Gebruikershandleiding
ONDERHOUD
OVERSTORTVENTIEL
Het overstortventiel (FL1) moet regelmatig worden gecon-
troleerd, ca. 4 keer per jaar, om te voorkomen dat het gaat
vastzitten. Controleer door de knop van het overstortventiel
linksom te draaien. Het water moet dan door de overstortlei-
ding stromen. Als dit niet gebeurt, is het overstortventiel
defect en moet het worden vervangen.
Bij de veiligheidsklep komt soms een beetje water vrij nadat
warm water is gebruikt. Deze uitstroom wordt veroorzaakt
door de uitzetting van koud water dat in de boiler wordt op-
genomen, waardoor een toename van de druk optreedt en
de veiligheidsklep wordt geopend.
SYSTEEM LEEGMAKEN
1. Schakel de stroom naar de boiler uit.
2. Sluit de koudwaterinvoer af met een afsluiter (QM35).
3. Maak de afdekking van de aftapkraan (QM3) los en sluit
op de bijgeleverde slangkoppeling en slang aan.
4. Draai de aftapkraan (QM3).
5. Tijdens het aftappen moet in de boiler lucht worden
binnengelaten door een warmwateraansluiting (XL4) of
een warmtapwaterkraan los te draaien. Om ervoor te
zorgen dat de gehele boiler wordt geleegd, moet de
slangaansluiting waterdicht aangesloten zijn en moet
de uitlaatopening zich onder het laagste punt van de
boiler bevinden.
Voorzichtig!
De slang moet onder het laagste niveau van de
boiler naar buiten komen.
Er kan water uit de afvoerleiding spuiten.
Gevaar voor brandwonden.
Bij installatie op een vorstgevoelige plaats moet de boiler
worden geleegd als deze niet wordt gebruikt. Door vorst zal
de boiler openbarsten.
STORINGEN VERHELPEN
Voorzichtig!
Elektrische installaties en onderhoud moeten
worden verricht onder toezicht van een erkende
elektricien volgens de geldende regelgeving op
het gebied van elektrische veiligheid.
Controleer de zekeringen van de installatie en de instelling
van de thermostaat en mengklep.
Wacht een aantal uur zonder warm water te gebruiken en
controleer daarna of de temperatuur is gestegen. Als er dan
nog steeds geen warm water is, naam dan contact op met
de installateur.
SERVICE
Neem voor service contact op met de installateur. Vermeld
altijd het serienummer (PF3) (14 cijfers) en de installatieda-
tum. Gebruik alleen elektrische apparatuur die wordt gele-
verd door NIBE Energietechniek bv te Oosterhout.
Handleiding voor installateur
ALGEMEEN
ES 160, ES 210, ES 300 vormen een serie boilers die geschikt
zijn voor installatie in bijvoorbeeld stookruimtes.
ONTWERP
ES 160, ES 210, ES 300 bestaan uit een stalen reservoir met
een koperen voering ter bescherming tegen corrosie. De
buitenste behuizing is gemaakt van robuuste kunststof. De
boiler is geïsoleerd met freonvrij polyurethaanschuim, dat
voor een goede thermische isolatie zorgt.
ES 300 heeft een aansluiting voor wamtapwatercirculatie.
De boiler is ontworpen en gemaakt voor een maximale uit-
schakeldruk van 10 bar.
TRANSPORT
De ES 160, ES 210, ES 300 dient verticaal en droog te worden
vervoerd en opgeslagen.
Tijdens het naar binnen dragen kan de ES 160, ES 210, ES
300 echter voorzichtig op de achterkant worden neergelegd.
MONTAGE
De boiler is uitsluitend ontworpen voor rechtopstaande in-
stallatie.
De boiler wordt van de pallet geschroefd en op zijn plaats
getild.
Plaats de ES 160, ES 210, ES 300 op een stevige ondergrond
die het gewicht kan dragen, bij voorkeur op een betonnen
vloer of een betonnen fundament. Gebruik de verstelbare
poten van het product voor een horizontale en stabiele in-
stallatie.
Het gebied waar de ES 160, ES 210, ES 300 worden geplaatst,
moet vorstvrij zijn en zijn voorzien van afwatering in de vloer.
30 - 50 mm
30 - 50 mm
15 - 40 mm
33NIBE ES | NL