT (+)
INV.
(Pin 3: HOT)
XLR-aansluiting
(vrouwelijk)
XLR-aansluiting
(mannelijk)
Hendel
BAL-ingang
Opmerking
TRIGGER
OUT
PRE OUT
TRIGGER
IN
MAIN IN
Achterpaneel van dit toestel
Yamaha AV receiver of een andere
component die TRIGGER OUT-aansluitingen
en PRE OUT-aansluitingen heeft.
Stereo-plugkabel
Mono mini-
jackkabel
Nederlands
189
Externe verbinding
Het toestel vanuit een andere kamer
bedienen
Als u een in de handel verkrijgbare infraroodontvanger en
-zender op de REMOTE IN/OUT-aansluitingen van dit
toestel aansluit, kunt u het toestel en/of een externe
component vanuit een andere kamer bedienen met behulp
van de meegeleverde afstandsbediening.
Afstandsverbinding tussen Yamaha-
componenten
Wanneer u over een andere Yamaha-component beschikt
die externe verbinding ondersteunt, dan is een
infraroodzender niet nodig. Sluit een infraroodontvanger
aan op de REMOTE IN/OUT-aansluitingen van dit
toestel, zoals hieronder weergegeven.
Maximaal 3 Yamaha componenten (inclusief dit toestel)
kunnen worden geconfigureerd voor afstandsverbinding.
Achterpaneel van dit toestel
Infraroodontvanger Infraroodzender
Afstandsbediening Externe component
(CD-speler enz.)
REMOTE
IN OUT
Achterpaneel van dit toestel
Infraroodontvanger
Afstandsbediening Yamaha component
(maximaal 3 componenten,
inclusief dit toestel)
Mono mini-
jackkabel
190
Aansluitingen
Aansluiten van het netsnoer
Sluit nadat alle aansluitingen voltooid zijn het netsnoer
aan op de AC IN-aansluiting van het toestel en steek
daarna de stekker in het stopcontact.
Het meegeleverde
netsnoer
Naar stopcontact
Achterpaneel van dit
toestel
Nederlands
191
Appendix
Dit deel vermeldt technische specificaties van dit toestel.
192
Appendix
Technische gegevens
Gewogen uitgangsvermogen (20 Hz tot 20 kHz, 0,07% THD)
2-kanaals aangedreven
[Model voor Azië]
8 ............................................................ 90 W + 90 W
6 .........................................................110 W + 110 W
[Overige modellen]
8 ............................................................ 90 W + 90 W
4 ........................................................ 150 W + 150 W
Dynamisch vermogen
8 ........................................................ 105 W + 105 W
6 ........................................................ 135 W + 135 W
4 ........................................................ 190 W + 190 W
2 ........................................................ 220 W + 220 W
IEC uitgangsvermogen (1 kHz, 0,07% THD)
[Modellen voor het Verenigd Koninkrijk en Europa]
8 ............................................................ 95 W + 95 W
Maximaal continu uitgangsvermogen
(JEITA, 1 kHz, 10% THD)
8 ........................................................ 120 W + 120 W
4 ........................................................ 190 W + 190 W
Vermogensbandbreedte (0,1% THD, 45 W)
2-kanaals aangedreven
8 .......................................................10 Hz tot 50 kHz
Dempingsfactor (1 kHz)
8 ..............................................................250 of hoger
Ingangsgevoeligheid/ingangsimpedantie
(1 kHz, 100 W/8Ω)
PHONO (MC) ................................... 150 μVrms / 50
PHONO (MM) ............................... 3,5 mVrms / 47 k
CD (of gelijkwaardig) ................... 200 mVrms / 47 k
MAIN IN ...............................................1 Vrms / 47 k
BAL............................................. 200 mVrms / 100 k
Maximum ingangs/signaalvoltage (1 kHz, 0,5% THD)
PHONO (MC).............................................. 2,0 mVrms
PHONO (MM).............................................. 50 mVrms
CD (of gelijkwaardig)................................... 2,80 Vrms
BAL
BYPASS..................................................... 2,80 Vrms
ATT. (6 dB).............................................. 5,60 Vrms
Nominaal uitgangsvoltage / uitgangsimpedantie
LINE 2 OUT................................. 200 mVrms / 1,5 k
PRE OUT............................................. 1 Vrms / 1,5 k
Nominaal uitgangsvermogen van de
hoofdtelefoonaansluiting
(1 kHz, 32Ω, 0,2% THD)
...........................................................50 mW + 50 mW
Frequentierespons
5 Hz tot 100 kHz...........................................+0 / 3 dB
20 Hz tot 20 kHz........................................+0 / 0,3 dB
Afwijkingen van RIAA equalizer
PHONO (MM/MC) .......................................... ±0,5 dB
Totale harmonische vervorming plus ruis
(JEITA, ingang 0,5 V, 20 Hz tot 20 kHz)
2-k
anaals aangedr
even
PHONO (MC) LINE 2 OUT, 1,2 Vrms..........0,02%
PHONO (MM) LINE 2 OUT, 1,2 Vrms .......0,005%
CD (of gelijkwaardig)/BAL
SPEAKERS OUT, 50 W/8..............................0,035%
Signaal/ruisverhouding (JEITA, IHF-A netwerk)
PHONO (MC)...................................................... 90 dB
PHONO (MM)..................................................... 96 dB
CD (of gelijkwaardig)........................................ 110 dB
BAL ................................................................... 114 dB
Restruis (IHF-A-netwerk)
....................................................................... 33 μVrms
Nederlands
193
Kanaalscheiding (JEITA, 1 kHz/10 kHz)
PHONO (MC)...................................66/77 dB of hoger
PHONO (MM)..................................90/77 dB of hoger
CD (of gelijkwaardig)/BAL..............74/54 dB of hoger
Karakteristieken toonregeling
BASS
Versterken/verzwakken........................... 50 Hz / ±9 dB
Turnoverfrequentie ............................................ 350 Hz
TREBLE
Versterken/verzwakken......................... 20 kHz / ±9 dB
Turnoverfrequentie ........................................... 3,5 kHz
Stroomvoorziening
[Modellen voor de VS en Canada] .... AC 120 V, 60 Hz
[Model voor China] ........................... AC 220 V, 50 Hz
[Model voor Korea] ........................... AC 220 V, 60 Hz
[Model voor Australië] ...................... AC 240 V, 50 Hz
[Modellen voor het Verenigd Koninkrijk en Europa]
........................................................... AC 230 V, 50 Hz
[Model voor Azië] ...........AC 220–240 V, 50 Hz/60 Hz
[Model voor Taiwan] ..........................AC 110 V, 60 Hz
Stroomverbruik
[Model voor Azië] .............................................. 250 W
[Overige modellen]............................................. 350 W
Stroomverbruik in wachtstand
OFF-modus.......................................................... 0,1 W
Stand-by-modus................................................... 0,2 W
Maximaal stroomverbruik (1 kHz, 4Ω 10% THD)
[Model voor Taiwan] .......................................... 700 W
Afmetingen (B × H × D)
..................................................... 435 × 157 × 463 mm
Gewicht
........................................................................... 22,7 kg
* De inhoud van deze handleiding geldt voor de meest
recente specificaties op de datum dat de handleiding
werd gepubliceerd. Voor de meest recente handleiding
gaat u naar de website van Yamaha, waar u het bestand
met de handleiding kunt downloaden.
Nederlands
195
Akoestische kenmerken
Karakteristieken toonregeling
Totale harmonische vervorming
10 20 30 50 100 200 300 500 1k
Frequency (Hz)
Response (dB)
2k 3k 5k 10k 20k 30k 50k 100k
–14
–12
–10
–8
–6
–4
–2
0
2
4
6
8
10
12
14
0.001
0.002
0.005
0.010
0.020
0.050
0.100
0.200
0.500
1.000
1052 10050201
Output (W)
THD + N Ratio (%)
20Hz
1kHz
20kHz
196
Appendix
Totale harmonische vervorming (PHONO)
100µ 200µ 500µ 1m 2m 5m 10m 20m
Generator Level (Vrms)
50m 100m 200m 500m 1 2
20Hz 1kHz 20kHz
10
5
2
3
1
0.5
0.2
0.3
0.02
0.03
0.002
0.003
0.0002
0.0003
0.1
0.01
0.001
0.0001
0.05
0.005
0.0005
THD + N Ratio (%)
Nederlands
197
Foutopsporing
Raadpleeg de onderstaande tabel als dit toestel niet juist functioneert. Als de onderstaande instructies het probleem niet
verhelpen, of als het door u ervaren probleem hier niet wordt vermeld, zet het toestel dan uit, haal de stekker uit het
stopcontact en neem contact op met uw dichtstbijzijnde Yamaha dealer of service center.
Probleem Oorzaak Oplossing
Zie
pagina
Toestel gaat niet aan.
Het netsnoer is niet aangesloten op
de AC IN-aansluiting op het
achterpaneel of is niet in het
stopcontact gestoken.
Sluit het netsnoer op de juiste manier aan. 190
Het toestel is blootgesteld geweest
aan een sterke externe elektrische
schok (bijvoorbeeld een
blikseminslag of een ontlading van
statische elektriciteit).
Schakel het toestel uit, trek de stekker van het
netsnoer uit het stopcontact, wacht 30 seconden
en steek de stekker weer in het stopcontact.
De A (aan/uit)-indicator
op het voorpaneel
knippert.
De beveiliging is in werking getreden
vanwege kortsluiting enz.
Zorg dat de luidsprekerdraden elkaar of het
achterpaneel van het toestel niet raken en schakel
het toestel in.
186
Er is een probleem met de interne
schakelingen van dit toestel.
Trek de stekker uit het stopcontact en neem
contact op met de dichtstbijzijnde geautoriseerde
Yamaha dealer of service.
Als het toestel is
ingeschakeld, knippert
de INPUT-indicator en
wordt het
volumeniveau verlaagd.
De beveiliging is in werking getreden
vanwege kortsluiting enz.
Zorg dat de luidsprekerdraden elkaar of het
achterpaneel van het toestel niet raken en schakel
het toestel in.
186
Er is geen geluid
hoorbaar.
In- of uitgangskabels niet op de juiste
manier aangesloten.
Sluit de kabels op de juiste wijze aan. Als het
probleem blijft bestaan, zijn de kabels misschien
defect.
184
Er is geen geschikte signaalbron
geselecteerd.
Selecteer een geschikte signaalbron met de
INPUT-keuzeschakelaar op het voorpaneel (of met
één van de ingangskeuzetoetsen op de
afstandsbediening).
176, 180
De SPEAKERS-keuzeschakelaar staat
op OFF.
Zet de SPEAKERS-keuzeschakelaar in de juiste
positie.
175
De luidsprekerkabels zijn niet juist
aangesloten.
Zorg dat de luidsprekerkabels op de juiste manier
zijn aangesloten.
186
Het geluid wordt
plotseling onderbroken.
De beveiliging is in werking getreden
vanwege kortsluiting enz.
Zorg dat de luidsprekerdraden elkaar of het
achterpaneel van het toestel niet raken en schakel
het toestel in.
186
Het volume kan niet
worden ingesteld.
MAIN DIRECT is geselecteerd als
signaalbron.
Pas het volumeniveau van de aangesloten
component aan.
Of sluit de externe component aan op andere
ingangen dan de MAIN IN-aansluitingen en kies
vervolgens de bijbehorende signaalbron.
176
Er is maar één
kanaalluidspreker
hoorbaar.
De afspeelcomponent of de
luidsprekers zijn niet juist
aangesloten.
Zorg dat ze op de juiste manier zijn aangesloten.
Als het probleem blijft bestaan, zijn de kabels
misschien defect.
184
De volumeniveaubalans tussen de
linker en rechter luidsprekers is niet
juist ingesteld.
P
a
s de volumeniveaubalans tussen de linker en
rechter luidsprekers aan met de BALANCE-
regelaar.
176
198
Appendix
Onderhoud
Glanzend afgewerkte zijpanelen
Wij adviseren gebruik van een reinigingsdoek, zoals die voor piano’s wordt gebruikt.
Andere oppervlakken
Gebruik geen chemische middelen, zoals benzeen of oplosmiddel voor het reinigen. Anders kan het oppervlak
beschadigen.
Wrijf de oppervlakken met een droge doek schoon.
De lage tonen klinken te
zwak en de weergave is
sfeerloos.
De draden + en − zijn verkeerdom
aangesloten op de versterker of de
luidsprekers.
Sluit de luidsprekerkabels aan op de juiste + en −
fase.
186
Er is een “brom
hoorbaar.
In- of uitgangskabels niet op de juiste
manier aangesloten.
Sluit de kabels op de juiste wijze aan. Als het
probleem blijft bestaan, zijn de kabels misschien
defect.
184
De draaitafel is niet geaard via de
GND-aansluiting.
Sluit de draaitafel aan op de GND-aansluiting van
dit toestel.
184
De afgespeelde audio
van de op BAL-ingangen
aangesloten component
klinkt vervormd.
Het ingangsniveau bij de
gebalanceerde ingangen overschrijdt
het toegestane ingangsniveau.
Als het uitgangsniveau bij de gebalanceerde XLR-
uitgangen op de aangesloten component het
dubbele is, vergeleken met de ongebalanceerde
RCA-aansluitingen, stel de ATTENUATOR-
keuzeschakelaar die zich onder de
ingangsaansluitingen bevindt dan in op ATT.
(−6 dB).
188
De bas heeft geen
diepte als BAL is
geselecteerd.
De polariteit is niet juist.
Kies de correcte polariteit met behulp van de
PHASE-keuzeschakelaar.
188
Afspelen van audio
klinkt vervormd als u
luistert naar een
aangesloten cd-speler
or tapedeck via de
hoofdtelefoon (die is
aangesloten op een cd-
speler of tapedeck).
Het toestel is uitgeschakeld. Schakel het toestel in. 174
Het volumeniveau van
de vinyl
grammofoonplaat is te
laag.
De PHONO-schakelaar op het
voorpaneel is onjuist ingesteld.
Zet de PHONO-schakelaar op MM of MC aan de
hand van het type element van de draaitafel in
kwestie.
177
De afstandsbediening
werkt niet of niet naar
behoren.
De afstandsbediening is buiten haar
bereik gebruikt.
De afstandsbediening werkt binnen een maximaal
bereik van 6 m en binnen een hoek van 30 graden
ten opzichte van loodrecht op het voorpaneel.
182
Direct zonlicht of verlichting (vooral
van TL-lampen,
stroboscoopverlichting enz.) valt op
de sensor voor de afstandsbediening
van dit toestel.
Verplaats de richting van de verlichting of het
toestel.
De batterijen raken leeg. Vervang alle batterijen. 182
Probleem Oorzaak Oplossing
Zie
pagina
1/228