McCulloch PROMAC 33 12 Handleiding

Type
Handleiding
g Due to a constant product improvement programme, the factory reserves the right to
modify technical details mentioned in this manual without prior notice.
i La casa produttrice si riserva la possibilità di variare caratteristiche e dati del pre-
sente manuale in qualunque momento e senza preavviso.
f La Maison se réserve la possibilité de changer des caractéristiques et des données
de ce manuel à n’importe quel moment et sans préavis.
C Im Sinne des Fortschritts behält sich der Hersteller das Recht vor, technische
Änderungen ohne vorherigen Hinweis durchzuführen.
e La firma productora se reserva la posibilidad de cambiar las características
y datos del presente manual en cualquier momento y sin previo aviso.
h
Door konstante produkt ontwikkeling behoud de fabrikant zich het recht voor om
rechnische specificaties zoals vermeld in deze handleiding te veranderen zonder
biervan vooraf bericht te geven.
s
Tilverkaren reserverar sig rätten att ändra fakta och uppgifter ur handboken utan för-
varning.
q Producenten forbeholder sig ret til ændringer, hvad angår karakteristika
og data i nærværende instruktion, når som helst og uden varsel.
v Jatkuvan tuotteen parannusohjelman tähden valmistaja pidättää oikeuden vaihtaa
ilman ennakkovaroitusta tässä ohjekirjasessa mainittuja teknisiä yksityiskohtia.
{ Produsenten forbeholder seg all rett og mulighet til å forandre tekniske detaljer
i denne manualen uten forhåndsvarsel.
p A casa productora se reserva a possibilidade de variar características e dados do
presente manual em qualquer momento e sen aviso prévio.
k
Λγω πργράµµατς συνεύς ελτίωσης πρϊντων, τ εργστάσι
επιυλάσσεται τυ δικαιώµατς να τρππιεί τις τενικές λεπτµέρειες
πυ αναέρνται στ εγειρίδι αυτ ωρίς πρηγύµενη ειδπίηση.
Folyamatos gyártmány felùjítási müsorunk következtében, a gyártó cég fenntartja a
jogát ebben a Használati leirt müszaki adatok elözetes értesítés nélküli változ-
tatására.
12” 300mm
45T 3/8”
PROMAC 33
242151B
852312B
214215B (5/32”)
NEDERLANDS - 23
1 - ZWAARD
2 - ZAAGKETTING
3 - DOP BRANDSTOFTANK
4 - DOP OLIETANK
5 - STOPSCHAKELAAR
6 - STARTERHUIS
7 - STARTHENDEL
8 - DRAAGBEUGEL VÓÓR
9 - AFDEKKAP LUCHTFILTER
10 - CHOKEKNOP
11 - AFREGELNAALDEN CARBURATEUR
12 - VEILIGHEIDSKETTINGREM
13 - MOEREN ZWAARDBEVESTIGING
14 - KETTINGVANGER
15 - UITLAAT
16 - DRAAGBEUGEL ACHTER
17 - GASBLOKKEERHENDEL
18 - GASHENDEL
19 - AFDEKPLAAT KETTINGREM
20 - KETTINGSPANSCHROEF / INTENZ
21 - KLAUW/AFSTANDHOUDER
22 - ALGEMENE BESCHRIJVING
A. Algemene beschrijving
Gebruik de kettingzaag Promac 33 op de juiste manier om ongevallen te
voorkomen. Volg de aanwijzingen en instructies voor een verstandig, veilig en
efficiënt gebruik van dit product. De gebruiker dient zich te houden aan alle
waarschuwingen en instructies die in deze bij het product geleverde
handleiding worden gegeven.
Veiligheidsvoorschriften
Verklaring van de symbolen
Gebruiksaanwi wÿzing zorgvuldig lezen
Het dragen van veiligheidskleding:
Gekeurde veiligheidsbril
of gezichtsbeschermer
Gekeurde veiligheidshelm
Gekeurde oor beschermers
Gekeurde handschoenen
Gekeurde veiligheidsschoenen
U moet altijd een ehbo-kit bij u hebben
Geluidsemissie naar de omgeving
volgens de richtlijnen van de Europese
Gemeenschap.
Dit product voldoet aan de geldende
CE-richtlijnen.
Bij het werken met de machine en het
vullen van de tank niet roken
Waarschuwing - Let op
Chokeklep geheel geopend
(Het starten van een warme motor)
NEDERLANDS - 24
Chokeklep half geopend
Chokeklep gesloten
(Het starten van een koude motor)
Controleer met het blote oog
Controle en/of onderhoud moet altijd
uitgevoerd worden met uitgeschakelde
motor en met de stopschakelaar in de
STOP-stand.
Rem ingeschakeld / uitgeschakeld
Voorzichtig voor terugslag
Moet regelmatig schoongemaakt
worden
Niet zagen met uiteinde van het
zwaard, dit kan terugslag veroorzaken
Nooit de machine gebruiken
met slechts één hand
Om service en reparaties aan de motor-
kettingzaag uit te voeren, moet u een
speciale opleiding hebben
Altijd stevig met twee handen
vasthouden
B. Veiligheidsmaatregelen
1 Alle gebruikers moeten voordat ze met de kettingzaag
gaan werken eerst deze gebruiksaanwijzing doorne-
men. Gebruik de machine allech waar voor ze
bestemd is.
Draag geschikte kleding. Dit houdt in nauw sluitende (vei-
ligheids) kleding, stevige schoenen, goede werkhand-
schoenen, veiligheidsbril of een gezichtbeschermer en
oordopjes of oorbeschermers.
Draag een helm wanneer de kans aanzwezig is dat voor-
werpen of takken naar beneden kunnen vallen.
2 Houdt de kettingzaag altijd met twee handen stevig vast
zolang de motor draait.
Zorg ervoor dat u stevig staat. Dit soort werkzaamheden
moet uitsluitend door mensen uitgevoerd worden, die
daarvoor opgeleid zijn en de goede uitrusting hebben (
riemen, touwen, veiligheidshaken, etc.). Verzeker uzelf
ervan dat u de motor snel kunt stoppen indien dit nodig
mocht zijn.
Wij raden aan om alle gebruikers die voor het eerst met
een kettingzaag werken, praktische veiligheidsinstrukties
door te nemen voordat zij daadwerkekijk gaan zagen.
Werk niet met de machine wanneer u moe bent of onder
invloed van alcohol, drugs of welke beïnvloedende sub-
stantie dan ook, die de vaardigheid, inzicht of inschatting-
svermogen kan verminderen.
3 Draag de kettingzaag nooit met een draaiende motor.
Wanneer de kettingzaag gedragen wordt, zelfs over een
kleine afstand, moet de ketting afgedekt zijn met de
zwaardbeschermer en het zwaard moet naar achteren
gericht zijn.
Wanneer de kettingzaag in een auto vervoerd wordt, zorg
er dan voor dat de machine geen benzine kan verliezen.
4 Probeer niet met de neus van het zaagblad te zagen, dit
voorkomt een terugslag. Overtuig uzelf ervan dat machi-
ne volgas draait voordat u begint met zagen. Om een
terugslag te voorkomen, laat de neus van het zwaard niet
in kontakt komen met blokken hout, takken, de grond of
andere soorten obstakels.Zorg ervoor dat de ketting
scherp en goed op spanning blijft.
Houdt de klauw of het motorhuis tegen het hout terwijl u
zaagt.
Gebruik alleen originele accessoires en onderdelen. Wij
raden u aan om uw machine regelmatig te laten controle-
ren door een erkende service dealer.Zaag niet boven Uw
schouderhoogte.
5 Gebruik de kettingzaag nooit in de buurt van open vuur of
gemorste benzine. Gebruik de kettingzaag alleen buiten
en in een goed geventileerde omgeving.
NEDERLANDS - 25
Verwijder de gemorste benzine nadat u heeft bijgevuld.
Haal de kettingzaag weg van het bijvul punt voordat u
gaat starten.
6 Houdt omstanders en dieren weg van de werkplek met een
minimale afstand van 10 m of twee maal de lengte van de
boom. Indien nodig gebruik waarschuwingstekens om on-
oplettende mensen op afstand te houden.
Onderzoek zorgvuldig de werkomgeving en let op risico
faktoren, zoals wegen, paden, electriciteitskabels, gevaar-
lijke bomen, enz. Gebruik de kettinzaag niet wanneer blijkt
dat de kettingrem niet goed werkt.
Leg nooit uw handen op de ketting terwijl de motor nog
draait.
Zorg ervoor dat er altijd iemand is die binnen gehoor
afstand is, in geval van een ongeluk. Indien dit niet moge-
lijk is, is het aan te raden om een verbanddoos mee te
nemen en iemand te laten weten waar u zich bevindt.
Laat de machine nooit achter met draaiende motor.
HET IS AANBEVOLEN ORIGINELE ACCESSOIRES EN
RESEN VEONDEROELEN TE GEBRUIKEN.
Verzeker uzelf ervant dat de kettingzaag is uitgeschakeld
alvorens de ketting aan te brengen of af te stellen.
Werkhandschoenen dragen bij het aanbrengen of afstel-
len van de ketting.
1 De remhendel moet ontgrendeld zijn (A).
Neem het zijdeksel, indien nodig, af met moeren (B).
2 Schroef de stelnok (D) volledig achteruit.
3 Leg de ketting in de geleidebladgroef en ga na of de rich-
ting van de ketting juist is (P).
4 Leg de ketting op het kettingwiet Plaats de stang volgens
de afbeelding zodat het onderste gat (F) tegenover de
reguleringsschroef komt te liggen (G).
5 Zet het zijdeksel.
6 De deksel weer aan de zijkant bevestigen en de moeren
(B) met de hand aandraaien. Zo verstellen d.m.v. schroef
(D) dat wanneer de ketting wordt opgetild, er alleen een
hele schake zichtbaar is. De spanning is juist wanneer de
ketting vrij in de kloof rond kan draaien. Draai nu de moe-
ren goed aan met behulp van de bijgevoegde sleutel. Dit
terwijl U de punt van het zwaard omhoog houdt.
C. Montage zwaard en ketting - Intenz
Alleen brandstof gebruiken als aanbevolen in deze handlei-
ding.
Dit produkt is uitgerust met een tweetakt motor en moet
daarom worden gevoed met een tweetakt benzine en
oliemengsel. Loodvrije benzine gebruiken met een minimum
octaangehalte van 90. Alleen olie gebruiken uit verzegelde
containers. Om een goed brandstofmengsel te verkrijgen,
eerst de olie in de container gieten en daarna de benzine
toevoegen.
Het gebruik van een tweederangs olie of benzine kan de
prestatie beïnvloeden of de levensduur van bepaalde
onderdelen reduceren.
LOODVRIJE BENZINE
Indien men loodvrije benzine gebruikt dient men te mengen
met een volledig synthetische 2-takt motorolie of 2-takt
motorolie, zie tabell.
BELANGRIJK
Altijd het mengsel voor gebruik goed schudden.
Mengsmering heeft de eigenschap na verloop van tijd in
kwaliteit achteruit te gaan en dient dan ook binnen 2 maanden
gebruikt te worden. Wij raden u derhalve aan alleen de
hoeveelheid mengsmering aan te maken die op dat moment
nodig is. Nooit een brandstofmengsel gebruiken van meer dan
2 maanden oud aangezien dit de motor kan beschadigen.
ATTENTIE
Rook niet als u aan het vullen bent. De tankdop altijd langza-
am los draaien, om te vermijden dat eventuale interne druk
ontsnapt. Bijvullen op open plaatsen, kom niet te dicht in de
buurt van open vuur of vonken. Bewaar de mengsmering alti-
jd in een daarvoor bestemde jerry-can.
VEILIGE OPSLAG VAN BRANDSTOF
Benzine is licht ontvlambaar. Doof altijd eerst open vuur
voordat u met benzine gaat werken.
Voorkom morsen met benzine. Sla de brandstof op in een
goed geventileerde ruimte, in een daarvoor bestemde jerry-
can. Zet nooit een motor weg met nog benzine in de tank, in
slecht geventileerde ruimten, of waar benzine damp in aan-
raking kan komen met openvuur, vonken of een waakvlam
van bijvoorbeeld een cv-ketel.
Benzine dampen kunnen een explosie of brand veroorzaken.
Sla geen grote hoeveelheden benzine op. Het is ten zeerste
af te raden de brandstof geheel op te verbruiken. Dit om
problemen bij het starten te voorkomen.
KETTINGSMERING
BELANGRIJK
De levensduur van zwaard en ketting hangen voor een groot
deel af van een goede smering.
Wij bevelen aan: de speciale McCulloch kettingolie of een
olie met viscositeit SAE 30.
Gebruik nooit afgewerkte motorolie. Zwaard, ketting en olie-
pomp gaan dan zeer snel slijten. Als u de brandstoftank vult
moet u tevens de olietank vullen.
Het is ten zeerste af te raden de brandstof geheel op te ver-
bruiken. Dit om problemen bij het starten te voorkomen en is
bovendien een behoud voor de motor.
LET OP: De kettingzaag rekt gedurende gebruik, vooral
wanneer het nieuw is en het zal nu en dan noodzakelijk
zijn de ketting bij te stellen en aan te spannen. Een nieuwe
ketting dient na ca. 5 minuten gebruik bijgesteld te wor-
den.
De oliepomp kan naar behoefte afgeregeld worden.
De opbrengst van de oliepomp kan beinvloed worden door
het verdraaien van schroef (A) (zie adbeelding).
D. Brandstof
NEDERLANDS - 26
BELANGRIJK
Alvorens de motor te starten moet u zorgen dat er geen
brandstof in de buurt is, dat de motor stevig op de grond
staat en het zwaard van u af gericht is.
HET STARTEN VAN EEN KOUDE MOTOR
1 Kontroleer of de kettingrem buiten werking is door de
remhendel (L) naar de draagbeugel toe te trekken. Zet
stopschakelaar in positie 1.
2 Zet de stopschakelaar (A) in START positie. Pomp zolang
met balgje (C).
3 Druk de veiligheidsschakelaar (S) in. Druk de trekker in (G)
en bedien de voorgasgever (P) volledig achteruit.
4 Hould de zaag goed ander kontrole (afb. 4) en trek aan het
startkoord totdat de machine aanslaat. Pas op voor de
ketting!
5 Zet nu de luchtregelaar (A) in de positie OPEN. Druk de
decompressieklep (D) (indien uw model hiermee is uitge-
rust) naar beneden. Trek nu aan de starter totdat de motor
weer loopt.
Laat de motor tenminste 10 seconden warm draaien, dit
ter verhoging van het prestatievermogen.
Schakel de veiligheidsknop (S) uit door het gas (G) in te
drukken. Als de machine niet wil starten, herhaal dan
nauwgezet de aanwijzingen.
Om de motor te stoppen, de stop-knop indrukken (positie
STOP).
6 Na een langdurig en intens gebruik is het aan te raden de
motor nog enkele seconden door te laten draaien.
HET STARTEN VAN EEN WARME MOTOR
Controlleer of de schakelaar voor het stilstaan op de tegeno-
vergestelde stand van de stopstand staat. Trek niet aan de
gashendel (G). Houd de zaag goed ander kontrole.
Druk decompressieknop (D) in en trek aan de starter.
HET STARTEN VAN EEN WARME MOTOR
NA HET VULLEN VAN TANK
Wanneer de benzinetank geheel leeggedraaid is start dan
de motor op dezelfde wijze als een bkj een koude motor.
E. Starten en stoppen
BELANGRIJK
Voordat u de kettingzaag gaat gebruiken is het noodzakelijk
de gebruiksaanwijzing zorgvuldig te lezen om alle veiligheid-
smaatregelen in acht te kunnen nemen.
HET VELLEN VAN BOMEN
– Hou omstanders en dieren uit de buurt van uw zaagobject.
Bepaal vooraf de Valrichting van de Boom en tevens de
vluchtweg als de boom gaat vallen.
– Ga geen bomen vellen als het hard waait.
1 Maak de voet van de boom vrij van struikgewas, grote
wortelaanlopen en stenen of andere voorwerpen die de
ketting kunnen beschadigen. (afb. 1).
2 A) Maak een valkerf (A) van 45° in aan de kant waar de
boom moet vallen tot op 1/3 van de diameter (d) van de
boom. Maak dan de velsnede (B) ongeveer 5 cm. hoger
dan de valkerf aan de andere zijde van de boom.
Zaag de velsnede niet te ver door. Er moet altijd een
breuklijst van minstens 5 cm. blijven staan om de val-
richting onder kontrole te kunnen houden.
B) Gebruik wiggen om het moment van vallen en de val-
richting nog beter te kunnen kontroleren.
3 Als de boom begint te vallen loop dan weg in de vooraf
bepaalde looprichting.
HET AFKORTEN VAN BOOMSTAMMEN
4 A) Zaag eerst de takken af van de bovenkant van de stam.
De stam rust dan op de takken die op de grond liggen.
B) Het zagen van stammen waarvan eén eind niet op de
bodem rust: maak een zaagsnede aan de onderzijde
van de stam (A) tot op 1/3 van de diameter (A) van de
stam.
Zaag dan vanaf de bovenzijde (B) uitkomend op de
zaagsnede die vanaf de onderzijde is gemaakt.
C) Het zagen van stammen die met beide uiteinden op de
grond rusten: maak een zaagsnede aan de bovenkant
van de stam (A) tot op 1/3 van de diameter van de stam.
Zaag dan vanaf de onderzijde (B) uitkomend op de
zaagsnede die vanaf de bovenzijde gemaakt is.
D) Wanneer de stam over de gehele lengte op de grond
rust kan deze vanaf de bovenzijde zonder onderbre-
king doorgezaagd worden. Let op dat de grond niet
geraakt wordt met de ketting.
F. Het gebruik de kettingzaag
Wij adviseren de carburateurafstelling door een erkende dea-
ler te laten doen.
Op de carburateur bevinden zich een drietal aftelnaalden.
L: Deze naald regelt de brandstoftoevoer voor het statio-
nair toerental en de acceleratie naar het maximum toeren-
tal.
De afregeling van naald L: draai L voorzichtig in de richting
van de klok totdat ze stopt. Draai nu de naald een volle slag
open tegen de richting van de klok in . Wanneer de zaag
niet goed accellereerd moet de naald 1/4 slag verder
opengedraaid worden. Men krijgt dan meer brandstoftoe-
voer .
H: Deze naald regelt de brandstoftoevoer voor het maxi-
male toerental.
G. Afstellen carburateur
NEDERLANDS - 27
Verzeker dat de motor kettingzaag is uitgeschakeld alvo-
rens enig onderhoud uit te voeren.
KETTING: KONTROLEER REGELMATIG DE KETTENG-
SPANNING. Een nieuwe ketting moet vaker worden afge-
steld. Draai de moeren los. Zet de ketting vast (zie mon-
tage instructies) en draai de moeren weer aan.
1 ZWAARD
Krab de groef (K) regelmatig uit. zaagseldelen kunnen
de olietoevoergaten (L) blokkeren.
De lagertjes op het neuswiel moeten regelmatig doorge-
smeerd worden Tijdens het vetspuiten het neuswiel
ronddraaien.
Door het zwaard regelmatig te draaien wordt de leven-
sduur van het zwaard aanmerkelijk verlengd.
2 LUCHTFILTER
Een verstopt of vuil luchtfilter veroorzaakt carburatie
problemen. De machine komt niet op toeren en gaat
veel brandstof verbruiken
– Verwijder de luchtfilterkap.
Reinig het filter in benzine (gebruik niet het tweetakt-
mengsel). Het filter mag ook met perslucht worden.
– Vervang het filter als het beschadigt is of aan de randen
niet meer goed afsluit.
3 BOUGIE
Reinig de bougie regelmatig (elke 30 uur) en kontroleer de
electrodenafstand (0.5-0.6 mm.).
Vervang de bougie na iedere 100 werkuren of als de
electroden sterk vervuild zijn.
Een verkeerde afstelling van de carburateur, een teveel
aan mengolie in de brandstop of een slechte kwaliteit
mengolie kunnen oorzaak zijn van de vervuiling van de
bougie.
4 KETTINGOLIEFILTER
Het filter is gemonteerd aan het einde van de slang die
zich in de olietank bevindt. Om het filter schoon te maken
of te vervangen dient het uiteinde van de slang uit de tank
gehaald te worden door de vulopening van de tank.
Gebruik een metalen haak of een lange tang.
De olietank kan schoongemäakt worden door deze half te
vullen met petroleum of benzine en dan goed te schud-
den. Laat de tank leeglopen en vul deze weer met schone
kettingolie. Gebruik nooit afgewerkte motorolie als kettin-
golie De oliepomp wordt dan ernstig beschadigd.
5 BRANDSTOFFILTER
Open de brandstoftank en haal de slang met het filter uit
de tank met behulp van een gebogen stukje ijzerdraad of
met een punttang. Vervang het filter en plaats het weer
onder in de tank zoals op de tekening aangegeven is.
Benzine filter: wij raden aan om het benzine filter ten min-
ste eenmaal per jaar te vervangen.
PERIODIEK: om oververhitting te voorkomen is het
noodzakelijk de kettingzaag regelmatig schoon te maken.
Speciaal de koelvinnen op de cylinder. Dit voorkomt over-
verhitting van de motor.
Machine lange tijd niet in gebrucik: maak de brandstof-
tank leeg en laat de machine lopen totdat deze vanzelf
stopt.
H. Periodiek onderhoud
Uw kettingzaag is uitgerust met een kettingrem beveili-
ging om de ketting in luttele seconden te kunnen stop-
pen in geval van terugslag. Zaag altijd stevig met beide
handen vasthouden.
De kettingrem is geen garantie voor absolute veiligheid wan-
neer de machine in werking is gesteld zonder dat de ver-
plichte voorzorgsmaatregelen zijn getroffen en in het nodige
onderhoud is voorzien.
The kettigrem (A) wordt automatisch in werking gesteld
bijeen eventuele terugslag.
De kettingrem kan ook met de hand worden bediend en wel
door de remhendel naar voren te duwen.
Dit is echter alleen aan te raden bij een laag toerenaatal van
de motor en voor korte tijd.
Probeer altijd eerst de rem voor het gebruik van de machine.
Doe dit op het laagste toerenaantal, terwijl U de rem aantrekt.
Stel de rem altijd buiten werking voor het starten.
Het contact van de gevaarhoek met het hout of met andere
voorwerpen kan een terugslag veroorzaken (het omhoog
schieten van de motorzaag).Begin daarom nooit met de
bovengenoemde hoek van de ketting te zagen.
Wanneer dit contact tot stand komt, wordt de motorzaag plot-
seling teruggeduwd en kan men de controle over de machine
verliezen. Houd de motorzaag altijd goed met beide handen
vast, aangezien in het geval van een terugslag. Dit is het contact
van de linkerhand met de hendel die de rem in werking stelt.
FUNCTIONERINGSTEST VAN DE KETTINGREM:
1 De kettingrem wordt (A) buiten werking gesteld door de
remhendel naar achteren te trekken en deze vast te zetten
(de ketting is in beweging).
I. Testen kettingrem
De afregeling van naald H: draai naald H voorzichtig in de
richting van de klok totdat ze stopt. Draai nu de naald een
volle slag open tegen de richting van de klok in .
Wanneer het toerental van de motor te hoog oploopt moet
de naald 1/4 slag verder opengedraaid worden .
I: De I naald regelt de stand van de gasklep voor het sta-
tionair lopen van de motor (2.900 min
-1
).
LET OP: bij een te hoog stationair toerental kan de zaagket-
ting gaan lopen.
De carburateur is tijdens produktie afgesteld voor normaal
gebruik.
Indien grote wijzigingen voor het gebruik noodzakelijk zijn,
neem dan kontakt op met een offici èle dealer die over origi-
nele onderdelen, de juiste gereedschappen en de laatste
fabrieksgegevens beschikt.
NEDERLANDS - 28
L. Vijlen van de ketting
1 Het slijpen van de zaagtanden kan worden verricht door het
gebruik van de hier afgebeelde daarvoor bestemde vijl:
KETTING VIJL
MP 370GLX 5/32”
Het kettingtype is gemakkelijk te onderscheiden d.m.v.
het serienummer dat is aangebracht op dat deel van de
zaagtanden wat in de opening van de stang valt.
Het is gemakkelijker een vijlapparaat te gebruiken.
De ketting kan op het geleideblad blijven tijdens het vijlen.
Alvorens met het vijlen aan te vangen moet de ketting juist
aangespannen worden.
2 De vijl moet goed geplaatst worden:
– “A” verticale hoogte 30° - 35°
– “B” horizontale hoek 85° - 90°
– “C” verticale hoek. 60°
Voor normaal vijlen volstaan drie steken van de vijl zijde-
lings tegen de rand van elke tand.
Gebruik de kettingrem om de ketting op het geleideblad
te vergrendelen .
3 De vijl moet horizontaal.
4 Bij het vijlen van de ketting moeten alle tanden met dezelf-
de hoeveelheid worden afgevijld, zodat ze allemaal even
lang zijn. Vijl altijd vanaf de binnen zijde van de tand, dus
de ene tand wordt vanaf de ene zijde en de volgende
vanaf de andere zijde van het geleideblad gevijld.
5 DIEPTE STELLER
Een korrekte dieptesteller is zeer belangrijk om goed te
zagen en voor een langere levens duur van de ketting.
Na ongeveer 4 of 5 maal bijvijlen moet het volgende
gedaan worden: de dieptemaat instellen en met een plat-
te vijl de dieptesteller gelijk vijlen met de dieptemaat.
Het hoogteverschil tussen de tanden en de dieptestellers
is 0,65 mm.
Na het wegnemen van de dieptemaat kunnen de diepte-
stellers afgerond worden (D).
2 De kettingrem wordt (A) in werking gesteld door de rem-
hendel naar voren te duwen en deze vast te zetten (de
ketting is geblokkeerd). De remhendel moet in de beide
posities springen. Wanneer daar teveel kracht voor nodig
is, of de remhendel wil in geen van beide posities,
GEBRUIK DE MACHINE DAN NIET maar breng hem
onmiddelijk naar een geautoriseerde reparateur.
3 KETTINGVANGER
Dit apparaat is uitgerust met een kettingvanger onder het
aandrijfwiel. Dit is bestemd om de achterwaartse bewe-
ging van de ketting te voorkomen in geval van breuk of
wanneer het van het zwaard komt. Het mag dan ook nooit
worden verwijderd.
DIT PRODUKT IS IN OVEREENSTEMMING MED DE EUROPESE VEILIGHEIDSREGELING
VOOR DE MACHINE
INHOUD MOTOR (cm
3
)
BORING (mm) x SLAG (mm)
VERMOGEN (din. kW)
MAXIMAAL TOERENTAL (min
-1
)
MAXIMUM SNELHEID (min
-1
)
MINIMUM SNELHEID (min
-1
)
LEDIG GEWICHT (Kg) (ZONDER ZWAARD EN KETTING)
KETTING STEEK (9,525 mm)
DIKTE AANDRIJFSCHAKEL (mm)
ZWAARDLENGTES (cm)
AANDRIJFTANDWIEL (STANDAARD) TANDEN
INHOUD OLIETANK (cm
3
)
INHOUD BENZINE TANK (cm
3
)
GELUIDSDRUK AAN HET OOR VAN DE GEBRUIKER LpAav (dBA) (EN 27182 - EN 608)
GEWAARBORGD GELUIDSVERMOGENSNIVEAU (dBA)
GEMETEN GELUIDSVERMOGENSNIVEAU (dBA)
TRILLINGEN (ISO 7505 - EN 608) (m/s
2
)
33
37x30
1,2
7.000
11.000
2.900
3,1
3/8”
1,3
30
6
150
230
95,9
113
111,14
8,5
Technische gegevens
NEDERLANDS - 29
Motor start niet De motor draait slecht De motorzaag start De motor draait slecht
maar zaagt slecht of verliest vermogen
Ga na of de stopschakelaar
in de juiste stand staat.
Controleer het brandstofpeil
min. 25% inhoud tank. ••
Ga na of het luchtfilter
niet vervuild is. ••
Demonteer de bougie,
droog-ze, reinig en stel ze bij,
en vervang indien nodig. ••
Stel the carburateur af. ••
Vervang het brandstoffilter.
Neem contact op met uw dealer.
Volg nauwkeurig de montage
aanwijzingen van de ketting.
Controlleer of de ketting
geslepen is. Zo niet, wendt
u zich dan tot uw winkelier.
Storingzoekingstabel
Motor veroorzaakt nog altijd moeilijkhenden: Neem contact op met service dealer.

Documenttranscriptie

PROMAC 33 12” 300mm 45T 3/8” 242151B 852312B 214215B (5/32”) g Due to a constant product improvement programme, the factory reserves the right to modify technical details mentioned in this manual without prior notice. i La casa produttrice si riserva la possibilità di variare caratteristiche e dati del presente manuale in qualunque momento e senza preavviso. f La Maison se réserve la possibilité de changer des caractéristiques et des données de ce manuel à n’importe quel moment et sans préavis. C Im Sinne des Fortschritts behält sich der Hersteller das Recht vor, technische Änderungen ohne vorherigen Hinweis durchzuführen. e La firma productora se reserva la posibilidad de cambiar las características y datos del presente manual en cualquier momento y sin previo aviso. h Door konstante produkt ontwikkeling behoud de fabrikant zich het recht voor om rechnische specificaties zoals vermeld in deze handleiding te veranderen zonder biervan vooraf bericht te geven. s Tilverkaren reserverar sig rätten att ändra fakta och uppgifter ur handboken utan förvarning. q Producenten forbeholder sig ret til ændringer, hvad angår karakteristika og data i nærværende instruktion, når som helst og uden varsel. v Jatkuvan tuotteen parannusohjelman tähden valmistaja pidättää oikeuden vaihtaa ilman ennakkovaroitusta tässä ohjekirjasessa mainittuja teknisiä yksityiskohtia. { Produsenten forbeholder seg all rett og mulighet til å forandre tekniske detaljer i denne manualen uten forhåndsvarsel. p A casa productora se reserva a possibilidade de variar características e dados do presente manual em qualquer momento e sen aviso prévio. k Λγω προγράµµατος συνεχούς βελτίωσης προϊντων, το εργοστάσιο επιφυλάσσεται του δικαιώµατος να τροποποιεί τις τεχνικές λεπτοµέρειες που αναφέρονται στο εγχειρίδιο αυτ χωρίς προηγούµενη ειδοποίηση. ≤ Folyamatos gyártmány felùjítási müsorunk következtében, a gyártó cég fenntartja a jogát ebben a Használati leirt müszaki adatok elözetes értesítés nélküli változtatására. A. Algemene beschrijving 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 - ZWAARD - ZAAGKETTING - DOP BRANDSTOFTANK - DOP OLIETANK - STOPSCHAKELAAR - STARTERHUIS - STARTHENDEL - DRAAGBEUGEL VÓÓR - AFDEKKAP LUCHTFILTER - CHOKEKNOP - AFREGELNAALDEN CARBURATEUR 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 - VEILIGHEIDSKETTINGREM - MOEREN ZWAARDBEVESTIGING - KETTINGVANGER - UITLAAT - DRAAGBEUGEL ACHTER - GASBLOKKEERHENDEL - GASHENDEL - AFDEKPLAAT KETTINGREM - KETTINGSPANSCHROEF / INTENZ - KLAUW/AFSTANDHOUDER - ALGEMENE BESCHRIJVING Veiligheidsvoorschriften Gebruik de kettingzaag Promac 33 op de juiste manier om ongevallen te voorkomen. Volg de aanwijzingen en instructies voor een verstandig, veilig en efficiënt gebruik van dit product. De gebruiker dient zich te houden aan alle waarschuwingen en instructies die in deze bij het product geleverde handleiding worden gegeven. Verklaring van de symbolen Gebruiksaanwi wÿzing zorgvuldig lezen U moet altijd een ehbo-kit bij u hebben Het dragen van veiligheidskleding: Gekeurde veiligheidsbril of gezichtsbeschermer Geluidsemissie naar de omgeving volgens de richtlijnen van de Europese Gemeenschap. Gekeurde veiligheidshelm Dit product voldoet aan de geldende CE-richtlijnen. Gekeurde oor beschermers Bij het werken met de machine en het vullen van de tank niet roken Gekeurde handschoenen Waarschuwing - Let op Gekeurde veiligheidsschoenen Chokeklep geheel geopend (Het starten van een warme motor) NEDERLANDS - 23 Chokeklep half geopend Moet regelmatig schoongemaakt worden Chokeklep gesloten (Het starten van een koude motor) Niet zagen met uiteinde van het zwaard, dit kan terugslag veroorzaken Controleer met het blote oog Nooit de machine gebruiken met slechts één hand Controle en/of onderhoud moet altijd uitgevoerd worden met uitgeschakelde motor en met de stopschakelaar in de STOP-stand. Om service en reparaties aan de motorkettingzaag uit te voeren, moet u een speciale opleiding hebben Rem ingeschakeld / uitgeschakeld Altijd stevig met twee handen vasthouden Voorzichtig voor terugslag B. Veiligheidsmaatregelen 1 Alle gebruikers moeten voordat ze met de kettingzaag gaan werken eerst deze gebruiksaanwijzing doornemen. Gebruik de machine allech waar voor ze bestemd is. Draag geschikte kleding. Dit houdt in nauw sluitende (veiligheids) kleding, stevige schoenen, goede werkhandschoenen, veiligheidsbril of een gezichtbeschermer en oordopjes of oorbeschermers. Draag een helm wanneer de kans aanzwezig is dat voorwerpen of takken naar beneden kunnen vallen. 2 Houdt de kettingzaag altijd met twee handen stevig vast zolang de motor draait. Zorg ervoor dat u stevig staat. Dit soort werkzaamheden moet uitsluitend door mensen uitgevoerd worden, die daarvoor opgeleid zijn en de goede uitrusting hebben ( riemen, touwen, veiligheidshaken, etc.). Verzeker uzelf ervan dat u de motor snel kunt stoppen indien dit nodig mocht zijn. Wij raden aan om alle gebruikers die voor het eerst met een kettingzaag werken, praktische veiligheidsinstrukties door te nemen voordat zij daadwerkekijk gaan zagen. Werk niet met de machine wanneer u moe bent of onder invloed van alcohol, drugs of welke beïnvloedende substantie dan ook, die de vaardigheid, inzicht of inschattingNEDERLANDS - 24 svermogen kan verminderen. 3 Draag de kettingzaag nooit met een draaiende motor. Wanneer de kettingzaag gedragen wordt, zelfs over een kleine afstand, moet de ketting afgedekt zijn met de zwaardbeschermer en het zwaard moet naar achteren gericht zijn. Wanneer de kettingzaag in een auto vervoerd wordt, zorg er dan voor dat de machine geen benzine kan verliezen. 4 Probeer niet met de neus van het zaagblad te zagen, dit voorkomt een terugslag. Overtuig uzelf ervan dat machine volgas draait voordat u begint met zagen. Om een terugslag te voorkomen, laat de neus van het zwaard niet in kontakt komen met blokken hout, takken, de grond of andere soorten obstakels.Zorg ervoor dat de ketting scherp en goed op spanning blijft. Houdt de klauw of het motorhuis tegen het hout terwijl u zaagt. Gebruik alleen originele accessoires en onderdelen. Wij raden u aan om uw machine regelmatig te laten controleren door een erkende service dealer.Zaag niet boven Uw schouderhoogte. 5 Gebruik de kettingzaag nooit in de buurt van open vuur of gemorste benzine. Gebruik de kettingzaag alleen buiten en in een goed geventileerde omgeving. Verwijder de gemorste benzine nadat u heeft bijgevuld. Haal de kettingzaag weg van het bijvul punt voordat u gaat starten. 6 Houdt omstanders en dieren weg van de werkplek met een minimale afstand van 10 m of twee maal de lengte van de boom. Indien nodig gebruik waarschuwingstekens om onoplettende mensen op afstand te houden. Onderzoek zorgvuldig de werkomgeving en let op risico faktoren, zoals wegen, paden, electriciteitskabels, gevaarlijke bomen, enz. Gebruik de kettinzaag niet wanneer blijkt dat de kettingrem niet goed werkt. Leg nooit uw handen op de ketting terwijl de motor nog draait. Zorg ervoor dat er altijd iemand is die binnen gehoor afstand is, in geval van een ongeluk. Indien dit niet mogelijk is, is het aan te raden om een verbanddoos mee te nemen en iemand te laten weten waar u zich bevindt. Laat de machine nooit achter met draaiende motor. HET IS AANBEVOLEN ORIGINELE ACCESSOIRES EN RESEN VEONDEROELEN TE GEBRUIKEN. C. Montage zwaard en ketting - Intenz Verzeker uzelf ervant dat de kettingzaag is uitgeschakeld alvorens de ketting aan te brengen of af te stellen. Werkhandschoenen dragen bij het aanbrengen of afstellen van de ketting. 1 De remhendel moet ontgrendeld zijn (A). Neem het zijdeksel, indien nodig, af met moeren (B). 2 Schroef de stelnok (D) volledig achteruit. 3 Leg de ketting in de geleidebladgroef en ga na of de richting van de ketting juist is (P). 4 Leg de ketting op het kettingwiet Plaats de stang volgens de afbeelding zodat het onderste gat (F) tegenover de reguleringsschroef komt te liggen (G). 5 Zet het zijdeksel. 6 De deksel weer aan de zijkant bevestigen en de moeren (B) met de hand aandraaien. Zo verstellen d.m.v. schroef (D) dat wanneer de ketting wordt opgetild, er alleen een hele schake zichtbaar is. De spanning is juist wanneer de ketting vrij in de kloof rond kan draaien. Draai nu de moeren goed aan met behulp van de bijgevoegde sleutel. Dit terwijl U de punt van het zwaard omhoog houdt. D. Brandstof Alleen brandstof gebruiken als aanbevolen in deze handleiding. Dit produkt is uitgerust met een tweetakt motor en moet daarom worden gevoed met een tweetakt benzine en oliemengsel. Loodvrije benzine gebruiken met een minimum octaangehalte van 90. Alleen olie gebruiken uit verzegelde containers. Om een goed brandstofmengsel te verkrijgen, eerst de olie in de container gieten en daarna de benzine toevoegen. Het gebruik van een tweederangs olie of benzine kan de prestatie beïnvloeden of de levensduur van bepaalde onderdelen reduceren. LOODVRIJE BENZINE Indien men loodvrije benzine gebruikt dient men te mengen met een volledig synthetische 2-takt motorolie of 2-takt motorolie, zie tabell. BELANGRIJK Altijd het mengsel voor gebruik goed schudden. Mengsmering heeft de eigenschap na verloop van tijd in kwaliteit achteruit te gaan en dient dan ook binnen 2 maanden gebruikt te worden. Wij raden u derhalve aan alleen de hoeveelheid mengsmering aan te maken die op dat moment nodig is. Nooit een brandstofmengsel gebruiken van meer dan 2 maanden oud aangezien dit de motor kan beschadigen. Voorkom morsen met benzine. Sla de brandstof op in een goed geventileerde ruimte, in een daarvoor bestemde jerrycan. Zet nooit een motor weg met nog benzine in de tank, in slecht geventileerde ruimten, of waar benzine damp in aanraking kan komen met openvuur, vonken of een waakvlam van bijvoorbeeld een cv-ketel. Benzine dampen kunnen een explosie of brand veroorzaken. Sla geen grote hoeveelheden benzine op. Het is ten zeerste af te raden de brandstof geheel op te verbruiken. Dit om problemen bij het starten te voorkomen. KETTINGSMERING BELANGRIJK De levensduur van zwaard en ketting hangen voor een groot deel af van een goede smering. Wij bevelen aan: de speciale McCulloch kettingolie of een olie met viscositeit SAE 30. Gebruik nooit afgewerkte motorolie. Zwaard, ketting en oliepomp gaan dan zeer snel slijten. Als u de brandstoftank vult moet u tevens de olietank vullen. Het is ten zeerste af te raden de brandstof geheel op te verbruiken. Dit om problemen bij het starten te voorkomen en is bovendien een behoud voor de motor. ATTENTIE Rook niet als u aan het vullen bent. De tankdop altijd langzaam los draaien, om te vermijden dat eventuale interne druk ontsnapt. Bijvullen op open plaatsen, kom niet te dicht in de buurt van open vuur of vonken. Bewaar de mengsmering altijd in een daarvoor bestemde jerry-can. LET OP: De kettingzaag rekt gedurende gebruik, vooral wanneer het nieuw is en het zal nu en dan noodzakelijk zijn de ketting bij te stellen en aan te spannen. Een nieuwe ketting dient na ca. 5 minuten gebruik bijgesteld te worden. VEILIGE OPSLAG VAN BRANDSTOF Benzine is licht ontvlambaar. Doof altijd eerst open vuur voordat u met benzine gaat werken. De oliepomp kan naar behoefte afgeregeld worden. De opbrengst van de oliepomp kan beinvloed worden door het verdraaien van schroef (A) (zie adbeelding). NEDERLANDS - 25 E. Starten en stoppen BELANGRIJK Alvorens de motor te starten moet u zorgen dat er geen brandstof in de buurt is, dat de motor stevig op de grond staat en het zwaard van u af gericht is. HET STARTEN VAN EEN KOUDE MOTOR 1 Kontroleer of de kettingrem buiten werking is door de remhendel (L) naar de draagbeugel toe te trekken. Zet stopschakelaar in positie 1. 2 Zet de stopschakelaar (A) in START positie. Pomp zolang met balgje (C). 3 Druk de veiligheidsschakelaar (S) in. Druk de trekker in (G) en bedien de voorgasgever (P) volledig achteruit. 4 Hould de zaag goed ander kontrole (afb. 4) en trek aan het startkoord totdat de machine aanslaat. Pas op voor de ketting! 5 Zet nu de luchtregelaar (A) in de positie OPEN. Druk de decompressieklep (D) (indien uw model hiermee is uitgerust) naar beneden. Trek nu aan de starter totdat de motor weer loopt. Laat de motor tenminste 10 seconden warm draaien, dit ter verhoging van het prestatievermogen. Schakel de veiligheidsknop (S) uit door het gas (G) in te drukken. Als de machine niet wil starten, herhaal dan nauwgezet de aanwijzingen. Om de motor te stoppen, de stop-knop indrukken (positie STOP). 6 Na een langdurig en intens gebruik is het aan te raden de motor nog enkele seconden door te laten draaien. HET STARTEN VAN EEN WARME MOTOR Controlleer of de schakelaar voor het stilstaan op de tegenovergestelde stand van de stopstand staat. Trek niet aan de gashendel (G). Houd de zaag goed ander kontrole. Druk decompressieknop (D) in en trek aan de starter. HET STARTEN VAN EEN WARME MOTOR NA HET VULLEN VAN TANK Wanneer de benzinetank geheel leeggedraaid is start dan de motor op dezelfde wijze als een bkj een koude motor. F. Het gebruik de kettingzaag BELANGRIJK Voordat u de kettingzaag gaat gebruiken is het noodzakelijk de gebruiksaanwijzing zorgvuldig te lezen om alle veiligheidsmaatregelen in acht te kunnen nemen. HET VELLEN VAN BOMEN – Hou omstanders en dieren uit de buurt van uw zaagobject. – Bepaal vooraf de Valrichting van de Boom en tevens de vluchtweg als de boom gaat vallen. – Ga geen bomen vellen als het hard waait. 1 Maak de voet van de boom vrij van struikgewas, grote wortelaanlopen en stenen of andere voorwerpen die de ketting kunnen beschadigen. (afb. 1). 2 A) Maak een valkerf (A) van 45° in aan de kant waar de boom moet vallen tot op 1/3 van de diameter (d) van de boom. Maak dan de velsnede (B) ongeveer 5 cm. hoger dan de valkerf aan de andere zijde van de boom. Zaag de velsnede niet te ver door. Er moet altijd een breuklijst van minstens 5 cm. blijven staan om de valrichting onder kontrole te kunnen houden. B) Gebruik wiggen om het moment van vallen en de valrichting nog beter te kunnen kontroleren. 3 Als de boom begint te vallen loop dan weg in de vooraf bepaalde looprichting. HET AFKORTEN VAN BOOMSTAMMEN 4 A) Zaag eerst de takken af van de bovenkant van de stam. De stam rust dan op de takken die op de grond liggen. B) Het zagen van stammen waarvan eén eind niet op de bodem rust: maak een zaagsnede aan de onderzijde van de stam (A) tot op 1/3 van de diameter (A) van de stam. Zaag dan vanaf de bovenzijde (B) uitkomend op de zaagsnede die vanaf de onderzijde is gemaakt. C) Het zagen van stammen die met beide uiteinden op de grond rusten: maak een zaagsnede aan de bovenkant van de stam (A) tot op 1/3 van de diameter van de stam. Zaag dan vanaf de onderzijde (B) uitkomend op de zaagsnede die vanaf de bovenzijde gemaakt is. D) Wanneer de stam over de gehele lengte op de grond rust kan deze vanaf de bovenzijde zonder onderbreking doorgezaagd worden. Let op dat de grond niet geraakt wordt met de ketting. G. Afstellen carburateur Wij adviseren de carburateurafstelling door een erkende dealer te laten doen. Op de carburateur bevinden zich een drietal aftelnaalden. • L: Deze naald regelt de brandstoftoevoer voor het stationair toerental en de acceleratie naar het maximum toerental. De afregeling van naald L: draai L voorzichtig in de richting NEDERLANDS - 26 van de klok totdat ze stopt. Draai nu de naald een volle slag open tegen de richting van de klok in . Wanneer de zaag niet goed accellereerd moet de naald 1/4 slag verder opengedraaid worden. Men krijgt dan meer brandstoftoevoer . • H: Deze naald regelt de brandstoftoevoer voor het maximale toerental. De afregeling van naald H: draai naald H voorzichtig in de richting van de klok totdat ze stopt. Draai nu de naald een volle slag open tegen de richting van de klok in . Wanneer het toerental van de motor te hoog oploopt moet de naald 1/4 slag verder opengedraaid worden . • I: De I naald regelt de stand van de gasklep voor het stationair lopen van de motor (2.900 min-1). LET OP: bij een te hoog stationair toerental kan de zaagketting gaan lopen. De carburateur is tijdens produktie afgesteld voor normaal gebruik. Indien grote wijzigingen voor het gebruik noodzakelijk zijn, neem dan kontakt op met een offici èle dealer die over originele onderdelen, de juiste gereedschappen en de laatste fabrieksgegevens beschikt. H. Periodiek onderhoud Verzeker dat de motor kettingzaag is uitgeschakeld alvorens enig onderhoud uit te voeren. KETTING: KONTROLEER REGELMATIG DE KETTENGSPANNING. Een nieuwe ketting moet vaker worden afgesteld. Draai de moeren los. Zet de ketting vast (zie montage instructies) en draai de moeren weer aan. 1 ZWAARD – Krab de groef (K) regelmatig uit. zaagseldelen kunnen de olietoevoergaten (L) blokkeren. – De lagertjes op het neuswiel moeten regelmatig doorgesmeerd worden Tijdens het vetspuiten het neuswiel ronddraaien. – Door het zwaard regelmatig te draaien wordt de levensduur van het zwaard aanmerkelijk verlengd. 2 LUCHTFILTER – Een verstopt of vuil luchtfilter veroorzaakt carburatie problemen. De machine komt niet op toeren en gaat veel brandstof verbruiken – Verwijder de luchtfilterkap. – Reinig het filter in benzine (gebruik niet het tweetaktmengsel). Het filter mag ook met perslucht worden. – Vervang het filter als het beschadigt is of aan de randen niet meer goed afsluit. 3 BOUGIE Reinig de bougie regelmatig (elke 30 uur) en kontroleer de electrodenafstand (0.5-0.6 mm.). – Vervang de bougie na iedere 100 werkuren of als de electroden sterk vervuild zijn. – Een verkeerde afstelling van de carburateur, een teveel aan mengolie in de brandstop of een slechte kwaliteit mengolie kunnen oorzaak zijn van de vervuiling van de bougie. 4 KETTINGOLIEFILTER Het filter is gemonteerd aan het einde van de slang die zich in de olietank bevindt. Om het filter schoon te maken of te vervangen dient het uiteinde van de slang uit de tank gehaald te worden door de vulopening van de tank. Gebruik een metalen haak of een lange tang. De olietank kan schoongemäakt worden door deze half te vullen met petroleum of benzine en dan goed te schudden. Laat de tank leeglopen en vul deze weer met schone kettingolie. Gebruik nooit afgewerkte motorolie als kettingolie De oliepomp wordt dan ernstig beschadigd. 5 BRANDSTOFFILTER Open de brandstoftank en haal de slang met het filter uit de tank met behulp van een gebogen stukje ijzerdraad of met een punttang. Vervang het filter en plaats het weer onder in de tank zoals op de tekening aangegeven is. Benzine filter: wij raden aan om het benzine filter ten minste eenmaal per jaar te vervangen. • PERIODIEK: om oververhitting te voorkomen is het noodzakelijk de kettingzaag regelmatig schoon te maken. Speciaal de koelvinnen op de cylinder. Dit voorkomt oververhitting van de motor. • Machine lange tijd niet in gebrucik: maak de brandstoftank leeg en laat de machine lopen totdat deze vanzelf stopt. I. Testen kettingrem Uw kettingzaag is uitgerust met een kettingrem beveiliging om de ketting in luttele seconden te kunnen stoppen in geval van terugslag. Zaag altijd stevig met beide handen vasthouden. De kettingrem is geen garantie voor absolute veiligheid wanneer de machine in werking is gesteld zonder dat de verplichte voorzorgsmaatregelen zijn getroffen en in het nodige onderhoud is voorzien. The kettigrem (A) wordt automatisch in werking gesteld bijeen eventuele terugslag. De kettingrem kan ook met de hand worden bediend en wel door de remhendel naar voren te duwen. Dit is echter alleen aan te raden bij een laag toerenaatal van de motor en voor korte tijd. Probeer altijd eerst de rem voor het gebruik van de machine. Doe dit op het laagste toerenaantal, terwijl U de rem aantrekt. Stel de rem altijd buiten werking voor het starten. Het contact van de gevaarhoek met het hout of met andere voorwerpen kan een terugslag veroorzaken (het omhoog schieten van de motorzaag).Begin daarom nooit met de bovengenoemde hoek van de ketting te zagen. Wanneer dit contact tot stand komt, wordt de motorzaag plotseling teruggeduwd en kan men de controle over de machine verliezen. Houd de motorzaag altijd goed met beide handen vast, aangezien in het geval van een terugslag. Dit is het contact van de linkerhand met de hendel die de rem in werking stelt. FUNCTIONERINGSTEST VAN DE KETTINGREM: 1 De kettingrem wordt (A) buiten werking gesteld door de remhendel naar achteren te trekken en deze vast te zetten (de ketting is in beweging). NEDERLANDS - 27 2 De kettingrem wordt (A) in werking gesteld door de remhendel naar voren te duwen en deze vast te zetten (de ketting is geblokkeerd). De remhendel moet in de beide posities springen. Wanneer daar teveel kracht voor nodig is, of de remhendel wil in geen van beide posities, GEBRUIK DE MACHINE DAN NIET maar breng hem onmiddelijk naar een geautoriseerde reparateur. 3 KETTINGVANGER Dit apparaat is uitgerust met een kettingvanger onder het aandrijfwiel. Dit is bestemd om de achterwaartse beweging van de ketting te voorkomen in geval van breuk of wanneer het van het zwaard komt. Het mag dan ook nooit worden verwijderd. L. Vijlen van de ketting 1 Het slijpen van de zaagtanden kan worden verricht door het gebruik van de hier afgebeelde daarvoor bestemde vijl: KETTING VIJL MP 370GLX 5/32” Het kettingtype is gemakkelijk te onderscheiden d.m.v. het serienummer dat is aangebracht op dat deel van de zaagtanden wat in de opening van de stang valt. Het is gemakkelijker een vijlapparaat te gebruiken. De ketting kan op het geleideblad blijven tijdens het vijlen. Alvorens met het vijlen aan te vangen moet de ketting juist aangespannen worden. 2 De vijl moet goed geplaatst worden: – “A” verticale hoogte 30° - 35° – “B” horizontale hoek 85° - 90° – “C” verticale hoek. 60° Voor normaal vijlen volstaan drie steken van de vijl zijdelings tegen de rand van elke tand. Gebruik de kettingrem om de ketting op het geleideblad te vergrendelen . 3 De vijl moet horizontaal. 4 Bij het vijlen van de ketting moeten alle tanden met dezelfde hoeveelheid worden afgevijld, zodat ze allemaal even lang zijn. Vijl altijd vanaf de binnen zijde van de tand, dus de ene tand wordt vanaf de ene zijde en de volgende vanaf de andere zijde van het geleideblad gevijld. 5 DIEPTE STELLER Een korrekte dieptesteller is zeer belangrijk om goed te zagen en voor een langere levens duur van de ketting. Na ongeveer 4 of 5 maal bijvijlen moet het volgende gedaan worden: de dieptemaat instellen en met een platte vijl de dieptesteller gelijk vijlen met de dieptemaat. Het hoogteverschil tussen de tanden en de dieptestellers is 0,65 mm. Na het wegnemen van de dieptemaat kunnen de dieptestellers afgerond worden (D). Technische gegevens DIT PRODUKT IS IN OVEREENSTEMMING MED DE EUROPESE VEILIGHEIDSREGELING VOOR DE MACHINE INHOUD MOTOR (cm3) BORING (mm) x SLAG (mm) VERMOGEN (din. kW) MAXIMAAL TOERENTAL (min-1) MAXIMUM SNELHEID (min-1) MINIMUM SNELHEID (min-1) LEDIG GEWICHT (Kg) (ZONDER ZWAARD EN KETTING) KETTING STEEK (9,525 mm) DIKTE AANDRIJFSCHAKEL (mm) ZWAARDLENGTES (cm) AANDRIJFTANDWIEL (STANDAARD) TANDEN INHOUD OLIETANK (cm3) INHOUD BENZINE TANK (cm3) GELUIDSDRUK AAN HET OOR VAN DE GEBRUIKER LpAav (dBA) (EN 27182 - EN 608) GEWAARBORGD GELUIDSVERMOGENSNIVEAU (dBA) GEMETEN GELUIDSVERMOGENSNIVEAU (dBA) TRILLINGEN (ISO 7505 - EN 608) (m/s2) NEDERLANDS - 28 33 37x30 1,2 7.000 11.000 2.900 3,1 3/8” 1,3 30 6 150 230 95,9 113 111,14 8,5 Storingzoekingstabel Motor start niet De motor draait slecht Ga na of de stopschakelaar in de juiste stand staat. • Controleer het brandstofpeil min. 25% inhoud tank. • • Ga na of het luchtfilter niet vervuild is. • • Demonteer de bougie, droog-ze, reinig en stel ze bij, en vervang indien nodig. • • • Stel the carburateur af. De motorzaag start maar zaagt slecht De motor draait slecht of verliest vermogen • Vervang het brandstoffilter. Neem contact op met uw dealer. • Volg nauwkeurig de montage aanwijzingen van de ketting. • Controlleer of de ketting geslepen is. Zo niet, wendt u zich dan tot uw winkelier. • Motor veroorzaakt nog altijd moeilijkhenden: Neem contact op met service dealer. NEDERLANDS - 29
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14

McCulloch PROMAC 33 12 Handleiding

Type
Handleiding