Samsung AC140MXADKH/EU Installatie gids

Type
Installatie gids
Airconditioner
Installatiehandleiding
AC✴✴✴MNDKH
Dank u voor uw aankoop van deze airconditioner van Samsung.
Voordat u het apparaat bedient, verzoeken wij u deze handleiding zorgvuldig te lezen
en te bewaren voor raadpleging in de toekomst.
2 Nederlands
Inhoud
Veiligheidsinformatie 3
Installatieprocedure 5
Stap 1 Accessoires controleren en voorbereiden
Stap 2 De installatielocatie kiezen
Stap 3 Optioneel: Isoleren van het frame van de indoor unit
Stap 4 Installeren van de indoor unit
Stap 5 Inert gas doorspuiten uit de binnenunit
Stap 6 Snijden en affakkelen van de leidingen
Stap 7 De montageleidingen installeren en aansluiten op de koelmiddelleidingen (montageleiding)
Stap 8 Uitvoeren van gaslektesten
Stap 9 Isoleren van de koelmiddelleidingen
Stap 10 De afvoerslang en de afvoerpijp installeren
Stap 11 Uitvoeren van afvoertesten
Stap 12 Het stroomsnoer en de communicatiekabels aansluiten
Stap 13 Optioneel: Het stroomsnoer verlengen
Stap 14 Instellen van de binnenunit-adressen en de installatie-opties
Optioneel: DPM (Digitaal Packaged Multi) installeren
Bijlagen 30
Probleemoplossing
3Nederlands
Veiligheidsinformatie
WAARSCHUWING
• Risico's of onveilige praktijken die kunnen leiden
tot ernstig persoonlijk letsel of overlijden.
LET OP
• Risico's of onveilige praktijken die kunnen leiden
tot licht persoonlijk letsel of materiële schade.
• Volg de onderstaande voorzorgsmaatregelen
zorgvuldig. Deze zijn van essentieel belang
om de veiligheid van de apparatuur te garanderen.
WAARSCHUWING
• Koppel de stroomtoevoer naar de airconditioner
altijd los voordat onderhoud wordt gepleegd of
toegang wordt verkregen tot de interne onderdelen.
• Controleer of het installeren en testen worden
uitgevoerd door gekwalificeerd personeel.
• Controleer of de airconditioner niet wordt geplaatst
op een zeer toegankelijke locatie.
Algemene informatie
WAARSCHUWING
• Lees de inhoud van deze handleiding zorgvuldig
door voordat de airconditioner wordt geïnstalleerd
en bewaar de handleiding op een veilige plaats
zodat deze na installatie kan dienen als referentie.
• Voor maximale veiligheid moeten personen die de
unit installeren, de volgende waarschuwingen altijd
zorgvuldig lezen.
• Bewaar de werkings- en installatiehandleiding op
een veilige plaats en geef deze bij verkoop
of overdracht van de airconditioner aan de nieuwe
eigenaar.
• Deze handleiding legt de installatie uit van een
binnenunit met een gesplitst systeem met twee
units van SAMSUNG. Het gebruik van andere typen
eenheden met verschillende beheersystemen kan
de units beschadigen en de garantie ongeldig maken.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade als
gevolg van het gebruik van niet-conforme units.
• De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade
die voortkomt uit ongeautoriseerde aanpassingen
of onjuiste elektrische aansluitingen en de vereisten
zoals uiteengezet in de tabel 'Werkingslimieten'
in de handleiding. Dergelijke wijzigingen maken
de garantie onmiddellijk ongeldig.
• De airconditioner mag alleen worden gebruikt voor
de toepassingen waarvoor het apparaat is ontworpen:
de binnenunit is niet geschikt voor installatie in ruimten
die worden ingezet als wasruimte.
• Gebruik de units niet als deze zijn beschadigd. Als er
problemen optreden, schakel de unit dan uit en koppel
deze los van de stroomtoevoer.
• Om elektrische schok, brand en letsel te voorkomen, moet
de unit altijd worden gestopt, de beschermingsschakelaar
worden uitgeschakeld en contact worden opgenomen met
de technische ondersteuning van SAMSUNG als de unit rook
produceert, als het stroomsnoer heet of beschadigd is of als
de unit veel lawaai maakt.
• Zorg ervoor dat de unit, elektrische aansluitingen, leidingen
met koelmiddel en beschermingen regelmatig worden
geïnspecteerd. Deze bewerkingen mogen alleen door
gekwalificeerd personeel worden uitgevoerd.
• De unit bevat bewegende delen, die te allen tijde buiten
bereik van kinderen moeten worden gehouden.
• Probeer de unit niet zelf te repareren, te verplaatsen,
te wijzigen of opnieuw te installeren. Als deze bewerkingen
worden uitgevoerd door niet-geautoriseerd personeel, kunnen
deze elektrische schokken of brand veroorzaken.
• Plaats geen containers met vloeistof of andere objecten
op de unit.
• Alle materialen die zijn gebruikt voor het vervaardigen en
verpakken van de airconditioner kunnen worden gerecycled.
• Het verpakkingsmateriaal en gebruikte batterijen van de
afstandsbediening (optioneel) moeten in overeenstemming
met de huidige wetgeving worden afgevoerd.
• De airconditioner bevat koelmiddel dat als speciaal afval moet
worden afgevoerd. Aan het eind van de levensduur moet de
airconditioner worden afgevoerd naar geautoriseerde centra
of worden geretourneerd naar de verkoper zodat deze
op juiste en veilige wijze kan worden afgevoerd.
De unit installeren
WAARSCHUWING
BELANGRIJK: Bij het installeren van de unit moeten altijd eerst
de koelingsleidingen worden aangesloten en daarna de
elektrische verbindingen.
• Demonteer de elektrische verbindingen voordat
de koelingsbuizen worden gedemonteerd.
• Inspecteer het product bij ontvangst om te verzekeren
dat het niet is beschadigd tijdens het transport. Als het
product beschadigd lijkt, INSTALLEER HET DAN NIET en meld
de schade onmiddellijk bij de transporteur of de verkoper
(als de installateur of de geautoriseerde technicus het
materiaal bij de verkoper heeft opgehaald).
Veiligheidsinformatie
Veiligheidsinformatie
4
Veiligheidsinformatie
Nederlands
Veiligheidsinformatie
• Voer na het afronden van de installatie altijd een
functionele test uit. Leg de gebruiker ook uit hoe
de airconditioner moet worden bediend.
• Gebruik de airconditioner niet in omgevingen met
gevaarlijke substanties of in de buurt van apparatuur
waarbij open vlammen vrijkomen, om brand, explosies
en/of letsel te voorkomen.
• Onze units moeten worden geïnstalleerd volgens
de ruimtevereisten zoals aangegeven in de
installatiehandleiding, om de toegankelijkheid van beide
zijden te garanderen en de uitvoering van onderhoud en
reparaties mogelijk te maken. De onderdelen van de unit
moeten toegankelijk en eenvoudig te demonteren zijn,
zonder mensen en voorwerpen in gevaar te brengen.
Om deze reden worden kosten voor toegang tot en
reparatie van de units (onder VEILIGE OMSTANDIGHEDEN,
zoals beschreven in geldende regelgevingen) met
harnassen, ladders, steigers of een ander hefsysteem,
indien niet is voldaan aan de voorwaarden in deze
installatiehandleiding, NIET gedekt door de garantie
en worden aan de eindklant doorbelast.
Stroomtoevoerleiding, zekering
of beveiligingsschakelaar
WAARSCHUWING
• Zorg er altijd voor dat de voeding in overeenstemming
is met huidige veiligheidsnormen. Installeer
de airconditioner altijd in overeenstemming met
de huidige plaatselijke veiligheidsnormen.
• Controleer altijd of een geschikte aardingsaansluiting
beschikbaar is.
• Controleer of de spanning en frequentie van de voeding
overeenkomt met de specificaties en of de geïnstalleerde
stroom voldoende is om de werking van elk ander
huishoudelijk apparaat te waarborgen dat op dezelfde
elektrische leidingen is aangesloten.
• Controleer altijd of de uitschakel- en
beschermingsschakelaars de juiste afmetingen hebben.
• Controleer of de airconditioner op de voeding
is aangesloten in overeenstemming met de instructies
in het bedradingsdiagram dat in de handleiding
is opgenomen.
• Controleer altijd of de elektrische aansluitingen
(kabelinvoer, kabelsplitsingen, beschermingen...)
in overeenstemming zijn met de elektrische specificaties
en met de instructies in het bedradingsschema. Controleer
altijd of alle aansluitingen in overeenstemming zijn met
de normen die van toepassing zijn op de installatie van
airconditioners.
• Apparaten die van de stroomtoevoer ontkoppeld zijn,
moeten geheel ontkoppeld zijn volgens
de voorwaarden van de overspanningscategorie.
• Zorg ervoor dat u het stroomsnoer niet wijzigt,
de draad niet verlengt en geen meerdere draden aansluit.
Dit kan elektrische schokken of brand veroorzaken
wegens slechte aansluiting, slechte isolatie
of overschrijding van de stroomgrens.
Wanneer de draad moet worden verlengd wegens
schade aan het stroomsnoer, raadpleeg dan
Stap 13 Optioneel: Het stroomsnoer verlengen
in de installatiehandleiding.
LET OP
Zorg ervoor dat de kabels geaard zijn.
• De aarddraad niet met de gasleiding, waterleiding,
lichtpaal of telefoondraad verbinden. Een elektrische
schok kan optreden, als de aarding niet voltooid is.
Installeer de stroomverbreker.
• Een elektrische schok kan optreden, als de
stroomverbreker niet geïnstalleerd is.
Zorg ervoor dat het afdruipende gecondenseerde water
van de afvoerslang goed en veilig wegloopt.
Installeer de spanningskabel en communicatiekabel
van de binnen- en buitenunit ten minste 1 m vanaf
de elektrische toestel.
Installeer de binnenunit uit de buurt van
de verlichtingsapparaten met behulp van de ballast.
• Als de draadloze afstandsbesturing wordt gebruikt,
mogelijk verbindingsfouten kunnen optreden als gevolg
van de ballast van de verlichtingsinrichting.
De airconditioner niet op de volgende plaatsen installeren.
• Op plaatsen waar zich minerale olie of arseenzuur
bevindt. Waar vlambare harsdelen en de accessoires
kunnen vallen of water kan lekken. De capaciteit van de
warmtewisselaar kan verminderen of de airconditioner
is niet in orde.
• De plaats waar bijtende gassen zoals zwavelzuur
gas genereert uit de ontluchtingspijp of luchtuitlaat.
• De koperen leiding of aansluitleiding kan roesten en
koelmiddel kan lekken.
• De plaats waar een machine elektromagnetische golven
genereert. De airconditioner mogelijk niet normaal
werkt als gevolg van het besturingssysteem.
• De plaats waar er gevaar van bestaande brandbaar gas,
koolstofvezel of brandbare stof is.
• De plaats waar thinner of benzine wordt verwerkt.
Lekkend gas en kan brand veroorzaken.
5
Installatieprocedure
Nederlands
Installatieprocedure
Installatieprocedure
Stap 1 Accessoires controleren en
voorbereiden
De volgende accessoires worden geleverd met de
binnenunit. Het type en de hoeveelheid kan verschillen,
afhankelijk van de specificaties.
1-wegscassette
Patroonblad A (1)
Patroonblad B (1)
Isolatiebuis (2)
Flexibele slang (1) Isolatieafvoer (1)
Rubber Installatiehandleiding (1)
Kabelbinder (3) Installatiemeter (1)
Gebruikershandleiding (1)
4-wegscassette
Patroonblad (1) Afvoerslang (1)
Isolatiebuis
(Vloeistofzijde 1, gaszijde 1)
Isolatieafvoerslang (1)
Installatiehandleiding (1) Gebruikershandleiding (1)
Kabelbinder (6) Beugel (1)
Stap 2 De installatielocatie kiezen
Vereisten voor de installatielocatie
• Er mogen zich geen obstakels bevinden naast
de luchtinlaat en -uitlaat.
• Plaats de binnenunit op een plafond dat het gewicht
kan dragen.
• Houdt voldoende ruimte rondom de binnenunit vrij.
• Controleer voor het installeren van de binnenunit
of de gekozen locatie goed gedraineerd wordt.
• De binnenunit moet zodanig worden geïnstalleerd,
dat het buiten publiek geen toegang kan krijgen en
het niet kan worden aangeraakt door de gebruikers.
6
Installatieprocedure
Installatieprocedure
Nederlands
Afmetingen binnenunit
1-wegscassette (Eenheid: mm)
970
280
15025
410
460
1036
1074
1180
Aansluiting voor stroomtoevoer
Luchtafvoerrooster
Afvoeropening
Luchtaanzuigingsrooster
Aansluiting vloeistoeiding (ø6,35)
Aansluiting gasleiding (ø9,52)
Aansluiting voor afvoerleiding
(VP20[OD26, ID20])
135
Model
AC026MN1DKH / AC035MN1DKH
Behuizing
Klein
Netto afmetingen (B x D x H)
mm
970 X 410 X 135
Nettogewicht kg 9,5
Aansluiting vloeistofleiding
6,35
Aansluiting gasleiding
9,52
Aansluiting afvoerslang mm
Buitendiameter : 26, Binnendiameter : 20
7
Installatieprocedure
Nederlands
4-wegscassette (Eenheid: mm)
55 55
55 55
950
840
840
330 240
270
300
370
346
185
Subaansluiting van goot
B
A
45
86
164
216
120
96
890~910 (plafondopening)
735 (plafondopening)
890~910 (plafondopening)
735 (plafondopening)
950
Model
AC052MN4DKH AC071MN4DKH AC090MN4DKH AC100MN4DKH AC120MN4DKH AC140MN4DKH
Behuizing
Klein Groot Groot+
A
204 288 288
B
253 337 337
Netto
afmetingen
(B x D x H)
mm
840 X 840 X 204 840 X 840 X 204 840 X 840 X 288 840 X 840 X 288 840 X 840 X 288 840 X 840 X 288
Nettogewicht kg
15 15 18 18 18 20
Aansluiting vloeistofleiding
6,35 6,35 9,52 9,52 9,52 9,52
Aansluiting gasleiding
12,7 15,88 15,88 15,88 15,88 15,88
Aansluiting
afvoerslang
mm
Buitendiameter : 32, Binnendiameter : 26,5
8
Installatieprocedure
Installatieprocedure
Nederlands
Ruimte benodigdheden
2500 mm of meer
Obstructie
1500 mm of
meer
20 mm
B
A
Model
AC052MN4DKH
AC071MN4DKH
AC090MN4DKH
AC100MN4DKH
AC120MN4DKH
AC140MN4DKH
AC026MN1DKH
AC035MN1DKH
A 251 335 170
B 17 17 15
(Eenheid: mm)
1-wegscassette
C: 1500 mm of meer
C
C
C
C
4-wegscassette
C: 1500 mm of meer
C
C
C
C
LET OP
• De binnenunit moet volgend de gespecificeerde
afstanden worden geïnstalleerd om van ieder
zijde toegang te verkrijgen, om goede werking
te garanderen en reparatie van de unit.
De componenten van de binnenunit moet bereikbaar
en verwijderbaar zijn onder veilige condities voor
mensen en de unit.
• Niet de uitlaat vasthouden tijdens het dragen
van de binnenunit om de mogelijkheid van breken
te voorkomen.
• U moet de hangerplaat op de hoek vasthouden
en de binnenunit dragen.
9
Installatieprocedure
Nederlands
Stap 3 Optioneel: Isoleren van het frame van de indoor unit
Bij het installeren van een type cassette binnenunit aan het plafond wanneer de temperatuur boven 27°C en de
luchtvochtigheid meer dan 80% is, moet u een extra 10 mm dik polyethyleen isolatie of een vergelijkbaar type
isolatie om het lichaam van de binnenunit van toepassen.
Snijdt het deel waar de leidingen worden uitgetrokken voor het isolatiewerk eruit.
1-wegscassette 4-wegscassette
A
D
B
C
E
D
A
E
B
C
Isoleer het einde van de leiding en een aantal buigingen via afzonderlijke isolatie.
OPMERKING
• A: Referentie voor de buitenomtrek van de unit
(Bij het isoleren van de kast van de binnenunit, gebruikt u A als referentie voor de buitenomtrek.)
Binnenunit A B C D E
4-wegscassette <S>
(840x204x840)
AC052MN4DKH
910X151 940X151 610X151 650X151 870X870
AC071MN4DKH
4-wegscassette <L>
(840x288x840)
AC090MN4DKH
910X235 940X235 610X235 650X235 870X870
AC100MN4DKH
AC120MN4DKH
4-wegscassette <L+>
(840x288x840)
AC140MN4DKH
1-wegscassette
(970x135x410)
AC026MN1DKH
990X155 990X155 430X155 430X155 990X430
AC035MN1DKH
(Eenheid: mm)
10
Installatieprocedure
Installatieprocedure
Nederlands
Stap 4 Installeren van de indoor unit
Bij de beslissing over de locatie van de airconditioner
dienen met de volgende beperkingen rekening
te worden gehouden.
1 Plaats het patroonblad op het plafond op de plaats
waar u de binnenunit wilt installeren.
OPMERKING
• Het diagram is van papier gemaakt en kan licht
krimpen of uitrekken door temperatuur
of vochtigheid. Zorg daarom ervoor dat de juiste
afmetingen tussen de markeringen worden
behouden, voordat de gaten worden geboord.
2 Steek bout ankers, met gebruik making van
bestaande plafondsteunen of bouw een geschikte
drager, zoals weergegeven in figuur.
Beton
Gat in anker
Gat in aansluiting
Ophangbout(M8) - commercieel leverbaar
Invoegen
3 Installeer de ophangbouten, afhankelijk van het type
plafond.
Plafondsteun
LET OP
• Zorg dat het plafond sterk genoeg is om het gewicht
van de binnenunit te dragen. Voordat de unit wordt
opgehangen, test de sterkte van elk verbonden
ophangbout.
• Bedraagt de lengte van de ophangbout meer dan
1,5 meter, dient u trillingen te voorkomen.
4 Schroef acht paar moeren en sluitringen op de
ophangbouten, waardoor er plek ontstaat voor
het ophangen van de binnenunit.
LET OP
• Allee ophangstaven moeten worden geïnstalleerd.
• Het is belangrijk om voldoende ruimte te laten
in het verlaagde plafond, om toegang voor
onderhoud of reparaties aan de drainagebuis
verbinding te hebben, de koelmiddelleiding
verbinding, of om het apparaat zonodig
te verwijderen.
5 Hang de binnenunit aan de ophangbouten tussen
twee moeren op. Snijd een stootkussen uit en plaats
het op de ophangbouten om de sluitringen op hun
plaats te houden. Verwijder de stopper en draai
de moeren aan om het apparaat vast te zetten.
6 Het apparaat op de juiste positie instellen, rekening
houdend met de opstellingsruimte van het
voorpaneel.
• Plaats het patroonblad op de binnenunit.
• Pas de ruimte tussen het plafond en de binnenunit
aan met behulp van een afstandsmeter.
• De binnenunit stevig bevestigen na het aanpassen
van het niveau van de unit met behulp van een
waterpas.
• Verwijder het patroonblad, sluit de andere kabels
aan en installeer het voorpaneel.
11
Installatieprocedure
Nederlands
1-wegscassette
Niveau
vinylbuis
Afmetingensjabloon
<zijaanzicht>
15 mm
PlafondPlafond
15 mm
4-wegscassette
Binnenunit
Plafond
Afmetingensjabloon
17 mm
20 mm
Stap 5 Inert gas doorspuiten uit de
binnenunit
De binnenunit wordt geleverd met stikstofgas (inert
gas) ingebracht in de fabriek. Daarom moeten alle
inert gas worden gespoeld alvorens het leidingwerk
te monteren.
Schroef de knijpbuis aan het einde van elke
koelmiddelleiding.
1-wegscassette
Vloeistofkant
Gaskant
Contactblok
4-wegscassette
Vloeistofkant
Gaskant
Contactblok
OPMERKING
• Om vuil of vreemde voorwerpen in de leidingen
tijdens de installatie te voorkomen, de knijpbuis
niet geheel verwijderen totdat u klaar bent om
de leidingen aan te sluiten.
Stap 6 Snijden en affakkelen van
de leidingen
1 Zorg ervoor dat u de benodigde gereedschappen
beschikbaar hebt: pijpsnijder, ruimer, affakkel
gereedschap en pijphouder.
2 Wilt u de leidingen verkorten, snijd ze met een
pijpsnijder, en zorg ervoor dat de snijrand op
een hoek van 90° blijft naar de kant van de buis.
Raadpleeg de onderstaande illustraties voor
voorbeelden van juist en onjuist afgesneden randen.
Buissnijder
Leiding
90°
Schuin
Ruw
Braam
3 Om gaslekken te voorkomen, verwijdert u alle
bramen van de afgesneden kant van de leiding
met een frees.
4 Plaats een wartelmoer op de buis en wijzig de flare.
Leiding
Wartel
D
A
Wartel
90° ±2°
R 0,4 tot 0,8 mm
D
L
45° ±2°
Buitendiameter (D) Diepte (A) Afmetingen wartel (L)
Ø6,35 mm 1,3 mm 8,7 tot 9,1 mm
Ø9,52 mm 1,8 mm 12,8 tot 13,2 mm
Ø12,70 mm 2,0 mm 16,2 tot 16,6 mm
Ø15,88 mm 2,2 mm 19,3 tot 19,7 mm
Ø19,05 mm 2,2 mm 23,6 tot 24,0 mm
12
Installatieprocedure
Installatieprocedure
Nederlands
5 Controleer de juiste flare, raadpleeg de onderstaande
illustraties voor voorbeelden van onjuist flaren.
Juist
Oplopend
Beschadigd
oppervlak
Gebarsten
Oneven
dikte
Stap 7 De montageleidingen installeren
en aansluiten op de koelmiddelleidingen
(montageleiding)
Er zijn twee koelmiddelleidingen met verschillende diameters :
• Een kleiner exemplaar voor het vloeibare koelmiddel.
• Een groter exemplaar voor het gasvormige koelmiddel.
De binnenkant van de koperen buis moet schoon zijn
en bevat geen stof.
1 Verwijder de knijpbuis op de leidingen en sluit de
montagepijpen aan op elke leiding, de moeren vastdraaien,
eerst handmatig en vervolgens met een momentsleutel,
een sleutel met het de volgende koppelmoment.
2
3
3
1
Momentsleutel
Wartelmoer
Spanner
Verbinding
Buitendiameter (mm) Torsie (N•m)
ø6,35 14 tot 18
Ø9,52 34 tot 42
Ø12,70 49 tot 61
Ø15,88 68 tot 82
Ø19,05 100 tot 120
(1N•m=10kgf•cm)
OPMERKING
• Als de leidingen moet worden ingekort, zie
Stap 6 Snijden en affakkelen van
de leidingen
op pagina 11.
2 Zorg ervoor dat een isolatie wordt gebruikt dat
dik genoeg is om de koelmiddelleiding te bedekken
om het vallende condenswater op de grond
aan de buitenzijde van de buis te beschermen
en het rendement van de unit te verbeteren.
3 Snijd de resterende schuimisolatie af.
4 Zorg ervoor dat er geen scheuren of golven op het
gebogen gebied zijn.
5 Het kan nodig zijn om de isolatiedikte (10 mm of
meer) te verdubbelen om condensatie te voorkomen,
zelfs op de isolatie indien het geïnstalleerde gebied
warm en vochtig is.
LET OP
• Sluit de binnenunit en de buitenunit aan met
behulp van leidingen met wartelaansluitingen (niet
meegeleverd). Gebruik voor de leidingen, geïsoleerd,
ongelaste, ontvet en gedesoxideerd koperen pijp
(Cu DHP type volgens ISO 1337 of UNI EN 12735-1),
geschikt voor werkdrukken van tenminste 4,2 MPa
en voor een barstdruk van ten minste 20,7 MPa.
Koperleidingen voor sanitair gebruik zijn hiervoor
niet geschikt.
• Voor afmetingen en limieten (hoogteverschil,
leidinglengte, max. bochten, koelmiddel, etc.)
zie de installatiehandleiding van de buitenunit.
• Alle koelmiddel aansluitingen moet toegankelijk
zijn, om ofwel onderhoud van de unit of volledige
verwijdering mogelijk te maken.
• Als de leidingen gesoldeerd dienen te worden,
zorg ervoor dat zuurstofvrije stikstof (OFN) door
het systeem stroomt.
• Het blaasdrukbereik van stikstof is 0,02 tot 0,05 MPa.
13
Installatieprocedure
Nederlands
Stap 8 Uitvoeren van gaslektesten
Controleer de verbindingslas van elke koelmiddelleiding
met een lek detector R-410A, om potentiële gaslekken
op de binnenunit te identificeren.
Voor het trekken van het vacuüm en recirculeren van
het koelgas moet u het hele systeem onder druk zetten
met stikstof (met behulp van een cilinder met een
drukregelaar) bij een druk boven 4 MPa, om lekken
van het koelmiddel op de koelmiddelverbindingen
onmiddellijk te kunnen detecteren.
Maak het vacuüm gedurende 15 minuten en zet het
systeem met stikstof onder druk.
1-wegscassette
Vloeistofkant
Gaskant
Contactblok
4-wegscassette
Vloeistofkant
Gaskant
Contactblok
Stap 9 Isoleren van de koelmiddelleidingen
Zodra u het systeem op lekken hebt gecontroleerd, kunt
u de leidingen en slang isoleren.
1 Om condensatie te voorkomen, plaats acrylonitril
butadieën rubber afzonderlijk rond elke koelmiddelleiding.
Geen opening
NBR
OPMERKING
• Zorg er altijd voor de naad van de leidingen naar
boven wijzen.
2 Wind isolerende tape rond de leidingen en de
afvoerslang het voor het vermijden van het te veel
samendrukken van de isolatie.
Leidingisolatie
Isolatiebuis
Zorg ervoor dat u de isolatie laat
overlappen.
Binnenunit
LET OP
• Zorg ervoor dat u de isolatie goed wikkelt zonder
ruimte tussen te laten.
3 Rol isolerend tape rond de andere leidingen die naar
de buitenunit leiden.
4 De leidingen en elektrische kabels die de binnenunit
met de buitenunit verbinden, moeten aan de muur
met geschikte kanalen worden bevestigd.
LET OP
• Zorg ervoor dat alle koelmiddelaansluitingen toegankelijk
zijn voor eenvoudig onderhoud en verwijdering.
• Installeer de isolatie zo dat deze niet breder wordt
en maak gebruik van tape op het verbindingsdeel
om dat voorkomen dat er vocht kan binnentreden.
• Wikkel de koelmiddelleiding met isolatietape wanneer
deze wordt blootgesteld aan zonlicht.
• Installeer de koelmiddelleiding zo dat de isolatie
niet dunner wordt bij het gebogen deel of de hanger
van de leiding.
• Voeg de extra isolatie toe als de isolatieplaat dunner wordt.
a x 3
Hanger
Extra isolatie
a
Isolatie van
koelmiddelleiding
14
Installatieprocedure
Installatieprocedure
Nederlands
5 Selecteer de isolatie van de koelmiddelleiding.
• Isoleer de leiding van de gas kant en vloeibare
kant, wijzend op de dikte van de isolatie die moeten
verschillen afhankelijk van de buismaat.
• Standaard: Minder dan een binnentemperatuur van
30°C, met een luchtvochtigheid van 85%. Als de
installatie in een vochtige omgeving wordt geplaatst,
gebruik dan een graad dikkere isolatie volgens
onderstaande tabel. Gebruik een dikkere als de
installatie in een ongunstige omgeving komt te staan.
• De warmteweerstand temperatuur van de isolator
moet meer dan 120°C bedragen.
Leiding
Leiding
afmeting
Isolatietype
(verwarming/koeling)
Opmerkingen
Standaard
(Minder
dan 30°C,
85%)
Hoge
vochtigheid
(Hoger dan
30°C, 85%)
EPDM, NBR
Vloeistof
leiding
Ø6,35 tot
Ø9,52
9t 9t
De interne
temperatuur
is hoger dan
120°C.
Ø12,7 tot
Ø19,05
13t 13t
Gas
leiding
ø6,35 13t 19t
Ø9,52
19t 25t
Ø12,70
Ø15,88
Ø19,05
• Gebruik dezelfde isolatie dat genomen is voor hoge
luchtvochtigheid condities bij het installeren op de
plaasten en condities als hieronder aangegeven.
<Geologische omstandigheid>
Locaties met hoge luchtvochtigheid zoals kustlijnen, hete
bronnen, meer- of rivieroevers en nokken (als een deel van
het gebouw bedekt is met aarde en zand)
<Bestemmingslocatie>
Plafond van een restaurant, sauna, zwembad enz.
<Staat van het gebouw>
Vloeren die regelmatig aan vocht en koeling worden blootgesteld
zijn niet gedekt. Bijvoorbeeld, leidingen geïnstalleerd in een gang
van een slaapzaal en studio naast een uitgang dat regelmatig
open en dicht gaat.
Plaatsen (waar leidingen zijn geïnstalleerd) die erg vochtig zijn
wegens gebrek aan ventilatie.
Stap 10 De afvoerslang en de
afvoerpijp installeren
1 Duw de geleverde afvoerslang zo ver mogelijk over
de afvoermof.
2 Zet de metalen klem vast zoals in de afbeelding
weergegeven.
3 Wikkel de geleverde lange afdichtbekleding over
de metalen klem en afvoerslang om te isoleren en zet
vast met klemmen.
4 Isoleer de gehele afvoerleiding binnen het gebouw (veld
levering). Als de afvoerslang niet voldoende schuin
gelegd kan worden, voorzie de slang dan met verhoogde
afvoerleiding (veld levering).
5 Schuif de afvoerslang tot aan de isolatie als de
afvoerslang op de afvoermof aangesloten wordt.
Metalen klem
Afvoeraansluiting
Afvoerslang
Groot afdichtingsblok
Zorg ervoor dat u de afvoerslang
en de hoofdleiding goed verbindt.
Afvoerbuis
Afvoerslang
Verbinding pvc-buis
+ VP25 (Buitendiameter: 32 mm,
binnendiameter: 25 mm)
Afvoerbuis
LET OP
Controleer of de binnenunit evenwijdig is aan het
plafond met behulp van de waterpas.
15
Installatieprocedure
Nederlands
• Installeer de ventilatie om condensatie vlot af te voeren.
Luchtventilatie
Plafond
• Als het nodig is om de hoogte van de afvoerbuis
te verhogen, dan de afvoerbuis recht binnen 300 mm
vanaf de ingang van de afvoerslang installeren. Wordt
het hoger dan 550 mm, dan kunnen er waterlekken
ontstaan.
Bandpakking
300 mm
of minder
550 mm
of minder
20 mm of meer
1/100 of meer
Afvoerslang
Plafond
• Geef de slang geen opwaartse helling voorbij
de aansluitopening. Dit veroorzaakt het teruglopen
van het water als de unit wordt gestopt en resulteert
in waterlekken.
Onderhoek
Plafond
• Gebruik geen kracht op de buizen van de unit
wanneer de afvoerslang wordt aangesloten. De slang
niet laten loshangen van zijn aansluiting op de unit.
Bevestig de slang zo dicht mogelijk bij de unit
op een muur, frame of andere ondersteuning.
Steunelementen
1 tot 1,5 m
1/100 of meer
Plafond
• Horizontaal installeren.
Binnenunit
Horizontaal zijn
Flexibele slang
• Max. Toegestane as ruimte.
Binnenunit
Max. 20 mm
• Max. toegestane buigingshoek.
Max. 30˚
Binnenunit
OPMERKING
• Bij installatie van een geconcentreerde afvoerbuis,
zie onderstaande figuur.
Luchtventilatie
Geconcentreerde
afvoerleiding
Helling van 1/100 of meer100 mm of meer
16
Installatieprocedure
Installatieprocedure
Nederlands
Stap 11 Uitvoeren van afvoertesten
1 Voer een lektest uit bij het verbindingsdeel van
de flexibele slang en de afvoerbuis:
a Sluit een algemene slang aan op het aansluitdeel
van de flexibele slang van de binnenunit en giet
er water in.
Zuigslang
Flexibele slang
Controle-element
waterlek
b Na het ingieten van wat water, hermonteer
de rubberen kap op het aansluitdeel van een
flexibele slang van de binnenunit en stevig
vastzetten met een band om lekken
te voorkomen.
c Controleer de lektest bij het deel waar het
hechtmiddel voor de flexibele slang en de
afvoerbuis is gebruikt.
LET OP
• De lektest moet minstens gedurende 24
uur worden uitgevoerd.
2 Controleer de afvoer van het gecondenseerde water:
a Giet ongeveer 2 liter water in de afvoerbak van de
binnenunit, zoals weergegeven in de afbeelding.
1-wegscassette
4-wegscassette
b Wanneer de elektrische kabelaansluiting
is voltooid
• De binnen- en buitenunit aanzetten.
• Werking in de Cool modus.
LET OP
• Alleen in de Cool modus kunt u de goede
werking van de afvoerpomp controleren.
Wanneer de elektrische kabelaansluiting niet
is voltooid
• Verwijder de deksel van de besturingskast
van de binnenunit.
• Sluit de voedingspanning (220~240V, 50 HZ)
aan op de L en N klemmen.
• Hermonteer de deksel van de besturingskast
van de binnenunit.
LET OP
• Als de vlotterschakelaar niet is gedetecteerd
wegens onvoldoende water in de afvoerbak,
werkt de afvoerpomp niet.
• Als de voedingsspanning direct op de L
en N klemmen wordt aangesloten, kan een
communicatie fout verschijnen.
• Na het controleren van de waterafvoer,
de unit uitzetten en loskoppelen van de
voedingsspanning.
• Hermonteer de deksel van de besturingskast.
c Controleer of de afvoerpomp goed werkt.
d Controleer of de waterafvoer aan het einde
van de afvoerbuis goed werkt.
e Controleer op lekkages bij de afvoerbuis
en het aansluitdeel van de afvoerbuis.
f Wanneer een lek ontstaat, controleer dan of
de binnenunit horizontaal hangt en controleer
de aansluitdeel van de afvoerslang, afvoerbuis
aansluitdeel en afvoerpomp aansluiting.
g Wanneer de controle van de afvoer is voltooid
en er condenswater achterblijft in de afvoerbak,
dan het water verwijderen.
17
Installatieprocedure
Nederlands
Stap 12 Het stroomsnoer en de
communicatiekabels aansluiten
LET OP
• Denk er altijd aan om eerst de koelmiddelleidingen
aan te sluiten voordat de elektrische aansluitingen
gemaakt worden.
Bij het loskoppelen van het systeem, altijd eerst
de elektrische kabels losmaken voordat
de koelmiddelleidingen worden losgekoppeld.
LET OP
• Vergeet ook niet de airco op het aardingssysteem aan
te sluiten voordat begonnen wordt met de elektrische
aansluitingen. Gebruik een krimpringaansluiting aan
het einde van elke draad.
De binnenunit wordt gevoed door de buitenunit via een
H07 RN-F aansluitkabel (of een meer spanningsmodel),
met isolatie in synthetisch rubber en een mantel
in polychloropreen (neopreen), volgens de eisen
vastgelegd in de standaard EN 60335-2-40.
1 Verwijder de schroef van de elektrische
componentenkast en verwijder de deksel.
2 Leidt de aansluitkabel door de zijkant van
de binnenunit en sluit de kabel op de klemmen
volgens onderstaande figuur aan.
3 Leidt het andere einde van de kabel via het plafond
en het gat in de muur naar de buitenunit.
4 Hermonteer de deksel van de elektrische
componentenkast en de schroef voorzichtig
vastdraaien.
1 fase
Binnenunit
1(L)
2(N)
F2
F1
Buitenunit
Binnenstroom Hoofdstroomsnoer Communicatiekabel
Kabel-
binder
1(L) 2(N)
N
L
Kabel-
klem
3 fase
1(L) 2(N)
L2(S) L3(T)
N
L1(R)
Stroomsnoer 3 fasen 4 draden
(AC 380V)
Binnenunit
1(L)
2(N)
F2
F1
Binnenstroom Communicatiekabel
Kabel-
binder
Buitenunit
Kabel-
klem
18
Installatieprocedure
Installatieprocedure
Nederlands
Stroomtoevoer binnenunit
Stroomtoevoer Max/Min(V) Stroomsnoer binnenunit
220 tot 240V, 50 Hz
±10%
0,75 tot 1,5 mm², 3 draden
Communicatiekabel
0,75 tot 1,5 mm², 2 draden
Wisselstroom: M4 schroef
Communicatie: M3.5 schroef
11
13
7,5
9,0
18
13,8
Aanhaalmoment (kgf • cm)
M3,5 8,0 tot 12,0
M4 12,0 tot 18,0
• 1N·m=10kgf·cm
• Stroomsnoeren van onderdelen van apparatuur voor
buitengebruik mogen niet lichter zijn dan flexibele
polychloropreen-mantelsnoeren. (Codetoekenning
IEC:60245 IEC 57 / CENELEC: H05RN-F of IEC:60245
IEC 66/CENELEC: H07RN-F)
• Omdat het externe voedingsspanning heeft wordt
verwezen naar de buitenunit installatiehandleiding
voor de HOOFDVOEDING.
LET OP
• Als de binnenunit in een computer- of netwerkruimte
wordt geplaatst, maak dan gebruik van de dubbel
afgeschermde (aluminium tape / polyester
gevlochten + koper) communicatiekabel van het type
FROHH2R.
Stap 13 Optioneel: Het stroomsnoer
verlengen
1 Bereid de volgende hulpmiddelen voor.
Hulpmiddelen Spec. Vorm
Krimptang MH-14
Verbindingshuls
(mm)
20 x Ø 6,5
(H x BuD)
Isolatietape
Breedte 19
mm
Krimpbuisje
(mm)
70 x Ø 8,0
(L x BuD)
2 Haal de afscherming los van het rubber en draad
van het stroomsnoer, zoals getoond in de afbeelding.
• Haal 20 mm snoerafscherming los van de vooraf
geïnstalleerde buis.
LET OP
• Raadpleeg de installatiehandleiding voor
informatie over de specificaties van
stroomsnoeren voor binnen- en buitenunits.
• Na het loshalen van snoerdraden van de vooraf
geïnstalleerde buis moet een krimpbuisje worden
geplaatst.
Stroomsnoer
Vooraf geïnstalleerde buis voor het stroomsnoer
(Eenheid: mm)
(Eenheid: mm)
20 20
20
20
60
120
180
19
Installatieprocedure
Nederlands
3 Plaats de beide zijden van de kerndraad van het
stroomsnoer in de verbindingshuls.
• Methode 1: Duw de kerndraad door de huls vanaf
beide kanten.
• Methode 2: Draai de kernen samen en duw
ze door de huls.
Verbindingshuls Verbindingshuls
Methode 1 Methode 2
4 Comprimeer de twee punten met behulp van een
krimptool; draai om en comprimeer nog twee punten
op dezelfde locatie.
• De compressiegrootte moet 8,0 zijn.
Afmeting
compressie
• Trek na het comprimeren aan beide zijden
van de draad om te controleren dat er goed
samengedrukt is.
4 keer comprimeren.
5 mm
4 keer comprimeren.
5 mm
Methode 1 Methode 2
5 Omwikkel tweemaal of meer met isolatietape
en plaats het krimpbuisje in het midden van
de isolatietape.
Drie of meer lagen isolatie zijn vereist.
Methode 1 Methode 2
Isolatietape
35 mm40 mm
Isolatietape
6 Pas hitte toe op het krimpbuisje, zodat het
samenkrimpt.
Krimpbuisje
7 Omwikkel het buisje na het samenkrimpen met
isolatietape om het af te werken.
Isolatietape
LET OP
• Zorg ervoor dat de verbindingsdelen niet zijn
blootgesteld aan de buitenomgeving.
• Zorg ervoor dat u isolatietape en een krimpbuisje
uit goedgekeurd versterkt isolatiemateriaal gebruikt
dat hetzelfde niveau van houdspanning voor het
stroomsnoer heeft. (Overeenkomstig met de lokale
regelgeving voor extensies.)
WAARSCHUWING
• In geval van het verlengen van de elektrische
bedrading mag GEEN rond gevormde
drukaansluiting worden gebruikt.
Onvolledige draadaansluitingen kunnen een
elektrische schok of brand veroorzaken.
20
Installatieprocedure
Installatieprocedure
Nederlands
Stap 14 Instellen van de binnenunit-
adressen en de installatie-opties
De adressen van de binnenunit en de installatie-opties
kunnen niet in één keer worden ingesteld: stel beide
apart in.
Algemene stappen voor het instellen van
de adressen en opties
MR-EC00 en MR-EH00 afstandsbedieningen
Knop Temp Laag
Knop Temp Hoog
Knop Modus
Knop Fan Laag
Knop Fan Hoog
Instellen van de
optie waarden
De modus
ingeven voor
het instellen van
de opties
OPMERKING
• Het scherm van de afstandsbediening en knoppen
kunnen, afhankelijk van het model, variëren.
1 Voer de modus in voor het instellen van de opties:
a Verwijder de batterijen uit de afstandsbediening
en plaats deze opnieuw.
b Houdt de knoppen
(Temp Hoog) en (Temp
Laag) gelijktijdig ingedrukt, plaats de batterijen
in de afstandsbediening.
c Wees er zeker van dat u in de goede modus bent
voor het instellen van de opties:
2 De optie waarden instellen.
LET OP
• Het totaal aantal beschikbare nummers bedraagt 24:
SEG1 tot SEG24.
• Omdat SEG1, SEG7, SEG13, en SEG19 de pagina
opties zijn gebruikt door de vorige modellen
afstandsbediening, worden de modsi om in te stellen
voor deze opties automatisch overgeslagen.
• Stel een 2-cijferige waarde in voor elke optie paar
in de volgende volgorde: SEG2 en SEG3 SEG4 en
SEG5 SEG6 en SEG8 SEG9 en SEG10 SEG11
en SEG12 SEG14 en SEG15 SEG16 en SEG17
SEG18 en SEG20 SEG21 en SEG22 SEG23
en SEG24
SEG1 SEG2 SEG3 SEG4 SEG5 SEG6
0 X X X X X
SEG7 SEG8 SEG9 SEG10 SEG11 SEG12
1 X X X X X
SEG13 SEG14 SEG15 SEG16 SEG17 SEG18
2 X X X X X
SEG19 SEG20 SEG21 SEG22 SEG23 SEG24
3 X X X X X
On (SEG1 tot SEG12) Off (SEG13 tot SEG24)
21
Installatieprocedure
Nederlands
Neem de stappen die in de onderstaande tabel staan:
Stappen Scherm afstandsbediening
1 Instellen van de SEG2 en SEG3 waarden:
a Instellen van de SEG2 waarde door het herhaaldelijk indrukken van de
(Fan Laag) knop, tot de gewenste instelwaarde op het scherm van de
afstandsbediening verschijnt.
SEG2
b Instellen van de SEG3 waarde door het herhaaldelijk indrukken van de
(Fan Hoog) knop, tot de gewenste instelwaarde op het scherm van de
afstandsbediening verschijnt.
Wanneer u op de knop
(Fan Laag) of (Fan Hoog) drukt , verschijnen de
waarden in de volgende volgorde:
SEG3
2 Druk op de (Modus) knop. Cool en On verschijnen op het scherm
afstandsbesturing.
3 Instellen van de SEG4 en SEG5 waarden:
a Instellen van de SEG4 waarde door het herhaaldelijk indrukken van de
(Fan Laag) knop, tot de gewenste instelwaarde op het scherm van de
afstandsbediening verschijnt.
SEG4
b Instellen van de SEG5 waarde door het herhaaldelijk indrukken van de
(Fan Hoog) knop, tot de gewenste instelwaarde op het scherm van de
afstandsbediening verschijnt.
Wanneer u op de knop
(Fan Laag) of (Fan Hoog) drukt , verschijnen de
waarden in de volgende volgorde:
SEG5
4 Druk op de (Modus) knop. Dry en On verschijnen op het scherm
afstandsbesturing.
5 Instellen van de SEG6 en SEG8 waarden:
a Instellen van de SEG6 waarde door het herhaaldelijk indrukken van de
(Fan Laag) knop, tot de gewenste instelwaarde op het scherm van de
afstandsbediening verschijnt.
SEG6
b Instellen van de SEG8 waarde door het herhaaldelijk indrukken van de
(Fan Hoog) knop, tot de gewenste instelwaarde op het scherm van de
afstandsbediening verschijnt.
Wanneer u op de knop
(Fan Laag) of (Fan Hoog) drukt , verschijnen
de waarden in de volgende volgorde:
SEG8
22
Installatieprocedure
Installatieprocedure
Nederlands
Stappen Scherm afstandsbediening
6 Druk op de (Modus) knop. Fan en On verschijnen op het scherm
afstandsbesturing.
7 Instellen van de SEG9 en SEG10 waarden:
a Instellen van de SEG9 waarde door het herhaaldelijk indrukken van de
(Fan Laag) knop, tot de gewenste instelwaarde op het scherm van de
afstandsbediening verschijnt.
SEG9
b Instellen van de SEG10 waarde door het herhaaldelijk indrukken van de
(Fan Hoog) knop, tot de gewenste instelwaarde op het scherm van de
afstandsbediening verschijnt.
Wanneer u op de knop
(Fan Laag) of (Fan Hoog) drukt , verschijnen de
waarden in de volgende volgorde:
SEG10
8 Druk op de (Modus) knop. Heat en On verschijnen op het scherm
afstandsbesturing.
9 Instellen van de SEG11 en SEG12 waarden:
a Instellen van de SEG11 waarde door het herhaaldelijk indrukken van de
(Fan Laag) knop, tot de gewenste instelwaarde op het scherm van de
afstandsbediening verschijnt.
SEG11
b Instellen van de SEG12 waarde door het herhaaldelijk indrukken van de
(Fan Hoog) knop, tot de gewenste instelwaarde op het scherm van de
afstandsbediening verschijnt.
Wanneer u op de knop
(Fan Laag) of (Fan Hoog) drukt , verschijnen de
waarden in de volgende volgorde:
SEG12
10 Druk op de (Modus) knop. Auto en Off verschijnen op het scherm
afstandsbesturing.
11 Instellen van de SEG14 en SEG15 waarden:
a Instellen van de SEG14 waarde door het herhaaldelijk indrukken van de
(Fan Laag) knop, tot de gewenste instelwaarde op het scherm van de
afstandsbediening verschijnt.
SEG14
23
Installatieprocedure
Nederlands
Stappen Scherm afstandsbediening
b Instellen van de SEG15 waarde door het herhaaldelijk indrukken van de
(Fan Hoog) knop, tot de gewenste instelwaarde op het scherm van de
afstandsbediening verschijnt.
Wanneer u op de knop
(Fan Laag) of (Fan Hoog) drukt , verschijnen de
waarden in de volgende volgorde:
SEG15
12 Druk op de (Modus) knop. Cool en Off verschijnen op het scherm
afstandsbesturing.
13 Instellen van de SEG16 en SEG17 waarden:
a Instellen van de SEG16 waarde door het herhaaldelijk indrukken van de
(Fan Laag) knop, tot de gewenste instelwaarde op het scherm van de
afstandsbediening verschijnt.
SEG16
b Instellen van de SEG17 waarde door het herhaaldelijk indrukken van de
(Fan Hoog) knop, tot de gewenste instelwaarde op het scherm van de
afstandsbediening verschijnt.
Wanneer u op de knop
(Fan Laag) of (Fan Hoog) drukt , verschijnen de
waarden in de volgende volgorde:
SEG17
14 Druk op de (Modus) knop. Dry en Off verschijnen op het scherm
afstandsbesturing.
15 Instellen van de SEG18 en SEG20 waarden:
a Instellen van de SEG18 waarde door het herhaaldelijk indrukken van de
(Fan Laag) knop, tot de gewenste instelwaarde op het scherm van de
afstandsbediening verschijnt.
SEG18
b Instellen van de SEG20 waarde door het herhaaldelijk indrukken van de
(Fan Hoog) knop, tot de gewenste instelwaarde op het scherm van de
afstandsbediening verschijnt.
Wanneer u op de knop
(Fan Laag) of (Fan Hoog) drukt , verschijnen de
waarden in de volgende volgorde:
SEG20
16 Druk op de (Modus) knop. Fan en Off verschijnen op het scherm
afstandsbesturing.
24
Installatieprocedure
Installatieprocedure
Nederlands
Stappen Scherm afstandsbediening
17 Instellen van de SEG21 en SEG22 waarden:
a Instellen van de SEG21 waarde door het herhaaldelijk indrukken van de
(Fan Laag) knop, tot de gewenste instelwaarde op het scherm van de
afstandsbediening verschijnt.
SEG21
b Instellen van de SEG22 waarde door het herhaaldelijk indrukken van de
(Fan Hoog) knop, tot de gewenste instelwaarde op het scherm van de
afstandsbediening verschijnt.
Wanneer u op de knop
(Fan Laag) of (Fan Hoog) drukt , verschijnen de
waarden in de volgende volgorde:
SEG22
18 Druk op de (Modus) knop. Heat en Off verschijnen op het scherm
afstandsbesturing.
19 Instellen van de SEG23 en SEG24 waarden:
a Instellen van de SEG23 waarde door het herhaaldelijk indrukken van de
(Fan Laag) knop, tot de gewenste instelwaarde op het scherm van de
afstandsbediening verschijnt.
SEG23
b Instellen van de SEG24 waarde door het herhaaldelijk indrukken van de
(Fan Hoog) knop, tot de gewenste instelwaarde op het scherm van de
afstandsbediening verschijnt.
Wanneer u op de knop
(Fan Laag) of (Fan Hoog) drukt , verschijnen de
waarden in de volgende volgorde:
SEG24
3 Controleer of de optie waarden die u heeft ingesteld juist zijn door het herhaaldelijk indrukken van de
(Modus) knop
[SEG21, SEG22] [SEG23, SEG24]
[SEG2, SEG3] [SEG4, SEG5] [SEG6, SEG8] [SEG9, SEG10] [SEG11, SEG12]
[SEG14, SEG15] [SEG16, SEG17] [SEG18, SEG20]
4 Bewaar de optie waarden in de binnenunit:
Richt de afstandsbediening op de afstandsbedieningssensor van de binnenunit en druk vervolgens twee keer
op de
(Aan/uit)-knop op de afstandsbediening. Wees er zeker van dat dit commando door de binnenunit
wordt ontvangen. Als het succesvol is ontvangen, hoort u een kort geluid vanaf de binnenunit. Als het
commando niet is ontvangen, druk dan nogmaals op de (Aan/uit)-knop.
25
Installatieprocedure
Nederlands
5 Controleer of de airco werkt volgens de door u ingestelde optie waarden:
a Reset de binnen- of buitenunit.
• Binnenunit : Houd de knoppen
(Instellen) en (Fan Laag) op de afstandsbediening gedurende
4 seconden gelijktijdig ingedrukt.
• Buitenunit : Druk op de K3-knop.
b Verwijder de batterijen uit de afstandsbediening, plaats deze opnieuw en druk vervolgens op de
(Aan/uit) knop van de afstandsbediening.
Het instellen van de binnenunit adressen
Optie nr. voor een binnenunit adres: 0AXXXX-1XXXXX-2XXXXX-3XXXXX
Wees er zeker van, voordat de binnenunit wordt geïnstalleerd, een adres in te stellen door het uitvoeren van de
volgende stappen:
1 Wees er zeker van dat de stroom naar de
binnenunit wordt geleverd. Als de binnenunit niet
is aangesloten, moet het een stroomvoorziening
bevatten.
F1
1(L)
2(M)
F2
V1
V2
F3
F4
Binnenunit
2 Stel een adres voor elke binnenunit in met behulp van de afstandsbediening, volgens uw airco systeem plan, met
verwijzing naar de volgende tabel en door het volgen van de volgende stappen in Algemene stappen voor het
instellen van
de adressen en opties op pagina 20.
• De binnenunit adressen (hoofd en RMC adressen) zijn standaard ingesteld op 0A0000-100000-200000-300000.
• Indien de binnenunits en buitenunits 1:1 overeenkomen, dan hoeft u geen hoofdadres in te stellen omdat
de buitenunit dat automatisch doet.
• Als u een aan- of uit-controller gebruikt, stel dan het RMC-adres in.
Optie SEG1 SEG2 SEG3 SEG4 SEG5 SEG6
Functie Pagina Modus Hoofdadres instellen
Gereserveerd
Binnenunit nummer Binnenunit nummer
Indicatie
en details
Indicatie Details Indicatie Details Indicatie Details Indicatie Details Indicatie Details
0 A
0
Geen
hoofdadres
0 tot 1 Tientallen 0 tot 9 Eenheden
1
Hoofdadres
instelmodus
Optie SEG7 SEG8 SEG9 SEG10 SEG11 SEG12
Functie Pagina
Gereserveerd
RMC adres instellen
Gereserveerd
Groepskanaal (x16) Groepsadres
Indicatie
en details
Indicatie Details Indicatie Details Indicatie Details Indicatie Details
1
0
Geen RMC
adres
RMC1 0 tot 2 RMC2 0 tot F
1
RMC adres
instelmodus
26
Installatieprocedure
Installatieprocedure
Nederlands
LET OP
• Het hoofdadres moet op een waarde van 0 tot 14 worden ingesteld. Als u andere waarden instelt, zal de
communicatie fout optreden.
• Als zowel de SEG5 en SEG6 is ingesteld in het gebied A tot F, veranderd het hoofdadres van de binnenunit niet.
• Als de SEG3 op 0 is ingesteld, behoudt de binnenunit de bestaande hoofdadres zelfs als de SEG6 op een nieuwe
waarde wordt ingesteld.
• Als de SEG9 op 0 is ingesteld, behoudt de binnenunit de bestaande RMC adres zelfs als de SEG11 en SEG12
op een nieuwe waarden worden ingesteld.
Instellen van de installatieopties in een batch
Optie nr. voor een binnenunit adres: 02XXXX-1XXXXX-2XXXXX-3XXXXX
1 Wees er zeker van dat de stroom naar de
binnenunit wordt geleverd. Als de binnenunit niet
is aangesloten, moet het een stroomvoorziening
bevatten.
F1
1(L)
2(M)
F2
V1
V2
F3
F4
Binnenunit
2 Stel de installatieopties van de binnenunits in volgens de volgende tabel en door de stappen te volgen
in Algemene stappen voor het instellen van
de adressen en opties op pagina 20.
• De installatieopties van de binnenunits zijn standaard ingesteld op 020000-100000-200000-300000.
• De optie SEG20, afzonderlijke bediening met de afstandsbediening, staat toe om meerdere binnenunits
afzonderlijk te bedienen met behulp van de afstandsbediening.
Optie SEG1 SEG2 SEG3 SEG4 SEG5 SEG6
Functie Pagina Modus
Gereserveerd
Gebruik van externe
temperatuur sensor
Gebruik van
centrale regeling
Compensatie van
de ventilator TPM
Indicatie
en details
Indicatie Details Indicatie Details Indicatie Details Indicatie Details Indicatie Details
0 2
0
Onbruik
0
Onbruik
0
Onbruik
(inbouw
installatie)
1
Modus hoog
plafond
(inbouw
installatie)
1
Gebruik
1
Gebruik
4
Onbruik
(opbouwi
nstallatie)
5
Modus hoog
plafond
(opbouw
installatie)
27
Installatieprocedure
Nederlands
Optie SEG7 SEG8 SEG9 SEG10 SEG11 SEG12
Functie
Pagina Gebruik van de afvoerpomp
Gereserveerd Gereserveerd Gereserveerd Gereserveerd
Indicatie
en details
Indicatie
Details
Indicatie
Details
1
0
Onbruik
1
Gebruik
2
Gebruik met 3
minuten vertraging
Optie SEG13 SEG14 SEG15 SEG16 SEG17 SEG18
Functie
Pagina Gebruik van externe regeling
De uitgang
instellen van
externe regeling
S-Plasma ion
Zoemer
regeling
Maximale filter
gebruikstijd
Indicatie
en details
Indicatie
Details
Indicatie
Details
Indicatie
Details
Indicatie
Details
Indicatie
Details
Indicatie
Details
2
0
Onbruik
Slave
(niveauregeling
uitschakelen*)
0
Thermostaat
aan
0
Onbruik
0
Gebruik
van
zoemer
2
1000 uur
1
Aan/Uit
regeling
2
Regeling
uit
3
Scherm
van
Aan/Uit-
regeling
4
Onbruik
Master
(niveauregeling
inschakelen*)
1
Werking
aan
1
Gebruik
1
Onbruik
van
zoemer
6
2000 uur
5
Aan/Uit
regeling
6
Regeling
uit
7
Scherm
van
Aan/Uit-
regeling
Optie SEG19 SEG20 SEG21 SEG22 SEG23 SEG24
Functie
Pagina
Afzonderlijke bediening met
de afstandsbediening
Verwarming
instelling
compensatie
Gereserveerd Gereserveerd
Cyclustijd van
Draaien
Indicatie
en details
Indicatie
Details
Indicatie
Details
Indicatie
Details
Indicatie
Details
3
0 of
1
Binnen 1
0
Standaard
0
34
seconden
(standaard)
2
Binnen 2
1 2°C 1
30
seconden
3
Binnen 3
2 5°C 2
38
seconden
4
Binnen 4
28
Installatieprocedure
Installatieprocedure
Nederlands
• Zelf als u het gebruik van de optie afvoerpomp (SEG8) op 0 instelt, wordt deze automatisch ingesteld op 2
(de afvoer pomp wordt gebruikt met 3 minuten vertraging).
• Als u de optie maximale filter gebruikstijd (SEG18) instelt op een waarde anders dan 2 en 6, wordt deze
automatisch ingesteld op 2 (1000 uren).
• Als u de optie afzonderlijke bediening met de afstandsbediening (SEG20) instelt op een waarde anders dan
0 tot 4, wordt deze automatisch ingesteld op 0 (binnen 1).
• De standaardwaarde van instelling verwarmingscompensatie (SEG21) is 5°C voor 360 cassettemodel.
* Niveauregeling: Als deze functie is ingeschakeld, kan de gecentraliseerde regelaar de functies en invoer van
aangesloten producten beperken. (Voorbeeld: Beperking werkingsmodus (alleen koelen/alleen
verwarmen/geen beperking), beperking bovenste verwarmingstemperatuur, beperking onderste
koeltemperatuur)
Om 'niveauregeling' in te schakelen wanneer u de DPM met de gecentraliseerde regelaar
gebruikt, stel dan de Master aan (stel de optie 'Gebruik van externe regeling' [SEG14]
in op 4 of hoger).
Voorbeeld: Bij de installatie van DPM (1 buitenunit met 4 binnenunits)
Omstandigheid SEG14 instellen
Resultaat
Externe regeling Niveauregeling Binnen 1 Binnen 2 Binnen 3 Binnen 4
Standaard Niet ingesteld (0) Slave (Alle)
Onbruik Gebruik 4
Niet
ingesteld (0)
Niet
ingesteld (0)
Niet
ingesteld (0)
Master (Binnen 1), Slave
(Binnen 2,3,4)
Gebruik (Binnen 3) Onbruik
Niet
ingesteld (0)
Niet
ingesteld (0)
1~3
Niet
ingesteld (0)
Slave (Alle)
Gebruik (Binnen 4) Gebruik
Niet
ingesteld (0)
Niet
ingesteld (0)
Niet
ingesteld (0)
5~7
Master (Binnen 4), Slave
(Binnen 1,2,3)
Het afzonderlijk wijzigen van de adressen en opties
Als u de waarde van een specifieke optie wilt wijzigen zie de volgende tabel en volg de stappen in Algemene
stappen voor het instellen van
de adressen en opties op pagina 20.
Optie SEG1 SEG2 SEG3 SEG4 SEG5 SEG6
Functie Pagina Modus
Te wijzigen
optiemodus
Tientallen positie
van de optie
nummer
Eenheden positie
van de optie
nummer
Nieuwe waarde
Indicatie
en details
Indicatie Details Indicatie Details Indicatie Details Indicatie Details Indicatie Details Indicatie Details
0 D
Optie
type
0 tot F
Tientallen
positie
waarde
0 tot 9
Eenheden
positie
waarde
0 tot 9
Nieuwe
waarde
0 tot F
Voorbeeld: De optie Zoemerregeling (SEG17) van de installatie-opties wijzigen naar 1 ongebruik.
Optie SEG1 SEG2 SEG3 SEG4 SEG5 SEG6
Functie Pagina Modus
Te wijzigen
optiemodus
Tientallen positie
van de optie
nummer
Eenheden positie
van de optie
nummer
Nieuwe waarde
Indicatie 0 D 2 1 7 1
29
Installatieprocedure
Nederlands
Installatieprocedure
Optioneel: DPM (Digitaal Packaged Multi) installeren
OPMERKING
Alleen bij de modellen AC071MN4DKH, AC100MN4DKH, AC120MN4DKH, AC026MN1DKH en AC035MN1DKH
Kan een DPM worden geïnstalleerd.
• Bij de installatie van de DPM moet u "DPM-instelling" instellen op de buitenunit.
• U hoeft het adres niet handmatig in te stellen voor de binnenunit.
• Als het DPM-model niet is ingesteld, kan er een communicatiefout optreden.
• Wanneer de buitenunit gedurende een minuut nadat de stroom is ingeschakeld de binnenunit volgt,
kan de werking stoppen als het ontvangen signaal van de afstandsbediening van de geïnstalleerde binnenunit
verschillend is.
• Om niveauregeling in te schakelen met de gecentraliseerde regelaar, zie pagina 27, 28.
LET OP
• Bij de installatie van DPM kan slechts een externe regelaar worden verbonden.
30 Nederlands
Probleemoplossing
Bijlagen
Probleemoplossing
Bijlagen
1-wegscassette
Abnormale omstandigheden
Scherm met ledlamp
Opmerkingen
Bediening Ontdooien
Timer Ventilator
Resetten
van
filter
Blauw Geel
Spanning reset X X X X
Fout van de temperatuursensor in de binnen unit
(Open/Kort)
X X
X X
Fout van warmtewisselaarsensor in de binnenunit
X X X
Fout van de sensor buitentemperatuur
Fout van de temperatuursensor van de condensator
Fout van de afvoertemperatuursensor
X X X
1. Geen communicatie gedurende 2 minuten tussen
binnenunits (communicatiefout gedurend meer
dan 2 minuten)
2. Binnenunit ontvangt de communicatiefout
van de buitenunit
3. Foutdetectie van de buitenunit duurt langer
dan 3 minuten
4. Wanneer de communicatiefout van de buitenunit
wordt verstuurd, stemmen de communicatiecijfers
en de geïnstalleerde cijfers na voltooiing van
de tracking niet overeen. (Communicatiefout
die langer dan 2 minuten aanhoudt
X X
X
1. Fout binnenunit
(Scherm komt
niet overeen
met werking)
2. Fout buitenunit
(Scherm komt
niet overeen
met werking)
Communicatiefout tussen binnenunits
X X X
1. Fout: elektronisch expansieventiel open
2. 2e detectie van hoge temperatuur
3. 2e detectie van hoge afvoertemperatuur
4. Fout: omgekeerde fase
5. Compressor uitgeschakeld wegens 6e detectie
van vorst
X X
Detectie van de vlotterschakelaar X X X
Instelfout van extra schakelaars voor optionele
accessoires
X X
X
EEPROM fout X X
EEPROM optie fout
Fout op de ventilatormotor van de binnenunit (E154) X X X X
: Aan, : Knipperend, X: Uit
• Als u de airconditioner uitschakelt wanneer het led knippert, wordt het led ook uitgeschakeld.
31Nederlands
Bijlagen
4-wegscassette
Abnormale omstandigheden
Scherm met ledlamp
Opmerkingen
Bediening Ontdooien Timer Filter
Spanning reset X X X
Fout van de temperatuursensor in de binnen unit
(Open/Kort)
X
X X
Fout van warmtewisselaarsensor in de binnenunit
(Open/Kort)
X X
Fout van de ventilatormotor in de binnen unit X X
X
Fout van de sensor buitentemperatuur
Fout van de temperatuursensor van de condensator
Fout van de afvoertemperatuursensor
X X
Geen communicatie gedurende
2 minuten tussen binnen- en buitenunits
(Communicatiefout die langer dan 2 minuten
aanhoudt)
X
X
Fout in de buitenunit
Fout van de thermische zekering van het klemmenblok
(Open)
X
Detectie van de vlotterschakelaar X X
EEPROM FOUT
EEPROM optie fout
Fout wegens verstopping buitenventiel X
: Aan, : Knipperend, X: Uit
• Als u de airconditioner uitschakelt wanneer het led knippert, wordt het led ook uitgeschakeld.
DB68-06388A-00
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32

Samsung AC140MXADKH/EU Installatie gids

Type
Installatie gids